SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

Transcriptie

1 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte Handleiding Garantieregeling tegen het risico van misboring van het Ministerie van Economische Zaken en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

2 2 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

3 Inleiding In oktober 2010 wordt de regeling voor de tweede keer opengesteld. De voorwaarden van de regeling zijn soepeler dan bij de eerste openstelling: 1. De maximum ondersteuning is opgehoogd van euro tot euro. 2. De aanvrager mag het project stoppen als de eerste boring minder dan 75% van het verwachte (P90) vermogen oplevert. Bij de vorige openstelling was dit 50%. De oude handleiding is nog bruikbaar. De uitleg in deze handleiding gaat over de tweede en volgende openstellingen. 3 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

4 4 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

5 Inhoudsopgave Inleiding 3 1 Hoe werkt SEI Risico s dekken voor Aardwarmte? Achtergrond Garantieregeling Indieningstermijn en maximum uitkering Voorwaarden voor deelname aan SEI Risico s dekken voor Aardwarmte Vereisten en premiebetaling Beperkingen Planningseisen Welk vermogen kunt u voor ondersteuning aanmelden? Normale gevallen Uitzonderlijk rendabele locaties Welke kosten komen voor ondersteuning in aanmerking? Hoeveel ondersteuning ontvangt u? Twee succesvolle boringen Eerste boring < 1/3 verwacht vermogen of minder dan 0,75 MW Eerste boring > 1/3 en < 3/4 verwacht vermogen Eerste boring > 3/4 verwacht vermogen Tweede boring < 0,75 MW Tweede boring > 0,75 MW en < verwacht vermogen Aanpassing: projecten van meer dan 8,5 miljoen en meer dan 7 1/12 MW vermogen Aanpassing: gerealiseerde kosten lager dan geraamd Hoe kunt u een aanvraag indienen? De procedure in zes stappen De onderdelen van de aanvraag Als uw aanvraag wordt goedgekeurd Binnen vier weken na boring: rapportage over puttest Binnen vier weken na afronding: openbaarmaking Binnen dertien weken na afronding: aanvraag tot vaststelling 15 Kaders Wat verstaan we onder aardwarmte? 7 Gevolgen te hoge kostenraming 8 Gevolgen onjuist geïnterpreteerde puttest 11 Bijlage 16 Begrippenlijst 16 5 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

6 Hoofdstuk 1 Hoe werkt SEI Risico s dekken voor Aardwarmte? Bij een aardwarmteproject loopt u een kleine kans op misboring. Maar aangezien een boring zeer kostbaar is, kan een misboring grote financiële gevolgen hebben. Door gebruik te maken van de regeling SEI Risico s dekken voor Aardwarmte, kortweg SEI Aardwarmte, kunt u dat risico voor een groot deel afdekken. 1.1 Achtergrond Om het gebruik van duurzame aardwarmte te stimuleren, is deze regeling in het leven geroepen door het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het risico van misboring vormde een barrière voorinvesteringen in duurzame aardwarmte. SEI Aardwarmte neemt deze barrière weg. De regeling wordt gefinancierd uit het budget van de Innovatieagenda Energie, die het kabinet voor de periode heeft opgesteld. In opdracht van het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voert Agentschap NL de regeling uit. 1.2 Garantieregeling In de wet wordt SEI Aardwarmte een subsidieregeling genoemd, maar de regeling werkt in feite als een verzekering of een garantieregeling. U betaalt vooraf een premie en in ruil daarvoor keert de regeling uit als een boring een teleurstellend resultaat heeft. Voor een aardwarmteproject zijn twee boringen nodig: een boring voor de productieput en een boring voor de injectieput. Met SEI Aardwarmte kunt u het risico afdekken dat er op de beoogde locaties een minder grote volumestroom of een minder gunstige temperatuur kan worden onttrokken dan voorzien. De regeling dekt alleen het geologisch risico. Het spreekt voor zich dat uw doellocatie en beoogd stratigrafisch niveau moeten overeenstemmen met de locatie die u in uw subsidieaanvraag opgeeft. 1.3 Indieningstermijn en maximum uitkering Voor deze regeling is een budget van 43,35 miljoen beschikbaar. Per project is de maximum ondersteuning De projecten worden op volgorde van ontvangst van complete aanvragen beoordeeld, dus wie het eerst (compleet) komt, die het eerst maalt. U kunt ondersteuning aanvragen tot de sluitingsdatum, die op www. agentschapnl.nl/aardwarmte te vinden is. Op de website vindt u eveneens informatie over uitputting van het budget. 1.4 Voorwaarden voor deelname aan SEI Risico s dekken voor Aardwarmte De garantieregeling is bedoeld voor aardwarmteprojecten en niet voor projecten met warmte/ koudeopslag (zie kader pagina 9). 6 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

7 1.4.1 Vereisten en premiebetaling Als u met uw aardwarmteproject van de regeling gebruik wilt maken, heeft u nodig: een locatiespecifiek geologisch onderzoek dat moet zijn opgesteld door een ISO 9001 gecertificeerde onderneming (dit onderzoek maakt duidelijk welk vermogen u aan de bodem denkt te kunnen onttrekken); een opsporings- of winningsvergunning; een uitgewerkt financieringsplan (een voorwaardelijke financiering waarbij het verkrijgen van ondersteuning uit deze regeling als voorwaarde wordt gesteld, is uiteraard acceptabel). Als uw aanvraag wordt goedgekeurd betaalt u een premie van 7% van het maximale subsidiebedrag (zie paragraaf 1.6), met een maximum van Beperkingen Het staat u vrij andere ondersteuning te zoeken voor het risico van misboring bij uw aardwarmteproject, maar er is een grens. De wetgever vindt het redelijk dat de initiatiefnemer zelf ten minste 5% van het risico draagt. Kosten die al op een andere manier door de overheid worden gesubsidieerd komen niet voor de garantieregeling SEI Aardwarmte in aanmerking. Op de site aardwarmte zullen een aantal voorbeeldberekeningen worden gepresenteerd van samenloop met andere subsidieregelingen. Aanvragers moeten in Nederland gevestigd zijn. Wat verstaan we onder aardwarmte? Met toepassing van aardwarmte wordt géén warmte/koudeopslag bedoeld. Voor warmte/ koude-opslag wordt geboord tot zo n 50 tot 150 meter diepte. Aardwarmte is warmte uit diepe aardlagen, dieper dan 500 meter. Op een diepte van 2000 meter is in de Nederlandse ondergrond water beschikbaar van ongeveer 70 C. Dit kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor de verwarming van kassen of huizen. Op nog grotere diepte zijn de temperaturen hoger. Dat maakt industriële toepassingen en elektriciteitsopwekking via stoom mogelijk Planningseisen Uiteraard willen wij bereiken dat er op korte termijn aardwarmteprojecten worden uitgevoerd. Daarom stellen we eisen aan de planning: U moet binnen zes maanden na onze goedkeuring van uw aanvraag starten met het boorproject. U kunt ons besluit binnen acht weken na uw indiendatum verwachten. Na de aanvang van de aardwarmteboring heeft u een jaar voor de voltooiing. Het aardwarmteproject moet binnen twee jaar leiden tot toepassing van aardwarmte in Nederland. Er zijn ook verplichtingen ten aanzien van rapportage en openbaarmaking. Die gelden altijd, óók als beide boringen succesvol zijn. Hierover leest u meer in hoofdstuk Welk vermogen kunt u voor ondersteuning aanmelden? Normale gevallen U krijgt financiële ondersteuning vanuit SEI Aardwarmte als het vermogen dat u aan de bodem onttrekt kleiner is dan het vermogen dat u bij Agentschap NL heeft aangemeld bij uw aanvraag. Dat aangemelde vermogen noemen we het verwacht vermogen. Het verwacht vermogen mag maximaal het P90- vermogen zijn: het vermogen dat u met 90% zekerheid aan de ondergrond kunt onttrekken. Het P90-vermogen is af te lezen uit een overschrijdingskansgrafiek. Deze grafiek moet u bij uw aanvraag indienen. Hoe de grafiek eruitziet volgt uit het locatiespecifiek geologisch onderzoek, de uitkoeling die u bovengronds realiseert en de opgelegde pompdruk. Wij gaan uit van een uitkoeling tot 35ºC of minder. Verder moet het vermogen groter zijn dan 2 MW. 7 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

