Regeling tarieven meting schepen, inschrijving rompbevrachtingsregister en afgifte zeebrief en verklaring nationaliteit 1999

Transcriptie

1 Regeling tarieven meting schepen, inschrijving rompbevrachtingsregister en afgifte zeebrief en verklaring nationaliteit 1999 VW 28 oktober 1999/Nr. DGG/J Directoraat-Generaal Goederenvervoer De Minister van Verkeer en Waterstaat, Gelet op de artikelen 4, tweede lid, 17, eerste lid, en 21, eerste lid, van de Meetbrievenwet 1981, artikel 22 van het Metingsbesluit Binnenvaartuigen 1978, de artikelen 2, derde lid, en 10 van de Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting, de artikelen 6, derde lid, en 6a, derde lid, van de Zeebrievenwet, artikel 311 a, vierde lid, van het Wetboek van Koophandel en artikel 37, derde lid, van de Maatregel teboekgestelde schepen 1992; Besluit: Hoofdstuk 1 Tarieven meting zeeschepen Artikel 1 1. In dit hoofdstuk zijn de begripsomschrijvingen, genoemd in artikel 1 van de Meetbrievenwet 1981, en artikel 1 van de Regeling metingsvoorschriften, van toepassing. 2. In dit hoofdstuk wordt voorts verstaan onder: a. meting: werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van: 1º. een Internationale Meetbrief (1969); 2º. een bijzondere meetbrief voor een schip, waarvoor niet eerder een Internationale Meetbrief (1969) of bijzondere meetbrief is afgegeven; b. hermeting: werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van: 1º. een Internationale Meetbrief (1969) voor een schip, waarvoor reeds eerder een Internationale Meetbrief (1969), bijzondere meetbrief of een meetbrief, bedoeld in het Verdrag van Oslo 1947, is afgegeven; 2º een bijzondere meetbrief voor een schip, waarvoor reeds eerder een Internationale Meetbrief (1969), bijzondere meetbrief of een meetbrief, bedoeld in het Verdrag van Oslo 1947, is afgegeven; c. ponton: blokvormig schip zonder mogelijkheid om benedendeks lading te vervoeren; d. zusterschip: een identiek schip dat volgens dezelfde bouwtekening is gebouwd. Artikel 2 1. Voor de meting of de hermeting van een ponton of een ander schip, ten behoeve van de afgifte van een Internationale Meetbrief (1969), is het tarief verschuldigd, genoemd in de onderstaande tabel: lengte tonnage (GT) meting ponton meting schip hermeting hermeting ponton schip tot 24 meter - f 1.199,- f 1.312,- f 1.086,- f 1.188,- vanaf 24 meter tot 500 f 1.565,- f 2.293,- f 1.231,- f 1.393, f 3.199,- f 4.358,- f 1.287,- f 2.481,- vanaf f 5.071,- f 6.825,- f 1.363,- f 3.303,- 2. In afwijking van het eerste lid, is voor de meting of de hermeting van: a. een vissersvaartuig met een lengte over alles van minder dan 15 meter, een tarief verschuldigd van f 465,-; b. een pleziervaartuig met een lengte van minder dan 24 meter, een tarief verschuldigd van f 437,-. 3. Bij de meting van zusterschepen is voor het eerste schip het tarief, genoemd Uit: Staatscourant 1999, nr. 213 / pag. 8 1

2 in het eerste lid, verschuldigd. Voor de meting van de volgende schepen is een tarief verschuldigd van f 1.188,- per schip. Artikel 3 1. Voor de meting of de hermeting van een ponton of een ander schip, ten behoeve van de afgifte van een bijzondere meetbrief, speciaal ingericht voor gebruik bij de vaart door het Suezkanaal, is het tarief verschuldigd, genoemd in de onderstaande tabel: lengte tonnage (GT) meting ponton meting schip hermeting hermeting ponton schip tot 24 meter - f 2.360,- f 2.814,- f 1.905,- f 2.360,- vanaf 24 meter tot 500 f 2.814,- f 4.450,- f 2.360,- f 2.621, f 3.734,- f 6.749,- f 3.166,- f 3.717,- vanaf f 4.688,- f 8.290,- f 3.972,- f 4.704,- 2. Bij de meting van zusterschepen is voor het eerste schip het tarief, genoemd in het eerste lid, verschuldigd. Voor de meting van de volgende schepen, is een tarief verschuldigd van f 2.506,- per schip. 3. Het tweede lid is niet van toepassing op pontons met een lengte van minder dan 24 meter. 4. In afwijking van het eerste lid, is, indien bij het omvlaggen van een schip de buitenlandse meetgegevens worden overgenomen, voor de controlewerkzaamheden een tarief verschuldigd van f 1881,-. Artikel 4 Voor de werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van een inhoudsverklaring voor gebruik bij de vaart door het Panamakanaal (PC/UMS Documentation of Total Volume), is een tarief verschuldigd van f 563,-. Artikel 5 Voor de controlewerkzaamheden ten behoeve van de afgifte van een Internationale Meetbrief (1969) of een bijzondere meetbrief, is, indien bij het omvlaggen van een schip de buitenlandse meetgegevens worden overgenomen of indien een schip door een daartoe bevoegde buitenlandse autoriteit ingevolge artikel 8 van de Meetbrievenwet 1981 en de Regeling metingsvoorschriften is gemeten of hermeten, een tarief verschuldigd van f 1.188,-. Artikel 6 1. Voor de werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van documenten, zonder dat hiervoor een meting of hermeting plaatsvindt, is het tarief verschuldigd, genoemd in de onderstaande tabel: Document Tarief Een voorlopige bijzondere meetbrief als bedoeld in artikel 3 f 191,- Een bijzondere meetbrief voor een pleziervaartuig f 143,- Een afschrift van een Internationale Meetbrief (1969) f 130,- Een afschrift van een bijzondere meetbrief f 130,- Een afschrift van een uittreksel van een Internationale Meetbrief (1969) f 105,- Een afschrift van een uittreksel van een bijzondere meetbrief f 105,- Een kopie van een meetstaat f 179,- Een voorlopige meetbrief f 114,- Een Internationale meetbrief (1969) of een bijzondere meetbrief f 163,- 2. Voor het aanbrengen van een wijziging in een Internationale Meetbrief (1969), een bijzondere meetbrief, of een bijzondere meetbrief als bedoeld in artikel 3, zonder dat hiervoor een meting of hermeting plaatsvindt, is een tarief verschuldigd van f 56,-. Uit: Staatscourant 1999, nr. 213 / pag. 8 2

3 Hoofdstuk 2 Tarieven meting binnenvaartuigen Artikel 7 1. In dit hoofdstuk zijn de begripsomschrijvingen, genoemd in artikel 1 van het Metingsbesluit Binnenvaartuigen 1978, van toepassing. 2. In dit hoofdstuk wordt voorts verstaan onder: a. meting: werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van een meetbrief voor een schip, waarvoor niet eerder een Nederlandse meetbrief is afgegeven; b. hermeting: werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van een meetbrief voor een schip dat een verbouwing heeft ondergaan die van invloed is geweest op de ledige diepgang van het schip, en waarvoor eerder een Nederlandse meetbrief is afgegeven; c. controlemeting: werkzaamheden ten behoeve van de verlenging van de geldigheidsduur van een meetbrief voor een schip, dat sedert de afgifte van die meetbrief geen verbouwing heeft ondergaan die van invloed is geweest op de ledige diepgang van het schip;d. ponton: blokvormig schip zonder mogelijkheid om benedendeks lading te vervoeren; e. zusterschip: een identiek schip dat volgens dezelfde bouwtekening is gebouwd. Artikel 8 1. Voor de meting of de hermeting van een ponton of een ander schip, ten behoeve van de afgifte van een meetbrief, hieronder begrepen het aanbrengen van ijkmerken of ijkplaten, is het tarief verschuldigd, genoemd in de onderstaande tabel: verplaatsing ponton schip tot 400 m3 f 1.009,- f 1.243,- 400 m3 tot en met 1000 m3 f 1.315,- f 1.617,- meer dan 1000 m3 f 1.499,- f 1.806,- 2. In afwijking van het eerste lid, is, voor de meting of de hermeting van een schip dat niet bestemd is voor het vervoer van goederen, een tarief verschuldigd van f 1.055,-. 3. In afwijking van het eerste lid, is, voor de hermeting van een schip, waarbij de inzinking niet meer dan 2 cm afwijkt van de voorgaande meting, het tarief verschuldigd, genoemd in de onderstaande tabel: verplaatsing schip tot 400 m3 f 880,- 400 m3 tot en met 1000 m3 f 937,- meer dan 1000 m3 f 1.045,- 4. Bij de meting van zusterschepen, is voor het eerste schip het tarief, genoemd in het eerste lid, verschuldigd. Voor de meting van de volgende schepen is het tarief verschuldigd, genoemd in de onderstaande tabel: verplaatsing schip tot 400 m3 f 1.001,- 400 m3 tot en met 1000 m3 f 1.292,- meer dan 1000 m3 f 1.476,- 5. Voor de werkzaamheden ten behoeve van een controlemeting, is een tarief verschuldigd van f 518,-. Artikel 9 Voor het bepalen van de verplaatsing, zonder aftrek van het niet-waterdichte gedeelte van het laadruim, van een schip voorzien van bodemkleppen onder het laadruim, is, naast het tarief, opgenomen in artikel 8, een aanvullend tarief verschuldigd van f 214,-. Uit: Staatscourant 1999, nr. 213 / pag. 8 3

4 Artikel Voor het aanbrengen van een extra ijkmerk, ijkplaat of ijkschaal, of het opnieuw aanbrengen van een ijkmerk, ijkplaat of ijkschaal, is, naast het tarief, genoemd in artikel 8, het volgende tarief verschuldigd: a. indien de werkzaamheden gelijktijdig met de meting, de hermeting of de controlemeting plaatsvinden, f 113,- per schip; b. indien de werkzaamheden niet gelijktijdig met de meting, de hermeting of de controlemeting plaatsvinden, f 429,- per schip. Artikel Voor de werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van documenten, zonder dat hiervoor een meting of hermeting plaatsvindt, is het tarief verschuldigd, genoemd in de onderstaande tabel: Document Tarief Een rubriekswijziging f 351,- Een uittreksel van een meetbrief regel 1 f 117,- Een uittreksel van een meetbrief regel 2 f 102,- Een verlenging van een meetbrief f 264,- Een afschrift van een meetbrief f 114,- 2. Voor het aanbrengen van een wijziging in een meetbrief, zonder dat hiervoor een meting of hermeting plaatsvindt, is een tarief verschuldigd van f 56,-. Hoofdstuk 3 Tarieven inschrijving rompbevrachtingsregister, zeebrief en verklaring nationaliteit Artikel Voor de werkzaamheden ten behoeve van de inschrijving van een zeeschip in het rompbevrachtingsregister, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting, is de rompbevrachter een tarief verschuldigd van f 1.755,-. 2. Voor het aanbrengen van een wijziging in de inschrijving, genoemd in het eerste lid, is de rompbevrachter een tarief verschuldigd van f 206,-. 3. In afwijking van het tweede lid, is de rompbevrachter, voor het aanbrengen van een wijziging die betrekking heeft op de dagtekening of de tijdsduur van de rompbevrachtingsovereenkomst, een tarief verschuldigd van f 587,-. 4. Voor de werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van een gewaarmerkt uittreksel uit het rompbevrachtingsregister, bedoeld in het eerste lid, is de rompbevrachter een tarief verschuldigd van f 126,-. Artikel 13 Voor de werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van een verklaring als bedoeld in artikel 311a, eerste lid, van het Wetboek van Koophandel of artikel 37, eerste lid, van de Maatregel teboekgestelde schepen 1992, is de aanvrager het volgende tarief verschuldigd: a. indien de aanvraag betrekking heeft op een schip dat uitsluitend of mede in de uitoefening van een beroep of bedrijf wordt gebruikt, f 188,-; b. indien de aanvraag betrekking heeft op een schip dat uitsluitend anders dan in de uitoefening van een beroep of bedrijf wordt gebruikt, f 142,-. Artikel 14 Voor de werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van een zeebrief als bedoeld in artikel 6, derde lid, en 6 a, derde lid, van de Zeebrievenwet, of een voorlopige zeebrief als bedoeld in de artikelen 4 en 4a van de Zeebrievenwet, is een tarief verschuldigd van f 158,-. Uit: Staatscourant 1999, nr. 213 / pag. 8 4

5 Hoofdstuk 4 Bijzondere bepalingen Artikel 15 Indien de eigenaar een verzoek indient voor de meting of hermeting van twee of meer van zijn schepen en deze metingen gelijktijdig op een locatie kunnen worden uitgevoerd, voor een rekening, is voor het eerste schip een tarief als bedoeld in de hoofdstukken 1 en 2 en voor de volgende schepen een tarief van f 114,- per uur per ambtenaar verschuldigd. Artikel Indien de in de hoofdstukken 1 en 2 van deze regeling genoemde onderzoeken geheel of gedeeltelijk buiten Nederland worden uitgevoerd, is een aanvullend tarief verschuldigd van f 114,- per uur per ambtenaar voor de reistijd buiten Nederland en voor de eventuele wachttijd tijdens het verblijf buiten Nederland. Bij de berekening van de reistijd buiten Nederland en eventuele wachttijd geldt een maximum van acht uren per etmaal. 2. De reis- en verblijfkosten van de ambtenaar, ten behoeve van de in de hoofdstukken 1 en 2 van deze regeling genoemde onderzoeken buiten Nederland, komen voor rekening van de aanvrager. Deze kosten worden afzonderlijk in rekening gebracht. Artikel 17 Indien de in deze regeling genoemde werkzaamheden geheel of gedeeltelijk worden uitgevoerd op werkdagen tussen uur en uur, op een zaterdag, op een zondag of op een in het Algemeen Rijksambtenarenreglement daaraan gelijkgestelde dag, is een aanvullend tarief verschuldigd van f 57,- per uur per ambtenaar. Artikel 18 Voor werkzaamheden voortvloeiende uit het bepaalde bij of krachtens de Meetbrievenwet 1981, het Metingsbesluit binnenvaartuigen 1978, de Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting, de Zeebrievenwet, of de Maatregel teboekgestelde schepen 1992, die niet op grond van een van de artikelen van deze regeling in rekening worden gebracht, is een tarief verschuldigd van f 114,- per uur per ambtenaar. Artikel 19 Indien werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van documenten als bedoeld in deze regeling, buiten toedoen van de ambtenaren van de Scheepvaartinspectie, niet leiden tot afgifte van dat document, is het volgende tarief verschuldigd: a. indien de werkzaamheden niet volledig zijn uitgevoerd f 114,- per uur per ambtenaar; b. indien de werkzaamheden volledig zijn uitgevoerd, het tarief dat is vastgesteld voor de afgifte van het document. Hoofdstuk 5 Slotbepalingen Artikel 20 De Regeling tarieven meetbrieven 1996 wordt ingetrokken. Artikel 21 De Regeling tarieven meting binnenvaartuigen 1996 wordt ingetrokken. Artikel 22 De Regeling tarieven Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting 1996 wordt ingetrokken. Artikel 23 De Regeling tarieven zeebrieven 1996 wordt ingetrokken. Artikel 24 De Regeling tarieven nationaliteitstoets zeeschepen 1996 wordt ingetrokken. Artikel 25 Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Artikel 26 Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tarieven meting schepen, inschrijving rompbevrachtingsregister en afgifte zeebrief en verklaring nationaliteit Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De Minister van Verkeer en Waterstaat, T. Netelenbos. Toelichting 1 Algemeen De conclusies en de aanbevelingen uit het rapport Prijzen bij het Rijk van de Algemene Rekenkamer (Kamerstukken II 1992/93, , nrs. 1-2, blz. 64 e.v.) hebben geleid tot een onderzoek naar de mate van kostendekkendheid van de door de Scheepvaartinspectie gehanteerde tarieven. Dit onderzoek heeft tot de conclusie geleid dat de door de Scheepvaartinspectie gehanteerde tarieven veelal onder het niveau liggen van de integrale kostprijs. Als gevolg van deze lage kostendekkingsgraad, is de afgelopen jaren een aanzienlijk deel van de gemaakte kosten ten behoeve van de Scheepsmetingsdienst - die organisatorisch deel uitmaakt van de Scheepvaartinspectie - ten laste van de algemene middelen gekomen. Op grond van het algemene tarievenbeleid voor dienstverlening aan derden, dienen deze tarieven volledig kostendekkend te zijn. Besloten is om in een herstructureringstraject van een aantal jaren de tarieven te verhogen tot een kostendekkend niveau. In 1996 is de eerste fase hiervan doorgevoerd. In de tweede, thans door te voeren fase, worden de tarieven verhoogd met een derde van het verschil tussen de huidige tarieven en de berekende integrale kostprijs. Naast de algemene aanpassing van de tarieven, is tevens de structuur van de regeling gewijzigd. In de onderhavige regeling zijn de tot op heden geldende tarieven van volgende regelingen opgenomen: Regeling tarieven meetbrieven 1996; Regeling tarieven meting binnenvaartuigen 1996; Regeling tarieven nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting 1996; Regeling tarieven zeebrieven 1996; Regeling tarieven nationaliteitstoets zeeschepen Deze integrale regeling inzake tarieven meting schepen, inschrijving rompbevrachtingsregister en afgifte zeebrief en verklaring nationaliteit, geeft op meer overzichtelijke wijze de tarieven weer. Aangezien een aantal algemene bepalingen in alle bovengenoemde regelingen voor komt, wordt door integratie van de regelingen tevens het totaal aantal bepalingen teruggebracht. In het eerste hoofdstuk van de onderhavige regeling zijn de tarieven opgenomen die betrekking hebben op de meting van zeeschepen. Tot op heden zijn deze tarieven opgenomen in de Regeling tarieven meetbrieven Het tweede hoofdstuk betreft Uit: Staatscourant 1999, nr. 213 / pag. 8 5

6 de tarieven voor de meting van binnenvaartuigen die tot op heden zijn opgenomen in de Regeling tarieven meting binnenvaartuigen Hoewel enkele begrippen, zoals ponton en zusterschip, in hoofdstuk 1 en hoofdstuk 2 dezelfde betekenis hebben, is ter voorkoming van onduidelijkheden over de toepasselijkheid van begrippen van de Meetbrievenwet 1981 en de Regeling metingsvoorschriften enerzijds, en van het Metingsbesluit binnenvaartuigen 1978 anderzijds, gekozen voor begripsomschrijvingen per hoofdstuk. In hoofdstuk 3 zijn de tarieven opgenomen die tot op heden zijn opgenomen in de Regeling tarieven nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting 1996, de Regeling tarieven zeebrieven 1996, en de Regeling tarieven nationaliteitstoets zeeschepen In de hoofdstukken 4 en 5 zijn enkele bijzondere bepalingen en de slotbepalingen opgenomen. In de artikelsgewijze toelichting wordt nader ingegaan op de wijzigingen ten opzichte van de bovengenoemde, tot op heden geldende tariefregelingen. 