NAM. Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (Electrical Safety Rules) DEP UIE-NL. December 2011

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "NAM. Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (Electrical Safety Rules) DEP 33.64.10.15 UIE-NL. December 2011"

Transcriptie

1 NAM Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (Electrical Safety Rules) DEP UIE-NL DESIGN AND ENGINEERING PRACTICE 2011 Shell Group of companies All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, published or transmitted, in any form or by any means, without the prior written permission of the copyright owner or Shell Global Solutions International BV.

2 Page 2 USER GUIDELINE PREFACE UIE DEPs are based on the experience acquired during their involvement with the design, construction, operation and maintenance of processing units and facilities, and they are supplemented with the experience of Group Operating companies. Where appropriate they are based on, or reference is made to, international, regional, national and industry standards. The objective is to set the recommended standard for good design and engineering practice applied by Group companies operating an oil refinery, gas handling installation, chemical plant, oil and gas production facility, or any other such facility, and thereby to achieve maximum technical and economic benefit from standardization. The information set forth in these publications is provided to users for their consideration and decision to implement. This is of particular importance where UIE DEPs may not cover every requirement or diversity of condition at each locality. The system of UIE DEPs is expected to be sufficiently flexible to allow individual operating companies to adapt the information set forth in UIE DEPs to their own environment and requirements. When Contractors or Manufacturers/Suppliers use UIE DEPs they shall be solely responsible for the quality of work and the attainment of the required design and engineering standards. In particular, for those requirements not specifically covered, the Principal will expect them to follow those design and engineering practices which will achieve the same level of integrity as reflected in the UIE DEPs. If in doubt, the Contractor or Manufacturer/Supplier shall, without detracting from his own responsibility, consult the Principal or its technical advisor. The right to use UIE DEPs is granted by Operating Companies within EP Europe, under Service Agreements with SIEP. Consequently, three categories of users of UIE DEPs can be distinguished: 1) Operating companies having a Service Agreement with SIEP. The use of UIE DEPs by these operating companies is subject in all respects to the terms and conditions of the relevant Service Agreement. 2) Other parties who are authorized to use UIE DEPs subject to appropriate contractual arrangements (whether as part of a Service Agreement or otherwise). 3) Contractors/subcontractors and Manufacturers/Suppliers under a contract with users referred to under 1) or 2) which requires that tenders for projects, materials supplied or - generally - work performed on behalf of the said users comply with the relevant standards. Subject to any particular terms and conditions as may be set forth in specific agreements with users, EP Europe disclaim any liability of whatsoever nature for any damage (including injury or death) suffered by any company or person whomsoever as a result of or in connection with the use, application or implementation of any UIE doc, combination of UIE DEPs or any part thereof, even if it is wholly or partly caused by negligence on the part of EP Europe. The benefit of this disclaimer shall inure in all respects to EP Europe and/or any company affiliated to these companies that may issue UIE DEPs or require the use of UIE DEPs. Without prejudice to any specific terms in respect of confidentiality under relevant contractual arrangements, UIE DEPs shall not, without the prior written consent of EP Europe, be disclosed by users to any company or person whomsoever and the UIE DEPs shall be used exclusively for the purpose for which they have been provided to the user. They shall be returned after use, including any copies which shall only be made by users with the express prior written consent of EP Europe. The copyright of UIE DEPs vests in EP Europe. Users shall arrange for UIE DEPs to be held in safe custody and EP Europe may at any time require information satisfactory to them in order to ascertain how users implement this requirement. All administrative queries should be directed to the UIE DEP Administrator in Shell Upstream International Europe. ( address: willy.holt@shell.com).

3 Page 3 AANVULLENDE INFORMATIE Original Issue Title Discipline Date Elektrotechnische Bedrijfs Voorschriften (EBV) Electrical Safety Rules Electrical Revisions Title Discipline Date For the actual name of who is the actual owner and custodian at a certain period and who fulfills certain roles for standards management reference is made to the management systems in the region. REDACTIONELE OPZET: In DEP EPE-NL Revision Dec 2005 waren de artikelen van de normen NEN-EN 50110, NEN 3140 (Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Laagspanning) en NEN 3840 (Bedrijfsvoering van elektrische installaties Hoogspanning) overgenomen en aangevuld met specifieke voorschriften van NAM. De redactionele opzet van deze EBV (DEP EPE-NL Revision Q ) is anders en hierin wordt niet meer verwezen naar dezelfde artikelen als aangegeven in de normen NEN 3140 en NEN 3840, maar zijn alleen de specifieke voorschriften als van toepassing voor NAM aangegeven onder de beschrijving: Aanvullende voorschriften voor NAM: Om de leesbaarheid te bevorderen is de inhoudsopgave en de volgorde van de hoofdstukken in deze EBV gelijk gehouden aan die van de normen NEN 3140 en NEN De bewuste artikelen moeten dus in samenhang met de laatste uitgave van normen NEN 3140 en NEN 3840 worden gelezen, afhankelijk van Laagspannings- en/of Hoogspannings installatie. Zowel NEN 3140 als NEN 3840 bevatten relevante bepalingen van NEN-EN voor respectievelijk Laagspanning en Hoogspanning. Deze relevante bepalingen worden aangeduid met een nummer dat bestaat uit het desbetreffende bepalingnummer van NEN-EN en aangevuld met bijvoorbeeld 101, 102 voor laagspanning en 201, 202 voor hoogspanning. Met de introductie van deze EBV is voldaan aan de richtlijnen vanuit de Centrale SHELL organisatie, als aangegeven in DEP GEN Electrical Safety Rules (ESR 2007) en aan de verzoeken van de gebruikers binnen NAM mbt hun ervaringen in de afgelopen jaren. De bedrijfsvoering van en werkzaamheden met, aan of nabij alle elektrische installaties van NAM dient te voldoen aan:. Elektrotechnische Bedrijfs Voorschriften DEP EPE-NL Revision Q3 2011, NEN 3140: 4 de Druk Maart 2011 Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Laagspanning. NEN 3840: 2 de Druk Juni 2011 Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Hoogspanning.

4 Page 4 INLEIDING. ALGEMEEN De Elektrotechnische Bedrijfs Voorschriften (EBV) gelden voor de bedrijfsvoering van en werkzaamheden met, aan of nabij alle elektrische installaties van NAM en het Nederlandse deel van Onegas, en vervangen DEP EPE-NL Dec Aanpassing van DEP EPE-NL Dec 2005 was noodzakelijk op grond van volgende redenen: De normen NEN 3140 en NEN 3840 zijn volledig herzien van opzet en uitgebreid. De wijzigingen hebben direct gevolgen voor de Elektrotechnische Bedrijfs Voorschriften (EBV) DEP EPE-NL Revision Dec 2005, Aanpassingen CMS, Introductie Arcflash, Tot 2007 was er een beperkte richtlijn vanuit de Centrale SHELL organisatie en hadden enkele Assets en/of OPCO s al of niet hun eigen Electrical Safety Rules ontwikkeld. In 2007 heeft de Centrale SHELL organisatie de Electrical Safety Rules (ESR) geïntroduceerd (DEP GEN Electrical Safety Rules -ESR), als richtlijn voor alle Business Units (BU) en OPCO s als werkzaam binnen de SHELL organisatie. Introductie Design en Engineering Manual (DEM), Verbeteren van de leesbaarheid van Elektrotechnische Bedrijfs Voorschriften (EBV) DEP EPE-NL Revision Dec Naast deze EBV staan andere documenten tot onze beschikking m.b.t. elektrotechnische installaties en werkzaamheden met en aan elektrotechnische installaties. Voor deze documenten wordt verwezen naar het CMS systeem (Common Management System NAM). RELATIE MET INTERNATIONALE NORMEN Er moet onderscheid worden gemaakt tussen Mondiale, Europese en Nationale normalisatie, elk met hun eigen organisatie. De Mondiale normen met betrekking tot de elektrotechniek worden opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de International Electrotechnical Commission (IEC). Omdat er geen internationale publicaties bestaan met betrekking tot werkvoorschriften zijn NEN-EN , NEN 3140 en NEN 3840 niet gebaseerd op dergelijke publicaties. De Europese normen en harmonisatiedocumenten worden opgesteld onder de verantwoordelijkheid van het European Committee for Electrotechnical Standardization (CENELEC). De Nationale normen, ten slotte, worden opgesteld onder de verantwoordelijkheid van het Nederlands Elektrotechnisch Comité (NEC).

5 Page 5 CENELEC De nationale comités van de CENELEC hebben zich verplicht hun normen in overeenstemming met de Europese normen en harmonisatiedocumenten te brengen. NEC Het NEC heeft tot taak het verzorgen van de Nederlandse inbreng in de IEC en de CENELEC en komt deze verplichting na door de publicatie van NEN 3140 en NEN RELATIE MET NEDERLANDSE WETGEVING. Normalisatie Onder normalisatie wordt verstaan het - met zoveel mogelijk belanghebbende groeperingen - opstellen en toepassen van regels (normen) om orde of eenheid te scheppen op gebieden waar verscheidenheid overbodig en ongewenst is. De normen zelf zijn vastgelegde (technische of procedurele) afspraken, waarover de betrokken belanghebbende groeperingen het in principe eens zijn. Verplichtingen Hoewel normalisatie ook het toepassen van normen inhoudt, leidt het feit dat een norm bestaat niet automatisch tot de verplichting van het toepassen van deze norm. In de volgende gevallen geldt de verplichting van het toepassen van een norm: indien door de wetgever in een wet of in een besluit het toepassen van deze norm wordt geëist; indien in een zakelijke overeenkomst het toepassen van deze norm is voorgeschreven. In kaderwetgeving wordt vaak gesteld dat rekening moet worden gehouden met de erkende regels der techniek. Normen worden gezien als erkende regels der techniek. Ook bestaat er wetgeving waarbij moet zijn voldaan aan de in deze wetgeving genoemde essentiële eisen. Deze essentiële eisen zijn heel algemeen geformuleerd. In deze wetgeving wordt verder gesteld dat bij het voldoen aan de desbetreffende normen het vermoeden bestaat dat aan de wetgeving wordt voldaan. Relevante Wetgeving Het Arbeidsomstandighedenbesluit (Arbobesluit) is een geïntegreerd besluit van alle besluiten die momenteel behoren bij de Arbeidsomstandighedenwet. Het Electrotechnisch Veiligheidsbesluit 1938 is bij het van kracht worden van het Arbobesluit ingetrokken. Per 1 jan 2003 is de Mijnwet is vervangen door de Mijnbouwwet. In deze nieuwe Mijnbouwwet worden geen specifieke elektrotechnische normen meer verplicht gesteld maar wordt met betrekking tot de voorschriften voor elektrotechnische installaties en werkzaamheden gerefereerd naar de Arbeidsomstandigheden wetgeving. Formeel zijn dus bepaalde normen niet meer wettelijk verplicht, in praktische zin echter maakt dit weinig uit daar men geacht wordt aan de Arbo wetgeving te hebben voldaan indien installaties worden gebouwd en onderhouden volgens de daarvoor geldende normen.

6 Page 6 1. ONDERWERP & TOEPASSINGSGEBIED NORMATIEVE VERWIJZINGEN TERMEN EN DEFINITIES ALGEMEEN PERSONEEL, ORGANISATIE EN COMMUNICATIE WERKZONE (WERKPLEK, GEVARENZONE EN NABIJHEIDS ZONE) ARBEID BESCHERMINGSVOORZIENINGEN NOMINALE SPANNINGEN EN S-KETENS TOEZICHT NAM ZONERING EXPLOSIEGEVAARLIJKE GEBIEDEN UITGANGSPUNTEN VEILIGE BEDRIJFSVOERING PERSONEEL Algeeen Vereiste Kennis en Ervaring Instructie Interval Aanwijsbeleid NAM Geldigheid Aanwijzing ORGANISATIE Eerste hulp dienstverlening Overdracht werkzaamheden & Verantwoordelijkheden Toegang tot Elektrische Ruimten Sleutels Beveiligen en Beveiligingsrelais Afwijking van normale Bedrijfsvoering COMMUNICATIE WERKPLEK GEREEDSCHAPPEN, HULPMIDDELEN EN BESCHERMINGS MIDDELEN NAM Gereedschappen, Hulpmiddelen en PBM s - LAAGSPANNING INSTALLATIE NAM Gereedschappen, Hulpmiddelen en PBM s - HOOGSPANNING INSTALLATIE TEKENINGEN EN DOCUMENTEN WAARSCHUWINGSBORDEN NAM UITRUSTING ELEKTRISCHE BEDRIJFSRUIMTE NAM ELEKTRISCHE VEILIGHEID BIJ WERKEN OP CONSTRUCTIE LOCATIES NAM HERZIENING ELEKTROTECHNISCHE BEDRIJFS VOORSCHRIFTEN (EBV) STANDAARD BEDRIJFSVOERINGS PROCEDURES ALGEMEEN BEDIENINGS HANDELINGEN Bedieningshandelingen in Laagspannings- en Hoogspanningsinstallaties Schakelbrief Tabel-5.2A- Laagspanningsinstallaties Tabel-5.2B- Hoogspanningsinstallaties FUNCTIONELE INSPECTIE Meting Beproeving Inspectie

7 Page De inspecties van NAM elektrische installaties De inspecties van elektrische arbeidsmiddelen WERKPROCEDURES ALGEMEEN Inductie NEN 3840: Geen aanvullende voorschriften NAM Weersomstandigheden SPANNINGSLOOS WERKEN Scheiden Beveiligen tegen opnieuw inschakelen Controleren of de installatie spanningsloos is Aarden en Kortsluiten Beschermingsvoorzieningen aanbrengen Toestemming om met de werkzaamheden te beginnen Inschakelen na de werkzaamheden ONDER SPANNING WERKEN Werkmethoden voor onder spanning werken Opleiding en Kwalificatie Op peil houden van de vaardigheden van het personeel Werkmethoden Werkomstandheden Gereedschappen, hulpmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen Omgevingsinvloeden Organisatie van de werkzaamheden WERKEN OP VEILIGE AFSTAND Algemeen Bescherming door schermen, afschermingen, afdekkingen of isolerende omhulsels Bescherming door Veilige Afstand en Toezicht Constructie Werkzaamheden en andere Niet-Elektrotechnische Werkzaamheden Werkzaamheden Bij Risicoverhogende Omstandigheden Elektrotechnische werkzaamheden door leerlingen en studenten ONDERHOUDSPROCEDURES ALGEMEEN PERSONEEL REPARATIE WERKZAAMHEDEN VERVANGINGEN TIJDELIJKE ONDERBREKINGEN BEEINDIGING VAN ONDERHOUDS WERKZAAMHEDEN BIJLAGEN (VAN NEN 3140 EN/OF NEN 3840) BIJLAGE-A (NORMATIEF) RICHTLIJNEN VOOR DE WAARDEN VAN DE AFSTANDEN IN LUCHT VOOR WERKMETHODEN (NEN 3140 EN NEN 3840) A1 Onder Spanning werken A2 Werken in nabijheid van actieve delen BIJLAGE B (NORMATIEF) AANVULLENDE INFORMATIE VOOR VEILIG WERKEN (NEN 3140 EN NEN 3840) B1 Voorbeeld van de toepassing van onder spanning werken B2 Omgevingsinvloeden B3 Brandpreventie en Brandbestrijding B4 Werkplek met ontploffingsgevaar... 46

8 Page 8 BIJLAGE C (INFORMATIEF) TOEZICHT (NEN 3140 EN NEN 3840) C1 Doel en voorwaarden voor toezicht C2 Ononderbroken toezicht C3 Regelmatig toezicht C4 Toezichthoudend Personeel C5 Aard van toezicht BIJLAGE D (INFORMATIEF) GLOBALE PROCEDURE VOOR HET AANWIJZEN VAN PERSONEN (NEN 3140 EN NEN 3840) D1 Aanwijzen D2 Criteria voor IV, WV en VP D3 Criteria voor VOP D4 De aanwijzing BIJLAGE E (INFORMATIEF) HET BEPALEN VAN DE TIJD TUSSEN TWEE OPEENVOLGENDE INSTRUCTIES (NEN 3140) E1 De tijd tussen twee opeenvolgende instructies E2 De factoren E3 Het bepalen van de tijd tussen twee opeenvolgende instructies BIJLAGE E (INFORMATIEF) STANDAARD TAALGEBRUIK HOOGSPANNING (NEN 3840) BIJLAGE F (INFORMATIEF) DE IV EN DE WV (NEN 3140) F1 Het werkdomein van de IV en het werkdomein van de WV F2 Eisen te stellen door de IV F3 Eisen te stellen door de WV F4 Overdracht van verantwoordelijkheid bij spanningsloos werken F5 Overdracht van verantwoordelijkheid bij onder spanning werken en nabij actieve delen BIJLAGE F (INFORMATIEF) CITATEN UIT HET ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN BESLUIT (NEN 3840) BIJLAGE G (INFORMATIEF) HET GEBRUIK VAN BESCHERMINGSMIDDELEN EN HULPMIDDELEN (NEN-3140) G.1 Gebruikssituaties BIJLAGE H (INFORMATIEF) HET UITVOEREN VAN ELEKTROTECHNISCHE METINGEN (NEN-3140) BIJLAGE I (NORMATIEF) HET BEPALEN VAN DE TIJD TUSSEN TWEE OPEENVOLGENDE INSPECTIES VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES (NEN-3140) I1 De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties I2 De Factoren I3 Het bepalen van de tijd tussen twee opeenvolgende inspecties BIJLAGE J (INFORMATIEF) HET BEPALEN VAN DE STEEKPROEF BIJ INSPECTIES (NEN-3140) J1 Theoretische risico s bij installaties J2 Elektrische Arbeidsmiddelen J3 Omvangrijke installaties of installaties met bijzonder risico s J4 Overige installaties BIJLAGE K (NORMATIEF) HET BEPALEN VAN DE TIJD TUSSEN TWEE OPEENVOLGENDE INSPECTIES VAN ELEKTRISCHE ARBEIDSMIDDELEN (NEN-3140) K1 De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties K2 De Factoren K3 Het bepalen van de tijd tussen twee opeenvolgende inspecties BIJLAGE L (INFORMATIEF) METEN VAN DE REËLE EN VERVANGENDE AARDLEKSTROOM (NEN-3140) BIJLAGE M (INFORMATIEF) HET GEBRUIK VAN VERPLAATSBARE ELEKTRISCHE AGGREGATEN (NEN-3140) BIJLAGE N (NORMATIEF) WERKZAAMHEDEN IN RISICOVERHOGENDE OMSTANDIGHEDEN (NEN-3140) BIJLAGE O (INFORMATIEF) WERKZAAMHEDEN IN ACCUKASTEN EN ACCU LAADSTATIONS (NEN-3140) O1 Beperking van de werkzaamheden O2 Verantwoordelijkheden O3 Bevoegdheden O4 Veiligheidsmaatregelen O5 Hulpmiddelen O6 Elektrotechnische werkzaamheden, het aan- en afkoppelen van accu s met gereedschap... 50