8 Overschrijdingskans 100% 90% Risico afgedekt voor Pgerealiseerd < Pverwacht Voorwaarde Pverwacht P90 50% 0% 0 P90 P50 Vermogen uit ondergrond (MW) Pverwacht Figuur 1 Voorbeeld van een overschrijdingskansgrafiek met P90-vermogen en een verwacht vermogen dat daaronder ligt Uitzonderlijk rendabele locaties Op uitzonderlijk rendabele locaties kunt u niet voor het volledige P90-vermogen aanspraak maken op ondersteuning. Als de subsidiabele kosten (zie paragraaf 1.6) lager zijn dan per MW verwacht vermogen, wordt het verwacht vermogen naar beneden bijgesteld totdat deze grens wordt bereikt. Als u bijvoorbeeld een verwacht P90 vermogen van 6 MW hebt, en uw geraamde projectkosten zijn , dan valt u in deze categorie. U kunt in dat geval maar tot een vermogen van 5 MW aanspraak maken op de regeling. Hiermee proberen we te vermijden dat de ondersteuning ten goede komt aan projecten die ondanks tegenvallende boorresultaten nog steeds een aantrekkelijke rentabiliteit hebben. 1.6 Welke kosten komen voor ondersteuning in aanmerking? De ondergrondse investeringskosten, bestaande uit de kosten van: boormanagement en -toezicht, locatie boorgereed maken, op- en afbouwen boorinstallatie, boring productie- en injectieput, afvoeren cuttings en spoeling, puttest en rapportage, onvoorzien. Verder wordt een vast bedrag van voor het plaatsen van een pompinstallatie of het dichten van de put of putten aan de bovenstaande kosten toegevoegd. Bij tegenvallende resultaten ontvangt u ondersteuning over de werkelijk gemaakte kosten plus de bovengenoemde Als deze gerealiseerde kosten hoger zijn dan de geraamde kosten, wordt de ondersteuning over de geraamde kosten berekend. Als het verwacht vermogen lager is dan 7 1/12 MW worden de subsidiabele kosten gemaximeerd op Let op: gevolgen te hoge kostenraming Als uw kostenraming te hoog is, wordt hiervoor gecorrigeerd in de uitkering (zie paragraaf 1.7.8). Er is nog een andere reden om de kostenraming zo scherp mogelijk te maken: u betaalt een premie van 7% over het subsidiebedrag. Hoe hoger uw raming, hoe hoger uw premie. 8 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

