Bijlage(n) bijlagen notitie
|
|
- Dirk van der Horst
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1
2 logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk VO/OK/2004/59215 Onderwerp uitwerkingsnotitie eamens voortgezet onderwijs Bijlage(n) bijlagen notitie Inleiding Hierbij treft u aan de uitwerkingsnotitie eamens voortgezet onderwijs zoals toegezegd in Koers VO en in het Algemeen Overleg met uw Kamer op 4 oktober Het door mij voorgestelde pakket aan maatregelen biedt zowel vmbo, havo als vwo bij het schooleamen én bij het centraal eamen meer ruimte voor maatwerk: fleibilisering in afnamemoment en vernieuwing in vorm en inhoud. Duidelijk is wel dat de behoefte aan en de gevoelde noodzaak voor verandering in de verschillende onderwijssoorten verschillend wordt ervaren. Uitgangspunt bij het voorliggende pakket aan verbeteringsvoorstellen is dat ik havo/vwo gelijk op laat trekken met het vmbo als dat kan, en dat ik andere maatregelen voorstel indien de eigenheid van de onderwijssoort en vooral de eigenheid van de leerling daartoe noodzaakt. Maatwerk is nodig om het onderwijs voor leerlingen aantrekkelijk en uitdagend te houden en om innovatie en een doelmatig ict-gebruik, ook in de eamensystematiek, een kans te geven. De keuzes die in deze uitwerkingsnotitie worden gemaakt kennen een lange ontstaansgeschiedenis: deskundigen en belanghebbenden hebben zich kunnen uitspreken op verschillende bijeenkomsten die zijn gehouden gedurende de afgelopen jaren: een RoundTable van Inspectie en VVO, een conferentie van de CITO-groep, een themabijeenkomst vmbo in december In maart van dit jaar hebben deskundigen op mijn verzoek zich gebogen over de opbrengst van de Koersgesprekken; ook heeft de CITOgroep onlangs een enquête over fleibilisering van de eamens gehouden onder alle scholen voor voortgezet onderwijs. Ten slotte was er een sonderingsbijeenkomst 6 oktober jl. waar ik mijn ideeën heb besproken met vertegenwoordigers van het veld, Inspectie, staatseamencommissie, CITO-groep en CEVO. Daarnaast heeft de Onderwijsraad in zijn advies Eaminering in ontwikkeling (2002) en Koers voortgezet onderwijs: nieuw vertrouwen (2004) een perspectief geschetst voor de eamens. Er is dus al veel gezegd over de eamens: van schaf maar af tot uitstekend zo en daartussen een breed scala van gedachten over hoe het anders zou kunnen. Veel actiepunten zoals geformuleerd in Koers VO zijn nu zover uitgewerkt dat overgegaan kan worden tot Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T F W Contactpersoon: J.E. Bron, T , E
3 blad 2/27 invoering. In de eerste bijlage bij deze notitie treft u dan ook een uitgebreid invoeringschema aan, in de daaropvolgende bijlagen wordt ieder actiepunt nader uitgewerkt. Kader Met mij constateert de Onderwijsraad (2004) dat het centraal eamen een garantie is voor kwaliteit en een gegarandeerde toegang biedt tot het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt (doorstroomrecht). Juist nu ik invulling geef aan begrippen als autonomievergroting en meer zeggenschap voor de scholen over het door hen zelf in te vullen onderwijsprogramma is het centraal eamen als systeem van kwaliteitsborging in beeld. Juist deze kwaliteitsborging bij afsluiting van het leerproces maakt het mogelijk scholen meer ruimte te geven voor een eigen invulling van het onderwijskundig proces. Te denken valt aan de vernieuwde onderbouw, de voornemens voor de tweede fase en meer verantwoordelijkheid voor de schooleamens. Tegelijkertijd krijgen instellingen voor hoger onderwijs de mogelijkheid bij hun toelating eigen accenten te leggen. Ik zie dit op geen enkele manier als een vervanging van het centraal eamen voortgezet onderwijs; ook staan de rechten verbonden aan het diploma voortgezet onderwijs niet ter discussie. Ruimte en maatwerk Globalisering eindtermen - vmbo/havo/vwo Zowel bij vmbo als havo/vwo bestaat er om historische en vakspecifieke redenen verschil tussen de vakken wat betreft de stofomschrijving (overlap schooleamen en centraal eamen) en de omvang daarvan. Ik laat de eindtermen globaliseren en tevens wordt de verhouding tussen wat in het schooleamen en wat in het centraal eamen moet worden getoetst aangescherpt. Tevens worden de eamenprogramma s beroepsgericht afgestemd op de ontwikkeling van de competentiegerichte kwalificatiestructuur in het mbo en op de ontwikkelingen in het eigen veld met betrekking tot de intersectorale en intrasectorale programma s. Deze maatregelen geven scholen ruimte en mogelijkheden om een meer schooleigen programma van toetsing en afsluiting te verzorgen. Met de Onderwijsraad (2004) ben ik van mening dat buitenschoolsleren bevorderd moet worden omdat dit bijdraagt aan een volledige ontwikkeling van de leerling. In ben dan ook blij dat in het kader van de innovatieaanvragen 2004 op dit gebied nieuwe initiatieven worden ontwikkeld. De leeropbrengsten van het buitenschoolsleren of elders verworven competenties kunnen worden vastgelegd in een portfolio of eamendossier en een plaats krijgen binnen de schooleamens, hiermee wordt recht gedaan aan de waardering van deze competenties. Eamen in voorlaatste jaar vmbo/havo/vwo Meer ruimte voor maatwerk komt er ook bij het moment van afsluiting. Het wordt mogelijk in het voorlaatste jaar één of meerdere centrale eamens af te leggen. De Onderwijsraad (2004) ondersteunt dit voorstel maar vraagt tegelijkertijd garanties dat scholen de organisatie en planning goed op orde hebben. Ik stel de scholen in staat deze maatregel in te voeren, geen enkele school wordt verplicht deze maatregel te realiseren. Een school moet zelf bepalen of de maatregel past in haar eigen manier van toetsing en afsluiting en beoordelen of zij in staat is dit te organiseren. Vak op hoger niveau vmbo/havo/vwo Er is mij vaak gevraagd om differentiatie tussen de leerwegen en onderwijssoorten mogelijk te maken. Differentiatie naar een hogere leerweg of onderwijssoort wordt mogelijk voor
4 blad 3/27 zowel vmbo als havo. Ik heb al eerder aangegeven, onlangs nog in het Algemeen Overleg met uw Kamer op 4 oktober jl., dat het onderscheid tussen de leerwegen intact moet blijven en er dus geen mogelijkheid komt om een vak op een lager niveau af te sluiten. Meerdere eamenmomenten in het eamenjaar havo/vwo Meerdere eamenmomenten per jaar is een vorm van maatwerk met veel mogelijkheden voor leerling en school. De leerling kan dan al halverwege het eamenjaar één of meerdere vakken met een centraal eamen afsluiten. Een gezakte kandidaat hoeft niet een heel schooljaar en al zijn vakken over te doen. De school kan de lessen in een vak ook geconcentreerd in één periode aan de leerling aanbieden en op deze manier fleibel omgaan met de inzet van personeel en gebouwen. In de bijlagen is een voorstel voor een pilot opgenomen. Over de invulling van de randvoorwaarden spreek ik in het voorjaar 2005 met docenten en schoolleiders, waarna een pilot start in het schooljaar 2005/2006. Ik kies voor deze aanpak omdat maatwerk naar de leerling toe niet gepaard moet gaan met onevenredige toename van de organisatielast van docenten, schoolleiding en centrale overheid en wellicht ook voor diezelfde leerling (zie ook het advies van de Onderwijsraad, 2004). De pilot blijft beperkt tot scholen voor havo en vwo omdat de ontwikkelingen in de beroepsgerichte leerwegen al een vorm van fleibilisering in de afname mogelijk maken voor het vmbo (zie hieronder). Centraal schriftelijk en praktisch eamen en computerafnamen avo-vakken vmbo Vanaf 2005 worden bij de eamens vmbo-bb beroepsgerichte programma s theorie en praktijk geïntegreerd afgenomen (cspe). Bij de algemeen vormende vakken, zowel bij de afname als bij de correctie, wordt vanaf 2007 de computer gebruikt. Een centraal eamen dat overigens niet meer op een vaste datum en uur voor alle leerlingen wordt afgenomen. Scholen krijgen meerdere versies van het centraal eamen aangeleverd en kunnen binnen een bepaalde periode zelf bepalen wanneer ze het eamen afnemen (zie voor nadere uitleg de bijlagen). Indien de ervaringen positief zijn zal deze manier van eamineren worden uitgerold naar de andere leerwegen. De eerste stap om het cspe uit te breiden is al gezet: in een pilot nemen ongeveer 40 scholen in 2005 een kaderberoepsgericht cspe af. Integratie innovaties - vmbo Ook onderwijsinnovaties vragen om meer maatwerk bij het eamineren. In de onderbouw van het voortgezet onderwijs krijgen scholen de komende jaren de mogelijkheid om te gaan werken met leergebieden, waarbij de scheiding tussen de vakken wordt doorbroken. Nu is dit al actueel in de basisberoepsgerichte leerweg in het vmbo waar de kennis van de algemene vakken steeds meer wordt geïntegreerd in de beroepsgerichte vakken. Op dit moment zijn er projecten gaande die onderzoek doen naar en waar ervaring wordt opgedaan met fleibilisering en maatwerk: intrasectorale programma s en afdelingsprogramma s, leerwerktrajecten, regionale arrangementen, nautisch, meubelmaken, de mogelijkheid om niveau-1-opleidingen aan te bieden, het intersectorale programma Sport, Dienstverlening en Veiligheid (SDV) en de AXIS-projecten. Ik wil de programma s die zich hebben bewezen opnemen in de reguliere structuur (zie uitwerking maatregel 7). Minder vakken centraal eamen vmbo De hierboven uitééngezette verbeteringsvoorstellen (cspe, de algemene vakken in vmbo-bb, eamen doen in het voorlaatste jaar en globalisering van de eamenprogramma s) maken een meer evenwichtige en op de behoefte van de moderne leerling toegesneden vorm van toetsing en afsluiting van het leerproces mogelijk. Ik wil nu niet nog meer veranderingen doorvoeren door over te gaan tot vermindering van centraal te eamineren vakken. Ik wil de besluitvorming hierover koppelen aan de herprogrammering van vmbo of de vernieuwing van
