Efficiënter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Efficiënter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht"

Transcriptie

1 Efficiënter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 20 december 2010

2

3 Efficiënter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht Proeftuinonderzoek naar de mogelijkheden om de perceptie van zwerfafval te verbeteren in Utrecht

4

5 Verantwoording Titel Efficiënter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht Opdrachtgever Gemeente Utrecht Projectleider ir. Geert Cuperus Auteur(s) ir. Liesbeth Maltha-Nix Projectnummer Aantal pagina's 58 (exclusief bijlagen) Datum 20 december 2010 Handtekening Colofon Tauw bv afdeling Milieu Handelskade 11 Postbus AC Deventer Telefoon Fax Dit document is eigendom van de opdrachtgever en mag door hem worden gebruikt voor het doel waarvoor het is vervaardigd met inachtneming van de rechten die voortvloeien uit de wetgeving op het gebied van het intellectuele eigendom. De auteursrechten van dit document blijven berusten bij Tauw. Kwaliteit en verbetering van product en proces hebben bij Tauw hoge prioriteit. Tauw hanteert daartoe een managementsysteem dat is gecertificeerd dan wel geaccrediteerd volgens: - NEN-EN-ISO Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 5\58

6 6\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

7 Inhoud Verantwoording en colofon... 5 Samenvatting onderzoek Inleiding Opzet en afbakening onderzoek Onderzoeksvraag Aanpak onderzoek en leeswijzer Resultaten inventarisatie Welke gemeentes hebben meegewerkt? Beleving Communicatie Conclusie inventarisatie Opzet en resultaten eerste pilotstudie Opzet pilotstudie Keuze wijken Uitvoering en resultaten nulmeting in de wijken Invulling en uitvoering van de acties Uitvoering en resultaten eenmeting Zijn de acties in de twee actiewijken opgemerkt? Hebben de acties effect gehad op de tevredenheid over de gemeente? Hebben de acties effect gehad op de beleving van zwerfafval? Samenvatting bevindingen eerste pilotstudie Conclusie eerste pilotstudie Conclusie met betrekking tot de onderzoeksvraag Conclusie met betrekking tot zinvolle vervolgacties Opzet en resultaten tweede pilotstudie: microtest Achtergrond en doel microtest Methodiek en aanpak Uitvoering microtest Resultaten microtest Heeft het bewust zien van de reiniger een positief effect? Heeft een reiniger een positief effect, ook al wordt hij niet bewust gezien? Hebben respondenten die dicht bij de locatie wonen een andere beleving? Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 7\58

8 4.4.4 Hebben respondenten die vaker op de locatie komen een andere beleving? Conclusie tweede pilotstudie Conclusie Beschouwing: wat kunnen we met belevingsonderzoek? Bijlage(n) 1. Enquête nulmeting (eerste pilotstudie) 8\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

9 Samenvatting onderzoek Achtergrond en vraagstelling onderzoek De gemeente Utrecht merkt dat er in de beleving van burgers veel zwerfafval in de stad ligt, terwijl de objectieve meetgegevens uit het verleden geen aanleiding geven voor een negatieve beoordeling. Tauw heeft daarom in opdracht van de gemeente onderzocht of communicatiemiddelen kunnen worden ingezet om de beleving van zwerfafval in Utrecht te verbeteren en of het mogelijk is om de beleving te verbeteren door op een andere, efficiëntere manier te reinigen. De onderzoeksvraag is als volgt gedefinieerd: Leidt de inzet van communicatiemiddelen en/of een andere inzet van de diverse gemeentelijke reinigingsdiensten op wijkniveau tot een aantoonbaar betere beleving van de burger uit die wijk ten aanzien van de hoeveelheid zwerfafval in de wijk? Om deze vraag te beantwoorden zijn de volgende werkzaamheden uitgevoerd: Inventarisatie van soortgelijke onderzoeken en bevindingen bij andere gemeentes Eerste pilotstudie in vier wijken in Utrecht (twee actiewijken en twee nulwijken) Tweede pilotstudie op microniveau op één locatie in Utrecht Inventarisatie De conclusie van de inventarisatie is dat Utrecht de eerste gemeente lijkt te zijn met het idee om communicatiemiddelen primair in te zetten om de beleving positief te beïnvloeden. Communicatie wordt wel in meerdere gemeenten gebruikt om ongewenst gedrag te verminderen en zo de oorzaak van zwerfafval aan te pakken. Verder is uit de inventarisatie gebleken dat er voor onderzoek naar de beleving van zwerfafval geen standaard gebruikt wordt bij de vraagstelling en aanpak. Er is ook geen goed zicht op de gevolgen van verschillende vraagstellingen en contexten voor de resultaten van belevingsonderzoek. Vergelijking van resultaten van verschillende studies die net anders zijn ingezet, blijft hierdoor moeilijk. Eerste pilotstudie In vier vergelijkbare wijken in Utrecht is eerst een nulmeting uitgevoerd om de beleving van zwerfafval te bepalen, met behulp van telefonische enquêtering. Algemene conclusies na aanleiding van de nulmeting waren: De beleving van de hoeveelheid zwerfafval was in alle wijken negatiever dan op basis van de beschikbare objectieve meetgegevens verwacht zou worden. Dit sluit aan bij de algemene ervaring van de gemeente dat er in de beleving van de burgers meer zwerfafval ligt dan dat er gemeten wordt Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 9\58

10 De respondenten die aangaven tevreden te zijn over de inzet van de gemeente, hadden ook een betere beleving van de hoeveelheid zwerfafval. Hier lijkt dus een verband (samenhang) te zijn. Dat betekent overigens niet automatisch dat het een causaal verband is Als belangrijkste reden voor het tevreden zijn over de inzet van de gemeente werden vooral de zichtbaarheid van de inspanningen en het resultaat genoemd. Algemeen vallen inspanningen en medewerkers eerder op dan het (schone) resultaat van de inspanningen Na uitvoering van de nulmeting is in twee van de vier wijken een communicatieactie ingezet (twee verschillende acties). De andere twee wijken fungeerden als nulwijken voor de vergelijking. Na het uitvoeren van de acties is in alle vier de wijken een eenmeting gedaan om opnieuw de beleving te meten. Uit de eenmeting volgde de volgende conclusies met betrekking tot de inzet van de gekozen communicatiemiddelen: De acties zoals ze zijn uitgevoerd werden nauwelijks opgemerkt als zijnde een actie, maar leidden wel tot een toename van het aantal mensen dat algemeen aangaf recent dingen gehoord of gelezen te hebben over zwerfafval Folders in de bus bleken wel meer te zijn opgemerkt dan posters in winkelcentra en de inzet van extra reinigers Kijkend naar het effect van de communicatiemiddelen om de beleving te verbeteren bleek het volgende: Er is niet aangetoond dat de acties effect hebben op de tevredenheid van de respondenten over de aanpak van zwerfafval door de gemeente De gemiddelde beleving van zwerfafval was ook niet verbeterd na de acties, maar zelfs iets afgenomen ten opzichte van de nulmeting. Belangrijke kanttekening daarbij is echter dat ook de objectieve scores voor zwerfafval waren afgenomen bij de eenmeting. Daarbij bleek dat de beleving bij de actiewijken relatief gezien minder sterk was afgenomen dan bij de nietactiewijken. Dit suggereert dat de acties mogelijk toch een positief effect hadden op de beleving Binnen de actiewijken was de beleving bij de respondenten die aangaven de actie te hebben opgemerkt minder goed dan de beleving van respondenten die zeiden niets van een actie te hebben gemerkt. Mogelijk komt dit verschil echter niet door een negatief effect van de acties, maar doordat juist de meer betrokken en meer kritische mensen de acties hebben opgemerkt, en dat deze mensen gemiddeld in ieder geval een minder goede beleving hebben Omdat de resultaten van de eerste pilotstudie niet eenduidig waren en geen overtuigend antwoord gaven op de onderzoeksvraag, is gekozen voor een tweede pilotstudie. Daarbij is op basis van de eerste pilotstudie specifiek aandacht gegeven aan de volgende punten: 10\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

11 Er moet extra op gelet worden dat de vervolgactie voor significant meer zichtbaarheid zorgt, want uit de eerste pilot is gebleken dat acties niet snel opvallen De vervolgpilot kan het beste gericht worden op het werkelijk zichtbaar zijn van reinigers, want dat heeft naar verwachting het grootste effect Bij de vervolgpilot is van belang dat de beleving zo direct mogelijk gemeten wordt, om het maximaal mogelijke effect te meten Tweede pilotstudie Op basis van de resultaten van de eerste pilotstudie is de hypothese gesteld dat het vergroten van de zichtbaarheid van het reinigen een positief effect heeft op de beleving van de hoeveelheid zwerfafval. Deze hypothese is gebaseerd op de bevinding dat met name het zien van reinigers een positief effect kan hebben op de tevredenheid over de inzet van de gemeente en dat tevredenheid lijkt samen te hangen met een betere beleving van zwerfafval. Dat dit positieve effect niet naar voren is gekomen bij de eerste pilot kan gelegen hebben aan het feit dat de acties niet zichtbaar genoeg waren. Vandaar dat een aanvullende microtest is opgezet als tweede pilotstudie, met als doel te bepalen het maximaal mogelijke effect is van het zichtbaarder maken van reinigers op de beleving van zwerfafval. De microtest is opgezet als een gecontroleerd veldexperiment, waarbij de beleving van zwerfafval van burgers die geconfronteerd zijn met een reiniger in actie, vergeleken wordt met de beleving van burgers die deze reiniger niet hebben gezien. De beleving is bepaald door middel van een enquête op straat. De pilot is zo opgezet dat een maximaal effect verwacht zou kunnen worden. Helaas is bij het verwerken van de resultaten gebleken dat ondanks de zorgvuldige opzet van de proef, een meerderheid van de respondenten tijdens de eenmeting de reiniger niet bewust heeft opgemerkt. Deze respondenten waren daarom niet bruikbaar bij het testen of het bewust waarnemen van een reiniger effect heeft op de beleving. Uit de analyse van het beperkte aantal wel bruikbare resultaten volgden geen significante verschillen in beleving. Het is niet te zeggen of bij een groter aantal resultaten wel een verschil zou zijn waargenomen. Echter, als gekeken wordt naar de antwoorden van alle respondenten in de nul- en eenmeting, ongeacht of ze wel of niet bewust een reiniger hebben gezien, blijkt dat het verschil in beleving met een betrouwbaarheid van ruim 90% significant anders is. De respondenten uit de eenmeting zijn positiever over de hoeveelheid zwerfafval. Het lijkt er dus op dat de aanwezigheid van de reiniger wel een positief effect kan hebben op de beleving om de hoek, ook als de respondenten de reiniger niet bewust hebben gezien. De aanwezigheid van de reiniger bleek geen effect te hebben op de tevredenheid over de gemeente. Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 11\58