9 MW gerealiseerd 1 < MW verwacht 3 of MW gerealiseerd < 0,75 MW stoppen alléén financiële ondersteuning voor 1 e boring financiële ondersteuning = 0,85 (gemaakte kosten - restwaarde) premierestitutie over resterend bedrag 1 e boring 1 MW gerealiseerd 3 < < 3 MW verwacht 4 MW gerealiseerd 3 > MW verwacht 4 doorgaan 2 e boring doorgaan stoppen géén financiële ondersteuning géén premierestitutie 2 e boring MW gerealiseerd < 0,75 MW financiële ondersteuning = 0,85 (gemaakte kosten - restwaarde) voor projecten > geldt een aanpassing MW gerealiseerd financiële ondersteuning = (1 - MW verwacht ) x maximale subsidiebedrag projecten : maximale subsidiebedrag = 0,85 x geraamde kosten 0,75 MW < MW gerealiseerd < MW verwacht projecten > en 7 1/12 MW : maximaal subsidiebedrag = als gemaakte kosten lager zijn dan voorzien geldt een aanpassing project geslaagd MW gerealiseerd > MW verwacht geen financiële ondersteuning Figuur 2 Overzicht financiële ondersteuning in verschillende projectsituaties. 1.7 Hoeveel ondersteuning ontvangt u? De regeling dekt in principe 85% van het risico op een volledig mislukte boring. De maximum ondersteuning is Maar we spreken altijd over een doublet. In figuur 2 is samengevat welke situaties zich kunnen voordoen en hoeveel ondersteuning u in die situaties ontvangt. Een toelichting vindt u in de paragrafen die volgen Twee succesvolle boringen Als beide boringen succesvol verlopen ontvangt u geen ondersteuning uit deze regeling. Uw bron van duurzame warmte is dan klaar voor exploitatie. De meeste projecten zullen in deze categorie vallen, want de regeling hanteert een voorzichtige schatting (P90) als maximum voor het verwachte vermogen. U bent dan nog wel verplicht tot rapportage (zie hoofdstuk 3) Eerste boring <1/3 verwacht vermogen of minder dan 0,75 MW Als de eerste boring minder dan een derde van het verwachte vermogen of minder dan 0,75 MW oplevert, vinden wij het redelijk dat u het project stopt. U ontvangt dan alléén 85% ondersteuning over de gerealiseerde en goedgekeurde kosten van de eerste boring. De ondersteuning is gemaximeerd op 70% van de maximumuitkering die voor uw project van toepassing is. Verder ontvangt u premierestitutie over het resterende bedrag, dat wil zeggen de kosten voor de tweede boring. Dit geldt onverkort als u uw project niet stopzet maar doorgaat met de tweede boring! De ondersteuning wordt aangepast als uw boring een restwaarde heeft, bijvoorbeeld als diepe warmtewisselaar, bron voor warmte/koude-opslag of voor gasof olieproductie. De restwaarde is de economische waarde bij de meest rendabele alternatieve toepassing gedurende twaalf jaar. Als de putten worden afgedicht is de restwaarde nul. U moet zelf bepalen wat de restwaarde is. Ondersteuning = 0,85 * (gerealiseerde kosten - restwaarde) Eerste boring > 1/3 en < 3/4 verwacht vermogen Als de eerste boring minder dan 75% maar meer dan een derde van het verwachte vermogen oplevert, is het aan u om te beslissen of u het project stopt of afmaakt. 9 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

10 Als u besluit te stoppen, ontvangt u 85% ondersteuning over de gerealiseerde kosten van de eerste boring. Ook in dit geval wordt de ondersteuning aangepast als er sprake is van restwaarde en is de ondersteuning gemaximeerd op 70% van de maximumondersteuning voor uw project (zie paragraaf 1.7.2) Eerste boring > 3/4 verwacht vermogen Als de eerste boring meer dan 75% van het verwacht vermogen oplevert, gaan we ervan uit dat u het geothermisch doublet voltooit. Doet u dat niet, dan vervalt uw recht op ondersteuning. Er is in zo n geval ook geen premierestitutie Tweede boring < 0,75 MW Als de tweede boring minder dan 0,75 MW oplevert, ontvangt u 85% ondersteuning over de gerealiseerde kosten, met als maximum de geraamde kosten. Ook in dit geval wordt de ondersteuning aangepast als er sprake is van restwaarde (zie paragraaf 1.7.2). In figuur 3a is dit geval geschetst Tweede boring > 0,75 MW en < verwacht vermogen U ontvangt ook ondersteuning als de tweede boring meer dan 0,75 MW oplevert, en het doublet minder oplevert dan het verwachte vermogen. Het ondersteuningsbedrag wordt hoger naarmate de boring minder vermogen heeft opgeleverd. Ook dit ziet u in figuur 3a. MW gerealiseerd Ondersteuning = ( 1 - ) x maximaal subsidiebedrag MW verwacht Voor projecten onder is het maximaal subsidiebedrag 85% van de geraamde kosten. Voor grotere projecten is het Aanpassing: projecten van meer dan 8,5 miljoen en meer dan 7 1/12 MW vermogen Voor grote projecten geldt wat in de voorgaande paragrafen is uitgelegd, maar met een aanpassing. Bij de gevallen in paragraaf 1.7.2, of geldt dat de steunratio S, de verhouding tussen maximum ondersteuning en projectkosten, dan aangepast wordt zodanig dat de maximum ondersteuning is: Waarin de steunratio S: Ondersteuning = S * (gerealiseerde kosten restwaarde) S = steunratio groot project = geraamde kosten uitkering (% van kosten) uitkering 100% % gerealiseerd = 0,75 MW gerealiseerd = 0,75 MW 0% 0 gerealiseerd vermogen verwacht vermogen 0 gerealiseerd vermogen verwacht vermogen Figuur 3a Uitkering als het doublet minder dan het verwachte vermogen oplevert (bij projecten van 8,5 miljoen of minder). Figuur 3b Uitkering als het doublet minder dan het verwachte vermogen oplevert (bij projecten van meer dan 8,5 miljoen en meer dan 7 1/12 MW vermogen) 10 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

11 ondersteuning max. ondersteuning 1 0,5 Bij een tegenvallende productie van een doublet geldt dat het ondersteuningsbedrag hoger wordt naarmate de boring minder vermogen heeft opgeleverd. In figuur 3b ziet u dezelfde situaties als in figuur 3a, maar nu voor projecten van meer dan 8,5 miljoen en meer dan 7 1/12 MW verwacht vermogen Aanpassing: gerealiseerde kosten lager dan geraamd Als de gerealiseerde kosten voor twee boringen lager zijn dan de geraamde kosten wordt de uitkering navenant naar beneden bijgesteld. Dit wordt geïllustreerd in figuur 4. gerealiseerd geraamd = 1 gerealiseerd geraamd = 0,9 gerealiseerd geraamd = 0,8 Dit kan als volgt in een formule worden uitgedrukt: Ondersteuning gerealiseerd MW gerealiseerd = - Max. ondersteuning geraamd MW verwacht De maximum ondersteuning is 85% van de kosten voor projecten van 8,5 miljoen of minder. Voor projecten van meer dan 8,5 miljoen is de maximum ondersteuning Voorbeeld 1 U realiseert 90% van het verwachte vermogen voor 90% van de geraamde kosten. Uw uitkering is 0. Wij gaan ervan uit dat uw investering net zo rendabel is als in het 100%-100% geval. Voorbeeld 2 Uw kosten waren 93% van de raming, maar uw vermogen is slechts 70% van het verwachte vermogen. U ontvangt dan 93% minus 70% is 23% van de maximum ondersteuning. De maximum ondersteuning is 85%. U ontvangt dus 23% van 85%, wat neerkomt op 19,55% van de gerealiseerde kosten. 0,5 0,8 0,9 1 MW gerealiseerd MW verwacht Figuur 4 Ondersteuning als gerealiseerde kosten lager zijn dan geraamd. Let op: gevolgen onjuist geïnterpreteerde puttest Het gerealiseerd vermogen wordt vastgesteld op basis van een puttest, die u als onderdeel van uw aardwarmteproject moet laten uitvoeren. De resultaten moet u aan Agentschap NL sturen. Als Agentschap NL van mening is dat de puttest onjuist geïnterpreteerd is en dat het gerealiseerde vermogen anders is dan u heeft aangegeven, dan heeft dit mogelijk gevolgen voor uw uitkering. U moet er daarom voor zorgen dat de puttest strikt voldoet aan de gestelde voorwaarden. Neem bij twijfel contact op. 11 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

12 Hoofdstuk 2 Hoe kunt u een aanvraag indienen? 2.1 De procedure in zes stappen Stap 1 Agentschap NL benaderen Heeft u een projectidee? Het kan verstandig zijn om uw projectidee voor te leggen aan Agentschap NL voordat u uw aanvraagformulier invult. U krijgt na onze analyse duidelijke aanbevelingen en u kunt snel beoordelen of het zinvol is een subsidieaanvraag in te dienen. Let wel op, want de subsidieaanvragen worden op volgorde van binnenkomst van complete aanvragen beoordeeld. Er is een risico dat het budget opraakt in de tijd dat u uw projectidee voorlegt. Vraag daarnaar als u contact heeft met Agentschap NL. Stap 2 Aanvraag indienen Een aanvraag bestaat uit een aanvraagformulier en de benodigde bijlagen, waaronder een projectplan, een geologisch onderzoek en een begroting. U kunt uw aanvraag per post naar Agentschap NL sturen of persoonlijk afgeven aan de balie van een van de locaties van Agentschap NL. De sluitingsdatum vindt u terug op de website aardwarmte. De aanvragen moeten uiterlijk vóór uur op de sluitingsdatum van de betreffende indieningsperiode bij Agentschap NL binnen zijn. Dit geldt ook voor aanvragen die u per post verstuurt. Wij adviseren u dringend om uw aanvraag ruim van tevoren in te dienen, want te laat binnengekomen aanvragen worden nooit in behandeling genomen. Wij verzoeken u uw aanvraag in tweevoud en losbladig in te dienen. Het Geologisch onderzoek ontvangen wij ook graag op CD Rom of USB stick. Stap 3 Is uw aanvraag volledig? Als uw aanvraag bij Agentschap NL binnen is, controleren wij of deze aan alle formele voorwaarden voldoet: is de aanvraag volledig ingevuld, ondertekend en voorzien van alle benodigde bijlagen? Als dit niet het geval is, krijgt u eenmalig de mogelijkheid uw aanvraag binnen enkele dagen aan te vullen. Mocht uw aanvraag niet binnen de gestelde termijn volledig zijn, dan kunnen wij deze niet verder in behandeling nemen. Als datum van ontvangst hanteren wij de datum van ontvangst van de complete aanvraag. Het indienen van een incomplete aanvraag om eerder binnen te zijn heeft dus geen zin. Stap 4 Toetsing aan de vereisten Vervolgens toetsen wij of uw aanvraag voldoet aan de vereisten van de regeling. Is dit het geval, dan kan uw project formeel voor deelname in aanmerking komen. Is dit niet het geval, dan wordt uw aanvraag afgewezen. 12 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

13 Voor de beoordeling van het geologisch onderzoek wint Agentschap NL advies in van TNO. Uiteraard zal ook TNO uw gegevens vertrouwelijk behandelen. Als TNO van mening is dat het door u verwachte P90-vermogen realistisch is, dan zullen zij Agentschap NL positief adviseren over het honoreren van uw voorstel. Stap 5 Uitsluitsel over toekenning of afwijzing Beoordeling en berichtgeving nemen na ontvangst van de volledige aanvraag maximaal acht weken in beslag. Binnen deze termijn krijgt u uitsluitsel over de toekenning of afwijzing van uw aanvraag. Stap 6 Betaling van de premie Als uw aanvraag is toegekend, moet u een premie betalen, te zien als een verzekeringspremie. Deze premie moet u betaald hebben voordat u begint met boren. Na ontvangst van de premiebetaling door Agentschap NL treedt de garantie pas in werking. U krijgt uiteraard een ontvangstbevestiging. 2.2 De onderdelen van de aanvraag Om projecten inhoudelijk en financieel te kunnen beoordelen, is het van belang dat alle projectplannen en begrotingen op dezelfde manier zijn opgesteld. Daarom is voor diverse onderdelen van de aanvraag een model beschikbaar. Deze modellen kunt u downloaden van internet, via nl/aardwarmte of opvragen bij Agentschap NL. Een aanvraag bestaat uit: Het aanvraagformulier (via Bijlage A: deelnemersformulier Bijlage B: projectplan Bijlage C: begroting Bijlage D: geologisch onderzoek (A t/m D treft u aan op Bijlage E: opsporings- of winningsvergunning Bijlage F: bewijs van inschrijving in het handelsregister van de Kamer van Koophandel (alleen voor bedrijven jonger dan één jaar) Bijlage G: jaarverslag of jaarrekening en een accountantsrapport over het laatst afgesloten boekjaar (per deelnemer) Het aanvraagformulier Het aanvraagformulier is het eerste officiële stuk van de aanvraag. Op dit formulier staan de gegevens van de aanvrager (penvoerder) en de namen van projectpartners. Op het aanvraagformulier staat een toelichting bij de vragen. Agentschap NL stuurt alle correspondentie naar de penvoerder. De penvoerder moet het aanvraagformulier rechtsgeldig ondertekenen. Bijlage A: Deelnemersformulier Voor uw samenwerkingsverband vult u op dit formulier de gegevens in van de deelnemers. Deze bijlage wordt door de deelnemers rechtsgeldig ondertekend. Het deelnemersformulier is tevens machtigingsformulier. De deelnemers machtigen de penvoerder om hen te vertegenwoordigen bij dit project in relatie tot SEI Risico s dekken voor Aardwarmte. Bijlage B: Projectplan Uw aanvraag wordt inhoudelijk beoordeeld op grond van het projectplan en het geologisch onderzoek. Enerzijds betreft het project de boring, anderzijds is de doelstelling van de regeling uiteindelijk om aardwarmte toe te passen. Aan de hand van het voorgeschreven model geeft u een beeld van het bovengrondse deel van het project, inclusief de verwachte uitkoeling en de verwachte pompdruk. Bijlage C: Begroting In het voorgeschreven begrotingsmodel geeft u de kosten van uw project aan. U dient van alle partners een begroting op te sturen. Bijlage D: Geologisch onderzoek (graag ook op CD ROM of USB-stick) Uw subsidieaanvraag wordt inhoudelijk onder meer beoordeeld op het geologisch onderzoek. Dit is in essentie het locatiespecifiek geowetenschappelijk onderzoeksrapport, aangevuld met een managementsamenvatting met de overschrijdingskansgrafiek. Het geologisch onderzoek geeft een beeld van het ondergrondse deel van het project. In bijlage D moeten voor ons een aantal onderdelen duidelijk herkenbaar zijn. De door u gehanteerde rekenmethode dient te voldoen aan de specificaties die worden gesteld in het model geologisch onderzoek. U kunt dit ook bereiken door gebruik te maken van een door TNO ter beschikking gesteld softwarepakket, te vinden op nl/home/geothermy.html. Bijlage E: Opsporings- of winningsvergunning. Het is verplicht deze vergunning bij te voegen. 13 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

