Jan Thurlings COMMENTAREN OP PAULUS WACKER OVER HERMANN SCHELL

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Jan Thurlings COMMENTAREN OP PAULUS WACKER OVER HERMANN SCHELL"

Transcriptie

1 HOME Jan Thurlings COMMENTAREN OP PAULUS WACKER OVER HERMANN SCHELL Inhoudsopgave

2 I. ORKESTRATIE DE RECHTVAARDIGING OP ÉÉN LIJN GEBRACHT Hoe te lezen? Hoeveel gerechtigheden zijn er eigenlijk? 73. Luthers Rechtfertigungsverständnis, pg. 183 De erfzonde Inhererende rechtvaardigheid? Zondig stevig Het begin van het rechtvaardigend geloof God omhelst ons in Christus Simul simul ; groei in rechtvaardigheid Ongeloof als kern van de zonde Totus peccator Simul iustus et peccator De reformatorische tendentie tot bedekkende rechtvaardiging Vergeving en Doop Rechtvaardigheid te Trente ooit geen genade meer? Zonde en Zonde Niet-aanrekening volgens Luther Paulus over de inwonende zonde In Paulus gevolg Theodicee 74. Evangelisch-lutherische Theologie und «Rechtfertigung», pg. 196 Rechtvaardiging zonder de werken Verhouding van wedergeboorte tot rechtvaardiging Voldoet Trente aan het reformatorische ervaring? Vanuit katholieke resp. reformatorische ervaring Forensiche rechtvaardiging, rechtvaardigverklaring, aangrijping van het Christusmysterie Zonde en tekort in de werken, inblijvende zondigheid, macht der zonde en zonde Ontvangst van de rechtvaardiging Slaafse en vrije wil Gods rechtvaardigheid, onze rechtvaardigheid Rechtvaardigheid Gods en van Christus voor ons Gods rechtvaardigheid en Christus rechtvaardigheid Meer over verhouding tussen Gods rechtvaardigheid en Christus rechtvaardigheid te Trente Uitweiding: De inwoning van de Drieëenheid Gods Rechtvaardiging zonder de werken der Wet; habitus en werken Wet en Evangelie

3 De evangelische vrijheid Christus wetsvervulling en ons in Christus voldoen hieraan Allen hebben gezondigd Christelijke vrijheid Onder het doodsoordeel vandaan De Wet in het nieutestamentische goede nieuws De eenheid van Wet en Evangelie De onderscheiding van Wet en Evangelie Uitbreiding. Onze dood in Adam Rechtvaardigheid in positieve zin De vloek der Wet Verhouding vrijspraak en omkering Verdienste Nogmaals: Mystieke eenheid van de gerechtvaardigde met Christus Over de vrije wil Een excursie SOTERIOLOGIE. Opmerkingen Onze eenheid met Christus mensheid Het geschiedkundig-ecclesiologisch aspect van Christus menselijkheid Tot slot 75. II. SCHELLS RECHTFERTIGUNGSVERSTÄNDNIS im Rahmen seiner Erbsünden- und Gnadenlehre (Vervolg Wacker pg. 207) I.Erbsünde Analyse Rome over Eden meer augustiniaans dan de Reformatie? Verhouding natuur bovennatuur Het zg. buitennatuurlijke Begeerten en begeerlijkheid De wet der zonde De autonome mens? De zonde die in mij woont De vergeven (erf)zonde Schell over de onbegane erfzonde II. Rechtfertigung (pg. 211) Doop en geloof III.Heilsgewißheit Gesetz und Evangelium Gute Werke - Verdienst Eenheid van Wet en Evangelie Verdienstelijkheid Werkheiligheid Vermeerdering van de genade Meritum de congruo Noodzakelijkheid van de genade

4 IV. Zum theologischen Verständnis der Gnade Gods genade be-vrij-dt Geen synergetisme Een sprekende fout van Schell Verdienstelijkheid Meritum de congruo De reden van onderscheidingen Recht, dat om niet geschonken blijft worden De term verdienen vatbaar voor misbruik Schells fout systeeminherent? Geen schijnoecumene a.u.b. De ecclesiologische gestalte van de rechtvaardiging Geschapen genade De inwoning van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest Vader en Geest Geest en Zoon, Zoon en Geest De schijn van tritheïsme Slot van de beschouwing Aan welke persoon van de Drieëenheid is welke genadegave toe te schrijven? 76. Der Glaube als instrumentum iustificationis Het geloof Fides caritate formata Simpel vertrouwen? Menselijke medewerking Luther en de sacramenten Geloof en kerkelijk leergezag De Kerk als gemeenschap in Christus in de geschiedenis Boete Wat geloof o.m. doet en is Adam, dat zijn wij Zondepool en genadepool De betekenis van de zondeval De dood als gevolg van de zonde Zonde en zonde De gevolgen van de zondeval als straffen, de geneigheid tot zonde Infra- en supralapsarisme Lijden Nawoord Is de begeerlijkheid zonde? Is de gerechtvaardigde als nog-zondaar een sukkel? Nietzsches drogbeeld Begeerlijkheid wordt soms zonde genoemd De Servo Arbitrio Late redding Predestinatie en optie Prangende theodicetische vraag Onvrijheid en vrijheid, predestinatie

5 Christus be-vrij-dt Praescivisse en praedestinasse Geen mechanicisme Zijn heil bewerken De christelijke vrijheid; werken om loon? De aard van medewerking Natuur en genade De positieve verhouding tot God is überhaupt een genadeverhouding Buitennatuurlijke gaven De betekenis van de oertoestand Conclusie uit val en redding Nader over buitennatuurlijke gaven en natuur Tegen Baius een ander natuurbegrip verdedigd? Het begrip natuur bij Thomas van Aquino Genade en vrijheid De goede werken als (dood)zonden Geen synergetisme Predestinatie Zou voorverwijzing ten kwade onrechtvaardig zijn? Het verschil tussen protestants, inzonderheid Luthers denken en het R.K. Wet en Evangelie Slotwoord III. EKKLESIOLOGIE UND ÖKUMENISCHER DIALOG (Wacker, hs. 8) Pg De onverwoestbare Kerk als Mystiek Lichaam Historische gestalten van de Kerk m.b.t. het ambt. Fundament en wenselijkheden Sacramentaliteit van de Kerk Het analoge van het Mystiek Lichaam Over Luthers kerkbeeld Kerk en sacramenten Sleutelmacht en boetesacrament Ordinatie R.k. en reformatorische sacramentsopvatting Het ambt De zichtbaar institutionele Kerk Eigenmachtigheid van de Kerk Wat te doen? Geloof Geloof in God Geloof in Christus De verhouding van de R.K. kerk tot de andere kerken Christus is vrij t.o.v. Zijn Kerk Ambt en algemeen priesterschap Moties van wantrouwen Het ambt als sacrament Apostolische successie Wat te doen bij hereniging? Verhouding tot de catholiciteit

6 Over de kenmerken van de ware Kerk Ontbrekende catholiciteit als te realiseren Apostoliciteit, apostolische successie en evangeliciteit Apostolische successie en Evangelie Successio doctrinae Het apostolisch ambt Evangelie en pausdom De opvolger van Petrus De recuperatie van de sleuteldrager De pauskeuze De hoogste leiding aan ambt of gemeente? Bisschopsbenoemingen Apostoliciteit en apostolisch ambt Schlinks meningen over de apostolische successie

7 I. Orkestratie DE RECHTVAARDIGING OP ÉÉN LIJN GEBRACHT Commentaren op Paulus Wacker. Theologie als Ökumenischer Dialog. (Hermann Schell un die ökumenische Situation der Gegenwart) n1 VII. Kapitel. 7. «Rechtfertigung als kontroverstheologisches Problem» 71. Theologiegeschichtliche Einführung Pg Hoe te lezen? Deze mijn commentaren zijn bedoeld om een keur aan oecumenisch-theologische problemen geraffinneerd te volgen en oplossingen te vinden. De commentaren hebben een eigen volledigheid, die lang niet altijd parallel loopt aan de kortere van Wacker. De vraagstukken worden, weliswaar in gesprek met Wacker, Schell en anderen, uit Wackers tekst gelicht om nader na te denken over de respectieve thema s, die ze aanboren en oecumenische oplossingen te vinden.. Het is niet per se nodig Wackers boek erbij present te hebben, hoewel het een zeer instructief boek is, dat echter t.o.v. deze commentaren als achtergrond moet worden beschouwd. De (met aangegeven verband) aangehaalde teksten spreken voor zich. Ik heb dit boek van een halve eeuw terug gebruikt, omdat het echt thematisch is en omdat het een oecumenische dialoog tussen r.k. en evangelisch-lutherse theologen betreft, waar ik mij voorheen het meest op Calvijn gericht heb. Deze commentaren zijn het laatste oecumenisch werk van mijn hand. Pg. 181 Hoeveel gerechtigheden zijn er eigenlijk? Wij beginnen met de rechtvaardiging. Rom 3, 25,26: Hem heeft God voorgesteld als zoenmiddel door het geloof, in zijn bloed, om zijn rechtvaardigheid te tonen, daar Hij de zonden, die tevoren onder de verdraagzaamheid Gods gepleegd waren, had laten geworden - 26 om zijn rechtvaardigheid te tonen, in de tegenwoordige tijd, zodat Hijzelf rechtvaardig is, ook als Hij hem rechtvaardigt, die uit het geloof in Jezus is. N.a.v. het hier tweemaal gebruiken van de term gerechtigheid (= rechtvaardigheid) zou men kunnen denken, dat rechtvaardigheid in meerdere betekenissen wordt gebruikt, maar dit is niet zo. Rechtvaardigheid is beide keren hetzelfde. En wel zo: God kan vanwege Zijn Verbondswil met ons de zonden niet (blijvend) velen. Er moet goedgemaakt worden. Door Christus lijdend, stervend, overwinnend boeten om de zonden, voor de zonden. Hier rechtvaardigt God Zichzelf, Zijn eigen rechtvaardig Wezen hiermee genoegen doend. God laat de zonden tot op heden aanwassen. Hij bevrijdt het voorgeslacht en het huidige geslacht als de Vader die de Zoon zendt, opdat deze boet. Hij delgt zo, dat Hij degene gerecht maakt die in Christus, de gerechte, gelooft. Dus de tweede interpretatie (van maar één rechtvaardigheid) incorporeert de eerste (het eerste rechtvaardigheid zou straffende rechtvaardigheid zijn), met dien verstande dat God niet tegen Zijn Zoon toornt, maar in Zijn eigen Ander, de Zoon, voor ons boet. Met onze verhouding tot de rechtvaardige God heeft het vraagstuk van er erfzonde alles te maken:

8 73. Luthers Rechtfertigungsverständnis, pg. 183 De erfzonde Pg. 186 Luther zegt over de erfzonde (weergave Christiani) het volgende : «nach dem Apostel und nach dem einfältigen Sinn in Christus Jesus ist die nicht die Beraubung einer Qualität im Willen, ja auch nicht bloß der Verlust des Lichtes im Verstande, der Gedächtniskraft, sondern ein vollständiger Verlust der gesamten Rechtschaffenheit und des Vermögens aller Kräfte des Körpers sowohl wie der Seele und des ganzen inneren und aüßeren Menschen. Und noch überdies auch der Hang zum Bösen, der Ekel gegenüner dem Guten, Widerwillen vor dem Licht und der Weisheit, Liebe aber zum Irrtum und Finsternis (dwaling en duisternis), Flucht und Abscheu von ehrenwerten Werken, aber ein Wettrennen hin zum Bösen» Commentaar: Het lumen naturale (ons verstand) blijft wel schijnen, maar er is niet het licht. Wel is het inzicht, dat God bestaat rationeel, maar men brengt de kracht niet op de rede te volgen. Verliest men alle krachten van lichaam en ziel? Maar dit is zo ongeveer hetzelfde als voor Gods aangezicht weggedaan worden. Men kan dan zelfs geen moord plegen, geen geboden overtreden. Hoe dan tóch de hang naar het boze? Of bedoelt Luther op God gerichte krachten? Deugden wat de ziel betreft en de lichamelijke in dienst van de naaste, waar Luther vaker over gesproken heeft. De mens blijft dus nog functioneren, maar zijn krachten zijn dermate aangetast, dat hij tot niets van wat God gaarne ziet meer wil deugen, overgeleverd als hij is aan zijn boze begeerten. De menselijke vermogens die hem nog mens en geen dier of lijk maken zijn er nog, afgeknot dus. Dit bedoelt de katholieke Traditie met infirmatum. De wil is niet slechts verzwakt (attenuatam, dat is dan nog niet van alle genade verstoken, één invalshoek), maar danig aangetast, op fatale wijze. (d.w.z. verstoken van genade reddeloos, geenszins in staat God te behagen, een andere invalshoek). Trente bezigt het eerste, maar niet zonder te zeggen, dat de mens tot zo n slavernij der zonde is gevallen, dat Griek noch Jood door louter de letter der wet (m.m. natuurwet) daarmee nog kunnen opstaan en bevrijd worden. Wil de gevallen mens alleen maar het boze? Luther, de Nederlandse Geloofsbelijdenis, Trente, spreken van geneigdheid, hang, inclinatie. Tegenzin tegen het licht, liefde voor de duisternis, vlucht voor eervolle werken, een wedloop naar het boze. Calvijn: zich haasten om te zondigen. Kortom, alle liefde is zoek. Men is louter onmens. R.K. is de mens verstoken van het bovennatuurlijke, het vrij makende, afgewendheid van God. Alleen, niet alles wat men doet zijn boze werken. Er zijn evengoed op zich goed te noemen werken (naar de catalogus), maar het goede van het goede heeft men niet oftewel de zonde overheerst, de begeerlijkheid (concupiscentia) domineert. Alleen: louter verstokenheid, verdwijning van al het bovennatuurlijke, is nooit voorgekomen, omdat God van meet af aan weer reddend bezig is geweest. Zonder enige genade ware de mens puur egoïstisch. Trente spreekt hier daarom van in deterius commutatum, ten kwade veranderd. Maar ook als wij nog tot iets onbaatzuchtigs in staat zijn, dan nog moeten wij blijvend voorwerp van rechtvaardiging zijn, wil de zonde, waarmee het vermengd is of gepaard gaat, niet verdoemen. God is hiertegen echter al sedert Adam bezig. Ware God dit niet geweest, dan had wat Hem betreft zelfs onze natuur vernietigd mogen worden, waren wij weggedaan voor Zijn aangezicht of in verantwoordelijkheid gehouden waren wij helse wezens. Dit is wat Luther bedoelt. Hierbij verbleekt, dat wij nog catalogaal-goede werken vermogen te doen alleen omdat we dan nog mens zijn, deze niet kunnen vermijden. Hier ziet Küng de trait-d union tussen de R.K. leer van de slechts verzwakt vrije wil en de Reformatie. In werkelijkheid ligt de link nader, nl. de gemene notie van het reddend geloof waarmee naar de mate waarin God dit nuttig oordeelt,

