Onderwijs- en examenregeling

Transcriptie

1 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 10 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Kunstgeschiedenis Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) en is aangevuld met kwaliteitskenmerken zoals vastgelegd in het kaderdocument Leids universitair register opleidingen. Overeenkomstig artikel 7.14 WHW beoordeelt het faculteitsbestuur de Onderwijs- en examenregeling regelmatig en weegt daarbij, ten behoeve van de bewaking en zo nodig bijstelling van de studielast, het tijdsbeslag dat daaruit voor de studenten voortvloeit. De opleidingscommissie heeft op grond van artikel 9.18 WHW tot taak de wijze van uitvoeren van de onderwijs- en examenregeling jaarlijks te beoordelen. Deze Onderwijs- en examenregeling bestaat uit twee delen; een algemeen deel dat voor alle opleidingen gelijk is, en een deel dat voor een opleiding specifieke informatie bevat. Dit opleidingsspecifieke gedeelte vormt één geheel met het algemeen deel en bevat alleen de artikelen die een opleidingsspecifieke invulling hebben. Inhoud 1. Algemene bepalingen 2. Beschrijving van de opleiding 3. Onderwijsprogramma 4. Tentamens en examens, vervolgopleiding 5. Toegang en toelating tot de opleiding 6. Studiebegeleiding en studieadvies 7. Overgangsbepalingen 8. Slotbepalingen Bijlagen Bijlage F - Onderwijsprogramma

2 Artikel 2.1 Doel van de opleiding Met de opleiding wordt beoogd dat de student een zodanige academische vorming verwerft in termen van kennis, inzicht en vaardigheden op het gebied van de kunstgeschiedenis, dat: - voldaan wordt aan de ingangseisen voor toelating tot aansluitende masteropleidingen. - de student in staat is tot het met succes uitoefenen van functies waarvoor academische kennis en vaardigheden op bachelorniveau op bovengenoemd gebied vereist dan wel wenselijk zijn. Artikel 2.2 A) Afstudeerrichtingen De opleiding kent de volgende afstudeerrichtingen: - Beeldende kunst/ Fotografie, nieuwste tijd - Beeldende kunst/ Prent- en tekenkunst, middeleeuwen en nieuwe tijd - Kunstnijverheid/ Industriële vormgeving - Theorie en geschiedenis van de architectuur - World Art Studies B) De opleiding biedt naast het reguliere programma de volgende combinatiestudies waarin studenten een combinatie maken van Kunstgeschiedenis en een andere discipline met een omvang van 60 ec (zie art voor de effecten van de doorstroommogelijkheden). De volgende combinatiestudies zijn mogelijk: - Combinatiestudie Talen en culturen van Zuid- en Zuidoost-Azië & Kunstgeschiedenis Artikel 2.3 Eindkwalificaties Afgestudeerden van de opleiding hebben de onderstaande eindkwalificaties bereikt: Kennis en inzicht I. Algemene kennis van, inzicht in en het vermogen te reflecteren op de uitgangspunten en principes van de kunstgeschiedenis, een wetenschap die zich bezig houdt met de bestudering van de visuele kunsten, architectuur en de materiële cultuur. Dit houdt in: i. het vermogen vorm, functie en inhoud van artefacten en objecten binnen relevante contexten te zien en te interpreteren en bij de bestudering ervan relevante bronnen en literatuur op andere wetenschapsgebieden, die het inzicht kunnen verrijken, te betrekken; ii. de kennis en het inzicht om artefacten te herkennen, in de tijd te plaatsen en te interpreteren; iii. inzicht in de functie van kunst in de eigen cultuur en in de relatie tussen westerse en nietwesterse cultuurgebieden; iv. algemene kennis van en inzicht in de methoden en theorievorming van de kunstgeschiedenis; v. kennis van en inzicht in de wijze waarop veranderingen in de productie en functie van kunst van invloed zijn op de visies in de kunstgeschiedenis vi. het vermogen tot reflectie op de cultureel-maatschappelijke plaats van de kunstgeschiedenis, met andere woorden de maatschappelijke relevantie van het vakgebied; vii. inleidende kennis van en inzicht in de historische ontwikkeling van het museum, de kunsthandel en de monumentenzorg; 2

