BESLUIT. 3. Bij beslissing van 26 mei 2005 heeft de NMa het verzoek tot handhaving van de heer Hoekstra afgewezen ( de bestreden beslissing ).

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BESLUIT. 3. Bij beslissing van 26 mei 2005 heeft de NMa het verzoek tot handhaving van de heer Hoekstra afgewezen ( de bestreden beslissing )."

Transcriptie

1 Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4708/32 Betreft zaak: Hoekstra vs. AGIS - Amicon/Menzis Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot niet-ontvankelijk verklaring van de bezwaren gericht tegen de beslissing van 26 mei 2005 (kenmerk 4708/10). I. Verloop van de procedure 1. Op 13 december 2004 heeft de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit ( d-g NMa ) een brief ontvangen van de heer Hoekstra waarin een klacht wordt ingediend. Op 6 mei 2004 en 26 oktober 2004 heeft de heer Hoekstra zijn klacht aangevuld. 2. De klacht van de heer Hoekstra, werkzaam als huisarts, richt zich op vermeend misbruik van een economische machtspositie door AGIS Zorgverzekeringen ( AGIS ) en Amicon/Menzis. De heer Hoekstra stelt dat AGIS en Amicon/Menzis hun positie misbruiken doordat zij ieder afzonderlijk weigeren te onderhandelen met de heer Hoekstra over het door deze zorgverzekeraars aan de heer Hoekstra voorgelegde contract. 3. Bij beslissing van 26 mei 2005 heeft de NMa het verzoek tot handhaving van de heer Hoekstra afgewezen ( de bestreden beslissing ). 4. Bij brief van 4 juli 2005 heeft de heer Hoekstra bezwaar gemaakt tegen de bestreden beslissing. Op verzoek van de NMa heeft de gemachtigde van de heer Hoekstra op 1 september 2005 het bezwaarschrift nader aangevuld. 5. Op 1 november 2005 heeft ten kantore van de NMa een hoorzitting plaatsgevonden. Bij die gelegenheid heeft (de gemachtigde van) de heer Hoekstra een mondelinge toelichting gegeven op zijn bezwaarschrift. Van de zitting is een verslag gemaakt, dat aan de heer Hoekstra is toegezonden. 1 Openbaar

2 II. De bestreden beslissing 6. Het verzoek van de heer Hoekstra tot handhaving van de Mededingingswet jegens AGIS en Amicon/Menzis is bij de bestreden beslissing afgewezen. Dit oordeel berust, kort weergegeven, op de volgende gronden. 7. In de bestreden beslissing wordt allereerst opgemerkt dat de NMa vele klachten en signalen hebben bereikt ten aanzien van mogelijk misbruik van inkoopmacht, zowel in de zorg als in andere sectoren. Naar aanleiding daarvan heeft de NMa in 2004 een brede inventarisatie gedaan, hetgeen heeft geresulteerd in het Visiedocument Inkoopmacht In de bestreden beslissing komt de NMa allereerst tot de conclusie dat de Nederlandse zorgverzekeraars geen ondernemingsactiviteiten uitoefenen bij het uitvoeren van de Ziekenfondswet. De Mededingingswet is daarom niet van toepassing op die activiteiten. Vervolgens wordt geconcludeerd dat in het onderhavige geval de Mededingingswet niet van toepassing is op de gedragingen van de zorgverzekeraars, aangezien huisartsenzorg uitsluitend wordt ingekocht voor ziekenfondsverzekerden. 9. In aanvulling op het bovenstaande is in de bestreden beslissing uiteengezet wat de beoordeling is indien de Mededingingswet wel van toepassing zou zijn. Een zorgverzekeraar zal in zijn traditionele kernwerkgebied vaak beschikken over een groot marktaandeel en daarmee over een sterke positie op de markt(en) voor inkoop van zorg. 10. Wat betreft de weigering van AGIS en Amicon/Menzis om met de heer Hoekstra te onderhandelen over het aan hem door beide zorgverzekeraars voorgelegde contract, wordt in de bestreden beslissing opgemerkt dat de Mededingingswet niet dwingt tot individuele onderhandelingen tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars, ook niet als een zorgverzekeraar een economische machtspositie heeft. III. Het bezwaar 11. In het bezwaarschrift heeft de heer Hoekstra zijn bezwaren toegelicht. In het bezwaarschrift stelt de heer Hoekstra voor zover hier relevant dat hij een objectief bepaalbaar, eigen en 1 Dit document is te raadplegen op de website van de NMa ( 2 Openbaar

3 voldoende actueel belang heeft. Verder stelt de heer Hoekstra dat hij zich in rechtens relevante mate onderscheidt van de andere betrokkenen (al dan niet tot een grote groep behorende). Hiertoe voert de heer Hoekstra aan dat zijn persoonlijk belang is gelegen in het feit dat steeds meer de neiging bestaat bij andere en zogenoemde verre verzekeraars om zich te conformeren aan het regionaal tot stand gekomen contract, waardoor hij er belang bij heeft dat er een goed en normaal uitonderhandeld contract komt met zijn belangrijkste contractspartners. 12. Ten slotte stelt de heer Hoekstra dat er vanwege redenen van strategische aard aanleiding is om bij de toepassing van de Mededingingswet in dezen een wat ruimer belanghebbendebegrip te hanteren in die zin dat elke contractpartij van Amicon c.s. die een verzoek doet om toepassing van artikel 56 Mw als belanghebbende moet worden aangemerkt. IV. Hoorzitting 13. De (gemachtigde van de) heer Hoekstra heeft tijdens de hoorzitting een nadere toelichting gegeven met betrekking tot het kunnen worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 1:2, eerste lid, Awb. Tijdens de hoorzitting heeft de heer Hoekstra kort en zakelijk weergegeven het volgende aangevoerd. 14. De heer Hoekstra voert allereerst aan dat de definitie van belanghebbende in het mededingingsrecht dient te worden ingekleurd door het belanghebbende-begrip, zoals dat in het Europees mededingingsrecht wordt gehanteerd. Hiertoe wordt aangevoerd dat het Europese belanghebbende-begrip mutatis mutandis moet worden toegepast wat de ontvankelijkheid onder de bepalingen van de Mededingingswet betreft, aangezien de Mededingingswet niet op strengere of minder strenge wijze moet worden toegepast dan het Europees mededingingsrecht. Bovendien moet dat rechtstreeks worden gehanteerd wanneer de artikelen 81 en 82 van het EG-verdrag van toepassing zijn. 15. Verder stelt de heer Hoekstra dat hij niet op een lijn is te stellen met een willekeurige consument, aangezien de heer Hoekstra in een economische relatie staat tot de zorgverzekeraar. In deze relatie zou de heer Hoekstra zijn aan te merken als toeleverancier en de zorgverzekeraars als inkopers van zorg ten behoeve van hun verzekerden. In dit kader voert de heer Hoekstra aan dat hij door het indienen van een klacht bij de NMa zich onderscheidt van zorgaanbieders die geen klacht hebben ingediend, als gevolg waarvan hij is aan te merken als belanghebbende. 16. Voorts stelt de heer Hoekstra aan dat hij zich in rechtens relevante mate onderscheidt van de andere groep betrokkenen. De heer Hoekstra voert in dit verband aan dat hij heeft geprobeerd, in afwijking van het standaardcontract, te komen tot een individuele 3 Openbaar