5 blad 4/27 de kwalificatiestructuur van mbo. In dat licht wil ik bezien of een vermindering van het aantal centraal te eamineren vakken in vmbo een meerwaarde biedt (zie de uitwerking maatregel 15). Uitwerking voor de leerling Bovenstaande maatregelen betekenen dat binnen enkele jaren het mogelijk is voor een leerling in het voorgezet onderwijs om één of meerdere vakken van het centraal eamen al af te sluiten in het vooreamenjaar. Dit biedt hem de ruimte om meer tijd te besteden aan vakken waar hij moeite mee heeft of hij kan juist proberen voor een vak centraal eamen af te leggen in een hogere leerweg. Ook kan hij de vrijgekomen tijd besteden aan het volgen van modules of het oriënteren op het vervolgonderwijs zodat de overgang op een meer geleidelijke manier plaats heeft. Al deze etra verrichtingen, ook de buiten de school verworven competenties, worden opgetekend in zijn eamendossier of een zogenaamd portfolio, daarmee wordt vorm gegeven aan wat door sommigen ook wel een warme overdracht wordt genoemd (ik sluit daarmee aan bij het advies van de Onderwijsraad, Koers Voortgezet Onderwijs: nieuw vertrouwen, september 2004). Nog meer maatwerk wordt de leerling geboden doordat de aangepaste stofomschrijving van de eamenprogramma s er voor heeft gezorgd dat een groter gedeelte van de verplichte stof wordt afgenomen op het niveau van het schooleamen (bij havo/vwo). Daardoor heeft de leerling in de laatste twee jaar, meer dan voorheen, te maken met een schooleigen leerproces en een programma van toetsing en afsluiting dat door de eigen docent is ingevuld. Voor de leerling in de beroepsgerichte leerwegen vmbo zijn er op korte termijn alleen nog maar centrale eamens waarbij voor de beroepsgerichte programma s theorie en praktijk geïntegreerd worden afgenomen (cspe) en bij de algemeen vormende vakken, zowel bij de afname als bij de correctie, gebruik wordt gemaakt van de computer. Natuurlijk kan de leerling dan ook al gebruik maken van één van de nieuwe programma s die zich als eperiment hebben bewezen en die zijn opgenomen in de reguliere eamensystematiek (bijv. onderdelen van AXIS, SDV etc.). De nieuwe eamens worden in verschillende versies aan de school aangeleverd en de leerling kan dan binnen een vastgestelde periode van ongeveer zes weken eamen doen. Dit geeft leerling en leraar meer ruimte in het eamenjaar en biedt de school de nodige organisatievrijheid. Bovendien zal de beroepskolom meer vorm hebben gekregen omdat de eamenprogramma s in het vmbo in lijn zijn gebracht met de gemoderniseerde kwalificatiestructuur in het mbo. De havo of vwo leerling zal op een school die meedoet aan de pilot meerdere eamenmomenten al in schooljaar 2005/2006 niet meer hoeven te wachten op dat ene eamenmoment in mei. Hij kan op meerdere momenten per jaar eamen doen in één of meerdere vakken. Hierdoor kan de leerling tijd vrijmaken voor een etra vak of voor een vak waar hij minder goed in is. Ook kan de school er voor kiezen om het onderwijs te periodiseren. Regelgeving en beheerslast Vergroting van autonomie moet hand in hand gaan met minder centrale regelgeving. Voor een systeem met centrale eamens is echter centrale regelgeving nodig. Met het anders inrichten van de centrale eamens wil ik niet alleen de leerling en de leraar tegemoet komen, ook wil ik de beheerslast voor de scholen verminderen, zoals ook wordt voorgesteld door de Onderwijsraad. Al heel snel betekent meer maatwerk ook meer organisatiedruk voor de scholen en dat moet worden voorkomen, overigens moet ook worden voorkomen dat de
6 blad 5/27 werkdruk van de leerling onevenredig toeneemt. Dat is ook de reden waarom ik de maatregel meerdere eamenmomenten in het eamenjaar eerst wil uitproberen in een pilot. Herhaaldelijk wordt aangegeven dat de regelgeving betreffende de centrale eamens de scholen relatief zwaar belast. Ik neem dit zeer serieus en ik heb deze geluiden van de scholen ook laten bespreken op een rondetafelbijeenkomst van eamendeskundigen. Een aantal gesignaleerde problemen ligt inderdaad besloten in de huidige systematiek, bijv. de hoge regeldichtheid van de eamenprogramma s of bijvoorbeeld de tweede correctie. Op deze punten neem ik ook maatregelen; de eamenprogramma s worden globaler, de tweede correctie wordt administratief eenvoudiger en zal in de leerwegen vmbo-bb en KB de komende jaren geheel verdwijnen, mede dankzij het gebruik van ict (zie bijlagen). Echter er worden ook problemen aangegeven die niet direct in verband staan met de centrale regelgeving: bijv. de klachten over het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). Verantwoording scholen Al deze voorstellen geven meer ruimte aan de school en meer invloed op de inhoud van de toetsing en afsluiting. Een grotere autonomie gaat echter hand in hand met verantwoording kunnen afleggen voor de keuzes die worden gemaakt en de kwaliteit die wordt neergezet. De Inspectie van het Onderwijs geeft in het Onderwijsverslag bij herhaling aan dat de kwaliteitszorg op de scholen voor Voortgezet Onderwijs nog onvoldoende vorm krijgt. Naast het algemene kwaliteitsinstrument KwiVO2 is dit jaar de Scan kwaliteitszorg schooleamens beschikbaar gesteld aan de scholen. Voor 2005 is gepland dat er een inhoudelijke Kwaliteitsmonitor schooleamens en een Protocol Eaminering voor de scholen beschikbaar komt, ook zal Q5 nog actief blijven. Investeren in activiteiten op het terrein van kwaliteitszorg blijft noodzakelijk, tegelijkertijd wil ik er voor waken dat aanvullende kwaliteitseisen niet leiden tot nieuwe gedetailleerde regelgeving. Eamenorganisatie Ik wil een heldere verantwoordelijkheidsverdeling tussen mij en de eamenorganisatie. Ook is de efficiency en effectiviteit gebaat bij een organisatie met een grotere draag- en slagkracht dan de huidige CEVO. Een organisatie waar de betrokkenheid van het veld gegarandeerd zal zijn en waarbij het departement invulling kan geven aan zijn rol als regisseur. Nadat ik begin 2005 van Twijnstra Gudde een concreet advies over een organisatiemodel voor de inrichting van een eamenorganisatie heb ontvangen, zal ik uw Kamer een voorstel doen toekomen betreffende de vormgeving van de eamenorganisatie. In de bijlagen treft u naast een invoeringsschema ook een nadere uitwerking aan van de in Koers VO genoemde actiepunten met betrekking tot de eamens. Hierbij zijn de algemene maatregelen en de maatregelen voor havo/vwo en de maatregelen voor vmbo geclusterd. De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, (Maria J.A. van der Hoeven)
7 blad 6/27 Bijlagen Uitwerkingsnotitie Eamens Voortgezet Onderwijs: I. Planning Uitwerkingsnotitie Eamens Voortgezet Onderwijs 1 Globalisering eindtermen havo/vwo - uitwerken beperken stofomschrijving - beter evenwicht stofomschrijving c.e. en s.e. treedt in werking Globalisering eindtermen vmbo - uitwerken beperken stofomschrijving - beter evenwicht stofomschrijving c.e. en s.e. treedt in werking Actor 2004 OCW/CEVO/ SLO/CITO Stichting plat- Forms vmbo Meerdere eamenmomenten per jaar - raadpleging docenten/schoolleiders - pilot Invoering is afhankelijk van de resultaten van de pilot OCW 3 Eamen in voorlaatste jaar - aanpassen Eindeamenbesluit treedt inwerking OCW X 4 Afsluiten leerweg met een vak op hoger niveau - aanpassen Eindeamenbesluit treedt in werking havo/vwo treedt in werking vmbo OCW
8 blad 7/27 5 CSPE als eamenvorm in BB, KB en GL BB pilot BB invoering KB pilot KB invoering GL pilot GL invoering 6 Algemene vakken en ict in de basisberoepsgerichte leerwegen BB pilot BB invoering KB pilot KB invoering GL invoering afhankelijk van ervaring andere pilots Actor 2004 CEVO/CITO CEVO/CITO Inpassen etra-reguliere programma s vmbo - aanpassen Inrichtingsbesluit en Eindeamenbesluit - inwerking treding Kader voor eperimenten - lopende en nieuwe eperimenten moeten binnen een nieuw kader worden ingepast treedt in werking OCW 8 Beperking aantal vakken c.e. vmbo - afhankelijk van de herprogrammering vmbo en kwalificatiestrucuur mbo p.m. p.m. p.m. 9 Kwaliteitsborging s.e. - eamenprotocol - kwaliteitszorginstrument s.e. (procedureel) - kwaliteitszorginstrument s.e. (inhoudelijk) kwaliteitszorginstrument algemeen SM_VO SM_VO CITO Q5
9 blad 8/27 10 Ict en eamens - het project Compe beperken tot alleen eperimenten en de bewezen eperimentele eamens opnemen in de reguliere productie - treedt gefaseerd per vak inwerking Actor 2004 OCW/CEVO/ CITO Stroomlijnen voorlichting OCW/ CEVO 12 Haalbaarheidsonderzoek Eamenbureau - aanbestedingsopdracht en advies - uitwerking advies en sondering - aanpassing wet- en regelgeving treedt in werking OCW/CEVO/IB -Groep/ Twijnstra Gudde 13 Afschaffen/vereenvoudigen tweede correctie - aanpassen Eindeamenbesluit treedt in werking OCW/IBG 15 Eamenprogramma s en eamens beroepsgericht in lijn brengen met mbo CEVO/CITO/ SLO/Platforms Vmbo/BVE- Raad/AOC- Raad/SM_VO/ NVS-NVL Treedt in werking