9 ook vóór de zelfmanifestatie van Christus Gods waarheid wordt erkend. Althans zo is het bij Calvijn, versus het ontbreken van vrije wil (Trente: vermogen om op te staan ), als men niet wedergeboren wordt (Calvijn leert de vrijheid der beslissing [inhoudende tot gered willen worden], voor wedergeboren[wordend]en. Zie mijn hoofdwerk (RvdM I, II, III). n2 Er is in dit verband met wedergeboorte rooms-reformatorische controverse betreffende de: Inhererende rechtvaardigheid? 187. Das Kernproblem in der Exegese ist auch heute noch die Frage, ob mit Gottesgerechtigkeit bei Paulus die von Gott zu uns ausgehende Haltung oder die auf uns von Gott überströmende Qualitas (oder gratia justificans) gemeint sei. Er is eerst een correctie nodig: Emanatie bestaat niet. Met deze term wordt God verdinglicht. Wat betreft nu Gods houding.god is gerecht. Zijn Zoon is gerecht. Dit brengt mee, dat Hij om óns te rechtvaardigen Zijn Zoon in plaats als boetende verzoener stelt. God heeft de kruisdood van de Gerechte nodig om Zelf de gerechte te blijven die Hij is. Het is zo geen houding, maar een zijn, waarop Hij zijn houding, gedrag, doen, afstemt (en vrijgevig is, dit is geen overstromen). Gods vrijwillig ons rechtvaardigen is geen noodzaak van Zijn gerechtigheid, maar áls Hij ons rechtvaardigt, gelijk het geval is, dan doet Hij dit door daarmee rechtvaardig te blijven. Dat Hij het doet, is uit liefde en dit is als kwaliteit van Zijn gerechtigheid. Zo is de vrijheid waarmee Hij vindt, dat Hij het moet doen. Zijn motief is Zijn gerechtigheid, maar niet Zijn verplichting. Veroorzaakt zo Zijn gerechtig zijn Zijn gerechtig handelen naar ons? Zijn gerechtigheid motiveert Zijn rechtvaardiging van ons. Trente spreekt van gerechtigheid waarmee Hijzelf rechtvaardig is, te onderscheiden van waarmee Hij ons rechtvaardigen maakt.. Wat betreft de rechtvaardigheid als mijn ingestorte kwaliteit. Noot 54 spreekt Luther over Christus, die (kort geïnterpreteerd) mij tot geloof, hoop en liefde is. Dit zijn niet mijn eigenschappen, maar (uit) de in mij bezig zijnde Christus. Trente DS 1547 zegt hieromtrent: (De rechtvaardigheid) die immers onze rechtvaardigheid wordt genoemd, omdat wij door haar inwoning gerechtvaardigd worden, ze is die van God, omdat ze ons door Hem wordt ingestort door de verdienste van Christus. Gods rechtvaardigheid waarmee Hij ons rechtvaardig(en) maakt. Van God door Christus afkomstig door Diens verdienste ons door de Heilige Geest ingestort. Deze woont ons in en door Hem de Vader en de Zoon. In Christus worden zij wedergeboren. De mystieke eenheid met Christus wordt gemeld in DS 1531 Want het geloof, als er geen hoop bijkomt en liefde, verenigt noch volkomen met Christus noch maakt tot zijn levend lidmaat. En de voortdurende gebruikte uitdrukking in Christus Luther heeft het over Christus in ons. Dat is hetzelfde. Deze mystieke eenheid met Christus wordt ook bij Calvijn steeds meer benadrukt. In feite is dit te Trente centraal. Het is dan ook het centrum van Paulus leer: Christus in ons en wij in Christus. Jammer is, dat Luther er om polemische reden, nl. tegen de eigengerechtigheid der werken er eens een caricaturale weergave van ten beste gaf. Zondig stevig 190 Noot 65. Es genügt, daß wir durch den Reichtum der Herrlichkeit Gottes das Lamm erkannt haben, welches die Sünde der Welt trägt; von dem wird uns keine Sünder hinwegreißen können, wenn wir auch tausendmal, tausendmal an einem Tag hurten und tödteten. (brief van Luther aan Melachthon ). Een gevaarlijke polemische uitspraak. Deze wordt uitgelegd door sei ein Sünder, vertraue noch stärker. Dit is: wees als zondaar geen huichelaar, maar vertrouw desondanks. Laat je nog zo vaak en zwaar zondigen, je hebt Christus om daartegen op te

10 vertrouwen. Je mist deze bedoeling zo en dit hoort óók tot Luthers bedoeling, nl. om alle vertrouwen op goede werken, op onzondigheid de grond in te boren. Zoals het daar staat is het echter: zondig maar raak, als je op Christus vertrouwt, zit je goed. Deze woestheid is een tendens die bij de antinomianen zelfstandig werd, en waartegen Luther optrad. Er is sprake van een ontbindende tendens naar het gruwelijkste. Luther staat in werkelijkheid niet op dit standpunt, dat je maar raak moet hoereren en doodslaan. n3 Nu enkele opmerkingen over onze rechtvaardigmaking: Het begin van het rechtvaardigend geloof 191 (De Servo Arbitrio) Het geloof van de tot zaligheid geroepenen vangt aan met berouw, vooreerst schrik voor Gods toorn, leidt schier tot vertwijfeling, maar dit is een voorbereiding. Trente leert dit DS 1526 ook. God omhelst ons in Christus 192 Na schuldvergeving en toerekening als onze gerechtigheid van Christus gerechtigheid schetst E. Seeberg n4 [1] als derde werking van Gods rechtvaardiging volgens Luther de neutralisering van de corruptie van de menselijke wil, neutralisering: dus geen bewerkstelliging van het goede. Van het Godgevallige? Luther spreekt er vaak genoeg over, dat wij, wanneer wij in het geloof wandelen, God behagen, door Zijn toedoen, niet het onze.het lijkt hier, of God alleen accepteert wat om niet door Hem bewerkstelligd in wat wij aldus doen steeds door Hem geaccepteerd moet worden. Maar dit bewerkstelligen en accepteren is één ding en God schept Zich zo een welbehagen. 193 Luther zegt, dat de werken van de gerechtvaardigde zonder beslissende heilsbetekenis zijn. Voor God is alleen, ook voor de gerechtvaardigde, het geloof geldig. Want ook voor hem is de Wet uiteindelijk onvervulbaar. Dat is echter voor het heil van de enkeling irrelevant, daar de eis van de Wet stom moet blijven voor de rechtvaardigheid van Christus.- Van beslissende heilsbetekenis is de rechtvaardigheid van Christus, die de gelovige toegerekend wordt, waarmee Gods Geest ons bekleedt. De heiliging zélf is zonder heilsbetekenis zo lang God ons niet vergeven heeft. Maar zodra Hij ons vergeven heeft en wij met de rechtvaardigheid van Christus bekleed zijn, zijn de daaruit voortkomende werken één daarmee, wat men door ze na te laten bezig is vanuit een verkeerde gezindheid, want wanneer men de gezindheid der gerechtigheid heeft, zal men niet anders dan ze willen doen. En ze doende verwerft men niet met hén zijn heil, want de rechtvaardigheid zelf is die waarmee God, die Zijn geliefde Zoon bemint, ons bemint.en Gods genade die in ons is is ook in ons als ons porrende tot daden vanuit dezelfde gezindheid als werken van de gerechte. Deze godzaligheid, deze band is tegelijkertijd Gods willen optuigen van Zijn geliefde, en dit gaarne willen optuigen = wat R.K. en bij Calvijn vermeerdering van de genade heet en R.K. ook: loon. Maar niet onze gezindheid en onze werken verdienen dit loon, maar ónze rechtvaardigheid die (ook volgens Trente) zo genoemd wordt, omdat de rechtvaardigheid in ons woont, die Christus mystisch door Zijn Heilige Geest die met Diens rechtvaardigheid ons tot rechtvaardiging is en óns rechtvaardigt, zodat aldús de rechtvaardigheid Gods (die ook die van Christus is) tot onze rechtvaardigheid is. Niet de zelfheiliging, niet de werken, niet de funderende gezindheid, gezindheid waaruit, maar ook waarmee, er is eenheid, maar de aldus verkregen wordende gerechtigheid is van heilsbetekenis. Het imputeren staat in de polemiek, maar niet objectief tegenover inhereren, wanneer we imputeren, dat als zodanig betekent: wie het als uit zichzelf niet verdient toch voor een rechtvaardige houden, niet a.h.w. maar voor inderdaad rechtvaardig houden, dan ook vertalen

11 als inhoudende toekennen (dus reëel). Het zou ook vreemd zijn: wij als het ware rechtvaardig, maar Christus wel volop in en aan ons aan het werk. Dit zou dan het geval zijn in een als het ware rechtvaardige, hetgeen uiteraard wil zeggen in een eigenlijk niet rechtvaardige. Dan zou Hij bezielen wat anders uitpakt. Het pakt uiteraard uit als wedergeboorte. Van een eigenlijk niet rechtvaardige? Maar wat is wedergeboorte zonder vrij te zijn van ongerechtigheid? Deze wordt werkelijk uitgewist De gerechtvaardigde is dus vrij van zonden en wordt door Christus van het goede bezield, toch wordt hij alleen maar rechtvaardig genoemd! Nee, hij verdient deze staat niet en is hij niet uit zichzelf rechtvaardig. Maar dat ondanks wat hij uit zichzelf nog steeds niet is hem de rechtvaardigheid van Christus gaat gelden, hem terwijl hij dit uit zichzelf nog steeds niet verdient, is als iets dat dus alleen maar kan bestaan, doordat het hem toegerekend wordt. Maar het géldt hem, dus hij is het. Zijn door Christus verdiende onschuld, onschuld in Christus, en nieuwe eigenschappen door doordesemendwording door de eigenschappen van Christus de Rechtvaardige zijn dan ook als nu zijnde zijn eigenschappen, eigenschappen van de rechtvaardige die hij nu is, ja de eigenschappen van rechtvaardige die hij nu is, juist door de communicatie van deze eigenschappen van Christus aan hem. Simul simul ; groei in rechtvaardigheid Belangrijk is ook wat Wacker weergeeft: Im Grunde sind alle Gläubigen in gleichem Grad gerechtfertigt, weil allein der objektive Heilsfaktor in Christi Heilstat entscheidet (beslist) und nicht subjektive Qualitäten. Wat kun je iemand minder of meer gerechtvaardigd noemen, als er alleen Christus is, wanneer jij niets bent, alleen met Hem alles? En: je bent gerechtvaardigd of niet. Maar letten wij erop, dat Luther leert, dat Christus als een zondaar boetend onze zonden overneemt en verzwelgt tot ze allemaal weg zijn: in Hem ben ik rein en gerechtvaardigd, maar een gerechtvaardigde zondaar. Maar als alle zonden verzwolgen zijn, dan ben ik (in de hemel) tot rechtvaardige gerechtvaardigd, niet meer zondig. Dus het zondaar zijn is nog slechts voorwerp van rechtvaardigmaking in die zin, dat, al ben ik allang van zondeschuld ontdaan, ik nog moet dankbaar zijn, want zonder deze durende genade laadde ik weer zonden op me, maar ik ben geheel rechtvaardig. Eerst was ik tot rechtvaardige gerechtvaardigd, maar tegelijk (simul) zondaar, d.w.z. nog ben ik iemand die regelmatig zondig, ook als alles even vergeven is, nog ben ik iemand van wie vaststaat, dat hij nog zondigt, dus met recht nóg zondaar te noemen. Ik ben nog niet van mijn niet-kunnen-zondigen vrijgemaakt. Ik ben met deze restrictie rechtvaardig gemaakt. Zodra hetgeen vaststaat dat het zal gebeuren ik zondig, is dit simul nog meer een restrictie. Ik, gerechtvaardigd tot het zijn van rechtvaardige, ook al zondig ik of ben ik zondaar. Zolang mijn zondeschuld niet verzwolgen is, ben ik in dit ópzicht uiteraard niet rechtvaardig. Dit wil niet zeggen, dat ik niet rechtvaardig ben, maar dat ik in dit opzicht niet rechtvaardig ben ofschoon ik rechtvaardig ben. Trente zegt hierover, dat waar het niet om goddeloosheid (doodzonde) gaat, maar om zonden die mij nog aankleven (Calvijn, = dagelijkse zonden), ik niet ophoud een rechtvaardige te zijn. Er is echter een gradatie in het verenigd worden met Christus. Dat dit variabel is houdt ook in, dat dit qua intensiteit van vereniging met Christus, wat betreft het deelhebben aan Zijn gerechtigheid ook in intensiteit gradatie kan zijn. Men is in beide gevallen niet min of meer gerechtvaardigd in de zin dat men óf gerechtvaardigd of niet is, maar wel in de zin van deelhebbingsgraad aan de rechtvaardigheid van Christus. Dat dit dan onmiddellijk ook de heiliging (maar vanuit de rechtvaardiging, ~ heid) betreft is klaar. Maar gradatie van heiligheid zelf afgedacht van rechtvaardiging niet. Maar ook Luther zal een rechtvaardige die zondigt juist daarin dat hij zondigt moeilijk rechtvaardig kunnen noemen. Want dat zou het goedpraten zijn van wat fout, onrechtvaardig is. Maar het gaat om een opzicht.