4 overeenkomst met Amicon. Het belangrijkste van het standaardcontract afwijkende onderdeel van die overeenkomst zou moeten zijn een seniorenregeling. De heer Hoekstra wenst een scheiding tussen de zorg die wordt geboden in kantooruren en die daarbuiten, de zogenaamde avond-, nacht- en weekenddiensten. 17. Bovendien zouden in eerdere uitspraken van de rechtbank Rotterdam individuele beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wel degelijk als belanghebbende zijn aangemerkt. V. Beoordeling 18. De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit ( de Raad ) ziet zich in bezwaar allereerst gesteld voor de vraag of de heer Hoekstra kan worden ontvangen in zijn bezwaar. 19. Wat de vraag betreft of de heer Hoekstra kan worden ontvangen in zijn bezwaar, merkt de Raad allereerst op dat op grond van artikel 7:1 Awb in samenhang met artikel 8:1 Awb, tegen een besluit bezwaar en beroep open staat voor degene die als belanghebbende kan worden aangemerkt. 20. Daarnaast merkt de Raad op dat de omstandigheid dat de heer Hoekstra geadresseerde is van de bestreden beslissing, aangezien het een reactie op zijn klacht behelst, niet impliceert dat hij per definitie een belanghebbende is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. 21. Voor zover de heer Hoekstra betoogt dat bij de definitie van belanghebbende in het mededingingsrecht rekening moet worden gehouden met het formeel communautaire recht, kan de Raad dit betoog niet volgen. De Raad merkt op dat de door de Nederlandse wetgever nagestreefde parallellie van het nationale en communautaire mededingingsrecht in beginsel slechts ziet op het materiële recht en niet op het (formele) procesrecht. 2 Dit geldt zowel bij toepassing van het nationale mededingingsrecht als bij rechtstreekse toepassing van de artikelen 81 en 82 EG. Gelet hierop is de Raad van oordeel dat hij niet is gebonden aan het toepassen van het formeel communautaire recht op procedures die bij de NMa voorliggen. Daarbij neemt de Raad in aanmerking dat bij de regeling van de formeelrechtelijke aspecten van de Mededingingswet met inachtneming van het Nederlands bestuursrecht zoveel mogelijk is aangesloten bij het communautair mededingingsrecht. 3 Dit betekent echter niet dat de rechtspositie van klagers in Nederlandse mededingingszaken met inachtneming van 2 Rechtbank Rotterdam, 7 augustus 2003, MEDED 02/259 RIP, Texaco Nederland B.V. vs. d-g NMa (LJN-nummer AI1062). 3 Parlementaire Geschiedenis van de Mededingingswet, p Openbaar

5 de regels van het Nederlands bestuursrecht, niet kan afwijken van die van klagers in Europese mededingingszaken. Voor zover in dit kader een wezenlijke afwijking van de rechtsbescherming van klagers in Europese mededingingszaken ongewenst moet worden geacht, is dat in het onderhavige geval in ieder geval niet aan de orde (zie ook hierna randnummer 33). Dit kan derhalve in het midden blijven. 22. Dat in een eerdere zaak van de NMa en uitspraak van de Rechtbank Rotterdam een individuele zorgaanbieder die een klacht had ingediend tegen een zorgverzekeraar (impliciet) als belanghebbende zou zijn aangemerkt, 4 zoals de heer Hoekstra betoogt, neemt niet weg dat de Raad in iedere zaak afzonderlijk en op basis van de merites van die zaak ambtshalve dient te beoordelen of de bezwaarmaker kan worden aangemerkt als belanghebbende en derhalve kan worden ontvangen in zijn bezwaar. Bovendien verschilt onderhavige zaak van de zaak waarnaar de heer Hoekstra verwijst in die zin dat de klacht van de desbetreffende klager om redenen van prioriteit is afgewezen. De vraag of de NMa de bevoegdheid heeft om een prioriteitenbeleid te hanteren dan wel om redenen van prioriteit klachten af te wijzen, stond centraal in de uitspraak van de rechtbank Rotterdam. Dat in deze uitspraak niet is ingegaan op de vraag of eiser kon worden aangemerkt als belanghebbende, betekent niet dat hieruit kan worden geconcludeerd dat een individuele zorgaanbieder per definitie belanghebbende is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. 23. Op grond van artikel 1:2, eerste lid, Awb is een belanghebbende degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Daarnaast moet blijkens de rechtspraak aan de volgende cumulatieve voorwaarden zijn voldaan. Er moet sprake zijn van een eigen belang, dat objectief bepaalbaar, actueel en persoonlijk is. 24. Het vereiste van een persoonlijk belang houdt in dat het bij het besluit betrokken belang zodanig moet zijn dat de betrokkene zich daarmee in rechtens relevante mate onderscheidt van (al dan niet een grote groep behorende) andere betrokkenen. 5 In de Memorie van Toelichting bij artikel 1:2 Awb staat dat als volgt verwoord: Maar ook een persoon van wie gezegd kan worden dat hij enig belang heeft, doch die zich op dat punt niet onderscheidt van grote aantallen anderen, kan niet worden beschouwd als een persoon met een rechtsreeks betrokken belang. 6 Het feit dat iemand enig belang heeft, is derhalve onvoldoende om te worden beschouwd als belanghebbende in de zin van artikel 1:2, eerste lid, Awb. 4 Rechtbank Rotterdam, 2 december 2004, MEDED 03/2084 KNP, Kingma vs. d-g NMa (LJN-nummer AS3852). 5 Zie bijvoorbeeld de uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 3 juli 1998 (LJN-nummer AN5725) en 6 augustus 2003 (LJN-nummer AI0789) en van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, 15 januari 2003 (LJN-nummer AF4118). 6 PG Awb I, p Openbaar

