Tweede Kamer der Staten-Generaal
|
|
- Quinten van den Pol
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar Ontwerprichtlijnen Europese Commissie Nr. 134 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 29 oktober 1999 Ik heb de eer u bijgaand aan te bieden de reactie van de regering op het Groenboek wettelijke aansprakelijkheid voor producten met gebreken. Het fiche met betrekking tot dit document, opgesteld door de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC), ging u reeds toe met mijn brief van 26 oktober 1999 (22 112, nr. 133). Conform de met u overeengekomen procedure zal de regering de reactie 30 dagen na heden aan de Europese Commissie zenden. De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, D. A. Benschop KST41493 ISSN Sdu Uitgevers s-gravenhage 1999 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr
2 REACTIE VAN DE NEDERLANDSE REGERING OP HET GROENBOEK WETTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID VOOR PRODUCTEN MET GEBREKEN Ingevolge uw verzoek treft u onderstaand de reactie aan van de Nederlandse regering op het Groenboek Wettelijke aansprakelijkheid voor producten met gebreken. Inleiding De Nederlandse regering heeft met belangstelling kennis genomen van de inhoud van het Groenboek. Zij juicht het voornemen van de Commissie toe om op basis van het Groenboek een raadpleging te houden teneinde na te gaan wat de gevolgen van Richtlijn 85/374/EEG (betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de aansprakelijkheid voor producten met gebreken) zijn voor de betrokken gelaedeerden en bedrijfstakken en teneinde te bestuderen of een herziening wenselijk is en zo ja, welke vorm deze met het oog op een grotere rechtszekerheid voor de betrokkenen zou moeten aannemen. De Nederlandse regering acht de daartoe opgestelde 19 vragen, gericht tot vertegenwoordigers van consumenten, producenten, distributeurs, verzekeraars, overheidsorganen en alle andere betrokken sectoren, een goed uitgangspunt. Algemeen Nederland hecht aan een doorzichtige regeling inzake de bescherming van consumenten tegen de gevolgen van gebrekkige producten die tevens rekening houdt met de belangen van het bedrijfsleven. De huidige richtlijn, waarvan onlangs de reikwijdte is uitgebreid met landbouwgrondstoffen, biedt een evenwicht bij de afweging van deze belangen. In Nederland is de richtlijn geïmplementeerd door het opnemen van bepalingen uit de richtlijn in het Burgerlijk Wetboek. Nederland is van mening dat niet op voorhand vaststaat dat wijziging van de huidige richtlijn wenselijk is. Eerst zal een grondige evaluatie van de huidige praktijk moeten plaatsvinden en NL wacht daarom de uitkomst van de raadpleging door de Commissie met belangstelling af. Vragen 1. Bent u op basis van uw ervaring van mening dat de richtlijn in de praktijk goed functioneert? Hoewel daarover specifiek geen gegevens voorhanden zijn, lijkt de richtlijn in de praktijk goed te functioneren. In de afgelopen jaren zijn geen signalen van betrokken partijen, bedrijfsleven en consumentenorganisaties, ontvangen dat de regelgeving inzake gebrekkige producten knelpunten oplevert. Vindt u dat er redenen zijn om de richtlijn te wijzigen, gezien het belang dat door consumenten en ondernemers aan een stabiel rechtskader op het gebied van de productaansprakelijkheid wordt gehecht? Om bovengenoemde reden ziet NL, juist gelet op het belang van consumenten en ondernemers bij een stabiel rechtskader op het gebied van productaansprakelijkheid, op voorhand geen aanleiding tot wijziging. Heeft het uiteenlopen van de wettelijke regelingen inzake productaansprakelijkheid producenten ervan weerhouden al was het maar in theorie om in een andere lidstaat producten op de markt te brengen? Of het uiteenlopen van de wettelijke regelingen inzake productaansprakelijkheid producenten ervan heeft weerhouden om in een andere lidstaat producten op de markt te brengen, is niet bekend. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr
3 Als in plaats van de richtlijn het gemene recht wordt toegepast, wat zijn volgens u dan de redenen daarvoor? Bent u van mening dat de richtlijn moet worden gewijzigd, zodat deze voortaan de enige gemene regeling inzake productaansprakelijkheid is (schrapping van artikel 13 van de richtlijn)? Het Nederlandse recht kent naast de regeling die is gebaseerd op de richtlijn, geen andere bijzondere regels aangaande productenaansprakelijkheid. Wel kan een beroep worden gedaan op de algemene aansprakelijkheid op grond van onrechtmatige daad. Een reden voor een slachtoffer om een beroep op dit gemene recht te doen, kan zijn gelegen in het feit dat dat recht gunstiger voor hem is, bijvoorbeeld in verband met de dan geldende langere verjaringstermijn. Nederland acht het niet wenselijk deze thans bestaande mogelijkheid aan burgers te ontzeggen en is dan ook van mening dat het stelsel van een toekomstige richtlijn niet exclusief zou moeten zijn. Bent u van mening dat de lidstaten de mogelijkheid moet worden gegeven om strengere regels inzake de aansprakelijkheid vast te stellen (opneming van een «minimumclausule» in de richtlijn)? De volledige harmonisatie die de huidige richtlijn nastreeft, biedt vooral het bedrijfsleven de zekerheid dat aansprakelijkheidsregimes in de verschillende lidstaten niet (al te zeer) uiteenlopen. Vooral voor exporterende bedrijven is dit een belangrijk gegeven. Mede op basis van de evaluatie door de Commissie zal NL een definitief standpunt bepalen over een «minimumclausule» dan wel handhaving van volledige harmonisatie. 