OPROEP EXPERTISENETWERKEN CULTUUREDUCATIE (ENCE)

Transcriptie

1 OPROEP EXPERTISENETWERKEN CULTUUREDUCATIE (ENCE) Om de wederzijdse samenwerking tussen reginale partners in de drie sectren cultuur, jeugd en nderwijs te stimuleren lanceren Jke Schauvliege, Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, en Pascal Smet, Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel, een prep vr ExpertiseNetwerken CultuurEducatie (ENCE). Daarmee willen zij de expertisepbuw en uitwisseling en de cmplementariteit van vraag en aanbd inzake cultuureducatie p reginaal niveau bevrderen. 1. Situering Met de prichting van Expertisenetwerken CultuurEducatie (ENCE) geven ministers Schauvliege en Smet gevlg aan een van de acties gefrmuleerd binnen hun gemeenschappelijke cnceptnta cultuureducatie Greien in cultuur. Deze nta, die p 20 januari 2012 dr de Vlaamse Regering werd gedgekeurd, schetst de cnturen van een gemeenschappelijk strategisch beleidskader én een eerste actieplan. Alle acties hebben tt del kinderen en jngeren alle kansen te bieden m hun creatieve talenten te ntwikkelen, en bijgevlg een levendige wisselwerking tussen de cultuur-, jeugd- en nderwijspraktijk mgelijk te maken. De verheid streeft naar een lerend, wederkerig, evenwichtig gespreid net van reginale expertisenetwerken ver de Vlaamse prvincies en het tweetalige gebied Brussel-Hfdstad. Deze ENCE werken nderling en met de ankerpunten cultuureducatie p Vlaamse niveau, i.e. ACCE (Vlaams ministerie van Cultuur, Jeugd, Sprt en Media) en CANON Cultuurcel (Vlaams ministerie van Onderwijs en Vrming), samen. Er wrdt vrzien in een jaarlijkse ndersteuning mits psitieve tussentijdse evaluatie gedurende een prefperide, die 3 jaar bestrijkt en lpt van 1 september 2012 tt en met 31 augustus De jaarlijkse ndersteuning gebeurt binnen de gedgekeurde budgettaire ruimte. Het ENCE dat in aanmerking wil kmen vr ndersteuning zal een subsidieaanvraag indienen p basis van deze prep. 2. Aan welke inhudelijke vereisten met een ENCE vlden? Binnen een reginale cntext en met betrkkenheid van actren uit de sectren cultuur, jeugd en nderwijs werken de ENCE aan de pbuw en uitwisseling van expertise, en aan de afstemming van vraag en aanbd m.b.t. cultuureducatie. Een ENCE mag dus niet luter een verzameling zijn van mgelijke partners in het dmein van cultuureducatie, maar vertrekt van een gedeeld en gemeenschappelijk gedragen prject. Een ENCE heeft een uitgesprken inhudelijke delstelling. De verschillende ENCE werken nderling en met de cultuureducatieve ankerpunten bij de Vlaamse verheid ACCE en CANON Cultuurcel samen p basis van cmplementariteit; bedeling is dat zij nderling en in verhuding tt wat p Vlaams niveau gebeurt versterkend werken. 1

2 3. Welke schaalgrtte heeft een ENCE? De netwerken zijn vrij hun precieze gegrafische actieradius zelf te bepalen, al dient deze het lkale niveau (stad f gemeente) te verstijgen en zich te situeren p een bvenlkaal/reginaal niveau. Z willen we ruimte laten vr reginale verschillen. Bij de jurering van de ingediende vrstellen is de grtte van de vrgestelde samenwerking één van de gehanteerde criteria. 4. Welke partners heeft een ENCE? ENCE zetten samenwerking p tussen verschillende partners uit de sectren cultuur, jeugd en nderwijs. Ze gaan hierbij uit van wederkerigheid tussen de partners uit die drie sectren. Hierbij een niet-exhaustieve psmming van mgelijke spelers: Cultuur: cultuureducatieve rganisaties, kunsten- en erfgedinstellingen, rganisaties vr sciaal-cultureel werk, amateurkunstenrganisaties, cultuurcentra, gemeenschapscentra, biblitheken, lkale cultuurdiensten, cultuurschakels dynam3 Jeugd: (cultuureducatieve) jeugdverenigingen, lkale en prvinciale jeugddiensten, jeugdprgrammatren Onderwijs: pedaggische begeleidingsdiensten, academies van het Deeltijds Kunstnderwijs, lerarenpleidingen en andere pleidingen uit het Hger Onderwijs, (dynam)schlen uit het leerplichtnderwijs De kern van een netwerk is zijn penheid naar en aandacht vr deze ptentiële partners. We hanteren daarbij het perspectief van een greiend netwerk, dat niet meteen met alle mgelijke partners begint, maar dat gefaseerd en gericht uitbreiding zekt. Tussen de verschillende partners kunnen verschillende niveaus van betrkkenheid en engagement bestaan. Het netwerk streeft een evenwichtige vertakking na in de 3 betrkken sectren. In de subsidieaanvraag geeft de kandidaat een verzicht van de huidige en gewenste participatie van de partners uit de drie sectren en van de manier waarp hij deze gewenste situatie wil realiseren. 5. Wie cördineert het ENCE en wat mvat deze cördinatie? Binnen een reginale cntext neemt één partner de cördinatie van het ENCE p zich. Deze cördinerende partner kan zich in elkeen van de drie betrkken sectren bevinden. Vr deze cördinatiepdracht ntvangt deze partner Vlaamse subsidies. In ruil is hij verantwrdelijk vr de subsidievraag, vr de werking van en rapprtering ver het ENCE, en vr de afstemming van deze werking met het Vlaamse niveau. Het is deze cördinerende partner die in het subsidiebesluit vermeld zal wrden als begunstigde en die als cntactpersn zal ptreden vr het ENCE. 6. Welke cncrete taken vervult een ENCE? ENCE werken p reginaal niveau aan de expertisepbuw en -uitwisseling en de afstemming van vraag en aanbd inzake cultuureducatie tussen de sectren cultuur, jeugd en nderwijs. Dit betekent dat zij nder meer werken aan: 2

3 de uitwisseling, dcumentatie en ntsluiting van de inhudelijke expertise (.a. gede praktijken) tussen rganisaties en instellingen uit de 3 sectren; de verhging van de expertise van cultuureducatieve prfessinals uit de betrkken sectren; de afstemming van vraag en aanbd m.b.t. cultuureducatie, met aandacht vr de laagdrempeligheid van dit aanbd, het dekken van de beheften en het tegengaan van versnippering; de uitwerking en verspreiding van kwaliteitsverhgende initiatieven m.b.t. het cultuureducatieve aanbd. Om de kansen p succesvlle reginale inbedding van een ENCE te garanderen, laat deze prep de verdere cncretisering van deze delstellingen ver aan het ENCE zelf. Het ENCE ntwikkelt acties in afstemming met de entiteiten die p Vlaams niveau werken aan cultuureducatie (ACCE en CANON Cultuurcel). Iedere kandidaat wrdt uitgendigd m in de subsidieaanvraag een cncreet actieplan weer te geven. De kwaliteit van dit cncrete vrstel is een criterium bij de jurering van de vrstellen. 7. Wat wrdt verwacht van de afstemming tussen ENCE en het Vlaamse niveau? De werking van de ENCE vindt een evenwicht tussen de reginale inbedding en de cmplementariteit met de diverse acties die p Vlaams niveau wrden ntwikkeld. We gaan uit van een wederzijds versterkende werking en niet van een cncurrentiemdel. Z streeft het ENCE een gede afstemming na met de diverse initiatieven die ACCE en CANON Cultuurcel ntwikkelen en dr de verschillende ministers ndersteund wrden ( Cultuur in de Spiegel, initiatieven rnd dataverzameling en ntsluiting p Vlaams niveau, CultuurEducatie Netwerk Lerarenpleidingen, initiatieven van de steunpunten ). Omgekeerd streven de ankerpunten p Vlaams niveau naar een brede (Vlaamse en internatinale) ntsluiting van de relevante prjecten en resultaten die de ENCE ntwikkelen. In hun subsidieaanvraag geven de kandidaten weer he zij deze cmplementariteit willen realiseren. 8. Op basis van welke criteria zal de subsidieaanvraag wrden berdeeld? Om in aanmerking te kmen vr subsidiëring, met het ENCE gesitueerd zijn in het Nederlandse taalgebied f het tweetalige gebied Brussel-Hfdstad. Een subsidieaanvraag zal wrden getetst aan de vlgende criteria: 1. kwaliteit van visie & aanpak de kwaliteit van de visie p cultuureducatie (in verhuding tt het strategisch beleidskader cultuureducatie p Vlaams niveau zals gefrmuleerd in Greien in cultuur ); de kwaliteit van de visie p de expertisentwikkeling tussen de sectren cultuur, jeugd en nderwijs, en de mate waarin het vrstel uitgaat van een wederkerige aanpak; de mate van cncretisering van de delstellingen expertise-pbuw en uitwisseling en afstemming van vraag en aanbd ; 3

4 de kwaliteit en effectiviteit van de vrgestelde aanpak (fasering, rganisatie, timing, realistische inschatting van mgelijke knelpunten ); de delmatigheid van de begrting. 2. kwaliteit van de cördinatie, samenstelling en wijze van samenwerking de expertise van de cördinerende instantie m.b.t. netwerking en cultuureducatie; de visie p de cördinatie, samenwerking met de ankerpunten cultuureducatie p het Vlaamse niveau en de manier waarp de kandidaat cncreet wil samenwerken m.b.t. de cncrete acties van deze ankerpunten. de representativiteit van de partners uit de sectren cultuur, jeugd en nderwijs en het plan van aanpak m deze partnerschappen p een evenwichtige manier uit te breiden; de gegrafische schaalgrtte van de vrgestelde werking. Daarnaast zal er bij de glbale berdeling van de subsidieaanvragen rekening gehuden wrden met: a) een evenwichtige spreiding van ENCE ver Vlaanderen en het tweetalig gebied Brussel-Hfdstad; b) een evenwichtige verankering, zwel binnen grtstedelijke als landelijke cntext. 9. Is er een maximumbudget? He en wanneer wrdt de subsidie uitbetaald? Vr de pstart van de eerste prefnetwerken is een jaarlijkse ndersteuning van maximaal per ENCE vrzien gedurende de prefperide van drie jaar, dit nder vrbehud van gedkeuring van de ndige begrtingskredieten. Indien de subsidieaanvraag wrdt gedgekeurd, wrdt de jaarlijkse subsidie in een ministerieel besluit bepaald en als vlgt uitbetaald: een vrscht van 80% wrdt uitbetaald nmiddellijk na de ndertekening van het subsidiebesluit; een sald van 20% wrdt uitbetaald nadat de administratie heeft vastgesteld dat de vrwaarden waarnder de subsidie tegekend werd, nageleefd werden, en dat de subsidie aangewend werd vr de deleinden waarvr ze werd verleend. Dit laatste met blijken uit het werkingsverslag en het financieel verslag, die jaarlijks telkens 2 maanden vr aflp van het resp. prefjaar wrden vergemaakt aan het Departement Cultuur, Jeugd, Sprt en Media (ACCE) en aan het Agentschap vr Onderwijscmmunicatie (CANON Cultuurcel). Dit werkingsverslag vrmt tevens de basis vr een inhudelijke evaluatie. Indien deze psitief is, wrdt vergegaan tt verlenging van de subsidie. Bij een aanvankelijke negatieve evaluatie, kan mits bijsturing van het actieplan vr de vlgende peride alsng vergegaan wrden tt verlenging van de subsidie. Enkel de prjectgerelateerde ln- en werkingsksten die gemaakt zijn in de lptijd van het prject en na de tekenning van het subsidiebedrag kmen in aanmerking. Als de nettksten dat zijn de aangetnde ksten, verminderd met de uit de realisatie van het netwerk vrtvleiende inkmsten minder bedragen dan de ntvangen subsidie, wrdt het verschil teruggevrderd. 4

5 10. Cncreet: waar, wanneer en he dient u een subsidieaanvraag in? He verlpt de prcedure en verdere timing? Kandidaten dienen hun subsidieaanvraag in vóór 11 juni 2012 m 9u, en dit in twee exemplaren: schriftelijk (per aangetekende brief f tegen ntvangstmelding), én elektrnisch p het vlgende adres: Oprep ENCE t.a.v. Marijke Verddt (ACCE) & Brecht Demeulenaere (CANON) p/a Departement Cultuur, Jeugd, Sprt en Media Arenbergstraat Brussel tel / De aanvrager met een rechtspersn zijn znder cmmercieel karakter. Het aanvraagdssier bevat minstens vlgende elementen: - administratieve gegevens: minstens de identificatiegegevens van de cördinerende rganisatie (incl. cntactpersn), het ndernemingsnummer en het rekeningnummer waarp de tegekende subsidie gestrt mag wrden; - de visie p: cultuureducatie (in verhuding tt het strategisch beleidskader cultuureducatie); expertisentwikkeling en netwerking tussen de sectren nderwijs, cultuur en jeugd; peratinalisering van de vrpgestelde delstellingen in cncrete taken en acties; samenwerking met de cultuureducatieve ankerpunten (ACCE en CANON Cultuurcel) p het Vlaamse niveau en de manier waarp de kandidaat cncreet wil samenwerken m.b.t. de cncrete acties van deze ankerpunten; - een cncreet, gefaseerd en SMART gefrmuleerd actieplan vr de vlledige prefperide (3 jaar); - een gedetailleerde begrting met inkmsten en uitgaven, waarbij duidelijk de andere verwachte inkmsten (naast de Vlaamse subsidie) wrden aangegeven; - een verzicht van eventueel gerealiseerde initiatieven en pgebuwde expertise van de cördinerende instantie van het ENCE m.b.t. netwerking en cultuureducatie (veg z ndig C.V. s van de cncrete medewerker(s) te); - de samenstelling: een verzicht van de huidige betrkken partners en cntactpersnen uit de diverse sectren, met een mschrijving van hun precieze rl in het ENCE (incl. die van cördinatr) + indien relevant een cncreet plan van aanpak m deze partnerschappen p een evenwichtige manier uit te breiden; - de reginale inbedding van de kandidaat en de gegrafische schaalgrtte van de vrgestelde werking. Een intern samengestelde jury binnen de Vlaamse ministeries van Cultuur, Jeugd, Sprt en Media en van Onderwijs en Vrming, waarvan het secretariaat wrdt waargenmen dr ACCE en CANON, frmuleert vervlgens p basis van de criteria een gezamenlijk advies aan de bevegde ministers. Dit advies hudt k rekening met een evenwichtige spreiding ver Vlaanderen van het geheel van ndersteunde initiatieven. Op basis van het advies van de jury nemen de bevegde ministers een beslissing tt ndersteuning. De ndersteuning vr het eerste jaar start na de ndertekening van het subsidiebesluit. 5