Ruimtelijke motivering. Waalstraat Renovatie en nieuwbouw basisschool De Driestroom en peuterarrangement Het Rozenpoortje

Transcriptie

1 Ruimtelijke motivering Waalstraat Renovatie en nieuwbouw basisschool De Driestroom en peuterarrangement Het Rozenpoortje November 2016

2 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Aan de Waalstraat is sinds 1965 basisschool De Driestroom en later ook het peuterarrangement Het Rozenpoortje gevestigd. Het huidige gebouw wat de Driestroom en Het Rozenpoortje huisvest is een samenvoeging van een aantal losse gebouwen. In 1999 heeft men van de bestaande gebouwen één school gemaakt. De huidige situatie is echter onoverzichtelijk door de aaneenschakeling van gebouwdelen. Vanuit de huidige onderwijskundige visie is dit geen wenselijke situatie. Gezien de staat van de gebouwen komt de locatie in aanmerking voor renovatie en nieuwbouw. Zoals in de bestaande situatie wordt het Rozenpoortje ook in de nieuwe situatie gevestigd in hetzelfde gebouw als de basisschool De Driestroom. De peuters van het Rozenpoortje stromen hierdoor vaak door naar De Driestroom. Deze ruimtelijke motivering gaat in op de renovatie en nieuwbouw van basisschool De Driestroom en het peuterarrangement Het Rozenpoortje (hierna: renovatie en nieuwbouw). Het betreft de kadastrale percelen met nummer HTG00D02044 en HTG00D00996, de percelen zijn in eigendom van de gemeente s-hertogenbosch. Afbeelding 1: Luchtfoto plangebied 1.2 Afwijking bestemmingsplan Voor het perceel Waalstraat geldt het bestemmingsplan Graafsewijk-Aawijk, vastgesteld door de gemeenteraad op 4 september 2007 en goedgekeurd door gedeputeerde staten van Noord- Brabant op 4 maart Het perceel heeft de bestemming Maatschappelijke doeleinden (M). De gebouwen dienen binnen de bouwvlakken te worden gerealiseerd met een maximale bouwhoogte van 3 meter respectievelijk 6 meter. De bouwvlakken mogen volledig worden bebouwd.

3 Afbeelding 2: Uitsnede bestemmingsplan De renovatie en nieuwbouw past functioneel gezien binnen de bestemming Maatschappelijke doeleinden. De renovatie en nieuwbouw wordt aan de oostzijde en zuidzijde maximaal 1 meter buiten het bouwvlak gesitueerd. Daarnaast wordt de bouwhoogte overschreden; in plaats van de maximale bouwhoogte van 6 meter wordt de nieuwbouw 8 meter hoog. Omdat de renovatie en nieuwbouw stedenbouwkundig en functioneel wenselijk en aanvaardbaar zijn, wordt vanwege de bovengenoemde strijdigheden met het bestemmingsplan ex artikel 2.12 lid 1 onder a onder 2 Wabo een afwijkingsprocedure gevoerd. Ter motivering van het besluit om van het bestemmingsplan af te wijken is deze ruimtelijke motivering opgesteld.

4 Hoofdstuk 2 Projectbeschrijving 2.1 De bestaande situatie De huidige basisschool De Driestroom is een 9-klassige school. Het peuterarrangement van Het Rozenpoortje telt één peutergroep. Het huidige gebouw bestaat uit drie bouwdelen van één bouwlaag. De westvleugel (linkerdeel, groen), de oostvleugel (rechterdeel, blauw) en het auditorium (middendeel, oranje). Afbeelding 3: Westvleugel (linkerdeel, groen), Oostvleugel (rechterdeel blauw), Auditorium (middendeel, oranje) Afbeelding 4: Bestaande situatie Het schoolgebouw maakt onderdeel uit van een strook bebouwing met, ten opzichte van de omringende woonbebouwing, afwijkende functies. Het gaat om schoolgebouwen, kantoren, wijkgebouw en bouwwerken die binnen de bestemming Maatschappelijk passen. De voorzieningenstrook verbindt in ruimtelijke zin het Rivierenplein met de Oosterplas. De gebouwen zijn in maatvoering en massaopbouw gevarieerd en onderscheidend van de traditionele woningbouw aan de noord- en zuidzijde van de strook. De woningen zijn overwegend twee lagen met kap. De diversiteit van de voorzieningenstrook komt ook tot uitdrukking in de vormgeving van de bebouwing die direct grenst aan het huidige gebouw van de Driestroom. Kantoren in 3 lagen, een kerkgebouw met een sculpturale vorm met vlak daarachter een flatgebouw van 4 lagen en tot slot een woongebouw van wooncorporatie Zayaz, variërend van 2 lagen met kap tot 4 lagen. Het biedt een gevarieerde stedenbouwkundige context. Het huidige schoolgebouw is in haar massa evenredig verdeeld over het perceel. Het resultaat is dat het gebouw intern niet efficiënt is in gebruik (lange loopafstanden) en dat de open speelruimtes in verhouding tot het oppervlak van het perceel relatief klein zijn.