2. Gelooft u dat de richtlijn de positie van de Europese ondernemers ten opzichte van hun buitenlandse concurrenten verzwakt door de bepalingen die hierin met betrekking tot de wettelijke aansprakelijkheid voor producten met gebreken zijn opgenomen? Wat zijn de redenen daarvoor en hoe kan dit worden voorkomen? Er bestaat geen reden om aan te nemen dat de richtlijn de positie van Europese ondernemers ten opzichte van hun buitenlandse concurrenten heeft verzwakt. Immers, ook buitenlandse ondernemers op de Europese markt moeten zich houden aan de «Europese spelregels» op het gebied van productaansprakelijkheid. Bovendien lijken in de belangrijkste concurrerende buitenlanden, in het bijzonder de VS en Japan zeker geen minder strenge regels op het gebied van de productenaansprakelijkheid te gelden. Omgekeerd zullen Europese ondernemers op buitenlandse markten zich moeten conformeren aan de aldaar geldende regels. Welke gevolgen heeft de uitvoer van producten naar landen met een strengere wetgeving (of juridische praktijk), zoals de Verenigde Staten, voor de Europese ondernemers (kostenniveau, productiemethoden, verzekeringen, het niveau waarop geschillen worden beslecht enz.)? De vraag wat de gevolgen zijn voor de uitvoer van producten naar landen met een strengere wetgeving (of juridische praktijk), zal door het bedrijfsleven moeten worden beantwoord. Het lijkt logisch te veronderstellen dat de ondernemers hogere kosten moeten maken om de hogere risico s inzake productaansprakelijkheid te verzekeren. Overigens lijken deze kosten niet zeer groot te zijn, zodat het de vraag is welk gewicht daaraan toekomt bij het nemen van belangrijke bedrijfsbeslissingen. 3. Wat is het percentage gelaedeerden dat schadevergoeding heeft ontvangen op basis van het gemene recht inzake wettelijke aansprakelijkheid en wat is het percentage dat op basis van de toepassing van de beginselen van Richtlijn 85/374/EEG schadeloos is gesteld? De door de Commissie gevraagde percentages zijn bij de Nederlandse overheid niet bekend. Als op basis van de richtlijn schadevergoeding werd toegekend, werd deze gemakkelijk verkregen (d.w.z. was de procedure snel en efficiënt)? Wanneer schade wordt geleden als gevolg van een gebrekkig product, zal Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr
4 de gelaedeerde, wanneer deze schade niet door de producent of op grond van een verzekering wordt vergoed, zich tot de burgerlijke rechter moeten wenden. In het algemeen is dit niet een gemakkelijke, snelle en efficiënte procedure te noemen. Daarbij moet worden aangetekend, dat in de praktijk meer dan 90% van alle schadeclaims buiten de rechter om door verzekeraars wordt afgehandeld. 4. Welke invloed had de toepassing van de richtlijn op de belangen van de gelaedeerden ten gevolge van het door de richtlijn tot stand gebrachte evenwicht? Hoewel dit niet met zekerheid is te zeggen, lijkt de consument door de richtlijn in een iets betere uitgangspositie te zijn gekomen als hij schade lijdt door een gebrekkig product. Hoewel in Nederland al voor de implementatie van de richtlijn in het Burgerlijk Wetboek de rechtspraak bij gebrekkige producten in de richting van risico-aansprakelijkheid ging, is door vastlegging van dit beginsel in de wet grotere duidelijkheid geschapen zowel voor consument als producent. Zou de richtlijn moeten worden gewijzigd zodat de belangen van de gelaedeerden beter worden beschermd, zelfs als dat ten koste gaat van het huidige evenwicht? Nederland ziet op voorhand geen reden om de richtlijn te wijzigen teneinde de belangen van de gelaedeerde beter te beschermen, zeker niet als dit ten koste zou gaan van het huidige evenwicht. Er zou alleen reden voor wijziging van de richtlijn kunnen zijn als uit andere bronnen blijkt dat het destijds beoogde evenwicht niet is bereikt of door bepaalde, recente ontwikkelingen is verstoord. 5. Hoe beoordeelt u op basis van uw eigen ervaring de verhouding tussen de schadevergoedingsmogelijkheden van de gelaedeerde op grond van Richtlijn 85/374/EEG en de mogelijkheden die door de sociale zekerheid worden geboden? De schadevergoedingsmoglijkheden van de gelaedeerde op grond van de richtlijn werken in hoofdzaak aanvullend op de uitkeringen die deze ontvangt op basis van sociale zekerheidsregelingen. Deze laatste, alsmede bestaande ziektekostenregelingen, zullen in veel gevallen een zo groot deel van de schade wegnemen dat gelaedeerde geen schadeactie meer initieert of althans een van een veel geringere omvang. Kent u gevallen waarin de stelsels van sociale zekerheid tegen de producent een proces hebben aangespannen op grond van de rechten die in Richtlijn 85/374/EEG aan de gelaedeerde worden toegekend, nadat zij zijn kosten hebben vergoed? Nee, op grond van het huidige recht (art. 197 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek) is een dergelijke regresactie niet mogelijk op basis van productenaansprakelijkheid. Kent u gevallen waarin het stelsel van productaansprakelijkheid, zoals vastgelegd in Richtlijn 85/374/EEG, ontoereikend was om schadevergoeding te verkrijgen, zodat een beroep moest worden gedaan op de solidariteit van de samenleving in haar geheel om de gelaedeerden te compenseren? In de sfeer van de productenaansprakelijkheid zijn geen voorbeelden te vinden van dergelijke gevallen; wel in de sfeer van de aansprakelijkheid voor beroepsziekten. Een voorbeeld daarvan is de dit jaar tot stand gekomen asbestcompensatieregeling. Werknemers die ten gevolge van hun werkzaamheden met asbest vele jaren later mesothelioom (een dodelijke asbestgerelateerde ziekte) hebben gekregen en van wie de schadevordering inmiddels is verjaard of omdat de werkgever failliet of onvindbaar is, krijgen een eenmalige uitkering die wordt betaald uit de algemene middelen. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr
5 6, 7Kent u gevallen van gebrekkige producten waarbij de richtlijn daadwerkelijk is toegepast en hoe heeft dat uw activiteiten beïnvloed? Beschikt u over gegevens over het aantal schadeclaims dat de verzekeringsbranche sinds 1990 heeft behandeld ten gevolge van ongevallen die door producenten met gebreken werden veroorzaakt? Nederland gaat er vanuit dat deze vragen gericht zijn op het bedrijfsleven en de verzekeringsbranche en dat deze ook beter door deze partijen kunnen worden beantwoord. 8. Bent u het er mee eens dat bovengenoemde zes beginselen behouden moeten blijven om het interne evenwicht van Richtlijn 85/374/EEG niet te verstoren? Deze vraag kan zonder meer bevestigend worden beantwoord. Het gaat om beginselen die bij elke regeling betreffende risicoaansprakelijkheid voor schade van belang zijn. Dit sluit echter niet uit dat ook andere beginselen gewicht moet worden toegekend. 9 en 10. Is het op grond van de ervaring met de toepassing van de richtlijn volgens u noodzakelijk om deze op het punt van de bewijslast te wijzigen? Hoe? Is toepassing van het «market share liability»-beginsel in dit soort gevallen in Europa haalbaar? Zonder hier verder enige uitspraak over de wenselijkheid van het opnemen in de richtlijn van bewijsrechtelijke regels of het «market share liability»-beginsel te willen doen, hecht Nederland eraan enige opheldering te geven over de nationale rechtspraak op dit gebied, mede omdat daarnaar in het Groenboek wordt verwezen. De rechtspraak op het gebied van de productenaansprakelijkheid toont aan dat slachtoffers in bewijsnood kunnen komen te verkeren vooral ten aanzien van de vraag welke van de op de markt opererende producenten zijn schade heeft veroorzaakt. Voor deze gevallen heeft de Hoge Raad in de in het Groenboek (op p. 21, noot 42) genoemde DES-zaak een regel ontwikkeld. Deze komt erop neer dat slachtoffers, als is komen vast te staan dat hun schade het gevolg is van een bepaald product, zij elk van de producenten die gedurende de periode dat de schade is ontstaan dat product op de markt hebben gebracht kan aanspreken voor het geheel van zijn schade. Het gaat derhalve niet zoals het Groenboek vermeldt om market share liability, maar om hoofdelijke aansprakelijkheid (joint and several liability). Het marktaandeel van elk der producenten kan wel relevant zijn wanneer de aangesproken producent regres wil zoeken op de andere producenten. 11. Beschikt u over informatie over de praktische toepassing van de ontheffingsclausule bij «ontwikkelingsrisico s» (artikel 7, onder e), van de richtlijn)? Nederland heeft ervoor gekozen het ontwikkelingsrisicoverweer in de nationale wetgeving op te nemen. Geconstateerd kan worden dat in de rechtspraak in een aantal gevallen een beroep op het verweer is gehonoreerd. Beschikt u over gegevens over specifieke extra kosten voor de industrie in landen waar de producent aansprakelijk is voor ontwikkelingsrisico s? Nee. Bent u van mening dat de producent aansprakelijk zou moeten zijn voor «ontwikkelingsrisico s? Met de thans beschikbare informatie ziet Nederland op voorhand geen redenen om een ander standpunt in te nemen dan hetgeen momenteel in de nationale wetgeving terzake is opgenomen. Zou de schade die door ontwikkelingsrisico s wordt veroorzaakt, moeten worden betaald door de samenleving (uit een met overheids- Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr
6 middelen opgericht fonds) en/of door de betrokken productiesector (uit een fonds dat bestaat uit bijdragen van degenen die tot die sector behoren)? Nederland is ten algemene geen voorstander van het in het leven roepen van allerlei (waar)borgfondsen. De indruk bestaat dat het risico op de normale wijze verzekerbaar is. 12. Beschikt u over gegevens over het percentage gevallen dat betrekking heeft op een materiële schade van minder dan 500 euro? Nee. Zou u het facultatieve maximum van 70 miljoen euro schrappen? Nederland heeft ervoor gekozen geen limiet aan de aansprakelijkheid in de nationale wetgeving op te nemen. Niet is gebleken dat dit tot problemen heeft geleid. Het schrappen van de mogelijkheid tot het instellen van een dergelijke limiet zou onzerzijds dan ook niet op bezwaren stuiten. 