RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL DE VLINDERBOOM BASISSCHOOL DE WAAIER

Transcriptie

1 VVE-RAPPORT RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL DE VLINDERBOOM BASISSCHOOL DE WAAIER Locatie BRIN-nummer 20FB ( ) Plaats Zutphen Onderzoeksnummer Datum onderzoek Datum vaststelling VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 1 van 9

2 1. INLEIDING Dit rapport is het verslag van een onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs naar de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). VVE is bedoeld voor jonge kinderen die onvoldoende zijn toegerust voor een soepele instroom in groep 3 van het basisonderwijs, waardoor ze grote kans lopen om achterop te raken. Dit rapport maakt onderdeel uit van de bestandsopname in de gemeente Zutphen. In deze gemeente hebben alle voor- en vroegscholen die te maken hebben met VVE een vragenlijst ingevuld waarin zij de stand van zaken op hun (voor)school weergeven. Alle locaties krijgen automatisch een zelfrapportage. Enkele locaties zijn vervolgens bezocht door de Inspectie van het Onderwijs ter verificatie van deze zelfevaluaties. Alle bezochte locaties ontvangen een rapportage met de bevindingen van de Inspectie. Het definitieve rapport wordt gepubliceerd op de website van de Inspectie: uitkomsten van alle zelfevaluaties en de bevindingen van de Inspectie van het Onderwijs naar aanleiding van de locatiebezoeken worden samengevat in een gemeentelijk rapport. Dit geeft een totaalbeeld weer van VVE in de gemeente Zutphen. Dit rapport wordt, als het definitief is vastgesteld, samen met de locatierapporten, gepubliceerd op de website van de Inspectie: Werkwijze onderzoek en de zijn twee van de (voor)scholen die bezocht zijn door de Inspectie van het Onderwijs. Daarbij hebben de volgende activiteiten plaatsgevonden: groepsbezoeken; gesprekken met leidsters en leerkrachten; gesprekken met ouders; gesprekken met de locatieleiding en intern begeleider; gesprekken met locatieleiding, directie en schoolbestuur. Dit rapport geeft de bevindingen van de Inspectie over de kwaliteit van VVE op deze locaties weer. Inhoud rapport In dit rapport worden de volgende onderwerpen besproken: de voorwaarden van VVE; de ouders; de kwaliteit van de educatie; Het VVE-programma, zoals dat wordt aangeboden; Het pedagogisch klimaat; Het educatief handelen; de ontwikkeling, zorg en begeleiding; de kwaliteitszorg; de doorgaande lijn tussen de voor- en vroegschool; de resultaten van VVE. Elk van de VVE-kwaliteitsaspecten is uiteengelegd in indicatoren. Als een indicator beoordeeld wordt, gebeurt dat doorgaans met de volgende oordelen: 1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig ze kwalificatie geeft aan dat er écht iets verbeterd dient te worden. 2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn wenselijk ze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt. 3. Voldoende VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 2 van 9

3 4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen ze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat andere voor- en/of vroegscholen hiervan kunnen leren. Dit rapport is gebaseerd op het VVE-toezichtkader (zie de internetsite van de onderwijsinspectie). Opbouw van het rapport Hoofdstuk 2 beschrijft het totaalbeeld van het onderzoek. beoordeelde onderwerpen (indicatoren) staan in hoofdstuk 3, met eerst de oordelen en daarna een toelichting als dat nodig is. Daarbij kunnen de overeenkomsten en verschillen tussen de zelfevaluatie van de locatie en de bevindingen van de Inspectie eveneens worden geduid. Als er op basis van dit onderzoek afspraken gemaakt zijn, staan die in hoofdstuk 4. Groepsinformatie peutergroepen: Aantal peuters in groep a: 15, waarvan 15 doelgroeppeuters. Groepsinformatie kleutergroepen: Aantal kleuters in groep a: 15, waarvan 