Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hogeschool van Arnhem en Nijmegen"

Transcriptie

1 Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Varianten: Personeel en Arbeid voltijd en deeltijd Visitatiedata: 18 en 19 mei 2004 NQA (Netherlands Quality Agency)

2 2 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

3 Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen Voorwoord Inleiding Werkwijze Oordeelsvorming Oordelen per onderwerp Schematisch overzicht oordelen Totaaloordeel 16 Deel B: Facetten 17 Onderwerp 1 Doelstellingen van de opleiding 19 Onderwerp 2 Programma 22 Onderwerp 3 Inzet van personeel 30 Onderwerp 4 Voorzieningen 33 Onderwerp 5 Interne kwaliteitszorg 35 Onderwerp 6 Resultaten 37 Deel C: Bijlagen 41 Bijlage 1 Onafhankelijkheidsverklaring panelleden 43 Bijlage 2 Beknopte CV Panelleden 45 Bijlage 3 De zelfevaluatie in verband met NVAO accreditatie Vragen en Aanwijzingen 51 Bijlage 4 Beoordelingsprotocol van NQA 69 Bijlage 5 Handreiking voor oordeelsvorming 87 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 3

4 4 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

5 Deel A: Onderwerpen NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 5

6 6 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

7 Deel A: Onderwerpen 1.1 Voorwoord In dit rapport doet het panel dat in opdracht van NQA de opleiding Personeel en Arbeid (P&A) van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen heeft gevisiteerd, verslag van zijn werkwijze, bevindingen en conclusies. Het onderzoek vond plaats in het kader van de accreditatie van hogere beroepsopleidingen. Het onderzoek is feitelijk gestart in februari 2004 toen de opleiding haar zelfevaluatierapport bij NQA aanleverde. Een visitatiebezoek vond plaats op dinsdag 18 en woensdag 19 mei 2004 en werd uitgevoerd door een panel dat bestond uit de volgende personen: Mevrouw drs. J. Monker (voorzitter) Mevrouw drs. M.G.T. van Eijck (domeindeskundige) De heer L.L. Rongen (student-lid) De heer drs. W. de Boer (NQA-auditor) Dit panel voldoet aan de eisen zoals gesteld in het document Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties van de NVAO (12 mei 2003). Het panel beschikt over domeinspecifieke deskundigheid, onderwijs- en auditdeskundigheid en deskundigheid over de internationale ontwikkelingen van de discipline (zie bijlage 2 bij dit rapport). Het rapport bestaat uit drie delen: deel A: een hoofdrapport, het Onderwerprapport, waarin de oordelen van het panel over de basiskwaliteit van de opleiding op onderwerpniveau worden uitgesproken en de overwegingen waarop die oordelen zijn gebaseerd. Het gaat hier om oordelen in de gradatie positief/negatief. Tevens wordt hier het eindoordeel geformuleerd. deel B: een detailrapport waarin op facetniveau door het panel oordelen en argumenten ter onderbouwing van dat oordeel worden gegeven. De waarderingen worden uitgedrukt in begrippen uit de vierpuntsschaal zoals die door de NVAO is voorgeschreven. Dit detailrapport vormt de basis van het Onderwerprapport. deel C: hierin zijn alle relevante bijlagen opgenomen. 1.2 Inleiding De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) is op 1 februari 1996 ontstaan uit een fusie van de HEAO-Arnhem, Hogeschool Gelderland en Hogeschool Nijmegen. Thans heeft de hogeschool locaties in Arnhem en Nijmegen en telt ruim 50 bachelor- en 17 masteropleidingen, verdeeld over vijf faculteiten: Gezondheid, Gedrag & Maatschappij; Economie & Management; Educatie; Techniek; en Informatica & Communicatie Academie. De opleiding Personeel en Arbeid maakt deel uit van de faculteit Gezondheid, Gedrag & Maatschappij, naast 15 andere opleidingen. De opleiding P&A is gehuisvest in Nijmegen. Ten tijde van de visitatie was de opleiding net verhuisd naar een nieuw gebouw van de hogeschool op de campus van universiteit en hogeschool in Nijmegen. Naast de verhuizing wordt de opleiding ook ondergebracht in een andere faculteit: de Faculteit Economie en NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 7

8 Management. De achtergrond hiervan is dat een nauwere aansluiting gezocht wordt bij de bedrijfskundige opleiding. Op landelijk niveau en in het werkveld van deze opleiding is de versterking van de bedrijfskundige component van de P&A-opleiding een belangrijke ontwikkeling. 1.3 Werkwijze De visitatie van de opleiding Personeel en Arbeid heeft plaatsgevonden conform de werkwijze zoals die is neergelegd in het beoordelingsprotocol van NQA (zie bijlage 4) en die hieronder meer in concreto wordt beschreven. Dit houdt onder meer in dat het panel geconstateerd heeft dat de visitatie plaats vond op basis van het voor Personeel en Arbeid geldende domeinspecifieke referentiekader (zie hieronder). NQA onderscheidt drie fasen in het visiteren: de voorbereidingsfase, het visitatiebezoek en de rapportagefase. Hieronder volgt een korte toelichting per fase. De voorbereidingsfase Allereerst heeft de NQA-auditor het zelfevaluatierapport gecheckt op kwaliteit en compleetheid (de screening) en daarmee op bruikbaarheid voor de visitatie. Nadat het zelfevaluatierapport in orde was bevonden, zijn de panelleden zich inhoudelijk gaan voorbereiden op het bezoek. Zij lazen het zelfevaluatierapport (en bijlagen), formuleerden in een beoordelingsformat voorlopige oordelen op basis van argumenten, respectievelijk vragen die werden doorgegeven aan de NQA-auditor. Hoewel ieder panellid alle onderwerpen en facetten onder de loep nam, is er sprake geweest van een.taakverdeling, waarbij bepaalde onderwerpen en facetten door een bepaald panellid extra grondig zijn bestudeerd. Op basis van de vragen en opmerkingen die door de overige panelleden zijn aangeleverd, heeft de NQA-auditor een overzicht van voorlopige oordelen opgesteld en de vragen verzameld in een overzicht van vragen per gespreksgroep. De opleiding heeft in haar zelfevaluatierapport kenbaar gemaakt dat binnen het opleidingsdomein landelijke beroeps- en opleidingsprofielen zijn geformuleerd. De domeindeskundigen in het panel hebben bekeken of met die profielen sprake was van adequate domeinspecifieke doelstellingen en of er nadere aanvulling dan wel nadere specificatie nodig was. Dit bleek niet het geval te zijn, en de landelijk geformuleerde (en door het werkveld geaccordeerde) profielen zijn daarom als uitgangspunt genomen voor het domeinspecifieke kader. In het detailrapport is aangegeven op welke landelijke beroeps- en opleidingsprofielen het domeinspecifieke kader (en het opleidingsprogramma) is gebaseerd. Het visitatiebezoek NQA heeft een Raamwerk bezoekprogramma ontwikkeld voor de (dag-)indeling van het visitatiebezoek dat is aangepast aan de specifieke situatie van de opleiding. Tijdens het visitatiebezoek is gesproken met (een representatieve) vertegenwoordiging van: docenten, studenten, werkveld en afgestudeerden. Daarnaast vonden er aan het begin en aan het eind van het visitatiebezoek gesprekken plaats met het management van de 8 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

9 opleiding (het operationeel management). Ook werd er een gesprek gevoerd met de faculteitsdirectie. Aan het begin van het bezoek is materiaal bestudeerd dat door de opleiding ter inzage beschikbaar was gemaakt. Vervolgens heeft het panel de voorlopige bevindingen, mede op basis van het materiaal, verder aangescherpt. Op basis daarvan zijn de gesprekken met de genoemde gespreksgroepen gevoerd, deels in de middag / vroege avond van 18 mei, en voor het grootste deel op de ochtend van 19 mei. Na de gesprekken met de verschillende groepen heeft het panel aan de hand van het beoordelingsformat de oordelen ten aanzien van de verschillende facetten besproken. Aan het einde van het bezoek heeft de voorzitter een mondelinge terugkoppeling aan het management gegeven van de bevindingen van het panel, zonder expliciete oordelen uit te spreken. De fase van rapporteren De NQA-auditor heeft, op basis van de bevindingen van het panel, een conceptrapportage opgesteld en deze voorgelegd aan de panelleden. Het panel heeft vervolgens het definitieve concept vastgesteld. In het visitatie- of beoordelingsrapport is, waar relevant, expliciet ingegaan op de verschillende varianten. Het definitieve conceptrapport is aan de opleiding voorgelegd ter correctie van feitelijke onjuistheden. Naar aanleiding daarvan zijn door de NQA-auditor enkele.wijzigingen aangebracht en is het definitieve rapport door het panel vastgesteld. Het visitatie- of beoordelingsrapport is uiteindelijk ter beschikking gesteld aan de opleiding, die het samen met de accreditatieaanvraag kan indienen bij de NVAO. 1.4 Oordeelsvorming In paragraaf 1.5 wordt per onderwerp een oordeel uitgesproken op basis van weging van de facetten die van dat onderwerp deel uitmaken. Bij deze weging spelen de beslisregels zoals die door de NQA in het beoordelingsprotocol (zie bijlage 4) zijn geformuleerd en nader uitgewerkt in een notitie (zie bijlage 5) een belangrijke rol. Tevens is bij de beoordeling rekening gehouden met accenten die de opleiding eventueel legt, het domeinspecifieke kader en een vergelijking met andere P&A-opleidingen op een aantal aspecten. Wat betreft de benchmarking is van belang op te merken dat een vergelijking met andere opleidingen op dit moment beperkt moet zijn omdat in het kader van accreditatie er nog weinig andere concrete resultaten bekend zijn. In de oordelen per onderwerp wordt steeds een herhaling gegeven van de oordelen op de facetten gevolgd door een weging die leidt tot het eindoordeel. De wegingen zullen in dit rapport niet diepgaand zijn omdat de opleiding op alle facetten minimaal een voldoende heeft gehaald. De (uitgebreide) argumentatie daarvoor is te vinden in het detailrapport. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 9

10 1.5 Oordelen per onderwerp Doelstellingen opleiding Alle facetten binnen dit onderwerp zijn beoordeeld met een voldoende. Het oordeel op het onderwerp is derhalve positief. De opleiding sluit aan op de landelijk vastgestelde beroeps- en opleidingsprofielen. De opleiding heeft de beoogde competenties vergeleken met de generieke kernkwalificaties voor het hbo, en heeft de doelen van stage en afstuderen gekoppeld aan de Dublin-descriptoren. Op landelijk niveau en op het niveau van de HAN worden de doelstellingen voor de opleiding P&A afgestemd op de behoeften van en ontwikkelingen in het werkveld; dit leidt tot een versterkt bedrijfskundige component binnen de opleiding. De opleiding onderhoudt adequate contacten met het werkveld, en staat daarbij open voor suggesties en ontwikkelingen. Door de koppeling aan het beroepsprofiel zijn de doelstellingen van de opleiding voldoende beroepsgericht Programma Op vier van de acht tot dit onderwerp behorende facetten is het oordeel voldoende toegekend: het betreft de facetten Eisen hbo, Samenhang, Instroom en Beoordeling en toetsing. De andere vier facetten, te weten Relatie tussen doelstellingen en programma, Studielast, Duur en Afstemming tussen vormgeving en inhoud zijn als goed beoordeeld. Het oordeel op het onderwerp is derhalve positief. Naast algemene vakken bevat de opleiding beroepsspecifieke blokken en praktijkcomponenten. Binnen de opleiding wordt gebruik gemaakt van aan de praktijk ontleend studiemateriaal. Deeltijdstudenten werken ten minste twintig uur per week in een relevante functie. De opleiding heeft de relatie tussen de doelstellingen en het programma duidelijk verankerd en verantwoord. De samenhang wordt bewaakt door de curriculumcommissie. Daarnaast hanteert de opleiding de Matrix van Tichy als instrument voor het bewerkstelligen van samenhang. De studielast van studenten wordt gemeten, en waar nodig voert de opleiding aanpassingen door. Rond de instroom heeft de opleiding voldoende duidelijke criteria en procedures geformuleerd. De opleiding hanteert een duidelijk uitgewerkt didactisch model, dat zichtbaar wordt toegepast binnen het programma. Er is een adequaat toetsbeleid geformuleerd. Onderdeel daarvan zijn toetsprotocollen voor stage en afstuderen. Studenten ontvangen adequate feedback over de resultaten van toetsing / beoordeling Inzet van personeel Alle facetten binnen het onderwerp zijn met een voldoende beoordeeld. Het oordeel op dit onderwerp is derhalve positief. Binnen de opleiding zijn docenten aangesteld met recente werkveldervaring. Daarnaast organiseert de opleiding colloquia om docenten in staat te stellen voeling te houden met ontwikkelingen in het werkveld, en biedt men docenten de gelegenheid om een werkveldstage te lopen. De werkdruk van het personeel is hoog; de student-staf ratio is hoog. Door taakverschuiving slaagt de opleiding erin een lagere ratio te bewerkstelligen. De overgang naar de andere faculteit heeft ook effect op de kwantiteit van het personeel. De opleiding heeft in het kader van de kwaliteit van het personeel een professionaliseringsnota opgesteld, en het functioneren van docenten wordt jaarlijks geëvalueerd met behulp van functioneringsgesprekken. 10 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

11 1.5.4 Voorzieningen Beide facetten binnen het onderwerp zijn met een voldoende beoordeeld. Het eindoordeel op dit onderwerp is daarom positief. De materiële voorzieningen zijn in het nieuwe gebouw waarin de opleiding is gehuisvest goed op orde. De begeleiding vindt plaats door middel van het mentoraat. Voor de begeleiding, bijvoorbeeld in het eerste jaar rond het bindend studieadvies, heeft de opleiding procedures vastgelegd Interne kwaliteitszorg De facetten Evaluatie van resultaten en Maatregelen tot verbetering zijn met goed beoordeeld. Het facet Betrokkenheid van medewerkers, studenten, alumni en werkveld is als voldoende beoordeeld. Het eindoordeel op dit onderwerp is daarom positief. De opleiding beschikt over duidelijke beleidsmatige kaders voor het systeem van interne kwaliteitszorg. De wijze waarop de verschillende groeperingen bij kwaliteitszorg betrokken worden is inzichtelijk. Het kwaliteitszorginstrumentarium is voldoende om het onderwijs adequaat te evalueren. De opleiding heeft voldoende aandacht voor kwaliteitsverbetering en gebruikt de uitkomsten van evaluaties als input voor verbetermaatregelen Resultaten Op beide facetten heeft de opleiding een voldoende. Het eindoordeel op dit onderwerp is daarom ook positief. De opleiding heeft streefcijfers geformuleerd, en haalt die grotendeels. De inschrijfduur van de uitvallers voldoet nog niet aan de streefcijfers. De opleiding heeft op dat punt maatregelen getroffen in de sfeer van de begeleiding van de studenten tijdens het eerste jaar en de inrichting van het tweede jaar. Over het gerealiseerd niveau van de afgestudeerden bestaat in het werkveld en bij afgestudeerden tevredenheid; studenten halen het niveau dat in de doelstellingen is vastgelegd. Dit wordt door evaluatieresultaten bevestigd. Hierna is een overzicht opgenomen van de rendementscijfers van de opleiding, in vergelijking met een aantal andere opleidingen. Uit deze cijfers blijkt, dat de uitval in met name de laatste cohort van de voltijd opleiding en in de deeltijdopleiding hoog is in vergelijking met andere opleidingen en het landelijk gemiddelde. De uitval en het tijdstip van uitval waren voor de opleiding aanleiding tot maatregelen: de begeleiding en selectie van studenten in het eerste jaar is aangescherpt, en het tweede jaar is inhoudelijk anders ingericht waardoor een erkend struikelblok naar verwachting is weggenomen. In deel B, paragraaf 6.1 beschrijft het panel de onderbouwing van het oordeel over het numeriek rendement. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 11

12 Opleidingsrendement Bron: Kengetallen HBO-raad ( Afstudeerrendement Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 55,9% 51,3% 50,0% 51,4% 41,7% Hanzehogeschool Groningen 47,5% 51,1% 60,0% 62,5% 64,8% Noordelijke Hogeschool Leeuwarden 60,6% 57,5% 66,3% 73,6% 58,9% Saxion Hogeschool Enschede 57,7% 58,3% 59,3% 60,9% 37,8% Saxion Hogeschool IJselland 55,8% 48,5% 51,4% 43,0% 34,8% Landelijk gemiddelde 56,8% 57,7% 58,0% 58,0% 54,4% Tabel 1: Rendement na 5 jaar voltijdvariant, op basis van inschrijvingsjaar Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 40,0% 25,0% 52,4% 33,3% 35,0% Hanzehogeschool Groningen 62,5% 46,2% 65,0% 65,4% 74,2% Saxion Hogeschool Enschede 75,0% 58,1% 48,1% 62,7% 69,2% Saxion Hogeschool IJselland 38,0% 26,1% 43,0% 26,3% 30,6% Landelijk gemiddelde 70,4% 68,3% 68,3% 60,2% 61,3% Tabel 2: Rendement na 5 jaar deeltijdvariant, op basis van inschrijvingsjaar Uitval in propedeuse Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 40,3% 32,5% 36,5% 27,8% 41,3% Hanzehogeschool Groningen 16,4% 30,4% 30,7% 34,8% 28,6% Noordelijke Hogeschool Leeuwarden 26,8% 20,0% 21,7% 21,4% 9,8% Saxion Hogeschool Enschede 56,8% 40,4% 34,4% 23,3% 23,9% Saxion Hogeschool IJselland 46,5% 50,9% 55,6% 50,9% 49,4% Landelijk gemiddelde 29,3% 34,3% 36,8% 35,6% 40,0% Tabel 3: Uitval na 1 jaar voltijdvariant, op basis van inschrijvingsjaar Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 50,0% 30,6% 28,8% 36,5% 32,1% Hanzehogeschool Groningen 9,7% 33,3% 15,6% 20,8% 23,8% Saxion Hogeschool Enschede 7,7% 31,3% 28,2% 19,5% 22,2% Saxion Hogeschool IJselland 35,5% 29,6% 31,3% 39,1% 43,0% Landelijk gemiddelde 20,2% 22,8% 25,7% 25,2% 29,3% Tabel 4: Uitval na 1 jaar deeltijdvariant, op basis van inschrijvingsjaar 12 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

13 Uitval na 3 jaar Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 34,1% 35,1% 52,8% 48,2% 46,0% Hanzehogeschool Groningen 32,3% 31,7% 30,3% 40,9% 41,2% Noordelijke Hogeschool Leeuwarden 31,4% 25,0% 32,1% 24,3% 31,9% Saxion Hogeschool Enschede 27,8% 30,4% 59,5% 48,1% 39,1% Saxion Hogeschool IJselland 34,1% 46,5% 57,4% 58,2% 64,3% Landelijk gemiddelde 31,7% 33,8% 38,6% 44,1% 46,4% Tabel 5: Uitval na 3 jaar voltijdvariant, op basis van inschrijvingsjaar Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 42,9% 53,3% 50,0% 52,8% 46,2% Hanzehogeschool Groningen 35,0% 34,6% 22,6% 39,6% 20,0% Saxion Hogeschool Enschede 40,7% 29,4% 15,4% 39,6% 43,6% Saxion Hogeschool IJselland 32,6% 44,1% 45,2% 40,8% 42,9% Landelijk gemiddelde 22,7% 30,1% 29,5% 32,2% 35,7% Tabel 6: Uitval na 3 jaar deeltijdvariant, op basis van inschrijvingsjaar Gemiddelde inschrijfduur afgestudeerden en uitvallers Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 51,9 51,9 51,8 50,7 48,7 Hanzehogeschool Groningen 52,7 55,4 49,5 49,8 49,8 Noordelijke Hogeschool Leeuwarden 46,0 48,4 43,0 45,9 44,9 Saxion Hogeschool Enschede 53,2 50,4 52,4 47,0 47,7 Saxion Hogeschool IJselland 48,4 52,1 47,8 49,6 51,8 Landelijk gemiddelde 49,3 49,8 49,5 50,0 50,2 Tabel 7: Gemiddelde inschrijfduur afgestudeerden in maanden, voltijdvariant, naar jaar van afstuderen Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 41,8 50,8 47,2 40,2 39,1 Hanzehogeschool Groningen 30,9 37,3 35,3 34,4 38,2 Saxion Hogeschool Enschede 45,1 47,0 42,2 42,3 40,0 Saxion Hogeschool IJselland 53,0 49,7 54,6 49,3 55,5 Landelijk gemiddelde 32,9 34,0 33,1 34,9 36,6 Tabel 8: Gemiddelde inschrijfduur afgestudeerden in maanden, deeltijdvariant, naar jaar van afstuderen Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 21,8 22,1 26,3 23,3 23,4 Hanzehogeschool Groningen 25,1 20,6 13,8 16,1 17,0 Noordelijke Hogeschool Leeuwarden 24,0 17,3 12,1 15,2 27,7 Saxion Hogeschool Enschede 15,5 22,3 20,0 18,7 15,5 Saxion Hogeschool IJselland 13,4 16,7 17,2 18,5 21,6 Landelijk gemiddelde 18,4 18,9 18,6 18,2 17,9 Tabel 9: Gemiddelde inschrijfduur uitvallers in maanden, voltijdvariant, naar jaar van uitval NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 13

14 Instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 16,3 12,1 12,3 14,1 19,6 Hanzehogeschool Groningen 19,6 13,3 13,3 12,4 14,2 Saxion Hogeschool Enschede 14,3 13,1 18,1 24,8 21,7 Saxion Hogeschool IJselland 19,5 24,0 19,0 17,8 26,0 Landelijk gemiddelde 19,5 19,0 17,7 17,4 21,3 Tabel 10: Gemiddelde inschrijfduur uitvallers in maanden, deeltijdvariant, naar jaar van uitval 14 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

15 1.6 Schematisch overzicht Oordelen Totaaloverzicht oordelen op facet- en onderwerpniveau Opleiding: Personeel en Arbeid Onderwerp/Facet Voltijd Deeltijd Doelstellingen 1.1 V V 1.2 V V 1.3 V V Totaaloordeel Positief Positief Programma 2.1 V V 2.2 G G 2.3 V V 2.4 G G 2.5 V V 2.6 G G 2.7 G G 2.8 V V Totaaloordeel Positief Positief Personeel 3.1 V V 3.2 V V 3.3 V V Totaaloordeel Positief Positief Voorzieningen 4.1 V V 4.2 V V Totaaloordeel Positief Positief Kwaliteitszorg 5.1 G G 5.2 G G 5.3 V V Totaaloordeel Positief Positief Resultaten 6.1 V V 6.2 V V Totaaloordeel Positief Positief NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 15

16 1.7 Totaaloordeel Op grond van bovenstaand schema en de inhoudelijke onderbouwing daarvan in paragraaf 1.5 waaruit blijkt dat de opleiding op alle zes onderwerpen een voldoende scoort, is de conclusie dat het totaaloordeel over de opleiding POSITIEF is. De opleiding voldoet op alle facetten aan de basiskwaliteit en gaat daar op meerdere facetten, met name binnen de onderwerpen Programma en Interne kwaliteitszorg bovenuit. 16 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

17 Deel B: Facetten NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 17

18 18 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

19 Deel B: Facetten Onderwerp 1 DOELSTELLINGEN VAN DE OPLEIDING Facet 1.1 Niveau bachelor voldoende Criteria: - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een bachelor. Het panel beoordeelt het facet niveau bachelor als voldoende. Dit wordt als volgt gemotiveerd: De opleiding hanteert de eindkwalificaties uit van het Format P&A 2000plus uit 1999, een uitgave van het Landelijk Opleidingsoverleg PenA (LOPA). In het Format wordt de professionaliteit van de P&A er als volgt omschreven: een visie hebben, methoden en technieken hebben en die kunnen inzetten, verschillende rollen kunnen vervullen, en producten maken zodat de klant die kan gebruiken. Het hbo-niveau blijkt uit de vier samenhangende componenten: verantwoording, complexiteit, transfer en wetenschappelijk gehalte. Deze vier begrippen worden in het Format nader toegelicht. In een bijlage bij het zelfevaluatierapport (Schema Dublin-descriptoren versus Opleidingskwalificaties) relateert de opleiding de beoogde eindkwalificaties aan de generieke kwalificaties van de hbo-bachelor (zoals geformuleerd in het rapport van de commissie Franssen) en, via die tussenstap, aan de Dublin-descriptoren. Het panel constateert dat het schema voldoende inzicht biedt om te concluderen dat de in de Dublin-descriptoren benoemde aandachtspunten (knowledge and understanding, applying knowledge and understanding, making judgements, communication, learning skills) in voldoende mate zijn afgedekt door de beoogde eindkwalificaties van de opleiding. Tegelijkertijd stelt het panel vast dat de opzet van het schema, met name de tussenstap die is gemaakt bij de generieke kwalificaties van het hbo, geen optimale duidelijkheid verschaft. Omdat de generieke kwalificaties voor het hbo niet direct overeenkomen met de Dublin-descriptoren, is een vertaalslag of nadere analyse nodig. De opleiding heeft de weergave van de beoogde eindkwalificaties gestructureerd naar de generieke kwalificaties, en dus is ook daarvan nog een vertaalslag naar de Dublin-descriptoren nodig. Zoals aangegeven in de eerste alinea van deze passage bevat het overzicht voldoende informatie op basis waarvan het panel heeft kunnen constateren dat de Dublindescriptoren zijn afgedekt, maar het panel meent wel dat de opleiding zelf nadrukkelijker en meer direct de link tussen de eigen kwalificaties en de Dublin-descriptoren moet leggen. In de afstudeerhandleiding en de stagehandleiding is een link gelegd tussen de doelen van het afstuderen respectievelijk de stage en de Dublin-descriptoren. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 19

20 In het zelfevaluatierapport geeft de opleiding aan hoe het programma gekoppeld is aan de Dublin-descriptoren; voor elk van de descriptoren is aangegeven in welk deel van het programma de betreffende bekwaamheden worden ontwikkeld (zie 2.2). Een internationaal referentiekader, specifiek gericht op het domein P&A is niet voorhanden omdat het domein als gevolg van de specifieke Nederlandse arbeidsverhoudingen uniek is in Europa. Facet 1.2 Domeinspecifieke eisen voldoende Criteria: - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). Het panel beoordeelt het facet domeinspecifieke eisen als voldoende. Dit wordt als volgt onderbouwd: Door het LOPA is een beroepsprofiel opgesteld dat vaststelt wat het beroepenveld verwacht van medewerkers op hbo-niveau: het Format P&A 2000plus. Dit document is in nauw overleg met het werkveld tot stand gekomen, zowel in de voorbereidingsfase als bij formulering van het document. Daarvoor heeft het LOPA twee miniconferenties georganiseerd. Daarnaast heeft het discussies met opleidingen en vertegenwoordigers van het beroepenveld gevoerd. Een werkgroep van het LOPA heeft een notitie Arbeidsmarktontwikkelingen en perspectieven P&A opgesteld die mede als basis voor het Format is gebruikt. Binnen het Format P&A 2000plus worden vijf kerncompetenties benoemd en uitgewerkt naar opleidingskwalificaties: - beleidsmatig en methodisch bekwaam zijn; - veranderkundig bekwaam zijn; - sociaal-maatschappelijk bekwaam zijn; - sociaal-wetenschappelijk bekwaam zijn; - organisatorisch bekwaam zijn. De opleiding heeft deze kwalificaties overgenomen in de eigen doelstellingen. Het LOPA werkt aan een actualisering van genoemde documenten naar en geactualiseerd beroepsprofiel, P&A 2004plus. Uit het gesprek met werkveldvertegenwoordigers (waarbij een aantal leden van de adviesraad en begeleiders van stages en afstudeerprojecten aanwezig waren) blijkt dat de opleiding open staat voor de signalen die vanuit het werkveld worden ontvangen. De opleiding speelt snel in op ontwikkelingen en vertaalt adviezen door naar de opleiding, waarbij de realisatie soms geremd wordt door de ontwikkelsnelheid binnen LOPA of door randvoorwaarden binnen de HAN (bijvoorbeeld de mogelijkheid om voldoende computers beschikbaar te maken). Het panel heeft kunnen vaststellen dat de adviesraad regelmatig bijeenkomt (5-6 maal per jaar) en dat tijdens die bijeenkomsten relevante ontwikkelingen worden 20 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

21 doorgesproken. De adviesraad heeft zich kunnen uitspreken over de koppeling aan de opleiding MER, heeft gesproken over internationalisering, en heeft andere inhoudelijke aandachtspunten voor de opleiding benoemd. Leden van de adviesraad geven aan dat de opleiding zichtbaar maakt wat met aanbevelingen en adviezen van de adviesraad is gedaan; tijdens een volgende vergadering wordt dit bevestigd. Het panel heeft dit in vergaderstukken bevestigd gezien. Stagebegeleiders en begeleiders van afstudeerprojecten bevestigen dat de opleiding open staat voor signalen vanuit het werkveld, en dat de opleiding die signalen vertaalt naar de inhoud en opzet van de opleiding. Het nieuwe beroepsprofiel P&A 2004plus krijgt een meer bedrijfskundig karakter. De opleiding ontvangt bovendien signalen dat bedrijfskundige aspecten, zoals kennis van ken- en stuurgetallen, aan belang toeneemt voor het domein. Tegen die achtergrond en het gegeven dat landelijk veel samenwerking plaatsvindt met opleidingen Management, Economie en Recht (MER) heeft de opleiding / hogeschool besloten de opleiding P&A onder te brengen in de faculteit Economie en te koppelen aan de MER-opleiding. Het werkveld vraagt om meer aandacht voor E-HRM. Met de opleiding is dit punt meermalen besproken, en binnen de opleiding staat dit nu op de agenda. Landelijk binnen het LOPA en het nieuw ontwikkelde beroepsprofiel krijgt dit aspect echter nog maar zeer beperkt aandacht. Het panel stelt vast dat de opleiding voldoende zicht houdt op de ontwikkelingen in het werkveld en deze vertaalt naar het opleidingsprogramma. Daarbij tekent het panel wel aan dat een aantal relevante ontwikkelingen of aandachtsgebieden (E-HRM, personeelsinformatievoorziening, financiën) nog nader ontwikkeld moeten worden in het programma. Facet 1.3 Oriëntatie hbo-bachelor voldoende Criteria: - De eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. - De eindkwalificaties weerspiegelen het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een hboopleiding vereist is of dienstig is. Het panel beoordeelt het facet Oriëntatie op het hbo-bachelorniveau als voldoende. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: In het Format P&A 2000plus wordt een beschrijving van de veranderingen en ontwikkelingen in het beroep gegeven. Dit is de basis voor het beroepsprofiel en de eindkwalificaties. Het profiel laat met voldoende duidelijkheid zien dat binnen de beroepspraktijk sprake is van een grote verscheidenheid aan functies, niveaus, en mate van specialisatie. De opleiding heeft dit vertaald naar een opsomming (in het Opleidingsstatuut ) van een groot aantal functies waarop de opleiding P&A is gericht. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 21

22 Het Format P&A 2000plus is in nauw overleg met het werkveld tot stand gekomen, zowel in de voorbereidingsfase als bij de formulering van het document. In het Format P&A 2000plus wordt voor vier componenten (verantwoording, complexiteit, transfer en wetenschappelijk gehalte) een competentie uitgewerkt. Die competenties waarborgen enerzijds het hbo-niveau (zie 2.1); anderzijds zijn zij door de opleiding verder uitgewerkt naar opleidingskwalificaties die nadrukkelijk gekoppeld zijn aan de beginnend beroepsbeoefenaar. Via deze weg is het landelijk vastgesteld beroepsprofiel gekoppeld aan het niveau van de beginnend beroepsbeoefenaar binnen het domein P&A. Voor de deeltijdopleiding draagt de werkveldervaring die studenten al hebben, en die tijdens de opleiding wordt uitgebreid (zie 2.1), ertoe bij dat zij op een deel van de competenties al verder zijn dan het niveau van de beginnend beroepsbeoefenaar. Het betreft vooral direct aan het werkveld gekoppelde competenties. Ten aanzien van meer generieke competenties (die het niveau van de hbo-professional bepalen) moeten zij zich in de opleiding nog wel ontwikkelen tot het niveau van de beginnend beroepsbeoefenaar. Onderwerp 2 PROGRAMMA Facet 2.1 Eisen hbo Voldoende Criteria: - Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. - Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline. - Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. Het facet eisen hbo wordt beoordeeld als voldoende. Dit wordt als volgt onderbouwd: Het programma van de opleiding bestaat uit verschillende elementen: beroepsspecifieke onderwijsblokken, algemene en ondersteunende vakken, vaardigheden, praktijkcomponent en studieloopbaanbegeleiding. Binnen het programma is de aandacht op meerdere manieren gericht op de toepassing van kennis. Enerzijds gebeurt dit door het gebruik van casussen binnen onderwijsblokken in de beroepsspecifieke leerlijn. De gehanteerde casussen worden door docenten vanuit de praktijk ingebracht; daarnaast worden ook casussen uit praktijkleerperioden gehanteerd. Binnen de opleiding zijn verschillende praktijkleerperioden of stages opgenomen. In het eerste jaar van de voltijd-opleiding is een oriënterende stage van 140 uur opgenomen; deeltijd studenten moeten een integratieopdracht uitvoeren. In het tweede jaar voeren studenten een integratieopdracht uit die gericht is op een reëel bedrijf. Studenten bezoeken en onderzoeken het betreffende bedrijf in de praktijk en schrijven naar aanleiding daarvan een verslag en een adviesnota. De studiebelasting 22 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

23 die hiermee is gemoeid bedraagt 240 uur. Deeltijdstudenten voeren deze opdracht uit binnen het bedrijf / de organisatie waar zij werkzaam zijn. In het derde jaar lopen voltijdstudenten gedurende tien maanden stage, waarin zij P&A-werkzaamheden uitvoeren. Van deeltijd-studenten wordt vereist dat zij minimaal 20 uur per week werkzaam zijn in een functie op P&A gebied. In het vierde jaar voeren voltijdstudenten gedurende 840 uur een afstudeeropdracht uit. Deeltijdstudenten maken een afstudeerwerkstuk binnen de organisatie waarin zij werkzaam zijn. Binnen readers en studiehandleidingen wordt studiemateriaal gepresenteerd dat uit de beroepspraktijk afkomstig is. In het zelfevaluatierapport is aangegeven dat de modulen tweejaarlijks worden geactualiseerd, en waar zich belangrijke of frequente wijzigingen voordoen vindt die actualisering jaarlijks plaats. Dit is bevestigd in het gesprek met docenten tijdens de visitatie. De gehanteerde vakliteratuur is actueel. Het panel heeft op basis van de literatuurlijst (zoals opgegeven in de studiegids) kunnen vaststellen dat de gehanteerde literatuur voldoende actueel en representatief is. Studenten en docenten gaven aan dat de actualiteit binnen de opleiding ook aan bod komt door het gebruik van de krant als lesmateriaal of vertrekpunt voor bijeenkomsten. Binnen de deeltijdopleiding brengen studenten casussen in vanuit de eigen beroepspraktijk. De casussen worden binnen de opleiding verder uitgewerkt en besproken. Beroepsvaardigheden worden ontwikkeld binnen de beroepsspecifieke onderwijsblokken, binnen de praktijkleerperioden en binnen vaardigheidstrainingen in skillslabs. Op basis van de matrix van Tichy, die de opleiding hanteert om samenhang binnen het programma te bewerkstelligen (zie 2.3) komen in het eerste jaar de basisvaardigheden en gespreksvaardigheden aan de orde, in het tweede jaar de probleemanalyse en interventie, in het derde jaar de toepassing van vaardigheden en in het vierde jaar de toepassing en coaching. Uit evaluatieresultaten onder studenten en afgestudeerden blijkt dat een ruime meerderheid van studenten tevreden is over de praktijkgerichtheid van de opleiding en de mate waarin de opleiding studenten voorbereidt op de beroepspraktijk. Dit is door afgestudeerden in gesprek met het panel bevestigd. Daarbij gaven de afgestudeerden wel aan dat zij van oordeel zijn dat de aandacht voor de financieelbedrijfsmatige kant en voor ict binnen het programma versterkt zou moeten worden. Facet 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud programma Goed Criteria: - Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. - De eindkwalificaties van de doelstellingen zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. - De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 23