12 Ongeloof als kern van de zonde Gerechtvaardigd worden wij door het geloof. Vandaar: Der einzig entscheidende Kampf (enige beslissende strijd) gilt dem Unglauben, weil er die große Sünde ist, die die Rechtfertigung durch Christi Gerechtigkeit selbst in Frage stellt. Calvijn zegt zelfs, dat de zonde van Adam in wezen er een van ongeloof was. :Dus de oorspronkelijke gerechtigheid betwijfelde. Trente spreekt hier van ongehoorzaamheid. In feite doet iedere zonde dit, omdat ze met een waarom niet (liever)? de gerechtigheid Gods in twijfel trekt. Want deed ik dit geenszins, dan zondigde ik niet. Het is a.h.w. de infantiliteit van elke zonde Want de volwassenheid ligt in Christus. Maar van zichzelf is de mens: Totus peccator In noot 73 is van belang hier (Evangelisches Kirchenlexicon): Die faktische Erneuerung ist für ihn (: Luther) als ausschließliches Gnadenwerk Gottes nicht Erhöhung der Natur, sondern Anbruch einer neuen Schöpfung God schept echter niet een nieuwe mens, maar maakt van dezelfde mens een nieuwe schepping. D.w.z. de natuur is grondig bedorven en wordt nu hersteld naar de oorspronkelijke bedoeling waarmee God haar geschapen had. Als de natuur, wil slechts verzwakt en de vermogens verminderd zijn, dan is er slechts een verhoging. Inzoverre is dit terecht als wij aannemen, dat God van meet af aan de herstelwerkzaamheden heeft aangevangen. Desalniettemin is God procesmatig de vloek aan het verwijderen, zodat de mensen bij hun ontzondiging door Christus zich zullen moeten beschuldigen. Toegeven in schuld en doem te zijn en Gods gerechte Christus de eer te geven, en in dit geloof Deze als gave op zichzelf mogen betrekken: Men wordt door zijn bloed verzoend met God en bekomt zo zijn rechtvaardiging. Wie niet toegeeft, dat hij een zondaar is, liegt. Maar gerechtvaardigd worden worde men nog gerechtvaardigd, zegt niet alleen Trente Apocalyps 22, 11 na: Simul iustus et peccator 194 Noot 76. Over simul iustus et peccator. Iwand: «Und er prägt (stempelt) hier die berühmte Formulierung, die wesentlich ist für das neugeschenkte Gerechtsein des Menschen: peccator in re iustus in spe! (zondaar in feite rechtvaardig in hoop). Hier is de rechtvaardigheid een hoop. Maar ze is alleen geschonken om niet wegens eigen onverdienste, slechts als de ene niet gegradueerde gerechtigheid van Christus. Dit is hier hoop. Dan toch is het groeien ernaartoe wél gegradueerd. Maar in ieder geval is wat we nú hebben een rechtvaardigheid die niet áf is. Dus rechtvaardigheid te ja of te nee een rechtvaardigheid in hoeverre voltooid twee. Dezelfde implicatie heeft Chr..Ins Het te ja of te nee wordt dan in de reformatorische traditie verabsoluteerd en de grootste in het koninkrijk der hemelen, de gradatie dus, verwaarloosd. Dit is een gevolg van het reformatorische verticalisme. Het van bovenaf inslaan van de verrassende genade Gods, een existentiële ervaring. Er zijn meer gevolgen: De reformatorische tendentie tot bedekkende rechtvaardiging 195. De Lutheraanse bisschop A. Nygren (Augustine und Luther) toont de theologische lijn van Augustinus formule simul iustus et peccator aan naar het Lutherse verstaan hiervan. 1. De formule betekent geen vermenging.wat ik net al zei.

13 2. Es ist nicht so, daß der Mensch in der Rechtfertigung Vergebung für die Sünden des vergangenen Lebens erhält (verkrijgt). Vielmehr (veeleer) muß der Mensch ganz und gar von der Vergebung der Sünden leben Es gibt nichts an ihm, auf das er zeigen (wijzen) und sagen könnte: hier ist Gottes Sündenvergebung nicht vonnöten (nodig). Het gaat niet om een vergeving om mee vandoor te gaan, zodat je erna in jezelf kunt roemen. Niet: ik ben ervanaf tot ik weer eens een appelboom tegenkom, nee, nóg is er in mij een willen zondigen. Maar God blijft hier vanuit de gegeven vergeving tegenwerken wat jij anders zou doen. Je krijgt je vergeving niet op de manier van: hier heb je haar, maar God houdt je steeds omklemmend genadig vast. Dit wordt door Trente uitgedrukt met: aangezien wij door haar als ons inwonend gerechtvaardigd worden (iustificamur) en niet: gerechtvaardigd zijn (iustificati sumus) (DS 1547). Nygrens weergave is wel dermate gespannen, dat hij de uit-zichzelf-zondaar als voorwerp van vergeving en zijn vergeving uiteenrukt. Zijn bedoeling is duidelijk, maar wij moeten wel de eenheid der momenten behouden, anders is er objectief gesproken sprake van ketterij. Zeker krijgt de mens vergeving van de zonden die hij beging. Nu kun je wel tegenwerpen, dat je nog altijd aan sommigen zondigheden hecht, en er dus altijd iets onvergevens is. Maar om precies te zijn is het dan zo, dat op het moment van een überhaupt (inderdaad, onmogelijk hetzelfde als: integraal) goed voornemen, met name in de Doop, het oude waar je nog heimelijk aan hecht vanaf dat moment nieuw aangerekend krijgt, maar dan zo, dat het feit dat ik nog zo zwak ben, dat ik b.v. heden onder omstandigheden zou liegen, me dit zolang dit niet daadwerkelijk (ook maar als heimelijke gedachte of heimelijke feitelijke instelling, hetgeen wat anders is dan rustende zwakte) gebeurt niet wordt aangerekend, maar ik wat dit betreft wel een sterkere intensiteit van rechtvaardigheid had mogen hebben, hetgeen alleen door groei bereikbaar is..dit is tridentijns, maar het lutherse moment is dan de bedoelde begeerlijkheid die protuberansend, eer je er goed erg in hebt, het object is van rechtvaardigmaking. Ze wordt je niet aangerekend en zodra ze protuberanst als reëel zondig moment peccator wel, maar waarboven het iustus prevaleert. Maar iemand die nog niks gedaan heeft kun je moeilijk van iets anders beschuldigen dan dat hij een geboren zondaar is, de realiteit van de erfzonde, maar exact hiertegen staat de rechtvaardiging, nietwaar? Dus: De meter begint opnieuw met tellen. Het oude geldt als weggedaan. Klinkt deze laatste formulering van mij niet sterk hetzelfde als imputari in de louterforensische zin? Er klinkt immers als was er een reëel onderlaagje, dat je uit zichzelf nog verdoemelijk maakt. Dit is niet mijn bedoeling. Als er nu aan reformatorische zijde de ondertoon (die bij Nygren boventoon is geworden) is, dat de zonde als het ware is weggedaan, bedekt dus eigenlijk, dan is dit bedoeld om een, zodra men eenmaal is schoongepoetst, in zichzelf roemen te verijdelen. Toch is dit chargeren onnodig. Want ook als de zonden werkelijk zijn vergeven is het zo, dat je uit jezelf, verdoemelijke, zondaar bent en dit daarna reëel manifesteert ook. In het geval na vergeving echter, dat er nog enige reële zonde is: dat is dan, wanneer je van begane zonden niet helemaal afstand hebt genomen, en over de hele lijn zal dat altijd wel het geval zijn, reden van deze chargering door Nygren van de lutheraanse opvatting van het immer wel protuberansende cor in seipsum curvatum, dan is dit veeleer hoogstens een beperking aan de overigens eenvoudigweg reële vergeving. We mogen niet in de fout vervallen vergeving over de zonde te leggen, zodat Exodus 34, 7 de schuldigen houdt hij zeker niet voor onschuldig ook maar voor een pietsje niet op zou gaan. Dat lutheraanse hoofdinzicht treft samen met r.k. het gebied tussen zg. volmaakt en onvolmaakt berouw waar men zich in bevindt zolang men na berouw en vergeving nog niet geheel vernieuwd is, en om precies te zijn daar waar men nog niet geheel het begin van ommekeer heeft gemaakt dat berouw ís. Hier is in de praktijk r.k. de zonde (zelf) en de zonde (als louter neiging tot zondigen), niet geheel gescheiden. Je krijgt de vergeving

14 aangezegd, maar is er inderdaad om voor de toekomst mee te vertrouwen op ingrijpender vergeving.. Vergeving en Doop De kwestie spitst zich toe in de Doop, die een complete schoonwassing betekent, zonder dat echter de zonde ophoudt met smeulen en nieuwe vruchten der zonde te baren. Waar het hier om gaat is, dat oude zonden van voor de Doop niet meer worden aangerekend, maar er vanaf de Doop geteld wordt. Nettto betekent dit dan dat, voorzover men er nog aan hecht, de oude zonden niet vergeven zijn, het gaat immers altijd (überhaupt, in alle geval) om het huidige instemmen ermee, niet afstand nemen van, hechten eraan. Er is echter toch zo, dat het Doopsel ten volle reinigt, al is het willen zondigen in mij toch niet verdwenen en manifesteert het zich weldra weer. Het gaat te ver te zeggen, dat wanneer ik, zojuist gedoopt, onder omstandigheden zeker zou liegen, maar wat ik niet inderdaad gedaan heb, ik schuldig ben. Maar als ik nog steeds niet helemaal spijt heb van mijn buurman te hebben uitgescholden, betekent dit dan, dat de algehele vernieuwing door de Doop dan op losse schroeven staat? Alles staat hier in het licht van het goede voornemen. Ik krijg door het Doopsel een krachtige hulp,een algehele vergeving, een algehele, zij het niet meteen de sterkst mogelijke, waarmee ik de kracht krijg mijn gebrek aan spijt innerlijk, niet: aan te vallen, maar: vérder te verwijderen. Nalaten wordt me aangerekend. Op het moment van de Doop was er nog gebrek aan spijt? Ja, maar ook: nee. Ik wíl hier immers - daarvoor laat ik mij dopen spijt hebben: ik wil van alle zonden af. Daarin stokt de algehele vrijspraak niet, maar ook is dit het moment van algehele vernieuwing. Die zich echter reëel doorzet vanaf dat ik haar inzet: om mij aan mijn voornemen te houden: ik dus reëel afstand neem van mijn gebrekkigheid. Dit is dat voor de toekomst, reeds op minitijdschaal, dat Nygren op het oog heeft. Cruciaal is, of ik op het moment van die algehele algemene vernieuwing van de Doop nóg aan het tekortschieten ben. Het antwoord moet luiden: Mijn Doop dat is mijn bekleding met de rechtvaardigheid van Christus, klip en klaar, zonder meer (lees: minder). Een nog willen zondigen is daar niet in, dit is dan: is er dan niet in mij (tenzij ik van enige zondigheid eenvoudig geen spijt heb). Vanuit deze algemene algehele vernieuwing kom ik even later mijzelf tegen als nog niet helemaal spijt hebbend van iets verkeerds dat ik in het verleden deed. Geen paradox, al lijkt het zo. Dan gaat het erom: hoe ga ik nu met mijn net verworven witte kleed om? Ik kan kiezen. En ik heb de kracht gekregen om vanaf dat ik deze kracht kreeg naar vermogen afstand te nemen en boven vermogen (ook inhoudende, dat ik qua wegdoen van nog verkeerde attitudes niet sneller kan reizen dan het licht) is geen schuld. Maar op minstens sommige punten zal ik mij alweer schuldig maken, o.a. door mijn nieuwe kleed niet oude gebreken bij mezelf aan te vallen. De oude mens in mij, cor in seipse curvatum (in zichzelf gekeerd hart), maakt dit en opnieuw zondigen überhaupt in een bepaalde zin van het woord, niet subjectief, maar objectief, onvermijdelijk, maar dit is subjectief inzoverre, dat ik, zondaar het ben, die aldus in meipse curvatus, dit zelf begeerlijk begeer. Als je maar niet zegt, dat in de Doop of andere momenten waar deze staat geheel boven komt, er i.p.v. vergeving (enigszins) geen vergeving is.. Dit alles neemt niet weg, dat er een cor in seipse curvatum als pool is, dat door de schoonwassing van de Doop niet zo omgebogen is, dat het zich al niet wil manifesteren, ook al kan het op het moment van bekleding niet tegen het kleed op. Maar inderdaad, het blijft ten allen tijde zo, ook tijdens een hoogtepunt, ja, hét hoogtepunt dat de Doop is, dat het niet de zondaar is die rechtvaardig gemaakt wordt zó dat het voortaan alleen maar de rechtvaardige is die rechtvaardig gemaakt blijft worden, maar zó dat het, ook al is de rechtvaardige in de hemel allang geheel rechtvaardig, het toch nog immer de (van zich) zondaar is, die daar rechtvaardig

