Nota IJkpunten Financiële positie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Nota IJkpunten Financiële positie"

Transcriptie

1 Nota IJkpunten Financiële positie

2 P a g i n a 2 Inleiding AANLEIDING Gemeentefinanciën onder druk Als gevolg van de economische crisis en de daaruit voortvloeiende rijksbezuinigingen staan de gemeentefinanciën onder druk. Dat is ook in Amersfoort merkbaar. Sinds 2009 is er structureel voor 39 miljoen bezuinigd. Tabel 1: Overzicht van de bezuinigingsoperaties in de afgelopen jaren (Bedragen x 1 miljoen) Omschrijving miljoensoperatie (begroting 2010) miljoensoperatie (begroting 2012) miljoensoperatie (begroting 2013) miljoensoperatie (Kadernota 2014) Totaal Daarnaast is er de afgelopen jaren voor een zelfde bedrag (incidenteel) afboekt op de grondexploitaties en het vastgoed. De onderstaande tabel geeft een beeld van de afboekingen die de afgelopen vier jaar hebben plaats gevonden bij de vaststelling van de jaarrekening. Deze afboekingen zijn gedekt via bestemmingsreserves of opgevangen binnen het saldo van de jaarrekening. Tabel 2: Afboeking op Grondexploitaties en strategisch Vastgoed ( ) (Bedragen x 1 miljoen) Jaar Afboeking , , , ,4 Totaal afboekingen 39,0 Weerstandsratio is fors afgenomen Ons risicoprofiel is de afgelopen jaren fors toegenomen. Dit komt enerzijds doordat er meer risico s geïnventariseerd zijn. Anderzijds is de omvang van de daarmee gepaard gaande risicobedragen ook gestegen. Dit zorgt tezamen voor een hoger risicoprofiel. Daarnaast daalt ons weerstandsvermogen. Ons weerstandsvermogen bestaat voor een groot deel uit bestemmingsreserves. Wanneer deze bestemmingsreserves aangewend worden voor bijvoorbeeld projecten, daalt de reservepositie en daardoor ook ons weerstandsvermogen.

3 P a g i n a 3 Toenemende behoefte aan inzicht en ijkpunten Er zijn al veel instrumenten ontwikkeld als het gaat om inzicht, normen en ijkpunten. Deels zijn dit voorgeschreven eisen en normen, vanuit de Gemeentewet, het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) of de Wet Financiering Decentrale Overheden (Fido). Voor een ander deel zijn het de eigen lokale afspraken, zoals de bepaling van de weerstandsratio. Deze normen (ijkpunten) en afspraken staan momenteel vaak verspreid weergegeven in allerlei documenten en hebben allemaal hun doel en functie binnen de bestaande planning & control cyclus. Er zijn meerdere momenten in het jaar waarop we de financiële positie herijken op basis van vastgestelde financiële spelregels. Het verdient echter aanbeveling de bestaande ijkpunten, maar ook om eventueel nieuw te ontwikkelen ijkpunten of indicatoren in te bouwen in de bestaande planning en control cyclus. Op die manier kan, nog meer dan voorheen al het geval was, gewerkt worden aan een weerbare, wendbare en stabiele begroting. Daardoor krijgen we ook meer inzicht in de beïnvloedbaarheid en wendbaarheid van de begroting. Daarmee zijn we nog beter voorbereid op onze financiële toekomst. DOEL VAN DE NOTA Samenhangend stelsel Het doel van deze nota is om breder te kijken dan louter een inventarisatie van de reserves en voorzieningen of het weerstandsvermogen. We geven in deze nota een samenhangend stelsel van ijkpunten aan de hand waarvan de financiële positie kan worden beoordeeld. Daar waar wettelijke normen gelden, zijn die uiteraard als ijkpunt genomen. Wanneer de wet- of regelgeving niets voorschrijft, is aangesloten bij de ijkpunten die de VNG adviseert. Voor het overige hebben wij gekozen voor ijkpunten die in den lande vaak gebruikt worden in diverse stresstesten en hebben wij zelf een aantal ijkpunten benoemd. De keuze voor die zelfbenoemde ijkpunten (zoals de kapitaallastenquote, subsidiequote en personeelsquote) vloeit voort uit het feit dat die een structureel beslag leggen op onze begroting. Deze uitgaven zijn niet makkelijk te verlagen op de korte of middellange termijn en beïnvloeden daarmee de flexibiliteit van onze begroting. Kapitaallasten van een investering drukken bijvoorbeeld gemiddeld zo n 15 jaar op onze begroting. Daarom is het goed in beeld te krijgen en te houden welk deel van onze uitgaven nu voor langere tijd vast ligt. Met nadruk willen we hier vermelden dat het gaat om financieel-technische ijkpunten. De mate van (in)flexibiliteit zegt niets over de politieke wenselijkheid van bepaalde voorzieningen. Het is bedoeld om de financieel-technische implicaties zichtbaar te maken van beleidsinhoudelijke keuzes. Bij deze ijkpunten is de werkelijke realisatie van de afgelopen jaren als ijkpunt gekozen. In dat laatste geval hebben wij het ijkpunt afgerond op een mooi rond getal of percentage. Uiteraard is elke keuze hierin tamelijk arbitrair. De nota omvat een aantal elementen die ook terugkomen in de diverse stresstesten die inmiddels in het land zijn ontwikkeld. Daarmee hebben wij de stresstest geïncorporeerd in de ijkpunten voor de beoordeling van de financiële positie van de gemeente. Daarmee voorkomen we tegelijkertijd dat allerlei instrumenten, hoe goed bedoeld ook, elkaar gaan overlappen en dat daardoor het zicht verdwijnt.

4 P a g i n a 4 De niet-wettelijke en zelf gekozen ijkpunten hebben voornamelijk een signaalwaarde. Het overschrijden van deze ijkpunten heeft niet direct grote consequenties, behalve dat sommige uitgaven een relatief groter beslag op de begroting leggen. Dat hoeft op zich niet erg te zijn, als we ons dat maar wel bewust zijn. Daarom is het wel goed om onze score op deze ijkpunten normen de komende jaren goed te volgen. Het overschrijden van de wettelijke normen is uiteraard niet toegestaan. DRIE PIJLERS Deze nota rust op drie pijlers, te weten Weerbaarheid, Stabiliteit en Flexibiliteit. Weerbaarheid De eerste pijler gaat over de vraag of er voldoende buffers (zowel structureel als incidenteel) voorhanden zijn om de geïnventariseerde risico s en/of andere onvoorziene tegenvallers op te vangen. Als ijkpunt hiervoor gebruiken we de weerstandsratio. Stabiliteit Op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) moet de begroting structureel in evenwicht zijn. Structurele lasten moeten gedekt worden door structurele baten (en incidentele lasten door incidentele baten). Daarnaast is inzicht in de eventuele jaarlijkse begrotingsuitputting onontbeerlijk. Een analyse van de baten en lasten geeft hier ook de nodige inzichten. Want hoe stabiel zijn nu eigenlijk de baten en de lasten? Als ijkpunten hanteren we het begrotingssaldo; de volatiliteit van de begroting en het EMU-saldo. Flexibiliteit De centrale vraag bij de pijler flexibiliteit is: hoe flexibel is de begroting? Met andere woorden: in welke mate liggen de baten en de lasten vast. Kunnen aard en omvang van de baten en lasten makkelijk en op korte termijn beïnvloed worden? Immers, hoe makkelijker de omvang van de baten en lasten te beïnvloeden is, hoe flexibeler de begroting. De ijkpunten van de pijler flexibiliteit delen we op in drie categorieën, te weten: - belastingen (kostendekkendheid leges, onbenutte belastingcapaciteit en de lastendruk ten opzichte van het landelijk gemiddelde) - schuld (netto schuldquote, rentequote, renterisiconorm en de kasgeldlimiet) - bedrijfsvoering en exploitatie (kapitaallasten-; personeel- en subsidiequotes). De drie pijlers zullen in de navolgende hoofdstukken verder uitgewerkt worden. Daar waar mogelijk zullen de pijlers gelardeerd worden met voorbeelden en cijfermateriaal. Deze pijlers dienen in samenhang te worden bezien. Immers, een begroting dient niet alleen flexibel en wendbaar, maar ook stabiel en weerbaar te zijn. Bovendien is onze weerbaarheid laag als gevolg van de gekozen definitie en berekening van ons beschikbare weerstandsvermogen. Op grond van wet en regelgeving mag ook de onbenutte belastingcapaciteit meegeteld worden in het beschikbare weerstandsvermogen. Het ijkpunt onbenutte belastingcapaciteit binnen het onderdeel belastingen van de pijler flexibiliteit geeft bijvoorbeeld aan dat er nog de nodige ruimte is in de onbenutte belastingcapaciteit. Tellen we die mee, dan stijgt in 2014 onze score op het ijkpunt weerstandsratio bijvoorbeeld van 0,73 naar 0,82. Een goede of slechte score op één ijkpunt of één pijler zegt daarom weinig over het totaalbeeld.

5 P a g i n a 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN IJkpunten zijn mooi, maar de vraag is natuurlijk ook: wat gebeurt er bij een (dreigende) overschrijding van het ijkpunt? Vooralsnog zien we de gedefinieerde ijkpunten als een signaalwaarde. Bedacht moet worden dat deze ijkpunten zijn opgesteld vanuit de drie pijlers: weerbaarheid, stabiliteit en flexibiliteit. Andere bestuurlijke en beleidsmatige overwegingen kunnen tot andere conclusies leiden. Dit geldt zeker ook bij de ijkpunten rondom bedrijfsvoering en exploitatie. Er staan geen sancties op het overschrijden van de ijkpunten, maar het is meer een signaal. Daarom zullen we de ijkpunten alleen gebruiken om jaarlijks bij begroting en jaarrekening de uitkomsten van de diverse ratio s en cijfers te vergelijken met de gedefinieerde ijkpunten, waarna een afweging plaats zal vinden welke beleidsaanpassingen wenselijk zijn. Hieronder geven wij een samenvattende tabel met onze score van dit moment (op basis van de meest recente cijfers; jaarrekening 2012/begroting 2014) op de ijkpunten.

6 P a g i n a 6 Samenvattende tabel Ijkpunt Score Wettelijk of niet Weerbaarheid Weerstandsratio > 1,00 0,73 Eigen ijkpunt Stabiliteit Structureel begrotingssaldo > 0 mln. 1,9 mln. Wettelijke norm Volatiliteit < 47,5% 43,20% Eigen ijkpunt EMU-saldo -18 mln. -3 mln. Wettelijke norm Flexibiliteit Belastingen Kostendekkendheid leges < 100% 100% Wettelijke norm Onbenutte belastingcapaciteit 7,4 mln. 7,4 mln. Wettelijke norm Lastendruk tov landelijk 5,6 mln. 5,6 mln. Eigen ijkpunt Schuld Netto schuldquote VNG < 130% 175% Advies VNG Netto schuldquote Amersfoort < 130% 106% Eigen ijkpunt Bruto Rentequote < 5% 5,70% Eigen ijkpunt Netto Rentequote < 2,5% 2,50% Eigen ijkpunt Renterisiconorm < 76 mln. 15 mln. Wettelijke norm Kasgeldlimiet < 32,9 mln. 28,9 mln. Wettelijke norm Bedrijfsvoering en exploitatie Kapitaallastenquote < 10% 9,40% Eigen ijkpunt Vast personeelquote < 15% 13,50% Eigen ijkpunt Flexibel personeelquote 5% 4,80% Eigen ijkpunt Structurele subsidiequote < 15% 14,60% Eigen ijkpunt Incidentele subsidiequote < 2,5% 2,60% Eigen ijkpunt

7 P a g i n a 7 IJkpunten voor weerbaarheid Onze financiële weerbaarheid wordt in grote mate bepaald door onze buffer waarmee we onverwachte tegenvallers kunnen opvangen. Dit wordt ook wel het weerstandsvermogen genoemd. Uw Raad heeft in het verleden bepaald dat het beschikbare weerstandsvermogen bestaat uit alle reserves die we hebben, uitgezonderd de saldireserve, reserve exploitatie stadhuiscomplex, algemene dekkingsreserve en de reserve dekking kapitaallasten. Van de andere (bestemmings)reserves is het idee dat uw Raad te allen tijde de bestemming van de reserves nog kan wijzigen (zolang de reserves niet beklemd zijn) zodat het gerechtvaardigd is om deze mee te tellen voor het weerstandsvermogen. RESERVES Het BBV omschrijft reserves als vermogensbestanddelen die behoren tot het eigen vermogen en die bedrijfseconomisch gezien vrij zijn te besteden. Het belangrijkste onderscheid tussen reserves en voorzieningen is dan ook dat reserves tot het eigen vermogen behoren en in principe vrij aanwendbaar zijn. Er ligt geen oorzaak uit het verleden aan ten grondslag met financiële gevolgen in de toekomst. De besteding vindt natuurlijk wel in de toekomst plaats maar wanneer, waarvoor en hoeveel is vrij door uw Raad te bepalen. Het staat uw Raad immers vrij om een reeds bepaalde bestemming op enig moment te wijzigen. Aan reserves mag in tegenstelling tot voorzieningen wel rente worden toegevoegd. Artikel 43 1.In de balans worden de reserves onderscheiden naar: a. de algemene reserve; b. de bestemmingsreserves. 2.Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan provinciale staten respectievelijk de raad een bepaalde bestemming heeft gegeven. Hieronder worden deze categorieën toegelicht: Algemene reserve De algemene reserves nemen binnen de gemeentelijke financiën een speciale plaats in. De algemene reserves zijn alle reserves, niet zijnde bestemmingsreserves, die volgens het BBV zijn bedoeld als buffer (weerstandscapaciteit) voor het opvangen van financiële tegenvallers. Voorbeelden hiervan zijn een tekort op de jaarrekening en niet voorzienbare risico's. Bestemmingsreserves Bestemmingsreserves zijn, zoals de naam al zegt, reserves waaraan door de gemeenteraad een bepaalde bestemming is gegeven. Binnen de bestemmingsreserves kan een verder onderscheid gemaakt t.w.: a. Dekkingsreserves Dekkingsreserves zijn bestemmingsreserves voor de dekking van kapitaallasten van reeds gerealiseerde investeringen van economisch nut. Volgens het BBV moet voor de activering van investeringen met econmisch nut de bruto-methode worden gehanteerd. De bruto-methode houdt in dat aanwendingen van reserves niet afgetrokken mogen worden van het investeringsbedrag voor de berekening van de kapitaallasten. De kapitaallasten worden berekend van de bruto-investering en de reserve wordt gedurende de afschrijvingstermijn aangewend om de kapitaallasten (geheel dan wel gedeeltelijk) af te dekken.