24 Het facet relatie doelstellingen en inhoud programma wordt als goed beoordeeld. Dit wordt als volgt onderbouwd: De opleiding heeft een Schema Onderwijskwalificaties versus Onderwijseenheden opgesteld. Het schema koppelt de doelstellingen van de opleiding aan de onderwijseenheden en praktijkleerperioden die binnen het programma worden aangeboden. Het schema laat zien binnen welke onderwijseenheden de verschillende eindkwalificaties worden gerealiseerd. Het panel heeft geconstateerd dat de relatie tussen de leerdoelen van de onderwijseenheden en de doelstelling van de opleiding in de moduleboeken inzichtelijk is gemaakt; aangegeven wordt hoe de leerdoelen zich verhouden tot de eindkwalificaties. De leerdoelen zijn op blokboekniveau beschreven. De curriculumcommissie bewaakt de ontwikkeling van het opleidingsprogramma en stuurt deze aan, inclusief de relatie van curriculumonderdelen en de opleidingsdoelstellingen. In het Opleidingsstatuut beschrijft de opleiding welke accenten in de verschillende leerjaren worden gelegd: in het eerste leerjaar ligt het accent op het beroepsspecifieke (oriëntatie van de student op het beroep); in het tweede jaar ligt het accent op de organisatorische context, in het derde jaar op de positie van de student als actor (stage) en in het vierde jaar op de positie als actor in de organisatieontwikkeling (student stelt zich op als adviseur). Het panel stelt vast dat de opbouw laat zien dat de ontwikkeling van de competenties van studenten zich op een steeds hoger niveau afspeelt. Ook laat de indeling van het programma zien dat sprake is van een beroepsgerichte oriëntatie binnen het opleidingsprogramma, hetgeen in overeenstemming is met de oriëntatie van de doelstellingen (zie 1.3). In het Opleidingsstatuut beschrijft de opleiding de eindtermen per studiejaar. Het panel stelt vast dat die eindtermen de doelstellingen van de opleiding qua inhoud en niveau dekken. De opleiding hanteert de Matrix van Tichy als een model dat samenhang binnen de opleiding zichtbaar maakt. Het leerplan is op de matrix gebaseerd. De matrix koppelt drie aandachtsvelden binnen P&A (beleid, organisatie, personeel) aan drie invalshoeken (technisch, politiek, cultureel). De cellen in de matrix bevatten aspecten van het P&A-beroep. In jaarboeken is de matrix geconcretiseerd naar het niveau waarop studenten verschillende rollen in het betreffende opleidingsjaar moeten beheersen, en zijn de rollen gekoppeld aan leerdoelen. Uit evaluaties die de opleiding heeft uitgevoerd blijkt dat studenten en afgestudeerden in ruime meerderheid van oordeel zijn dat het programma studenten in staat stelt om de eindkwalificaties te bereiken. Het Tevredenheidsonderzoek dat onder studenten wordt uitgevoerd laat over de jaren achtereenvolgens positieve scores van 60%, 75%, 72% en 74%. Afgestudeerden van de opleiding gaven in gesprek met het panel tijdens de site-visit aan dat de opleiding hen in staat heeft gesteld de eindkwalificaties te bereiken en goed heeft voorbereid op de beroepspraktijk. 24 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

25 Facet 2.3 Samenhang in het opleidingsprogramma voldoende Criteria: - Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma. Het facet samenhang in het opleidingsprogramma wordt als voldoende beoordeeld. Dit wordt als volgt onderbouwd: Binnen de opleiding P&A functioneert een curriculumcommissie die belast is met het onderwijsinhoudelijke en didactische beleid van de opleiding. De commissie stuurt en bewaakt de ontwikkeling van het opleidingsprogramma, waarbij de samenhang tussen verschillende programmaonderdelen een belangrijk aandachtspunt heeft. Het panel heeft het functioneren van de curriculumcommissie zowel in gesprek met docenten als in het ter inzage gelegde materiaal kunnen verifiëren; op basis daarvan stelt de commissie vast dat de curriculumcommissie bijdraagt aan de samenhang in het opleidingscurriculum. Docenten maken deel uit van een jaarteam, waarbinnen overleg plaatsvindt over afstemming van de verschillende programmaonderdelen. De jaarteamcoördinator heeft daarin een aansturende rol. Uit het gesprek met docenten tijdens de site visit is gebleken dat docenten onderling overleggen over de samenhang van het programma. Studenten gaven in gesprek met het panel aan dat de samenhang binnen het programma voor hen herkenbaar is; er is een duidelijke rode draad binnen het programma die samenhangt met de beroepsgerichtheid van het programma. Uit evaluatiegegevens blijkt dat studenten de samenhang positief beoordelen; in de tevredenheidsonderzoeken geven over de jaren respectievelijk 60, 79, 74 en 83% van de studenten een positief oordeel. De opleiding hanteert de Matrix van Tichy als een model dat samenhang binnen de opleiding zichtbaar maakt. Het leerplan is op de matrix gebaseerd. De matrix koppelt drie aandachtsvelden binnen P&A (beleid, organisatie, personeel) aan drie invalshoeken (technisch, politiek, cultureel). De cellen in de matrix bevatten aspecten van het P&A-beroep. De commissie onderkent de waarde die de opleiding hecht aan de matrix, en de koppeling van aandachtsvelden binnen de P&A aan invalshoeken. Facet 2.4 Studielast Goed Criteria: - Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 25

26 Het facet studielast wordt als goed beoordeeld. Dit wordt als volgt onderbouwd: De opleiding meet de daadwerkelijke studielast van studenten. Waar zich problemen voordoen, brengt de opleiding veranderingen aan. In het zelfevaluatierapport, maar vooral ook tijdens de gesprekken gedurende de site visit heeft het panel kennis kunnen nemen van verschillende verbeteringen die in gang zijn gezet. Binnen het tweede jaar van de deeltijdopleiding is de verdeling van studiepunten over de verschillende kwartalen aangepast naar aanleiding van de constatering dat zich duidelijke pieken in de studiebelasting voordeden. Studenten geven in gesprek met het panel aan dat zij hebben ervaren dat de opleiding problemen met de studiebelasting serieus oppakt. Het tweede jaar van de voltijdopleiding werd door studenten als heel zwaar ervaren. Dit was het gevolg van het feit dat in het tweede jaar een groot deel van de theorie aan bod kwam. Inmiddels is dit gespreid; ook binnen het eerste jaar zijn theoretische onderdelen opgenomen, en daarmee is ook de spreiding van de studielast verbeterd. In de planning van het curriculum, van de tentamens en van de herkansingen wordt het effect op de studiebelasting meegewogen. Uit evaluatieonderzoek van de opleiding blijkt dat studenten heel tevreden zijn over de spreiding van de studielast en over de hoeveelheid geplande studietijd. Het tevredenheidsonderzoek over de jaren laat zien dat respectievelijk 92, 88, 90 en 86% positief oordeelde in verband met de geplande studietijd. Over dezelfde jaren was achtereenvolgens 78, 73, 77 en 77% positief over de spreiding van de studielast. Facet 2.5 Instroom voldoende Criteria: - Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. Het facet instroom wordt beoordeeld als voldoende. Dit wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding heeft instroomeisen geformuleerd, die erop neer komen dat studenten met een havo- of vwo-diploma zonder nadere eisen toegelaten worden, en dat daarnaast studenten met een diploma middenkader of specialistenopleiding (mbo niveau 4) toegelaten kunnen worden. Op basis van het zelfevaluatierapport en gesprekken tijdens de visitatie stelt het panel vast dat de opleiding niet differentieert tussen de havo en vwo-instroom. Dit heeft, zo gaf het opleidingsmanagement aan, met name te maken met het beperkte aantal studenten: het is vooralsnog niet mogelijk een aparte vwo-groep te maken die middels een aangepast traject door de opleiding gaat. De opleiding besteedt wel veel aandacht aan de instroom vanuit het mbo, via een project zij-instroom Deeltijd, via een convenant met het Rijn-IJsselcollege gericht op de instroom van mbo-sjd studenten en de instroom vanuit andere verwante mbo- 26 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

27 opleidingen. Van het project zij-instroom zijn nog geen resultaten zichtbaar, omdat het project nog loopt. De opleiding heeft Leren door zoeken benoemd als het didactisch thema in de propedeuse. Daarmee sluit de opleiding deels aan op de doelstellingen van het studiehuis, maar introduceert men met name ook de gewenste leerhouding binnen de opleiding. Op basis van evaluaties en knelpunten die daarin naar voren kwamen heeft de opleiding besloten de volgende verbeteracties uit te voeren: de opleiding ontwikkelt een deficiëntieprogramma studievaardigheden hbo, met name voor de studenten die uit het mbo afkomstig zijn, en de opleiding ontwikkelt een instaptoets Economie om overlap tussen voorkennis en opleiding te vermijden. De studiebegeleiding is er in het eerste jaar op gericht middels onder meer de studieloopbaanbegeleiding de student te ondersteunen bij het reflecteren op en het ontwikkelen van de eigen studiehouding. De evaluatiegegevens die de opleiding ter beschikking heeft betreft met name informatie uit exit-interviews. Uit die gegevens blijkt dat mbo-studenten uit verwante studierichtingen aansluitproblemen ondervinden. Tijdens gesprekken met het management, met docenten en met studenten is naar genoegen gebleken dat de opleiding de geconstateerde problemen heeft opgepakt; de studenten bevestigden dat sprake is van goede aansluiting op dit punt. Facet 2.6 Duur goed Criteria: - De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: hbo-bachelor: 240 studiepunten. Het facet duur van de opleiding wordt beoordeeld als goed. Dit wordt als volgt onderbouwd: De opleiding heeft de studieduur nog uitgedrukt in oude studiepunten. Uit de Onderwijs- en Examenregeling blijkt dat de studie in de voltijd jaarlijks 42 studiepunten omvat. Voor de opleiding als geheel is dat 168 studiepunten, hetgeen vergelijkbaar is met 240 EC s. De deeltijdopleiding is al wel omgezet naar EC s. De totale omvang van de opleiding is 240 EC s. Facet 2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud goed Criteria: - Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. - De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 27

28 Het facet afstemming tussen vormgeving en inhoud wordt beoordeeld als goed. Dit wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding hanteert het Taakgestuurd Onderwijs als didactisch model, en heeft de uitgangspunten voor dat didactisch model (en het effect dat het hanteren van het model heeft op de rol of houding van de docent en de student) uitgewerkt in de Didactische Notitie Taakgestuurd Onderwijs. De opleiding hanteert didactische thema s in de verschillende leerlaren: leren door zoeken in het eerste jaar, leren door vragen in het tweede jaar, leren door ervaren in het derde jaar en leren door adviseren in het vierde jaar. Binnen het taakgestuurd onderwijs van de opleiding worden verschillende typen taken onderscheiden: probleemtaken, studietaken, discussietaken, strategietaken en actietaken. Voor de verschillende typen taken geldt, dat de opleiding studenten wil aanzetten om zelf antwoorden en oplossingen te vinden, en hen daarbij te coachen. In de didactische notitie is die coachende rol van docenten uitgewerkt. In de scholing en professionalisering van opleidingsdocenten (zie 3.3) is in het kader van gezamenlijke deskundigheidsbevordering ook aandacht geschonken aan de didactiek; in zijn twee studiedagen georganiseerd. De moduleboeken en de studiegids laten zien dat in samenhang met de leerdoelen van de programmaonderdelen verschillende werkvormen worden gehanteerd: taakgroepen, hoor- en werkcolleges, trainingen, individuele opdrachten, et cetera. In gesprek met studenten tijdens de site-visit heeft het panel kunnen constateren dat het meelift-probleem bij groepsopdrachten door studenten nauwelijks zo ervaren wordt; studenten geven elkaar feedback op de opstelling binnen modulen en spreken elkaar in dat verband aan op ongewenst gedrag. Uit evaluaties onder studenten blijkt dat studenten positief oordelen over de stimulerende werkvormen, hoewel de streefgetallen die de opleiding heeft geformuleerd ten aanzien van de studenttevredenheid op dit punt niet worden behaald. In het gesprek met studenten heeft het panel kunnen vaststellen dat studenten van mening zijn dat de gehanteerde werkvormen goed aansluiten op de doelstellingen van het programma. Facet 2.8 Beoordeling en toetsing voldoende Criteria: - Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd. Het facet beoordeling en toetsing wordt beoordeeld als voldoende. Dit wordt als volgt onderbouwd: De opleiding heeft in de jaren 2000 en 2002 aan de hand van de beleidsnota De toetsing getoetst en een Notitie Toetsbeleid de stand van zaken ten aanzien van de toetsing binnen de opleiding onderzocht, en voorts beleidsregels voor de toetsing geformuleerd. 28 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

29 De opleiding heeft duidelijke beoordelingsprotocollen voor de stages en het afstuderen vastgelegd. De protocollen beschrijven de formele eisen die aan stage respectievelijk het afstudeerproject worden gesteld, en de inhoudelijke criteria die in de beoordeling worden meegewogen. Naast een beoordelingsformulier, waarin begeleiders op 10 aspecten een score van 1-5 toe kunnen kennen, is een toelichting op de beoordelingscriteria opgenomen waarin is uitgewerkt in welke gevallen een bepaalde beoordeling gerechtvaardigd / van toepassing is. Ook de procedure rond de beoordeling van stage en scriptie is voldoende duidelijk uitgewerkt. De rol van de externe begeleider is in de Beoordelingsprotocollen Stage en Afstuderen voldoende duidelijk weergegeven. De beoordelingscriteria die worden gehanteerd zijn zowel voor de toetsen en opdrachten in de verschillende leerjaren als voor de stages en het afstudeerproject voldoende duidelijk weergegeven. Studenten geven in gesprek met het panel aan dat de moduleboeken voldoende informatie verschaffen over de gehanteerde toetsmethoden en -criteria. Op basis van de studiegids en de moduleboeken stelt het panel vast dat de opleiding verschillende toetsvormen hanteert, die in voldoende mate aansluiten op de leerdoelen van de verschillende programmaonderdelen en op de doelen van het programma als geheel. De kwaliteit van de toetsen wordt geborgd doordat docenten de toetsen in tweetallen afstemmen. Voor die vakken die slechts door één docent gegeven of beoordeeld worden werkt de opleiding nog aan het opstellen van toetsprotocollen. Studenten kunnen op verschillende manieren feedback krijgen over het behaalde resultaat van de toetsing: middels een collectieve bespreking van resultaten of via individuele schriftelijke of mondelinge feedback. In gesprek met het panel gaven studenten aan dat zij tevreden zijn over de mate waarin zij feedback (kunnen) krijgen. Binnen de opleiding zijn voor toetsing en beoordeling een groot aantal formats vastgesteld. Het panel heeft goede voorbeelden gezien van de invulling / hantering van die formats, maar heeft ook geconstateerd dat de invulling nog niet consistent gebeurt. Dit punt verdient binnen de opleiding nader aandacht. Een kanttekening plaats het panel bij de beoordeling van het afstudeerproject. Het afstudeerproject wordt door studenten in tweetallen uitgevoerd. De beoordeling is gericht op het projectresultaat, de presentatie die het projectteam verzorgt en het procesverslag, en is niet individueel. Het panel is er op basis van gesprekken wel van overtuigd dat de opleiding door middel van de begeleiding voldoende zicht heeft op eventuele meelifters, maar meent toch dat de beoordeling nadrukkelijker op individuele basis zou moeten plaatsvinden, aangezien het afstudeerproject ook de afsluitende bekwaamheidstoets is. Het panel heeft dit aspect afgewogen tegen de eerder aangegeven positieve aspecten van de toetsing. De afweging leidt ertoe dat de beoordeling en toetsing voor de opleiding als geheel als voldoende beoordeeld wordt, omdat de opleiding zich gedurende het programma een adequaat beeld kan vormen van de ontwikkeling van de competenties van studenten. Hoewel de beoordeling bij het afstuderen nadrukkelijker op individuele basis zou moeten plaatsvinden, is het panel wel van oordeel dat de opleiding voldoende zicht heeft op de mate waarin studenten de doelen van de verschillende programmaonderdelen behalen. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 29

30 Onderwerp 3 INZET VAN PERSONEEL Facet 3.1 Eisen hbo Voldoende Criteria: - Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. De verbinding die het personeel tussen opleiding en beroepspraktijk legt, wordt als voldoende beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: De opleiding heeft in de afgelopen jaren 3 docenten aangesteld die over recente relevante werkveldervaring beschikken, en heeft daarnaast 4 docenten in dienst met werkveldervaring in een wat verder verleden. Binnen het docententeam zijn in het voorjaar van 2004 colloquium-bijeenkomsten georganiseerd, waar relevante ontwikkelingen in het beroepenveld werden ingeleid door deskundigen uit het werkveld. Docenten namen in principe verplicht deel aan de bijeenkomsten. Het panel heeft (aan de hand van voorbeelden) kennis kunnen nemen van de inhoud en opzet van de bijeenkomsten, en is op basis daarvan positief over de bijdrage van de bijeenkomsten aan de link tussen opleiding en beroepspraktijk. De opleiding heeft docenten de mogelijkheid geboden om docentstages te lopen, en op die manier de werkveldervaring op te frissen. Hoewel de opleiding in algemene zin aangeeft dat het moeilijk is een docentstage te realiseren (met name vanwege het kleine team binnen de opleiding (zie 3.2) en de beperkte mogelijkheden tot vervanging) heeft het panel een paar voorbeelden gezien van docenten die gedurende een korte of een wat langere periode in het werkveld hebben gewerkt. De opleiding heeft met VDO (het dienstverlenings- en nascholingscentrum van de hogeschool) afgesproken dat een aantal docenten van de opleiding P&A gaat deelnemen aan projecten vanuit VDO. Docenten geven aan dat zij via de begeleiding van stages en afstudeerprojecten contacten onderhouden in en op de hoogte blijven van de beroepspraktijk. Werkveldvertegenwoordigers bevestigden in gesprek met het panel dat contacten in het kader van stagebegeleiding ook gebruikt worden om van gedachten te wisselen over ontwikkelingen in de beroepspraktijk. In het kader van het personeelsbeleid is binnen de opleiding de nota Professionaliteit docenten P&A. Deskundigheidsbevordering, stand van zaken en nabije toekomst opgesteld. De nota schetst relevante ontwikkelingen in het werkveld en in het Hoger Onderwijs, gaat na welke deskundigheid binnen de opleiding aanwezig is en welke activiteiten zijn ondernomen of moeten worden ondernomen om de deskundigheid op peil te brengen. Het panel stelt vast dat de docenten maar in beperkte mate over recente relevante werkervaring beschikken. Het panel stelt echter ook vast, dat de opleiding door middel van meerdere activiteiten gericht werkt aan een goede verbinding tussen de opleiding en de 30 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

31 beroepspraktijk, en dat afgestudeerden en studenten aangeven dat op dit punt resultaten van die activiteiten zichtbaar zijn. Het facet wordt daarom beoordeeld als voldoende. Facet 3.2 Kwantiteit personeel Voldoende Criteria: - Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. De kwantiteit van het personeel wordt als voldoende beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: Binnen de faculteit geldt een normatieve student/docent ratio van 30:1. Momenteel worden binnen de opleiding meer docenten ingezet dan die ratio vereist; voor het eerste jaar bedraagt de gerealiseerde ratio ongeveer 1:20. Omdat de ratio voor het derde jaar gunstiger is, bedroeg de student/docentratio in :25. Om de streefnorm te halen moet het onderwijs geëxtensiveerd worden. Tijdens de site visit werd in dat verband een aantal stappen genoemd: het terugbrengen van de supervisie (zie 4.2), het verzorgen van centrale instructie in plaats van instructie per groep en het vervangen van docenten door vierdejaars studenten als toezichthouder bij examens. Het panel ziet in deze stappen een bedreiging van de kwaliteit van het onderwijs. Op basis van uitkomsten uit het Periodiek Arbeidsgezondheidsonderzoek (2000) en de HAN medewerkertevredenheidsonderzoeken (2003) stelt het panel vast dat binnen de opleiding sprake is van een hoge werkdruk. Het ziekteverzuim ligt over het algemeen op acceptabele hoogte, hoewel het verzuim in het eerste halfjaar van ,8% bedroeg en boven het streefgetal lag. De opleiding heeft aannemelijk gemaakt dat dit een negatieve uitschieter is die aan een specifieke situatie gekoppeld kan worden, en die een groot effect heeft gezien de kleine omvang van het personeelsbestand. De opleiding wordt geconfronteerd met een aantal ontwikkelingen die ontwikkelwerk en andere extra inspanningen zullen vergen: de overgang naar de Economische Faculteit en de koppeling aan de opleiding MER, maar ook trajecten zoals het HOFtraject gericht op flexibilisering van het opleidingsprogramma. Van de zijde van de opleiding is aangegeven dat bij deze ontwikkelingen ook docenten vanuit de opleiding MER ingezet zullen worden. Als gevolg van de overgang naar de economische faculteit krijgt de opleiding een nieuwe directeur, die zich reeds bezig houdt met meerdere opleidingen. Dit zal er toe leiden dat een deel van de taken die de huidige directeur verricht voor de P&A opleiding opgevangen zal moeten worden door het huidige team. Dit wordt door de opleiding bevestigd. Daar staat tegenover dat andere taken die nu door docenten worden uitgevoerd (bijvoorbeeld op het gebied van de kwaliteitszorg) binnen de nieuwe faculteit gecentraliseerd en/ of door ondersteunend personeel worden uitgevoerd. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 31

32 Het panel constateert dat de opleiding met een kleine bezetting draaiend wordt gehouden. Docenten ervaren de werkdruk als hoog. Het ziekteverzuim ligt op een acceptabele hoogte, en heeft tot dusverre niet tot problemen geleid omdat docenten elkaars taken / lessen konden opvangen. Het panel is van oordeel dat de omvang van het personeelsbestand kwetsbaar is met het oog op de lopende zaken. De overgang naar de faculteit economie brengt zowel positieve als negatieve effecten met zich mee: enerzijds worden ook docenten vanuit de MER ingezet bij het vormgeven van ontwikkelingen, en worden taken die nu door docenten worden uitgevoerd gecentraliseerd en uitgevoerd door ondersteunend personeel. Anderzijds worden inhoudelijke taken die nu bij de opleidingsdirecteur liggen verdeeld onder de docenten. In de beoordeling van dit facet weegt het panel mee dat de opleiding ondanks de hoge werkdruk goed heeft gefunctioneerd: er zijn geen negatieve effecten op het programma. Voorts weegt het panel mee dat de student-staf ratio vergelijkbaar is met de ratio die in soortgelijke opleidingen wordt gehanteerd (zowel binnen de HAN als binnen andere hogescholen). Tegen die achtergrond beoordeelt het panel dit facet als voldoende. Facet 3.3 Kwaliteit personeel voldoende Criteria: - Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. De kwaliteit van het personeel wordt als voldoende beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: In het kader van het personeelsbeleid is binnen de opleiding de nota Professionaliteit docenten P&A. Deskundigheidsbevordering, stand van zaken en nabije toekomst opgesteld. De nota schetst relevante ontwikkelingen in het werkveld en in het Hoger Onderwijs, gaat na welke deskundigheid binnen de opleiding aanwezig is en welke activiteiten zijn ondernomen of moeten worden ondernomen om de deskundigheid op peil te brengen. Daarbij gaat het zowel om werkvelddeskundigheid als om onderwijskundige expertise. De opleiding besteedt 10% van de werktijd van werknemers aan deskundigheidsbevordering en professionalisering. De directeur heeft voor een deel van die 10% activiteiten verplicht gesteld. Alle docenten worden geacht deel te nemen aan de colloquium bijeenkomsten, waarin een expert uit het werkveld relevante ontwikkelingen toelicht en bespreekt met het team. Daarnaast worden met individuele docenten afspraken gemaakt over het behalen van de didactische aantekening, over werk voor de contractpoot of stagebegeleiding (in het kader van de werkveldcontacten). Docenten kunnen een deel zelf invullen in het kader van de vakgebonden scholing of eigen competentieontwikkeling. Het panel heeft in de documentatie en in gesprekken tijdens de site visit kennis kunnen nemen van voorbeelden die dit beeld bevestigen. Binnen de opleiding worden gezamenlijke studiedagen belegd, die aan een opleidingsrelevant thema worden besteed. Het thema kan werkveldgerelateerd zijn, 32 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

33 maar was de laatste keren ook opleidingsgerelateerd: bijvoorbeeld het SMART formuleren van doelstellingen, de inhoudelijke ontwikkeling van de deeltijdopleiding en de samenwerking met de opleiding MER. Jaarlijks worden functioneringsgesprekken gevoerd met docenten, waarbij zowel de kwaliteit van het huidige functioneren (mede op basis van uitkomsten van evaluaties) als afspraken over deskundigheidsbevordering in het kader van de persoonlijke ontwikkeling aan bod komen. Uit studentenevaluaties die door de opleiding zijn uitgevoerd en uit gesprekken met studenten tijdens de site visit blijkt dat studenten positief oordelen over de kwaliteit van docenten. Onderwerp 4 VOORZIENINGEN Facet 4.1 Materiële voorzieningen voldoende Criteria: - De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. De materiële voorzieningen worden als voldoende beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: De opleiding P&A is gehuisvest in een nieuw gebouw op de HAN-campus in Nijmegen. In het gebouw zijn nieuwe computerfaciliteiten geïnstalleerd en zijn een winkel, een kantine, een mediatheek, een bureau studentzaken en een helpdesk ict aanwezig. Binnen het gebouw zijn verschillende typen lokalen en (groeps)werkruimten voorhanden waar de opleiding en de studenten gebruik van kunnen maken. De beschikbare ict-voorzieningen bestaan uit computerlokalen en een draadloos netwerk waarvan studenten met laptops gebruik kunnen maken. Studenten kunnen tegen gereduceerd tarief een laptop aanschaffen. In de mediatheek zijn ook werkstations en printfaciliteiten beschikbaar. Uit gesprekken met studenten tijdens de site visit blijkt dat zich, naast de gebruikelijke spitsuur-knelpunten, geen problemen voordoen met de beschikbare ict-voorzieningen. Het panel heeft geconstateerd dat in de mediatheek voldoende voor de opleiding relevante literatuur is en tijdschriften voorhanden zijn. Van de binnen de opleiding gebruikte boeken zijn voldoende exemplaren beschikbaar, zodat studenten exemplaren kunnen lenen / gebruiken. Docenten hebben een eigen werkplek en zijn daardoor bereikbaar voor studenten. Uit evaluatieresultaten blijkt dat docenten tevreden zijn over de werkplek. Uit studentevaluaties zijn nog geen gegevens beschikbaar met betrekking tot de kwaliteit van de materiële voorzieningen; resultaten die wel voorhanden zijn hebben betrekking op de oude locatie / situatie; Tijdens de site visit is een beperkt aantal kinderziekten genoemd waarmee de opleiding en de studenten te kampen hebben (gehad) in het nieuwe gebouw. Het NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 33

34 panel is positief over de materiële voorzieningen waar de opleiding gebruik van kan maken en beoordeelt dit facet als voldoende, hoewel het beeld nog niet volledig uitgekristalliseerd is - noch voor de opleiding en de studenten, noch voor het panel. Facet 4.2 Studiebegeleiding Voldoende Criteria: - De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op de studievoortgang. - De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten sluiten aan bij de behoefte van studenten. De studiebegeleiding wordt als voldoende beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: De studievoortgang wordt geregistreerd door de centrale service unit Studentzaken met behulp van het systeem VOLG plus. De informatie is toegankelijk voor studiebegeleiders, stagecoördinator en opleidingsdirecteur. De student kan inzage vragen in zijn dossier, en krijgt tweemaal per jaar een overzicht met studieresultaten. Bovendien kunnen studenten studieresultaten via intranet bekijken. De opleiding heeft doel en vorm van de studiebegeleiding per jaar beschreven. In het eerste studiejaar worden studenten per studiegroep begeleid door een mentor. In groeps- en individuele gesprekken worden studenten geïnformeerd over de studie, het begeleidingstraject, de voortgang van de student (individueel) en een eventueel bindend studieadvies. De begeleiding in het eerste kwartaal is het meest intensief (minimaal 6 uur per week); daarna neemt de intensiteit af. In het tweede jaar heeft de student opnieuw een mentor, waarmee tenminste twee maal in het jaar een individueel gesprek plaatsvindt. Gedurende de stage in het derde jaar heeft de begeleiding de vorm van supervisie. In de loop van het jaar worden 15 supervisiebijeenkomsten van een groep studenten met begeleider belegd. In de Beoordelingsprotocollen Stage en Afstuderen is de rol van de externe begeleider van stage en afstuderen beschreven. Deze beschrijving is mede opgesteld vanwege het feit dat uit evaluaties gebleken was dat ontevredenheid bestond over de stagebegeleiding. Werkveldvertegenwoordigers hebben tijdens de site visit aangegeven dat de rol van de extern begeleiding sterk verduidelijkt is. De opleiding heeft de procedure en criteria voor het bindend studieadvies vastgelegd in het Opleidings- en Examenreglement. De criteria bevatten een kwantitatieve norm (ten minste 28 studiepunten aan het einde van het eerste jaar) en een kwalitatieve norm, waarin verschillende programmaonderdelen zijn vastgelegd die met goed gevolg moeten zijn afgerond. Studenten van de voltijdopleiding opleiding zijn positief over de inrichting en het functioneren van de begeleiding. Uit evaluatieresultaten was een minder positief beeld ontstaan. Gedurende de site visit hebben het management en studenten aangegeven welke verbeteringen zijn doorgevoerd naar aanleiding van de 34 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

35 tegenvallende resultaten, en het panel constateert op basis van het oordeel van de studenten dat de maatregelen effect lijken te hebben gesorteerd. Studenten van de deeltijdopleiding gaven aan dat de begeleiding in het tweede jaar niet voldoet; die valt bijna weg in vergelijking met het eerste jaar. Over de begeleiding in het eerste jaar en de latere fase van de studie zijn de studenten wel tevreden. Uit evaluatieresultaten en gesprekken tijdens de visitatie blijkt dat de informatievoorziening naar studenten niet altijd de gewenste snelheid heeft: studenten wezen ter illustratie op de bekendmaking van het rooster die lang op zich liet wachten. Onderwerp 5 INTERNE KWALITEITSZORG Facet 5.1 Evaluatie resultaten goed Criteria: - De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen. De evaluatie van resultaten wordt als goed beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: De opleiding heeft in 2000 een Kwaliteitszorgplan opgesteld, dat in 2003 is aangepast. Het kwaliteitszorgplan sluit aan op het kader dat voor de HAN als geheel is vastgesteld. Het kwaliteitszorgkader onderscheidt vier zorggebieden waarop de aandacht wordt gericht: onderwijs, personeel, infrastructuur / materiële voorzieningen en organisatie. Per zorggebied zijn voor verschilende aspecten streefdoelnormen vastgelegd, en is voorts aangegeven op welke wijze het bereikte resultaat geëvalueerd zal worden, met welke frequentie die evaluatie plaatsvindt en wie verantwoordelijkheid draagt voor het uitvoeren van de evaluatie respectievelijk de (besluitvorming over) verbeteractiviteiten. Voor het lopende opleidingsjaar is een Activiteitenplan kwaliteitszorg opgesteld waarin is weergegeven welke evaluatieactiviteiten gedurende het jaar zullen plaatsvinden, hoe de betreffende activiteiten moeten worden opgezet en welke streefdoelen in relatie tot een bepaald aspect gelden, al dan niet gerelateerd aan verbeteracties voortkomend uit eerdere evaluaties. Naast een jaarlijks activiteitenplan wordt binnen de opleiding ieder jaar een jaarverslag opgesteld, waarin een overzicht wordt gegeven van de belangrijkste evaluatieactiviteiten en -uitkomsten. Uit verslagen van de Commissie Kwaliteit, die een centrale plaats inneemt in het gehanteerde kwaliteitszorgsysteem en uit gesprekken tijdens de site visit is naar genoegen gebleken dat het gehanteerde systeem van kwaliteitszorg adequaat functioneert. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 35

36 Facet 5.2 Maatregelen tot verbetering goed Criteria: - De uitkomsten van deze evaluaties vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen. De maatregelen tot verbetering worden als goed beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: De opleiding heeft een procedure voor interne evaluaties opgesteld, die schematisch laat zien hoe de kwaliteitscirkel is opgezet. Het schematisch overzicht laat zien welke informatiestromen en activiteiten deel uitmaken van het systeem van kwaliteitszorg. Het overzicht laat zien dat de commissiekwaliteit evaluatie-uitkomsten bespreekt, en (een samenvatting van) de uitkomsten van de evaluatie voorlegt aan relevante partijen. De commissie kwaliteit vraagt de betreffende groepen (bijvoorbeeld docenten of praktijkbureau) om een analyse van de uitkomsten en voorstellen voor verbeteringen. De analyse en verbetervoorstellen worden besproken in de commissie kwaliteit en doorgeleid naar relevante gremia; bij evaluaties die op het onderwijs betrekking hebben veelal de curriculumcommissie. Die commissie draagt zorg voor de verdere besluitvorming en afhandeling. Uit verslagen van de commissie kwaliteit en de curriculumcommissie wordt het functioneren van de kwaliteitscirkel voldoende duidelijk. Dit geldt eveneens voor verslagen van de opleidingscommissie; aandachtspunten uit eerdere besprekingen worden bijgehouden, zodat zichtbaar is wat het resultaat is van eerder besproken onderwerpen. Het panel heeft in documenten en in gesprekken tijdens de site visit kennis kunnen nemen van meerdere concrete voorbeelden waar evaluatieresultaten aanleiding waren tot verbeteracties. Voorbeelden die door de opleiding in het zelfevaluatierapport worden aangehaald zijn de herstructurering van de inhoud en opbouw van het opleidingscurriculum, de verbetering van de studiebegeleiding en het opstellen van een verbeterplan ict, gericht op een beter gebruik van de moderne onderwijstechnologie binnen de opleiding. Studenten uit de voltijdopleiding en de deeltijdopleiding gaven in gesprek met het panel aan dat de opleiding klachten en evaluatie-uitkomsten goed oppakt; voor de studenten is in voldoende mate duidelijk wat het resultaat daarvan is. Facet 5.3 Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld voldoende Criteria: - Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld van de opleiding actief betrokken. 36 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

37 Het betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld wordt als voldoende beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: Uit het kwaliteitszorgplan en het activiteitenplan voor het jaar blijkt welke evaluaties worden uitgevoerd, en welke groepen binnen de opleiding daarbij betrokken zijn. Het panel constateert dat docenten en studenten via verschillende evaluatieactiviteiten bij de beoordeling van de opleiding betrokken zijn. Studenten gaven in gesprek met het panel aan dat voor hen zichtbaar is dat de opleiding iets doet met evaluatie-uitkomsten en verbetervoorstellen. Zeker studenten die deel uitmaken van de opleidingscommissie voelen zich betrokken bij de evaluatie en verbetering van de opleiding. De opleiding heeft een adviesraad, waarmee overlegd wordt over de aansluiting op de beroepspraktijk. Naast de contacten met de adviesraad betrekt de opleiding ook de praktijkbegeleiders bij evaluaties, uiteraard met name toegespitst op stages en begeleiding van studenten. Op basis van verslagen van de adviesraad en het gesprek met werkveldvertegenwoordigers tijdens de site visit concludeert het panel dat de opleiding het werkveld in voldoende mate betrekt bij de evaluatie van gerealiseerde kwaliteit. De opleiding geeft in het zelfevaluatierapport aan dat geen systematische terugkoppeling met alumni plaatsvindt. Dit is bevestigd in het gesprek met afgestudeerden tijdens de site visit. Onderwerp 6 RESULTATEN Facet 6.1 Onderwijsrendement voldoende Criteria: - Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. - Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers. Het onderwijsrendement wordt als voldoende beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: De opleiding heeft streefcijfers geformuleerd in relatie tot de kengetallen, en vindt daarbij met name de uitval na het eerste jaar, de gemiddelde studieduur van studiestakers en de gemiddelde studieduur van afgestudeerden van belang. De opleiding streeft ernaar dat 60% van de studenten binnen twee jaar de propedeuse heeft gehaald, en dat de studie-uitval na het behalen van de propedeuse maximaal 15% bedraagt. De opleiding streeft naar een gemiddelde inschrijfduur van studiestakers van 1,7 jaar en naar een gemiddelde inschrijfduur van 4,0 jaar van afgestudeerden. De opleiding behaalt voor de beide varianten een afstudeerrendement dat in vergelijking met andere opleidingen onder het gemiddelde ligt. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 37

38 De inschrijfduur van afgestudeerden lag over de jaren rond de 4,3-4,4 jaar; in 2002 daalde de inschrijfduur tot net onder de vier jaar. De inschrijfduur van de uitvallers ligt (met uitzondering van 1998) van steeds boven de streefnorm van de opleiding en varieert van 1,68-2,21. Het panel stelt vast dat de inschrijfduur van uitvallers hoog is, ondanks het gegeven dat na de propedeuse minder dan 15% afvalt. Het panel leidt hieruit af dat relatief veel studenten pas in het tweede jaar zijn uitgevallen zonder propedeuse. De nadruk van de selectie dient meer in het eerste jaar te liggen. De opleiding heeft de begeleiding van studenten hierop aangepast (zie 4.2) en heeft bovendien de inrichting van het tweede jaar verbeterd: niet alle theorie is meer geconcentreerd in het tweede jaar. Dit bleek één van de aanleidingen voor een relatief hoge uitval in het tweede jaar. Het panel is van oordeel dat deze maatregelen goed aansluiten op de geconstateerde problemen, en vertrouwen geven in een positieve ontwikkeling van het rendement. Het panel stelt vast dat het rendement (51-66% voor de voltijdopleiding; 52-54% voor de deeltijdopleiding) laag is. Daarbij is wel van belang dat een groot deel van de uitval in de propedeuse plaatsvindt; de opleiding behaalt het eigen streefcijfer ten aanzien van de uitval na de propedeuse. Het panel stelt vast dat de opleiding duidelijke streefnormen heeft gedefinieerd. De opleiding voldoet in belangrijke mate aan die streefcijfers, met uitzondering van de inschrijfduur van uitvallers. Op dat punt heeft de opleiding naar de opvatting van het panel realistische verbetermaatregelen genomen, die aansluiten op de oorzaken van de hoge uitval in het tweede jaar. Hoewel het rendement naar het oordeel van het panel verder verhoogd zou moeten worden, beoordeelt het panel dit facet wel als voldoende. Facet 6.2 Gerealiseerd niveau voldoende Criteria: - De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. Het gerealiseerd niveau wordt als voldoende beoordeeld. Dit oordeel wordt als volgt onderbouwd: Voor het verifiëren van de vraag of de eindkwalificaties ook daadwerkelijk worden behaald, heeft de opleiding voor beide varianten voldoende bruikbare instrumenten: het afstudeerproject (vt) en het afstudeerwerkstuk (dt), de beoordeling door afstudeerbegeleiders en de reguliere toetsing. Het afstudeerproject waarmee de opleiding wordt afgesloten geldt als een proeve van bekwaamheid waarin de afstuderende aantoont aan de beoogde kwalificaties te voldoen. Dit geldt eveneens voor het afstudeerwerkstuk van de deeltijdopleiding. Werkveldvertegenwoordigers met wie het panel sprak waren positief over de afgestudeerden. Ze beschikken over voldoende relevante kennis, zijn in staat zelfstandig relevante werkzaamheden uit te voeren en behalen zichtbaar de zelfstandigheid, het 38 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