13. Moet de verjaringstermijn van tien jaar worden gewijzigd, hetzij algemeen hetzij voor specifieke producten of sectoren? De algemene verjaringstermijn voor vorderingen tot schadevergoeding, ongeacht of zij zijn gebaseerd op schuld- dan wel risicoaansprakelijkheid, is in Nederland twintig jaar. Voor schade die het gevolg is van gevaarlijke stoffen, bijvoorbeeld asbest, of milieuverontreiniging gevallen waarin de schade vaak pas na vele jaren aan het licht treedt geldt een termijn van 30 jaar. Uit hoofde van dit nationale recht heeft Nederland geen bezwaar tegen verlenging van de huidige relatief korte termijn in de richtlijn. De uit de evalutatie verkregen gegevens zullen echter meegewogen worden bij de bepaling van het uiteindelijke standpunt terzake. Kunnen en moeten de industrie, met name het MKB, en de verzekeringsmarkt de kosten van een dergelijke wijziging dragen? Tot nu toe is niet gebleken dat bestaande langere verjaringstermijnen voor vorderingen tot schadevergoeding tot problemen hebben geleid voor industrie en het MKB. 13. Kent u gevallen waarin ontoereikende verzekering ertoe heeft geleid dat gelaedeerden geen schadevergoeding konden krijgen? Nee. Gelooft u dat de producenten moeten worden verplicht om zich door middel van een verzekering voldoende in te dekken tegen de risico s die uit hun productieactiviteiten voortvloeien? Nederland is geen voorstander van het invoeren van een verzekeringsplicht voor producenten. Producenten worden geacht hun verantwoordelijkheid in deze te nemen. Zij zelf kunnen de risico s die zij lopen, ook beter inschatten. 14. Bent u van mening dat in de richtlijn een mechanisme moet worden opgenomen om duidelijker zichtbaar te maken hoe de bepalingen van de richtlijn door de actoren worden toegepast? Nederland heeft nog geen standpunt gevormd over het opnemen van dergelijke mechanismen. Ook op dit punt wordt de evaluatie van de Commissie afgewacht. 15. Zou de gelaedeerde op straffe van niet-ontvankelijkheid van zijn eis moeten bewijzen dat hij de leverancier gelegenheid heeft gegeven hem de identiteit van de producent mee te delen? Het leggen van de bewijslast op de consument dat hij de leverancier in de gelegenheid heeft gesteld hem de identiteit van de producent mee te delen, lijkt de consument onnodig zwaarder te belasten. Een straf van niet-ontvankelijkheid van zijn eis lijkt ook niet nodig. Als de consument de Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr
7 leverancier te snel (rauwelijks) dagvaardt zonder ingebrekestelling en zonder hem een redelijke termijn te hebben gegeven om de producent te noemen zal de rechter de vordering afwijzen. Veel winst voor de leverancier lijkt het voorstel dan ook niet op te leveren. Zou de richtlijn van toepassing moeten zijn op alle personen die beroepshalve bij de verhandelingsketen van het product zijn betrokken? Een dergelijke aanpak heeft voor- en nadelen. Voor de gelaedeerde heeft het als voordeel dat er meer personen zijn waarop hij zich kan verhalen. Hij kan dan ook kiezen voor degene die het dichtst bij hem in de buurt zit en voor hem het eenvoudigst is aan te spreken. Nadelen zijn dat meerdere personen zich genoodzaakt zullen zien met betrekking tot dezelfde mogelijke schadevoorvallen te verzekeren, hetgeen niet erg economisch is. Ook zal het kunnen leiden tot een groter aantal regresprocedures. Een definitief standpunt heeft Nederland nog niet. 16. Bent u van mening dat de richtlijn moet worden uitgebreid tot onroerende goederen? De richtlijn is vooral opgesteld ter bescherming van consumenten tegen de schadelijke gevolgen (en dan in het bijzonder in de vorm van personenschade) van massaproductie. Hierin past het niet direct om onroerende zaken onder de richtlijn te brengen. De mogelijke implicaties kunnen op dit ogenblik nog niet worden overzien. 17. Zou de richtlijn ook van toepassing moeten zijn op andere schade die door gebrekkige producten wordt veroorzaakt, zoals ideële, morele, psychische schade en/of op schade aan zaken die beroepshalve worden gebruikt? Naar Nederlands recht kan immateriële schadevergoeding ook worden toegekend als een vordering is gebaseerd op productenaansprakelijkheid. Het gaat dan om immateriële schade die het gevolg is van dood of lichamelijk letsel veroorzaakt door een gebrekkig product. Het van toepassing verklaren van de richtlijn op deze schade stuit dan ook niet op weerstand van Nederland. De beperking tot zaakschade geleden in de prive-sfeer lijkt arbitrair. Een dergelijke beperking bestaat naar Nederlands recht niet waar het gaat om andere risicoaansprakelijkheden. 18. Zouden er in het Gemeenschapsrecht procedures of mechanismen moeten bestaan voor de buitengerechtelijke beslechting van geschillen, die specifiek zijn toegespitst op de tenuitvoerlegging van Richtlijn 85/374/EEG? Gelet op het hierboven gesignaleerde feit (zie onder vraag 3), dat het overgrote deel van de schadeclaims in de Nederlandse praktijk thans reeds buitengerechtelijk wordt afgewikkeld, is Nederland op voorhand niet overtuigd van het nut van bedoelde procedures of mechanismen. Zouden verbodsacties een oplossing zijn? De richtlijn ziet op compensatie van de schadelijke gevolgen van gebrekkige producten en bevat geen concrete gedragsnormen waarop een verbodsactie zou kunnen worden gebaseerd. Nederland vraag zich af of het daarom niet meer voor de hand zou liggen om de richtlijn over productveiligheid die wel concrete gedragsnormen bevat onder de werking richtlijn 98/27/EG te brengen. Nederland heeft op zichzelf geen bezwaar tegen verruiming van de mogelijkheden tot het instellen van verbodsacties op Europees niveau. In het Nederlandse recht zijn de mogelijkheden ook voor belangengroeperingen om dergelijke acties in te stellen zeer ruim. Zou kunnen worden overwogen om betere mechanismen voor de gemeenschappelijke verdediging van soortgelijke belangen in te voeren? Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr
8 Het creëren van de mogelijkheid om in een collectieve actie schadevergoeding te vorderen wordt door Nederland niet op voorhand van de hand gewezen. Een en ander zou in ieder geval wel de nodige procedurele voorzieningen vergen om dergelijke acties in goede banen te leiden. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 824 Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek voor gevallen van verborgen schade door letsel of overlijden
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 949 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1167 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieProductaansprakelijkheid
Mr. L. Dommering-van Rongen Productaansprakelijkheid Een rechtsvergelijkend overzicht 2000 Kluwer - Deventer Inhoud Lijst van gebruikte afkortingen V 1. INLEIDING 1 1.1. Wat is productaansprakelijkheid?
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1110 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 853 Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten C
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 696 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 239 Wijziging van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek BES in verband met de uitvoering van het op 28 mei 1999 te Montreal tot stand gekomen Verdrag
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 411 Regels omtrent instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming (Wet handhaving consumentenbescherming)
Nadere informatie13 Arbeidsongevallen en beroepsziekten
Monografieën Privaatrecht 13 Arbeidsongevallen en beroepsziekten S.D. Lindenbergh Tweede druk ï Kluwer a Wolters Kluwer business Kluwer- Deventer - 2009 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 Inleiding /1 1 Het thema
Nadere informatieAANWIJZING VOOR DE PRAKTIJK 1 HET VORDEREN VAN BILLIJKE GENOEGDOENING
AANWIJZING VOOR DE PRAKTIJK 1 HET VORDEREN VAN BILLIJKE GENOEGDOENING I. Introductie 1. De toekenning van billijke genoegdoening is geen automatisch gevolg van de vaststelling door het Europees Hof voor
Nadere informatieVNO-NCW/MKB-Nederland, Comité Asbestslachtoffers, Verbond van Verzekeraars, FNV Vakcentrale, CNV, VCP, LTO-Nederland en VSO. 2
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1090 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 232 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieAlgemene Voorwaarden van De Jong Assurantiën cv en/of De Jong & Bouterse bv, behorend bij de Overeenkomst tot het verrichten van diensten
Algemene Voorwaarden van De Jong Assurantiën cv en/of De Jong & Bouterse bv, behorend bij de Overeenkomst tot het verrichten van diensten Artikel 1 Algemeen 1.1 In de Algemene Voorwaarden wordt verstaan
Nadere informatieVoorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.6.2010 COM(2010)331 definitief 2010/0179 (CNS) C7-0173/10 Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EEG betreffende het gemeenschappelijk
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 2268 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Nadere informatieAansprakelijkheid voor producten met gebreken
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND & ENERGIE KWALITEIT EN VEILIGHEID Afdeling Veiligheid Dienst Productveiligheid Aansprakelijkheid voor producten met gebreken Versie 07/02/2003 VERSIE
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 363 Aanpassing van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven in verband met uitbreiding van de categorieën van personen die recht hebben op een uitkering
Nadere informatiebetreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke
7. 8. 85 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 210/ 29 RICHTLIJN VAN DE RAAD van 25 juli 1985 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 163b 27 469 Uitvoering van de Richtlijn 98/50/EG van de Raad van de Europese Unie van 29 juni 1998 tot wijziging van de Richtlijn 77/187/EEG
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) ENT 175 EEE 60 SAN 99 CODEC 831 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Bernhard ZEPTER,
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 38 Besluit van 21 december 1995 regelende de deponering van informatie betreffende preparaten (Warenwetbesluit deponering informatie preparaten)
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 861 Regels ter implementatie van richtlijn (EU) 2016/681 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 over het gebruik van persoonsgegevens
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1173 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 16.12.2003 COM(2003) 825 definitief 2003/0317 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG ter verlenging van de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 2200 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 779 Wijziging van de Wet kabelbaaninstallaties in verband met Verordening (EU) nr. 2016/424 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart
Nadere informatieConvenant met BSA Schaderegelingsbureau B.V. inzake het standaardiseren van processen van werkgeversregres
Convenant met BSA Schaderegelingsbureau B.V. inzake het standaardiseren van processen van werkgeversregres Convenant tussen BSA en Verbond van Verzekeraars Overwegingen: BSA pleegt voor werkgevers (waaronder
Nadere informatie1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN. Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2006 2007 A 31 026 Protocol van wijziging van de Europese Overeenkomst inzake de bescherming van landbouwhuisdieren; Straatsburg, 6 februari 1992 (Trb. 2006, 253) Nr. 1
