Wetenschappelijke verhandeling

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wetenschappelijke verhandeling"

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN Post-conflict nation-building in Irak: Etnische en sektarische invloeden in de heropbouw van het veiligheidsapparaat Wetenschappelijke verhandeling aantal woorden:17844 Evert Govaerts MASTERPROEF POLITIEKE WETENSCHAPPEN afstudeerrichting INTERNATIONALE POLITIEK PROMOTOR: PROF. DR. Christopher Parker COMMISSARIS: Brecht De Smet COMMISSARIS: Pascal Debruyne ACADEMIEJAAR

2 1

3 Abstract Na afloop van de Amerikaanse inval in Irak in 2003 werd de heropbouw van het Irakese veiligheidsapparaat als een essentieel onderdeel gezien om de veiligheid in Irak in het post-saddam-tijdperk te waarborgen. Negen jaar na datum zijn de resultaten weinig hoopgevend. Deze Masterproef probeert te onderzoeken of etnische en sektarische invloeden iets te maken hebben met het falen in Irak om de veiligheidstroepen opnieuw op te bouwen. Er wordt specifiek onderzocht welke rol deze invloeden spelen in de doeltreffendheid van de veiligheidstroepen. Het onderzoek in deze Masterproef gebeurt aan de hand van een documentanalyse van officiële documenten van de overheid van de Verenigde Staten, vooral van de U.S. Department of Defence, de rapporten aan het U.S. Congress, en de rapporten van SIGIR. De empirische data worden getoetst aan de theorieën van Krebs (2004) en Edmunds (2006) over de rol van de veiligheidstroepen in nation-building. Uit het onderzoek in de Masterproef blijkt dat de etnische en sektarische invloeden in Irak tot op het hoogste niveau zijn doorgedrongen. Dit heeft een effect op de beslissingen die gemaakt worden door de Irakese machthebbers en op het proces van de heropbouw van de veiligheidstroepen en op nation-building. 2

4 I. Voorwoord en Dankwoord Eerst en vooral wil ik mijn promotor professor Christopher Parker bedanken voor het begeleiden van mijn thesis. Zonder hem zou deze thesis nooit over dit onderwerp zijn gegaan. Hij gaf me de inspiratie om dit onderwerp te kiezen. Verder wil ik ook mijn moeder bedanken voor alle steun. Ze ook blij zal zijn dat met deze thesis een eind zal komen aan mijn studies. Mijn vader moet ook bedankt worden, omdat hij er voor heeft gezorgd dat ik deze studies kon aanvangen en altijd kon verder zetten, ook al begrijpt hij nog altijd niet waarom ik in politieke wetenschappen ben geïnteresseerd. Die onvoorwaardelijke steun van mijn ouders verdient een vermelding in het dankwoord. Als laatste, maar daarom niet als minst belangrijke, wil ik Fabienne Bossuyt bedanken, voor de steun die ze mij heeft gegeven door heel het proces van deze thesis te schrijven, zowel op professioneel als op privaat vlak. 3

5 Abstract... 2 Voorwoord en Dankwoord... 3 Lijst van Figuren... 6 I. Inleiding Contextuele omkadering Probleemstelling en onderzoeksvraag II. Nation-building Inleiding Poging tot definiëren Prometheaans dilemma Kritiek Alternatieven Rol van het leger in nation-building III. Etnische Invloeden binnen de veiligheidstroepen Etnische samenstelling van de Irakese veiligheidstroepen Het belang van etnische invloeden in de veiligheidstroepen Etnische spanningen binnen de veiligheidstroepen Irakificatie van de veiligheidstroepen Etnische break-up Koerdisch-Arabische tegenstellingen Koerdische Regionale overheid Soenitisch-Sjiitische spanningen Sons of Iraq issue Soennitisch-Soennitische en Sjiitisch-Sjiitische spanningen Conflicten op ministerieel niveau Eerste ministerpost: Maliki Binnenlandse Zaken Defensie IV. Bespreking en conclusie Toepassing theorie Bespreking volgens de theorie van Krebs (2004) Bespreking volgens de theorie van Edmunds (2006) Etnische verschillen in het leger Etnische verschillen binnen de overheid Sjiitische en Soennitische invloed

6 3.2. Koerdische invloed De invloed van Maliki Algemene conclusie

7 Lijst van Figuren Figuur 1: Het veiligheidsdilemma in Irak Figuur 2: De Koerdische regio en de betwiste gebieden

8 I. Inleiding 1. Contextuele omkadering Negen jaar na het officiële einde van de oorlog in Irak die het post-saddam tijdperk inluidde, is veiligheid nog altijd een centraal probleem in het land. Van de stabiliteit en duurzame heropbouw die werden beloofd bij het officiële einde van de invasie op 1 mei 2003 is in Irak nog maar weinig in huis gekomen. De helse periode van totale chaos en vernieling die losbarstte tijdens de bezetting door de Verenigde Staten mag dan wel voorbij zijn, etnisch en sektarisch geweld blijven voorkomen en de veiligheidssituatie is nog steeds precair. Er is veel kritiek gekomen op de bezettingsmacht van de Verenigde Staten in Irak, de Coalition Provisional Authority (CPA), onder leiding van lt. Paul Bremer. Er kwam onder meer hevige kritiek op Order Number Two, de verordening die op 23 mei 2003 werd ondertekend door Bremer en die het hele Irakese militaire apparaat ontbond, meer bepaald de Landmacht, Luchtmacht en de Zeemacht, de Republikeinse Garde en hun speciale eenheden, Saddam Hoessein- en Ba ath-partij-gelieerde paramilitaire groepen, evenals de corresponderende administraties, waaronder het Ministerie van Defensie, het Ministerie van Informatie, de Iraakse geheime dienst en het Nationaal Veiligheidsbureau. De ontbinding creëerde een gigantisch veiligheidsvacuüm dat niet door het aanwezige aantal coalitietroepen kon worden opgevangen. George W. Bush verklaarde later m.n. aan zijn biografieschrijver Robert Draper, - dat het originele plan was om het leger niet te ontbinden. De militaire leiders in Irak op hun beurt beweerden niet te zijn geconsulteerd over de beslissing. De beslissing zelf wordt nu beschouwd als een van de grootste fouten die na de invasie zijn gemaakt. Irak wordt in het algemeen beschouwd als een etnisch en sektarisch verdeeld land. Nochtans hebben, historisch gezien, de verschillende bevolkingsgroepen in Irak altijd samen geleefd en een natie kunnen vormen. Na de oorlog van 1991, en vooral na de recentere oorlog van 2003, zijn de etnische en sektarische breuklijnen in Irak bevestigd en vooral exponentieel gegroeid. Een van de grote problemen was, en is nog altijd, de veiligheidssituatie in het land. Bijna vijf jaar lang werd Irak dagelijks geconfronteerd met etnischsektarisch geweld, evenals geweld tegen de bezettingsmacht. De maatregelen die werden getroffen door de CPA waren onvoldoende om het dramatische veiligheidsprobleem het hoofd te bieden. Een van de oorzaken van de problematische veiligheidssituatie was dat er weinig of geen Irakese veiligheidstroepen waren. Het leger was ontbonden en de politiemacht was onvoldoende effectief om het urgente veiligheidsprobleem op te lossen. Het leger van de coalitiepartners, onder leiding van de Verenigde Staten, was niet voorbereid op het uitvoeren van deze taak en was onderbemand om de situatie ten gronde aan te pakken. Volgens de naoorlogse planning van de Verenigde Staten voor Irak zou het leger en de politiemacht behouden blijven. De CPA besliste het Irakese leger toch officieel te ontbinden. De facto had het zichzelf al ontbonden. Daarna begon de moeilijke oefening om vanuit het niets een nieuw leger te bouwen en de politiemacht te hervormen. De Verenigde Staten hadden bij hun overdracht van de macht aan de Irakese politici in 2006 een land achter-gelaten waar het veiligheidsapparaat alles behalve op punt stond. Zelfs bij het verlaten van de laatste Amerikaanse troepen uit Irak in december 2011 was de veiligheidstoestand nog steeds niet stabiel. De situatie lijkt nu te verbeteren, maar er zijn nog altijd grote sektarische en etnische invloeden binnen Irak die 7

9 de heropbouw van het veiligheidsapparaat sterk bemoeilijken. Dit is mede het gevolg van de Verenigde Staten, die bij de rekrutering voor de nieuwe Irakese veiligheidstroepen initieel geen rekening hadden gehouden met de etniciteit van de rekruten.. De voormalige bezetter was blij dat er rekruten opdaagden, en vroeg hen niet naar hun etniciteit. Zo kwam men in de situatie die men vandaag kent, waar de veiligheidstroepen een dominantie kennen van Sjiitische en Koerdische machthebbers en waar de Soennieten veelal uit de machtscentra worden gehouden. 2. Probleemstelling en onderzoeksvraag Irak is sinds het ontstaan van het land altijd een multi-etnisch land geweest, waar mensen van verschillende etnische en sektarische achtergrond samenleefden. Die samenstelling van verschillende achtergronden heeft wisselende successen gekend. Deze Masterproef focust op deze etnische en sektarische invloeden in Irak betreffende de veiligheid van het land. Het onderzoek gaat specifiek over de rol die de Irakese veiligheidstroepen kunnen spelen in het heropbouwen van Irak als staat en als natie. Meer bepaald wordt onderzocht of sektarische en etnische invloeden een rol spelen in het proces van de heropbouw van de veiligheidstroepen en in de beslissingen die over dit onderwerp vallen op het niveau van de regering. Uit deze centrale onderzoeksvraag volgt nog de secundaire vraag of er op politiek niveau ook sektarische invloeden zijn, of de Irakese politici zich kunnen loskoppelen van hun tribale en etnischsektarische invloeden. De al dan niet tribale en sektarische of etnische invloeden hebben natuurlijk een impact op de doeltreffendheid van de veiligheidstroepen. Als de loyaliteit van de Irakese veiligheidstroepen in de eerste plaats niet bij de centrale regering ligt, kan er niet effectief een gevoel van natievorming optreden tussen de verschillende gebieden in Irak. Het onderzoek vertrekt vanuit de ruimere vraag of het eigenlijk wel mogelijk is om een natie in Irak op te bouwen. Binnen deze ruimere vraag willen wij onderzoeken of de sektarische en etnische spanningen achteruit geschoven kunnen worden om een echt nationaal veiligheidskorps te maken in Irak? Kunnen nationale waarden meegegeven worden met rekruten in training? Er wordt ook getracht een antwoord te geven op de vraag of de verschillende milities in Irak al dan niet geïntegreerd kunnen worden in de Irakese veiligheidstroepen, iets wat de bedoeling is van de Irakese machthebbers. Er wordt in de Masterproef ook nagegaan welke rol de Koerdische gemeenschap speelt in het waarborgen van de Irakese veiligheid. Verder wordt er ingegaan op de macht van premier Maliki, die gedurende een half jaar alle sleutelposities in handen had betreffende opbouw van de Irakese veiligheidstroepen. Is er vooruitgang geboekt en welke gevolgen zijn er aan deze vooruitgang gekoppeld? Ook verdere problemen in de beslissingscentra worden besproken. In dit onderzoek zal ik proberen antwoord te geven op de centrale onderzoeksvraag en de deelvragen die daaruit voortvloeien. De Masterproef is als volgt gestructureerd. Het eerste deel van de Masterproef gaat over het concept nation-building en de vraag of de heropbouw van een land of natie door een bezetter mogelijk is. Er wordt specifiek gefocust op de bijdrage die het leger of de veiligheidstroepen kunnen leveren bij nation-building. Het theoretisch kader dat we hiervoor gebruiken is gebaseerd op inzichten uit de theorieën over de veiligheidstroepen en hun rol in nation-building van Krebs (2004) en Edmunds (2006). In het tweede deel van de Masterproef wordt verder ingegaan op de casus Irak. Welke etnische en sektarische 8

10 invloeden spelen een rol bij de heropbouw van het Irakese veiligheidsapparaat en welke invloeden zijn er te vinden bij de machtscentra die beslissen over de heropbouw van het veiligheidsapparaat. Verder in dit deel komt ook aan bod welke invloed de sektarische en etnische invloeden hebben op de doeltreffendheid van de Irakese veiligheidstroepen. Op methodologisch vlak is vooral een beroep gedaan op documentanalyse van rapporten van officiële instellingen van de Verenigde Staten, zoals de rapporten van de Department of Defence, de rapporten aan het US Congress en de rapporten van SIGIR, de Special Inspector General for Iraq Reconstruction. Verder zijn de analyses van Cordesman & Mausner (2009) en Cordesman (2012) belangrijk om deze rapporten te duiden. In de conclusie van de Masterproef worden de twee delen gecombineerd en wordt er getracht een antwoord te vinden op de centrale onderzoeksvraag. Daarin wordt de koppeling gemaakt tussen de theorieën over de veiligheidstroepen en hun rol in nation-building van Krebs (2004) en Edmunds (2006) enerzijds en de situatie in Irak anderzijds. 9

11 II. Nation-building 1. Inleiding De term nation-building werd in de academische literatuur ingevoegd in de nadagen van Wereldoorlog II, met betrekking op de heropbouw van Japan en Duitsland. De term kende nadien nog een grote populariteit bij de beleidsmakers in Washington tijdens de dekolonisering van Afrika en Azië (Ekbladh, 2006). Tijdens de dekolonisatie werd de term nation-building een prominente term in de rationalisering van liberale discours om een door het Westen gesponsorde proces van dekolonisatiedie de integratie van verschillende groepen en gemeenschappen te integreren in een exacte kopie van liberale democratieën (Ismael & Ismael, 2005) De term nation-building raakte in onbruik bij de Amerikanen na het trauma in Somalië 1 en werd bewust vermeden tijdens de heropbouw na de Balkan-oorlogen van medio jaren 90. Het concept nation-building werd echter wel toegepast. De term kwam terug in de literatuur tijdens de heropbouw van Irak en Afghanistan, begin en midden jaren De term nation-building is een term ingevoerd door beleidsmakers in de Verenigde Staten en dus een Amerikaanse term (Fukuyama, 2006). De uitvoering van het concept werd de voorbije 50 jaar vooral uitgevoerd door de Verenigde Staten. Galbraith, in een interview van Gearóid Ó Tuathail (2005), zegt echter dat nation-building niet echt iets is waar de Verenigde Staten goed in zijn. De expertise hierin veeleer ligt bij de Verenigde Naties, die zich ook als neutrale actor kunnen opstellen na een conflictsituatie. Het voordeel hiervan is dat de landen die nation-building ondergaan het niet zullen zien als iets dat wordt opgelegd door de vroegere bezetter van de staat. Er is echter geen algemeen aanvaarde groep van mensen die kunnen worden aangesproken om aan nation-building te doen. Het is dus noodzakelijkerwijs ad hoc en altijd moeilijk om goede mensen aan het werk te krijgen in de moeilijke en gevaarlijke locaties waar nation-building plaatsvindt. Verder is het volgens Galbraith noodzakelijk dat nation-builders 2 de macht zo snel mogelijk overdragen naar de lokale bevolking. Een grondwet geschreven door een externe macht zal immers nooit worden aanvaard. Dit was ook een van de problemen in Irak, waar de grondwet geschreven werd met behulp van Amerikaanse rechtsgeleerden. Verder moet er gespendeerd worden om meer jobs en welvaart te creëren, wat ook niet is gebeurd in Irak. Ook moet orde en veiligheid een prioritair belang hebben in nation-building. Als laatste moeten nationbuilders 3 een plan hebben. Dit is waarom het heeft gewerkt in Bosnië, het werd jaren vooraf gepland en de mensen die er naartoe gingen waren professionals die vast bleven hangen aan hun principes (Gearóid Ó Tuathail, 2005). Een van de belangrijkste vragen in dit onderzoek is of de veiligheidstroepen kunnen bijdragen tot nation-building, maar daarvoor moeten we eerst bepalen wat nation-building is. 1 De Verenigde Naties, onder leiding van de Verenigde Staten, probeerden tussen 1993 en 1995 de Somalische staat terug vorm te geven, maar dat mislukte. De gevolgen van die mislukking zijn vandaag nog duidelijk. 2 Hier worden de actoren bedoeld, niet de instrumenten van nation-building. Verder in deze scriptie gaat nation-builder gebruikt worden om de definiëring van een instrument van nation-building aan te geven, tenzij anders wordt vermeld. 3 Hier worden de actoren bedoeld. 10

12 2. Poging tot definiëren Dobbins (2003) omschrijft nation-building als het gebruik van een leger in de nadagen van het conflict om de transitie naar democratie te ondersteunen. Fukuyama (2006) omschrijft de term specifieker. Hij beweert dat nation-building state-building is gecombineerd met een economische ontwikkeling. Hierbij komt dan een politieke heropbouw en herlegitimatie kijken. Fukuyama (2006) beweert dat een natie zelden kan worden (her)opgebouwd door een externe macht. Er zijn volgens Fukuyama (2006) twee acties nodig om tot nation-building te komen: reconstructie en ontwikkeling. Met reconstructie wordt de heropbouw van een door oorlog verscheurd gebied en samenleving bedoeld. Hier wordt veiligheid een sleutelrol toebedeeld. Ontwikkeling betekent dat er nieuwe instituties worden gecreëerd en dat er bijhorende economische groei wordt gerealiseerd. De ontwikkeling werkt toe naar een samenleving die ervoor niet aanwezig was in het land. Nation-builders 4 moeten zich volgens Fukuyama (2006) vooral bezig houden met de reconstructie en minder met ontwikkeling. Er is echter een hoge interdependentie tussen ontwikkeling en reconstructie, waardoor de twee moeilijk gescheiden kunnen worden. Een land met een zwak staatsapparaat kan geen basis vormen voor een stabiele samenleving. Darden & Mylonas (2011) stellen dat er minstens drie vragen moeten worden gesteld in verband met nation-building door derden op een buitenlands grondgebied. Ten eerste, wie doet er aan nation-building? Ten tweede, wat is de structuur van het internationale systeem op het moment van de nation-building? En ten derde, wat zijn de karakteristieken van de lokale bevolking? De eerste vraag heeft vooral betrekking op de beschikbare middelen van de nation-builder 5. Het is evident dat een supermacht (cf. de Verenigde Staten) meer middelen heeft om aan nation-building te doen. Verder hangt ook de legitimiteit van de nation-building campagne af van wie het doet. De Verenigde Naties hebben bijvoorbeeld een grotere internationale legitimiteit dan een unilaterale poging tot nation-building. Legitimiteit heeft dan weer een positief effect op de medewerking van de bevolking (Darden & Mylonas, 2011). Jenne (2011) ziet dit aspect van de vraagstelling als de belangrijkste, omdat de motivaties van een bezetter om een monumentale taak zoals nation-building op te zetten verdacht is. Ook hebben de meeste bezetters vaak het engagement niet om een lange-termijn stabiliserings- en ontwikkelingsoperatie aan te gaan, en deze die wel die interesse hebben, worden verdacht van controle over de staat of het leiderschap van de staat te willen uitoefenen en ze naar hun eigen agenda te schikken. Het is onwaarschijnlijk dat die houding de lokale bevolking ten goede kan komen. (Jenne, 2011). De structuur van het internationale systeem heeft een effect op wie aan nation-building doet. In een unipolair systeem heeft de supermacht een vrije hand in het nation-building proces, terwijl in een bipolair systeem de nation-building zal worden ondermijnd door de andere pool, en hiermee de legitimiteit wordt aangetast. In een multipolaire wereldorde zal dan weer de rol van regionale grootmachten en internationale organisaties of bondgenoten meer op het voorplan treden (Darden & Mylonas, 2011) De karakteristieken van de lokale bevolking zijn de laatste invloedsfactor volgens Darden & Mylonas (2011). Een maatschappij met diepe religieuze, etnische of nationale breuklijnen leent zich minder makkelijk 4 Hier worden de actoren bedoeld. 5 Hier worden de actoren bedoeld. 11

13 tot nation-building. Het verschil tussen identiteit en de fenotypes van de nation-builder 6 en van de lokale bevolking beïnvloedt de legitimiteit en de mogelijkheid voor de externe macht om zich in de lokale gemeenschap te mengen. Als laatste zijn ook nog het terrein en de bevolkingsspreiding van toepassing. Jones et al. (2008) maken het verschil tussen state-building en nation-building. Volgens hen verwijst nation-building naar een intentionele strategie, vaak gebruikt door binnenlandse elitesom een nationale identiteit te creëren (tegen meerdere identiteiten) rond het idee van een natie, die kan worden gedefinieerd in etnische, culturele, historische of politieke zin. Historisch gezien wordt nation-building ondernomen als parallel van een state-building project. Recent, en dit is het gevolg van het engagement in Irak en Afghanistan, wordt nation-building ook geassocieerd met het idee van internationale hulp die wordt gegeven in een militaire context. Verder definiëren Jones et al (2008) nation-building als volgt: acties ondernomen, vooral door nationale actoren, om een gevoel van een gezamenlijke natie te creëren om etnische, sektarische en communale verschillen te overbruggen, meestal wordt het ook gebuikt om alternatieve bronnen van identiteit en loyaliteit tegen te gaan, en meestal om een bevolking te mobiliseren bij een parallel lopend statebuilding project. Ismael & Ismael (2005) definiëren nation-building, in het licht van de dekolonisatie, als het proces van existentieel verschillende groepen en gemeenschappen te integreren in een exacte kopie van de liberale democratie. Het was in die tijd een liberale ontwikkelingsstrategie in de economische en politieke context van dekolonisatie, met natie-staten die gepromoot worden als de agenten voor het omvormen van premoderne gemeenschappen tot economisch liberale en politiek stabiele entiteiten. Dit inzicht kan ook gebruikt worden in de situatie in hedendaags Irak. In deze scriptie zal nation-building worden gedefinieerd als de heropbouw of opbouw van een natie, dit wil zeggen, een maatschappij met gemeenschappelijke waarden en achtergronden die door het grootste deel van de maatschappij worden ondersteund. 3. Verschil state-building en nation-building In de literatuur worden nation-building en state-building als synoniemen gebruikt, maar verschillende academici maken een onderscheid tussen deze twee termen. In deze scriptie worden beide niet als synoniemen gebruikt. Wel wordt hier nation-building gezien als iets dat door state-building kan worden gedaan. Fukuyama (2004, 2006) maakt het onderscheid tussen state en nation-building op economisch vlak. Hij omschrijft state-building als het creëren van nieuwe instellingen van de overheid en het versterken van bestaande. Bij nation-building komt hier naast deze factor ook nog economische ontwikkeling bij. Darden & Mylonas (2011) menen dat succesvolle state-building moet samengaan met nation-building. Als state-building succesvol wil zijn, dan moet het sociale cohesie, loyaliteit en legitimiteit als centrale begrippen hanteren. Darden & Mylonas (2011) gaan nog verder door te zeggen dat nation-building voor state-building moet komen om succesvol te zijn. Als er eerst aan de verhoging van troepen wordt gewerkt, en pas daarna wordt gewerkt aan loyaliteit en legitimiteit, dan resulteert dit veeleer in een burgeroorlog dan in 6 Hier worden de actoren bedoeld. 12

14 een stabiele maatschappij. Verder stellen Darden & Mylonas (2011) dat nation-building een werk is dat minstens één generatie in beslag neemt en een vastberadenheid op lange termijn nodig heeft. Volgens Ismael & Ismael (2005) ligt het verschil tussen state-building en nation-building in de factor dat nation-building zich concentreert op het politieke proces, terwijl state-building zich focust op de structuur en de functies van de overheid. Meer specifiek vormt nation-building dan de inclusie van existentieel verschillende groepen in een politiek proces en state-building de ontwikkeling van het politiek bestuurssysteem. In deze scriptie zal een duidelijk onderscheid worden gemaakt tussen nation-building en statebuilding. Wel gaat het hier over nation-building via een aspect van state-building, namelijk de heropbouw van het leger. State-building zal hier dus worden gezien als het middel om aan nation-building te doen. De scriptie gaat proberen te bepalen of nation-building gedaan kan worden door dit aspect van state-building en dit meer bepaald in een onstabiele multi-etnische omgeving: Irak. 4. Prometheaans dilemma Volgens Darden & Mylonas (2011) worden alle state-builders 7 geconfronteerd met een het Prometheaans dillema: hoe kunnen ze militaire en organisatorische verantwoordelijkheden doorgeven aan de lokale bevolking, zonder dat deze capaciteiten gebruikt zullen worden om de pogingen van de bezetters om een stabiele regering in het gebied te installeren worden ondermijnd? Darden & Mylonas (2011) stellen dat bezetters (cf. de Verenigde Staten in Irak en in Duitsland na de tweede wereldoorlog) snel verantwoordelijkheden willen overdragen naar de lokale bevolking, maar dat dit niet de juiste keuze is, omdat er tegenover de bezetter weinig loyaliteit is. De bezetters doen dit omdat het hen ontbreekt aan wil, troepenmacht, interesse of legitimiteit om het gebied te besturen. Door wapens in de handen van niet-loyale burgers te geven, aldus Darden & Mylonas (2011), doet men veeleer aan het bouwen van gewapende rebellengroepen dan aan state-building. Als er een vrijwillige rekrutering is gaan groepen toetreden om wapens en training te krijgen, meer dan uit overweging om de staat her op te bouwen. Een verdeel en heers-strategie werd ook toegepast in Irak, maar Darden & Mylonas (2011) dat deze strategie gevaarlijk is met een omkeer van status van deelgroepen in de maatschappij, d.w.z. groepen die vroeger werden onderdrukt (in het geval Irak de Koerden en de Sjiieten) krijgen de macht toebedeeld en niet de voormalige machthebbers (in het geval Irak: Soennieten). Verder kan een verdeel en heers strategie ervoor zorgen dat externe actoren zich gaan affiliëren met één van de deelgroepen en zich gaan inmengen (Darden & Mylonas, 2011). Als verschillende deelgroepen in een staat tegen elkaar worden opgezet, leidt tot een zwakke federatie en eventueel een de facto opsplitsing van het land (Darden en Mylonas, 2011). Het Prometheaans dilemma kent geen directe oplossing. Loyaliteit moet worden gebouwd via indoctrinatie en educatie. Deze worden echter niet of zelden aangesproken door derde state-builders 8 in de hedendaagse context. Het is een lange-termijn proces dat een directe interventie in de lokale cultuur omvat, iets wat vandaag wordt gezien als politiek niet wenselijk. Succesvolle state-building rust op succesvolle 7 Hier worden de actoren bedoeld. 8 Hier worden de actoren bedoeld. 13

15 nation-building, wat enkel kan worden gedaan via het aanpassen van het culturele landschap (Darden & Mylonas, 2011). Een belangrijk aspect van het aanpassen van de nationale identiteit is het educatief systeem. Hiervoor gaat een samenleving veranderen van een orale naar een alfabetische cultuur, en wordt er via de scholen een indoctrinatie gedaan. Als er echter al een alfabetische samenleving bestaat, is deze moeilijker aan te passen (Darden & Mylonas, 2011). 4.1.Kritiek De kritiek op hun Prometheaans dilemma delen Mylonas & Darden (2012) zelf in in drie zorgen van de andere auteurs over hun dilemma: kritiek op de praktische kant, d.w.z. dat grote mogendheden de wil niet hebben om op lange termijn een strategie te ontwikkelen en te implementeren, op de effectiviteit van de strategie in bijvoorbeeld Afghanistan en Irak, en het voorbrengen van alternatieve strategieën, buiten of wapens leveren aan de lokale bevolking, of aan nation-building op lange termijn te doen. Bardos (2011) stelt in een reactie op het artikel van Darden & Mylonas (2011) het misschien nog te eenvoudig zien. Bardos (2011) stelt dat indoctrinatie vaak het omgekeerde effect heeft van het bedoelde effect. Verder vind Bardos (2011) dat het te gemakkelijk is om te stellen dat een elite een voortrekker zou zijn van nation-building. Het is vaak zo dat de rurale bevolking zeer sceptisch staat tegenover de politieke elite in de steden. Mylonas en Darden (2012) weerleggen de kritiek van de praktische van hun lange termijn nationbuilding met het feit dat de Verenigde Staten nu al een goede tien jaar in Afghanistan aan state-building aan het doen zijn en dat het hen al miljarden dollar en duizenden levens heeft gekost, maar dat de effecten van hun acties geen lang leven beschoren zijn en dat aanvallen van groepen die het Afghaanse militaire uniform dragen niet ongewoon zijn. Ze argumenteren dat een lange-termijn strategie minder kost dan een opeenvolging van korte-termijn oplossingen met een oplossing die dichtbij is. Had het leger van de Verenigde Staten een lange-termijn strategie ontwikkeld, hadden ze nu al loyale burgers gehad van rond de 18 à 20 jaar, en waren ze slechts tien jaar verwijderd van een totale loyale bevolking (Mylonas & Darden, 2012). Democratie is onmogelijk zonder lange-termijn visie. In een repliek op Mylonas & Darden (2011) haalt Christia (2011) dat wapens geven aan de lokale bevolking niet de beste oplossing is, maar niet noodzakelijk slecht. In het licht van onderzoek dat door Lyall in 2010 in Tsjetsjenië is gebeurd, geeft Christia (2011) aan dat co-etnische troepen effectiever zijn in de strijd tegen rebellen dan bezetters. Bardos (2011) haalt verder ook nog aan dat de meest stabiele landen, gevormd in Europa, monoetnische landen zijn (Polen, Hongarije, Slovenië), en niet multi-etnische landen of landen die recent zijn ontstaan uit een multi-etnisch conflict (Bosnië-Herzegovina, Macedonië, Kosovo). Mylonas & Darden (2012) geven ook een repliek op deze kritiek door Bardos (2011) en Christia (2011) gelijk te geven dat nation-building niet altijd mogelijk is, of niet altijd een goede uitkomst heeft, maar dat bijvoorbeeld als er in Afghanistan een 20-jaren strategie een meer effectieve uitkomst zou zijn gekomen. 14

16 4.2.Alternatieven Verder haalt Christia (2011) dat er nog veel andere opties zijn tussen de lokale bevolking bewapenen en ze indoctrineren, zoals het bouwen van lokale instituties, dat een stabiliserend effect kent en het uitdelen van hulpgoederen. Mylonas & Darden (2012) vragen zich echter af hoelang deze stabiliteit zou duren. Gortzak & Siroky (2011) halen echter aan dat de creatie van lokale troepen niet kan worden gezien als een noodzakelijk onderdeel van het bouwen van een effectieve en legitieme regering. Het niet mag worden gezien als een alternatief voor state-building. De opbouw van een lokale troepenmacht zien Gortzak & Siroky (2011) als onvoldoende om stabiele staten te maken, maar vertrekken uit het geloof dat state-building onpraktisch is als er geen lokale troepenmacht is. Het verzekeren van de veiligheid van de lokale bevolking heeft een effectieve lokale troepenmacht nodig. De nood om snel troepen te creëren wordt gedreven door de nood om aan nation-building te doen, terwijl actief rebellen worden bestreden (Gortzak & Siroky, 2011). Beide auteurs steunen wel Darden & Mylonas (2011) in hun standpunt dat er een afweging moet gebeuren tussen den korte-termijn doelstelling van het waarborgen van de veiligheid door het creëren van lokale troepen en het lange-termijn gevaar van zulke troepen op de maatschappelijke stabiliteit. Gortzak (2009) stelt dat historisch gezien externe machten controle over lokale troepen hebben kunnen behouden, als ze onder een competent gezag werden geplaatst en als de rekrutering van de troepen gecontroleerd verliep. Gortzak & Siroky (2011) vullen aan dat er maar één soort bezetter het slachtoffer is van het Prometheaans dilemma, dat zijn degenen die geen lange-termijn engagement hebben en die een onafhankelijke democratische staat willen nalaten. 5. De rol van het leger in nation-building De meningen over welke rol het leger speelt in nation-building verschillen tussen verschillende theoretici. Edmunds (2006) beweert dat het leger zelf een nation-builder kan zijn, wel in twee opzichten. Het kan een symbolische representatie zijn van de nationale soevereiniteit en waarden en kan deze nationale waarden ook doorgeven aan jongeren via een algemene rekrutering. Krebs (2004) denkt hier echter anders over. Hij bekritiseert de stelling dat het leger kan bijdragen als een drager van nation-building. Hij stelt dat er drie eigenschappen ten onrechte aan het leger worden toegeschreven in het proces van nation-building. Hij stelt dat machthebbers er ten onrechte uitgaan van drie aspecten die een nieuw leger een nieuwe samenleving kunnen helpen vormgeven. De eerste misvatting is de socialisatie. Het leger kan soldaten socialiseren naar vooropgestelde sociale normen en waarden. Het tweede noemt Krebs (2004) de contact-hypothese. Dit houdt in dat het leger mensen van verschillende etnische, religieuze en socio-economische achtergrond verenigt met een gezamenlijk doel. Ten derde kan een leger als nation-builder optreden door via de militaire dienst het gedachtengoed van mensen aan te passen. Dit is vooral van belang als deze mensen later invloedrijke functies gaan uitoefenen binnen de maatschappij. Deze visie suggereert dat dat het leger het individu van de militair kan beïnvloeden en dat deze visie later kan worden overgebracht naar de eigen gemeenschap. Dit noemt Krebs (2004) elitetransformatie. 15

17 Krebs (2004) haalt aan dat er voor geen van deze theorieën voldoende empirisch bewijs is om deze te kunnen onderbouwen. Om de stelling van socialisatie en de contact-hypothese onderuit te halen benadrukt Krebs (2004) dat deze processen niet individueel, maar interpersoonlijk zijn. Naties zijn daarenboven collectieven en een product van de politieke, niet zomaar een optelsom van individuele visies. Hiermee haalt hij ook de elite-transformatie hypothese onderuit. Toch zijn er bepaalde vlakken waarop volgens Krebs (2004) het leger kan bijdragen als nation-builder, dit door het gemeenschapsgevoel van degenen die legerdienst ondergaan. Legerdienst heeft invloed op het individu, maar kan het individu enkel beïnvloeden als er een strategische planning achter zit en een politieke boodschap achter schuilt (Krebs, 2004). Krebs haalt ook echter aan dat het leger de individuen niet allemaal op eenzelfde manier kan beïnvloeden, dit doordat er veel diversiteit is in sociale achtergrond van de soldaten. De multi-etnische samenwerking die heerst in het leger wordt volgens Krebs (2004) ook niet overgedragen naar de private sfeer. Individuen in legerdienst zien deze twee als gescheiden delen van hun leven. De rol van het leger als socialisatieagent valt door deze stelling dus volledig weg. Als er al socialisatie optreedt, is deze van korte duur (Krebs, 2004). Hij besluit dat als het leger al een invloed heeft op de maatschappij, dat deze dan nagenoeg verwaarloosbaar is. Wel zijn er volgens Krebs (2004) andere uitwisselingen tussen het leger als instellingen en de maatschappij. Hij heeft het in zijn verhandeling vooral over de relatie tussen de machthebbers en bepaalde minderheidsgroepen. Ten eerste is er de mogelijkheid voor minderheidsgroepen om in periodes van oorlog of massamobilisatie om een betere sociale positie af te dwingen in het leger of in de maatschappij. De overheid of het leger heeft namelijk menselijk kapitaal nodig en minderheidsgroepen bevinden zich op dat moment in een bevoorrechte situatie om over betere rechten en een betere sociale positie te onderhandelen. Ten tweede kunnen de minderheden die actief participeren als leverancier van soldaten na de oorlog, maar ook in periodes van vrede de steun geven van hun bevolkingsgroep. In ruil daarvoor kunnen ze dan bijkomende rechten afdwingen. Ten derde kan, vooral in periodes van vrede, de reactie van de machthebbers op de eisen van de minderheden een rol spelen. Dit kan bijdragen tot het vormen van de objectieven van de minderheden. Dit proces zit vervat in de essentie van het politieke debat (Krebs, 2004). Edmunds (2006) blijft ondanks deze kritiek toch bij zijn standpunt dat het leger een rol blijft spelen als nation-builder, zeker in nieuwe of hervormde landen. Het leger kan worden gebruikt als alternatieve leverancier van staatsgoederen, het kan welvaart creëren door arbeidsplaatsen open te stellen en door medische bijstand te geven. Het kan deze taak opnemen als de reguliere kanalen hier niet in slagen. Toch vind Edmunds (2006) dat deze taken in eerste instantie door de civiele overheid moet worden uitgevoerd. Het typevoorbeeld dat Edmunds (2006) aanhaalt is Kroatië in Hier werd overgegaan tot een grote mobilisatie van het aantal troepen om te voorkomen dat de soldaten in de civiele maatschappij zouden terecht komen, waar geen sociaal vangnet was en waar er een hoge werkloosheid heerste. Gortzak & Siroky (2011) halen ook aan dat het leger kan dienen als een nation-builder, het voorbeeld dat ze hier aanhalen is de rol die het Israëlische leger heeft gespeeld in de nation-building van een instroom van miljoenen immigranten uit verschillende culturen. Ze zeggen dat in uitzonderlijke gevallen het leger kan 16

18 helpen bij nation-building. Als voorbeelden halen ze hier Israël 9 en Zuid-Korea 10 na Wereldoorlog II aan. Gortzak en Siroky (2011) vatten het bondig samen: naties geven loyale troepen en een leger geeft een loyale natie. Mylonas & Darden (2012) vragen zich echter af of in Israël het leger Zionisme hier het leger heeft gecreëerd of het leger het Zionisme. Mylonas & Darden (2012) stellen dat het leger en de training de sociale cohesie van kleine groepen versterkt en het een bredere nationale verbondenheid geeft in een bevolking die al een kleine identiteitsbasis deelt, maar het nog niet is bewezen dat een leger bestaande loyaliteit kan afbreken en nieuwe loyaliteit kan maken. Volgens Crane & Terrill (2003) speelt het leger een belangrijke rol in een land als Irak. Dit is een van de enige symbolen van eenheid in een etnisch verdeeld land, waar ook eenheid als groep wordt benadrukt. Bijkomend probleem is hier echter wel dat om een onafhankelijke troepenmacht te garanderen, de soldaten ver uit de invloed van hun tribale leiders moeten blijven. In deze scriptie wordt geopperd dat de invloed van de tribale leiders nog groot is, zoals verder zal uitgelegd worden en dat het leger niet het symbool van nationale eenheid is dat het volgens Crane & Terril zou kunnen zijn. De discussie of een leger al dan niet kan bijdragen tot de opbouw of heropbouw van een natie blijft dus een open vraagstuk. Wat misschien belangrijker is in deze situatie is of de actoren van nation-building het leger zien als een instrument om aan nation-building te doen. De Verenigde Staten zagen in Irak het leger niet als een primaire bron van nation-building of promotie van de democratie. Bij de samenstelling van het leger werd dus ook niet gekeken naar welke etnische of sektarische achtergrond de rekruut of de divisie in kwestie had. Het Irakese leger, en initieel vooral de Nationale Garde, werd enkel gezien als een element dat de orde in Irak kon herstellen, pas later dacht de Verenigde Staten na over het belang van de etnische samenstelling van de veiligheidstroepen. Voor deze scriptie gaan we ervan uit dat het leger effectief een nation-builder kan zijn. Irak of de Verenigde Staten mogen al dan niet rekening gehouden hebben bij 9 Israël maakte hun defensietroepen in 1948 uit de Haganah en Palmach brigades die onder een centraal commando werden gebracht. Later volgden de Stern bende en de Irgun in de inlijving van het Israëlisch defensieleger. 10 De Verenigde Staten bouwde tot twee keer toe het Zuid-Koreaanse leger op, een keer voor de Koreaanse oorlog en een andere keer tijdens en na de Koreaanse oorlog. Het leger werd gebouwd van een gefragmenteerde troepenmacht in 1945 naar een homogene troepenmacht tegen