6 25. Aan het criterium van voldoende persoonlijk belang is door het College van Beroep voor het bedrijfsleven ( CBb ) als volgt nadere invulling gegeven 7 : Met het stellen van het vereiste van het zijn van belanghebbende is door de wetgever een begrenzing beoogd van de kring van degenen die tegen een besluit beroep kunnen instellen (..) Het is niet de bedoeling van de wetgever geweest beroep open te stellen voor een ieder. Er zal dan ook sprake moeten zijn van een specifiek, individueel belang van betrokkene, dat door het besluit wordt geraakt en waardoor de positie van de betrokkene zich onderscheidt van die van willekeurig iedere andere elektriciteitsafnemer. 26. Naar het oordeel van de Raad voldoet de heer Hoekstra niet aan de vereisten welke in de Algemene wet bestuursrecht en de rechtspraak worden gesteld aan het belanghebbendebegrip. In het onderhavige geval acht de Raad een specifiek, individueel belang niet aanwezig. Uit de situatie van de heer Hoekstra en ook uit hetgeen hij tijdens de hoorzitting naar voren heeft gebracht, blijkt dat hij als huisarts wellicht belang heeft bij het op individuele basis kunnen onderhandelen met de betreffende zorgverzekeraar over het door die zorgverzekeraar aan hem voorgelegde contract, maar daarin onderscheidt hij zich niet van een willekeurig andere huisarts. Niet is gebleken van een bijzonder nadeel dat de heer Hoekstra anders dan andere, al dan niet oudere huisartsen treft. De heer Hoekstra bevindt zich immers in een situatie ontstaan door de wijze van contracteren door zorgverzekeraars die overeenkomt met de situatie waarin alle andere, al dan niet oudere huisartsen die op de markt actief zijn zich bevinden De Raad kan de stelling van de heer Hoekstra dat er redenen van strategische aard zijn om bij de toepassing van de Mededingingswet in dezen een ruimer belanghebbende-begrip te hanteren, niet volgen. In dit verband wijst de Raad op de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam van 15 augustus 2001, waarin de rechtbank heeft bepaald dat er geen redenen van strategische aard zijn het belanghebbende-begrip voor de Mededingingswet te verruimen. Daaraan staat naar het oordeel van de rechtbank in de weg dat een zekere beperking van de ruimst mogelijke opvatting van het begrip belanghebbende noodzakelijk is om de uitvoering van de administratieve wetgeving en de in dat kader plaatsvindende procedures efficiënt en slagvaardig te doen verlopen. 9 Het feit dat, zoals de heer Hoekstra stelt, de uitvoerbaarheid en slagvaardigheid niet wordt belemmerd omdat verzoeken tot handhaving door contractspartijen van Amicon c.s. niet frequent voorkomen, doet hieraan niet af. 7 CBb d.d. 4 november 1998, Awb 97/681, 97/682 en 97/ Zie bijvoorbeeld rechtbank Rotterdam d.d. 23 december 2005, MEDED 04/ WILD, Van Broekhuijze vs. Raad van Bestuur NMa. 9 Zie bijvoorbeeld rechtbank Rotterdam d.d. 15 augustus 2001, 99/1783 MEDED SIMO, Postbussen (LJN-nr.: AB6588). 6 Openbaar

7 28. Voorts heeft de Raad bij zijn beoordeling of de heer Hoekstra belanghebbende is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht nog het volgende in aanmerking genomen. 29. De Raad is met de heer Hoekstra van oordeel dat hij niet zonder meer op één lijn is te stellen met een willekeurige consument, aangezien de heer Hoekstra in andere economische relatie staat tot Amicon c.s. In deze relatie kan de heer Hoekstra worden aangemerkt als toeleverancier en Amicon c.s. als inkoper van zorg ten behoeve van zijn verzekerden. 30. De Raad volgt de heer Hoekstra echter niet in zijn stelling dat sprake is van belanghebbendheid, omdat hij als toeleverancier een klacht heeft ingediend tegen Amicon c.s. Daarmee onderscheidt hij zich als toeleverancier van andere toeleveranciers die geen klacht hebben ingediend, aldus de heer Hoekstra. 31. Allereerst merkt de Raad op dat alle huisartsen zich geconfronteerd zien met de wijze van contracteren door Amicon c.s. In deze zin onderscheidt de heer Hoekstra zich derhalve niet van ieder andere huisarts met wie hij in concurrentie staat Daarnaast is het enkele feit dat de heer Hoekstra een klacht heeft ingediend tegen Amicon c.s. met wie hij in een economische relatie staat, op zichzelf onvoldoende om als belanghebbende bij de beslissing naar aanleiding van de klacht te worden aangemerkt. Dit maakt niet dat sprake is van een onderscheidend belang op basis waarvan hij kan worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van Algemene wet bestuursrecht. De positie van de heer Hoekstra die in dezen een klacht heeft ingediend bij de NMa dient zich te onderscheiden van de groep huisartsen die geen klacht hebben ingediend. Van een dergelijke onderscheidend karakter is de Raad niet gebleken. Dat de wijze van contracteren door Amicon c.s. uiteenlopende concrete (economische) gevolgen kan hebben voor de heer Hoekstra, onderscheidt hem niet van alle andere betrokken marktdeelnemers, omdat Amicon c.s. deze wijze van contracteren toepast op alle marktdeelnemers. 33. Voor zover de Raad bij de uitleg van het belanghebbende-begrip al rekening zou moeten houden met het formeel communautaire recht, in die zin dat dit niet zou mogen leiden tot een wezenlijk afwijkende rechtsbescherming, is de Raad van oordeel dat de uitleg van het belanghebbende-begrip in de randnummers hiervoor, hieraan voldoet. De jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen houdt in dat door een ander dan degene op wiens handelen of nalaten een besluit betrekking heeft, beroep kan worden ingesteld indien die ander daardoor rechtsreeks en individueel wordt geraakt, hetgeen het geval is indien het besluit de rechtspositie van de klager beïnvloedt vanuit een zekere 10 Vergelijk de uitspraak van de rechtbank Rotterdam d.d. 24 maart 2005, 05/451 MEDED T1, R.K. van der Brugge en d-g NMa. 7 Openbaar

8 bijzondere hoedanigheid of vanuit een feitelijke situatie die hem ten opzichte van ieder ander karakteriseert en hem op soortgelijke wijze individualiseert als de geadresseerde van het besluit. 11 Zoals hiervoor aangegeven is de Raad niet gebleken van een bijzondere hoedanigheid dan wel specifieke omstandigheden op basis waarvan de heer Hoekstra zich zou onderscheiden ten opzichte van iedere andere huisarts. 34. Op grond van het bovenstaande concludeert de Raad dat de heer Hoekstra geen belanghebbende is in de zin van artikel 1:2, eerste lid, Awb. Het bezwaar van de heer Hoekstra gericht tegen de beslissing van de NMa van 26 mei 2005 dient derhalve nietontvankelijk te worden verklaard. 11 HvJ EG d.d. 15 juli 1963, zaak 25/62, Plaumann & Co vs. Commissie, Jur. 1963, 207; GvEA d.d. 22 februari 2000, zaak T- 138/98, ACAV e.a. vs. Raad van de Europese Unie, Jur. 2000, II-341, r.o. 57; Rechtbank Rotterdam d.d. 11 maart 2003, MEDED 02/92-RIP, M. Janki en d-g NMa. 8 Openbaar

9 BESLUIT De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit verklaart het bezwaar van de heer Hoekstra gericht tegen de beslissing van 26 mei 2005 (kenmerk 4708/10) niet-ontvankelijk. Datum: 7 februari 2006 De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, namens deze, w.g. M.T.P.J. van Oers Directeur Juridische Dienst Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een beroepschrift indienen bij de rechtbank Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 MB Rotterdam. 9 Openbaar

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 3758-32 Betreft zaak: Tariefstructuur Arbodiensten Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijkheidsverklaring

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3779-31 Betreft zaak: Van Winkel/KNGF Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen zijn besluit

Nadere informatie

BESLUIT. 3. Bij besluit van 4 april 2003, kenmerk 3444/3, (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen.

BESLUIT. 3. Bij besluit van 4 april 2003, kenmerk 3444/3, (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3444/12 Betreft zaak: 3444/ Halbertsma Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijkverklaring van het

Nadere informatie

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen.

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen. BESLUIT Nummer 2600/ 41 Betreft zaak: Ralet vs CZ en VGZ Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het bezwaar gericht tegen zijn besluit van

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Verloop procedure en feitelijke achtergrond

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Verloop procedure en feitelijke achtergrond Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4040-31 Betreft zaak: Klacht Van der Brugge tegen Raden voor Rechtsbijstand en NOvA Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij brief van 20 augustus 2002 heeft de d-g NMa meegedeeld dat de klacht geen aanleiding geeft voor een nader onderzoek.

BESLUIT. 2. Bij brief van 20 augustus 2002 heeft de d-g NMa meegedeeld dat de klacht geen aanleiding geeft voor een nader onderzoek. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3067/15 Betreft zaak: Lourdes bedevaart. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijk verklaring van

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 2061 Betreft zaak: Nederlandse Associatie voor Psychotherapie (NAP) Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit. Nummer 6486/62 Betreft zaak: Easyjet v. N.V. Luchthaven Schiphol 1. Inleiding 1. Op

Nadere informatie

BESLUIT. 6. Op 14 oktober 2004 heeft ten kantore van de NMa een hoorzitting plaatsgevonden. Hierop hebben Move en Stemra zich laten vertegenwoordigen.

BESLUIT. 6. Op 14 oktober 2004 heeft ten kantore van de NMa een hoorzitting plaatsgevonden. Hierop hebben Move en Stemra zich laten vertegenwoordigen. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3720-31 Betreft zaak: Mosselman-Stemra Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen zijn besluit

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt.

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2960/ 24 Betreft zaak: Abegg - CZ Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het tegen zijn

Nadere informatie

6. Bij brief van 22 oktober 2001 heeft Vebega de gronden van haar bezwaarschrift op het punt van de ontvankelijkheid aangevuld.

6. Bij brief van 22 oktober 2001 heeft Vebega de gronden van haar bezwaarschrift op het punt van de ontvankelijkheid aangevuld. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen de beslissing van 4 september 2001, kenmerk 2269-95.F.049. Zaaknummer 2705-19/ Vebega I.

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. I. Het verloop van de procedure

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. I. Het verloop van de procedure Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2260-108 Betreft zaak: Vereniging Vrije Vogel vs. KLM Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar van Vereniging

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij brief van 17 december 2001 is TDN verzocht informatie te geven naar aanleiding van de klacht.

BESLUIT. 2. Bij brief van 17 december 2001 is TDN verzocht informatie te geven naar aanleiding van de klacht. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 2751/ 27 Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het bezwaar tegen zijn besluit van 7

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Tegen het bestreden besluit heeft M.E. Steneker (hierna: bezwaarmaker) tijdig bezwaar aangetekend bij brief van 3 augustus 2006.

BESLUIT. 4. Tegen het bestreden besluit heeft M.E. Steneker (hierna: bezwaarmaker) tijdig bezwaar aangetekend bij brief van 3 augustus 2006. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3938_277/44 Betreft zaak: B&U-sector / Bouwbedrijf Steneker Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht

Nadere informatie

BESLUIT. II. Klacht van 10 augustus 2002 en het bestreden besluit van 14 november 2002

BESLUIT. II. Klacht van 10 augustus 2002 en het bestreden besluit van 14 november 2002 Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar tegen zijn besluit van 14 november 2002, kenmerk 3119/ 7.b353 Nummer

Nadere informatie

6. Bij bericht van 9 juli 2014 heeft [X] nadere schriftelijke stukken ingediend.

6. Bij  bericht van 9 juli 2014 heeft [X] nadere schriftelijke stukken ingediend. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2014/204376_OV Zaaknummer: 14.0629.53.1.01 Datum: 19 september 2014 BESLUIT VAN DE AUTORITEIT CONSUMENT EN MARKT TOT NIET-ONTVANKELIJKVERKLARING VAN HET BEZWAAR VAN DE HEER [X] GERICHT

Nadere informatie

BESLUIT. 3. Op 25 maart 2002 heeft Politheek tegen het bestreden besluit een bezwaarschrift ingediend.

BESLUIT. 3. Op 25 maart 2002 heeft Politheek tegen het bestreden besluit een bezwaarschrift ingediend. Nederlandse mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2855-26 Betreft zaak: Politheek Explorer Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het bezwaar

Nadere informatie

BESLUIT. 2. De d-g NMa heeft wegens de hiervoor genoemde overtreding aan bovengenoemde ondernemingen een boete opgelegd.

BESLUIT. 2. De d-g NMa heeft wegens de hiervoor genoemde overtreding aan bovengenoemde ondernemingen een boete opgelegd. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4363-134 Betreft zaak: 4363 Dijkers & Pijl B.V. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT. Nummer 2853-28 Betreft zaak: DGT B.V. vs Relan Arbo B.V. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nummer 5964 / 21 Betreft zaak: De Pontonnier

Nadere informatie

1. Op 2 juli 1999 heeft Nellen Seeds bij de NMa een klacht ingediend tegen de Nederlandse Vereniging voor Zaaizaad en Plantgoed (hierna: NVZP).

1. Op 2 juli 1999 heeft Nellen Seeds bij de NMa een klacht ingediend tegen de Nederlandse Vereniging voor Zaaizaad en Plantgoed (hierna: NVZP). BESLUIT Zaaknummer 1400/Nellen Seeds vs NVZP Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot niet ontvankelijkverklaring van het bezwaarschrift gericht tegen zijn besluit

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3938_348/86 Betreft zaak: B&U-sector / Bosch Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen het

Nadere informatie

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Inleiding

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Inleiding Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 103078_4/20 Betreft zaak: Beslissing op bezwaar tegen het besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit van 29 augustus 2008,

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen de beslissing van 23 oktober 2003.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen de beslissing van 23 oktober 2003. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 1675-60 Betreft zaak: Werkgroep Behoud van een Volwaardig Ziekenhuis Velp Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij besluit van 26 februari 2004 (hierna: het bestreden besluit) heeft de d-g NMa de klacht van de heer Mulder afgewezen.

BESLUIT. 2. Bij besluit van 26 februari 2004 (hierna: het bestreden besluit) heeft de d-g NMa de klacht van de heer Mulder afgewezen. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3878-25 Betreft zaak: Waleweingaarde Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrond verklaring van het bezwaar

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 1365-85 Betreft zaak: WilMar Press & Productions Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op bezwaar tegen zijn besluit

Nadere informatie

Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT

Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Nummer: 101601_1/ 16 101601_2/ 12 101601_3/ 12 Besluit van de directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie op de bezwaren tegen zijn besluiten van

Nadere informatie

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd.

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3938_650/35 Betreft zaak: B&U-sector / Beheermaatschappij P. Moll Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2844-23 Betreft zaak: Huub Kemper Makelaardij/Esto Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 5161-25 Betreft zaak: Barão vs Stichting Financiële Dienstverlening Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar

Nadere informatie

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar I. VERLOOP VAN DE PROCEDURE

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar I. VERLOOP VAN DE PROCEDURE Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4965/60 Betreft zaak: Alarmcentrale Nederland B.V. (besluit in primo) Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot afwijzing

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nummer 4445-51 Betreft zaak: 4445/ Aannemingsbedrijf

Nadere informatie

BESLUIT. Openbare versie. 1 Verloop van de procedure. Openbaar

BESLUIT. Openbare versie. 1 Verloop van de procedure. Openbaar Openbare versie Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6944/91 Betreft zaak: Zegelverbreking LHV Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht

Nadere informatie

BESLUIT. 1. Op 23 september 1998 heeft I.T. Holland een klacht ingediend tegen Microsoft B.V. (hierna: Microsoft).

BESLUIT. 1. Op 23 september 1998 heeft I.T. Holland een klacht ingediend tegen Microsoft B.V. (hierna: Microsoft). BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen de beslissing van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit d.d. 19

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt:

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt: Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6494_1/309; 6836_1/220 Betreft zaak: Limburgse bouwzaken 1 en 2 / de heer [A] Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Bij besluit van 11 januari 2002 ( het bestreden besluit ) is de klacht van Vink afgewezen.