Nadere informatie1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE TIJDELIJKE GEMENGDE COMMISSIE SUBSIDIARITEITSTOETS
Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2008 2009 B 31 732 Subsidiariteitstoets van het voorstel voor een richtlijn tot wijziging van Richtlijn 92/85/EEG van de Raad inzake de tenuitvoerlegging van maatregelen
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2002 2003 Nr. 234 28 887 Wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 in verband met de in beginsel tijdelijke invoering van een omzetbelastingregeling
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 614 Wijziging van titel 5.9 (Appartementsrechten) van het Burgerlijk Wetboek Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieConvenant verhaalsrecht BSA en Verbond 2015 Convenant verhaalsrecht BSA en Verbond
Convenant verhaalsrecht BSA en Verbond 2015 Vertrouwelijk 1 Alleen voor intern gebruik Overwegingen: BSA pleegt voor werkgevers (waaronder de overheid) onder meer loonregres ex. artikel 2 Verhaalswet ongevallen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid
Nadere informatieNoot onder Vzr. Rb. Amsterdam 25 november 2010, B (Nestlé/Mars)
De art. 6:193a e.v. BW, art. 6:194 BW en art. 6:194a BW Paul Geerts, Rijksuniversiteit Groningen Noot onder Vzr. Rb. Amsterdam 25 november 2010, B9 9243 (Nestlé/Mars) 1. In Vzr. Rb. Amsterdam 25 november
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 32 047 Goedkeuring van verdragen met het oog op het voornemen deze toe te passen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, en van het voornemen tot opzegging
Nadere informatieStaten-Generaal. s-gravenhage, 13 maart 2002. De goedkeuring wordt alleen voor Nederland gevraagd.
Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 264 28 266 Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Malta inzake sociale zekerheid en Administratief Akkoord voor de uitvoering van het Verdrag inzake
Nadere informatieJaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen wat micro-entiteiten betreft ***I
P7_TA(200)0052 Jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen wat micro-entiteiten betreft ***I Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 0 maart 200 over het voorstel voor een richtlijn van het
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 257 Wijziging van het urgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en het Wetboek van Strafrecht teneinde de vergoeding van affectieschade
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 554 Wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 28 946 Vaststelling van invoering van titel 16 (exploitatie) van boek 8 van het Burgerlijk Wetboek Nr. 6 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 591 Wijziging van de Wet luchtvaart en enkele andere wetten (Verzamelwet luchtvaart) Nr. 4 ADVIES AFDELING ADVISERING RAAD VAN STATE EN NADER
Nadere informatieVERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van XXX
EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX [ ](2014) XXX draft VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van XXX tot wijziging van Verordening (EG) nr. 773/2004 van de Commissie van 7 april 2004 betreffende procedures
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.8.2016 COM(2016) 508 final 2016/0248 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van het standpunt van de Unie met betrekking tot de wijzigingen van de bijlagen
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 399 Wet van 27 juni 2002, houdende de Wet op het BTW-compensatiefonds Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 887 Wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 in verband met de in beginsel tijdelijke invoering van een omzetbelastingregeling voor elektronische
Nadere informatieAssociatiebesluiten van de Associatieraad EEG- Turkije BETREFFENDE DE TENUITVOERLEGGING VAN ARTIKEL 12
EGIAssociatiebesluiten Turkije c14-l l C14-l l Associatiebesluiten van de Associatieraad EEG- Turkije BESLUIT NR. 2/76 VAN DE ASSOCIATIERAAD VAN DE OVEREENKOMST VAN ANKARA; AANGENOMEN TIJDENS DE 23~ ZITTING
Nadere informatie--------------------------
COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 107 VAN 28 MAART 2013 BETREFFENDE HET KLIKSYSTEEM VOOR HET BEHOUD VAN DE AANVULLENDE VERGOEDING IN HET KADER VAN BEPAALDE STELSELS VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG
Nadere informatieRaad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)
Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0248 (NLE) 11723/16 TRANS 324 VOORSTEL van: ingekomen: 17 augustus 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 201 26 238 Wijziging van enkele wetten in verband met invoering van het regresrecht in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en versterking
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 461 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de uitbreiding van de aansprakelijkheid voor de voldoening van het verschuldigde
Nadere informatieGroenboek Wettelijke aansprakelijkheid voor producten met gebreken
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.07.1999 COM(1999)396 def. Groenboek Wettelijke aansprakelijkheid voor producten met gebreken (voorgelegd door de Commissie) Samenvatting Krachtens Richtlijn
Nadere informatie1. ALGEMEEN. 2. OVEREENKOMST.
ALGEMENE VOORWAARDEN ADVISERING VAN SCHRIJVER ASSURANTIE MANAGEMENT OP HET TERREIN VAN RISK MANAGEMENT, VERZEKERINGEN, PENSIOENEN EN ANDERE EMPLOYEE BENEFITS 1. ALGEMEEN. 1.1 Deze algemene voorwaarden
Nadere informatieALGEMENE VOORWAARDEN ADVISERING JOHN VAN VLIET FINANCIEEL ADVIES OP HET TERREIN VAN VERZEKERINGEN, PENSIOENEN EN ANDERE EMPLOYEE BENEFITS
ALGEMENE VOORWAARDEN ADVISERING JOHN VAN VLIET FINANCIEEL ADVIES OP HET TERREIN VAN VERZEKERINGEN, PENSIOENEN EN ANDERE EMPLOYEE BENEFITS 1. ALGEMEEN. 1.1 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing
Nadere informatieALGEMENE VOORWAARDEN
ALGEMENE VOORWAARDEN ADVISERING FINANCIEEL ADVIESBUREAU KARIN BLOTT OP HET TERREIN VAN HYPOTHEKEN / VERZEKERINGEN / OVERIG FINANCIEEL ADVIES. 1. ALGEMEEN. 1.1 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing
Nadere informatie3 Onrechtmatige overheidsdaad
Monografieen Privaatrecht 3 Onrechtmatige overheidsdaad Rechtsbescherming door de burgerlijke rechter Prof. mr. G.E. van Maanen Prof. mr. R. de Lange Vierde druk Deventer - 2005 Inhoud VERKORT AANGEHAALDE
Nadere informatieVoorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2015 COM(2015) 646 final 2015/0296 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 047 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het gezamenlijk gezag van rechtswege bij geboorte tijdens een geregistreerd
Nadere informatieVoorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.11.2013 COM(2013) 776 final 2013/0384 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor
Nadere informatie1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar Nr. 391 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2000 2001 Nr. 391 27 899 Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake sociale zekerheid ter aanvulling van communautaire regelingen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 688 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet handhaving consumentenbescherming en enige andere wetten in verband met de implementatie
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 22 112 Ontwerp-Richtlijnen Europese Commissie Nr. 48 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
Nadere informatieDe Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE. Herziening zwangerschapsrichtlijn
De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22 Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl
Nadere informatieALGEMENE VOORWAARDEN PENSIOENADVISERING D.B. van der Oord Advies BV handelend onder VDO Pensioen
ALGEMENE VOORWAARDEN PENSIOENADVISERING D.B. van der Oord Advies BV handelend onder VDO Pensioen 1. ALGEMEEN. 1.1 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op overeenkomsten waarbij door D.B. van der
Nadere informatieALGEMENE VOORWAARDEN ADVISERING VAN NL PENSIOEN OP HET TERREIN VAN PENSIOENEN EN EMPLOYEE BENEFITS
ALGEMENE VOORWAARDEN ADVISERING VAN NL PENSIOEN OP HET TERREIN VAN PENSIOENEN EN EMPLOYEE BENEFITS 1. ALGEMEEN. 1.1 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op overeenkomsten waarbij door NL Pensioen,
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 768 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet in verband met de samenloop van de vordering op de boedel ingeval
Nadere informatieVvM 5-7 bijeenkomst. Consultatie over het wetsvoorstel Implementatiewet privaatrechtelijke handhaving mededingingsrecht ("kartelschaderichtlijn")
, i 1TM IWVvM mmm u ^ Vereniging voor Mededingingsrecht - VvM 5-7 bijeenkomst Consultatie over het wetsvoorstel Implementatiewet privaatrechtelijke handhaving mededingingsrecht ("kartelschaderichtlijn")
Nadere informatieEUROPEES PARLEMENT. Commissie interne markt en consumentenbescherming
EUROPEES PARLEMENT 2004 2009 Commissie interne markt en consumentenbescherming 15.2.2008 WERKDOCUMENT betreffende het initiatiefverslag over bepaalde kwesties in verband met motorrijtuigenverzekering Commissie
Nadere informatieS A M E N V A T T I N G
5 6 Samenvatting De Verordening en de adviesaanvraag In juli 2003 heeft de Europese Commissie een voorstel ingediend voor een Verordening over de samenwerking tussen de nationale instanties die verantwoordelijk
Nadere informatieFiche 2: Richtlijn betreffende facultatieve verleggingsregeling en het snelle reactie mechanisme tegen btw-fraude
Fiche 2: Richtlijn betreffende facultatieve verleggingsregeling en het snelle reactie mechanisme tegen btw-fraude 1. Algemene gegevens a) Titel voorstel: Voorstel voor een Richtlijn van de Raad tot wijziging
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2015:9685
ECLI:NL:RBAMS:2015:9685 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 29-12-2015 Datum publicatie 27-01-2016 Zaaknummer AMS 13/6214 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieConvenant loonregres
Overwegingen: Aon pleegt voor werkgevers onder meer loonregres ex. artikel artikel 6:107a BW; Aon is van mening dat er op grond van artikel 6:96 lid 2 sub b en c BW voor de zogenaamde buitengerechtelijke
Nadere informatieReglement Juridische Dienstverlening Vereniging van Middenkader en Hoger Personeel van AkzoNobel
Reglement Juridische Dienstverlening Vereniging van Middenkader en Hoger Personeel van AkzoNobel Artikel 1 Definities Arbeidsgeschillen; geschillen omtrent de interpretatie en uitvoering van hetgeen tussen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 034 Bevordering van het naar arbeidsvermogen verrichten van werk of van werkhervatting van verzekerden die gedeeltelijk arbeidsgeschikt zijn