3 II. viii. inleidende kennis van en inzicht in de problematiek van beheer, ontsluiting, collectievorming, tentoonstellen, conservering en restauratie van artefacten. Algemene kennis van en inzicht in technische en materiële aspecten van de kunstproductie en de geschiedenis daarvan. III. Grondige kennis en inzicht van de onder i. en ii. genoemde punten, voor zover deze relevant zijn voor de gekozen specialisatie. Vaardigheden I. Algemene vaardigheden die voor de beoefening van het vakgebied noodzakelijk zijn: i. het analytisch kijken naar en het wetenschappelijk beschrijven van artefacten; ii. het vermogen artefacten te vergelijken met behulp van wetenschappelijke analyses en beschrijvingen; iii. het kennis hebben van en het zelfstandig kunnen werken met het kunsthistorisch apparaat, zoals bibliotheken, foto- en diacollecties, archieven, geautomatiseerde informatiesystemen en andere documentatiemiddelen (bibliografieën, lexica enz.); iv. het zelfstandig, wetenschappelijk bestuderen en interpreteren van artefacten met behulp van relevante bronnen en vakliteratuur; v. het enigermate zelfstandig, wetenschappelijk bestuderen en interpreteren van relevante bronnen en vakliteratuur en het kritisch reflecteren op de hierin neergelegde kennis en inzichten, die zijn gesteld in voor het vak relevante talen; vi. het enigermate zelfstandig een heldere en beargumenteerde onderzoeksvraag kunnen formuleren; vii. het onder supervisie kunnen opzetten en uitvoeren van een in omvang beperkt onderzoeksproject (formuleren, faseren en beoordelen); viii. het helder en beargumenteerd mondeling en schriftelijk uiteen kunnen zetten van de onderzoeksresultaten en het verdedigen ervan. II. Academische vaardigheden: i. het kunnen extrapoleren van onderzoeksvaardigheden naar en toepassen hiervan in een ander kennisdomein; ii. iii. iv. het in staat zijn een probleem te abstraheren; het actief kunnen deelnemen en leiding geven aan een discussie op argumenten (debat, forum); het constructief bekritiseren in woord en geschrift en het verwerken van gegronde kritiek zodat dit leidt tot een herziening van de eigen argumentatie; v. het redelijk sociaalcommunicatief kunnen optreden in werk- en overlegsituaties; vi. het redelijk kunnen plannen en prioriteren aan de hand van een tijdschema. Voorts leidt elke Leidse geesteswetenschappelijke opleiding op tot facultair geformuleerde algemene academische vaardigheden. 3

4 Artikel 2.8 Voertaal Met inachtneming van de Gedragscode voertaal 1 is de voertaal binnen de opleiding Nederlands. Artikel 3.1 Verplichte onderwijseenheden De opleiding omvat verplichte onderwijseenheden met een totale studielast van 150 studiepunten. Deze onderwijseenheden zijn benoemd in bijlage F van het opleidingsspecifieke deel van de desbetreffende opleiding. Per onderwijseenheid worden de studielast (in studiepunten) en het niveau 2 vermeld. Artikel 3.2 Keuzevrijheid In afwijking van het gestelde in kunnen de volgende minoren en keuzepakketten niet worden gekozen omdat de inhoud geheel of gedeeltelijk overeenkomt met verplichte onderwijseenheden van de opleiding: - keuzepakket Kunstgeschiedenis Voor de volgende minoren en keuzepakketten waarin hoofd- en keuzevakken van de opleiding Kunstgeschiedenis zijn opgenomen, geldt dat voor desbetreffende vakken een keuze gemaakt moet worden buiten het aanbod van het hoofdvak Kunstgeschiedenis: - keuzepakket World Art Studies - minor Kunst en literatuur in de moderne en postmoderne tijd - minor Europa in de middeleeuwen en vroegmoderne tijd - interfacultair keuzepakket Musea, Erfgoed en Collecties Artikel 4.2 Verplichte volgorde Aan de tentamens van de volgende onderwijseenheden kan eerst worden deelgenomen nadat aan de tentamens van de daarbij vermelde onderwijseenheden met goed gevolg is deelgenomen: - in Bachelor jaar 2 de verplichte tweedejaars werkcolleges en Excursie met werkgroep na het behalen van Propedeuse-werkgroep II: kijken en schrijven in de propedeuse; - in Bachelor jaar 3 de verplichte Projectgroep binnen de gekozen specialisatie na het behalen van de verplichte tweedejaars werkcolleges en excursie met werkgroep; - in Bachelor jaar 3 Kunstwetenschap II: Onderzoeksperspectieven, na het behalen van Kunstwetenschap I: Esthetica in Bachelor jaar 2. Artikel 4.10 Examen Compensatie van onvoldoendes is mogelijk indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: 1 De Gedragscode voertaal is vastgesteld door het College van Bestuur op 11 juli 02 en is te raadplegen op 2 Conform de abstracte structuur als omschreven in het Kaderdocument Leids Universitair register van opleidingen. 4

5 a. In de hieronder gedefinieerde clusters van onderdelen mag per cluster voor maximaal 1 (één) onderwijseenheid een onvoldoende worden behaald; b. Het gewogen gemiddelde in het betrokken cluster is ten minste een 6.0; c. Geen van de behaalde resultaten binnen een cluster mag lager zijn dan een 5.0 Indien een student aan deze voorwaarden voldoet wordt hij geacht voldaan te hebben aan de eisen voor het examen waarop zij/hij zich voorbereidt met dit cluster van onderwijseenheden Met het oog op de hiervoor omschreven compensatieregeling zijn er de volgende clusters van onderwijseenheden binnen de opleiding: In de propedeuse kan compensatie plaatsvinden tussen vakken binnen de volgende clusters: - Kunstgeschiedenis in mondiaal perspectief (kerncurriculum) - Basisbegrippen Culturele Vakken (nu nog gedeeld onderwijs met LW) - Inleiding Westerse Kunstgeschiedenis en Klassieken - Inleiding Beeldende kunst en prentkunst Middeleeuwen/Nieuwe Tijd - Inleiding Beeldende kunst en fotografie Nieuwste Tijd/Contemporain - Capita Selecta Kunstnijverheid en Design - Iconografie - Inleiding Architectuur - Cultureel Erfgoed en Collecties I In de postpropedeuse,kan geen compensatie plaatsvinden. Artikel 4.12 Vervolgopleiding Degene aan wie de graad Bachelor is verleend op grond van een examen als bedoeld in artikel 2.7, eerste lid sub b, van deze regeling heeft voldaan aan de toelatingseis van de masteropleiding Kunstgeschiedenis aan de Universiteit Leiden. Daarnaast heeft een student die een combinatiestudie heeft afgerond met Talen en culturen van Zuid en Zuidoost-Azië (zie hierboven onder 2.2), ook toegang tot de betreffende MA opleidingen (Indonesian Studies en Indian and Tibetan Studies). Artikel 6.3 Studieadvies eerste jaar De opleiding hanteert aanvullende eisen ten aanzien van te behalen onderdelen voor het derde studieadvies, genoemd in 6.3.1, namelijk dat tenminste de volgende onderdelen zijn behaald: - Propedeusewerkgroep II Kijken en schrijven moet voor beide onderdelen, kijken en schrijven, met voldoende resultaat (minimaal 6.0) zijn afgerond. 5

6 Bijlagen Bijlage F - Onderwijsprogramma Programma BA Kunstgeschiedenis 10-11, Voltijd studiejaar: 1, voltijd I KC: Kunstgeschiedenis in mondiaal perspectief hc I P-werkgroep I: Bronnen en literatuur wc I Inleiding Westerse Kunstgeschiedenis en Klassieken hc I Inleiding Beeldende kunst/prent- en tekenkunst, Mid.E/Nieuwe Tijd hc I Kunstnijverheid/Industriële Vormgeving Capita selecta hc I Cultureel Erfgoed en Collecties I hc niveau II Basisbegrippen Culturele Vakken hc 0 5 II Iconografie hc II P-werkgroep II: Kijken en schrijven wc II Inleiding Beeldende kunst/fotografie, Nieuwste Tijd en Contemporain hc II Architectuur hc

7 studiejaar: 2, voltijd I Werkcollege BA2, verplichte keuze van 1 uit: wc 0 5 1) Kunstnijverheid en Vormgeving: Imagining Interiors ) Hoe kunst de Kunstgeschiedenis verandert 3) Architectuur: Venetië I Themacursus IIa: De 19 de eeuw: Kunst, architectuur en vormgeving van hc 0 5 wereldtentoonstellingen tot avant-garde I Themacursus IIIa: Early Modern Dutch Art & Culture (Engelstalig) hc 0 5 I Cultureel Erfgoed en Collecties II hc 0 10 I Kunstwetenschap I: Esthetica hc 0 5 I Hoorcollege Bouwhistorie 0 10 Niveau II Kerncurriculum: Wetenschapsfilosofie hc 0 5 II Werkcollege BA2, verplichte keuze van 1 uit: wc 0 5 1) Beeldende kunst vroeg mod en mod: Michelangelo en Rodin 2) Kunstnijverheid en vormgeving: Imagining Interiors ) Beeldende kunst vroeg mod prentkunst: 4) AR Bizo: Pand in Leiden wc 0 5 II Excursiewerkgroep Florence Hc/wc 0 10 II Themacursus V: Hoogtepunten Europese Middeleeuwse kunst hc 0 5 II Verplichte keuze uit: hc 0 5 Themacursus IV: Islamitische kunst Themacursus VI: Highlights Dutch Architecture (Engelstalig) 7

