Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Schoenmakerij. Jaarrapport 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Schoenmakerij. Jaarrapport 2013"

Transcriptie

1 Jaarrapport 2013

2

3 INHOUDSOPGAVE Pagina A Voorwoord 4 B Kerncijfers 7 C Karakteristieken van het pensioenfonds 9 D Bestuursverslag 15 E Verslag van de deelnemersraad 31 F Verslag van het verantwoordingsorgaan 33 JAARREKENING 1 Balans per 31 december Staat van baten en lasten over Kasstroomoverzicht Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 41 5 Toelichting op de balans per 31 december Toelichting op de staat van baten en lasten over OVERIGE GEGEVENS 1 Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum 80 2 Resultaatverdeling 80 3 Actuariële verklaring 81 4 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 83 BIJLAGEN 1 Bijlage 1: Begrippenlijst 86 2 Bijlage 2: Samenstelling bestuurlijke commissies 88 3 Bijlage 3: Meerjarenoverzicht 89 4 Bijlage 4: Volumeveranderingen 92 3

4 A VOORWOORD 4

5 VOORWOORD Voor u ligt het jaarverslag van over het jaar Financiële situatie De lage rente en de gevolgen van de toegenomen levensverwachting hebben ook in 2013 een drukkend effect op de dekkingsgraad gehad. De dekkingsgraad geeft weer hoe de financiële gezondheid van het pensioenfonds is. Als de dekkingsgraad 100% is, dan is er precies genoeg geld om alle pensioenen te betalen. Maar het fonds moet ook een buffer hebben om financiële risico's op te kunnen vangen. Daarvoor moet volgens de regels van De Nederlandsche Bank de dekkingsgraad minstens 104,4% zijn. De dekkingsgraad is daar gelukkig boven gebleven. Eind 2013 was deze 117,0%. Daardoor hoefde het Pensioenfonds voor de Schoenmakerij niet - zoals veel andere pensioenfondsen - te korten op de pensioenaanspraken of de uitkeringen. Toeslagbesluit Het pensioenfonds probeert elk jaar het pensioen te verhogen met de gemiddelde ontwikkeling van de lonen in de schoenmakersbranche. Elk jaar beziet het fondsbestuur of er voldoende middelen zijn om deze toeslag te kunnen bekostigen. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit beleggingsrendement gefinancierd. De hoogte van de dekkingsgraad is bepalend bij de keuze van het bestuur om al dan niet tot het verlenen van een toeslag over te gaan. Het bestuur heeft als beleid dat er bij een dekkingsgraad die lager is dan 120%, geen toeslag wordt verleend. Met een dekkingsgraad die aan het eind van het jaar zoals gezegd 117,0% was, heeft het fondsbestuur helaas moeten besluiten om geen toeslag te verlenen. Verhoging AOW-leeftijd Sinds 1 april 2012 gaat de AOW in vanaf de 65ste verjaardag in plaats van de eerste van de maand waarin de verjaardag valt. Daarnaast gaat de AOW-leeftijd vanaf 1 januari 2013 stapsgewijs omhoog. Besloten is om voor 2013 (en 2014) nog geen wijzigingen door te voeren in de pensioenregeling. Uiteraard volgt het fondsbestuur de ontwikkelingen nauwgezet. Premie Enkele jaren geleden zijn de VUT-fondsen van de stichtingen VUT Orthopedie en VUT Schoenherstellers opgeheven. Het resterende vermogen uit deze twee fondsen is steeds gebruikt om een korting van 1% op de te betalen pensioenpremie te bekostigen. In de loop van 2013 bleek dat het resterende vermogen van het VUT-fonds Schoenherstellers onvoldoende was om nog een premiekorting te kunnen betalen. Uit het opgeheven VUT-fonds Orthopedie bleek nog wel voldoende geld aanwezig om een premiekorting te kunnen bekostigen. Hierdoor bedraagt de pensioenpremie voor net als in voor de orthopedische branche 17,5%. De schoenherstellersbranche heeft voor 2014 geen korting en betaalt daardoor de volledige premie van 18,5%. Toekomstige ontwikkelingen pensioenfonds De wereld staat niet stil en de pensioenfondsen staan er midden in. Uiteraard voelen ook de pensioenfondsen de gevolgen van de mondiale financiële crisis die in 2008 begon, aan den lijve. Hierdoor gaat er de laatste jaren veel - vaak negatieve - media-aandacht uit naar de pensioenfondsen. Ook worden door toezichthouder DNB aan de besturen van pensioenfondsen steeds zwaardere eisen gesteld; dit gaat gepaard met uitgebreidere regelgeving. Het bestuur van het Pensioenfonds Schoenmakerij vindt het terecht dat er aandacht is voor de kwaliteit van de pensioenfondsbesturen. De pensioenfondsen beheren immers een belangrijk deel van het inkomen dat de deelnemers op latere leeftijd nodig hebben. Het bestuur betreurt het wel dat het fonds als gevolg van de toegenomen regelgeving wordt geconfronteerd met hogere kosten. Dit geld kan helaas niet ten goede komen aan de pensioenregeling. 5

6 De laatste jaren is er ook een tendens tot schaalvergroting. Om kosten te besparen sluiten kleinere pensioenfondsen zich aan bij grotere fondsen. DNB stimuleert het terugdringen van het aantal pensioenfondsen. Ook ons pensioenfonds is zich bewust van de voordelen die een samengaan met een ander fonds met zich mee zouden kunnen brengen. Toch betekent groter niet automatisch ook beter. Het fondsbestuur is van mening dat de focus moet liggen op de balans tussen een zo goed mogelijk pensioen en zo laag mogelijke kosten. Als dit doel kan worden bereikt door een vorm van samenwerking met een of meer andere fondsen, dan staat het fondsbestuur daarvoor open. Het fondsbestuur is al langere tijd bezig om zich te oriënteren op de diverse mogelijkheden, maar zal gezien de gevolgen van de keuze voor de belangen van de deelnemers en gepensioneerden niet over één nacht ijs gaan! De Meern, juni 2014 Nanny Nuijten-van Aard, voorzitter Margret Hoekenga-Idema, secretaris 6

7 B KERNCIJFERS 7

8 KERNCIJFERS 2013 EUR 2012 EUR Pensioenvermogen Voorziening pensioenverplichtingen Aanwezige dekkingsgraad 117,0% 115,0% Deelnemers* Gewezen deelnemers Pensioengerechtigden Werkgevers * Per 2013 is de definitie van het begrip deelnemer gewijzigd. In 2012 werd een deelnemer die gedurende het jaar in enige periode werkzaam is geweest als deelnemer gemarkeerd. Vanaf 2013 wordt een deelnemer die gedurende het jaar uit dienst treedt als gewezen deelnemer aangemerkt. 8

9 C KARAKTERISTIEKEN VAN HET PENSIOENFONDS 9

10 KARAKTERISTIEKEN VAN HET PENSIOENFONDS Profiel Juridische structuur en inschrijving, statutair gevestigd te Utrecht is opgericht op 1 januari De stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer Het fonds is aangesloten bij de Pensioenfederatie. Zoals uit de tenaamstelling van het pensioenfonds blijkt kent het pensioenfonds de rechtsvorm van de stichting. Statutaire doelstelling Doelstelling van het fonds is het verlenen van pensioenen aan deelnemers, gewezen deelnemers en hun nabestaanden met inachtneming van de statuten en reglementen. Het fonds probeert dit doel te bereiken door premies te innen bij de aangesloten ondernemingen. De gelden worden belegd en beheerd en het fonds doet daaruit uitkeringen bij ouderdom, overlijden en arbeidsongeschiktheid. Organisatie van het pensioenfonds Verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden In het vervolg van dit hoofdstuk beschrijven wij de huidige organisatie van ons fonds aan de hand van onderstaand schema. Beleggingsadviescommissie Compliance Officer Communicatiecommissie Bestuur BPF voor de Schoenmakerij Verantwoordingsorgaan DVO Commissie Visitatiecommissie Deelnemersraad Certificerend Accountant (PWC) Geschillencommissie Certificerend Actuaris (Towers Watson) Syntrus Achmea Syntrus Achmea Pensioenbeheer Syntrus Achmea Vermogensbeheer Syntrus Achmea Real Estate & Finance 10