10 blad 9/27 II. Maatregelen vmbo, havo en vwo 1. Er komt meer ruimte voor scholen om bij gelijkblijvend niveau het onderwijs vorm te geven door een nieuwe balans tussen centraal eamen en schooleamen neer te zetten. De eindtermen zullen minder gedetailleerd en op hoofdlijnen geformuleerd worden. De stof en/of omvang van het centraal eamen per vak wordt beperkt. In de notitie van de toenmalige staatssecretaris Continuïteit en vernieuwing in de tweede fase havo/vwo van 18 januari 2002 (Kamerstukken II 2001/02, VIII, nr.98) werd al voorgesteld, dat de voorschriften voor de schooleamens in de eamenprogramma s zouden worden beperkt tot de hoofdlijnen van de inhoud. Dwingende vormvoorschriften zouden zoveel mogelijk komen te vervallen. Zulke vormvoorschriften reguleren het onderwijsproces op de scholen sterk en leiden tot een grote administratieve en organisatorische belasting. In de notitie Ruimte laten en keuzes bieden in de tweede fase havo en vwo (aan de Tweede Kamer gezonden bij brief van 8 januari 2003, OCW ) heb ik opgenomen, dat de eamenprogramma s meer ruimte moeten geven voor eigen keuzen en minder regels moeten bevatten. Dit met behoud van het principe van de landelijke, door de overheid vastgestelde eamenprogramma s. Een meer globale omschrijving daarvan geeft een meer reële invulling van de verantwoordelijkheid van de overheid en past in mijn streven de scholen meer zeggenschap te geven over hoe zij het onderwijsproces inrichten. Politieke en maatschappelijke discussie moet gaan over de hoofdlijnen van wat wij willen dat op scholen geleerd wordt en niet over vakmatige details en de vormgeving. Die moeten worden bepaald door de leraren op de scholen en voor het centraal eamen ook door de makers daarvan als representanten van het landelijke veld van leraren en wetenschappelijke deskundigen. Op deze wijze wordt een betere verdeling van verantwoordelijkheden bereikt. Die past in het uitgangspunt zoals dat voor het onderwijsbeleid is verwoord in het beleidsprogramma van het kabinet (Kamerstukken II 2003/04, , nrs.1-2): minder regels, meer ruimte en heldere verantwoording. Ook in het advies van de KNAW Ontwikkeling van talent in de tweede fase (juni 2003, aan de Tweede Kamer gezonden bij brief van 15 september 2003, OCW ) wordt gepleit voor meer ruimte in het voorgeschreven programma. Meer ruimte zou kunnen leiden tot verbreding en verdieping. Een belangrijke aanbeveling in het advies was in dit verband, om de stof van schooleamen en centraal eamen met elkaar in evenwicht te brengen. Bij de meeste vakken is er al een evenwicht tussen beide, doordat bijvoorbeeld de helft van de stof aan de orde komt in het schooleamen en de andere helft (een representatief deel) in het centraal eamen. Bij een minderheid van de vakken (vooral de eacte vakken en de economische vakken) komt echter eerst alle stof in onderdelen aan de orde in het schooleamen en vervolgens in zijn geheel nog een keer in het centraal eamen. De inspectie van het onderwijs wijst in het Onderwijsverslag 2003 (paragraaf 5.3.7) op de gevolgen van het aan de orde stellen van een veelheid van onderwerpen in het eindeamen van de eacte vakken. Dat probleem wordt vanzelfsprekend versterkt door wat de KNAW signaleert: die vele onderwerpen komen ook allemaal in het centraal eamen aan de orde. Voor de eacte vakken in het algemeen citeert de inspectie de mening van docenten: De eacte vakken zitten in een keurslijf; dan laten de docenten de leuke dingen vallen, en dat werkt demotiverend. Meer specifiek heeft de inspectie het vak wiskunde onderzocht en
11 blad 10/27 rapporteert de mening van vertegenwoordigers van scholen met veel bètaleerlingen: door versnippering van de tijd over een overdaad aan onderwerpen is er te weinig ruimte voor het ontwikkelen van vaardigheden. In het KNAW-advies worden als gevolgen van een en ander gesignaleerd: geen ruimte voor verbreding, voor verdieping, voor eigen keuzen en vernieuwing. De eacte vakken worden door de leraren en door het vervolgonderwijs vaak gezien als betrekkelijk oppervlakkig en tegelijk door de leerlingen als zowel moeilijk als weinig aansprekend. Dat beperkt het aantal leerlingen dat de desbetreffende profielen kiest. Dat laatste overigens vooral in het havo, in het vwo kiest toch bijna de helft van de leerlingen een profiel met bètavakken, maar die keuze weet vaak door de genoemde omstandigheden de interesse voor een vervolgstudie op dit gebied niet te wekken. De eacte vakken behoren tot de vakken met de meeste onderwijsuren in het onderwijs, maar mede door het grote beslag dat het centraal eamen legt op de onderwijstijd (niet in de vorm van echte uitbreiding van kennis maar meer in de vorm van herhaling en oefening) komen leraren en leerlingen in die vakken toch steeds tijd tekort. De parado dat deze vakken tegelijk als oppervlakkig en als moeilijk worden gezien, wordt verklaard door wat de KNAW signaleert. De door de KNAW genoemde oplossing een beter evenwicht tussen centraal eamen en schooleamen kan een belangrijke bijdrage zijn tot verbetering en heb ik dan ook overgenomen in Koers VO. In mijn opdracht zijn SLO, CITO en CEVO op dit moment bezig om de eamenprogramma s havo/vwo in overeenstemming met bovenstaande uitgangspunten aan te passen, in het kader van de aanpassingen in de profielen die worden voorzien met ingang van 1 augustus De uitgangspunten zijn vastgelegd in een algemeen model voor de eamenprogramma s (zie kader). De kern daarvan is, dat de overheid een eamenprogramma vaststelt dat de hoofdlijnen van het vak vastlegt: globale eindtermen. De globale eindtermen worden voor het centraal eamen uitgewerkt in specificaties door de CEVO. Het is dus niet zo, dat de globale eindtermen zoals door de overheid bepaald, zullen leiden tot onzekerheid in het centraal eamen: de CEVO zal specificaties opstellen met het voor een centraal eamen vereiste niveau van detaillering. Voor het schooleamen kunnen scholen indien gewenst zelf hun specificaties vaststellen op de manier die ze zelf willen. De SLO publiceert daarvoor een model/voorbeeld. De gepubliceerde uitwerkingen kunnen een wegwijzer zijn voor de makers van de leermiddelen. Voor het vmbo gelden in principe dezelfde overwegingen. Dat wil zeggen, dat ook voor het vmbo eamenprogramma s mogelijk globaler zouden kunnen zijn. De huidige verhouding in het vmbo, c.e.-deel : s.e.-deel = 1/3 : 2/3, kan worden gehandhaafd. Dit geldt zowel voor de algemene als voor de beroepsgerichte vakken in het vmbo. De globalisering van de eindtermen beroepsgericht dient bovendien hand in hand te gaan met het in lijn brengen van de eamenprogramma s met de competentiegerichte kwalificatiestructuur in het mbo (maatregel 15). Deze kaders kunnen ook worden gehanteerd bij de nieuwe - etra-reguliere programma s (zoals bijvoorbeeld intersectorale programma s, sommige AXIS-projecten en SDV (Sport, Dienstverlening en Veiligheid)) - die worden ingepast in de reguliere structuur (zie: de uitwerking van maatregel 7) Voorbeeld globalisering eindtermen havo/vwo
12 blad 11/27 1. Vorm 1.1 Eamenprogramma s zijn globaal. Ze omvatten een opsomming van domeinen en subdomeinen, met per (sub)domein een korte karakteristiek in de vorm van een globale eindterm (enkele regels). 1.2 Eamenprogramma s kennen uitwerkingen in de vorm van specificaties bij de eindtermen. Voor het centraal eamen zijn deze specificaties imperatief. Ze omvatten ook de bij sommige vakken voorkomende wisselende onderwerpen. Voor het schooleamen zijn deze specificaties facultatief (richtinggevend): scholen mogen er van afwijken en hun eigen specificaties vaststellen. (Sub)domeinen die uitsluitend in het schooleamen aan de orde komen, kennen dus uitsluitend facultatieve specificaties. 2. Inhoud 2.1 Eamenprogramma s geven de inhoud van het eamen aan, dat wil zeggen de eameneisen geformuleerd in termen van kennis, inzicht en vaardigheden. Ze omvatten geen vormvoorschriften, wegingen binnen het schooleamen etc. 2.2 Eamenprogramma s reserveren waar mogelijk epliciet ruimte (=tijd) voor (imperatieve) keuze-onderwerpen. Daarnaast geven ze, waar het betreft het schooleamen, steeds een minimum aan: meer mag altijd in het schooleamen, ter keuze van de school. Voor dat meerdere wordt geen aparte ruimte gereserveerd, het is een keuze van de school. Er kunnen in een eamenprogramma dus drie soorten onderdelen zijn (de categorieën van het eamenprogramma): 1. altijd: de algemeen-verplichte stof; 2. waar mogelijk: imperatieve keuze-onderwerpen - een of meer door de school/leerling verplicht te kiezen keuze-onderwerpen, te kiezen uit een limitatieve lijst (2a), uit een enuntiatieve lijst, d.w.z. dat ook daarbuiten gekozen mag worden (2b), of door de school geheel op eigen initiatief te kiezen (2c); 3. altijd: ter keuze van de school geheel vrij te kiezen onderwerpen - de school mag zelf kiezen of die onderwerpen er zijn of niet; ze kunnen worden gekozen uit een enuntiatieve lijst (3a), of door de school geheel op eigen initiatief worden gekozen (3b). 3. Verantwoordelijkheden 3.1 De formele wetgever (regering plus parlement) bepaalt de kaders van de eamenprogramma s (profiel-/vakkenstructuur). De minister stelt de eamenprogramma s vast. De CEVO stelt de uitwerkingen voor het centraal eamen vast, inclusief eventuele wisselende onderwerpen en hun omschrijving. SLO publiceert uitwerkingen voor het schooleamen als model (voorbeeld). 3.2 De school is verantwoordelijk voor het eamen en de voorbereiding daarop. Dat wil zeggen: - de school heeft de verplichting deugdelijk voor te bereiden op het centraal eamen; - de school heeft de verplichting tot een deugdelijk schooleamen, maar maakt daarin eigen inhoudelijke keuzen. 4. Procedures 4.1 Klein onderhoud is het aanpassen van de uitwerkingen/specificaties. Het is de verantwoordelijkheid van CEVO resp. SLO. 4.2 Middelgroot onderhoud is het aanpassen op het niveau van domeinen en subdomeinen: toevoegen, schrappen, aanpassen van (sub)domeinen / (globale) eindtermen. Het is de verantwoordelijkheid van de minister. 4.3 Groot onderhoud is het veranderen van de algemene opzet van een vak. Het is de verantwoordelijkheid van de minister.
13 blad 12/27 CEVO (en Cito), SLO, ministerie (en inspectie) stemmen hun activiteiten op dit gebied onderling en met het onderwijsveld zo goed mogelijk op elkaar af. 2. Het wordt mogelijk gemaakt dat leerlingen in het voorlaatste jaar een centraal eamen kunnen afleggen. Op dit moment geeft de regelgeving de mogelijkheid aan de leerling eindeamen te doen als afsluiting van de opleiding. Er bestaat een sterke behoefte om leerlingen de mogelijkheid te bieden al in het voorlaatste jaar één of meerdere onderdelen van het eindeamen af te doen ronden. Leerlingen kunnen dan, binnen het aanbod van de school, zelf bepalen of zij één of meerdere vakken willen afsluiten met een centraal eamen in het voorlaatste jaar of in het laatste schooljaar. Hoewel dit een groter beroep doet op het organisatievermogen van de school, wordt deze variant duidelijk door leraren en schoolleiders aangevoerd als gewenst. Overigens wil ik deze variant niet verplicht stellen maar slechts mogelijk maken zodat de school zelf kan kiezen of deze vorm van fleibilisering bij haar past. De school mag zelf bepalen hoe ver zij gaat in deze vorm van eaminering. Deze variant sluit goed aan bij de grotere autonomie van de school en de verantwoordelijkheid van de school voor een wijze van eamineren die aansluit op het onderwijskundig concept. Welke vorm de school hier ook in kiest, duidelijk zal zijn dat de school volledig verantwoordelijk is voor een verantwoord onderwijsprogramma. Ik zie hier ook mogelijkheden voor scholen om gehoor te geven aan de wens om een meer geleidelijke overgang naar het vervolgonderwijs te realiseren. Nu al zijn er voorbeelden van integratie van het voortgezet onderwijs met het mbo, hbo en wo. Niet alleen wordt op deze manier invulling gegeven aan een leerloopbaan op maat, het is ook bevorderlijk voor de leermotivatie van de leerling (voorkomen voortijdig schoolverlaten) en het sluit ook aan bij het pleidooi van de Onderwijsraad voor doorlopende leerlijnen en versterking van de beroepskolom. Ik heb al twee scholen, te weten het Herman Jordan Lyceum te Zeist en de Pontes Scholengemeenschap te Zierikzee toestemming gegeven ervaring op te doen met een systeem van eaminering in het vooreamenjaar. Ten behoeve van dit eperiment is toegestaan dat deze scholen afwijken van artikel 37, 2 e en 3 e lid van het Eindeamenbesluit en er zijn speciale voorwaarden geformuleerd. Het project bij Herman Jordan is al zover dat een eerste evaluatie mogelijk is (zie verslag hieronder). De ervaringen binnen het eperiment aan het Herman Jordan Lyceum blijken overwegend positief. De school maakt de kanttekening dat zij veel heeft moeten investeren in de organisatie en administratie en begeleiding van leerlingen. Voor de vakken die afgesloten worden met een schooleamen bestaat natuurlijk al de mogelijkheid om deze af te sluiten in een eerder jaar. Verslag project Herman Jordes Lyceum: eamen in het voorlaatste eamenjaar 2001/2 2004/5 1 Inleiding Het komt nog wel eens voor dat een leerling in een of meer vakken eerder toe is aan een centraal eamen. In bijzondere gevallen geldt dit bijzonder goede of snelle leerlingen; meestal betreft het leerlingen die om een of andere reden een jaar doubleren. In de huidige situatie komt het vaak voor dat een doublerende leerling zich te weinig uitgedaagd voelt: leerstof en lessituatie komen al te bekend voor. De school heeft goede ervaringen opgedaan met doublerende leerlingen die alvast
14 blad 13/27 doorwerken aan vakken met alleen een schooleamen in het volgende leerjaar. De school wil leerlingen daarnaast stimuleren tot leren door ook de mogelijkheid te bieden in een of meer vakken centraal eamen te doen. Daarmee verwachten we dat leerlingen zich meer uitgedaagd voelen, beter functioneren op de school en wellicht in het vervolgonderwijs. Bovendien kan de school zodoende concrete invulling geven aan recht doen aan verschillen. 2. Gegevens over deelnemende leerlingen Vooralsnog doen vrijwel alleen doubleurs mee met het fleibel eamen of leerlingen die de overstap maken van HAVO naar VWO of van VWO naar HAVO. Leerlingen kunnen op verschillende wijzen deelnemen aan het fleibel eamen, namelijk door één of meer vakken met een centraal eamen vooruitlopend op hun eamenjaar af te ronden of door vakken met een schooleamen eerder of juist later af te ronden dan in de geplande jaarlaag. Er zijn daardoor in de gehele bovenbouw leerlingen actief die enkele vakken in een andere dan hun eigen jaarlaag volgen. 3.Gegevens met betrekking tot de organisatie Noodzakelijke activiteiten en tijdsinvestering Voor de docent en de decaan is geen substantiële tijdsinvestering vereist. De leerling functioneert gewoon in een lesgroep en maakt gebruik van bestaande faciliteiten van het decanaat. Wel vereist het deelnemen aan het fleibel eamen van de leerling substantiële aandacht bij inpassing in de schooladministratie, het rooster, de eamenorganisatie en de leerlingbesprekingen. Aangezien programmatuur werkt met als basis jaarlagen betekent inpassing van de feleerlingen altijd handwerk met alle risico s op fouten. Aanpassingen in les- en eamenprogramma s Er blijken tot nu toe geen aanpassingen in les- en eamenprogramma s noodzakelijk of gewenst. Het aanvullend programma dat leerlingen volgen om ook in de eamenklas aan hun onderwijstijdverplichtingen te voldoen bestaat altijd uit bestaande lesprogramma s die binnen de school, of modules bij Universiteiten die buiten de school, kunnen worden gevolgd. Successen De beoogde winst van het project was dat leerlingen zich meer uitgedaagd voelen en daardoor beter functioneren. Het animo om deel te nemen aan het fleibel eamen is groot en de indruk bestaat dan ook dat leerlingen zich er door uitgedaagd voelen. Over het algemeen levert het volgen van een vak in een hogere jaarlaag daadwerkelijk op dat de leerling in staat is het vak eerder met voldoende niveau af te sluiten. Problemen Problemen kunnen zich voordoen bij leerlingen, docenten of binnen de organisatie. Bij leerlingen speelt vooral dat zij te maken kunnen krijgen met teleurstelling indien door organisatorische kwesties in een laat stadium blijkt dat toch niet met het fleibel eamen kan worden meegedaan. Dit komt in ongeveer 10% van de gevallen voor. Een ander probleem is dat de leerling die in een vooreamenklas functioneert niet over alle faciliteiten beschikt waarover een eamenleerling beschikt (denk daarbij ook aan de eamensfeer, vrijgeroosterde voorbereidingsweken en dergelijke). Overigens is er tot nu toe geen aanwijzing dat fe-leerlingen minder presteren dan zij zouden kunnen.
15 blad 14/27 De organisatorische problemen zijn met behulp van de genoemde etra inzet en tijdsinvestering op te lossen. Programmatuur voor het roosteren en voor de leerlingadministratie is gebaseerd op jaarlagen. De fe-leerlingen moeten daar handmatig in worden verwerkt. De genoemde tijdsinvestering per leerling zou bekort kunnen worden indien met geschiktere programmatuur zou kunnen worden gewerkt. 4. Gegevens over verbreiding Randvoorwaarden Om dit project succesvol te laten zijn is het noodzakelijk dat er een centrale figuur is die het traject volgt en op individuele basis met de leerlingen afspraken wil maken. Als dat ontbreekt zullen leerlingen niet weten waar zij aan toe zijn, uit de administratie verdwijnen en worden noodzakelijke afspraken niet gemaakt. Programmatuur die niet op basis van jaarlagen werkt is een pre en kan het vele handwerk dat nu nodig is, verminderen. Verder zijn modules bij vervolgopleidingen die toegankelijk zijn voor leerlingen van het voortgezet onderwijs van belang voor het invullen van de vrijgekomen onderwijstijd in de eamenklas. Ontwikkeling van schoolintern beleid Binnen de school moeten criteria worden opgesteld voor toelating van leerlingen tot het fleibel eamen. Dat beleid moet goed worden gecommuniceerd naar docenten, mentoren en coördinatoren en via hen naar leerlingen om teleurstelling bij leerlingen en ouders te voorkomen. Verder moeten er procedures worden opgesteld voor de genoemde noodzakelijke activiteiten zoals de informatievergaring met betrekking tot fe-leerlingen, het omgaan met leerling-lijsten en de informatievoorziening aan fe-leerlingen over alles wat met het eamen te maken heeft. Zonder deze procedures blijft het goede verloop teveel afhankelijk van de alertheid van één of enkele functionarissen binnen de school. 3. De regelgeving wordt zodanig aangepast dat het mogelijk wordt om leerlingen in het vmbo en havo een vak op een hoger niveau te doen afsluiten. Het creëren van de mogelijkheid om één of meer vakken op een hoger niveau af te sluiten komt tegemoet aan een veel gehoorde wens uit het scholenveld en sluit aan bij de kernboodschap van Koers VO om scholen ruimte te bieden. Nu al is er geen regelgeving die het afleggen van een eamen in een vak uit een hogere leerweg in de weg staat. In de praktijk blijkt dat het wel op uitvoeringsproblemen stuit. In het huidige eamensysteem sluit de vmbo-leerling alle vakken af op het niveau van de leerweg waar hij staat ingeschreven. Eventuele etra s komen daar bovenop. Zo kan een KBleerling het vak Engels ook nu al op het GL/TL-niveau afsluiten, maar alleen naast een eamen op KB-niveau. De school kan de etra s weliswaar vermelden in het eamendossier, maar op de cijferlijst bij het diploma is nu geen plaats voor de vermelding van vakken op een hoger niveau. Ook in de nieuwe situatie zal de leerling het eamen moeten doen in zijn eigen leerweg én van de hogere leerweg. De regelgeving wordt aangepast zodat de etra eamenprestatie kan worden vermeld op het diploma. Obstakels (zoals het gegeven dat het huidige centraal schriftelijk eamen voor KB gelijktijdig plaatsvindt met dat voor GL/TL) zullen sterk verminderen als het systeem om de algemene vakken op meer fleibele wijze te eamineren is uitgebreid tot de kaderberoepsgerichte leerweg.