8 doelgroepkleuters. Aantal kleuters in groep b: 15, waarvan 5 doelgroepkleuters. Aantal kleuters in groep c: 10, waarvan 6 doelgroepkleuters. Context Peuterspeelzaal en basisschool zijn gehuisvest in hetzelfde gebouw in een herstructureringswijk in Zutphen. peuterspeelzaal maakt deel uit van Stichting Perspectief. Basisschool is een van de scholen die deel uitmaken van schoolbestuur Archipel. peuterspeelzaalorganisatie verkeerde het afgelopen jaar in onzekerheid over het voortbestaan van de subsidiestroom voor het peuterspeelzaalwerk vanuit de gemeente Zutphen. Een aantal interne (kwaliteitszorg)processen binnen de stichting heeft hierdoor stil gelegen. Recent is duidelijk geworden dat peuterspeelzaal vooralsnog open blijft als VVE-locatie. Basisschool telt in totaal zo n twintig nationaliteiten. school speelt hier in het aanbod onder andere op in door de schakelklas voor leerlingen in groep 2 met een taalachterstand. Daarnaast heeft een opvangvoorziening voor nieuwkomers. VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 3 van 9

4 2. HET TOTAALBEELD inspectie waardeert de kwaliteit van voor- en vroegschoolse educatie op peuterspeelzaal en basisschool op meerdere domeinen van voldoende niveau. Het betreft hier met name de Condities waaronder VVE wordt uitgevoerd, het Ouderbeleid, het pedagogisch klimaat en educatief handelen van de leidsters en leerkrachten en de basis in de Doorgaande lijn van de voor- naar de vroegschool. ontwikkelpunten liggen vooral op de domeinen Ontwikkeling, begeleiding en zorg op beide locaties en in de Kwaliteitszorg op de voorschool. Hieronder volgt een toelichting. condities waaronder VVE wordt uitgevoerd zijn grotendeels op orde. groepsgrootte, de dubbele bezetting en de VVE-tijd per week zijn van voldoende niveau. Aandachtspunten zijn het ontbreken van een recent GGD-rapport en opleidingsplan op de voorschool. certificering van de leidsters voor het VVE-programma is als een voorbeeld voor anderen aangemerkt. Tijdens het bezoek aan de voor- en vroegschool gaven enkele ouders van VVE-kinderen aan tevreden te zijn over de toegankelijkheid en betrokkenheid van de leidsters en leerkrachten. inspectie onderschrijft dit. ouders worden door de voor- en vroegschool op verschillende manieren betrokken bij de ontwikkeling van hun kinderen en bij het aangeboden VVE-programma. Alleen het opstellen van een gericht ouderbeleid met doelen is een ontwikkelpunt voor zowel de voor- als vroegschool. Zowel op peuterspeelzaal als op basisschool wordt gewerkt met een integraal VVE-programma. Een aandachtspunt is dat er op beide locaties een ander programma in gebruik is. Het werken met een doelgerichte planning en een gedifferentieerd aanbod dat ook is gericht op de taalontwikkeling, ontbreekt op de voorschool. Dit is een ontwikkelpunt. In positieve zin valt op dat het pedagogisch klimaat op de voor- en de vroegschool warm en respectvol is. In het pedagogisch handelen van de leidsters en de leerkrachten is zichtbaar dat op een positieve manier met de kinderen wordt omgegaan. inrichting van de peuterspeelzaal is aantrekkelijk en uitdagend, maar te weinig taaluitlokkend. Dit is een ontwikkelpunt. Het educatief handelen is op bijna alle indicatoren van voldoende kwaliteit. Daarbij gaat het onder andere om het bevorderen van de interactie tussen kinderen en daarnaast stimuleren de leidsters en leerkrachten de actieve betrokkenheid van de kinderen door het spelen en werken te verrijken. Het belangrijkste aandachtspunt is het afstemmen van de activiteiten op de verschillen in de ontwikkeling van het individuele kind. Het ontbreken van differentiatie hangt ook samen met de ontwikkelpunten op het domein Ontwikkeling, begeleiding en zorg. Van planmatige begeleiding van de hele groep, de kleine (tutor)groep en het individuele kind en van evaluatie van de aanboden begeleiding en zorg is te weinig zichtbaar tijdens de observatie en in de planningen. Dit zijn verbeterpunten. externe zorg daarentegen is op alle onderzochte indicatoren van voldoende niveau. kwaliteitszorg gericht op VVE is op alle indicatoren een verbeterpunt voor de peuterspeelzaal. Ook de vroegschool kan dit versterken door de kwaliteit van VVE regelmatig te evalueren en VVE in de reguliere kwaliteitszorgcyclus op te nemen. doorgaande lijn van de voor- naar de vroegschool is in de basis op orde. Er is sprake van een warme overdracht van informatie over kinderen. Een verdere afstemming van ondermeer het aanbod en het ouderbeleid is een ontwikkelpunt. VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 4 van 9

5 3. DE OORDELEN MET EEN TOELICHTING ALS DAT NODIG IS 3 Naam gemeente Zutphen A0.0 Samenwerking met voor/vroegschool Ja Ja A CONDITIES A0.1 Er is een recent GGD-rapport beschikbaar 2 - A0.2 In het rapport zijn de basisvoorwaarden voor voorschoolse educatie 2 - getoetst A1 Een integraal VVE-programma A1.1 Naam/namen van programma(s) Startblokken Piramide A2 groepsgrootte voldoet aan de maximumeisen (voorschool) 3 - A3 Leidster - kind ratio ("dubbele bezetting") A4 Voldoende VVE-tijd A4.1 peuters bezoeken de voorschool gedurende voldoende tijd (per week) 3 - A4.2 Wat is doorgaans de beginleeftijd voor 2 jaar en 3 maanden VVE? A5 Kwaliteit leidsters/leerkrachten A5.2 Alle leidsters/leerkrachten zijn toereikend gekwalificeerd (opleiding) 3 - A5.3 Alle leidsters spreken voldoende Nederlands 3 - A5.4 Alle leidsters zijn toereikend geschoold (voor het VVE-programma) 4 3 A5.5 Er is een jaarlijks VVE-opleidingsplan 2 - condities waaronder VVE wordt uitgevoerd, zijn grotendeels op orde. Het ontbreekt op aan een recent GGD-rapport (A0.1 en A0.2). Dit ligt buiten de invloedsfeer van de peuterspeelzaal en is tevens een verbeterpunt op gemeentelijk niveau. Aangezien een recent GGD-rapport ontbreekt, heeft de inspectie de voorwaarden voor VVE onderzocht. Er is vastgesteld dat die op orde zijn: de groep bestaat uit niet meer dan 16 kinderen, er is een dubbele bezetting en de kinderen bezoeken de peuterspeelzaal vier dagdelen per week. leidsters op peuterspeelzaal werken met het VVE-programma Startblokken. leidsters zijn toereikend geschoold en zij zijn allen gecertificeerd voor het werken met het programma. Dit is een voorbeeld voor anderen (A5.4). Op basisschool heeft de onderbouw drie groepen: groep 1, groep 1/2 en groep 2 (taalschakelklas). groepen zijn bewust klein in omvang (maximaal 15 leerlingen per groep). In groep 2 zitten de kinderen die meer woordenschataanbod nodig hebben. In die groep is ook op drie dagdelen een dubbele bezetting gerealiseerd. inspectie waardeert dit als voldoende. Een jaarlijks VVE-opleidingsplan ontbreekt op de peuterspeelzaal/op stichtingsniveau. Dit is een ontwikkelpunt (A5.5). B OUDERS B1 Gericht ouderbeleid 2 2 B2 Ouders zijn vooraf adequaat geïnformeerd B3 Intake B4 Stimuleren om thuis ontwikkelingsstimulerende activiteiten te doen B5 Participatie in VVE-activiteiten in de voor/vroegschool B6 Informeren over de ontwikkeling van hun kind B7 Rekening houden met de thuistaal VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 5 van 9

6 Het ouderbeleid op de voor- en de vroegschool is bijna geheel van voldoende niveau. ouders waarmee de inspectie heeft gesproken tijdens het bezoek geven aan tevreden te zijn over de toegankelijkheid van zowel de leidsters als de leerkrachten. Zij ervaren de inloop s ochtends als een goed moment om vragen te stellen of bijzonderheden over hun kind te delen. Ouders worden vooraf geïnformeerd over VVE. Er is een informatieboekje voor ouders met een peuterspeelzaal waarin VVE is opgenomen en de basisschool heeft informatie over VVE en de taalschakelklas opgenomen in de schoolgids en het schoolplan. Daarnaast