9 Page 9 O7 Veiligheidsmaatregelen met betrekking tot niet-elektrische gevaren BIJLAGE P (INFORMATIEF) RICHTLIJN VOOR HET OPSTELLEN VAN EEN INSTRUCTIE VOOR HET VERVANGEN VAN MESPATRONEN DOOR VOLDOEND ONDERRICHTE PERSONEN (NEN-3140) DIVERSE FORMULIEREN ELEKTROTECHNISCH PERSONEEL GEVARENLABEL SCHAKELBRIEF: INSCHAKELEN, BLANCO SCHAKELBRIEF:VOORBEELD SCHAKELSTAPPENPLAN - VOORBEELD TERMEN EN DEFINITIES AANWIJZINGSSTRUCTUUR E-ORGANISATIE UIE- NAM INSTRUCTIEKAART: IN GEVAL VAN ELEKTRISCHE SCHOK VEILIGHEIDS MAATREGELEN - ELEKTRISCHE ACTIVITEITEN Veiligstellen Eindgroep Laagspanning In bedrijf nemen Eindgroep Laagspanning Veiligstellen Kabel Algemeen Veiligstellen kabel Aarden en kortsluiten In bedrijf nemen Kabel Aan beide zijden geaard en kortgesloten Veiligstellen Transformator Aarden en kortsluiten In bedrijf nemen Transformator aan beide zijden geaard en kortgesloten Veiligstellen HS installatie (verdeler)- Algemeen Veiligstellen HS- installatie (verdeler) Afschakelen Veiligstellen HS-installatie (verdeler) Aarden en Kortsluiten In bedrijf nemen HS-installatie (verdeler) BIJLAGE BIBLIOGRAFIE... 63

10 Page ONDERWERP & TOEPASSINGSGEBIED. Aanvullende voorschriften voor NAM: Het voorschrift geldt voor alle NAM elektrische installaties onshore en offshore die niet zijn bedoeld voor gebruik door leken, ongeacht het spanningsniveau,. Daarmee vallen in ieder geval de voedingen van instrumentatie-, besturings- en automatiseringssystemen onder de werking van dit voorschrift. De bepalingen en de aanvullingen in deze EBV gelden voor werkzaamheden en personen, zoals : NAM personeel; Inleen personeel; Stagiaires; Personeel van derden (contractors, subcontractors, vendors en andere derde partijen), op alle NAM onshore en NAM offshore locaties, inclusief de kantoren en gebouwen. Het doel van de bepalingen in deze EBV is om de bedrijfsvoering van elektrische installaties op de NAM locaties en kantoren op een veilige en gestructureerde wijze uit te voeren. Dit document is niet van toepassing voor normale bedieningswerkzaamheden (operationele handelingen) van elektrisch materieel door niet elektrotechnisch productiepersoneel.

11 Page NORMATIEVE VERWIJZINGEN Geen aanvullende voorschriften voor NAM van toepassing.

12 Page TERMEN EN DEFINITIES 3.1 ALGEMEEN Aanvullende voorschriften voor NAM: Voor termen en definities wordt verwezen naar bijlage-nam 9.6. Laagspanningsruimte Een al dan niet afgesloten elektrische bedrijfsruimte waarin zich een laagspanningsinstallatie bevindt (zie ook sectie en 4.9). Hoogspanningsruimte Een afgesloten elektrische bedrijfsruimte waarin zich een hoogspanningsinstallatie bevindt (zie ook sectie en 4.9). Accuruimte Een al dan niet afgesloten elektrische bedrijfsruimte die uitsluitend is bestemd voor het plaatsen van vast opgestelde accumulatorbatterijen (zie ook sectie en 4.9). Afgesloten elektrische bedrijfsruimte Een elektrische bedrijfsruimte die behoort te zijn afgesloten. Dit is het geval indien ongeisoleerde actieve delen hierin aanwezig zijn. Een ruimte waarin zich een Hoogspannings installatie bevindt, is per definitie een afgesloten bedrijfsruimte. Alleen elektrisch bevoegd personeel mag toegang hebben tot deze ruimte. 3.2 PERSONEEL, ORGANISATIE EN COMMUNICATIE Aanvullende voorschriften voor NAM: De Directeur De Directeur is overeenkomstig de (Nationale) wetgeving eerste verantwoordelijke voor de veilige bedrijfsvoering en voor de aanwijzing van competente personen ten behoeve van de veilige bedrijfsvoering van elektrische installaties als omschreven in de normen NEN 3140/3840. De Directeur heeft zijn bevoegdheid met betrekking tot de aanwijzing van Installatie Verantwoordelijke gedelegeerd aan de Asset/Project Manager(s)/Leader(s). De Asset [Project] Manager/Leader. De Asset [Project] Manager/Leader heeft uit hoofde van zijn functie de door de directeur gedelegeerde verantwoordelijkheid voor de aanwijzing van de Installatie Verantwoordelijke(n) (IV) in de Asset [Project], op voordracht van de lijn en na verificatie van de vaktechnische competentie door de Principal Electrical engineer.

13 Page 13 De Principal Electrical engineer [NL] De Principal Electrical engineer [NL] geeft vorm aan het NAM beleid met betrekking tot structuur, training en competentie. Hij bewaakt de competentie van de Installatie Verantwoordelijken. Hij is gemachtigd tot verificatie van het naar behoren uitvoeren van gealloceerde verantwoordelijkheden. Opmerking: De omschrijvingen van Principal Electrical engineer, Asset (project) Manager/Leader en de Directeur zijn overgenomen vanuit het Corporate Management System (CMS). De Werk Verantwoordelijke (hierna te noemen WV) Persoon die is aangewezen als direct verantwoordelijke voor de veiligheid van de werkzaamheden. De Installatie Verantwoordelijke (hierna te noemen IV) Persoon die is aangewezen als direct verantwoordelijke voor de veilige bedrijfsvoering van de elektrische installatie en de veiligheid van de elektrische arbeidsmiddelen. Aanvullende voorschriften voor NAM: De IV heeft als taak zeker te stellen dat er in zijn verantwoordelijkheidsgebied, in het algemeen een Asset of Project, adequate systemen en afspraken zijn voor de beheersing van elektrotechnische activiteiten en dat de betrokken medewerkers voldoende competent zijn. Hij is verantwoordelijk voor de juiste bedrijfsvoering, de integriteit en inspectie van de onder hem vallende elektrische installaties. De IV legt dienaangaande verantwoording af aan de Asset/ Projectmanager. Hij is verplicht/bevoegd in te grijpen indien niet in overeenstemming met de geldende regels en werkvoorschriften wordt gewerkt. Hij is bevoegd tot het (doen) houden van inspecties en audits ter controle op de geldende regelgeving. De IV is door de directie belast met de aanwijzing, namens de directie, van de WV, Vakbekwaam Persoon en Voldoend Onderrichte Persoon. De Vakbekwaam Persoon (hierna te noemen VP) Persoon die is aangewezen en met een relevante opleiding en ervaring waardoor hij in staat is gevaren die door elektriciteit kunnen worden veroorzaakt te onderkennen en te voorkomen. De Voldoend Onderricht Persoon (hierna te noemen VOP) Persoon die is aangewezen en voldoende geïnstrueerd voor specifieke taken, werkzaamheden en het gebruik van elektrische arbeidsmiddelen waardoor hij in staat is gevaren die door elektriciteit kunnen worden veroorzaakt te onderkennen en te voorkomen. De Leek Persoon die geen IV, WV, VP of VOP is.

14 Page 14 TA (TA2) Binnen SHELL is het Technical Authority Framework (TAF) van toepassing, waarbij TA staat voor Technical Authority. In het TAF zijn de verantwoordelijkheden beschreven. In deze TAF is aangegeven: de competentie, het benoemingsystem van competent personeel, de rollen, de verantwoordelijkheden, de autorisatie mbt afwijkingen van technische standaards, de autorisatie mbt afwijkingen van performance standaards, het overleg met TA-1. Voor elk project wordt binnen het project team een TA-2 aangewezen. Voor bestaande installaties is het gebruikelijk dat de IV ook de TA-2 functie behartigt voor de betreffende elektrische installaties. Facility Status Report (FSR) FSR is het systeem waarin binnen SHELL/ NAM, o.a. afwijkingen van een installatie worden beheerd. Bericht of aanwijzing Mondelinge of geschreven boodschap of aanwijzing over de bedrijfsvoering van een elektrische installatie. Aangewezen persoon Iemand die is aangewezen als IV, WV VP of VOP HMI Iemand die is aangewezen als Hoofd Mijnbouw Installatie. LVP Iemand die is aangewezen als Locatie Verantwoordelijk Persoon, en is als zodanig verantwoordelijk voor de operationele leiding van een plant/ locatie. 3.3 WERKZONE (WERKPLEK, GEVARENZONE EN NABIJHEIDS ZONE) Geen aanvullende voorschriften voor NAM van toepassing. 3.4 ARBEID Geen aanvullende voorschriften voor NAM van toepassing. 3.5 BESCHERMINGSVOORZIENINGEN Geen aanvullende voorschriften voor NAM van toepassing.

15 Page NOMINALE SPANNINGEN EN S-KETENS Geen aanvullende voorschriften voor NAM van toepassing. 3.7 TOEZICHT NEN 3140 art 3.101: Geen aanvullende voorschriften voor NAM van toepassing. NEN 3840 art 3.201: Geen aanvullende voorschriften voor NAM van toepassing. 3.8 NAM ZONERING EXPLOSIEGEVAARLIJKE GEBIEDEN Aanvullende voorschriften voor NAM:. Zone 0 (NEN-EN-IEC , NPR7910-1) Gebied waarbinnen een ontplofbare gasatmosfeer voortdurend of gedurende lange perioden aanwezig is. Gedachtebepaling: gedurende in totaal meer dan 1000 uur per jaar. Zone 1 (NEN-EN-IEC , NPR7910-1) Gebied waarbinnen de aanwezigheid van een ontplofbare gasatmosfeer bij normaal bedrijf te verwachten is. Gedachtebepaling: Gedurende in totaal 10 tot 1000 uur per jaar. Zone 2 (NEN-EN-IEC , NPR7910-1) Gebied waarbinnen de aanwezigheid van een ontplofbare gasatmosfeer bij normaal bedrijf onwaarschijnlijk is en waarbinnen een dergelijke gasatmosfeer, indien aanwezig, slechts zelden en gedurende een korte periode bestaat. Gedachtebepaling: gedurende in totaal minder dan 10 uur per jaar. Niet Gevaarlijk Gebied (NGG) (NEN-EN-IEC , NPR7910) Gebied waarbinnen een ontplofbare gasatmosfeer niet wordt verwacht voor te komen in hoeveelheden waarbij speciale voorzieningen zijn vereist voor de constructie, installatie en toepassing van materieel.

16 Page UITGANGSPUNTEN 4.1 VEILIGE BEDRIJFSVOERING. Aanvullende voorschriften voor NAM: Aanvullende informatie voor veilig werken is aangegeven in bijlage-b. Het beoordelen van veiligheidsrisico betreffende werk aan of in nabijheid van elektrische installaties is bij NAM in het Corporate Management System geregeld, zie voor de meest actuele versie het CMS systeem. 4.2 PERSONEEL Voor het werkdomein, de eisen te stellen aan en voor de overdracht van verantwoordelijkheden van elektrotechnisch personeel wordt verwezen naar bijlage-f: De IV en de WV Aanvullende voorschriften voor NAM, zie onder sectie t/m Algemeen Het personeel dat elektrotechnische werkzaamheden verricht op NAM installaties dient, conform NEN 3140/3840, altijd schriftelijk te worden aangewezen door zijn/haar werkgever. Het personeel van derden dat elektrotechnische veiligstelwerkzaamheden verricht op NAM installaties, dient conform deze EBV door NAM schriftelijk te worden aangewezen. Het personeel dat door NAM rechtstreeks is ingehuurd voor het verrichten van elektrotechnische werkzaamheden op NAM installaties, dient conform deze EBV, tevens door NAM schriftelijk te worden aangewezen. De WV en de IV kunnen dezelfde persoon zijn, tenzij dit op de aanwijzing is uitgesloten. Hierbij geldt dat een aangewezen IV ook altijd de taken en bevoegdheden van een WV mag overnemen. Een IV mag taken delegeren aan de WV. Indien de hoeveelheid taken en/of de geografische spreiding daar aanleiding toe geven, mag de IV (een deel van) zijn uitvoerende taken delegeren aan een WV. Taken op het gebied van beleid, goedkeuren van modificaties (incl. beveiligingen) en het aanwijzen van WV / VP kunnen niet worden gedelegeerd. Het delegeren van deze taken dient schriftelijk in de aanwijzing te worden vastgelegd.

17 Page Vereiste Kennis en Ervaring Naast de in de normen NEN 3140 en NEN 3840 genoemde minimaal vereiste kennis en ervaring (zie bijlage-d NEN 3140 en NEN 3840 Globale procedure voor het aanwijzen van personen ), dient het aan te wijzen personeel tevens te beschikken over: voldoende kennis van de op de werkplek geldende veiligheidsbepalingen, waaronder inbegrepen deze EBV, de voor de functie/werkgebied benodigde kennis van explosieveiligheid en explosie veilige apparatuur, een 4 jarige elektrotechnische HBO opleiding of aantoonbaar gelijkwaardig niveau voor een aanwijzing tot IV, een 4 jarige elektrotechnische MBO opleiding of aantoonbaar gelijkwaardig niveau voor een aanwijzing tot WV, de juiste houding/instelling/capaciteit om de voorschriften na te leven, de taken naar behoren uit te voeren, en de verantwoordelijkheid te dragen. De competentie van personen, met bijvoorbeeld alleen een meet- en regeltechnische vakopleiding, is niet gelijkwaardig aan het gestelde van artikel van NEN 3140 (voorwaarden gesteld aan VP). In aanvulling op de bijlage-d van de normen NEN 3140 en NEN 3840 Globale procedure voor het aanwijzen van personen is voor het te benoemen personeel tevens van toepassing: Aanwijsschema WV-NAM

18 Page 18 Aanwijsschema VP-NAM Instructie Interval Personen die zijn aangewezen als IV, WV, VP en VOP moeten periodiek worden geïnstrueerd. Ongeacht de soort aanwijzing wordt bij NAM een instructie-interval van maximaal vijf jaar voor een intensieve training en met een tussentijdse instructie van max. 3 jaar gehanteerd. Indien er principiële zaken wijzigen zal er een aanvullende instructie gegeven moeten worden, zie ook art en van de normen NEN 3140 en NEN Aanwijsbeleid NAM Het aanwijsbeleid voor NAM is vastgelegd in het CMS onder de meest actuele versie van het Electrical.DR.01 Beleidsvoorschrift expertise electrical in the Netherlands, document nummer EP De documenten mbt de aanwijzingsstructuur van de e-organisatie en de aanwijsformulieren voor elektrotechnisch personeel zijn aangegeven in bijlage-nam Geldigheid Aanwijzing. Een aanwijzing geldt slechts voor het in de aanwijzing aangegeven werk- en verantwoordelijkheidsgebied en voor een intervalperiode van maximaal 3 jaar. De aangewezen persoon is verplicht tijdig een voor de aanwijzing van toepassing zijnde herhalingscursus te volgen en met positief resultaat af te sluiten. Hiervoor kan door de IV dispensatie worden gegeven. De aanwijzing kan worden ingetrokken door een IV indien: niet de verplichte instructies en cursussen zijn gevolgd; meer dan 1 jaar geen relevante werkzaamheden zijn verricht; de leiding [Principal Electrical Engineer, Project/Asset Manager] hiertoe besluit, houding/ gedrag hiertoe aanleiding geeft.