15 gehouden wordt, en juist ons aardse niet-helemaal-verlost zijn manifesteert maar al te hard, dat deze verhouding zo is en zal dit ons eeuwig heugen zoals de Exodus Israel. Nygrens onvergeven-zijn is dus in feite: ons gedurig object van ontzondiging zijn, daar wij van onszelf maar al te duidelijk zondaars zijn.. Kun je niet zeggen: God van Zijn kant vergeeft ons wel algeheel, maar wij blijven nog immer zondaars, zij het dat de zonde geen macht meer heeft over ons? Maar dit is, in de geest van Nygren in feite zeggen, dat God ons niet algeheel vergeeft, en sterker: wij eigenlijk nog verdoemelijk zijn, maar God doet alleen maar net of het niet zo is. Maar God wast ons, zondaars, reëel schoon, maar reële zondaars blijven wij. Simul iustus et peccator mag geenzins de realiteit van ieder van beide, rechtvaardigheid en zonde, afknotten en van rechtvaardigheid spreken waar zonde is en van zonde spreken waar rechtvaardigheid is. Maar wel degelijk is het de grondomschrijving van de verhouding van de mens tot God. (Nygren) 3. daß er nicht eingebildete, sondern wirkliche Sünder erlöst, indem er uns in unsern Sünden erhält (behoudt) und mit Wohlgefallen unser Werk und unser Leben ansieht, obgleich sie wert sind, verworfen zu werden (Heidelberger Disputation). Kijkt God met welgevallen naar een werk dat verworpen verdient te worden? Ik dacht, dat God met welgevallen keek naar ons als deelkrijgend aan de rechtvaardigheid van Zijn geliefde Zoon? Wel, dit laatste ís wel zo, maar an sich beschouwd is er dan geen brug met het verleden. In feite ontfermt God Zich over zondaars in hun mogelijkheid gerechtvaardigden in Christus te zijn op grond van dit wat Hem al voor ogen staat. Dit welgevallen in Christus is een welgevallen aan Zijn Zoon, maar onder het aspect van ontferming over wie nog immer van zich zondaren zijn die om niet geaccepteerd worden. Het eenmaal weggenomen hebben van de erfzonde maakt niet dat daarna de genade geen genade meer is. God hóeft Zich niet, anders dan verplichtheid aan Zichzelf om Zijn belofte gestand te doen, nog immer niet over de zondaar te erbarmen: wat Hij doet is blijvend genade. Maar is de erfzonde dan niet weg en zijn wij nu niet acceptabel, zodat het erbanrmingsaspect naar de achtergrond verdwijnt om uiteindelijk geheel te verdwijnen? Maar wat zijn wij van onszelf: zondaren. Dan toch niet: wegens de lichtheid van die zonden die de rechtvaardiging niet tot een wassen neus maken minder verwerpelijk. I.p.v. door zijn genade alleen? Maar Trente leert, dat mijn staat van gerechtvaardigde een staat van erbarming ondervinden is. Dit is de grondverhouding van de mens tot God. Bestaat die erbarming r.k. dan niet in het weggedaan hebben van de erfzonde? Ja, maar blijkbaar is dit nog steeds Gods erbarming ondervinden, derhalve is het nog immer uit de erfzonde gehouden worden. Maar deze is niet iets aparts naast de dagelijkse zonden, immers: wij worden gedoopt tot vergeving van zonden, dat moet dan zijn van de erfzonde, waarvan in de context sprake is én van actuele zonden, verledene (behalve bij kleine kinderen), huidige en toekomstige, die ermee een eenheid vormen. Het gaat in de erfzonde niet om een soort geheimzinnig geërfde bijzondere zonde van Adam en Eva, maar om hun en met hen ons überhaupt zondaren geworden zijn. Dit is weliswaar mijn interpretatie (en van anderen) van Paulus en Trente, maar hoe dan ook is het duidelijk, dat God wat verdoemelijk is in de zonde gedurig weghoudt. Ook Luther zegt niet meteen, alhoewel het natuurlijke wel waar is, dat iedere zonde absoluut van God scheidt (r.k. je komt er [nog] niet mee in de hemel), maar om iets wat wij zonder genade willen en dat is ongeremd zondigen: het is de verkeerdheid in ons, te Trente de afgewendheid waarvanuit de rechtvaardigmaking (die sowieso bekering als gevolglijke voorwaarde meebrengt) begonnen wordt en die ons reëel betreft op het moment, door Trente geschilderd met geloof, zoon, uw zonden worden u vergeven midden in de descriptie van het proces der omkering die de rechtvaardiging als zijnde vrijspraak begeleidt (wedergeboorte wordt door Trente wel degelijk van rechtvaardiging onderscheiden, maar de

16 nieuwheid van de gerechtvaardigde is de nieuwheid van de rechtvaardigheid van Christus waarmee wij bekleed worden oftewel die Gods rechtvaardiging van ons ons aanbrengt; toch is onze wedergeboort niet iets ons rechtvaardigends). 4. Het blijft een zondaar die gerechtvaardigd wordt. De zonde wordt niet aangerekend of zolang ik er schuldig aan ben niet ten volle aangerekend. En ze wordt gereduceerd tot nietstrijdigheid met het rechtvaardigzijn. Nygren: Zwar ist es wahr, daß es Gott ist, der durch den gerechtfertigten Menschen wirkt. Aber nicht einmal dies hebt die in jeder Menschlichen Tat hervortretende Sünde auf. Ook een goede daad is een daad van een zondige mens en is met meekomend slechte motieven vermengd. Maar het gaat te ver een goede daad een zonde te noemen. Bij Nygren zal het geen pecca fortiter, maar vertrouw nog meer zijn, want goddeloosheid is het tegengestelde van rechtvaardigheid, maar wel: je bent een zondaar en wanneer God het goede doen in je bewerkstelligt, wordt dit niet opgeheven. : Maar wel gereduceerd en onbeschuldigend gemaakt. Toch gaat het niet om een superimpositie van de rechtvaardigheid van Christus over je zondigheid heen, maar überhaupt om een reductie van het beschuldigende. Dit komt erop meer, dat lichte zonden niet meer verdoemen, niet worden gerekend naar de zondaar eigenlijk verdiende en als zodanig, gerekend buiten Gods barmhartigheid, nog verdient; zware zonden maken de rechtvaardigheid echter tot een karikatuur en tot iets dat niet langer reëël van toepassing is. Maar inzoverre zonde nog (zij het gereduceerde) schuld is, inzover is zij qualitate qua geen rechtvaardigheid, al is deze weer inzover aanwezig, het geval, van toepassing, als ze de rechtvaardigheid niet opheft en deze door haar heen transpareert (omgekeerd ook, maar de rechtvaardigheid prevaleert). Dus de rechtvaardigheid houdt de zonde onder, en tussen rechtvaardiging, rechtvaardigheid en zondigen, zonde is er altijd een water-en-vuurverhouding en geen benign neglect. Maar zeker is het zo, dat de gerechtvaardigde mens zondaar is, die uitzichzelf maar al te gaarne zondigt, die uit zichzelf verwerping verdient. 5. Over zondig hard, maar vertrouw nog meer zie eerder. K. Holl ziet in deze formule Luthers principiële instelling: Wenn der Gerechtfertigte der Meinung ist, sein Tun sei nun nicht mehr Sünde, ist er schon vom Christusglauben abgefallen. Zeg dan: Sein Tun sei nicht mehr das Tun eines Sünders. Pg In den Schmalkaldischen Artikeln zegt Luther: «Obwohl die Sünde im Fleisch noch nicht ganz weg oder tot ist, so will er sie doch nicht rechnen noch wissen» Maar wij staan onder Gods voortdurende aanklacht en beschuldiging. Wij hebben ons aan deze zonden, protuberansende zonde, schuldig te weten, maar Gods rechtvaardigverklaring te geloven. Zo zijn wij gerechtvaardigd maar zondaars oftewel worden wij zondaars gerechtvaardigd. Dus God beschuldigt en rechtvaardigt tegelijk. Ik word geprangd en ben beangst, maar ik geloof, en zie, de angst verdwijnt en ik ben opgelucht en adem vrij en wil niet meer zondigen. Maar ik zondig en ben zeker schuldig en word beschuldigd. Maar ik vertrouw op God en om er afstand van te doen belijd ik mijn schuld en neem mij voor om niet meer te zondigen. Ik zondig echter nog weer enz. enz. God wil mijn zonde niet weten en rekenen. Hij wil ze niet zien, weg ermee, vergeten, maar dan wel op voorwaarde van en door Zijn toedoen mijn kappen hiermee. Maar Luther zegt, dat de zonde in het vlees nog niet weg of dood is en God er tóch niet van wil weten of haar wil aanrekenen. Wat ik net stel is wel een consequentie van Luthers ruimere leer, maar hij zegt niet willen weten en rekenen en dit is: tegelijkertijd. Wat ik zeg is, dat God wel wil ontzondigen, maar dit niet op een onmogelijke manier. Maar Luther maakt geen onderscheid tussen zonde en zonde, natuurlijk omdat de neiging pas van willen te

17 onderscheiden is, nadat ik allang echt gezondigd heb en de neiging is in ieder geval al willen geweest, voor ik het onderscheid heb kunnen maken (zie verderop). Luther liet nl. voorafgaan: Daß wir «durch den Glauben (wie St. Petrus sagt) ein anderes, reines Herz kriegen und Gott um Christi, unseres Mittlers, willen uns für ganz gerecht und heilig halten will und hält. Dit hält is forensisch imputeren, maar alsof is hier het goede woord niet, maar: je bent het niet waard, maar je wordt vrijgesproken, hetgeen niet maakt dat je voortaan niet iemand bent die het als iemand die het als te rechtvaardigen, als gedurig afhankelijk van vrijspraak, niet waard (d.w.z. immer uit zichzelf niet waard is) is vrijgesproken te zijn en te worden. Rechtvaardigheid te Trente ooit geen genade meer? Wanneer Trente zegt: wij worden om niet gerechtvaardigd, omdat niet wat aan de rechtvaardiging voorafgaat deze verdient, dan lijkt het of men na de rechtvaardiging deze wel verdient. Inderdaad is wat je waard ben deze rechtvaardiging: je waarde verhoudt zich er adequaat toe. Doch niet als voortaan haar oorzaak hoe zou dit überhaupt kunnen? Ook als inverdienen: met Christus rechtvaardigheid bekleed wek je, d.w.z. wekt deze met jou, in jou en zo: de jouwe (zie beneden), Gods liefde. Maar niet: het niet de rechtvaardiging verdienende is nu beëindigd, voortaan verdien je haar. Want dan zou de om niet rechtvaardiging zichzelf voortaan verdienen. Vandaar, dat wij, ook tridentijns en in weerwil van Calvijns Antidotum (tegen Trente) een gedurig voorwerp zijn van Gods zich ontfermd hebben dat zijn karakter van ontferming nooit verliest. Beneden ( Voldoet Trente aan de reformatorische ervaring? ) ga ik hier nog verder op in. Gaan wij verder met Luther: Tegen het louter forensische in gaat ook, dat wij ein anderes, reines Herz kriegen. Maar nóg is er, uitgedrukt door halten will zonde weg te doen. God wil dit, maar Hij houdt ons voor rechtvaardigen, ofschoon wij in ons vlees nog zonde hebben. Dus het verkregen andere, reine hart is inzoverre nog niet gans, als wij nog zonde levend dus zondenbarend, protuberansend, in ons vlees hebben, die God, zegt Luther, echter niet aanrekent en waarvan Hij niet weten wil. Dit stemt overeen met reductie tot r.k zonde, opgevat als wortel der zonde, met dien verstande, dat bij Luther geen onderscheid is tussen wortel en scheuten, r.k. de vergeving, als het goed is, algeheel is, waarbij deze wortel als onderscheiden van de uit voortkomende scheuten geen zonde in de eigenlijke zin is. Zo lijkt te blijven, dat bij Luther ook schuldige protuberansen inzoverre schuldig onder die vergeving vallen. Zo zit het niet. Zonde en Zonde Luther maakt geen onderscheid tussen zonde en zonde.wil God dan ook niet weten van of rekenen ons oude zondigen, waartoe Luther onze hele instelling, voor hem zonde, rekent? Echter (en dit is het antwoord op de vraag van daarnet): is God tijdens dat niet willen rekenen en weten bezig de zondewil door het reine hart opzij te dringen en dit is uiting van niet-willenweten in daarnet besproken zin. Hieruit vloeit voort, dat Hij van onze diepste instelling (als het aan ons ligt zijn wij ook voor Trente van God afgewenden) geen kwaad meer wil weten, ons daarom voor onschuldigen houdt, en dit heeft zin juist door gave van het andere, reine, hart. Zelfs verandert dit onze instelling ( hart ) en peccatum is dan niet meer onze kern, maar het belagende in onszelf van onszelf, van onze kern, van ons hart (Paulus spreekt van geest, vgl. Ez. 11, 19). Het is niet langer ons hart, maar de zonde die blijft in ons vlees. Dus hier ziet God deze zonde in ons vlees niet aan: ze bestaat voor Hem niet als schuld. Is het dan soms zo, dat als God niet zo handelde, ze dan wel bestond als schuld, ook inzoverre het, naar het door Trente aangebrachte onderscheid, alleen maar om de neiging gaat?