12 Uit de tweede pilotstudie bleek daarnaast geen verband tussen de frequentie van bezoek aan de locatie en de antwoorden. Wel bleken de respondenten die op loopafstand van de locatie woonden negatiever te zijn over de inzet van de gemeente. De beleving van het zwerfafval was bij deze groep echter niet significant anders dan bij de respondenten die verder weg woonden. Conclusie Er zijn aanwijzingen dat met name het zien van reinigers en het in algemene zin tevreden zijn over de gemeente samenhangt met een betere beleving. De inzet van communicatiemiddelen lijkt echter niet zomaar te leiden tot een betere beleving van zwerfafval op de bank. 12\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

13 1 Inleiding Uit onderzoeken blijkt dat inwoners van Utrecht de gemeente niet ervaren als een gemeente met weinig zwerfafval. Gezien de hoge objectieve schoonheidsgraden uit het verleden, is de negatieve beleving naar verwachting niet te verbeteren door meer te gaan reinigen. De gemeente Utrecht heeft daarom opdracht gegeven aan Tauw om te onderzoeken of communicatiemiddelen kunnen worden ingezet om de beleving van zwerfafval in Utrecht te verbeteren. Daarnaast wil de gemeente weten of het mogelijk is om de beleving te verbeteren door op een andere, efficiëntere manier te reinigen. Deze rapportage geeft een overzicht van de resultaten van het onderzoek. 1.1 Opzet en afbakening onderzoek De focus van de gemeente Utrecht ligt bij dit onderzoek op wijkniveau en niet op stadsniveau. De middelen die Utrecht voor ogen heeft om de beleving ten aanzien van zwerfafval in de (deel)wijken te verbeteren, zijn een optimale inzet van reiniging en de inzet van communicatiemiddelen om de beeldvorming bij burgers te verbeteren op basis van relevante en juiste informatie. De gemeente hoopt de beleving van zwerfafval op wijkniveau te verbeteren door het uitvoeren van concrete acties op dit vlak. 1.2 Onderzoeksvraag De onderzoeksvraag is als volgt geformuleerd: Leidt de inzet van communicatiemiddelen en/of een andere inzet van de diverse gemeentelijke reinigingsdiensten op wijkniveau tot een aantoonbaar betere beleving van de burger uit die wijk ten aanzien van de hoeveelheid zwerfafval in de wijk? 1.3 Aanpak onderzoek en leeswijzer Om de onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden, is gekozen voor een gefaseerde aanpak van het onderzoek. Eerst is een inventarisatie uitgevoerd naar soortgelijke onderzoeken en bevindingen bij andere gemeentes. Daarbij is gekeken of andere gemeentes tegen dezelfde bevindingen aanlopen als Utrecht, namelijk dat de objectieve schoonheidsgraad in de stad goed is (volgens de meetvakmethode ligt er weinig zwerfafval), terwijl burgers het als niet schoon beleven. Daarnaast is in deze fase gekeken wat andere gemeentes aan beschikbare onderzoeken op dit vlak hebben en in hoeverre deze onderzoeken zich richten op de algemene beleving danwel op locatiegebonden beleving. In hoofdstuk 2 worden de resultaten van de eerste fase samengevat Vervolgens is een eerste pilotstudie in Utrecht uitgevoerd. In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op de aanpak en resultaten van deze eerste pilotstudie Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 13\58

14 Naar aanleiding van de resultaten uit de eerste pilotstudie is een tweede pilot uitgevoerd in de vorm van een microtest. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de resultaten van deze test Hoofdstuk 5 geeft de conclusie van het onderzoek In hoofdstuk 6 wordt een brede beschouwing gegeven over belevingsonderzoeken en mogelijkheden voor verder onderzoek 14\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

15 2 Resultaten inventarisatie Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de resultaten van de inventarisatie van onderzoeken en bevindingen bij andere gemeentes. Het is een samenvatting van telefonische gesprekken met verschillende gemeenten met betrekking tot zwerfafval, de beleving van zwerfafval door burgers en de rol die communicatie speelt bij gemeentes om de perceptie van burgers en de gemeente over zwerfafval dichter bij elkaar te brengen. Gemeentes zijn willekeurig gekozen met een mengeling van kleine, middelgrote en grote gemeenten (> inwoners). 2.1 Welke gemeentes hebben meegewerkt? Het onderzoek is uitgevoerd bij 19 gemeenten, waarvan 8 grote gemeenten (meer dan inwoners). Van de 19 gemeentes gaven er 16 aan dat ze in algemene belevingsonderzoeken zwerfafval opgenomen hebben. Eén gemeente (Katwijk) heeft wel netheid onderzocht, maar zwerfafval niet genoemd. Twee gemeentes (Duiven en Elburg) hebben helemaal geen ervaring met belevingsonderzoeken op het gebied van zwerfafval. Het volgende bleek: Bij 8 gemeenten is zwerfafval onderzocht als onderdeel van periodieke belevingsonderzoeken. Vaak valt zwerfafval dan onder de kop verloedering (samen met bekladding/graffiti, vernieling en hondenpoep) De meeste gemeenten hebben geen specifieke focus op zwerfafval maar hebben een geïntegreerde aanpak waar hondenpoep, graffiti, bladafval, verkeerd geplaatst afval en vernieling ook meegenomen wordt. Dit komt doordat deze zaken er samen voor verantwoordelijk zijn of een plek als schoon of niet schoon wordt ervaren Bij 8 gemeenten is een specifiek op zwerfafval gericht belevingsonderzoek reeds uitgevoerd, meestal uitgevoerd in het kader van een SAM subsidie. Ongeveer 7 gemeenten zaten ten tijde van de interviews nog in het proces van subsidieaanvraag of onderzoek. De onderzoeksresultaten verkrijgen bleek lastig Enkele gemeenten gaven aan dat na beëindiging van zwerfafvalcampagnes het probleem terugkomt (Rotterdam en Emmen) De gemeente Tilburg gaf aan goede resultaten te halen op basis van beeldbestek en om die reden geen belevingsonderzoeken uit te voeren specifiek naar zwerfafval Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 15\58

16 2.2 Beleving De beleving van leefomgeving en/of zwerfafval wordt in meerdere gemeenten op de bank gemeten. De meeste gemeenten zijn op basis van belevingsonderzoeken tot de conclusie gekomen dat de perceptie van zwerfafval door de burger verschilt met de beleving door de gemeente. Burgers ervaren de problematiek vaak negatiever dan de gemeente zelf. Een deel van de gemeenten is gemotiveerd daar iets aan te doen; een deel vindt het probleem goed beheersbaar. Opgemerkt wordt dat de vraagstelling behoorlijk kan verschillen (vergelijk hoe tevreden bent u over de manier waarop de gemeente zwerfafval aanpakt? bijvoorbeeld met welke milieu onderwerpen zijn voor u als burger belangrijk? ). De gemeenten gaven aan dat bij de beoordeling van de eigen leefomgeving (stad/dorp, wijk/buurt, straat) geldt dat hoe dichterbij het gebied, hoe schoner dit wordt beoordeeld. De eigen wijk of buurt wordt gemiddeld schoner gevonden dan de stad. 2.3 Communicatie De uiteindelijke beoogde oplossing van het zwerfafvalprobleem wordt door veel gemeenten gezien in gedragsverandering. Voorlichting kan daarin een belangrijke rol spelen. Communicatie als middel om de beleving te verbeteren is echter niet gangbaar. De meeste gemeenten doen weinig tot niets met een dergelijke vorm van communicatie. De meeste gemeenten meenden wel dat communicatie een positieve rol kan spelen in het verbeteren van de beleving. De meest gebruikte vormen van communicatiemiddelen zijn de volgende: Informatie op de website van de gemeente Acties (van bijvoorbeeld scholen) Wijkbijeenkomsten Incidentele handhaving door middel van het uitdelen van boetes door politie en wijkbeheerders Van de gemeenten die actiever zijn met de aanpak van zwerfafval lijkt elke gemeente te experimenteren met alternatieve communicatiemethodes, zoals gebruik van stickers (vaak op ondergrondse containers). Niet alle gemeentes willen stickers gebruiken aangezien het kan aanzetten tot beplakken van posters en bekladden van graffiti. De gemeente Amsterdam Oud Zuid gebruikt overwegend positieve communicatie om de burgers te vertellen wat de gemeente aan zwerfafval doet terwijl ze de verantwoordelijkheid voor een schoon stadsdeel bij de bewoners zelf legt. Vormen van communicatie die de gemeente Amsterdam Oud Zuid gebruikt zijn: stadsdeelkrant (traditioneel), stickers en een rondrijdend infobord. 16\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

17 De gemeente Rotterdam gebruikt de volgende vormen van communicatie: schouwen, 7 fulltime voorlichters (voor voornamelijk jeugd en jongeren op scholen, markten en wijken), campagne waarom, daarom! (aanspreken burger met betrekking tot openbare ruimte zoals vernieling en afval), spotjes op tv en radio, flyers en posters op bushokjes en trams. 2.4 Conclusie inventarisatie De conclusie van de eerste fase met betrekking tot het onderhavige onderzoek is als volgt: Met het idee om communicatiemiddelen primair in te zetten om de beleving te positief te beïnvloeden lijkt de gemeente Utrecht een primeur te hebben; praktische voorbeelden zijn niet voorhanden. Communicatiemiddelen worden wel ingezet met als doel een gedragsverandering (oorzaak van zwerfafval) Wat betreft de keuze van vraagstelling en onderzoek naar de beleving van zwerfafval is er geen standaard beschikbaar; evenmin is er momenteel goed zicht op de invloed van vraagsteling en context op de resultaten Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 17\58