19 Page ORGANISATIE. Aanvullende voorschriften voor NAM (zie onder sectie t/m 4.3.6). Voor bestaande locaties, waar modificaties aan elektrische installatie door de Projectafdeling wordt uitgevoerd is de IV verantwoordelijk als aangegeven voor betreffende locatie (E&M). Op nieuwe locaties (Green Field) die nog niet zijn overgedragen aan Operaties en onder beheer zijn van de projectafdeling, dient een IV te worden aangewezen binnen het Project team/ Project orrganisatie Eerste hulp dienstverlening De eerste hulp dienstverlening is primair een taak van de operationele afdeling en is geregeld in het CMS Overdracht werkzaamheden & Verantwoordelijkheden. Indien de lokatie waar werkzaamheden worden uitgevoerd onder beheer van NAM valt, ligt de verantwoording voor de elektrische veiligheid altijd bij NAM. Indien het beheer van een locatie wordt overgedragen (multidisciplinair) aan een derde partij, blijft NAM bepaalde verantwoordelijkheden behouden voor de (elektrische) veiligheid. Geadviseerd wordt in geval van onduidelijkheid in dergelijke gevallen advies in te winnen bij de afdeling Legal. Elektrische Veiligheidsmaatregelen in installaties die vallen onder NAM beheer mogen alleen worden genomen door personen die schriftelijk door NAM zijn aangewezen. Elektrotechnische werkzaamheden aan of nabij veiliggestelde (spanningsloze) installaties mogen alleen worden uitgevoerd door personen die schriftelijk door hun werkgever zijn aangewezen overeenkomstig de geldende Nederlandse normen en voorschriften. Opmerking: Voordat een elektrische installatie voor de eerste maal onder spanning wordt gezet moet deze aangemeld worden bij de IV. Deze beoordeeld samen met de WV de installatie op elektrische risico s en hoe de bedrijfsvoering en werkzaamheden op veilige wijze kunnen worden uitgevoerd. Zij controleren tevens of deze in werkinstructies, bedieningsvoorschriften of procedures waar nodig zijn vastgelegd. Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen, moet er rekening mee worden gehouden dat, indien de delen van een elektrische hoogspanningsinstallatie niet of onvoldoende zijn beschermd tegen directe of indirecte aanraking dan wel te dichte nadering, de desbetreffende ruimte moet worden betreden in aanwezigheid van een tweede daartoe bevoegd persoon.

20 Page Toegang tot Elektrische Ruimten Toegang tot Elektrische Bedrijfsruimten. Elektrische bedrijfsruimten mogen slechts worden betreden voor zover dat voor de bedrijfsvoering noodzakelijk is. Een afgesloten elektrische bedrijfsruimte mag alleen worden betreden door tenminste een VOP in de aanwezigheid van een tweede aangewezen persoon. Indien is uitgesloten dat men zonder hulpmiddelen binnen de nabijheidzone (alleen van toepassing voor HS installatie of wanneer er open actieve delen zijn) van de elektrische gevarenbron kan komen, mag deze ruimte worden betreden door één aangewezen persoon. Het verblijf in de elektrische bedrijfsruimte dient zo kort mogelijk te zijn Toegang tot Elektrische Bedrijfs Ruimten met een Laagspanningsinstallatie. Een elektrische bedrijfsruimte waarin zich een laagspanningsinstallatie zonder elektrische gevarenbron bevindt: toegang voor iedereen mits toestemming van beheerder (OPS) van de installatie verkregen is. Een elektrische bedrijfsruimte waarin zich een laagspanningsinstallatie met elektrische gevarenbron bevindt: toegang door minimaal 2 aangewezen personen, waarvan in elk geval één persoon een aanwijzing heeft van VP, WV of IV. Een elektrische bedrijfsruimte waarin zich een laagspanningsinstallatie bevindt moet een afgesloten elektrische bedrijfsruimte zijn, wanneer daarin niet-voldoende geïsoleerde actieve delen aanwezig zijn of andere elektrische gevaren kunnen voorkomen Toegang tot Elektrische Bedrijfs Ruimten met een Hoogspanningsinstallatie Een elektrische bedrijfsruimte waarin zich een hoogspanningsinstallatie zonder elektrische gevarenbron bevindt: toegang voor minimaal één aangewezen persoon (IV, WV, VP, VOP) Een elektrische bedrijfsruimte waarin zich een hoogspanningsinstallatie met elektrische gevarenbron bevindt: toegang voor minimaal 2 aangewezen personen, waarvan in elk geval één persoon een aanwijzing heeft als VP, WV of IV. Een elektrische bedrijfsruimte waarin zich een hoogspanningsinstallatie bevindt moet altijd een afgesloten elektrische bedrijfsruimte zijn. Sluiten en ontsluiten gebeurt met een hoogspanningssleutel en/of key-card systeem Toegang tot Elektrische Bedrijfs Ruimten met accumulator batterijen (Accuruimten). Een elektrische bedrijfsruimte waarin zich accumulator batterijen bevinden: toegang voor minimaal één aangewezen persoon (IV, WV, VP) Een elektrische bedrijfsruimte waarin zich vast opgestelde accumulatorbatterijen (accuruimte) bevindt moet een afgesloten bedrijfsruimte zijn, wanneer daarin niet-voldoende geïsoleerde actieve delen aanwezig zijn Deuren toegang geven tot Elektrische Bedrijfs Ruimten. Deuren die toegang geven tot Elektrische Bedrijfs Ruimten mogen niet onnodig openstaan Het is verplicht dat iedere betreder van afgesloten elektrische bedrijfsruimten de toegang tot deze ruimte mogelijk maakt, zolang men zich in de ruimte bevindt, om hulpverleners de mogelijkheid te geven in geval van calamiteit toegang te geven tot deze ruimte (bijvoorbeeld : wigje tussen de deur en kozijn, etc). Na het verlaten van een afgesloten elektrische bedrijfsruimte moet deze persoon zichzelf ervan overtuigen dat de deur(en) op slot of deugdelijk afgesloten zijn.

21 Page Sleutels Nadere informatie voor toegang tot elektrische bedrijfsruimten en uitgifte van sleutels is aangegeven in het CMS. Sleutels, of autorisatie van toegangsniveau van keycards die toegang geven tot elektrische bedrijfsruimten, worden uitgegeven onder verantwoordelijkheid van de IV. De uitgegeven sleutels worden op naam geregistreerd. Voor het ontvangen en teruggeven van LS en HS sleutels zijn de formulieren aangegeven in bijlage- NAM-9.1. Personen die in het bezit zijn van sleutels van elektrische bedrijfsruimten zijn verantwoordelijk voor elk gebruik dat van deze sleutels wordt gemaakt. Daarom moeten deze personen: schriftelijk verklaren dat zij deze sleutels hebben ontvangen; voorkomen dat de sleutels in andere handen raken; voorkomen dat de sleutels worden nagemaakt; voorkomen dat aan de sleutels wijzigingen worden aangebracht; verlies of het in ongerede raken van sleutels zo spoedig mogelijk melden aan degene die de sleutel heeft uitgegeven; voorkomen dat de sleutels beschadigd worden. de sleutels goed opbergen tijdens de aanwezigheid in elektrotechnische bedrijfsruimten. Het bezit van sleutels van elektrische bedrijfsruimten houdt op zich geen enkele bevoegdheid in tot het bedienen van of het werken aan de elektrische installaties in die ruimten Beveiligen en Beveiligingsrelais Beveiligingen zijn de verantwoordelijkheid van de IV. Verandering van de instelling van beveiligingsrelais en van de nominale waarde van smeltpatronen en installatieautomaten moet altijd de goedkeuring hebben van de IV. Bij het ontwerp van nieuwe installaties of uitbreiding van installaties (delen) is de goedkeuring van de beveiligingsinstelling(en) de verantwoordelijkheid van de TA2 van het project. Opdracht en goedkeuring voor het instellen van beveiligingsrelais gebeurt schriftelijk. Het document voor elektrotechnisch personeel met betrekking tot verandering van de instelling van beveiligingsrelais en verandering van de nominale waarde van smeltpatronen en installatieautomaten is aangegeven in bijlage- NAM-9.1 (Titel: Wijziging Beveiligingsinstelling in een Elektrische Installatie). Beveiligingsrelais in laag- en hoogspanningsinstallaties mogen slechts worden ingesteld door tenminste een VP, waarbij de rood-blauw set dient te worden aangepast (zie sectie-4.7) Afwijking van normale Bedrijfsvoering Het tijdelijk / permanent overbruggen of op andere wijze buiten werking stellen van beveiligingen ten behoeve van metingen, testen, beproevingen, storing zoeken, schakelen of bijzondere omstandigheden mag alleen na goedgekeurde registratie in het Facilities Status Reporting systeem (FSR).

22 Page 22 Voor het aangeven van de overbruggingen / elektrische veiligstellingen is een Veiligstel Logboek aanwezig op een centrale plaats op de locatie of is een Elektronisch Systeem (zie ODT) beschikbaar. Voor aanvullende informatie wordt verwezen naar het CMS. 4.4 COMMUNICATIE Aanvullende voorschriften voor NAM: In sectie-6.1 van zowel NEN 3140 als van NEN 3840 is aangegeven dat alleen de IV toestemming mag geven om met de werkzaamheden te beginnen. Bij NAM is deze verantwoordelijkheid door de IV gedelegeerd aan de WV. Hiermede wordt voldaan aan het gestelde met betrekking tot communicatie. 4.5 WERKPLEK Aanvullende bepalingen voor elektrische werkzaamheden op een werkplek met explosie gevaar is aangegeven in Bijlage-B4 van NEN 3140 en NEN GEREEDSCHAPPEN, HULPMIDDELEN EN BESCHERMINGS MIDDELEN Aanvullende voorschriften voor NAM. In dit hoofdstuk zijn de algemene regels voor het gebruik van (meet)-gereedschappen, hulpmiddelen en PBM s (Persoonlijke beschermingsmiddelen) aangegeven. Indien hier vanaf geweken wordt dient voorafgaand aan de werkzaamheden overleg met de IV er te worden gepleegd. Als standaard kleding wordt gezien de door NAM goedgekeurde (bedekkende) kleding. Bijlage-G is in de NEN-3140 aangegeven als informatief. Voor NAM geldt dat bijlage-g normatief is. Dat betekent dat het aangegeven gebruik van (meet)- gereedschappen, hulpmiddelen en PBM s verplicht is. (Meet)-gereedschappen, hulpmiddelen en PBM s moeten voldoen aan de eisen van de desbetreffende internationale, Europese of nationale normen. (Meet)-gereedschappen, hulpmiddelen en PBM s moeten worden toegepast in overeenstemming met de aanwijzingen en/of de richtlijnen van de fabrikant of leverancier. Indien mogelijk dienen schakelhandelingen op afstand (remote) te worden uitgevoerd.

23 Page 23 Arc flash PBM s: Onder arc flash PBM s verstaan we, naast de door NAM goedgekeurde kleding, een arc flash bestendige overjas, een gelaatscherm, (vlamboog vaste en isolerende) handschoenen en gehoorbescherming die allen geschikt zijn voor de aanwezige energie (geluid) niveaus (oorproppen bieden voldoende bescherming). Daar waar in dit document wordt aangegeven dat men arc flash PBM s dient te dragen, dan geldt dit voor iedereen die zich binnen een straal van 6 meter vanaf de werkplek bevindt. LET OP: In artikel en staan de algemene regels die gelden voor het gebruik van (meet)- gereedschappen, hulpmiddelen en PBM s. Deze zijn tot stand gekomen op basis van een risico inventarisatie. Hierbij is het uitgangspunt geweest dat de installaties deugdelijk zijn onderhouden. Indien hierover twijfel bestaat dient in overleg met de IV er bepaald te worden of er aanvullende maatregelen nodig zijn. Het kan zijn dat in specifieke gevallen er afwijkende regels zijn voor een installatie. Dit is dan op de installatie zelf aangegeven NAM Gereedschappen, Hulpmiddelen en PBM s - LAAGSPANNING INSTALLATIE. 1. In figuur A is aangegeven wanneer, welke aanvullende PBM s toegepast moeten worden bij meten, testen en beproeven van niet ELV ketens zijnde. 2. In figuur B is aangegeven wanneer, welke aanvullende PBM s toegepast moeten worden bij meten, testen en beproeven van ELV ketens zijnde. 3. Meetinstrumenten moeten zijn voorzien van een classificatie CAT-III (1000V) of CAT-IV (600V), conform NEN-EN-IEC Het toepassen van een TWEEpolige spanningsaanwijzer (conform NEN-EN-IEC Live working Voltage detectors, bijvoorbeeld type DUSPOL of gelijkwaardig*) heeft sterke voorkeur boven universeel meters voor het meten, testen en beproeven van spanning, draaiveld-richting en fase gelijkheid. Opmerking: De functie van draaiveld meters werkt niet altijd bij het gebruik van isolerende handschoenen. 5. Spanningsloosheid mag alleen worden vastgesteld met een TWEEpolige spanningsaanwijzer (conform NEN-EN-IEC Live working Voltage detectors, bijvoorbeeld type DUSPOL of gelijkwaardig*). 6. Aantonen van spanning en uitvoeren van metingen (inclusief bepalen draaiveld) dient indien mogelijk altijd uitgevoerd te worden achter een beveiliging van 25A zekering of 16A automaat. 7. Het gebruik van 3-polige draaiveld meters is alleen toegestaan achter een beveiliging van 25A zekering of 16A automaat, tenzij deze uitgevoerd zijn met geisoleerde meetpennen (capacitieve meting). Opmerking: Indien de installatie niet IP20 is, is het dragen van isolerende handschoenen verplicht. 8. Het trekken/plaatsen van mespatronen dient indien mogelijk in spanningsloze toestand, maar altijd in stroomloze toestand te worden uitgevoerd. Hierbij dienen arc flash PBM s gedragen te worden indien de voorbeveiliging >25A zekering of >16A automaat is. 9. Het trekken/plaatsen van mespatronen in een installatie met een vlamboog energie inhoud van 40Cal/cm 2 is NIET toegestaan in spanningsvoerende situaties. Eerst dient de elektrische installatie spanningsloos te worden gemaakt alvorens de mespatronen te trekken/plaatsen. Opmerking: De vlamboog energie inhoud van 40Cal/cm 2 dient te zijn aangegeven op de elektrische installatie.

24 Page Bij het trekken/plaatsen van mespatronen in zekering/lastscheider combinatie zijn geen aanvullende PBM s nodig, Opmerking: De kans dat men hierbij een spanningsvoerend deel aanraakt of een sluiting veroorzaakt is minimaal. 11. Bij het verwijderen van losse metalen IP20 afscherming in een onder spanning staande installatie, dienen isolerende handschoenen te worden gedragen. Bij een hogere waarde van de beveiliging, >100A mespatronen of >25A automaten, dient de installatie eerst spanningsloos gemaakt te worden. Opmerking: Het verwijderen van niet transparante of metalen IP-20 afscherming wordt vooral gezien als een risico in verband met aanrakings gevaar van onder spanning staande delen. 12. Invoer en aanpellen van kabels in de verdeelinrichting kabelopvoer-compartimenten: Indien om zwaarwegende redenen het niet mogelijk is een LS verdeelinrichting geheel spanningsloos te maken dienen aanvullende veiligheids maatregelen te worden genomen. Bijvoorbeeld complete MCC sectie veilig stellen of afscherming in nabijheid van spanningsvoerende delen aanbrengen. Hiervoor dient contact te worden opgenomen met de betreffende WV. 13. Aanvullende veiligheids maatregelen bij werkzaamheden aan batterijen is aangegeven in bijlage-o van NEN Indien operationele handelingen worden verricht, zoals het inschakelen/uitschakelen van schakelaars waarbij de MCC deuren gesloten blijven zijn geen aanvullende PBM s noodzakelijk. 15. Bij het trekken/plaatsen van MCC lades zijn geen aanvullende PBM s noodzakelijk. *Als gelijkwaardig wordt gezien: vaste aansluitdraden, geen laagohmige ingang en het apparaat moet in alle gevallen een indicatie geven als er spanning gemeten wordt.

25 Page 25 JA Geen aanvullende PBM s TWEEpolige spannings aanwijzer? JA IP20? JA <40Cal/ cm 2? NEE Alleen spanningsloosheid aantonen toegestaan. OVERIGE METINGEN NIET TOEGESTAAN! NEE NEE <40Cal/ cm 2? JA Gebruik isolerende handschoenen *(zie uitzondering) Zekering 25A of Automaat 16A? JA IP20? JA NEE NIET TOEGESTAAN! Geen aanvullende PBM s NEE NEE Gebruik isolerende handschoenen Zekering 100A of Automaat 25A? JA Gebruik isolerende en vlamboog vaste handschoenen noodzakelijk NEE <40Cal/cm 2? JA Gebruik arc flash PBM s NEE NIET TOEGESTAAN! *Uitzondering: Draaiveld bepalen met een TWEEpolige spanningsaanwijzer dient te gebeuren zonder handschoenen. Het risico van aanraken dient dan minimaal te zijn. Figuur 4.6.1A Uitvoeren van metingen, testen en beproevingen in laagspannings installaties - niet ELV ketens zijnde

26 Page 26 Installatie met accu s? JA Zie bijlage O (NEN3140) NEE Beveiliging 25A of vermogen <1250VA? JA Geen aanvullende PBM s NEE TWEEpolige dddspannings dddaanwijzer? JA Geen aanvullende PBM s NEE Gebruik arc flash PBM s Figuur 4.6.1B Uitvoeren van metingen, testen en beproevingen in laagspannings installaties ELV ketens zijnde {(<50VAC, <120VDC (zonder rimpel))

27 Page NAM Gereedschappen, Hulpmiddelen en PBM s - HOOGSPANNING INSTALLATIE. 1. Bij het bedienen van HS installaties zijn geen aanvullende PBM s nodig. 2. Installaties van het type magnefix mogen uitsluitend in spanningsloze toestand geschakeld worden. 3. Voor het aantonen van spanning, spanningsloosheid en fase gelijkheid, dienen bij voorkeur de op de installatie aanwezige capacitieve metingen, indien aanwezig, te worden gebruikt. 4. Indien het noodzakelijk is om voor het fase gelijkheid aantonen een meetstok te gebruiken, dan mag dit zowel een enkelpolige als dubelpolige uitvoering zijn. 5. Het is niet toegestaan de werking van een meetstok te testen op de busbar. Dit dient middels de zelftestknop of een extern piezo apparaat te worden uitgevoerd. 6. Indien voor het inrijden/uitrijden van schakelaars het noodzakelijk is dat tijdens het verbreken/maken van de hoofdcontacten de paneeldeur geopend is, dienen arc flash PBM s gedragen te worden. 7. Voor het in/uit takelen van schakelaars van het fabrikaat Coq dient de installatie bij voorkeur spanningsloos gemaakt te worden. Indien dit om zwaarwegende redenen niet mogelijk is, dienen aanvullende maatregelen genomen te worden om te voorkomen dat er objecten in de bak vallen tijdens het takelen. Na de aanvullende maatregelen zijn geen aanvullende PBM s noodzakelijk. Voor deze taak is goedkeuring vereist van de IV, voorafgaand aan de werkzaamheden. 4.7 TEKENINGEN EN DOCUMENTEN Aanvullende voorschriften voor NAM: In het CMS systeem is de Document Criticality Matrix (voor Asset Land en Groningen) en de Engineering Document Matrix (voor Onegas) van toepassing, waarin is vastgelegd welke documenten en tekeningen er beschikbaar moeten zijn, inclusief de tekeningen op de locaties/platforms. Indien de instellingen van de beveiligingen en/of andere apparatuur door middel van software moeten worden gewijzigd, dient de software beheersprocedure en setting informatie op de locaties gebruikt te worden. De ATEX certificaten moeten beschikbaar zijn. 4.8 WAARSCHUWINGSBORDEN Aanvullende voorschriften voor NAM. Voor veiligheids- en gezondheidssignalering wordt verwezen naar DEP , waarin tevens signalering is aangegeven als kan worden toegepast voor elektrische bedrijfsruimten. 4.9 NAM UITRUSTING ELEKTRISCHE BEDRIJFSRUIMTE Aanvullende voorschriften voor NAM: Onderstaande voorschriften hebben betrekking op specifieke NAM installaties.