8 P a g i n a 8 Het BBV noemt deze categorie niet afzonderlijk. Toch is het van belang om te weten welke reserves dekkingsreserves zijn voor een goed inzicht in de mogelijkheden tot aanwending. Bij wijziging van de bestemming ontstaat er namelijk een tekort op de exploitatie, waarvoor aanvullende dekkingsmiddelen aangewezen moeten worden. Dit is echter ook de reden dat de reserve dekking kapitaallasten uitgezonderd is van het weerstandsvermogen. b. Overige bestemmingsreserves Overige bestemmingsreserves zijn reserves waaraan door de gemeenteraad expliciet een bestemming is gegeven (bijv. reserve projecten en beleidsvoornemens). VOORZIENINGEN Onder voorzieningen worden afgezonderde vermogensbestanddelen verstaan die worden gevormd voor voorzienbare verplichtingen tegenover derden waarvan het bestaan en de omvang nog onzeker zijn, maar wel redelijkerwijs kunnen worden ingeschat. Artikel 44 en 45 van het BBV luiden als volgt: 1. Voorzieningen worden gevormd wegens: a. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten; b. op de balansdatum bestaande risico's ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten; c. kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren; d. de bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor een heffing wordt geheven als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b. 2. Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen, bedoeld in artikel 49, onderdeel b. 3. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Artikel 45 Rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn niet toegestaan. Ter toelichting het volgende: Voorzieningen staan op de balans bij de passiva en geven een inschatting van de voorzienbare lasten in verband met risico s en verplichtingen. De omvang en/of het tijdstip van optreden zijn op het moment van de balansdatum nog onzeker en hangen oorzakelijk samen met de periode voorafgaande aan die datum. Het gaat bij voorzieningen dus om min of meer onzekere verplichtingen die te zijner tijd schulden kunnen worden. Ook kunnen voorzieningen betrekking hebben op verplichtingen, samenhangend met het in de tijd onregelmatig gespreid zijn van bepaalde kosten, zoals bijvoorbeeld groot onderhoud. Daarnaast kunnen voorzieningen een schatting betreffen van de lasten voortvloeiend uit risico s die samenhangen met de bedrijfsvoering, zoals rechtsgedingen, reorganisaties en dergelijke. Voor de gevolgen van toekomstige gebeurtenissen, die niet hun oorzaak vinden in de periode voorafgaande aan de balansdatum, kunnen geen voorzieningen worden gevormd.

9 P a g i n a 9 Schulden of nog te betalen bedragen, vallen niet onder de noemer voorzieningen. Er bestaat immers geen onzekerheid over de omvang en het tijdstip van opeisbaar worden van de schuld of over de omvang en het tijdstip van het ontstaan van de last. Met ingang van 2008 zijn de voorschriften over de van overheden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden of anders moeten worden teruggestort, aangepast. Tot 2008 moesten deze middelen (vaak afkomstig van het Rijk of provincies) in een voorziening worden gestort wanneer ze aan het eind van het jaar nog niet besteed waren. Dat mag nu niet meer. Tegenwoordig moeten die bijdragen op de balans als een vooruit ontvangen bedrag vermeld worden. Een groot aantal rijksbijdragen is nu dus niet meer zichtbaar in de staat van voorzieningen. In 2008 is hierdoor een bedrag van afgerond 24 miljoen verschoven van voorziening naar vooruit ontvangen bedragen. Indien pensioen- en wachtgeldverplichtingen een normaal verloop hebben (dat wil zeggen: jaarlijks min of meer dezelfde omvang hebben) mag hiervoor geen voorziening worden getroffen. De reden hiervoor is dat dergelijke verplichtingen bij gemeenten reeds in de begroting en meerjarenraming zijn verwerkt. Om deze vervolgens nog eens op te nemen op de balans, zou dubbelop zijn. Tot slot is de voorziening grondexploitaties niet zichtbaar op de balans. De bedragen in de voorziening die een op een aan de afzonderlijke grondexploitaties zijn toe te rekenen, mogen namelijk volledig als een correctie op de boekwaarde van de afzonderlijke grondexploitaties worden gepresenteerd. BELEID INZAKE RESERVES EN VOORZIENINGEN In Amersfoort is aan bijna alle reserves een bestemming gekoppeld. Een uitzondering hierop is de saldireserve die in Amersfoort de functie van algemene reserve vervult zoals het BBV die definieert. De Raad heeft de vrijheid om de bestemming van al deze reserves te wijzigen. Hierdoor kunnen incidentele middelen worden vrijgemaakt voor andere prioriteiten. Bij de inventarisatie van de reserves is daarom ook nadrukkelijk gekeken welke keuzemogelijkheden er zijn en wat de consequenties zijn indien wordt besloten om bepaalde reserves af te romen. De Amersfoortse reserves waren op grond van de vorige nota Reserves en voorzieningen als volgt ingedeeld: A. Reserves waaruit beleidsprioriteiten financieel worden afgedekt. Een voorbeeld hiervan is de reserve Stedelijke Voorzieningen. Een groot deel van de investeringen in grote stedelijke projecten (zoals het zwembad Hogeweg) worden hieruit gedekt. B. Reserves die in het leven zijn geroepen om ingezet beleid meerjarig financieel mogelijk te maken. Bijvoorbeeld de reserve wijkse voorzieningen Vathorst, welke noodzakelijk is voor de voorzieningen in de wijk. Indien budgetten in enig jaar niet worden besteed, moeten ze wel worden gereserveerd om de betreffende wijkse voorziening in een later jaar mogelijk te maken. Een ander voorbeeld is de reserve Ruimtelijke investeringen (RRI) die nodig is voor de dekking van initiële kosten en (gedeeltelijke) financiële afdekking van ruimtelijke ambities. C. Reserves die bedoeld zijn als buffer voor het afdekken van risico s, zoals de reserve Wet Maatschappelijke ondersteuning (WMO) en de reserve Wet Werk en Bijstand (WWB).

10 P a g i n a 10 D. Egalisatiereserves. Tot voor kort waren er drie reserves die tot deze categorie behoorden. Namelijk de egalisatiereserves afvalstoffenheffing en rioolrecht en de 1/3 e regeling sport. Inmiddels zijn de egalisatiereserves afvalstoffenheffing en rioolrecht opgeheven. Hierdoor resteert als enige egalisatiereserve nog de 1/3 e regeling sport. E. Financieel technische reserves. Voorbeelden hiervan zijn de reserve dekking kapitaallasten, reserve exploitatie stadhuiscomplex en de algemene dekkingsreserve. Bij deze reserves zijn de keuzemogelijkheden beperkt om dat het onttrekken van gelden uit deze reserves anders dan voor de doelen waarvoor ze zijn ingesteld, budgettaire consequenties heeft. Zo heeft bijvoorbeeld het onttrekken van gelden aan de reserve dekking kapitaallasten tot gevolg dat de kapitaallasten van gedane investeringen die worden afgedekt uit deze reserve, op een andere wijze moeten worden gedekt. Later is daar nog een 6 e categorie aan toegevoegd, namelijk de reserve ombuigingen. Wij stellen voor deze indeling te handhaven. Dat betekent dat de volgende reserves onder een van de zes hoofdcategorieën vallen en ook onder deze hoofdcategorieën gepresenteerd worden in de begroting en de jaarrekening en daarmee aan uw Raad en de provincie: A. Reserve ter afdekking risico's Saldireserve Bedrijfsvoeringsreserve Archief Bedrijfsvoeringsreserve CM Bedrijfsvoeringsreserve Griffie Bedrijfsvoeringsreserve SOB Bedrijfsvoeringsreserve MO Reserve ontvlechting brandweer Bedrijfsvoeringsreserve CBA Calamiteiten budgetsubsidiëring WMO Werk en bijstand Maatschappelijk vastgoed Rekeningsaldo B. Reserves in verband met meerjarig beleid Wijkse voorzieningen Vathorst Ruimtelijke investeringen (RRI) Sociaal programma A'foort Vernieuwt Kunstaankopen/beeldende vormgeving Maatschappelijke opvang Wijkbudgetten Uitvoering bodembescherming en sv C. Reserves voor beleidsprioriteiten Eemhuis Stedelijke voorzieningen (RSV-1) - Comp. Bereikbaarheid - Comp. Groen

11 P a g i n a 11 - Comp. Overige - Comp. Verder Stedelijke voorzieningen (RSV-2) Knooppunt Hoevelaken Specifieke beleidsreserve Verkoop gerestaureerde woningen Sociale reserve Armandomuseum D. Egalisatiereserves Tariefegalisatiereserve afval Tariefegalisatiereserve riool 1/3e regeling sport E. Financieel-technische reserves Algemene dekkingsreserve BTW-Compensatiefonds Exploitatie stadhuiscomplex Dekking kapitaallasten F. Overige reserves Ombuigingsreserve HET VORMEN EN OPHEFFEN VAN RESERVES EN VOORZIENINGEN Voor het instellen van reserves en voorzieningen wordt voorgesteld om conform de vorige nota reserves en voorzieningen de volgende uitgangspunten te handhaven: - Het beleid met betrekking tot reserves en voorzieningen moet simpel en transparant zijn; - Zo min mogelijk reserves en voorzieningen (in elk geval qua aantal) - Alleen reserves of voorzieningen vormen wanneer financiële ruimte creëren binnen de meerjarenbegroting niet mogelijk is; - Het instellen van nieuwe reserves of voorzieningen leidt tot het aantoonbaar en beduidend beter realiseren van het gestelde beleidsdoel dan via een reguliere begrotingspost; - Het vormen van reserves en voorzieningen mag niet leiden tot het voorkomen van integrale afwegingen; - De raad neemt een expliciet besluit over de vorming van reserves of voorzieningen; - De raad neemt een expliciet besluit over de stortingen in of onttrekkingen aan de reserves; - Aan reserves wordt, behoudens enkele uitzonderingen, de inflatiecomponent toegevoegd; - Het instellen van reserves en voorzieningen past binnen de vigerende regelgeving (Gemeentewet en BBV). Instelling van nieuwe reserves en voorzieningen of dotaties/onttrekkingen aan bestaande reserves dient te geschieden door middel van expliciete besluitvorming door uw Raad. Dat kan via een raadsbesluit bij vaststelling van de begroting, jaarrekening of tussentijds door middel van een afzonderlijk raadsbesluit. Instelling van een reserve of voorziening op impliciete wijze (door verwerking in begroting of jaarrekening zonder afzonderlijk raadsbesluit) is niet toegestaan.

12 P a g i n a 12 Reserves kunnen door uw Raad worden opgeheven als het doel waarvoor ze in het leven geroepen zijn, niet meer actueel is, of als door middel van het instellen van een reguliere begrotingspost het gewenste (beleids)doel ook kan worden gerealiseerd. Verder dienen reserves te worden opgeheven als de regelgeving dit op enig moment met betrekking tot bepaalde zaken dwingend voorschrijft. Wij stellen voor om de volgende, nu nog bestaande, reserves op te heffen: - de reserve Eemcentrum. Daar zit nu nog een bedrag in van 7,8 miljoen. Het voorstel is om deze reserve samen te voegen met de financieel technische reserve dekking kapitaallasten Eemcentrum 2007 (met een omvang van 18,9 miljoen per ultimo 2012) en de reserve dekking kapitaallasten Eemcentrum ter grootte van 4,8 miljoen per ultimo De hierdoor ontstane reserve dekking kapitaallasten Eemcentrum bedraagt dan in totaal 31,5 miljoen. In de begroting 2014 is deze wijziging reeds verwerkt. Bij de Tussenbalans 2012 is besloten om in 2013 nog 5,2 miljoen toe te voegen. Een deel daarvan ( 1,4 miljoen) is afkomstig van de beoogde verkoopopbrengst Muurhuizen. De vraag is echter of deze verkoopopbrengst gerealiseerd zal gaan worden. - de reserve Wijkbudgetten. In 2012 is een nieuwe werkwijze ingevoerd voor de uitvoering van de buurtbudgetten. Dit is vertaald in een subsidieregeling Buurtbudget De bewonersorganisaties krijgen in de nieuwe werkwijze zelf de beschikking over het totale buurtbudget van de wijk en dragen zorg voor de betaling aan de initiatiefnemers. Het is nu mogelijk om in de wijk geld te reserveren voor een initiatief dat pas in een volgend jaar wordt uitgevoerd. Het doel van deze reserve komt hiermee te vervallen. Het saldo van de reserve van kan worden toegevoegd aan de saldireserve. - De reserve Kunstaankopen / Beeldende vormgeving kan ook worden opgeheven. Bij de Tussenbalans in 2012 is besloten het een bedrag van uit deze reserve toe te voegen aan de dekkingsreserve Eemhuis. Vervolgens resteert er nog een saldo van Wij stellen voor om dit saldo toe te voegen aan de saldireserve. - Tem opzichte van de vorige nota Reserves en Voorzieningen zijn de volgende reserves reeds opgeheven: o Welzijnsvoorzieningen Nieuwland; o Reserve sociale vernieuwing o Recreatie en toeristische gebieden o Reserve IJsbaan De volgende reserves zijn nieuw ten opzichte van de vorige nota reserves en voorzieningen en/of stellen wij voor om nu nieuw in te stellen: - De reserve sociaal programma Amersfoort Vernieuwt. Deze reserve dient om de beschikbaarheid van budgetten om de doelstellingen en langlopende afspraken van Amersfoort Vernieuwt te garanderen. - Sociale reserve. Deze reserve is reeds ingesteld om gewenste effecten van bezuinigingsmaatregelen voor kwetsbare groepen te compenseren. - Reserve Amandomuseum. Door deze reserve is er dekking voor (maximaal) tien jaar subsidie aan de stichting Museum Oud Amelisweerd ten behoeve van de presentatie van de Armando Collectie. - Reserve maatschappelijk vastgoed. Deze reserve was al eerder gevormd, maar na de vorige nota reserves en voorzieningen. Deze reserve dient als buffer voor risico s verbonden aan het verkopen van het maatschappelijk vastgoed. - De reserve Bommenregeling. Deze reserve is ter afdekking van de kosten van het ruimen van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. In de meicirculaire 2013 is aangekondigd dat

