ste phe n ste ijge r

Transcriptie

1

2

3

4 ambieert geen management positie vindt het niet aantrekkelijk om leiding te geven en/of mensen aan te sturen. is er niet zo op gebrand om d.m.v. een managementfunctie hogerop te komen. vindt een hoog inkomen niet het belangrijkste. wil zich niet boven iemand / of boven een groep plaatsen. wil op gelijke voet behandeld worden, net zoals iedereen.

5 voelt enigszins de behoefte om een nieuwe onderneming op te zetten, een nieuw product te ontwikkelen of een nieuw ontwikkeld product op de markt te brengen. heeft wel enige drang om een eigen stempel te drukken op het eigen succes, maar vindt het ook best om dingen met elkaar te bereiken. hoeft niet alles op de eigen manier te doen en is best bereid wat aan te passen. wordt wel iets geprikkeld door het financiële voordeel dat ondernemen met zich draagt. hecht wel enigszins aan onafhankelijk bezig zijn; wil zich wel iets aanpassen aan heersende normen, waarden, regeltjes, voorschriften, opgelegde keuzes, etc. bezit wel enigszins de durf en het talent dat nodig is om een eigen onderneming op te zetten. houdt best van wat afwisseling, maar enige routine mag er ook wel zijn.

6 richt zich graag op een baan, waarmee je mensen kunt helpen en iets voor hen kunt betekenen. kiest graag een beroep vanuit een ideëel gevoel, toekomstbeeld of overtuiging. is vooral georiënteerd op de ideële waarden en normen die met dat een beroep kunnen worden uitgedragen en/of de ideële doelen die kunnen worden bereikt. richt zich graag op helpende en toewijdende functies (zoals die van verpleegster, arts, onderwijzer, therapeut, onderwijzer, thuiszorg consulent, maar ook wethouder, manager personeelszaken, etc.). is een toegewijd persoon - wilt iets voor mensen betekenen (mens/mens gericht).

7 vindt werk belangrijker dan de privésituatie. is heel loyaal naar de werkgever. is bereid het werk voor te laten gaan als er moet worden overgewerkt is dat geen enkel probleem. wil zelfs wel overwerken in de kerstperiode, indien dat voor het werk nodig is. gaat ervan uit dat je voor je carrière heel veel moet over hebben. vindt een balans tussen werk en privé niet zo n belangrijk item. vindt salaris in het algemeen belangrijker dan vrije tijd.

8 wil vooral de vaardigheden en talenten op één specifieke vakgebied verder ontwikkelen. houdt ervan om de deskundigheid steeds verder op één vakgebied te verdiepen en steeds meer de specialist te worden. identificeert zichzelf graag met het vakgebied waarin eigen deskundigheid is ontwikkeld en is veel minder geïnteresseerd in andere vakgebieden. zal het specialisme (in een bepaald vakgebied) niet gauw meer inruilen voor iets anders, waarin niet zoveel deskundigheid is opgedaan. kan een bepaalde vorm van macht ervaren binnen de organisatie dit vanwege de specifieke kennis die binnen de organisatie is opgedaan - deze kennis bezit een ander binnen de organisatie vaak niet. zoekt in de verdere groei naar specialisatie ook een vorm van bestaanszekerheid - in geval van ontslag verliest de organisatie namelijk wel veel knowhow. zal de uitdaging vinden in termen van een verdere specialisatie binnen één vakgebied en een groei op de deskundigheid/specialisatieladder.

9 vindt dat er regels en procedures nodig zijn, maar ze moeten het werk niet onmogelijk maken. kan best omgaan met instructies, toezicht e.d., maar het moet niet te veel gaat er vanuit dat iedere organisatie wel wat structuur en regels nodig heeft en dat een beetje toezicht geen kwaad kan. heeft wel iets behoefte aan vrijheid, onafhankelijkheid, helderheid, ruimte voor zelfstandigheid en vindt het geen probleem om dingen te doen zoals de leiding dat wenst maar er zijn wel grenzen.

10 vindt veiligheid, zekerheid en stabiliteit bij de werkgever niet zo belangrijk. heeft voldoende vertrouwen in eigen functioneren en de toekomst. vindt voorspelbaarheid ten aanzien van toekomstige situaties niet zo belangrijk. is een vrij nuchtere persoon. hoeft niet ergens bij te horen om gelukkig te zijn. staat open voor kritiek op het functioneren en gaat ervan uit dat je van kritiek kunt leren. vindt het ontvangen van waardering fijn, maar wil daar niet afhankelijk van. laat bij loopbaanbeslissingen de behoefte aan zekerheid erbij horen en stabiliteit niet zwaar meebepalen.

11 definieert de loopbaan in termen van de uitdaging die daarmee gemoeid is. ziet succes als een overwinning op anderen (bijvoorbeeld het nemen van moeilijke beslissingen/hindernissen, het oplossen van onoplosbare problemen, het overwinnen van sterke ziet het als uitdaging om op de voorgrond te treden, in krantenkoppen te verschijnen, te winnen, records te breken, om een vrijwel onmogelijke opdracht te vervullen. heeft uitdaging nodig om zich ergens happy in te voelen. wil graag competities aangaan, wedijveren, scoren, de beste zijn. wil graag een functie, waarin de grenzen werkwijzen zelf te bepalen zijn. Soms gaan deze ten koste van (het plezier of norm) van anderen. vindt het soort werk, de organisatievorm, de mate van het financiële gewin van ondergeschikt belang.

12 U kunt hier een notitie toevoegen...