Kadernotitie Harmonisatie Voorschoolse Voorzieningen

Transcriptie

1 Kadernotitie Harmonisatie Voorschoolse Voorzieningen 1. Aanleiding De gemeente Lingewaard overweegt om te komen tot harmonisatie van het peuterspeelzaalwerk en de kinderopvang in haar gemeente en daarmee tot de invoering van een nieuw subsidiestelsel voor deze voorzieningen. Deze kadernotitie is één van de stappen in het proces tot aan daadwerkelijke invoering van de harmonisatie in samenspraak met het veld. 2. Historie Op 13 december 2012 heeft de gemeenteraad ingestemd met de Kadernotitie Peuterspeelzaalwerk, Bouwsteen voor de toekomst! Door vaststelling van deze notitie heeft de gemeente er toen voor gekozen om de subsidierelatie met SVPO de Linge voor de uitvoering van het gesubsidieerde peuterspeelzaalwerk te continueren tot en met Zij bleven daardoor de enige aanbieder van gesubsidieerd peuterspeelzaalwerk in Lingewaard. Op deze manier kon de voorziening peuterspeelzaal in Lingewaard in stand worden gehouden als een algemeen toegankelijke laagdrempelige voorziening voor alle ouders, ongeacht of zij arbeid en zorg combineren, naast de voorziening kinderopvang, die financieel alleen toegankelijk is voor ouders, die arbeid en zorg combineren. Op minimaal vier locaties (2x Huissen, 1x Bemmel en 1x Gendt) moet gesubsidieerd peuterspeelzaalwerk aangeboden blijven worden door SVPO de Linge. Met SVPO is een uitvoeringsovereenkomst met prestatieafspraken afgesloten voor de periode Deze uitvoeringsovereenkomst hoort bij de jaarlijkse beschikking tot verlening van een prestatiesubsidie. Op de subsidie voor SVPO de Linge is sinds % bezuinigd t.o.v Dit maakt dat zij keuzes maken om hun exploitatie rond te kunnen krijgen. Hierbij zijn ook mogelijkheden onderzocht om locaties te verhuizen, maar ook om een peuterspeelzaal om te vormen tot een kinderdagverblijf. De eerste stap, vooruitlopend op deze kadernotitie en een gemeentelijke visie, is gezet door de locatie De Vlindertuin in Huissen per 1 mei 2015 op deze manier om te vormen. Deze locatie dient voor SVPO de Linge en de gemeente als pilotlocatie om te onderzoeken onder welke voorwaarden het peuterspeelzaalwerk en de VVE onder de financiering van de Wet kinderopvang gebracht kunnen worden. Inmiddels zijn stappen tot omvorming al voor meer locaties gezet door SVPO de Linge. Zie bijlage 1 voor een overzicht van alle voorzieningen in Lingewaard. 3. Landelijk beleid Toekomstplannen minister Asscher voor peuteropvang De visie van minister Asscher (SZW) en staatssecretaris Dekker (OCW) op de toekomst van de voorschoolse voorzieningen (dagopvang en peuterspeelzaalwerk) is op 1 december 2013 aan de Tweede Kamer gestuurd. De basis voor de plannen is het Regeerakkoord, waarin was opgenomen: Om de onderlinge afstemming van onderwijs, peuterspeelzaalwerk en kinderopvang te optimaliseren wordt de financiering van het peuterspeelzaalwerk onder de Wet Kinderopvang gebracht. Daarbij zal bestaande gemeentelijke financiering worden betrokken (Regeerakkoord, okt. 2012). In de brief is aangekondigd dat de minister een stap verder wil zetten in het harmonisatieproces van peuterspeelzalen en kinderopvang, waarbij de volgende drie fases worden onderscheiden: 1. Versterking van de pedagogische kwaliteit; 2. Eén kwaliteitskader voor peuterspeelzalen en kinderopvang; 3. Eén financieringsstructuur voor werkende ouders. Een nadere uitwerking op de toekomst van de voorschoolse voorzieningen is in juni 2014 gepubliceerd (kamerbrief over een betere basis voor peuters). De verwachte consequenties voor aanbieders en gemeente zijn uitgewerkt in bijlage 2. In zijn uitwerking heeft minister Asscher de termijn waarbinnen de harmonisatie gerealiseerd moet zijn met een jaar verlengd van 2017 tot

