Geachte voorzitter van de Commissie Jeugd en Burgerschap,

Transcriptie

1 Wethouder van Onderwijs, Jeugdzaken en Sport S. Dekker Gemeente Den Haag Retouradres: Postbus , 2500 DJ Den Haag Aan: de voorzitter van de Commissie Jeugd en Burgerschap Uw brief van Uw kenmerk Ons kenmerk BOW/ RIS Doorkiesnummer adres Onderwerp Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg Haaglanden 2010 Aantal bijlagen 2 Datum 20 november 2009 Geachte voorzitter van de Commissie Jeugd en Burgerschap, In uw vergadering van 16 september 2009 hebt u zich gebogen over het concept Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg Haaglanden 2010 van het stadsgewest. In een brief van 26 augustus 2009 (RIS ) heb ik u geïnformeerd over mijn commentaar op dit concept. In uw vergadering zijn aanvullende opmerkingen gemaakt. Later zijn daar door commissielid mevrouw S. Mulder nog opmerkingen aan toegevoegd. In het Bestuurlijk Overleg Jeugdzorg Haaglanden van 17 september 2009 heb ik de verzamelde Haagse reacties aan de vertegenwoordigers van stadsgewest Haaglanden, de opstellers van het Uitvoeringsprogramma, overgebracht. Door het stadsgewest Haaglanden is van de Haagse opmerkingen mijns inziens overwegend naar behoren nota genomen. Op sommige punten is direct actie ondernomen en veel punten hebben hun weerslag gevonden in een nieuwe redactie van de tekst van het Uitvoeringsprogramma. Voor een overzicht van de Haagse opmerkingen en de verwerking daarvan, verwijs ik naar bijlage 1. Vooral de inzet van de regionale jeugdzorg en het stadsgewest voor de Haagse Centra voor Jeugd en Gezin, waarbij Bureau Jeugdzorg (BJZ) in elk CJG participeert, stemt mij positief. De activiteiten van de afdeling Toegang van BJZ worden volgens een groeiscenario meer en meer vorm gegeven op de CJG s, waarbij de feitelijke 1-loketvorming nog punt van nadere uitwerking is. Bij één punt wil ik een kanttekening plaatsen. Dat betreft de zorgcoördinatie. Een gedegen aanpak van deze kwesties is van wezenlijk belang voor een adequate hulpverlening aan jeugd en gezin. Inlichtingen bij R. Lubbersen Postadres: Postbus , 2500 DJ Den Haag Telefoon: Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Fax: Internetadres:

2 BOW/ Over het regelen van de zorgcoördinatie om een sluitende aanpak te realiseren ben ik nog in gesprek met het stadsgewest en Bureau Jeugdzorg. Op dit punt hoop ik meer ambitie van het stadsgewest dan de twee in het Uitvoeringsprogramma aangekondigde pilots. Momenteel wordt de huidige versie van het Uitvoeringsprogramma door het stadsgewest besproken met het Ministerie van Jeugd en Gezin en met het Ministerie van Justitie. Vervolgens wordt het geagendeerd in de vergadering op 25 november 2009 van het Dagelijks Bestuur Haaglanden. Ik hoop u hiermee naar tevredenheid te hebben geïnformeerd. Mochten zich ten aanzien van het Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg Haaglanden 2010 nog bijzondere ontwikkelingen voordoen, dan zal ik u daarvan op de hoogte brengen. Met vriendelijke groet, de wethouder van Onderwijs, Jeugdzaken en Sport, Sander Dekker