28 Page 28 NAM 4.9 A1 Elektrische Bedrijfsruimten Alle elektrische bedrijfsruimten moeten zijn voorzien van: Een instructieplaat In geval van Elektrische Schok. Op of bij de deuren die toegang geven tot de elektrische bedrijfsruimte: een waarschuwingsplaat GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SPANNING. Uitvoering van de waarschuwingsplaat volgens het normblad Veiligheidskleuren en tekens (NEN 3011). Op of bij de deuren die toegang geven tot de elektrische bedrijfsruimte: een plaat VERBODEN MET WATER TE BLUSSEN, (NEN 3011). Een eenvoudig en duidelijk hoofdschakelschema van de installatie (Single Line of Key One Line Diagram). Voldoende gevarenlabels. Voorzieningen voor het bewaren, bestuderen en bijwerken van tekeningen (indien er op de locatie meerdere E-ruimtes zijn mogen de tekeningen ook centraal worden opgeslagen). Brandblusser(s): Het type en de noodzaak in overleg met HSE afdeling vaststellen. Zie ook bijlage B3. In een elektrische bedrijfsruimte met een gesloten elektrische installatie is het toegestaan meubilair te installeren voor het bewaren, bestuderen en bijwerken van tekeningen en dergelijke. De opstelling moet zodanig zijn dat de bediening van de elektrische installatie niet wordt gehinderd en een vrije vluchtweg niet wordt belemmerd. NAM 4.9 A2 Elektrische bedrijfsruimten met Laagspanningsinstallaties In aanvulling op de eisen als gesteld onder dienen Laagspanningsruimten bovendien voorzien te zijn van: Op of bij de deuren die toegang geven tot de elektrische bedrijfsruimte: de aanduiding levensgevaarlijk, lage spanning. Gereedschap nodig voor het bedienen, vrijschakelen, blokkeren en aarden van de installatie(s). Borden met de aanduiding: geaard en niet schakelen, Aardings garnituur tbv laagspanningsinstallaties, mogen elders worden opgeborgen, indien het om operationele redenen de voorkeur geniet en indien goedkeuring is verkregen van betreffende IV (bijvoorbeeld offshore met betrekking tot mini satellieten). NAM 4.9 A3 Elektrische bedrijfsruimten met Hoogspanningsinstallaties In aanvulling op de eisen als gesteld onder dienen Hoogspanningsruimten bovendien voorzien te zijn van: Op of bij de deuren die toegang geven tot de elektrische bedrijfsruimte: de aanduiding levensgevaarlijk, hoge spanning. Gereedschap nodig voor het bedienen, vrijschakelen, blokkeren en aarden van de installatie(s). Borden met de aanduiding: geaard en niet schakelen. Aardingsgarnituur ten behoeve van HS installaties. HS testequipment ten behoeve van hoogspanningsaanwijsstokken, mogen elders worden opgeborgen, indien het om operationele redenen de voorkeur geniet en indien goedkeuring is verkregen van betreffende IV (bijvoorbeeld offshore met betrekking tot mini satellieten). NAM 4.9 A4 Elektrische bedrijfsruimten met Accumulator Batterijen Aanvullende veiligheids maatregelen bij werkzaamheden aan batterijen, Werkzaamheden in accukasten en acculaadstations, zijn aangegeven in bijlage-o en sectie (onderdeel uitmakend van sectie 6.4).

29 Page NAM ELEKTRISCHE VEILIGHEID BIJ WERKEN OP CONSTRUCTIE LOCATIES. Aanvullende voorschriften voor NAM: NAM-4.10 A1 Algemeen De elektrische veiligheid tijdens de uitvoering van onderhoudsstops, alsmede constructie- en commissionings werkzaamheden heeft voortdurend aandacht nodig heeft. Om de elektrotechnische risico s tot een minimum te beperken is het van vitaal belang dat er goede onderlinge communicatie is en afspraken worden gemaakt en vastgelegd. Een duidelijke afbakening in verantwoordelijkheden moet worden gemaakt tussen alle relevante partijen welke tijdens deze periode gelijktijdig hun werkzaamheden verrichten. Het betreft hier elektrotechnische werkzaamheden tijdens: 1)- de voorbereiding (bouwstroom), 2)- de constructie, 3)- de (pre)commissioning, 4)- de overdracht en start-up. Relevante partijen kunnen zijn: het elektrotechnisch personeel van NAM (Operaties, E&M), Projecten en de (onder-)aannemers als werkzaam voor NAM. NAM-4.10 A2 Gebruik van Sieraden en Horloges. Metalen sieraden, zoals: kettingen, horloges, ringen en dergelijke kunnen een gevaar zijn bij de uitvoering van elektrotechnische werkzaamheden. Bij NAM is het dragen van deze sieraden, tijdens elektrotechnische werkzaamheden niet toegestaan. Indien men een ring niet kan of wil afdoen en dit extra gevaar oplevert, is het dragen van handschoenen vereist. NAM-4.10 A3 Tijdelijke Elektrische Installaties, Verplaatsbare Aggregaten en Elektrisch Handgedreven Gereedschap In NEN 3140 staat Het gebruik van verplaatsbare elektrische aggregaten aangegeven in bijlage-m en Werkzaamheden in risicoverhogende omstandigheden (arbeidsmiddelen) aangegeven in bijlage-n. Bij NAM zijn stringentere eisen gesteld aan onder meer: 1)- tijdelijke installaties, 2)- verplaatsbare wisselstroom aggregaten, 3)- elektrisch handgedreven gereedschap, en deze zijn aangegeven in DEP EPE-NL Standard requirements for temporary electrical installations (voorheen NSS 20 G.7.01). Opmerking: Er zijn verschillen tussen bijlage-m en sectie-3.8 van DEP EPE-NL 4.11 NAM HERZIENING ELEKTROTECHNISCHE BEDRIJFS VOORSCHRIFTEN (EBV) Deze Elektrotechnische Bedrijfs Voorschriften (EBV) moeten minimaal elke 5 jaar of vaker, indien de EU/ NL regelgeving dit vereist, worden herzien.

30 Page STANDAARD BEDRIJFSVOERINGS PROCEDURES 5.1 ALGEMEEN Afwijking van de normale bedrijfs voering dient conform het FSR te worden vastgelegd, zie sectie BEDIENINGS HANDELINGEN Aanvullende voorschriften voor NAM: Personen die bevoegd zijn tot het uitvoeren van bedieningshandelingen/ het nemen van veiligheidsmaatregelen op elektrotechnische NAM installaties moeten zijn aangewezen door of namens de directeur van de NAM. De IV van de betreffende asset is verantwoordelijk voor het bijhouden van de lijst met aanwijzingen. Dit overzicht van uitgegeven aanwijzingen is te benaderen via het ODT portaal. Voor een aantal bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen is een tweede persoon vereist, zie tabellen 5.2A- Laagspanninginstallaties` en 5.2B- Hoogspanninginstallaties. Degene die de bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen verricht is verplicht elke procedurestap aan de tweede persoon door te geven, voordat hij deze uitvoert. De functie van de tweede persoon houdt in dat hij: de situatie beoordeelt, tezamen met degene die de bedieningshandelingen/ veiligheids maatregelen uitvoert, voor situaties met een verhoogd risico de schakelbrief bespreekt en controleert, de overeengekomen bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen controleert, onmiddellijk en ter plaatse afwijkingen, vergissingen of veranderingen signaleert, voordat de bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen daadwerkelijk worden uitgevoerd Bedieningshandelingen in Laagspannings- en Hoogspanningsinstallaties. De tabellen 5.2A- Laagspanningsinstallaties` en 5.2B- hoogspanningsinstallaties vermelden de meest voorkomende bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen. Bij iedere bedieningshandeling/ veiligheidsmaatregel is vermeld of deze door één of door twee personen moet worden verricht en wat de aanwijzing (bevoegdheid) van de betrokkenen moet zijn. De regel is dat schakelbrieven moeten worden goedgekeurd door de IV. Indien voor werkzaamheden aan elektrische installaties gebruik gemaakt wordt van de door de IV goedgekeurde standaard schakelbrieven behoeft geen toestemming van de IV te worden verkregen Schakelbrief. Een schakelbrief moet o.a. worden ingevuld bij: complexe, niet reguliere, bedieningshandelingen zoals het onder spanning brengen van een laagspanningsbord en het aanbrengen van tijdelijke voedingen, generatoren, etc.; bedieningshandelingen met een verhoogd risico, bijvoorbeeld wanneer installatiedelen van meer dan één zijde kunnen worden gevoed; aarden en kortsluiten door middel van aardingsgarnituur;

31 Page 31 Voorbeelden van schakelbrieven zijn aangegeven op bijlage-9.3 en In een aantal gevallen kan het handig zijn, om in aanvulling op de schakelbrief, aanvullende gegevens/stappen toe te voegen, bijvoorbeeld in een gecombineerd schakelstappenplan. Een voorbeeld is aangegeven in bijlage-9.5. In bijlage-9.9 Veiligheidsmaatregelen - elektrische activiteiten zijn de stappen aangegeven voor het opstellen van de schakelbrief. In de Tabellen 5.2A- Laagspanningsinstallaties` en 5.2B- Hoogspanningsinstallaties is aangegeven waar het gebruik van schakelbrieven verplicht is gesteld. Echter, er zijn situaties mogelijk waarvoor een schakelbrief niet verplicht is gesteld, maar wel kan bijdragen tot een overzichtelijke wijze van schakelen. Hiervoor kan in overleg met de IV besloten worden of een schakelbrief vereist is. De schakelbrief moet worden ingevuld en geparafeerd voorafgaand aan de te verrichten bedieningshandelingen door de WV en de uitvoerende persoon. De schakelbrief maakt deel uit van het werkvergunningsysteem en moet dienovereenkomstig worden bewaard. Bij vastleggen van bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen in een schakelbrief dient de betekenis van de gebruikte termen eenduidig te zijn voor degenen die de handelingen zullen uitvoeren. Eenduidige Termen en definities als te hanteren in schakelbrieven zijn aangegeven in bijlage-9.6. In bijlage 9.9 zijn een aantal praktische invullingen/tips gegeven die kunnen worden gebruikt tijdens het opstellen en schrijven van een schakelbrief onder verschillende situaties.

32 Page 32 Tabel-5.2A- Laagspanningsinstallaties Bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen 1 Het eerste keer onder spanning brengen van de LS installatie (altijd melden aan IV) 2 Inbedrijfstellen en proefdraaien van LSgeneratoren na werkzaamheden (altijd melden aan IV) 3 Eerste inbedrijfstelling van LS-motoren, die zijn beveiligd met motorbeveiligingschakelaars (altijd melden aan IV) 4 Vrijschakelen en paraat stellen van LSgeneratoren, niet gekoppeld met het openbare net 5 Aanbrengen en verwijderen van aardingen en kortsluitingen in LS-generatoreenheden niet gekoppeld met het openbare net 6 Het voor de eerste maal in gebruik nemen van LS-voedingen waarbij niet gekoppeld of ontkoppeld wordt 7 Het onder spanning trekken en steken van mespatronen, zie ook bijlage-p van NEN Aanbrengen en verwijderen van aardingen en kortsluitingen in LS-installaties indien spanningloosheid niet kan worden gewaarborgd. (Bijvoorbeeld door de aanwezigheid van een noodstroom generator of elektrische beïnvloeding). 9 Aanbrengen en verwijderen van aardingen en kortsluitingen bestaande uit een aardingsgarnituur uit te voeren door WV in van VP aanwezigheid VP VP **) VP **) VP **) VP **) VP **) VP **) Schakelbrief vereist Verplicht 5.2.2) VP VP Verplicht VP VP Verplicht 10 Schakelen in LS-distributienetten VP **) 11 Schakelen in no-break installaties t.b.v. onderhoudswerkzaamheden, beproevingen en testen 12 Ring doorschakelen in een laagspannings installatie. 13 Het aanbrengen/ verwijderen van veiligheidsmaatregelen (afscherming) in de LS installaties die voorkomen dat actieve delen kunnen worden aangeraakt of de gevarenzone kan worden bereikt. VP **) VP VP Verplicht VP VP **) **) - Niet verplicht maar ter beoordeling van WV- IV, zie omschrijving Schakelbrief, sectie (zie

33 Page 33 Tabel-5.2B- Hoogspanningsinstallaties Bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen 1 Het voor de eerste keer onder spanning brengen van HS schakelaars, transformatoren, harmonische filters en inrush weerstanden (altijd melden aan IV) 2 Vrijschakelen en paraat stellen van HSgeneratoren, niet gekoppeld met het openbare net 3 Inbedrijf stellen en proefdraaien van HSgeneratoren na werkzaamheden 4 Bedieningshandelingen in HSdistributienetten waarbij gekoppeld of ontkoppeld wordt 5 Scheiden en paraat stellen van HStransformatoren, waarbij niet gekoppeld of ontkoppeld wordt 6 Eerste inbedrijfstelling van HS-motoren bij nieuwbouwwerkzaamheden (altijd melden aan IV) 7 Aanbrengen, verwijderen en vervangen van zekeringen in HS installaties 8 Vrijschakelen en paraat stellen van HSmotoren, anders dan als operationele handeling, en behalve bij de eerste inbedrijfstelling 9 Aanbrengen en verwijderen van aardingen en kortsluitingen door middel van aardingsen kortsluitschakelaar in HS velden 10 Aanbrengen en verwijderen van aardingen en kortsluitingen door middel van Aardingsgarnituur in HS velden (altijd melden aan IV) 11 Het bedienen van aardingsschakelaars waarbij deuren/omkastingen geopend moeten worden. 12 Het aanbrengen/ verwijderen van veiligheidsmaatregelen (afscherming) in de HS installaties die voorkomen dat actieve delen kunnen worden aangeraakt of de gevarenzone kan worden bereikt. uit te voeren door in van aanwezigheid Schakelbrief vereist WV VP Verplicht VP VP Verplicht WV VP Verplicht WV VP Verplicht VP VP Verplicht WV VP Verplicht WV VP **) VP WV VP *) *) alleen bij Coq. of gelijkwaardig VP (alleen bij inkomende velden) **) Verplicht WV VP Verplicht WV VP Verplicht WV VP **) **) - Niet verplicht maar ter beoordeling van WV- IV, zie omschrijving Schakelbrief, sectie Wanneer bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen zowel ter plaatse als op afstand kunnen worden verricht, heeft bediening op afstand de voorkeur.

34 Page FUNCTIONELE INSPECTIE NEN 3140 Titel: Functionele inspectie: NEN 3840 Titel: Functionele controle: Meting NEN 3140: Aanvullende voorschriften voor NAM: Indien een EVC is uitgegeven moet voorafgaand aan het verrichten van de meting de EVC, eventueel tijdelijk, worden opgeheven. Indien nodig moet na de meting een nieuw EVC worden aangemaakt. Zorg ervoor dat GEEN enkele andere activiteit wordt uitgevoerd aan hetzelfde equipment als waaraan wordt gemeten. Overleg met de LVP is hiervoor vereist, Personeel van derden mag metingen uitvoeren in de door de eigen werkgever geleverde panelen, indien er sprake is van onafgebroken toezicht van een door NAM aangewezen VP en/of WV of indien men direct door NAM is aangewezen tot minimaal VP. NEN 3840: Geen aanvullende voorschriften voor NAM: Beproeving NEN 3140: Aanvullende voorschriften voor NAM: Indien een EVC is uitgegeven moet voorafgaand aan het verrichten van de meting de EVC, eventueel tijdelijk, worden opgeheven. Indien nodig moet na de beproeving een nieuw EVC worden aangemaakt. Zorg ervoor dat GEEN enkele andere activiteit wordt uitgevoerd aan hetzelfde equipment als waar aan wordt beproefd. Overleg met de LVP is hiervoor vereist, Personeel van derden mag beproevingen uitvoeren in de door de eigen werkgever geleverde panelen, indien er sprake is van onafgebroken toezicht van een door NAM aangewezen VP en/of WV of indien men direct door NAM is aangewezen tot minimaal VP. NEN 3840: Geen aanvullende voorschriften voor NAM:

35 Page Inspectie. NEN 3140: Aanvullende voorschriften voor NAM: De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties wordt bepaald door de IV overeenkomstig bijlage-h, I, -J, en K van NEN Inspectie is een vorm van elektrotechnische werkzaamheden. Alle bepalingen ten aanzien van elektrotechnische werkzaamheden uit deze norm (hoofdstuk 6, Werkprocedures) zijn dan ook onverkort op inspectie van toepassing. Voor elektrische installaties in ruimtes met gasontploffingsgevaar geldt een inspectiefrequentie van eens per 3 jaar (IEC ), afwisselend een gecombineerde visuele en nauwkeurige inspectie en een inspectie d.m.v. meting en beproeving. Uit te voeren inspectie en de rapportage daarvan moet voldoen aan de kwaliteitssysteemeisen zoals gesteld in het ISO-9000 kwaliteitssysteem (NEN-EN ISO 9001; 2000). Relevante hoofdstukken hieruit zijn o.a.: hoofdstuk 5.5.6: beheer van documenten hoofdstuk 5.5.7: beheer van kwaliteitsregistraties hoofdstuk 7.1: planning van realisatieprocessen hoofdstuk 7.5.1: beheersing van activiteiten hoofdstuk 7.6: beheer van meet- en monitoringsmiddelen hoofdstuk 8: meting, analyse en verbetering Specifieke bepalingen bij inspecties op NAM-locaties Visuele inspectie aan nieuwe installaties moet worden uitgevoerd in spanningsloze toestand. Visuele inspectie aan bestaande installaties moet bij voorkeur ook in spanningsloze toestand worden uitgevoerd. E.e.a. ter beoordeling van de IV in overleg met de WV Vóór aanvang van inspectiewerkzaamheden moet worden nagegaan welke gevaren zich bij inspectie kunnen voordoen. Dit is vastgelegd middels de werkvergunningen procedure Eisen aan inspecterende instantie en inspecteur De inspecteur die medewerker is van de bedoelde organisatie dient aantoonbare ervaring te hebben met het inspecteren van installaties in de petrochemische industrie met een voor NAM kenmerkende uitgebreidheid. Aantoonbare ervaring wordt aanwezig geacht bij het minimaal vijf keer assisteren bij een dergelijke inspectie, en het minstens eenmaal zelfstandig produceren van een inspectierapport. De inspecteur heeft minimaal een aanstelling als VP en dient in het bezit te zijn van een geldig certificaat veilig werken LS (en/of HS) ten behoeve van VP volgens richtlijnen van de STIchting Persoonscertificatie ELektrotechniek (STIPEL) of gelijkwaardig. De inspecteur dient in het bezit te zijn van een geldig certificaat inspecteur LS volgens richtlijnen van de STichting Persoonscertificatie ELektrotechniek (STIPEL) of gelijkwaardig.

36 Page De inspecties van NAM elektrische installaties. Aanvullende voorschriften voor NAM: In het algemeen zijn bij NAM steekproeven niet toegestaan. Voor bestaande installaties zijn uitzonderingen hierop: a. inspectie van verlichtingsarmaturen buiten handbereik; b. inspectie van motorbeveiligingschakelaars en installatieautomaten waarvoor uit- en inbouw van deze automaten voor het verrichten van een juiste inspectie noodzakelijk is; c. in kantoorgebouwen: inspectie van arbeidsmiddelen en identieke installatieonderdelen. Voor NAM-installaties wordt het theoretisch risico op 1% gesteld. Voor de steekproefgrootte, de criteria voor afkeur en afwijking van het inspectie interval wordt verwezen naar de tabel-j1 in bijlage J, respectievelijk tabel-k van NEN Rapportage van de resultaten van de eerste inspectie moet worden bewaard onder verantwoordelijkheid van de IV in opdracht van de beheerder. Inspectierapporten dienen in hard copy te worden aangeleverd, onder vermelding van de naam van de inspecteur, die het rapport tevens ondertekend moet hebben. Bovendien moeten inspectierapporten digitaal worden aangeleverd. De IV dient de rapportage van de laatste twee inspecties van elke locatie beschikbaar te hebben. Bij deze rapportage dient de schriftelijke weerslag van de genomen acties te worden bewaard. (minimaal net zo lang als de inspectierapporten bewaard moeten worden, dat wil zeggen dat de rapporten van de afgelopen 2 inspecties steeds beschikbaar moeten zijn). Inspectierapporten dienen tenminste het volgende te bevatten: naam en functie opdrachtgever; naam en functie opdrachtnemer; locatiegegevens van geïnspecteerde locatie; datum inspectie; omvang van de inspectie; motivatie van eventueel gehouden steekproef en steekproefgrootte; methode van inspectie, inclusief beschrijving van meetapparatuur; calibratiegegevens meetapparatuur; volledige resultaten (waarin aangegeven alle gemeten waarden, alle waarden van hulpapparatuur voor zover gebruikt voor berekeningen etc.) van de inspectie, met referentie naar van toepassing zijnde normartikelen, met name dient bij afkeur de referentiewaarde te zijn vermeld; conclusie en aanbevelingen; in de conclusie naar aanleiding van de inspectie moet, voor zover van toepassing, relatie gelegd worden met conclusies uit eerdere inspectierapporten; adviesdatum (jaar en maand) waarvóór de volgende inspectie dient plaats te vinden. Voor nieuwe installaties en uitbreidingen van bestaande installaties geldt dat deze installaties pas in gebruik genomen mogen worden nadat alle defecten en tekortkomingen die bij inspectie zijn geconstateerd, zijn verholpen en eerst nadat metingen en beproevingen, zonodig meermalen, zijn herhaald totdat geen defecten en tekortkomingen meer worden geconstateerd. Voor bestaande installaties dient de IV er zorg voor te dragen dat gebreken die direct van invloed zijn voor de veiligheid van personen onverwijld worden hersteld, gevolgd door een her-inspectie.

37 Page 37 Voor overige gebreken dient de IV passende herstelmaatregelen binnen een redelijke termijn te hebben doorgevoerd (redelijke termijn is ter beoordeling van de IV), dan wel met redenen omkleed te hebben vastgelegd waarom deze herstelmaatregelen zijn uitgesteld of achterwege gelaten. Tijdelijke installaties (waaronder begrepen ingehuurd materiaal) onderscheiden zich vanuit het oogpunt van inspectie niet wezenlijk van nieuwe of bestaande installaties. Tijdelijke installaties dienen dan ook bij eerste ingebruikname zoals boven omschreven te worden geïnspecteerd. Bij gebruik van de tijdelijke installatie langer dan een (1) jaar, volgt inspectie volgens NEN 3140 en NEN Deze bepaling geldt ook voor tijdelijke installaties van derden gevoed uit een door NAM ter beschikking gesteld voedingspunt (zie DEP EPE-NL Standard requirements for temporary installations, art. 4.9). Bij alle installaties dient voorafgaand aan de inspectie bepaald te worden of bijzondere omstandigheden van toepassing zijn (b.v. ruimten met gasontploffingsgevaar). Bij inspectie dienen deze omstandigheden mede te worden afgewogen in de beoordeling van toepasselijkheid van apparatuur en aanleg De inspecties van elektrische arbeidsmiddelen Aanvullende voorschriften voor NAM: Elk arbeidsmiddel dient bij inlevering, door de medewerker van het innamepunt, opnieuw visueel te worden geïnspecteerd. NEN 3840: Geen aanvullende voorschriften voor NAM:

38 Page WERKPROCEDURES 6.1 ALGEMEEN Aanvullende voorschriften voor NAM: Voor NAM zijn de navolgende bijlagen van toepassing: Bijlage B (Normatief) Aanvullende informatie voor veilig werken (NEN 3140 en NEN 3840), Bijlage C (Informatief) Toezicht, voor NAM is dit NORMATIEF en dus onverkort van toepassing (NEN 3140 en NEN 3840), Voor NAM is de navolgende bijlage niet van toepassing: Bijlage P (Informatief) Richtlijn voor het opstellen van een instructie voor het vervangen van mespatronen door VOP. Voor NAM is een VOP niet bevoegd deze activiteiten uit te voeren en derhalve is dit artikel niet van toepassing bij NAM. (NEN 3140), Naast deze EBV staan andere documenten met betrekking tot elektrotechnische installaties en werkzaamheden met en aan elektrotechnische installaties ter beschikking. Voor deze documenten wordt verwezen naar het CMS systeem (Common Management System NAM). Zowel in NEN 3140 als in NEN 3840 is aangegeven dat alleen de IV toestemming mag geven om met de werkzaamheden te beginnen. Bij NAM is deze verantwoordelijkheid door de IV gedelegeerd aan de WV. De WV dient te allen tijde geïnformeerd te worden over de elektrotechnische werkzaamheden en zich ervan te overtuigen dat er voldoende / adequate veiligheidsmaatregelen zijn/worden genomen. Voor het treffen van bedieningshandelingen/ veiligheidsmaatregelen wordt verwezen naar de tabellen 5.2A- Laagspanningsinstallaties / 5.2B- Hoogspanningsinstallaties, Sectie-5.2. Voordat een elektrische installatie/ equipment voor de eerste maal onder spanning wordt gezet moet deze aangemeld worden bij de IV. De IV beoordeelt samen met de WV de installatie op elektrische risico s en hoe de bedrijfsvoering en werkzaamheden op veilige wijze kunnen worden uitgevoerd. Zij controleren tevens of deze waar nodig in werkinstructies, bedieningsvoorschriften of procedures zijn vastgelegd. Voor de hervatting van werkzaamheden is toestemming nodig van de WV. De WV mag deze taak ook delegeren naar de VP. Voor werkzaamheden in ruimten met ontploffingsgevaar zijn tevens de bepalingen in sectie-4.5 van toepassing Inductie NEN 3140: Vervallen. NEN 3840: Geen aanvullende voorschriften NAM.

39 Page Weersomstandigheden. 6.2 SPANNINGSLOOS WERKEN Aanvullende voorschriften voor NAM: Zowel in NEN 3140 als in NEN3840 is aangegeven dat alleen de IV toestemming mag geven om met de werkzaamheden te beginnen. Bij NAM is deze verantwoordelijkheid door de IV gedelegeerd aan de WV Scheiden Aanvullende voorschriften voor NAM: Zowel in NEN 3140 als in NEN3840 is aangegeven dat alleen de IV toestemming mag geven om met de werkzaamheden te beginnen. Bij NAM is deze verantwoordelijkheid door de IV gedelegeerd aan de WV Beveiligen tegen opnieuw inschakelen Aanvullende voorschriften voor NAM: Schakelaars en scheiders, waarmee de werkplek is gescheiden, worden beveiligd tegen wederinschakeling door de mechanische vergrendeling van het bedieningsmechanisme met behulp van minimaal een (1) hangslot en een gevaren label. Wanneer geen mechanische vergrendeling kan worden aangebracht moeten andere maatregelen tegen wederinschakeling worden genomen, zoals: het uitnemen van schakelstiften of smeltpatronen; het uitschakelen van stuurstroomautomaten; het uitrijden van de schakelaar; het ontspannen van inschakelveren; het afblazen van lucht; het losnemen van kabels, het uitschakelen van installatie automaten. Smeltpatronen of uitneembare leidingstukken, die zijn gebruikt voor het vrijschakelen, moeten veilig worden opgeborgen. Te allen tijde moet een gevaren label en waar mogelijk een (mini)-hangslot worden aangebracht. Indien blijkt dat het aanbrengen van een (mini)-hangslot op een automaat niet mogelijk is, moeten andere doeltreffende maatregelen worden genomen. Indien de paneeldeur zonder speciaal gereedschap is te openen, dient de veiligstelling op een hoger niveau plaats te vinden. Aan de bedieningsorganen moeten waarschuwingsborden en/of gevarenlabels worden aangebracht, waaruit blijkt dat deze niet mogen worden ingeschakeld. De waarschuwingsborden en/of gevarenlabels moeten worden aangebracht zowel aan de bedieningsorganen waarmee wordt vrijgeschakeld, als aan andere mogelijke bedieningsorganen. Een model van het gevarenlabel is toegevoegd als bijlage NAM 9.2. Op het gevaren label dient het Elektrisch Veiligstel Certificaat (EVC nummer) te worden ingevuld.

40 Page Controleren of de installatie spanningsloos is Informatie met betrekking tot gereedschappen en hulpmiddelen (kabel knipapparatuur) is aangegeven in sectie Aarden en Kortsluiten Aanvullende voorschriften voor NAM is aangegeven in sectie t/m Algemeen Eisen te stellen aan laagspanningsinstallaties NEN 3140: Vervallen NEN 3840: Vervallen Aanvullende voorschriften voor NAM: Laagspanningsinstallaties behoeven niet altijd geaard en kortgesloten te worden, maar wel wanneer het risico bestaat dat de installatie spanning gaat voeren vanuit een andere bron, bijvoorbeeld: bij bovengrondse leidingen die worden gekruist door andere lijnen of die elektrisch worden beïnvloed; door een noodstroomgenerator, UPS systemen, accu s/ batterijen Eisen te stellen aan hoogspanningsinstallaties NEN 3140: Vervallen. NEN 3840: Beschermingsvoorzieningen aanbrengen NEN 3140 Titel: Actieve delen afschermen NEN 3840 Titel: Bescherming ten opzichte van naastgelegen actieve delen Toestemming om met de werkzaamheden te beginnen

41 Page Inschakelen na de werkzaamheden NEN 3140 Titel: Inschakelen na de werkzaamheden NEN 3840 Titel: Opnieuw inschakelen na de werkzaamheden Aanvullende voorschriften voor NAM: Zowel in NEN 3140 als in NEN 3840 is aangegeven dat alleen de IV toestemming mag geven om met de werkzaamheden te beginnen. Bij NAM is deze verantwoordelijkheid door de IV gedelegeerd aan de WV. 6.3 ONDER SPANNING WERKEN NEN 3140: Aanvullende voorschriften voor NAM: Bij NAM geldt dat ONDER SPANNING WERKEN NIET IS TOEGESTAAN. Ter informatie: De rechter zal ingeval van een ongeval bij onder spanning werken, economische redenen niet accepteren als dringende noodzaak. De NAM elektrotechnische installaties zijn niet ontworpen, niet gebouwd, en dus niet geschikt, om onder spanning werkzaamheden uit te voeren. NAM medewerkers en in het algemeen medewerkers van (onder-)aannemers voldoen niet aan art (opleiding voor werken onder spanning). Het is de verantwoording van de WV zeker te stellen, dat NOOIT onder spanning wordt gewerkt. Opmerking: Bij NAM is onder spanning werken wel toegestaan indien is voldaan aan NEN 3140 artikel (ELV ketens). Werkzaamheden aan accusystemen met een hogere spanning / hoger vermogen dan in NEN 3140 artikel is aangegeven zijn toegestaan indien aanvullende maatregelen worden genomen, zie sectie NAM 4.6 F1 en bijlage-o Werkzaamheden in accukasten en accu laadstations. Bedieningshandelingen, metingen en beproevingen zijn geen werkzaamheden in de zin van hoofdstuk 6. Zie ook NEN 3840 art en Sectie In nabijheid van actieve delen werken is gelijk aan werkzaamheden onder spanning. Voor de grenzen van de gevarenzone wordt verrwezen naar NEN 3140 sectie 6.1, tabel-105, In twijfel of discussiegevallen m.b.t. onder spanning werken dient altijd de IV te worden geraadpleegd. NEN 3840: vervallen Werkmethoden voor onder spanning werken. Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Opleiding en Kwalificatie. Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Op peil houden van de vaardigheden van het personeel.

42 Page 42 Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Werkmethoden. Vervallen Werkomstandheden. Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Gereedschappen, hulpmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen. Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Omgevingsinvloeden. Vervallen Organisatie van de werkzaamheden. Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Werkvoorbereiding Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Handelingen door de IV Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Handelingen door de WV Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan Specifieke eisen voor installaties met zeer lage spanning NEN 3140: Specifieke eisen voor Laagspanning installaties NEN 3140: Vervallen. NEN 3840: Niet aanwezig Specifieke eisen voor Hoogspanning installaties NEN 3140: nvt. NEN 3840: Niet aanwezig Specifieke eisen voor werken aan actieve delen NEN 3140: Vervallen. NEN 3840: Vervallen.

43 Page Installaties beschermd tegen overstroom en kortstluiting. NEN 3140: NEN 3840: Niet aanwezig Onderbreking NEN 3140: NEN 3840: Niet aanwezig. 6.4 WERKEN OP VEILIGE AFSTAND NEN 3140 Titel: Werken op veilige afstand NEN 3840 Titel: Werken in nabijheid van actieve delen Aanvullende voorschriften voor NAM: Veiligheidsmaatregelen in installaties die vallen onder NAM beheer mogen alleen worden genomen door personen die schriftelijk door NAM zijn aangewezen. Elektrotechnische werkzaamheden aan of nabij veiliggestelde (spanningsloze) installaties mogen alleen worden uitgevoerd door personen die schriftelijk zijn aangewezen overeenkomstig de geldende Nederlandse normen en voorschriften Algemeen Bescherming door schermen, afschermingen, afdekkingen of isolerende omhulsels Bescherming door Veilige Afstand en Toezicht NEN 3140: NEN 3840: Vervallen Constructie Werkzaamheden en andere Niet-Elektrotechnische Werkzaamheden. NEN 3140: Vervallen. NEN 3840: Werkzaamheden Bij Risicoverhogende Omstandigheden NEN 3140: NEN 3840: Niet aanwezig Elektrotechnische werkzaamheden door leerlingen en studenten NEN 3140: NEN 3840: Niet aanwezig.