11 Bestuur Het bestuur is verantwoordelijk voor het beheer van het pensioenfonds en het uitvoeren van de pensioenregeling, waaronder het doen van pensioenuitkeringen aan gepensioneerden en nabestaanden van (niet-actieve) deelnemers. Aan het eind van het verslagjaar was de samenstelling van het bestuur als volgt: Leden werkgevers Plaatsvervangers Organisatie Einde zittingsduur De heer C. van Dalen Vacature Nederlandse 1 januari 2016 Schoenmakers Vereniging De heer F.H.M. Elferink Vacature NVOS Orthobanda 1 januari 2014 Mevrouw M.G. Hoekenga- Idema Vacature Nederlandse Schoenmakers Vereniging 1 januari 2014 Mevrouw L. de Kock De heer R. Jansen NVOS Orthobanda 1 januari 2016 Leden werknemers Plaatsvervangers Organisatie Einde zittingsduur De heer R. Dik Vacature FNV Bondgenoten 1 januari 2016 Mevrouw A.J.A. Nuijten-van Aard De heer J. Plat FNV Bondgenoten 1 januari 2014 De heer T. Katerberg Vacature CNV Vakmensen 1 januari 2016 Vacature Vacature FNV Bondgenoten 1 januari 2014 Mevrouw Hoekenga-Idema fungeert in de oneven jaren als voorzitter en in de even jaren als secretaris. Mevrouw Nuijtenvan Aard fungeert in de oneven jaren als secretaris en in de even jaren als voorzitter. In 2013 fungeerde mevrouw Hoekenga-Idema derhalve als voorzitter van het fonds en mevrouw Nuijten-van Aard als secretaris. Het bestuur is in 2013 zes keer bijeen gekomen. Dit was op 4 februari (studiedag), 25 maart, 10 juni, 23 september, 7 oktober (studiedag) en 25 november. Bestuurscomissies In verband met toenemende complexiteit en de vele taken van het bestuur heeft het fonds een aantal bestuurlijke commissies ingesteld. Deze commissies doen voorbereidend werk in kwesties waarover het bestuur een besluit moet nemen. Zij kunnen in de voorbereidingsfase dieper ingaan op de achtergronden en consequenties van te nemen beleidsbeslissingen. Tevens kan voor verdere uitvoering van besluiten een specifiek mandaat aan de commissies worden verleend door het bestuur. De leden van de bestuurlijke commissies kunnen zich laten bijstaan door externe deskundigen. De commissies houden zich zoals gezegd bezig met de voorbereiding van besluitvorming. De daadwerkelijke besluitvorming vindt uiteindelijk plaats door het bestuur. Al in 2012 heeft het bestuur besloten om de beleggingsadviescommissie uit te breiden door het volledige bestuur hierin te laten participeren. Doordat het voltallige bestuur in de commissie plaats heeft genomen, wordt voorkomen dat besluitvorming ongewenste vertraging oploopt. 11

12 In 2013 waren de volgende bestuurlijke commissies werkzaam: Beleggingsadviescommissie De beleggingsadviescommissie bespreekt en brengt advies uit over het strategisch beleggingsbeleid en het beleggingsplan. Gezien het gegeven dat het voltallige bestuur in deze commissie participeert kan hier ook besluitvorming plaatsvinden. De commissie wordt bijgestaan door extern adviseur mevrouw M. Verheul. Het bestuur neemt de beslissingen over het beleggingsbeleid. De beleggingsadviescommissie is in 2013 ieder kwartaal bijeengekomen. Bij de beleggingenparagraaf wordt inhoudelijk ingegaan op de activiteiten in 2013 van de beleggingadviescommissie. DVO-commissie De onderlinge afspraken tussen het fonds en uitvoerder Syntrus Achmea Pensioenbeheer B.V. zijn vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst (DVO). De DVO-commissie is ieder kwartaal bijeengekomen. Tijdens deze vergaderingen wordt kritisch naar het functioneren van de uitvoerder gekeken. In 2013 is - naast onderwerpen als klachtenmanagement en de normering van de diverse administratieve processen - extra aandacht besteed aan het debiteurenbeleid. Ondanks de recessie is geconstateerd dat de debiteurenportefeuille nog steeds goed op orde is. Communicatiecommissie De communicatiecommissie richt zich op de diverse communicatie-uitingen van het fonds. Ook deze commissie vergaderde in 2013 ieder kwartaal. Naast onderwerpen als nieuwsbrieven en het actualiseren van de website is ook in 2013 gekeken hoe de informatievoorziening verder kan worden gedigitaliseerd. Het fonds streeft naar een efficiënte en kostenbewuste manier van communiceren. Hierbij moet zoveel mogelijk de website van het fonds centraal staan. Ook is begonnen met het verzamelen van de adressen van deelnemers zodat men rechtstreeks kan worden benaderd. De samenstelling van de commissies is vermeld in Bijlage 1. Voorzittersoverleg Het voorzittersoverleg van het fonds bestaat uit de beide voorzitters (van werkgevers- en werknemerszijde). In het voorzittersoverleg wordt de agenda van de komende bestuursvergadering met de administrateur afgestemd en kunnen eventuele andere lopende zaken aan de orde worden gesteld. Het voorzittersoverleg vindt plaats voorafgaande aan een bestuursvergadering van het fonds. Verantwoordingsorgaan Het bestuur legt verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan over beleid, uitvoering beleid en naleving van Principes voor Goed Pensioenfondsbestuur. De overlegfrequentie met het bestuur is minimaal 1 maal per jaar. Jaarlijks wordt in het jaarverslag verslag gedaan van de bevindingen van het verantwoordingsorgaan ten aanzien van het gevoerde beleid. Het verantwoordingsorgaan bestaat uit 5 leden: 3 deelnemers, 1 gepensioneerde en 1 werkgever. De leden zijn voorgedragen door de volgende organisaties: FNV Bondgenoten CNV Vakmensen CSO NSV / NVOS 12

13 Het verantwoordingsorgaan is op 31 december 2013 als volgt samengesteld: Leden Organisatie Einde zittingsduur De heer A.M. van der Sluijs CSO 1 januari 2014 De heer J. Stensen FNV Bondgenoten 1 januari 2014 vacature FNV Bondgenoten 1 januari 2014 De heer E. Veurtjes CNV Vakmensen 1 januari 2014 Mevrouw C.B.N. Beers NSV / NVOS 1 januari 2014 Het verantwoordingsorgaan vergaderde in 2013 op 4 juni en 6 juni (gezamenlijk met bestuur). In hoofdstuk F staat het verslag van het Verantwoordingsorgaan vermeld. Deelnemersraad De deelnemersraad bestaat uit 4 leden: 3 deelnemers en 1 gepensioneerde. De leden zijn benoemd door de volgende organisaties: FNV Bondgenoten CSO CNV Vakmensen De deelnemersraad is op 31 december 2013 als volgt samengesteld: Leden Organisatie Einde zittingsduur De heer A.M. van der Sluijs CSO 1 januari 2014 De heer J. Stensen FNV Bondgenoten 1 januari 2014 vacature FNV Bondgenoten 1 januari 2014 De heer E. Veurtjes CNV Vakmensen 1 januari 2014 Vergaderdata De deelnemersraad heeft in keer vergaderd. De vergaderingen vonden plaats op 18 maart, 4 juni, 16 september en 18 november. Daarnaast heeft de deelnemersraad op 6 juni en 18 november gezamenlijk vergaderd met een delegatie van het bestuur. In hoofdstuk E is het oordeel van de Deelnemersraad verwoord. Uitbesteding Het bestuur heeft de uitvoering van het pensioenbeheer en het vermogens- en vastgoedbeheer uitbesteed aan Syntrus Achmea. Het bestuur heeft deze bedrijven gemandateerd voor de hieraan verbonden werkzaamheden. Syntrus Achmea bestaat uit drie rechtspersonen: Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. Syntrus Achmea Vermogensbeheer B.V. Syntrus Achmea Real Estate & Finance B.V. 13

14 Het fonds en Syntrus Achmea hebben hun afspraken over uitbesteding vastgelegd in een beheerovereenkomst. Bij deze vierpartijenovereenkomst zijn het fonds en de nadere afspraken over de kwaliteit van de dienstverlening vastgelegd in aparte dienstverleningsovereenkomsten (DVO's) voor pensioenbeheer, vermogensbeheer en vastgoedbeheer. Syntrus Achmea Pensioenbeheer heeft in 2013 elk kwartaal aan het bestuur gerapporteerd over de DVO-afspraken. Ook van Syntrus Achmea Vermogensbeheer B.V. en Syntrus Achmea Real Estate & Finance B.V. ontving het bestuur DVOkwartaalrapportages. Externe dienstverleners Naast de bovenstaande drie rechtspersonen schakelt het fonds ook andere organisaties in waaraan zij specifieke werkzaamheden uitbesteedt. In het navolgende een beschrijving van de partijen die door het fonds worden ingeschakeld. Compliance officer Het bestuur heeft de heer G.J. Mersch AA CB van GBA Accountants & Adviseurs aangesteld als compliance officer van het pensioenfonds. Certificerend actuaris De certificerend actuaris rapporteert jaarlijks over de financiële positie van het pensioenfonds en geeft een actuariële verklaring af. Towers Watson Netherlands B.V. te Amsterdam verricht deze werkzaamheden voor het pensioenfonds. Accountant De externe accountant controleert de jaarrekening en de verslagstaten en doet verslag van zijn werkzaamheden in de vorm van een controleverklaring en een verslag aan het bestuur, waarin opgenomen zijn opmerkingen en aanbevelingen omtrent de administratieve organisatie en interne controle van het fonds. Het pensioenfonds heeft PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Amsterdam voor deze dienst ingeschakeld. 14