2 Samenvatting consequenties plannen Asscher voor gemeenten De plannen van Asscher/Dekker zetten in op het aanscherpen van de kwaliteit van de voorschoolse voorzieningen en het harmoniseren van de toegankelijkheid/ouderbijdrage voor werkende ouders per 1 januari De meeste impact hebben de plannen op de peuterspeelzalen met 1 beroepskracht en 1 vrijwilliger. Die voldoen vanaf 2018 niet meer aan de geplande kwaliteitseisen van 2 beroepskrachten op een groep. Verder moeten alle gemeenten rekening houden met de uitname van de decentralisatie-uitkering Wet OKE uit het gemeentefonds om de hogere rijksuitgaven per 2018 te dekken. Als de plannen worden doorgevoerd, vallen alle werkende ouders (samen of alleenstaand), die hun kind naar een kinderdagverblijf of peuterspeelzaal brengen, voortaan onder de toeslagregeling van het Rijk en de kostwinnergezinnen en niet-werkende ouders onder een subsidieregeling van de gemeente, als deze hiertoe besluit. Bij beiden zal worden gewerkt met een inkomensafhankelijke ouderbijdrage. De VNG en Asscher/Dekker zijn het met elkaar eens over een verdere harmonisering en kwaliteitsverhoging van voorschoolse voorzieningen. Op het punt van financiering en bestuurlijke verantwoordelijkheid blijven de meningen verschillen. De VNG zet namens de gemeenten in op de ontwikkeling van alle peuters op de voorschoolse voorzieningen, terwijl het kabinet onderscheid blijft maken tussen peuters van werkende ouders en niet-werkende ouders en de financiering en verantwoordelijkheidsverdeling daarbij (brieven 12 september 2014 en 1 juli 2015). Ook zonder overeenstemming over de wijze van financiering wil het Kabinet doorgaan om de harmonisatie van peuterspeelzalen en kinderopvang te ondersteunen, weliswaar per 2018 en niet zoals eerder het plan was in In beide scenario s (kabinet en VNG) blijft de gemeente wel de taak houden om voor kinderen met een taalachterstand (of een risico daarop) Voorschoolse Educatie aan te bieden. De gemeente is bij wet verplicht om voldoende plaatsen aan te bieden. Om hier aan te kunnen voldoen verstrekt de gemeente aan aanbieders een subsidie per kind. Hiervoor is een beleidsregel opgesteld, die valt onder de Algemene Subsidieverordening Welzijn Deze taak heeft als gevolg dat er een basis van voorschoolse voorzieningen moet zijn in de gemeente om de spreiding van het aantal plaatsen voor doelgroepkinderen in de gemeente te kunnen waarborgen. In het licht van alle landelijke en lokale ontwikkelingen, maar ook de behoefte van lokale partners worden nu stappen genomen door de gemeente Lingewaard en op de genoemde ontwikkelingen voorgesorteerd. 4. Ontwikkeling: Van peuterspeelzaalwerk naar peuteropvang naar dagopvang In onderstaand figuur het onderscheid tussen kinderopvang en peuterspeelzaalwerk op de meest relevante kenmerken en de uitwerking ervan in peuteropvang. 2

3 In Lingewaard heeft het peuterspeelzaalwerk de volgende kenmerken: Doelgroep 2 t/m 4 jaar Gebruik door ca. 65,1% van de 2 t/m 4 jarigen (2014 o.b.v. geboortejaar 2010), waarbij kinderen uitstromen naar alle basisscholen in Lingewaard Ca. 70% van de ouders met kind in peuterspeelzaal zou gebruik kunnen maken van opvangtoeslag Aanbod in dagdelen van ca. 3 uur per dag gedurende 40 weken per jaar 6 locaties met 1 beroepskracht/1 vrijwilliger op een groep (niveau 1) en 4 locaties met 2 beroepskrachten/groep VVE. Financiering: subsidie gemeente en inkomensafhankelijke ouderbijdrage Binnen alle voorschoolse voorzieningen in Lingewaard vinden ontwikkelingen plaats, waardoor de inhoudelijke verschillen steeds meer verdwijnen. Deze ontwikkelingen vinden mede plaats als gevolg van de IKC-ontwikkelingen, waarbij scholen, kinderopvang en peuterspeelzalen de doorgaande lijn van het kind centraal stellen. Net zoals dat het peuterspeelzaalwerk peuterspeelzalen al geleidelijk aan het omvormen is naar kinderdagverblijven (zie pagina 1), zo maakt de kinderopvang een tegenovergestelde beweging, namelijk dat er wordt gestart met peuteropvang voor kinderen van 2 tot 4 jaar in/nabij de basisscholen. Voor ouders die geen arbeid en zorg combineren is hier een financiële drempel. 5. Kenmerken van Harmonisatie Harmonisatie van peuterspeelzalen en kinderopvang kenmerkt zich door het volgende: De huidige peuterspeelzalen worden geregistreerd als kinderdagverblijf, waardoor het verschil in wet- en regelgeving en financiering van beide voorschoolse voorzieningen verdwijnt. Hierdoor kunnen alle aanbieders eigen keuzes maken in het aanbod aan ouders en de samenwerking met scholen binnen de (te ontwikkelen) IKC s. Gemeentelijke subsidiemiddelen worden vervolgens nog uitsluitend ingezet voor de inkoop van peuterplaatsen voor ouders, die geen beroep kunnen doen op de kinderopvangtoeslag van de Wet Kinderopvang (de ouders die arbeid en zorg niet combineren); Het aanbod Voorschoolse Educatie voor doelgroepkinderen wordt aanvullend gesubsidieerd door de gemeente. Dit geldt nu ook al voor ouders die arbeid en zorg niet combineren, waardoor Voorschoolse Educatie voor alle kinderen toegankelijk is. Doelstelling en maatschappelijke effecten Door de harmonisatie van peuterspeelzaalwerk en kinderopvang (door de invoering van vraagfinanciering) blijven er voor alle inwoners toegankelijke voorschoolse voorzieningen bestaan. Hierbij wordt tevens aangesloten op de plannen uit het Regeerakkoord. Waar willen wij naar toe, wat is de stip op de horizon? In de Visie Doorgaande Ontwikkelingslijn 0-27 jaar, welke op 31 oktober 2013 door de gemeenteraad is vastgesteld, zijn al veel ambities en doelstellingen beschreven, die ook een relatie hebben met deze harmonisatie. Deze worden hieronder nog eens herhaald. Ambities Samenwerking voorzieningen: bevorderen optimale samenwerking, afstemming en (warme) overdracht tussen verschillende disciplines, zoals onderwijs, zorg, jeugd, gezondheidszorg en sport. Voldoende VVE-aanbod: zorgen voor voldoende aanbod van voor en vroegschoolse educatie voor doelgroepkinderen op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven. Deze zijn financieel toegankelijk (evt. naar draagkracht) voor ouders. Versterking ontwikkeling brede scholen en Integrale Kindcentra: versterken ontwikkelingen rondom brede scholen en integrale kindcentra op basis van de natuurlijke en vaste schakelmomenten. Versterking ouderbetrokkenheid: ouders moeten zich actief met ontwikkeling en opvoeding van hun kind bezig houden en daarbij worden betrokken door voorzieningen. Sluitend aanbod van voorzieningen: voorzieningen zijn afgestemd op wensen en behoeften van kinderen en jongeren en ouders met een keten in de activiteiten, zowel wat betreft leeftijd van kinderen en jongeren als intensiteit van de ondersteuning. Goed functionerende pedagogische civil society: bereidheid om in eigen sociale netwerken en in publieke domein (professionals) de verantwoordelijkheid rond het opgroeien en opvoeden van kinderen en jongeren te delen. Bereiken gezamenlijk resultaat: uitwerken samenwerking op alle niveaus en zichtbaar gestalte geven. 3

4 6. Scenario: harmonisatie door vraagfinanciering Hieronder wordt op een rij gezet waarom voor de gemeente Lingewaard het scenario harmonisatie door vraagfinanciering de voorkeur heeft. Daarnaast is aangegeven welke vervolgstappen nodig zijn om dit scenario verder uit te werken. Andere scenario s zijn harmonisatie door aanbodfinanciering (subsidiëren van een aantal plekken bij een voorziening) of omvorming van een peuterspeelzaal naar kinderopvang zonder aanvullende subsidiëring voor doelgroepen die niet in aanmerking komen voor een kinderopvangtoeslag. Deze voorziening is dan niet algemeen toegankelijk voor alle kinderen in een gemeente. De andere scenario s worden in deze kadernotitie niet verder uitgewerkt. Binnen het scenario harmonisatie door vraagfinanciering per 2017 wordt uitgegaan van de volgende uitgangspunten: De subsidierelatie met de huidige aanbieder van peuterspeelzaalwerk wordt beëindigd; De huidige aanbieder van peuterspeelzaalwerk vormt haar aanbod van peuterspeelzaalwerk om tot kinderopvang en breidt daarmee haar kinderopvangactiviteiten verder uit als kinderopvangaanbieder; De markt voor de peuteropvang wordt opengesteld, waardoor het ook voor andere kinderopvangaanbieders mogelijk wordt om gemeentelijke financiering te ontvangen voor peuteropvang; De gemeente stapt over van aanbodfinanciering op vraagfinanciering bij aanbieders die voldoen aan de prijs- en kwaliteitseisen, die de gemeente stelt via een subsidieregeling onder de Algemene Subsidieverordening; Gemeentelijke subsidiemiddelen worden uitsluitend nog ingezet voor ouders die geen beroep kunnen doen op de kinderopvangtoeslag o.b.v. de Wet kinderopvang; Gemeentelijke subsidiemiddelen worden ingezet voor een vergelijkbaar aanbod als nu, namelijk een aanbod van korte dagdelen voor 40 weken per jaar; De middelen van de gemeente volgen de keuze van de ouders, dat wil zeggen dat plaatsen worden bekostigd waar ouders deze daadwerkelijk afnemen voor hun kind (vraagfinanciering). Keuzeargumenten voor het gekozen scenario De volgende voordelen zijn verbonden aan de harmonisatie en specifiek voor de keuze voor het scenario: harmonisatie door vraagfinanciering per De harmonisatie van peuterspeelzalen en kinderopvang is in het Regeerakkoord opgenomen. Dit betekent dat met ingang van 1 januari 2018 alle voorschoolse voorzieningen onder de Wet kinderopvang wordt gebracht. Hierop willen wij nu al anticiperen. Als gewacht wordt op de landelijke uitwerking, die nu is uitgesteld tot 2018, bestaat het risico dat door de toegenomen concurrentie tussen peuterspeelzalen en kinderopvang een aantal voorzieningen mogelijk al verloren gaat dan wel dat er extra voorzieningen voor peuteropvang naast bestaande voorzieningen worden gestart. Ook bestaat het risico dat subsidiegelden voor peuterspeelzaalwerk ingezet worden om de marktpositie van de peuterspeelzalen en kinderopvang bij de Linge te versterken ten opzichte van de andere kinderopvangaanbieders (bijvoorbeeld in de ontwikkeling van een kinderopvangaanbod en de samenwerking met onderwijs). Omgekeerd heeft de kinderopvang die mogelijkheden niet. Overigens moet wel rekening worden gehouden met het feit dat bij te snelle invoering van de harmonisatie SVPO de Linge geen tijd heeft om het peuterspeelzaalwerk om te vormen naar kinderopvang. Deze omvorming brengt namelijk ook extra kosten met zich mee voor de Linge, o.a. op het gebied van personeel. De harmonisatie biedt meer mogelijkheden voor fusie of samenwerking tussen de verschillende aanbieders, omdat alle voorschoolse voorzieningen onder de wet- en regelgeving van de kinderopvang worden gebracht. Voordeel specifiek van dit scenario is dat partijen hierin hun autonomie behouden en zelf kunnen bepalen welke keuzes zij maken. Door de markt voor peuteropvang open te stellen voor andere aanbieders neemt de keuzevrijheid van ouders toe. Zij kunnen dan overal terecht in Lingewaard. In de ontwikkeling van integrale kindcentra (IKC s) heeft het onderwijs nu te maken met verschillende aanbieders in de voorschoolse periode. Voor het realiseren van een doorgaande lijn met onderwijs is het van belang dat beide groepen peuters, zowel vanuit het peuterspeelzaalwerk als kinderopvang, hierin worden meegenomen. In de nieuwe situatie is het voor het onderwijs mogelijk om samenwerking te 4

5 zoeken met één partner die zowel peuteropvang als hele dagopvang en buitenschoolse opvang (BSO) aan kan bieden. Voor ouders van peuters die nu twee verschillende voorzieningen bezoeken per week, ontstaan mogelijkheden om de opvang mogelijk op termijn bij één aanbieder af te gaan nemen. Op sommige IKC s is dat nu al mogelijk. Er zijn locaties waar relatief veel ouders interesse hebben in langere dagdelen opvang. In de nieuwe opstelling is het mogelijk voor de huidige peuterspeelzaalaanbieder om voor ouders op dezelfde locatie ook langere dagdelen aan te bieden onder de Wet Kinderopvang. 7. Complex proces Een belangrijk aandachtspunt van de keuze voor het scenario harmonisatie door vraagfinanciering is dat de inzet op het goed verlopen van dit proces intensief en complex is. Als inzicht in de complexiteit ter informatie in de bijlage een stappenplan voor de huidige aanbieder van peuterspeelzaalwerk (zie bijlage 3). Zij kunnen hiermee pas aan de slag na een besluit door de gemeenteraad. Deze stappen staan niet in volgorde van uitvoering, een deel dient parallel uitgevoerd te worden. Overigens is door oprichting van een eigen kinderopvangorganisatie SVPO de Linge al stappen aan het zetten op dit gebied. Gemeenten in de regio, zoals Arnhem, Overbetuwe en Rheden, hebben de harmonisatie al doorgevoerd. Met deze gemeenten is er ambtelijk overleg om ervaringen uit te wisselen en van elkaar te leren. 8. Overleg met betrokken partners 26 maart 2015 De gemeentelijke plannen zijn op 26 maart 2015 voorgelegd aan alle betrokkenen in Lingewaard en daarvoor al een aantal keren besproken met alleen SVPO de Linge als huidige aanbieder van het peuterspeelzaalwerk. Deze hebben allen positief gereageerd op het voorstel tot harmoniseren, zodat er geen kind straks buiten de boot valt. Tijdens het gezamenlijke overleg kwamen nog de volgende aandachtspunten naar voren: Aanbieders van de kinderopvang, Zonnekinderen en SKAR, hebben evenals Batavorum aangedrongen op harmonisatie zo spoedig mogelijk, bij voorkeur per 1 januari Ze zijn er (zoals langer bekend) nu al klaar voor. Tot aan de harmonisatie is er sprake van een ongelijk speelveld, zowel bezien vanuit de peuterspeelzaal (ouders kunnen geen toeslag aanvragen wat soms voor hen voordeliger is en peuterspeelzalen kunnen niet aansluiten bij de graag van ouders voor flexibelere openingstijden) als de kinderopvang (ouders die arbeid en zorg niet combineren krijgen geen subsidie, dus kunnen kinderopvang niet betalen). Een gelijkwaardige verdeling van voorzieningen en scholen over de kernen en tussen de verschillende partners, uitgaande van kindnabije voorzieningen, werd gemist. Daarvoor is op 13 juli 2015 een extra overleg georganiseerd. Peuterspeelzaal Benjamin blijft vooralsnog een peuterspeelzaal. Belangrijke relatie met IKC-ontwikkelingen. Communicatie en berichtgeving aan de ouders moet gezamenlijk worden voorbereid en opgepakt (gemeente en aanbieders). 13 juli 2015 In dit overleg is gesproken met SVPO de Linge (schoolbestuur, peuterspeelzaalwerk en kinderopvang), SKO Batavorum, Stg. ATOS, Kinderopvang Zonnekinderen en Kinderopvang SKAR. Nogmaals zijn alle standpunten uitgewisseld. SVPO de Linge wil graag dat de huidige uitvoeringsovereenkomst met de gemeente wordt gerespecteerd tot 2018, zeker nu ook de Rijk de harmonisatie heeft uitgesteld naar De Linge staat op dit moment voor een grote opgave om de bezetting op alle groepen van 1 naar 2 pedagogisch medewerkers te krijgen, zodat zij per 1 januari 2018 ook kunnen voldoen aan de gestelde eisen. Omvorming van peuterspeelzalen naar kinderopvang is hierbij één van de mogelijkheden. 5

6 De Linge heeft in dit overleg ook aangegeven dat zij openstaan voor het eerder openbreken van de overeenkomst, mits zij er samen met alle andere organisaties uitkomen qua een eventuele herschikking van locaties tussen de verschillende operaties (met alle lusten en lasten die daarbij horen). Zij zijn bereid hierover op korte termijn het gesprek met de andere organisaties aan te gaan. Kinderopvang Zonnekinderen en Kinderopvang SKAR zouden graag zien dat de harmonisatie al per 1 januari 2016 wordt ingevoerd en zijn ook bereid om de gesprekken met de Linge over herschikking van kinderopvanglocaties aan te gaan. Daarbij zal er wel sprake moeten zijn van geven en nemen. Alle aanwezigen hebben nadrukkelijk uitgesproken dat zij nu allen bereid zijn om verdeling/overdracht van locaties/activiteiten gedurende het harmonisatieproces nader te onderzoeken en dus ook zo snel mogelijk samen dit proces in te gaan. Borging van de kwaliteit, kennis en ervaring die aanwezig is in het huidige peuterspeelzaalwerk zijn hierbij van groot belang voor iedereen. Conclusie n.a.v. overleg Het grootste discussiepunt is de invoeringsdatum. Invoering per 1 januari 2016 is eigenlijk onmogelijk. Dit betekent dat SVPO de Linge na het raadsbesluit nog maar 3 maanden heeft voor de omvorming. Zoals eerder aangegeven is het een complex proces, welke zorgvuldig doorlopen moet worden, zeker ook richting ouders en personeel. Daarvoor is meer tijd nodig. Wanneer echter de harmonisatie pas per 2018 wordt ingevoerd, zal het ongelijke speelveld, zoals die er nu is, nog steeds blijven bestaan. De organisaties blijven dan zoeken naar mogelijkheden binnen de bestaande kaders: toch vast een peuteropvanggroep starten of een combigroep peuterspeelzaal/kinderopvang (welke overigens ook weer extra kosten met zich meebrengen m.b.t. de inspecties door de GGD). Ook de keuzevrijheid van ouders blijft dan beperkt tot de bestaande voorzieningen en hun financieringssystematiek. Invoering per 1 januari 2017 zou daarom een goede middenweg zijn. SVPO de Linge heeft dan voldoende tijd om ouders en personeel op de harmonisatie voor te bereiden en het overleg met de andere voorschoolse voorzieningen aan te gaan over herschikking van locaties. Als gemeente zullen wij hierin een eerste stap zetten door alle betrokken in oktober om tafel te krijgen om hierover gezamenlijk door te praten. Het voordeel van dit tijdspad is dat het de gemeente én voorzieningen de ruimte biedt om zich goed voor te bereiden op de veranderende wereld, plus dat er een zorgvuldig traject naar de ouders kan worden opgesteld. Voor het welslagen van deze operatie is het uiteraard essentieel dat het belang van kinderen en daarmee van ouders maximaal gediend is. 9. Financiën Door de harmonisatie wordt een financieel voordeel bereikt: de financiering wordt omgelegd. Ouders die hiervoor in aanmerking komen, doen een aanvraag voor kinderopvangtoeslag bij de Belastingdienst. De gemeentelijke subsidie vervalt hierdoor voor deze kinderen. Nog niet exact valt aan te geven hoeveel deze besparing is. Voorstel aan uw raad is het behouden van het huidige budget voor peuterspeelzaalwerk ( in 2015). Deze gaat dan nog steeds ingezet worden voor de huidige doelgroep jonge kinderen. Een bezuiniging op dit budget is niet wenselijk (sinds 2014 al 30% lager). Ten eerste moet er geanticipeerd worden op de uitname van het gemeentefonds van in 2018, als de landelijke plannen doorgaan. Het resterende budget van kan dan worden ingezet voor o.a. de nieuwe subsidie voor peuteropvang en eventueel een uitbreiding van de doelgroep VVE, als duidelijk is hoeveel budget er nodig is voor de peuteropvang. De afgesloten uitvoeringsovereenkomst met SVPO de Linge eindigt van rechtswege in alle gevallen waarin een besluit tot intrekking van de subsidiebeschikking in werking is getreden (artikel 14). De financiën zullen verder worden uitgewerkt in de beleidsnota, die in 2016 naar de raad zal gaan. Risico s Indien de harmonisatie nu niet wordt ingezet, terwijl de organisaties hierop zitten te wachten en zelf al allerlei keuzes maken, vervalt de bereidwilligheid van onze partners om samen te werken en wordt de geloofwaardigheid van de overheid aangetast. 6

7 10. Samenvattend voorstel Aan uw raad wordt voorgesteld om de kadernotitie vast te stellen. Dit betekent dat u dan besluit tot de harmonisatie van alle voorschoolse voorzieningen (dagopvang en peuterspeelzaalwerk) en dat u binnen dit kader kiest voor Invoering van vraagfinanciering (subsidie volgt kind die een voorschoolse voorziening bezoekt); Per 1 januari 2017; Uitgaande van het huidige budget voor peuterspeelzaalwerk. 10. Planning Na besluitvorming door de gemeenteraad zal er op korte termijn in overleg getreden moeten worden met SVPO de Linge voor het maken van afspraken over de zaken die allemaal uitgevoerd, geregeld en gecommuniceerd moeten gaan worden. Tevens zal in overleg met alle betrokken worden getreden m.b.t. de herschikking van locaties. De gemeente zal hiervoor de 1 e stap zetten. In 2016 zal voor de zomervakantie een beleidsnota aan uw raad worden voorgelegd waarin de uitwerking van de harmonisatie is opgenomen met daarbij de financiële consequenties. Ook zal hierin nadrukkelijk de relatie met de IKC-ontwikkelingen worden gelegd. De periode na de zomervakantie 2016 kan dan gebruikt worden door ouders om kinderopvangtoeslag bij de belastingdienst aan te vragen, de voorzieningen subsidie bij de gemeente incl. besluitvorming enz. enz. Susan Kolkman Team sociaal beleid 23 juli

8 Bijlage 1 Overzicht voorzieningen Hieronder het overzicht van de verschillende voorzieningen per kern (stand per 1 juli 2015). De aantallen tussen haakjes geven het aantal kindplaatsen weer, zoals opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen. Als er voorzieningen met dezelfde kleur onder elkaar staan, zit men al in één gebouw/heel dicht bij elkaar of wordt er al samengewerkt (bijv. in een IKC): ANGEREN Basisschool Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf BSO SVPO de Linge De Marang Pinkeltje (16) Kinderopvang SKAR De Torteltuin (12) Krullevaarsnest (40) BEMMEL Basisschool Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf BSO SVPO de Linge De Borgwal SVPO de Linge Pius X SVPO de Linge Donatushof SVPO de Linge Mikado Het Olifantenbos (32, 24 per 31-8) Kinderopvang de Linge Kinderopvang Mikado (8 per 31-8) ATOS IKC De Regenboog Kinderopvang SKAR De Hobbit (36) De Frodo s (40) SVPO de Linge Hummelhonk (32, per ) Kinderopvang de Linge Peuteropvang Hummelhonk (8) T. van Engen & H. t Oerke (14) Het Oerkind (17) van Engen Zonnekinderen De Wolkenwereld (74) De Wolkenwereld (98) Kinderopvang SKAR Drakenburcht (35) DOORNENBURG Basisschool Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf BSO SVPO de Linge De Doornick Kinderopvang SKAR Fort Toverrijk (20) SVPO de Linge Gijsje (16) GENDT Basisschool Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf BSO SVPO de Linge IKC De Vonkenmorgen IKC De Vonkenmorgen (24) Kinderopvang De Linge IKC De Vonkenmorgen (20) IKC De Vonkenmorgen (20) ATOS IKC De Tichelaar Kinderopvang IKC De Tichelaar (16) IKC De Tichelaar (30) Zonnekinderen Kinderopvang Zonnekinderen De Sterrenregen (56) De Sterrenregen (30) 8

9 HAALDEREN Basisschool Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf BSO SVPO de Linge De Wieling Peuterhofje (16) Kinderopvang SKAR De Papegaai (24) Het Piratennest (20) HUISSEN Basisschool Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf BSO HUISSEN LOOVELDEN (IKC Binnenstebuiten) Batavorum De Boemerang SVPO de Linge Dikkie Dik (16) Kinderopvang De Volle Maan (64) De Volle Maan (100) Zonnekinderen HUISSEN T ZAND Batavorum IKC Het Sterrenbos Kinderopvang Zonnekinderen IKC Het Sterrenbos (14) IKC Het Sterrenbos (60) SVPO de Linge De Zandkabouter (16) HUISSEN CENTRUM Batavorum IKC De Abacus (incl. Tweespan) Kinderopvang SKAR IKC de Abacus (16, IKC de Abacus (50) 32 per ) OT EN SIEN ATOS Het Holthuus Kinderopvang SKAR Toverspan (80) SVPO de Linge Het Drieluik t Blägehofke (16, per verhuizing) Kinderopvang de Linge Kinderopvang de Vlindertuin (16, 32 per , afhankelijk BSO het Drieluik (20, per , afhankelijk van B&W ) van B&W ) HUISSEN OVERIG Kinderopvang SKAR De Toverbal (40) Kinderopvang SKAR Sportburcht (20) Kinderopvang Zonnekinderen De Zon (60) De Zon (40) R. Bootsma & L. van Benjamin (16) der Meijde NB: In bovenstaand overzicht is de herschikking van locaties op de Zilverkamp (Ot en Sienpad) niet opgenomen. 9

10 Bijlage 2 Verwachte consequenties voor aanbieders en gemeenten - Hogere kwaliteitseisen: peuterspeelzalen met vrijwilligers onder druk Vanaf 1 januari 2018 gelden dezelfde kwaliteitseisen voor kinderopvang en peuterspeelzalen. Dat betekent voor peuterspeelzalen dat vanaf 2018 alle groepen bezet moeten zijn met (tenminste) twee gekwalificeerde beroepskrachten. De peuterspeelzalen met 1 beroepskracht aangevuld met 1 vrijwilliger, voldoen dan niet meer aan de wettelijke eisen. - Meer peuters per groep in kinderdagverblijven Tot 2015 was er een verschil in de wettelijke regels voor de beroepskracht-kindratio tussen peuterspeelzalen (1 beroepskracht op maximaal 16 peuters) en kinderdagverblijven (2 beroepskrachten op maximaal 14 peuters). Sinds 2015 is de groepsgrootte in beide voorzieningen 16 peuters. - Financiering: werkende ouders naar Rijk, niet werkende ouders bij gemeente Op dit moment kunnen werkende ouders die gebruik maken van peuterspeelzalen geen gebruik maken van de kinderopvangtoeslag. Peuterspeelzalen zijn expliciet uitgesloten in de wettelijke regeling voor kinderopvang. In de plannen staat dat werkende ouders vanaf 2018 recht krijgen op kinderopvangtoeslag voor opvang in de voorschoolse voorziening van hun keuze: kinderdagverblijf en/of peuterspeelzaal. Het Rijk zou daarmee vanaf 2018 verantwoordelijk worden voor de kinderopvangtoeslag voor opvang van kinderen van werkende ouders in de kinderopvang of een peuterspeelzaal. Het organiseren van een aanbod voor kinderen van alleenverdieners (kostwinnergezinnen) of niet-werkende ouders zou dan een verantwoordelijkheid van de gemeente blijven en daardoor dus ook afhankelijk zijn van de beleidskeuzes die een gemeente maakt. - Financiering: gemeenten raken decentralisatie uitkering Wet Oké kwijt Het Rijk is van plan de financiering van het reguliere peuterspeelzaalwerk voor kinderen van werkende ouders voor haar rekening te nemen. Als dekking voor die extra toeslaguitgaven wordt er vanaf 2018 geld overgeheveld van gemeenten naar het Rijk. Het kabinet is voornemens de overheveling van middelen te beperken tot de decentralisatie-uitkering in het kader van de Wet Oké, voor Lingewaard een bedrag van

11 Bijlage 3 Stappenplan invoering Harmonisatie voor het peuterspeelzaalwerk Na besluitvorming door de gemeenteraad kunnen de voorzieningen aan de slag met de voorbereiding van de harmonisatie. Hierbij wordt voor SVPO de Linge als aanbieder van het peuterspeelzaalwerk in ieder geval de volgende stappen (niet noodzakelijk in deze volgorde) voorzien: 1. Registratie locaties als kinderopvanglocaties in het Landelijke Register Kinderopvang en Peuterspeelzaalwerk (LRKP), waarna ook een GGD-inspectie volgt. 2. Eventueel opties voor uitbreiding van het aanbod overwegen (2-4 jaar of 0-4 jaar, openingstijden/lengte dagdelen, aanbod 40 of 52 weken per jaar, aantal dagdelen VVE, rekening houdend met de noodzakelijke bezetting). 3. Prognose maken van bezetting per locatie. 4. Begroting 2017 maken en kostprijs en uurtarief vaststellen. 5. Uitwerken administratieve gevolgen, o.a. nieuwe contracten met ouders opstellen facturering voor ouders met en zonder recht op kinderopvangtoeslag aanpassing intakegesprekken procedure planning en plaatsing waar nodig herzien 6. Personeel onder de CAO Kinderopvang brengen; 7. Waar nodig een tweede beroepskracht aantrekken. 8. Nieuwe arbeidsovereenkomsten met groepsleiding overeenkomen onder CAO-Kinderopvang (oude rechten blijven behouden, alleen waar nodig wijzigingen van contracturen, werktijden en/of taakuren). 9. Nieuw personeel inwerken. 10. Instellen van een oudercommissie per locatie. 11. Zo nodig nieuwe huurvoorwaarden/-afspraken overeenkomen. 12. Ouders informeren over veranderingen en eventueel ondersteunen bij aanvraag kinderopvangtoeslag. 13. Aanpassen informatiemateriaal, zoals informatieboekje en/of website. 14. Aanvraag bij gemeente indienen voor subsidie voor ouders die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag en het VVE-aanbod. 11