2 Artikelsgewijze toelichting Artikel 1 Zoals in het algemene deel van de toelichting reeds is aangegeven, zijn de in artikel 1 genoemde begripsomschrijvingen alleen van toepassing op het eerste hoofdstuk. Artikel 2 Om beter inzichtelijk te maken welk tarief in een bepaald geval verschuldigd is, zijn de tarieven opgenomen in een tabel. Daarbij worden pontons onderscheiden van andere schepen en zijn de tarieven onderverdeeld in tarieven voor het verrichten van metingen en tarieven voor het verrichten van hermetingen. Een hermeting vindt plaats indien een schip een verbouwing heeft ondergaan, zodat een nieuwe meetbrief noodzakelijk is. In het tweede lid zijn van het eerste lid afwijkende tarieven opgenomen voor vissersvaartuigen en pleziervaartuigen. Ingevolge artikel 4, eerste lid, onder b, van de Meetbrievenwet 1981, wordt voor deze schepen een bijzondere meetbrief afgegeven en kan ten aanzien van deze schepen worden volstaan met een vereenvoudigde meting. In tegenstelling tot andere schepen, wordt bij vissersvaartuigen de lengte niet vastgesteld zoals bedoeld in artikel 1 van de Meetbrievenwet Voor het bepalen van de lengte van deze schepen wordt de lengte over alles gemeten. Bij de meting van zusterschepen, met inbegrip van pontons, is voor het eerste schip het tarief, genoemd in de tabel, verschuldigd. Op de volgende te meten schepen is een lager tarief van toepassing, omdat deels de gegevens van de meting van het eerste schip kunnen worden gebruikt. Artikel 3 In artikel 3 zijn de tarieven opgenomen die verschuldigd zijn voor de meting of hermeting ten behoeve van de afgifte van een bijzondere meetbrief, die gebruikt wordt bij de vaart door het Suezkanaal. Deze tarieven zijn hoger dan de in artikel 2 genoemde tarieven die gelden bij metingen en hermetingen voor de afgifte van een Internationale Meetbrief (1969), omdat voor deze bijzondere meetbrieven aanzienlijk meer gegevens verzameld dienen te worden. De in het tweede lid opgenomen regeling voor zusterschepen is niet van toepassing op pontons met een lengte minder dan 24 meter. Voor deze pontons is het op grond van het eerste lid verschuldigde tarief namelijk al lager dan het speciale tarief voor zusterschepen. Artikel 4 Bij vaart door het Panamakanaal is, naast de Internationale Meetbrief (1969), een afzonderlijke inhoudsverklaring vereist, omdat voor dit kanaal de tonnages op een van het Internationale Verdrag betreffende de meting van schepen 1969 (Trb. 1970, 122 en 194) afwijkende wijze worden vastgesteld. Voor de werkzaamheden die worden verricht voor de afgifte van deze inhoudsverklaring, wordt het in artikel 4 genoemde bedrag in rekening gebracht. Artikel 5 Bij het omvlaggen van een schip kunnen in de af te geven meetbrief in principe de buitenlandse meetgegevens worden overgenomen. Mogelijkerwijs heeft sinds de in het buitenland verrichte meting het schip een wijziging ondergaan, waardoor een afwijking is ontstaan van het door de buitenlandse autoriteit vastgestelde bruto-tonnage. Om na te gaan of een dergelijke verandering heeft plaatsgehad, moet controle op het schip plaatsvinden. In dit artikel is het voor deze controlewerkzaamheden verschuldigde tarief opgenomen. Artikel 6 Op basis van de Meetbrievenwet 1981 worden ook documenten afgegeven waarvoor geen meting of hermeting plaatsvindt. In de in het eerste lid opgenomen tabel zijn de tarieven opgenomen die verschuldigd zijn voor de administratieve werkzaamheden ten behoeve van de afgifte van deze documenten. Artikel 6, tweede lid, betreft het tarief voor het aanbrengen van een wijziging in een meetbrief, zonder dat daarvoor een meting of hermeting plaatsvindt. Hierbij kan gedacht worden aan een noodzakelijke wijziging in verband met een naamswijziging van het schip of de vervanging van de motor. Artikel 7 De in artikel 7 opgenomen begripsomschrijvingen gelden alleen voor hoofdstuk 2. Bij binnenvaartuigen kan, naast een meting of een hermeting, ook sprake zijn van een controlemeting. Een hermeting vindt plaats als een schip verbouwd is en deze verbouwing van invloed is op de ledige diepgang van het schip. Een controlemeting wordt uitgevoerd als de geldigheidsduur van de meetbrief verstreken is, terwijl het schip gedurende deze periode geen belangrijke verbouwingen heeft ondergaan. Het controleren van de oude metingen is in dat geval voldoende. Artikel 8 Bij de meting van binnenvaartuigen wordt voor de hoogte van de verschuldigde tarieven geen onderscheid gemaakt tussen meting en hermeting van schepen, omdat voor een hermeting dezelfde werkzaamheden moeten worden verricht als voor een meting. In het eerste lid wordt onderscheid gemaakt tussen pontons en andere schepen. In de overige leden van artikel 8 dient onder een schip tevens een ponton te worden begrepen. In artikel 8, tweede lid, is een tarief opgenomen voor de meting en de hermeting van binnenvaartuigen die niet zijn bestemd voor het vervoer van goederen. Dit tarief is lager dan de tarieven, opgenomen in het eerste lid, omdat bij de meting van deze schepen niet het gewicht van de lading volgens de inzinking bepaald hoeft te worden. Indien de inzinking niet meer dan 2 Uit: Staatscourant 1999, nr. 213 / pag. 8 6

7 cm afwijkt van de voorgaande meting, kan in het algemeen worden volstaan met het verlengen van de meetbrief op basis van een controlemeting. Voor deze controlewerkzaamheden is het tarief, genoemd in het vijfde lid, verschuldigd. In de praktijk komt het echter voor dat de eigenaar van het schip het verzoek doet een nieuwe meetbrief af te geven. In dat geval is de eigenaar het tarief, genoemd in het derde lid, verschuldigd. Artikel 19 Indien de ambtenaren van de Scheepvaartinspectie bepaalde werkzaamheden hebben verricht, maar er buiten hun toedoen geen documenten kunnen worden verstrekt, bijvoorbeeld omdat het schip een andere nationaliteit verkrijgt, is het in dit artikel opgenomen tarief verschuldigd. De Minister van Verkeer en Waterstaat, T. Netelenbos. Artikel 9 Het bepalen van de verplaatsing van een vaartuig voorzien van bodemkleppen onder het laadruim, zoals bijvoorbeeld een onderlosser of een splijtbak, vergt, in verband met de extra meting van de beuninhoud, meer tijd dan de meting of hermeting van andere schepen. Voor de meting of hermeting van deze schepen is daarom een aanvullend tarief verschuldigd. Artikel 10 Voor het aanbrengen van een extra ijkmerk, ijkplaat of ijkschaal, of het opnieuw aanbrengen van een ijkmerk, ijkplaat of ijkschaal, worden afhankelijk van de situatie verschillende tarieven in rekening gebracht. Indien het aanbrengen van de ijkmerken gelijktijdig met de meting, de hermeting of de controlemeting kan plaatsvinden, is een lager tarief verschuldigd. Artikel 15 Een eigenaar die meer dan één schip tegelijkertijd op een locatie laat meten, is alleen voor het eerste schip het tarief verschuldigd als bedoeld in hoofdstuk 1 of hoofdstuk 2. Aangezien voor de volgende schepen geen extra reistijd en reiskosten worden gemaakt, is voor deze schepen niet het volledige tarief verschuldigd en worden alleen de voor de meting benodigde uren in rekening gebracht. Artikel 18 Voor werkzaamheden die voortvloeien uit de in artikel 18 genoemde regelgeving, is in dit artikel een algemeen uurtarief opgenomen. Uit: Staatscourant 1999, nr. 213 / pag. 8 7