BESLUIT. 4. Bij besluit van 11 januari 2002 ( het bestreden besluit ) is de klacht van Vink afgewezen. Nederlandse mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 2831-31 Betreft zaak: Vink-Janse Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het bezwaar van

Nadere informatie

Openbaar. Besluit. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure. Beslissing op bezwaar. Ons kenmerk : ACM/UIT/ Zaaknummer : ACM/18/ Datum :

Openbaar. Besluit. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure. Beslissing op bezwaar. Ons kenmerk : ACM/UIT/ Zaaknummer : ACM/18/ Datum : Besluit Beslissing op bezwaar Ons kenmerk : ACM/UIT/503958 Zaaknummer : ACM/18/034372 Datum : 1 Samenvatting 1. [VERTROUWELIJK] (hierna: verzoeker) heeft een handhavingsverzoek ingediend bij de Autoriteit

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij brief van 31 oktober 2003, kenmerk , is gemotiveerd uiteengezet om welke redenen het dossier in zaak 3257 wordt gesloten.

BESLUIT. 2. Bij brief van 31 oktober 2003, kenmerk , is gemotiveerd uiteengezet om welke redenen het dossier in zaak 3257 wordt gesloten. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3824-16 Betreft zaak: Zaak 3824 / GfK Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen zijn beslissing

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3801-75 Betreft zaak: Waldeck (VLOD) Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijk verklaring van het

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Bij brief van 16 maart 2010 heeft xcat aangegeven geen aanleiding te zien haar bezwaar mondeling toe te lichten tijdens een hoorzitting.

BESLUIT. 4. Bij brief van 16 maart 2010 heeft xcat aangegeven geen aanleiding te zien haar bezwaar mondeling toe te lichten tijdens een hoorzitting. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6881/33 Betreft zaak: Wob-verzoek xcat.nl Publishing Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij besluit d.d. 28 januari 2003, met kenmerk 3279/3 (hierna ook: het bestreden besluit), heeft de d-g NMa genoemde klacht afgewezen.

BESLUIT. 2. Bij besluit d.d. 28 januari 2003, met kenmerk 3279/3 (hierna ook: het bestreden besluit), heeft de d-g NMa genoemde klacht afgewezen. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3279/22 Betreft zaak: Jachthavens Zuidelijke Randmeren vs Gemeente Hoorn Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij besluit van 5 februari 2002 is de klacht afgewezen. De essentie van dit besluit wordt hierna onder III weergegeven.

BESLUIT. 2. Bij besluit van 5 februari 2002 is de klacht afgewezen. De essentie van dit besluit wordt hierna onder III weergegeven. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2849-15 Betreft zaak: Allibre/Gemeente Breda Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het

Nadere informatie

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. Voorgeschiedenis

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. Voorgeschiedenis Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 7487 / 32 Betreft zaak: Zaaknr.:7487 / Herzieningsverzoek Hendriks I Voorgeschiedenis 1. Op 19 oktober 2001 heeft de heer Hendriks, namens Stichting Vill

Nadere informatie

5. RBN biedt een Voip-applicatie genaamd RingCredible aan. Met deze applicatie kunnen eindgebruikers bellen over het internet.

5. RBN biedt een Voip-applicatie genaamd RingCredible aan. Met deze applicatie kunnen eindgebruikers bellen over het internet. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2015/201646_OV Zaaknummer: 14.0875.31.1.01 Datum: 7 april 2015 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op het bezwaar van RBN B.V. gericht tegen zijn besluit van 18 december 2014,

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3802-59 Betreft zaak: Waldeck (verzoek intrekking VLOD) Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot niet ontvankelijk

Nadere informatie

BESLUIT. 3. Op 19 november 2002 heeft een hoorzitting plaatsgevonden. Daar zijn de standpunten van Incine en Rendac nader toegelicht.

BESLUIT. 3. Op 19 november 2002 heeft een hoorzitting plaatsgevonden. Daar zijn de standpunten van Incine en Rendac nader toegelicht. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2709/40 Betreft zaak: Incine-Rendac Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het tegen zijn

Nadere informatie

BESLUIT. 3. Tegen het bestreden besluit heeft Automark tijdig bezwaar aangetekend bij brief van 30 juli 2008.

BESLUIT. 3. Tegen het bestreden besluit heeft Automark tijdig bezwaar aangetekend bij brief van 30 juli 2008. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6386 / 66 Betreft zaak: Wob-verzoek Automark II Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Bij besluit van 30 september 2002 heeft de d-g NMa de klacht van Broadcast afgewezen (hierna: het bestreden besluit).

BESLUIT. 4. Bij besluit van 30 september 2002 heeft de d-g NMa de klacht van Broadcast afgewezen (hierna: het bestreden besluit). Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot ongegrond verklaring van het tegen zijn besluit van 30 september 2002, nummer

Nadere informatie

BESLUIT. Zaaknummer 1060: Van Wieringen tegen Zorg en Zekerheid

BESLUIT. Zaaknummer 1060: Van Wieringen tegen Zorg en Zekerheid BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot afwijzing van een aanvraag tot het nemen van een besluit op grond van artikel 56, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3073/40 Betreft zaak: RashondenFederatie Nederland vs. de Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse

Nadere informatie

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bbb\bbb htm

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bbb\bbb htm file://e:\archief1998\besluiten\bbb\.htm pagina 1 van 5 BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot gegrondverklaring van het bezwaar gericht tegen zijn besluit

Nadere informatie

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op het bezwaar van De Graaf Logistics B.V. tegen het besluit van 22 april 2011.

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op het bezwaar van De Graaf Logistics B.V. tegen het besluit van 22 april 2011. Ons 103666/41 kenmerk: Onderwerp: 103666 Datum: 26 juli 2013 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op het bezwaar van De Graaf Logistics B.V. tegen het van 22 april 2011. I. Verloop van de procedure

Nadere informatie

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit OPENBAAR. 1 Verloop van de procedure

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit OPENBAAR. 1 Verloop van de procedure OPENBAAR Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3309 / 347 Betreft zaak: NIP, LVE, NVVP Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot gegrondverklaring van de

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 27534/2012010168 Betreft: Beslissing op bezwaar inzake de Stichting Publieke Media instelling Eijsden- Margraten tegen afwijzing van het handhavingsverzoek jegens Stichting

Nadere informatie

3. Op 6 maart 2015 heeft ACM de heer [VERTROUWELIJK] uitgenodigd voor de hoorzitting op 1 april 2015.

3. Op 6 maart 2015 heeft ACM de heer [VERTROUWELIJK] uitgenodigd voor de hoorzitting op 1 april 2015. Besluit OPENBAAR Ons kenmerk: ACM/DJZ/2015/203689 Contactpersoon: [VERTROUWELIJK] Onderwerp: 14.1291.52.1.01 Openbare versie Beslissing op bezwaar Besluit van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) op

Nadere informatie

BESLUIT. Zaaknummer 146: Gemeente Dinxperlo versus IBM Nederland B.V.

BESLUIT. Zaaknummer 146: Gemeente Dinxperlo versus IBM Nederland B.V. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot afwijzing van een aanvraag tot het nemen van een besluit op grond van artikel 56, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Op 31 mei 2011 heeft Careyn bezwaar tegen het bestreden besluit ingesteld. Careyn heeft op 6 september 2011 gronden van bezwaar ingediend.

BESLUIT. 4. Op 31 mei 2011 heeft Careyn bezwaar tegen het bestreden besluit ingesteld. Careyn heeft op 6 september 2011 gronden van bezwaar ingediend. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6109/867 Betreft zaak: Caraat Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen het besluit van de

Nadere informatie

BESLUIT. 3. Op 10 april 2007 heeft Home & Away tijdig een gemotiveerd bezwaarschrift ingediend tegen het bestreden besluit.

BESLUIT. 3. Op 10 april 2007 heeft Home & Away tijdig een gemotiveerd bezwaarschrift ingediend tegen het bestreden besluit. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 5988 / 39 Betreft zaak: Home & Away vs. Duwo en De Key Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar tegen het

Nadere informatie

Zaaknummer 1583/Van den Berg vs gemeente Apeldoorn

Zaaknummer 1583/Van den Berg vs gemeente Apeldoorn BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot afwijzing van een aanvraag om toepassing van artikel 56, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1583/Van

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 3938_596/63 Betreft zaak: B&U-sector / IBC Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen het

Nadere informatie

BESLUIT. 3. Bij brief van 4 augustus 2003 heeft Sakata voornoemde brief van de NMa beantwoord.

BESLUIT. 3. Bij brief van 4 augustus 2003 heeft Sakata voornoemde brief van de NMa beantwoord. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3576-55 Betreft zaak: Van Klink v. Sakata Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen zijn

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2247 / 44 Betreft zaak: Griffioen/ De Boer Unigro Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2893/43 Betreft zaak: Bureau Bestuursjuridische Advisering B.V. vs. Centraal Beheer Achmea en Houthoff Buruma Advocaten Besluit van de directeur-generaal

Nadere informatie

BESLUIT. Zaaknummer 1587/30 ATG vs St. OOMT Betreft zaak: ATG vs. SOOMT. I. Inleiding

BESLUIT. Zaaknummer 1587/30 ATG vs St. OOMT Betreft zaak: ATG vs. SOOMT. I. Inleiding BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot afwijzing van een aanvraag tot het nemen van een besluit op grond van artikel 56, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nummer 5551 / 63 Betreft zaak: KPN Wob-verzoek

Nadere informatie

BESLUIT. 3. Tegen het bestreden besluit is door de heer Zwaga tijdig bezwaar aangetekend bij brief van 6 januari 2009.

BESLUIT. 3. Tegen het bestreden besluit is door de heer Zwaga tijdig bezwaar aangetekend bij brief van 6 januari 2009. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6566 / 13 Betreft zaak: Zaak 6566 - Wob-verzoek Zwaga Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nummer 4528-59 Betreft zaak: 4528 / D.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:5319

ECLI:NL:RBBRE:2011:5319 ECLI:NL:RBBRE:2011:5319 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 06-12-2011 Datum publicatie 22-05-2017 Zaaknummer AWB- 11_1954 Formele relaties Hoger beroep: ECLI:NL:CRVB:2013:BZ2178, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse mededingingsautoriteit Nederlandse mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2745-73 Betreft zaak: Vill'ABB Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het bezwaar van

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit Nummer 4468-52 Betreft zaak: 4468/ Joost Visser Aannemingsbedrijf B.V. en Visser en Kuyper Beheer B.V. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 24055/2010018942 Betreft: Beslissing op bezwaar inzake Wob besluit naar aanleiding van verzoek om openbaarmaking door de VARA Het Commissariaat voor de Media, gezien het

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3698-22 Betreft zaak: natuurlijke persoon Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste

Nadere informatie

Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT

Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Nummer: 101608/ 44, 101627/ 13, 101628/ 12 Besluit van de directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie op de bezwaren van de Vereniging Nederlandse

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar A.H.M. Boevink

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar A.H.M. Boevink Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Raad van de gemeente Soest Postbus 2000 3760 CA SOEST Datum Ons nummer Uw kenmerk 1 9 december 201 2 201 206869/1 /R2 Onderwerp Soest Bestemmingsplan De Eng Behandelend

Nadere informatie

BESLUIT. Zaaknummer Betreft zaak: AKO ONLINE vs. KVB. I. II. Inleiding

BESLUIT. Zaaknummer Betreft zaak: AKO ONLINE vs. KVB. I. II. Inleiding BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot afwijzing van een aanvraag tot het nemen van een besluit op grond van artikel 56, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2902-90 Betreft zaak: Van Broekhuijze Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen zijn besluit

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4183 / 45 Betreft zaak: Schroeder vs Rotterdamse Orde van Advocaten en Nederlandse Orde van Advocaten Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2157-66 Betreft zaak: VNI Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar van de Vereniging van Nederlandse

Nadere informatie

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. 1. Verloop van de procedure

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. 1. Verloop van de procedure Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6492_1/199 Betreft zaak: De Tongelreep Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen het besluit

Nadere informatie

2. Bezwaarde heeft haar bezwaar aangevuld bij brief van 23 januari 2014.

2. Bezwaarde heeft haar bezwaar aangevuld bij brief van 23 januari 2014. BESLISSING OP BEZWAAR 58696-224147 1. Bij faxbericht van 25 oktober 2013 is namens de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie door de Directie Forensische Zorg van het ministerie van Veiligheid en

Nadere informatie

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6684/27 Betreft zaak: Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrond

Nadere informatie

BESLUIT. 1. Naar aanleiding van deze aanvraag is onderzocht of er mogelijk sprake is van overtreding van artikel 24 Mw door Veenman.