18 Dit zou een hypertridentijnse verwisseling zijn van de begintoestand met de eindtoestand en raakt de zaak niet waar het om gaat, nl. dat, zo God ons niet rechtvaardigde en vernieuwde, we tóch de daad bij het woord voegen, oftewel buiten Gods rechtvaardigen heeft het onderscheid tussen peccatum en peccatum weinig zin. Maar nu wij, gerechtvaardigd, ons om God beijveren wel. Dan heeft het zin onderscheid te maken tussen de neiging waaraan ik wel toegeef of: niet van aflaat en die diffusiteit (reële ervaring, waarop Luther zich dan ook baseert), b.v. het geval dat ik meen onschuldig te zijn, terwijl ik toch door een fout te noemen motief (zo te noemen, omdat het al om een bewust handelen gaat) bewogen word en me soms schuldig voel, terwijl het doorslaggevende motief zuiver was. Ik merk, dat ik er én niets aan kan doen en toch, dat ik dit verkeerde aan het willen ben. Het gaat hier om overlapping, maar wij hoeven ons niet te laten beschuldigen voor iets, dat slechts neiging is, maar moeten onszelf beschuldigen, als wij weten, dat wij, al is het maar enigszins, vermijdelijk zwak waren, in plaats van de heilige boon te gaan uithangen, juist als we ons of in werkheiligheid (heimelijk) ich bin ein guter Mensch vermenen of in ik ben tóch gerechtvaardigd gesteund weten. Niet-aanrekening volgens Luther Dus de boze in zondigen protuberansende begeerte wordt ons door de rechtvaardigende God niet aangerekend: niet weten willen, imputatie. Maar aan de andere kant protuberanst ze als reëele bezondiging door. Dan blijft het eerste wat ik zei: Het is een niet willen weten onder gelijktijdige beschuldiging en gebod te stoppen met zondigen. Luther zegt dit zelf, want hij spreekt ervan, dat wij een nieuw en ander hart hebben, maar er is nog die neiging (neiging, want hij zegt noch nicht ganz weg und tot. Dus tot (in zonden protuberansende) neiging gereduceerd. Luther zegt dus: Je hebt een boze wil, maar deze wordt door Gods ontferming gereduceerd tot neiging, geneigdheid, d.w.z. die niet zo zou heten, als zij niet periodiek door feitelijk zondigen bevestigd werd. Nicht wissen will verraadt dan, dat er nog zonde is, maar dat er is een zand erover is. Maar het gaat om für gerecht und heilig halten will und hält, het eerste waarvan verraadt, dat God er eigenlijk helemaal niet aan zou moeten willen, nochtans toch doet, het tweede een nochtans inderdaad doen prediceert.luther zegt ook, dat hij dit steeds geleerd heeft, maar ook das weiß ich gar nicht zu ändern. Er zit - daar heeft het alle schijn van - een brok louter (bedekkkende) imputatie in, die voor Rome onacceptabel was en is. Hoe kun we hetzelfde nu liquider, naar de eigenlijke bedoeling ervan, herlezen en dan ook met behoud hiervan oecumenisch hertalen? Staat er misschien niet wat er lijkt te staan? Luther zegt: So will er sie nicht rechnen noch wissen. Hij zegt ook für gerecht und heilig halten will. Dit will duidt op een welwillendheid. Maar er is meer: dat God, Zijn hoogste recht volgend, er eigenlijk helemaal niet aan zou moeten willen, maar niettemin gaarne wil.. Beide samen is dit in overeenstemming met wat Trente caput 6 de iustificatione en Luther zelf in Babylonische Gevangenschap bij de Doop van de gelovig hopende zondaar zegt, dat God hem, de zondaar, goedgunstig gezind zal zijn en wat God die hem ontzondigt dan ook is. Het geprediceerde is, dat God wil wat Hij, naar Zijn hoogste recht, niet zou moeten, samengenomen: niet hoeft en dit komt het best glijdend tot zijn recht. Op het moment van hält is daar nóg de vrijgesproken zondaar die dit niet verdient en voortaan van zichzelf nog immer niet verdient, maar God will hem voor gerecht houden en doet het, maar op dit voorafgaande moment van will is er een niet langer verachten, maar accepteren en vergeven door het geloof. Dit gebeurt te Trente even later duidelijk in caput 6 op het moment dat geïllustreerd wordt met geloof, zoon, uw zonden zijn u vergeven. Maar inderdaad is die eerdere hoop fidentes Deum sibi propitium fore (zullen zijn) reeds geloof, met zoveel woorden. Dit wordt traditioneel weergegeven met displicentes amati sumus, (nog) onbehagend worden wij bemind Dit mag je met Calvijn noemen de eerste druppel des geloofs. Het is Gods meteen

19 startende goedgunstige toewending. Trente: Zij beginnen God, de bron van alle rechtvaardigheid, lief te hebben en worden tegen hun zonden bewogen. God will hier wat Hij nog minder hoeft dan bij het volle hält, bij de acceptatie bij het confide overgaand in het geloof dat reeds voor het Doopsel wordt gevraagd. Bij het hält wordt nl. uitgedrukt, dat het geloof rechtvaardigt. Het halten will en hält lijkt bij Luther tegelijkertijd te gebeuren, maar het will als uitdrukkende, dat God iets wil wat Hij niet hoeft is a fortiori het geval naarmate de zondaar nog zondaar is. Toch houdt God hem, vanaf het moment, dat hij gelooft, voor heilig en rein. Maar wat is dit halten will und hält door het geloof.anders dan dat de rechtvaardigmaking door het geloof dieper doordringt tot ze is wat God wil, dat ze is? God heeft nog de zondige instelling om te zetten bij het meteen begonnen (dat is dan: overgaan tot) voor geheel zuiver en rechtvaardig houden. Maar wordt deze mijn uitleg van will niet gelogenstraft door hetgeen Luther vervolgens zegt: obwohl die Sünde im Fleisch will er sie doch nicht rechnen noch wissen, dat klinkt alsof God er eenvoudig niet van wil weten? Zal ik me door deze overweging van mijn stuk laten brengen? Waarom zou dit nodig zijn? Hij will für ganz gerecht und heilig halten und hält door het geloof. Dit doet op de net geschilderde wijze zijn werk. Nog zondig ik dagelijks. Maar God doet, nu na reductie, nog immer dat zelfde óvergaande. Hij houdt niet van mijn zonde, maar wanneer ik in geloof Zijn vrijspraak accepteer, dan brengt deze mee de kracht om eraan te beantwoorden en als ik deze links laat liggen, dan is het een geloof dat geen knip voor de neus waard is. De uitspraak geldt dus de waarachtige gelovige en die dus zijn zojuist begane zonde betreurt. Maar doet niet alsof wat nog schuld is onschuld zou zijn. Dit komt overeen met mijn interpretatie van Calvijn ad Chr.Ins dat totale rechtvaardiging totale wedergeboorte met zich meebrengt i.p.v. - wat op het eerste gezicht het geval lijkt - a.h.w. over het gebrek aan dit laatste heen te vallen en er dan absoluut boven te prevaleren. Zo kunnen alle grote dogmatische verschillen tussen de grote christelijke denominaties (vagevuur, de moeder Gods) opgeruimd worden. De Reformatie sluit dit van zich uit, wanneer haar aanhangers haar boventoon van verticale imputatie, die klinkt als dat God onze schuld, die we zelf (nog) willen, niet wil aanrekenen, voor haar hoofdtoon houden. God vergeeft ons de schuld waarin wij willen zijn niet, conform de openbaring op Horeb. Maar Luther en Calvijn en Trente leren dit als puntje bij paaltje komt niet. Het is echter aanwezig als psychologische tendentie en suggestie. Het is de R.K. praktijk die tot deze reformatorische reactie en afhouding van het ook in deze richting vrij kunnen stromen van de Openbaring aanleiding heeft gegeven o.a. door teveel nadruk op de menselijke zelfrechtvaardiging zoals stiekem geloof in een eigen goedheid van de mens, eigengerechtigheid, het zichzelf in het centrum stellen van de kerk i.p.v. haar Heer, het durven betitelen van de paus als heilige vader, triomfalisme en te weinig op het feit dat het krijgen van genade en geloof allesbehalve vanzelfsprekend is en doorbestaande vormen van bijgeloof n5. Paulus over de inwonende zonde Wat zegt Paulus, op wie de begeerlijkheidsthematiek teruggaat, eigenlijk zelf? Paulus beschouwt de in ons vlees inwonende zonde vanuit het zich steeds moeten betrappen op willen zondigen en echt zondigen. Hij gevoelt deze begeerlijkheid zich uit zijn vlees opdringen. Paulus spreekt over de verdeeldheid tegen zichzelf van goedwillen tegelijk met willen zondigen Rom (7, 13-26) en daarna (8, 1-13) over de doding van de zonde en de geestelijke levendmaking en het eronder houden van de neigingen. Toch spreekt hij ook in het eerste stuk over zichzelf, een zich door het geloof in Christus gerechtvaardigde wetend. Dit lijkt nogal tegenstrijdig, maar is het niet. Omdat niet alleen het tweede al in het eerste aanwezig is, maar

20 ook het omgekeerde. Nog is daar het willen zondigen, maar nu om het klop te geven. Dus de neiging als protuberansend? Ook Trente ontkent dit niet, maar wel, dat de zonde die in mij woont dit hoe dan ook doet in schuldige zin. Nu heeft Paulus het over het kwade, dat ik doe, die ik niet wens waardoor niet ik het doe, maar de zonde in mij. Maar of het één: een neiging voelen, maar daar niet aan toegeven is geen doen, of het ander: ik doe en dit is een toegeven aan de neiging. Niet zo Paulus. Er zou voor deze tegenstrijdigheid de volgende oplossing te bedenken zijn en dat is: inzoverre ik het niet wens, ben niet ik het, maar de zonde die in mij woont. Maar dit gaat niet op: Paulus spreekt niet in termen van zo n inzoverre, maar simpel over: ik doe wat ik niet wens, d.w.z. niet ik, maar de zonde in mij. Dit is echter niet: er niets aan kunnen doen, dat ik het doe, maar: de macht van deze zonde die mij zover brengt i.p.v. dat ik het kwade nalaat. Ik ben dus wel degelijk schuldig. Dit kwade dat ik doe is wel degelijk zonde. Maar deze is onderscheiden van de zonde in mij als macht. Je schuldig maken is immers q.q. iets wat je niet hoeft. In Paulus gevolg Met dit onderscheid, zegt Trente, leest de katholieke Traditie het. Calvijn verscherpt dit en maakt onderscheid tussen de begeerten als zodanig, die hij niet veroordeelt, maar pas als deze strijden met de ordonnantiën Gods en vluchtige neiging waaraan ik maar even toegeef, waarbij deze strijdigheid er is. Calvijn heeft met zonde hier deze wet der zonde (Augustinus) op het oog, maar identificeert de ingeschapen begeerlijkheid op zichzelf niet als zonde, doch met Luther alleen als protuberansend. Luther spreekt ook over gerechtvaardigden, maar die nog telijkertijd zondaars zijn, in wie de vleselijke zelfzucht nog aanwezig is, maar niet heerst en met de bovenbesproken bewoordingen. Trente scheidt hier: Dit wordt zonde genoemd, niet omdat het in eigenlijke zin zonde is, maar omdat het uit de zonde is en tot zonde doet neigen vanuit het defensief, tegen dat de zonde door de Doop niet geheel afgewassen zou zijn, al leert het wel degelijk het steeds nog protuberansen.het gaat erom, dat God in het Doopsel (sacrament van het rechtvaardigend geloof) de zondeschuld wegdoet i.p.v. deze a.h.w. slechts te overdekken. Maar bij de rechtvaardiging-als-zodanig, speciaal in de Doop, en bij alle algehele vergeving, wordt het protuberansen, dat, hopelijk verminderend, doorgaat tot aan het eind van het aardse leven. onderbroken. De anders protuberansende zonde ligt dan stil, maar is er nog wel. Ze is niet uit het vlees weg. Er is dus geen materieel verschil met Calvijn, eigenlijk alleen een in momenten uiteenplukken van Paulus en met hem Calvijn, terwijl Luther de algehele reiniging door het Doopsel ook niet loochent en bijgevolg ook langs deze op hetzelfde zal uitkomen als wij hierboven van hem bespraken.. Allen leren, dat de, ook uit de gerechtvaardigden en wedergeborenen nog niet verdwenen, begeerlijkheid is uit dat nog van Adam geërfd hebben en dat de afgewendheid, waarmee wij ( maar in verhouding tot Gods ontfermende genade) geboren worden of er is onder het opzicht van slechts neiging beschouwd, onze bedorven natuur, niet anders is dan gevolg van de zonde van de Mens, van Adam, die de andere mensen voortekent en waaraan zij deelhebben, later als echte zondaars, eerder als alleen maar straf voor dat zondigen geneigd, aangelegd, maar waarvan allang bewezen is, dat de zondaar naar zichzelf de zonde van Adam als actief toetrekkend aantoont, dat hij verdient zo geboren te zijn.- : Zo komt in de neiging tot uiting wie wij zelf wilden zijn en zullen blijk geven te willen zijn, reden waarom God, als Hij naar hoogste recht oordeelde, ons reeds van de wieg af als geneigd, of als slechts aangelegd, verwerpt. Niet op grond van de fatale aanleg, want wat beschuldigt Hij dan?, maar juist op grond van weliswaar aanleg, maar niet fatale aanleg, zodat toch wij het zijn, die steeds actief aantonen Adamsgebroed te zijn.hiertegen valt op, dat slechts neiging

Vraag 62 : Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk daarvan zijn?

