De mogelijke rol van de zaadvoorraad in het herstel van een waterplantenvegetatie in oeverstroken na baggeren

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De mogelijke rol van de zaadvoorraad in het herstel van een waterplantenvegetatie in oeverstroken na baggeren"

Transcriptie

1 De mogelijke rol van de zaadvoorraad in het herstel van een waterplantenvegetatie in oeverstroken na baggeren drs. Ger Boedeltje 1 met (veld)medewerking van A. ten Brinke (Rijkswaterstaat, Directie Oost-Nederland) in opdracht van Rijkswaterstaat, Directie Oost-Nederland Dienstkring Twenthekanalen en IJsseldelta Hanzeweg AT Deventer Begeleiding: drs. Prisca Duijn 1 Bureau Daslook Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde Daslook 39 Postbus MD Lochem 2600 GA Delft november 2000

2 Inhoudsopgave 1 INLEIDING METHODE LOCATIES BEMONSTERING VAN DE ZAADVOORRAAD EN HET OPNEMEN VAN DE VEGETATIE BEHANDELING VAN DE MONSTERS EN BEPALING VAN DE ZAADVOORRAAD VERWERKING VAN DE GEGEVENS RESULTATEN DE AANWEZIGE WATER- EN OEVERVEGETATIE AANTALLEN SOORTEN EN INDIVIDUEN IN DE ZAADVOORRAAD RELATIE ZAADVOORRAAD EN VEGETATIE HER(VESTIGING) VAN WATERPLANTEN NA BAGGEREN CONCLUSIE EN DISCUSSIE LITERATUUR BIJLAGEN OVERZICHT VAN ZAADBANK EN VEGETATIE DE VEGETATIE LANGS HET ZIJKANAAL VOOR EN NA HET BAGGEREN

3 1 Inleiding Vanaf 1998 wordt in ondiepe oeverstroken langs de Twenthekanalen onderzoek gedaan naar de effecten van maaien en baggeren op de (water)bodemkwaliteit in samenhang met de ontwikkeling van waterplanten. Doel van het verwijderen van de aanwezige moerasvegetatie en sliblaag uit tien jaar oude oeverstroken is het doorbreken van het patroon van een telkens terugkerend kroosdek en het creëren van een geschikt habitat voor de (her)vestiging van een vegetatie van ondergedoken waterplanten zoals Schede- en Tenger fonteinkruid, Aarvederkruid en Sterrenkroossoorten. Dat de aandacht gericht is op deze groep van planten heeft te maken met de grote betekenis van deze soorten voor een aquatisch ecosysteem (o.a. Boemendaal & Roelofs 1988). Ze vergroten onder meer de structuurrijkdom van de waterlaag waardoor levensruimten worden gecreëerd voor een groot aantal andere organismen (o.a. algen, macrofauna en vissen) (Jeppesen et al. 1997). Bovendien kunnen waterplanten een rol spelen in de zuivering van water (Seidal 1976) en in het verbeteren van het lichtklimaat doordat ze de helderheid vergroten (Scheffer et al. 1994). Oeverstroken met een rijk ontwikkelde vegetatie in de waterlaag zijn dan ook een indicatie voor een goede ecosysteemkwaliteit. Onderzoek in 1999 en 2000 heeft uitgewezen dat het maaien en baggeren van oevertrajecten langs het zijkanaal naar Almelo heeft geleid tot een afname van de slibdikte, het verdwijnen van de kroosdekken en een opener structuur van de plasbermen (Boedeltje 2000). Echter, in slechts eenderde van de gebaggerde stroken trad (her)vestiging op van ondergedoken waterplanten, bovendien in een lage bedekking en met een gering aantal soorten. Eén van de mogelijke oorzaken hiervan zou het ontbreken van zaden van deze soorten kunnen zijn in de bodemlaag die na het verwijderen van de sliblaag de 'nieuwe' waterbodem vormt (Boedeltje 2000). Eerder onderzoek naar de zaadvoorraad in natuurvriendelijke oevers (Ivens 1994) is gericht geweest op de bodem rond en boven de waterlijn. Het bleek dat het aantal in de zaadvoorraad aanwezige soorten in dit milieu laag was; zaden van waterplanten werden bovendien niet gevonden. Inzicht in de samenstelling en grootte van de zaadvoorraad van de diepere delen van de oeverstroken zal duidelijk kunnen maken of en in welke mate her(vestiging) van een vegetatie van ondergedoken waterplanten vanuit de zaadvoorraad na het verwijderen van de sliblaag te verwachten is. In is een grootschalig onderzoek naar de zaadvoorraad van de waterbodem uitgevoerd in oevertrajecten langs zowel het hoofd- als het zijkanaal van het Twenthekanaal, waarbij tevens de actuele vegetatie van het water en de aangrenzende oever is opgenomen. In dit rapport worden de resultaten van dit onderzoek gepresenteerd, waarbij speciale aandacht wordt geschonken aan de westzijde van het zijkanaal, waar, na de bemonstering van de zaadvoorraad, oeverstroken zijn gebaggerd. Voor dit traject is het mogelijke de potentiële vegetatie (de zaadvoorraad) te vergelijken met actuele vegetatie na baggeren. Dit onderzoek wil de volgende vragen beantwoorden: 1. Zijn er zaden van water- en oeverplanten aanwezig in de toplaag van het sediment en aan het oppervlak van de minerale ondergrond die na baggeren vrijkomt en, als ze voorkomen, in welke dichtheden? 2. Wat is de relatie tussen de zaadbanksamenstelling en de gevestigde water- en oevervegetatie ter plaatse? 3. Biedt de zaadbank een mogelijkheid tot (her)vestiging van een vegetatie van ondergedoken waterplanten, in het bijzonder na verwijdering van de sliblaag? 4. Is de ontwikkeling van de vegetatie na het verwijderen van de sliblaag in overeenstemming met de mogelijkheden die de zaadbank biedt? 1

4 2 Methode 2.1 Locaties Langs de Twenthekanalen zijn de zaadvoorraad en de actuele vegetatie bemonsterd in 50 proefvakken van 14x1.8 m, verdeeld over 5 locaties, waarbij op elke locatie 10 proefvakken werden opgenomen (tabel 1). Voor een beschrijving van de locaties wordt verwezen naar Boedeltje (1999). Tabel 1. Locaties langs de Twenthekanalen waar de zaadvoorraad is bemonsterd. Nr Locatie Monsternummer en kanaalkilometrering 1 Lochem-west (noordzijde) Lochem-oost (zuidzijde) Diepenheim-Goor (zuidzijde) (zuidzijde) (zuidzijde) (zuidzijde) (zuidzijde) (zuidzijde) (zuidzijde) (noordzijde) (nnordzijde) Zijkanaal (oostzijde) Zijkanaal (westzijde)

5 2.2 Bemonstering van de zaadvoorraad en het opnemen van de vegetatie In februari 1999 werden in de proefvakken monsters van de waterbodem gestoken met behulp van een Vrij-Wit-boor (bijlage 3). In elk proefvak werden twee series van minimaal 6 separate deelmonsters gestoken, gelijkmatig verdeeld over het gehele vak. De deelmonsters van elke serie werden verdeeld in twee lagen: de sedimentlaag en de oorspronkelijke bodemlaag onder het sediment (hierna subsediment genoemd). Van elk deelmonster werd 5 cm sediment en 5 cm sub-sediment separaat verzameld. De deelmonsters van het sediment van elke serie werden vervolgens bij elkaar gevoegd en zorgvuldig gemengd. Hetzelfde gebeurde met de deelmonsters van het subsediment. Van elke serie werd 1 liter sediment en 1 liter subsediment verzameld. In het geval de sedimentlaag dunner was dan 5 cm werden zoveel extra steken genomen totdat van elke serie 2x 1 liter was verzameld. Per proefvak werden op deze wijze 2 (meng)monsters van het sediment en 2 van het subsediment van elk 1 liter verkregen. Echter, van het traject tussen Diepenheim en Goor kon in elk proefvak alleen het sediment bemonsterd worden, omdat de ondergrond hier bestaat uit doorgroeibaar geotextiel. In totaal werden tijdens dit onderzoek 180 mengmonsters verzameld: 100 van het sediment en 80 van het subsediment. De vegetatie van de waterlaag van elk proefvak werd opgenomen in juli en augustus In juli 1999 werd de vegetatie van de oever opgenomen in een vak van 14 m lengte, langs het proefvak, en van 1.8 m breedte, gerekend vanaf de waterlijn. Zowel het water- als het oevervak werden tijdens een vegetatieopname verdeeld in 10 gelijke deelvakken. Binnen elk deelvak werden de aanwezige soorten genoteerd. Per locatie werden op deze wijze 2 series van 100 opnamen gemaakt. Langs de westzijde van het zijkanaal werd in juni 1999 in 6 vakken gebaggerd. In dit traject werd de vegetatie in alle 10 proefvakken vervolgens opgenomen in 1999, 2000 en Behandeling van de monsters en bepaling van de zaadvoorraad De monsters werden bewaard in het donker bij een temperatuur van 4 0 C. In de periode aprilseptember 1999 werden elke week 10 monsters aselect uit de koeling gehaald. Elk monster werd behandeld volgens de methode van Ter Heerdt et al. (1996): wassen over een grove zeef (maaswijdte 4 mm) om grof materiaal zoals stenen en takjes te verwijderen en vervolgens over een fijne zeef (maaswijdte mm) teneinde slib en klei te verwijderen. Het residu werd vervolgens in een dun laagje (maximaal 5 mm dik) uitgespreid in een plastic bak en in een kas geplaatst. Elke plastic bak (lengte 40 cm, breedte 30 cm en hoogte 10 cm) was tot een hoogte van 4-5 cm gevuld met een mengsel van gelijke delen gesteriliseerd zand en potgrond en afgedekt door een laagje gesteriliseerd zand van 1 cm dikte. Elke bak werd in een grotere buitenbak (50x40x10 cm) geplaatst, ten dele gevuld met gedemineraliseerd water. De binnenbakken hadden 4 kleine gaten in de bodem, hetgeen de toestroming van water uit de buitenbakken mogelijk maakte. Het waterniveau werd zodanig ingesteld (0-1 cm onder het grondoppervlak) dat een water verzadigd substraat ontstond. Onder deze condities blijken zowel water- als oeverplanten goed te kiemen (Boedeltje et al. 2002). De bakken werden at random in de kas geplaatst. In de kas werd een 15uur:9uur licht-donker-regime gehandhaafd met 400-W lampen ('groeilampen') op een hoogte van 0.75 m boven de bakken. De temperatuur in de kas bedroeg 15 0 C in donker en 25 0 C in licht. Echter, tijdens hete zomerdagen steeg de temperatuur overdag tot waarden van 40 0 C. Het waterverlies als gevolg van verdamping werd dagelijks gecompenseerd door de buitenbakken aan te vullen. De opgekomen kiemplanten werden wekelijks gedetermineerd, geteld en na determinatie verwijderd. Planten, die niet in de bak op naam gebracht konden worden, werden overgeplant in met potgrond gevulde potten. Voor de determinatie van de planten is gebruik gemaakt van Muller (1978) en Van der Meijden (1996). Elke bak stond gedurende 16 weken in de kas. Na deze periode werd het materiaal van elk monster uit de bakken verwijderd en gedroogd. Van 10 monsters van locaties met fonteinkruiden werd onder een binoculair nagegaan of nog (niet gekiemde) zaden van deze soorten aanwezig waren. Dit bleek niet het geval te zijn. 3