8 studiejaar: 3, voltijd niveau I Werkgroep BA3, verplichte keuze van 1 binnen specialisatie: wc ) Vroegmodern Beeldend: Kunstenaarsboeken en fotoboeken 2) Modern/contemp Beeldend: Kunstenaarsboeken en fotoboeken 3) Kunstnijverheid: Tegendraads modern in de jaren vijftig 4) Architectuur: Het utopische denken in de westerse architectuur en stendenbouw van de 18e t/m de e eeuw I Kunstwetenschap II: Onderzoeksperspectieven hc Early Modern/AR, toetsing na blok 1 - Modern, toetsing na blok 2 - KN, toetsing na blok 2 I Keuzeruimte 0 15 II Mondeling literatuurtentamen, binnen specialisatie II BA- eindwerkstuk, binnen specialisatie II Keuzeruimte 15 8

9 Programma BA Kunstgeschiedenis 10-11, Deeltijd studiejaar: 1, deeltijd niveau I P-werkgroep I: Bronnen en literatuur wc I Inleiding Westerse Kunstgeschiedenis en Klassieken hc I I Inleiding Beeldende kunst/prent- en tekenkunst, MidE & Vroegmodern Kunstnijverheid/Industriële vormgeving Capita selecta 500-heden hc hc II Inleiding Architectuur hc II Inleiding Beeldende kunst/fotografie, Modern & Contemporain hc II P-werkgroep II: Kijken en schrijven wc

10 studiejaar: 2, deeltijd niveau I KC: Kunstgeschiedenis in mondiaal perspectief hc I Cultureel Erfgoed en Collecties I hc I Iconografie hc I Basisbegrippen Culturele Vakken hc 0 5 II Kerncurriculum: Wetenschapsfilosofie hc 0 5 II Themacursus, keuze van 1 uit: 5 1) Themacursus IV: Islamitische kunst 2) Themacursus VI: Highlights Dutch Architecture (Engelstalig) II Cultureel Erfgoed en Collecties II hc

11 studiejaar: 3, deeltijd Niveau I Werkcollege, keuze van 1 uit: wc 0 5 1) Wc Modern 19de Eeuw: Paragone 2) Wc Beeldende kunst & Architectuur Vroegmod: Venetië I Themacursus IIb: Italiaans design hc 0 5 I Themacursus IIIb: Geschiedenis van de Fotografie hc 0 5 I Kunstwetenschap I: Esthetica hc II BA2 Werkcollege, keuze van 1 uit: wc 0 5 1) Wc Beeldende kunst Mod & Contemp: Beeldende kunst Mod & Comtemporain: Pionieren in de hedendaagse beeldende kunst 2) Wc KN Vroeg Mod & Mod: Aziatische invloeden in interieurs II Excursiewerkgroep Berlijn wc 0 10 II Themacursus, keuze van 1 uit: hc 0 5 II 1) Themacursus VI: Highlights Architecture (Engelstalig) 2) Themacursus IV: Islamitische kunst 11

12 studiejaar: 4, deeltijd Niveau I/II BA3 Werkgroep, keuze van 1 binnen specialisatie wc ) Beeldende kunst & Architectuur Vroegmodern: Siena 2) Interculturalisatie in de kunst dlt 3) Kunstnijverheid & Design Modern: Opvattingen over moderniteit in het interieur dlt I/II Keuzeruimte hc/wc studiejaar: 5, deeltijd niveau I Kunstwetenschap II: Onderzoeksperspectieven hc 0 5 I Literatuurtentamen, binnen specialisatie zs I BA-eindwerkstuk, binnen specialisatie zs Toelichting: Werkvorm(en) van de cursus: hc hoorcollege wc werkcollege, practicum zs zelfstudie exc excursie st stage 12

13 Niveau: volgens de Leidse structuur Status van de cursus: V K F (verplicht) indien de cursus door alle studenten van de opleiding / het traject gevolgd wordt (keuze) indien het een optionele cursus betreft (facultair kerncurriculum) indien het een kerncursus betreft 13