Vraag 62 : Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk daarvan zijn? Voor 16 jaar en ouder! Zondag 24 Zondag 24 gaat over de goede werken. Zondag 24 vraag en antwoord 62, 63 en 64. Vraag 62 : Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk

Nadere informatie

Zondag 29 gaat over het Heilig Avondmaal (2)

Zondag 29 gaat over het Heilig Avondmaal (2) Zondag 29 Zondag 29 gaat over het Heilig Avondmaal (2) Lees de tekst van Zondag 29 Vraag 78 : Wordt dan uit brood en wijn het wezenlijk lichaam en bloed van Christus? Antw : Nee; maar gelijk het water

Nadere informatie

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 12 t/m 14

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 12 t/m 14 Dordtse Leerregels Hoofdstuk 3 en 4 Artikel 12 t/m 14 Werkboek 10 Dordtse Leerregels hoofdstuk 3 en 4 artikel 12 t/m 14 Boven artikel 12 t/m 14 schrijven we : wedergeboorte en geloof In dit werkboek gaat

Nadere informatie

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 1 t/m 4

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 1 t/m 4 Dordtse Leerregels Hoofdstuk 3 en 4 Artikel 1 t/m 4 Werkboek 7 Dordtse Leerregels hoofdstuk 3 en 4 artikel 1 t/m 4 Hoofdstuk 3 en 4 gaat over de bekering. Hoofdstuk 3 en 4 heeft 17 artikelen. In dit werkboek

Nadere informatie

Mag ik jou een vraag stellen?

Mag ik jou een vraag stellen? Mag ik jou een vraag stellen? Mag ik jou, die dit leest, een zeer belangrijke vraag stellen? Stel dat je vandaag zou sterven, doordat er iets verschrikkelijks gebeurt, bijvoorbeeld een auto ongeluk of

Nadere informatie

Romeinen 3:1-31 1 Wat is dan het voorrecht van de Jood, of wat is het nut van de besnijdenis? 2 Velerlei in elk opzicht. In de eerste plaats [toch]

Romeinen 3:1-31 1 Wat is dan het voorrecht van de Jood, of wat is het nut van de besnijdenis? 2 Velerlei in elk opzicht. In de eerste plaats [toch] Romeinen 3:1-31 1 Wat is dan het voorrecht van de Jood, of wat is het nut van de besnijdenis? 2 Velerlei in elk opzicht. In de eerste plaats [toch] dit, dat hun de woorden Gods zijn toevertrouwd. 3 Wat

Nadere informatie

Doopvragen, na alle formulieren zijn deze hetzelfde:

Doopvragen, na alle formulieren zijn deze hetzelfde: Doopvragen, na alle formulieren zijn deze hetzelfde: Geliefden in de Here Jezus Christus. God heeft de doop ingesteld om ons en onze kinderen zijn verbond te verzegelen. In dat geloof en niet uit gewoonte

Nadere informatie

1 Johannes. - Kringleiderhandeleiding -

1 Johannes. - Kringleiderhandeleiding - 1 Johannes - Kringleiderhandeleiding - Beste kringleider, Hieronder vind je per hoofdstuk een aantal aanvullende gedachten bij het kringmateriaal over 1 Johannes. Met name wordt beschreven wat het doel

Nadere informatie

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten De gelijkenis van de twee zonen Lees : Mattheüs 21:28-32 Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel

Nadere informatie

De Bijbel open 2013 24 (22-06)

De Bijbel open 2013 24 (22-06) 1 De Bijbel open 2013 24 (22-06) In Mattheus 16 komen we een bijzondere uitdrukking tegen. Jezus zegt daar tegen Petrus en de andere discipelen dat zij zullen binden en ontbinden. Dat roept bij iemand

Nadere informatie

Waarom was het noodzakelijk dat Jezus stierf?

Waarom was het noodzakelijk dat Jezus stierf? Les 5 - Redding Vier feiten die je moet kennen om het Evangelie goed te begrijpen In deze bijbelstudies wordt gebruik gemaakt van de NBG-vertaling Dag 1 Waarom was het noodzakelijk dat Jezus stierf? In

Nadere informatie

LEVITICUS 23:40. etrog en lulav

LEVITICUS 23:40. etrog en lulav DE LOOFHUT HET LOOFHUTTENFEEST Wijst op het Koninkrijk van God Belangrijk feest in het leven en onderwijs van Jezus Centraal in het feest: de (loof)hut (sukkot); een tijdelijke verblijfsplaats Kern: Het

Nadere informatie

Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15

Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15 Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15 U hebt de Geest niet ontvangen om opnieuw als slaven in angst te leven, u hebt de Geest ontvangen om Gods kinderen

Nadere informatie

De rijkdom van het evangelie

De rijkdom van het evangelie 22 sep 07 20 okt 07 17 nov 07 15 dec 07 12 jan 08 23 feb 08 22 mrt 08 De rijkdom van het evangelie De gerechtigheid van God God maakt levend Gods Geest en het echte leven Het herstel van Israël Leven als

Nadere informatie

Vijf redenen waarom dit waar is

Vijf redenen waarom dit waar is Les 14 Eeuwige zekerheid Vijf redenen waarom dit waar is In deze bijbelstudies wordt gebruik gemaakt van de NBG-vertaling Dag 1 Is de echte (ware) gelovige voor eeuwig veilig en geborgen in Christus? Voor

Nadere informatie

De Dordtse Leerregels. Artikel 1 t/m 5

De Dordtse Leerregels. Artikel 1 t/m 5 De Dordtse Leerregels Hoofdstuk 1 Artikel 1 t/m 5 Werkboek 1 De Dordtse Leerregels Geschiedenis Het gaat in dit werkboek over de Dordtse Leerregels, of de vijf artikelen tegen de remonstranten. In het

Nadere informatie

Zondag 23 gaat over : rechtvaardig voor God.

Zondag 23 gaat over : rechtvaardig voor God. Zondag 23 Voor 16jaar en ouder! Zondag 23 gaat over : rechtvaardig voor God. Vraag 59 : Maar wat baat het u nu, dat gij dit alles gelooft? Antw : Dat ik in Christus voor God rechtvaardig ben, en een erfgenaam

Nadere informatie

Waarom doet Hij dat zo? Om de diepste bedoeling van Gods geboden aan te geven. Daar kom ik straks op terug. Hij geeft in de Bergrede de beloften en

Waarom doet Hij dat zo? Om de diepste bedoeling van Gods geboden aan te geven. Daar kom ik straks op terug. Hij geeft in de Bergrede de beloften en 1 De Bijbel open 2013 5 (02-02) Vandaag bespreken we een vraag over de betekenis van de Wet die God aan Israel gaf voor de christelijke gemeente van het Nieuwe Testament en dus voor ons. Is het zo dat

Nadere informatie

Zondag 25, vraag en antwoord 65, 66, 67 en 68.

Zondag 25, vraag en antwoord 65, 66, 67 en 68. Voor 16 jaar en ouder! Zondag 25 Zondag 25 gaat over de Sacramenten. Zondag 25, vraag en antwoord 65, 66, 67 en 68. Vraag 65 : Aangezien dan alleen het geloof ons Christus en al Zijn weldaden deelachtig

Nadere informatie

HC zondag 32 en 33. Gemeente van onze HEER Jezus Christus, gasten en luisteraars,

HC zondag 32 en 33. Gemeente van onze HEER Jezus Christus, gasten en luisteraars, HC zondag 32 en 33 Gemeente van onze HEER Jezus Christus, gasten en luisteraars, Ik vind de vraag van zondag 32, en dan bedoel ik de eerste vraag (86) een beetje raar. Of eigenlijk: wel begrijpelijk maar

Nadere informatie

We zingen: Ps. 42 : 1; Ps. 23 : 3 We lezen: Mattheus 26 : 26-30 We bespreken: zondag 28 H.C., vr. en antw. 76 en 77.

We zingen: Ps. 42 : 1; Ps. 23 : 3 We lezen: Mattheus 26 : 26-30 We bespreken: zondag 28 H.C., vr. en antw. 76 en 77. Bezinningsijeenkomst d.d. 5 maart 2015. We zingen: Ps. 42 : 1; Ps. 23 : 3 We lezen: Mattheus 26 : 26-30 We bespreken: zondag 28 H.C., vr. en antw. 76 en 77. We willen vanavond aan de hand van vraag en

Nadere informatie

Bijbelrooster 31 juli t/m 6 augustus Thema: Rechtvaardig door het geloof

Bijbelrooster 31 juli t/m 6 augustus Thema: Rechtvaardig door het geloof Bijbelrooster 31 juli t/m 6 augustus Thema: Rechtvaardig door het geloof Dinsdag 31 juli - Rechtvaardig voor God De rechtvaardige zal door zijn geloof leven - Habakuk 2:4b Denk je wel eens over rechtvaardigheid?

Nadere informatie

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht Lees : Mattheüs 18:21-35 Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was,heeft Hij gelijkenissen verteld

Nadere informatie

27Waar blijft het roemen dan? Het is uitgesloten. Door welke wet? Der werken? Neen, maar door de wet van geloof. 28Want wij zijn van oordeel, dat de

27Waar blijft het roemen dan? Het is uitgesloten. Door welke wet? Der werken? Neen, maar door de wet van geloof. 28Want wij zijn van oordeel, dat de ROMEINEN 3: 21-31 21Thans is echter buiten de wet om gerechtigheid Gods openbaar geworden, waarvan de wet en de profeten getuigen, 22en wel gerechtigheid Gods door het geloof in [Jezus] Christus, voor

Nadere informatie

Memoriseer elke dag een tekst. Dit heb ik u geschreven, die gelooft in de naam van de Zoon Gods, opdat gij weet, dat gij eeuwig leven hebt.

Memoriseer elke dag een tekst. Dit heb ik u geschreven, die gelooft in de naam van de Zoon Gods, opdat gij weet, dat gij eeuwig leven hebt. WAARAAN HEB JE ALTIJD HOUVAST? Dit heb ik u geschreven, die gelooft in de naam van de Zoon Gods, opdat gij weet, dat gij eeuwig leven hebt. 1 Johannes 5:13 1 DIAGNOSEVRAGEN Weet je zeker dat je naar de

Nadere informatie

De gelijkenis van de verloren zoon.

De gelijkenis van de verloren zoon. De gelijkenis van de verloren zoon. Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel dingen te leren.

Nadere informatie

Niveau 3 - Les 8: Het juiste gebruik van Gods wet Don Krow

Niveau 3 - Les 8: Het juiste gebruik van Gods wet Don Krow Niveau 3 - Les 8: Het juiste gebruik van Gods wet Don Krow Op een dag spraken Joe en ik met Bill en Steve bij het meer. De vraag werd gesteld: Hoe kunnen mensen bij God ter verantwoording worden geroepen

Nadere informatie

Chr. Geref. Kerk Ontswedde LITURGIE. voor de morgendienst op zondag 2 september 2012. in deze dienst zal. Julia Brugge.

Chr. Geref. Kerk Ontswedde LITURGIE. voor de morgendienst op zondag 2 september 2012. in deze dienst zal. Julia Brugge. Chr. Geref. Kerk Ontswedde LITURGIE voor de morgendienst op zondag 2 september 2012 in deze dienst zal Julia Brugge gedoopt worden thema: Zoals klei in de hand van de pottenbakker Voorganger: ds. J.J.

Nadere informatie

BIJBELSE INTRODUCTIELES

BIJBELSE INTRODUCTIELES BIJBELSE INTRODUCTIELES DEEL 1 - REDDING Dit deel geeft, middels de presentatie van het reddingsplan, de basisprincipes van het Evangelie (goede nieuws) van de Genade van God. 1. (Romeinen 3:10-11) Noem

Nadere informatie

Stel jezelf niet onder de Wet!

