Installatiegids dimsensoren

Transcriptie

1 Installatiegids dimsensoren Veiligheidsinstructies: Let op: dit product moet worden geïnstalleerd door een erkend elektricien. Kenmerken Functies achterkant Borgveer Stroominput & geschakelde output connector (Kanaal 1) Borgveer DSI/DALI 1-10 V dimmen Dimbare regelbare output connector (Kanaal 2) Input connector schakelaar PIR-sensor/microwave sensor Ontdekt beweging binnen het detectiebereik van de eenheid, waardoor het licht geregeld kan worden als reactie op wijzigingen in aanwezigheid. IR-ontvanger Ontvangt regel- en programmeercommando's van een IR-(infrarood) handset. Sensor lichtniveau Meet het totale lichtniveau in het detectiegebied. Status leds De led knippert Rood om het volgende weer te geven: Stroominput & geschakelde output connector Gebruikt om spanning op de eenheid te zetten en om een geschakeld circuit aan te sluiten. Led Walk Test actief Geldige instelling ontvangen wanneer beweging wordt ontdekt Input connector schakelaar Twee input klemmen kunnen gebruikt worden om handmatig het 'licht aan of licht uit' op te heffen. Stroom input & geschakelde output connector (Kanaal 1) Gebruikt om spanning op de eenheid te zetten en om een geschakeld circuit aan te sluiten. Dimbare regelbare output connector (Kanaal 2) Gebruikt om met DSI/DALI /1-10V regelbare dimmers en transformatoren aan te sluiten voor dimbare circuits. Input connector schakelaar Twee input klemmen kunnen gebruikt worden om de dimniveaus op te heffen en lhet 'icht aan of licht uit' op te heffen. and override the lights on or off. Een geschikte locatie kiezen De sensor is ontworpen voor montage aan het plafond en er moet worden voldaan aan de volgende criteria: Plaats de eenheid zo dat er geen direct zonlicht op het sensorelement kan vallen. Plaats de sensor niet binnen 1 m van verlichting, luchtverwarming of ventilatie. Bevestig de sensor niet op een onstabiel of trillend oppervlak. Vermijd metalen voorwerpen direct voor de sensorkop, dit geldt in het bijzonder voor Microwave sensoren.

2 83 mm 50,0 85,0 76 mm 60 mm Technische gegevens EBDSPIR 3,7 EBDSPIR-HB 14,5 61,2 3,6 Ø 76,0 61,2 3,6 Ø 76,0 MWS6 3,7 EBDHS 88 mm 49 mm 63 mm Ø 76,0 61,2 3,6 DBB 65 mm 50 mm MWS3A 85,0 3,5 92,0 3,5 UK en internationale patenten aangevraagd 60,0 93,0 MWS1A 83 mm 22 mm 23,5 mm 2

3 Installatie Inbouw Waarschuwing - wees voorzichtig bij het buigen van de veren als u de eenheid monteert. Gat Ø64 mm Opbouw 1 50 mm of 60 mm bevestigingsplaat Trek de veerpal eruit en draai de veerarm zoals afgebeeld De detector moet zo worden geplaatst dat aanwezigen in de ruimte binnen het detectiepatroon vallen dat aan de andere zijde staat, op een aanbevolen hoogte van 2,8 m aan het plafond. Wees ervan bewust dat hoe lager de sensor wordt geïnstalleerd, hoe kleiner het detectiebereik zal zijn. Sluit het product aan met de connector en het schema op de volgende bladzijde. Gebruik voor montage een van de twee bovengenoemde opties. Om vanaf meer dan één positie te schakelen, sluit u gewoon twee of meer eenheden parallel aan. Stel het LUX-niveau in op maximum en de tijd op minimum. Zet de eenheid aan het licht moet onmiddellijk aangaan. Verlaat de ruimte of blijf zeer stil staan en wacht tot het licht uitschakelt (mag niet meer dan 2 minuten duren). Controleer of het licht aangaat wanneer er beweging wordt gedetecteerd. Om het uiteindelijke LUX-niveau in te stellen wacht u tot er net zoveel natuurlijk daglicht is dat verlichting vereist is. Start met de LUXregeling geheel met de klok mee (op minimum) en draai de knop langzaam tegen de klok in tot het licht aangaat. Let op: wanneer de LUX-regeling op maximum staat, zal het licht bij aanwezigheid altijd aangaan. Stel de gewenste tijd in. Details kabels strippen 6 mm Belangrijk Zorg dat de kabels worden gevormd zoals hiervoor getoond, voor u de kabelklem vastzet. De klem dient ALLEEN de buitenmantel(s) vast te klemmen. 35 mm Buig de ader zoals op de afbeelding te zien is. Readback-functie (alleen UNLCDHS handset) De UNLCDHS kan de instellingen die opgeslagen zijn in een apparaat uitlezen. Individuele parameters uitlezen Navigeer naar de parameter en druk op de R (Read)-knop terwijl u de UNLCDHS op het apparaat richt. De handset zal klikken wanneer de parameter uitgelezen is, de led van het apparaat zal knipperen en de waarde wordt weergegeven naast de parameter in het menu. Alle parameters in een menu uitlezen Hou de R (Read)-knop meer dan 1 seconde ingedrukt. De handset zal iedere keer dat een parameter wordt ontvangen klikken De led van het apparaat zal meerdere keren knipperen. Alle waarden zullen worden weergegeven naast de parameters in het menu. De individuele parameters kunnen bijgewerkt worden en vervolgens als macro opgeslagen worden. Opmerkingen Wanneer een parameter(s) is gemist door een communicatiefout, worden de ontbrekende waarde(n) vervangen door streepjes. Bij het uitlezen wordt het relais van Kanaal 1 (indien gemonteerd) tijdelijk uitgeschakeld. Het zal 2 seconden nadat het uitlezen is afgerond weer terugkeren naar de normale staat. 3

4 Aansluitschema's DALI/DSI Enkelkanaals dimmen Functies: Schakelt de verlichting aan bij aanwezigheid en houdt het op het gewenste lux-niveau. Dimt en schakelt door een optionele terugverende drukschakelaar in middenpositie. Geconfigureerd voor aanwezigheidsdetectie: Gaat automatisch aan bij aanwezigheid. Zorgt dat de verlichting op sterkte blijft. Druk kort op pijl naar beneden om uit te zetten. Druk kort op pijl naar boven om weer aan te zetten. Druk op de pijl naar boven om de verlichting sterker te laten branden, druk op de pijl naar beneden om de verlichting meer te dimmen. Gaat bij afwezigheid uit. Geconfigureerd voor afwezigheidsdetectie: Druk op de pijl naar boven om aan te zetten. Zorgt dat de verlichting op sterkte blijft. Druk kort op pijl naar beneden om uit te zetten. Druk op de pijl naar boven om de verlichting sterker te laten branden, druk op de pijl naar beneden om de verlichting meer te dimmen. Gaat bij afwezigheid uit. NEUTRAAL SPANNING STROOMKRING BEVEILIGING (INDIEN NODIG) N L/UIT L DIM - DIM + SW1/ OMHOOG SW2/ DIMMER DIMBARE LAMP (DSI of DALI) TERUGVERENDE DRUKSCHAKELAAR IN MIDDENPOSITIE (240 V SCHAKELEN) Optioneel voor aanwezigheidsdetectie, verplicht voor afwezigheidsdetectie de ausencia Kanaalmodus: Stel in op Switch and dim together. Schakelmodus: Stel in op 2 position switch together. Twee kanalen, individuele schakelaars Functies: Schakelt beide kanalen bij aanwezigheid. Zorgt dat verlichting op sterkte blijft, dimt en schakelt het dimkanaal met de optionele terugverende