FREBLO0221 Bijzondere regelingen

Transcriptie

1 FREBLO0221 Bijzondere regelingen Alle antwoorden moeten worden gemotiveerd onder vermelding van de van toepassing zijnde artikelen. Opgave 1 Jack Nauss heeft een brood- en banketwinkel. Hij bakt het brood in een eigen bakkerij. Jack heeft over het afgelopen jaar de volgende cijfers verzameld: Broodverkopen Banketverkopen excl. btw excl. btw Voor het privégebruik is met de Belasting een afspraak gemaakt: de waarde van het privégebruik wordt op excl. btw per jaar gesteld. Afgelopen jaar deed Jack de volgende inkopen: - inkoop meel, e.d excl. btw - overige inkopen btw - investeringen btw 1. Bereken welk bedrag Jack over vorig jaar op aangifte moet voldoen. Antwoord Belastbaar feit: levering ex art. 3-1-a Wet OB Waar: waar het zich bevindt Maatstaf: Tarief: 6%, zie Tabel I, post a.1 Belasting: 6% van = Privégebruik levering ex art. 3-3-a Wet OB, 6% van = 90. Inkoop meel, Tabel I, post a.2, 6% van Overige inkopen Investeringen Totaal voorbelasting Rek te betalen OB (Cr) Rek voorheffing OB (D) Rek af te dragen OB 790 (cr) KO-regeling Rek Verschil Factor 2,5 x KO-regeling - laagste bedrag Te betalen 0 Laman Opleding & Advies pag. 1 / 5

2 Stel de btw op de investeringen bedraagt geen maar Bereken (opnieuw) welk bedrag Jack over vorig jaar op aangifte moet voldoen. Rek te betalen OB (Cr) Rek voorheffing OB (D) Rek af te dragen OB (cr) KO-regeling Rek Verschil 293 Factor 2,5 x 733 KO-regeling - laagste bedrag Te betalen 857 Opgave 2 Landbouwer Martens verbouwt graan op circa 15 hectare eigen grond. Tevens heeft hij een stal met 100 varkens. Afgelopen maand verkocht Martens 20 ton graan aan een broodfabriek, 5 hectare grond aan boer Teunissen en 10 varkens aan een veehandelaar. Zelf kocht hij 5 ton veevoer. Verder maaide Martens in opdracht van de gemeente het gras van het plaatselijke sportpark. De gemeente betaalde hem daar 500 voor. 1. Beschrijf de OB-gevolgen als Martens de landbouwregeling toepast. 2. Beschrijf de OB-gevolgen als Martens kiest voor belastingheffing als bedoeld in art Wet OB. Op grond van art. 27 Wet OB (landbouwregeling) mag Martens bij verkoop van het graan geen OB in rekening brengen. Hij is bijgevolg ook geen OB verschuldigd. De broodfabriek heeft recht op een forfaitaire vooraftrek van 5,4 % van de betaalde prijs zie art Wet OB jo art. 28 Uitv. besch. OB. Martens moet daarvoor wel een landbouwverklaring uitreiken. Martens heeft de grond als bedrijfsmiddel gebruikt. Om die reden is hij op grond van art c Wet OB bij verkoop geen OB verschuldigd. Bij verkoop van de varkens is Martens op grond van art a Wet OB evenmin OB verschuldigd. De uitzondering voor intensieve veehouderij (art Wet OB) is niet van toepassing (hij beschikt over 15 ha grond). De kopers (ondernemers) hebben recht op een forfaitaire aftrek zie art Wet OB. Omdat Martens onder de landbouwregeling valt, heeft hij geen recht op aftrek voorbelasting; hij verricht geen belaste handelingen; zie art. 15 lid 1 Wet OB. De OB op de aankoop van het veevoer is dus niet aftrekbaar. Over de 500 voor het maaien van de grasvelden van het sportpark is Martens wel OB verschuldigd; de prestatie valt niet onder art b Wet OB omdat het niet bijdraagt aan de agrarische productie. Zou Martens voor het belaste ondernemerschap hebben gekozen, dan is hij op grond van art. 11- Laman Opleiding & Advies pag. 2 / 5