15 D BESTUURSVERSLAG 15

16 Hoofdlijnen Bestuursvergaderingen Het bestuur kwam ook in 2013 regelmatig in vergadering bijeen. Belangrijke onderwerpen waren daarbij: - Visitatierapport; - Impero; - Pensioenpremie 2014; - Actualiseren ABTN; - Toeslagen; - Pensioenleeftijd; - Financieel Toetsingskader; - Deskundigheid bestuur; - Code Pensioenfondsen - Toekomstperspectief van het fonds. Hieronder wordt kort op deze onderwerpen nader ingegaan. Visitatierapport Het bestuur van de heeft in het kader van intern toezicht in het eerste kwartaal van 2013 een visitatie laten uitvoeren door de samenwerkende bureaus Basis & Beleid Organisatieadviseurs B.V. en PMA Consult. Het intern toezicht in de vorm van een visitatiecommissie heeft tot doel het kritisch bezien van het functioneren van het bestuur van het pensioenfonds door onafhankelijke deskundigen. Er is in 2013 gerapporteerd over de boekjaren 2010, 2011 en De principes voor goed pensioenfondsbestuur, zoals geformuleerd door de Stichting van de Arbeid, vormen het uitgangspunt voor het werk van de visitatiecommissie. Volgens deze principes dient de visitatiecommissie zich een oordeel te vormen over het functioneren van (het bestuur van) het pensioenfonds vanuit de volgende aspecten: - de beleids- en bestuursprocedures en -processen; - de checks en balances binnen het fonds; - de wijze waarop het fonds wordt aangestuurd; - de wijze waarop door het bestuur wordt omgegaan met de risico's op de langere termijn. Het bestuur heeft gekozen voor een visitatietraject waarbij op basis van documenten een analyse in de breedte is gedaan. Daarnaast is een aantal visitatiegesprekken gevoerd ter verdieping en aanvulling op de documentenanalyse. De bevindingen, conclusies en aanbevelingen van de visitatiecommissie zijn neergelegd in een rapport en besproken met het bestuur. Hoofdpunten van het visitatierapport Een belangrijk thema voor het bestuur is de toekomst van het fonds, hetzij een fusie, hetzij zelfstandig door. Daarbij spelen ook de keuzes die gemaakt moeten worden op grond van actuele wet- en regelgeving een rol. De perceptie van mogelijke hobbels, zoals de drie cao's binnen de orthopedische schoenmakerij is niet uniform binnen het bestuur. Een concreet stappenplan zou het bestuur handvatten bieden om de toekomstdiscussie gestructureerd te kunnen voeren. Het bestuur werkt in goede harmonie samen. Er wordt gewerkt met commissies die goed functioneren. Het voltallige bestuur heeft zitting in de beleggingsadviescommissie, naar volle tevredenheid van het bestuur. Wel is het een aandachtspunt dat discussies die buiten de bestuursvergaderingen worden gevoerd ook binnen het voltallige bestuur worden gedeeld. 16

17 De deelnemersraad beschikt over voldoende faciliteiten om zijn rol in te kunnen vullen en lijkt deze rol ook steeds meer vorm te geven. Wel is het een aandachtspunt dat de deelnemersraad voldoende tijd krijgt om advies uit te brengen. Daarnaast adviseert de visitatiecommissie om de deelnemersraad ruimte te gunnen in de wijze waarop deze de deskundigheidsbevordering inricht. Het bestuur schenkt op basis van een deskundigheidsplan aandacht aan deskundigheid. Er wordt aandacht besteed aan zowel kennis als competenties. Het werken met competenties dient nog verder uitgewerkt te worden. In het plan zijn ook de eisen vastgelegd die aan nieuwe bestuursleden worden gesteld. Jaarlijks vindt op systematische wijze een zelfevaluatie plaats. Het bestuur rapporteert hierover in het jaarverslag. Daarbij adviseert de visitatiecommissie het bestuur om in het jaarverslag ook op de inhoud in te gaan. Het bestuur maakt voor de uitvoering en advisering gebruik van een aantal externe partijen, waarbij veel zaken bij één partij zijn belegd. Het bestuur is tevreden over de dienstverlening, stelt zich kritisch op en heeft blijk gegeven van onafhankelijke oordeelsvorming ten opzichte van zijn adviseurs. De visitatiecommissie adviseert het bestuur om alle externe partijen jaarlijks te evalueren. Er is overlap tussen cao-partijen en bestuur als gevolg van dubbelfuncties. Er bestaan spelregels, maar de vraag is of deze voldoende zijn vastgelegd en op de juiste plaats (door cao-partijen en/of door het bestuur). Alertheid blijft geboden. Het bestuur is zich hiervan bewust en beoordeelt de overlap tussen cao-partijen en bestuur als positief. Ten aanzien van de kostendekkende premie blijft het een aandachtspunt dat de situatie van niet-kostendekkendheid twee jaar heeft geduurd. Het bestuur was deels ingehaald door de actualiteit, wellicht dat onduidelijkheid over de spelregels tussen cao-partijen en bestuur hier een rol heeft gespeeld. Er is in 2010 een goede basis gelegd voor het risicomanagement met een uitgebreide risicoanalyse. Het onderwerp is sindsdien naar de achtergrond verdwenen. De inrichting van de bestuursvergadering naar risicogebieden geeft het bestuur vooralsnog onvoldoende houvast om actief met risicomanagement bezig te zijn. De visitatiecommissie adviseert het bestuur het thema risicomanagement hernieuwde aandacht te geven. Het bestuur van het pensioenfonds heeft de rapportage van de visitatiecommissie in enkele vergaderingen doorgenomen en waar nodig acties benoemd om het functioneren te verbeteren. Impero Onder de noemer Quinto-P begon De Nederlandsche Bank (DNB) in 2012 een campagne om de pensioenfondsen in Nederland onderzoek te laten doen naar de kwaliteit van hun administratie. Als reactie hierop werd vanuit Syntrus Achmea Pensioenbeheer - de administrateur van de pensioenregeling van BPF Schoenmakerij - Impero aangeboden. Het doel van Impero was om het bestuur meer inzicht te geven in de kwaliteit (juistheid en volledigheid) van de in de pensioenadministratie geregistreerde pensioenrechten en de aanspraken op individueel deelnemersniveau. Het bestuur heeft vervolgens besloten om dit Impero-onderzoek te laten uitvoeren. Uitkomst van het onderzoek was dat de rechten van de steekproefsgewijze kwesties in het pensioenadministratiesysteem overeen kwamen met de nagerekende rechten. Pensioenpremie 2014 In het najaar van 2013 werd berekend dat de pensioenpremie voor 2014 om kostendekkend te zijn 18,5% moest bedragen. Voor 2013 gold overigens hetzelfde percentage. De in 2013 daadwerkelijk geïncasseerde premie bedroeg echter een procent minder: 17,5%. Deze korting kon worden gefinancierd uit de vermogens die resteerden uit de enkele jaren geleden opgeheven VUT-fondsen voor de Orthopedie en de Schoenherstellers. In het najaar van 2013 bleek ook dat het resterende vermogen vanuit het opgeheven VUT-fonds voor de Orthopedie voldoende was om ook in 2014 een korting van 1% op de pensioenpremie te financieren. Vanuit het eveneens opgeheven VUT- fonds Schoenherstellers bleek helaas onvoldoende vermogen meer beschikbaar. Daarom heeft de schoenherstellersbranche deze 1%-korting in 2014 niet meer. In 2014 bedraagt de pensioenpremie dus 18,5%, waarbij dit percentage voor de orthopedische branche met 1% wordt verlaagd tot 17,5%. 17

18 ABTN In de Actuariële Bedrijfstechnische Nota (ABTN) worden omschrijvingen opgenomen van de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan zaken als de inhoud van de uitvoeringsovereenkomst, de voorwaardelijke toeslagverlening, het financieel toetsingskader, de bedrijfsvoering van het pensioenfonds, een verklaring over de beleggingsbeginselen en een beschrijving van het crisisplan. De ABTN dient regelmatig te worden geactualiseerd. In het najaar van 2013 is de ABTN van BPF Schoenmakerij aangepast en door het bestuur vastgesteld. Toeslagen Jaarlijks wordt bezien of de financiële ruimte er is om een toeslag op de pensioenuitkeringen en -aanspraken te kunnen verlenen. Door de toeslag blijven de pensioenbedragen meer in de pas lopen met de loonontwikkelingen. Uitgangspunt is dat de toeslag voorwaardelijk blijft en dat het bestuur jaarlijks aan de hand van een leidraad een beslissing neemt. Dat wil zeggen dat er altijd een bestuursbesluit aan vooraf gaat. Deze leidraad, uitgedrukt in een staffel, luidt: - Als de dekkingsgraad lager is dan 120%: geen toeslag - Als de dekkingsraad hoger is dan 130%: volledige toeslag - Als de dekkingsgraad zich tussen deze grenzen bevindt: pro rata toeslag - Als de reële dekkingsgraad hoger is dan 100%: inhaaltoeslag Eind 2012 was de dekkingsgraad 115%. In de maanden daarna heeft de dekkingsgraad geschommeld rond de 114%, en was per juli 2013 gelijk aan 113%. De dekkingsgraad lag daarmee ruim onder de grens van 120%. Het bestuur heeft dan ook in het najaar van 2013 besloten om geen toeslag toe te kennen. Pensioenleeftijd In september 2013 is besloten is om ook in 2014 de pensioenleeftijd op 65 jaar te handhaven. Echter, zoals bekend wordt de leeftijd waarop iemand AOW krijgt stapsgewijs verschoven van 65 naar uiteindelijk 67 jaar. Het kan zijn dat een werknemer in de schoenmakersbranche zijn pensioen gelijk wil laten ingaan met zijn AOW-uitkering. Besloten is dan ook om aan de deelnemers de ruimte te bieden om hun pensioen later dan met 65 jaar te laten ingaan. De ingangsdatum van het pensioen kan daarom met maximaal vijf jaar worden uitgesteld. De deelnemer moet dan wel tot zijn of haar nieuwe pensioendatum blijven doorwerken. Samengevat betekent dit dat de pensioenleeftijd in principe op 65 jaar blijft staan, maar op verzoek kan de ingangsdatum van het pensioen worden uitgesteld tot een later moment. Financieel Toetsingskader De eerste stap in de herziening van het pensioenstelsel is zoals hierboven vermeld het verhogen van de AOW- en pensioenleeftijd. De tweede stap is het schokbestendig maken van de pensioencontracten. De financiële regels voor pensioenen liggen vast in het financieel toetsingskader (FTK). Het FTK is onderdeel van de Pensioenwet. De planning is dat 1 januari 2015 een nieuw FTK van kracht wordt. In de zomer van 2013 hield staatssecretaris Klijnsma een consultatie over een voorontwerp voor het nieuwe FTK. In het consultatiedocument werd een scheiding tussen nominale en reële contracten voorgesteld. Na de consultatie koos staatssecretaris Klijnsma alsnog voor één FTK, een tussenvariant. De tussenvariant, ook wel FTK1+ genoemd, is te omschrijven als een FTK met het nominale contract zoals we dat nu kennen als uitgangspunt. Met de introductie van de nieuwe tussenvariant wil Klijnsma ervoor zorgen dat pensioenfondsen oude rechten niet hoeven in te varen in het nieuwe contract. De stand van zaken eind 2013 is dat het voorstel verder wordt uitgewerkt. Klijnsma overlegt daarover nog met de pensioensector. Een aantal grotere pensioenfondsen wil namelijk nog steeds graag over naar een reëel kader. De inhoud van het FTK was daarom eind 2013 nog niet bekend. Planning is om het wetsvoorstel begin 2014 aan de Tweede Kamer te sturen. Deskundigheid bestuur Het bestuur is het aan het fonds verplicht voldoende deskundig te zijn en te blijven. Het vergroten van kennis en ervaring is dan ook een continue proces. Naast het op individuele basis volgen van cursussen en workshops heeft het bestuur eind 2013 besloten om als collectief een vierdaagse cursus te gaan volgen op deskundigheidsniveau 2 waarbij de kenmerken van het BPF Schoenmakerij centraal staan. Deze cursus zal in 2014 zijn beslag gaan krijgen. 18

19 Code Pensioenfondsen De Code Pensioenfondsen van de Pensioenfederatie en de STAR bevat normen voor het gedrag van bestuurders, interne toezichthouders en belanghebbenden in de verantwoordingsfunctie. Daarnaast zijn overkoepelende thema's opgenomen, die gaan zowel over het eigen functioneren van het fonds als van dienstverleners. Staatssecretaris Klijnsma ging in oktober in haar ontwerpbesluit over de Wet versterking bestuur pensioenfondsen nog een stapje verder dan de Code, door de raad van toezicht een rol te geven bij benoeming en ontslag van bestuurders. De Pensioenfederatie vindt dit te ver gaan en ook de Tweede Kamer is kritisch. Op 25 november deelde Klijnsma mee geen aanleiding te zien om het ontwerpbesluit te wijzigen. Toekomstperspectief van het fonds In het voorwoord kwam het toekomstperspectief al even aan de orde. De pensioenwereld is flink in beweging en de pensioenfondsen mogen zich mede als gevolg van de mondiale financiële crisis veelvuldig in media-aandacht verheugen. Mede als gevolg hiervan worden door toezichthouder DNB aan de fondsbesturen steeds meer eisen gesteld. Om aan deze (deskundigheids-)eisen te kunnen voldoen dient veel te worden geïnvesteerd - zowel in tijd als in geld - in de kennis en kunde van de bestuursleden. In het verlengde hiervan is er om kosten te besparen een tendens tot schaalvergroting: Kleinere fondsen kijken naar de mogelijkheden om zich aan te sluiten of te fuseren met grotere fondsen. BPF Schoenmakerij valt in deze categorie. In 2013 zijn de voors en tegens van een eventuele fusie nader uitgezocht. Er zijn echter nog geen knopen doorgehakt. Gezien de grote impact die een dergelijke keuze zal hebben, zal dit ook niet eerder gebeuren dan nadat het bestuur en CAO-partijen een voldoende helder beeld hebben van de nieuwe situatie. Kosten uitvoering pensioenbeheer Het bestuur maakt voor de uitvoering van de regeling diverse kosten. De kosten van pensioenbeheer bedragen voor (2012: 804). Omgerekend is deze 395,40 per deelnemer en gepensioneerde (2012: 306,63). Het bedrag aan uitvoeringskosten voor het pensioenbeheer bestaat uit: - Administratiekosten: 797 (2012: 688) - Kosten bestuur: 121 (2012: 63) - Kosten financieel beheer: 78 (2012: 44) - Overige kosten: 2 (2012: 9) De administratiekosten zijn met 109 euro gestegen en de bestuurskosten zijn met 58 gestegen ten opzichte van Het aantal actieve deelnemers en gepensioneerden is gedaald van naar De administratiekosten bestaan uit kosten die worden gemaakt voor deelnemer- en pensioengerechtigden. Deze kosten hebben betrekking op alle werkzaamheden die in de pensioenadministratie moeten worden verricht om de aanspraken juist te administreren en de deelnemer volledig te informeren. Denk hierbij aan de pensioentoekenningen, betalen uitkeringen, verwerken waardeoverdrachten, afkoop, helpdesk, communicatie met deelnemers en de gepensioneerden. Daarnaast zijn er werkgeverskosten die betrekking hebben op de activiteiten die voortvloeien uit de contacten met de werkgever. Het gaat om kosten voor de aanlevering en verwerking van de werknemergegevens, de aanmaak van premienota s en de premie-incasso, helpdesk werkgever, communicatie met werkgever. Hierbij horen ook de kosten voor het aansluiten van nieuwe werkgevers. De kosten van bestuur en financieel beheer hebben betrekking op kosten verbonden aan het besturen van het fonds en op de adviseurs. Ook vallen hieronder de kosten verbonden aan het toezicht van DNB, AFM, contributie VB, actuaris, accountant, financieel beheer en juridische kosten. De kosten van vermogensbeheer zijn buiten beschouwing gelaten omdat deze kosten geen invloed hebben op de kosten per deelnemer. 19

20 Beleggingenparagraaf Gematigde groei en lage inflatie Gematigde groei, een ruim monetair beleid, politieke strubbelingen en een afzwakkende eurocrisis kenmerkten De wereldwijde economische groei bedroeg volgens het IMF circa 2,9% in 2013, maar de verschillen tussen de regio's waren groot. De Eurozone kende per saldo economische krimp, al was er sprake van herstel gedurende het jaar. De economie in de Verenigde Staten groeide met circa 1,6%. In de opkomende landen nam de economische groei af maar de groeicijfers liggen nog steeds beduidend hoger dan in de ontwikkelde landen. Per saldo bleef de inflatie laag, waardoor het voor centrale banken mogelijk was een zeer ruim monetair beleid te voeren. De Amerikaanse centrale bank (Fed) handhaafde gedurende 2013 het opkoopprogramma van staats- en hypotheekgerelateerde obligaties. Dit beleid wordt in 2014 verkleind. De ECB verlaagde de beleidsrente in twee stappen naar het historisch lage niveau van 0,25%. De Bank of Japan continueerde het eind 2012 ingezette beleid van kwantitatieve verruiming. De politiek blijft in veel landen een onzekere factor. In de Verenigde Staten stonden de Democraten en Republikeinen regelmatig lijnrecht tegenover elkaar aangaande de overheidsfinanciën. In Italië zorgde de eurosceptische verkiezingsuitslag voor onzekerheid. Ondanks een enkele oprisping, zoals de financiële problemen in Cyprus, nam de vrees over het uiteenvallen van de muntunie af. Jaar van het aandeel Vooral het monetaire beleid drukte een belangrijke stempel op de financiële markten in De lage beleidsrentes en de diverse opkoopprogramma's waren een ondersteunende factor voor de meeste risicovolle beleggingen. Vooral aandelen uit de ontwikkelde markten profiteerden hiervan. De aankondiging van de afbouw van het opkoopprogramma door de Fed in mei zorgde voor wereldwijd stijgende renteniveaus. Het rendement op veilige staatsobligaties in de portefeuille was daardoor negatief. Vooral de opkomende markten bleken gevoelig voor de beleidsintenties van de Amerikaanse centrale bank. Het afzwakken van de eurocrisis leidde in de periferie juist tot dalende renteniveaus en een relatief sterke euro. Gevoerd beleid In het eerste kwartaal van 2013 is de allocatie naar EMD Local Currency toegevoegd aan de beleggingsportefeuille van BPF Schoenmakerij. Uit de uitkomsten van de portefeuilleconstructie is gebleken dat staatsobligaties (EMD) een waardevolle toevoeging is. Door een gedeelte vanuit EMD HC (hard currency) te spreiden naar EMD LC (local currency) wordt het risicorendementsprofiel van de portefeuille verder verbeterd. Door te beleggen in de lokale valuta van opkomende markten wordt ingespeeld op de verwachte appreciatie van deze valuta als gevolg van de aantrekkende economische groei. In 2013 heeft verdere herstructurering van de vastgoedportefeuille plaatsgevonden door de discretionaire objecten te verkopen en te beleggen in vastgoedfondsen. Naar aanleiding van een DNB themaonderzoek "beheersing renterisico" heeft het pensioenfonds haar beleid van renteafdekking geëvalueerd. Op basis van de "good practices", aangedragen door DNB, heeft het pensioenfonds gekeken naar de vastlegging van het beleid, de beheersing van het curverisico, en de effectiviteit van rapportages om het gevoerde beleid te kunnen monitoren. Het pensioenfonds heeft vastgesteld dat het renterisicobeleid aansluit bij de aanbevelingen en good practices van DNB op het gebied van vastlegging beleid renteafdekking, curverisico, en monitoring en evaluatie. Verder heeft BPF Schoenmakerij gekeken naar de invulling van de vastgoedportefeuille. Met name de woningportefeuille werd geanalyseerd of de huidige vastgoed beheerder nog de juiste was. Het bestuur heeft door de fiduciair manager een vergelijking laten maken tussen de huidige beheerder een andere marktpartij. Het uiteindelijk besluit welke partij de woningenportefeuille mag beheren, zal in 2014 worden genomen. 20