drukschakelaar met enkele positie (schakelaar 2). Schakelt het schakelkanaal met de optionele terugverende drukschakelaar met enkele positie (schakelaar 1). Geconfigureerd voor aanwezigheidsdetectie: Gaat automatisch aan bij aanwezigheid. Zorgt dat verlichting op sterkte blijft (alleen dimkanaal). Druk kort op de schakelaar om door de mogelijkheden te lopen. Houd de schakelaar ingedrukt om meer of minder te dimmen (verandert van richting bij iedere keer drukken). Gaat bij afwezigheid uit. Geconfigureerd voor afwezigheidsdetectie: Druk de schakelaar kort in om aan te zetten. Zorgt dat verlichting op sterkte blijft (alleen dimkanaal). Druk de schakelaar kort in om uit te zetten. Houd de schakelaar ingedrukt om meer of minder te dimmen (verandert van richting bij iedere keer drukken). Gaat bij afwezigheid uit. Kanaalmodus: Stel in op Switch and dim separate Schakelmodus: Stel in op 1 position switch separate LET OP DAT HET DIMSIGNAAL WORDT GEBRUIKT OM DE DIMBARE LAMP AAN/ UIT TE ZETTEN EN DAT DE 240 V VOEDING NAAR DE ARMATUUR VAN DE VASTE SPANNING MOET KOMEN. NEUTRAAL SPANNING STROOMKRING BEVEILIGING (INDIEN NODIG) N L/UIT L DIM SENSOR EBDSPIR-DD DIM SW1/ UPOMHOOG SW2/ OMLAAG LAMP (NIET-DIMBAAR) DIMMER DIMBARE LAMP (DSI of DALI) SCHAKELAAR 1 KORT- STONDIG DRUKKEN OM TE SCHAKE- LEN (240 V SCHAKELEN) Optioneel voor aanwezigheidsdetectie, verplicht voor afwezigheidsdetectie SCHAKELAAR 1 KORT- STONDIG DRUKKEN OM TE SCHAKE- LEN (240 V SCHAKELEN) Optioneel voor aanwezigheidsdetectie, verplicht voor afwezigheidsdetectie Twee kanalen, enkele schakelaar Functies: Schakelt beide kanalen bij aanwezigheid. Zorgt dat verlichting op sterkte blijft, dimt en schakelt het dimkanaal met de optionele terugverende drukschakelaar in middenpositie. Geconfigureerd voor aanwezigheidsdetectie: Gaat automatisch aan bij aanwezigheid. Zorgt dat verlichting op sterkte blijft (alleen dimkanaal). Druk kort op pijl naar beneden om uit te zetten. Druk kort op pijl naar boven om weer aan te zetten. Druk op de pijl naar boven om de verlichting sterker te laten branden, druk op de pijl naar beneden om de verlichting meer te dimmen. Gaat bij afwezigheid uit. Kanaal 1 werkt niet met een schakelaar. Geconfigureerd voor afwezigheidsdetectie: Druk op de pijl naar boven om weer aan te zetten. Zorgt dat verlichting op sterkte blijft (alleen dimkanaal). Druk op de pijl naar beneden om uit te zetten. Druk op de pijl naar boven om de verlichting sterker te laten branden, druk op de pijl naar beneden om de verlichting meer te dimmen. Gaat bij afwezigheid uit. Kanaal 1 werkt niet met een schakelaar. Kanaalmodus: Stel in op Switch and dim separate Schakelmodus: Stel in op 2 position switch separate LET OP DAT HET DIMSIGNAAL WORDT GEBRUIKT OM DE DIMBARE LAMP AAN/ UIT TE ZETTEN EN DAT DE 240 V VOEDING NAAR DE ARMATUUR VAN DE VASTE SPANNING MOET KOMEN. NEUTRAAL SPANNING STROOMKRING BEVEILIGING (INDIEN NODIG) N L/UIT L DIM - DIM + SW1/ OMHOOG SW2/ OMLAAG SENSOR EBDSPIR-DD LAMP (NIET-DIMBAAR) LET OP: DE TERUGVERENDE DRUKSCHAKELAAR IN MIDDENPOSITIE ZAL ALLEEN DE DIMBARE LAMP (EN) REGELEN. DE NIET-DIMBARE LAMP(EN) ZULLEN ALLEEN WORDEN GEREGELD DOOR DE SENSOR DIMMER LUMINARIA (DSI o DALI) TERUGVERENDE DRUKSCHAKELAAR IN MIDDENPOSITIE (240 V SCHAKELEN) Optioneel voor aanwezigheidsdetectie, verplicht voor afwezigheidsdetectie 4