3 BOW/ Bijlage 1 Opmerkingen bij UP 2010 vanuit Den Haag en de reacties van Haaglanden. Hieronder volgt een overzicht van de opmerkingen vanuit de gemeente Den Haag op het Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg Haaglanden 2010 en de verwerking daarvan door stadsgewest Haaglanden. Gezien de veelheid van punten gebeurt dit sterk samengevat. Opmerking vanuit gemeente Den Haag Wachtlijsten en wachttijden moeten korter. Kinderen dienen binnen 7 weken de jeugdzorg te krijgen die ze nodig hebben. Zorgcoördinatie uitgevoerd door Bureau Jeugdzorg (BJZ) moet, met het oog op een sluitende aanpak, een meer ambitieuze invulling krijgen dan enkele pilots. Scholen raken in handelingsverlegenheid door onvoldoende tips over hoe met kinderen om te gaan. Ouders haken af bij zwaardere indicatiestellingen in de scholen. Verschuilen achter privacywetgeving is ongewenst. Door personeelsverloop in de jeugdzorg wordt de continuïteit bedreigd. Plaatsing in de pleegzorg mag sneller. Reactie van stadsgewest Haaglanden 1. Incidenten waarbij de wachttijden extreem lang zijn, dienen terstond bij het stadsgewest te worden gemeld, want deze zijn onaanvaardbaar. 2. De wachtlijst bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) is eind 2009 teruggebracht tot nul. 3. Een verdere verkorting van de wachttijd op hulp na indicatiestelling tot 7 weken is in 2010 niet haalbaar (en blijft dus op maximaal 8 weken staan). Op bldz. 35 is een tekst toegevoegd over het verder terugdringen en het beheer van wachtlijsten. Haaglanden heeft begrip voor de wens om snel tot uitvoering te komen, maar er wordt ook gewezen op weinig extra ruimte qua capaciteit wegens, naar verwachting, beperkte financiële middelen in De suggestie tot inzet van eventuele extra rijksmiddelen voor de zorgcoördinatie door BJZ wordt in een totaalbeoordeling meegewogen. Er zijn nieuwe passages over zorgcoördinatie opgenomen op bldz. 22 en 24. Deze hebben betrekking op beleidsontwikkeling en het maken van afspraken met de gemeenten over dit onderwerp. BJZ is door het stadsgewest gewezen op de advies- en consultatiefunctie waarmee de handelingscompetentie op scholen kan worden verbeterd. Terugkoppeling naar scholen wordt nu genoemd op bldz. 23 van het UP. Goede communicatie tussen de Zorg Advies Teams op scholen en Bureau Jeugdzorg (BJZ) is noodzakelijk. O.a. om ouders op indicatiestelling voor te bereiden en afhaken te voorkomen. Dit punt is door het stadsgewest onder de aandacht gebracht van BJZ. BJZ-medewerkers worden bijgestuurd naar actiever toestemming verwerven voor informatieverstrekking aan derden. Nagegaan wordt wat de mogelijkheden zijn richting ZAT s. Het stadsgewest overlegt met BJZ over het waarborgen van de continuïteit. 1. Voor plaatsing in een pleeggezin is een OTS (Onder Toezicht Stelling) nodig.