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 041 Wijziging van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven in verband met het opheffen van de rechtspersoonlijkheid van het fonds, uitbreiding van
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 948 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 218 Wijziging van de Faillissementswet in verband met de aanwijzing door de rechtbank van een beoogd curator ter bevordering van de afwikkeling
Nadere informatieAlgemene Voorwaarden Medex International B.V., mede handelend onder de naam VZA International Versie juli 2016
Algemene Voorwaarden Medex International B.V., mede handelend onder de naam VZA International Versie juli 2016 ARTIKEL 1: Algemeen 1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op alle aanbiedingen, overeenkomsten
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 170 Gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid, beroep en beroepsonderwijs (Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid)
Nadere informatieWaarborg Rechtsbijstand Beroepsaansprakelijkheid by Hiscox
Waarborg Rechtsbijstand Beroepsaansprakelijkheid by Hiscox 2 Beroepsaansprakelijkheid by Hiscox Waarborg Rechtsbijstand PJ0419 1 Sectie I: Voorwerp van de waarborg Deze waarborg Rechtsbijstand is een uitbreiding
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 2651 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 26 009 Voorstel van wet van het lid Bijleveld-Schouten houdende wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten in verband met het
Nadere informatieMinisterie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Sociale Verzekeringen Nr. SV/GSV/01/52463 Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten,
Nadere informatieALGEMENE VOORWAARDEN ADVISERING ALFISURE 1. ALGEMEEN.
ALGEMENE VOORWAARDEN ADVISERING ALFISURE 1. ALGEMEEN. 1.1 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op overeenkomsten waarbij door Alfisure, verder ook opdrachtnemer te noemen, al dan niet op declaratiebasis
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 170 Gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid, beroep en beroepsonderwijs (Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid)
Nadere informatie9261/18 SMU/ev 1 DG D 2
Raad van de Europese Unie Brussel, 24 mei 2018 (OR. en) Interinstitutionele dossiers: 2015/0287 (COD) 2015/0288 (COD) 9261/18 JUSTCIV 122 CONSOM 152 DIGIT 105 AUDIO 40 DAPIX 155 DATAPROTECT 100 CODEC 833
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 215 Wet van 18 april 2002 tot uitvoering van de Richtlijn 98/50/EG van de Raad van de Europese Unie van 29 juni 1998 tot wijziging van de Richtlijn
Nadere informatieDe verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme
De verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme Versie april 2008 Doel van TRIP Vanaf 1 mei moet in bepaalde takken de schade veroorzaakt door terrorisme verplicht verzekerd worden. Om de solidariteit
Nadere informatieWERKGEVERS- AANSPRAKELIJKHEID
WERKGEVERS- AANSPRAKELIJKHEID door Mariken Peters sectie aansprakelijkheid, verzekeringen en (letsel)schade STELLING 1 Als de werknemer een arbeidsongeval op de werkplek overkomt, is de werkgever altijd
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 8.12.2009 COM(2009)668 definitief Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Republiek Litouwen wordt gemachtigd een maatregel te blijven
Nadere informatieWERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN - SAMENVATTEND VERSLAG. bij
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.5.2018 SWD(2018) 158 final WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN - SAMENVATTEND VERSLAG bij Verslag van de Commissie aan het Europees
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.10.2016 COM(2016) 694 final 2016/0343 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de sluiting, namens de Europese Unie, van een overeenkomst tot wijziging van de Overeenkomst
Nadere informatieFiche 7: Verordening definitie, presentatie en etikettering gedistilleerde dranken
Fiche 7: Verordening definitie, presentatie en etikettering gedistilleerde dranken 1. Algemene gegevens a) Titel voorstel: Verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de definitie, presentatie
Nadere informatieWij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau enz. enz. enz.
Wijziging van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, in verband met de omzetting van Richtlijn 2014/104/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 november
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 604 EU-voorstellen: Pakket vennootschapsbelasting COM (2016) 683, 685, 686 en 687 1 A BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1428 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE
Nadere informatie15495/1/10 REV 1 VP/lg DG G1
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 30 november 2010 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2010/0179 (CNS) 15495/1/10 REV 1 FISC 128 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: RICHTLIJN VAN DE
Nadere informatieFiche 4: Wijziging richtlijn administratieve samenwerking op het gebied van belastingen
Fiche 4: Wijziging richtlijn administratieve samenwerking op het gebied van belastingen 1. Algemene gegevens a) Titel voorstel Voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 769 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen Nr.
Nadere informatie