16 blad 15/27 Deze verruiming heeft geen gevolgen voor het vmbo-diploma. De leerweg op het diploma wordt bepaald door het vak dat op het laagste niveau wordt afgesloten. Het is namelijk van belang dat de leerling de mogelijkheid krijgt te kunnen ecelleren, niet om af te zakken. Het instroomrecht in het vervolgonderwijs wijzigt evenmin en omdat ook de vakkenpakketeisen niet veranderen wordt geen afbreuk gedaan aan de herkenbaarheid van het vmbo-diploma. Natuurlijk kan het vervolgonderwijs wel inspelen op de etra kwalificatie. Op termijn wil ik het mogelijk maken dat het vak uit de hogere leerweg ook vervangend kan zijn voor het vak in de eigen leerweg. In de wijzigingsvoorstellen voor de Tweede Fase neem ik de mogelijkheid op dat een havokandidaat één of meerdere vakken op vwo-niveau kan afsluiten. III. Maatregelen havo/vwo 4. Meerdere centraal eamenmomenten per jaar wordt mogelijk gemaakt in het vmbo, havo en vwo, onder de voorwaarde dat zich geen onoverkomelijke bezwaren aandienen ten aanzien van de organiseerbaarheid, de regelgeving of financiële consequenties. Op dit moment is er één volwaardige eamenperiode in mei, hier nemen ongeveer kandidaten aan deel. In juni is er een eamenperiode met beperkte deelnamemogelijkheden voor inhalers en herkansers, het gaat hierbij om circa kandidaten. Ten slotte is er in augustus een derde periode met nog beperktere mogelijkheden, ook voor inhalers en herkansers en hier werd door circa 700 kandidaten aan deelgenomen in Uiteindelijk zijn er circa kandidaten gezakt. Meerdere eamenmomenten per jaar brengen veranderingen met zich mee zowel voor de leerling, leraar, school, eamenorganisatie als de overheid. Direct een systeem met meerdere eamenmomenten invoeren acht ik onverantwoord. Ik wil beginnen met een driejarige pilot te beginnen in het schooljaar Ik wil deze pilot openstellen voor tien scholen voor havo en vwo. Bij een dergelijk aantal is een verantwoorde proefomgeving gewaarborgd. Ik stel ook vast dat het vmbo en het havo/vwo hier in een andere ontwikkelfase verkeren. De ontwikkeling die in gang is gezet voor de algemeen vormende vakken in vmbo-bb en het cspe (centraal schriftelijk en praktisch eamen) in vmbo-bb maken al een vergaande vorm van fleibilisering in de afname mogelijk in deze leerweg. Indien mogelijk zal deze ontwikkeling worden doorgetrokken naar de andere leerwegen (zie de andere maatregelen). Bovendien ontstaat er fleibilisering in afnamemoment door de mogelijkheid al in het voorlaatste jaar in één of meerdere vakken centraal eamen te doen. De pilot zal zich dan ook niet richten om het vmbo maar op de havo en vwo-scholen pilot Ik kies voor een pilot waarbij drie volwaardige tijdvakken worden opengesteld, te weten in mei, augustus en januari. Dit betekent dat de huidige tweede en derde tijdvakken, met slechts een beperkte functie, komen te vervallen. De leerling krijgt dan het recht om drie keer per jaar in een of meerdere vakken centraal eamen af te leggen. Hierbij wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen kandidaten die voor het eerst centraal eamen doen in een vak, kandidaten die herkansen en kandidaten die wegens ziekte of andere omstandigheden niet eerder konden meedoen. Het wordt dus mogelijk voor een leerling om in augustus meerdere vakken te herkansen, ook vervalt de verplichting om op één moment in alle vakken eamen te
17 blad 16/27 doen. In het huidige systeem kan in juni worden herkanst in één vak, in dit werkmodel kan de kandidaat alles herkansen maar dan pas in augustus. Gedurende de looptijd van de pilot ( ) wordt onderzoek gedaan en ingezet op het mogelijk maken van tussentijdse instroom in het hoger onderwijs. Het is belangrijk om antwoord te kunnen geven op de vraag wat de meerwaarde is van meerdere eamenmomenten en voor welke geledingen. Ook belangrijk is het antwoord op de vraag welke organisatorische, wettelijke, financiële en onderwijskundige gevolgen er zijn voor de verschillende geledingen. En het is wenselijk dit ook nog eens te bezien voor de verschillende schoolsoorten. Informeel overleg met docenten en schoolleiders Voorafgaand aan de start van de pilot in het voorjaar 2005 zal ik gesprekken organiseren met docenten en schoolleiders over de invulling van de randvoorwaarden van de pilot. De leerling. Het huidige eamensysteem is er op ingericht dat alle leerlingen gezamenlijk het onderwijs doorlopen en afsluiten op hetzelfde moment. Voor de volgende leerlingen biedt een etra eamenmoment de volgende voordelen: Een gezakte kandidaat hoeft niet een heel jaar te wachten om alles opnieuw te doen; leerlingen met prestatiebeperkingen kunnen nu de druk spreiden over meerdere momenten; volwassen kandidaten kunnen nu ook op andere tijdstippen eamen doen; leerlingen die "klaar" zijn met de stof kunnen op een voor hen geschikt moment eamen doen, waardoor de motivatie toeneemt; vrijgekomen tijd kan worden besteed aan een etra vak, een vak waar een kandidaat zwak in is of aan kennismaking met onderdelen van de vervolgopleiding. De docenten en de school Volgens de Cito-enquête zegt meer dan 50% van de directieleden dat fleibilisering bijdraagt aan het oplossen van problemen op school; dat geldt zowel voor vmbo als voor vwo/havo. Leraren menen in veel mindere mate dan directies dat fleibilisering bijdraagt aan het oplossen van problemen op school. In het vwo/havo is dat 1/5 en in het vmbo 1/3 van de respondenten in de algemene vakken. Enkele overwegingen: De eamenorganisatie en de werklast van docenten kan compleer worden met meerdere afnames; Het is mogelijk om één van de etra eamenmomenten te laten organiseren door de staatseamencommissie (zie hieronder); Leerlingen kunnen beter worden gemotiveerd; Spreiding van de eamens over meerdere afnamemomenten leidt tot minder druk op het gebruik van ict-voorzieningen; Scholen kunnen geconfronteerd worden met gok- en uitstelgedrag van leerlingen; Meerdere eamenmomenten biedt de mogelijkheid om het onderwijs te periodiseren. De overheid. Het aanbieden van meerdere eamenmomenten per jaar brengt de noodzaak met zich mee dat geregeld wordt hoe dit in zijn werk gaat. Toename van de hoeveelheid en van de
18 blad 17/27 compleiteit van de regelgeving is een gevaar. Tevens dienen de gevolgen voor de bekostiging in kaart te worden gebracht. Een regulier uitstroommoment uit het voortgezet onderwijs in januari en een regulier instroommoment in het vervolgonderwijs in januari heeft gevolgen voor de bekostigingssystematiek van de instellingen, maar ook voor de studiefinanciering van studenten. Zijn er ook effecten te verwachten op de verblijfsduur in het voortgezet onderwijs? Ook de relatie met het onderwijsnummer verdient aandacht. Het huidige onderscheid tussen eamenkandidaten in het voortgezet onderwijs en eamenkandidaten in het volwassenonderwijs en bij de staatseamencommissie komt ter discussie. De eamenmakers Voor de eamenmakers biedt de huidige indeling in tijdvakken geen enkel probleem. Hier hoeft alleen nagegaan te worden wat de gevolgen zijn van meerdere eamenmomenten per jaar. Het is met de huidige productie niet mogelijk drie openbare tijdvakken te maken. De productie zal dus moeten worden verhoogd. Dataverwerking en normhandhaving zijn zaken waar in geïnvesteerd zal moeten worden. IV. Maatregelen vmbo 5. CSPE (het centraal schriftelijk en praktisch eamen) is de wenselijke eamenvorm voor de beroepsgerichte programma s binnen alle leerwegen. Het cspe (centraal schriftelijk en praktisch eamen) is een nieuwe eamenvorm voor de beroepsgerichte vakken in het vmbo. De praktische vaardigheden en bijbehorende vaktheorie worden in onderlinge samenhang getoetst. Het idee achter het cspe is dat de vaktheorie op een natuurlijke manier getoetst wordt doordat deze direct gekoppeld is aan de realistische conteten van de praktische opdrachten, die in het cspe centraal staan. Bij leerlingen uit de basisberoepsgerichte leerweg (BB) is gebleken dat de vaktheorie in het cspe beter uit de verf komt dan in een afzonderlijk schriftelijk eamen. Het cspe is een eamenvorm die nog andere voordelen biedt: De school kan het cspe fleibel programmeren binnen de daartoe aangewezen eamenperiode (dit is nu 4 april tot 1 juni) en dit kan nog worden verruimd; Inhalen en herkansen wordt door de scholen zelf geregeld en de school wijst zelf een tweede eaminator aan, het cspe kent dus geen eterne tweede correctie (zie ook maatregel 10); De eamenvorm van het cspe is ook geschikt voor eventueel toekomstige inhoudelijke ontwikkelingen als competentiegericht toetsen; Koppeling met de ontwikkelingen met regionale arrangementen en de mbokwalificatiestructuur kunnen eenvoudig worden ingepast. Voor het cspe in de basisberoepsgerichte leerweg (BB) verloopt het invoeringstraject geruisloos: in het eamenjaar 2004 heeft al 80% van de BB-leerlingen op vrijwillige basis deelgenomen aan het cspe. Gelet op de grote voordelen die deze vorm van centraal eamineren biedt, dit wordt volmondig onderschreven door de deelnemende scholen, heb ik besloten dat in 2005 het cspe de enige eamenvorm is voor de BB. In het schooljaar 2004/2005 nemen zo n 40 vmbo-scholen deel aan het project cspe KB, waarin wordt onderzocht of de eamenvorm van het cspe ook toepasbaar is voor de kaderberoepsgerichte leerweg (KB). Indien de ervaringen ook hier positief zijn dan zal ik het cspe in 2007 ook integraal in de KB invoeren als enige vorm van het centraal eamen beroepsgericht.