13 P a g i n a 13 Amersfoort hier een bijdrage voor ontvangt. Om deze middelen beschikbaar te houden voor het ruimen van bommen, is het voorstel de niet bestede middelen in een reserve te storten. - De reserve sportcomplex Hogeweg. Deze reserve is door uw Raad op 23 april 2013 ingesteld ter afdekking van meerjarig ingezet financieel beleid. - De reserve Verder, ter dekking van de bijdragen aan het programma Verder. In 2006 is Amersfoort een verplichting aangegaan van 22,2 miljoen als bijdrage aan het programma Verder. Dit programma is opgezet voor regionale bereikbaarheidsprojecten. In RSV 2 is hiervoor 5,6 miljoen vrijgemaakt en in 2012 is aanvullend 9 miljoen beschikbaar gesteld voor de komende jaren. In de periode na 2017 moet nog 7,6 miljoen worden vrijgemaakt. - De reserve Planstudie Hoevelaken (Bok2). Deze reserve wordt in het leven geroepen voor de dekking van de cofinanciering van de Planstudie Hoevelaken. Op 23 april 2013 heeft uw Raad reeds besloten om deze reserve in te stellen. De voeding ter grootte van 10 miljoen komt voor de helft uit de verhoging van de OZB in de periode en voor de andere helft uit bezuinigingen en incidentele meevallers binnen verkeer en vervoer. Voor een uitgebreide toelichting op de reserves, verwijzen wij u naar de bijlage. Voor de voorzieningen geldt dat een groot deel conform de voorschriften bij de vorige nota reserves en voorzieningen reeds zijn omgezet in balansposten vooruit ontvangen bedragen. De volgende voorzieningen zijn opgeheven: - Voorziening grondexploitaties - Kunst Vathorst - Cultureel arrangement - Voorziening specifieke rijksbijdragen Daarnaast stellen wij voor om de voorziening Brandschades op te heffen en het saldo daarvan bij de jaarrekening 2013 toe te voegen aan de saldireserve. Deze voorziening was bedoeld voor de herbouw van de Elleboogkerk na de brand. De herbouw is inmiddels voltooid. Het restant van de voorziening kan daarmee vrijvallen. De volgende voorziening is nieuw ingesteld: - Voorziening afkoop graven CBA. Het doel van deze voorziening is het gelijkmatig over de jaren verdelen van de kosten van onderhoud van graven door het Crematorium en de Begraafplaatsen Amersfoort (CBA). Bij de vaststelling van het bedrijfsplan CBA is besloten om de bestaande voorziening (groot) onderhoud CBA te splitsen in een voorziening voor het onderhoud CBA en een voorziening voor de afkoopsommen onderhoud graven. Momenteel sluit de omvang van de voorzieningen aan bij de in het verleden bepaalde kwaliteitsniveau s. De vraag is in hoeverre die kwaliteit de komende jaren gehandhaafd dient te blijven op de in het verleden vastgestelde niveau s, in tijden dat er flink bezuinigd dient te worden. Het verdient daarom aanbeveling om te onderzoeken of de kwaliteitsniveau s niet verminderd kunnen worden naar een nog altijd voldoende acceptabel niveau, waarbij er incidenteel en structureel geld kan vrijvallen uit de voorzieningen. Ons College stelt derhalve voor om dit de komende tijd nader te onderzoeken. INFLATIEVERGOEDING, RENTETOEVOEGING EN INTERNE FINANCIERING Als beleidslijn gold de afgelopen jaren dat als algemene regel aan reserves een inflatievergoeding werd toegekend. Aan voorzieningen wordt geen rente en ook geen inflatievergoeding toegevoegd.

14 P a g i n a 14 Voor enkele reserves is een uitzondering op deze regel gemaakt en vindt wel toevoeging van de rente plaats. Het betreft de volgende reserves: - Algemene dekkingsreserve De rente van deze reserve wordt jaarlijks ten gunste van de begroting gebracht. Indien er geen sprake meer zou zijn van deze rentetoevoeging, zou een budgettair probleem ontstaan. - Rente stadhuiscomplex Rentetoevoeging is hier nodig om de jaarlijkse onttrekkingen ter gedeeltelijke dekking van de exploitatielasten van het stadhuiscomplex tot en met 2014 te kunnen continueren. Indien we zouden afzien van rentetoevoeging, zou ook hier een budgettair probleem ontstaan. - Reserve wijkse voorzieningen Vathorst Bij de bepaling van de voorzieningen die uit deze reserve worden gedekt, is gerekend met rentetoevoeging aan deze reserve. Zou die rentetoevoeging achterwege blijven, dan zou het voorzieningenniveau moeten worden verlaagd. Dat is een ongewenste situatie, dus we handhaven deze rentetoeging. De reserves en voorzieningen worden gebruikt als intern financieringsmiddel voor de kapitaaluitgaven van onze gemeente. Zodoende wordt de behoefte aan extern aan te trekken leningen minder. Rente op deze eigen financieringsmiddelen komt beschikbaar door rente toe te rekenen aan de kapitaaluitgaven. Het rentepercentage dat we daarbij gebruiken, is gelijk aan het rentepercentage dat in de begroting is opgenomen voor nieuwe investeringen. Op die manier maakt het voor de kapitaaluitgaven geen verschil of financiering uit eigen middelen plaats vindt dan wel via externe leningen. De rentebaten over de eigen financieringsmiddelen worden verantwoord in de rekening van baten en lasten. Een deel van deze baten is nodig om rente of een inflatievergoeding toe te voegen aan de reserves; een ander deel is nodig ter dekking van de rentelasten van bepaalde investeringen terwijl het restant vrij aanwendbaar is. RISICO S Op basis voor het beleid voor risiconamagement wil de gemeente inzicht krijgen in de risico s die ze loopt en eveneens de eventuele risico s afdekken. Als er zich al een risico voor doet, moet ervoor worden gezorgd dat het dit riciso zo weinig mogelijk effect heeft op de uitvoering van het bestaande beleid. Amersfoort wil het risicobewustzijn (van medewerkers) in de organisatie verder stimuleren en maatregelen treffen ter voorkoming of beperking van risico s. daarnaast beoordeelt de gemeente het weerstandsvermogen. We voeren bij de jaarrekening een uitgebreide risico-inventarisatie uit. Voor de zomerrapportage en voor de begroting maken we een update van deze inventarisatie. Naast de gemeentebrede inventarisatie wordt er ook jaarlijks een specifiek thema bekeken. Risico s met financiële effecten worden meegenomen bij de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit. Bewustwording van risico s is een belangrijke stap in het beheersen van de risico s. Daarom is het belangrijk met enige regelmaat stil te staan bij de risico s die het bereiken van de doelstellingen in de weg staan en het gesprek hierover aan te gaan. Met name de cultuur rondom het beheersten en sturen op risico s krijgt de komende tijd extra aandacht.

15 P a g i n a 15 Op basis van de risico-inventarisatie bedraagt de benodigde weerstandscapaciteit ten tijde van de jaarrekening 2012 bij een zekerheidspercentage van 90%, 78 miljoen. Dat betekent dat we bij een weerstandscapaciteit van 78 miljoen, voor 90% zeker zijn dat we voldoende middelen hebben om de risico s financieel af te dekken. RATIO VOOR HET WEERSTANDSVERMOGEN De weerstandsratio is de ratio tussen de weerstandscapaciteit die nodig is om de risico s op te kunnen vangen en het weerstandsvermogen dat daarvoor beschikbaar is. Deze ratio is idealiter 1 of groter. Uw raad heeft de norm van minimaal 1 voor deze ratio in een eerder stadium al vastgelegd als signaalwaarde. Zoals hierboven al beschreven, bedraagt op basis van de jaarrekening 2012 de weerstandscapaciteit 78 miljoen. Bij een weerstandsratio van minimaal 1 betekent dit dat er eigenlijk ook voor 78 miljoen aan reserves beschikbaar om de risico s het hoofd te kunnen bieden, wanneer die zich voor doen. Het beschikbare weerstandsvermogen van de gemeente Amersfoort bestaat, zoals eerder door uw Raad aangegeven, uit de algemene- en bestemmingsreserves (in totaal 114,3 miljoen bij de jaarrekening 2012), met uitzondering van: - De post exploitatie stadhuiscomplex die de kosten van het stadhuiscomplex afdekt ( 1,132 miljoen); - De algemene dekkingsreserve. De rente hierover wordt namelijk gebruikt als dekkingsbron voor de begroting ( 12,779 miljoen); - De reserve dekking kapitaallasten. Deze dekt de kapitaallasten van de investeringen ( 38,718 miljoen); - 4 miljoen van de saldireserve vanwege de post onderuitputting. Dat betekent dat we 57,703 miljoen aan reserves beschikbaar hebben om de risico s financieel af te dekken. Voor het weerstandsvermogen betekent dit een ratio van 0,74. Dat is minder dan de gewenste 1,0 die als norm geldt. De reden dat we in Amersfoort ook alle bestemmingsreserves (voor zover niet beklemd) meetellen, is dat uw Raad te allen tijde de bestemming van deze reserves nog kan wijzigen. Dat betekent dat mocht er behoefte zijn aan een groter weerstandsvermogen, uw Raad altijd kan besluiten om een bepaalde bestemmingsreserve te herbestemmen tot bijvoorbeeld algemene dekkingsreserve, zolang er nog geen juridisch afdwingbare verplichtingen op deze reserves rusten. Veel andere gemeenten tellen voor de bepaling van het weerstandsvermogen alleen de algemene reserve mee en niet de bestemmingsreserves, met de gedachte dat de bestemmingsreserves allemaal reeds bestemd zijn. De Gemeentewet noch het BBV schrijft hier iets over voor. Net zo min als voor de hoogte van de weerstandsratio. Andere in gebruik zijnde manieren om het weerstandsvermogen te bepalen is een vast bedrag per inwoner hanteren, of een vast percentage van de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Elke methode leidt echter tot een bepaalde uitkomst en een bepaalde ratio, waarbij het in alle gevallen goed is om de wereld achter de cijfers te kennen omdat die meer zegt dan louter een ratio. Overigens hoeft een ratio van lager dan 1 geen probleem te zijn. Sterker nog, het is heel goed voorstelbaar dat in jaren met gunstige economische cijfers en hoge gemeentefondsaccressen, de weerstandsratio hoger is dan in tijden van economische crisis, negatieve accressen en tekorten in de grondexploitaties. Dat is een gebruikelijk verschijnsel dat niet per definitie slecht hoeft te zijn,

16 P a g i n a 16 zolang we ons als bestuur en organisatie maar bewust zijn van de eventuele risico s die daarmee gemoeid zijn en in de betere jaren die komen gaan, de weerstandsratio weer laten toenemen. Wanneer de ratio toch lager dan 1 blijft en de risico s doen zich feitelijk voor, dan betekent dit dat we moeten overstappen op bezuinigen of lasten verzwaren. MEERJARIGE WEERSTANDSRATIO De ontwikkeling van de risico s laten zich meerjarig wat minder makkelijk inschatten dan de meerjarige ontwikkeling van de reserves die dienen als weerstandsvermogen. Daarom gaan we er vooralsnog van uit dat de omvang van de risico s zoals die zich in 2014 voor doet, ook de jaren na 2014 zal voordoen. Dit is niet helemaal realistisch, aangezien met het afronden van een aantal projecten, ook de risico s die gepaard gaan met deze projecten, af zal nemen. Van de andere kant zullen er ongetwijfeld ook weer nieuwe risico s bij komen, waardoor het op het niveau houden van de risico s toch ook weer niet helemaal onrealistisch zal zijn. Wanneer we uit gaan van het meerjarig beschikbare weerstandsvermogen en dat afzetten tegen de risico s, ontwikkelt de weerstandsratio zich als volgt: Ontwikkeling Weerstandsratio (bedragen x 1 miljoen) Omschrijving Begroting Totaal reserves 84,0 73,9 71,1 69,9 minus stadhuiscomplex minus dekkingsreserve minus dekking kapitaallasten ,4-43,9 minus buffer onderuitputting Beschikbare weerstandscapaciteit 30,3 25,6 25,7 26,0 Benodigde weerstandscapaciteit 77,5 77,5 77,5 77,5 Ratio 0,39 0,33 0,33 0,34 Het bovenstaande overzicht toont aan dat bij een gelijkblijvend risicoprofiel de weerstandsratio, die nu al ver onder de gewenste norm van 1 zit, de komende jaren verder zal dalen. Onze norm van 1 (bestemmingsreserves toereikend om risico s geheel op te vangen) is geen harde boven of ondergrens, maar een signaalwaarde. Wanneer we uitkomen onder de norm betekent dat dat we, als deze risico s zich feitelijk voordoen, eerder zullen moeten overstappen op de andere twee opties: bezuinigen of lastenverzwaring. Om in 2014 een weerstandsratio van 1 te kunnen behalen, zouden we nog 47,2 miljoen aan extra weerstandscapaciteit moeten hebben. Dit vraagt om een even grote bezuiniging, welke zeker niet op deze korte termijn realiseerbaar is. Overigens is het aannemelijk dat met het afronden van de diverse projecten op de middellange termijn, ook ons risicoprofiel en daarmee de benodigde weerstandscapaciteit afneemt. Zoals eerder is aangegeven reserveren we een bedrag van maximaal 3,5 miljoen voor risico s inzake grondexploitaties en de realisatie van de taakstelling voor Vastgoed. Wanneer dit bedrag wordt omgezet in een incidenteel budget, neemt de beschikbare weerstandscapaciteit op termijn

17 P a g i n a 17 toe met 40 miljoen. Daarbij gaan we er wel van uit dat dit volledig kan worden ingezet voor de reeds geïnventariseerde risico s. Eén en ander geeft het volgende beeld: Betrekening weerstandsratio, rekening houdend met gereserveerde budget voor grondexploitaties (Bedragen x 1 miljoen) Omschrijving Beschikbare weerstandscapaciteit 30,3 25,6 25,7 26,0 Reservering grondexploitaties ,0 Saldo 56,3 58,1 64,7 65,0 Benodigde weerstandscapaciteit ,5 Ratio 0,73 0, 75 0,83 0,84 STRUCTURELE WEERBAARHEID Het weerstandsvermogen geeft de incidentele weerbaarheid van de gemeente aan. Daarom is het ook goed om te kijken naar de structurele weerbaarheid. In hoeverre kunnen we structurele maatregelen nemen om eventuele structurele tegenvallers mee op te vangen? Om die vraag te beantwoorden moeten we kijken naar de mogelijkheid om op korte termijn (aanvullende) ombuigingen te realiseren. Dit kan door te snijden in de materiële uitgaven of in het ambtelijk apparaat; of door de inkomsten te verhogen (belastingen, op een kostendekkend niveau brengen van de leges). Het verhogen van de belastingen is, gezien de macronorm, beperkt mogelijk. De leges zijn grotendeels al kostendekkend, dus daar zit ook weinig tot geen ruimte. Blijft over het besparen op materiële uitgaven en/of personeel. Hier zijn echter wel aanvullende (bestuurlijke) keuzes voor nodig. Op de korte termijn is het vergroten van de structurele weerbaarheid dus nauwelijks mogelijk; op de (middel)lange termijn zijn die mogelijkheden er meer. Wanneer we ons daarbij niets gelegen laten liggen aan de macronorm OZB (die immers voor alle gemeenten samen geldt) kunnen we zelfs de OZB laten stijgen tot het artikel-12 niveau. Dat kan dan een extra OZB-opbrengst van 7,4 miljoen. Een minder grote stijging is die waarbij onze woonlasten conform het landelijk gemiddelde zijn. Dat levert een extra en structurele opbrengst op van 5,6 miljoen.

18 P a g i n a 18 IJkpunten voor stabiliteit STRUCTURELE BEGROTINGSSALDO Mate waarin structurele lasten worden gedekt door structurele inkomsten Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) stelt dat gemeenten hun structurele lasten dekken met structurele baten en de incidentele lasten dekken met incidentele baten. De reden hiervoor is dat een meerjarenbegroting, waarbij structurele lasten gedekt worden met incidentele baten, op de langere termijn niet houdbaar zal zijn. Er zal immers elk jaar gezocht moeten worden naar (incidentele) dekkingsmiddelen om tegenover de structurele lasten te kunnen zetten. Daarom eist het BBV ook dat gemeenten bij hun begroting en jaarrekening ook een overzicht van hun incidentele baten en lasten presenteren. De provincie houdt in haar toezichtbeslissing ook altijd rekening met in hoeverre de incidentele en structurele baten en lasten in evenwicht zijn. Bij onze begroting en jaarrekening presenteren wij dan ook voortaan deze overzichten waarbij ons streven is om in ieder geval de structurele lasten te dekken met structurele baten. Het is uiteraard geen probleem in incidentele lasten te dekken met structurele baten. Moment waarop de begroting structureel in evenwicht is De meerjarenbegrotingen van de gemeenten dienen (ook weer op grond van het BBV) in ieder geval structureel in evenwicht te zijn. Dat wil zeggen dat alle structurele lasten gedekt worden door structurele baten. De provinciale toezichthouder hanteert als uitgangspunt dat bij voorkeur het eerste jaar van de meerjarenraming structureel sluitend moet zijn. Als het eerste jaar structureel sluitend is, dan hoeven de volgende jaren niet structureel sluitend te zijn. Al heeft dat wel de voorkeur. Als het eerste jaar niet structureel sluitend is, dan moet uiterlijk in het laatste jaar (maar bij voorkeur zo snel mogelijk) een structureel sluitende begroting bereikt zijn. Dit is dus de minimale eis waaraan we moeten voldoen. Ons streven is echter om de komende jaren toe te werken naar een meerjarenraming waarbij alle jaren van de meerjarenraming structureel sluitend zijn. Dat zorgt voor een stabielere meerjarenraming dan wanneer alleen het eerste of het laatste jaar structureel sluitend is. Dat is bij onze meerjarenbegroting nog niet het geval, vanwege de verkiezingen die in maart 2014 plaats vinden. Ons College vindt het niet gepast om over haar graf heen te regeren en al maatregelen door te voeren die effecten hebben voor de jaren Dat laat ons College liever over aan een nieuw bestuur, waarbij we wel een aantal ingrediënten aan zullen leveren ten behoeve van deze meerjarenramingen. De jaarschijf 2014 is in ieder geval structureel sluitend, conform de eisen van de wet. Meerjarenbegroting (Bedragen x 1 miljoen) Omschrijving Totaal budgetbeslag -4,1-9,5-13,2-18,8 Beschikbare dekkingsmiddelen 6,0 9,1 9,1 9,1 Bezuinigingstaakstelling o.g.v. Kadernota 3,7 8,1 Saldo (te verevenen via de saldireserve) 1,9-0,4-0,4-1,6

19 P a g i n a 19 Mate waarin er jaarlijks onderuitputting is Inzicht in de begrotingsuitputting is een belangrijke factor als het gaat om zicht op wat er gebeurt. De begrotingsuitputting geeft aan in hoeverre de verwachte uitgaven en inkomsten ook daadwerkelijk worden en zijn gerealiseerd bij de jaarrekening. Hoe beter dit inzicht is, hoe sneller bijsturing mogelijk is. In het verleden heeft de gemeente Amersfoort een royale budgetsituatie gehad. Dat is inmiddels voltooid verleden tijd. Aangezien vaak ook de jaarrekeningen overschotten vertoonden, is het principe van realistisch ramen geïntroduceerd. Vanwege dat uitgangspunt is in eerdere begrotingen een onderuitputtingstaakstelling opgenomen. Deze taakstelling is in de huidige meerjarenbegroting functioneel ingevuld. De signalerende functie, gericht op het bijsturen van afwijkingen, leent zich echter niet voor een harde norm. Begrotingsuitputting vormt uiteraard ook geen doel op zich. Wel blijven we deze informatie gewoon volgen in de tussentijdse rapportage en bij de jaarrekening. Want wanneer er jaarlijks sprake is van (forse) onderuitputting bij de jaarrekening, kan er sprake zijn van een structureel beeld. Zeker wanneer de onderuitputting jaarlijks op dezelfde posten plaats vindt. Dan dienen bijvoorbeeld begrotingsramingen bijgesteld te worden. Zo was er de afgelopen jaren telkens sprake van een rentevoordeel, in de jaarrekening. Door deze post nu anders te ramen bij de begroting , zal de uitputting op de post rente bij de jaarrekening 2014 (en volgende) vanzelfsprekend minder zijn. Mate van volatiliteit van de baten en lasten Een stabiele begroting is gebaat bij stabiele baten en lasten of in elk geval baten en lasten die een stabiele ontwikkeling doormaken. Een groot aantal begrotingsposten voldoet hieraan. Echter niet allemaal. Een aantal posten zijn weinig stabiel maar erg beweeglijk. Een voorbeeld hiervan is de algemene uitkering uit het gemeentefonds, die van jaar op jaar, maar ook binnen een begrotingsjaar, behoorlijk kan fluctueren. Het is zaak om goed zicht te hebben op deze volatiele posten. Een stabiele begroting is gebaat bij dit zicht en een strakke(re) sturing op deze baten/lasten. EMU-saldo en wet HOF Inmiddels is de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF) in werking getreden. Deze wet bepaalt dat het Rijk en de decentrale overheden een gelijkwaardige inspanning moeten leveren om het EMU-saldo van het Rijk en van de decentrale overheden te beheersen, zodat Nederland voldoet aan de Europese eisen van het begrotingstekort, ook wel EMU-saldo genoemd. Het vorige kabinet heeft gesteld dat het tekort van de totale overheid nul gaat bedragen en dat het EMU-tekort van de lokale overheden ook nul hoort te zijn. De gemeenten hebben altijd beargumenteerd dat op grond van hun baten/lastensystematiek er altijd ene bepaald tekort mogelijk moet zijn om bestaande investeringen te kunnen vervangen en om uitbreidingsinvesteringen te kunnen doen die noodzakelijk zijn omdat de bevolking nu eenmaal groeit. Afgesproken is nu dat het tekort van de mede overheden in de jaren 2014 en 2015 even hoog mag zijn als in 2013, namelijk -0,5%. Daarna daalt dit tekort naar -0,4% in 2016 en -0,3% in Eind 2015 zal worden bezien of deze daling mogelijk en verantwoord is op basis van de realisaties in de jaren ervoor.

20 P a g i n a 20 Dit impliceert wel dat er strakker gestuurd zal moeten op een saldo dat voor de gemeentelijke begroting geen enkel belang of doel dient. Zoals hierboven beschreven, werken gemeenten met het voor hen verplicht voorgeschreven stelsel van baten en lasten, waarbij de jaarlijkse last van een investering lager is dan de omvang van de investering. Voor het EMU-saldo, dat op het kasstelsel is geënt, telt echter het investeringsbedrag van dat jaar en niet de jaarlijkse kapitaallast die deze investering met zich brengt. De door het Rijk opgelegde EMU-tekortnorm waar Amersfoort in 2012 aan moest voldoen, kent een maximum van -18 miljoen. Het door ons gerealiseerde EMU-saldo bedroeg in 2012 echter -2,8 miljoen. Daarmee zijn we ruimschoots binnen de door het Rijk gestelde norm gebleven. Ondanks dat dit harde en wettelijke normen zijn die het Rijk oplegt, zijn wij voornemens hier niet hard op te sturen. Ons primaire doel is een structureel sluitende begroting en geen maximaal EMUsaldo. Wanneer we binnen deze norm blijven, is dat mooi meegenomen, maar voor ons geen doel op zich. Bovendien geldt het EMU-saldo voor alle mede overheden gezamenlijk. Er worden wel individuele normen gesteld, maar daar worden de gemeenten collectief op afgerekend.

21 P a g i n a 21 IJkpunten voor flexibiliteit Door de flexibiliteit van de begroting te vergroten, kunnen we sneller inspelen op de actualiteit. Uit analyses blijkt dat een gemeentelijke begroting formeel wel voor een groot deel beïnvloedbaar is, maar in de praktijk blijkt de begroting echter maar voor een beperkt deel direct beïnvloedbaar. De gemeente voert een breed scala aan wettelijke taken uit, zoals bijstandsuitkeringen, onderwijshuisvesting, maatschappelijke ondersteuning en veiligheid. Daarnaast zijn er de nodige uitgaven en voorzieningen om de stad leefbaar en aantrekkelijk te houden. Dit varieert van sporten cultuurvoorzieningen tot openbare verlichting en onderhoud van het groen. Ook moet er personeel zijn om deze taken uit te voeren en te ondersteunen. Het eigen belastinggebied is beperkt, maar biedt wellicht nog wel ruimte. Met inzicht in de beïnvloedbaarheid van de begroting wordt duidelijk welke keuzes we, in geval van onverwachte ontwikkelingen, nog kunnen maken. We hebben daartoe ijkpunten bedacht die betrekking hebben op de lokale belastingen; de schuld; rente; bedrijfsvoering en exploitatie. BELASTINGNORMEN Het lokale belastinggebied is (zeker na de afschaffing van de OZB voor gebruikers van woningen) beperkt. Deze kabinetsperiode is er ook geen ruimte voor eventuele uitbreiding of vergroting van het lokale belastinggebied. We moeten dus andere wegen bewandelen om te kijken naar ijkpunten en of ruimte in het lokale belastinggebied. Mate van kostendekkenheid van de leges Met betrekking tot leges zou een ijkpunt van 100%-kostendekkendheid geformuleerd kunnen worden. Zolang de leges nog niet voor 100% kostendekkend zijn, is daar nog ruimte om extra inkomsten te genereren. Het is op grond van de Gemeentewet niet toegestaan om meer dan kostendekkend te zijn bij de leges. In Amersfoort bevinden nagenoeg alle leges zich op een volledig kostendekkend niveau. Daar is dus geen ruimte meer. Lastendruk ten opzichte van het landelijk gemiddelde Wel is er bij de belastinginkomsten een mogelijkheid om te kijken naar de ruimte die er nog is ten opzichte van andere gemeenten. Bijvoorbeeld ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Wanneer ons OZB-tarief onder het landelijk gemiddelde ligt, is er nog ruimte om de OZB te verhogen tot aan dit landelijk gemiddelde tarief. Dit geldt uiteraard niet alleen voor de OZB, maar voor alle belastingtarieven. Wanneer we kijken naar de Amersfoortse woonlasten voor een meerpersoonshuishouden, bedragen deze 603,- per jaar. De landelijk gemiddelde woonlasten voor een meerpersoonshuishouden bedragen jaarlijks 697,-. Hier zit dus een ruimte van ongeveer 90 per huishouden, wanneer we het landelijk gemiddelde als ijkpunt zouden hanteren. Voor de eenpersoonshuishoudens zijn de lasten 554,- in Amersfoort tegen 630,- gemiddeld. Dit verschil is 75,-. Wanneer onze woonlasten conform het landelijk gemiddelde zouden zijn, levert dat ons structureel 5,6 miljoen meer op. (Bedragen x 1) Eenpersoonshuishouden meerpersoonshuishouden Omschrijving Woonlasten Amersfoort

22 P a g i n a 22 Landelijk gemiddelde Verschil Aantal huishoudens Verschil maal huishoudens Onbenutte belastingscapaciteit Een gangbaar en toegestaan ijkpunt dat veel gemeenten ook toepassen bij de berekening van de omvang van het weerstandsvermogen, is de onbenutte belastingcapaciteit. Dat is, huiselijk gezegd, het verschil tussen de huidige OZB-tarieven en het tarief dat geheven wordt indien de gemeente onder streng financieel toezicht van art. 12 komt te staan. Met andere woorden: dit is de belastingcapaciteit die benut mag worden, maar nu nog niet benut wordt. Deze onbenutte belastingcapaciteit bedraagt ongeveer 7,4 miljoen. Overigens staat de artikel-12 norm voor de OZB op gespannen voet met de macronorm OZB. Op grond van de macronorm mag de totale OZB-opbrengst van alle gemeenten samen in Nederland maar met een beperkt percentage toenemen. Voor 2013 is dit bepaald op 3% (dit is de zogeheten macronorm). Deze norm is inclusief areaaluitbreiding. De inkomstenstijging (dus niet de tariefstijging) is maatgevend. Wanneer de OZB-opbrengst landelijk méér gestegen is dan de norm, behoudt de minister van Financiën zich het recht voor om aanvullende maatregelen te nemen. Bij in het verleden voorgekomen overschrijdingen van de norm werd de overschrijding van het ene jaar in mindering gebracht op de norm voor het jaar erna. Tot bestuurlijke ingrepen of kortingen op het gemeentefonds (waar wel mee gedreigd is) is het tot nog toe nog niet gekomen. In de Amersfoortse situatie waarin de OZB-opbrengst stijgt met de inflatie (2%) plus een half procent, betekent dit dat er op grond van de macronorm nog ruimte zou zijn voor 0,5% extra stijging, wat goed zou zijn voor een extra opbrengst van SCHULD EN RENTE Op de gemeentelijke balans staan enerzijds de bezittingen en anderzijds hoe deze bezittingen gefinancierd zijn. In Amersfoort zijn de meeste bezittingen gefinancierd met geleend geld (schulden). Het eigen vermogen (reserves) geeft aan in hoeverre de schulden op het bezit zijn afbetaald. Eigen vermogen in de vorm van reserves, is echter geen geld. Voor het betalen van facturen van investeringen, moet er geld op de bankrekening staan. Als dat niet of te weinig het geval is, moet er worden geleend. Op dat moment stijgt de schuld. En hoe hoger de schuld, hoe meer rente we moeten betalen. Maar alleen het bedrag aan schulden of de rentelast die we moeten betalen, zegt niet zoveel. Daarom is het goed naar een aantal verhoudingsgetallen (kengetallen) te kijken. Goede kengetallen zijn de debt ratio en de netto schuldquote. Debt ratio De debt ratio zegt welk deel van het gemeentebezit is belast met schulden. De debt ratio is de som van de langlopende leningen, kortlopende leningen en de overlopende passiva te delen door het balanstotaal. Een debt ratio van hoger dan 80% geeft aan dat de gemeente het bezit met relatief veel schulden heeft belast. De debt ratio in Amersfoort bedraagt 83%. Deze debt ratio geeft in onze

23 P a g i n a 23 gemeente echter wel een vertekend beeld. Van de 580 miljoen aan langlopende schulden, is 116 miljoen doorgeleend aan de woningbouwcorporaties. Wanneer we hiervoor corrigeren, valt de debt ratio een stuk lager uit: 69%. Complementair aan de debt ratio is de in het bedrijfsleven meer gebruikte solvabiliteitsratio. Bij een debt ratio van 83% bedraagt de solvabiliteitsratio (de mate waarin het gemeentelijke bezit is afbetaald ofwel met eigen vermogen is gefinancierd) 17%. Netto schuldquote De netto schuld van een gemeente is de som van de langlopende schulden, kortlopende schulden, overlopende passiva en de voorzieningen minus de kortlopende vorderingen en uitzettingen, liquide middelen, overlopende activa en langlopende uitzettingen. Volgens de definitie van de VNG worden de langlopende leningen aan verbonden partijen en de langlopende leningen aan derden uit hoofde van de publieke taak niet in mindering gebracht. Naar onze mening zouden die langlopend leningen aan verbonden partijen en aan derden uit hoofde van de publieke taak wel in mindering gebracht moeten worden om de netto schuld te bepalen. Dat is immers het kenmerk van de netto schuld. Bovendien geldt voor deze leningen dat wij als gemeente daarvoor geld geleend hebben en feitelijk weer direct uitgeleend hebben aan o.a. woningbouwcorporaties en het eigen personeel (hypotheekleningen). Het risico dat we over deze leningen lopen, is nagenoeg nihil. Wanneer de netto schuld wordt gedeeld door de totale inkomsten (voor bestemming van de reserves) krijg je de netto schuldquote. De netto schuldquote geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie en de hoogte van de investeringen uit het nabije verleden. De netto schuld kunnen we overigens ook uitdrukken in een bedrag per inwoner; daarmee is de uitkomst beter vergelijkbaar met andere gemeenten. Bij een netto schuldquote hoger dan 130% is er sprake van een zeer hoge schuld. Dat plafond is volgens de VNG vergelijkbaar met het Europese schuldenplafond van 60% BBP dat geldt voor de lidstaten van de Europese Unie. Bij een netto schuldquote van meer dan 130% adviseert de VNG om de schulden af te bouwen. Dat betekent een terughoudend investeringsbeleid en het afbouwen van voorraden bouwgrond. Bij een percentage tussen de 100% en 130% is voorzichtigheid geboden mutatie mutatie ( Bedragen x 1.000) VNG A'foort VNG A'foort VNG A'foort lange schuld korte schuld overlopende passiva voorzieningen Totaal lange uitzettingen korte uitzettingen overlopende activa liquide middelen Totaal

24 P a g i n a 24 Netto schuld Exploitatie Netto schuldquote (%) Netto schuld per inwoner In de kolom 2011 en 2012 VNG zijn de uitgeleende gelden aan woningbouwcorporaties en overige langlopende leningen, buiten beschouwing gelaten, aangezien dat volgens de VNG een beter beeld geeft van de netto schuld. In de kolom A foort is hier al wel rekening mee gehouden, aangezien veel leningen zijn aangetrokken om door te lenen aan de woningbouwcorporaties en aangezien een deel van het geleende geld als een hypothecaire geldlening aan personeelsleden is verstrekt. Het valt dan op dat de netto schuld veel lager is en dientengevolge de schuldquote ook. Vergeleken met 2011 dalem de lange en de korte uitzettingen méér dan de schuld. De netto schuldquote is in 2012 dan ook hoger dan in 2011 (175% tegen 171% resp. 106% tegen 97%). Daar waar het ijkpunt 130% is, gaan we daar in de ene situatie overheen en blijven daar in het andere geval ruim onder. Wanneer we kijken naar de mutatie van de netto schuld, neemt die in het ene geval met bijna 13 miljoen af maar in het andere geval stijgt de netto schuld juist met 16 miljoen. Uitleenquote en voorraadquote De VNG plaatst echter zelf al de kanttekening dat men niet blind moet varen op de plafonds van 80% debt ratio en 130% netto schuldquote. Immers, een gemeente kan veel geld hebben uitgeleend aan derden, zoals woningbouwverenigingen, culturele instellingen of gemeenschappelijke regelingen. De rentelasten en aflossingen van de schulden die hier tegenover staan, drukken niet op de exploitatie. Die zouden dan in mindering gebracht kunnen worden op de netto schuld. Dat brengt ons bij de uitleenquote. De uitleenquote geeft aan hoeveel geld we uitgeleend hebben aan verbonden partijen en derden, ten opzichte van onze inkomsten (exploitatie). Een andere reden voor een hoge schuldquote, betreft de voorraad bouwgrond. Wanneer er grote voorraden bouwgrond zijn (zoals in ons geval) heeft dat invloed op de schuldpositie. Wanneer de gronden verkocht worden, levert dat geld op waarmee de schulden afgelost kunnen worden. De verkoop van gronden moet dan echter wel binnen redelijke termijn in het verschiet liggen. Een quote hiervoor is de voorraadquote: de hoeveelheid bouwgrond plus voorraad onderhanden werk plus overige voorraden ten opzichte van de totale exploitatie. Door deze twee quotes in mindering te brengen op de netto schuldquote, ontstaat een betere indruk van de schuld die daadwerkelijk op de exploitatie drukt. Want een hoge schuldquote kan veroorzaakt worden door een hoge uitleenquote of een hoge voorraadquote. De voorraad grond plus het onderhanden werk (waaronder bouwgronden in exploitatie) plus de overige voorraden bedraagt 168,338 miljoen in 2012 (tegen 177,535 miljoen in 2011). Afgezet tegen de exploitatie betekent dit een voorraadquote van 41,4% in 2012 (tegen 45,5% in 2011).

25 P a g i n a 25 De uitleenquote gaat over de leningen aan woningbouwcorporaties, deelnemingen en andere langlopende leningen aan derden. Hier is een totaalbedrag van 279,599 miljoen in 2012 tegen 318,101 miljoen in De oorzaak van deze daling is het aflossen van de woningbouwcorporaties van hun leningen en het (versneld of extra) aflossen van de hypotheekleningen die verstrekt zijn aan het eigen personeel. Rentedruk Naast alle (netto)schuldquotes, is het goed ook te kijken naar de rente die op de schuld drukt. Want de hoeveelheid rente die betaald moet worden, bepaalt hoeveel geld er op de begroting over blijft voor andere zaken. Immers, geld dat betaald moet worden aan rente (en aflossing) kunnen we niet uitgeven aan voorzieningen voor de burger. Daarom is de rentedruk (de rente ten opzichte van de exploitatie) ook een bepalende factor. Over 2012 hebben we 23,6 miljoen betaald aan rente. Afgezet tegen de exploitatie betreft dit 6,1% van onze uitgaven Wanneer we echter ook rekening houden met de rente die we ontvangen op onze uitgezette leningen aan woningbouwverenigingen en hypothecaire geldleningen aan de ambtenaren, ontstaat een ander beeld. We ontvangen ongeveer de helft van de rente die we betalen over onze geldleningen weer terug doordat we geld doorgeleend hebben aan derden (woningbouwverenigingen en hypothecaire geldleningen aan ambtenaren). Dat betekent dat we voor onze eigen financiering netto ongeveer 10 miljoen betalen. Wanneer we dat afzetten tegen de exploitatie, betreft het 2,6% van de uitgaven. (Bedragen x 1 miljoen) Omschrijving (prognose) Betaalde rente (o/g, bruto) 23,6 22,5 Ontvangen rente (u/g) 13,5 12,4 Betaalde rente (o/g u/g, netto) 10,1 10,0 Exploitatie Bruto rente/exploitatie 6,1% 5,7% Netto rente/exploitatie 2,6% 2,5% Voorgesteld ijkpunt bruto rente 5% Als we hier een ijkpunt voor bedenken, zouden we, om te voorkomen dat het bedrag dat we aan rente betalen op gaat lopen, de brutonorm op 6% stellen en de nettonorm op 2,5%. Dat betekent dat we de komende jaren een minimale overschrijding van de norm hebben, maar dat ons streven erop gericht is om in de toekomst onder dit ijkpunt te blijven. Renterisiconorm De rente risiconorm is opgenomen in de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet Fido) en stelt dat jaarlijks een maximaal percentage van het begrotingstotaal onderhevig mag zijn aan herfinanciering of renteherziening van de vaste schuld (met een looptijd van langer dan een jaar). Op die manier wordt het risico van rentestijgingen gespreid over de jaren. Van renteherziening is

26 P a g i n a 26 sprake als in de leningsovereenkomst is bepaald dat de rente gedurende de looptijd in een bepaald jaar zal worden aangepast. Herfinanciering is het aangaan van een nieuwe lening om de oude af te lossen. De wetgever heeft dit percentage voor gemeenten op 20 gesteld. Dat betekent in ons geval dat van een begroting met een omvang van ongeveer 380 miljoen jaarlijks maximaal voor een bedrag van 76 miljoen van de langlopende schuld geherfinancierd mag worden. Amersfoort heeft in 2012 één langlopende geldlening aangetrokken voor 15 miljoen wegens herfinanciering. Daarmee zitten we dus ruim onder deze wettelijke norm. Kasgeldlimiet De Kasgeldlimiet vindt ook zijn oorsprong in de Wet Fido. De kasgeldlimiet is bedoeld om de negatieve gevolgen van een snelle rentestijging te beperken en bepaalt dat gemeenten hun financieringsbehoefte voor slechts een beperkt bedrag met kort geld (looptijd korter dan één jaar) mogen financieren. De norm is in de wet gesteld op 8,5% van het begrotingstotaal aan lasten (exclusief mutaties in de reserves). De limiet bedraagt voor Amersfoort daarmee 32,9 miljoen in Gemiddeld genomen bedroeg de netto korte schuld 28,925 miljoen. Hiermee zijn we binnen de gestelde norm van 32,9 miljoen gebleven. Het is zaak de kasgeldlimiet zo optimaal mogelijk te benutten, zeker zolang kortlopende schulden goedkoper zijn en een lagere rente kennen dan de langlopende schulden. (Bedragen x 1 miljoen) Omschrijving 1 e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal 2012 Gemiddeld 2012 Kasgeldlimiet 32,907 32,907 32,907 32,907 32,907 Netto vlottende schuld 36,455 23,296 18,011 37,932 28,925 Ruimte -3,548 9,611 14,896-5,025 3,982 BEDRIJFSVOERING EN EXPLOITATIE Kapitaallastennorm Een van de elementen die van belang zijn voor een flexibele begroting, is dat van de begroting niet teveel lasten al van te voren en voor langere tijd vast liggen. Dat speelt bij de schuld, waar de rente-uitgaven voor een langere tijd vast liggen, maar ook bij investeringen. Bij investeringen drukken de kapitaallasten gedurende de afschrijvingstermijn als last op de begroting. Dat kan variëren van drie tot veertig jaar. En hoe hoger het investeringsvolume, hoe hoger de kapitaallasten. Om nu te voorkomen dat de kapitaallasten een steeds groter gedeelte van de begroting opsnoepen is het goed om daar ook een ijkpunt voor te stellen. Als we kijken naar het totaal aan kapitaallasten ( 33,3 miljoen gerealiseerd in 2012; 36,5 miljoen begroot in 2013) dat afgezet wordt tegen de exploitatie, legt dat in 2013 een beslag van 9,4% op de begroting (2012: 8,5%). Een percentage van 8% achten we structureel houdbaar om nog enige flexibiliteit in de begroting te houden. Dat betekent dat het investeringsvolume eigenlijk iets teruggebracht zou moeten worden.

27 P a g i n a 27 (Bedragen x 1 miljoen) Omschrijving 2012 (realisatie) 2013 (begroting) Kapitaallasten 33,3 36,5 Boekwaarde Exploitatie Verhouding kapitaallast / exploitatie 8,5% 9,4% Voorgesteld ijkpunt kapitaallasten 8% Een kapitaallastennorm werkt in dezen beter dan een investeringsplafond. Immers, het is vaak afhankelijk van de looptijd en afschrijvingstermijn van de investeringen, hoe lang en hoe hoog de kapitaallasten uit zullen vallen. Een investeringsnorm zegt daarom niets. Een kapitaallastennorm echter wel en heeft bovendien een tweeledige functie. Voor het beoordelen van de gezondheid van een gemeente is het enerzijds belangrijk om te laten zien dat de ruimte voor kapitaallasten in tact wordt gelaten en dat de vrijval van kapitaallasten niet wordt benut voor lopende (andere) uitgaven. Daar staat tegenover dat te veel investeren leidt tot een verdere afname van het al beperkte deel van de begroting dat beïnvloedbaar is. Verhouding vast personeel flexibel personeel Naast de kapitaallasten, is het goed stil te staan bij de uitgaven aan personeel. Die bestaan uit twee componenten. De personeelslasten van het huidige, vaste personeel enerzijds en anderzijds uit de lasten verbonden met het flexibele personeel, de inhuur. Deze inhuur kan weer opgesplitst worden in de onderdelen adviesdiensten en inhuur van handjes. Aangezien de adviesdiensten anders ook uitgevoerd hadden moeten worden door bijvoorbeeld eigen personeel, zijn de uitgaven aan flexibel personeel samen beschouwd als één geheel. Hoewel vast personeel de begroting minder flexibel maakt, belast het vaste personeel naar verhouding de begroting ook minder. Inhuur van personeel of adviesdiensten zijn doorgaans duurder dan eigen personeel. Daar staat echter tegenover dat het soms specialistisch werk betreft waar we zelf geen expertise voor in eigen huis hebben. En soms is het prettig om, in afwachting van het invullen van bezuinigingen op personeel, vacatures in te vullen met externen in plaats van met vast personeel. (Bedragen x 1 miljoen) Omschrijving Vast personeel 52,2 52,7 Flexibel personeel 22,0 18,6 Totaal 72,2 71,3 Vast personeel in fte 731,8 Flexibel personeel in fte 118,5 Verhouding vast/flexibel personeel 6,2

28 P a g i n a 28 Exploitatie Vast personeel/exploitatie 12,8% 13,5% Flexibel personeel/exploitatie 5,4% 4,8% Voorgesteld ijkpunt vast personeel 15% Voorgesteld ijkpunt flexibel personeel 5% De genoemde bedragen zijn op basis van de jaarrekening; de begrootte salarisbedragen voor het vaste personeel liggen ongeveer 8 miljoen hoger. Als gevolg van o.a. vacatures komt het gerealiseerde salarisbedrag (incl. sociale lasten) lager uit. Als we de verhouding vast/flexibel personeel in fte bekijken, is de verhouding dat er tegenover zes mensen in vaste dienst er een ingehuurd wordt. In euro s geven we aan vast personeel bijna drie keer zoveel uit als aan de inhuur van flexibele arbeid. Kijken we naar de uitgaven aan vast en flexibel personeel ten opzichte van het totaal aan uitgaven aan personeel, dan geven we ongeveer 75% uit aan het vast personeel en 25% aan flexibel personeel. Als norm stellen we voor een verhouding van de uitgaven aan vast en flexibel personeel ten opzichte van de exploitatie van 15% respectievelijk 5%. Zolang deze normen niet overschreden worden, is er geen probleem op dit vlak. Dreigt de norm echter wel overschreden te worden, is het zaak om passende maatregelen te nemen. Verhouding vaste subsidies variabele subsidies De gemeente Amersfoort heeft een structurele subsidierelatie met ruim 100 instellingen en verstrekt ongeveer 300 incidentele subsidies per jaar. De bedragen die hiermee gemoeid zijn, zijn ongeveer 69,2 miljoen aan structurele subsidies en 9,6 miljoen aan incidentele subsidies in (Cijfers begroting 2013: 56,9 miljoen structureel en 10,3 miljoen incidenteel). Uitgedrukt in een percentage ten opzichte van de exploitatie, geven we 17,7% (2012) van alle uitgaven uit aan structurele subsidies (14,6% in 2013). (Bedragen x 1 miljoen) Omschrijving 2012 (realisatie) 2013 (begroting) Structurele subsidie 69,2 56,9 Incidentele subsidie 9,6 10,3 Totaal 78,8 67,2 Verhouding I/S subsidie 13,8 18,1 Exploitatie Structurele subsidie/exploitatie 17,7% 14,6% Incidentele subsidie/exploitatie 2,5% 2,6% Voorgesteld ijkpunt subsidies 15%

29 P a g i n a 29

30 # v73 - NOTA NORMERING GEMEENTEFINANCIEN P a g i n a 30

Nota reserves en voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen Nota reserves en voorzieningen 2019 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1 1. INLEIDING... 3 1.1 Waarom een nota reserves en voorzieningen?... 3 1.2 Inhoud van de nota... 3 2 Regelgeving en definities reserves

Nadere informatie

Nota Reserves en Voorzieningen

Nota Reserves en Voorzieningen Nota Reserves en Voorzieningen 1 2 Inhoud 1 Visie en wettelijke kaders 5 1.1 1.2 Visie Wettelijke kaders 2 Reserves 7 2.1 Soorten reserves 8 2.1.1 Algemene reserves 2.2 2.3 2.4 3 Voorzieningen 11 3.1 3.2

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen 2017 Eijsden-Margraten

Nota reserves en voorzieningen 2017 Eijsden-Margraten GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Eijsden-Margraten. Nr. 180003 20 december 2016 Nota reserves en voorzieningen 2017 Eijsden-Margraten 1 Inleiding De nota reserves en voorzieningen dient conform

Nadere informatie

Nota IJkpunten Financiële Positie

Nota IJkpunten Financiële Positie Nota IJkpunten Financiële Positie Oktober 2015 P a g i n a 2 Inleiding AANLEIDING Gemeentefinanciën onder druk Als gevolg van de economische crisis en de daaruit voortvloeiende rijksbezuinigingen staan

Nadere informatie

Nota Reserves en Voorzieningen 2014 Gemeente Zundert

Nota Reserves en Voorzieningen 2014 Gemeente Zundert Nota Reserves en Voorzieningen 2014 Gemeente Zundert Intern document 2014/10084 behorende bij B&W nota 2014/10024 Colofon Uitgave Mei 2014 Gemeente Zundert Markt 1 4881 CN Zundert Postbus 10.001 4880 CA

Nadere informatie

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN Gemeente Nieuwkoop Afdeling Bedrijfsvoering April 2017 1 Inhoud 1. BEGRIPPEN EN KADERS... 4 ARTIKEL 1.1 RESERVES... 4 ARTIKEL 1.2 VOORZIENINGEN... 4 ARTIKEL 1.3 RENTE...

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen 2015-2018

Nota reserves en voorzieningen 2015-2018 Nota reserves en voorzieningen 2015-2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Beleidslijnen reserves en voorzieningen... 4 2.1 Definities en regelgeving... 4 2.2 Toerekening van rente... 5 3. Huidige standen

Nadere informatie

Nota Reserves en Voorzieningen Gemeente Bergen (N-H)

Nota Reserves en Voorzieningen Gemeente Bergen (N-H) Nota Reserves en Voorzieningen Gemeente Bergen (N-H) INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1 1. INLEIDING... 2 1.1 Waarom een nota reserves en voorzieningen?... 2 1.2 Inhoud van de nota... 2 2 Regelgeving en

Nadere informatie

Nota Reserves en voorzieningen

Nota Reserves en voorzieningen Nota Reserves en voorzieningen November 2017 1 Inhoudsopgave 1. Visie en wettelijke kaders... 3 1.1 Visie... 3 1.2 Wettelijke kaders... 3 1.2.1 Reserves... 3 1.2.2 Voorzieningen... 3 2. Reserves... 4 2.1

Nadere informatie

Themaraad financiën 3 april

Themaraad financiën 3 april Themaraad financiën 3 april 2017 1 Aanleiding en doelstelling P&C-cyclus Robuust financieel beleid Begroting Financiële positie Risico s Afsluiting Agenda 2 Aanleiding en doelstelling Aanleiding Vanuit

Nadere informatie

Beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit. Vaststellen beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit

Beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit. Vaststellen beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit Aan de raad, Onderwerp: Beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit Voorstel: Vaststellen beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit 1 SAMENVATTING Tijdens de raadsinformatiebijeenkomst

Nadere informatie

Voorstel: Wij stellen uw raad voor bijgaande Nota Reserves en Voorzieningen 2013 vast te stellen. Burgemeester en wethouders van Ferwerderadiel,

Voorstel: Wij stellen uw raad voor bijgaande Nota Reserves en Voorzieningen 2013 vast te stellen. Burgemeester en wethouders van Ferwerderadiel, AAN: De raad van de gemeente Ferwerderadiel. Sector : II Nr. : 06/52.13 Onderwerp : Vaststelling Nota Reserves en Voorzieningen 2013. Ferwert, 9 september 2013. Inleiding: Normaliter wordt de Nota Reserves

Nadere informatie

Kaders Financieel gezond Brummen

Kaders Financieel gezond Brummen Kaders Financieel gezond Brummen 1. Inleiding Naar aanleiding van de vaststelling van de Programmabegroting 2019-2022 en de aanbevelingen die de provincie heeft gedaan in haar besluit financieel toezicht

Nadere informatie

Nieuw begrotingsresultaat

Nieuw begrotingsresultaat Portefeuille: A. van Amerongen Dronten, 22 september 2015 Financiële ontwikkeling begroting 2016-2019 Aan de gemeenteraad VOORSTEL Wij stellen u voor: Deze toelichting op de financiële resultaten vast

Nadere informatie

Nota Reserves en. Voorzieningen

Nota Reserves en. Voorzieningen Nota Reserves en Voorzieningen 2016 Inhoudsopgave 0. Inleiding 1. Doelstelling van deze nota 2. Functies reserves en voorzieningen 3. Onderscheid reserves en voorzieningen 4. Rentetoerekening 5. Reserves

Nadere informatie

b Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Financiën helder en op orde

b Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Financiën helder en op orde gemeente Eindhoven Inboeknummer 12bst01585 Dossiernummer 12.38.651 18 september 2012 Commissienotitie Betreft startnotitie over Sturen met normen: domein 'flexibiliteit'. Inleiding Op 28 augustus is in

Nadere informatie

Hoe financieel gezond is uw gemeente?

Hoe financieel gezond is uw gemeente? Hoe financieel gezond is uw gemeente? drs. R.M.J.(Rein-Aart) van Vugt RA A.(Arie)Elsenaar RE RA 1 Hoe financieel gezond is uw gemeente? In dit artikel geven de auteurs op hoofdlijnen aan welke indicatoren

Nadere informatie

Nota Reserves en voorzieningen

Nota Reserves en voorzieningen Nota Reserves en voorzieningen December 2018 1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Visie en wettelijke kaders... 3 1.1 Visie... 3 1.2 Wettelijke kaders... 3 1.2.1 Reserves... 3 1.2.2 Voorzieningen... 3

Nadere informatie

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal Meerjarenbegroting 2019-2022 1 Belangrijke data: 25 september 2018 vastgesteld in college 11 oktober 2018 informatiebijeenkomst (beeldvormend - technisch) 16, 17 en 18 oktober 2018 commissiebehandeling

Nadere informatie

Nota Reserves en. Voorzieningen. Gemeente Ferwerderadiel

Nota Reserves en. Voorzieningen. Gemeente Ferwerderadiel Nota Reserves en Voorzieningen 2004 Gemeente Ferwerderadiel Inhoudsopgave Blz. 0. Inleiding 1. Doelstelling van deze nota 2. Functies reserves en voorzieningen. Onderscheid reserves en voorzieningen 4.

Nadere informatie

b Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Financiën helder en op orde

b Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college Financiën helder en op orde gemeente Eindhoven Inboeknummer 12bst01885 Dossiernummer 12.44.651 30 oktober 2012 Commissienotitie Betreft startnotitie over Sturen met normen (overige domeinen) Inleiding Om te kunnen sturen op onze

Nadere informatie

Doorkiesnummer : (0495) 57 50 00 Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE

Doorkiesnummer : (0495) 57 50 00 Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE Meijer, Jacco FIN S3 RAD: RAD150701 woensdag 1 juli 2015 BW: BW150526 voorstel gemeenteraad Vergadering van de gemeenteraad van 1 juli 2015 Portefeuillehouder : H.A. Litjens Behandelend ambtenaar : Jacco

Nadere informatie

Nota reserve- en voorzieningenbeleid 2016-2019

Nota reserve- en voorzieningenbeleid 2016-2019 Nota reserve- en voorzieningenbeleid 2016-2019 Nota reserve- en voorzieningenbeleid 2016-2019 Inhoud Inleiding... 2 1. Vorming van reserves en voorzieningen... 3 1.1. Vorming van reserves... 3 1.2. Vorming

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen BghU 2018

Nota reserves en voorzieningen BghU 2018 Nota reserves en voorzieningen BghU 2018 1 1. Inleiding Artikel 11 van de verordening financieel beheer BghU 2018 bevat de volgende bepalingen 1. De directie legt minimaal eens per vijf jaar (een herijking

Nadere informatie

Beleidsnota reserves en voorzieningen

Beleidsnota reserves en voorzieningen Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 Gemeente Cuijk Datum vaststelling: 14 december 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 1.1 Aanleiding herziening beleidsnota reserves en voorzieningen 2 1.2 Doel van

Nadere informatie

Provincie Zuid Holland. Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015

Provincie Zuid Holland. Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 Provincie Zuid Holland Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 Versie GS 26 mei 1 1. Inleiding en achtergrond Deze nota gaat in op het beleid ten aanzien van reserves en voorzieningen van de provincie

Nadere informatie

Gemeente Breda ~Q~ ~,,~ Registratienr: [ 40523] Raadsvoorstel

Gemeente Breda ~Q~ ~,,~ Registratienr: [ 40523] Raadsvoorstel ~,,~ Raadsvoorstel Agendapuntnummer: Registratienr: [ 40523] Onderwerp Instemmen met het doonoeren van een stelselwijziging voor de verantwoording- en dekkingswijze van investeringen met maatschappelijk

Nadere informatie

Beleidsnotitie reserves en voorzieningen (inclusief risicomanagement / weerstandsvermogen)

Beleidsnotitie reserves en voorzieningen (inclusief risicomanagement / weerstandsvermogen) Beleidsnotitie reserves en voorzieningen (inclusief risicomanagement / weerstandsvermogen) 2 januari 2014 2 Beleidsnotitie reserves en voorzieningen (inclusief risicomanagement / weerstandsvermogen) Inhoudsopgave

Nadere informatie

NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG

NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG Opgesteld door: G.Z-H In opdracht van: Recreatieschap Voorne-Putten-Rozenburg Postbus 341 3100 AH Schiedam Tel.: 010-2981010 Fax: 010-2981020

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Nota Reserves en Voorzieningen 2016

GEMEENTEBLAD. Nr Nota Reserves en Voorzieningen 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Ferwerderadiel. Nr. 134255 30 september 2016 Nota Reserves en Voorzieningen 2016 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Doelstelling van deze nota 3. Functies reserves

Nadere informatie

Raadsvergadering van 1 november 2012 Agendanummer: 5

Raadsvergadering van 1 november 2012 Agendanummer: 5 RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: 368891 Raadsvergadering van 1 november 2012 Agendanummer: 5 Onderwerp: Beleidsbegroting 2013-2016 Verantwoordelijk portefeuillehouder: Drs. F.P. Fakkers SAMENVATTING Vanuit

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van de gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Eindhoven Nr. 628 6 november 2017 Beleidsregels reserves en voorzieningen 2018 1. Inleiding Binnen de

Nadere informatie

Nota Reserves en Voorzieningen RMH

Nota Reserves en Voorzieningen RMH Nota Reserves en Voorzieningen RMH 1. Inleiding De reserves en voorzieningen vormen een belangrijk onderdeel van de vermogenspositie van de Regio Midden Holland (RMH). Zowel vanuit bestuurlijk als bedrijfseconomisch

Nadere informatie

stresstest Een financieel beeld van gemeente Geldermalsen

stresstest Een financieel beeld van gemeente Geldermalsen stresstest Een financieel beeld van gemeente Geldermalsen Stresstest algemeen Doelstelling gemeente Inzicht verkrijgen in financiële flexibiliteit en weerbaarheid van uw Noodzaak algemeen Dalende opbrengsten

Nadere informatie

Programma 10. Financiën

Programma 10. Financiën Programma 10 Financiën Aandeel programma 10 in totale begroting 1% Financiën Overige programma's 99% Programma 10 Financiën Inleiding Ons college hanteert als uitgangspunt bij haar financiële beleid dat

Nadere informatie

NOTA RESERVES & VOORZIENINGEN RECREATIESCHAP ROTTEMEREN

NOTA RESERVES & VOORZIENINGEN RECREATIESCHAP ROTTEMEREN NOTA RESERVES & VOORZIENINGEN RECREATIESCHAP ROTTEMEREN Opgesteld door: G.Z-H In opdracht van: Recreatieschap Rottemeren Postbus 341 3100 AH Schiedam Tel.: 010-2981010 Fax: 010-2981020 September 2014 1.

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen gemeente Someren 2018

Nota reserves en voorzieningen gemeente Someren 2018 Nota reserves en voorzieningen gemeente Someren 2018 Nota reserves en voorzieningen gemeente Someren 2018 Titel: Nota reserves en voorzieningen gemeente Someren 2018 Versie: 4 Datum: 14 mei 2018 Auteur(s):

Nadere informatie

Financiële begroting 2016

Financiële begroting 2016 Financiële begroting 2016 113 114 Voor een overzicht van de baten en lasten per programma wordt verwezen naar het overzicht opgenomen onder Begroting van Baten en Lasten in het begin van deze begroting.

Nadere informatie

Notitie financiële positie gemeente Pekela

Notitie financiële positie gemeente Pekela Notitie financiële positie gemeente Pekela De laatste jaren is er sprake van krappe begrotingen en overschotten bij rekeningen vooral als gevolg van het incidenteel zijn van verschillende meevallers. In

Nadere informatie

NB beide formulieren invullen (2 tabbladen)

NB beide formulieren invullen (2 tabbladen) Behandelend ambtenaar gemeente Begroting 2015 is Meerjarenbegroting 2016-2018 is Datum vaststelling begroting 2015 Datum ontvangst begroting 2015 Maatstaven Aantal inwoners per 1-1-2015 Aantal woonruimten

Nadere informatie

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3. III Kaders begroting

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3. III Kaders begroting Perspectiefnota 2016 Inhoudsopgave blz. I Inleiding 3 II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3 III Kaders begroting 2016 4 Bijlagen: begrotingscirculaire 2016-2019 provincie Groningen

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 489473 Datum : 10 oktober 2017 Programma : Alle Blad : 1 van 6 Commissie : Bestuur Portefeuillehouder: mr. P.J.M. van Domburg

Nadere informatie

Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB14.00447 RV2014.030

Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB14.00447 RV2014.030 Raadsvergadering d.d. Casenummer Raadsvoorstelnummer Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB14.00447 RV2014.030 Gemeente Bussum Vaststellen Perspectiefnota 2015 Brinklaan 35 Postbus 6000 1400 HA Bussum Aan de gemeenteraad.

Nadere informatie

categotie/ agendanr

categotie/ agendanr Raadsvoorstel Jaar Raad categotie/ agendanr. B.enW. 2016 RA16.0095 B 2 16/760 (b ~Gemeente ~ Emmen 2018-2020 Portefeuillehouder: J. Otter Afdeling: Financiën & Belastingen Team: Financieel Advies AS Berghuis

Nadere informatie

Nota risicomanagement 2014

Nota risicomanagement 2014 Nota risicomanagement 2014 Opgesteld door: Afdeling concerncontrol D.d.: Februari 2014 2 Inhoud 1 Inleiding... 5 2 Wettelijk kader en doelstellingen... 6 2.1 BBV... 6 2.2 Doelstellingen... 6 3 Risicomanagement...

Nadere informatie

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein. Informerende Commissie. Bespreken.

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein. Informerende Commissie. Bespreken. Raad VOORBLAD Onderwerp Herschikking van de reserves Agendering x Commissie Bestuurlijk Domein x Gemeenteraad Commissie Ruimtelijk Domein Lijst ingekomen stukken Commissie Sociaal en Economisch Domein

Nadere informatie

Versie Deelraad April 2012. Beleidsnotitie Reserves en Voorzieningen

Versie Deelraad April 2012. Beleidsnotitie Reserves en Voorzieningen Versie Deelraad April 2012 Beleidsnotitie Reserves en Voorzieningen Inhoud 1. Inleiding 4 2. Begripsbepaling 5 2.1 Reserves 5 2.2 Voorzieningen 7 2.3 Verschil tussen een bestemmingsreserve en een voorziening

Nadere informatie

Grip op Financiën. 13 januari 2015 Sector Control

Grip op Financiën. 13 januari 2015 Sector Control Grip op Financiën 13 januari 2015 Sector Control Opbouw presentatie Inzicht in ontwikkeling leningenportefeuille en rente Normenkader van de gemeente Eindhoven Beheersmaatregelen Huidige leningenportefeuille

Nadere informatie

GESPREKSNOTITIE VOORJAARSGESPREK 23 JUNI 2017 VS

GESPREKSNOTITIE VOORJAARSGESPREK 23 JUNI 2017 VS GESPREKSNOTITIE VOORJAARSGESPREK 23 JUNI 2017 VS 20170512 1. INLEIDING In 2016 hebben we met u en met de samenleving intensief gesproken over de toekomst van Zutphen. Gezamenlijk hebben we vastgesteld

Nadere informatie

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN GEMEENTE WAALWIJK NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN 2015 1 Inhoud 1 Inleiding... 3 2. Begripsbepaling... 4 2.1 Reserves... 4 2.2 Voorzieningen... 7 3 Beleid en beheer van reserves... 9 3.1 De instellingscriteria...

Nadere informatie

Notitie Rentebeleid 2007

Notitie Rentebeleid 2007 Notitie Rentebeleid 2007 Inhoudsopgave Inleiding 3 De positie van de nota rentebeleid 3 De werking van het marktconform percentage 3 Totaalfinanciering versus project- of objectfinanciering 4 Rentetoerekening

Nadere informatie

Nota Reserves (en Voorzieningen) 2015-2018. Gemeente Dinkelland

Nota Reserves (en Voorzieningen) 2015-2018. Gemeente Dinkelland Nota Reserves (en Voorzieningen) 2015-2018 Gemeente Dinkelland Nota Reserves (en Voorzieningen) 2015-2018 gemeente Dinkelland Raad 21 april 2015 pagina 1 1 Inhoud 1 Inleiding... 3 1.1 Doel van de nota...

Nadere informatie

Notitie weerstandsvermogen gemeente Ten Boer

Notitie weerstandsvermogen gemeente Ten Boer Notitie weerstandsvermogen gemeente Ten Boer 1. Inleiding In 2008 heeft Aniek Geerts, student Master of Business Administration met begeleiding vanuit de Rijksuniversiteit Groningen door de heer B.J.W.Pennink

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties .-f i -V*-*. " -re Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Provinciale Staten DGBK Programnna Krachtig Bestuur Schedeldoekshaven 200 2511 EZ

Nadere informatie

11.2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

11.2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing 11.2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing Risicomanagement Risicomanagement is het proces waarbij de organisatie continue en systematisch doorlopen wordt op risico s, met als doel de gevolgen ervan

Nadere informatie

Financiële positie. Financieel perspectief. Financiële uitgangspositie

Financiële positie. Financieel perspectief. Financiële uitgangspositie Financieel perspectief Financiële positie Financiële uitgangspositie De ambities die we voor de komende periode hebben zijn op dit moment groter dan de financiële mogelijkheden die daarvoor beschikbaar

Nadere informatie

JAARREKENING Ja, IPA Acon heeft een goedkeurende verklaring afgegeven.

JAARREKENING Ja, IPA Acon heeft een goedkeurende verklaring afgegeven. JAARREKENING 2015 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee) en welke soort verklaring? Weerstandsvermogen Hoogte algemene

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland

Nota reserves en voorzieningen Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland Nota reserves en voorzieningen Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland 2017-2020 1 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN 3 2. OMSCHRIJVING RESERVES EN VOORZIENINGEN 3 2.1. RESERVES 3

Nadere informatie

Introductie gemeenteraad in de financiën. Bob van der Sleen / Jan Sanders Sector Control 27 februari 2014

Introductie gemeenteraad in de financiën. Bob van der Sleen / Jan Sanders Sector Control 27 februari 2014 Introductie gemeenteraad in de financiën Bob van der Sleen / Jan Sanders Sector Control 27 februari 2014 Inhoud Algemeen: Wat is het belang van de begroting en de jaarrekening, wat doet de raad en wat

Nadere informatie

Overzicht gerealiseerde baten en lasten per programma (bedragen x 1.000) Jaarrekening 2015 in vogelvlucht

Overzicht gerealiseerde baten en lasten per programma (bedragen x 1.000) Jaarrekening 2015 in vogelvlucht Overzicht gerealiseerde baten en lasten per programma Jaarrekening 2015 in vogelvlucht Overzicht gerealiseerde baten en lasten per programma Resultaat 2015 in vogelvlucht Het verschil tussen de inkomsten

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen gemeente Westerwolde 2018

Nota reserves en voorzieningen gemeente Westerwolde 2018 Nota reserves en voorzieningen gemeente Westerwolde 2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 2 Regelgeving en kaders 3 2.1 Algemeen 3 2.2 BBV-regelgeving 3 2.3 Artikel 212 gemeentewet 3 3 Reserve versus voorziening

Nadere informatie

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2 Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2 Normenkader, toets van de begroting aan de formele eisen Inhoudsopgave 1 Normenkader 2 1.1 Besluit Begroting en Verantwoording 2 1.2 Verordening

Nadere informatie

Nota. Reserves en voorzieningen. Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland

Nota. Reserves en voorzieningen. Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland Nota Reserves en voorzieningen Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland 2015 Inhoud Hoofdstuk 1 Inleiding... 3 1.1 Algemeen... 3 1.2 Leeswijzer... 3 Hoofdstuk 2 Begripsbepalingen... 4 2.1 Algemeen... 4 2.2

Nadere informatie

Van deze gelegenheid maken wij gebruik het volgende op te merken:

Van deze gelegenheid maken wij gebruik het volgende op te merken: Bezoekadres Huis der Provincie Markt 11 6811 CG Arnhem Postadres Postbus 9090 6800 GX Arnhem De Raad van de gemeente Hattem Postbus 93 8050 AB HATTEM telefoonnummer (026) 359 91 11 telefaxnummer (026)

Nadere informatie

Reactie college op onderzoek Jaarstukken 2017 Rekenkamercommissie

Reactie college op onderzoek Jaarstukken 2017 Rekenkamercommissie Reactie college op onderzoek Jaarstukken 2017 Rekenkamercommissie 30 mei 2018 Concerncontrol Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Aanbevelingen RKC 3 2 1. Inleiding De Rekenkamercommissie (RKC) heeft naar aanleiding

Nadere informatie

11. Paragrafen. Paragrafen

11. Paragrafen. Paragrafen 11. Paragrafen De programmabegroting bevat de volgende paragrafen: 1. Weerstandsvermogen en risicobeheersing 2. Onderhoud kapitaalgoederen 3. Bedrijfsvoering 4. Verbonden partijen 5. Financiering Evenals

Nadere informatie

Bijlage nota reserves en voorzieningen Reserves

Bijlage nota reserves en voorzieningen Reserves Bijlage nota reserves en voorzieningen Reserves Algemene reserve Stand per eind 2014 1.894.000 Buffer De algemene reserve is gevormd uit rekeningresultaten uit het verleden en is de primaire buffer voor

Nadere informatie

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen.