14 Bijlage F: Bewijs van inschrijving in het handelsregister van de Kamer van Koophandel Dit geldt alleen voor bedrijven jonger dan één jaar die nog geen jaarverslag hebben. Bijlage G: Jaarverslag Het is voor de regeling SEI Aardwarmte van belang dat u financieel in staat bent om het project uit te voeren. Daarom moet u van alle partners het meest recente jaarverslag bijvoegen. Als dit via internet verkrijgbaar is, of als u dit al eerder aan Agentschap NL heeft verstrekt, kunt u hiernaar verwijzen. Starters kunnen volstaan met een openingsbalans en een businessplan. Indien de jaarrekening onvoldoende bewijs is voor het financieren van het eigen aandeel, moet een ander bewijsstuk worden toegevoegd. 14 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

15 Hoofdstuk 3 Als uw aanvraag wordt goedgekeurd Als uw aardwarmteproject goedgekeurd wordt voor deelname aan SEI Risico s dekken voor Aardwarmte, en u heeft uw premie betaald, kunt u aan de slag in de wetenschap dat er een financieel vangnet is als uw boring minder oplevert dan in redelijkheid te verwachten was. Uiteraard moet u boren naar de doellocatie die in het geologisch onderzoek is onderzocht. Let wel op de planningseisen uit en de onderstaande rapportageverplichtingen. 3.1 Binnen vier weken na boring: rapportage over puttest Als uw eerste boring is afgerond, moet u een puttest laten uitvoeren door een ISO 9001 gecertificeerde instelling. De puttest moet strikt aan de gestelde voorwaarden voldoen. Neem bij twijfel contact met ons op. Hoe de puttest ook uitvalt, de resultaten moeten vier weken na het afronden van de boring bij Agentschap NL worden ingediend. U zult een ontvangstbevestiging ontvangen, maar de puttesten worden pas getoetst als u uw project gaat afronden, bij de vaststellingsaanvraag. Als de boring redelijk succesvol is, zult u verder gaan met de tweede boring. Ook voor deze boring moet een puttest worden uitgevoerd waarvan u de resultaten bij Agentschap NL moet indienen. 3.2 Binnen vier weken na afronding: openbaarmaking De resultaten van het geologisch onderzoek en de resultaten van de boringen moet u binnen vier weken na voltooiing van het aardwarmteproject openbaar maken. Agentschap NL zal hiervoor via TNO faciliteiten bieden, maar u kunt er ook voor kiezen om dit zelf te organiseren. 3.3 Binnen dertien weken na afronding: aanvraag tot vaststelling Als het project is afgerond, hetzij na de eerste boring bij een sterk tegenvallend resultaat of na de tweede boring, moet u binnen dertien weken een aanvraag tot vaststelling bij Agentschap NL indienen. Deze verplichting heeft u ook als de boringen geslaagd zijn en u dus geen ondersteuning zult ontvangen. De aanvraag tot vaststelling bestaat uit de volgende onderdelen: vaststellingsformulier, puttestformulier (in tweevoud), accountantsverklaring (niet vereist als uw boringen geslaagd zijn en u geen ondersteuning zult ontvangen), onderbouwing van de opgegeven restwaarde van de put (alleen als dit van toepassing is). De formulieren en een toelichting vindt u op 15 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