6 2.4 Verwerking van de gegevens Ten behoeve van dit rapport zijn de gegevens betreffende de zaadvoorraad en de vegetatie per locatie in één tabel samengebracht (bijlage 1). De zaadvoorraadgegevens zijn daarbij gesplitst in sediment en subsediment; de vegetatiegegevens in water en oever. Aangezien de toegepaste methode geen informatie verschaft over het voorkomen van sporenplanten zoals varens en paardenstaarten (sporen zijn kleiner dan de maaswijdte van de zeef), zijn deze niet opgenomen in de dataset. Alle soorten uit de zaadvoorraad zijn in de tabel opgenomen. Soorten, die alleen in de vegetatie voorkwamen, werden in de tabel opgenomen als hun cumulatieve frequentie gelijk aan of groter dan 10 was. Significante verschillen tussen de gemiddelde bedekking van vegetatielagen en het gemiddelde aantal kiemplanten/soorten per locatie werden getest door middel van one-way ANOVA, gevolgd door een Tukey range test. Hieraan voorafgaande is nagegaan of de varianties binnen elke groep aan elkaar gelijk waren door middel van de Levene's toets. Als dit niet het geval was is de Kruskal-Wallis toets gebruikt in plaats van oneway ANOVA, gevolgd door een Student Newman Keuls test (Dytham 1998; De Vocht 1998). Voor het berekenen van de mate van overeenkomst (similariteit) tussen de zaadvoorraad en de water- en oevervegetatie is gebruik gemaakt van de similariteitsindex van Sørensen (o.a. Schaminée et al. 1995). 4

7 3 Resultaten 3.1 De aanwezige water- en oevervegetatie Watervegetatie Tussen de onderzochte trajecten zijn er aanzienlijke verschillen in de aquatische vegetatie, die voor een groot deel samenhangen met de leeftijd. De trajecten 1 en 2 zijn het meest recent gereed gekomen. In de oeverstroken van deze trajecten komen kleine populaties met Schedefonteinkruid (Potamogeton pectinatus) voor. Grof hoornblad (Ceratophyllum demersum), Aarvederkruid (Myriophyllum spicatum) en Glanzend fonteinkruid (Potamogeton lucens) zijn (vrijwel) beperkt tot traject 1 (Lochem-west). Smalle waterpest (Elodea nuttallii) is hier frequent aanwezig, hoewel deze soort ook langs het zijkanaal veel voorkomt (bijlage 1). Hoewel de frequentie waarmee Klein kroos (Lemna minor) en Veelwortelig kroos (Spirodela polyrhiza) voorkomen hoog is, is de bedekking van deze soorten in de trajecten 1 en 2 laag (tabel 2). De watervegetatie van de oudere oeverstroken 3, 4 en 5 onderscheidt zich van de jongere trajecten 1 en 2 door de hogere bedekking van moerasplanten, in het bijzonder van Riet (Phragmites australis) (bijlage 1; tabel 2). Traject 4 (zijkanaal, oostzijde), dat een half jaar voor het opnemen van de vegetatie gebaggerd was, onderscheidt zich van de trajecten 3 en 5 door de aanwezigheid van een vegetatie van Tenger fonteinkruid (Potamogeton pusillus) en Smalle waterpest in de waterlaag. De relatief hoge bedekking van onderwaterplanten in traject 5 (tabel 2) komt vooral door de aanwezigheid van Stomphoekig sterrenkroos (Callitriche obtusangula). Traject 5 onderscheidt zich van alle andere trajecten door het voorkomen van dichte kroosdekken (tabel 2; bijlage 1). Het gemiddelde aantal soorten dat per proefvak van ca. 25 m 2 voorkomt varieert tussen 5.8 en 9.4 (tabel 3). Een uitgebreide beschrijving van de watervegetatie en de relatie met abiotische factoren is te vinden in Boedeltje (1999) en Boedeltje et al. (2001). Tabel 2. Gemiddelde bedekking van de vegetatielagen in de proefvakken op de vijf onderzochte locaties. Verschillende superscript letters in dezelfde rij indiceren significante verschillen, getest per vegetatielaag (P<0.05). Voor elke locatie geldt n=10. Gemiddelde bedekking (%) vegetatielaag laag van vrij drijvende planten (kroos) a a 54.4 b laag van wortelende waterplanten 17.5 a 6.3 a 4.1 a 22.1 a 20.1 a laag van moerasplanten 0.0 a 0.0 a 22.1 b 11.2 ab 65.4 c Oevervegetatie De direct aan het water grenzende oever wordt gedomineerd door Riet (bijlage 1). Andere frequent voorkomende soorten in deze zone zijn o.a Rietgras (Phalaris arundinacea), Wolfspoot (Lycopus europaeus), Haagwinde (Calystegia sepium), Ruw beemdgras (Poa trivialis) en Grote brandnetel (Urtica dioica). Het gemiddeld aantal soorten dat per oeverstrook van ca. 25 m 2 voorkomt is met 48.3 het hoogst in traject 5 (westzijde van het zijkanaal) en met 30.8 het laagst in traject 3 (Diepenheim-Goor) (tabel 3). 3.2 Aantallen soorten en individuen in de zaadvoorraad In de 180 monsters zijn 111 soorten aangetroffen met in totaal ruim individuen (bijlage 1). Van het totaal aantal individuen is het aandeel van russen (Juncus species) met 88.04% het grootst, gevolgd door Grote kattenstaart (Lythrum salicaria) (7.07 %), Klein kroos (Lemna minor) (1.93%), Veelwortelig kroos (Spirodela polyrhiza) (0.61%), Grote brandnetel (Urtica dioica) (0.52%), Riet (Phragmites australis) (0.21%), Koninginnekruid (Eupatorium cannabinum) 5

8 (0.18%), lisdodde (Typha species) (0.18%), Harig wilgenroosje (Epilobium hirsutum) (0.16%) en sterrenkroos (Callitriche species) (0.15%). De individuen van de resterende 101 soorten nemen slechts 1% van het totaal in. In de sedimentlaag is het gemiddeld aantal soorten per liter met 17.8 het hoogst in het traject Diepenheim-Goor. In de overige trajecten ligt dit aantal tussen 10.8 en 13.1 (tabel 3). Het gemiddeld aantal soorten in de subsedimentlaag is met ca 9 lager dan in de sedimentlaag (tabel 3). De dichtheid van zaden is in beide lagen het hoogst in de oudste oeverstroken langs het zijkanaal, de trajecten 4 en 5. In deze trajecten is bovendien de dichtheid van zaden in het sediment hoger dan in het subsediment (tabel 3). Tabel 3. Het gemiddeld aantal soorten en individuen in de zaadbank en het gemiddeld aantal soorten in de vegetatie op de 5 verschillende locaties. Horizontaal: verschillende letters geven significante verschillen aan tussen de locaties Vertikaal (voor de locaties 1, 2, 4 en 5): niveaus van significantie betreffende het verschil tussen de twee lagen: * P<0.05; **P<0.01, ***P<0.001, NS = niet significant. Voor elke locatie geldt: n=20 (zaadbank), n=10 (vegetatie). Gemiddeld aantal soorten per liter Significantie zaadbank (0-5 cm sedimentlaag) *** 13.1 a 10.8 a 17.8 b 13.9 a 12.5 a zaadbank (0-5 cm subsediment) NS 8.7 a 8.5 a 9.4 a 10.2 a Significantie *** * *** ** gemiddeld aantal individuen per liter Significantie zaadbank (0-5 cm sedimentlaag) *** 177 a 198 a 666 b 3874 c c zaadbank (0-5 cm subsediment) *** 76 a 148 a 2323 b 2940 b Significantie *** NS * NS gemiddeld aantal soorten per 25 m 2 Significantie aquatische vegetatie * 7.0 ab 5.8 a 7.3 ab 9.4 b 9.4 b oevervegetatie *** 39.7 bc 35.2 ab 30.8 a 41.0 bc 48.3 c 3.3 Relatie zaadvoorraad en vegetatie De mate van overeenkomst tussen de soortensamenstelling van de zaadbank en de soortensamenstelling van de vegetatie is laag (<40%) (figuur 1). In het bijzonder de overeenkomst tussen de zaadbank (van zowel sediment als subsediment) en de aanwezige watervegetatie is laag, met name op de locaties 1 en 2. Op de locaties 1, 2, 3 en 4 is de mate van overeenkomst tussen de zaadbank en de oevervegetatie hoger dan tussen de zaadbank en de watervegetatie (figuur 1). Dit geldt zowel voor het sediment als voor het subsediment. De mate van overeenkomst tussen de zaadbank en de watervegetatie is in de oudste trajecten (locaties 4 en 5) hoger dan in de jongste trajecten (locaties 1 en 2). Waterplanten die in de watervegetatie en/of de zaadvoorraad zijn aangetroffen zijn weergegeven in tabel 4. Soorten die, althans op minstens één locatie, frequent aanwezig zijn in de actuele watervegetatie, maar die ontbreken in de zaadbank, zijn Smalle waterpest, Grof hoornblad, Glanzend fonteinkruid en Aarvederkruid. Eén soort is wel in de zaadbank aangetroffen, maar niet in de actuele vegetatie: Brokkelig kransblad (Chara contraria). Kroossoorten komen zowel in de zaadbank veel voor als in de actuele vegetatie. De hoogste dichtheden van kroos in de zaadbank worden bereikt in de oudste oeverstrook, die niet gebaggerd is (locatie 5). De bedekking van kroos in de watervegetatie is hier ook het hoogst (vgl. tabel 2). Fonteinkruiden zijn weliswaar in de zaadvoorraad aangetroffen, maar in zeer lage dichtheden. In het geval van Schedefonteinkruid betreft het geen zaden, maar tubers (zetmeelknolletjes, waaruit nieuwe planten kunnen ontstaan). 6

9 Figuur 1. Vergelijking van de gemiddelde mate van overeenkomst (similariteit) tussen de soortensamenstelling van de zaadbank en de soortensamenstelling van de water- en oevervegetatie op de 5 locaties. (Wilcoxon signed rank test: * P<0.05; ** P<0.01; NS=niet-significant). Significante verschillen in gemiddelde similariteit (zaadbank-watervegetatie en zaadbank-oevervegetatie) tussen de locaties zijn weergegeven met verschillende letters (Kruskal-Wallis gevolgd door een Student Newman Keuls test: P<0.05). Sediment zaadbank-vegetatie Similariteit (%) ab ** ** ** * NS y y c xy x ab x bc Locatie zaadbank-watervegetatie c zaadbank-oevervegetatie Subsediment zaadbank-vegetatie Similariteit (%) a * y a ** y b NS y NS b y Locatie zaadbank-watervegetatie zaadbank-oevervegetatie Tabel 4. Waterplanten die in de zaadvoorraad en/of de watervegetatie zijn aangetroffen. Getallen in de zaadbank betreffen aantallen kiemplanten per 20 l; getallen in de kolom watervegetatie geven de frequentie weer. Soorten die alleen in de watervegetatie zijn aangetroffen, zijn opgenomen indien de frequentie 10 was. Soort Zaadbank sediment Zaadbank subsediment Watervegetatie Locatie Los drijvende of zwevende soorten Klein kroos Veelwortelig kroos Puntkroos Gedoornd hoornblad Ondergedoken, wortelende soorten Sterrenkroos Schedefonteinkruid Glanzend fonteinkruid Smalle waterpest Aarvederkruid Tenger fonteinkruid Veenwortel Waterviolier Brokkelig kransblad Twee soorten Sterrenkroos zijn in de zaadvoorraad gedetermineerd: Stomhoekig en Gevleugeld sterrenkroos; in de watervegetatie betreft het Stomphoekig sterrenkroos. 7

10 3.4 Her(vestiging) van waterplanten na baggeren In bijlage 3 zijn de vegetatieopnamen opgenomen van de westzijde van het zijkanaal (locatie 5) uit de periode Dit betreft 10 vakken, waarvan er 6 gemaaid en gebaggerd zijn in juni 1999 en 4 alleen gemaaid. Het blijkt dat in één van de gebaggerde trajecten Smalle waterpest tot dominantie komt. In één ander traject heeft Stomphoekig sterrenkroos in 2001 een bedekking gevormd van 15%. In de overige gebaggerde vakken is nauwelijks (her)vestiging van onderwaterplanten opgetreden. Alle drie kroossoorten (Klein, Veelwortelig en Puntkroos) zijn na baggeren teruggekeerd, hoewel ze geen dominante rol meer spelen in de vegetatie (vgl. Boedeltje 2000). Tabel 5. Waterplanten op locatie 5 (zijkanaal, westzijde) aanwezig in de vegetatie vóór baggeren, in de zaadbank en in de vegetatie na baggeren. Het betreft 6 vakken. Waterplanten Zaadvoorraad Waterplanten: gemiddelde frequentie per 25 m 2 Soort Gemiddelde frequentie per Gemiddelde dichtheid van 2 maanden na het baggeren 1 jaar na het baggeren (2000) 2 jaar na het baggeren (2001) 25 m 2 in het jaar voor baggeren zaden per 25 m 2 in het subsediment (augustus 1999) Stomphoekig sterrenkroos Smalle waterpest Waterviolier Tenger fonteinkruid Klein kroos Veelwortelig kroos Puntkroos Blaasjeskruid Gele plomp Klein fonteinkruid Grote waterweegbree De waterplanten die in de zaadvoorraad van het subsediment aanwezig waren blijken twee maanden na het verwijderen van de sliblaag allemaal in de vegetatie aanwezig te zijn (tabel 4). Deze soorten worden ook één en twee jaar na het baggeren nog in de watervegetatie aangetroffen. Soorten die niet in de zaadbank werden aangetroffen, maar die wel twee maanden na het baggeren in de vegetatie aanwezig waren, zijn Smalle waterpest, Waterviolier en Tenger fonteinkruid (tabel 4). Drie soorten waterplanten, die niet in de zaadbank voorkwamen en die ook niet direct na baggeren verschenen, treden één of twee jaar later wel op: Blaasjeskruid (Utricularia species), Gele plomp (Nuphar lutea) en Klein fonteinkruid (Potamogeton berchtoldii). 8

11 4 Conclusie en Discussie Aanwezigheid en dichtheid van water- en oeverplanten in de zaadvoorraad. In de zaadvoorraad van het sediment en het subsediment zijn 111 soorten planten aangetroffen met in totaal ruim individuen. Van het totaal aantal individuen is het aandeel van russen (Juncus species) met 88.04% verreweg het grootst, gevolgd door Grote kattenstaart (Lythrum salicaria) (7.07 %). Klein kroos (Lemna minor) (1.93%), Veelwortelig kroos (Spirodela polyrhiza) (0.61%), Grote brandnetel (Urtica dioica) (0.52%), Riet (Phragmites australis) (0.21%), Koninginnekruid (Eupatorium cannabinum) (0.18%), lisdodde (Typha species) (0.18%), Harig wilgenroosje (Epilobium hirsutum) (0.16%) en sterrenkroos (Callitriche species) (0.15%). Ivens (1994) vond in zijn onderzoek in natuurvriendelijke oevers langs zowel kanalen als rivieren in 216 monsters 49 plantensoorten en 3260 kiemplanten. Het verschil in het aantal aangetroffen soorten en individuen kan samenhangen met de monsterplaats in de oever (op de waterlijn en daarboven in plaats van in het (sub)sediment onder de waterlijn) of met de gevolgde kiemingsmethode (de monsters werden alleen van bovenaf vochtig gehouden in plaats van dat sprake was van een waterverzadigd kiemingsmilieu). Hoewel tijdens het onderzoek van Ivens (1994) ook de oevers van het zijkanaal naar Almelo bemonsterd zijn, ontbreken soorten die vrijwel uitsluitend in een waterverzadigd milieu ontkiemen zoals Riet, Lisdodde, Sterrenkroos, Klein, Veelwortelig en Puntkroos. Frequent waargenomen oeversoorten in de zaadvoorraad langs het zijkanaal waren ook in 1994 russen, Grote kattenstaart en Grote brandnetel. Wortelende (onder)waterplanten zijn in de zaadvoorraad met zes soorten vertegenwoordigd: Sterrenkroos (meest Stomphoekig Sterrenkroos), Schede- en Tenger fonteinkruid, Waterviolier, Brokkelig kransblad en Veenwortel. Met uitzondering van Sterrenkroos zijn de dichtheden waarin ze voorkomen echter zeer laag. Een aantal soorten komt wel veel in de watervegetatie voor, maar ontbreekt in de zaadbank. De eerste hiervan is Smalle waterpest, een soort die zich in Nederland uitsluitend vegetatief voortplant (o.a. Weeda et al. 1991) en die dus ook niet in de zaadvoorraad verwacht kan worden. De tweede, Grof hoornblad, vertoont slechts een schaarse bloei en vruchtzetting in Nederland (Weeda et al. 1985). Van de derde soort, Aarvederkruid, is bekend dat bloei achterwege blijft op open plaatsen met golfslag (Weeda et al. 1987), een situatie die zich ook voordoet in de plasbermen ten westen van Lochem (locatie 1). Ook in brakke wateren is geen bloei en vruchtzetting bij deze soort geconstateerd (Kautsky 1990). De vierde soort betreft Glanzend fonteinkruid. Deze soort is vanaf in ondiepe stroken ten westen van Lochem tijdens monitoringonderzoek aangetroffen, echter steeds zonder bloemen of vruchten (Boedeltje ongepubliceerde waarnemingen). De hoge turbiditeit en slibophoping zijn hieraan waarschijnlijk debet (Boedeltje et al. 2001). Dit is ook de reden dat bij de overige aangetroffen fonteinkruiden slechts zelden vruchtzetting is geconstateerd. Daarnaast treedt bij veel onderwaterplanten zoals fonteinkruiden in het algemeen zelden vruchtzetting; voor de handhaving van hun populaties wordt vertrouwd op vegetatieve structuren zoals stengelfragmenten en winterknoppen (Sculthorpe 1967). De vestiging van Tenger fonteinkruid in oeverstroken langs het zijkanaal zal dan ook veeleer samenhangen met de verspreiding van vegetatieve delen van deze plant dan met de kieming uit zaad van de zaadvoorraad. Lopend onderzoek (Boedeltje ongepubliceerde waarnemingen) laat bovendien zien dat in het kanaal veel fragmenten van verschillende soorten waterplanten voorkomen. Ook al vormen fonteinkruiden wel zaden, dan is de vraag of deze een lange levensduur hebben. Van de grotere soorten is bekend dat ze zaden hebben met een lange levensduur (Muenscher 1936); van grasbladige fonteinkruiden (o.a. Tenger fonteinkruid) wordt ook kortlevend zaad vermeld (Thompson et al. 1997). De relatie tussen de zaadbanksamenstelling en de gevestigde water- en oevervegetatie De mate van overeenkomst tussen de soorten die voorkomen in de zaadvoorraad en de soorten die in de watervegetatie aanwezig zijn, is laag, hetgeen vooral te maken zal hebben met het de overheersende vegetatieve verbreiding in plaats van de vorming van zaden. Bovendien komen in het water veel zaden van oeverplanten terecht, die niet in staat zijn onder water te kiemen (o.a. 9

12 Baskin & Baskin 1998). Deze planten kiemen wel onder de waterverzadigde omstandigheden in de kas. De grotere overeenkomst in soortensamenstelling tussen de zaadvoorraad en de oevervegetatie is ook hieruit te verklaren. Kansen voor (her)vestiging van ondergedoken waterplanten uit de zaadvoorraad De aantallen soorten en de dichtheid van zaden van ondergedoken waterplanten in het (sub)sediment van ondiepe oeverstroken langs het Twenthekanaal zijn zodanig klein dat deze slechts een geringe rol kunnen spelen in de (her)vestiging van deze soorten na baggeren. Dispersie van vegetatieve delen en zaden is waarschijnlijk een veel belangrijker mechanisme voor het (her)vestiging van deze groep van planten. De habitatomstandigheden moeten dan wel gunstig zijn. 10

13 5 Literatuur Baskin, C.C. & Baskin, J.M. (1998). Seeds, ecology, biogeography, and evolution of dormancy and germination. Academic Press, London, New York. Bloemendaal, F.H.J.L. & Roelofs, J.G.M. (1988) (Red.). Waterplanten en waterkwaliteit. Stichting KNNV en Vakgroep Aquatische Oecologie van de Katholieke Universiteit Nijmegen. Boedeltje, G (1999). De watervegetatie in ondiepe oeverstroken langs de Twenthekanalen in relatie tot het milieu; een onderzoek ten behoeve van het project "Resterende Oevers". Bureau Daslook in opdracht van Rijkswaterstaat, Directie Oost-Nederland. Boedeltje, G. (2000). Effecten van maaien en baggeren op de vegetatie in ondiepe oeverstroken langs de zijtak van de Twenthekanalen in relatie tot water en bodem. Bureau Daslook in opdracht van Rijkswaterstaat, Directie Oost-Nederland. Boedeltje, G., Smolders, A.J.P., Roelofs, J.G.M. & Van Groenendaal, J.M. (2001). Constructed shallow zones along navigation canals: vegetation establishment and change in relation to habitat characteristics. Aquatic Conservation 11 (6): Boedeltje, G., Ter Heerdt, G.N.J. & Bakker, J.P. (2002). Applying the seedling-emergence method under waterlogged conditions to detect the seed bank of aquatic plants in submerged sediments. Aquatic Botany (in press). Boedeltje, G., Ter heerdt, G.N.J. & Bakker, J.P. (in prep.). Potential for the development of aquatic plant vegetation from the seed bank after dredging in constructed shallow zones along navigation canals. Dytham, C. (1998). Choosing and using statistics: a biologist's guide. Blackwell Science, Oxford, London. Heerdt, G.N.J. ter, Verwey, G.L., Bekker, R.M. & Bakker, J.P. (1996). An improved method for seed-bank analysis: seedling emergence after removing the soil by sieving. Functional Ecology 10, Ivens, E. (1994). Zaadvoorraden in oevers en de mogelijke toepassing bij inrichting van natuurvriendelijke oevers. Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en waterbouwkunde Delft. Jeppesen, E., Sondergaard, M., Sondergaard, M & Christoffersen, K. (Eds.) (1997). The Structuring Role of Submerged Macrophytes in Lakes. (Ecological studies. Eds.: O.L. Lange, H.A. Mooney, M.M. Caldwell, G. Heldmaier, U. Sommer, E.D. Schulze. Volume 131). Springer-Verlag New York. Kautsky, L. (1990). Seed and tuber banks of aquatic macrophytes in the Askö area, northern Baltic proper. Holarctic Ecology 13: Meijden van der, R. (1996). Heukels' Flora van Nederland. Groningen. Muenscher, W.C. (1936). Storage and germination of seeds of aquatic plants. Bulletin 652 Cornell University Agricultural Experiment Station Ithaca, New York: Muller, F.M. (1978). Seedlings of the North-West European Lowland. A flora of sedlings. Junk B.V., Den Haag, Boston. 11

14 Scheffer M., Van den Berg M., Breukelaar A., Breukers C., Coops H., Doef R. & Meijer M.L. (1994). Vegetated areas with clear water in turbid shallow lakes. Aquatic Botany 49: Schaminée, J.H.J., Stortelder, A.H.F. & Westhoff, V. (1995). De vegetatie van Nederland. Deel 1: Inleiding tot de plantensociologie, grondslagen, methoden en toepassingen. Opulus Press, Uppsala, leiden. Sculthorpe, C.D. (1967). The biology of aquatic vascular Plants. Edward Arnold, London. Seidal K. (1976). Macrophytes and Water Purification. In: Tourbier J. & Pierson R.W. (Eds.). Biological Control of Water Pollution: 109. University of Pennsylvania Press Philadelphia. Thompson, K, Bakker, J.P. & Bekker, R.M. (1997). The soil seed banks of North West Europe: methodology, density and longevity. Cambridge University Press, Cambridge. Vocht, A. de (1998). Basishandboek S.P.S.S. 8 voor Windows 95 & 98. Bijleveld Press, Utrecht. Weeda, E.J., Westra, R., Ch. en T. (1985). Nederlandse Oecologische Flora, wilde planten en hun relaties 1. IVN, in samenwerking met VARA en Vewin. Weeda, E.J., Westra, R., Ch. en T. (1987). Nederlandse Oecologische Flora, wilde planten en hun relaties 2. IVN, in samenwerking met VARA en Vewin. Weeda, E.J., Westra, R., Ch. en T. (1991). Nederlandse Oecologische Flora, wilde planten en hun relaties 4. IVN, in samenwerking met VARA en Vewin. 12

15 Bijlagen 1 Overzicht van zaadbank en vegetatie 2 De vegetatie langs het zijkanaal voor en na het baggeren 13

16 Bijlage 1 Overzicht van zaadbank en vegetatie Totaal aantal kiemplanten en de frequentie van de soorten in de gevestigde water- en oevervegetatie van de 5 locaties in ondiepe stroken langs het Twenthekanaal. Het aantal replica's (van 1 liter) voor elke locatie is 20. Alleen voor Schedefonteinkruid betreffen de aantallen zowel zaden (z) als tubers (t). De oorspronkelijke bodem kon niet bestudeerd worden op locatie 3 (zie methoden). Verschillende letters geven significante verschillen aan in gemiddelde aantallen zaden tussen de locaties, getest per laag. *P<0.05, **P<0.01, ***P< Soort bovenste sedimentlaag (0-5 cm) bovenste laag oorspronkelijke bodem frequentie in de watervegetatie frequentie in de oevervegetatie locatie sig sig Waterplanten Callitriche species 23 a 5 a 29 a 63 ab 208 b *** 8 a 3 a 10 ab 63 b ** Potamogeton pectinatus (s+t) ab 11 b 0 a 0 a ** Potamogeton pusillus Elodea nuttallii Ceratophyllum demersum Potamogeton lucens Myriophyllum spicatum Hottonia palustris Persicaria amphibia Chara contraria Lemna minor 299 a 106 a 108 a 393 a 1513 b *** 8 a 131 a 25 a 2662 b *** Spirodela polyrhiza 2 a 33 a 40 a 147 b 840 b *** 15 a 10 a 21 a 548 b *** Lemna trisulca 0 a 0 a 0 a 55 b 18 ab ** Soorten van natte pioniermilieus Ranunculus sclereratus 80 b 17 ab 18 ab 14 a 12 a *** 54 b 36 ab 15 ab 14 a ** Rorippa palustris 41 b 19 ab 10 ab 6 a 3 a ** 26 b 58 b 2 a 3 a *** Epilobium tetragonum 17 b 13 ab 11 ab 6 ab 2 a * Rorippa sylvestris 9 b 0 a 0 a 0 a 0 a ** 8 b 0 a 0 a 0 a ** Chenopodium rubrum 1 a 1 a 19 b 0 a 0 a *** Atriplex prostrata Epilobium ciliatum Veronica catenata Bidens frondosa Persicaria mitis Persicaria hydropiper Moeraspalnten (helofyten) Phragmites australis 19 a 14 a 298 d 116 c 65 b *** Alisma plantago-aquatica 3 ab 0 a 21 b 22 b 29 b ** 5 ab 0 a 11 b 18 b *** Lycopus europaeus Phalaris arundinacea Cyperaceae (som) 6 ab 0 a 19 ab 53 b 41 b *** 0 a 0 a 22 b 44 b *** Scirpus sylvaticus Carex acuta a 0 a 1 ab 16 b ** Carex vesicaria Carex remota Carex pseudocyperus Carex disticha Carex species Typha species 7 a 1 a 22 ab 213 c 121 b *** 11 a 2 a 69 b 45 b *** Glyceria fluitans Poa palustris Myosotis scorpioides

17 Rorippa amphibia Hydrocotyle vulgaris Galium palustre Veronica beccabunga Stellaria aquatica 0 a 0 a 8 b 0 a 0 a *** Iris pseudacorus Oenanthe aquatica Calamagrostis canescens Sparganium emersum Glyceria maxima Mentha aquatica Scutellaria galericulata Soorten van natte tot matig vochtige oeverruigten Lythrum salicaria 44 a 22 a 1580 b c 3280 b *** 17 a 10 a 2129 b 1831 b *** Eupatorium cannabinum 5 a 13 a 178 b 72 b 156 b *** 3 a 5 ab 28 bc 33 c ** Epilobium hirsutum 58 ab 53 ab 204 b 22 a 39 ab ** Urtica dioica 85 ab 56 a 402 c 255 bc 265 c *** Tanacetum vulgare 2 a 2 a 26 b 17 ab 36 b ** 0 a 1 ab 3 ab 11 b * Artemisia vulgaris Scrophularia umbrosa Epilobium parviflorum Barbarea stricta Rumex obtusifolius Chamerion angustifolium Conyza canadensis Cirsium arvense 0 a 2 ab 6 b 1 ab 0 a * Lysimachia vulgaris 0 a 0 a 2 ab 4 ab 6 b * Stachys palustris Humulus lupulus Scrophularia nodosa Oenothera biennis Solanun dulcamara Hypericum perforatum Calystegia sepium Symphythum officinale Heracleum sphondylium Galium aparine Angelica sylvestris Anthriscus sylvestris Valeriana officinalis Aegopodium podagraria Glechoma hederacea Filipendula ulmaria Petasytes hybridus Grasland soorten Agrostis capillaris Phleum pratense Rumex acetosella Holcus lanatus Dactylis glomerata Trifolium repens Anthoxanthum odoratum Holcus lanatus

18 Hypericum dubium Holcus mollis Festuca rubra Galium mollugo Rumex acetosa Lotus pedunculata Cardamine pratensis Plantago lanceolata Centaurea jacea Viccia cracca Arrhenatherum elatius Cerastium fontanum Festuca arundinacea Poa pratensis Leucanthemum vulgare Lolium multiflorum Soorten van natte, soms oppervlakkig uitdrogende, veelal betreden plaatsen Juncus species 2616 a 3382 a 9996 b c c *** 1106 a 2444 a b b *** Poa trivialis 4 a 20 ab 43 b 12 ab 3 a ** 5 ab 11 b 4 ab 0 a * Rumex crispus 43 b 0 a 7 a 0 a 3 a *** Alopecurus geniculatus Lolium perenne Plantago major Polygonum aviculare Persicaria maculata Agrostis stolonifera 0 a 7 ab 12 b 9 ab 3 a * Poa annua Isolepsis setacea Gnaphalium uliginosum Lythrum portula Carex oederi ssp. oedocarpa Carex hirta Sagina procumbens Taraxacum species Elytrigia repens Ranunculus repens Soorten van struwelen en bossen Alnus glutinosa Betula species Salix species 43 ab 80 b 51 ab 16 a 21 a * Rubus fruticosus+caesius Other species Tripleurospermum maritimum Sonchus asper Spergularia rubra Solanum nigrum Niet geïdentificeerde soorten Totaal aantal zaailingen 3549 a 3949 a b c c *** 1517 a 2965 a b b *** N.B. Van Callitriche (Sterrenkroos) zijn twee soorten aangetroffen: C. obtusangula en C. stagnalis; Van Juncus (Rus) zijn 4 soorten aangetroffen: J. articulatus, J. bufonius, J. bulbosus, J. effusus; Van Salix (Wilg) zijn 4 soorten aangetroffen: (S. caprea, S. cinerea, S. fragilis, S. viminalis). 16

19 17

20 Bijlage 2 Overzicht van de vegetatieopnamen in de proefvlakken langs het zijkanaal (westzijde) Toelichting De vegetatieopnamen uit 1998 geven de situatie weer van vóór het baggeren De vegetatieopnamen uit 1999 zijn gemaakt ruim een maand na het baggeren Tabel nummer Jaar Maand Dag Gebaggerd in juni 99 x x x x x x Bedekking drijflaag Bedekking submerse laag Bedekking moerasplanten Aantal soorten Vrij drijvende en zwevende waterplanten Spirodela polyrhiza Veelwortelig kro Lemna minor Klein kroos Lemna trisulca Puntkroos Riccia fluitans Gewoon waterv Utricularia species Blaasjeskruid (G Wortelende drijvende en submerse waterplanten Callitriche obtusangula Stomphoekig st Elodea nuttallii Smalle waterpe Potamogeton pusillus Tenger fonteink Potamogeton trichoides Haarfonteinkruid Hottonia palustris Waterviolier Zannichellia palustris Zannichellia s.l. Nuphar lutea Gele plomp Potamogeton berchtoldii Klein fonteinkru Moerasplanten 1

21 Phragmites australis Riet Phalaris arundinacea Rietgras Lycopus europaeus Wolfspoot Carex acuta Scherpe zegge Sparganium emersum Kleine egelskop Iris pseudacorus Gele lis Equisetum fluviatile Holpijp Rorippa microphylla Slanke waterke Rorippa amphibia Gele waterkers Carex vesicaria Blaaszegge Carex riparia Oeverzegge Eleocharis palus s. palus Gewone waterb Alisma plantago-aquatica Grote waterwee Typha latifolia Grote lisdodde Butomus umbellatus Zwanebloem Scirpus lacustris Mattenbies s.l. Glyceria maxima Liesgras Overige soorten Mentha aquatica Watermunt Calystegia sepium Haagwinde Solanum dulcamara Bitterzoet Lythrum salicaria Grote kattensta Epilobium hirsutum Harig wilgenroo Lysimachia vulgaris Grote wederik Salix alba Schietwilg Rubus fruticosus agg Gewone braam Alnus glutinosa Zwarte els Eupatorium cannabinum Koninginnenkru Draadwier

Water- en oeverplanten in de zandwinplas in de Hiensche Uiterwaarden bij Dodewaard

Water- en oeverplanten in de zandwinplas in de Hiensche Uiterwaarden bij Dodewaard Water- en oeverplanten in de zandwinplas in de Hiensche Uiterwaarden bij Dodewaard Bureau Daslook 2 Water- en oeverplanten in de zandwinplas in de Hiensche Uiterwaarden bij Dodewaard Dr. Ger Boedeltje

Nadere informatie

EENDENKOOI SCHIPLUIDEN

EENDENKOOI SCHIPLUIDEN EENDENKOOI SCHIPLUIDEN 2015-16 C.J. Nonhof F. Severijn KNNV afdeling Delfland Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT afdelingdelfland@knnv.nl

Nadere informatie

Bijlage 2 Streefbeeldvegetatie van natuurvriendelijke oevers

Bijlage 2 Streefbeeldvegetatie van natuurvriendelijke oevers Bijlage 2 Streefbeeldvegetatie van natuurvriendelijke oevers Inleiding Doel van deze notitie is aan te geven welke soorten oeverplanten in verschillende omstandigheden het best kunnen worden aangeplant

Nadere informatie

Polder Stein, Reeuwijk; PKN-excursie; perceel oostelijk van kade Polder Kort Roggebroek

Polder Stein, Reeuwijk; PKN-excursie; perceel oostelijk van kade Polder Kort Roggebroek Vegetatieopnamen Kievitsbloem-associatie Polder Stein periode 1992-2012 2003 => Opnamenummer: 66108 Datum (jaar/maand/dag) : 2003/04/25 X-coordinaat : 113.098000 Y-coordinaat : 448.244000 Bloknummer :

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 32 jrg7

SLOBKOUSNIEUWS 32 jrg7 SLOBKOUSNIEUWS 32 jrg7 Het secretariaat bleef eens te meer afwezig op de wandeling in Peer maar dank zij Isabelle, Luc, Paul en Nicole kunnen jullie genieten van wat ze er zagen en het was blijkbaar zeer

Nadere informatie

Bermbesluit. Aard : Besluit van de Vlaamse regering Over : maatregelen inzake natuurbehoud op de bermen beheerd door publiekrechtelijke rechtspersonen

Bermbesluit. Aard : Besluit van de Vlaamse regering Over : maatregelen inzake natuurbehoud op de bermen beheerd door publiekrechtelijke rechtspersonen Bermbeheer Beveren Bermbesluit Aard : Besluit van de Vlaamse regering Over : maatregelen inzake natuurbehoud op de bermen beheerd door publiekrechtelijke rechtspersonen Datum : 27/06/1984 Pagina B.S. :13392

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 29 jrg7

SLOBKOUSNIEUWS 29 jrg7 SLOBKOUSNIEUWS 29 jrg7 De wandeling naar het Munsterbos had veel van de processie van Echternacht! Twee voorwaarts en een achterwaarts. Net voor het vertrekuur zag de voorspelling op de buienradar er gewoon

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 18 jrg8

SLOBKOUSNIEUWS 18 jrg8 SLOBKOUSNIEUWS 18 jrg8 Jan, Pierre, Rina, Henri, Marina, Luc, Pierre, Annemie, Jozefa, Willy, Dirk, Paul, Peter, Pat en Marie struinden deze keer door het intussen geel en wit gekleurde grasland van de

Nadere informatie

De vegetatieontwikkeling in de vijvers Zandhorst III, te Heerhugowaard in 2004, 2005 en 2006.

De vegetatieontwikkeling in de vijvers Zandhorst III, te Heerhugowaard in 2004, 2005 en 2006. De vegetatieontwikkeling in de vijvers Zandhorst III, te Heerhugowaard in 2004, 2005 en 2006. Auteur ing.p.j. van der Schaaf Registratienummer (leeg) 30 november 07 Versie 1.0 Status Concept Afdeling Hoogheemraadschap

Nadere informatie

LPW. Datum excursie: Hokcode: D Plaats: Koersel Gids: Theo Nulens. Epilobium obscurum Donkergroene basterdwederik zz

LPW. Datum excursie: Hokcode: D Plaats: Koersel Gids: Theo Nulens. Epilobium obscurum Donkergroene basterdwederik zz Datum excursie: Hokcode: D6 2512 Plaats: Koersel Gids: Theo Nulens Deelnemers: Nicole Rinkes Cecile Nagels Pieter Hendrikx Bert Berten Luc Vanoppen Stefan Put Kristin Zels Georges Peters Ine Reynders Jean

Nadere informatie

Opnames van P.Q,s op de Golfbaan Cromstrijen volgens Tansley

Opnames van P.Q,s op de Golfbaan Cromstrijen volgens Tansley Opnames van P.Q,s op de Golfbaan Cromstrijen volgens Tansley P.Q.1 87.385-415.604 2013: Topje van bosje 087386-415586 4-7 1-7 /11-9 Hopklaver Humulus lupulus A Kleine klaver Trifolium dubium R Madeliefje

Nadere informatie

Nul-monitoring Drijvende waterweegbree en kranswieren in de deelgebieden Vlijmens ven en De Maij

Nul-monitoring Drijvende waterweegbree en kranswieren in de deelgebieden Vlijmens ven en De Maij Nul-monitoring Drijvende waterweegbree en kranswieren in de deelgebieden Vlijmens ven en De Maij Als onderdeel van het LIFE project Blues in the Marshes (LIFE NAT/NL/770 actie D2) Een rapportage van FLORON

Nadere informatie

Van G7 was het met name het subtype: - G7b Matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtige bodem; voedselrijk tot zeer voedselrijk

Van G7 was het met name het subtype: - G7b Matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtige bodem; voedselrijk tot zeer voedselrijk Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT afdelingdelfland@knnv.nl www.knnv.nl/afdelingdelfland twitter: KNNVafdDelfland facebook: KNNV-afdeling-Delfland

Nadere informatie

Bijlage 9 Veldformulieren 1 Algemeen. 2 Onderdelen, eisen en aanbevelingen. Handboek Hydrobiologie. 9: Veldformulieren - 1

Bijlage 9 Veldformulieren 1 Algemeen. 2 Onderdelen, eisen en aanbevelingen. Handboek Hydrobiologie. 9: Veldformulieren - 1 Handboek Hydrobiologie IV Bijlage 9 Veldformulieren 1 Algemeen In deze bijlage geven we aanbevelingen voor het maken van een goed veldformulier. Er zijn voorbeelden in opgenomen van veldformulieren voor

Nadere informatie

Tijdelijke droogval van onderwaterbodems als maatregel ter verbetering van de waterkwaliteit? Microcosmos- en Mesocosmosstudies

Tijdelijke droogval van onderwaterbodems als maatregel ter verbetering van de waterkwaliteit? Microcosmos- en Mesocosmosstudies Tijdelijke droogval van onderwaterbodems als maatregel ter verbetering van de waterkwaliteit? Microcosmos- en Mesocosmosstudies Esther Lucassen, Bart Grutters, Christel Klaren, Roos Loeb en Fons Smolders

Nadere informatie

'rodelijst' Aegopodium podagraria. Artemisia vulgaris. Bolboschoenus maritimus

'rodelijst' Aegopodium podagraria. Artemisia vulgaris. Bolboschoenus maritimus Lijst van vaatplanten gevonden op 26 augustus 2015 tijdens de excursie van de KNNV Plantenwerkgroep afdeling Nijmegen naar O deel Gendtsche Polder (hok 195-431). Totaal: 148 soorten. Vragen of opmerkingen:

Nadere informatie

Poelzone C.J. Nonhof. KNNV afdeling Delfland

Poelzone C.J. Nonhof. KNNV afdeling Delfland Poelzone 2017 C.J. Nonhof KNNV afdeling Delfland Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT afdelingdelfland@knnv.nl www.knnv.nl/afdelingdelfland

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Zeventiende jaargang, no 4 24 mei 2019 Oosterdel In het Oosterdelgebied worden verschillende eilandjes van Staatsbosbeheer beheerd door de Stichting

Nadere informatie

Excursieverslagen FWE: poelen en drasse laagtes langs Dommel en Tongelreep, John Bruinsma, Wim van der Ven, Joep Spronk

Excursieverslagen FWE: poelen en drasse laagtes langs Dommel en Tongelreep, John Bruinsma, Wim van der Ven, Joep Spronk Excursieverslagen FWE: poelen en drasse laagtes langs Dommel en Tongelreep, 2001-2016 John Bruinsma, Wim van der Ven, Joep Spronk In het kader van het KNNV-monitoringsproject in de Genneperparken bezocht

Nadere informatie

Waterplanten- en vissenonderzoek in waterlichamen van Waterschap Rijn en IJssel in 2012

Waterplanten- en vissenonderzoek in waterlichamen van Waterschap Rijn en IJssel in 2012 Waterplanten- en vissenonderzoek in waterlichamen van Waterschap Rijn en IJssel in 2012 Bureau Daslook Waterplanten- en vissenonderzoek in waterlichamen van Waterschap Rijn en IJssel in 2012 Bemonstering

Nadere informatie

Datum excursie: 23/07/2012 Hokcode: C Plaats: Tongerlo Gids: Peter Engelen. Sylvain Peeters LPW

Datum excursie: 23/07/2012 Hokcode: C Plaats: Tongerlo Gids: Peter Engelen. Sylvain Peeters LPW Datum excursie: 23/07/2012 Hokcode: C7 4534 Plaats: Tongerlo Gids: Peter Engelen Deelnemers: Bert Berten Lily Gora Theo Nulens Richard Pawlowski Georges Peters Luc Lenaerts Daniëlle Clits Marleen massonnet

Nadere informatie

Bekenwerkgroep Nederland Een groep vrijwilligers en de wat vergeten beekplanten- Dronten 4 februari 2006

Bekenwerkgroep Nederland Een groep vrijwilligers en de wat vergeten beekplanten- Dronten 4 februari 2006 Bekenwerkgroep Nederland 1971 2006 -Een groep vrijwilligers en de wat vergeten beekplanten- Dronten 4 februari 2006 INHOUD PRESENTATIE Het begin Organisatie 1972 - nu Doelstellingen Methodiek Floristiek

Nadere informatie

Opnames van P.Q,s op de Golfbaan Cromstrijen volgens Tansley 2014

Opnames van P.Q,s op de Golfbaan Cromstrijen volgens Tansley 2014 Opnames van P.Q,s op de Golfbaan Cromstrijen volgens Tansley 2014 P.Q.1 87.385-415.604 2013: Topje van bosje 087386-415586 4-7 1-7 /11-9 26/7 Hopklaver Humulus lupulus A F Kleine klaver Trifolium dubium

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Zestiende jaargang, no. 3 26 mei 2018 De tweede helft van het voorjaar is toch wel de mooiste tijd van het jaar. Zelfs een speerdistel ziet er dan

Nadere informatie

18:30 uur. SLOBKOUSNIEUWS 32 jrg7. Volgende woensdag 16 augustus is de afspraak om

18:30 uur. SLOBKOUSNIEUWS 32 jrg7. Volgende woensdag 16 augustus is de afspraak om SLOBKOUSNIEUWS 32 jrg7 Voila terug van de zee en het zand en achter mijn vertrouwde PC voor de volgende nieuwsbrief. Volgens Guido waren Paul, Isabelle, Ine, André, Luc, Pat, Marie, Jozefa, Pierre, Kris,

Nadere informatie

Vegetatieonderzoek op rundveebedrijven in de Noordelijke Friese Wouden in de zomer van 2005 door E.J. Weeda

Vegetatieonderzoek op rundveebedrijven in de Noordelijke Friese Wouden in de zomer van 2005 door E.J. Weeda Vegetatieonderzoek op rundveebedrijven in de Noordelijke Friese Wouden in de zomer van 2005 door E.J. Weeda 37 van de 57 bedrijven bezocht: (2) H. Minnema, Trekweg 16, Buitenpost (3) D. Dijkstra, Trekweg

Nadere informatie

Elodea densa waterpest Kan los in de vijver, maar doet het beter indien opgepot. Direct oppotten en in de vijver zetten. Waterdiepte cm.

Elodea densa waterpest Kan los in de vijver, maar doet het beter indien opgepot. Direct oppotten en in de vijver zetten. Waterdiepte cm. ZUURSTOFPLANTEN Ceratophyllum demersum hoornblad Maakt geen wortels, worden los in het water gegooid Loopt in het voorjaar vrij laat uit Elodea densa waterpest Kan los in de vijver, maar doet het beter

Nadere informatie

VERSLAG YPENBURG 2010

VERSLAG YPENBURG 2010 VERSLAG YPENBURG 2010 KNNV afdeling Delfland Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT email: afdelingdelfland@knnv.nl www.knnv.nl/afdelingdelfland

Nadere informatie

Zeven Gaten. KNNV afdeling Delfland. Margreet Hogeweg Jeannette van Zeijl Cor Nonhof

Zeven Gaten. KNNV afdeling Delfland. Margreet Hogeweg Jeannette van Zeijl Cor Nonhof Zeven Gaten KNNV afdeling Delfland Margreet Hogeweg Jeannette van Zeijl Cor Nonhof Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT afdelingdelfland@knnv.nl

Nadere informatie

ten langs ekanalen ! B I D O C (bibliotheek en documentatie) kssl i rafels mmm ÏK-.jfir^; 3**fi

ten langs ekanalen ! B I D O C (bibliotheek en documentatie) kssl i rafels mmm ÏK-.jfir^; 3**fi % t " "T* ~ï kssl r * **fi mmm ÏK-.jfir^; i rafels W ten langs ekanalen! B I D O C (bibliotheek en documentatie) Dienst Weg- en Waterbouwkunde Postbus 0, 00 GA DELFT Tel. 0-8 / Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Veldbiologische Werken

Veldbiologische Werken Veldbiologische Werken Ecologisch onderzoek en advies Rapportage PQ s golfclub Kagerzoom (incl. aanbevelingen ecologische ontwikkelingskansen) Rapportage PQ s golfclub Kagerzoom (incl. aanbevelingen ecologische

Nadere informatie

Vegetatie Ketenissepolder: situatie bij aanvang van de monitoring

Vegetatie Ketenissepolder: situatie bij aanvang van de monitoring Vegetatie Ketenissepolder: situatie bij aanvang van de monitoring Verslag Frederic Piesschaert & Erika Van den Bergh Verslag van het Instituut voor Natuurbehoud 2002.24 Onderzoek uitgevoerd aan het Instituut

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Vijftiende jaargang, no. 5 16 juni 2017 Noorderneg De Noorderneg vormt een bijzonder groengebied in de Westrand van Heiloo. Op 16 juni hebben we de

Nadere informatie

Verslag van de excursie naar Hitland-Noord 3 juni 2015

Verslag van de excursie naar Hitland-Noord 3 juni 2015 Steenoven Bloeiende berm langs de IJsseldijk Verslag van de excursie naar Hitland-Noord 3 juni 2015 Op 3 juni gingen we vijf man sterk naar Hitland en deze maal naar Hitland-Noord. We parkeren op een parkeerplaats

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Regio Alkmaar

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Regio Alkmaar Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Regio Alkmaar Veertiende jaargang, no. 9 15 september 2016 Geestmerambacht De laatste excursie van dit seizoen bracht ons naar het Geestmerambacht. We bezochten de noordelijke

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 33 jrg8

SLOBKOUSNIEUWS 33 jrg8 SLOBKOUSNIEUWS 33 jrg8 Terwijl het secretariaat op verplaatsing was in Nederland gingen de Slobkousjes rondneuzen aan de Maas. Het maaswater had blijkbaar de droogte niet kunnen voorkomen maar het was

Nadere informatie

Inventarisatie Polder Noord Kethel 2002

Inventarisatie Polder Noord Kethel 2002 Inventarisatie Polder Noord Kethel 2002 KNNV afd. Regio Delft Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afd. Regio Delft Postbus 133 2600 AC DELFT email: afd.regiodelft@knnv.nl www.knnv.nl/afd.regiodelft

Nadere informatie

Oeverplanten in Lelystad

Oeverplanten in Lelystad Oeverplanten in Lelystad Inleiding Lelystad is rijk aan water. Binnen de bebouwde kom is een blauwe dooradering aanwezig van talloze wateren. Om de waterbergingscapaciteit te vergroten en de leefomgeving

Nadere informatie

Vegetatieonderzoek proefvlakken in het SES-gebied Boterdiepstrook te Groningen

Vegetatieonderzoek proefvlakken in het SES-gebied Boterdiepstrook te Groningen Vegetatieonderzoek proefvlakken in het SES-gebied Boterdiepstrook te Groningen Rapport 2016-005 G.J. Berg J. van Goethem Vegetatieonderzoek proefvlakken in het SES-gebied Boterdiepstrook te Groningen

Nadere informatie

Natuurtoets ten behoeve van de wijziging van het bestemmingsplan van enkele percelen langs de Hoenderweg en de Vilstersedijk te Lemelerveld

Natuurtoets ten behoeve van de wijziging van het bestemmingsplan van enkele percelen langs de Hoenderweg en de Vilstersedijk te Lemelerveld Natuurtoets ten behoeve van de wijziging van het bestemmingsplan van enkele percelen langs de Hoenderweg en de Vilstersedijk te Lemelerveld Inventarisatie en beoordeling van beschermde flora en fauna in

Nadere informatie

Flora- en Faunatoets voor uitbreidingsplan bedrijfsterrein Gebroeders Olieman, Tempeldijk 40

Flora- en Faunatoets voor uitbreidingsplan bedrijfsterrein Gebroeders Olieman, Tempeldijk 40 Flora- en Faunatoets voor uitbreidingsplan bedrijfsterrein Gebroeders Olieman, Tempeldijk 40 Flora- en Faunatoets voor uitbreidingsplan bedrijfsterrein Gebroeders Olieman, Tempeldijk 40 Colofon Opdrachtgever

Nadere informatie

ECOLOGISCHE INVENTARISATIE. S y l v e s t e r

ECOLOGISCHE INVENTARISATIE. S y l v e s t e r 1 ECOLOGISCHE INVENTARISATIE FAMILIE BAUHUIS SINT ISIDORUSHOEVE Juli 2008 2 Opdrachtgever: Bijkerk cs Landschapsarchitecten R. Postma Hengelosestraat 791 7521 PA ENSCHEDE Ecologische analyse: Sylvester

Nadere informatie

Oever en moerasplanten

Oever en moerasplanten Oever en moerasplanten Hoogte Waterdiepte Bloei Acorus Calamus Kalmoes 80-5/ -30 7/8 Acorus Calamus Varigata Bonte kalmoes 80.5-.30 7/8 Alisma Plantago Aqua Waterweegbree 50 0/ - 30 6/9 Alisma parviflora

Nadere informatie

Aanleiding. Economische impuls regio Waterberging Natuurontwikkeling Recreatie

Aanleiding. Economische impuls regio Waterberging Natuurontwikkeling Recreatie Robert Boonstra 11 maart 2008 Inhoud presentatie Aanleiding van het project Inrichting van het gebied Monitoring vul- en startfase Monitoring ontwikkeling van het meer Resultaten 2007 Aanleiding Economische

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 28 jrg7

SLOBKOUSNIEUWS 28 jrg7 SLOBKOUSNIEUWS 28 jrg7 Gerard, Pierre, Willy, Jozefa, Dick, Harry, Luc, Guido, Annemie, Hugo, Jan, Yvonne, Tineke en Nicole waren van de partij om kilometerhok b7 51 43 aan t Mulke wat beter in kaart te

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Vijftiende jaargang, no. 9 27 augustus 2017 Park van Luna De plantengroei in het park van Luna is zich leuk aan het ontwikkelen. Toen we hier een

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Zestiende jaargang, no. 2 13 mei 2018 De kop is er af Op 8 mei vond de eerste excursie van dit seizoen plaats. Het was een heerlijk warme avond. De

Nadere informatie

HYPERICUM 2, december 2003

HYPERICUM 2, december 2003 HYPERICUM 2, december 2003 Donker glanswier (Nitella opaca AGARDH) gevonden in Oost-Nederland Maarten Zonderwijk (Waterschap Regge en Dinkel) In het vroege voorjaar van 2003 werd in het uiterste oosten

Nadere informatie

Een beken-landschap in ontwikkeling Laaglandbeken vanuit een ecologen-blik

Een beken-landschap in ontwikkeling Laaglandbeken vanuit een ecologen-blik Een beken-landschap in ontwikkeling Laaglandbeken vanuit een ecologen-blik Ron Mes (m.m.v. John Bruinsma, Erik van Dijk, Piet van Iersel, Emma van den Dool, Bert Maes, Klaas Everards BWN) Opbouw Laaglandbeken

Nadere informatie

Ger Boedeltje, Bertien Besteman, Prisca Duijn & Michelle de la Haye

Ger Boedeltje, Bertien Besteman, Prisca Duijn & Michelle de la Haye Waterplanten in natuurvriendelijke oevers langs scheepvaartkanalen Ruim 25 jaar geleden werden de eerste natuurvriendelijke oevers langs scheepvaartkanalen aangelegd. Doel was onder meer het verbeteren

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Zestiende jaargang, no. 4 10 juni 2018 Saenegheest Op 5 juni liepen we het Zakedijkje bij Bergen af en bezochten de waterbergingslocatie bij Saenegheest.