19 blad 18/27 In de gemengde leerweg (GL) kent het beroepsgerichte vak uitsluitend een cse (centraal schriftelijk eamen). Omdat ook in deze leerweg bij de beroepsgerichte vakken de praktische vaardigheden centraal staan en vanwege de afstemming van de eamenvormen over de leerwegen heen, spreek ik de intentie uit om het cspe ook in de GL in te voeren. Dat kan naar verwachting vanaf het eamenjaar Met de realisatie in 2007 van het c.e.-systeem voor de algemene vakken in de BB ontstaat een samenhangend eamensysteem dat scholen de mogelijkheid biedt om op fleibele wijze te eamineren. 6. De mogelijkheid wordt geboden om in de basisberoepsgerichte leerweg in het vmbo de algemene vakken op meer fleibele wijze te eamineren in het tijdvak waarin ook de beroepsgerichte programma s worden geëamineerd. De ontwikkelingen met ICT en eamens en de goede ervaringen met het fleibel afnemen van de eamens van de beroepsgerichte programma s in het vmbo maken het mogelijk ook voor de algemeen vormende vakken in het vmbo een fleibele wijze van eamineren te ontwerpen. Ik heb dan ook de CEVO opdracht gegeven voor de algemene vakken in de basisberoepsgerichte leerweg een fleibele invulling van het systeem van centrale eaminering in de vorm van computereamens in ontwikkeling te nemen. Dit betekent: Vanaf het eamen 2007 krijgt elke school per algemeen vak in de BB (BB-avo) een aantal cbt-toetsen (cbt = computer based test, zie ook maatregel ICT); De opgaven staan op het computerscherm, antwoorden worden op de computer ingevoerd en grotendeels of geheel door de computer gecorrigeerd; De school bepaalt binnen de afnameperiode (eamentijdvak) zelf het afnametijdstip of de afnametijdstippen; De school regelt zelf herkansing en inhalen; De eterne tweede correctie vervalt. Met de aanpassing van de centrale eamens BB-avo kom ik tegemoet aan de wens van docenten en schoolleiders om meer maatwerk te kunnen leveren: 1. meer afnamevrijheid voor de school, d.w.z. meer ruimte om bij de afname pedagogisch te handelen (herkansing en inhalen); dit sluit aan bij het advies van de Onderwijsraad; 2. een betere, de BB-leerling meer aansprekende presentatie van de eamens, door gebruik van de computer met mogelijkheden kleur en (deels op termijn) bewegend beeld en geluid. De aangepaste eamens BB-avo passen binnen de kaders van het huidige systeem van eaminering, vooral binnen de regelgeving voor cspe (zie maatregel cspe). Na invoering hebben scholen te maken met één systeem voor het eamen beroepsgericht en de eamens algemeen vormende vakken, dit komt de duidelijkheid ten goede. De aangepaste eamens BBavo zijn net als de cspe fleibel af te nemen binnen een vastgestelde eamenperiode. Uitbreiding naar KB en GL/TL Bij gebleken geschiktheid wil ik het centraal eamen systeem voor BB-avo met behulp van ICT achtereenvolgens uitbreiden naar KB en GL/TL. Dit zal fasegewijs plaatsvinden na zorgvuldige evaluatie van de pilots. In combinatie met het cspe (vanaf 2008 mogelijk in alle leerwegen, zie maatregel cspe) kan het gehele vmbo omstreeks 2010 een éénduidig en fleibel eamensysteem hebben. Een systeem waarbij recht wordt gedaan aan het eigen karakter van
20 blad 19/27 het vmbo, waarbij maatwerk wordt geleverd, wordt aangesloten bij het leerproces van de vmbo-leerling en waarbij ook kwaliteit centraal wordt geborgd en de instroom in het vervolgonderwijs is gegarandeerd. 7. De etra-reguliere programma s in het vmbo worden ingepast in de reguliere structuur en er wordt een kader vastgelegd voor verdere inhoudelijke eperimenten in het vmbo. De intrasectorale programma s en afdelingsprogramma s, leerwerktrajecten, regionale arrangementen, de mogelijkheid om niveau-1-opleidingen aan te bieden, Sport, Dienstverlening en Veiligheid (SDV) en de AXIS-projecten maken weliswaar maatwerk mogelijk maar veroorzaken ook een zekere mate van diffuusheid en versnippering. Hierdoor komen de transparante structuur en de herkenbaarheid van het diploma vmbo voor het vervolgonderwijs, beoogd bij de invoering van het vmbo, onder druk te staan. Ik wil de innovaties ook ten goede laten komen aan de leerling, daarom ligt het voor de hand dat etrareguliere programma's die naar verwachting levensvatbaar zijn, een plaats krijgen in de reguliere structuur, wat betekent dat ik per leerweg een eamenprogramma zal vaststellen. Omgekeerd geldt dat reguliere eamenprogramma s die niet levensvatbaar zijn gebleken, te denken valt aan diverse smalle beroepsgerichte programma s uit de gemengde leerweg, kunnen worden ingetrokken. Eerder heb ik al het belang aangegeven van de inpassing van de vmbo-eamenprogramma s in de nieuwe kwalificatiestructuur met het oog op de niveau-1- opleidingen in het vmbo (maatregel 15). Bij beoordeling van nieuwe eperimenten in het vmbo valt globaal onderscheid te maken tussen projecten die wel en projecten die niet kunnen leiden tot aanpassing van de regelgeving. Voor projecten waarin een onderwijskundige vernieuwing (bv. vakkenintegratie, bedrijfsstages, loopbaanoriëntatie) centraal staat biedt de bestaande regelgeving meestal al voldoende ruimte. Projecten die een programmatische vernieuwing behelzen (zoals bv. Technologie in de GL, intersectorale programma s) kunnen leiden tot een nieuw eamenprogramma, dat eventueel en na wijziging van de regelgeving wordt geborgd. Kader voor beoordeling: 1. Geen dubbeling met lopende of al afgeronde projecten; 2. Geen wijziging in lopende projecten; 3. Duur ontwikkeltraject is maimaal drie(school)jaren; 4. In vierde jaar besluitvorming rond borging; 5. Gevolgen voor eamens vooraf duidelijk in beeld; 6. Gegarandeerde vervolgopleiding voor de leerling, zo mogelijk ook landelijk; 7. Gegarandeerde arbeidsmarkt in de regio; 8. Organiseerbaarheid binnen de school (kosten dekken uit impulsbudget); 9. In de ontwikkelfase maimaal 5 deelnemende scholen; 10. In het tweede jaar uitbreiding met maimaal 5 volgscholen; 11. Coördinatiekosten beperkt houden (bureaucratisering / overhead) 12. geen verlenging van de verblijfsduur en/of programmaduur; 13. Inrichting leerwegen blijft intact; 14. Gevolgen voor de reguliere bekostiging moeten vooraf in beeld zijn; 15. Passen binnen meerjarige beleidskaders zoals Koers VO. Ad 3 Het ontwikkeltraject wordt in de projectaanvraag beschreven bv. eerste jaar: voorbereiding
Bijlagen Uitwerkingsnotitie Examens Voortgezet Onderwijs:
Bijlagen Uitwerkingsnotitie Eamens Voortgezet Onderwijs: I. Planning Uitwerkingsnotitie Eamens Voortgezet Onderwijs 1 Globalisering eindtermen havo/vwo - uitwerken beperken stofomschrijving - beter evenwicht
Nadere informatieRegeling vaststelling examenprogramma s v.w.o., h.a.v.o., m.a.v.o. en v.b.o.
Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666 Regeling vaststelling examenprogramma
Nadere informatie1.Inleiding. 2.Profielen per 1 augustus 2007
logoocw De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk VO/OK/2003/53723 Uw kenmerk Onderwerp tweede fase havo/vwo 1.Inleiding In het algemeen
Nadere informatieMeer ruimte voor maatwerk in het vmbo
logoocw De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 9 oktober 2006 VO/OK/2006/39171 Uw brief van Onderwerp Aanbieding van en reactie op de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 03 30 079 VMBO Nr. 36 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 9 oktober
Nadere informatieSamenvatting rapportage onderzoek vmbo
Samenvatting rapportage onderzoek vmbo Utrecht, april 2006 In opdracht van Adviesgroep vmbo Drs. Vincent van Grinsven Drs. J. Krom Henk Westerik Postbus 681 3500 AR Utrecht telefoon: 030 263 1080 fax:
Nadere informatieFLEXIBILISERING VAN CENTRALE TOETSEN EN EXAMENS
FLEXIBILISERING VAN CENTRALE TOETSEN EN EXAMENS VISIE VAN HET COLLEGE VOOR TOETSEN EN EXAMENS pagina 2 van 8 Aanleiding en historisch perspectief De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Nadere informatieNotitie afspraken op- en afstroom binnen VMBO bovenbouw
Notitie afspraken op- en afstroom binnen VMBO bovenbouw Aanleiding: Bij de invoering van het vernieuwde vmbo wordt door de vo-raad het duidelijke advies gegeven om zichtbaar te maken welke mogelijkheden
Nadere informatieKwaliteitsborging regionaal ontwikkelde beroepsgerichte keuzevakken vmbo
Kwaliteitsborging regionaal ontwikkelde keuzevakken vmbo Profielen in het vmbo; een nieuw perspectief Vanaf schooljaar 2016-2017 is er een nieuw systeem van profielen in het vmbo. Doel van het nieuwe systeem
Nadere informatieMededeling vaststelling syllabi centraal examen vmbo 2008 en 2009
Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 bvh 079-3232.666 Mededeling vaststelling syllabi centraal examen vmbo 2008 en 2009 Bestemd
Nadere informatieAanvulling PTA & Examenreglement VMBO
Aanvulling PTA & Examenreglement VMBO 2017 2018 Herkansing In geval van herkansing geldt het hoogst behaalde cijfer. Algemene vakken: Elke examenkandidaat heeft het recht om na schoolexamenperiode 4 in
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 32 032 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs ter vereenvoudiging van de wettelijke regels over de sectorvakken bij het onderwijs in
Nadere informatieBorging. experimentele programma s herontwerp vmbo techniek
Borging experimentele programma s herontwerp vmbo techniek Programma Techniek Breed Programma ICT-route Programma TGL Programma Intersectoraal Platform BètaTechniek Deltapunt Delft, december 2004 1. Continuiteit
Nadere informatieARTIKEL I WIJZIGING VAN DE WET OP HET VOORTGEZET ONDERWIJS
Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met het vervangen van de verplichte maatschappelijke stage door een facultatief programmaonderdeel VOORSTEL VAN WET Allen, die deze zullen zien
Nadere informatieDe Raad van State gehoord (advies van 31 januari 2003, nr. W /III);
Besluit van houdende wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. onder meer in verband met versoepeling van de uitslagregeling
Nadere informatieAan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA.DEN HAAG. Datum 11 januari 2017 Betreft doorstroom vmbo-havo
Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA.DEN HAAG Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den
Nadere informatieSpellingcontrole mag aan voor kandidaten met dyslexie. Afschaffing loting bij opleidingen met een numerus fixus
Voortgezet Onderwijs 19 februari 2016 Inhoud Algemeen Meer maatwerk voor leerlingen Overgang po-vo Spellingcontrole mag aan voor kandidaten met dyslexie Rekenresultaten 2015 per school Scholen aan de slag
Nadere informatielogoocw De heer prof. dr. F. P. van Oostrom 26 mei 2005 ASEA/DIR/2005/23876 Taakopdracht voor de commissie Ontwikkeling Nederlandse Canon geen
logoocw De heer prof. dr. F. P. van Oostrom Den Haag Ons kenmerk 26 mei 2005 ASEA/DIR/2005/23876 Onderwerp Taakopdracht voor de commissie Ontwikkeling Nederlandse Canon Bijlage(n) geen Geachte heer Van
Nadere informatie30079 VMBO Voortgezet Onderwijs. Brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
30079 VMBO 31289 Voortgezet Onderwijs Nr. 69 Brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 11 januari 2017 Met deze
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 30 079 VMBO 31 289 Voortgezet Onderwijs Nr. 69 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede
Nadere informatieStand van zaken invoering referentieniveaus taal en rekenen
Stand van zaken invoering referentieniveaus taal en rekenen Brief aan Tweede Kamer d.d. 17 december 2014 1 Notitie n.a.v. de aanbevelingen van de commissie Bosker Rapportage Doordacht doorzetten naar een
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag
Nadere informatieInformatie 8ste jaarsouders
Informatie 8ste jaarsouders NIO donderdag 8 november 2012 Deze wordt afgenomen door Eduniek, onze schoolbegeleidingsdienst. Uitslag na de kerstvakantie, samen met het schooladvies. Aanvullende informatie
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Voorlichtingspublicatie College voor Toetsen en Examens
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 44367 9 december 2015 Voorlichtingspublicatie Rooster centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens voortgezet
Nadere informatieAan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG.. Datum 9 november 2018 Toekomst van rekenen in het vo en mbo
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG.. Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 38058 11 juli 2019 Rooster voor de centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens voortgezet onderwijs in 2021
Nadere informatieGelet op artikel 29, vijfde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs;
Besluit van tot wijziging van het Besluit van 23 april 2012 (Stb. 2012, 217) in verband met examinering van de rekentoets als inspanningsverplichting in de invoeringsfase Op de voordracht van de Staatssecretaris
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 37582 5 juli 2017 Vaststelling Rooster voor de centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens voortgezet onderwijs
Nadere informatieMINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Nr. WJZ/2005/30013 (3764) (Hoofd) Afdeling DIRECTIE WETGEVING EN JURIDISCHE ZAKEN Nader rapport inzake het voorstel van wet houdende wijziging van de Wet
Nadere informatieAdvies overgang vmbo naar havo Opgesteld naar aanleiding van de Monitor toelatingsbeleid vmbo-havo, tweede meting 1
NOTITIE Aan: de staatssecretaris van het ministerie van OCW, de heer drs. S. Dekker Van: Paul Rosenmöller, voorzitter van de VO-raad Datum: 1 juli 2015 Betreft: Advies overgang vmbo naar havo Advies overgang
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Voortgezet Onderwijs IPC 2650 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500
Nadere informatielogoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag BVE/IenI/2006-43667
logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk BVE/IenI/2006-43667 Onderwerp Inspectierapport 'Nederlands in het mbo' Bijlage(n) Rapport
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 34616 22 juni 2018 Vaststelling Rooster voor de centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens voortgezet onderwijs
Nadere informatieWijziging van de sectorvakken in het vmbo
Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Bestemd voor bevoegde gezagsorganen van scholen voor voortgezet onderwijs. inwerkingtreding
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 24 578 MAVO/VBO/VSO Nr. 26 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 35407 8 juli 2016 Rooster voor de centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens voortgezet onderwijs in 2018
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 106 Besluit van 4 maart 2003, houdende wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en van het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.
Nadere informatieWerkopdracht vijfde ontwikkelsessie. Opbrengsten ontwikkelsessie 5. Wat zijn bouwstenen?
Werkopdracht vijfde ontwikkelsessie Wat hebben onze leerlingen nodig om uit te groeien tot volwassenen die bijdragen aan de samenleving, economisch zelfstandig zijn én met zelfvertrouwen in het leven staan?
Nadere informatieAanbevelingen en Actieprogramma. Naar versterking van het VMBO; Bedrijfsleven over VMBO beroepsgericht
Aanbevelingen en Actieprogramma Naar versterking van het VMBO; Bedrijfsleven over VMBO beroepsgericht 2 Aanbevelingen ter verbetering van (de aantrekkelijkheid van) het VMBO naar aanleiding van het VMBO
Nadere informatieEXAMENBESLUIT HAVO/VWO
EXAMENBESLUIT HAVO/VWO De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, ingesteld bij wet van 15 mei 1997 (de Wet op de Onderwijsraad). De Raad adviseert, gevraagd en ongevraagd, over hoofdlijnen van
Nadere informatieSchoolportretten bij onderzoek naar examens in extra vakken / vakken op een hoger niveau
Schoolportretten bij onderzoek naar examens in extra vakken / vakken op een hoger niveau Colofon: Dit is een uitgave van het ministerie van OCW, directie Voortgezet Onderwijs Coordinatie: Muriel Cluitmans
Nadere informatieHandreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo
Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo Ook in het vmbo is er sprake van onderwijsvernieuwing. De meest in het oog springende vernieuwing is de introductie van een kern, profiel en (meerdere) keuzes. De
Nadere informatieEXAMENVOORLICHTING. Voor ouders/verzorgers kandidaten BB en KB
EXAMENVOORLICHTING Voor ouders/verzorgers kandidaten BB en KB 1. Hoeveel procent van de examenkandidaten slaagde de afgelopen jaren op het HC? Slagingspercentages VMBO BB en KB Jaar NL HC 2010 90,2% 96,4%
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 31 332 Doorlopende Leerlijnen Taal en Rekenen Nr. 88 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP EN VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20216 15 december 2010 Regeling van het College voor examens van 30 september 2010, nr. Cve-10.0776, houdende vaststelling
Nadere informatieTitel. Doorstroomnormering vmbo. Sectorleiding vmbo september 2014 1
Titel Doorstroomnormering vmbo Sectorleiding vmbo september 2014 1 Auteur: Sectorleiding vmbo Beknopte toelichting inhoud: Doorstroomnormering vmbo Sectorleiding, DV, MR Routing in school: Vervangt: eerdere
Nadere informatieWoudschoten Chemie Conferentie 7 november 2008 Chemie tussen context en concept. Nieuwe Scheikunde in het schoolexamen
Woudschoten Chemie Conferentie 7 november 2008 Nieuwe Scheikunde in het schoolexamen Tijdlijn Nieuwe Scheikunde 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Klassieke programma (1998) Aangepaste klassieke
Nadere informatieVmbo: de nieuwe profielen en de zak-slaagregeling
Vmbo: de nieuwe profielen en de zak-slaagregeling Het nieuwe profielsysteem Vanaf schooljaar 2016-2017 is er een nieuw systeem van profielen in het vmbo. Dat systeem maakt het mogelijk om meer maatwerk
Nadere informatieHet Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)
Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Jan van Hilten Vernieuwing beroepsgerichte programma s vmbo Structuur Kern-, Profiel-, Keuzeprogramma
Nadere informatieScharniermomenten in het onderwijs
Presentatie ORD 2005 Scharniermomenten in het onderwijs Fré Riemersma Scharniermomenten in het onderwijs paper H24 Het thema Aansluitingen K20 Scharniermomenten in het onderwijs T18 O18 Een oud probleem
Nadere informatieWijziging beleidsregel regionale arrangementen in verband met het
Beleidsregel Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Wijziging beleidsregel regionale arrangementen in verband met het invoeren van nieuwe intra- of intersectorale
Nadere informatieRegeling modellen diploma s v.w.o.-h.a.v.o.-v.m.b.o.
Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Regeling modellen diploma s v.w.o.- h.a.v.o.-v.m.b.o. Bestemd voor scholen voor voortgezet
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 26498 23 september 2014 Rooster voor de centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens voortgezet onderwijs in
Nadere informatieDe voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Voortgezet Onderwijs IPC 2650 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500
Nadere informatieIn dit boekje vinden jullie informatie over de vervolgmogelijkheden na klas 1 en 2 op onze school.
2 Voorwoord Beste leerlingen/geachte ouders, In dit boekje vinden jullie informatie over de vervolgmogelijkheden na klas 1 en 2 op onze school. Als leerling is een richting kiezen voor jou heel belangrijk.
Nadere informatie3 e Jaarcongres VMBO. Praktisch VMBO. 24 januari 2012, Reehorst Ede
3 e Jaarcongres VMBO Praktisch VMBO 24 januari 2012, Reehorst Ede 3 e Jaarcongres VMBO Deelsessie 9 Taal en rekenen: zéker actueel in het vmbo Inhoud van deze workshop Actieplan beter presteren (kort)
Nadere informatieHet Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)
Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Ruud van Uffelen Vernieuwing beroepsgerichte programma s vmbo De structuur van de nieuwe examenprogramma's
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 30 079 VMBO Nr. 75 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,
Nadere informatieAanvraagprocedure voor scholen voor voortgezet speciaal onderwijs: verstrekking van een aanwijzing als exameninstelling voortgezet onderwijs
Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie DUO/ICO Primair onderwijs po 079-3232333 Aanvraagprocedure voor scholen voor voortgezet speciaal onderwijs: verstrekking van een aanwijzing
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 67074 29 november 2018 Beleidsregel van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 21 november 2018,
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 31 289 Voortgezet Onderwijs Nr. 320 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der
Nadere informatieDatum 3 juni 2013 schriftelijk verslag vaste commissie voor OCW over het rapport van CITO De praktijk van de eerste en tweede correctie.
>Retouradres Postbus 16375 25 BJ Den Haag de voorzitter de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 218 25 AE..DEN HAAG Voortgezet Onderwijs IPC 265 Rijnstraat 5 Den Haag Postbus 16375 25 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatieWAT MOET EN WAT MAG IN DE ONDERBOUW? versie. Sinds 1 augustus 2006. Onderbouw-VO. d e f i n i t i e v e LEERSTOFAANBOD ONDERWIJSTIJD
WAT MOET EN WAT MAG geactualiseerdee n versie d e f i n i t i e v e IN DE ONDERBOUW? Onderbouw-VO Noordzeelaan 24A 8017 JW Zwolle T 038 42 54 750 F 038 42 54 760 Postbus 266 8000 AG Zwolle E info@onderbouw-vo.nl
Nadere informatieMaatregelen naar aanleiding van het advies van de commissie Bosker
Stand van zaken invoering referentieniveaus taal en rekenen Brief aan Tweede Kamer d.d. 17 december 2014 Advies Doordacht doorzetten naar een hoger rekenniveau Dit is een servicedocument voor het voortgezet
Nadere informatieWelkom. Informatieavond 4 VMBO GT
Welkom Informatieavond 4 VMBO GT 1 Mededelingen: Vluchtroutes Mobiele telefoon Informatie: mee naar huis/op de mail 2 Teamleiders VMBO Anne Tappel team groen Inga Lokate team geel Thom Raats team oranje
Nadere informatieAfgesproken maatregelen
logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 4 april 2005 PO/KO/2005/14655 Onderwerp particulier onderwijs Tijdens het vragenuurtje
Nadere informatieMBO Conferentie Het 2F-, 2ER- en 2A-examen: welke student laat ik wanneer opgaan voor welk examen?