18 18\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

19 3 Opzet en resultaten eerste pilotstudie Bij de eerste pilotstudie is onderzocht of acties met betrekking tot zichtbaarheid en communicatie kunnen bijdragen aan betere beleving van de hoeveelheid zwerfafval. Onderstaand gaan we in op de opzet en resultaten van de eerste pilotstudie. 3.1 Opzet pilotstudie De eerste pilotstudie is uitgevoerd in vier onderling vergelijkbare maar niet naast elkaar liggende wijken in Utrecht. Eerst is in alle vier de wijken een nulmeting gedaan (telefonische enquête), om vast te stellen wat de beleving van de bewoners is met betrekking tot de beleving van zwerfafval. Bij de nulmeting zijn ook vragen gesteld over de inzet van de gemeente, om te achterhalen in welke mate de inspanningen door de gemeente op het gebied van zwerfafval worden opgemerkt en gewaardeerd. Vervolgens is in twee van de vier wijken een actie uitgevoerd en is daarna in alle vier de wijken een tweede meting naar de beleving uitgevoerd. Naar aanleiding van de resultaten is besloten tot de invulling van de derde fase (tweede pilotstudie). In de volgende paragrafen gaan we achtereenvolgens in op: De keuze voor de wijken De uitvoering en resultaten van de nulmeting De invulling en uitvoering van de acties De uitvoering en resultaten van de eenmeting De samenvatting van de resultaten van de eerste pilotstudie De conclusies van de eerste pilotstudie 3.2 Keuze wijken De eerste pilotstudie is uitgevoerd in de volgende vier wijken in Utrecht: Wijk 1: Zuilen Wijk 2: Hoograven Wijk 3: Majella/Lombok Wijk 4: Parkwijk/Langerak De wijken zijn geselecteerd aan de hand van de volgende voorwaarden: Vergelijkbaarheid: de wijken moesten zoveel mogelijk vergelijkbaar zijn wat betreft grootte, type woningen, leeftijdsopbouw en voorzieningen (buurtwinkelcentrum, park, et cetera) Ligging: De wijken mochten niet aangrenzend zijn, om te voorkomen dat een actie in één wijk onbedoeld de respondenten in een andere wijk beïnvloeden Onderstaande figuur geeft globaal de ligging van de vier gebieden aan. Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 19\58

20 Figuur 3.1 Ligging van de vier gekozen wijken in Utrecht 3.3 Uitvoering en resultaten nulmeting in de wijken Na selectie van de wijken is in alle vier de wijken een telefonische enquête uitgevoerd, met als doel een ijkpunt te hebben met betrekking tot de beleving van zwerfafval alvorens gestart is met de acties. Deze enquête is uitgevoerd door Right Marktonderzoek (verder Right genoemd). In bijlage 1 is de enquête die hierbij is gebruikt opgenomen. Uit de resultaten van de nulmeting bleek het volgende: In alle vier de wijken week de beleefde hoeveelheid zwerfafval af van de beschikbare meetgegevens: de respondenten waren negatiever dan de objectieve score. In Lombok/Majella was de beleving het meest negatief, terwijl in die wijk volgens de objectieve meting juist het minste zwerfafval lag Dit bevestigt dat de beleving van zwerfafval anders (negatiever) kan zijn dan de objectief gemeten hoeveelheid Uit de resultaten bleek geen direct verband tussen de beleving van de respondenten en leeftijd, geslacht of type woning Deze kenmerken lijken niet van belang bij de totstandkoming van de beleving en zijn in het verdere onderzoek niet nader beschouwd of onderzocht 20\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

21 De respondenten die aangaven dat er heel erg veel zwerfafval lag, vonden deze hoeveelheid meestal ook erg storend Dit bevestigt de vaak impliciete veronderstelling dat als mensen vinden dat er veel zwerfafval ligt, dit ook als probleem/verstoring wordt ervaren Van de respondenten die vonden dat er (heel) weinig zwerfafval lag, gaf een deel (bijna 25 %) aan dat ze het zwerfafval wel (heel) storend vinden. Oftewel, een bepaalde hoeveelheid zwerfafval op straat kan als klein, maar tegelijkertijd als storend worden ervaren Dit onderstreept het belang van een zorgvuldige afweging bij de vraagstelling. Vragen naar de hoeveelheid zwerfafval is niet hetzelfde als vragen of het storend is Van de algemene aanpak van zwerfafval door de gemeente zijn de meeste respondenten zich niet zo bewust: 85 % van de respondenten gaf aan recent niets gehoord of gelezen te hebben over de aanpak van zwerfafval in de gemeente en 60 % gaf aan niet gemerkt te hebben dat de gemeente bezig zou zijn geweest met de aanpak van zwerfafval in hun wijk Dit betekent dat in de huidige situatie niet kan worden aangenomen dat burgers wel weten wat er gebeurt in hun wijk op het gebied van zwerfafval De meest genoemde reden voor het wél opmerken van de gemeente was het zien van medewerkers van de gemeente. 5 % gaf aan te merken dat de gemeente werkt aan zwerfafval omdat ze het goede resultaat daarvan opmerken Dit betekent dat het schone resultaat van de inspanningen minder op blijkt te vallen dan de inspanningen of de medewerkers zelf. Dit is relevant bij het bepalen van acties Respondenten die aangaven wel te merken dat de gemeente actief is met de aanpak van zwerfafval, hadden gemiddeld geen heel andere beleving van de hoeveelheid zwerfafval dan de andere respondenten Dit betekent dat niet zondermeer kan worden aangenomen dat er een verband is tussen de zichtbaarheid van de aanpak door de gemeente en de beleving van de hoeveelheid zwerfafval Van alle respondenten vond 40 % dat de gemeente niet genoeg doet en bijna de helft vindt dat de gemeente méér zou moeten doen aan de aanpak van zwerfafval. De ontevreden respondenten hebben gemiddeld ook een wat negatievere beleving van de hoeveelheid zwerfafval dan de respondenten die wel tevreden zijn over de inzet van de gemeente Dit betekent dat er wel een verband lijkt te zijn tussen de tevredenheid over de inzet van de gemeente enerzijds en de beleving van de hoeveelheid zwerfafval anderzijds. Dit is van belang bij het bepalen van acties Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 21\58

22 Respondenten die vinden dat de gemeente genoeg doet, geven als belangrijkste redenen daarvoor dat ze de inspanningen en/of het resultaat opmerken. Respondenten die vinden dat de gemeente niet genoeg doet, geven als belangrijkste redenen daarvoor dat ze veel zwerfafval zien liggen en de gemeente nooit zien reinigen Dit betekent dat de tevredenheid van mensen over de aanpak van de gemeente vooral samen lijkt te hangen met de zichtbaarheid van de inspanningen en de medewerkers van de gemeente. Dit is van belang bij het bepalen van acties De conclusie van de nulmeting: De beleving van de hoeveelheid zwerfafval was in alle wijken negatiever dan op basis van de beschikbare objectieve meetgegevens verwacht zou worden De respondenten die aangaven tevreden te zijn over de inzet van de gemeente hadden een betere beleving van de hoeveelheid zwerfafval Als belangrijkste reden voor het tevreden zijn over de inzet van de gemeente werden vooral de zichtbaarheid van de inspanningen en het resultaat genoemd Algemeen blijken inspanningen en medewerkers zelf eerder op te vallen dan het (schone) resultaat van de inspanningen 3.4 Invulling en uitvoering van de acties Na uitvoering van de nulmeting zijn in de wijk Parkwijk/Langerak en de wijk Hoograven acties uitgevoerd. De andere twee wijken fungeerden als controlegroep. De acties zijn in overleg met de gemeente Utrecht vastgesteld. Parkwijk/Langerak: zichtbaarheid resultaat Voor de wijk Parkwijk/Langerak is een actie geformuleerd die was gericht op het zichtbaar maken van de resultaten van de inspanningen van de gemeente. In deze wijk zijn folders en posters verspreid om de burger te feliciteren met en bedanken voor het goede resultaat in de wijk met betrekking tot zwerfafval. Doel van deze actie was om burgers te wijzen op het feit dat de wijk altijd voldoende scoort op het gebied van zwerfafval. De folders zijn overal in de wijk bezorgd, met uitzondering van adressen met nee-nee stickers. Figuur 3.2 toont als voorbeeld de poster. Hoograven: zichtbaarheid inspanningen In de wijk Hoograven is een actie uitgevoerd om de aandacht te vestigen op de inspanningen van de reinigers in de wijk. In deze wijk zijn de reinigers daarom speciaal tijdens spitsuren het winkelcentrum gaan vegen en zijn in een deel van de wijk kaarten bezorgd bij mensen om aan te geven dat de veegmachine weer in hun straat geweest was. Alleen het deel van de wijk waar de kaarten zijn bezorgd is opgenomen als doelgroep bij de eenmeting. De kaarten zijn niet bezorgd bij adressen met een nee-nee sticker. 22\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

23 Figuur 3.2 Poster ten behoeve van de actie in Parkwijk/Langerak 3.5 Uitvoering en resultaten eenmeting Na afronding van de acties is in alle vier de wijken een eenmeting uitgevoerd. De eenmeting bestond uit een telefonische enquête met dezelfde vragen als bij de nulmeting, aangevuld met enkele vragen over de acties (zie bijlage 2). Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 23\58

24 Bij de analyse van de onderzoeksresultaten van de eenmeting zijn de volgende concrete onderzoeksvragen beschouwd: 1. Zijn de acties in de twee actiewijken opgemerkt? 2. Hebben de acties in de actiewijken effect gehad op de tevredenheid van de respondenten ten aanzien van de inzet van de gemeente? 3. Hebben de acties in de actiewijken effect gehad op de beleving van de respondenten ten aanzien van de hoeveelheid zwerfafval? Onderstaand wordt ingegaan op het antwoord op deze vragen. Daarbij worden steeds eerst de relevante resultaten die de vraag helpen beantwoorden weergegeven in figuren en tabellen. Aan het eind van elke deelparagraaf wordt aangegeven wat blijkt uit de weergegeven figuren en tabellen. Daarbij wordt ook kort ingegaan op mogelijke verklaringen voor bepaalde constateringen. Het hoofdstuk sluit af met een samenvatting en conclusie van de bevindingen van de eerste pilotstudie. Statistische bepalingen met behulp van de Chi-kwadraattoets Alle statistische bepalingen bij de analyse zijn met behulp van de chi-kwadraattoets bepaald. Met de chikwadraattoets kan onderzocht worden of twee variabelen met elkaar samenhangen of dat een verschil in verdeling tussen twee groepen significant is. Wanneer samenhang aangetoond wordt, kan met een kruistabel gekeken worden wat deze samenhang inhoudt. Een hoge chi-kwadraat waarde betekent, dat er veel samenhang is tussen twee variabelen. Aan de hand van de 'chi-kwadraat verdeling' wordt nagegaan of de toetswaarde groter is dan op basis van toeval verwacht zou worden. De hoogte van de chi-kwadraat statistiek heeft geen betekenis op zichzelf. De statistiek moet geïnterpreteerd worden in het licht van het aantal vrijheidsgraden (afhankelijk van de hoeveelheid categorieën). De p-waarde geeft aan hoe onverwacht de combinatie van chi-kwadraat waarde en aantal vrijheidsgraden is. Wanneer p kleiner is dan 0,05, wordt van een statistisch significant effect gesproken. De kans dat de geobserveerde waarden gevonden worden terwijl er geen verband tussen de variabelen bestaat, is dan kleiner dan 5 procent. Dus is het verband 'bewezen'. Dit betekent dat een uitkomst van kleiner dan 0,05 (=5 %) aangeeft dat de veronderstelling dat er geen verschil is niet waar is. Oftewel alle scores kleiner dan 0,05 vertellen je dat 95% zeker is dat er verschillen tussen de ene groep en de andere groep bestaan. De kans dat die uitspraak toevallig niet waar is, is 5 % Zijn de acties in de twee actiewijken opgemerkt? Om te achterhalen of de uitgevoerde acties in de actiewijken zijn opgemerkt door de respondenten, is dit aan het einde van de enquête uit de eenmeting rechtstreeks gevraagd. Met uitzondering van de adressen met een nee-nee sticker zouden alle respondenten de actie gemerkt moeten hebben. De vraag of de acties opgemerkt zijn kan ook indirect beantwoord worden, door per wijk te kijken naar het aandeel respondenten dat aangeeft algemeen wat gehoord (vraag 4) of gemerkt te hebben van de aanpak van zwerfafval (vraag 10). Als de acties opgemerkt zijn, is de verwachting dat meer mensen hier ook een positief antwoord geven. 24\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

25 Dit zou moeten leiden tot een verschil tussen de actiewijken en de nulwijken (eenmeting) en tot een verschil tussen de nul- en eenmeting bij alleen de actiewijken. De figuren 3.3 tot en met 3.8 en de tabellen 3.1 tot en met 3.3 geven een overzicht van de antwoorden op deze vragen. Samengevat blijkt uit de analyse van deze antwoorden: Een meerderheid van de respondenten geeft aan de actie niet te hebben opgemerkt Het is mogelijk dat respondenten de folder, poster, kaarten of reinigers wel hebben gezien, maar niet beschouwd hebben als actiemiddel Van de respondenten die aangaven de actie niet te hebben gemerkt, blijkt dat in Parkwijk/Langerak 10 % en in Hoograven 23 % een nee-nee sticker op de deur te hebben, wat betekent dat de kaarten/folders daar niet bezorgd zijn. Bij de respondenten die aangeven de actie wel te hebben opgemerkt, heeft in Hoograven 10 % een nee-nee sticker in Parkwijk/Langerak is dat 0 % Beide acties zijn overwegend positief ervaren door de respondenten die aangeven de acties wel opgemerkt te hebben In Hoograven gaf 87 % aan positief te zijn over de acties, in Parkwijk/Langerak is 91 % positief Uit de antwoorden op de vervolgvraag blijkt dat als positieve aspecten vooral wordt genoemd dat respondenten het goed vinden dat burgers erop attent worden gemaakt wat de gemeente allemaal doet om zwerfafval te beperken in hun wijken en dat het goed is dat het probleem aangepakt wordt Uit de antwoorden op de vervolgvraag blijkt dat als negatieve aspecten vooral wordt genoemd dat het geld en de inspanningen beter anders kunnen besteden of dat niet gemerkt is dat het schoner is geworden Folders of kaarten in de bus lijken eerder op te vallen als actie dan de extra reinigers in het winkelcentrum, en folders in de bus vallen meer op dan posters In Hoograven gaven méér respondenten aan de actie te hebben gemerkt dan in Parkwijk/Langerak, waarbij vooral de kaarten genoemd worden als reden (ruim 37 %). In de wijk Parkwijk/Langerak zijn de folders meer opgevallen dan de posters De folders in Parkwijk/Langerak zijn eenmaal bezorgd; de kaarten meerdere keren. Mogelijk speelt de herhaling een rol bij het verschil tussen Hoograven en Parkwijk/Langerak De constatering dat de actie in Hoograven meer is opgemerkt dan de actie in Parkwijk/Langerak wordt versterkt als de respondenten met een nee-nee sticker buiten beschouwing gelaten zouden worden Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 25\58

26 De acties lijken in beide actiewijken ervoor gezorgd te hebben dat significant méér mensen dan bij de nulmeting aangaven recent iets gehoord of gelezen te hebben over de aanpak van zwerfafval ; bij de nulmeting was dit aandeel niet toegenomen. De significantie is bepaald met behulp van de Chi-kwadraattoets In beide actiewijken geeft een meerderheid aan informatie in folders of kaarten gelezen te hebben De acties hebben niet gezorgd voor een toename van het aandeel respondenten dat aangeeft recent gemerkt te hebben dat de gemeente bezig is met de aanpak van zwerfafval in hun wijk Bij de eenmeting is dit aandeel zelfs iets afgenomen ten opzichte van de nulmeting; de verschillen zijn echter niet significant. De significantie is bepaald met behulp van de Chi-kwadraattoets Mogelijk is geen toename geconstateerd omdat de algemene inzet van de reinigingsdiensten is afgenomen ten opzichte van de nulmeting De conclusie die wordt getrokken is de volgende: De acties zoals ze zijn uitgevoerd zijn nauwelijks opgemerkt als zijnde een actie, maar hebben wel geleid tot een toename van het aantal mensen dat aangeeft recent dingen gehoord of gelezen te hebben over zwerfafval De folders in de bus zijn meer opgemerkt dan de posters in winkelcentra en de inzet van extra reinigers Figuur 3.3 Zijn de acties opgemerkt in Parkwijk/Langerak? 26\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

27 Figuur 3.4 Zijn de acties opgemerkt in Hoograven? Tabel 3.1 Antwoorden op de directe vragen over de acties bij de actieijken Hoograven Parkwijk/Langerak Aantal Aandeel Aantal Aandeel Totaal respondenten % % Totaal respondenten actie opgemerkt ( ja op vraag 11) 45 39,1% 21 20,8% Respondenten positief over actie 39 86,7% 19 90,5% Respondenten deels positief/deels negatief over actie 2 4,4% 2 9,5% Respondenten negatief over actie 2 4,4% 0 0,0% Respondenten weet niet 2 4,4% 0 0,0% Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 27\58

28 Figuur 3.5 Mening respondenten in Hoograven die actie opgemerkt hebben Figuur 3.6 Mening respondenten in Pakrwijk/Langerak die actie opgemerkt hebben 28\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

29 Figuur 3.7 Verschil aandeel respondenten dat bij de eenmeting aangeeft afgelopen half jaar iets gehoord of gelezen te hebben over de aanpak van zwerfafval in de gemeente, in vergelijking met de nulmeting Figuur 3.8 Toe- of afname aandeel respondenten bij de eenmeting dat aangeeft recent gemerkt te hebben dat de gemeente actief is geweest met de aanpak van zwerfafval in hun wijk, in vergelijking met de nulmeting Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 29\58

30 Tabel 3.2 Verschil antwoorden nul- en eenmeting op vraag 4: hebben de respondenten recent dingen gehoord of gelezen over de aanpak van zwerfafval? Vraag 4: Heeft u afgelopen half jaar dingen gehoord of gelezen over de aanpak van zwerfafval in de gemeente? Nulmeting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Ja Totaal Percentage 14,9% 17,6% 17,0% 7,8% Eenmeting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Ja Totaal Percentage 13,2% 29,6% 18,1% 36,6% Verschil nul- eenmeting -1,6% 11,9% 1,1% 28,9% Tabel 3.3 Verschil antwoorden nul- en eenmeting op vraag 10: hebben de respondenten recent gemerkt dat de gemeente actief was met de aanpak van zwerfafval? Vraag 10: Heeft u afgelopen maand gemerkt dat de gemeente bezig is geweest met de aanpak van zwerfafval in uw wijk? Nulmeting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Aantal ja nulmeting Totaal Percentage 60,4% 62,7% 62,0% 35,9% Eenmeting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Aantal ja eenmeting Totaal Percentage 43,4% 47,8% 41,0% 26,7% Verschil nul- eenmeting -17,0% -14,9% -21,0% -9,2% Hebben de acties effect gehad op de tevredenheid over de gemeente? Om te achterhalen of de acties effect hebben gehad op de tevredenheid van de respondenten over de inzet van de gemeente, is gekeken of het aandeel respondenten dat aangeeft te vinden dat de gemeente genoeg doet bij de eenmeting is toegenomen ten opzichte van de nulmeting. Als de acties effect hebben op de tevredenheid, is de verwachting dat dit aandeel bij de actiewijken meer toeneemt dan bij de nulwijken. De figuren 3.9 en 3.10 en de tabellen 3.4 en 3.5 tonen de resultaten voor de antwoorden op de vragen over de tevredenheid over de inzet van de gemeente. Samengevat blijkt uit de analyse van deze antwoorden: 30\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

31 Er zijn geen significante verschillen tussen de nul- en de eenmeting en tussen de actie- en nulwijken in het aantal respondenten dat tevreden is over de inzet van de gemeente Het aandeel respondenten dat vindt dat de gemeente niet genoeg doet aan de aanpak van zwerfafval is iets toegenomen bij de eenmeting ten opzichte van de nulmeting Het aandeel respondenten dat vindt dat de gemeente meer zou moeten doen om zwerfafval aan te pakken is in alle wijken afgenomen bij de eenmeting in vergelijking met de nulmeting De verschillen zijn niet significant (bepaald met behulp van de Chi-kwadraattoets) De conclusie die wordt getrokken is de volgende: Er is niet aangetoond dat de acties effect hebben op de tevredenheid van de respondenten over de inzet van de gemeente Figuur 3.9 Toe- of afname aandeel respondenten bij de eenmeting dat aangeeft dat de gemeente genoeg doet in de aanpak van zwerfafval in hun wijk, in vergelijking met de nulmeting Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 31\58

32 Figuur 3.10 Toe- of afname aandeel respondenten bij de eenmeting dat aangeeft dat de gemeente meer zou moeten doen in de aanpak van zwerfafval in hun wijk, in vergelijking met de nulmeting Tabel 3.4 Verschil antwoorden nul- en eenmeting op vraag 6: vinden de respondenten dat de gemeente genoeg doet aan de de aanpak van zwerfafval? Vraag 6 Vindt u dat uw gemeente genoeg doet? Nulmeting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Aantal ja bij nulmeting Totaal Percentage 69,3% 62,7% 57,0% 53,4% Eenmeting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Aantal ja bij eenmeting Totaal Percentage 57,5% 60,0% 47,6% 43,6% Verschil nul- eenmeting -11,8% -2,7% -9,4% -9,8% 32\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

33 Tabel 3.5 Verschil antwoorden nul- en eenmeting op vraag 8: vinden de respondenten dat de gemeente meer zou moeten doet aan de de aanpak van zwerfafval? Vraag 8 Vindt u dat uw gemeente meer zou moeten doen? Nulmeting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Aantal nee bij nulmeting Totaal Percentage 46,5% 58,8% 40,0% 47,6% Eenmeting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Aantal nee bij eenmeting Totaal Percentage 36,8% 50,4% 31,4% 37,6% Verschil nul- eenmeting -9,7% -8,4% -8,6% -9,9% Hebben de acties effect gehad op de beleving van zwerfafval? Om te kijken of de acties in de wijken hebben bijgedragen aan een verandering in beleving van zwerfafval, hebben we een kwantitatieve score bepaald aan de subjectieve beleving van de respondenten. Hiervoor is aan vraag 1 Hoeveel zwerfafval vindt u dat er gewoonlijk in uw wijk ligt op de volgende manier een kwantitatieve score opgehangen: Helemaal geen zwerfafval een score 10 Weinig zwerfafval een score 8 Niet veel niet weinig zwerfafval een score 6 Veel zwerfafval een score 4 Heel erg veel zwerfafval een score 2 Dit levert een gemiddelde subjectieve score van de beleving van zwerfafval in de wijk op. De objectieve hoeveelheid van zwerfafval wordt door de gemeente Utrecht gemonitoord. Deze worden uitgedrukt in kwantitatieve cijfers van 8 (geen zwerfafval) tot 4 (heel veel zwerfafval). Om een eerlijke vergelijking te kunnen maken tussen de objectieve en subjectieve score zijn deze scores voor dit onderzoek omgezet naar dezelfde kwantitatieve scores als voor de subjectieve scores is gedaan (8=10, 4=2). In figuren 3.11 en 3.12 en tabel 3.6 wordt het resultaat weergegeven. Het volgende blijkt: In alle wijken is bij de eenmeting zowel de objectieve score als de subjectieve score lager dan bij de nulmeting, maar bij de actiewijken lijkt de beleving minder sterk afgenomen dan in de niet-actiewijken Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 33\58

34 Hoewel de beleving dus niet beter is geworden, hebben de acties mogelijk eraan bijgedragen dat de afname in beleving beperkt is gebleven ten opzichte van de afname in de objectieve score De respondenten uit de actiewijken die de acties opgemerkt hebben, hebben een minder goede beleving dan respondenten uit dezelfde wijk die de actie niet hebben opgemerkt Dit lijkt te suggereren dat de acties een negatief effect hebben op de beleving als ze worden opgemerkt. Echter, het kan ook zo zijn dat nu alleen de heel betrokken mensen de acties hebben opgemerkt, en dat deze groep in ieder geval kritischer en daarom negatiever is De conclusie die wordt getrokken is de volgende: Er is niet duidelijk aangetoond dat de beleving van de hoeveelheid zwerfafval verbetert ten gevolge van de acties Verandering in objectieve en subjectieve scores bij eenmeting, ten opzichte van nulmeting 0% -2% -4% -6% -8% -10% -5% Zuilen -8% Hoograven -3% Lombok -6% Parkwijk/Lange rak -2% Verandering objectief ten opzichte van nulmeting Verandering subjectief ten opzichte van nulmeting -12% -14% -13% -12% -11% Figuur 3.11 Verschil tussen objectieve en subjectieve beleving t.o.v. nulmeting 34\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

35 Figuur 3.12 Verschil in beleving tussen respondenten die actie gemerkt hebben en niet-gemerkt hebben Tabel 3.6 Verschillen in objectieve en subjectieve hoeveelheid zwerfafval Objectieve meting Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Nulmeting 7,6 8,1 8,3 7,8 Eenmeting 7,2 7,0 7,3 6,9 Verschil (%) -5% -13% -12% -11% Beleving Zuilen Hoograven Lombok Parkwijk/Langerak Nulmeting 6,7 7,1 5,9 6,6 Eenmeting 6,2 6,9 5,6 6,5 Verschil (%) -8% -3% -6% -2% 3.6 Samenvatting bevindingen eerste pilotstudie Uit de resultaten van de nul- en de eenmeting volgt géén directe samenhang tussen het opmerken van de inzet van de gemeente enerzijds en de beleving anderzijds. Met andere woorden: respondenten die aangeven dat ze gemerkt hebben dat de gemeente actief is met de aanpak van zwerfafval in de wijk, zijn niet positiever of negatiever over de hoeveelheid zwerfafval dan anderen. Hetzelfde geldt voor de respondenten die aangeven dingen gelezen of gehoord te hebben over zwerfafval: uit het onderzoek volgt niet dat deze mensen een andere beleving hebben Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 35\58

36 Algemeen blijkt uit de resultaten van de nul- en de eenmeting dat tevredenheid over de inzet van de gemeente wél samen lijkt te hangen met de beleving van respondenten: meer tevreden mensen vinden dat er minder zwerfafval ligt dan ontevreden mensen. Als redenen voor de tevredenheid wordt onder andere de aanwezigheid van de reinigers genoemd en dat er goed op meldingen wordt gereageerd. Mensen die juist ontevreden zijn, geven als redenen onder andere dat er hotspots zijn, dat ze het gevoel hebben dat de gemeente te weinig of op de foute manier reinigt en niet reageert op meldingen en dat veroorzakers van zwerfafval niet worden aanpakt Om het effect van de acties te onderzoeken zijn de resultaten van de eenmeting vergeleken met de resultaten van de nulmeting. Het volgende blijkt: De acties zijn door slechts een minderheid van de respondenten in de actiewijken opgemerkt. Daarbij zijn de kaarten en folders meer opgemerkt dan de reinigers en de posters De acties hebben geen significant effect gehad op de gemiddelde tevredenheid van de respondenten over de inzet van de gemeente (vergelijking eenmeting met nulmeting). Dit is bepaald met de Chi-kwadraattoets De gemiddelde beleving lijkt in de actiewijken relatief gezien wat minder afgenomen dan de beleving in de niet-actiewijken: dit suggereert een mogelijk positief effect van de acties De respondenten die aangeven de acties te hebben opgemerkt zijn in meerderheid positief over de acties, maar lijken een minder goede beleving te hebben dan de overige respondenten. Dit suggereert dat de acties een negatief effect hebben op de beleving. Echter, het kan ook zo zijn dat de respondenten die nu aangeven de acties opgemerkt te hebben de meer betrokken maar ook kritische mensen zijn, die in ieder geval een lagere beleving hebben 3.7 Conclusie eerste pilotstudie Onderstaand wordt eerst ingegaan op de conclusie van de eerste pilotstudie met betrekking tot de onderzoeksvraag. Daarna wordt beschreven wat de conclusies zijn met betrekking tot zinvolle vervolgacties Conclusie met betrekking tot de onderzoeksvraag Dit onderzoek is opgezet om antwoord te krijgen op de hoofdvraag: leidt de inzet van communicatiemiddelen en/of een andere inzet van de diverse gemeentelijke reinigingsdiensten op wijkniveau tot een aantoonbaar betere beleving van de burger uit die wijk ten aanzien van de hoeveelheid zwerfafval in de wijk? Op basis van de resultaten van de eerste pilotstudie, lijkt het antwoord hierop nee te zijn. De gemiddelde beleving is niet verbeterd door de acties en bij de eenmeting zelfs afgenomen ten opzichte van de nulmeting. Echter, de objectieve scores zijn óók afgenomen bij de eenmeting en, met uitzondering van Zuilen, in sterkere mate dan de beleving. 36\58 Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht

37 De beleving bij de actiewijken is daarbij (relatief gezien) minder sterk afgenomen dan bij de nietactiewijken. Dit suggereert dat de acties mogelijk toch een positief effect hebben gehad. In tegenspraak hiermee lijkt het feit dat binnen de actiewijken de beleving bij de respondenten die aangeven de actie te hebben opgemerkt juist minder goed was dan bij de respondenten die aangeven de actie niet hebben opgemerkt. Mogelijk komt dit verschil echter niet door de acties, maar doordat de mensen die de acties nu hebben opgemerkt de meer betrokken en ook meer kritische mensen zijn, die gemiddeld een minder goede beleving hebben. Samengevat betekent dit dat de resultaten van de eerste pilotstudie niet eenduidig zijn en geen overtuigend antwoord geven op de onderzoeksvraag. Daarom is gekozen voor een tweede pilotstudie Conclusie met betrekking tot zinvolle vervolgacties Uit de eerste pilotstudie volgt dat tevredenheid over de inzet van de gemeente samen lijkt te hangen met de beleving van de hoeveelheid zwerfafval. Daarnaast blijkt dat tevredenheid over de inzet van de gemeente vooral beïnvloed lijkt te worden door de zichtbaarheid van de inspanningen en medewerkers van de gemeente, en in mindere mate door de zichtbaarheid van het resultaat. Acties gericht op het vergroten van de zichtbaarheid van de reinigers en de inspanningen zouden daarom een positief effect moeten hebben op de beleving. Dit is echter niet gebeurd bij de eerste pilotstudie. Met betrekking tot vervolgacties zijn de volgende conclusies getrokken: Zorg ervoor dat een vervolgactie echt voor significant meer zichtbaarheid zorgt De objectieve informatie die verspreid is bij de eerste pilotstudie is door een groot deel niet eens opgemerkt Richt een vervolgactie op het werkelijk zichtbaar zijn van reinigers Mogelijk werkt alleen het geven van informatie zonder dat mensen de gemeente in actie zien averechts, als (teveel) verwachtingen worden gewekt over het resultaat. Dit is misschien een verklaring voor hetgeen we in Parkwijk/Langerak zien. De verwachting die is gewekt, is dat de omgeving voldoende schoon is. Bewoners vinden blijkbaar dat deze verwachting niet klopt en worden door deze berichtgeving niet positiever. Ook in Hoograven kan dit gespeeld hebben: mensen lezen dat de straat gereinigd is, kijken vol verwachting naar buiten en vinden het dan misschien tegenvallen hoe schoon het is Efficienter reinigen en een betere beleving van zwerfafval in Utrecht 37\58

Hondenbeleid Deventer Eindmeting

Hondenbeleid Deventer Eindmeting Hondenbeleid Deventer Eindmeting Januari 2011 Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : Jasper Baks Telefoonnummer : 694229 Mail : jr.baks@deventer.nl Strategische Ontwikkeling 1 Inhoud Algemene samenvatting

Nadere informatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie Afdeling Onderzoek & Statistiek Gemeente Deventer Karen Teunissen April 2006 Inhoudsopgave Inleiding 3 Hoofdstuk 1 Bekendheid en betrokkenheid 4 Samenvatting 8 Hoofdstuk 2 Communicatie 9 Samenvatting 12

Nadere informatie

Leefbaarheid en Veiligheid Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007

Leefbaarheid en Veiligheid Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007 Leefbaarheid en Veiligheid Hengelo 2007 Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007 COLOFON Uitgave Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie Gemeente Hengelo Hazenweg 121 Postbus 18,

Nadere informatie

Toezichthouders in de wijk

Toezichthouders in de wijk Toezichthouders in de wijk Hoe ervaren inwoners uit Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht en Zwijndrecht de aanwezigheid van Toezichthouders? Inhoud: 1 Conclusies 2 Bekendheid 3 Effect 4 Waardering taken Hondengerelateerde

Nadere informatie

Buurtenquête hostel Leidsche Maan

Buurtenquête hostel Leidsche Maan Buurtenquête hostel Leidsche Maan tussenmeting 2013 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Utrecht (GG&GD) DIMENSUS beleidsonderzoek April 2013 Projectnummer 527 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding

Nadere informatie

Grafiek 20.1a Belangrijkste aspecten die Leidenaren prettig vinden aan de eigen buurt, * (meer antwoorden mogelijk) 16% 15% 10% 10%

Grafiek 20.1a Belangrijkste aspecten die Leidenaren prettig vinden aan de eigen buurt, * (meer antwoorden mogelijk) 16% 15% 10% 10% 20 ONDERHOUD EN NETHEID EIGEN BUURT In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de prettige en de mindere prettige kanten van de openbare ruimte in de eigen buurt of wijk. Vervolgens wordt gekeken hoe men verschillende

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Buurtrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de buurt? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Check Je Kamer Rapportage 2014

Check Je Kamer Rapportage 2014 Check Je Kamer Rapportage 2014 Kwantitatieve analyse van de studentenwoningmarkt April 2015 Dit is een uitgave van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep Gemeente Ubbergen Juni 2013 Colofon Uitgave I&O Research BV Zuiderval 70 7543 EZ Enschede tel. (053) 4825000 Rapportnummer 2013/033 Datum

Nadere informatie

Zichtbaar reinigen en beleving

Zichtbaar reinigen en beleving Zichtbaar reinigen en beleving Het verwijderen van zwerfaval door straatreinigers vindt op dit moment vaak plaats op momenten dat er weinig burgers op straat zijn (bijvoorbeeld in de vroege ochtend). Onderzoek

Nadere informatie

Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen

Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Concept, 20 juli 2011 Verantwoording Titel Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Opdrachtgever STOWA Projectleider ir. B. (Bob) van Bree Auteur(s)

Nadere informatie

Omgekeerd Inzamelen. Datum: 11 augustus 2014. Versie 3.0. drs. S. Buitinga & de heer R. Sival, BSc. Mevr M. Stam

Omgekeerd Inzamelen. Datum: 11 augustus 2014. Versie 3.0. drs. S. Buitinga & de heer R. Sival, BSc. Mevr M. Stam Omgekeerd Inzamelen Datum: 11 augustus 2014 Versie 3.0 Uitgevoerd door: Auteurs: Opdrachtgever: Newcom Research & Consultancy B.V. drs. S. Buitinga & de heer R. Sival, BSc. Gemeente Woerden Mevr M. Stam

Nadere informatie

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Ervaringen Wmo Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Inhoud 1. Achtergrond van het onderzoek... 2 2. Het regelen van ondersteuning... 4 3. Kwaliteit van de ondersteuning... 6 4. Vergelijking regio...

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Aanbestedingsleidraad herontwikkeling Brewinc-locatie te Doetinchem. Errata aanbestedingsleidraad d.d. 8 oktober 2007

Aanbestedingsleidraad herontwikkeling Brewinc-locatie te Doetinchem. Errata aanbestedingsleidraad d.d. 8 oktober 2007 Aanbestedingsleidraad herontwikkeling Brewinc-locatie te Doetinchem Errata aanbestedingsleidraad d.d. 8 oktober 2007 18 oktober 2007 Kenmerk R003-4514655HTM-cri-V02-NL Verantwoording Titel Opdrachtgever

Nadere informatie

Straatintimidatie Amsterdam. Factsheet Onderzoek, Informatie en Statistiek

Straatintimidatie Amsterdam. Factsheet Onderzoek, Informatie en Statistiek Straatintimidatie Amsterdam Factsheet 201 Onderzoek, Informatie en Statistiek In opdracht van: Directie Openbare Orde en Veiligheid Projectnummer: 11 Beek, Eliza van der Smeets, Harry Bezoekadres: Oudezijds

Nadere informatie

Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast

Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast Samenvatting Twee derde van alle Leidenaren geeft aan bij hen in de buurt overlast van meeuwen te hebben. Vergeleken met voorgaande jaren is vooral het aandeel bewoners dat

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Stadsmonitor. -thema Openbare Ruimte-

Stadsmonitor. -thema Openbare Ruimte- Stadsmonitor -thema Openbare Ruimte- Modules Samenvatting 1 Beeldkwaliteit stad 2 Beeld van openbare ruimte in buurt 4 Onderhoud openbare ruimte 10 Bronnen 19 Datum: februari 2016 Gemeente Nijmegen Onderzoek

Nadere informatie

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING : COLOFON St. INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail info@intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor Rotterdam: St. Jansstraat

Nadere informatie

Enquête Telefonische dienstverlening

Enquête Telefonische dienstverlening Enquête Telefonische dienstverlening Enquête Telefonische dienstverlening Colofon Titel:Enquête Enquete Telefonische dienstverlening Opdrachtgever: Gemeente Velsen Opdrachtnemer: Marieke Galesloot Datum:

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. Netheid eigen wijk

Hoofdstuk 6. Netheid eigen wijk Hoofdstuk 6. Netheid eigen wijk Samenvatting Leidenaren vinden groen in de buurt en een rustige woonomgeving de meest prettige punten aan de inrichting van een wijk. Als grootste bron van irritatie wordt,

Nadere informatie

1 Handhaving in Westerpark

1 Handhaving in Westerpark 1 Handhaving in Westerpark Het vierde onderzoek onder het panel van stadsdeel Westerpark gaat over handhaving. Het stadsdeel wil weten of de bewoners van Westerpark tevreden zijn over bepaalde vormen van

Nadere informatie

Interactief bestuur. Omnibus 2015

Interactief bestuur. Omnibus 2015 Interactief bestuur Omnibus 2015 O&S April 2016 Samenvatting In september/oktober 2015 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente s- Hertogenbosch een omnibusonderzoek gehouden. In dit

Nadere informatie

Fysieke leefomgeving I.B EELDKWALITEIT VAN DE STAD

Fysieke leefomgeving I.B EELDKWALITEIT VAN DE STAD Nijmegen is volgens veel Nijmegenaren een mooie en groene stad. Tweederde vindt Nijmegen bovendien een schone stad. Ook van buitenaf is er een gunstige indruk. Al enkele jaren oordelen bezoekers positief

Nadere informatie

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006 Resultaten eindmeting, januari 2006 O&S Nijmegen januari 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Onderzoeksresultaten 5 2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 5 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de

Nadere informatie

Benchmark Klanttevredenheid

Benchmark Klanttevredenheid Benchmark Klanttevredenheid - dummy rapport - Laurens van Graafeiland 14-10-2010 1 Toelichting benchmark Methodiek In de benchmark worden de verdelingen van het gebruik van de verschillende communicatiemiddelen

Nadere informatie

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015 LelyStadsGeLUIDEN De mening van de inwoners gepeild Leefbaarheid 2015 April 2016 Colofon Dit is een rapportage opgesteld door: Cluster Onderzoek en Statistiek team Staf, Beleid Te downloaden op www.lelystad.nl/onderzoek

Nadere informatie

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Projectnummer: 10203 In opdracht van: Dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer drs. Merijn Heijnen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL

Nadere informatie

Overlast park Lepelenburg

Overlast park Lepelenburg Overlast park Lepelenburg 1-meting oktober 2014 www.onderzoek.utrecht.nl Colofon Uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl in opdracht

Nadere informatie

Dordtse Parken Bezoek en waardering

Dordtse Parken Bezoek en waardering Dordtse Parken Bezoek en waardering Bezoeken Dordtse inwoners hun parken? Dordrecht heeft een aantal mooie parken en de gemeente wil graag de bekendheid, en daarmee ook het gebruik, vergroten. Om input

Nadere informatie

Pilot Mag het een tasje minder zijn? Consumentenonderzoek. Rapportage van de peiling onder inwoners van Deventer, Tilburg en Zoetermeer,

Pilot Mag het een tasje minder zijn? Consumentenonderzoek. Rapportage van de peiling onder inwoners van Deventer, Tilburg en Zoetermeer, Pilot Mag het een tasje minder zijn? Consumentenonderzoek Rapportage van de peiling onder inwoners van Deventer, Tilburg en Zoetermeer, in opdracht van het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken 4 februari

Nadere informatie

Beleving windmolens A1. Onderzoek Deventer Digipanel en inwoners Epse

Beleving windmolens A1. Onderzoek Deventer Digipanel en inwoners Epse Onderzoek Deventer Digipanel en inwoners Epse Aanleiding en methodiek Aanleiding onderzoek In augustus 2015 zijn er twee windmolens gebouwd langs de A1. De voorbereiding daarvan heeft tot veel discussies

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester Over het onderzoek Thuisvester heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek voerden

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

Hoofdstuk 15 Onderhoud en netheid van de eigen buurt

Hoofdstuk 15 Onderhoud en netheid van de eigen buurt Hoofdstuk 15 Onderhoud en netheid van de eigen buurt Samenvatting Leidenaren vinden, evenals voorgaande jaren, het groen in de wijk en de inrichting van de wijk de belangrijkste aspecten die een wijk of

Nadere informatie

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009 Gemeentelijke Dienstverlening Omnibus 2009 Afdeling O&S Februari 2009 2 Samenvatting Inwoners vinden dat de gemeente haar dienstverlening heeft verbeterd De inwoners van s-hertogenbosch beoordelen de gemeentelijke

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Hoe leefbaar en veilig is de Es? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Hoe leefbaar en veilig is? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen

Nadere informatie

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties in de architectenbranche QUICKSCAN mei 2013 Inhoud Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties 3 Resultaten 6 Bureau-intermediair I Persoonlijk urenbudget 6 Keuzebepalingen

Nadere informatie

Landelijke peiling Nijmegen Resultaten tussenmeting, begin juli 2005

Landelijke peiling Nijmegen Resultaten tussenmeting, begin juli 2005 Resultaten tussenmeting, begin juli 2005 O&S Nijmegen 13 juli 2005 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Onderzoeksresultaten 5 2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 5 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Wijkraadpleging 2006 Utrecht-Noordoost

Wijkraadpleging 2006 Utrecht-Noordoost Wijkraadpleging 2006 Utrecht-Noordoost Rapportage: DIMENSUS beleidsonderzoek Maart 2007 Projectnummer 265 Inhoud 1 Inleiding 2 2 Wat vinden bewoners het belangrijkste in Noordoost 3 3 Wijkspecifieke aspecten

Nadere informatie

Sportparticipatie Kinderen en jongeren

Sportparticipatie Kinderen en jongeren Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente

Nadere informatie

KTO Het Nieuwe Inzamelen Overvecht

KTO Het Nieuwe Inzamelen Overvecht KTO Het Nieuwe Inzamelen Overvecht Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl in opdracht van Inzamelen, Markten

Nadere informatie

Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte

Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte Juni 2018 Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Samenvatting In het najaar van 2017 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek

Nadere informatie

Landelijk cliëntervaringsonderzoek

Landelijk cliëntervaringsonderzoek Landelijk cliëntervaringsonderzoek Monitor Januari t/m december 2016 Ons kenmerk: 17.0010587 Datum: 22-09-2017 Contactpersoon: Rosan Hilhorst E-mail: Contractbeheer@regiogv.nl Inhoud 1. Inleiding... 3

Nadere informatie

Mediamix 2014 Peiling onder de Deventer bevolking. Januari 2015

Mediamix 2014 Peiling onder de Deventer bevolking. Januari 2015 Mediamix 2014 Peiling onder de Deventer bevolking Januari 2015 Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : M. Hofland Telefoonnummer : 3317 Mail : m.hofland@deventer.nl Gemeente Deventer 1 Inhoud Samenvatting

Nadere informatie

Internetpanel over de lokale media

Internetpanel over de lokale media Internetpanel over de lokale media In opdracht van: Afdeling Communicatie Rapportage door: Team Beleidsonderzoek & Informatiemanagement Gemeente Purmerend J. van Poorten november 2008 Verkrijgbaar bij:

Nadere informatie

Hondenvoorzieningen in t Hout, Binnenstad en Helmond-Oost

Hondenvoorzieningen in t Hout, Binnenstad en Helmond-Oost Hondenvoorzieningen in t Hout, Binnenstad en Helmond-Oost De mening van de bevolking over de aanpassingen van 2010 . Hondenvoorzieningen in t Hout, Binnenstad en Helmond-Oost De mening van de bevolking

Nadere informatie

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan.

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan. Burgerpeiling 2013 Eind 2013 is onder 2000 inwoners van de gemeente Noordoostpolder een enquete verspreid ten behoeve van de benchmark waarstaatjegemeente.nl. De enquete vormt een onderdeel van de benchmark.

Nadere informatie

Hotspots en de beleving van zwerfafval in Eindhoven

Hotspots en de beleving van zwerfafval in Eindhoven Hotspots en de beleving van zwerfafval in Eindhoven 23 mei 2011 Hotspots en de beleving van zwerfafval in Eindhoven Aanpak van hotspots en de invloed daarvan op de beleving Verantwoording Titel Hotspots

Nadere informatie

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Versie 5.0.0 Drs. J.J. Laninga December 2015 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde ervaringsonderzoek naar

Nadere informatie

Stand van zaken op de energiemarkt

Stand van zaken op de energiemarkt Stand van zaken op de energiemarkt Onderzoek energiemarkt consumenten Rapportage kerncijfers Tweede halfjaar 12 Majka van Doorn, research consultant Thijs Hendrix, senior research consultant 14 uari 13

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is het? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Overlast van meeuwen in de buurt, 2007 t/m 2013*, in procenten van alle Leidenaren

Overlast van meeuwen in de buurt, 2007 t/m 2013*, in procenten van alle Leidenaren 16 MEEUWENOVERLAST Meeuwen zorgen voor de nodige overlast in Leiden. Dit geldt vooral in het broedseizoen waarin meeuwen om hun kuikens te beschermen, lawaai maken en schijnaanvallen uitvoeren naar mensen.

Nadere informatie

Gebruik en waardering van het open water in Leiden. Uitkomsten peiling LeidenPanel

Gebruik en waardering van het open water in Leiden. Uitkomsten peiling LeidenPanel Gebruik en waardering van het open water in Leiden Uitkomsten peiling LeidenPanel Colofon Serie Statistiek 2012 / 11 Gemeente Leiden Afdeling Strategie en Onderzoek, Beleidsonderzoek en Analyse (BOA) Postbus

Nadere informatie

Wat vinden kijkers en luisteraars van de Omroep Organisatie Groningen?

Wat vinden kijkers en luisteraars van de Omroep Organisatie Groningen? Wat vinden kijkers en luisteraars van de Omroep Organisatie Groningen? Marjolein Kolstein Juli 2017 www.os-groningen.nl BASIS VOOR BELEID Inhoud Samenvatting 2 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding van het onderzoek

Nadere informatie

Evaluatie Bewijs van Goede Dienst

Evaluatie Bewijs van Goede Dienst Evaluatie Bewijs van Goede Dienst Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten Postbus 30435 2500 GK Den Haag 14 juni 2013 Management summary In opdracht van het Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten

Nadere informatie

Stad en raad Een Stadspanelonderzoek

Stad en raad Een Stadspanelonderzoek Stad en raad Een Stadspanelonderzoek Kübra Ozisik 13 Juni 2016 Laura de Jong www.os-groningen.nl BASIS VOOR BELEID Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Inleiding... 2 2. Resultaten... 3 2.1 Respons... 3

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen Over het onderzoek Brederode Wonen heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek

Nadere informatie

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie sociale en regionale statistieken (SRS) Sector statistische analyse voorburg (SAV) Postbus 24500 2490 HA Den Haag Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen

Nadere informatie

Openbare Ruimte Stadspolder

Openbare Ruimte Stadspolder Openbare Ruimte Stadspolder Tevredenheid bewoners Inhoud: 1. Conclusies 2. Algemene indruk 3. Oordeel over onderhoud 4. Communicatie Deze herhalingsmeting onder inwoners van de buurt Stadspolder geeft

Nadere informatie

Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011

Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011 Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011 Eén van de prioriteiten van de gemeente is het aanpakken van overlast, onder andere van verslaafde dak- en thuislozen. Het uiteindelijke

Nadere informatie

Oostzaan Buiten gewoon

Oostzaan Buiten gewoon GESCAND OP Gemeente Oostzaan Buiten gewoon Gemeenteraad Oostzaan P/a Postbus 20 153OAA Wormeriand - 8 APR. Comeents Oostzaan Gemeentehuis ockadrcs Kerkbuurt 4, 1 511 BD Oostzaan Postadres Postbus 20, 1

Nadere informatie

Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden

Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden De gemeente Dordrecht zet zich in om overlast in het algemeen, en van coffeeshops in het bijzonder, te verminderen. Dordrecht telt in totaal acht

Nadere informatie

Een schoon en leefbaar huis

Een schoon en leefbaar huis Een schoon en leefbaar huis Monitor schoonmaakondersteuning gemeente Emmen Datum: 29 januari 2014 Auteur: Menzis Wmo Support 2014, Menzis. Alle rechten voorbehouden. Eigendomsrecht en geheimhouding Dit

Nadere informatie

Rapport Het recht op informationele zelfbeschikking in de zorg

Rapport Het recht op informationele zelfbeschikking in de zorg Rapport Het recht op informationele zelfbeschikking in de zorg in opdracht van de Raad voor Volksgezondheid & Zorg Datum 24 april 2014 Versie 1.0 Auteur Miquelle Marchand T: +31 13 466 8323 E: m.marchand@uvt.nl

Nadere informatie

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie

Nadere informatie

Dienstverlening Realisatie en Beheer. Omnibus 2011

Dienstverlening Realisatie en Beheer. Omnibus 2011 Dienstverlening Realisatie en Beheer Omnibus O&S februari 2012 Samenvatting In het najaar van is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente een omnibusonderzoek gehouden. In dit onderzoek

Nadere informatie

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk 30 FINANCIËLE SITUATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de financiële situatie van de Leidse burgers. In de enquête wordt onder andere gevraagd hoe moeilijk of gemakkelijk men rond kan komen met het

Nadere informatie

Internetpanel over de proef met de gratis bus

Internetpanel over de proef met de gratis bus Internetpanel over de proef met de gratis bus Internetpanel over de proef met de gratis bus In opdracht van: Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Rapportage door: Team Beleidsonderzoek & Informatiemanagement

Nadere informatie

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 Definitieve rapportage 4 augustus 2016 DATUM 4 augustus 2016 TITEL Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 ONDERTITEL

Nadere informatie

Ons kenmerk L110/05.23786. Aantal bijlagen

Ons kenmerk L110/05.23786. Aantal bijlagen Aan de gemeenteraad van Nijmegen Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon (024) 329 90 00 Telefax (024) 329 29 81 E-mail gemeente@nijmegen.nl Postadres Postbus 9105 6500 HG Nijmegen Datum 6-9-05 Datum

Nadere informatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie Hoofdstuk 24 Financiële situatie Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zes op de tien Leidenaren zijn bekend

Nadere informatie

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen Bezoekadres: Van Alkemadelaan 357 Postadres: MPC 58 A Postbus 90701 2509 LS Den Haag Nederland www.cdc.nl Draagvlakmeting TNS NIPO: Drs. Anneloes Klaassen Lisanne van Thiel GW: Drs. Amber Vos +31 (070)

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Woongoed GO

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Woongoed GO UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Woongoed GO Over het onderzoek Woongoed GO heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek voerden

Nadere informatie

gegevens analyseren Welk onderzoekmodel gebruik je? Quasiexperiment ( 5.5) zonder controle achtergronden

gegevens analyseren Welk onderzoekmodel gebruik je? Quasiexperiment ( 5.5) zonder controle achtergronden een handreiking 71 hoofdstuk 8 gegevens analyseren Door middel van analyse vat je de verzamelde gegevens samen, zodat een overzichtelijk beeld van het geheel ontstaat. Richt de analyse in de eerste plaats

Nadere informatie

MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN. ICCO Onderzoek 2015

MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN. ICCO Onderzoek 2015 MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN ICCO Onderzoek 2015 Inhoud 1. Uitgangspunten 2. Onderzoek Demografie Bedrijfsgegevens Functie van de respondent Landen Wat zijn mensenrechten? Waarom mensenrechten? Six step

Nadere informatie

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017 Gemeente Nederweert Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 30 juni 2017 DATUM 30 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl

Nadere informatie

Kwaliteitsonderzoek begeleiding

Kwaliteitsonderzoek begeleiding Kwaliteitsonderzoek begeleiding Kwaliteitsonderzoek Begeleiding najaar 2016 Pagina 1 van 18 Inhoudsopgave 1. Inleiding 4 2. Werkwijze en verantwoording 5 Het doel van het onderzoek 5 Uitvoering onderzoek

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 18 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 18 OKTOBER 18 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van

Nadere informatie

Zwerfafval gemeten en beleefd

Zwerfafval gemeten en beleefd Zwerfafval gemeten en beleefd 19 maart 29 Zwerfafval gemeten en beleefd Een onderzoek naar de verschillen tussen de objectief gemeten hoeveelheid en de beleving van zwerfafval op 8 locaties Kenmerk R1-4544511DUR-srb-V2-NL

Nadere informatie

Luchtkwaliteitonderzoek Zuidelijke rondweg Breda. Toetsing aan NIBM-criterium

Luchtkwaliteitonderzoek Zuidelijke rondweg Breda. Toetsing aan NIBM-criterium Luchtkwaliteitonderzoek Zuidelijke rondweg Breda Toetsing aan NIBM-criterium 10 mei 2017 Verantwoording Titel Luchtkwaliteitonderzoek Zuidelijke rondweg Breda Opdrachtgever Gemeente Breda Projectleider

Nadere informatie

Pilot Stadspolder. 1 Conclusies. 0-meting Burgertevredenheid openbare ruimte Stadspolder

Pilot Stadspolder. 1 Conclusies. 0-meting Burgertevredenheid openbare ruimte Stadspolder Pilot Stadspolder 0-meting Burgertevredenheid openbare ruimte Stadspolder In mei en juni 2011 hebben wij het Onderzoekcentrum Drechtsteden 1.000 inwoners van de buurt Stadspolder enkele vragen voorgelegd

Nadere informatie

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29% 26 DISCRIMINATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het vóórkomen en melden van discriminatie in Leiden en de bekendheid van en het contact met het Bureau Discriminatiezaken. Daarnaast komt aan de orde

Nadere informatie

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden?

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Auteur: Ruben Brondeel i.s.m. Prof. A. Buysse Onderzoeksvraag Tijdens het proces van een echtscheiding

Nadere informatie

Duurzaam in de buurt. Over groene stroom en investeren. Enquête leefbaarheid en veiligheid 2008. Bureau Onderzoek Gemeente Groningen

Duurzaam in de buurt. Over groene stroom en investeren. Enquête leefbaarheid en veiligheid 2008. Bureau Onderzoek Gemeente Groningen Duurzaam in de buurt Over groene stroom en investeren Enquête leefbaarheid en veiligheid 2008 Bureau Onderzoek Gemeente Groningen Bureau Onderzoek is ondergebracht bij de dienst Sozawe van de Gemeente

Nadere informatie

ALCOHOLKENNIS OVERGEDRAGEN

ALCOHOLKENNIS OVERGEDRAGEN Al cohol kenni s over gedr agen Eval uat i eal cohol voor l i cht i ng doorpeer si ndehor eca ALCOHOLKENNIS OVERGEDRAGEN Evaluatie alcoholvoorlichting door peers in de horeca Juli 2005 INTRAVAL Groningen-Rotterdam

Nadere informatie

Gemeente Houten Risicobronnen. Den Dolder, 04 januari 2008 ir. Martine van Doornmalen drs. Thomas Beffers MSc

Gemeente Houten Risicobronnen. Den Dolder, 04 januari 2008 ir. Martine van Doornmalen drs. Thomas Beffers MSc Gemeente Houten Risicobronnen ADV Market Research B.V. Den Dolder, 04 januari 2008 ir. Martine van Doornmalen drs. Thomas Beffers MSc Het auteursrecht op dit rapport berust bij ADV Market Research (ADV).

Nadere informatie

Hoofdstuk 4. Contact en beoordeling gemeente

Hoofdstuk 4. Contact en beoordeling gemeente Hoofdstuk 4. Contact en beoordeling gemeente Samenvatting Ruim de helft van alle Leidenaren heeft in het afgelopen jaar contact gehad met één of meer gemeentelijke diensten. De meeste contacten vinden

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015)

Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015) Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015) In het voorjaar van 2015 is een tevredenheidsonderzoek onder de particuliere klanten van Warmtenet Hengelo gehouden. Aan alle particuliere klanten van Warmtenet

Nadere informatie

Ontwikkeling R&D-uitgaven industrie 2009 en 2010

Ontwikkeling R&D-uitgaven industrie 2009 en 2010 Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie Bedrijfseconomische Statistieken Statistische analyse Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag Ontwikkeling R&D-uitgaven industrie 2009 en 2010 Gert Buiten, Andries

Nadere informatie

DONATEUR KIEST GOEDE DOEL VANWEGE ONDERWERP EN STOPT MET STEUN VANWEGE ONTEVREDENHEID OVER GOEDE DOEL

DONATEUR KIEST GOEDE DOEL VANWEGE ONDERWERP EN STOPT MET STEUN VANWEGE ONTEVREDENHEID OVER GOEDE DOEL Meting maart 2013 Het Nederlandse Donateurspanel van WWAV wordt mede mogelijk gemaakt door het CBF en is uitgevoerd door Peil.nl DONATEUR KIEST GOEDE DOEL VANWEGE ONDERWERP EN STOPT MET STEUN VANWEGE ONTEVREDENHEID

Nadere informatie

Wijkbezoeken. persoonlijke contacten persoonlijke meningen

Wijkbezoeken. persoonlijke contacten persoonlijke meningen persoonlijke contacten persoonlijke meningen gemeente nijmegen directie strategie en projecten februari 2003 Inhoudsopgave 1 Vooraf 3 1.1 Sterke wijken, sociale stad 3 1.2 onderzoek 3 2 Resultaten 5 2.1

Nadere informatie

Rookmelders Omnibusonderzoek 2011

Rookmelders Omnibusonderzoek 2011 Omnibusonderzoek 2011 Onderzoekskader Omnibusonderzoeken 2011 Opdrachtgever Brandweer en rampenbestrijding (Marry Borst) Uitvoering Gemeente Alkmaar, Concerncontrol, Team Onderzoek en Statistiek (Aad Baltus)

Nadere informatie