In de zomervakantie van 2012 zijn enkele schoolzones uitgevoerd, waaronder de schoolzone aan Skagerrak

Transcriptie

1 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Nr juni 2013 Haarlemmermeer - verkeersbesluit Hoofddorp, Skagerrak, evaluatie schoolzone N ummer 2013/ 2013/ Overwegingen Aanleiding In de zomervakantie van 2012 zijn enkele schoolzones uitgevoerd, waaronder de schoolzone aan Skagerrak in Hoofddorp. Op 30 mei 2012 is voor de aanpassingen van de verkeerssituatie die naar aanleiding van de schoolzone nodig waren het verkeersbesluit 2012/ gepubliceerd. Het functioneren van de schoolzone is op 28 februari 2013 geëvalueerd door vertegenwoordigers van scholen de Bikube, Klippeholm en Vesterhavet, Meerwaarde, de winkeliers, de wijkraad, de wijkagent en de gemeente. Hierbij zijn enkele punten besproken. Voor de krapte in de fietssluis voor de bakfiets bij B4-kids en de mogelijke hogere snelheid op de Skagerrak bij Bornholm is afgesproken de situatie te monitoren, maar nu geen acties te ondernemen. De borden ter waarschuwing van het vrachtwagenverbod worden verduidelijkt en beter geplaatst op de Van Heuven Goedhartlaan. De containers op het trottoir belemmeren het zicht. De locatie waarop ze worden teruggeplaatst na lediging moet beter worden aangeduid. Skagerrak is ter plaatse van het zebrapad versmald om de snelheid te verlagen en de oversteekbaarheid te verbeteren. Doordat de jumboblokken iets verder van de rand van de versmalling staan, proberen voertuigen elkaar nog wel eens te passeren. Dit met opstoppingen en schade tot gevolg. Daarnaast komen fietsers richting school in de knel in de versmalling. Om de versmalling te vermijden, wordt er sinds de komst van de versmalling meer over het trottoir gefietst. De voetgangers afkomstig van de winkel, komen daardoor in conflict met de fietsers. Daarnaast is het voor vrachtwagens lastig om te passeren, wanneer wachtende voertuigen zich niet goed opstellen bij de stopstreep. Geparkeerde voertuigen en bevoorradingsverkeer die niet geheel in de parkeerplaatsen staan, verergeren dit probleem. Deze problemen komen doordat zowel de rijbaan, als de parkeerplaatsen, als het trottoir met fietsenstallingen smal zijn. Maatregelen en motivatie Opheffen vier parkeerplaatsen Skagerrak Door de 4 parkeerplaatsen aan de Skagerrak voor de winkels op te heffen, is er voldoende ruimte voor wachtende voertuigen om zich op te stellen voor de versmalling en voor fietsers om te passeren. Verplaatsen algemene gehandicaptenparkeerplaats en aanwijzen laad- en loshaven Door het opheffen van de parkeerplaatsen moet de algemene gehandicaptenparkeerplaats verschoven worden naar de overzijde van de versmalling (verplaatsen bord E6 RVV 1990 ca 15m richting het zuidoosten). Daarnaast moet er extra ruimte voor laden en lossen gecreëerd worden. De laad- en losstrook aan Skagerrak komt tegenover de toegang naar de Bandholm (bord E7 RVV 1990). Om het afsnijden van de bocht te ontmoedigen, wordt de extra benodigde rijbaan om bij de laad- en losstrook te komen voorzien van een rammelstrook. Om te voorkomen dat er tussen de laad en losstrook en de toegang naar parkeerterrein Kattegat op de rijbaan zicht belemmerend geparkeerd of geladen of gelost wordt, komt hier een stopverbod (E2 RVV 1990) 1

2 Omvormen parkeerstrook tot fietsstrook De parkeerstrook wordt deels omgevormd tot fietsstrook (1,25m) (zoals bedoeld in artikel 1 (Lid N) van het RVV 1990) met fietsnietjes tussen de bomen ernaast. Door fietsers een eigen strook naast de opgestelde wachtende voertuigen en over de versmalling te geven, komen fietsers niet meer in de knel. Om te kunnen handhaven op het parkeren op de strook voor fietsers, moet er een fietsstrook komen. Vanwege de beperkte ruimte en bestaande bomen, kan de fietsstrook echter niet de gewenste 1,5m krijgen. Aanbrengen fietsnietjes ipv fietsklemmen Door de bestaande fietsklemmen op het trottoir te vervangen door fietsnietjes op de rijbaan tussen de bomen en op het trottoir naast de winkels, is er meer ruimte voor voetgangers en wordt het fietsen op het trottoir bemoeilijkt. Plaatsen palen in versmalling De doorgang in de versmalling wordt fysiek beperkt tot 3,5m door palen op de grens te plaatsen. Hierdoor is duidelijker dat personenvoertuigen elkaar hier niet kunnen passeren. 2. Verkeersbesluit Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd. Voor het verplaatsen van de algemene gehandicaptenplaats, het aanwijzen van een laad- en losstrook, het stopverbod en voor het aanwijzen van een fietsstrook op de Skagerrak moet een verkeersbesluit worden genomen. De aan te brengen bebording staat aangegeven op de bij dit besluit behorende tekening met het nummer A. 3. Voorbereiding Het functioneren van de schoolzone is op 28 februari 2013 geëvalueerd door vertegenwoordigers van scholen, Meerwaarde, de winkeliers, de wijkraad en de wijkagent. De voorgestelde oplossing zijn in samenwerking met de betrokken partijen tot stand gekomen en ook naar hen teruggekoppeld. Overeenkomstig artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) dient overleg te worden gevoerd met de korpschef van de Nationale Politie. Dit heeft plaatsgevonden in de Werkgroep Verkeer, waarin de door de korpschef gemachtigde medewerker verkeersadvisering, alsmede de Brandweer en Connexxion, vertegenwoordigd zijn. Op 2 april 2013 is dit besluit behandeld in de werkgroep. De deelnemers stemmen in met het besluit. De Algemene wet bestuursrecht (Awb) vereist zorgvuldigheid en belangenafweging bij de totstandkoming van besluiten, waaronder verkeersbesluiten. Artikel 3:2 van de Awb schrijft voor dat het bestuursorgaan de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen vergaart. Naast de belangenafweging bepaalt artikel 3:4 van de Awb dat de voor een of meer belanghebbenden nadelige gevolgen niet onevenredig mogen zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen doelen. Om de rechtstreeks bij het verkeersbesluit betrokken belangen goed af te kunnen wegen verdient het de aanbeveling om, vooral in complexe en omstreden situaties, een voorbereidingsprocedure te volgen. Hiertoe heeft het voorgenomen verkeersbesluit vanaf 17 april 2013 vier weken ter inzage gelegen. Hierop zijn geen zienswijzen ingediend. Het besluit wordt gepubliceerd in de Digitale Staatscourant. Tevens wordt het besluit gepubliceerd in de Informeer, onderdeel van het Witte Weekblad en op de website van de gemeente Haarlemmermeer. Belanghebbenden kunnen zes weken na de publicatiedatum bezwaar maken tegen het besluit. De uitvoering van de schoolzone vindt plaats in de zomervakantie om de overlast van en voor de schoolgaande kinderen te beperken. 4. Motivering Wegenverkeerswet 1994 en belangenafweging 2

3 Motivering Wegenverkeerswet Artikel 21 van het BABW bevat voorschriften omtrent de motivering van verkeersbesluiten. Het verkeersbesluit moet in ieder geval weergeven welke doelstelling of doelstellingen met het verkeersbesluit worden beoogd. Daarbij moet worden aangegeven welke van de in artikel 2, eerste en tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen ten grondslag liggen aan het besluit. Indien tevens andere van die belangen in het geding zijn, wordt voorts aangegeven op welke wijze de belangen tegen elkaar zijn afgewogen. De maatregelen dienen tot de volgende in artikel 2 van de Wegenverkeerswet genoemde doelen: 1. In eerste instantie: a. het verzekeren van de veiligheid op de weg; b. het beschermen van weggebruikers en passagiers; c. het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan; d. het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer. 2. In tweede instantie ook voor: a. het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu, bedoeld in de Wet milieubeheer; b. het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden. Burgemeester en wethouders stellen vast dat de maatregelen nodig zijn in verband de verkeersveiligheid (lid 1a), het beschermen van weggebruikers en passagiers (lid 1b) en het waarborgen van de bruikbaarheid van de weg (lid 1 c). Door de maatregelen wordt van de belangen genoemd in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 er een geschaad, namelijk de vrijheid van het verkeer. Dit belang wordt echter minder zwaar gewogen dan de verkeersveiligheid, het beschermen van weggebruikers en passagiers en het in stand houden van de bruikbaarheid van de weg. Belangenafweging Bewoners De maatregelen zijn in het belang van bewoners, aangezien er minder filevorming bij en schade aan de versmalling voorkomt op momenten dat het passeren van opgesteld verkeer lastig is. Doorgaand verkeer De maatregelen verbeteren de verkeerssituatie voor doorgaand verkeer, want de verkeerssituatie wordt duidelijker. Langzaam verkeer De maatregelen zijn in het belang van langzaam verkeer, want voor fietsers wordt een fietsstrook aangelegd. Wanneer zij minder gebruik van het trottoir maken, wordt de verkeerssituatie voor voetgangers ook veiliger. Parkeerders De maatregelen zijn beperkend voor parkeerders, omdat er vier parkeerplaatsen worden opgeheven en er een stopverbod wordt ingesteld.. Bevoorradend verkeer De maatregelen zijn in het belang van bevoorradend verkeer, aangezien deze weggebruikers een eigen ruimte krijgen om te laden en lossen. Openbaar vervoer De maatregelen hebben geen gevolgen voor het openbaar vervoer. Hulpdiensten 3

4 De maatregelen verbeteren de situatie voor hulpdiensten, omdat er meer uitwijkruimte is en de verkeerssituatie duidelijker wordt. Algemeen belang De maatregelen verbeteren de verkeersveiligheid en de leefbaarheid. Afweging Alles afwegende zijn burgemeester en wethouders van mening dat de maatregelen in het belang van alle categorieën weggebruikers zijn, met name langzaam verkeer, bevoorradend verkeer en doorgaand verkeer. Deze belangen worden zwaarder gewogen dan de parkeerders die door de maatregelen in hun belangen worden geschaad. 5. Bevoegdheid De hierboven genoemde wegen zijn in eigendom en in beheer van de gemeente Haarlemmermeer. Krachtens artikel 18, lid 1 onder d, van de Wegenverkeerswet 1994 worden verkeersbesluiten genomen door het college van B&W. In het Mandaat-, machtigings- en volmachtbesluit Haarlemmermeer 2013 is voor het nemen en intrekken van verkeersbesluiten een ondermandaat verleend aan de teammanager Wegen, Water en Verkeer, of diens vervanger. De maatregelen vallen onder dit ondermandaat. 6. Besluiten I. Het circa 15 meter in zuidoostelijke richting verplaatsen van het bord conform model E6 uit bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, inhoudende "invalidenparkeerplaats algemeen op Skagerrak in Hoofddorp; II. Het aanduiden van een laad- en losstrook op Skagerrak in Hoofddorp, tegenover de toegang naar Bandholm door het plaatsen van borden conform model E7 uit bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens III. Het instellen van een stopverbod tussen de laad en losstrook en de toegang naar het parkeerterrein Kattegat (voor Skagerrak 242 en 244) door het plaatsen van borden conform model E2 uit bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens IV. De parkeerstrook ter hoogte van Skagerrak 127 t/m 131 in Hoofddorp door het aanbrengen van fietssymbolen, zoals bedoeld in artikel 1 Lid N) van het van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 aan te duiden als fietsstrook. V. Dit besluit ter openbare kennis te brengen op. Burgemeester en Wethouders van Haarlemmermeer namens dezen, de gemeentesecretaris, voor deze, de Teammanager Wegen, Water en Verkeer M.Ardewijn Terinzagelegging Het besluit en de tekening waarop de maatregelen staan aangegeven, liggen gedurende zes weken vanaf de publicatiedatum, voor een ieder ter inzage op werkdagen van 9.00 tot uur in het Informatiecentrum van het raadhuis, Raadhuisplein 1 in Hoofddorp. 4

5 Bezwaar Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan iedereen wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken, binnen zes weken na publicatie van dit besluit een met redenen omkleed bezwaarschrift indienen bij het college van Burgemeester en Wethouders van Haarlemmermeer, het cluster Juridische Zaken van het team Ondersteuning, Postbus 250, 2130 AG Hoofddorp. Het indienen van een bezwaarschrift schorst de werking van dit besluit niet. Gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift kan een verzoek om een voorlopige voorziening worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, p/a Arrondissementsrechtbank Haarlem, sector Bestuursrecht Postbus 1621, 2003 BR Haarlem. Een dergelijk verzoek kan pas worden gedaan als het bezwaarschrift is ingediend en onverwijlde spoed, gelet op het betrokken belang, dat vereist. Voor de behandeling van het verzoek wordt een bedrag aan griffierecht geheven. 5