16 Bijlage Begrippenlijst Aardwarmte Volgens de Mijnbouwwet: in de ondergrond aanwezige warmte die aldaar langs natuurlijke weg is ontstaan. Aardwarmteproject Het mogelijk maken van winning en toepassing van aardwarmte van ten minste 500 meter diepte door het boren van een productieput en een injectieput en het plaatsen van een pompinstallatie. Deelnemer Een natuurlijke persoon of rechtspersoon die deelneemt in een samenwerkingsverband dat gezamenlijk een project realiseert. Samenwerkingsverband Een verband bestaande uit ten minste twee niet in een groep verbonden natuurlijke personen of rechtspersonen, dat geen rechtspersoonlijkheid bezit. SEI Risico s dekken voor Aardwarmte wordt uitgevoerd door Agentschap NL in opdracht van het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Penvoerder Een van de deelnemers in een project dat uitgevoerd wordt door een samenwerkingsverband. De penvoerder dient mede namens de andere deelnemers de aanvraag in en verzorgt de correspondentie en de rapportage. De penvoerder zorgt ook voor de verdeling van de financiële steun over de deelnemers. 16 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte

17 SEI Risico s dekken voor Aardwarmte Garantieregeling tegen het risico van misboring Bij een aardwarmteproject loopt u een kleine kans op misboring. Maar aangezien een boring zeer kostbaar is, kan een misboring grote financiële gevolgen hebben. Door gebruik te maken van de regeling SEI Risico s dekken voor Aardwarmte, kortweg SEI Aardwarmte, kunt u dat risico voor een groot deel afdekken. Om het gebruik van duurzame aardwarmte te stimuleren, is deze regeling in het leven geroepen door het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het risico van misboring vormde een barrière voor investeringen in duurzame aardwarmte. SEI Aardwarmte neemt deze barrière weg. De regeling wordt gefinancierd uit het budget van de Innovatieagenda Energie, die het kabinet voor de periode heeft opgesteld. In opdracht van het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voert Agentschap NL de regeling uit. Deze regeling wordt uitgevoerd door Agentschap NL in opdracht van het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Dit is een publicatie van: Agentschap NL NL Energie & Klimaat Croeselaan 15 Postbus RE Utrecht T +31 (088) Agentschap NL NL Energie & Klimaat Swentiboldstraat 21 Postbus AA Sittard T +31 (088) Rijksoverheid September 2010 Publicatie-nr. 2EOSI1003 Agentschap NL is een agentschap van het ministerie van Economische Zaken. Agentschap NL voert beleid uit voor diverse ministeries als het gaat om duurzaamheid, innovatie en internationaal. Agentschap NL is hèt aanspreekpunt voor bedrijven, kennisinstellingen en overheden. Voor informatie en advies, financiering, netwerken en wet- en regelgeving. De divisie NL Energie en Klimaat versterkt de samenleving door te werken aan de energie- en klimaatoplossingen van de toekomst. Hoewel deze publicatie met de grootst mogelijke zorg is samengesteld kan Agentschap NL geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele fouten.