Stel jezelf niet onder de Wet! Dit document is een script van onderwijs dat is bedoeld om via video te worden getoond. In de video worden relevante tekst, dia s, media en afbeeldingen getoond om de presentatie te vereenvoudigen. Daarom

Nadere informatie

Uit God geboren. Wat een voorrecht om uit God geboren te zijn. We lezen hierover in Joh. 1:12

Uit God geboren. Wat een voorrecht om uit God geboren te zijn. We lezen hierover in Joh. 1:12 - 1 - Uit God geboren Wat een voorrecht om uit God geboren te zijn. We lezen hierover in Joh. 1:12 Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die

Nadere informatie

- 2 - Dat is dus de reden van het niet zondigen:

- 2 - Dat is dus de reden van het niet zondigen: - 1 - Uit God geboren Wat een voorrecht om uit God geboren te zijn. We lezen hierover in Joh. 1:12 Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die

Nadere informatie

OFFICIËLE GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING. ANNEX bij de officiële Gemeenschappelijke Verklaring

OFFICIËLE GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING. ANNEX bij de officiële Gemeenschappelijke Verklaring OFFICIËLE GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING van de Lutherse Wereldfederatie en de [Rooms-]katholieke Kerk ANNEX bij de officiële Gemeenschappelijke Verklaring Vertaald door T.H.M. Akerboom 1 2 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

MENORAH BEELD VAN DE ZEVENVOUDIGE GEEST VAN GOD EXODUS 37 EXODUS 37:17-22

MENORAH BEELD VAN DE ZEVENVOUDIGE GEEST VAN GOD EXODUS 37 EXODUS 37:17-22 DE MENORAH BEELD VAN DE ZEVENVOUDIGE GEEST VAN GOD EXODUS 37 EXODUS 37:17-22 17. Hij maakte de kandelaar van louter goud; van gedreven werk maakte hij de kandelaar, het voetstuk zowel als de schacht, de

Nadere informatie

Namen van God en van Christus in de eerste brief aan Timoteüs

Namen van God en van Christus in de eerste brief aan Timoteüs Kris Tavernier Namen van God en van Christus in de eerste brief aan Timoteüs 1 Timoteüs 1-6 Het is mijn bedoeling in dit artikel een overzicht te geven van de namen van God en van Zijn Zoon Jezus, die

Nadere informatie

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht. (Deze gelijkenis kun je lezen in : Mattheüs 18:21-35 )

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht. (Deze gelijkenis kun je lezen in : Mattheüs 18:21-35 ) De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht. (Deze gelijkenis kun je lezen in : Mattheüs 18:21-35 ) Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was,

Nadere informatie

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen Zondag 52 Zondag 52 gaat over de zesde bede. Leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, in der eeuwigheid. Amen. Lees de tekst

Nadere informatie

AANTEKENINGEN WAAROM WERD GOD EEN MENS?

AANTEKENINGEN WAAROM WERD GOD EEN MENS? AANTEKENINGEN Alles draait om de visie op Jezus Christus. Door de eeuwen heen is er veel discussie geweest over Jezus. Zeker na de Verlichting werd Hij zeer kritisch bekeken. De vraag is waar je je op

Nadere informatie

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. A. Prins (Vriezenveen)

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. A. Prins (Vriezenveen) Welkom in deze dienst Voorganger is ds. A. Prins (Vriezenveen) Schriftlezing: Markus 2 vers 1 t/m 17 Gezang 328 vers 1 t/m 3 (Liedboek) Psalm 87 vers 4 (Schoolpsalm) Psalm 146 vers 1, 3 en 5 (Nieuwe Berijming)

Nadere informatie

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel dingen

Nadere informatie

De Dordtse Leerregels

De Dordtse Leerregels De Dordtse Leerregels Hoofdstuk 1 Artikel 6 t/m 11 Werkboek 2 Dordtse Leerregels Hoofdstuk 1 artikel 6 t/m 11 In werkboek 2 gaan we verder met het bespreken van de Dordtse Leerregels. In werkboek 1 staat

Nadere informatie

Liturgische teksten en gebeden

Liturgische teksten en gebeden Liturgische teksten en gebeden Votum en groet Votum: Psalm 124:8 Groet: 1 Korintiërs 1:3 of 1 Timoteüs 1:2b of Openbaring 1:4b,5a of Genade zij u en vrede van God de Vader, door onze Heer Jezus Christus

Nadere informatie

HC zd. 42 nr. 31. dia 1

HC zd. 42 nr. 31. dia 1 HC zd. 42 nr. 31 weinig mensen zullen zeggen dat ze leven voor het geld geld maakt niet gelukkig toch zeggen we er graag achteraan: wel handig als je het hebt want waar leef ik voor? een christen mag zeggen:

Nadere informatie

MINISERIE BRIEF AAN DE ROMEINEN

MINISERIE BRIEF AAN DE ROMEINEN MINISERIE BRIEF AAN DE ROMEINEN 13-6-2018 1 Overzicht of diepte 10 juni: deel 1: Romeinen 1-5:12 17 juni: deel 2: Romeinen 6-8 24 juni: deel 3: Romeinen 9-16 13-6-2018 2 Vandaag Hoofdstuk 1 t/m 5: 11 1.

Nadere informatie

Bespreken Zondag 26 en 27

Bespreken Zondag 26 en 27 C2 1 De Heilige Doop 25 Bespreken Handelingen 2: 37-41 Wat was de uitwerking van de prediking van Petrus? (vers 37) Welke oproep en welke belofte wordt verbonden met de doop? (vers38) Voor wie is deze

Nadere informatie

(Deel van) Zijn Lichaam

(Deel van) Zijn Lichaam (Deel van) Zijn Lichaam 1 December 2013 I. Wedergeboren Leven II. Levende stenen 1 Petrus 2:4-5 Voeg u bij hem, bij de levende steen die door de mensen werd afgekeurd maar door God werd uitgekozen om zijn

Nadere informatie

HC zd. 3 nr. 32. dia 1

HC zd. 3 nr. 32. dia 1 HC zd. 3 nr. 32 deze zondag verzet zich tegen fatalisme als grondtrek van veel menselijk denken fatalisme wil zeggen dat het gaat zoals de goden besloten hebben jij kunt daar niets aan veranderen dia 1

Nadere informatie

Paulus brief aan de Romeinen. #1 voorbereiding

Paulus brief aan de Romeinen. #1 voorbereiding 1 Paulus brief aan de Romeinen #1 voorbereiding Inhoudsopgave Paulus brief aan de Romeinen - #1 voorbereiding... 1 1. Inleiding... 2 2. Thema van de brief... 3 3. De vijf grote thesen van de brief... 4

Nadere informatie

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8 [1] [2] [3] Johannes 3:16 1 Korintiёrs 1:9 Johannes 3:19 God wil met ons omgaan God wil met ons omgaan Zonde brengt scheiding [4] [5] [6] Romeinen 3:23 Marcus 10:45 Romeinen 5:8 Zonde brengt scheiding

Nadere informatie

Hartelijk welkom in de kerk! Thema 3 Genade, fundament om op te leven

Hartelijk welkom in de kerk! Thema 3 Genade, fundament om op te leven Hartelijk welkom in de kerk! Thema 3 Genade, fundament om op te leven Mededelingen Wilt u aub uw mobiele telefoons uitzetten i.v.m. storing van de beeldopnames? Lied van de week Opwekking 412 Kom tot Mij

Nadere informatie

Alstublieft voor u: Een lichtpuntje!

Alstublieft voor u: Een lichtpuntje! Alstublieft voor u: Een lichtpuntje! Worstelt u met de gevolgen van een ernstige ziekte? Voelt u zich in de steek gelaten? Bent u intens verdrietig om het verlies van iemand waar u veel van heeft gehouden?

Nadere informatie

Geestelijk Klimaat onze identiteit. Pagina 1

Geestelijk Klimaat onze identiteit. Pagina 1 Geestelijk Klimaat onze identiteit Pagina 1 Adresgegevens Stichting Hervormde Scholen De Drieslag Lange Voren 88 3773 AS Barneveld Contactgegevens Dhr. A. van den Berkt (Algemeen Directeur) Telefoon: 0342-478243

Nadere informatie

Het Evangelie van verlossing rechtvaardiging van zonden

Het Evangelie van verlossing rechtvaardiging van zonden Het Evangelie van verlossing rechtvaardiging van zonden De vragen en antwoorden die dit hoofdstuk bevat, kunnen gelezen worden als inleiding op Romeinen 1 t/m 5:11. Het volgende hoofdstuk (hoofdstuk 6)

Nadere informatie

1. Gods eigendom. Op Toonhoogte 265

1. Gods eigendom. Op Toonhoogte 265 Jaarreeks 1: Jaarreeks 1: 1. Gods eigendom Abba, Vader, U alleen U behoor ik toe. U alleen doorgrondt mijn hart. U behoort het toe. Laat mijn hart steeds vurig zijn, U laat nooit alleen U behoor ik toe.

Nadere informatie

Het belang van het profetisch woord. De Bijbel open 14-10-15

Het belang van het profetisch woord. De Bijbel open 14-10-15 De Bijbel open 14-10-15 Mijn hoop is op U Heer, G mijn kracht is in U Heer, mijn hart is van U Heer, van U. Ik prijs U met heel mijn hart, ik prijs U met al mijn kracht. Met heel mijn hart, met al mijn

Nadere informatie

Inleiding over het kernwoord zonde

Inleiding over het kernwoord zonde Inleiding over het kernwoord zonde Door Eline Lezen: Mattheüs 5 : 21 t/m 48 Zingen: Psalm 6 : 1 en 4 1. Waarom moeten wij weten wat zonde is? Toen ik deze inleiding begon te maken vroeg ik me af wat ik

Nadere informatie

Pijler II: Geloof in God

Pijler II: Geloof in God Pijler II: Geloof in God Algemeen Jezus zegt, dat we geloof in God moeten hebben (Marc.11:22) en dat wie Hem kent ook de Vader kent (Joh.14:9). Als we dus spreken over geloof in God zullen we altijd bij

Nadere informatie

Wie is er nou blind? Het evangelie naar Johannes 9:1-41 22-9-2015

Wie is er nou blind? Het evangelie naar Johannes 9:1-41 22-9-2015 Wie is er nou blind? Het evangelie naar Johannes 9:1-41 1 Inleiding (1) Schrijver: Johannes, discipel en apostel (noemt zichzelf: de discipel van wie Jezus hield) Doel (Joh 20:31): dat je gelooft dat Jezus

Nadere informatie

MIJN NIEUWE LEVEN MIJN NIEUWE IDENTITEIT

MIJN NIEUWE LEVEN MIJN NIEUWE IDENTITEIT MIJN NIEUWE LEVEN MIJN NIEUWE IDENTITEIT MIJN NAAM: NLEG WERKBOEK HOE IK IN 7 DAGEN MIJN IDENTITEIT IN CHRISTUS KAN ONTWIKKELEN INLEIDING Om als Christen in overwinning te kunnen wandelen, is het nodig

Nadere informatie

Jezus, het licht van de wereld

Jezus, het licht van de wereld Jezus, het licht van de wereld Het evangelie naar Johannes 8: 1-30 1 Overzicht 1. De overspelige vrouw 2. Jezus als het Licht der wereld 3. Twistgesprekken met de Farizeeën 2 De overspelige vrouw Bijbeltekst

Nadere informatie

Er waren twee dingen waar Jezus vaak op wees in Zijn bediening geloof in God en de kracht van de Heilige Geest.

Er waren twee dingen waar Jezus vaak op wees in Zijn bediening geloof in God en de kracht van de Heilige Geest. Leven door geloof Veel christenen hebben door de eeuwen heen oprecht gezocht naar heiligheid en overwinning over de zonde, door hun kruis op zich te nemen en zichzelf te verloochenen. Maar ze hebben het

Nadere informatie

Inleiding Christendom

Inleiding Christendom Wie zijn de grondleggers van het christendom? Jezus zei: Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, en hun te leren

Nadere informatie

Wat zegt de Bijbel over het eeuwige leven? Hoopt u of weet u waar u de eeuwigheid zult doorbrengen?

Wat zegt de Bijbel over het eeuwige leven? Hoopt u of weet u waar u de eeuwigheid zult doorbrengen? Wat zegt de Bijbel over het eeuwige leven? www.dougdoddsbg.com Hoopt u of weet u waar u de eeuwigheid zult doorbrengen? Veel mensen geloven dat ze naar de hemel gaan omdat ze in God geloven, kerkdiensten

Nadere informatie

1) De ongelovige is blind gemaakt door Satan (2 Korintiërs 4:4).

1) De ongelovige is blind gemaakt door Satan (2 Korintiërs 4:4). BIJBELSTUDIES VOOR JONGE GELOVIGEN LES 4 Les 4 - Redding: Waarom is het voor ieder mens nodig om gered te worden? In deze bijbelstudies wordt gebruik gemaakt van de NBG-vertaling Dag 1 1) De ongelovige

Nadere informatie

Kingdom Faith Cursus. ---------------------------------------------------------------------------------------------------- Het geschenk van God

Kingdom Faith Cursus. ---------------------------------------------------------------------------------------------------- Het geschenk van God Kingdom Faith Cursus KF02 ---------------------------------------------------------------------------------------------------- Het geschenk van God Colin Urquhart ----------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan de kinderen van de gelovigen (1)

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan de kinderen van de gelovigen (1) Formulier om de christelijke doop te bedienen aan de kinderen van de gelovigen (1) Gemeente van onze Heer Jezus Christus, Over de doop Bij de doop word je in water ondergedompeld of ermee besprenkeld.

Nadere informatie

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 9 t/m 11

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 9 t/m 11 Dordtse Leerregels Hoofdstuk 3 en 4 Artikel 9 t/m 11 Werkboek 9 Dordtse Leerregels hoofdstuk 3 en 4 artikel 9 t/m 11 Boven artikel 9 t/m 11 schrijven we : Het is door U, door U alleen, om het eeuwig welbehagen.