39 analytisch vermogen en het communicatief vermogen dat bij het hbo-niveau past. Ook het methodisch en reflectief denken en handelen wordt door werkveldvertegenwoordigers bij studenten / afstudeerders herkend. Met name de aandacht voor / kennis van E-HRM en automatisering / informatisering binnen het beroepenveld worden als lacune in de kennis en vaardigheden van afgestudeerden benoemd. Afgestudeerden onderschreven het positieve beeld van de aansluiting van de opleiding op de beroepspraktijk. Zij gaven in gesprek met het panel aan dat zij na afstuderen goed in staat waren te functioneren op het vereiste niveau. Zij waren met name te spreken over de aandacht voor bedrijfskundige elementen binnen de opleiding. Het panel vond de afstudeerwerkstukken die zij heeft bestudeerd van een voldoende niveau. Uit de HBO-Monitor 2000 en 2001 blijkt dat het overgrote deel van de studenten tevreden is over de mate waarin de opleiding hen voorbereidt op de beroepspraktijk: in 2000 was 95% (vt) respectievelijk 100% (dt) op dit punt tevreden. In 2001 was 90% van de voltijdstudenten en 100% van de deeltijdstudenten tevreden. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 39

40 40 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

41 Deel C: Bijlagen NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 41

42 42 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

43 Bijlage 1: Onafhankelijkheidsverklaring panelleden NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 43

44 44 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

45 Bijlage 2: Beknopt CV panelleden NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 45

46 Voorzitter Naam Monker Initialen J. Tussenvoegsel(s) - Titulatuur - M/V Vrouw Geboortedatum 20 april 1944 Informatie i.k.v. NVAO kwalificatie-eisen (NVAO = Nederlands-Vlaamse Wil u de gegevens in onderstaande kolom aanvullen? Accreditatieorganisatie) Auditdeskundigheid Ja. (Heeft u ervaring als INK- of ISO-auditor?) Oud voorzitter/lid visitatiecommissie (Wilt u aangeven of de hiernaast opgenomen informatie correct is en eventueel aanvullen?) Ja, in 2003 ben ik voorzitter geworden van de Visitatie commissie voor de MER opleidingen. Deze activiteit heb ik met veel interesse en plezier gedaan. Heeft u gefunctioneerd als dagvoorzitter? Ja. Onderwijsdeskundigheid Ja, gastcolleges voor de HBO. (Bent u onderwijskundige of werkzaam geweest in de onderwijssector?) Werkvelddeskundigheid Directeur Personeelszaken van een uitgeverij met (Wilt u hierbij aangeven welke relevante 1700 personeels leden. werkervaring u heeft?) Directeur van een particulier opleidingsinstituut met 600 personeelsleden. Internationale deskundigheid Opleiding gehad in Cornell University in Boston (Wilt u hierbij aangeven of u deskundigheid over USA. de internationale ontwikkeling van het vakgebied Als directeur personeelszaken gewerkt voor een heeft?) internationaal bedrijf. Domeindeskundigheid (Wilt u hiernaast aangeven voor welk domein u deskundigheid heeft?) Personeel en Arbeid, Management, Bedrijfs Economie. Opleiding(en) MMS HBO Personeels en Arbeid Werkervaring Directeur Personeelszaken Uitgeverij Elsevier Directeur Elsevier Opleidingen 46 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

47 Domeindeskundige Naam Eijck Initialen M.G.T. Tussenvoegsel(s) van Titulatuur drs. M/V V Geboortedatum 29 augustus 1958 Auditdeskundigheid (Heeft u ervaring als INK- of ISO-auditor?) Nee Oud voorzitter/lid visitatiecommissie (Wilt u aangeven of de hiernaast opgenomen informatie correct is en eventueel aanvullen?) Heeft u gefunctioneerd als dagvoorzitter? Nee Onderwijsdeskundigheid Ja, als docente Engels aan de Lerarenopleiding (Bent u onderwijskundige of werkzaam geweest in de onderwijssector?) Werkvelddeskundigheid Human Resource Management / Personeel en (Wilt u hierbij aangeven welke relevante Organisatie werkervaring u heeft?) Management Development Competentiemanagement Performance management Internationale deskundigheid Ja, in mijn huidige functie ook verantwoordelijk (Wilt u hierbij aangeven of u deskundigheid over voor medewerkers werkzaam in het buitenland. de internationale ontwikkeling van het vakgebied heeft?) Domeindeskundigheid Personeel en Arbeid (Wilt u hiernaast aangeven voor welk domein u deskundigheid heeft?) Opleiding(en) VWO Doctoraal Engelse- Taal en Letterkunde Verder o.a Organisatiediagnose en organisatieverandering (Loods) 1999 Management en Professional Development Program (Nyenrode) 2000 Arbeidsrecht en Onderneming (De Baak) 2001 Opleiding tot assessor (ADC) Werkervaring heden DHV Ruimte en Mobiliteit BV, Human Resource Manager BSO/Origin, diverse functies: MD Manager Human Talent Manager Consultant en Projectmanager Philips Data Systems, Senior Trainer Interstudie Nieuwe Lerarenopleiding en M.O., docente Engels Katholieke Universiteit Nijmegen, docente Engels (student assistentschap) NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 47

48 Student-lid Naam Rongen Initialen L.L. Tussenvoegsel(s) - Titulatuur - M/V M Geboortedatum 09 november 1979 Opleiding Welke opleiding volgt u thans? Personeel en Arbeid Wat is de naam van het opleidingsinstituut? Fontys Hogescholen In welk studiejaar studeert u? Vierde studiejaar Volgt u een voltijd, deeltijd, duale of Voltijd / Varduaal afstandsstudie of wellicht anderszins? Bij welke activiteiten bent u binnen de opleiding Signaleren van stagnaties. Twee jaar als betrokken? studentvertegenwoordiger richting opleidingscoördinator / teamleider. Nu op informele wijze. Auditdeskundigheid (Heeft u ervaring als INK- of ISO-auditor?) Nee Bent u eerder lid geweest van een visitatiecommissie? Onderwijsdeskundigheid (Bent u onderwijskundige of werkzaam geweest in de onderwijssector?) Werkvelddeskundigheid (Wilt u hierbij aangeven welke relevante werkervaring u heeft?) Internationale deskundigheid (Wilt u hierbij aangeven of u deskundigheid over de internationale ontwikkeling van het vakgebied heeft?) Domeindeskundigheid (Wilt u hiernaast aangeven voor welk domein u deskundigheid heeft?) Onderhoudt u relaties met één of meer opleidingen uit de hierboven door u aangegeven domeinen die een onafhankelijke beoordeling van die opleiding(en) kunnen verhinderen? Indien ja, wilt u aangeven voor welke opleiding(en) dat het geval is en wat de aard is van de relatie(s)? Nee Als loopbaanadviseur in opleiding momenteel werkzaam bij Fontys Loopbaancentrum:. Fontys Loopbaancentrum: met name begeleiding studenten (veelal hbo) uit en naar alle mogelijke studierichtingen. Loopbaancentrum Studenten, Universiteit Maastricht: met name door- en uitstroombegeleiding studenten uit alle studierichtingen. Zowel genoemde organisaties als de taken dragen naar mijn mening bij aan mijn deskundigheid op het gebied van facetten van opleidingen in het algemeen en Personeel en Arbeid in het bijzonder. - Ja Personeel en Arbeid bij Fontys Hogescholen; relatie: student. Opleiding(en) heden Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs, Personeel en Arbeid, Stichting Fontys Hogescholen, Tilburg, vanaf september Richting Loopbaanontwikkeling en Coaching. Streefdatum afstuderen: juli Hoger Pedagogisch Onderwijs, PABO, Hogeschool Maastricht, van september 1999 tot 48 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

49 en met januari Gespreksvoering, Open Universiteit, cursus met goed resultaat afgesloten Wetenschappelijk Onderwijs, Elektrotechniek, Universiteit Twente, van september 1998 tot en met december VWO, College Sittard, vakken: Nederlands, Engels, Biologie, Geschiedenis, Natuurkunde, Wiskunde B, Scheikunde. Diploma. Werkervaring heden Stagiair studiekeuze- en loopbaanadviseur, Stichting Fontys Hogescholen, afd. Loopbaancentrum, Tilburg, individuele begeleiding van studenten bij hun studie- en loopbaanvragen. Duur 1 collegejaar, 18 uur per week heden Voorlichter, Fontys Personeel en Arbeid Tilburg en Eindhoven, tijdens open dagen en Studie Beurs Utrecht, verzorgen van werkveldvoorlichting en beantwoorden van individuele vragen. Frequentie: enkele malen per jaar Stagiair adviseur voor studie en loopbaan, Profiel ASL Limburg BV, Sittard, Studiekeuze- en loopbaanbegeleider, loopbaancentrum Universiteit Maastricht, onder supervisie houden van intakes en vervolgafspraken met studenten; Groepsleider leerlingen VMBO, HAVO en VWO, begeleiden, voorlichting geven en adviseren bij keuze voor profiel, leerweg en niveau; Testleider, zelfstandige afname van o.a. capaciteitentest en persoonlijkheids- en interessevragenlijsten, zowel klassikaal als individueel; Interpretatie, schriftelijke rapportage en bespreking van onderzoeksresultaten met mentoren. Duur 1 collegejaar, 18 uur per week Stagiair adviseur voor studie en loopbaan, Profiel ASL Limburg BV, Sittard, Assisteren in groepswerk met leerlingen VMBO, HAVO en VWO; Testleider, zelfstandige afname van o.a. capaciteitentest en persoonlijkheids- en interessevragenlijsten, zowel klassikaal als individueel; Interpretatie en schriftelijke rapportage van onderzoeksresultaten aan mentoren. Duur 1 collegejaar, 24 uur per week Magazijnmedewerker, Mitsubitshi Motor Sales Europe BV, alle mogelijke magazijnwerkzaamheden. Duur 7 maanden, 3 maanden fulltime, daarna parttime Medewerker Horeca, Vroom&Dreesmann Warenhuizen BV, bereiding gerechten. Duur 6 maanden, 30 uur per week. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 49

50 NQA auditor Naam Boer Initialen W. Tussenvoegsel(s) de Titulatuur drs. M/V M Geboortedatum Auditdeskundigheid Visitaties in primair en voortgezet onderwijs (Heeft u ervaring als INK- of ISO-auditor?) (secretaris visitaties bij Besturenraad) Visitaties HBO: secretaris visitatiecommissies Voeding & Voedsel, Dans, Speciaal Onderwijs, Lichamelijke Opvoeding, Logistiek ( bij HBO-raad / NQA) Panelsecretaris master accreditaties DVC Panelsecretaris toets nieuwe opleiding ANP / PA Oud voorzitter/lid visitatiecommissie (Wilt u aangeven of de hiernaast opgenomen informatie correct is en eventueel aanvullen?) via NVAO Zie bovenstaand; secretaris commissies. Heeft u gefunctioneerd als dagvoorzitter? Onderwijsdeskundigheid (Bent u onderwijskundige of werkzaam geweest in de onderwijssector?) Werkvelddeskundigheid (Wilt u hierbij aangeven welke relevante werkervaring u heeft?) Internationale deskundigheid (Wilt u hierbij aangeven of u deskundigheid over de internationale ontwikkeling van het vakgebied heeft?) Domeindeskundigheid (Wilt u hiernaast aangeven voor welk domein u deskundigheid heeft?) Opleiding(en) Werkervaring Van studeerde ik in deeltijd onderwijskunde aan de UU; opleiding niet afgerond. Specialisatiemodulen op het terrein van onderwijsvernieuwing met goed gevolg afgerond. Eigen opleidingsachtergrond is bestuurskunde; In mijn werk heb ik van met grote frequentie en nauw samengewerkt met lerarenopleidingen, met name PABO s propedeuse politicologie, KU Nijmegen doctoraal bestuurs- en beleidswetenschappen, KU Nijmegen Management trainee Erasmus Universiteit Rotterdam. ( Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen; Faculteit der Rechtsgeleerdheid) Besturenraad PCO ( voor Federatie Christelijk HBO; afdeling Bestuur en Beleid) HBO-raad, afdeling kwaliteitszorg Dutch Validation Council (detachering in deeltijd) Netherlands Quality Agency 50 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

51 Bijlage 3 De zelfevaluatie in verband met NVAO-accreditatie Vragen en aanwijzingen Basiskwaliteit HBO-bachelor Maart 2003 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 51

52 Onderwerp Facet Preambule Doelstellingen van de opleiding (beoogde eindkwalificaties) Niveau bachelor Domeinspecifieke eisen Oriëntatie hbo bachelor Programma Eisen hbo Relatie doelstellingen en inhoud programma Samenhang in opleidingsprogramma Studielast Instroom Duur Afstemming tussen vormgeving en inhoud Beoordeling en toetsing Inzet van personeel Eisen hbo Kwantiteit personeel Kwaliteit personeel Voorzieningen Materiële voorzieningen Studiebegeleiding Interne kwaliteitszorg Evaluatie resultaten Maatregelen tot verbetering Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld Resultaten Onderwijsrendement Gerealiseerde niveau Bijzondere kwaliteitskenmerken (facultatief) Differentiatie en profilering Kwaliteit Concretisering Onderscheidend karakter Bijlage1. Kengetallen NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

53 Preambule Uitgangspunt Een zelfevaluatie kan meerdere functies hebben en vele doelen dienen. De waarde ligt in eerste instantie in de mate waarin de opleiding de zelfevaluatie benut voor de eigen beleidsvoering, in het bijzonder wat betreft de interne kwaliteitszorg. In deze brochure ligt echter de nadruk op de zelfevaluatie in dienst van de accreditatieaanvraag bij de NVAO. Er wordt in die zin dus ingezoomd op de verantwoordingsfunctie en op basiskwaliteit. De onderwijsinstelling dient met een extern onafhankelijk visitatierapport aan te tonen dat haar opleiding aan de kwaliteitscriteria van de NVAO voldoet. De zelfevaluatie vormt het vertrekpunt voor de objectieve oordeelsvorming door een extern visitatiepanel. De mate waarin de zelfevaluatie op overtuigende wijze aantoont dat aan de kwaliteitscriteria wordt voldaan, bepaalt voorts de intensiteit van nadere materiaalbestudering en gespreksvoering door het visitatiepanel. Kwaliteitscriteria NVAO Voor het beoordelen van basiskwaliteit zijn door de NVAO in totaal 30 kwaliteitscriteria geformuleerd, die zijn ondergebracht bij 21 facetten. Per facet moet uiteindelijk door een visitatiepanel worden bepaald of de opleiding hierop een: - onvoldoende - voldoende - goed of - excellent scoort. De 21 facetten zijn op hun beurt ingedeeld naar 6 onderwerpen. Het oordeel dat een visitatiepanel velt per onderwerp komt tot stand op basis van weging van oordelen over de afzonderlijke facetten van dat onderwerp. Voor een positief totaaloordeel moet het oordeel over elk onderwerp tenminste voldoende zijn. 30 criteria 21 facetten 6 onderwerpen totaaloordeel Centrale vragen bij oordeelsvorming (visitatiepanel) Om te bepalen of aan de kwaliteitscriteria wordt voldaan, zijn voor de externe kwaliteitsbeoordelaars van NQA de volgende vragen van belang: - Doelen: welke ambitie heeft de opleiding ten aanzien van een bepaald onderwerp: welke kwaliteit wordt nagestreefd; welke resultaten worden beoogd, kortom; wat zijn de eigen doelen? - Borging: hoe borgt de opleiding dat deze doelen kunnen worden bereikt; zijn beleid, management en processen logisch op die eigen doelen afgestemd? NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 53

54 - Resultaten: hoe verhouden de resultaten zich tot de eigen doelen (mede in vergelijking met andere opleidingen)? - Verbetering: indien het borgen en bereiken van de doelen te wensen overlaat, zijn er dan verbeteringen in het vooruitzicht? Informatiegehalte zelfevaluatie Om de bovenstaande vragen te kunnen beantwoorden, zal de zelfevaluatie hierover voldoende informatie moeten bevatten. Het gaat dan om de volgende vier typen van informatie: 1. Richtinggevende informatie: eigen visie en doelstellingen, eigen kwaliteitsopvattingen, waar mag de opleiding op worden afgerekend? 2. Beschrijvende informatie: hoe reilt en zeilt de opleiding, hoe zijn processen ingericht, welke afspraken zijn gemaakt, et cetera? 3. Evaluatieve informatie: worden de doelen bereikt, hoe waarderen betrokkenen (met name studenten, afnemers en personeel) de verschillende facetten (evaluatieuitkomsten), en welke kwantitatieve resultaten worden bereikt (kengetallen)? 4. Analytische informatie: gezien 1 t/m 3: hoe is het met de kwaliteit gesteld, welke conclusies kunnen hierover worden getrokken, worden de eigen doelen waargemaakt, zijn er discrepanties tussen doelstelling en doelbereiking, welke oorzaken zijn er voor aan te wijzen en welke verbeteringen zijn (of worden) hierop ingezet? Om te bewaken dat het informatiegehalte voldoende is voor de oordeelsvorming zijn per facet relevante vragen ter beantwoording door de opleiding gegeven. Deze vragen zijn dus rechtstreeks ontleend aan de NVAO-facetten en -criteria. Als hulpmiddel voor de beantwoording van die vragen zijn per vraag aanwijzingen voor die beantwoording gegeven. Opbouw zelfevaluatie Het is van belang dat de visitatiepanels de benodigde informatie voor elk van de 21 facetten op een efficiënte wijze tot zich kunnen nemen. Dit zou kunnen door de opbouw van de zelfevaluatie (de hoofdstukindeling) het NVAO-kader te laten volgen: I. Doelstellingen van de opleiding (beoogde eindkwalificaties) II. Programma III. Inzet van personeel IV. Voorzieningen V. Interne kwaliteitszorg VI Resultaten VII Indien van toepassing: Bijzonder kwaliteitskenmerk 54 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