5 Afbeelding 5: Luchtfoto planlocatie 2.2 Bouwplan Bij de renovatie en nieuwbouw zal er een 11-klassige school worden ontwikkeld. Er worden in de nieuwe situatie dus twee klaslokalen toegevoegd. Tevens zal er een peuterarrangement met twee groepsruimten inclusief individuele lesruimte voor de peuters worden voorzien. Er wordt in de nieuwe situatie dus één groepsruimte toegevoegd. De westvleugel van het huidige gebouw gaat gesloopt worden, het auditorium en de oostvleugel blijven behouden en worden gerenoveerd. De oostvleugel van het huidige gebouw wordt vergroot door er een verdieping op te plaatsen. Het gebouw wordt hierdoor efficiënter in haar gebruik, neemt minder ruimte in en zal ook vanuit energetisch oogpunt betere resultaten opleveren. Er wordt ingezet op een energieneutraal gebouw, duurzaam van karakter. Afbeelding 6: Impressie nieuwe situatie 2.3 Stedenbouwkundige inpassing Er is gekozen voor een compacte vormgeving van het schoolgebouw. Dit biedt verschillende voordelen, zowel op energetisch vlak als in het functioneel gebruik van het gebouw. Door het gebouw met één laag op te hogen wordt bovendien de grootte van het totale perceel goed benut, in die zin dat de schoolgaande kinderen letterlijk meer ruimte wordt geboden. Er zijn meer mogelijkheden om het schoolplein naar pedagogisch inzicht vorm te geven tot een rijke speelleeromgeving. Het functioneel gebruik van de ruimtes wordt geoptimaliseerd en verbeterd. Vanuit ruimtelijk-stedenbouwkundig oogpunt bezien wordt dat gezien als een kwalitatieve verbetering.

6 Door het realiseren van een compacter en hoge volume wordt het schoolgebouw op zichzelf ook duidelijker zichtbaar en leesbaarder in het straatbeeld. De bouwmassa sluit bovendien aan op de stedelijke context. Uiteindelijk zal de nieuwbouw iets hoger zijn dan in het vigerende bestemminsplan mogelijk wordt gemaakt. Gezien de afstand tot de aangrenzende bebouwing en met name de gevarieerde bouwhoogtes die in de omgeving zijn aangehouden is dat qua stedenbouwkundige inpassing acceptabel. De slagschaduw van de nieuwbouw heeft op enkele momenten in het jaar een beperkte impact op de omgeving. Dit is met name in de winterperiode het geval. Voor de bebouwing aan de oostzijde van het schoolgebouw geldt dat de zon dan eerder in de namiddag achter de nieuwbouw verdwijnt dan met de hoogte die thans in het bestemmingsplan wordt mogelijk gemaakt. De bezonningsstudie wijst echter uit dat dit verschil in de toch al donkere wintermaanden marginaal is. In verhouding tot de ruimtelijk-stedenbouwkundige verbeteringen die de nieuwbouw met zich meebrengt, wordt het als acceptabel gezien. 2.4 Bereikbaarheid en parkeren De renovatie en nieuwbouw betreft een toevoeging van twee klaslokalen en een extra peutergroep. Conform de Nota parkeernormering Auto en fiets 2016 (vastgesteld op 21 september 2016 door de gemeenteraad van s-hertogenbosch) is de parkeernorm 0,75 per klaslokaal. Dit betekent dat er ten behoeve van de renovatie en uitbreiding van het gebouw 3 parkeerplaatsen (2 x 0.75 = 1.5 voor de uitbreiding van de twee klaslokalen en 1x 0.75=0,75 voor de extra peutergroep, totaal 1, = 2.25 afgerond 3 parkeerplaatsen) gerealiseerd worden op eigen terrein. Er worden in totaal 5 parkeerplaatsen aangelegd, op onderstaande tekening wordt aangegeven waar deze parkeerplaatsen gerealiseerd gaan worden. Afbeelding 7: Parkeren nieuwe situatie