44 Page ONDERHOUDSPROCEDURES Aanvullende voorschriften voor NAM: Veiligheidsmaatregelen met betrekking tot installaties die vallen onder NAM beheer mogen alleen worden genomen door personen die schriftelijk door NAM zijn aangewezen. 7.1 ALGEMEEN. 7.2 PERSONEEL 7.3 REPARATIE WERKZAAMHEDEN 7.4 VERVANGINGEN Aanvullende voorschriften voor NAM: Voor NAM geldt dat de smeltveiligheden in elektrische installaties alleen mogen worden vervangen door een door NAM aangewezen persoon met minimaal een VP aanwijzing. Bij het uitnemen en plaatsen van mespatronen, die nog onder spanning staan, is het verplicht de persoonlijke beschermings middelen (PBM) te gebruiken, zie sectie-4.6 (PBM s). 7.5 TIJDELIJKE ONDERBREKINGEN 7.6 BEEINDIGING VAN ONDERHOUDS WERKZAAMHEDEN

45 Page BIJLAGEN (VAN NEN 3140 EN/OF NEN 3840) BIJLAGE-A (NORMATIEF) RICHTLIJNEN VOOR DE WAARDEN VAN DE AFSTANDEN IN LUCHT VOOR WERKMETHODEN (NEN 3140 EN NEN 3840) NEN 3140: Vervallen. NEN 3840: A1 Onder Spanning werken. Bij NAM is onder spanning werken niet toegestaan A2 Werken in nabijheid van actieve delen. BIJLAGE B (NORMATIEF) AANVULLENDE INFORMATIE VOOR VEILIG WERKEN (NEN 3140 EN NEN 3840) B1 Voorbeeld van de toepassing van onder spanning werken B.1.1 Voorbeeld van de toepassing van onder spanning werken Vervallen. B.1.2 Vervallen. Berekening van de voorgeschreven werkafstand B2 Omgevingsinvloeden B.2.1 Neerslag B.2.2 Dichte mist B.2.3 Onweer B.2.4 Harde wind B.2.5 Stormachtige zilte zeewind B.2.6 Extra lage temperatuur

46 Page 46 B3 Brandpreventie en Brandbestrijding Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie B4 Werkplek met ontploffingsgevaar Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie-3.8. BIJLAGE C (INFORMATIEF) TOEZICHT (NEN 3140 EN NEN 3840) Aanvullende voorschriften voor NAM: INFORMATIEF is gewijzigd in NORMATIEF, C1 Doel en voorwaarden voor toezicht NEN 3140 NEN 3840 C2 Ononderbroken toezicht NEN 3140 Titel: Ononderbroken toezicht; NEN 3840 Titel: Onafbroken toezicht; C3 Regelmatig toezicht NEN 3140 NEN 3840 C4 Toezichthoudend Personeel NEN 3140 NEN 3840 C5 Aard van toezicht NEN 3140 NEN 3840 BIJLAGE D (INFORMATIEF) GLOBALE PROCEDURE VOOR HET AANWIJZEN VAN PERSONEN (NEN 3140 EN NEN 3840) Aanvullende voorschriften voor NAM: INFORMATIEF is gewijzigd in NORMATIEF, D1 Aanwijzen NEN 3140 Titel: Aanwijzen; Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie-4.2. NEN 3840 Titel: Aanwijzen; Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie-4.2.

47 Page 47 D2 Criteria voor IV, WV en VP NEN 3140 Titel: Criteria voor IV, WV en VP; Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie-4.2. NEN 3840 Criteria voor IV, WV, VP en Bedieningsdeskundigen: Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie-4.2. D3 Criteria voor VOP NEN 3140 Titel: Criteria voor VOP; Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie NEN 3840 Criteria voor VOP: Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie-4.2. D4 De aanwijzing NEN 3140 Titel: De aanwijzing; Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie-4.2. NEN 3840 Titel: De aanwijzing; Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie-4.2. BIJLAGE E (INFORMATIEF) HET BEPALEN VAN DE TIJD TUSSEN TWEE OPEENVOLGENDE INSTRUCTIES (NEN 3140) E1 De tijd tussen twee opeenvolgende instructies Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 4.2. E2 De factoren Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 4.2. E3 Het bepalen van de tijd tussen twee opeenvolgende instructies Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 4.2. BIJLAGE E (INFORMATIEF) STANDAARD TAALGEBRUIK HOOGSPANNING (NEN 3840) Van toepassing zijnde voorschriften voor standaard taalgebruik voor NAM zijn aangegeven in bijlage NAM sectie 9.6. BIJLAGE F (INFORMATIEF) DE IV EN DE WV (NEN 3140) F1 Het werkdomein van de IV en het werkdomein van de WV F2 Eisen te stellen door de IV

48 Page 48 F3 Eisen te stellen door de WV F4 Overdracht van verantwoordelijkheid bij spanningsloos werken Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie F5 Overdracht van verantwoordelijkheid bij onder spanning werken en nabij actieve delen Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie en sectie-6.3. BIJLAGE F (INFORMATIEF) CITATEN UIT HET ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN BESLUIT (NEN 3840) BIJLAGE G (INFORMATIEF) HET GEBRUIK VAN BESCHERMINGSMIDDELEN EN HULPMIDDELEN (NEN-3140) Aanvullende voorschriften voor NAM: G.1 Gebruikssituaties BIJLAGE H (NEN-3140) (INFORMATIEF) HET UITVOEREN VAN ELEKTROTECHNISCHE METINGEN Aanvullende voorschriften voor NAM: Is aangegeven in sectie 5.3. INFORMATIEF is gewijzigd in NORMATIEF, BIJLAGE I (NORMATIEF) HET BEPALEN VAN DE TIJD TUSSEN TWEE OPEENVOLGENDE INSPECTIES VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES (NEN-3140) Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 5.3. I1 De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie I2 De Factoren

49 Page 49 Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie I3 Het bepalen van de tijd tussen twee opeenvolgende inspecties Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie BIJLAGE J 3140) (INFORMATIEF) HET BEPALEN VAN DE STEEKPROEF BIJ INSPECTIES (NEN- J1 Theoretische risico s bij installaties Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 5.3. J2 Elektrische Arbeidsmiddelen Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 5.3. J3 Omvangrijke installaties of installaties met bijzonder risico s Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 5.3. J4 Overige installaties BIJLAGE K (NORMATIEF) HET BEPALEN VAN DE TIJD TUSSEN TWEE OPEENVOLGENDE INSPECTIES VAN ELEKTRISCHE ARBEIDSMIDDELEN (NEN-3140) K1 De tijd tussen twee opeenvolgende inspecties Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 5.3. K2 De Factoren K3 Het bepalen van de tijd tussen twee opeenvolgende inspecties Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 5.3. BIJLAGE L (INFORMATIEF) METEN VAN DE REËLE EN VERVANGENDE AARDLEKSTROOM (NEN-3140) Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie 5.3.

50 Page 50 BIJLAGE M (INFORMATIEF) HET GEBRUIK VAN VERPLAATSBARE ELEKTRISCHE AGGREGATEN (NEN-3140) Aanvullende voorschriften voor NAM zijn aangegeven in sectie BIJLAGE N (NORMATIEF) WERKZAAMHEDEN IN RISICOVERHOGENDE OMSTANDIGHEDEN (NEN-3140) BIJLAGE O (INFORMATIEF) WERKZAAMHEDEN IN ACCUKASTEN EN ACCU LAADSTATIONS (NEN-3140) O1 Beperking van de werkzaamheden O2 Verantwoordelijkheden O3 Bevoegdheden O4 Veiligheidsmaatregelen O5 Hulpmiddelen O6 Elektrotechnische werkzaamheden, het aan- en afkoppelen van accu s met gereedschap Aanvullende voorschriften voor NAM is aangegeven in sectie-6.3. O7 Veiligheidsmaatregelen met betrekking tot niet-elektrische gevaren BIJLAGE P (INFORMATIEF) RICHTLIJN VOOR HET OPSTELLEN VAN EEN INSTRUCTIE VOOR HET VERVANGEN VAN MESPATRONEN DOOR VOLDOEND ONDERRICHTE PERSONEN (NEN-3140) Aanvullende voorschriften voor NAM: Bij NAM mag een VOP geen mespatronenen plaatsen/verwijderen, zie sectie en -6.2.

51 Page 51 BIJLAGEN NAM

52 Page DIVERSE FORMULIEREN ELEKTROTECHNISCH PERSONEEL B1 APPOINTMENT OF NAM PERSONNEL INSTALLATIE VERANTWOORDELIJKE Doc#: EP B1 BENOEMING VAN NAM PERSONEEL Installatie Verantwoordelijke Doc# : EP B2 APPOINTMENT OF NAM PERSONNEL: Werk Verantwoordelijke Vakbekwaam Persoon Voldoende Onderricht Persoon DOC#: EP B2 BENOEMING VAN NAM PERSONEEL Werk Verantwoordelijke Vakbekwaam Persoon Voldoende Onderricht Persoon DOC#: EP B3-IV DECLARATION BY NAM PERSONNEL Installatie Verantwoordelijke DOC#: EP B3-IV VERKLARING NAM PERSONEEL Installatie Verantwoordelijke DOC#: EP B3-WV-VP-VOP DECLARATION BY NAM PERSONNEL Werk Verantwoordelijke Vakbekwaam Persoon Voldoende Onderricht Persoon DOC#: EP B3-WV-VP-VOP VERKLARING NAM PERSONEEL Werk Verantwoordelijke Vakbekwaam Persoon Voldoende Onderricht Persoon DOC#: EP B6 APPOINTMENT OF THIRD PARTY PERSONNEL Werk Verantwoordelijke Vakbekwaam Persoon Voldoende Onderricht Persoon DOC#: EP B6 BENOEMING VAN AANNEMER PERSONEEL Werk Verantwoordelijke Vakbekwaam Persoon Voldoende Onderricht Persoon DOC#: EP B7-WV-VP-VOP DECLARATION OF THIRD PARTY PERSONNEL Werk Verantwoordelijke Vakbekwaam Persoon Voldoende Onderricht Persoon DOC#: EP B7-WV-VP-VOP VERKLARING AANNEMER PERSONEEL Werk Verantwoordelijke Vakbekwaam Persoon Voldoende Onderricht Persoon DOC#: EP VERKLARING ONTVANGEN SLEUTELS DOC#: EP VERKLARING TERUGGEGEVEN SLEUTELS DOC#: EP WIJZIGING BEVEILIGING/INSTELLING IN EEN ELEKTRISCHE INSTALLATIE DOC#: EP

53 Page Gevarenlabel Het elektrisch gevaren label is te verkrijgen in twee versies: NAM nummer: (afmeting: 29,7 x 8,5 cm; Papier), NAM nummer: (afmeting: 24,5 x 8,0 cm; Papier), Opmerking: op speciale bestelling zijn bovengenoemde gevaren labels in polyester uitvoering (geplastificeerd) te verkrijgen.

54 Page SCHAKELBRIEF: INSCHAKELEN, BLANCO 9.4 SCHAKELBRIEF:VOORBEELD

55 Page 55

56 Page SCHAKELSTAPPENPLAN - VOORBEELD

57 Page TERMEN EN DEFINITIES BENAMING AANDUIDING BRON Aarden en kortsluiten Het tot stand brengen van kortsluitvaste verbinding tussen aarde en het vrijgeschakelde deel. Aarden Het tot stand brengen van een verbinding tussen spanningloos gemaakte actieve delen en aarde met behulp van een aarder of aardsnoer; Kortsluiten: Het tot stand brengen van een kortsluitvaste verbinding tussen twee of meer spanningloos gemaakte actieve delen. ENTSOE/ STIPEL Afschakelen Het zorgen voor een spanningsloze toestand in een netdeel ENTSOE/ STIPEL Beproeven Beveiligen tegen opnieuw inschakelen Het met verhoogde spanning controleren van de isolatie van netdelen ten opzichte van elkaar en aarde, zoals het meten met een megger. Onder beproeven wordt verstaan: het controleren van de effectiviteit van bijvoorbeeld beveiligings- en veiligheidsketens, meting maakt vaak deel uit van een beproeving. ENTSOE/ STIPEL Zie omschrijving als aangegeven in normen NEN 3140 / NEN 3840, NEN 3140/ Blokkeren Zie Beveiligen tegen opnieuw inschakelen NAM NEN 3840 sectie Doorschakelen Het parallel schakelen van transformatoren aan laagspanningszijde. STIPEL Elektrotechnische bedieningshandelingen Inschakelen Inspectie Fasevergelijken Koppelen Voor omschrijving zie normen NEN 3140 / NEN 3840 artikel-5.2 NEN 3140/ Het maken van een verbinding door middel van een vermogenschakelaar of lastscheider, scheider of aarder. Het is een bedieningshandeling waarbij de contacten in het hoofdstroomcircuit van een schakelaar worden gesloten. Alle handelingen die nodig zijn om te controleren of een elektrische installatie voldoet aan de technische voorschriften, veiligheidsvoorschriften, zoals omschreven in de desbetreffende normbladen, fabrikantsvoorschriften etc. Aantonen van de fasegelijkheid tussen twee gescheiden spanningvoerende delen, na montage werkzaamheden. Het maken van een verbinding tussen twee (2) delen van een hoogspanningsnet achter twee (2) voedingen (transformatoren). Meting Alle handelingen om fysische gegevens te meten in een elektrische installatie. NAM NEN 3840 ENTSOE/ STIPEL NAM NEN 3840 Bijlage-E Onder spanning brengen Het opheffen van de spanningsloze toestand in een netdeel STIPEL Ontkoppelen Het onderbreken van een verbinding tussen twee (2) delen van een hoogspanninsgnet achter twee (2) voedingen (transformator) ENTSOE/ STIPEL ENTSOE/ STIPEL Ontladen Het afvoeren van lading van het vrijgeschakelde deel van het hoogspanningsnet ENTSOE Operationele handelingen Ring openen Ring sluiten Het in en uitschakelen van elektrische apparatuur (NL) door niet elektrotechnisch personeel. Het onderbreken van een verbinding tussen twee delen van een hoogspanningsnet achter een (1) voeding (transformator) Het maken van een verbinding tussen twee delen van een hoogspanningsnet achter een (1) voeding (transformator) NAM ENTSOE/ STIPEL ENTSOE/ STIPEL Scheiden Het uitschakelen van scheiders zover de installatie dat toelaat ENTSOE/ STIPEL Scheiding opheffen Het opheffen van scheidingen van een netdeel ENTSOE/ STIPEL Selecteren Het met de juiste apparatuur identificeren van een kabel op de plaats van montage STIPEL Paraat stellen Een installatie of een deel daarvan zodanig bedrijfsklaar maken dat normale inbedrijfname mogelijk is. Paraat stellen houdt onder meer in: het wegnemen van aangebrachte aardingen, het ongedaan maken van beveiligen tegen opnieuw inschakelen, het inschakelen van scheidingsschakelaars, NAM

58 Page 58 Schakelbrief schakelstappenplan Spanning meten Spanning testen Spanningsloosheid aantonen Uitkleuren Uitschakelen Veiligheidsmaatregelen Veiligstellen Elektrische werkzaamheden Verbreken Volledig Scheiden Vrijschakelen Werkaarding aarden) t.b.v. (zichtbaar het plaatsen van schakelstiften en smeltveiligheden, het inschakelen van besturingscircuits en het verwijderen van waarschuwingsborden. In een schakelbrief is aangegeven de bedieningshandelingen/ veiligstelmaatregelen die noodzakelijk zijn voor het veilig in- en uit bedrijf nemen van Elektrische Installaties of delen ervan Een stappenschakelplan is een meer uitgebreide schakelbrief met een aantal toevoegingen, zoals aanvullende stappen voor het veilig uitvoeren / Opheffen/ Inbedrijfname van elektrisch equipment en als zodanig bijdragen tot het veilig inen uit bedrijf nemen van Elektrische Installaties of delen ervan Het controleren of een netdeel onder spanning staat, waarbij de werkelijke hoogte van de spanning kan worden afgelezen Het controleren of een netdeel onder spanning staat, zonder dat daarbij de werkelijke hoogte van de spanning kan worden afgelezen Het controleren of een netdeel in spanningloze toestand verkeert. Voor LS geldt: dubbelpolig; Voor HS geldt: enkelpolig. Het vaststellen van de juistheid van de te maken verbindingen (montage) tussen de aders van twee (2) kabeluiteinden. Het onderbreken van een verbinding door middel van een vermogenschakelaar of lastscheider, scheider of aarder. Het is een bedieningshandeling waarbij de contacten in het hoofdstroomcircuit van een schakelaar worden geopend. Maatregelen die elektrische gevaren bij werkzaamheden aan of nabij een elektrische installatie moeten voorkomen. Het elektrisch vrijschakelen (stroom en spanningsloos maken) van een (deel van een) elektrische installatie en het nemen van afdoende maatregelen (blokkeren) om (weder)inschakelen te voorkomen. Het opheffen van de parallelschakeling van transformatoren aan laagspanningszijde. Zie Vrijschakelen Zie standaard taalgebruik zie omschrijving als aangegeven in de normen NEN 3840 bijlage-e (5). Het tot stand brengen van een verbinding naar aarde op het gescheiden netdeel, zichtbaar vanaf de werkplek NAM NAM ENTSOE ENTSOE/ STIPEL Standaard Taalgebruik/ NAM NEN 3840 bijlage-e24 ENTSOE/ STIPEL NAM NAM ENTSOE/ STIPEL NEN 3840 ENTSOE/ STIPEL ENTSOE: European Network of Transmission System Operators for Electricity ( en is voormalig UCTE STIPEL:Stichting Persoons Certificatie Energietechniek.