55 Een andere ordening is mogelijk, mits de benodigde informatie per facet snel toegankelijk is voor de panels. Hierover kunt u desgewenst afspraken maken met NQA. Zoals hierboven reeds is aangegeven, stelt NQA ten aanzien van elk facet een of meerdere vragen waarop in de zelfevaluatie een antwoord wordt gegeven. Deze vragen hebben betrekking op het betreffende facet en de daarbij behorende criteria. Voor de beantwoording van die vragen zijn aanwijzingen gegeven over zaken die beschreven en documenten waarnaar verwezen kan worden. Deze aanwijzingen zijn indicatief en niet voorschrijvend bedoeld. Omvang Het zelfevaluatierapport zal als zelfstandig document gelezen moeten kunnen worden; het zal dus voldoende informatie moeten bevatten. Bijlagen dienen als naslagwerk. Gevraagd wordt om de volgende bijlagen mee te sturen: - overzicht van beoogde eindkwalificaties; - het beroepsprofiel; - studiegids; - overzicht van programma/curriculum (voor elke variant en locatie); - overzicht van personeel (kwalificaties docenten); - kengetallen. In het zelfevaluatierapport kan daarnaast belangrijke informatie uit andere documenten worden opgenomen, onder verwijzing naar deze documenten (die tijdens het bezoek ter inzage worden gelegd). In de aanwijzingen is te vinden om welke documenten het kan gaan. Indien dat nodig is voor de oordeelsvorming door de panels, kan de opleiding (zowel vóór, tijdens, als na het bezoek) om aanvullende informatie gevraagd worden. NQA zal zich echter inspannen om de informatielast zo beperkt mogelijk te houden. Door het duidelijk verwijzen naar andere documenten kan het zelfevaluatierapport beperkt blijven tot ten hoogste 40 pagina s per opleiding, in uitzonderlijke gevallen van grote complexiteit (veel locaties en varianten) tot maximaal 80 pagina s. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 55

56 1. Doelstellingen van de opleiding (beoogde eindkwalificaties) 1.1 Niveau bachelor - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een bachelor. 1.2 Domeinspecifieke eisen - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). 1.3 Oriëntatie hbo bachelor - De eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. - De eindkwalificaties weerspiegelen het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een hboopleiding vereist is of dienstig is. 56 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

57 Vragen Welke eindkwalificaties worden beoogd? Bij welke algemene, internationaal geaccepteerde beschrijving van het bachelorniveau sluiten de beoogde eindkwalificaties aan? Op welk specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen hebben de beoogde eindkwalificaties betrekking? Bij welke eisen van (buitenlandse) vakgenoten en de (buitenlandse) beroepspraktijk sluiten de beoogde eindkwalificaties aan? Aan welke door het beoogde beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties zijn de beoogde eindkwalficaties ontleend? Waaruit blijkt dat de beoogde eindkwalificaties betrekking hebben op (ten minste) het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar? Facet Aanwijzing Verwijs naar een document waarin expliciet is beschreven voor welke specifieke competenties of specifieke kennis, houding, inzicht en vaardigheden de opleiding studenten beoogt op te leiden. Voeg dit document bij als bijlage. 1.1 Geef aan wat voor de instelling het bachelorniveau van een (beroepsgerichte) opleiding bepaalt. Welk internationaal referentiekader heeft de instelling hiervoor? Beschrijf hoe dit referentiekader in de beoogde eindkwalificaties tot uitdrukking komt. U zou hiervoor de Dublin-descriptoren (zie bijlage 2 in het NVAO-accreditatiekader) kunnen gebruiken. Deze beschrijven het bachelorniveau op een generiek abstractieniveau. De opleiding zou daarbij per descriptor kunnen aangeven voor welke beoogde eindkwalificaties de descriptor relevantie heeft. Indien u hierbij ondersteuning nodig heeft, of als u wilt weten hoe de Dublin-descriptoren zich verhouden tot de generieke kernkwalificaties van de Commissie Franssen/ proefaccreditering, neemt u dan contact op met NQA. 1.3 Beschrijf het beroepenveld waarvoor de opleiding beoogt op te leiden. 1.2 Verwijs naar het document waarin de wensen en behoeften van het beoogde beroepenveld tot uitdrukking komen. Voeg dit document als bijlage bij het zelfevaluatierapport. Het gaat hierbij om een actueel, 1.2 door (of in samenspraak met) het werkveld opgesteld beroepsprofiel. Geef aan of er internationale standaarden voor het beroep (en daarmee voor de opleiding) bestaan. Denk daarbij ook aan buitenlandse beroeps- of opleidingsprofielen of specifieke gegevens over buitenlandse opleidingen. Beschrijf hoe dit referentiekader zich verhoudt tot de beoogde eindkwalificaties. 1.3 Wat moet de afgestudeerde ten minste kunnen en kennen om een goede start te kunnen maken in het beoogde beroepenveld? Beschrijf hoe dit in de beoogde eindkwalificaties tot uitdrukking komt. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 57

58 2. Programma 2.1 Eisen hbo - Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. - Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline. - Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. Vragen Op welke wijze beoogt de opleiding kennisontwikkeling door studenten plaats te laten vinden? Welke rol heeft vakliteratuur daarbij? Hoe ontleent de opleiding studiemateriaal aan de beroepspraktijk? Hoe komen studenten in aanraking met de actuele beroepspraktijk? Hoe wordt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden vormgegeven? Op welke wijze is sprake van interactie met (toegepast) onderzoek? Hoe wordt geborgd dat studenten de actuele ontwikkelingen in het vakgebied/de discipline meekrijgen? Welke aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk heeft de opleiding? Ervaren studenten, afgestudeerden en afnemend werkveld dat sprake is van een actueel en praktijkgericht programma? Aanwijzingen Beschrijf hoe u de kennisontwikkeling door studenten programmeert. Voeg de studiegids bij als bijlage bij het zelfevaluatierapport. Beschrijf hoe gebruik gemaakt wordt van vakliteratuur over de opleiding als geheel. Stel (via de studiegids of via het materiaal dat ter inzage wordt gelegd) een lijst beschikbaar van vakliteratuur die wordt gebruikt. Beschrijf hoe de opleiding gebruik maakt van aan de praktijk ontleend studiemateriaal. Hoe wordt dat studiemateriaal ingezet in het programma? Geef aan hoe studenten in aanraking komen met de actuele beroepspraktijk: welke werkveldbezoeken, stages / praktijkperioden zijn in het programma opgenomen? Welke doelen zijn aan die programmadelen gekoppeld? Bij welke (buitenlandse) instellingen kunnen studenten stage lopen? Worden er gastcolleges gegeven door mensen uit het werkveld? Beschrijf hoe de ontwikkeling van beroepsvaardigheden binnen het programma vorm krijgt (bijvoorbeeld via vaardighedenlijn, praktijklessen, praktijkopdrachten, stages). Beschrijf hoe studenten in aanraking komen met (toegepast) onderzoek. Geef aan hoe relevante onderzoeksresultaten ingebracht worden in het programma. Zijn docenten betrokken bij de opzet / uitvoering van onderzoek? Is er een lectoraat of kenniskring dat specifieke betekenis heeft voor de opleiding? Moeten studenten zelf onderzoeksopdrachten uitvoeren, of moeten zij met onderzoeksresultaten werken? Geef aan hoe u waarborgt dat de actuele ontwikkelingen in het vakgebied/discipline binnen het programma aan bod komen. Denk bijvoorbeeld aan het gebruik van recente artikelen uit vaktijdschriften, afspraken / beleid rond de actualisering van de inhoud van modulen en daarbij horende readers. Beschrijf de structurele contacten met de beroepspraktijk. Is er bijvoorbeeld een werkveldcommissie? Zijn er andere verbanden met de actuele beroepspraktijk? Wat is de invloed hiervan op het programma? Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen studenten, afgestudeerden, werkveld) over actualiteit en praktijkgerichtheid van het opleidingsprogramma (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? 58 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

59 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud programma - Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. - De eindkwalificaties van de doelstellingen zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. - De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. Vragen Wat is het programma van de opleiding? Hoe worden de beoogde eindkwalificaties qua niveau (zie 1.1) geconcretiseerd in het programma? Hoe worden de beoogde eindkwalificaties qua oriëntatie (zie 1.3) geconcretiseerd in het programma? Hoe worden de beoogde eindkwalificaties qua domeinspecifieke eisen (zie 1.2) geconcretiseerd in het programma? Hoe vindt de vertaling van eindkwalificaties in leerdoelen in het programma plaats? Ervaren studenten dat door middel van het programma de eindkwalificaties kunnen worden bereikt? Aanwijzingen Beschrijf kort het programma van de opleiding, inclusief (voornaamste verschillen tussen) eventuele varianten en locaties. Voeg een overzicht van het programma (curriculum) bij als bijlage bij het zelfevaluatierapport. Geef daarbij aan hoe de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen worden geconcretiseerd in het curriculum. Beschrijf hoe binnen de opleiding geborgd wordt dat alle kwalificaties binnen het programma gedekt zijn. Beschrijf hoe de koppeling van de beoogde eindkwalificaties aan leerdoelen van programmaonderdelen tot stand is gekomen. Geef in het programmaoverzicht aan welke leerdoelen bij welke eindkwalificaties horen. Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen afgestudeerden, studenten) over de aansluiting van het opleidingsprogramma op de beoogde eindkwalificaties (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 59

60 2.3 Samenhang in opleidingsprogramma - Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma. Vragen Hoe wordt geborgd dat studenten een inhoudelijk samenhangend programma volgen? Ervaren studenten die samenhang ook? Aanwijzingen Geef aan welke samenhang naar uw opvatting in het programma bestaat. Is er een logische relatie tussen programmaonderdelen en tussen studiefases; hoe worden deze op elkaar afgestemd? Besteed ook aandacht aan eventuele internationale programmaonderdelen en hoe deze passen binnen de visie op internationalisering. Geef aan op welke manier de samenhang in de opleiding gewaarborgd wordt. Welke rol speelt het opleidingsmanagement daarin, hoe vindt afstemming tussen (groepen) docenten plaats? Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen studenten, afgestudeerden) over de inhoudelijke samenhang binnen het opleidingsprogramma (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? 2.4 Studielast - Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Vragen Hoe worden factoren die de studievoortgang belemmeren weggenomen? Ervaren studenten een studeerbaar programma? Aanwijzingen Geef aan wat de opleiding doet om een efficiënte studievoortgang mogelijk te maken. Hoe houdt de opleiding zicht op de vraag of zich belemmerende factoren voordoen? Welke stappen zet de opleiding wanneer zich problemen voordoen? Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen studenten, afgestudeerden) over de studeerbaarheid van het opleidingsprogramma (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? 60 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

61 2.5 Instroom - Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. Vraag Hoe wordt geborgd dat er aansluiting is qua vorm? Hoe wordt geborgd dat er is aansluiting is qua inhoud? Hoe wordt gedifferentieerd tussen instromende vwo-studenten, havostudenten en andere instromende studenten? Ervaren studenten de aansluiting ook? Aanwijzing Geef aan welke werkvormen de opleiding hanteert aan de start van de opleiding. Hoe sluiten die werkvormen aan op de vooropleiding van studenten? Beschrijf eventuele activiteiten die de opleiding aanbiedt om studenten te introduceren in de verwachte studiehouding c.q. de gehanteerde werkvormen. Geef aan welke toelatingseisen de opleiding stelt, welke deficiëntieprogramma s worden aangeboden voor studenten die bepaalde vakken niet voldoende beheersen, en/of welke mogelijkheden er zijn voor bijscholing dan wel extra begeleiding. Beschrijf welke verkorte leerroutes worden aangeboden, en hoe en wanneer studenten in aanmerking komen voor vrijstellingen. Geef aan hoe de opleiding nagaat of sprake is van voldoende inhoudelijke aansluiting. Wordt bijvoorbeeld een assessment gehanteerd voor instromende studenten? Geef aan op welke manier gedifferentieerd wordt tussen vwo-instroom, havo-instroom en anderen. Beschrijf of en hoe de opleiding studieresultaten van verschillende groepen monitort, en hoe wordt ingespeeld op voorkomende aansluitingsproblemen. Welke activiteiten worden ondernomen om de aansluiting van (buitenlandse) studenten met een buitenlandse vooropleiding te bevorderen? Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen studenten) over de aansluiting van de opleiding op de vooropleiding (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? 2.6 Duur - De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: hbo-bachelor: 240 studiepunten. Vragen Voldoet de opleiding aan de formele eis van 240 studiepunten? Waaruit blijkt dat? Aanwijzingen Geef aan hoe uit de opbouw van het opleidingsprogramma en de omvang van modulen blijkt dat de totale studiebelasting van de opleiding aan de formele eis voldoet. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 61

62 2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud - Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. - De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. Vragen Aanwijzingen Wat is het didactisch concept van de opleiding? Beschrijf het didactisch concept van de opleiding. Hoe verhoudt dat didactisch concept zich tot de Beschrijf kort hoe het didactisch concept zich beoogde eindkwalicaties (doelstellingen)? verhoudt tot (afgestemd is op) de doelstellingen Ervaren studenten dat de gehanteerde werkvormen adequaat zijn en aansluiten bij het didactisch concept? van de opleiding. Beschrijf de uitwerking van het didactisch concept naar het gebruik van verschillende werkvormen binnen de opleiding. Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen studenten, afgestudeerden) over het didactisch concept en de gehanteerde werkvormen binnen de opleiding (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? 2.8 Beoordeling en toetsing - Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd. Vragen Op welke wijze worden studenten beoordeeld, getoetst en geëxamineerd? Ervaren studenten dat zij adequaat getoetst worden op het behalen van de beoogde leerdoelen? Aanwijzingen Beschrijf het toetsbeleid en de verschillende toetsvormen van de opleiding. Betrek hierbij ook de stage- en afstudeeropdrachten. Geef aan hoe de toetsvormen zich verhouden tot de doelstellingen van de opleiding en de leerdoelen. Beschrijf welke afspraken bestaan ten aanzien van de formulering en toepassing van beoordelingscriteria en de verzorging van feedback aan studenten. Geef aan hoe de kwaliteit van de toetsen binnen de opleiding wordt geborgd. Als studenten toetsing bij een buitenlandse instelling of bij een instelling in het werkveld ondergaan, hoe vergewist zich de opleiding dan van de kwaliteit van deze toetsing? Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen studenten, afgestudeerden) over de gehanteerde toetsvormen, het niveau van de toetsen en de feedback die studenten over resultaten krijgen (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? 62 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

63 3. Inzet van personeel 3.1 Eisen hbo - Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. 3.2 Kwantiteit personeel - Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. 3.3 Kwaliteit personeel - Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Vragen Welk deel van de opleiders legt een verbinding met de beroepspraktijk? Waaruit blijkt dat sprake is van voldoende personeel om de gewenste kwaliteit te verzorgen? Hoe wordt geborgd dat de opleiders gekwalificeerd zijn voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma? Ervaren studenten en opleiders zelf dat opleiders gekwalificeerd zijn? Facet Aanwijzingen 3.1 Geef aan welk deel van de opleiders beschikt over recente ervaring met en/of kennis van de beroepspraktijk. Voeg een overzicht van het personeel als bijlage bij het zelfevaluatierapport. Neem in dit overzicht de leeftijd, het geslacht en de kwalificaties van docenten/opleiders op, met name de gevolgde opleidingen, cursussen en trainingen, huidige en vorige werkkringen en functies, eventuele docentstages en andere relevante informatie over de interactie met de beroepspraktijk. 3.2 Beschrijf de visie van de opleiding op de verhouding tussen de omvang van het personeel en de gewenste kwaliteit. Reflecteer op de actuele en gewenste student/docent ratio. Hoe hoog is het ziekteverzuim? Wat zijn de streefcijfers voor de werkbelasting van docenten en hoe verhoudt zich dit tot de ervaren werkbelasting? Als er personeelstekorten zijn, hoe gaat de opleiding dan hiermee om? 3.3 Beschrijf de visie van de opleiding op de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische kwalificaties van docenten/opleiders. Geef aan hoe gebruik wordt gemaakt van scholing en professionalisering om deze kwalificaties te verbeteren c.q. op peil te houden. Welke rol hebben functionerings- en beoordelingsgesprekken (frequentie, inhoud) hierbij? Hoe worden docenten/opleiders in de gelegenheid gesteld om actuele (internationale) ontwikkelingen in het beroepenveld en vakgebied te volgen? Als er onderwijs in een vreemde taal wordt verzorgd, hoe borgt de opleiding dan de kwaliteit daarvan (vreemde taalbeheersing van docenten)? 3.3 Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen studenten en opleiders) over de inhoudelijke (inclusief beroepspraktijkkennis/ervaring), onderwijskundige en organisatorische kwalificaties (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 63

64 4. Voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen - De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Vragen Waaruit blijkt dat huisvesting en materiële voorzieningen toereikend zijn om het programma te realiseren? Ervaren studenten en docenten dat de huisvesting en materiële voorzieningen toereikend zijn? Aanwijzingen Beschrijf de locatie, de bibliotheek- of mediatheek, de ict-voorzieningen, en de onderwijs-, praktijk-, studieen werkruimten. Geef daarbij aan hoe wordt getoetst of met de bestaande huisvesting en materiële voorzieningen het programma gerealiseerd kan worden. Zijn deze afgestemd op de behoeften van eventuele buitenlandse, deeltijd- en duaal studenten? Welke verbeteringen zijn gepland, op welke termijn, en welke middelen zijn daarvoor gereserveerd? Verwijs naar opinies over huisvesting en materiële voorzieningen in studenten- en docentenevaluaties (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Wat is er met de uitkomsten gedaan? 4.2 Studiebegeleiding Vragen Hoe dragen de studiebegeleiding en informatievoorziening bij aan de studievoortgang van studenten? Ervaren studenten dat de studiebegeleiding en informatievoorziening voldoet aan hun behoeften? Aanwijzingen Beschrijf het systeem van studiebegeleiding en studievoortgangsregistratie. Beschrijf ook hoe de informatievoorziening aan studenten plaatsvindt. Geef bij deze beschrijvingen aan, mede aan de hand van rendementscijfers, welke knelpunten er zijn met betrekking tot de studievoortgang. Heeft dit gevolgen voor de studiebegeleiding of de informatievoorziening aan studenten? Als er (veel) buitenlandse studenten zijn, geef dan aan of hier speciale voorzieningen voor zijn getroffen. Verwijs naar opinies over studiebegeleiding en informatievoorziening in studentenevaluaties (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Besteed daarbij speciale aandacht aan de begeleiding van studenten in de propedeuse en tijdens de (binnenen buitenlandse) stages en in de afstudeerfase. Ga ook in op studenttevredenheid over zaken als roosters, toegankelijkheid van en informatieverstrekking door docenten. Geef aan wat met de uitkomsten van deze studentenevaluaties is gedaan. 64 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

65 5. Interne kwaliteitszorg 5.1 Evaluatie resultaten - De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen. 5.2 Maatregelen tot verbetering - De uitkomsten van deze evaluatie vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen. 5.3 Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld. - Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld van de opleiding actief betrokken. Vragen Welke aspecten worden geëvalueerd, hoe en met welke frequentie? Wat zijn daarbij de streefdoelen en hoe wordt getoetst of deze zijn bereikt? Waaruit blijkt dat uitkomsten van evaluaties tot verbeteringen hebben geleid? Op welke wijze worden: -medewerkers, -studenten, -alumni -afnemend beroepenveld bij de interne kwaliteitszorg betrokken? Facet Aanwijzing 5.1 Beschrijf de evaluaties die plaatsvinden en de frequentie daarvan, de onderwerpen (aspecten) waarop de evaluaties betrekking hebben, en de methoden die gebruikt worden. Verwijs naar het kwaliteitszorgplan of andere relevante kwaliteitszorgdocumenten. 5.1 Geef voor elk van de aspecten die geëvalueerd worden aan welke streefdoelen zijn geformuleerd. Hoe wordt getoetst of de streefdoelen zijn bereikt? Hoe zorgt de opleiding ervoor dat deze toetsing gebeurt op basis van betrouwbare en valide informatie? 5.2 Beschrijf wat er met de uitkomsten van evaluaties gebeurt. Geef aan of (en voor welke aspecten) er sprake is van een verbetercyclus (plan, do check, act). Geef zo mogelijk een aantal praktijkvoorbeelden. Heeft de opleiding nader onderzoek gedaan naar verschillen tussen nagestreefde en behaalde resultaten? Zijn er maatregelen tot verbetering genomen? Zo ja, wie is verantwoordelijk voor het doorvoeren van verbeteringen? Op welke termijn en met welke prioriteit worden verbeteringen doorgevoerd? Hoe wordt nagegaan of de beoogde verbeteringen worden gerealiseerd? 5.3 Beschrijf bij welke evaluaties medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld worden betrokken. Hoe vaak gebeurt dit? Hoe wordt ervoor gezorgd dat deze evaluaties representatief zijn voor deze groepen? Worden de resultaten van evaluaties teruggekoppeld naar betrokkenen? Kunnen genoemde groepen ook ongevraagd zaken die voor hen van belang zijn doorgeven aan de opleiding en wat doet de opleiding hiermee? Geef aan hoe de inspraak van studenten en medewerkers is geregeld. Als de opleiding intensief samenwerkt met buitenlandse partnerinstellingen (uitwisselingen, dubbeldiplomering, etc.) of met instellingen in het beroepenveld (met name bij duale trajecten) geef dan aan hoe de kwaliteit van de samenwerking wordt bewaakt. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 65

66 6. Resultaten 6.1 Onderwijsrendement - Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. - Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers. Vragen Hoe wordt het onderwijsrendement bepaald? Wat zijn daarbij de streefcijfers? Hoe verhouden deze zich tot relevante andere opleidingen? Voldoet het rendement aan de eigen streefcijfers? Aanwijzingen Vul het overzicht met kengetallen in (zie bijlage 1) en voeg dit als bijlage bij het zelfevaluatierapport. Geef aan wat de opleiding zelf als de belangrijkste kengetallen ziet. Wat bepaalt voor de opleiding het onderwijsrendement? Geef aan welke streefcijfers voor het rendement de opleiding hanteert. Beargumenteer de keuze van de streefcijfers, met name hoe deze zich verhouden tot die van relevante andere opleidingen. Verwijs naar het overzicht met kengetallen voor een beoordeling van de mate waarin het rendement voldoet aan de streefcijfers. Hoe verhoudt zich dit tot het rendement van relevante andere opleidingen? Wat zijn de oorzaken voor tekortschietende rendementen? Wat heeft de opleiding gedaan om het rendement te verbeteren? 6.2 Gerealiseerde niveau - De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. Vragen Hoe wordt bepaald of beoogde eindkwalificaties zijn gerealiseerd? - qua niveau (zie 1.1)? - qua oriëntatie (zie 1.3)? - qua domeinspecifieke eisen (zie 1.2)? Bestaat er tevredenheid in het werkveld over de gerealiseerde kwalificaties? Aanwijzingen Geef aan hoe de opleiding toetst of de beoogde eindkwalificaties zijn gerealiseerd (dit geldt ook voor in het buitenland gevolgde programmaonderdelen). Maak daarbij een onderscheid naar niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. Besteed ook aandacht aan de toetsing van afstudeeropdrachten, de examinering en de eventuele betrokkenheid van het werkveld of andere externe (mede)beoordelaars. Geef aan welke evaluatieresultaten beschikbaar zijn (oordelen afgestudeerden, afnemend werkveld) over de gerealiseerde kwalificaties (geef samenvattend de belangrijkste conclusies weer, stel complete resultaten ter inzage beschikbaar). Heeft dit geleid tot verbeteractiviteiten? 66 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

67 7. Bijzondere kwaliteitskenmerken (facultatief) 7.1 Differentiatie en profilering - Het kenmerk levert een betekenisvolle bijdrage aan de differentiatie en profilering in het hoger onderwijs. 7.2 Kwaliteit - Het kenmerk leidt tot een bijzondere kwaliteit van het onderwijs. 7.3 Concretisering - De gevolgen van het kenmerk voor de kwaliteit van het onderwijs (instroom, onderwijsprogramma, onderwijsproces, output, voorzieningen, kwaliteit staf) zijn geoperationaliseerd. 7.4 Onderscheidend karakter - Het kenmerk is onderscheidend voor de opleiding in relatie tot relevante opleidingen in het Nederlands hoger onderwijs. N.B. In de NVAO toelichting wordt expliciet gesteld, dat de bewijslast voor de bijzondere kwaliteit bij de instelling ligt. De opleiding moet de VBI overtuigen van het bijzondere karakter van het kenmerk van de opleiding. Vragen Facet Aanwijzingen Is het bijzondere kenmerk gedefinieerd in doelen en concrete operationaliseerbare termen? Beschrijf welke bijzondere kwaliteit de opleiding nastreeft, met daarbij de doelen en te verwachten resultaten. Is het kenmerk betekenisvol? 7.1 Dit kan onder andere blijken uit de waardering van het kenmerk door studenten, alumni, werkveld, docenten, maatschappelijke organisaties. Is het kenmerk geoperationaliseerd en aantoonbaar aanwezig in de opleiding? Is de opleiding onderscheidend ten opzichte van andere (verwante) opleidingen in Nederland? 7.3 Geef aan hoe het kenmerk expliciet terug te vinden is in programmaonderdelen, in opdrachten, eindresultaat (inhoud en indien relevant rendement), voorzieningen, kwaliteit staf). Hier is ook de waardering door stakeholders van belang. 7.4 De opleiding heeft een vergelijkend onderzoek uitgevoerd of laten uitvoeren (kan ook door NQA) onder verwante opleidingen in Nederland. Uit dit vergelijkende onderzoek blijkt dat de opleiding zich op dit kenmerk onderscheidt van andere (verwante) opleidingen. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 67

68 Bijlage 1. Kengetallen Instroom, uitstroom, ingeschreven, personeel Opleiding X Totaal aantal ingeschreven studenten Totaal aantal docenten* Omvang docerend personeel in fte Student / fte ratio Instroom propedeuse, eerste keer hbo Totaal aantal instromende studenten: instroom opleiding Totaal aantal geslaagden Aantal geslaagden uit propedeuse instroom eerste keer hbo Gemiddelde studieduur geslaagden, in jaren Aantal studiestakers Gemiddelde studieduur studiestakers, in jaren Opleidingsrendement, in percentage van instroom propedeuse, eerste keer hbo (instroomcohorten) Diploma behaald na 1 jaar Diploma behaald na 2 jaar. Diploma behaald na 3 jaar Diploma behaald na 4 jaar Diploma behaald na 5 jaar Diploma behaald na 6 jaar Uitvalpercentage van instroom propedeuse, eerste keer hbo (instroomcohorten) Percentage uitval na 1 jaar Percentage uitval na 2 jaar Percentage uitval na 3 jaar Percentage uitval na 4 jaar Percentage uitval na 5 jaar Percentage uitval na 6 jaar 68 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid

69 Bijlage 4 Beoordelingsprotocol van Netherlands Quality Agency (NQA) NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen opleiding Personeel en Arbeid 69

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus GB ZWOLLE

Besluit. College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus GB ZWOLLE College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus 10090 8000 B ZWOLLE Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV College van bestuur NHTV Internationale Hogeschool Breda Postbus 3917 4800 DX BREDA Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture

Nadere informatie

Besluit. College van bestuur. Hanzehogeschool Groningen. Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN

Besluit. College van bestuur. Hanzehogeschool Groningen. Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN College van bestuur Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Facility

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool NAO nederlands- vlaamse accreditatieorganisatie Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool Datum: 1 oktober

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe College van Bestuur Hogeschool Drenthe Postbus 2080 7801 CB EMMEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool

Nadere informatie

De NVAO beoordeelt het onderwerp doelstellingen opleiding derhalve voldoende.

De NVAO beoordeelt het onderwerp doelstellingen opleiding derhalve voldoende. College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus 10090 8000 GB ZWOLLE Besluit datum 10 februari 2005 onderwerp Definitief besluit accreditatie hbo-bachelor Bouwkunde van de Christelijke

Nadere informatie

Avans Hogescholen, s-hertogenbosch

Avans Hogescholen, s-hertogenbosch Avans Hogescholen, s-hertogenbosch Opleiding: Personeel en Arbeid/Personeelsmanagement Varianten: voltijd en deeltijd Visitatiedata: 2 en 3 juni NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA visitatie Avans Hogescholen

Nadere informatie

Hogeschool Rotterdam. Visitatiedata: 16 en 17 september Netherlands Quality Agency

Hogeschool Rotterdam. Visitatiedata: 16 en 17 september Netherlands Quality Agency Hogeschool Rotterdam Opleidingen: Bouwkunde: voltijd, deeltijd en duaal Civiele techniek: voltijd, deeltijd en duaal Ruimtelijke Ordening en Planologie: voltijd Visitatiedata: 16 en 17 september 2004 Netherlands

Nadere informatie

Hogeschool Zuyd, Sittard

Hogeschool Zuyd, Sittard Hogeschool Zuyd, Sittard Opleiding: Personeel en arbeid (voltijd en deeltijd) Visitatiedata: 6 en 7 oktober 2004 NQA (Netherlands Quality Agency 2 NQA - visitatie Hogeschool Zuyd, Sittard, opleiding Personeel

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde van de Haagse Hogeschool

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde van de Haagse Hogeschool College van bestuur Haagse Hogeschool Postbus 13336 2501 EH DEN HAAG Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde van

Nadere informatie

College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM. 1. Inleiding

College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM. 1. Inleiding College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus 25035 3001 HA ROTTERDAM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Maritiem

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: HBO-Rechten, bachelor Locaties: Arnhem en Nijmegen Croho: 39205 Varianten: voltijd/deeltijd Visitatiedatum: 8 april 2008 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht,

Nadere informatie

Hogeschool INHOLLAND. Opleiding: Bedrijfskundige Informatica

Hogeschool INHOLLAND. Opleiding: Bedrijfskundige Informatica Hogeschool INHOLLAND Opleiding: Bedrijfskundige Informatica Locaties: Alkmaar: voltijd Amsterdam/Diemen: voltijd, deeltijd en duaal Rotterdam/Den Haag: voltijd, deeltijd en duaal Visitatiedata: 28 en 29

Nadere informatie

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Teamscan op accreditatiewaardigheid Teamscan op accreditatiewaardigheid De Teamscan accreditatiewaardigheid (in vervolg: scan) geeft inzicht in hoe het opleidingsteam ervoor staat met betrekking tot de opleidingsaccreditatie. De scan bestaat

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN

Besluit. College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN Besluit datum 19 januari 2005 onderwerp Definitief besluit accreditatie hbo-bachelor Bouwkunde ons kenmerk NVAO/20050113/CT

Nadere informatie

Besluit. College van bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus 931 1000 AX AMSTERDAM

Besluit. College van bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus 931 1000 AX AMSTERDAM College van bestuur Hogeschool van Amsterdam Postbus 931 1000 AX AMSTERDAM Besluit Besluit strekkende tot positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-master Integraal Leiderschap

Nadere informatie

AVANS Hogeschool, s-hertogenbosch

AVANS Hogeschool, s-hertogenbosch AVANS Hogeschool, s-hertogenbosch Opleiding: Varianten: Civiele Techniek voltijd en duaal Visitatiedata: 29 en 30 september 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA visitatie Avans Hogeschool vestiging

Nadere informatie

Besluit. Raad van bestuur. Saxion Hogescholen. Postbus KB ENSCHEDE

Besluit. Raad van bestuur. Saxion Hogescholen. Postbus KB ENSCHEDE Raad van bestuur Saxion Hogescholen Postbus 70000 7500 KB ENSCHEDE Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Informatiedienstverlening

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM College van Bestuur Hogeschool van Amsterdam Postbus 931 1000 AX AMSTERDAM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Media,

Nadere informatie

2. Bevindingen met betrekking tot het VBI-rapport

2. Bevindingen met betrekking tot het VBI-rapport College van bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus 25035 3001 HA ROTTERDAM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Trade Management

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus 5375 6802 EJ ARNHEM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

Hogeschool INHOLLAND, Alkmaar. Visitatiedata: 16 en 17 maart 2005

Hogeschool INHOLLAND, Alkmaar. Visitatiedata: 16 en 17 maart 2005 Hogeschool INHOLLAND, Alkmaar Opleiding: Varianten: Werktuigbouwkunde voltijd en deeltijd Visitatiedata: 16 en 17 maart 2005 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, november 2005 2 NQA visitatie Hogeschool

Nadere informatie

Christelijke Hogeschool Windesheim

Christelijke Hogeschool Windesheim Christelijke Hogeschool Windesheim Opleiding: Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) Visitatiedata: 22 en 23 juni 2004 2 Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen 5 1.1 Voorwoord 7 1.2 Inleiding 7 1.3 Werkwijze 8

Nadere informatie

Naam/Datum/Versie document advies/verbeterpunten. Avans documenten

Naam/Datum/Versie document advies/verbeterpunten. Avans documenten Document / Informatie P = Prettig ; N = Noodzakelijk Algemene input voor schrijven zelfevaluatie 1. (P) Interne rapport tussentijdse audit op onderwijskwaliteit/accre-ditatiewaardigheid Suggesties NQA

Nadere informatie

luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Saxion Hogeschool

luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Saxion Hogeschool m a o v nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Saxion Hogeschool datum 31

Nadere informatie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie Breakout sessie 2-5 Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling De voorstellen beschreven in deze notitie dienen als uitwerking van (aangekondigde) wetswijzigingen. Op basis van deze wetswijzigingen

Nadere informatie

Besluit. College van bestuur. Hogeschool Leiden. Postbus 382 2300 AJ LEIDEN

Besluit. College van bestuur. Hogeschool Leiden. Postbus 382 2300 AJ LEIDEN College van bestuur Hogeschool Leiden Postbus 382 2300 AJ LEIDEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Personeel en Arbeid

Nadere informatie

De NVAO heeft voor de beoordeling van de aanvraag op 27 oktober 2005 een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende de volgende samenstelling:

De NVAO heeft voor de beoordeling van de aanvraag op 27 oktober 2005 een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende de volgende samenstelling: College van bestuur Universiteit Utrecht Postbus 80125 3508 TC UTRECHT Besluit Besluit strekkende tot positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding wo-master Selective Utrecht Medical Master

Nadere informatie

Fontys Hogescholen. Visitatiedata: 15 en 16 april NQA (Netherlands Quality Agency)

Fontys Hogescholen. Visitatiedata: 15 en 16 april NQA (Netherlands Quality Agency) Fontys Hogescholen Opleiding: Varianten: Informatica voltijd en deeltijd Visitatiedata: 15 en 16 april 2004 2 Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen 5 1.1 Voorwoord 7 1.2 Inleiding 7 1.3 Werkwijze 8 1.4 Oordeelsvorming

Nadere informatie

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 36791).

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 36791). m ao * nederiands-viaam se accreditatie organisatie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Nadere informatie

Hogeschool Rotterdam. Chemie, Chemische Technologie, Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek. Visitatiedata: 6 en 7 oktober 2004

Hogeschool Rotterdam. Chemie, Chemische Technologie, Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek. Visitatiedata: 6 en 7 oktober 2004 Hogeschool Rotterdam Opleidingen: Chemie, Chemische Technologie, Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek Visitatiedata: 6 en 7 oktober 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

es Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

es Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor , nvao v nederlands - viaamse accreditatieorganisatie es Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Pedagogisch Management Kinderopvang van de Christelijke Hogeschool

Nadere informatie

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014 PEER REVIEWS Managementgroep Interactum September 2014 Met peer review wordt een systeem bedoeld waarbij de betreffende opleidingen structureel gebruik maken van elkaars deskundigheid en elkaars critical

Nadere informatie

Hanzehogeschool Groningen

Hanzehogeschool Groningen Hanzehogeschool Groningen Opleidingen: Sociaal Juridische Dienstverlening, hbo-bachelor; Varianten: voltijd/deeltijd Visitatiedata: 26 april 2006 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, september 2006

Nadere informatie

Conceptkaders HBO5 3 november 2009

Conceptkaders HBO5 3 november 2009 Conceptkaders HBO5 3 november 2009 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Toetsing van tot HBO 5 om te vormen opleidingen 5 2.1 Opzet 5 2.2 Beoordelingskader voor tot HBO 5 om te vormen opleidingen 6 2.2.1 Basisgegevens

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur van de. Hogeschool INHOLLAND. Postbus CN DEN HAAG

Besluit. College van Bestuur van de. Hogeschool INHOLLAND. Postbus CN DEN HAAG College van Bestuur van de Hogeschool INHOLLAND Postbus 95597 2509 CN DEN HAAG Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van de aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Facility

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Communicatie van de NHL Hogeschool

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Communicatie van de NHL Hogeschool ,nuao r nederlands - viaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Communicatie van de NHL Hogeschool datum 29 september 2017 onderwerp

Nadere informatie

Hogeschool Rotterdam Cluster Paramedisch Opleidingen: Ergotherapie, Fysiotherapie en Logopedie; hbo-bachelor Variant: voltijd

Hogeschool Rotterdam Cluster Paramedisch Opleidingen: Ergotherapie, Fysiotherapie en Logopedie; hbo-bachelor Variant: voltijd Hogeschool Rotterdam Cluster Paramedisch Opleidingen: Ergotherapie, Fysiotherapie en Logopedie; hbo-bachelor Variant: voltijd Visitatiedata: 19 en 20 september 2005 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht,

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Elektrotechniek, hbo-bachelor; Croho: 34267 Varianten: voltijd/deeltijd Visitatiedatum: 27 mei 2008 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, september 2008

Nadere informatie

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus 4200 2350 CA LEIDERDORP

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus 4200 2350 CA LEIDERDORP Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus 4200 2350 CA LEIDERDORP Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

Fontys Hogescholen Opleiding: Hogere Kaderopleiding Pedagogiek (HKP) RAPPORTAGE

Fontys Hogescholen Opleiding: Hogere Kaderopleiding Pedagogiek (HKP) RAPPORTAGE Fontys Hogescholen Opleiding: Hogere Kaderopleiding Pedagogiek (HKP) RAPPORTAGE 28-03-2005 NQA (Netherlands Quality Agency) Betreft: Fontys Hogescholen, Tilburg Opleiding: Hogere Kaderopleiding Pedagogiek

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Financial Services Management HBO bachelor, locatie Arnhem Croho: 34414 Varianten: voltijd & deeltijd

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Financial Services Management HBO bachelor, locatie Arnhem Croho: 34414 Varianten: voltijd & deeltijd Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Financial Services Management HBO bachelor, locatie Arnhem Croho: 34414 Varianten: voltijd & deeltijd Visitatiedatum: 25 juni 2007 Netherlands Quality Agency

Nadere informatie

Hogeschool Rotterdam. Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, hbo-bachelor; Visitatiedatum: 10 oktober 2006

Hogeschool Rotterdam. Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, hbo-bachelor; Visitatiedatum: 10 oktober 2006 Hogeschool Rotterdam Opleiding: Varianten: Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, hbo-bachelor; voltijd/deeltijd Visitatiedatum: 10 oktober 2006 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, december 2006

Nadere informatie

Hogeschool INHOLLAND School of Technology

Hogeschool INHOLLAND School of Technology Hogeschool INHOLLAND School of Technology Opleidingen: Bouwkunde (vt) en Civiele Techniek (vt) Locaties: Alkmaar en Haarlem Visitatiedata: 26 en 27 mei 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA visitatie

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bestuurskunde/Overheidsmanagement van de NHL Hogeschool

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bestuurskunde/Overheidsmanagement van de NHL Hogeschool ,nvao r nederlands-vlaam se accreditatie organisatie S uif Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bestuurskunde/Overheidsmanagement van de NHL Hogeschool datum

Nadere informatie

Hogeschool INHOLLAND, School of Agriculture and Technology

Hogeschool INHOLLAND, School of Agriculture and Technology Hogeschool INHOLLAND, School of Agriculture and Technology Opleiding: Luchtvaarttechnologie, bachelor Variant: voltijd Visitatiedata: 5 en 6 april 2005 NQA (Netherlands Quality Agency) Utrecht, augustus

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Variant: Voeding en Diëtetiek (VD), hbo-bachelor voltijd Visitatiedatum: 28 april 2005 NQA (Netherlands Quality Agency) Utrecht, november 2005 2 NQA - visitatie

Nadere informatie

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten Versie 1.0/ november 2016 1 Flexibel onderwijs Flexibel Onderwijs kenmerkt zich door tijd, plaats en tempo-onafhankelijk studeren. De route is individueel en past bij de uitgangssituatie

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool Zeeland. Postbus AJ VLISSINGEN

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool Zeeland. Postbus AJ VLISSINGEN College van Bestuur Hogeschool Zeeland Postbus 364 4380 AJ LISSINEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de

Nadere informatie

Christelijke Hogeschool Nederland, Leeuwarden

Christelijke Hogeschool Nederland, Leeuwarden Christelijke Hogeschool Nederland, Leeuwarden Opleiding: Personeel & Arbeid Visitatiedata: 23 en 24 juni 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA - visitatie Christelijke Hogeschool Nederland opleiding

Nadere informatie

Avans Hogeschool, Tilburg

Avans Hogeschool, Tilburg Avans Hogeschool, Tilburg Opleidingen: Varianten: Bouwkunde, Bouwtechnische Bedrijfskunde en Civiele Techniek voltijd en duaal Visitatiedata: 4 en 5 november 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) Utrecht,

Nadere informatie

Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg

Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg 5 Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg Master Special Educational Needs, bestaande uit 4 opleidingen: - de opleiding leraar speciaal onderwijs algemeen (LSO dt); - de opleiding leraar speciaal

Nadere informatie

Hanzehogeschool Groningen

Hanzehogeschool Groningen Hanzehogeschool Groningen Opleiding: Varianten: Sociaal Pedagogische Hulpverlening voltijd, deeltijd, duaal Visitatiedata: 6 en 7 april 2004 2 Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen 5 1.1 Voorwoord 7 1.2 Inleiding

Nadere informatie

Hogeschool INHOLLAND. Visitatiedatum: 8 november 2006

Hogeschool INHOLLAND. Visitatiedatum: 8 november 2006 Hogeschool INHOLLAND Opleiding: Personeel en Arbeid, bachelor Varianten: voltijd/deeltijd/duaal Locaties: Alkmaar, Amsterdam, Den Haag, Haarlem, Rotterdam en Utrecht. Visitatiedatum: 8 november 2006 Netherlands

Nadere informatie

Bijlage 2. Protocol toetsing Associatedegreeprogramma. 15 december 2009

Bijlage 2. Protocol toetsing Associatedegreeprogramma. 15 december 2009 Bi Bijlage 2 Protocol toetsing Associatedegreeprogramma door de NVAO 15 december 2009 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Toets Associate-degreeprogramma in de hbo-bachelor 4 2.1 2.2 Criteria De status van de bacheloropleiding

Nadere informatie

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus 4200 2350 CA LEIDERDORP Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

{nvao. Uit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Technische Informatica van de Hogeschool Dirksen B.V.

{nvao. Uit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Technische Informatica van de Hogeschool Dirksen B.V. {nvao w nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie Uit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Technische Informatica van de Hogeschool Dirksen B.V. datum 29

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool nvao nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool datum 29 december

Nadere informatie

Hogeschool Zeeland te Vlissingen

Hogeschool Zeeland te Vlissingen Hogeschool Zeeland te Vlissingen Opleiding: Civiele Techniek Visitatiedatum: 24 september 2004 2 Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen 5 1.1 Voorwoord 7 1.2 Inleiding 7 1.3 Werkwijze 8 1.4 Oordeelsvorming 9 1.5

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor nuao nederlands- vlaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Logistics Engineering van de NHTV internationale hogeschool Breda datum

Nadere informatie

Hogeschool INHOLLAND. Opleidingen: Voedingsmiddelentechnologie, bachelor Varianten: voltijd/duaal. Visitatiedata: 2 en 3 juni 2005

Hogeschool INHOLLAND. Opleidingen: Voedingsmiddelentechnologie, bachelor Varianten: voltijd/duaal. Visitatiedata: 2 en 3 juni 2005 Hogeschool INHOLLAND Opleidingen: Voedingsmiddelentechnologie, bachelor Varianten: voltijd/duaal Visitatiedata: 2 en 3 juni 2005 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, november 2005 2 NQA - visitatie

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs OCW Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs 22 mei 2003/Nr. WO/BS-2003/24136- II Nederlandse Accreditatie Organisatie 1 Opbouw accreditatiekader Het accreditatiekader voor bestaande opleidingen

Nadere informatie

AVANS Hogeschool, Den Bosch

AVANS Hogeschool, Den Bosch AVANS Hogeschool, Den Bosch Opleiding: Bouwkunde Varianten: voltijd en duaal Visitatiedata: 29 en 30 september 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA - visitatie Avans Hogeschool opleiding Bouwkunde

Nadere informatie

Hogeschool Zuyd, Maastricht

Hogeschool Zuyd, Maastricht Hogeschool Zuyd, Maastricht Faculteit Social Work Opleiding: Sociaal Pedagogische Hulpverlening (voltijd) Visitatiedata: 20 en 21 oktober 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA - visitatie Hogeschool

Nadere informatie

Avans Hogeschool, Breda

Avans Hogeschool, Breda Avans Hogeschool, Breda Opleiding: Personeel en Arbeid, hbo bachelor Variant: voltijd en deeltijd Visitatiedata: 4 en 5 november 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) Utrecht, juni 2005 2 NQA - Avans Hogescholen,

Nadere informatie

Hanzehogeschool Groningen

Hanzehogeschool Groningen Hanzehogeschool Groningen Opleiding: Facility Management Visitatiedata: 18 en 19 maart 2004 2 Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen 5 1.1 Voorwoord 7 1.2 Inleiding 7 1.3 Werkwijze 8 1.4 Oordeelsvorming 9 1.5 Oordelen

Nadere informatie

Opleiding: Bedrijfskunde & Agribusiness, bachelor

Opleiding: Bedrijfskunde & Agribusiness, bachelor Hogeschool INHOLLAND Opleiding: Bedrijfskunde & Agribusiness, bachelor Locaties: School of Agriculture and Technology, Delft (voltijd / duaal) School of Technology, Alkmaar (voltijd) Visitatiedata: 10

Nadere informatie

AVANS Hogeschool, Tilburg

AVANS Hogeschool, Tilburg AVANS Hogeschool, Tilburg Opleiding: Technische Bedrijfskunde; hbo-bachelor Croho: 34421 Varianten: voltijd/deeltijd Visitatiedatum: 9 oktober 2008 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, december 2008

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs opleidingen hoger onderwijs Mededelingen OCenW Bestemd voor: Instellingen voor hoger onderwijs Bijlage 3: Wettelijk kader (WHW, hoofdstuk 5a: Accreditatie in het hoger onderwijs) Voorlichting Datum: 12

Nadere informatie

Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Business IT & Management van de Hogeschool Rotterdam

Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Business IT & Management van de Hogeschool Rotterdam nvao r n e d e rla n d s- viaam se a c c re d ita tie o rg a n is a tie Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Business IT & Management van de Hogeschool

Nadere informatie

Avans Hogeschool, Breda

Avans Hogeschool, Breda Avans Hogeschool, Breda Opleidingen: Bedrijfskundige Informatica (BI) Informatiedienstverlening en management (IDM) Informatica (INF) Technische Informatica (TI) Varianten: Alle opleidingen voltijd, deeltijd

Nadere informatie

Hogeschool Zeeland, Vlissingen

Hogeschool Zeeland, Vlissingen Hogeschool Zeeland, Vlissingen Opleiding: Chemie Visitatiedata: 30 september en 1 oktober 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) en DVC (Dutch Validation Council) 2 NQA/DVC Hogeschool Zeeland, opleiding

Nadere informatie

Hogeschool Zuyd, Heerlen

Hogeschool Zuyd, Heerlen Hogeschool Zuyd, Heerlen Opleiding: Facility Management Visitatiedata: 13 en 14 oktober 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA - visitatie Hogeschool Zuyd opleiding Facility Management Inhoud 3 Deel

Nadere informatie

Hogeschool Zuyd, Heerlen Faculteit Bouw

Hogeschool Zuyd, Heerlen Faculteit Bouw Hogeschool Zuyd, Heerlen Faculteit Bouw Opleiding: Civiele Techniek (voltijd) Visitatiedata: 29 en 30 september 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA - visitatie Hogeschool Zuyd Faculteit Bouw opleiding

Nadere informatie

Avans Hogeschool, s Hertogenbosch

Avans Hogeschool, s Hertogenbosch Avans Hogeschool, s Hertogenbosch Opleiding: Informatica Varianten: voltijd en duaal Visitatiedata: 5 en 6 oktober NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA - visitatie Avans Hogeschool s-hertogenbosch opleiding

Nadere informatie

Hogeschool Utrecht. Huidtherapie, hbo-bachelor. Farmakunde, hbo-bachelor. Visitatiedatum: 16 maart 2006

Hogeschool Utrecht. Huidtherapie, hbo-bachelor. Farmakunde, hbo-bachelor. Visitatiedatum: 16 maart 2006 Hogeschool Utrecht Opleiding: Variant: Opleiding: Varianten: Huidtherapie, hbobachelor voltijd Farmakunde, hbobachelor voltijd en deeltijd Visitatiedatum: 16 maart 2006 Netherlands Quality Agency (NQA)

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Commerciële Economie, hbo-bachelor Croho: 34402 Varianten: voltijd/deeltijd/duaal Locaties: Arnhem en Nijmegen Visitatiedatum: 19 juni 2007 Netherlands Quality

Nadere informatie

Hogeschool Journalistiek, Fontys Tilburg. Visitatiedata: 15 en 16 maart 2005

Hogeschool Journalistiek, Fontys Tilburg. Visitatiedata: 15 en 16 maart 2005 Hogeschool Journalistiek, Fontys Tilburg Opleiding: Journalistiek Visitatiedata: 15 en 16 maart 2005 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, september 2005 2 NQA - visitatie Fontys Hogeschool, Tilburg

Nadere informatie

Fontys Hogescholen, locatie Eindhoven Opleiding: Fiscale Economie, hbo bachelor Croho: 34409 Varianten: voltijd/deeltijd

Fontys Hogescholen, locatie Eindhoven Opleiding: Fiscale Economie, hbo bachelor Croho: 34409 Varianten: voltijd/deeltijd Fontys Hogescholen, locatie Eindhoven Opleiding: Fiscale Economie, hbo bachelor Croho: 34409 Varianten: voltijd/deeltijd Visitatiedatum: 5 februari 2007 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, mei 2007

Nadere informatie

Hogeschool van Utrecht

Hogeschool van Utrecht Hogeschool van Utrecht Opleiding: Master of Informatics, deeltijd Visitatiedata: 7 en 8 april 2005 NQA (Netherlands Quality Agency) Utrecht, mei 2005 2 NQA Hogeschool van Utrecht, Master of Informatics

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleidingen: Informatica en Technische Informatica; hbo-bachelor Locaties: Arnhem en Nijmegen Croho: 34479 (I) en 34476 (TI) Varianten: voltijd/deeltijd Visitatiedatum:

Nadere informatie

Hanzehogeschool Groningen

Hanzehogeschool Groningen Hanzehogeschool Groningen Opleiding: Varianten: Verpleegkunde, hbo bachelor voltijd/deeltijd/duaal Visitatiedatum: 27 april 2006 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, oktober 2006 2 NQA - visitatie

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Locatie: Arnhem Opleiding: Bedrijfseconomie, hbo bachelor; Croho: 34401 Varianten: voltijd en deeltijd

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Locatie: Arnhem Opleiding: Bedrijfseconomie, hbo bachelor; Croho: 34401 Varianten: voltijd en deeltijd Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Locatie: Arnhem Opleiding: Bedrijfseconomie, hbo bachelor; Croho: 34401 Varianten: voltijd en deeltijd Visitatiedatum: 20 juni 2007 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht,

Nadere informatie

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM

Besluit. College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus 25035 3001 HA ROTTERDAM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde

Nadere informatie

Christelijke Hogeschool Windesheim

Christelijke Hogeschool Windesheim Christelijke Hogeschool Windesheim Opleidingen: Accountancy en Bedrijfseconomie, hbo-bachelor; Varianten: Accountancy voltijd/deeltijd/duaal Bedrijfseconomie voltijd Visitatiedatum: 27 juni 2006 Netherlands

Nadere informatie

Christelijke Hogeschool Windesheim

Christelijke Hogeschool Windesheim Christelijke Hogeschool Windesheim Opleiding: Varianten: Personeel en Arbeid Voltijd, deeltijd en duaal Visitatiedata: 14 en 15 juni 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) 2 NQA Chr. Hogeschool Windesheim,

Nadere informatie

Hogeschool Rotterdam. Opleiding: Vrijetijdsmanagement, hbo bachelor Croho: 34438 Varianten: voltijd. Visitatiedatum: 4 juni 2007

Hogeschool Rotterdam. Opleiding: Vrijetijdsmanagement, hbo bachelor Croho: 34438 Varianten: voltijd. Visitatiedatum: 4 juni 2007 Hogeschool Rotterdam Opleiding: Vrijetijdsmanagement, hbo bachelor Croho: 34438 Varianten: voltijd Visitatiedatum: 4 juni 2007 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, november 2007 2/54 NQA - visitatie

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor nvao w n e d e rla n d s- vlaam se a c c re d ita tie o rg a n is a tie ; fluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Aarde en Economie van de Vrije Universiteit

Nadere informatie

Hogeschool Arnhem en Nijmegen

Hogeschool Arnhem en Nijmegen Hogeschool Arnhem en Nijmegen Opleiding: Management in Zorg, hbo-bachelor Locatie: Nijmegen Croho: 34538 Varianten: deeltijd Visitatiedatum: 26 juni 2007 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, december

Nadere informatie

Fontys Hogescholen, Tilburg en Sittard

Fontys Hogescholen, Tilburg en Sittard Fontys Hogescholen, Tilburg en Sittard Opleiding: Leraar voortgezet onderwijs 1e graad Lichamelijke Opvoeding hbo-bachelor Croho: 35025 Varianten: voltijd/deeltijd Visitatiedatum: 2 april 2008 Netherlands

Nadere informatie

Hogeschool INHOLLAND, Delft

Hogeschool INHOLLAND, Delft Hogeschool INHOLLAND, Delft Opleiding: Plattelandsvernieuwing, bachelor Variant: voltijd Visitatiedata: 20 en 21 april 2005 NQA (Netherlands Quality Agency) Utrecht, augustus 2005 2 NQA - visitatie Hogeschool

Nadere informatie

Hogeschool Zuyd. Bedrijfskundige Informatica. Visitatiedata: 21 en 22 oktober 2004

Hogeschool Zuyd. Bedrijfskundige Informatica. Visitatiedata: 21 en 22 oktober 2004 Hogeschool Zuyd Opleiding: Varianten: Bedrijfskundige Informatica voltijd, deeltijd Visitatiedata: 21 en 22 oktober 2004 NQA (Netherlands Quality Agency) Utrecht, april 2005 2 NQA - visitatie Hogeschool

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor ,nvao w nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Fontys Hogescholen datum 31 mei

Nadere informatie

Beoordelingskader Kader voor de beperkte toets nieuw Associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832).

Beoordelingskader Kader voor de beperkte toets nieuw Associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832). nvao w nederlands -vlaa m se accreditatieorganisatie sluit Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw Associate-degreeprogramma Juridisch medewerker van de Hogeschool van

Nadere informatie

Hanzehogeschool Groningen

Hanzehogeschool Groningen Hanzehogeschool Groningen Opleidingen: Fysiotherapie, bachelor Variant: voltijd Visitatiedata: 25 en 26 april 2005 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, september 2005 2 NQA - visitatie Hanzehogeschool

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor. Christelijke Hogeschool Ede

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor. Christelijke Hogeschool Ede swqo r nederlands - Vlaamse accreditatieorganisatie luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Christelijke Hogeschool Ede

Nadere informatie