5 Enkelkanaals schakelen Functies: Schakelt kanaal 1 alleen bij aanwezigheid, optionele override schakelaar. Geen uitgang voor dimmen. Geconfigureerd voor aanwezigheidsdetectie: Gaat automatisch aan bij aanwezigheid. Druk op de pijl naar beneden om uit te zetten. Druk kort op pijl naar boven om weer aan te zetten. Gaat bij afwezigheid uit. Geconfigureerd voor afwezigheidsdetectie: Druk op de pijl naar boven om weer aan te zetten. Druk op de pijl naar beneden om uit te zetten. Gaat bij afwezigheid uit. Kanaalmodus: Stel in op Switch only NEUTRAAL SPANNING STROOMKRING BEVEILIG- ING (INDIEN NODIG) N L/OUT L DIM DIM SW1/ OMHOOG SW2/ OMLAAG LAMP (NIET-DIMBAAR) TERUGVERENDE DRUKSCHAKELAAR IN MIDDENPOSITIE (240 V SCHAKELEN) Optioneel voor aanwezigheidsdetectie, verplicht voor afwezigheidsdetectie Schakelmodus: Stel in op 2 position switch together. Let op: een enkele positieschakelaar kan ook worden gebruikt om door de mogelijkheden te lopen, stel in op 1 position switch separate. Enkelkanaals dimmen DIM (1-10V) Aansluitschema's Er kunnen meerdere armaturen parallel aangesloten worden op Kanaal 1 (via de N en L/Out klemmen) zo lang de maximale totale belasting niet wordt overschreden. Kanaal 2 (dimbare output) kan worden gebruikt om de lichtoutput te regelen van de armaturen, die uitgerust zijn met dimmers/transformatoren. De dimmers/transformatoren kunnen parallel aangesloten worden op Kanaal 2 (via de DIM en DIM+ klemmen). Kijk naar de specificatie op bladzijde 12 voor het aantal dimmers. De onderstaande aansluitschema's laten de meest normale methodes zien om de outputkanalen aan te sluiten voor een enkele detectie-eenheid. Functies: Schakelt de verlichting aan bij aanwezigheid en houdt het op het gewenste lux-niveau. Dimt en schakelt door een optionele terugverende drukschakelaar in middenpositie. Geconfigureerd voor aanwezigheidsdetectie: Gaat automatisch aan bij aanwezigheid. Zorgt dat de verlichting op sterkte blijft. Druk op de pijl naar beneden om uit te zetten. Druk kort op pijl naar boven om weer aan te zetten. Druk op de pijl naar boven om de verlichting sterker te laten branden, druk op de pijl naar beneden om de verlichting meer te dimmen. Gaat bij afwezigheid uit. Geconfigureerd voor afwezigheidsdetectie: Druk op de pijl naar boven om weer aan te zetten. Zorgt dat de verlichting op sterkte blijft. Druk op de pijl naar beneden om uit te zetten. Druk op de pijl naar boven om de verlichting sterker te laten branden, druk op de pijl naar beneden om de verlichting meer te dimmen. Gaat bij afwezigheid uit. NEUTRAAL SPANNING STROOMKRING BEVEILIGING (INDIEN NODIG) Kanaalmodus: Stel in op Switch and dim together. Schakelmodus: Stel in op 2 position switch together. Let op: een enkele positieschakelaar kan ook worden gebruikt om door de mogelijkheden te lopen, stel in op 1 position switch separate. N L/OUT L DIM - DIM SW1/ OMHOOG SW2/ OMLAAG DIMMER DIMBARE LAMP (1-10 V) TERUGVERENDE DRUKSCHAKELAAR IN MIDDENPOSITIE (240 V SCHAKELEN) Optioneel voor aanwezigheidsdetectie, verplicht voor afwezigheidsdetectie Enkelkanaals schakelen Functies: Schakelt kanaal 1 alleen bij aanwezigheid, optionele override schakelaar. Geen uitgang voor dimmen. Geconfigureerd voor aanwezigheidsdetectie: Gaat automatisch aan bij aanwezigheid. Druk