59 Page AANWIJZINGSSTRUCTUUR E-ORGANISATIE UIE- NAM E-Organisatie & Aanwijs structuur UI EUROPE NAM NL-part Corporate Discipline head Electrical UIE Directeur NAM DIR is verantwoordelijk voor de ARBO Implementatie. Dit vereist aanwijzing van verantwoordelijke personen DIR delegeert de aanwijzing naar Asset/Project manager en Installatie Verantwoordelijken. Principal electrical Engineer NL [PEE] Principal Electrical Engineer [PEE] Geeft vorm aan het beleid, adviseert En bewaakt competentie IV Asset Asset manager Asset/project manager benoemt de InstallatieVerantwoordelijke op voordracht Lijn en PEE. Installatie Verantwoordelijke [IV] De IV is verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering, onderhoud, inspectie en de integriteit van de E-installaties. Hij bewaakt de competentie binnen de Asset en benoemt namens de Dir de WV, VP & VOP. Werk Verantwoordelijke [WV] De WV is verantwoordelijk voor elektrotechnische werkzaamheden. Vakbekwaam Persoon [VP] De VP is bevoegd tot werkzaamheden aan E-installaties en het nemen van veiligheid maatregelen. Voldoend Onderricht Persoon [VOP] De VOP mag eenvoudige werkzaamheden met minimaal risico uitvoeren. Doc #: EP Wetten, normen: ARBO, NEN 3140, 3840 NEN Betekent: Consultatie Betekent: Delegatie / benoemingbevoegdheid Betekent: Aanwijzing / Benoeming CMS-E-ORG-NL2010.ppt

60 Page INSTRUCTIEKAART: IN GEVAL VAN ELEKTRISCHE SCHOK.

NAM. Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (Electrical Safety Rules) DEP 33.64.10.15 NAM. Januari 2013

NAM. Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (Electrical Safety Rules) DEP 33.64.10.15 NAM. Januari 2013 NAM Elektrotechnische Bedrijfsvoorschriften (Electrical Safety Rules) DEP 33.64.10.15 NAM DESIGN AND ENGINEERING PRACTICE 2011 Shell Group of companies All rights reserved. No part of this publication

Nadere informatie

Bedrijfsvoering van elektrische installaties. Veiligheid in verband met de elektrische gevaren volgens NEN 3140:2011

Bedrijfsvoering van elektrische installaties. Veiligheid in verband met de elektrische gevaren volgens NEN 3140:2011 Bedrijfsvoering van elektrische installaties Veiligheid in verband met de elektrische gevaren volgens NEN 3140:2011 oktober 2011 Bestemd voor de cursussen: basiscursus; opfriscursus; voldoende onderricht

Nadere informatie

Installatieverantwoordelijkheid NEN-3140

Installatieverantwoordelijkheid NEN-3140 Installatieverantwoordelijkheid NEN-3140 Installatieverantwoordelijkheid / NEN-3140 Inhoud presentatie: 1. Wie is installatieverantwoordelijke 2. Aanwijzing installatieverantwoordelijke 3. Toelichting

Nadere informatie

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en veilig stellen versie 15-04-2015 behorend bij de BEI-BLS

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en veilig stellen versie 15-04-2015 behorend bij de BEI-BLS Doel Veilig een LS-netdeel in- en uit bedrijf nemen en veilig stellen. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die voor of door de Netbeheerder worden uitgevoerd, tenzij de IV anders heeft bepaald.

Nadere informatie

Instructie aanwijzing NEN 3140

Instructie aanwijzing NEN 3140 Instructie aanwijzing NEN 3140 Het risico Zowel bij het gebruik van elektrische installaties en elektrische arbeidsmiddelen als bij het werken aan elektrische installaties bestaat een zeker risico op gevaar

Nadere informatie

Inleiding... pagina 1. Presentatie NEN 3140... pagina 2. Introductieopleiding NEN- EN 50110 en NEN 3140... pagina 2

Inleiding... pagina 1. Presentatie NEN 3140... pagina 2. Introductieopleiding NEN- EN 50110 en NEN 3140... pagina 2 Inhoudsopgave Inleiding... pagina 1 Presentatie NEN 3140... pagina 2 Introductieopleiding NEN- EN 50110 en NEN 3140... pagina 2 Installatieverantwoordelijke... pagina 3 Werkverantwoordelijke... pagina

Nadere informatie

NEN /400V-installaties. en installaties met andere spanningen van maximaal 1000 V

NEN /400V-installaties. en installaties met andere spanningen van maximaal 1000 V NEN 3140 230/400V-installaties en installaties met andere spanningen van maximaal 1000 V Wat is er nieuw in de NEN 3140+A2:2018 De laagspanningsnorm gaat over het omgaan met het laagspanningsrisico. Anders

Nadere informatie

NEN e druk 2011

NEN e druk 2011 NEN 3140 4 e druk 2011 De praktische invulling van Arbowetgeving voor de elektrotechniek 1 Wettelijke verplichtingen 2 Elektrische veiligheid in Arbowetgeving Arbo-wet Algemene eisen Arbo-besluit Richtlijn

Nadere informatie

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen versie behorend bij de BEI-BLS

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen versie behorend bij de BEI-BLS Doel Veilig een LS-netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die voor of door de Netbeheerder worden uitgevoerd, tenzij de IV anders heeft

Nadere informatie

BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB

BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB Dit is een uitgave van de Kontaktgroep Elektrotechniek Grote Bedrijven Versie oktober 2018 Inhoudsopgave 1. Voorwoord...

Nadere informatie

info@menstech.nl NEN 3140 EN-NEN-50110-1 Hoe zit het nu?

info@menstech.nl NEN 3140 EN-NEN-50110-1 Hoe zit het nu? NEN 3140 EN-NEN-50110-1 Hoe zit het nu? Waar komt aan bod Veilig werken met de NEN3140 Wie regelt wat Wie is daar verantwoordelijk voor Vragen rond opleiden van medewerkers Aanwijsbeleid Veilig werken

Nadere informatie

BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB

BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB Dit is een uitgave van de Kontaktgroep Elektrotechniek Grote Bedrijven Versie juni 2019 Inhoudsopgave 1. Voorwoord...

Nadere informatie

Alle werkzaamheden aan elektrotechnische installaties zijn verboden behalve door hiertoe schriftelijk aangewezen personen (zie hoofdstuk 3).

Alle werkzaamheden aan elektrotechnische installaties zijn verboden behalve door hiertoe schriftelijk aangewezen personen (zie hoofdstuk 3). Beoordeeld en akkoord bevonden door: General Manager, Deputy General Manager, Production Manager, Asset Manager, Manager Technology, Manager Human Resources & General Affairs, Finance Manager. Proceseigenaar

Nadere informatie

Inzage COLOFON Kenteq, Hilversum

Inzage COLOFON Kenteq, Hilversum COLOFON 2015 Kenteq, Hilversum Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand dan wel openbaar gemaakt in enige vorm of op

Nadere informatie

NORM NORM NEN 3140+A1 NEN

NORM NORM NEN 3140+A1 NEN NORM NORM iew Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten.

Nadere informatie

Overview. Beveiligde functies. Microsoft Dynamics NAV. 2007 dvision Automatiseringsbureau.

Overview. Beveiligde functies. Microsoft Dynamics NAV. 2007 dvision Automatiseringsbureau. Microsoft Dynamics NAV Overview 2007 dvision Automatiseringsbureau. All Rights Reserved. No part of this document may be photocopied, reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form

Nadere informatie

Overview. Ingekomen facturen registratie. Microsoft Dynamics NAV. 2006 dvision Automatiseringsbureau.

Overview. Ingekomen facturen registratie. Microsoft Dynamics NAV. 2006 dvision Automatiseringsbureau. Microsoft Dynamics NAV Ingekomen facturen registratie Overview 2006 dvision Automatiseringsbureau. All Rights Reserved. No part of this document may be photocopied, reproduced, stored in a retrieval system,

Nadere informatie

Opleidingscatalogus NEN 3140 / NEN 3840 / NEN 1010 / NEN-EN-IEC 60204 V15.1

Opleidingscatalogus NEN 3140 / NEN 3840 / NEN 1010 / NEN-EN-IEC 60204 V15.1 Opleidingscatalogus NEN 3140 / NEN 3840 / NEN 1010 / NEN-EN-IEC 60204 V15.1 NEN 1010 Basis Training Elektrotechnici die belast zijn met de aanleg van installaties, en voor medewerkers die belast worden

Nadere informatie

Veilig meten met passende, veilige meetapparatuur

Veilig meten met passende, veilige meetapparatuur Veilig meten met passende, veilige meetapparatuur Elektrotechnici verrichten bij hun werkzaamheden regelmatig metingen. Bijvoorbeeld om een waarde van een spanning te meten, een storing te zoeken, spanningsloosheid

Nadere informatie

Nederlandse norm. NEN 3840 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Hoogspanning. Operation of electrical installations - High voltage

Nederlandse norm. NEN 3840 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Hoogspanning. Operation of electrical installations - High voltage Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

Nederlandse norm. NEN 3840 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Hoogspanning. Operation of electrical installations - High voltage

Nederlandse norm. NEN 3840 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Hoogspanning. Operation of electrical installations - High voltage Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

NEN 3840+A2 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties Hoogspanning. Nederlandse norm ICS ;

NEN 3840+A2 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties Hoogspanning. Nederlandse norm ICS ; NORM NORM iew Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten.

Nadere informatie

Je merkt dat het werkt. Veilig werken: implementatie en onderhoud van de NEN 3140

Je merkt dat het werkt. Veilig werken: implementatie en onderhoud van de NEN 3140 Je merkt dat het werkt Veilig werken: implementatie en onderhoud van de NEN 314 Veilig werken: implementatie en onderhoud van de NEN 314 De NEN 314 is de Nederlandse norm voor het veilig werken aan en

Nadere informatie

Nederlandse norm NEN Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geïnstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen.

Nederlandse norm NEN Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geïnstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geïnstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen toegestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING Pagina 1 van 10 Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM 075 6354236 Alle

Nadere informatie

liniled Cast Joint liniled Gietmof liniled Castjoint

liniled Cast Joint liniled Gietmof liniled Castjoint liniled Cast Joint liniled Gietmof liniled is een hoogwaardige, flexibele LED strip. Deze flexibiliteit zorgt voor een zeer brede toepasbaarheid. liniled kan zowel binnen als buiten in functionele en decoratieve

Nadere informatie

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING Pagina 1 van 10 Certificatieschema Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM

Nadere informatie

Certificatieschema VOP-LS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON LAAGSPANNING

Certificatieschema VOP-LS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON LAAGSPANNING Pagina 1 van 13 Certificatieschema Certificatieschema VOP-LS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON LAAGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM

Nadere informatie

Overview. Zorgsector. Microsoft Dynamics NAV. 2006 dvision Automatiseringsbureau.

Overview. Zorgsector. Microsoft Dynamics NAV. 2006 dvision Automatiseringsbureau. Microsoft Dynamics NAV Overview 2006 dvision Automatiseringsbureau. All Rights Reserved. No part of this document may be photocopied, reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form

Nadere informatie

Inzage COLOFON Kenteq, Hilversum

Inzage COLOFON Kenteq, Hilversum COLOFON 2015 Kenteq, Hilversum Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand dan wel openbaar gemaakt in enige vorm of op

Nadere informatie

Voorbeeld Preview Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN

Voorbeeld Preview Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN Bedrijfsvoering van elektrische installaties Hoogspanning iew Nederlandse norm ICS 29.240.01; 91.140.50 Vervangt NEN 3840:2011 Mei 2015 eld be ev Pr or Vo Dit document mag slechts op een stand-alone PC

Nadere informatie

INSPECTIE GASDETECTIEBEVEILIGING Specifieke normen en verwijzingen

INSPECTIE GASDETECTIEBEVEILIGING Specifieke normen en verwijzingen INSPECTIE GASDETECTIEBEVEILIGING Specifieke normen en verwijzingen Publicatiedatum : 1 februari 2016 Ingangsdatum : 1 februari 2016 VOORWOORD Inspectie gasdetectiebeveiliging Pagina 2/6 De Vereniging van

Nadere informatie

ARBOCOMMISSIE NEN 3140:2011

ARBOCOMMISSIE NEN 3140:2011 ARBOCOMMISSIE NEN 3140:2011 Te hanteren voorschriften bij het werken aan laagspanningsinstallaties Opgesteld: VLR/NLB-Arbocommissie Datum : 01-05-2014 versie: 4 INHOUD blad 0. INLEIDING 3 1. OPLEIDINGEN

Nadere informatie

1. Bepaald het beleid rondom de veilige bedrijfsvoering van de elektrische installatie en de veiligheid van de elektrische arbeidsmiddelen.

1. Bepaald het beleid rondom de veilige bedrijfsvoering van de elektrische installatie en de veiligheid van de elektrische arbeidsmiddelen. 3.2.2 De installatieverantwoordelijke (IV) Een IV is eindverantwoordelijk voor de veilige bedrijfsvoering van een elektriciteitsvoorzieningsysteem inclusief de secundaire en tertiaire installaties. Ook

Nadere informatie

General info on using shopping carts with Ingenico epayments

General info on using shopping carts with Ingenico epayments Inhoudsopgave 1. Disclaimer 2. What is a PSPID? 3. What is an API user? How is it different from other users? 4. What is an operation code? And should I choose "Authorisation" or "Sale"? 5. What is an

Nadere informatie

Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP

Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP Dit is de actuele besluitenlijst van het CCvD HACCP. Op deze besluitenlijst staan alle relevante besluiten van het CCvD HACCP

Nadere informatie

Risk Based Asset Management Hoogspanningsinstallaties

Risk Based Asset Management Hoogspanningsinstallaties Risk Based Asset Management Hoogspanningsinstallaties Wie is verantwoordelijk voor de betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van onze hoogspanningsinstallaties? Quercus Technical Services B.V. Paul Koop

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding... 3. Aandachtspunten voor de toolboxmeeting... 3 Werken onder spanning als het echt niet anders kan... 3

Inhoud. Inleiding... 3. Aandachtspunten voor de toolboxmeeting... 3 Werken onder spanning als het echt niet anders kan... 3 Inhoud Inleiding... 3 Aandachtspunten voor de toolboxmeeting... 3 Werken onder spanning als het echt niet anders kan... 3 2 Inleiding Werken onder spanning is risicovol werk. Dit is de reden waarom sociale

Nadere informatie

Nederlandse praktijkrichtlijn NPR (nl) Evenementen - Hijs- en heftechniek - Veiligheidsfactoren voor hijs- en hefmiddelen

Nederlandse praktijkrichtlijn NPR (nl) Evenementen - Hijs- en heftechniek - Veiligheidsfactoren voor hijs- en hefmiddelen Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

NEN kV-installaties. en installaties met andere spanningen van meer dan 1000 V

NEN kV-installaties. en installaties met andere spanningen van meer dan 1000 V NEN 3840 10kV-installaties en installaties met andere spanningen van meer dan 1000 V Wat is er nieuw in de NEN 3840+A2:2018 De hoogspanningsnorm gaat over het omgaan met het hoogspanningsrisico. De bedrijfsvoering

Nadere informatie

NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering

NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering Als werkgever bent u verantwoordelijk voor veilige installaties en het veilig kunnen werken van uw personeel in een elektrotechnische omgeving. In zowel de Arbowet als

Nadere informatie

2015 Eaton. All Rights Reserved.

2015 Eaton. All Rights Reserved. 1 Wijzigingen NEN 1010 editie 2015 Bron: Bouwbedrijf Berghege Woningbouw met een knipoog naar utiliteit 2 NEN 1010: 2015 Ruim 100 pagina s meer dan de vorige editie Nieuw onderwerpen Verlichting Laadpalen

Nadere informatie

Analyse. Teksten op documenten. Microsoft Dynamics NAV dvision Automatiseringsbureau.

Analyse. Teksten op documenten. Microsoft Dynamics NAV dvision Automatiseringsbureau. Microsoft Dynamics NAV 2008 dvision Automatiseringsbureau. All Rights Reserved. No part of this document may be photocopied, reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by

Nadere informatie

Overview. Urenregistratie. Microsoft Dynamics NAV. 2007 dvision Automatiseringsbureau.

Overview. Urenregistratie. Microsoft Dynamics NAV. 2007 dvision Automatiseringsbureau. Microsoft Dynamics NAV Urenregistratie Overview 2007 dvision Automatiseringsbureau. All Rights Reserved. No part of this document may be photocopied, reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted,

Nadere informatie

<LOGO GEMEENTE> VOORBEELD Handboek bedrijfsvoering van elektrische installaties NEN 3140+A1:2015. Gemeente VOORBEELD Straatnaam AB Voorbeeld

<LOGO GEMEENTE> VOORBEELD Handboek bedrijfsvoering van elektrische installaties NEN 3140+A1:2015. Gemeente VOORBEELD Straatnaam AB Voorbeeld VOORBEELD Handboek bedrijfsvoering van elektrische installaties NEN 3140+A1:2015 Gemeente VOORBEELD Straatnaam 00 1234 AB Voorbeeld Datum: 00-00-0000 Projectnummer: BN. Info: www.beheernet.nl Mail: info@beheernet.nl

Nadere informatie

Nederlandse norm. NEN 3140/A1 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties Laagspanning. Operation of electrical installations Low voltage

Nederlandse norm. NEN 3140/A1 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties Laagspanning. Operation of electrical installations Low voltage Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

Bijlage 17 Eindtermen KEV

Bijlage 17 Eindtermen KEV Bijlage 17 Eindtermen KEV 1. Eindtermen module KEV document TenneT ten behoeve van VP, AVP, WV, OIV en IV 1.1 Inleiding Om een TenneT aanwijzing VP, AVP, WV, OIV en IV te krijgen is buiten een STIPEL en/of

Nadere informatie

Integrated Management System

Integrated Management System Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Doel... 1 2. Toepassingsgebied... 1 3. Referenties... 1 4. Definities... 1 5. Werkwijze (werkinstructie)... 2 5.1 Aanwijzingsbeleid... 2 5.2 Veilig stellen en in bedrijf

Nadere informatie

Veilig installeren van PV-systemen

Veilig installeren van PV-systemen Johan van Velthoven, Consultant NEN Solar Solutions International 15-16 April 2015 Haarlemmermeer EXPO 1 Wet- en regelgeving Wetgeving Resultaatgericht: Bouw- en omgevingswetgeving Verrichten van werk:

Nadere informatie

Basis wet- en regelgeving. Quercus Technical Services B.V.

Basis wet- en regelgeving. Quercus Technical Services B.V. Basis wet- en regelgeving lnhoudsapgave Inleiding 1.1 Opbouw wet en regelgeving 1.2 Arbeidsomstandighedenwet 1.3 Arbeidsomstandighedenbesluìt 1.4 Europese richtlijnen: CIE-regelgeving 1.5 Normen 1.6 Opgaven

Nadere informatie

Herinstructie NEN 3140

Herinstructie NEN 3140 Herinstructie NEN 3140 Danny v. Dam Kees Backx 11-07-2014 1 Programma Voorstel rondje Waarom her-instructie Functies binnen de NEN3140 NEN 3140 en de arbowet Bevoegdheden en verantwoordelijkheden Het werkplan

Nadere informatie

PTC Praktijk Trainings Centrum

PTC Praktijk Trainings Centrum PTC Praktijk Trainings Centrum Veiligheid en productiviteit op een hoger niveau www.ptcopleidingen.nl Het begint met kennis Het spreekt voor zich dat het opleiden van uw medewerkers in veel gevallen wettelijk

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding... 3

Inhoud. Inleiding... 3 Inhoud Inleiding... 3 De dagelijkse praktijk... 3 Arbobesluit art 3.5... 4 Bepalingen uit de NEN 3140 en EN 50110... 4 Extra lage spanning... 5 Werkverantwoordelijke / installatieverantwoordelijke... 5

Nadere informatie

PANEELRADIATOR - Type PR Handleiding. PANEL RADIATOR - Type PR Manual

PANEELRADIATOR - Type PR Handleiding. PANEL RADIATOR - Type PR Manual Fax. +31 (0)227-549 150 Website: www.sinusjevi.com PANEELRADIATOR - Type PR Handleiding PANEL RADIATOR - Type PR Manual Page 2 of 8 Page 3 of 8 Technische informatie Spanning: 230 of 400 Volt Vermogen:

Nadere informatie

ELEKTRISCHE VEILIGHEID

ELEKTRISCHE VEILIGHEID ELEKTRISCHE VEILIGHEID DIT STUK IS NOG NIET GETOETST DOOR DE INSPECTIE SZW EN DIENT ALS NASLAGWERK Natte en ruwe omstandigheden kunnen de veiligheid bij het gebruik van elektriciteit nadelig beïnvloeden.

Nadere informatie

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate Van Non-Corporate naar Corporate In MyDHL+ is het mogelijk om meerdere gebruikers aan uw set-up toe te voegen. Wanneer er bijvoorbeeld meerdere collega s van dezelfde

Nadere informatie

INHOU D. Hoofdstuk 1 ELEKTROTECHNISCHE RISICO S 1

INHOU D. Hoofdstuk 1 ELEKTROTECHNISCHE RISICO S 1 INHOU D INLEIDING XVII Hoofdstuk 1 ELEKTROTECHNISCHE RISICO S 1 1.1 DIRECTE RISICO S VAN ELEKTRICITEIT 2 1.1.1 Stroom door menselijk lichaam 2 1.1.1.1 Stroomsterkte, tijdsduur en effect 2 1.1.1.2 Spanning

Nadere informatie

JOB OPENING OPS ENGINEER

JOB OPENING OPS ENGINEER 2016 DatacenterNext All rights reserved Our Mission Wij zijn een On-Demand Technology Office die bedrijven helpt technologie te organiseren, zekeren en innoveren. Dit stelt onze klanten in staat, vertrouwende

Nadere informatie

(en; fr) Matten van isolerend materiaal voor elektrotechnische doeleinden (IEC 61111:1992,MOD,IEC 61111:1992/C1:2000,MOD)

(en; fr) Matten van isolerend materiaal voor elektrotechnische doeleinden (IEC 61111:1992,MOD,IEC 61111:1992/C1:2000,MOD) Nederlandse praktijkrichtlijn NPR-ENV-IEC 61111 (en; fr) Matten van isolerend materiaal voor elektrotechnische doeleinden (IEC 61111:1992,MOD,IEC 61111:1992/C1:2000,MOD) Matting of insulating material

Nadere informatie

Veilig werken met elektriciteit. (en meten) Thema 2016

Veilig werken met elektriciteit. (en meten) Thema 2016 Veilig werken met elektriciteit. (en meten) Thema 2016 Even voorstellen Naam Anton Kerkhofs Bedrijf SBK Opleidingen Functie Trainer Adviseur - Auteur Telefoon 06 5252 2392 E-mail a.kerkhofs@sbkopleidingen.nl

Nadere informatie

Introduction to IBM Cognos Express = BA 4 ALL

Introduction to IBM Cognos Express = BA 4 ALL Introduction to IBM Cognos Express = BA 4 ALL Wilma Fokker, IBM account manager BA Ton Rijkers, Business Project Manager EMI Music IBM Cognos Express Think big. Smart small. Easy to install pre-configured

Nadere informatie

Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen.

Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

Nederlandse norm. NEN 3576 (nl) Beglazing van kozijnen, ramen en deuren Functionele eisen

Nederlandse norm. NEN 3576 (nl) Beglazing van kozijnen, ramen en deuren Functionele eisen Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This

Nadere informatie

Voorbeeld. Preview. Steel and steel products Inspection documents. Aciers et produits sidérurgiques Documents de contrôle. Second edition

Voorbeeld. Preview. Steel and steel products Inspection documents. Aciers et produits sidérurgiques Documents de contrôle. Second edition INTERNATIONAL STANDARD ISO 10474 Second edition 2013-07-01 Steel and steel products Inspection documents Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen.

Nadere informatie

Overview. HP - Horti Productie. Microsoft Dynamics NAV. 2009 dvision Automatiseringsbureau.

Overview. HP - Horti Productie. Microsoft Dynamics NAV. 2009 dvision Automatiseringsbureau. Microsoft Dynamics NAV HP - Horti Productie Overview 2009 dvision Automatiseringsbureau. All Rights Reserved. No part of this document may be photocopied, reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted,

Nadere informatie

Deel0. Relatie met internationale normen. IEC (International Electrotechnical Commission) Mondiaal,wereldwijd

Deel0. Relatie met internationale normen. IEC (International Electrotechnical Commission) Mondiaal,wereldwijd Deel0 Relatie met internationale normen IEC (International Electrotechnical Commission) Mondiaal,wereldwijd CENELEC (European Committee for Electrotechnical Standardization) NEC (Nederlands Elektrotechnisch

Nadere informatie

Highlights uit nieuwe HS norm:

Highlights uit nieuwe HS norm: Highlights uit nieuwe HS norm: NEN-EN-IEC 61936-1 en NEN-EN 50522 Nieuw NEN-EN-IEC bepalingen Veiligheidsbepalingen voor hoogspanningsinstallaties: NEN 1041 vervallen sinds: 1 oktober 2012 NEN 61936-1

Nadere informatie

Welke competenties zijn belangrijk voor de NEN 3140 installatieverantwoordelijke en werkverantwoordelijke?

Welke competenties zijn belangrijk voor de NEN 3140 installatieverantwoordelijke en werkverantwoordelijke? Welke competenties zijn belangrijk voor de NEN 3140 installatieverantwoordelijke en werkverantwoordelijke? September 17, 2018 Rob Kaspers Als trainer in softskills en elektrische veiligheid laat ik je

Nadere informatie

Vervangt NEN 913:1963; NEN 913:1998 Ontw. Nederlandse norm. NEN 913 (nl) Melk en vloeibare melkproducten - Bepaling van de titreerbare zuurtegraad

Vervangt NEN 913:1963; NEN 913:1998 Ontw. Nederlandse norm. NEN 913 (nl) Melk en vloeibare melkproducten - Bepaling van de titreerbare zuurtegraad Vervangt NEN 913:1963; NEN 913:1998 Ontw. Nederlandse norm Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst

Nadere informatie

Voorbeeld. Preview. NEN-IEC /A2 (en; fr) Wijzigingsblad. Nederlandse

Voorbeeld. Preview. NEN-IEC /A2 (en; fr) Wijzigingsblad. Nederlandse Nederlandse norm Meeraderige en symmetrische paar- /vierling-kabels voor digitale communicatie - Deel 3-1: Bekabeling op de werkplek - Raamspecificatie (IEC 61156-3-1:1995/A2:2001,IDT) Wijzigingsblad NEN-IEC

Nadere informatie

INTERNATIONAL STANDARD. Machine bridge reamers. Alésoirs de chaudronnerie, à machine

INTERNATIONAL STANDARD. Machine bridge reamers. Alésoirs de chaudronnerie, à machine INTERNATIONAL STANDARD ISO 2238 Second edition 2011-08-15 Machine bridge reamers Alésoirs de chaudronnerie, à machine Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een

Nadere informatie

E Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten

E Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten Doel Veilig niet-elektrotechnische werkzaamheden in stations, schakeltuinen, of verdeelkasten uitvoeren en als dat nodig is hierop toezicht houden. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die

Nadere informatie

1.1 ORGANIZATION INFORMATION 1.2 CONTACT INFORMATION 2.1 SCOPE OF CERTIFICATION 2.2 AUDITOR INFORMATION 3.1 AUDIT CONCLUSIONS 3.2 MANAGEMENT SYSTEM EFFECTIVENESS 3.3 OBSERVATIONS Organization Address Name

Nadere informatie

E DEF Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten

E DEF Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten Doel Veilig niet-elektrotechnische werkzaamheden in stations, schakeltuinen, of verdeelkasten uitvoeren en als dat nodig is hierop toezicht houden. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die

Nadere informatie

Opleiding PECB IT Governance.

Opleiding PECB IT Governance. Opleiding PECB IT Governance www.bpmo-academy.nl Wat is IT Governance? Information Technology (IT) governance, ook wel ICT-besturing genoemd, is een onderdeel van het integrale Corporate governance (ondernemingsbestuur)

Nadere informatie

Account Information Services

Account Information Services Account Information Services Gebruikershandleiding webapplicatie Account Information Services (gebruikershandleiding) 13 January 2014 Classification: Open Version 7.0 Copyright Equens SE and/or its subsidiaries.

Nadere informatie

Risico: blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport- en distributie net

Risico: blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport- en distributie net Netwerkbedrijven Blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport- en distributienet Versie: 15 november 2015 (revisie 9 februari 2017) Risico: blootstelling aan asbest

Nadere informatie

Bareld Bruining ZIN & ONZIN VAN ON-LINE PROCESS ANALYZERS

Bareld Bruining ZIN & ONZIN VAN ON-LINE PROCESS ANALYZERS Bareld Bruining ZIN & ONZIN VAN ON-LINE PROCESS ANALYZERS AGENDA q Skilledin introductie q Zin & Onzin van On-line process analyzers q Samenvatting TRAIN TO RETAIN TRAIN TO RETAIN -TRAINING Development

Nadere informatie

Vervangt NEN-EN :2000 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Vervangt NEN-EN :2000 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (en) Vervangt NEN-EN 13920-10:2000 Ontw. Nederlandse norm Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst

Nadere informatie

Certificatieschema THP HS LNB (THP LNB)

Certificatieschema THP HS LNB (THP LNB) Pagina 1 van 8 Certificatieschema THP HS LNB (THP LNB) Stichting Persoonscertificatie Energietechniek Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd

Nadere informatie

Technical Manual Card Reader - Biometric Fingerprint

Technical Manual Card Reader - Biometric Fingerprint Card Reader Biometric Fingerprint Technical Manual Card Reader - Biometric Fingerprint Productie Versie: 7.0 Versienummer Handleiding: 1.0.4 2016 Inepro B.V. Alle rechten gereserveerd Card Reader - Biometric

Nadere informatie

2010 Integrated reporting

2010 Integrated reporting 2010 Integrated reporting Source: Discussion Paper, IIRC, September 2011 1 20/80 2 Source: The International framework, IIRC, December 2013 3 Integrated reporting in eight questions Organizational

Nadere informatie

HSE guidelines. Smei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS

HSE guidelines. Smei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS HSE guidelines Smei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS Werk veilig of werk niet Bij werkzaamheden aan elektrische installaties en systemen zijn strikte

Nadere informatie

Quarantainenet Qdetect Tester

Quarantainenet Qdetect Tester A : Auke Vleerstraat 6D (vloer 4) I : www.quarantainenet.nl 7521 PG Enschede E : info@quarantainenet.nl T : 053-7503070 B : Rabobank 31.72.86.714 F : 053-7503071 KvK : 08135536 Quarantainenet Qdetect Tester

Nadere informatie

Risico: blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport- en distributie net

Risico: blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport- en distributie net Netwerkbedrijven Blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport- en distributienet Versie: 15 november 2015, update 7 juni 2017, 2 e update 31 oktober 2017 Risico: blootstelling

Nadere informatie

BEDRIJFSVOERING ELEKTRISCHE INSTALLATIE Richtlijn voor toepassen wet- en regelgeving elektrische veiligheid

BEDRIJFSVOERING ELEKTRISCHE INSTALLATIE Richtlijn voor toepassen wet- en regelgeving elektrische veiligheid BEDRIJFSVOERING ELEKTRISCHE INSTALLATIE Richtlijn voor toepassen wet- en regelgeving elektrische veiligheid Kenmerk:CvB UIT-1099 Datum: 26-03-2015 Auteur: J.M.J. Sanders H.J.M. Holtkamp Inhoudsopgave 1.

Nadere informatie

NEN-EN 50110 1 NEN-EN 50110 2 NEN 3140

NEN-EN 50110 1 NEN-EN 50110 2 NEN 3140 NEN-EN 50110 1 NEN-EN 50110 2 NEN 3140 NEN 3140 Deze opleiding beperkt zich tot het behandelen van de bepalingen die betrekking hebben op werkzaamheden aan laagspannings-installaties door een: Vakbekwaam

Nadere informatie

Installation & Usage Biometric Reader - NL. Biometric Reader - NL. Productie Versie: 7.0. Versienummer Handleiding: 1.0.2

Installation & Usage Biometric Reader - NL. Biometric Reader - NL. Productie Versie: 7.0. Versienummer Handleiding: 1.0.2 Biometric Reader - NL Installation & Usage Biometric Reader - NL Productie Versie: 7.0 Versienummer Handleiding: 1.0.2 2013 Inepro B.V. Alle rechten gereserveerd Biometric Reader - NL De meest veelzijde

Nadere informatie

Elektrotechnische inspecties

Elektrotechnische inspecties Quercus Technical Services UERCUS Elektrotechnische inspecties Laagspanning - Hoogspanning - ATEX Onze kijk op inspecteren Veiligheid Elke werkgever is volgens het Arbobesluit wettelijk verplicht om zijn

Nadere informatie

E Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten

E Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten Doel Veilig niet-elektrotechnische werkzaamheden in stations, schakeltuinen, of verdeelkasten uitvoeren en als dat nodig is hierop toezicht houden. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die

Nadere informatie

PTC Praktijk Trainings Centrum

PTC Praktijk Trainings Centrum Pagina1 PTC Praktijk Trainings Centrum NEN 3140 Online Veiligheid en productiviteit op een hoger niveau www.ptcopleidingen.nl Pagina2 Het begint met kennis Het spreekt voor zich dat het opleiden van uw

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Besluit tot vaststelling van het Elektrotechnisch Veiligheids Handboek Provincie Utrecht

PROVINCIAAL BLAD. Besluit tot vaststelling van het Elektrotechnisch Veiligheids Handboek Provincie Utrecht PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Utrecht. Nr. 7832 30 november 2015 Besluit tot vaststelling van het Elektrotechnisch Veiligheids Handboek Provincie Utrecht Besluit van Gedeputeerde Staten

Nadere informatie

HSE guidelines. Sapril 2017 ELEKTRISCHE GEVAREN

HSE guidelines. Sapril 2017 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE guidelines Sapril 2017 ELEKTRISCHE GEVAREN Werk veilig of werk niet Bij werkzaamheden aan elektrische installaties en systemen zijn strikte procedures van kracht. Er bestaat immers een risico dat onderdelen

Nadere informatie

Certificaat van Goedkeuring

Certificaat van Goedkeuring Certificaat van Goedkeuring Hiermede wordt verklaard dat het managementsysteem van: Broad Horizon Cloud B.V. Keienbergweg 100, 1101 GH Amsterdam, Nederland door LRQA is goedgekeurd voor de volgende norm(en):

Nadere informatie

Notitie : In de grond gevormde palen met grondverwijdering

Notitie : In de grond gevormde palen met grondverwijdering Notitie : In de grond gevormde palen met grondverwijdering Waarom een notitie? Waarom een notitie? Onduidelijkheid van de norm? Waarom een notitie? Onduidelijkheid van de norm? of Landelijk handelen volgens

Nadere informatie