gebruikt de peuterspeelzaal een intakeformulier waarop ook gedrags- en ontwikkelingskenmerken staan vermeld. Op leggen de leerkrachten zes weken nadat een kind in groep 1 is begonnen, en daarna jaarlijks, een huisbezoek af. school heeft hiermee een goede manier gevonden om zicht te krijgen op de kenmerken van de kinderen en hun thuissituatie. Ook de ouders waarmee de inspectie heeft gesproken, waarderen dit huisbezoek zeer. Zowel de voor- als de vroegschool stimuleren de ouders op verschillende manieren thuis met hun kinderen te lezen en te spelen. Zo krijgen de kinderen vanaf de basisschool een gratis pasje om boeken te lenen bij de bibliotheek, krijgen de peuters regelmatig boekjes mee naar huis en zijn er op de peuterspeelzaal meedraaiochtenden voor ouders. peuterspeelzaal zet tevens een medewerkster van VVE-thuis in, die groepjes ouders begeleidt bij het thema door middel van gesprekken en het meegeven van materialen en woordenlijsten. Ouders worden periodiek geïnformeerd over de ontwikkeling van hun kind en waar nodig wordt rekening gehouden met de taal die thuis gesproken wordt. Een ontwikkelpunt voor beide locaties is het opstellen van een ouderbeleid. Binnen VVE is een analyse van de ouderpopulatie kenmerkend en noodzakelijk, waarbij de locaties vervolgens doelen vastleggen die zij nastreven ten aanzien van VVE en de ouders (B1). C KWALITEIT VAN DE UITVOERING VAN VVE C1 Kwaliteit van de educatie: het aangeboden programma C1.1 Een integraal VVE-programma C1.2 Werken met een doelgerichte planning 2 3 C1.3 Het aanbod gericht op de taalontwikkeling is voldoende dekkend 2 3 C1.4 Het aanbod klimt op in moeilijkheidsgraad en er wordt gedifferentieerd C2 Kwaliteit van de educatie: het pedagogisch klimaat C2.1 Het pedagogisch handelen van de leidsters/leerkrachten is respectvol C2.2 leidsters/leerkrachten hanteren duidelijke pedagogische gedragsgrenzen C2.3 leidsters/leerkrachten stimuleren de sociale vaardigheden en de persoonlijke competenties van de kinderen C2.4 leidsters/leerkrachten tonen respect voor de autonomie van het kind C2.5 inrichting van de ruimte is aantrekkelijk, uitdagend en spel- en taal-uitlokkend C3 Kwaliteit van de educatie: het educatief handelen C3.1 Het educatief handelen van beide leidsters/leerkrachten is goed op elkaar afgestemd C3.2 Er worden de hele 'dag' effectieve en gerichte activiteiten voor de taalontwikkeling uitgevoerd C3.3 leidsters/leerkrachten bevorderen de interactie met en tussen kinderen C3.4 leidsters/leerkrachten stimuleren actieve betrokkenheid van de kinderen en verrijken het spelen en werken VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 6 van 9

7 C3.5 leidsters/leerkrachten bevorderen de ontwikkeling van aanpakgedrag (strategieën) bij de kinderen C3.6 Het gedrag van de leidsters/leerkrachten met de kinderen is responsief C3.7 leidsters/leerkrachten stemmen de activiteiten af op verschillen in de ontwikkeling van de individuele kinderen 2 2 kwaliteit van de uitvoering is grotendeels op orde. Voor de peuterspeelzaal liggen er vooral ontwikkelpunten ten aanzien van het aanbod en de differentiatie. Dit laatste punt vraagt ook versterking op de basisschool. Het aangeboden programma voorschool werkt met het VVE-programma Startblokken. Het ontbreekt echter aan doelgerichte weekplanningen waarbij ook het aanbod gericht op de taalontwikkeling is beschreven, waarin duidelijk zichtbaar is dat het aanbod opklimt in moeilijkheidsgraad en waarin gedifferentieerd wordt in ontwikkelingsniveau (C1.2, C1.3 en C1.4). ontwikkelingsdoelen voor de kinderen moeten hierin veel meer leidend zijn en de verschillende aspecten van de taalontwikkeling (zoals vertellen, luisteren, gesprekjes voeren) moeten explicieter in doelen en de bijbehorende activiteiten zijn gepland. Dit is wel zichtbaar bij de vroegschool. Daar werken de leerkrachten met het programma Piramide, aangevuld met onderdelen van de Taallijn. differentiatie in ontwikkelingsniveau is niet alleen zichtbaar in het aanbod en de planning, maar ook doordat de doelgroepkinderen in groep 2 in de taalschakelklas extra tutoring krijgen. voor- en vroegschool proberen jaarlijks tenminste twee tot vier thema s op hetzelfde moment uit te voeren. Het pedagogisch klimaat Op beide locaties is door de inspectie waargenomen dat het pedagogisch klimaat op orde is. kinderen kunnen spelen en leren in een prettige omgeving, waarbij de leidsters en leerkrachten oog hebben voor het stimuleren van de sociale vaardigheden van de kinderen. leidsters en de leerkrachten begeleiden de kinderen in het ontwikkelen van hun zelfstandigheid, onder andere door middel van het gebruik van dagritmekaarten. inrichting van de lokalen van de groepen 1 en 2 is van voldoende niveau. Een meerwaarde is dat de peuters en kleuters de gang kunnen gebruiken waar zij kunnen spelen met echte en uitdagende materialen. Multiculturele materialen kunnen hier aan toegevoegd worden. Ondanks de beperkte ruimte is ook de peuterspeelzaal met verschillende hoeken ingericht. ruimte is te weinig taal uitlokkend. Door het ontbreken van labels op de objecten in de ruimte en doordat er geen toegankelijke, rustige plek is voor de peuters waar zij (meerdere) boekjes kunnen pakken en bekijken, beoordeelt de inspectie de inrichting op de voorschool als verbeterpunt (C2.5). Het educatief handelen Het educatief handelen van de leidsters en de leerkrachten is goed op elkaar afgestemd. Tijdens de observatie heeft de inspectie waargenomen dat de afspraken hierover helder zijn voor alle betrokkenen. Ondanks het ontbreken van vastgelegde afspraken hieromtrent, waardeert de inspectie dit daarom als voldoende (C3.1). Voor de peuterspeelzaal is het plannen en uitvoeren van gerichte en effectieve activiteiten voor de taalontwikkeling is verbeterpunt (C3.2). Wel worden er open en denkstimulerende vragen gesteld aan de peuters en kleuters en verrijken de leidsters en leerkrachten het spelen en werken. Het educatief handelen vraagt versterking waar het de differentiatie betreft. inspectie heeft te weinig variatie gezien in het aanbod van activiteiten. Op de peuterspeelzaal krijgen alle kinderen dezelfde activiteiten en bij de basisschool ontbreekt het vooral aan afstemming binnen de grote kring. Dit is een aandachtspunt (C3.7). VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 7 van 9

8 D ONTWIKKELING, BEGELEIDING EN ZORG D1 Ontwikkeling, begeleiding en zorg binnen de groep D1.1 Volgen van de brede ontwikkeling van alle kinderen 2 3 D1.2 begeleiding is planmatig voor: de hele groep, de kleine 2 2 (tutor)groep en het individuele kind D1.3 evaluatie van de aangeboden begeleiding en zorg 2 2 D1.4 Specifieke aandacht bij de begeleiding en zorg voor de 2 2 taalontwikkeling D2 Ontwikkeling, begeleiding en zorg in de bredere zorgketen D2.1 Leidsters/leerkrachten hebben een overzicht van de kinderen die zorg nodig hebben die de voor- resp. vroegschool niet kan leveren, en van de aard van die zorg D2.2 Leidsters/leerkrachten melden kinderen aan voor externe zorg wanneer de voor- resp. vroegschool de gewenste zorg niet kan leveren D2.3 leidsters/leerkrachten blijven de ontwikkeling van kinderen met extra zorg bijhouden peuters op worden gevolgd in hun ontwikkeling op drie van de vier ontwikkelingsgebieden. Voor taal, motoriek en sociaal-emotioneel houden de leidsters de ontwikkeling bij. Aangezien dit niet het geval is voor de rekenkundige ontwikkeling is dit een verbeterpunt (D1.1). Op de basisschool wordt gebruik gemaakt van het kleuterobservatieinstrument dat aansluit op het gebruikte VVE-programma. Daarnaast neemt de vroegschool de Cito-toetsen voor kleuters en de TAK-toets af. op de observatie volgende begeleiding en zorg