19 III.Etnische Invloeden binnen de veiligheidstroepen 1. Etnische samenstelling van het Irakese veiligheidstroepen Er zijn geen betrouwbare cijfers over de precieze samenstelling van het Irakese leger, maar Cordesman & Mausner (2009) halen cijfers aan van de Christian Science Monitor uit 2008 die volgens hen ruwweg correct geschat zijn. Er zijn geen officiële ramingen, dus doen de onderzoekers beroep op deze volgens hen vrij correcte raming. De Irakese Veiligheidstroepen zouden bestaan uit 54% Sjiieten, 31% Soennieten en 15% Koerden. Als dit zo zou zijn, dan zouden deze ratio s gelijk lopen met de sektarische opmaak van de globale bevolking van Irak. De algemene balans tussen Sjiieten, Soennieten en Koerden binnen de Irakese Veiligheidstroepen is met de tijd verbeterd. De Irakese veiligheidstroepen worden minder Sjiitisch gedomineerd. (Cordesman & Mausner 2009). De twee belangrijkste breuklijnen in de politieke wereld van Irak en in de samenleving van Irak zijn de Koerdisch-Arabische breuklijn en de breuklijn tussen Sjiitische Moslims en Soennitische Moslims. Over die maatschappelijke breuklijnen en over hun invloed op de bouw en de werking van de veiligheidstroepen in Irak zal dit onderzoek ook gaan. 2. Het belang van etnische invloeden in de veiligheidstroepen Het belang van het creëren effectieve Irakese veiligheidstroepen kan niet overschat worden. De troepenmacht kan de opstandelingen verslagen, een nationale defensie voorzien en nationale belangen dienen, wat centraal is in de Irakese toekomst. Het succes van deze poging zal afhangen van realistische en een volledig ontwikkeld plan voor de ontwikkeling van de Irakese Veiligheidstroepen en realistische schattingen maken van capaciteiten (Cordesman & Mausner, 2009). Etnische en sektarische breuklijnen overschaduwen echter de pogingen om een eengemaakte troepenmacht te creëren. Etnische verwikkelingen hebben vooral een invloed op de slagkracht van het leger. Zo zijn er talloze voorbeelden van desertie om wille van sektarische invloeden. Ook de loyaliteit van de Irakese troepen wordt soms in vraag gesteld. De vraag is dan of de troepen enerzijds loyaal zijn aan de staat en voor de staat werken en die hun loon uitbetaald, of de troepen loyaal zijn aan de leiders van hun stammen, de leiders van hun stammen, van de militie waartoe ze behoorden, aan hun politieke leiders of aan lokale provinciehoofden. Er zijn ook gevallen bekend dat de soldaten enkel verantwoording willen afleggen aan een officier van hun eigen etnie. Verder zijn er veel gevallen bekend van lokale rekrutering van soldaten die later niet naar een andere provincie wensen te worden uitgezonden. De etnische verdelingen binnen het leger van Irak hebben een grote invloed op de stabiliteit van het land. Dit wordt ook erkend door de Verenigde Staten in het rapport over Irak van het Departement of Defence van maart 2008, wat zegt dat: het creëren van effectieve veiligheidstroepen in Irak die de opstand kunnen verslaan, nationale defensie waarborgen en het nationale, en geen sektarische of etnische, belangen kunnen waarborgen is belangrijk voor de toekomst van Irak. Verder staat er in het rapport dat: de ontwikkeling van een eengemaakte, nonsektarische troepenmacht die in staat is de veiligheid van het land te 18

20 waarborgen wanneer de coalitietroepen zich terugtrekken zal worden gefnuikt door de loyaliteit van de soldaten in de militaire eenheden omwille van hun tribale en etnosektarische of politieke identiteit en geassocieerde milities. Deze zijn vaak de basis voor de relatie tussen belangrijke officieren en hooggeplaatste autoriteiten die niet altijd in een rechtstreekse rangorde staan. Volgens Cordesman & Mausner (2009) is het probleem echter groter dan in de officiële rapporten van het Departement of Defence staat opgetekend. De verdeling langs sektarische en etnische lijnen zal volgens hen jaren in beslag nemen om op te lossen en slagkracht van de Irakese Veiligheidstroepen zal hierdoor diep beïnvloed worden. Naast loyaliteit is er ook het probleem van het vertrouwen dat de bevolking geeft aan de veiligheidstroepen. Als dit niet het geval is, gaat de bevolking veiligheid zoeken bij milities, en dit ondermijnt dan het gezag van de veiligheidstroepen. Daarom stellen Cordesman en Mausner (2009) ook het volgende: Irakezen moet in het bijzonder aandacht geven aan het feit dat ( ) echte nationale veiligheidstroepen moeten worden gecreëerd die vertrouwd worden door alle Irakezen. Geen enkele fractie kan winnen door de veiligheidstroepen te domineren. Iedereen zal verliezen doordat de scheidingen een zwakkere overheid en ontwikkeling brengen en een risico op nieuw geweld. 3. Etnische spanningen binnen de veiligheidstroepen Volgens Cordesman en Mausner (2009) zullen de problemen en de effectiviteit van de veiligheidstroepen in de toekomst steeds meer bepaald zal worden door etnische en sektarische spanningen, meer bepaald door Koerdisch-Arabische spanningen, door problemen van de integratie van de Sons of Iraq en de Soennitische verwachtingen dat dit effectief zal gebeuren en de spanningen onder Sjiieten over de Sadr-fractie, en over politieke conflicten tussen onder meer de Dawa partij 11 van eerste minister Maliki en de Islamitische Hoge Vertegenwoordiging in Irak 12. De etnische en sektarische spanningen binnen de veiligheidstroepen lopen volgens dezelfde breuklijnen als deze die in de maatschappij van Irak gevonden worden. Figuur 1 uit het Sigir rapport van april 2010 geeft een goede schematisch overzicht van de etnische en sektarische breuklijnen in Irak en welke milities al dan niet geïntegreerd zijn in de Irakese veiligheidstroepen. Zo is de Sjiitische Badr militie 13 al grotendeels geïntegreerd in de Irakese veiligheidstroepen, net als het Soennitische Sons of Iraq 14, alhoewel deze integratie minder stroef verloopt. De militie van het Mahdi-leger is echter nog niet geïntegreerd in de Irakese veiligheidstroepen en blijft problemen vormen voor de Soennitische bevolking in het land. 11!izb Al-Daʿwa Al-Isl!miyya. Deze Sjiitische Irakese politieke partij zat samen met de Islamitische Hoge Vereniging in Irak in de Sjiitische Irakese Alliantie. Voor de parlementaire verkiezingen van 2010 kwam het tot een meningsverschil met de Sjiitische Irakese Alliantie en startte de partij de Irakese Nationale Alliantie op. Nu wordt de partij geleidt door eerste minister Nouri Al-Maliki. 12 De Islamic Suprime Council of Iraq of Al-Majlis Al-A'ala Al-Islami Al-'Iraqi, een Sjiitische Irakese politieke partij. De partij zit samen met de Islamitische Dawa Partij in de Sjiitische Irakese Alliantie. In de verkiezingen van 2010 hadden beide partijen echter meningsverschillen en gingen ze apart naar de verkiezingen. 13 De Sjiitische Badr Brigade uit Zuidelijk Irak en Bagdad is nu een politieke partij, maar was vroeger de militaire vleugel van de Islamitische Hoge Vereniging in Irak. De Badr Brigade werd ingezet tegen de Ba ath partij tijdens de inval in Irak in 2003 door de Verenigde Staten en werd later bijna volledig opgenomen in de Irakese Veiligheidstroepen. 14 Abn!' al-`ir!q is een coalitie van verschillende Soennitische Sjeiks in Irak om de veiligheid in hun gebied te verzekeren. De militie zou moeten worden opgenomen in het algemene Irakese Leger. 19

21 Figuur 1: Het veiligheidsdilemma in Irak bron: Sigir rapport, april 2010 Aanhangers van de vroegere Ba ath partij en van het regime van Saddam Hoessein kunnen dan weer niet in het leger geïntegreerd worden omwille van de deba athificatie van de Coalition Provisional Authority, en zullen in de toekomst ook geen deel meer uitmaken van de Irakese veiligheidstroepen. Ze zijn wel gefrustreerd met de Sjiitische overheersing binnen de huidige regering van Irak en gaan zich dan ook vergrijpen aan aanvallen op de Sjiitische meerderheid. Zowel de Soennitische als Sjiitische bevolking zoekt zijn steun en zijn veiligheid meer bij de lokale milities, die al dan niet in het leger worden geïntegreerd, als in de Irakese veiligheidstroepen, hoewel dit laatste meer waar is voor het Sjiitische deel van de bevolking als voor het Soennitische deel. De relaties die niet zo goed worden weergegeven in figuur 1 zijn degene van de Koerdische bevolking van Irak met de Arabische bevolking en de centrale autoriteit. De Koerdische bevolking staat niet los van het Soennitisch-Sjiitisch conflict, maar is een derde, al dan niet stabiliserende, groep. De Koerdische bevolking is vooral afhankelijk van het lokale Peshmerga 15 leger, het leger van de Koerdische Regering, dat tegelijkertijd veel soldaten levert aan de centrale Irakese veiligheidstroepen. De Peshmerga zijn dan niet volledig geïntegreerd in de Irakese veiligheidstroepen en volgens de Koerdische autoriteit is er ook geen sprake van ze af te schaffen in de toekomst, maar de Irakese veiligheidstroepen hebben, vooral in het begin van de nieuwe troepenmacht, massaal moeten en kunnen beroep doen op de Koerdische soldaten. Het Irakese leger telt ook nog altijd grotendeels Koerdische divisies, over wiens loyaliteit veel vragen bestaan. Er moet natuurlijk wel een zijnota geplaatst worden over het feit dat de conflicten in Irak niet enkel langs sektarische lijnen verlopen, er is bijvoorbeeld ook een conflict tussen legertroepen en milities, en 15 Peshmerga of in het Koerdisch Pê"merge zijn de Koerdische gewapende troepen. 20

22 zowel Sjiitisch-Sjiitische gevechten komen voor als Soennitisch-Soennitische. Niet alle conflicten in Irak en in de veiligheidstroepen van Irak kunnen of moeten langs deze lijnen worden gezien. Binnen de ministeries gelden natuurlijk ook partijpolitieke belangen en een traditionele machtsstrijd. Verder is sektarisch en etnisch geweld ook vaak een dekmantel voor andere conflicten in de samenleving. Het rapport van de Departement of Defence van de Verenigde Staten van maart 2009 stelt dat incidenten vaak als sektarisch geweld wordt aanzien, maar de redenen vaak niet sektarisch of etnisch getint zijn. Zo zijn er persoonlijke vete s, etnische incidenten en stammentwisten en lokale spanningen gekaderd in sektarisch en etnisch geweld, net als reacties van jongeren die aanvallen wreken op hun stad of buurt. Bij Soennieten is een religieuze of nationalistische drijfveer bijna nooit de hoofdreden om over te gaan tot geweld. Slechts een klein deel van het geweld is etnisch gemotiveerd zoals het vermijden van Iraanse of Amerikaanse invloed in Irak of als de Sharia-regels volgens hen zijn overschreden. Verder is er nog een deel van het etnisch geweld dat gekaderd kan worden onder criminaliteit waar een motivering speelt zoals eigenbelang, interpersoonlijke relaties of rebellie wegens ontevredenheid met de huidige persoonlijke of maatschappelijke situatie. De situatie mag echter ook niet onderschat worden, en wat zeker niet onderschat mag worden is de invloed van sektarische en etnische spanningen op de veiligheidstroepen. Verschillende aspecten van de Irakese politiek kunnen gewelddadig worden op een manier dat de ontwikkeling van de Irakese Veiligheidstroepen in het gedrang wordt gebracht, zoals de integratie van de Sadr-brigade en het Mahdi Leger 16, de Soennitische Sons of Iraq en Koerdisch-Arabische minderheidsspanningen langs de etnische breuklijn in het Noorden. Verder zijn er ook nog grote problemen in etnisch gemixte gebieden rond Bagdad, in Diyala en in de Kirkuk en Mosul regio s. (Cordesman & Mausner, 2009) De effectiviteit van de Irakese veiligheidstroepen zal volgende de auteurs hier grotendeels vanaf hangen. Cordesman en Mausner (2009) vertellen dat de Irakese maatschappij doorspekt is met banden aan verschillende interpersoonlijke entiteiten, wat voor problemen zorgt bij de loyaliteit van de soldaten. Iedere Irakees heeft een familie, een etnische en sektarische identiteit, en de meesten hebben ook een band met een tribale gemeenschap. Ze kunnen gemotiveerd worden om deel uit te maken van een nationaal leger, maar velen zullen zich nog steeds loyaal voelen ten opzichte van een andere identiteit en zullen zich ook hiernaar gedragen. Dit kan leiden tot een groot spectrum van problemen en misbruiken op het individuele niveau, interne spanningen en rivaliteiten en rang- en statusproblemen veroorzaken. Zelfs wanneer eenheden een algemeen nationaal karakter bezitten, kunnen sommige elementen een sektarische en etnische kant kiezen. Deze problemen worden samengebracht door de tekortkomingen van officieren. Zwak leiderschap of een slechte leider kan serieuze problemen veroorzaken in de legereenheid. Het resultaat is dat elk element van de Irakese oorlogsvoering een complexe mix van loyaliteiten doorkruist, dat varieert per legereenheid, lokale condities, de missie en vooruitgang in politiek. De problemen worden gemakkelijker opgelost als de bij een officier met meer ervaring, meer middelen en beter leiderschap, maar de problemen blijven belangrijk. Zeker wanneer de elementen binnen de Irakese Veiligheidstroepen nog altijd banden met een bepaalde stam of etniciteit hebben of lokaal gerekruteerd zijn. De Irakese Veiligheidstroepen zijn dus vatbaar voor een onderling conflict als het land terug in een serieus sektarisch of etnisch conflict belandt. 16 Dit is het Jaish al-mahdi van Moqtada al-sadr, dat een Sjiitische groepering die vocht tegen de bezetting van de Amerikaanse en Britse legers in Irak, en later ook tegen de Irakese Overheidstroepen. Hun invloed bevond zich vooral in de zuidelijke provincie Basra. 21

23 Een ander bedreigend element van eerder sektarische of etnische loyaliteiten in plaats van nationale loyaliteit binnen het leger is dat Sjiitische Soennitische of Koerdische fracties hebben met verschillende milities. 17 Alhoewel dat hierover gerapporteerd wordt door de Amerikaanse overheid, wordt hun belang onderschat volgens Cordesman & Mausner (2009). Troepen hebben eerder een sektarische en etnische loyaliteit of banden hebben met verschillende milities. Hoe belangrijk deze loyaliteit aan de verschillende fracties is, wordt vaak onderschat door Amerikaanse bronnen (Cordesman&Mausner, 2009). De Verenigde staten lopen volgens Al-Jabouri (2009) het risico om veiligheidstroepen te trainen die in plaats van een etnisch conflict in de toekomst kunnen voorkomen, het kunnen uitlokken. Volgens hem is het versterken van het nationale karakter van de Irakese Veiligheidstroepen het enige wat de Verenigde staten kunnen doen om een stabiel en geïntegreerd Irak te krijgen. 3.1.De Irakificatie van de veiligheidstroepen De hoop om de controle in Irak te herwinnen werd in de begindagen van het herbouwen van de Irakese staat gefocust op de creatie van een etnisch oorspronkelijk Irakees veiligheidskorps. Het belangrijkste onderdeel was de ondertussen afgeschafte Irakese Nationale Garde. Die kende een ad hoc rekrutering en training en het personeel van dit korps was samengesteld uit een allegaartje van voormalige werknemers van de oude veiligheidstroepen, leden van milities die gevormd zijn door tijdens het regime van Saddam Hoessein verbannen politieke partijen en degenen die wanhopig waren achter werk. Het 36ste bataljon van de Nationale garde werd de belangrijkste aanvalskracht van de Irakese veiligheidstroepen die werden ingezet tegen Muqtada al-sadrs Mahdi leger in Najif in augustus 2004 en in de rebellenstad Fallujah in oktober Deze sectie van de Nationale Garde was voornamelijk gerekruteerd uit de partijmilities van de Hoge Raad voor de Islamitische Revolutie in Irak, de Koerdische Democratische Partij en de Patriottistische Unie van Koerdistan. Volgens Dodge (2006) doet de snelheid van deze rekrutering en van de uitzending van deze troepen de vraag rijzen tot welke groep de eenheden loyaal waren, hun partijen of de staat. Bijkomend, door zo intens te rekruteren uit partijen die georganiseerd waren langs sektarische en religieuze breuklijnen loopt deze planning het grote risico om een etnisch-politieke splitsing te introduceren in het nieuwe leger. Alle hoop op progressie werd gezet op de Irakificatie, het snel overhevelen van het afdwingen van recht en orde (en hiermee ook de kost van mensenlevens) op het Irakees personeel. Het doel was om de patrouilles van het leger van de Verenigde Staten te verminderen en die te vervangen door patrouilles die 17 Dit is niet altijd waar volgens het rapport van Cordesman en Mausner (2009). Ze vertellen een andere kant van het verhaal aan de hand van een niet bij naam genoemde militaire adviseur van de Verenigde Staten bij de Koerden: Wanneer het een natuurlijke reflex is om zich de loyaliteit van de Koerdische troepen in de Irakese Veiligheidstroepen af te vragen, heb ik geen problemen gemerkt tijdens mijn jaar met de Koerdische tak van de Irakese Veiligheidstroepen. De Koerdische troepen waren loyaler dan hun Arabische tegenhangers. ( ) Hoewel, in mijn ervaringen respecteren ze hun oversten en hebben ze, bij mijn weten zich niet obstructief gedragen. Tijdens het einde van mijn tijd in Irak tijdens de zomer/herfst van 2007 kon ik rekenen op de leiders van het PUK Peshmerga om de orders va het Irakese leger door te geven. ( ) (Er zijn) onlusten in Khanaqeen en Sinjar tussen Koerdische en overheidstroepen. Hoewel in beide gevallen waren de troepen ter discussie niet de Koerdische troepen die onder bevel staan van de regering van Irak maar de Peshmerga troepen die de oproep van de Koerdische Regionale Overheid beantwoorden. ( ) Ondanks alles blijft het wantrouwen groot aan beide kanten. ( ) een Arabische officier counterde alle successen hierboven beschreven met het argument dat de Koerdische troepen niet getest waren ( ) in het kiezen tussen hun private loyaliteit aan de Koerdische zaak aan de ene kant en hun taak ten opzichte van de Irakese overheid aan de andere kant. 22

24 worden uitgevoerd door de Irakese Nationale Garde, het leger en de politie. Het leger van de Verenigde Staten zou dan uitgezonden worden naar minder kwetsbare posities. Een beperkt aantal zou dan optreden als mentoren, het versterken van de Irakese troepen door gezamenlijk met te patrouilleren. De ambitieuze aard van dit beleid en de snelheid waarmee het uitgevoerd moet worden bracht de moeilijke vraag dat hoe een leger dat werd gecreëerd in 2003 moet slagen in een opdracht waar het leger van de Verenigde staten zo weinig vooruitgang heeft geboekt (Dodge, 2006). Irak heeft nog steeds een probleem met het creëren van echte nationale troepen en met het hoofd bieden aan de impact van sektarische en etnische spanningen. Irakese politiek focust zich nog altijd hard op Soennitisch-Sjiitische kwesties en op Arabisch-Koerdische kwesties. De Irakese regering begint nu nog maar pas met het uitoefenen van nationaal leiderschap (Cordesman & Mausner, 2009). Het is ook onduidelijk of de Irakese trainingen betreffende nationale eenheid de sektarische invloed zal verminderen. Na de regionale verkiezingen van 2009 zijn er naast partijpolitieke problemen ook steeds meer en meer sektarische en etnische invloeden in politieke stellingen en problemen gekomen en daarmee ook etnische en sektarische spanningen in de maatschappij, wat zich ook reflecteert in de Irakese veiligheidstroepen. Desondanks is volgens Cordesman en Mausner (2009) de effectiviteit van de Irakese veiligheidstroepen er op vooruit gegaan. Als Irak de politieke accommodatie van alle etnische en sektarische groepen wil bereiken, dan moeten de Irakese veiligheidstroepen een mix worden van nationale troepen die Irakese nationale belangen dienen, eerder dan een mix van troepen met etnische, sektarische, partijpolitieke en tribale banden. De Irakese regering moet verzekeren dat de Irakese troepenontwikkeling langs deze lijnen wordt gestructureerd (Cordesman & Mausner, 2009). Een belangrijke factor van effectieve Irakese veiligheidstroepen ligt dus in handen van de Irakese regering. De politieke wil van de leiders van Irak strookte soms echter met de plannen van de Amerikaanse regering. Sommige Sjiitische en Koerdische leiders geloofden niet in de visie van de regering Bush om een Irak te maken waarin alle gemeenschappen de macht delen en de nieuwe Irakese veiligheidstroepen representatief worden voor deze Irakese maatschappij. (CRS rapport aan het Amerikaans Congres, januari 2008) Een andere misvatting van de Verenigde Staten over de veiligheidstroepen is dat de etnische en sektarische scheidingen binnen de Irakese veiligheidstroepen de stabiliteit in Irak zouden hebben geholpen en dat er daardoor een positieve korte-termijneffect heeft plaatsgevonden zodat de Amerikaanse troepen zich konden terugtrekken uit Irak. Maar Irak heeft geen drie of vier etnisch homogene regio s, maar het land is verzadigd met verschillende stadsregio s die een grote sociale mix hebben. Omwille van het geheugen van de Irakezen worden sektarische en etnische verschillen makkelijk geëxploiteerd om conflicten te starten waar er een gebrek is aan een sterke nationale troepenmacht (Al-Jabouri, 2009). Veel klachten over geweld binnen de verschillende elementen van de Irakese Veiligheidstroepen worden overdreven of zijn politiek gemotiveerd. Klachten over geweld of corruptie worden vaak gebruikt in de propaganda van opstandelingen en worden zo gebruikt tegen de regering. Het blijft wel zo dat de meeste van deze klachten een grond van waarheid hebben. Veel mensen binnen de Irakese Veiligheidstroepen hebben een goede training gehad betreffende ethiek en gevangenschap, maar ongeorganiseerde oorlog en terrorisme leiden onontkomelijk tot het excessieve gebruik van geweld en ongeoorloofde ondervragingen en gevangenschap. Nieuwe eenheden met een zwak leiderschap gebruiken te veel geweld. Slecht geplande operaties, of operaties die veel stress geven aan de betrokken eenheden hebben hetzelfde resultaat. Etnische, sektarische 23

25 en tribale loyaliteit zijn ook bepalende factoren. In het algemeen maken de meeste eenheiden vooruitgang in dit gebied, maar Irakese Veiligheidstroepen hebben een geschiedenis van het gebruik van buitensporig geweld. Het herstructureren van dit aspect de cultuur van het Irakese en de Irakese politie zal jaren duren. (Cordesman & Mausner, 2009) Echte nationale troepen kunnen niet gecreëerd worden zolang er geen politieke conciliatie is tussen de belangrijkste fracties in Irak. De ontwikkeling van de Irakese veiligheidstroepen wordt gefnuikt door een centrale regering die banden heeft met Sjiitische interesses en milities en die daarenboven bang is om een stabiele en durende onderhandelde oplossing te maken met Soennieten. De pogingen worden ook gefnuikt door het lak aan serieuze Soennitische voeling met de centrale regering, en door Koerdische inspanningen om controle te behouden over de Koerdische troepenmacht en Koerdische gebieden. De integratie van de Sons of Iraq in de Irakese veiligheidstroepen kan dit probleem ook versterken, omdat de leden van de Sons of Iraq hun loyaliteit in eerste instantie niet aan de Irakese regering koppelen, maar aan hun militie. Er is een groot spectrum aan problemen in de ontwikkeling van een troepenmacht en omwille van sektarische en etnische spanningen slaagt de centrale regering er niet in om een echt nationale troepenmacht op te bouwen. Irak heeft een zwakke centrale regering en er is twijfel of ze effectief nationaal leiderschap en kan uitvoeren en nationale bevelen kan laten uitvoeren. Lokale actoren, van provinciale gouverneurs tot milities en tribale leiders, hebben een grotere invloed buiten Bagdad. De zwakheid van de centrale regering wordt gereflecteerd in de Irakese veiligheidstroepen. (Cordesman & Mausner, 2009). Maar de Irakese regering heeft zelf ook een rol in de eigen zwakheid. Zo zou er voorrang gegeven worden aan Sjiitische officieren in de Irakese veiligheidstroepen. Volgens Cordesman en Mausner (2009) heeft de commandostructuur van het Irakese veilighiedstroepen een groot aantal Soennieten en sommige Koerden, maar het is zo gestructureerd dat Sjiieten een grotere kans hebben op belangrijke commandoposities. Bij promoties worden Sjiieten voorgetrokken en worden beloften gemaakt om het Soennitische deel in andere delen van de Irakese Veiligheidstroepen niet of maar half gehouden. Dit haalt de centrale autoriteit van de regering onderuit en vermindert steun bij de Koerdische of Soennitische bevolking. 3.2.Etnische break-up Sommige academici vermoeden dat Irak eenzelfde scenario zal volgen als Joegoslavië in de jaren Sommigen, zoals Peter Galbraith 18 in een interview door Gearóid Ó Tuathail (2005), menen dat Irak een artificiële staat is en dat dit ook de reden is voor de chaos in Irak. Galbraith refereert met een artificiële staat naar multi-etnische staten die gecreëerd zijn na de val van imperiums, meestal na Wereldoorlog I, en typisch niet hebben voortbestaan. ALs voorbeeld haalt hij landen aan als de Sovjet-Unie, Tsjechoslowakije en Joegoslavië. Maar volgens hem zijn niet alle multi-etnische staten gedoemd tot uiteenvallen. Volgens Peter Galbraith werd Irak 80 jaar lang bij elkaar gehouden door bruut geweld en wordt het nu terug 18 Peter Galbraith werd door Bill Clinton als ambassadeur aangesteld van het toen nieuwe land Kroatië in 1992 waar hij de ultra-nationalistische Tudjman onder controle moest houden. Verder was Galbraith onderhandelaar in het Erdut Akkoord (een onderdeel van het Bosnische Dayton Akkoord) dat de oorlog tussen Kroatië en Servië ten einde bracht in Hij bleef ambassadeur in Kroatië tot In de periode was Galbraith werkzaam als directeur van het United Nations Transitional Administration in East Timor (UNTAET). Daarna was hij in 2002 en 2003 werkzaam als professor in de National Defense University in Washintond DC. Hij werd bij de invasie in Irak gevraagd door Wolfowitz om de zaak te promoten voor een verandering van regime. Toen de invasie in Irak steeds meer een bezetting van het land werd werd Galbraith een steeds grotere criticus van de invasie, zijn argumenten werden uitgelegd in twee artikels in het New York Review Of Books. 24

26 verscheurd door Koerdische aspiraties tot onafhankelijkheid, een Sjiitische droom van dominantie en Soennitische nostalgie naar verloren macht. Burgeroorlog en de break-up van Irak zijn meer plausibele uitkomsten dan die naar een succesvolle transitie naar een pluralistische democratie naar Westers model. De groepen worden verdeeld over de taal en de rol die religie moet spelen in het alledaagse functioneren van de staat. De Soennieten, zonder leider, zitten in het midden van dit alles en spelen de rol van hinderpaal. Galbraith stelt dat het onmogelijk is om de eenheid van een democratische staat te bewaren als een geografisch gebied bijna unaniem geen deel wil uitmaken van die staat. De Koerdische populatie wil graag onafhankelijkheid en wil geen deel zijn van Irak. Een onafhankelijk Koerdistan is echter onbespreekbaar voor Sjiieten en Soennieten in het land, maar ook voor Turkije omwille van het voorbeeld dat een onafhankelijk Koerdistan zou stellen voor Koerden in Turkije. De enige strategie om de bloedige break-up van Irak te vermijden is volgens Galbraith een confederale staat in drie delen: Koerdistan, de Soennitische Driehoek 19 en het Sjiitisch gedomineerde Zuiden. Galbraith gelooft dat als de Koerden hun nationale ambities krijgen, ze deze zullen gebruiken in een losse Irakese confederatie, zoals Slowakije zich nu ook inschakelt en zijn nationale symbolen opgeeft ten voordele van die van de Europese Unie. Zolang er volgens hem geen Koerdische onafhankelijkheid is, zal dit topprioriteit zijn voor de Koerden. Nu weigeren de Koerden om gecentraliseerde instellingen te laten opereren in Koerdistan. De strategieën die de Verenigde Staten in Irak toepasten om een eenheid in het land te krijgen, zoals Koerden inzetten in de slag om Fallujah, spelen in de kaarten van een etnische scheiding. Soennitische Arabieren hebben toen gedreigd om naar Irbil te gaan en de keel door te snijden van iedere Koerd die ze tegenkwamen. Een confederatie is volgens Galbraith wenselijker dan de effectieve opsplitsing van Irak. Turkije is echter niet van plan een onafhankelijk Koerdistan toe te staan. Als dit zou gebeuren zouden de Turken Irakees Koerdistan binnenvallen. En zolang Turkije zich engageert voor een lidmaatschap van de EU, zal het zich goed moeten gedragen ten opzichte van Irak. Verder is een confederatie wenselijker omwille van het conflict dat aparte staten zullen hebben over de grenzen. De break-up van Irak is volgens Galbraith onvermijdelijk. Het is zelfs al gebeurd. Irak is multi-etnisch, maar het is geen melting pot van culturen. Culturen leven simpelweg gescheiden van elkaar. Politiek worden Koerden ook steeds onafhankelijker van de centrale regering en het ziet er niet naar uit dat de Koerden van deze gewonnen autonomie iets willen teruggeven aan de centrale Irakese overheid. Verder verkrijgen de provincies in Irak steeds meer macht ten voordele van de centrale autoriteit. Ook dit gaat ook meer de legitimiteit van de centrale overheid in vraag stellen en de legitimiteit dichter bij huis, en dus ook dichter bij de tribale leiders leggen. Dit werkt de balkanisering van het gebied verder in de hand. Verder wordt er naast de centrale rekrutering van politie-eenheden ook een significant aantal politieeenheden lokaal gerekruteerd. Van de naar schatting agenten zou er slechts 40% tot 70% een training hebben gevolgd die ingesteld is door de coalitietroepen in Irak, dus onder toezicht van de Irakese overheid (U.S. Departement of Defence, maart 2009). De rest van de agenten zou worden getraind door de provinciale besturen, zijn ex-militieleden of nog steeds lid van milities of zijn gelieerd aan politieke partijen. 19 Met de Soennitische Driehoek wordt het dichtbevolkte centrum van Irak bedoeld waarin een meerderheid Soennitische Moslims woont. De driehoek wordt ruwweg gevormd door de steden Tikrit, in het noorden, Ramadi, in het westen, en Baquba, in het oosten. In de Soennitische Driehoek bevinden zich de steden Bagdad, Samarra en Fallujah. 25

27 4. Koerdisch-Arabische tegenstellingen Er zijn diepe spanningen tussen de Irakese Koerden en de Irakese Arabieren, Turkmenen en andere minderheidsgroepen. Dit dreigt de Irakese Veiligheidstroepen de verdelen langs de Koerdisch-Arabische lijn en hun de inspanningen van de Irakese Veiligheidstroepen te fnuiken (Cordesman & Mausner, 2009). Er zijn ook nog altijd serieuze etnische en sektarische verdelingen en spanningen binnen het Leger en de Nationale Politie. Koerdisch-Arabische spanningen blijven een kritiek probleem. Er is, op dit moment, nog altijd geen overeengekomen scheidingslijn tussen gebieden onder Koerdische controle en onder controle van de centrale regering. De Koerdische Regionale Regering is een de facto autonome regio, maar er is nog geen duidelijke grondwettelijke of wettelijke definitie van deze autonomie. Grote conflicten blijven over de status van Mosul Kirkuk en de rol van de Koerdische veiligheidstroepen. (Cordesman & Mausner, 2009) Om aan te tonen hoe Koerdisch-Arabische tegenstellingen een kritiek probleem vormen worden in rapporten vaak de lokale verkiezingen van 2009 aangehaald. Die verkiezingen konden niet gehouden worden in vier van de achttien provincies in Irak, onder andere in Kirkuk. Koerdisch-Arabische spanningen kwamen ook aan de oppervlakte in drie andere provincies: Ninewa, Dayala en Salh al-din. Tot op heden is er ook nog geen overeengekomen scheidingslijn tussen de regio s onder Koerdische controle en die onder controle van de Centrale overheid. Figuur 2 geeft dit goed weer. Op deze figuur ziet met welke gebieden onder officiële Koerdische controle staan en de gebieden die zowel door de Irakese als de Koerdische overheid worden geclaimd. In de gebieden die door de Koerdische en Irakese overheid worden geclaimd woont er een etnische mix van Arabieren, Koerden en minderheden zoals Turkmenen en Christenen. De regio is niet enkel een politieke broeihaard van conflicten, maar ook op het gebied van veiligheid zijn er serieuze problemen. Er is dus geen afgesproken afbakening van de gebieden onder controle van de Koerden en de gebieden die worden gecontroleerd door de centrale regering. De Koerdische Regionale Overheid heeft een de facto autonome regio onder hun controle, maar er is geen constitutionele of legale definiëring van deze autonomie, wat voor verdere problemen zorgt. Er blijven conflicten ontstaan over de status van Mosul, Kirkuk en de rol van de Koerdische veiligheidstroepen en de rol van de Koerden in de Irakese Veiligheidstroepen (Cordesman & Mausner, 2009). Een andere vorm van spanningen tussen Koerden en Arabieren in Irak is de aanwezigheid van het Irakese leger. Er zijn bij Arabische Irakezen twijfels over de loyaliteit van de Koerdische eenheden in het Irakese Leger, meer nog voor de etnische herbalancering van de troepensamenstelling in 2007 (Cordesman & Mausner, 2009). Voor die herbalancering van de troepensamenstelling waren er divisies die bijna uitsluitend uit Koerden bestonden. Zo waren er de Tweede en Vierde Divisie die origineel formaties waren van de Irakese Nationale Garde en die meer dan 80% Koerden in de rangen hadden. Door de etnische herbalancering van de troepen van de troepen werd de Tweede Divisie verminderd tot 65% à 70% en de en de Vierde Divisie tot 40% à 50%. De Derde Divisie had ook nog een sterke Koerdische aanwezigheid in 2005, zo rond de 40%, en die was terug gevallen tot 30% in Drie Irakese Legerbrigades werden uitgestuurd naar de gebieden van de Koerdische Regionale Overheid, waarschijnlijk met een groot aandeel uit de Peshmerga in de rangen (Chapman, 2009). Deze herbalancering is niet bij alle Koerden in goede aarde gevallen. De Arabische druk heeft de Koerden gealarmeerd. Experts van de Verenigde Staten bevestigen dat Koerden worden weggedrukt uit 26

28 Figuur 2: Koerdische regio en de betwiste gebieden bron: Sigir rapport, april 2010 strategische commandoposities binnen het Irakese Leger. De Koerden willen dus kost wat kost hun eigen leger, de Peshmerga, behouden om niet onder een compleet Sjiitische commandostructuur te vallen. Sinds het begin van de heroprichting van de Irakese veiligheidstroepen moest de Amerikaanse en Irakese overheid dienst doen op Koerdische soldaten omwille van het Soennitische karakter van de opstanden in het land en omdat de Arabische rekruten van minder goede kwaliteit waren. De derde en vierde divisie van het Irakese leger waren voornamelijk Koerdisch en Koerden blijven eigen milities trainen en uitzenden op militaire opdrachten. Verder wordt gedacht dat de Koerdische troepen loyaler zijn aan hun eigen tribale gemeenschap dan aan de centrale overheidsinstellingen (CRS rapport aan het Congres, januari 2008). De Koerdische minderheid binnen de commandostructuur van de veiligheidstroepen kan dus zeker een verklaring geven voor het behoud van de Peshmerga eenheden, maar een andere factor kan de vroege boycot van de nieuwe Irakese veiligheidstroepen door Soennitische Arabieren (Chapman, 2009). 27

TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS

TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS Q1. Denkt u dat het voor de toekomst van Nederland het beste is als wij actief deelnemen in de wereldpolitiek of moeten wij ons niet in de wereldpolitiek mengen? 1

Nadere informatie

TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS

TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS VRAAG 10 Denkt u dat het voor de toekomst van Nederland het beste is als wij actief deelnemen in de wereldpolitiek of moeten wij ons niet in de werelpolitiek mengen?

Nadere informatie

Oorlog in Syrië en de internationale context

Oorlog in Syrië en de internationale context Oorlog in Syrië en de internationale context Binnenlandse en internationale (geopolitieke) factoren - Historisch: koloniale en postkoloniale politiek - Autoritair regime - Socio-economische en milieufactoren

Nadere informatie

Opstel Aardrijkskunde Conflicten in Syrie

Opstel Aardrijkskunde Conflicten in Syrie Opstel Aardrijkskunde Conflicten in Syrie Opstel door een scholier 1690 woorden 17 januari 2016 7,6 20 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Conflicten in Syrie mijn onderzoek Syrische bootvluchtelingen,

Nadere informatie

De politieke veranderingen van de sjiieten voor en na de Baathpartij

De politieke veranderingen van de sjiieten voor en na de Baathpartij De politieke veranderingen van de sjiieten voor en na de Baathpartij De Sjiieten van Irak Irak is een land dat bestaat uit verschillende etnische en religieuze groeperingen. De Sjiieten vormen 60%, de

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

Praktische opdracht Geschiedenis Korea Oorlog

Praktische opdracht Geschiedenis Korea Oorlog Praktische opdracht Geschiedenis Korea Oorlog Praktische-opdracht door een scholier 1407 woorden 1 februari 2003 4,5 118 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Opdracht 1: Wat zijn volgens jouw de oorzaken van

Nadere informatie

Kijktip: Nieuwsuur in de Klas

Kijktip: Nieuwsuur in de Klas Kijktip: Nieuwsuur in de Klas Korte omschrijving werkvorm De leerlingen beantwoorden vragen over de Europese politiek aan de hand van korte clips van Nieuwsuur in de Klas. Leerdoel De leerlingen leren

Nadere informatie

Irak na Saddam. Hoe de droom van democratie en welvaart in een nachtmerrie van voortdurend sektarisch geweld veranderde

Irak na Saddam. Hoe de droom van democratie en welvaart in een nachtmerrie van voortdurend sektarisch geweld veranderde De Toestand in de Wereld 5 Irak na Saddam Hoe de droom van democratie en welvaart in een nachtmerrie van voortdurend sektarisch geweld veranderde Bas Levinsohn 1 Doden in Irak afgelopen zaterdag, maand,

Nadere informatie

Democratie in tijden van populisme en technocratie. Prof. Stefan Rummens ID dagen beweging.net 12 okt 2017

Democratie in tijden van populisme en technocratie. Prof. Stefan Rummens ID dagen beweging.net 12 okt 2017 Democratie in tijden van populisme en technocratie Prof. Stefan Rummens ID dagen beweging.net 12 okt 2017 1. Wat is democratie? 2. Populisme als stijl 3. Populisme als ideologie 4. Populisme als symptoom

Nadere informatie

uitreiking van de herinneringsmedaille Vredesoperaties. Berckmoes-Duindam, Tweede Kamer.

uitreiking van de herinneringsmedaille Vredesoperaties. Berckmoes-Duindam, Tweede Kamer. Toespraak van de Commandant der Strijdkrachten, generaal T.A. Middendorp, tijdens de uitreiking Herinneringsmedaille Vredesoperaties op 12 oktober 2012 te Apeldoorn. Let op. Alleen gesproken woord geldt!

Nadere informatie

Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Veiligheid en Justitie

Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Veiligheid en Justitie Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Veiligheid en Justitie > Retouradres Postbus 1794 2280 DT Rijswijk Aan Ministerie van Buitenlandse Zaken Directie Consulaire Zaken en Migratiebeleid Afdeling

Nadere informatie

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum Bouwen aan de democratische veiligheid in Europa Ontwerptoespraak van de secretaris-generaal Brussel, woensdag 12 november 2014 Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze

Nadere informatie

Verslag college 1: Democratische waarden onder druk?

Verslag college 1: Democratische waarden onder druk? Verslag college 1: Democratische waarden onder druk? In de collegereeks Democratie en burgerschap, georganiseerd door ProDemos en de Universiteit van Amsterdam, kijken we naar de huidige stand van zaken

Nadere informatie

Nieuwe Golfoorlog in de maak?

Nieuwe Golfoorlog in de maak? Taak actualiteit Nieuwe Golfoorlog in de maak? De Eerste Golfoorlog was een oorlog tussen Irak en Iran van 1980-1988 en is genoemd naar het zeegebied van de Perzische Golf, omdat zich daar een belangrijk

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008 Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag Den Haag, 26 juni 2008 Dank voor het verslag van uw bezoek begin april aan Noord-Irak dat u mij 10 juni jl. aanbood. Uw reis

Nadere informatie

Natalia Tsvetkova. Samenvatting

Natalia Tsvetkova. Samenvatting Natalia Tsvetkova De hervorming van Duitse universiteiten tijdens de Koude Oorlog: De mislukking van het culturele imperialisme van de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie Samenvatting Mijn onderzoek reconstrueert

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Samenvatting door M. 1184 woorden 8 juni 2013 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Hoofdstuk 1 De staat kan wetten maken, regels die voor alle

Nadere informatie

Conferentie Netwerk Vrede, Veiligheid, en Ontwikkeling Donderdag 28 Mei 2009 Malietoren, Den Haag

Conferentie Netwerk Vrede, Veiligheid, en Ontwikkeling Donderdag 28 Mei 2009 Malietoren, Den Haag Conferentie Netwerk Vrede, Veiligheid, en Ontwikkeling Donderdag 28 Mei 2009 Malietoren, Den Haag 09.00 9.30 uur Ontvangst 9.30 10.00 uur Welkomstwoord, kennismaking en openingwoord door dagvoorzitter

Nadere informatie

Macht en waarden in de wereldpolitiek

Macht en waarden in de wereldpolitiek Rik Coolsaet Macht en waarden in de wereldpolitiek Actuele vraagstukken in de internationale politiek Editie 2006-2007 2 Inhoud Inleiding... Deel 1. De jaren 90: het transitiedecennium 1. Van illusie naar

Nadere informatie

De Islamitische Staat

De Islamitische Staat De Islamitische Staat De Islamitische Staat Kalifaat van de Waanzin Marcel Kramer Schrijver: Marcel Kramer Coverontwerp: Marcel Kramer ISBN: Marcel Kramer Het enige dat het Kwaad nodig heeft om te kunnen

Nadere informatie

De Iraanse revolutie (1979) en zijn gevolgen

De Iraanse revolutie (1979) en zijn gevolgen Geschiedenis van de laatste 50 jaar De Iraanse revolutie (1979) en zijn gevolgen Bas Levinsohn 1 Inleiding Overzicht colleges Titel college Thema college Tijdsperiode 1 De Cubaanse rakketencrisis Beslissingen

Nadere informatie

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2015-I

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2015-I Opgave 1 Kroatië toegetreden tot de EU 1 maximumscore 2 beschrijving van het eerste kenmerk van staatsvorming (interne soevereiniteit) ondersteund door een gegeven uit de inleiding 1 beschrijving van het

Nadere informatie

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Algemene vorming op het einde van de derde graad secundair onderwijs Voor de sociale

Nadere informatie

Wat betekenden de verschillen tussen Noord en Zuid-Korea voor de Koude Oorlog? (conclusie)

Wat betekenden de verschillen tussen Noord en Zuid-Korea voor de Koude Oorlog? (conclusie) Praktische-opdracht door J. 1743 woorden 12 september 2011 6,1 32 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Hoofdvraag Wat betekenden de verschillen tussen Noord en Zuid-Korea voor de Koude Oorlog? (conclusie)

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie 6.3.2019 A8-0058/1 1 Paragraaf 17 17. benadrukt voortdurende steun van de EU voor een inclusief vredes- en verzoeningsproces onder leiding van en gestuurd door Afghanistan zelf, met inbegrip van de uitvoering

Nadere informatie

R. Limpach, De brandende kampongs van generaal Spoor, Amsterdam: Boom 2016.

R. Limpach, De brandende kampongs van generaal Spoor, Amsterdam: Boom 2016. Onderzoekscommissie Indonesië 1945-1950 t.a.v. de voorzitter van de programmadirectie - prof. dr. F. van Vree Herengracht 380 1016 CH AMSTERDAM Den Haag, 14 juni 2019 Onderwerp: bezwaren tegen onderzoeksopzet

Nadere informatie

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 vrijdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 vrijdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen HAVO 2018 tijdvak 1 vrijdag 25 mei 9.00-12.00 uur maatschappijwetenschappen (pilot) Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 22 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 54 punten te

Nadere informatie

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2632 Advies IS - Irak Datum 3 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper Op

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo I

Eindexamen filosofie vwo I Opgave 3 Ramadan in de post-seculiere samenleving 12 maximumscore 4 verlichtingsfundamentalisme: laïciteit: verbannen van religie uit openbaar onderwijs en politiek 1 verlichtingsvijandig multiculturalisme:

Nadere informatie

Tekst en tekeningen door Colombiaanse vluchtelingenkinderen in Ecuador. UNHCR / S. Aguilar

Tekst en tekeningen door Colombiaanse vluchtelingenkinderen in Ecuador. UNHCR / S. Aguilar Tekst en tekeningen door Colombiaanse vluchtelingenkinderen in Ecuador UNHCR / S. Aguilar UNHCR / S.Aguilar Tekst en tekeningen door Colombiaanse vluchtelingenkinderen in Ecuador UNHCR, Europese vertegenwoordiging,

Nadere informatie

Tabel competentiereferentiesysteem

Tabel competentiereferentiesysteem Bijlage 3 bij het ministerieel besluit van tot wijziging van het ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling

Nadere informatie

12 RICHTLIJNEN VOOR INTERRELIGIEUZE DIALOOG OP LOKAAL NIVEAU

12 RICHTLIJNEN VOOR INTERRELIGIEUZE DIALOOG OP LOKAAL NIVEAU 12 RICHTLIJNEN VOOR INTERRELIGIEUZE DIALOOG OP LOKAAL NIVEAU DE LOKALE RELIGIEUZE SITUATIE IN KAART BRENGEN EN BEGRIJPEN 01 Lokale overheden wordt verzocht zich bewust te zijn van het toenemende belang

Nadere informatie

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2015-I

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2015-I Opgave 1 Kroatië toegetreden tot de EU Bij deze opgave horen de teksten 1 tot en met 3 en figuur 1. Inleiding Kroatië is een van de staten in de Balkan die voorheen tot Joegoslavië behoorden. In 1991 verklaarde

Nadere informatie

1. WAT VOORAFGING...1 2. HET CONGRES VAN WENEN...2 2.1. BESLISSINGEN...3 2.2. GEVOLGEN...6 2.3. BELANG VAN HET CONGRES VAN WENEN...

1. WAT VOORAFGING...1 2. HET CONGRES VAN WENEN...2 2.1. BESLISSINGEN...3 2.2. GEVOLGEN...6 2.3. BELANG VAN HET CONGRES VAN WENEN... HET CONGRES VAN WENEN 1. WAT VOORAFGING...1 2. HET CONGRES VAN WENEN...2 2.1. BESLISSINGEN...3 2.2. GEVOLGEN...6 2.3. BELANG VAN HET CONGRES VAN WENEN...7 3.1. Het Congres van Wenen en de restauratie Het

Nadere informatie

Twee jaar na de start van de Arabische revoluties. Uitdagingen voor België en Vlaanderen

Twee jaar na de start van de Arabische revoluties. Uitdagingen voor België en Vlaanderen Twee jaar na de start van de Arabische revoluties Uitdagingen voor België en Vlaanderen Inhoud I. Arabische revoluties: twee jaar later II. Complete impasse in Syrië III. Activiteiten Broederlijk Delen-Pax

Nadere informatie

Coöperatie en communicatie:

Coöperatie en communicatie: Nederlandse Samenvatting (summary in Dutch) 135 Coöperatie en communicatie: Veranderlijke doelen en sociale rollen Waarom werken mensen samen? Op het eerste gezicht lijkt het antwoord op deze vraag vrij

Nadere informatie

Radicalisering begrijpen

Radicalisering begrijpen Radicalisering begrijpen Wat is radicalisering Tal van verschillende definities van radicalisering: Een individueel proces dat wordt beïnvloed door groepsprocessen; De heersende politieke orde en dialoog

Nadere informatie

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board Niet opgesteld

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board Niet opgesteld Fiche 6: Gezamenlijke mededeling EU-Birma/Myanmar 1. Algemene gegevens a) Titel voorstel Gezamenlijke mededeling aan het Europees Parlement en de Raad: Elementen voor een strategie van de EU ten aanzien

Nadere informatie

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU Commissie politieke zaken 5.3.2009 AP/100.506/AM1-24 AMENDEMENTEN 1-24 Ontwerpverslag (AP/100.460) Co-rapporteurs: Ruth Magau (Zuid-Afrika) en Filip Kaczmarek

Nadere informatie

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK.

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK. DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK STARTPUNT In beginsel art. 2 (4) HVN: geweldsverbod interstatelijke betrekkingen Uitzonderingen:

Nadere informatie

Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling

Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling Consultatieproces Dit document bevat de ontwerpvisie die resulteerde uit de conferentie Winning through twinning, die van 17

Nadere informatie

Communicatie en strategie van de Afghaanse Taliban, vanuit het perspectief van het leiderschap

Communicatie en strategie van de Afghaanse Taliban, vanuit het perspectief van het leiderschap , vanuit het perspectief van het leiderschap Auteurs: Godfried Wessels Seran de Leede Edwin Bakker Samenvatting Op 28 december 2014 is een einde gekomen aan de ISAF-missie (International Security and Assistance

Nadere informatie

VRAGENLIJST LERENDE ORGANISATIE (op basis van Nelson & Burns) 1

VRAGENLIJST LERENDE ORGANISATIE (op basis van Nelson & Burns) 1 VRAGENLIJST LERENDE ORGANISATIE (op basis van Nelson & Burns) 1 Onderstaande diagnostische vragenlijst bestaat uit 12 items. De score geeft weer in welke mate uw organisatie reactief, responsief, pro-actief

Nadere informatie

Dames en heren, Toespraak van de Commandant der Strijdkrachten Generaal P van Uhm, ter gelegenheid van het symposium op 5 mei 2012 te Wageningen.

Dames en heren, Toespraak van de Commandant der Strijdkrachten Generaal P van Uhm, ter gelegenheid van het symposium op 5 mei 2012 te Wageningen. Toespraak van de Commandant der Strijdkrachten Generaal P van Uhm, ter gelegenheid van het symposium op 5 mei 2012 te Wageningen. Let op: Alleen gesproken woord geldt! Dames en heren, Ik sta hier vandaag

Nadere informatie

VALT HIER NOG WAT TE LEREN? EEN EDUCATIEF PERSPECTIEF OP DUURZAAMHEID Gert Biesta Universiteit Luxemburg. een populair recept

VALT HIER NOG WAT TE LEREN? EEN EDUCATIEF PERSPECTIEF OP DUURZAAMHEID Gert Biesta Universiteit Luxemburg. een populair recept VALT HIER NOG WAT TE LEREN? EEN EDUCATIEF PERSPECTIEF OP DUURZAAMHEID Gert Biesta Universiteit Luxemburg een populair recept een maatschappelijk probleem add some learning opgelost! deze bijdrage een perspectief

Nadere informatie

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol? Hoe word ik beter in geschiedenis? Als je beter wilt worden in geschiedenis moet je weten wat er bij het vak geschiedenis van je wordt gevraagd, wat je bij een onderwerp precies moet kennen en kunnen.

Nadere informatie

Op de vlucht. 1) Waarom vlucht men eigenlijk? Er zijn vele redenen; politieke vervolging, marteling, oorlog of burgeroorlog zijn enkele voorbeelden!

Op de vlucht. 1) Waarom vlucht men eigenlijk? Er zijn vele redenen; politieke vervolging, marteling, oorlog of burgeroorlog zijn enkele voorbeelden! Op de vlucht 1) Waarom vlucht men eigenlijk? Er zijn vele redenen; politieke vervolging, marteling, oorlog of burgeroorlog zijn enkele voorbeelden! 2) Waar komen de vluchtelingen vandaan? Syrië Sinds in

Nadere informatie

Samenwerking als ideaal voor een verscheurd Europa

Samenwerking als ideaal voor een verscheurd Europa Samenwerking als ideaal voor een verscheurd Europa INE MEGENS EIGENTIJDSE GESCHIEDENIS Opbouw college: Vooruitgangsgeloof 19 e eeuw Nationalisme en politieke kaart van Europa Eerste Wereldoorlog Cultuurpessimisme

Nadere informatie

ISSAI 30 Ethische code

ISSAI 30 Ethische code ISSAI 30 Ethische code Vertaling ISSAI 30VERTALING REKENHOF, MEI 2017 / 2 INHOUD Hoofdstuk 1 - Inleiding 4 Concept, achtergrond en doel van de ethische code 4 Vertrouwen en geloofwaardigheid 5 Hoofdstuk

Nadere informatie

Samenvatting (Summary)

Samenvatting (Summary) Zijn de internationale besturen in Bosnië-Herzegovina (Bosnië) en Kosovo er in geslaagd om in beide gebieden duurzame politieke instituties op te zetten die los van verdere buitenlandse bemoeienis zelf

Nadere informatie

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie: Conferentie over Biodiversiteit in een veranderende wereld 8-9 september 2010 Internationaal Conventiecentrum

Nadere informatie

In het licht van het feit dat Saddam Hoessein een soennitische moslim is, is duidelijk dat het merendeel van de bevolking er andere denkbeelden op na

In het licht van het feit dat Saddam Hoessein een soennitische moslim is, is duidelijk dat het merendeel van de bevolking er andere denkbeelden op na Irak en Samarra In dit paper wordt aandacht besteed aan de recente gebeurtenissen in Samarra, waarbij de beroemde Gouden Moskee, een heiligdom voor Shi iten, zwaar beschadigd wordt. Inleidend wordt een

Nadere informatie

Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict

Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict Werkstuk Aardrijkskunde Irak conflict Werkstuk door T. 1373 woorden 12 december 2014 7 63 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Tussen wie gaat het conflict en wat is de kern van het conflict?

Nadere informatie

ALTERNATIEVEN 4. OBSTAKELS OP WEG NAAR VREDE 5. HOUDING VAN VS EN EUROPA 6. CONCLUSIE

ALTERNATIEVEN 4. OBSTAKELS OP WEG NAAR VREDE 5. HOUDING VAN VS EN EUROPA 6. CONCLUSIE OPZET LEZING: 1.KORT HISTORISCH OVERZICHT 2. URGENTIE VAN HET VRAAGSTUK 3. TWEE-STATENOPLOSSING EN ALTERNATIEVEN 4. OBSTAKELS OP WEG NAAR VREDE 5. HOUDING VAN VS EN EUROPA 6. CONCLUSIE 1. MANDAATGEBIED

Nadere informatie

Een democratie is een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

Een democratie is een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming. Samenvatting door L. 1165 woorden 13 januari 2013 4,8 12 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer Hoofdstuk 3: Parlementaire democratie Paragraaf 1 t/m 4 1; Wat is politiek? Deelvraag: Wat

Nadere informatie

Het is met veel emotie dat ik u welkom heet in de Belgische Senaat.

Het is met veel emotie dat ik u welkom heet in de Belgische Senaat. 1 Toespraak van de heer Armand De Decker, Voorzitter van de Senaat, naar aanleiding van het bezoek van de heer Mahmoud Abbas, President van de Palestijnse Autoriteit 23 februari 2010 Excellenties, Beste

Nadere informatie

Bovendien stel ik vast dat democratie onder een buitenlandse bezetting geen betekenis heeft.

Bovendien stel ik vast dat democratie onder een buitenlandse bezetting geen betekenis heeft. Bovendien stel ik vast dat democratie onder een buitenlandse bezetting geen betekenis heeft. Gie Goris, Mondiaal Magazine (MO), 20 februari 2010 Malalai Joya: 'In de ware wereld leven de Afghaanse vrouwen

Nadere informatie

3 september 2014. Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten

3 september 2014. Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten 3 september 2014 Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 30.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van

Nadere informatie

De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. Twee grote processen

De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. De Vietnam-oorlog. Twee grote processen Koude Oorlog Amerikaanse buitenlandse politiek communisme rivaliteiten tussen de Sovjet-Unie en China nationalistische bewegingen dekolonisatie Twee grote processen Koude oorlog Nationalisme en dekolonisatie

Nadere informatie

Het mysterie: Moord op Lumumba

Het mysterie: Moord op Lumumba Het mysterie: Moord op Lumumba Lumumba was de eerste premier van onafhankelijk Congo in 1960. Twee weken na zijn aantreden werden Lumumba en zijn regering afgezet tijdens een staatsgreep en werd Lumumba

Nadere informatie

Samenvatting. Betwiste Constituties: Constitutioneel Design, Conflict en Verandering in Postcommunistisch Centraal- en Oost-Europa.

Samenvatting. Betwiste Constituties: Constitutioneel Design, Conflict en Verandering in Postcommunistisch Centraal- en Oost-Europa. Samenvatting Betwiste Constituties: Constitutioneel Design, Conflict en Verandering in Postcommunistisch Centraal- en Oost-Europa. Inleiding Een democratische grondwet bevat, naast de fundamentele rechten

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/28740 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Kadrouch-Outmany, Khadija Title: Islamic burials in the Netherlands and Belgium.

Nadere informatie

INVINCO BENELUX. Chaos in Irak maakt de oliemarkt bloednerveus

INVINCO BENELUX. Chaos in Irak maakt de oliemarkt bloednerveus Chaos in Irak maakt de oliemarkt bloednerveus 2 Amper een week geleden viel de stad Mosul in handen van ISIS strijders. ISIS is een geradicaliseerde afsplitsing van Al Qaida. Sindsdien is het allemaal

Nadere informatie

STRATEGIE IMPLEMENTATIE SUCCESFACTOREN

STRATEGIE IMPLEMENTATIE SUCCESFACTOREN STRATEGIE IMPLEMENTATIE FACTOREN 9 FACTOREN VOOR STRATEGIE IMPLEMENTATIE STRATAEGOS.COM STRATEGIE IMPLEMENTATIE ALS CONCURRENTIEVOORDEEL 1 2 3 4 5 Om succesvol te zijn en blijven moeten organisaties hun

Nadere informatie

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie Die publieke opinie in de Europese Unie Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie. Dit werd opgesteld voor de Vertegenwoordiging van de Europese

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) onderhoudt middels de organisaties Kerk in Actie (KiA) en ICCO Alliantie contacten met partners in Brazilië. Deze studie verkent de onderhandelingen

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 220 Nederlandse Samenvatting Summary in Dutch Teams spelen een belangrijke rol in moderne organisaties (Devine, Clayton, Phillips, Dunford, & Melner, 1999; Mathieu, Marks, & Zaccaro, 2001). Doordat teams

Nadere informatie

De Europese Unie is niet alleen een munt of een markt, maar ook een Unie die gebouwd is op gemeenschappelijke waarden.

De Europese Unie is niet alleen een munt of een markt, maar ook een Unie die gebouwd is op gemeenschappelijke waarden. Debat over Polen in het Europees Parlement Interventie van de heer Koenders - minister van Buitenlandse Zaken - Nederlands voorzitterschap Dank u meneer de voorzitter, De Europese Unie is niet alleen een

Nadere informatie

Voor de Raad van State als adviseur en bestuursrechter is het van. belang zicht te hebben op wat er leeft in de werelden van recht,

Voor de Raad van State als adviseur en bestuursrechter is het van. belang zicht te hebben op wat er leeft in de werelden van recht, Inleiding Vice-President Raad van State tijdens de bijeenkomst van een delegatie van de Raad met de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling donderdag 12 februari 2009 Dames en heren, Voor de Raad van State

Nadere informatie

Omgaan met radicalisering: Doelen

Omgaan met radicalisering: Doelen Religieuze leiders Omgaan met radicalisering: Doelen Deze aanbevelingen zijn bedoeld voor religieuze leiders die regelmatig contact hebben met leden van de gemeenschap. Doel van deze cursus is dat u: Zich

Nadere informatie

The role of interpersonal conflict between top and middle managers in top-down and bottom-up initiatives. Rein Denekamp

The role of interpersonal conflict between top and middle managers in top-down and bottom-up initiatives. Rein Denekamp Samenvatting Inleiding In de huidige dynamische en complexe omgeving waarin veel organisaties opereren, wordt corporate entrepreneurship vaak gezien als een noodzaak. Het goed doorgronden van het ondernemend

Nadere informatie

Samenvatting Geschiedenis De Tweede Wereldoorlog

Samenvatting Geschiedenis De Tweede Wereldoorlog Samenvatting Geschiedenis De Tweede Wereldoorlog Samenvatting door Cas 1253 woorden 2 april 2018 0 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Inleiding. Waarom ik voor dit onderwerp heb gekozen. Ik heb voor dit

Nadere informatie

Tijdvak I. 31 oktober 2013 8: 30-10:00.

Tijdvak I. 31 oktober 2013 8: 30-10:00. 1 SCHOOLONDERZOEK Tijdvak I GESCHIEDENIS 31 oktober 2013 8: 30-10:00. Dit onderzoek bestaat uit 38 vragen. Bij dit onderzoek behoort een antwoordblad. Beantwoord de antwoorden uitsluitend op het antwoordblad.

Nadere informatie

Opdracht Maatschappijleer Integratie en immigratie

Opdracht Maatschappijleer Integratie en immigratie Opdracht Maatschappijleer Integ en immig Opdracht door een scholier 1899 woorden 21 januari 2004 6,6 90 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Integ en immig 1. Wat is het probleem? -Historische schets Tussen

Nadere informatie

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 Samenvatting door S. 1030 woorden 18 mei 2017 0 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Geschiedenis samenvatting H2 1: Wetenschappelijke Revolutie 17 e eeuw Kenmerken: Observeren

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Introductie In dit proefschrift evalueer ik de effectiviteit van de academische discussie over de ethiek van documentaire maken. In hoeverre stellen wetenschappers de juiste

Nadere informatie

Laten we het idee van samenwerking tussen natiestaten weer koesteren

Laten we het idee van samenwerking tussen natiestaten weer koesteren Joe Zammit-Lucia vr 3 mei Tekst Krant! " 1 reactie # $ OPINIE Laten we het idee van samenwerking tussen natiestaten weer koesteren Opinie Joe Zammit-Lucia is medeoprichter van de Londense denktank Radix

Nadere informatie

Eén Korea, twee landen

Eén Korea, twee landen 1 Doelgroep De lesbrief is bedoeld voor leerlingen in de onderbouw vmbo, havo en vwo. Het uitwerken van de opdrachten kost de leerling ongeveer een tot anderhalf lesuur (van 50 minuten). De onderzoeksvragen

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N EU - Contractenrecht A03 Brussel, 9 december 2010 MH/SL/AS A D V I E S over DE CONSULTATIE VAN DE EUROPESE COMMISSIE OVER HET EUROPEES CONTRACTENRECHT VOOR CONSUMENTEN

Nadere informatie

Historie. Oprichting van de NDP. Missie en visie

Historie. Oprichting van de NDP. Missie en visie Historie In 1980 werd onder het Ministerie van Binnenlandse Zaken het Directoraat Volksmobilisatie opgericht. In geheel Suriname werden Volks Comites in het leven geroepen. Buurtbewoners werkte met elkaar

Nadere informatie

From the Press to Politics and Back. When do Media set the Political Agenda and when do Parties set the Media Agenda? D.J.

From the Press to Politics and Back. When do Media set the Political Agenda and when do Parties set the Media Agenda? D.J. From the Press to Politics and Back. When do Media set the Political Agenda and when do Parties set the Media Agenda? D.J. van der Pas Waarom staan sommige onderwerpen hoog op de agenda van de politiek,

Nadere informatie

Eindexamen geschiedenis vwo 2009 - I

Eindexamen geschiedenis vwo 2009 - I Ten oorlog! Europese oorlogen 1789-1919. Oorlog als maatschappelijk fenomeen In de landen die Napoleon veroverde, voerde hij een beleid dat: enerzijds paste binnen het gelijkheidsideaal van de Franse Revolutie

Nadere informatie

Vraag 1 http://vms.thiememeulenhoff.nl/view/html/?p=basic_480_360&c=1119055 Voor een correct antwoord is meer dan één keuze mogelijk. 'Uithuwelijken' kunnen we beschouwen als een: a. Cultureel gebruik

Nadere informatie

De activiteit in het Brussels Parlement voorbereiden of verwerken in de klas? Niet verplicht, wel leuk!

De activiteit in het Brussels Parlement voorbereiden of verwerken in de klas? Niet verplicht, wel leuk! De activiteit in het Brussels Parlement voorbereiden of verwerken in de klas? Niet verplicht, wel leuk! Je vindt in dit document authentiek materiaal van het parlement waarmee je zelf aan de slag kan.

Nadere informatie

Gevolgen van Brexit voor de besluitvorming in de EU

Gevolgen van Brexit voor de besluitvorming in de EU VIVES BRIEFING 2016/06 Gevolgen van Brexit voor de besluitvorming in de EU Klaas Staal Karlstad Universitet 1 GEVOLGEN VAN BREXIT VOOR DE BESLUITVORMING IN DE EU Klaas Staal INLEIDING Op 23 juni 2016 stemmen

Nadere informatie

Datum 12 juni 2013 Betreft Beantwoording vragen van het lid Omtzigt over het artikel 'Timmermans goede bedoelingen brengen Syrië dichter bij de hel'

Datum 12 juni 2013 Betreft Beantwoording vragen van het lid Omtzigt over het artikel 'Timmermans goede bedoelingen brengen Syrië dichter bij de hel' Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Contactpersoon Arnt Kennis T 0703487186

Nadere informatie

Dit rapport behandelt de meervoudige verhouding tussen criminaliteit enerzijds en

Dit rapport behandelt de meervoudige verhouding tussen criminaliteit enerzijds en Samenvatting Dit rapport behandelt de meervoudige verhouding tussen criminaliteit enerzijds en gewelddadig radicalisme en terrorisme anderzijds. In aanvulling op de bestaande literatuur over mogelijke

Nadere informatie

VR DOC.0099/1

VR DOC.0099/1 VR 2019 0102 DOC.0099/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp van decreet houdende instemming met

Nadere informatie

Burgerschap 2.0. From global citizen to global teacher #3

Burgerschap 2.0. From global citizen to global teacher #3 Burgerschap 2.0 From global citizen to global teacher #3 Woordendiarree Waarom zoveel aandacht? Ontwikkelingen in beleid Nadruk op individuele verantwoordelijkheid van de burger (+ en-) Vermaatschappelijking

Nadere informatie

Werk van iedereen. Democratisering en vredesopbouw

Werk van iedereen. Democratisering en vredesopbouw Werk van iedereen Democratisering en vredesopbouw Foto: Rebke Klokke Werk van Gladys Haar man werd vermoord. Haar broer ontvoerd. En zelf raakte Gladys getraumatiseerd door wat ze meemaakte tijdens de

Nadere informatie

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Oudemanhuispoort 4-6 1012 CN Amsterdam Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 5252833 Interventie Syrië Datum 29 augustus 2013 Opgemaakt

Nadere informatie

Rik Coolsaet Peter Debaere, Goedele De Keersmaeker, Jennnifer Kesteleyn, Dries Lesage, Skander Nasra, Thijs Van de Graaf, Mattias Vermeiren

Rik Coolsaet Peter Debaere, Goedele De Keersmaeker, Jennnifer Kesteleyn, Dries Lesage, Skander Nasra, Thijs Van de Graaf, Mattias Vermeiren Rik Coolsaet Peter Debaere, Goedele De Keersmaeker, Jennnifer Kesteleyn, Dries Lesage, Skander Nasra, Thijs Van de Graaf, Mattias Vermeiren Macht en waarden in de wereldpolitiek Actuele vraagstukken in

Nadere informatie

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie?

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? De externe omgeving wordt voor meer en meer organisaties een onzekere factor. Het is een complexe oefening voor directieteams om

Nadere informatie

Examen VWO maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 tijdvak woensdag 22 mei woensdag 22 mei uur uur

Examen VWO maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 tijdvak woensdag 22 mei woensdag 22 mei uur uur Examen VWO 2019 tijdvak 1 tijdvak woensdag 22 mei woensdag 22 mei 9.00-12.00 uur 9.00 12.00 uur maatschappijwetenschappen (pilot) Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 24 vragen. Voor

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2006R1412 NL 01.07.2013 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1412/2006 VAN DE RAAD van 25

Nadere informatie

Eindexamen geschiedenis en staatsinrichting vmbo gl/tl II

Eindexamen geschiedenis en staatsinrichting vmbo gl/tl II Historisch overzicht vanaf 1900 14 maximumscore 2 Kaart A: 1 (= 1900-1914) 1 Kaart B: 2 (= 1919-1937) 1 15 maximumscore 2 Afbeelding 1 verwijst naar het bondgenootschap tussen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije

Nadere informatie

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I Opgave 2 Defensiesamenwerking in Europa Bij deze opgave horen tekst 3, figuur 1 en tekst 4. Inleiding In december 2017 is in de Europese Unie (EU) op het gebied van defensie een Permanente Gestructureerde

Nadere informatie

1red , NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, uur

1red , NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, uur 1red18248 29-06-2007, NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, 22.50 uur MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE MINISTERRAAD, OVER HET ONDERZOEK NAAR EVENTUELE VERLENGING VAN DE MISSIE IN

Nadere informatie