BESLUIT. 1. Naar aanleiding van deze aanvraag is onderzocht of er mogelijk sprake is van overtreding van artikel 24 Mw door Veenman. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot afwijzing van een aanvraag tot het nemen van een besluit op grond van artikel 56, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nadere informatie

Pagina. 1 Verloop van de procedure. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203181_OV Zaaknummer: / /

Pagina. 1 Verloop van de procedure. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203181_OV Zaaknummer: / / Pagina 1/5 Muzenstraat 41 2511 WB Den Haag Postbus 16326 2500 BH Den Haag T 070 722 20 00 F 070 722 23 55 info @acm.nl www.acm.nl www.consuwijzer.nl Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203181_OV Zaaknummer: 13.0698.31.1.01/15.0327.31.1.05/15.0327.31.1.06

Nadere informatie

Besluit. Geschilbesluit Crown Van Gelder

Besluit. Geschilbesluit Crown Van Gelder Besluit Geschilbesluit Crown Van Gelder Ons kenmerk Zaaknummer : ACM/UIT/493003 : ACM/17/024896 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 51, tweede lid, van de Elektriciteitswet

Nadere informatie

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Inleiding

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Inleiding Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 103259_1/14 Betreft zaak: 103259_1 (102770) Codewijzigingsvoorstel kwaliteit dienstverlening Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

4. Tegen het afwijzende besluit van 25 juli 2018 hebben LOBCM c.s. op 31 augustus 2018 proforma bezwaar gemaakt.

4. Tegen het afwijzende besluit van 25 juli 2018 hebben LOBCM c.s. op 31 augustus 2018 proforma bezwaar gemaakt. Openbaar Besluit Besluit op bezwaar als bedoeld in artikel 7:11 van de Algemene wet bestuursrecht tegen afwijzing handhavingsverzoek Wet Markt en Overheid inzake beschermingsbewind Groningen Ons kenmerk

Nadere informatie

BESLISSING OP BEZWAAR

BESLISSING OP BEZWAAR BESLISSING OP BEZWAAR 112222-167609 Bij brief van 18 december 2014, die is ingekomen bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) op 19 december 2014, is door de gezamenlijke zorgverzekeraars (bezwaarden) bezwaar

Nadere informatie

BESLUIT. 3. De d-g NMa heeft wegens de hiervoor genoemde overtreding aan Van Oord Holding een boete opgelegd.

BESLUIT. 3. De d-g NMa heeft wegens de hiervoor genoemde overtreding aan Van Oord Holding een boete opgelegd. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4620/147 Betreft zaak: Besluit op bezwaar - Martens en Van Oord Aannemingsbedrijf B.V. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Pagina. 1 Verloop van de procedure. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203182_OV Zaaknummer: Datum: 9 juni 2016

Pagina. 1 Verloop van de procedure. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203182_OV Zaaknummer: Datum: 9 juni 2016 Pagina 1/5 Muzenstraat 41 2511 WB Den Haag Postbus 16326 2500 BH Den Haag T 070 722 20 00 F 070 722 23 55 info @acm.nl www.acm.nl www.consuwijzer.nl Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203182_OV Zaaknummer: 15.0327.31.1.07

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ3580

ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ3580 ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ3580 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 22-02-2011 Datum publicatie 06-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB 10-504 AOW Bestuursrecht

Nadere informatie

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201108441/1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak na vereenvoudigde behandeling (artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) op het

Nadere informatie

de Rechtspraak Rechtbank Rotterdam Hierbij zend ik u een kopie van de uitspraak van de rechtbank waarbij op bovenvermeld beroep is beslist.

de Rechtspraak Rechtbank Rotterdam Hierbij zend ik u een kopie van de uitspraak van de rechtbank waarbij op bovenvermeld beroep is beslist. de Rechtspraak Rechtbank Rotterdam Aantekenen De Raad van de gemeente Schiedam Postbus 1501 3100 EA Schiedam Sector Bestuursrecht bezoekadres Wilhelminaplein 100/125 datum onderdeel contactpersoon doorkiesnummer

Nadere informatie

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Landustrie Sneek B.V. (hierna: Landustrie) een boete opgelegd.

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Landustrie Sneek B.V. (hierna: Landustrie) een boete opgelegd. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4911/149 Betreft zaak: Landustrie Sneek B.V. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen zijn

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 631501/645034 Betreft: Beslissing op bezwaar Sapphire Media International B.V. Het Commissariaat voor de Media, gezien het besluit van 10 juni 2014, verzonden op 19 juni

Nadere informatie

BESLUIT. 5. Op 2 september 1998 heeft de NMa bij brief een aantal vragen aan partijen voorgelegd, welke bij brief van 15 oktober 1998 zijn beantwoord.

BESLUIT. 5. Op 2 september 1998 heeft de NMa bij brief een aantal vragen aan partijen voorgelegd, welke bij brief van 15 oktober 1998 zijn beantwoord. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot afwijzing van een aanvraag om ontheffing als bedoeld in artikel 17 van de Mededingingswet. Zaaknummer 741/Overeenkomst

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de Spoorwegwet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de Spoorwegwet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de Spoorwegwet. Nummer 200043 / 5.B603 Betreft

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit Aan Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) Onderwerp Zaak XXX/ Afwijzing klacht Geachte heer/mevrouw XX, Bij brief van XX heeft u een klacht ingediend tegen XX. Uw klacht

Nadere informatie

COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University

COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University in de zaak tussen X1, appellant en de examencommissie van Tilburg School of Economics and

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant,

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant, Raad vanstate 200700246/1. Datum uitspraak: 6 juni 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant, tegen de uitspraak in zaak

Nadere informatie