Nadere informatie

Heeft God het Kwaad geschapen?

Heeft God het Kwaad geschapen? Heeft God het Kwaad geschapen? Zondagavond 22 september 2013 (Genade & Waarheid Preek) Inleiding A. Genade & Waarheid Preken (Soms) Ingewikkelde of wettisch toegepaste onderwerpen bekeken vanuit Genade

Nadere informatie

de doop zoals wij die kennen is afkomstig van niemand minder dan de Here Jezus zelf

de doop zoals wij die kennen is afkomstig van niemand minder dan de Here Jezus zelf de doop zoals wij die kennen is afkomstig van niemand minder dan de Here Jezus zelf kort voordat Hij naar de hemel ging gaf hij zijn leerlingen deze opdracht: trek erop uit en maak alle volken tot mijn

Nadere informatie

Kingdom Faith Cursus ------------------------------------------------------------------------------------------------ HEILIG, HEILIG, HEILIG

Kingdom Faith Cursus ------------------------------------------------------------------------------------------------ HEILIG, HEILIG, HEILIG Kingdom Faith Cursus KF09 ------------------------------------------------------------------------------------------------ HEILIG, HEILIG, HEILIG Colin Urquhart ------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

62007 De kenmerken van een echte relatie met God

62007 De kenmerken van een echte relatie met God I. Wanneer wij die al een poosje meedraaien in het christendom het over ons geloof hebben, dan beweren wij dat het bij ons gaat om een persoonlijke relatie met God in tegenstelling tot religie. A. Door

Nadere informatie

MINISERIE BRIEF AAN DE ROMEINEN

MINISERIE BRIEF AAN DE ROMEINEN MINISERIE BRIEF AAN DE ROMEINEN 18-6-2018 1 Overzicht of diepte 10 juni: deel 1: Romeinen 1-5:12 17 juni: deel 2: Romeinen 6-8 24 juni: deel 3: Romeinen 9-16 18-6-2018 2 18-6-2018 3 Hoofdstuk 1: 1 t/m

Nadere informatie

HRB. Redding voor allen nu? Romeinen 1-8. Hemelse Reddings Brigade

HRB. Redding voor allen nu? Romeinen 1-8. Hemelse Reddings Brigade Hemelse Reddings Brigade Hemelse Reddings Brigade stopt binnenkort! Hand. 17 : 30, 31 omdat Hij een dag bepaald heeft, waarop Hij het aardrijk in gerechtigheid zal oordelen door een man die Hij daartoe

Nadere informatie

dieper weg, in het moeras van zonde en ongerechtigheid. De mens kan zichzelf niet redden. Daar hoor ik iemand zeggen: "Ik geloof in

dieper weg, in het moeras van zonde en ongerechtigheid. De mens kan zichzelf niet redden. Daar hoor ik iemand zeggen: Ik geloof in Ik wil! Onlangs zij iemand tegen mij, "Ik wil wat jij wilt". Ik antwoordde daarop, "als jij wilt wat ik wil, dan ziet het er goed voor je uit". Ik wil, dat het doel van God openbaar wordt op deze aarde.

Nadere informatie

leren omgaan met Diversiteit In je gemeente

leren omgaan met Diversiteit In je gemeente Bijbelstudie 1 Korintiërs Diversiteit in de kerk is van alle tijden. En nu onze cultuur en de kerk minder goed op elkaar aansluiten dan wel eens gedacht, worden we vaker bepaald bij de verschillen tussen

Nadere informatie

De Bijbel open 2013 47 (30-11)

De Bijbel open 2013 47 (30-11) 1 De Bijbel open 2013 47 (30-11) Zie, hij bidt. Dat lezen we in Hand. 9 over Paulus. Zie hij bidt., het wordt verteld na zijn bekering op de weg naar Damascus. En het wordt gezegd alsof het iets heel bijzonders

Nadere informatie

MAAR uit genade door het geloof. Hoe wordt iemand gered?

MAAR uit genade door het geloof. Hoe wordt iemand gered? BIJBELSTUDIES VOOR JONGE GELOVIGEN LES 6 Les 6 - Redding Niet door te proberen de wet te volbrengen Niet door goede werken te doen Niet door onze eigen inspanningen Niet door het doopwater MAAR uit genade

Nadere informatie

Formulier om de Heilige Doop te bedienen aan volwassen personen 1

Formulier om de Heilige Doop te bedienen aan volwassen personen 1 Formulier om de Heilige Doop te bedienen aan volwassen personen 1 De hoofdsom van de leer van de Heilige Doop omvat de volgende drie delen. In de eerste plaats zijn wij met onze kinderen in zonde ontvangen

Nadere informatie

Geloof Brengt Verandering Toets 1 - antwoorden

Geloof Brengt Verandering Toets 1 - antwoorden Toets 1 - antwoorden Geloof (1-11) Lesstof: Hoofdstuk 1 1. Wat is noodzakelijk om van God te kunnen ontvangen? Geloof [1] 2. Noem vier uitingen van geloof. - Geloof voor redding [1.2] - Geloof en werken

Nadere informatie

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand. De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand. Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel

Nadere informatie

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof.

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof. NGB artikel 1: DE ENIGE GOD Wij geloven allen met het hart en belijden met de mond, dat er een Enig en eenvoudig geestelijk Wezen is, dat wij God noemen: eeuwig, ondoorgrondelijk, onzienlijk, onveranderlijk,

Nadere informatie

De Dordtse Leerregels

De Dordtse Leerregels De Dordtse Leerregels Hoofdstuk1 Artikel 15 t/m 18 Werkboek 4 Dordtse Leerregels hoofdstuk 1 artikel 15 t/m 18 In werkboek 4 leren we weer iets meer over de Dordtse Leerregels. In dit werkboek gaat het

Nadere informatie

6. Uitverkiezing. 6.1 Uitverkiezing is naar de voorkennis Gods

6. Uitverkiezing. 6.1 Uitverkiezing is naar de voorkennis Gods 6. Uitverkiezing In dit hoofdstuk zullen we nagaan wat de Bijbel over uitverkiezing en voorbestemming leert. In het volgende hoofdstuk wordt Romeinen 9 besproken. En in hoofdstuk 8 wordt de calvinistische

Nadere informatie

Want: In Hem (Jezus) hebben wij de verlossing door zijn bloed, de vergeving van de overtredingen, naar de rijkdom van zijn genade.

Want: In Hem (Jezus) hebben wij de verlossing door zijn bloed, de vergeving van de overtredingen, naar de rijkdom van zijn genade. Er zijn uitgebreide studies te schrijven over bekering en wat bekering in een mensenleven betekent. Deze studie beperkt zich echter tot de meest fundamentele betekenis van bekering. Toen de Zoon van God,

Nadere informatie

Is dan het uiterlijk waterbad de afwassing van de zonde zelf?

Is dan het uiterlijk waterbad de afwassing van de zonde zelf? Zondag 27 Zondag 27 gaat over gedoopte kinderen Lees de tekst van Zondag 27 Vraag 72 : Is dan het uiterlijk waterbad de afwassing van de zonde zelf? Antw : Neen het; want alleen het bloed van Christus

Nadere informatie

Onze redding Rechtvaardiging door het geloof

Onze redding Rechtvaardiging door het geloof Onze redding Rechtvaardiging door het geloof Romeinen 3:21-4:25 Inhoud Terugblik Rechtvaardiging buiten de wet om Is de rechtvaardiging van Abraham op basis van verdienste? alleen voor besneden of ook

Nadere informatie

Wie is de Heilige Geest?

Wie is de Heilige Geest? Wie is de Heilige Geest? De Heilige Geest is God, net als God de Vader en God de Zoon. Soms lijkt het of we over drie personen praten, maar het is allemaal dezelfde God. Hij is één. Net als water dat er

Nadere informatie

Voorbeeld brief 2de eeuw 2 Petrus)

Voorbeeld brief 2de eeuw 2 Petrus) Voorbeeld brief 2de eeuw 2 Petrus) 1 PROS GALATAS 1931 Sir Chester Beatty 1931 Sir Chester Beatty 1931 Sir Chester Beatty P A U L O C PAULUS WIE WAS DEZE MAN? Muurschildering van de apostel Paulus in een

Nadere informatie

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 5. Artikel 1 t/m 5. Werkboek 12

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 5. Artikel 1 t/m 5. Werkboek 12 Dordtse Leerregels Hoofdstuk 5 Artikel 1 t/m 5 Werkboek 12 Dordtse Leerregels, hoofdstuk 5, artikel 1 t/m 5 Hoofdstuk 5 gaat over de volharding der ( van de ) heiligen Boven hoofdstuk 1 t/m 5 schrijven

Nadere informatie

De kern van het christelijke geloof

De kern van het christelijke geloof De kern van het christelijke geloof 16 september 2006 28 oktober 2006 25 november 2006 6 januari 2007 24 februari 2007 24 maart 2007 21 april 2007 De Vader De Zoon De Heilige Geest Vrede met God Geloof

Nadere informatie

De Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 1. Artikel 12 t/m 14. Werkboek 3

De Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 1. Artikel 12 t/m 14. Werkboek 3 De Dordtse Leerregels Hoofdstuk 1 Artikel 12 t/m 14 Werkboek 3 Dordtse Leerregels Hoofdstuk 1 artikel 12 t/m 14 In werkboek 3 gaan we verder met het bespreken van de Dordtse Leerregels. Jullie weten waarom

Nadere informatie

Openluchtdienst! speelruimte om te leven!

Openluchtdienst! speelruimte om te leven! Openluchtdienst speelruimte om te leven liturgie bij de openluchtdienst op zondag 15 juni 2014 in de tuin van het Wooldhuis uitgaande van de Protestantse Gemeente Heino-Laag Zuthem voorganger: ds. Hans

Nadere informatie

De Bijbel Open (02-03)

De Bijbel Open (02-03) 1 De Bijbel Open 2013 9 (02-03) Ik kreeg een vraag van een luisteraar die nogal persoonlijk van aard is. Ik denk dat het gaat om een vraag die bij veel meer mensen leeft. De luisteraar zegt: ik mag uit

Nadere informatie

De hemelse Vader is geduldig mild Hij zoekt Zichzelf niet. De hemelse Vader rekent het kwade niet toe

De hemelse Vader is geduldig mild Hij zoekt Zichzelf niet. De hemelse Vader rekent het kwade niet toe De hemelse Vader is geduldig mild Hij zoekt Zichzelf niet De hemelse Vader rekent het kwade niet toe De hemelse Vader is niet verheugd over ongerechtigheid maar verheugt Zich samen met de waarheid De hemelse

Nadere informatie

Preek. Gemeente van Christus,

Preek. Gemeente van Christus, Ik geloof Gezang 399: 1/2 LvdK Votum en groet Psalm 100: 1/2 OB Geloofsbelijdenis Psalm 100: 3/4 OB Schriftlezing Rom. 10:4-21 Catechismus Zondag 7 Psalm 95: 2/3/4 OB Preek Psalm 135: 8/9/10 NB Gebed Psalm

Nadere informatie

is, zijn kracht te ontnemen, opdat geen vlees zou roemen voor God. In Christus We lezen in 1 Cor. 1: 28/31 het volgende:

is, zijn kracht te ontnemen, opdat geen vlees zou roemen voor God. In Christus We lezen in 1 Cor. 1: 28/31 het volgende: - 1 - In Christus We lezen in 1 Cor. 1: 28/31 het volgende: 28 En wat voor de wereld onaanzienlijk en veracht is, heeft God uitverkoren, dat, wat niets is, om aan hetgeen wel iets is, zijn kracht te ontnemen,

Nadere informatie

Hij heelt de gebrokenen van hart AANVAARD WIE JE BENT

Hij heelt de gebrokenen van hart AANVAARD WIE JE BENT Hij heelt de gebrokenen van hart AANVAARD WIE JE BENT De wortel van zelfhaat De eerste zonde; verlangen als God te zijn; de ontkenning van wie je bent Eerste gevolg van de zonde: Schaamte voor je lichaam

Nadere informatie

Het sacrament van. Boete en verzoening. Sacramenten

Het sacrament van. Boete en verzoening. Sacramenten Het sacrament van Boete en verzoening Sacramenten DSacramenten Deze geloofsboekjes gaan over de zeven sacramenten. Sacramenten zijn tekens, in woord en gebaar, die we in Jezus Naam in de gemeenschap van

Nadere informatie

Laat uw Koninkrijk komen en Uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel

Laat uw Koninkrijk komen en Uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel Laat uw Koninkrijk komen en Uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel Deze week gaan we ontdekken dat God Zijn schepping heel gaat maken en dat wij daarbij ingezet worden. 2 19 Gods Koninkrijk komt

Nadere informatie

Bezinningsbijeenkomst H.A.: 15 sept. 2015. We zingen: Ps. 63 : 1 en Ps. 63 : 2 en 3 We lezen: Jes. 55:1 6 en vr. en antw. 79 HC

Bezinningsbijeenkomst H.A.: 15 sept. 2015. We zingen: Ps. 63 : 1 en Ps. 63 : 2 en 3 We lezen: Jes. 55:1 6 en vr. en antw. 79 HC Bezinningsbijeenkomst H.A.: 15 sept. 2015 We zingen: Ps. 63 : 1 en Ps. 63 : 2 en 3 We lezen: Jes. 55:1 6 en vr. en antw. 79 HC Beste mensen, hier en thuis: Vanavond gaan we met elkaar nadenken over wat

Nadere informatie