Freark? MBO Conferentie Het 2F-, 2ER- en 2A-examen: welke student laat ik wanneer opgaan voor welk examen? 15-11-2017 Ronde 2: 13:45 15:15 Freark van der Kooi Ik wil mijn leerlingen nog beter begeleiden
Nadere informatieBevorderings- en instroomrichtlijnen. Carmelcollege Gouda
Bevorderings- en instroomrichtlijnen Carmelcollege Gouda voor ouders, leerlingen en docenten Carmelcollege Gouda, versie 3, september 2018 een bundel voor ouders, leerlingen en docenten September 2018
Nadere informatieVoorbeeld efficiënte inpassing lwoo en pro binnen passend onderwijs.
[Typ hier] Voorbeeld efficiënte inpassing lwoo en pro binnen passend onderwijs. 11 mei 2015 Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Deze handreiking is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met:
Nadere informatieKoudum. Schooljaar 2014 / 2015 VMBO 3T. Programma van Toetsing en Afsluiting
Schooljaar 2014 / 2015 Programma van Toetsing en Afsluiting VMBO 3T Koudum Bogerman Christelijke school voor lwoo, vmbo, havo, atheneum, gymnasium en technasium www.bogerman.nl Koudum, september 2014 Aan
Nadere informatieTECHNIEK-BREED Activiteitenplanning proefexamens spe s BB en KB 2007 CEVO en Cito versie 1 * 16 oktober 2006
TECHNIEK-BREED Activiteitenplanning proefexamens spe s BB en KB CEVO en Cito versie 1 * 16 oktober Nr. Activiteit Datum 0. Vooraf Proefexamens De proefexamens spe BB en spe KB van het afgelopen examenjaar
Nadere informatieAlgemene regels schoolexamens & PTA d Oultremontcollege 2014 2015
Algemene regels schoolexamens & PTA d Oultremontcollege 2014 2015 Afdeling vmbo GT / vmbo KB / vmbo BB Examen 2015 1 REGELING EXAMENS EXAMEN 2015 Voor u liggen de algemene regels schoolexamens van het
Nadere informatieSCHOOLPLAN
SCHOOLPLAN 2015 2016 Onderwijs en zorg Op locatie Brandenberg wordt onderwijs aangeboden voor alle leerwegen van het VMBO inclusief LWOO leerjaar 1 t/m leerjaar 4. Locatie Brandenberg heeft in schooljaar
Nadere informatieVMBO Voorbereidend Middelbaar Beroeps Onderwijs
Inhoud VO avond 1. Onderwijstypen voortgezet onderwijs (VO) 2. Advisering basisschool 3. Toelichting toetsafname 4. Tijdspad 5. Ontwikkelingen 6. Traject aanmelding VO. 7. Tips bezoek en overzicht van
Nadere informatieDatum 18 januari 2013 Betreft Aanbieding rapport Inspectie doorstroming vmbo-havo
a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatie31 januari 2006. reacties
logoocw «Organisatie» «Afdeling» T.a.v. «Voorletters» «Achternaam» «Adres» «Postcode» «Woonplaats» Den Haag Ons kenmerk VO/OK/06/5150 Uw brief van 31 januari 2006 Onderwerp wiskunde in tweede fase vwo/havo
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 31 568 Staatkundig proces Nederlandse Antillen Nr. 145 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van
Nadere informatieDe diagnostische tussentijdse toets
De diagnostische tussentijdse toets Een toets om van te leren De diagnostische tussentijdse toets 1 Staatsexamens Diagnostische tussentijdse Nederlands VO als toets tweede taal Bouwen aan excellent onderwijs
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum Centrale examinering taal en rekenen mbo
a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.minocw.nl
Nadere informatieInvoering entreeopleiding
Invoering entreeopleiding Inleiding De entreeopleiding is geïntroduceerd in het kader van het actieplan Focus op Vakmanschap. Focus op Vakmanschap kent een tweetal pijlers: doelmatige leerwegen en modernisering
Nadere informatieOns. Onderwijs. Kwaliteit in onderwijs
Ons Onderwijs Kwaliteit in onderwijs Voorwoord Bij Marianum staat de ontwikkeling van de leerling voorop. Wij staan voor aantrekkelijk en afgestemd onderwijs, gemotiveerde leerlingen en goede eindresultaten.
Nadere informatieStapeling binnen Melanchthon
Stapeling binnen Melanchthon Na je examen doorstromen naar een ander niveau in het voortgezet onderwijs Marieke van den Vlekkert Maatje, MSc. Versie 3 februari 2013 Besproken in AD (18/12), MMT (18/12),
Nadere informatieProgramma maandag 6 oktober
Programma maandag 6 oktober Lesplein TL en Handel Administratie Boekje Programma Toetsing en Afsluiting Belangrijk om te weten m.b.t. schoolexamen en centraal schriftelijk en praktisch examen Informatie
Nadere informatieAlgemene uitleg door 2College Durendael
Algemene uitleg door VMBO algemeen VMBO, hoe is het ontstaan en waarom? Met de invoering van het VMBO in 1999 wilde toenmalig staatssecretaris van Onderwijs, mevr. T. Netelenbos (PvdA) de instroom in het
Nadere informatieRooster voor de centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens vwo, havo en vmbo in 2007
CEVO-mededeling Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666 eindexamens
Nadere informatieWat moet en wat mag in het voortgezet speciaal onderwijs (vso)
Onderwijsaanbod NIEUW beroepsgerichte programma s vmbo 1 Wat moet en wat mag in het voortgezet speciaal onderwijs (vso) 1 Onderwijsaanbod Inhoudsopgave 4 Wettelijk kader 7 Onderwijsaanbod 11 Vormgeving
Nadere informatieStructuur beroepsgericht vmbo Jacqueline Kerkhoffs, Rob Abbenhuis April 2017
Structuur beroepsgericht vmbo Jacqueline Kerkhoffs, Rob Abbenhuis April 2017 Op 1 augustus 2016 worden er nieuwe beroepsgerichte examenprogramma s ingevoerd in het vmbo. Vanaf die datum kent het vmbo tien
Nadere informatiePlenair Debat. 34184 Profielen Vmbo
Kamerlid: Straus Fractiecommissie: OCW 34184 Profielen Vmbo Plenair Debat Het vmbo voldoet niet meer aan de eisen van deze tijd. Het sluit niet aan bij het vervolg onderwijs en al helemaal niet bij de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 34 010 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet medezeggenschap op scholen en de Wet voortgezet onderwijs
Nadere informatieRegelingen voor voortgang en overgang tijdens de leerloopbaan. Inleiding
Regelingen voor voortgang en overgang tijdens de leerloopbaan Inleiding Iedere leerling doorloopt de schoolperiode op zijn of haar eigen manier. Het proces van keuzes maken in leerniveau en uiteindelijk
Nadere informatieHet invullen neemt ongeveer 20 minuten in beslag. U kunt de vragenlijst invullen tot 29 april 2016.
Introductie Welkom bij de vragenlijst over de examenpilot beroepsgerichte vakken vmbo. Deze vragenlijst bestaat uit vijf delen. Elk van deze delen gaat over het beroepsgericht examenprogramma vmbo zoals
Nadere informatieALGEMEEN DEEL VAN HET PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING. MAVO 3 en 4 HAVO 4 en 5 VWO 4, 5 en 6 cursus
ALGEMEEN DEEL VAN HET PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING MAVO 3 en 4 HAVO 4 en 5 VWO 4, 5 en 6 cursus 2016-2017 1 Algemeen deel van het PTA MAVO/HAVO/VWO Meander College - 2016-2017 1 Het onderwijsaanbod
Nadere informatieINTERSECTORAAL Activiteitenplanning proefexamens spe s BB en KB 2007 CEVO en Cito versie 1 * 16 oktober 2006
INTERSECTORAAL Activiteitenplanning proefexamens spe s BB en KB CEVO en Cito versie 1 * 16 oktober Nr. Activiteit Datum 0. Vooraf Intersectoraal-school Met Intersectoraal-school wordt in deze activiteitenplanning
Nadere informatiePresentatie tijdens lesjes middag. De Vos: jouw slimste keuze!
Presentatie tijdens lesjes middag De Vos: jouw slimste keuze! Visie Strategisch Beleidsplan Onze primaire functie en ons hoofddoel is het ontplooien van leerlingen op basis van individuele kwaliteiten.
Nadere informatieDe voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag
>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag.. Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 25 en 29 van de Wet op het voortgezet onderwijs;
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36797 22 december 2014 Beleidsregel van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 12 december 2014,
Nadere informatieDE COMPUTER BIJ CENTRALE EXAMENS EN REKENTOETS VO
DE COMPUTER BIJ CENTRALE EXAMENS EN REKENTOETS VO 2015-2018 DUIDELIJK DIGITAAL 8 SEPTEMBER 2015 Centrale examens VO Inleiding In deze brochure wordt informatie gegeven over de inzet van Facet in de komende
Nadere informatiefilmpje bewindslieden (http://www.taalenrekenen.nl/)
SLO oktober 2009 filmpje bewindslieden (http://www.taalenrekenen.nl/) Achtergrond Nederland heeft een goed onderwijssysteem. Maar, er is maatschappelijke zorg over de kwaliteit van het reken- en taalonderwijs.
Nadere informatieEnkele rekenexperts, docenten en andere betrokkenen. Rekentoetswijzercommissie voortgezet onderwijs. Expertmeeting rekentoetsen vo
Uitnodiging Aan Enkele rekenexperts, docenten en andere betrokkenen Van Rekentoetswijzercommissie voortgezet onderwijs Datum 16 maart 2011 Agenda Expertmeeting rekentoetsen vo Datum overleg 12 april 2011
Nadere informatie