op de pijl naar beneden om uit te zetten. Druk op de pijl naar boven om weer aan te zetten. Gaat bij afwezigheid uit. Geconfigureerd voor afwezigheidsdetectie: Druk op de pijl naar boven om weer aan te zetten. Druk op de pijl naar beneden om uit te zetten. Gaat bij afwezigheid uit. Kanaalmodus: Stel in op Switch only Schakelmodus: Stel in op 2 position switch together. Let op: een enkele positieschakelaar kan ook worden gebruikt om door de mogelijkheden te lopen, stel in op 1 position switch separate. NEUTRAAL SPANNING STROOMKRING BEVEILIG- ING (INDIEN NODIG) N L/OUT L DIM DIM SW1/ OMHOOG SW2/ OMLAAG LAMP (NIET-DIMBAAR) TERUGVERENDE DRUKSCHAKELAAR IN MIDDENPOSITIE (240 V SCHAKELEN) Optioneel voor aanwezigheidsdetectie, verplicht voor afwezigheidsdetectie 5

6 Procedure functietest Wanneer de eenheid van stroom wordt voorzien, zal het licht onmiddellijk aangaan. Stel de time-out in op 10 seconden, verlaat de ruimte of blijf zeer stil staan en wacht tot de belasting uitschakelt. Controleer of het licht aangaat wanneer er beweging wordt gedetecteerd. De eenheid is nu klaar om geprogrammeerd te worden. Opsporen van storingen alle producten Wat als het licht niet AAN gaat? Controleer of de stroomvoorziening naar de kring goed is. Controleer of het circuit werkt door om de sensor heen te gaan (bijv. door de klemmen L en L/ Out op Kanaal 1 te verbinden). Indien het detectiebereik kleiner is dan verwacht, kunt u het schema op bladzijde 2 controleren. U kunt het detectiebereik verbeteren door de sensor iets te draaien. Als de spanning en bedrading in orde zijn, controleert u de instelling van het LUX-niveau. Vergroot de instelling van het LUX-niveau zodat de controller aan kan gaan bij een hoger daglichtniveau van de omgeving. Wat als het licht niet UIT gaat? Zorg dat er langer dan de time-out periode geen mensen in het gebied zijn. Zorg dat de sensor niet naast trillende vlakken of voorwerpen is geplaatst (bijv. ventilatie-apparatuur). Microwave sensor De eenheid kan beweging registreren door glas, dunne afscheidingen of wanden heen. Verminder de. PIR-sensor Zorg dat de sensor niet naast circulerende lucht, verwarming of lampen is geplaatst. Burn-in Overzicht Veel fabrikanten van fluorescentielampen eisen dat de lampen een bepaalde periode op maximaal vermogen aan moeten zijn om de levensduur van de lamp te kunnen garanderen (kijk in het gegevensblad van de fabrikant voor de details). Omdat de sensoren lampen kunnen dimmen met DALI/DSI of 1-10V, hebben de producten een voorziening om dit een bepaalde tijd uit te zetten. Bediening Door de Burn in -parameter in te stellen, kunt u een tijd selecteren gedurende welke de lampen niet mogen afwijken van de maximale output. De eenheid houdt de tijd bij en weet, in het geval van een stroomstoring, ook nog hoe veel tijd al verstreken is. Om de burn-in-functie te annuleren, selecteert u gewoon tijd 0. Let op: wanneer de lampen worden vervangen, moet de burn-in-tijd opnieuw worden ingesteld. 6

7 Detectiegegevens MWS1A Detectiepatroon - wandmontage 30 m 6 m Gebied met hoge Gebied met lagere Detectiepatroon - plafondmontage EBDSPIR & MWS6 Gebied met hoge Gebied met lagere MWS3A 2,6 m 2,6 m 25 m 6 m 6 m 30 m Gevoeligheid ingesteld op 80% Positie detectorkop ingesteld op 80 Gebied met hoge Gebied met lagere Gevoeligheid ingesteld op maximum Positie detectorkop ingesteld op 80 Gebied met hoge Gebied met lagere Ideaal voor een groot kantoor of leslokaal Ideaal voor toepassingen in hallen of gangen 2,6 m 22 m 6 m Gevoeligheid ingesteld op maximum Positie detectorkop ingesteld op 0 Gebied met hoge Gebied met lagere Ideaal voor open ruimtes en kantoortuinen 7

8 5,1 m 15 m 2,0 m 6 m Detectiepatroon - plafondmontage EBDSPIR-HB Lijn de uitsparingen met de gang uit Detectiepatroon Gang Gangmontage 5,1 m 2,0 m EBDHS Maximale montagehoogte 20 m 15 m 40 m 8

9 Detectiepatroon - plafondmontage EBDHS verv. Doorloop Naartoe lopen Hoogte Diameter bereik 15 m 40 m 10 m 26 m 6 m 16 m 3 m 9 m Hoogte Diameter bereik 15 m 30 m 10 m 20 m 6 m 12 m 3 m 8 m Afschermen Bij de EBDHS- worden twee erop te klikken kappen meegeleverd om de detectievorm nauwkeurig af te kunnen schermen. De kappen kunnen eenvoudig worden gevormd om detectiepatronen te maken die geschikt zijn voor toepassingen zoals gangen en hoeken en om de detectiediameter te verkleinen. Lateraal traanpatroon om een detectievorm te creëren in de vorm van een gleuf. Radiaal traanpatroon om de detectiediameter te verkleinen. Gangen, Kappen geschikt voor gangvormige detectie Gleufnummer 1 45% 2 32% 3 22% 4 11% Kap % dekking Gleufnummer Voorbeeld Montagehoogte 6 m Bijgewerkt tot gleuven 2 Detectiebreedte gang 16 m x 32% = 5,1 m langs lopen. 12 m x 32% = 3,8 m naartoe lopen Nauwe detectie, Kappen gemaakt voor een smalle detectiestraal Diameternummer Kap % dekking 1 89% Diameternummer Voorbeeld Montagehoogte 15 m Bijgewerkt tot diameter 3 Detectiediameter 40 m x 45% = 18 m langs lopen. 30 m x 45% = 3,5 m doorloop 2 63% 3 45% 4 32% 5 22% 9

10 Programming Guide for DIMMING Sensors Basis programmeren De functionaliteit van een detector wordt geregeld door een aantal parameters die door de volgende apparaten kunnen worden gewijzigd of geprogrammeerd. UHS5 Infrarood Handset. Zie hieronder voor programmeerbare functies. UNLCDHS Infrarood Handset (met LCD). Zie de gebruikersgids voor alle details over het programmeren. Voor de meeste basis programmeerwerkzaamheden kan de UHS5 handset worden gebruikt. De volgende procedures zijn gebaseerd op gebruik van dit apparaat. Richt de handset op de sensor en stuur de vereiste programmeercommando's naar de eenheid zoals hieronder is aangegeven. Geldige commando's worden aangegeven door een knipperende rode led. Let op: andere functies op de UHS5, die hieronder niet aangegeven zijn, zijn niet van toepassing op dit product. Aantal malen drukken op de Shift-toets Parametern aam Standaar dwaarde UHS5 Handset Grafische presentatie Beschrijving DD AD SHIFT 1 SHIFT 2 SHIFT 1 SHIFT 2 SHIFT 1 SHIFT 2 SHIFT 1 SHIFT 2 Knopactivering On / Raise On Raise Verlichting aandoen of om de verlichting hoger te zetten. Off / Lower Off Lower Verlichting uitdoen of om de verlichting lager te zetten. Walk test Off On Off Indien afgesteld op On zal een rode led gaan knipperen op de sensor wanneer deze beweging ontdekt. Gebruik deze functie om het juiste niveau van te controleren. Time Out (Time adjustment) Lux on level (Switch level on) 20 minuten 1, 10 & 20 minuten 5, 15 & 30 minuten 10 seconde n Zodra de detector aangezet is, bepaalt deze waarde hoe lang de verlichting aanblijft nadat de beweging is opgehouden. 9 2, 5 & 7 4, 6 & 9 Instelling van het lux-niveau om te voorkomen dat de verlichting aangaat wanneer het lichtniveau in de omgeving voldoende is (instelbaar tussen 1 en 9). De verlichting zal altijd aangaan op niveau 9. Light Level 6 (600) 2 (200) 5 (500) 7 (700) Lux off level (Switch level off) 4 (400) 6 (600) 9 (999) Stelt een doel voor het lichtniveau in, dat door het verlichtingssysteem aangehouden wordt, 9 (999) = gedeactiveerd 9 2, 5 & 7 4, 6 & 9 Instelling van het lux-niveau om de verlichting uit te doen tijdens aanwezigheid als het lichtniveau van de omgeving boven de instelling komt (instelbaar tussen 1 en 9). Niveau 9 zal de verlichting altijd aan houden. Deze instelling kan worden gebruikt om te wisselen van vensterrij. Let op: de waarde van Lux Off Level moet altijd groter zijn dan de waarde van Lux On Level. Load Type DALI 2-DALI 7-DSI 2-DALI on Stelt het protocol voor de dimmerregeling zo in dat het kan worden gebruikt door het outputkanaal. Sensitivity 9 1, 5 & 9 3, 6 & 8 Gevoeligheidsniveau voor detectie van beweging. 1 = lage 9 = hoge Defaults D Reset de eenheid naar de standaardinstellingen. Burn-in Bepaalt hoe lang de output zal zijn bij 100%, zodat lampen inbranden. De inbrand-tijd wordt niet beïnvloed door onderbrekingen in de stroomtoevoer. Presence / Absence Aanwezig heid Aanwezig heid Afwezig heid De modus aanwezigheid stelt de output in staat aan te gaan wanneer beweging wordt geregistreerd en uit te gaan wanneer de beweging ophoudt. De modus afwezigheid stelt de output in staat uit te gaan wanneer beweging ophoudt, maar moet eerst handmatig aangezet worden. Afwezigheid niet beschikbaar met MWS1A. Shift 10 Gebruik deze knop voor het selecteren van de instellingen in rood en blauw, aangegeven door de leds Shift 1 en Shift 2.

11 Geavanceerd programmeren Parameternaam Detector parameters Standaardwaar de Bereik / opties Beschrijving DD AD Walk Test LED Off On of Off Indien afgesteld op On zal een rode led gaan knipperen op de sensor wanneer deze beweging ontdekt. Gebruik deze functie om het juiste niveau van te controleren. Time Out (Time adjustment) 20 minuten 0-99 minuten Zodra de detector aangezet is, bepaalt deze waarde hoe lang de verlichting aanblijft nadat de beweging is opgehouden. Selecteer 0 voor 10 seconden vertraging alleen gebruiken voor ingebruikneming. Manual Time Out 10 minuten 0-99 minuten Indien een handmatige bediening plaatsvindt, via de schakel-input of via infrarood, roept dit de time-outperiode op. Voorbeeld 1: een detector in aanwezigheidsmodus heeft een detectortime-out van 15 minuten en een handmatige time-out van 3 minuten. Wanneer de gebruiker de ruimte verlaat, drukt hij/zij op de off-knop. De sensor gaat na 3 minuten terug naar automatisch, wanneer de gebruiker dan terugkeert in de ruimte zal de verlichting aangaan. Voorbeeld 2: met de bovenstaande instellingen zet de gebruiker het licht uit (bijvoorbeeld voor een presentatie) maar blijft in de ruimte. Iedere keer dat beweging wordt ontdekt, krijgt de handmatige time-outperiode een impuls, maar als er gedurende de korte timeoutperiode niets wordt ontdekt, zal de sensor naar time-out gaan en terugkeren naar automatische stand. Dit betekent dat de lichten per ongeluk aan kunnen gaan tijdens de presentatie als de aanwezigen gedurende de