21 Resultaat Het resultaat op de vermogensbeheerportefeuille, exclusief de renteoverlay (LOF) en Dynamische Asset Allocatie (DAA), over 2013 kwam uit op 5,5% en bleef daarmee ruimschoots voor bij het rendement van de benchmark, dat uitkwam op 5, 0%. Alle beleggingscategorieën, behalve grondstoffen, droegen positief bij aan het behaalde absolute resultaat. Omdat de swaprente over geheel 2013 steeg, nam de rentehedge (LOF) in waarde af (-23,4%) ter compensatie van de waardeverandering van de pensioenverplichtingen. Inclusief de renteoverlay en DAA kwam het totale rendement uit op -1, 4%. De kosten van vermogensbeheer zijn als volgt: Soort belegging Daadwerkelijke kosten 2013 Daadwerkelijke kosten 2012 Vastgoed Aandelen Private Equity 27 5 Vastrentende waarden Commodities 41 7 Overige beleggingen Kosten overlay beleggingen Kosten fiduciar beheer Bewaarloon 15 2 Kosten vermogensbeheer - 80 pensioenfonds Overige kosten - 1 Totaal Portefeuillewaarde De waarde van de portefeuille en de verdeling van het vermogen over de verschillende beleggingscategorieën aan het einde van het jaar ten opzichte van de situatie aan het begin van het jaar wordt weergegeven in onderstaande tabel: 21

22 Bedragen x Bedrag Percentage Normportefeuille Bedrag Percentage Aandelen 42,2 33,6% 25% 37,1 31,2% Vastrentende waarden 61,4 48,8% 49% 57,1 47,9% Alternatieve 10,5 8,4% 10% 8,2 6.9% beleggingen Vastgoed 11,6 9.2% 15% 16,6 13.9% Liquide middelen - 0,0% 1% 0,1 0,1% Totaal 125,9 100% 119,1 100,0% Waarde valuta - 2,4 5.7 afdekking Totaal inclusief portefeuilles ter afdekking valutarisico Rendementen Onderstaande tabel geeft de performance weer uitgesplitst naar de verschillende categorieën waarin door het pensioenfonds wordt belegd Portefeuille 2013 Benchmark Aandelen 14,4% 15,3% Vastrentende waarden (excl. 0,5% -1,1% LOF) Alternatieve beleggingen 0,5% -2,2% Vastgoed -1,5% 0,5% Liquide middelen -0,3% 0,1% Totaal 5,5% 5,0% Inclusief rente- en valutahedge -1,4% 22

23 Afdekking renterisico Hoewel de rentegevoeligheid van de Technische Voorziening is afgenomen sinds de introductie van de UFR rekenrente in 2012 door DNB is renterisico nog steeds een groot risico in de pensioenbalans. Het pensioenfonds beheerst het renterisico door te beleggen in vastrentende waarden en het Liability Overlay Fund (LOF). Over 2013 werd 95% van de rentegevoeligheid van de Technische Voorziening op basis van de UFR rekenrente afgedekt (waarbij het effect van 3-maands middeling buiten beschouwing wordt gelaten). De renteafdekking is gedurende 2013 ieder kwartaal bijgestuurd op basis van de geactualiseerde gegevens van de Technische Voorziening. Door de afdekking van het renterisico is de dekkingsgraad minder gevoelig voor rentebewegingen. Afdekking valutarisico Het BPF Schoenmakerij belegt in verschillende beleggingscategorieën die in buitenlandse valuta genoteerd zijn. Het pensioenfonds dekt het valutarisico voor deze beleggingen niet af met uitzondering van de beleggingen in Global high yield en obligaties in opkomende landen in harde valuta waar het valutarisico volledig wordt afgedekt. In het valuta afdekkingsbeleid heeft zich gedurende 2013 geen verandering voorgedaan. Dynamische Asset Allocatie (DAA) 2013 werd ingegaan met een overwogen positie op de categorie High Yield en op aandelen opkomende markten ten koste van Europese staatsobligaties. De overweging op High Yield is gedurende de eerste vier maanden afgebouwd vanwege de normalisatie van de risicopremie naar een niveau rond het lange termijn gemiddelde. Medio 2013, na de correctie op de aandelenmarkten, is een nieuwe overwogen positie op aandelen geïnitieerd ten koste van Europese staatsobligaties. In onze optiek was de daling op de financiële markten als gevolg van de angst voor afbouw van het ruime monetaire beleid in de Verenigde Staten overtrokken. Mede vanuit diversificatieoogpunt werd gekozen om de overweging te spreiden over Amerikaanse en Europese aandelen. Per saldo zorgde de overweging van aandelen ten koste van staatsobligaties gedurende 2013 voor outperformance. Vooral de overweging van Amerikaanse aandelen droeg hieraan bij, terwijl de overweging op aandelen uit opkomende markten juist een drukkend effect had op het resultaat. 23

24 Vastrentende waarden Het doel van het vastrentende waarden mandaat is om een veilige basis te bieden binnen de beleggingsportefeuille en hiermee aan de nominale verplichtingen van het fonds te kunnen voldoen. De crisis rond de eurozone staatsleningen nam in 2013 verder af. In 2013 bleef de economie van de eurozone als geheel krimpen terwijl de werkloosheid opliep tot recordniveaus. De dalende inflatie werd door de ECB steeds als zorgwekkend ervaren. De overheidfinanciën van de perifere eurozone landen lieten in 2013 weinig verbetering zien. De begrotingstekorten daalden niet en de staatsschulden namen niet af. Opmerkelijk was dat de financiële markten op verwachte positieve ontwikkelingen vooruit liepen, waardoor de risico opslag van de perifere landen in de loop van 2013 gestaag daalden, terwijl de feitelijke ontwikkelingen daar nog geen aanleiding toe gaven. High Yield Ondanks dat het hoge rendement voor high yield obligaties uit 2012 niet geëvenaard werd, was het rendement met 6.3% wel hoger dan dat voor staatsobligaties van kernlanden. Per saldo daalden de risico-opslagen waardoor, ondanks de stijgende staatsobligatierente, toch een positief rendement genoteerd werd. Het bedrijfsleven staat er per saldo goed voor. Het aantal faillissementen is laag en de marktverwachting is dat dit voorlopig zo blijft. Daarnaast is er door de lage renteomgeving een aanhoudende vraag naar bedrijfsobligaties. Emerging Markets Debt Hard Currency Het totaalrendement op schuldpapier uit de opkomende landen was negatief. Het rendement op deze belegging werd negatief beïnvloed door de oplopende rente in de VS en door een stijging van de risico-opslag. De belangrijkste ontwikkeling die hieraan ten grondslag lag was de economische groei. Structurele hervormingen, een verkrappend monetair beleid en lagere grondstoffenprijzen stonden het economische herstel in de weg. Emerging Markets Debt Local Currency Schuldpapier uit opkomende landen in lokale valuta had te lijden onder de forse afname van de meeste valuta's. Het totaalrendement op deze categorie was fors negatief. Door de lagere economische groei, nemen de tekorten toe en daarmee ook de afhankelijkheid van buitenlands kapitaal. Dit leidt tot een toename van de bewegelijkheid op de valutamarkten. Per saldo heeft de vastrentende waarden portefeuille met een rendement van 0,5% versus een benchmarkrendement van -1,1% een outperformance van 1,6% behaald. Voor 2014 wordt een zeer bescheiden herstel verwacht, waardoor de rendementen op vastrentende waarden bescheiden zullen blijven. 24

25 Aandelen Ondanks een aanhoudend somber beeld in Europa als gevolg van de eurocrisis, was 2013 een goed jaar voor aandelenbeurzen. Tegen het einde van het jaar werden diverse jaarrecords gevestigd. Belangrijkste reden hiervoor was het aanhoudende ruime monetaire beleid van de verschillende centrale banken. Het beeld in de Verenigde Staten duidt op een gestaag doorzettende economische groei. In Europa lijkt de eurocrises onder controle en zijn de vooruitzichten nu voorzichtig positief. In de opkomende markten is echter juist sprake van een afnemende groei. De Europese beurzen stegen met ruim 19%. De Amerikaanse beurs steeg in euro's gemeten met 26%. Opkomende markten daalden in euro's met ruim 6%. Hoewel de beurzen in de breedte flink stegen, was er sprake van duidelijke voorkeuren binnen de verschillende markten. Dit kwam tot uitdrukking in het soort aandelen dat werd gekocht. Aandelen van bedrijven van lagere kwaliteit (een minder stabiele winstgroei, lagere winstmarges of een matige balanskwaliteit) deden het beter dan aandelen van hogere kwaliteit. Ook deden goedkope (waarde)aandelen het beter dan groeiaandelen. Het waren vooral de sectoren met een blootstelling aan de Europese economie die goed presteerden, zoals telecommunicatie en cyclische consumentengoederen. Sectoren met een blootstelling aan opkomende markten en grondstoffen bleven achter, zoals basismaterialen en energie. De aandelenportefeuille van het fonds is met passieve (index volgende) beleggingen ingevuld. De totale aandelenportefeuille liet over 2013 per saldo een positief rendement zien van 14,4% versus een benchmark rendement van 15,3%. Alternatieve beleggingen De portefeuille alternatieve beleggingen bestond in 2013 uit: Private equity De investeringen in niet-beursgenoteerde ondernemingen namen volgens een rapport van Private Equity International toe. De instroom van nieuw geld richting de private equity fondsen steeg naar het hoogste niveau in de afgelopen vijf jaar. Het merendeel van de nieuwe investeringen komt terecht bij de 'buy-out', 'venture capital' en 'groeifondsen'. De sterke groei van nieuwe gelden richting private equity ging vooral naar de Amerikaanse fondsen. De opkomende markten lieten juist een daling zien. De uitkeringen door verkopen stegen sterk. Dit kwam onder andere door de hogere beurskoersen. Onder druk van investeerders blijkt dat maatschappelijk verantwoord beleggen steeds meer op de agenda staat van de private equity fondsen. Ook blijven de kosten dalen onder druk van investeerders. De beleggingen in private equity behaalden een positief rendement van 19,3% in Daarmee bleef het fonds achter bij de benchmark, dat een positief rendement van 21,2% behaalde. Dit is conform verwachting. Door de meer conservatieve waarderingen blijven private equity fondsen in een sterk opgaande aandelenmarkt achter. Infrastructuur Binnen de infrastructuur beleggingen is er door de een terugtrekkende overheid steeds meer aanbod in noodzakelijke activa voor de economie. Investeringen in wegen, bruggen, zeehavens, spoorwegen, luchthavens en de energie sectoren krijgen steeds meer aandacht van institutionele beleggers. Gevolg hiervan is dat de vraag naar dergelijke beleggingen in infrastructuur sterk stijgt, terwijl het aanbod een bescheiden groei laat zien. Hierdoor is er een sterk opdrijvende prijs voor nieuwe activa, waardoor toekomstige rendementen onder druk komen te staan. Door de grote mate van financiering met vreemd vermogen kan door een stijgende rente een drukkend effect optreden op toekomstige rendementen. Daarnaast wordt de markt geconfronteerd met nieuwe additionele heffingen op de opbrengsten. Het fonds behaalde in 2013 een rendement van 3,3% op zijn infrastructuurbeleggingen. De benchmark behaalde een rendement van 3,1%. 25

26 Grondstoffen Beleggingen in grondstoffen (commodities) zijn investeringen in natuurlijke materialen die gebruikt worden in productieprocessen (olie, metalen bijvoorbeeld). De markt van grondstofbeleggingen liet in 2013, net zoals in 2012, een wisselend beeld zien. Vooral macro economische ontwikkelingen hebben het rendement bepaald in Het begin van het jaar werd gekenmerkt door onzekerheid over de financiële stabiliteit in Europa, voornamelijk door de crisis op Cyprus. Grondstoffen werden in het tweede kwartaal voornamelijk gedreven door een sterke dollar en een afnemende economische groei in China. Door goede economische vooruitzichten in de Verenigde Staten, was er angst in de markt dat de Fed zou stoppen met het opkopen van obligaties. Dit leidde ertoe dat de investeringen in grondstoffen minder waard werden. De tweede helft van 2013 werd gekenmerkt door de onrusten in het Midden-Oosten. Dit zorgde voor een prijsstijging van olie. Het koude weer in de Verenigde Staten zorgde voor een prijsstijging van Natural Gas. Edelmetalen werden minder waard na de aankondiging van de Fed dat de stimuleringsmaatregelen worden afgebouwd. Het BPF Schoenmakerij behaalde in 2013 een rendement van -1,5% op zijn grondstoffenbeleggingen. De benchmark behaalde een rendement van -5,5%. Vastgoed Het beeld van de Nederlandse vastgoedmarkt was in 2013 weinig positief. Dit werd door een belangrijk deel veroorzaakt door de recessie in Nederland. Daarnaast zijn er ook structurele oorzaken van de afwaardering van vastgoed. Naast de positieve invloed van huuropbrengsten, werd het rendement van de portefeuille negatief beïnvloed door de waardeontwikkeling van het vastgoed. De portefeuille presteerde met -1,5% slechter dan de ROZ/IPD benchmark (0.5%). 26

27 Verantwoord beleggen en corporate governance Het pensioenfonds vindt het belangrijk invulling te geven aan verantwoord beleggen. BPF Schoenmakerij belegt in de beleggingspools van Syntrus Achmea Vermogensbeheer waarop het verantwoord beleggen beleid wordt toegepast. Als uitgangspunt worden de principes van de Global Compact van de Verenigde Naties gehanteerd. Deze tien principes zijn gerelateerd aan de mensenrechten, arbeidsnormen, milieu en anti-corruptie en vinden hun oorsprong in internationaal breed geaccepteerde verdragen zoals de Universele Verklaring inzake de Rechten van de Mens en de conventies van de International Labour Organisation. Het verantwoord belegen beleid bestaat uit de volgende onderdelen: - Uitsluiten van controversiële wapens (producenten van kernwapens, biologische wapens, chemische wapens en antipersoonwapens). - Uitsluiten van landen waartegen de Europese Unie en/of Verenigde Naties sancties heeft afgekondigd. - Engagement, aangaan van dialoog met ondernemingen om aan te sporen tot beter gedrag en om aandeelhouderswaarde te creëren. - Integratie van duurzaamheidsinformatie in het beleggingsproces. Op de website van Syntrus Achmea wordt uitgebreid gerapporteerd over het verantwoord beleggen beleid, het uitsluitingsbeleid en het stembeleid. Z-score Op 24 april 1998 is de 'Vrijstellingsregeling Wet Bedrijfspensioenfondsen' officieel in werking getreden. Deze regeling is uitgevaardigd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en heeft als belangrijkste doel ondernemingen vrijstelling te verlenen van de verplichtstelling van deelname aan een bedrijfstakpensioenfonds indien de beleggingsperformance van het fonds ontoereikend is. Op basis van artikel 5 lid 1a Vrijstellingsregeling moet vrijstelling worden verleend als uit de performancetoets blijkt dat het feitelijk behaalde beleggingsrendement van het bedrijfspensioenfonds in negatieve zin afwijkt van het rendement van de door het fonds vastgestelde normportefeuille. Volgens de vrijstellingsregeling zal de performancetoets worden toegepast over de periode 2009 tot en met Indien de uitkomst van de performancetoets lager valt dan 0, kan een deelnemer binnen het verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfonds een verzoek indienen tot vrijstelling van deelname. Over 2013 is een Z-score behaald van 0.21% positief. De performancetoets over de periode 2009 tot en met 2013 bedraagt 1.08%. Daarmee blijft de performancetoets ruimschoots boven het vereiste minimum. Beheerkosten van het fonds In april 2011 bracht de Autoriteit Financiële Markten (AFM) het rapport "Kosten pensioenfondsen verdienen meer aandacht" uit. Hierin wordt gepleit voor een helder en transparant inzicht in de kosten die pensioenfondsen maken. In dit rapport is onder andere aandacht gevraagd voor de kosten op het gebied van vermogensbeheer. De Pensioenfederatie heeft dit concreet gemaakt in november 2011 in de vorm van 'aanbevelingen over het afleggen van verantwoording over de kosten'. In dit jaarverslag zijn deze aanbevelingen gevolgd. De gemaakte kosten, zoals hieronder opgenomen, worden ook aan de toezichthouder (DNB) gerapporteerd. De kosten van fiduciair management en vermogensbeheer zijn te onderscheiden naar de volgende kosten componenten: 27

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind maart 2017 is 112,6% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2013 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht

Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 10 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar

Nadere informatie

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het jaarverslag legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 105,7% naar 110,5%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf Dit is een uitgave van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf. Versie: 01 juli 2013

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2014 129,5%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 31 maart 2014. Over de eerste zes maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2012 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting DNB-dekkingsgraad 125,2% per 31 december 2012, toename van 3,6%-punt ten opzichte van 30 september 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website Beleggingsrendement

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015 Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Dekkingsgraad: 111,5% Beleidsdekkingsgraad: 112,6% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2014: 27,6%

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Persbericht Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Hoofdpunten: Dekkingsgraad van 94% is te laag: aanvullende maatregelen nodig Beschikbaar vermogen stijgt met ruim 11 miljard Door gedaalde rente nemen

Nadere informatie

De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015.

De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015. Kwartaalbericht 2015 Samenvatting De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015. De reële dekkingsgraad ultimo tweede kwartaal was

Nadere informatie

Terugblik 2011 in cijfers

Terugblik 2011 in cijfers Terugblik 2011 in cijfers U vindt hier een samenvatting van het jaarverslag 2011. Het volledige jaarverslag kunt u downloaden via www.pensioenfondsricohnederland.nl. Financiële situatie Door de kredietcrisis

Nadere informatie

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017 Samenvatting cijfers per 30 juni 2017 Dekkingsgraad (UFR): 104,9% Beleidsdekkingsgraad: 101,8% Belegd vermogen: 23,5 miljard Rendement 2017 t/m juni:

Nadere informatie

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag. 12 vragen over het jaarverslag 2013 De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 12 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur

Nadere informatie

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website. Beleggingsrendement 4,2%

Nadere informatie

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Eind 2012 liep het herverzekeringscontract met Nationale-Nederlanden

Nadere informatie

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Samenvatting cijfers per 31 december 2015 Dekkingsgraad (UFR): 100,5% Beleidsdekkingsgraad: 104,4% Belegd vermogen: 19,9 miljard Rendement 4 e

Nadere informatie

Verkort jaarverslag

Verkort jaarverslag Verkort jaarverslag 2014 1 Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Meubelindustrie en Meubileringsbedrijven Hoe deed ons pensioenfonds het in 2014? Waar hield het bestuur zich mee bezig? En wat waren

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m 30 juni 2012 Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad is gedaald van 110,0% naar 105,1% Beleggingsrendement

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015 De maand dekkingsgraad ultimo juni is sterk gestegen t.o.v eind maart De beleidsdekkingsgraad is gedaald van

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2017-1 juli 2017 t/m 30 september 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind september 2017 is 117,8% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

Het jaarverslag 2014 samengevat

Het jaarverslag 2014 samengevat Het jaarverslag 2014 samengevat Uw pensioenfonds blikt terug én vooruit Deelnemers 1.711 In 2014 verdiende het fonds 55,1 miljoen dankzij beleggen. Dat bedrag staat voor een rendement van 20,1%. Het fonds

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Kwartaalbericht 2013 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2013 122,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Persbericht ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Hoofdpunten: Verlaging pensioen met 0,5% per 1 april 2013 definitief Mogelijk aanvullende

Nadere informatie

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Beleggingen Het totaal rendement over het afgelopen boekjaar 2010 is uitgekomen op 15,6%. Als we naar de onderverdeling kijken zien we het

Nadere informatie

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Schoenmakerij Jaarverslag 2014

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Schoenmakerij Jaarverslag 2014 Jaarverslag 2014 INHOUDSOPGAVE Pagina A Voorwoord 4 B Kerncijfers 7 C Karakteristieken van het fonds 9 D Bestuursverslag 15 E Verantwoordingsorgaan 34 F Raad van Toezicht 38 JAARREKENING 1 Balans per

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Samenvatting: dalende euro en dalende rente Nominale dekkingsgraad gedaald van 117,4% naar 115,1%

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015 Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Dekkingsgraad (UFR): 108,3% Beleidsdekkingsgraad: 110,0% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2015 1 e halfjaar:

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015. Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015. Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is fors gestegen van 105,7% naar 115,4%. Dit komt

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2016-1 oktober 2016 t/m 31 december 2016 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 98,8% naar 105,7%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m ultimo juni 2012 Samenvatting: Nominale dekkingsgraad gedaald van 107,6% naar 101,9% Beleggingsrendement is 1,6%

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2017 t/m 30 september Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2017 t/m 30 september Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Derde kwartaal 2017-1 juli 2017 t/m 30 september 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 113,6% naar 116,5%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van 16.893 miljoen naar 17.810 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van 16.893 miljoen naar 17.810 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2014 130,4%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 30 juni 2014. Over de eerste negen maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015. Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015. Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is fors gedaald van 115,4% naar 103,7%. Dit

Nadere informatie

1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017

1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017 Samenvatting cijfers per 31 maart 2017 Dekkingsgraad (UFR): 103,3% Beleidsdekkingsgraad: 100,4% Belegd vermogen: 23,5 miljard Rendement 2017 t/m maart:

Nadere informatie

stichting pensioenfonds wonen

stichting pensioenfonds wonen stichting pensioenfonds wonen Verkort Jaarverslag 2007 Kerncijfers Aantallen per 31-12 2007 2006 Werkgevers 4.331 4.161 Deelnemers 33.009 31.705 Gewezen deelnemers 70.948 62.860 Gepensioneerden 8.468 7.735

Nadere informatie

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008 Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008 Hoofdpunten Rendement over eerste helft 2008 is 5,1%. De dekkingsgraad is medio 2008 uitgekomen op 132%. De kredietcrisis eist zijn tol. Vooral aandelen en onroerend

Nadere informatie

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016 Samenvatting cijfers per 31 maart 2016 Dekkingsgraad (UFR): 97,7% Beleidsdekkingsgraad: 102,0% Belegd vermogen: 21,9 miljard Rendement 1 e kwartaal

Nadere informatie

Jaarlijks gemiddeld Cumulatief vanaf 1970 2008 Q2 2008 Q1 2008 Q4 2007 Q3 2007 Q2 2007 Dekkingsgraad (kwartaalultimo) 143% 137% 148% 153% 153%

Jaarlijks gemiddeld Cumulatief vanaf 1970 2008 Q2 2008 Q1 2008 Q4 2007 Q3 2007 Q2 2007 Dekkingsgraad (kwartaalultimo) 143% 137% 148% 153% 153% Kwartaalbericht 2e kwartaal 2008 Dekkingsgraad op 143% Rendement 0,2% in tweede kwartaal Belegd vermogen 86,3 miljard Klein positief resultaat in moeilijke markt In het tweede kwartaal is een totaalrendement

Nadere informatie

Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009

Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009 Dekkingsgraad 100% Belegd vermogen 74,7 miljard Rendement tweede kwartaal 8,4% Herstelplan goedgekeurd In het tweede kwartaal heeft Pensioenfonds Zorg en Welzijn een rendement

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal 2017-1 oktober 2017 t/m 31 december 2017 Samenvatting: De (12 maands)beleidsdekkingsgraad is gestegen van 112,7% eind september 2017 naar 115,3%

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Derde kwartaal juli 2013 t/m 30 september 2013

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Derde kwartaal juli 2013 t/m 30 september 2013 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2013-1 juli 2013 t/m 30 september 2013 Nominale dekkingsgraad is gestegen van 113,3% naar 120,3% Beleggingsrendement is 1,8% Het belegd vermogen

Nadere informatie

Verkort jaarverslag PHI 2011

Verkort jaarverslag PHI 2011 Verkort jaarverslag PHI 2011 uitgave van stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de houtverwerkende industrie Voorwoord Het afgelopen jaar stond in het teken van de financiële crisis en de gevolgen daarvan.

Nadere informatie

Verklaring van beleggingsbeginselen

Verklaring van beleggingsbeginselen Verklaring van beleggingsbeginselen Inleiding Stichting Pensioenfonds APF (APF) voert de pensioenregeling uit voor de (voormalige) werknemers van AkzoNobel. Om de pensioenen te kunnen uitkeren, ontvangt

Nadere informatie

4e kwartaal 2016 Den Haag, januari 2017

4e kwartaal 2016 Den Haag, januari 2017 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2016 Den Haag, januari 2017 Samenvatting cijfers per 31 december 2016 Dekkingsgraad (UFR): 101,4% Beleidsdekkingsgraad: 98,9% Belegd vermogen: 23,1 miljard Rendement 2016: 12,7%

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

TRANSPARANTIEDOCUMENT

TRANSPARANTIEDOCUMENT TRANSPARANTIEDOCUMENT Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie en aanverwante Bedrijven (VNPS) Dit is een uitgave van de Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie

Nadere informatie

Een goede pensioenregeling tegen een aanvaardbare prijs. Dat is waar Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars (SBZ) voor staat.

Een goede pensioenregeling tegen een aanvaardbare prijs. Dat is waar Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars (SBZ) voor staat. Hoe ziet het beleggingsbeleid van SBZ eruit? Een goede pensioenregeling tegen een aanvaardbare prijs. Dat is waar Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars (SBZ) voor staat. Om iedereen het afgesproken

Nadere informatie

3e kwartaal 2016 Den Haag, oktober 2016

3e kwartaal 2016 Den Haag, oktober 2016 Kwartaalbericht 3e kwartaal 2016 Den Haag, oktober 2016 Samenvatting cijfers per 30 september 2016 Dekkingsgraad (UFR): 99,7% Beleidsdekkingsgraad: 99,1% Belegd vermogen: 24,3 miljard Rendement 2016 t/m

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014. Samenvatting: stijgende aandelen

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014. Samenvatting: stijgende aandelen Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014 Samenvatting: stijgende aandelen Nominale dekkingsgraad gestegen van 123,0% naar 123,6% Reële dekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2015-1 januari 2015 t/m 31 maart 2015

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2015-1 januari 2015 t/m 31 maart 2015 Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2015-1 januari 2015 t/m 31 maart 2015 Samenvatting: dalende euro en dalende rente door monetair beleid De beleidsdekkingsgraad is gedaald

Nadere informatie

3e kwartaal 2017 Den Haag, oktober 2017

3e kwartaal 2017 Den Haag, oktober 2017 Kwartaalbericht 3e kwartaal 2017 Den Haag, oktober 2017 Samenvatting cijfers per 30 september 2017 Dekkingsgraad (UFR): 106,4% Beleidsdekkingsgraad: 103,5% Belegd vermogen: 23,9 miljard Rendement 2017

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018 Stichting Pensioenfonds Avery Dennison Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018 Agenda 1. Opening 2. Vaststelling notulen jaarvergadering 4 september 2017 3.

Nadere informatie

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2012-1 juli 2012 t/m 30 september 2012 Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad

Nadere informatie

Transparantiedocument organisatie van Stichting Pensioenfonds Wonen

Transparantiedocument organisatie van Stichting Pensioenfonds Wonen Transparantiedocument organisatie van Stichting Pensioenfonds Wonen Dit is een uitgave van Stichting Pensioenfonds Wonen Voorwoord In dit document beschrijft het bestuur van Stichting Pensioenfonds Wonen

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2014-1 juli 2014 t/m 30 september 2014 Nominale dekkingsgraad is gedaald van 123,1% naar 117,0% Beleggingsrendement is 1,8%, Obligaties stegen

Nadere informatie

Kwartaalbericht 4e kwartaal 2008

Kwartaalbericht 4e kwartaal 2008 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2008 Dekkingsgraad 92% Belegd vermogen daalt naar 71,5 miljard Geen indexering in 2009 In het vierde kwartaal heeft Pensioenfonds Zorg en Welzijn een verlies op beleggingen

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Nominale dekkingsgraad is gedaald van 117,0% naar 116,3%; Het beleggingsrendement is 3,5% in het vierde

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2013 t/m 31 december Samenvatting: stijgende aandelen

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2013 t/m 31 december Samenvatting: stijgende aandelen Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2013-1 oktober 2013 t/m 31 december 2013 Samenvatting: stijgende aandelen Nominale dekkingsgraad gestegen van 120,6% naar 123,0% Reële

Nadere informatie

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 Kwartaalverslag Q2-2019 Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 1 In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2019 bedroeg 117,3%. Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2019 bedroeg 3,5%. Het pensioenvermogen

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Uitgave van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw Voorwoord 2013 was een bijzonder jaar. Het was het eerste jaar samen voor het Pensioenfonds

Nadere informatie

2014 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2014 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2014 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 samenvatting van het jaarverslag In het Jaarverslag 2014 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009 Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics Verkort Jaarverslag 2009 Inleiding 2009 is voor de Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics (hierna Pensioenfonds SABIC-IP) weer een bijzonder

Nadere informatie

2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016

2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016 Samenvatting cijfers per 30 juni 2016 Dekkingsgraad (UFR): 99,0% Beleidsdekkingsgraad: 99,6% Belegd vermogen: 23,3 miljard Rendement 1 e halfjaar 2016:

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2006. stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel

Verkort jaarverslag 2006. stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel Verkort jaarverslag 2006 stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel Inleiding Hierbij ontvangt u het verkorte jaarverslag 2006 van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Detailhandel

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2017-1 april 2017 t/m 30 juni 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind juni 2017 is 115,7% en is gestegen ten opzichte van

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2018 bedroeg 119,0%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2018 bedroeg -0,6%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

Transparantiedocument

Transparantiedocument Transparantiedocument Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw Dit is een uitgave van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw

Nadere informatie

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap Governance Algemeen Het bestuur van het fonds streeft als eindverantwoordelijk uitvoerder van de door sociale partners overeengekomen pensioenregeling naar een optimale kwaliteit, zorgvuldigheid en openheid

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015 De maandelijkse nominale dekkingsgraad ultimo september is gedaald ten opzichte van eind juni; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfspensioenfonds AVH 1. Introductie 1.1 Inleiding Deze verklaring inzake de beleggingsbeginselen geeft beknopt de uitgangspunten weer van het

Nadere informatie

Kwartaalbericht 1e kwartaal 2009

Kwartaalbericht 1e kwartaal 2009 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2009 Dekkingsgraad 89% Belegd vermogen 68,3 miljard Herstelplan ingediend In het eerste kwartaal heeft Pensioenfonds Zorg en Welzijn een verlies op beleggingen geleden van 4,5%.

Nadere informatie

Later AOW en pensioen

Later AOW en pensioen Pensioenflits Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie + Verkort jaarverslag Juli 2017 De Pensioenflits is een uitgave van uw Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie

Nadere informatie

Strengere regels voor pensioenfondsen

Strengere regels voor pensioenfondsen Pensioenflits Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie + Verkort jaarverslag November 2015 De Pensioenflits is een uitgave van uw Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Leiden, 3 september 2012

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Leiden, 3 september 2012 Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Leiden, 3 september 2012 Agenda 1. Opening 2. Vaststelling notulen jaarvergadering 8 september 2011 3. Jaarverslag 2011 4. Beleggingsbeleid 5. Terugblik

Nadere informatie

Kwartaalbericht ING CDC Pensioenfonds communiceert over de resultaten van Q4. Kwartaalbericht 4e kwartaal

Kwartaalbericht ING CDC Pensioenfonds communiceert over de resultaten van Q4. Kwartaalbericht 4e kwartaal Kwartaalbericht 2016 ING CDC Pensioenfonds communiceert over de resultaten van Q4 Als je werkt bij ING voert ING CDC Pensioenfonds vanaf 1 januari 2014* jouw huidige pensioenregeling uit. Samen met je

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2017 t/m 30 juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2017 t/m 30 juni Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede 2017-1 april 2017 t/m 30 juni 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 110,5% naar 113,6%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering Marjon Brandenbarg 27 september 2012 www.ingim.com Agenda Mandaat ING Markt en Performance Vooruitzichten 2 2011: Mandaat ING Door het Bestuur

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2019 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2019 bedroeg 118,7%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2019 bedroeg 7,1%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Wat waren in 2013 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2013. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

Wanneer gaat u met pensioen: eerder of later? AOW-leeftijd verschuift opnieuw

Wanneer gaat u met pensioen: eerder of later? AOW-leeftijd verschuift opnieuw Pensioenflits Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie + Verkort jaarverslag Juli 2017 De Pensioenflits is een uitgave van uw Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2016 t/m 30 juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2016 t/m 30 juni Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2016-1 april 2016 t/m 30 juni 2016 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gedaald van 98,1% naar 97,9%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Verkort jaarverslag PHI 2012

Verkort jaarverslag PHI 2012 Verkort jaarverslag PHI 2012 Uitgave van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw Voorwoord Eén sterk, toekomstbestendig pensioenfonds. Met dat doel gingen het

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2016 t/m 30 september 2016

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2016 t/m 30 september 2016 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2016-1 juli 2016 t/m 30 september 2016 De maandelijkse nominale dekkingsgraad ultimo september is 102,4% en is gestegen ten opzichte van eind juni

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2016 t/m 31 maart Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2016 t/m 31 maart Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2016-1 januari 2016 t/m 31 maart 2016 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gedaald van 106,3% naar 98,1%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Populair beleggingsplan

Populair beleggingsplan Populair beleggingsplan versie 22 november 2013 1 Inhoudsopgave Wat belegt het pensioenfonds? 4 Wat is het doel van beleggen? 4 Wat levert beleggen op? 4 Er gaan toch ook risico s gepaard met beleggen?

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Eerste kwartaal januari 2013 t/m 31 maart 2013

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Eerste kwartaal januari 2013 t/m 31 maart 2013 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Eerste kwartaal 2013-1 januari 2013 t/m 31 maart 2013 Nominale dekkingsgraad is gestegen van 116,5% naar 119,9% Beleggingsrendement is 2,2% Het belegd vermogen

Nadere informatie

Ontwikkelingen in 2012

Ontwikkelingen in 2012 1 Jaarbericht 2012 Ontwikkelingen in 2012 2012 was, in alle opzichten, weer een bewogen jaar. We kregen onder meer te maken met hectische ontwikkelingen op de financiële markten, met veranderingen in de

Nadere informatie

Kwartaalbericht 3e kwartaal 2009

Kwartaalbericht 3e kwartaal 2009 Kwartaalbericht 3e kwartaal 2009 Dekkingsgraad 107% Belegd vermogen 81,9 miljard Rendement derde kwartaal 9,1% Premie- en indexatiebesluit in vierde kwartaal Het Pensioenfonds Zorg en Welzijn heeft in

Nadere informatie