7 Hoofdstuk 3 Beleid en onderzoek 3.1 Rijksbeleid, provinciaal beleid en gemeentelijk beleid De renovatie en uitbreiding is een kleinschalig project met een geringe omvang en beperkte ruimtelijke impact waarbij geen belangen van het rijk, provincie of de gemeente in het geding zijn. Om die reden wordt hier niet verder op ingegaan. 3.4 Overige aspecten Algemeen Er bestaat een duidelijke relatie tussen milieubeleid en ruimtelijke ordening. De milieukwaliteit vormt een belangrijke afweging bij de ontwikkelingsmogelijkheden van ruimtelijke functies. Milieubelastende situaties moeten voorkomen worden. Bodem Uit bodemonderzoek dat ter plaatse is uitgevoerd blijkt dat in de grond en grondwater geen noemenswaardige overschrijdingen zijn gemeten. Geconcludeerd kan worden dat de milieuhygiënische bodemkwaliteit van de locatie voldoende is en geen belemmering vormt voor nieuwbouw. Hinder De ligging van de school voldoet aan de richtafstand uit de VNG brochure bedrijven en milieuzonering. In de omgeving van de school liggen geen overige hinderlijke objecten. Hinder is niet aan de orde. Externe veiligheid Doelstelling van het externe veiligheidsbeleid is het realiseren van een veilige woon- en leefomgeving door het beheersen van risico s van industriële activiteiten met opslag en transport van gevaarlijke stoffen. In het plangebied en de directe omgeving zijn geen transportroutes of buisleidingen voor gevaarlijke stoffen aanwezig. Daarnaast liggen in de directe omgeving van het plangebied geen risicovolle bedrijven. Geluid Aangezien geen functiewijzigingen plaatsvinden, hoeft geen akoestisch onderzoek plaats te vinden naar wegverkeerslawaai. Het binnen niveau zal wel moeten gaan voldoen aan de eisen uit het Bouwbesluit. Lucht Aangezien geen functiewijzigingen plaatsvinden en geen nieuwe bronnen voor luchtverontreiniging, zoals uitstoot van extra verkeer gerealiseerd worden, hoeft geen onderzoek plaats te vinden naar luchtkwaliteit. Duurzaam bouwen en energie Het waarborgen van de kwaliteit van de leefomgeving is een belangrijke opgave van de gemeente. Van ontwerp, aanleg, inrichting tot beheer wordt de stedelijke ontwikkeling steeds duurzamer vormgegeven. De gemeente 's-hertogenbosch wil een voortrekkersrol blijven spelen op het gebied van duurzame stedelijke ontwikkeling. De speerpunten van het gemeentelijk beleid richten zich op energie, integraal waterbeheer en duurzaam hout. Op basis van dit beleid geldt zowel voor de woningbouw als voor de commerciële ruimten het vereiste dat CO2-uitstoot t.o.v. het wettelijk vereiste wordt gerealiseerd in combinatie met de toepassing van duurzame bronnen. Het integraal waterbeheer vereist dat in de bouw geen uitlogende materialen worden gebruikt en dat bovendien uitsluitend hout met het FSC-keurmerk of het PEFC-keurmerk (SFI, CSA en ATFS), niet zijnde MTCS, wordt toegepast.

8 Waterbergingsopgave Bij nieuwbouw of renovatie van verhardde oppervlakken, gelden het vigerend beleid van de gemeente en het waterschap. Hierbij geldt 60 mm hemelwaterberging bij nieuwbouw, herbouw en renovatie (of gemotiveerd afwijken). Een groendak telt niet mee voor het verharde oppervlak (maar er moet nog wel een afvoer aangelegd voor het overtollige hemelwater). Het verhard oppervlak neemt niet toe, er treden dus geen veranderingen op in de waterhuishoudkundige situatie. Hemelwater en afvalwater dient gescheiden te worden aangeleverd aan de perceelgrens. Waterkwaliteit Uit zorg voor een goede kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater wordt bij bouw en renovatie afgezien van het gebruik van uitlogende bouwmaterialen (zoals zink en koper) in daken, gevels, verhardingen en regenwatervoorzieningen zoals goten en leidingen. Eventueel benodigde vergunningen worden niet met deze paragraaf geregeld en zullen via daarvoor bedoelde procedures verkregen moeten worden. Cultuurhistorie en archeologie Het bestaande pand is niet aangewezen als rijks- of gemeentelijk monument, Het pand bezit ook geen cultuurhistorische waarden. De beoogde ontwikkeling gaat niet gepaard met bodemingrepen, waardoor eventueel aanwezige archeologische resten niet verstoord kunnen worden.