Nadere informatie

PWG-excursie naar Tiengemeten op 6 augustus 2014

PWG-excursie naar Tiengemeten op 6 augustus 2014 PWG-excursie naar Tiengemeten op 6 augustus 2014 Op 6 augustus trokken we 5 man sterk naar Tiengemeten. Ons vorig bezoek daar was in 2011 en dan een maand eerder. Kaartjes voor de pont kopen we bij de

Nadere informatie

Ecologisch herstelplan De Vinkenslag

Ecologisch herstelplan De Vinkenslag Ecologisch herstelplan De Vinkenslag B-team Hilvarenbeek September 2010 Ecologisch herstelplan De Vinkenslag Auteur: Drs. Jordie Netten Initiatiefnemer: B-team Hilvarenbeek www.bteamhilvarenbeek.nl Partner:

Nadere informatie

Datum excursie: 26/04/2010 Hokcode: D Plaats: Zutendaal Gids: Bert Berten. Theo Nulens LPW

Datum excursie: 26/04/2010 Hokcode: D Plaats: Zutendaal Gids: Bert Berten. Theo Nulens LPW Datum excursie: 26/04/2010 Hokcode: D7 52 42 Plaats: Zutendaal Gids: Bert Berten Deelnemers: Jean Vangrinsven Luc Vanoppen Lisette Hauquier Richard Pawlowski Georges Peters Jan Vanderstraeten Daniëlle

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 25 jrg7

SLOBKOUSNIEUWS 25 jrg7 SLOBKOUSNIEUWS 25 jrg7 Terwijl de redactie aan de vergadertafel zat trokken de slobkousjes Albert,Yvonne,Gerard,Henri,Ine,Anita,Isabelle Willy,Kris,Pat,Guido,Luc,Pierre,Annemie en Hugo naar het Mariahof.

Nadere informatie

Waterplanten in Loenderveen-Oost: ontwikkelingen 2005-2011

Waterplanten in Loenderveen-Oost: ontwikkelingen 2005-2011 Waterplanten in Loenderveen-Oost: ontwikkelingen 2005-2011 Overzicht van de ontwikkeling van waterplanten in de Loenderveensche Plas Oost in de zeven jaar na het wegvangen van vis Waterplanten in Loenderveen-Oost:

Nadere informatie

Natuurtoets ten behoeve van het nieuwbouwproject De nieuwe Landen 2 te Lemelerveld

Natuurtoets ten behoeve van het nieuwbouwproject De nieuwe Landen 2 te Lemelerveld Natuurtoets ten behoeve van het nieuwbouwproject De nieuwe Landen 2 te Lemelerveld Inventarisatie en beoordeling van beschermde flora en fauna in het kader van de natuurwet- en regelgeving Goutbeek, Flora

Nadere informatie

Project Natuurvriendelijke Oevers Waal

Project Natuurvriendelijke Oevers Waal Project Natuurvriendelijke Oevers Waal Tussenresultaten van het veldwerk 2004 Flora & PQ-onderzoek Project Natuurvriendelijke Oevers Waal Tussenresultaten van het veldwerk 2004 Flora & PQ-onderzoek December

Nadere informatie

Rotterdamseweg 223. KNNV afdeling Delfland. Cor Nonhof

Rotterdamseweg 223. KNNV afdeling Delfland. Cor Nonhof Rotterdamseweg 223 KNNV afdeling Delfland Cor Nonhof Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT afdelingdelfland@knnv.nl www.knnv.nl/afdelingdelfland

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Vijftiende jaargang, no. 6 30 juni 2017 Golfbaan Winkel Wat groeit er op een golfbaan? Heel veel kort gras, dat is bekend. Maar er is meer te vinden.

Nadere informatie

Inventarisatie planten op muren van (monumentale) bruggen en sluizen

Inventarisatie planten op muren van (monumentale) bruggen en sluizen WATERSCHAP NOORDERZIJLVEST Inventarisatie planten op muren van (monumentale) bruggen en sluizen Periode: 2004/2005 Opdrachtgever: NOORDERZIJLVEST J.R. Starke & K.R. Strating, afdeling project en advies

Nadere informatie

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting.

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting. Page 1 of 35 Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting Uitgevoerd door: Laboratorium Specialist in vijverwaterkwaliteit Page

Nadere informatie

Alle graslandplanten waargenomen in 2011, 2013, 2015; onderzoeker Ben Polman Hkl 2Lk 2Sph Zbr Zbr zbr 23e btp btp

Alle graslandplanten waargenomen in 2011, 2013, 2015; onderzoeker Ben Polman  Hkl 2Lk 2Sph Zbr Zbr zbr 23e btp btp Alle graslandplanten waargenomen in 011, 01, 015; onderzoeker Ben Polman opname data: april t/m juli 011; april -aug 01; april- aug 015; Ben Polman afkortingen en codes: zie onderaan Nederlandse naam wetenschappelijke

Nadere informatie

Bekenwerkgroep Nederland Een groepje vrijwilligers en de wat vergeten echte beekplanten- Zuidlaren 23 februari 2013

Bekenwerkgroep Nederland Een groepje vrijwilligers en de wat vergeten echte beekplanten- Zuidlaren 23 februari 2013 Bekenwerkgroep Nederland 1971 2013 -Een groepje vrijwilligers en de wat vergeten echte beekplanten- Zuidlaren 23 februari 2013 INHOUD PRESENTATIE Het begin Organisatie 1972 nu Doelstellingen Methodiek

Nadere informatie

Steenmeel als maatregel tegen verzuring in heide en bossen

Steenmeel als maatregel tegen verzuring in heide en bossen Steenmeel als maatregel tegen verzuring in heide en bossen Roland Bobbink, Leon van den Berg, Huig Bergsma, Henk Siepel, Joost Vogels, Evi Verbaarschot, Bas van de Riet & Maaike Weijters BIOGEOCHEMICAL

Nadere informatie

Omschrijving verschillende kwaliteitsklassen van sloten

Omschrijving verschillende kwaliteitsklassen van sloten Omschrijving verschillende kwaliteitsklassen van sloten Auteur: Bart Specken 2016 Zeer goed Deze klasse onderscheidt zich van alle andere klassen doordat hier waterplanten in voorkomen die kenmerkend zijn

Nadere informatie

Berminventarisatie 2013

Berminventarisatie 2013 Grote ratelaar Berminventarisatie 2013 Voor: Gemeente Bernheze Door: Floron-werkgroep IVN Bernheze Inhoud Kaart Blz. Inhoudsopgave 1 Kaart Heesch A 2 Kaart Heeswijk/Dinther B 3 Kaart Loosbroek C 4 Kaart

Nadere informatie

PWG-excursie naar Hitland op 17 juli 2013

PWG-excursie naar Hitland op 17 juli 2013 Vogelrust- en moerasgebied Waterscheerling PWG-excursie naar Hitland op 17 juli 2013 Op een warme zomerdag bezochten we 10 man sterk Hitland, het veenweidegebied tussen Capelle en Nieuwerkerk aan den IJssel.

Nadere informatie

. bepaald. + 15% klein % willekeurig. I.<5% vrij groot % willekeurig % willekeurig

. bepaald. + 15% klein % willekeurig. I.<5% vrij groot % willekeurig % willekeurig DE SAMENSTELLING VAN DE VEGETATIE OP DE DOOR SCHAPEN BEWEIDE GEDEELTEN OP "DE RUG", "ACHTER DE ZWARTEN" EN OP DE "ZUIDELIJKE LOB" IN DE LAUWERSZEE IN 1978 door P. Slager 1979-138 Abw. juni L. R I J K D

Nadere informatie

Datum excursie: 2/08/2010 Hokcode: D Plaats: As Gids: Lily Gora LPW

Datum excursie: 2/08/2010 Hokcode: D Plaats: As Gids: Lily Gora LPW Datum excursie: 2/08/2010 Hokcode: D7 3331 Plaats: As Gids: Lily Gora Deelnemers: Rita Declerq Jan Vanderstraeten Hugo Vanderlinden Richard Pawlowski Theo Nulens Luc Berger Pol Van Sanden Lut Sagaert Wetenschappelijke

Nadere informatie

Bij de bespreking van het Noordelijke Weiland dienen we iets langer stil te staan. Dit toch

Bij de bespreking van het Noordelijke Weiland dienen we iets langer stil te staan. Dit toch I 8 S 1 S 1 S 1 S! S 1 S 1 S 1 Z ) LEVENDE NA TUUR B. Onderscheiding van onderkaken. i Lengte van de kiezenrij meer dan 7 mm Woelrat. Lengte van de kiezenrij minder dan 7 mm Kiezen met wortels elk, of

Nadere informatie

PLANTENWERKGROEP KNNV EPE / HEERDE. door Egbert de Boer

PLANTENWERKGROEP KNNV EPE / HEERDE. door Egbert de Boer PLANTENWERKGROEP KNNV EPE / HEERDE door Egbert de Boer INHOUD: Kaart gebied............................................ Totaaloverzicht onderzochte gedeelten.............. Plantenlijst Hoogwatergeul westelijke

Nadere informatie

Flora en fauna Midden-IJsselmonde 2014. N. Godijn

Flora en fauna Midden-IJsselmonde 2014. N. Godijn Flora en fauna Midden-IJsselmonde 2014 N. Godijn Flora en fauna Midden-IJsselmonde 2014 Auteur: Niels Godijn Plaats: Poortugaal Datum: 20 februari 2015 Opdrachtgever: In samenwerking met: ARK Natuurontwikkeling

Nadere informatie

Groot hoefblad langs De Loet

Groot hoefblad langs De Loet Groot hoefblad langs De Loet Moerasspirea KNNV-excursie naar het Loetbos 5 juli 2017 Op 5 juli 2017 trokken we 6 man sterk naar het Loetbos (150 ha) in de Krimpenerwaard, een nat veenweidegebied. We verzamelen

Nadere informatie

(on)kruiden kennen. Datum: woensdag 8 februari Leerjaar 1 en 2 Tuin, Park en Landschap

(on)kruiden kennen. Datum: woensdag 8 februari Leerjaar 1 en 2 Tuin, Park en Landschap (on)kruiden kennen Datum: woensdag 8 februari 2017 Leerjaar 1 en 2 Tuin, Park en Landschap 2 Denk aan de toets Aan het einde van deze presentatie gaan we na of je de belangrijke termen die besproken worden

Nadere informatie

Leucojum aestivum L. indigeen

Leucojum aestivum L. indigeen Leucojum aestivum L. indigeen in Nederland en België door J. Mennema (Rijksherbarium, Leiden) Het onderzoek naar de verspreiding van het zomerklokje (Leucojum aestivum L.) in Nederland en België (MENNEMA,

Nadere informatie

Romain Timmermans Tom Delvaux

Romain Timmermans Tom Delvaux Datum excursie: 13/05/2013 Hokcode: E6 4734 Plaats: Heks Gids: Bert Berten Deelnemers: Jos Lenaerts Jean Vangrinsven Georges Peters Jos Eykens Theo Nulens Frank Ryckeboer Lydia Vanberghen Annemie Verheyden

Nadere informatie

Programma van eisen Bergingsgebied Vlietzone (Molenvlietpark)

Programma van eisen Bergingsgebied Vlietzone (Molenvlietpark) Programma van eisen Bergingsgebied Vlietzone (Molenvlietpark) Opsteller(s): Status: Datum: DMS: PMB Delfland definitief 13-11-2014 1166474 Datum: 13 november 2014 pagina 1 van 11 INHOUD Pagina 1. Inleiding

Nadere informatie

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder Zestiende jaargang, no.10 16 augustus 2018 Hoefplan Op 24 juli bezocht de Plantenwerkgroep het Hoefplan. De wijk is op de schop gegaan om de riolering

Nadere informatie

LPW. Datum excursie: 6/05/2013 Hokcode: D Plaats: Opoeteren Gids: Robert Delbroek

LPW. Datum excursie: 6/05/2013 Hokcode: D Plaats: Opoeteren Gids: Robert Delbroek Datum excursie: 6/05/2013 Hokcode: D7 1432 Plaats: Opoeteren Gids: Robert Delbroek Deelnemers: Nicole Rinkes Jos Eykens Georges Peters Theo Nulens Wetenschappelijke naam Nederlandse naam Rode lijst Vlaanderen

Nadere informatie

Bijlage 9 Veldformulieren 1 Algemeen. 2 Onderdelen, eisen en aanbevelingen. Handboek Hydrobiologie. 9: Veldformulieren - 1

Bijlage 9 Veldformulieren 1 Algemeen. 2 Onderdelen, eisen en aanbevelingen. Handboek Hydrobiologie. 9: Veldformulieren - 1 Handboek Hydrobiologie IV Bijlage 9 Veldformulieren 1 Algemeen In deze bijlage geven we aanbevelingen voor het maken van een goed veldformulier. Er zijn voorbeelden in opgenomen van veldformulieren voor

Nadere informatie

De herontdekking van de Waterleliegracht. Samenvatting. Ankie Dols, Iris Al, Stefanie van der Kaaij, Maxime Kole, Bram Omon en Evelien Keuzenkamp

De herontdekking van de Waterleliegracht. Samenvatting. Ankie Dols, Iris Al, Stefanie van der Kaaij, Maxime Kole, Bram Omon en Evelien Keuzenkamp De herontdekking van de Waterleliegracht Samenvatting Ankie Dols, Iris Al, Stefanie van der Kaaij, Maxime Kole, Bram Omon en Evelien Keuzenkamp Oktober 2013 Voorwoord Voordat u deze samenvatting gaat lezen

Nadere informatie

Datum excursie: 27/05/2013 Hokcode: D Plaats: Eisden Gids: Eric Bemelmans LPW

Datum excursie: 27/05/2013 Hokcode: D Plaats: Eisden Gids: Eric Bemelmans LPW Datum excursie: 27/05/2013 Hokcode: D7 3541 Plaats: Eisden Gids: Eric Bemelmans Deelnemers: Richard Pawlowski Georges Peters Jean Vangrinsven Jan Verstraeten Theo Nulens Theo Hellofs Wetenschappelijke

Nadere informatie

Bijlage 4.1 Waarderingsresultaten van botanische macroresten

Bijlage 4.1 Waarderingsresultaten van botanische macroresten Bijlage 4.1 Waarderingsresultaten van botanische macroresten Getallen in de tabel geven het aantal contexten weer waarin de soort is gevonden. Legenda: H = Huifakker; M = Moskes, S = Steenakker; (o) =

Nadere informatie

Datum excursie: 11/06/2012 Hokcode: D Plaats: Koersel Gids: Bert Berten. Theo Nulens LPW

Datum excursie: 11/06/2012 Hokcode: D Plaats: Koersel Gids: Bert Berten. Theo Nulens LPW Datum excursie: 11/06/2012 Hokcode: D6 1643 Plaats: Koersel Gids: Bert Berten Deelnemers: Roy Hendrikx Richard Pawlowski Ine Reynders Jean Vangrinsven Theo Nulens Wetenschappelijke naam Nederlandse naam

Nadere informatie

Wetenschappelijke naam: Bellis Perennis. Compositae

Wetenschappelijke naam: Bellis Perennis. Compositae Gemaakt door: Datum: Thomas Rozendaal 9-10-'11 Pagina 3 Madelief Pagina 4 Kale jonker Pagina 5 Speerdistel Pagina 6 Boterbloem Pagina 7 Gewone Brunel Pagina 8 Witte smeerwortel Pagina 9 Guichelheil Pagina

Nadere informatie

PWG-excursie naar riviereiland De Zaag op 25 april 2018

PWG-excursie naar riviereiland De Zaag op 25 april 2018 PWG-excursie naar riviereiland De Zaag op 25 april 2018 Op 25 april trokken we, 2 man sterk, naar riviereiland de Zaag (37 ha) in Krimpen a/d Lek. Dit buitendijks natuurgebied is een oase van rust in een

Nadere informatie

EHW1 EW1 THW1 THW1 AA1

EHW1 EW1 THW1 THW1 AA1 Lijst van de waargenomen planten in de moeras en andere natte gebieden in 2010//2012//2014 opnames: juni-aug 2010, 2012,2014- Ben Polman;g-m-v: waarnemingen Plwgr-KNNV 4 juli 2012 Wanneer geen ordinale

Nadere informatie

Meetverslag monitoring oeverplanten vooroeverproject Lek 2008

Meetverslag monitoring oeverplanten vooroeverproject Lek 2008 Meetverslag monitoring oeverplanten vooroeverproject Lek 2008 Jaap Daling RWS Waterdienst, afdeling Monitoring en Laboratorium Juni 2009 Inleiding... 3 Methode... 4 Metingen en opnames... 4 Voor de indeling

Nadere informatie

Ekwadraat T.a.v. mevrouw K. Cnossen Postbus BP Leeuwarden B2012/151

Ekwadraat T.a.v. mevrouw K. Cnossen Postbus BP Leeuwarden B2012/151 19-07-2012 Ekwadraat T.a.v. mevrouw K. Cnossen Postbus 827 8901 BP Leeuwarden B2012/151 Rapportage toetsing Flora- en faunawet Pitrus 9, Barger-Compascuum Akkoord: drs. G.J. Berg Paraaf: Deze publicatie

Nadere informatie

Voorschrift - RWSV Versie: 7

Voorschrift - RWSV Versie: 7 Pagina 1 van 35 auteur(s) : gewijzigd : autorisator : paraaf autorisator: A. Naber A. Naber J. Postema datum vrijgave : 23-06-2015 beheerder : W. Wilts 913.00.B006 Versiebeheer versie datum nummer vrijgave

Nadere informatie

'wetenschappelijke naam' 'Nederlandse naam' 'rode-lijst'

'wetenschappelijke naam' 'Nederlandse naam' 'rode-lijst' Lijst van vaatplanten gevonden op 5 juli 2017 tijdens de excursie van de KNNV Plantenwerkgroep afdeling Nijmegen naar Molenhoek O van Nederasselt. KM-hok 180-420. Totaal: 213 soorten. Vragen of opmerkingen:

Nadere informatie

Datum excursie: 14/06/2010 Hokcode: C Plaats: Koersel Gids: Luc Vanoppen Deelnemers: Maurice Vanoppen LPW

Datum excursie: 14/06/2010 Hokcode: C Plaats: Koersel Gids: Luc Vanoppen Deelnemers: Maurice Vanoppen LPW Datum excursie: 14/06/2010 Hokcode: C6 5643 Plaats: Koersel Gids: Luc Vanoppen Deelnemers: Maurice Vanoppen Luc Berger Guido Neven Daniëlle Clits Theo Nulens Lisette Hauquier Wetenschappelijke naam Nederlandse

Nadere informatie

Toetsing erosiebestendigheid dijkgraslanden Hoeksche Waard en het Eiland van Dordrecht

Toetsing erosiebestendigheid dijkgraslanden Hoeksche Waard en het Eiland van Dordrecht Toetsing erosiebestendigheid dijkgraslanden 2002 Hoeksche Waard en het Eiland van Dordrecht Toetsing erosiebestendigheid dijkgraslanden 2002 Hoeksche Waard en het Eiland van Dordrecht Een vergelijking

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 19 jrg7

SLOBKOUSNIEUWS 19 jrg7 SLOBKOUSNIEUWS 19 jrg7 Dit wordt waarschijnlijk de langste nieuwsbrief ooit maar het was ook een drukke week! Op maandag ontvingen we de Limburgse Planten Werkgroep (LPW) in de watering in Lommel. Gerard,

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 21 jrg8

SLOBKOUSNIEUWS 21 jrg8 SLOBKOUSNIEUWS 21 jrg8 Al dan niet een paraplu nodig was bij velen de vraag gezien de ervaring vorig jaar! Wie er een meehad heeft hem echter voor niets gedragen want Paul, Rina, Pierre, Koen, Jan, Luc,

Nadere informatie

ï tng. E, Parée ARCHIEFtt1)5-~O~ Vegetatie inventarisatie kleidijk Hellegatpolder (7204F0401_A241 P2352)

ï tng. E, Parée ARCHIEFtt1)5-~O~ Vegetatie inventarisatie kleidijk Hellegatpolder (7204F0401_A241 P2352) Ministerie van Verkeer en Waterstaat Projectbureau Zeeweringen P,a. Waterschap Zeeuwse Eilanden t.a.v, Joris Perquin Postbus 1000 4330 ZW GOES Directoraat-Ge netaal Rijkswaterstaat ~ +;_;~~~;;;!~~~A,u

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 28 jrg8

SLOBKOUSNIEUWS 28 jrg8 SLOBKOUSNIEUWS 28 jrg8 In uitgesteld relais deze en volgende nieuwsbrief want de redactie was het land uit! Gelukkig zorgde Guido getrouw voor de lijst met waarnemingen en leverde Luc wat mooie foto s.

Nadere informatie

Trends in kritische soorten. Artikel in H2O Februari 2007 Hans van der Goes Bart Specken

Trends in kritische soorten. Artikel in H2O Februari 2007 Hans van der Goes Bart Specken Trends in kritische soorten Artikel in H2O Februari 2007 Hans van der Goes Bart Specken Inhoud Doel Werkwijze Resultaten Conclusies en oorzaken Doel Beeld te krijgen van de ontwikkeling van kritische water-

Nadere informatie

SLOBKOUSNIEUWS 34 jrg7

SLOBKOUSNIEUWS 34 jrg7 SLOBKOUSNIEUWS 34 jrg7 Eindelijk kan ik nog eens schrijven over een activiteit waar ik zelf aan deelnam maar de slobkousjes zijn al zo gewoon om voor alles zelf te moeten zorgen dat Isabelle me ook nu

Nadere informatie