RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 februari 2012 (OR. en) 5651/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0361 (NLE) LIMITE

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 februari 2012 (OR. en) 5651/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0361 (NLE) LIMITE"

Heidi de Coninck
6 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 februari 2012 (OR. en) 5651/12 Interinstitutioneel dossier: 2010/0361 (NLE) LIMITE AUDIO 6 MI 46 TELECOM 14 CATS 5 COJUR 4 OC 24 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting, namens de Unie, van het Europees Verdrag betreffende de rechtsbescherming van diensten gebaseerd op of bestaande uit voorwaardelijke toegang GEMEENSCHAPPELIJKE RICHTSNOEREN Aanvraagtermijn overleg voor Kroatië: /12 CS/lg

2 BESLUIT VAN DE RAAD van betreffende de sluiting, namens de Unie, van het Europees Verdrag betreffende de rechtsbescherming van diensten gebaseerd op of bestaande uit voorwaardelijke toegang DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a), punt v), Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement, 5651/12 CS/lg 1

3 Overwegende hetgeen volgt: (1) Op 16 juli 1999 heeft de Raad de Commissie gemachtigd om in het kader van de Raad van Europa namens de Europese Gemeenschap te onderhandelen over een Verdrag betreffende de rechtsbescherming van diensten gebaseerd op of bestaande uit voorwaardelijke toegang. (2) Het Europees Verdrag betreffende de rechtsbescherming van diensten gebaseerd op of bestaande uit voorwaardelijke toegang ("het Verdrag") is op 24 januari 2001 door de Raad van Europa vastgesteld en op 1 juli 2003 in werking getreden. (3) Het Verdrag schept een regelgevingskader dat nagenoeg gelijk is aan Richtlijn 98/84/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 november 1998 betreffende de rechtsbescherming van diensten gebaseerd op of bestaande uit voorwaardelijke toegang 1. (4) Met de vaststelling van Richtlijn 98/84/EG heeft de Unie haar interne bevoegdheid uitgeoefend op de onder het Verdrag vallende gebieden, behalve wat betreft de artikelen 6 en 8, voor zover artikel 8 verband houdt met de in artikel 6 bedoelde maatregelen. Het Verdrag moet derhalve door de Unie en haar lidstaten worden goedgekeurd. 1 PB L 320 van , blz /12 CS/lg 2

4 (5) Overeenkomstig Besluit 2011/853/EU 1 van de Raad is het Verdrag op 21 december 2011 ondertekend, onder voorbehoud van de sluiting ervan op een later tijdstip. (6) De sluiting van het Verdrag zou ertoe bijdragen dat soortgelijke bepalingen als die van Richtlijn 98/84/EG ook buiten de grenzen van de Unie van toepassing zijn en dat een voor heel Europa geldend recht inzake diensten gebaseerd op voorwaardelijke toegang wordt ingesteld. (7) Dit Verdrag dient namens de Unie te worden goedgekeurd, HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD: 1 PB L 336 van , blz /12 CS/lg 3

5 Artikel 1 Het Europees Verdrag betreffende de rechtsbescherming van diensten gebaseerd op of bestaande uit voorwaardelijke toegang, wordt namens de Europese Unie goedgekeurd 1. Artikel 2 1. De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) om namens de Unie de in artikel 12 van het Verdrag bedoelde akte van goedkeuring neer te leggen, waarmee uitdrukking wordt gegeven aan de instemming van de Unie om door het Verdrag gebonden te zijn. 2. De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) om bij de neerlegging van de akte van goedkeuring de in de bijlage opgenomen verklaring over de bevoegdheidsverdeling tussen de Unie en haar lidstaten af te leggen. 1 PB L 336 van , blz /12 CS/lg 4

6 Artikel 3 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. Gedaan te Brussel, Voor de Raad De voorzitter 5651/12 CS/lg 5

7 BIJLAGE Verklaring over de bevoegdheidsverdeling tussen de Unie en haar lidstaten "De Europese Unie heeft haar bevoegdheid niet uitgeoefend wat betreft artikel 6 en artikel 8 van het Verdrag, voor zover artikel 8 verband houdt met de in artikel 6 bedoelde maatregelen. Elke maatregel uit hoofde van de artikelen 6 en 8 van het Verdrag, voor zover artikel 8 verband houdt met de in artikel 6 bedoelde maatregelen, wordt door de lidstaten uitgevoerd.". 5651/12 CS/lg 1 BIJLAGE

Vergelijkbare documenten

5307/10 VP/mm DG H 2 B

5307/10 VP/mm DG H 2 B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 2 februari 2010 (OR. en) 5307/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0192 (E) JAI 36 COPEN 8 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende