Teamleren theorie en facilitatie

Transcriptie

1 Teamleren theorie en facilitatie Dr. Thijs H. Homan 1

2 (1) De Bijbel: ambiguë stimulus meerdere interpretaties mogelijk (4) Resultaat: kerken discourses narratives organisatiestructuren, culturen, processen etc. als bevroren decomplexaties persoonlijkheid / identiteit self-narrative De Bijbel (2) Organising = selecteren labelen (vgl. sterrenbeelden) sociaal (geen intrapsychisch) proces Weick (3) Sociale Werkelijkheidsconstructie decomplexeren including excluding institutionaliseren en stabiliseren identiteitverschaffing socialiseren 2

3 Betekenissenbridge: acts en supplementen Pietzit tewerken Kees komt binnen: Ha die Piet! Reacties Piet: - doorwerken -over 10 o.k.? - hé Kees hoe was je vakantie? Thema -> structureert gedrag Totdaternieuwthemaemerget: Zeg Kees (kijkend op horloge) ik heb zo die vergadering en act supplement thema: tussen de neuzen i.p.v. tussen de oren context-begonden historisch-gebonden 3

4 individuele groepsbeelden gedragingen als zelfexpressie en gedragsboden, gebaseerd op individuele groepsbeelden Play sommige individuele groepsbeelden en gedragingen blijken compatibel te zijn met die van andere groepsleden acts Betekenissen 1) brigde supplementen 2) oude gedragingen nieuwe gedragingen als reactie op omgevingsfluctuaties en gericht op realisatie van het collectieve betekenisveld Game collectief betekenisveld (thema s) 3) Teamleren collective mind 4

5 6 cognitief 5 inhoud 4 eigen belangen 10 struktuur en procedure 7 denken 3 realiteit 2 individuele 1 omgeving 1 individu 2 collectieve 3 fantasie 10 proces 7 doen 4 belangen van anderen 5 proces 6 affectief Groepswebben Dimensies en polariteiten figure-ground t.a.v. bepaalde dimensies posities innemen op polariteiten decomplexatie van de werkelijkheid groeps-specifieke group-web nooit los van context / groepsgeschiedenis cognities affectenen affectregulatie groupsdynamiek interactiepatroon / relatienetwerk machtsverdeling externestrategie van team 5

6 Chaos en complexiteitsperspectief microdiversiteit A social fabric (K- en R-factor) B groepsweb C groepsweb D Play / emergentie Game Teamleerprocessen zien als complexe zelforganiserende processen 6

7 Zuyderhout dissipatief systeem Zelforganisatieprocessen nieuw complexer systeem stabiel systeem aard van groei en verandering evenwicht regimebewakers vlakbij evenwicht ver van evenwicht ( edge of chaos ) kiem uiteenvallen focal event machtsstructuur emergence redundantie nieuwe regimebewakers proces van zelforganisatie normale fluctuaties voorkeurfluctuaties vernieuwingszoekers shadow system gene pool random chaos systeem desintegratie verlies systeemidentiteit tijd 7

8 Faciliteren van teamleren Voorlopig weer genoeg geleerd! Don t rock the boat!! Continu lerend en plannend en de werkelijkheid meeconstruerend / meebewegen ( ice dancing ) met die wekelijkheid 8

9 Faciliteren van teamleren Tamme versus venijnige problemen Mono- versus multitransitioneel leren 9

10 Faciliteren: kernopgaven 1. Destabiliseren van groepsweb 2. Scheppen van potentiële ruimte 3. Converstationeel web met grote interactieve complexiteit 1. Compliceren 2. Vergroten connectiviteit 3. Knokken voor alertheid 4. Beïnvloeden leer- en interactieklimaat 10

11 Mono- en multitransitioneel faciliteren veel ruimte veel weinig structuur veel ruimte weinig structuur veel weinig weinig 11