4 BOW/ Regeldruk tot het minimum beperken. Gebruik van het BMC-rapport terzake. Wat is het gevolg van beëindiging van de inzet van Jeugdformaat bij de vrouwenopvang? Het belang van (samenwerking door jeugdzorg met) huisartsen wordt niet aangegeven. De gezinsgerichte aanpak krijgt te weinig nadruk. Kinderen van ouders in detentie krijgen geen aparte aandacht. Kinderen van ouders met psychiatrische problemen krijgen geen aparte aandacht. De betrokkenheid van BJZ bij het Veiligheidshuis is onvoldoende geborgd. De verworvenheden bij de CJG-ontwikkeling in Den Haag mogen best breed worden uitgedragen. Waar nodig is samenwerking met andere steden/regio s wenselijk. Jeugdzorg moet rekening houden met jongeren uit diverse culturen. Nazorg moet regionaal en gemeentelijk goed geregeld worden. De formuleringen in het UP zijn soms te vaag en vrijblijvend. Zorgmeldingen: herontwerp van de systematiek, waardoor screenings die nu achter elkaar plaatsvinden, worden geïntegreerd. Komen tot Door middel van een casusoverleg wordt de doorlooptijd korter. 2. Plaatsing in vrijwillig kader kan snel geregeld worden. Op bldz. 20 van het UP zijn over vermindering van de regeldruk passages toegevoegd. Toegezegd is dat het BMC-rapport daarbij wordt meegenomen. Stopzetting van de inzet van Jeugdformaat bij de vrouwenopvang is mogelijk door intensivering van de inzet van BJZ voor deze doelgroep. Op bldz. 30 en 33 van het UP wordt hieraan nu aandacht besteed. Bij de indicering door BJZ worden ook gegevens van huisartsen verzameld. BJZ onderneemt actie om consequenter toestemming te krijgen voor doorgifte van indicatiebesluiten aan huisartsen (zie ook: Privacywetgeving). Terugkoppeling wordt nu genoemd op bldz. 23 van het UP. BJZ gaat voorlichting geven aan de Huisartsenkring Haaglanden. Het belang van samenwerking wordt nu aangegeven op bldz. 22. Het stadsgewest verwijst naar de beschrijvingen van zorgcoördinatie (één gezin, één plan), o.a. op bldz. 23 van het UP. Haaglanden stelt dat deze kinderen vallen onder de voogdijregeling. Zie o.a. bldz. 31. Het stadsgewest wijst op een samenwerkingsovereenkomst tussen BJZ en Parnassia terzake. De deelname aan en de rol van BJZ in het Veiligheidshuis staan nu omschreven op bldz. 9 van het UP. De bereidheid om de voortvarende aanpak in Den Haag/Haaglanden van de Centra voor Jeugd en Gezin (CJG s) en de jeugdketen bij passende gelegenheden uit te dragen, wordt door het stadsgewest gedeeld. Daar waar er gezamenlijke belangen zijn richting Rijk, bijvoorbeeld t.a.v. de financiering van de jeugdzorg, is Haaglanden bereid om samen op te trekken. Op bldz. 13 van het UP is een zinsnede opgenomen waarin wordt aangegeven dat de jeugdzorg berekend dient te zijn op verschillende culturele achtergronden. Aan het belang van goede nazorg, o.a. door verlenging indicatie of overdracht aan lokale maatschappelijke opvang, worden in dit UP passages gewijd op bldz. 22 en 23. Naar vermogen worden doelen en acties minder vrijblijvend en puntiger geformuleerd. Volgens landelijke afspraak meldt de politie bij BJZ. Een onderzoek naar een integrale zorgmeldingroute via de CJG s wordt nu

5 BOW/ een screening door het CJG, waarvan BJZ deel uitmaakt, gericht op de vraag: wat is nodig voor het betreffende kind /gezin. Aan 12-minners met problemen moet eerder aandacht worden besteed. Indicatiestelling door BJZ dient, ook in zwaardere gevallen, bij voorkeur binnen een CJG te worden uitgevoerd. Afspraken over een meer integrale aanpak van huiselijk geweld worden in het UP niet teruggevonden. Financiën: eventuele bezuinigingen gericht opvangen. Aandacht voor de aanpak van Loverboys is gewenst. aangekondigd op bldz. 6 en 8. Aan vroegtijdige signalering van 12-minners die dreigen af te glijden wordt nu aandacht besteed op bldz. 7 en 8. Dit thema zal onderdeel uitmaken van het onderzoek naar een zorgmeldingroute via de CJG s. Eenvoudige indiceringen kunnen geheel binnen een CJG worden uitgevoerd. Meer complexe indicatiestellingen kunnen niet op elke locatie worden gedaan, i.v.m. diagnostisch onderzoek. In het kader van een integrale aanpak van huiselijk geweld werkt BJZ samen met andere partijen en richt zich daarbij primair, conform de wettelijke taak, op de jeugdige slachtoffers. Tegen de achtergrond van het wegvallen van incidentele rijksmiddelen en rekening houdend met de vraagontwikkeling heeft het stadsgewest 5 miljoen euro minder begroot voor de budgetten jeugdzorg vergeleken met Hierover wordt nog overlegd met het rijk. Op bldz. 6 van dit UP is een zin opgenomen waarin de bereidheid van jeugdzorg tot het leveren van een bijdrage aan de aanpak van loverboyproblematiek tot uiting wordt gebracht.