9 Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid 4.1 Financiële haalbaarheid Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient onderzoek plaats te vinden naar de (economische) uitvoerbaarheid van het plan. Door de gemeenteraad van s-hertogenbosch is voor de renovatie en nieuwbouw budget gereserveerd om de plannen te kunnen realiseren. Het beschikbare budget zal worden ingezet voor de renovatie en nieuwbouw. 4.2 Maatschappelijke haalbaarheid Het concept-bouwplan en de concept-ruimtelijke motivering worden in het kader van gemeentelijke Inspraakverordening twee weken ter inzage gelegd. De resultaten van de inspraak worden weergegeven in het eindverslag inspraak dat als bijlage bij deze ruimtelijke motivering wordt opgenomen. 4.3 Goede ruimtelijke ordening Gelet op de stedenbouwkundige inpassing, het rijks-, provinciaal en gemeentelijk beleid en de ruimtelijk relevante aspecten, kan worden geconcludeerd dat het bouwplan voor de renovatie en uitbreiding conform de eisen van een goede ruimtelijke ordening is.

10 Bijlage 1 Bezonningstudie

11 Uitbreiding 'De Driestroom' en 'Het Rozenpoortje' aan de Waalstraat te 's-hertogenbosch proj.nr. :gewijzigd: datum : getekend: 1540 B MvE Schaduwstudie Eenvoud als basis Het gebeurt in een moment; het eerste, het doorslaggevende, het belangrijkste. Of een plek betekenis in zich heeft, wordt bepaald door wat de gebruiker ervaart. Op ooghoogte. In een ogenblik. De plek en de gebruiker verbinden is wat we doen. Samen onderzoeken we hoe principes van oriëntatie, routing, licht, akoestiek gebruikscomfort kunnen scheppen. Ontwerpen is een zoektocht naar betekenis. De interactie tussen de plek en de gebruikers is zowel bron als doel. Dat is de basis. Dat is eenvoud. Initiatief - Haalbaarheidsstudie - Programma - Ontwerp - Projectmanagement Architect: Huibers & Jarring Architecten VOF Kerkewijk EC Veenendaal T: F: E: info@huibersjarring.nl Dhr. Ir. J. Huibers

12 Schaduwstudie In deze studie zijn we uitgegaan van 6,6 meter hoogte welke is toegestaan binnen het huidige bestemmingsplan, en de voorgestelde 8 meter hoogte welke benodigd is voor een 2-laagse school. We hebben per hoogte, en per seizoen, 2 tijdstippen gepakt welke relevant zijn voor de aangrenzende bebouwing, dit zijn uur en uur. Ivm. de laagstaande zon in december is deze niet opgenomen in deze studie. Inhoudsopgave : maart uur maart uur juni uur juni uur juni uur juni uur juni uur juni uur september uur september uur Inhoudsopgave a schaal:

13 ,6 meter hoog 8 meter hoog SWALMSTRAAT 32 t/m WAALSTRAAT 21 maart uur 31 Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 maart 13.00uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 maart 13.00uur schaal: 1 : 500

14 Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 maart 13.00uur imp - 21 maart uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 maart 13.00uur a schaal:

15 ,6 meter hoog 8 meter hoog SWALMSTRAAT 32 t/m WAALSTRAAT 21 maart uur 31 Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 maart 16.00uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 maart 16.00uur schaal: 1 : 500

16 Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 maart 16.00uur imp - 21 maart uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 maart 16.00uur a schaal:

17 ,6 meter hoog 8 meter hoog SWALMSTRAAT 32 t/m WAALSTRAAT 21 juni uur 31 Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 juni 13.00uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 juni 13.00uur schaal: 1 : 500

18 Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 juni 13.00uur imp - 21 juni uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 juni 13.00uur a schaal:

29 ,6 meter hoog SWALMSTRAAT 32 t/m meter hoog SWALMSTRAAT 32 t/m WAALSTRAAT WAALSTRAAT 21 september uur Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 september 13.00uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 september 13.00uur schaal: 1 : 500

30 Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 september 13.00uur imp - 21 september uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 september 13.00uur a schaal:

31 ,6 meter hoog SWALMSTRAAT 32 t/m meter hoog SWALMSTRAAT 32 t/m WAALSTRAAT WAALSTRAAT 21 september uur Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 september 16.00uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 september 16.00uu schaal: 1 : 500

32 Schaduwstudie - 6,6 meter - 21 september 16.00uur imp - 21 september uur Schaduwstudie - 8 meter - 21 september 16.00uur a schaal: