Integraal Veiligheidsplan

Transcriptie

1 Integraal Veiligheidsplan t.b.v. Renovatie Koninginnensluis Datum Zaaknummer Versie 4.0

2 2

3 Voorwoord 4 Inleiding 5 Inhoud 1. Wat is integrale veiligheid? Thema's Veilig werken Veilig reizen Veilig leven Overzicht veiligheidsacpecten 6 2. Het project Project Koninginnensluis Projectspecifieke doelstellingen Omschrijving van de werkzaamheden Locatie van de werkzaamheden Planning van de werkzaamheden Integrale veiligheid in het project Uitwerking per aspect Constructieve veiligheid Brandveiligheid Arbeidsveiligheid Sociale veiligheid Security Verkeersveiligheid Machineveiligheid Veiligheid binnenvaart Veiligheid tegen overstroming Externe veiligheid Hulpverlening Organisatie Betrokken partijen Afstemming V&G- coördinatie Actualisatie en detaillering van het veiligheidsplan Oplevering van IVD aan OG door ON Overleg Veiligheidscultuur Risico-inventarisatie en evaluatie Werkwijze veiligheidsrisicomanagement Toelichting beoordelen en prioriteren van de veiligheidsrisico's Restrisico's voortvloeiend uit de werkzaamheden van de OG Restrisico's voortvloeiend uit de werkzaamheden van de ON 34 Bijlage A Definities 36 Bijlage B Klavertje vijf 38 Bijlage C Proactieve veiligheidscultuur 39 3

4 Voorwoord Het veilig kunnen uitvoeren van werkzaamheden richt zich voornamelijk op twee aspecten: arbeidsorganisatie en arbeidsomgeving. Waar een werkgever bij beheersing van veiligheidrisico s zich vooral richt op de werkprocessen (organisatie), is de taak van een opdrachtgever (OG) het bieden van een veilige werkplek (arbeidsomgeving). Hierbij valt te denken aan de bouwplaats zelf, maar ook aan- en afvoerroutes, depotruimte etc. Als bijkomende taak hebben zowel de opdrachtnemer (ON) als de OG ook de verantwoordelijkheid om de veiligheid van derden te waarborgen. Derden (passanten, recreanten, omwonenden, etc.) mogen dus nooit letsel of schade oplopen als gevolg van de uitvoering van de (projectmatige) werkzaamheden. Beheersing van veiligheidsrisico s is dus een gedeelde verantwoordelijkheid. Om deze verantwoordelijkheid te kunnen nemen moet eenieder zich bewust zijn van de (te verwachten) werkprocessen en de voorwaarden waaronder deze werkprocessen veilig uitgevoerd kunnen worden. Bij alle betrokkenen van zowel de OG als de ON zal er een heldere en eenduidige veiligheidsscope aanwezig moeten zijn, gericht op alle mogelijke veiligheidsrisico s. Deze risico s kunnen effect hebben op verschillende risicodragers; werkenden en derden. De ambitie van het project is Nul doden en nul zwaargewonden onder derden, RWS-personeel en personeel van contracten die werken in opdracht van Rijkswaterstaat aan de Koninginnensluis. 4

5 Inleiding Beleid t.a.v. veiligheid (en daaraan gekoppeld gezondheid) is erop gericht te borgen dat er geen nadelige invloed optreedt vanuit werkzaamheden waardoor er persoonlijk leed optreedt. Deze nadelige invloed kan zich richten op de arbeiders, maar ook op personen rondom de bouwplaats. De verantwoordelijkheid om de nadelige invloed tegen te gaan ligt bij degene die de werkzaamheden laat uitvoeren. Dit is in beginsel de ON, maar bij projectmatige werkzaamheden heeft ook OG hierin een verantwoordelijkheid. De OG heeft de taak te borgen dat de werkzaamheden veilig uitgevoerd kunnen worden en dat de werkzaamheden uiteindelijk veilig worden uitgevoerd. Veilig voor de werkenden, maar ook veilig voor de omgeving. Doelstelling is te komen tot een situatie waarin er gedurende het project altijd sprake is van integrale veiligheid: veilig werken, veilig reizen en veilig leven. Middels het Klaver vijf model (zie bijlage B) wordt een optimaal veiligheidsniveau nagestreefd: 1. Nul doden en nul gewonden 2. Veiligheidszorg is een zaak van OG en ON samen 3. Veiligheid geborgd in ontwerp en uitvoering 4. Werken volgens de gedragsregels 5. Zorg voor optimale veiligheid tijdens werkzaamheden Dit Integrale Veiligheidsplan (IVP) geeft aan op welke wijze de OG veiligheid heeft vormgegeven, en op welke wijze hij verwacht dat ON veiligheid verder vorm geeft tijdens het project. Een belangrijke kanttekening is dat dit IVP een dynamisch document is gedurende het project. Zodra er in de volgende projectfasen meer bekend is over de borging van integrale veiligheid dient dit plan up-to-date gehouden te worden. 5

6 1. Wat is integrale veiligheid? 1.1 Thema's Bij het uitvoeren van werkzaamheden zullen veiligheidsrisico s optreden. Het is zaak deze risico s te onderkennen en tot beheersmaatregelen te komen. De beheersing van de risico s vindt plaats op basis van de benadering: veilig werken, veilig reizen en veilig leven Veilig werken Het veilig werken valt in het segment "Veiligheid & Arbeidsveiligheid". Hierbij richt beheersing van veiligheidsaspecten zich op de werkende als risicodrager Veilig reizen Het segment "Verkeersmanagement" richt zich op alle bewegingen door derden rondom de bouwplaats. De risicodragers zijn zowel passanten als recreanten die zich rondom de bouwplaats begeven. Deze groep verdient veel aandacht in de risicobeheersing door zowel OG als ON Veilig leven Veilig leven is de noemer voor "Omgevingsmanagement". Hieronder valt de invloed van werkzaamheden op de omgeving (bewoners, bedrijven), maar ook op evenementen, recreatiegebieden, dorpskernen etc. Binnen dit segment is de afstemming met stakeholders een belangrijk item. 1.2 Overzicht veiligheidsacpecten Integrale veiligheid van een Rijkswaterstaatobject betekent het beheersen van alle soorten veiligheid: arbeidsveiligheid, constructieve veiligheid, verkeersveiligheid, sociale veiligheid enz. Beheersen houdt o.a. in het stap voor stap en systematisch ontwikkelen en beheren van veiligheidsproducten. Integrale Veiligheid is een breed begrip en dient daarom nader te worden gespecificeerd. In de Leidraad Integrale Veiligheid (RWS, 10 april 2013) is hiervoor de volgende tabel gebruikt: Interne veiligheid Algemeen Constructieve veiligheid Brandveiligheid Arbeidsveiligheid Sociale veiligheid Security Veiligheid wegverkeer Modaal/ Machineveiligheid Integrale veiligheid Sectoraal/ Zee- en binnenvaart Objectgericht Spoorwegveiligheid Veiligheid tegen overstroming Inrichtingen Externe veiligheid Gevaarlijke stoffen Transport (bereikbaarheid) Hulpverlening (middelen) (organisatie) Tabel 1 Overzicht Integrale Veiligheid (bron: Leidraad Integrale Veiligheid) Verkeersveiligheid Tunnelveiligheid 6

7 In het project "Koninginnensluis" zullen niet alle genoemde veiligheidsaspecten in dezelfde mate van toepassing zijn. In hoofdstuk 3 is een definitie gegeven van de veiligheidsaspecten en is beschreven welke veiligheidsaspecten al dan niet van toepassing zijn. 7

8 2. Het project Figuur 1 Bovenaanzicht Koninginnensluis 2.1 Project Koninginnensluis De Koninginnensluis is aangelegd in 1885 en in 1892 officieel in gebruik genomen. De sluis is onderdeel van het Merwedekanaal tussen Amsterdam en Utrecht. De functie van de sluis is het bevaarbaar houden van het kanaal, zodat de scheepvaart kan passeren. De sluis heeft een dubbelfunctie: het keren van water en laten passeren van scheepvaart. Het spuien van het Merwedekanaal gebeurt door de in Vreeswijk (Nieuwegein) gesitueerde Oude Sluis. De Koninginnensluis mondt uit op het gedeelte van de Lek achter de stuw bij Hagestein. De Lek bij de Koninginnensluis wordt niet gestuwd en de rivierstanden zijn afhankelijk van eb en vloed. Aan de kanaalzijde bewaakt de sluis de waterstand op het Merwedekanaal. Het kanaalpand loopt tussen de Koninginnensluis en de Zuidersluis bij de kruising met het Amsterdam-Rijnkanaal. Daarnaast heeft het kanaalpand een aftakking naar de Oude sluis. De Koninginnensluis valt onder de wet op de waterkering, wat betekent dat de waterkering te allen tijde gesloten moet kunnen worden. Rekeninghoudend met de fluctuatie van de Lek dient de sluis in twee richtingen het water te keren. 2.2 Projectspecifieke doelstellingen Om aan de ambitie, zoals beschreven in het voorwoord, invulling te geven worden de volgende doelen nagestreefd om veiligheid in de werkprocessen te borgen en de veiligheidscultuur te bevorderen: Uitgangspunt is dat voldaan wordt aan de wet- en regelgeving en dat wordt voldaan aan het beleid, de normen en richtlijnen van RWS; 1 Er wordt voldaan aan de RWS ambitie voor Integrale veiligheid. Namelijk nul doden en nul zwaargewonden onder RWS-personeel en personeel van contractanten die werken in opdracht van RWS; uiteraard geen gewonden en doden van gebruikers / omwonenden. 1 Er kan als gevolg van de ouderdom van objecten niet altijd worden voldaan aan de betreffende wet- en regelgeving, voor de te vervangen of nieuw te maken onderdelen dient wel de geldende wet- en regelgeving te worden gevolgd 8

9 Veiligheidsrisico s worden zoveel mogelijk aangepakt bij de bron conform de arbeidshygiënische strategie 2. Indien er volgens de afweging nog onacceptabele veiligheidsrisico s overblijven, dienen deze te worden weggenomen. De mate van veiligheid t.a.v. omgeving voldoet tijdens de uitvoeringsfase en in de gebruiksfase (ontwerptechnisch) aan de geldende normen. Denk daarbij b.v. aan de bereikbaarheid van de monumentale panden door de bewoners tijdens de realisatiefase: kunnen zij zonder de bouwplaats te betreden hun woning bereiken. Ook de veiligheid van de gebruikers van de objecten, bv vaarweggebruikers, fietsers, voetgangers en autoverkeer, dient tijdens de realisatiefase geborgd te zijn. OG streeft een proactieve veiligheidscultuur na. Op alle momenten en bij allerlei overleggen zal veiligheid een issue zijn. De ON wordt door RWS integraal op veiligheid beoordeeld. Het inventariseren en beheersen van de risico s voortkomend uit de voorgeschreven taken, diensten en activiteiten. Het aanvullen, complementeren en detailleren van bestaande plannen (IVP) en dossiers (Integraal Veiligheidsdossier (IVD) en V&G dossiers). 2.3 Omschrijving van de werkzaamheden De globale werkzaamheden zijn in onderstaand tabel af te lezen. Herstellen van de funderingen van de kolkwanden en sluishoofden. Voegwerk in de sluiskolk. Conserveren hoekbeschermers sluishoofd. Herstellen bodembescherming Lekzijde. Ophogen terrein, herindeling omgeving. Onderhoud gebouwen. Ontwerp en aanbrengen waterdicht luik Buitenhoofd. Bodembescherming in sluiskolken. Renovatie trappen in de sluiskolken, inclusief leuning. Renovatie houten sluisdeur. Aanbrengen/renoveren drainage achter de kolkwanden. Aanbrengen hekwerk om de gehele sluiskolk en de sluishoofden. Onderhoud en herstel terrein, bestratingen, trappen op het sluiscomplex. Ontwerp van nieuwe bewegingswerken voor sluisdeuren, schuiven en ophaal brug (Emmabrug) op de Koninginnensluis. Renovatie dekzerken. Bolders langs de sluiskolken. Renovatie deurkassen binnenhoofd. Omkeren draairichting deuren in het binnenhoofd. Ladders in sluiskolken / drenkelingvoorzieningen. Conserveren stalen palen remmingwerk. Leveren en aanbrengen van nieuwe bewegingswerken op de Koninginnensluis en Emmabrug. 2 Voor meer informatie zie Bijlage A Definities 9

10 Besturingssysteem sluisdeuren en bruggen. Aanbrengen aanstraalverlichting peilschalen. Vervangen rijdek en voetpaden. Vervangen laagspanningsinstallatie / koppelen aan noodstroom installatie. Renovatie terreinverlichting. conserveren brugconstructie, draaipunten, opleggingen, etc. Vervangen en conserveren leuning brug. Vast stellen constructieve veiligheid. Onderhoud, renovatie en afstellen van brugbeweging en draaipunten Tabel 2 Globale werkzaamheden project Koninginnensluis Vervangen scheepvaartbeseining. Vervangen HWA. Aanbrengen voegconstructie. Verplaatsen CCTV zender. 2.4 Locatie van de werkzaamheden Figuur 2 Locatie Koninginnensluis De sluis is onderdeel van het Merwedekanaal tussen Amsterdam en Utrecht. Gebied Beheer Telpuntnaam Vaarwegnummer Vaarwegnaam Utrecht RWS Koninginnensluis 226 Merwedekanaal (benoorden de Lek) Tabel 3 Vaarweg 10

11 2.5 Planning van de werkzaamheden Gunning 18 maart 2014 Voorbereiding 6 maanden Uitvoeren 10 maanden Oplevering 4 maanden Overdracht 30 november

12 3. Integrale veiligheid in het project In dit hoofdstuk wordt beschreven welke veiligheidsaspecten van toepassing zijn op het project Koninginnensluis. Per veiligheidsaspect wordt toegelicht waarom dit aspect al dan niet van toepassing is. In de subparagrafen is een uitgebreide toelichting gegeven van de veiligheidsaspecten die wel van toepassing zijn. Hierin is beschreven welke risico's behoren bij een bepaald aspect, welke risico's beheerst worden door OG en welke risico's beheerst dienen te worden door ON. Tot slot is per veiligheidsaspect beschreven wat de onderlinge relatie is met de overige veiligheidsaspecten. 3.1 Uitwerking per aspect Constructieve veiligheid De veiligheid van personen met betrekking tot het bezwijken van of het ontstaan van schade aan een constructie. Dit aspect is van toepassing op het project Koninginnensluis omdat een bestaande constructie wordt gerenoveerd. Er dient in alle fasen rekening gehouden te worden met de constructieve veiligheid van deze constructie. Brandveiligheid Brandveiligheid is de veiligheid van personen met betrekking tot brand en de gevolgen van brand voor een constructie. Dit aspect is van toepassing op het project Koninginnensluis omdat er in iedere fase van het project kans is op brand waardoor personen en de constructie gevaar kunnen lopen. Arbeidsveiligheid Arbeidsveiligheid is de veiligheid van personen die beroepshalve aanwezig zijn. Arbeidsveiligheid heeft alles te maken met werkomstandigheden, zorgvuldigheid, anticiperen en alle betrokken partijen grondig informeren. Dit aspect is van toepassing omdat tijdens de realisatie groot onderhoud wordt uitgevoerd door personeel van de ON. Werkzaamheden moeten veilig uitgevoerd (kunnen) worden. Ook tijdens de gebruiksfase worden er werkzaamheden verricht, maar dan door personeel van RWS. Ook zij dienen hun werkzaamheden op een veilige manier uit te kunnen voeren. Sociale veiligheid De mate waarin mensen beschermd zijn en zich beschermd voelen tegen persoonlijk leed door misdrijven (criminaliteit), overtredingen en overlast door andere mensen. Dit aspect is van toepassing omdat er ten behoeve van de sociale veiligheid onvolkomenheden zijn aangetroffen op het terrein. Dit komt vooral omdat de sluis in een drukke omgeving ligt, namelijk midden in een woonwijk en direct naast een basisschool. Security De bescherming of beveiliging van inrichtingen, personen en infrastructuur tegen moedwillige verstoringen. Beveiliging is een manier om risico's te verminderen en beheersbaar te maken en de veiligheid te verhogen. Onder security valt eveneens de beveiliging van ICTsystemen en -data. 12

13 Dit aspect is van toepassing omdat het bedieningssysteem en besturingssysteem van de Koninginnensluis beveiligd dienen te zijn. Daarnaast gaat het tijdens de realisatiefase om de beveiliging van de bouwlocatie. Verkeersveiligheid Verkeersveiligheid is de veiligheid van de verkeersdeelnemers, als gevolg van deelname aan het wegverkeer. Dit aspect is van toepassing op het project Koninginnensluis omdat tijdens de gebruik- en realisatiefase de veiligheid van de verkeersdeelnemers gewaarborgd dient te zijn. Tunnelveiligheid Tunnelveiligheid betreft de effectieve bescherming van personen die gebruik maken van of zich bevinden in een geheel omsloten wegconstructie. Niet van toepassing op het project Koninginnensluis. Er wordt niet gewerkt in geheel omsloten wegconstructies. Machineveiligheid Machineveiligheid is de veiligheid voor (vaarweg-, weg- en algemene) gebruikers en onderhouds- en bediend personeel van machines. Dit aspect is van toepassing op het project Koninginnensluis omdat tijdens de realisatiefase machines gerenoveerd worden en tijdens de gebruiksfase worden de machines bediend. De veiligheid dient tijdens alle fasen gewaarborgd te zijn. Veiligheid binnenvaart Veiligheid binnenvaart is de veiligheid van het transport over de binnenvaart. Dit aspect is van toepassing omdat de renovatiewerkzaamheden uitgevoerd worden in de nabijheid van binnenvaart. Daarnaast maakt de binnenvaart in de gebruiksfase gebruik van de Koninginnensluis. Veiligheid tegen overstroming Veiligheid tegen overstroming betreft de veiligheid van personen of objecten met betrekking tot hoog water. Dit aspect is van toepassing omdat de Koninginnensluis een waterkering is, hierdoor is het risico op overstroming aanwezig. Spoorwegveiligheid Veiligheid op- en rondom het spoorwegnet in Nederland, zowel van treinpassagiers en passanten als werkers aan het spoor. Niet van toepassing op het project Koninginnensluis. Het project Koninginnensluis komt niet in aanraking met de risico's welke op of nabij het spoor aanwezig zijn. Externe veiligheid Externe veiligheid is de veiligheid van personen die zich bevinden buiten het beschouwde systeem. Dit aspect is van toepassing op het project Koninginnensluis omdat het mogelijk is dat de ON tijdens de realisatiefase gebruik maakt van gevaarlijke stoffen. Daarnaast is het mogelijk dat er gasleidingen aanwezig zijn waarmee de ON rekening moet houden met graafwerkzaamheden. Hulpverlening Hulpverlening is het bieden van hulp tijdens een incident waarmee de veiligheid van personen is gemoeid. Hierbij spelen aspecten als bereikbaarheid van de plaats van 13

14 het incident, beschikbaarheid van hulpverleningsmiddelen en de organisatie van hulpverlening een rol. Dit aspect is van toepassing op het project Koninginnensluis omdat het mogelijk is dat hulpverlening in actie moet komen tijdens één of meerdere fase(n) van het project. Daarnaast dient doorgang gegarandeerd te worden in geval van een ongeval nabij de Koninginnensluis Constructieve veiligheid De constructieve veiligheid kan afnemen door: gewijzigd gebruik (de gebruiksintensiteit is toegenomen), schades, einde levensduur en specifieke risico s zoals vermoeiing bij staal, degradatie en scheurvorming bij betonconstructies en houtrot bij houtconstructies. Ook gewijzigde normen kunnen tot risico's leiden omdat deze uitgaan van nieuw en verbeterd inzicht. Daarnaast kan bij een te hoge belasting tijdens de uitvoeringswerkzaamheden de constructieve veiligheid afnemen. Om afname van de constructieve veiligheid tijdig te signaleren zijn inspecties noodzakelijk. Het correct afstellen van installaties of installatiedelen kan overbelasting voorkomen. Bij ontwerp en aanleg dient voldaan te worden aan wettelijke kaders. Onder andere de volgende wetten, normen en richtlijnen zijn relevant voor constructieve veiligheid: Wet Beheer Rijkswaterstaatwerken; Bouwbesluit; De Richtlijn Ontwerp Kunstwerken (ROK); Het kader 'Borging constructieve veiligheid in de realisatiefase'. Risico's beheerst door OG Tijdens de voorbereidingsfase heeft de OG maatregelen bedacht om er voor te zorgen dat enkele risico's met betrekking tot constructieve veiligheid beheerst kunnen worden. ON dient deze maatregelen in ieder geval toe te passen. Het gaat om de maatregelen benoemd bij de risico's 1 t/m 6 uit de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). Restrisico's voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen, dit worden restrisico's genoemd. De restrisico's constructieve veiligheid zijn de risico's 7 t/m 10 uit de RI&E. Deze restrisico's dient de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. constructieve veiligheid, te beheersen die uit de eigen RI&E naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 3 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van constructieve veiligheid met de overige veiligheidsaspecten. 14

15 Figuur 3 Invloed constructieve veiligheid op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. constructieve veiligheid escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. Constructieve veiligheid Arbeidsveiligheid Ondanks het bezwijken of ontstaan van schade aan een constructie, moet er voor gezorgd worden dat de werkomgeving veilig blijft voor medewerkers. Constructieve veiligheid Verkeersveiligheid Het bezwijken of ontstaan van schade aan een constructie kan gevolgen hebben voor de veiligheid van het wegverkeer. Wegverkeer dient op afstand gehouden te worden en zo min mogelijk hinder te ondervinden van het voorval. Constructieve veiligheid Machineveiligheid Het bezwijken of ontstaan van schade aan een constructie kan gevolgen hebben voor het functioneren van machines. Men dient dit zoveel mogelijk te beperken. Zodat de machine veiligheid gewaarborgd blijft. Constructieve veiligheid Veiligheid binnenvaart Ondanks het bezwijken of ontstaan van schade aan een constructie, moet er voor gezorgd worden dat dit zo min mogelijk gevolgen heeft voor de veiligheid binnenvaart. Binnenvaart dient op afstand gehouden te worden en zo min mogelijk hinder te ondervinden van het voorval. Constructieve veiligheid Veiligheid tegen overstroming Het bezwijken of ontstaan van schade aan de constructie kan er toe leiden dat de stand van het water niet meer onder controle is, met als gevolg overstroming. Constructieve veiligheid Hulpverlening Het bezwijken of ontstaan van schade aan een constructie kan tot gevolg hebben dat één persoon of meerdere personen gewond raken. De interne hulpverlening moet zo snel mogelijk op gang komen. Daarnaast dient externe hulpverlening zo snel mogelijk gewaarschuwd te worden. Hulpverlening moet het slachtoffer met zo min mogelijk hinder kunnen bereiken. Op welke manier de constructieve veiligheid samenhangt met de overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. 15

16 Constructieve veiligheid heeft geen directe invloed op brandveiligheid, security, sociale veiligheid en externe veiligheid Brandveiligheid Door werkzaamheden zoals snijbranden en lassen neemt het brandgevaar toe. Dit is zeker het geval bij werkzaamheden in de onmiddellijke omgeving van tankschepen in sluizen. Bij het werken op plaatsen waar ophoping van gassen mogelijk is, denk aan besloten ruimten, neemt het risico op explosiegevaar toe. Onder andere de volgende wetten, normen en richtlijnen zijn relevant voor brandveiligheid: Bouwbesluit; Richtlijn Ontwerp Kunstwerken (ROK); Rapport "Verantwoordelijkheden van Rijkswaterstaat t.a.v. brandbestrijding op sluizen' (dit beleid wordt momenteel herzien); Document "Ontwerp van Schutsluizen"; Kader "Brandblusvoorzieningen op bruggen". Restrisico's voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. De restrisico's brand zijn de risico's 11 & 12 uit de RI&E. Deze restrisico's dient de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. brand, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 4 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van brandveiligheid met de overige veiligheidsaspecten. Figuur 4 Invloed brandveiligheid op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. brandveiligheid escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. 16

17 Brandveiligheid Constructieve veiligheid Een constructie kan bezwijken als gevolg van een brand. Brandveiligheid Arbeidsveiligheid Na een brand, wanneer de werkzaamheden weer opgepakt zijn, dient de werkomgeving veilig te zijn voor medewerkers. Brandveiligheid Veiligheid wegverkeer Als gevolg van een brand kan de veiligheid van het wegverkeer in gevaar komen. Het wegverkeer dient op voldoende afstand gehouden te worden van het brandende object. Ook na een brand dient het wegverkeer zo min mogelijk hinder te ondervinden van het voorval. Brandveiligheid Machineveiligheid Brand kan gevolgen hebben voor het functioneren van machines. Men dient dit zoveel mogelijk te beperken, zodat de machineveiligheid gewaarborgd blijft. Brandveiligheid Veiligheid binnenvaart Als gevolg van een brand kan de veiligheid van de binnenvaart in gevaar komen. Binnenvaart dient op voldoende afstand gehouden te worden van het brandende object. Ook na een brand dient het wegverkeer zo min mogelijk hinder te ondervinden van het voorval. Brandveiligheid Externe veiligheid Tijdens een brand dient men er voor te zorgen dat de externe veiligheid niet in gevaar komt. Er dient extra aandacht besteed te worden aan de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen. Brandveiligheid Hulpverlening In geval van brand dient in de meest gevallen zowel de interne als de externe hulpverlening in actie te komen. Op welke manier de brandveiligheid samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Brandveiligheid heeft geen directe invloed op veiligheid tegen overstroming, sociale veiligheid en security Arbeidsveiligheid De basis voor arbeidsveiligheid is geregeld in de Arbowet en onderliggende regelgeving (Arbobesluit en Arboregeling). Deze wet- en regelgeving geven de verantwoordelijkheden die een werkgever heeft voor zijn medewerkers. In het Arbobesluit is een aparte paragraaf gewijd aan de verantwoordelijkheden voor arbeidsveiligheid bij bouwprojecten (hoofdstuk 2, afdeling 5 Bouwproces) en aan de veiligheid van arbeidsmiddelen. Risico's beheerst door OG Tijdens de voorbereidingsfase heeft de OG maatregelen bedacht om er voor te zorgen dat enkele risico's met betrekking tot arbeidsveiligheid beheerst kunnen worden. Risico nr. 13 uit de RI&E dient de ON tijdens de realisatiefase uit te voeren. Risico's 14 & 15 zijn in principe beheerst door OG, maar het kan voor komen dat er onverhoopt toch asbest of Niet Gesprongen Conventionele Explosieven (NGCE) gevonden worden. Om deze reden dient ON aan te geven hoe hij dit risico beheerst. 17

18 Risico 41 is in principe ook beheerst door OG, er is onderzoek gedaan naar vervuilde en verontreinigde grond en er komt nog een vervolg onderzoek naar PAK. Maar mocht er onverhoopt toch sprake zijn vervuilde of verontreinigde grond, dan moet ON hierop voorbereid zijn. Restrisico's voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. De restrisico's arbeidsveiligheid zijn de risico's 16 t/m 45 uit de RI&E. Deze restrisico's dient de ON in ieder geval te beheersen, zodat de werkzaamheden tijdens de realisatiefase op een veilige manier uitgevoerd kunnen worden. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. arbeidsveiligheid, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 5 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van arbeidsveiligheid met de overige veiligheidsaspecten. Figuur 5 Invloed arbeidsveiligheid op overige veiligheidsthema's Wanneer een risico m.b.t. arbeidsveiligheid escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. Arbeidsveiligheid Brandveiligheid Onvoldoende orde en netheid zorgt ervoor dat de brandveiligheid afneemt. Arbeidsveiligheid Verkeersveiligheid Onvoldoende aandacht voor arbeidsveiligheid heeft gevolgen voor de verkeersveiligheid. Onveilig werken op en rondom de Koninginnensluis kan leiden tot gevaarlijke verkeerssituaties. Arbeidsveiligheid Machineveiligheid Onveilig werken kan er toe leiden dat procedures m.b.t. machineveiligheid niet worden gevolgd. 18

19 Arbeidsveiligheid Veiligheid binnenvaart Onvoldoende aandacht voor arbeidsveiligheid heeft gevolgen voor de veiligheid binnenvaart. Onveilig werken op en rondom de Koninginnensluis kan leiden tot gevaarlijke situaties m.b.t. de binnenvaart. Arbeidsveiligheid Externe veiligheid Indien de arbeidsveiligheid onvoldoende is, kan dit gevolgen hebben voor de externe veiligheid. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het vervoer van gevaarlijke stoffen over het kanaal en de werkzaamheden die uitgevoerd worden aan de Koninginnensluis. Arbeidsveiligheid Hulpverlening Onvoldoende aandacht voor arbeidsveiligheid zorgt voor meer ongevallen. Hulpdiensten zullen hierdoor vaker in actie moeten komen. Op welke manier de arbeidsveiligheid samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Arbeidsveiligheid heeft geen directe invloed op constructieve veiligheid, sociale veiligheid, security en veiligheid tegen overstroming Sociale veiligheid Bij het aspect sociale veiligheid gaat het in dit IVP specifiek over de sociale veiligheid van de medewerkers van de ON. Onder andere de volgende wetten, normen en richtlijnen zijn relevant voor sociale veiligheid: Arbowet; Bouwbesluit. Restrisico voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico s tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico s die OG niet kan beheersen. Het restrisico sociale veiligheid is risico 46 uit de RI&E. Dit restrisico dient de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico s, m.b.t. sociale veiligheid, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 6 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van sociale veiligheid met de overige veiligheidsaspecten. 19

20 Figuur 6 Invloed sociale veiligheid op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. sociale veiligheid escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. Sociale veiligheid Arbeidsveiligheid Een afname van de sociale veiligheid kan er toe leiden dat de arbeidsveiligheid afneemt. Werknemers voelen zich minder veilig op het werk en zullen daarom minder veilig gaan werken. Sociale veiligheid Security Indien er sprake is van sociale onveiligheid, wil dit vaak zeggen dat de security onvoldoende is. Sociale veiligheid Hulpverlening Indien sprake is van misdrijven, overtredingen en overlast van andere mensen dient hulpverlening in actie te komen. Op welke manier de sociale veiligheid samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Sociale veiligheid heeft geen directe invloed op constructieve veiligheid, brandveiligheid, verkeersveiligheid, machineveiligheid, veiligheid binnenvaart, veiligheid tegen overstroming en externe veiligheid Security Bij het aspect security gaat het in dit IVP specifiek over de beveiliging van de bouwlocatie. Tijdens de gebruiksfase gaat het ook om de beveiliging van het bedienings en besturingssyeem. Dit laatste is in dit IVP nog niet opgenomen omdat dit voor ON niet relevant is. Restrisico's voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. De restrisico's security zijn de risico's 47 en 48 uit de RI&E. Deze restrisico's dient de ON in ieder geval te 20

21 beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. security, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 7 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van security met de overige veiligheidsaspecten. Figuur 7 Invloed security op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. security escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. Security Brandveiligheid Onbevoegde personen kunnen brand stichten in het bedieningsgebouw of op het bouwterrein. De brandveiligheid komt hierdoor in gevaar. Security Arbeidsveiligheid Onbevoegde personen kunnen zodanige schade toebrengen dat de werkomgeving niet meer veilig is voor medewerkers. Security Hulpverlening Hulpverlening (politie) dient in actie te komen wanneer moedwillig schade is toegebracht op de bouwlocatie. Hulpverlening dient met zo min mogelijk hinder het slachtoffer te kunnen bereiken. Op welke manier security samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Security heeft geen directe invloed op constructieve veiligheid, sociale veiligheid, verkeersveiligheid, machineveiligheid, veiligheid binnenvaart, veiligheid tegen overstroming en externe veiligheid Verkeersveiligheid Bij het aspect verkeersveiligheid gaat het in dit IVP om de veiligheid van de weggebruikers tijdens de realisatiefase. 21

22 Risico beheerst door OG Tijdens de voorbereidingsfase heeft de OG een maatregel bedacht om het risico 'Er worden onjuiste verkeersmaatregelen genomen' te beheersen. ON dient de te nemen verkeersmaatregelen conform de "RWS Richtlijn verkeersmaatregelen bij wegwerkzaamheden op rijkswegen" op te stellen, waarbij CROW publicatie 96b als hulpmiddel geldt. Het verkeersmaatregelenplan zal vervolgens ter acceptatie bij RWS worden ingediend conform de werkwijzer minder hinder. Middels SCB zullen verkeersmaatregelplannen getoetst worden. Restrisico's ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. De restrisico's verkeersveiligheid zijn de risico's 50 t/m 55 uit de RI&E. Deze restrisico's dient de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. verkeersveiligheid, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 8 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van verkeersveiligheid met de overige veiligheidsaspecten. Figuur 8 Invloed verkeersveiligheid op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. verkeersveiligheid escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. Verkeersveiligheid Arbeidsveiligheid Onveilige handelingen van de verkeersdeelnemers kunnen er toe leiden dat de veiligheid van de werkomgeving van ON afneemt. Verkeersveiligheid Hulpverlening Indien er een ongeluk gebeurt in de buurt van de Koninginnensluis, dient hulpverlening met zo min mogelijk hinder de plaats van het ongeval te kunnen bereiken. Zowel tijdens de gebruiksfase als tijdens de realisatiefase. Op welke manier verkeersveiligheid samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. 22

23 Verkeersveiligheid heeft geen directe invloed op constructieve veiligheid, brandveiligheid, sociale veiligheid, security, machineveiligheid, veiligheid binnenvaart, veiligheid tegen overstroming en externe veiligheid Machineveiligheid Onder machineveiligheid wordt verstaan: De intrinsieke veiligheid in het ontwerp en realisatie van beweegbare installaties; De aanvullende beveiligingsmaatregelen tijdens bediening en beheer & onderhoud van beweegbare installaties; Procedures gericht op veilig gebruik van beweegbare installaties. Machineveiligheid kent een stelsel van wet- en regelgeving die vanuit de productrichtlijnen (onder andere de Arbeidsmiddelenrichtlijn) deels of geheel van toepassing zijn op de machines met beweegbare delen en als doel hebben om het veilige gebruik van machines te waarborgen. Als gevolg van deze definitie vallen de beweegbare bruggen, de schutsluizen, de gemalen, de spuimiddelen, de stormvloedkeringen, de verplaatsbare vangrails (VeVa) en calamiteitendoorsteken (CaDo) onder dit veiligheidsthema. Restrisico's voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. De restrisico's machineveiligheid zijn de risico's 56 t/m 65 uit de RI&E. Deze restrisico's dient de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. machineveiligheid, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 9 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van machineveiligheid met de overige veiligheidsaspecten. Figuur 9 Invloed machineveiligheid op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. machineveiligheid escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. 23

24 Machineveiligheid Brandveiligheid De machines dienen te voldoen aan de richtlijn machineveiligheid. Daarnaast dienen machines te zijn voorzien van een CE-markering. Is dit niet het geval, of is er schade aan de machine, dan ontstaat het risico op brand met als gevolg dat de brandveiligheid in gevaar komt. Machineveiligheid Arbeidsveiligheid Indien een machine niet op de juiste manier wordt geïnstalleerd, is het voor medewerkers onveilig om met de machine te werken. Daarnaast dienen medewerkers de juiste voorlichting te krijgen over de machine en over de risico's die het werken met de machine met zich mee brengt. Machineveiligheid Verkeersveiligheid De machines dienen te voldoen aan de richtlijn machineveiligheid. Daarnaast dienen machines te zijn voorzien van een CE-markering. Is dit niet het geval, of is er schade aan de machine dan ontstaat er een onveilige situatie voor het wegverkeer. Bijvoorbeeld doordat de brug ongecontroleerde bewegingen maakt. Machineveiligheid Veiligheid binnenvaart De machines dienen te voldoen aan de richtlijn machineveiligheid. Daarnaast dienen machines te zijn voorzien van een CE-markering. Is dit niet het geval, of is er schade aan de machine dan ontstaat er een onveilige situatie voor de binnenvaart. Bijvoorbeeld doordat de brug ongecontroleerde bewegingen maakt. Machineveiligheid Veiligheid tegen overstroming De machines dienen te voldoen aan de richtlijn machineveiligheid. Daarnaast dienen machines te zijn voorzien van een CE-markering. Is dit niet het geval, of is er schade aan de machine dan ontstaat het risico op overstroming. De sluis functioneert niet naar behoren. Machineveiligheid Hulpverlening Indien een risico m.b.t. machineveiligheid escaleert, kan het zijn dat een persoon gewond raakt. Interne en externe hulpverlening dient zo snel mogelijk in actie te komen. Daarnaast dient hulpverlening het slachtoffer, met zo min mogelijk hinder, te kunnen bereiken. Op welke manier machineveiligheid samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Machineveiligheid heeft geen directe invloed op constructieve veiligheid, sociale veiligheid, security en externe veiligheid Veiligheid binnenvaart Voor het binnenwater geldt de Scheepvaartverkeerswet (SVW). De Scheepvaartverkeerswet (Svw) is de belangrijkste wetgeving voor het regelen van het verloop van het scheepvaartverkeer. De verdere uitwerking vindt plaats in het reglementen en daarnaast gelden nog een aantal andere wetten. Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen geldt de Wet vervoer gevaarlijke stoffen. Restrisico's voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. De restrisico's veiligheid binnenvaart zijn de risico's 66 t/m 68 uit de RI&E. Deze restrisico's dient 24

25 de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. veiligheid binnenvaart, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 10 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van veiligheid binnenvaart met de overige veiligheidsaspecten. Figuur 10 Invloed veiligheid binnenvaart op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. veiligheid binnenvaart escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. Veiligheid binnenvaart Arbeidsveiligheid Indien een ongeluk, m.b.t. de binnenvaart, plaats vindt nabij het bouwterrein, dient ervoor gezorgd te worden dat de arbeidsveiligheid van de medewerkers ON niet in gevaar komt. Veiligheid binnenvaart Externe veiligheid Indien de veiligheid van een kegelschip in gevaar komt, dan kan dit invloed hebben op de externe veiligheid. Gevaarlijke lading kan ontbranden, exploderen of giftige gassen kunnen ontsnappen via een lek of breuk. Veiligheid binnenvaart Hulpverlening Indien er een ongeluk gebeurt in de buurt van de Koninginnensluis, dient hulpverlening zonder belemmering de plaats van het ongeval te kunnen bereiken. Zowel tijdens de gebruiksfase als tijdens de realisatiefase. Op welke manier veiligheid binnenvaart samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Veiligheid binnenvaart heeft geen directe invloed op constructieve veiligheid, brandveiligheid, sociale veiligheid, security, verkeersveiligheid, machineveiligheid en veiligheid tegen overstroming Veiligheid tegen overstroming De wettelijke veiligheidsnormen met betrekking tot overstroming zijn in de Waterwet vastgelegd. Ten behoeve van de bouwfase of voor onderhoudswerkzaamheden zijn momenteel 25

26 nog geen specifieke waterkeringregels van toepassing. Reguliere regelgeving (Arbo, Habitatrichtlijn enzovoort) moet hierin uiteraard wel gevolgd worden. Naast de Waterwet is de Deltawet Waterveiligheid en Zoetwatervoorziening van toepassing om de integrale besluitvorming over de hoogwaterbescherming te waarborgen. Verder is het Hoogwaterdraaiboek van RWS van toepassing in geval van hoogwater. Restrisico voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. Het restrisico 'Overstromingsgevaar' dient de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. veiligheid tegen overstroming, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 11 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van veiligheid tegen overstroming met de overige veiligheidsaspecten. Figuur 11 Invloed veiligheid tegen overstroming op overige veiligheidsaspecten Veiligheid tegen overstroming Constructieve veiligheid Als gevolg van een overstroming kan de constructie gevaar lopen. Bijv. instorten waterkerende constructie. Veiligheid tegen overstroming Arbeidsveiligheid Een overstroming kan gevolgen hebben voor de arbeidsveiligheid. ON dient er voor te zorgen dat de werkomgeving na een overstroming weer veilig is voor zijn medewerkers. Veiligheid tegen overstroming Verkeersveiligheid Een overstroming kan gevolgen hebben voor het wegverkeer. Het wegverkeer dient op voldoende afstand gehouden te worden. Veiligheid tegen overstroming Machineveiligheid Een overstroming kan gevolgen hebben voor de werking van een machine. Na een overstroming dient gecontroleerd te worden of de machine(s) geen schade hebben opgelopen. 26

27 Veiligheid tegen overstroming Veiligheid binnenvaart Een overstroming heeft gevolgen voor de binnenvaart. Binnenvaart dient op afstand gehouden te worden en mogen niet verder varen. Veiligheid tegen overstroming Externe veiligheid Een overstroming kan invloed hebben op de externe veiligheid als er kegelschepen in de buurt zijn met aan boord gevaarlijke stoffen. Veiligheid tegen overstroming Hulpverlening In geval van een overstroming dient de hulpverlening in actie te komen. Hulpverlening dient met zo min mogelijk hinder de bouwlocatie te kunnen bereiken. Op welke manier veiligheid tegen overstroming samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Veiligheid tegen overstroming heeft geen directe invloed op brandveiligheid, sociale veiligheid en security Externe veiligheid Bij het aspect externe veiligheid gaat het in dit IVP over de gevaarlijke stoffen die eventueel gebruikt worden door ON, het raken van een gasleiding en over kegelschepen die gevaarlijke stoffen vervoeren. Risico beheerst door OG Tijdens de voorbereidingsfase heeft de OG een maatregel bedacht om er voor te zorgen dat het risico 'Tijdens graafwerkzaamheden wordt een gasleiding geraakt' beheerst kan worden. Indien ON graafwerkzaamheden uit voert, dient hij een KLIC melding te maken. Na het nemen van deze maatregel kan dit risico nog steeds escaleren, daarom dient ook de ON zelf aan te geven welke maatregel(en) hij neemt om dit risico te beheersen. Restrisico's voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. De restrisico's externe veiligheid zijn de risico's 71 t/m 73 uit de RI&E. Deze restrisico's dient de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. externe veiligheid, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Toelichting risico 71: Uit overzichten van RWS blijkt dat er over het Merwedekanaal geen vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Om deze reden is dit risico niet hoog beoordeeld 3. In figuur 12 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van externe veiligheid met de overige veiligheidsaspecten. 3 Bestemmingsplan Kom Vreeswijk, H2 Bestaande situatie (2008) 27

28 Figuur 12 Invloed externe veiligheid op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. externe veiligheid escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. Externe veiligheid Verkeersveiligheid Verkeersdeelnemers zijn personen die zich bevinden buiten het beschouwde systeem. Indien er iets fout gaat tijdens het werken met gevaarlijke stoffen of het transporteren van gevaarlijke stoffen kan dit gevolgen hebben voor de verkeersveiligheid als de calamiteit plaats vindt in de nabijheid van wegverkeer. Externe veiligheid Veiligheid binnenvaart Gebruikers van de binnenvaart zijn personen die zich bevinden buiten het beschouwde systeem. Indien er iets fout gaat tijdens het werken met gevaarlijke stoffen of het transporteren van gevaarlijke stoffen kan dit gevolgen hebben voor de veiligheid binnenvaart als de calamiteit plaats vindt in de nabijheid van de scheepvaart. Externe veiligheid Hulpverlening Indien er iets fout gaat tijdens het werken met gevaarlijke stoffen of het transporteren van gevaarlijke stoffen dient interne en externe hulpverlening zo snel mogelijk in actie te komen. Op welke manier externe veiligheid samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Externe veiligheid heeft geen directe invloed op constructieve veiligheid, brandveiligheid, arbeidsveiligheid, sociale veiligheid, security, machineveiligheid en veiligheid tegen overstroming Hulpverlening Het is van groot belang dat de hulpdiensten te allen tijde de werkplek kunnen bereiken en dat de doorstroming van hulpdiensten gewaarborgd is, en blijft. Risico beheerst door OG Tijdens de voorbereidingsfase heeft de OG een maatregel bedacht om er voor te zorgen dat het risico 'Geen afstemming met hulpdiensten' beheerst kan worden. ON 28

29 dient een verkeersmanagementplan op te stellen en dit plan af te stemmen met hulpdiensten. On dient deel te nemen aan het hulpdiensten overleg. Restrisico's voor ON OG streeft ernaar zoveel mogelijk risico's tijdens de voorbereidingsfase te beheersen. Echter zijn er risico's die OG niet kan beheersen. De restrisico's hulpverlening zijn de risico's 75 t/m 78 uit de RI&E. Deze restrisico's dient de ON in ieder geval te beheersen. Daarnaast dient de ON de risico's, m.b.t. hulpverlening, te beheersen die uit de eigen RIE naar voren komen. Relatie met overige veiligheidsaspecten In figuur 13 is weergegeven wat de onderlinge relatie is van hulpverlening met de overige veiligheidsaspecten. Figuur 13 Invloed hulpverlening op overige veiligheidsaspecten Wanneer een risico m.b.t. hulpverlening escaleert, moet men de overige veiligheidsaspecten niet uit het oog verliezen. Hulpverlening Constructieve veiligheid In geval van falen van de interne en/of externe hulpverlening kan de constructieve veiligheid in gevaar komen. Bijv. in geval de brandweer niet op tijd de bouwlocatie kan bereiken. Hulpverlening Brandveiligheid In geval van falen van de interne en/of externe hulpverlening kan de brandveiligheid in gevaar komen. Hulpverlening Arbeidsveiligheid In geval van falen van de interne en/of externe hulpverlening kan de arbeidsveiligheid in gevaar komen. Hulpverlening Sociale veiligheid In geval van falen van de interne en/of externe hulpverlening kan de sociale veiligheid in gevaar komen. 29

30 Hulpverlening Verkeersveiligheid In geval van falen van de interne en/of externe hulpverlening kan de verkeersveiligheid in gevaar komen. Hulpverlening Veiligheid binnenvaart In geval van falen van de interne en/of externe hulpverlening kan de veiligheid binnenvaart in gevaar komen. Hulpverlening Externe veiligheid In geval van falen van de interne en/of externe hulpverlening kan de externe veiligheid in gevaar komen. Ramp wordt onnodig groot. Op welke manier hulpverlening samenhangt met overige veiligheidsaspecten is per situatie verschillend. Hulpverlening heeft geen directe invloed op security, machineveiligheid en veiligheid tegen overstroming. 30

31 4. Organisatie 4.1 Betrokken partijen Naam en adresgegevens sleutelpersonen Veiligheid: Projectmanager OG Organisatie :Ministerie van Infrastructuur en Milieu : Directoraat Generaal Rijkswaterstaat : RWS Midden-Nederland : Theo van der Meer Naam Bezoekadres : Griffioenlaan 2 Postcode en Plaats : 3526 LA Utrecht Telefoonnummer : adres : theo.vander.meer@rws.nl Contractgemachtigde OG Organisatie : Ministerie van Infrastructuur en Milieu : Directoraat Generaal Rijkswaterstaat : RWS Midden-Nederland : Gerard van der Heijden Naam Bezoekadres : Griffioenlaan 2 Postcode en Plaats : 3526 LA Utrecht Telefoonnummer : adres : gerard.vander.heijden@rws.nl Projectadviseur Integrale Veiligheid OG Organisatie : Ministerie van Infrastructuur en Milieu : Directoraat Generaal Rijkswaterstaat : RWS Midden-Nederland Naam : Erik Penders Bezoekadres : Griffioenlaan 2 Postcode en Plaats : 3526 LA Utrecht Telefoonnummer : adres : erik.penders@rws.nl Functioneel Installatieverantwoordelijke Organisatie : Naam : Bezoekadres : Postcode en Plaats : Telefoonnummer : adres : Operationeel Installatieverantwoordelijke Organisatie : Naam : Bezoekadres : Postcode en Plaats : Telefoonnummer : adres : 31

32 Calamiteitencoördinator ON Organisatie : Naam : Bezoekadres : Postcode en Plaats : Telefoonnummer : adres : 4.2 Afstemming V&G- coördinatie Na afloop van de Voorbereidingsfase zal de OG, op basis van een geïntegreerd contract voor ontwerp en uitvoering, het werk uitbesteden aan een marktpartij. Deze marktpartij zal zich bezighouden met het uitvoeringsontwerp en de realisatie van het werk. In de zin van het Arbobesluit is er daarom sprake van zowel ontwerpwerkzaamheden als uitvoerende werkzaamheden die bij de ON worden neergelegd. Tijdens de overdrachtsbespreking zal de projectadviseur Integrale Veiligheid voor de Voorbereidingsfase de volgende documenten overdragen aan de veiligheidscoördinator van de ON: RI&E uit de Contractvoorbereidingsfase; IVP (inclusief V&G-plan) gebaseerd op de Contractvoorbereidingsfase; Integraal veiligheiddossier (inclusief V&G-dossier) gebaseerd op de Contractvoorbereidingsfase. 4.3 Actualisatie en detaillering van het veiligheidsplan Het IVP, met de daarin opgenomen het V&G-plan, wordt gedurende alle projectfases actueel gehouden en waar nodig gedetailleerd. Tot moment van contractering doet OG dat. Na moment van contractering dient ON een veilgheidsplan op te stellen. Het staat ON vrij gebruik te maken van het IVP van OG. Gedurende de contracttijd worden de afspraken uit het IVP via SCB getoetst. 4.4 Oplevering van IVD aan OG door ON Aan het eind van het contract wordt het bijgewerkte IVD van de ON aan de beheerder overgedragen. Deze zal het dossier in de toekomst weer overdragen aan een nieuwe ON. Het dossier moet gezien worden als een gebruiksaanwijzing van de overgedragen objecten waarvoor ontwerp-, sloop- en onderhoudswerkzaamheden zijn verricht. De dossiers kunnen gecombineerd worden met ontwerpnota s en open afleverdossiers. Hierover dient de ON nader te overleggen met de Technisch Manager en de Projectadviseur Integraal Veiligheid van OG. Dit dossier bevat informatie per object die voor toekomstige Aanleg en Beheer & Onderhoudswerkzaamheden relevant kan zijn. Te denken valt aan informatie over aangebrachte structurele voorzieningen voor gebruik en onderhoud, tekeningen en berekeningen, technische documentatie van machines als inspectie- en onderhoudsvoorschriften en gebruiksvoorschriften. 4.5 Overleg Conform de vraagspecificatie kent het project een aantal overleggen. Veiligheid zal standaard een agendapunt op deze overleggen zijn. 32

33 4.6 Veiligheidscultuur Zowel het projectteam OG als projectteam ON streven een proactieve veiligheidscultuur na. De volgende concrete acties worden ingezet ter bevordering van de veiligheidscultuur: Vanaf de overdrachtsbespreking de ambities en de risico s met de ON delen. Veiligheid in de overleggen tussen OG en ON proactief aan de orde te stellen. In de projectvoortgangsrapportages veiligheid als expliciet aandachtpunt meenemen. Waar nodig gezamenlijk onderzoek uit voeren naar incidenten en bijna ongevallen. Met diverse communicatiemiddelen en uitingen het belang van veiligheid benadrukken. In bijlage C is een aanvulling op bovenstaande opsomming weergegeven. De Deming-cirkel is een geordende methode om de veiligheidscultuur voortdurend te verbeteren. Het verloopt via vier elkaar opeenvolgende fase: plan-do-check-act. Plan-fase: Analyse van de situatie en maken van plannen om doelen te bereiken, inclusief vaststellen van de randvoorwaarden. Do-fase: Uitvoeren van de plannen. Check-fase: Toetsen en evalueren van de resultaten. De werkgever beoordeelt of aan de doelen en gestelde eisen is voldaan. Act-fase: Corrigeren van de plannen en indien noodzakelijk bijstellen. Daarvoor wordt weer een plan gemaakt, waarmee de Deming-cirkel rond is. Figuur 14 Deming cirkel 33