3 1-a Wet OB over de verkoop van de grond geen OB verschuldigd (vrijgestelde levering). In alle overige gevallen is dan wel OB verschuldigd. Omdat Martens dan belaste handelingen verricht, heeft hij recht op aftrek zodat hij de OB op de aankoop van het veevoer in aftrek mag brengen. Opgave 3 Boer Van Pelt verbouwt graan op 5 hectare eigen grond. Tevens bezit hij 3 hectare weiland. Verder pacht hij 10 hectare weiland van boer Teunissen. Op het weiland grazen s zomers 70 melkkoeien. Dit jaar hebben zich de volgende gebeurtenissen voorgedaan. a. Van Pelt kocht voor een tweedehands ploeg van een handelaar. b. Van de Coöperatie (NL) kocht hij tien ton veevoer franco huis; prijs ex OB. c. Van Pelt huurde van zijn buurman een stal. De overeenkomst is in goed overleg voortijdig beëindigd. Van Pelt ontving hiervoor d. Van Pelt heeft kaasmaken als hobby. Afgelopen jaar verkocht hij voor aan kaas. Ook nam circa 10 kg mee naar huis; de voortbrengingskosten bedroegen 45. e. Van het ministerie van Landbouw kreeg hij in mei een subsidie van voor de beëindiging van zijn melkproductie. 1. Beschrijf de OB-gevolgen van elk van deze feiten. a. Van Pelt kocht voor een tweedehands ploeg van een handelaar. Van Pelt is landbouwer met eigen grond; er is dus geen sprake van intensieve veeteelt (art Wet OB). Hij heeft niet geopteerd voor belast ondernemerschap (art 27-6 Wet OB). Hij valt dus onder de landbouwregeling. De aankoop van de tweedehands ploeg kan daarom met toepassing van de margeregeling (art 28b Wet OB) plaatsvinden. De wederverkoper mag dan geen OB vermelden. Reeds daarom bestaat geen recht op aftrek. Daarnaast blijkt dit uit art Wet OB. b. Van de Coöperatie (NL) kocht hij tien ton veevoer franco huis; prijs ex OB. De Coöperatie verricht een levering ex art. 3-1-a Wet OB. De plaats van levering is waar het vervoer aanving, in Nederland. De levering valt op grond van art. 9 jo. Tabel I, post a.44 onder het 6%-tarief. Van Pelt mag de OB op grond van art Wet OB niet in aftrek brengen. c. Van Pelt huurde van zijn buurman een stal. De overeenkomst is in goed overleg voortijdig beëindigd. Van Pelt ontving hiervoor Het meewerken aan de voortijdige beëindiging van de huurovereenkomst is een dienst. In het arrest Lubbock Fine besliste het HvJ dat de afkoop de oorspronkelijke prestatie volgt. Omdat Van Pelt geen belaste prestaties verricht, kon er niet worden geopteerd voor belaste verhuur. De verhuur was dus op grond van art b Wet OB vrijgesteld. Hetzelfde geldt nu voor de afkoop pag. 3 / 5

4 van het huurrecht. d. Van Pelt heeft kaasmaken als hobby. Afgelopen jaar verkocht hij voor aan kaas. Ook nam circa 10 kg mee naar huis; de voortbrengingskosten bedroegen 45. De kaasverkoop valt eigenlijk buiten de landbouwregeling maar op grond van een beleidsbesluit (goedkeuring) van de staatssecretaris geldt de vrijstelling toch. er is dus geen OB verschuldigd. e. Van het ministerie van Landbouw kreeg hij in mei een subsidie van voor de beëindiging van zijn melkproductie. Het ministerie kent de subsidie op grond van het algemeen belang toe. Uit het arrest Mohr blijkt dat alsdan geen sprake is van verbruik. Van Pelt is over de subsidie geen OB verschuldigd. Opgave 4 De heer Hop bezit in privé een pand dat hij als bedrijfspand verhuurt aan een stadsgenoot die er een souvenirwinkel in drijft. De huuropbrengst bedraagt ,- per jaar. Een kennis van de heer Hop adviseert hem te opteren voor de belaste verhuur en gebruik te maken van de kleine ondernemersregeling. 1. Is de heer Hop met betrekking tot de verhuur ondernemer in de zin van de wet op de omzetbelasting? De heer Hop is een 7-2-b ondernemer ; hij exploiteert een onroerende zaak om daar duurzaam opbrengsten uit te verkrijgen. 2. Er van uitgaande dat het antwoord op de vorige vraag positief luidt, kan de heer Hop dan gebruik maken van de KOR? Op grond van art. 25 Wet jo. art. 6a-4 Uitv. besch. OB geldt de KO-regeling niet bij optie voor belaste verhuur (1 pnt). De daarop betrekking hebbende OB-bedragen moeten buiten de KOberekening blijven (1 pnt). Opgave 5 Marina handelt in zeiljachten. Bij de verkoop van nieuwe jachten ruilt zij meestal een gebruikt exemplaar in. Die gebruikte jachten zijn meestal afkomstig van particulieren. Marina probeert deze ingeruilde jachten zo snel mogelijk weer te verkopen zonder daar opnieuw een boot in te ruilen. Voor 2012 en 2013 beschikt Marina over de volgende cijfers: (hele jaar) 1e kw 2e kw 3e kw 4e kw Verkoop Inkoop Marina past de margeregeling + globalisatie toe. 1. Hoeveel OB moet Marina per kwartaal op aangifte voldoen? 2. Hoeveel moet zij in 2013 op jaarbasis voldoen? Laman Opleiding & Advies pag. 4 / 5

5 jaar 1e kw 2e kw 3e kw 4e kw jaar na corr. Verkoop Inkoop Marge Correctie Omzet OB-% 21/121 21/121 21/121 21/121 21/121 19/119 OB Te betalen Terug te ontvangen Let op: de eerste jaarkolom is de uitkomst zonder verrekening over dejaren heen. 3. Welke formele vereisten gelden hier? Voor het terug te ontvangen bedrag moet een verzoek worden ingediend. Hierop beslist de inspecteur bij voor bezwaar vatbare beschikking; zie artikel 28d lid 1 Wet OB jo. art. 4c lid 8 Uitv. besch. OB. pag. 5 / 5