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen. RAADSVOORSTEL Agendapunt Raad 27 oktober 2016 Afdeling Middelen Voorstel nummer 2016.00077 Datum 27 september 2016 Onderwerp Tweede bestuursrapportage 2016 Programma Alle begrotingsprogramma's Inlichtingen

Nadere informatie

Voorzien in reserves? Een geactualiseerde nota over reserves en voorzieningen bij de gemeente Schiermonnikoog

Voorzien in reserves? Een geactualiseerde nota over reserves en voorzieningen bij de gemeente Schiermonnikoog Voorzien in reserves? Een geactualiseerde nota over reserves en voorzieningen bij de gemeente Schiermonnikoog Voorwoord De gemeente is verplicht om één keer per vier jaar een nota reserves en voorzieningen

Nadere informatie

DOEL EN OMVANG RESERVES EN VOORZIENINGEN

DOEL EN OMVANG RESERVES EN VOORZIENINGEN R1 9111001 Algemene Reserve Algemene buffer voor de exploitatie en voor de opvang van (negatieve) rekeningssaldi. Rekeningsvoordelen. In de afgelopen jaren is het rekeningsresultaat toegevoegd /onttrokken.

Nadere informatie

De taak van de commissie Besluit begroting en verantwoording (hierna: BBV) is om een eenduidige toepassing van het BBV te bevorderen.

De taak van de commissie Besluit begroting en verantwoording (hierna: BBV) is om een eenduidige toepassing van het BBV te bevorderen. januari 2012 Notitie incidentele en structurele baten en lasten Algemeen De taak van de commissie Besluit begroting en verantwoording (hierna: BBV) is om een eenduidige toepassing van het BBV te bevorderen.

Nadere informatie

Reserve Ontwikkelingsprojecten Spelregels. Gemeente Albrandswaard

Reserve Ontwikkelingsprojecten Spelregels. Gemeente Albrandswaard Reserve Ontwikkelingsprojecten Spelregels Gemeente Albrandswaard Reserve Ontwikkelingsprojecten Spelregels Gemeente Albrandswaard Datum: 18 mei 2012 Afdeling: Bestuur, team ontwikkeling Afdelingshoofd:

Nadere informatie

(pagina 3) (pagina 6)

(pagina 3) (pagina 6) JAARREKENING 2014 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee) en welke soort verklaring? Weerstandsvermogen Hoogte algemene

Nadere informatie

Naam en telefoon. Coen van den Hout (9300) Afdeling. Portefeuillehouder

Naam en telefoon. Coen van den Hout (9300) Afdeling. Portefeuillehouder Onderwerp Invoering nieuwe voorschriften Besluit Begroting & Verantwoording (BBV). Datum 25 mei 2016 Naam en telefoon Coen van den Hout (9300) Afdeling F&C Portefeuillehouder Frank den Brok Waarover wil

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerp-besluit pag. 4. Toelichting: pag. 5

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerp-besluit pag. 4. Toelichting: pag. 5 2017MME151 College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel DATUM 26 september 2017 NUMMER PS AFDELING Managementondersteuning COMMISSIE Alle STELLER Alex van der Weij DOORKIESNUMMER 3992 DOCUMENTUMNUMMER

Nadere informatie

Financiële begroting 2015 samengevat

Financiële begroting 2015 samengevat Financiële begroting 2015 samengevat Begrotingscyclus Het beleid en de financiën van de provincie komen op een aantal momenten in het jaar provinciebreed aan de orde. Dit wordt ook wel de begrotings- of

Nadere informatie

Directie Middelen en Control Treasury, Risicomanagement en Deelnemingen

Directie Middelen en Control Treasury, Risicomanagement en Deelnemingen Directie Middelen en Control Treasury, Risicomanagement en Deelnemingen Nota Onderwerp Herziening rentestelsel Datum 4 september 2014 Opsteller E. de Boer 1. Inleiding Zowel in de nota Begrotingsruimte

Nadere informatie

Bijlage bij raadsvoorstel nr Nota Risicomanagement & Weerstandsvermogen

Bijlage bij raadsvoorstel nr Nota Risicomanagement & Weerstandsvermogen Nota Risicomanagement & Weerstandsvermogen 2012-2015 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding a. Aanleiding en kader b. Proces 2. Risicomanagement a. Risico's en risicomanagement b. Invoering van risicomanagement

Nadere informatie

provincie GELDERLAND Gemeente Oude IJsselstreek Ontvangen: 18/12/2014 14ink18939

provincie GELDERLAND Gemeente Oude IJsselstreek Ontvangen: 18/12/2014 14ink18939 Gemeente Oude IJsselstreek Ontvangen: 18/12/2014 provincie 14ink18939 De Raad van de gemeente Oude IJsselstreek Postbus 42 7080 AA GENDRINGEN Bezoekadres Huis der Provincie Markt 11 6811 CG Arnhem telefoonnummer

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Provincie Flevoland (FL) t.a.v. de Provinciale Staten Postbus 55 8200 AB LELYSTAD DGBK/Bestuur, Democratie

Nadere informatie

Financiële positie: sturen op stabiliteit, flexibiliteit, weerbaarheid en wettelijke kaders. VBG 3 oktober 2012 Staf Depla

Financiële positie: sturen op stabiliteit, flexibiliteit, weerbaarheid en wettelijke kaders. VBG 3 oktober 2012 Staf Depla Financiële positie: sturen op stabiliteit, flexibiliteit, weerbaarheid en wettelijke kaders VBG 3 oktober 2012 Staf Depla Begroting helder en op orde Baas over je eigen prioriteiten Alleen dan geld voor

Nadere informatie

Volgens artikel 11 van het besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) bestaat het weerstandsvermogen uit de relatie tussen:

Volgens artikel 11 van het besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) bestaat het weerstandsvermogen uit de relatie tussen: Meent 94 Postbus 70012 info@rekenkamer.rotterdam.nl t 010 267 22 42 3000 KP Rotterdam www.rekenkamer.rotterdam.nl Gemeente Rotterdam Gemeenteraad d.t.k.v. de griffie Coolsingel 40 3011 AD ROTTERDAM ons

Nadere informatie

bedrag * begrotingsoverschot bij begroting

bedrag * begrotingsoverschot bij begroting Actueel financieel beeld voor de jaren 2018-2022 Met dit overzicht schetsen wij het actuele financiële beeld voor de gemeente Gooise Meren voor de komende jaren. Dit overzicht dient meerdere doelen. Ten

Nadere informatie

Nota reserves, weerstandsvermogen en solvabiliteit 2015. RAD Hoeksche Waard

Nota reserves, weerstandsvermogen en solvabiliteit 2015. RAD Hoeksche Waard Nota reserves, weerstandsvermogen en solvabiliteit 2015 Inhoud Samenvatting... 3 Inleiding Risicomanagement... 4 Doel risicomanagement Stappen risicomanagement Risicobeheersing Taken en verantwoordelijkheden

Nadere informatie

Overzicht omvang schulden

Overzicht omvang schulden Memo Aan : De leden van de gemeenteraad Van : Gerrit Boonzaaijer Doorkiesnummer : Datum : 28-11-2016 Afschriften : Bijlage(n) : Betreft : Schuldenafbouwplan Geachte leden van de gemeenteraad, Tijdens de

Nadere informatie

zaaknummer

zaaknummer Bezoekadres Huis der Provincie Markt 11 6811 CG Arnhem Postadres Postbus 9090 6800 GX Arnhem De raad van de gemeente Barneveld Postbus 63 3770AB BARNEVELD telefoonnummer (026) 359 91 11 telefaxnummer (026)

Nadere informatie

Ja, de jaarrekening 14 april van het WNK ontvangen.

Ja, de jaarrekening 14 april van het WNK ontvangen. JAARREKENING 2014 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee) en welke soort verklaring? Weerstandsvermogen Hoogte algemene

Nadere informatie

Paginanummer opnemen! Ja, de jaarstukken 2015 zijn op 14 april 2016 door de gemeenten ontvangen.

Paginanummer opnemen! Ja, de jaarstukken 2015 zijn op 14 april 2016 door de gemeenten ontvangen. JAARREKENING 2015 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee) en welke soort verklaring? Weerstandsvermogen Hoogte algemene

Nadere informatie

Reactienotitie informatieavond Perspectiefnota (19 juni 2014) beantwoording/toelichting

Reactienotitie informatieavond Perspectiefnota (19 juni 2014) beantwoording/toelichting Reactienotitie informatieavond Perspectiefnota (19 juni 2014) beantwoording/toelichting 1. Algemene reserve (gelabeld deel) Het gelabelde deel van de algemene reserve neemt toe van 3.3 miljoen naar 5,2

Nadere informatie

Onderwerp Meicirculaire 2009 Gemeentefonds en aanpassingen begroting 2009

Onderwerp Meicirculaire 2009 Gemeentefonds en aanpassingen begroting 2009 Gemeente Appingedam Raadsvoorstel Raadsagenda d.d.: 17 september 2009 Voorstel nummer : 9 Behandelend ambtenaar : A. Schuur Telefoonnummer : 0596 691241 E-mailadres : a.schuur@appingedam.nl Portefeuillehouder

Nadere informatie

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg Cluster FIN Behandeld J.G.G.M. Janssen Ons kenmerk Telefoon +31 43 389 72 38 Uw kenmerk Maastricht 20 maart 2018 Bijlage(n) Verzonden Onderwerp Aandachtspunten

Nadere informatie

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN OPENBAAR LICHAAM NOABERKRACHT DINKELLAND TUBBERGEN

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN OPENBAAR LICHAAM NOABERKRACHT DINKELLAND TUBBERGEN NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN 2014 OPENBAAR LICHAAM NOABERKRACHT DINKELLAND TUBBERGEN Nota reserves en voorzieningen 2014 GR - pagina 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Besluit Begroting en Verantwoording

Nadere informatie

Nota reserves en voorzieningen Gemeente Oost Gelre 2010

Nota reserves en voorzieningen Gemeente Oost Gelre 2010 Nota reserves en voorzieningen Gemeente Oost Gelre 2010 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 Inleiding 2 2. Overzicht van reserves en voorzieningen resultaatsbestemming 2009 3 3. Besluit Begroting en Verantwoording

Nadere informatie

GEMEENTE DONGEN INZICHT ROBUUSTHEID & STABILITEIT FINANCIËLE POSITIE DRS. PIETER KOKS RA EN SYLVAIN VAN ERK CPC. 7 mei 2018 Versie 1.

GEMEENTE DONGEN INZICHT ROBUUSTHEID & STABILITEIT FINANCIËLE POSITIE DRS. PIETER KOKS RA EN SYLVAIN VAN ERK CPC. 7 mei 2018 Versie 1. GEMEENTE DONGEN INZICHT ROBUUSTHEID & STABILITEIT FINANCIËLE POSITIE 7 mei 2018 Versie 1.1 DRS. PIETER KOKS RA EN SYLVAIN VAN ERK CPC VOORSTELLEN Drs. Pieter Koks RA Analytisch, communicatief sterk en

Nadere informatie

Raadsvergadering : 12 april 2016 agendapunt : Commissie : Bestuur en Ruimte

Raadsvergadering : 12 april 2016 agendapunt : Commissie : Bestuur en Ruimte Zaaknummer : Raadsvergadering : 12 april 2016 agendapunt : Commissie : Bestuur en Ruimte Onderwerp : Beleid overschotten Collegevergadering : 15 maart 2016 agendapunt : 10 Portefeuillehouder : J.B. Boer

Nadere informatie

B&W-Aanbiedingsformulier

B&W-Aanbiedingsformulier B&W-nr. 07.0667, d.d. 19 juni 2007 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Intrekken toetsingskader reserves en voorzieningen BESLUITEN Behoudens advies van de commissie OWZ 1. Het B&W besluit 07.0406 van 24

Nadere informatie

Uitgangspunten stresstest

Uitgangspunten stresstest Uitgangspunten stresstest Hoofdzakelijk op basis van openbare bronnen: Begroting Jaarrekening CBS-statistieken Atlas van de lokale lasten Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden

Nadere informatie

Doorkiesnummer : (0495) 575 521 Agendapunt: 8 ONDERWERP

Doorkiesnummer : (0495) 575 521 Agendapunt: 8 ONDERWERP Wijnen, Peter FIN S3 RAD: RAD131106 2013-11-06T00:00:00+01:00 BW: BW131001 voorstel gemeenteraad Vergadering van de gemeenteraad van 6 november 2013 Portefeuillehouder : J.M. Cardinaal Behandelend ambtenaar

Nadere informatie

BIEO Begroting in één oogopslag

BIEO Begroting in één oogopslag BIEO 2017 Begroting in één oogopslag INLEIDING Voor u ligt de begroting in één oogopslag (BIEO) 2017 van de gemeente Wierden. Naast het begrotingsjaar 2017 wordt er aandacht geschonken aan de ontwikkeling

Nadere informatie

Weerstandsvermogen. Begroting Actueel weerstandsvermogen op concernniveau

Weerstandsvermogen. Begroting Actueel weerstandsvermogen op concernniveau Weerstandsvermogen Begroting 2017 De uitvoering van provinciale activiteiten brengt risico's met zich mee. Een actief risicomanagementbeleid helpt bij het beheersen van deze risico's. Uw Staten stellen

Nadere informatie