is een ontwikkelpunt voor zowel als (D1.2, D1.3 en D1.4). analyse op individueel- en groepsniveau ontbreekt en er is geen sprake van planmatigheid van de zorg en evaluatie van geboden begeleiding en zorg. Als er peuters of kleuters zijn die zorg nodig hebben die de peuterspeelzaal en school zelf niet kunnen bieden, schakelen de leidsters en leerkrachten de externe zorgdeskundigen in. Waar nodig helpen zij de ouders bij de aanmelding. E KWALITEITSZORG BINNEN DE VOOR- C.Q. VROEGSCHOOL E1 Er is VVE-coördinatie in de voor- c.q. vroegschool E2 voor- c.q. vroegschool evalueert de kwaliteit van VVE regelmatig 2 2 E3 voor- c.q. vroegschool evalueert de opbrengsten van alle kinderen 2 3 E4 voor- c.q. vroegschool formuleert op basis van evaluaties 2 3 verbetermaatregelen en voert die aantoonbaar en planmatig uit E5 voor- c.q. vroegschool borgt de kwaliteit van haar educatie 2 2 E6 In de kwaliteitszorg van de basisschool wordt ook specifiek naar VVE gekeken - 3 kwaliteitszorg op voorschool is op orde waar het de VVE-coördinatie betreft. Er is een coördinator VVE aangesteld op stichtingsniveau. andere onderdelen van de kwaliteitszorg zijn ontwikkelpunten (E2 t/m E5). Zoals eerder aangegeven, is door de onzekere situatie omtrent het voortbestaan van het peuterspeelzaalwerk in Zutphen, de kwaliteitszorg dit jaar niet opgepakt. kwaliteitszorg op basisschool is op orde waar het de VVE-coördinatie, het evalueren van de opbrengsten van VVE en het formuleren van verbetermaatregelen betreft. Ook maakt VVE deel uit van de kwaliteitszorg op de basisschool. Het evalueren van de kwaliteit van VVE vindt niet structureel plaats en ook van borging is geen sprake. Dit zijn ontwikkelpunten (E2 en E5). VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 8 van 9

9 F DOORGAANDE LIJN F1 Er is VVE-coördinatie tussen de voor- en vroegschool F2 Er is concreet beleid om zoveel mogelijk kinderen te laten 3 doorstromen naar een vroegschool F3 voor- en vroegschool zorgen voor een warme overdracht F4 Het aanbod van de voor- en de vroegschool zijn op elkaar afgestemd 2 2 F5 Het pedagogisch klimaat en het educatief handelen van de voor- en 2 2 vroegschool is op elkaar afgestemd F6 manier om met ouders om te gaan op de voor- en de vroegschool 2 2 is op elkaar afgestemd F7 interne begeleiding en zorg op de voor- en vroegschool zijn op elkaar afgestemd 2 2 Een groot deel van de peuters die basisschool binnenkomen, heeft op peuterspeelzaal gezeten. Het percentage wisselt per schooljaar. Er zijn dagelijks contacten tussen de leidsters en de leerkrachten, ook over individuele kinderen die van de voor- naar de vroegschool gaan of zijn gegaan. Naast deze informele contacten zijn er ook formele contacten bij de overdracht van doelgroepkinderen. In die gevallen is er altijd een warme overdracht van de leidsters naar de leerkrachten. Bij de andere kinderen gaat de overdracht via de ouders. peuterspeelzaal levert bij de school informatie aan met behulp van het op gemeentelijk niveau ontwikkelde overdrachtsverslag. Op dit formulier ontbreekt de rekenontwikkeling. Van inhoudelijke afstemming ten aanzien van het aanbod, het ouderbeleid, de zorg en begeleiding, het pedagogisch klimaat en educatief handelen is geen sprake (F4 t/m F7). G OPBRENGSTEN VAN VVE G1 resultaten worden gemeten conform de gemeentelijk afspraken - - G2 resultaten zijn van voldoende niveau - - G3 Verlengde kleuterperiode - 3 Op gemeentelijk niveau zijn in Zutphen geen afspraken gemaakt over de resultaten. inspectie beoordeelt deze indicatoren daarom niet (G1 en G2). school heeft met enige regelmaat kleuters die een verlengde kleuterperiode krijgen (meer dan 12%). school heeft een verantwoord beleid hieromtrent. 4. VERVOLGAFSPRAKEN Het bezoek heeft geen aanleiding gegeven voor het maken van vervolgafspraken. VVE-rapport Onderzoeksdatum: Pagina 9 van 9