handmatige timeoutperiode stil zitten. Stel de timing dus zorgvuldig af. Sensitivity On 9 1 (min) tot 9 (max) Sensitivity Off 9 1 (min) tot 9 (max) Lux time 0 0 (uitgeschakeld) 1-99 minuten Het sniveau om beweging te ontdekken, wanneer de detector al aan staat. *UHS5 stelt Sensitivity On en Off op dezelfde waarde in. Het sniveau om beweging te ontdekken, wanneer de detector uit staat. *UHS5 stelt Sensitivity On en Off op dezelfde waarde in. Wanneer de detector het lux-niveau meet en besluit dat de output als gevolg daarvan aan of uitgezet moet worden, moet eerst de lux-tijd verstrijken. Als op enig moment tijdens de tijdsvertraging de lux-wijziging teruggaat, wordt het proces geannuleerd. Lux-tijd stelt de afwezigheidsdetectie in staat om actief te worden met een ingesteld lux uit-niveau. Wanneer de knop wordt ingedrukt, gaat het licht aan, ongeacht het omgevingslichtniveau. Als er echter voldoende omgevingslicht is, zal het licht na de Lux-tijd weer uitgaan. Let op: wanneer een externe schakelaar wordt ingedrukt, hetzij in afwezigheids- of aanwezigheidsmodus, en de lichten zijn uit vanwege het lux-niveau, gaan ze onmiddellijk aan voor in ieder geval de Lux-tijd. Power Up State On On of Off Selecteer No voor een 30 seconden vertraging na opstarten. Indien Yes is geselecteerd, is er geen vertraging bij het opstarten en zal de detector altijd direct functioneren. Disable Detector N Y of N Schakelt detectie uit, waardoor de relais permanent uit staat en de dimoutput in bedrijf is. Deze stand wordt gebruikt wanneer de eenheid alleen bedoeld is voor het onderhouden van de verlichtingssterkte. On Delay 0 minuten 0-99 minuten De On Delay stelt het eerste kanaal in staat in te schakelen na het tweede kanaal. Een typische toepassing hiervoor zou een ruimte kunnen zijn waar een detector zowel de verlichting als de airconditioning regelt. Wanneer aanwezigheid wordt ontdekt, zal de verlichting onmiddellijk aangaan, terwijl de airconditioning na 15 minuten aangezet kan worden. Indien de ruimte verlaten wordt en de detector gaat naar time-out voor de vertraging, zal de airconditioning niet aangaan. De vertraging kan ook alleen voor kanaal 1 ingesteld worden met de parameter on delay. Inhibit 4 seconden 1 tot 999 seconden Wanneer de detector uitgaat, wordt een vertraging in gang gezet om opnieuw een impuls te voorkomen. In bepaalde omstandigheden is deze vertraging niet voldoende. Met deze parameter kan de vertraging gewijzigd worden. Verify (EBDHS only) N Y of N Hier zijn twee of meer PIR-sensoren voor detectie nodig om de verlichting aan te krijgen. Factory default - - Herstelt de standaard-fabrieksinstellingen Kanaalmodus Default - De detector zal de verlichting schakelen én dimmen. Switch only - - Meestal gebruikt voor afwezigheidsdetectie, in deze stand wordt het dimkanaal niet gebruikt. Switch and dim together Switch and dim separate Gebruikersmodus - - Levert 2 kanaalsbedieningen op Kanaal 1 wordt geschakeld via de relais-output en Kanaal 2 wordt gedimd/geschakeld via de dim-output. Raise - - Het lichtniveau verhogen. Keert terug wanneer aanwezigheidscyclus afgerond is. Lower - - Het lichtniveau verlagen. Keert terug wanneer aanwezigheidscyclus afgerond is. Scene up - - Schakelt op tussen 6 voorgedefinieerde situaties. Scene down - - Schakelt naar beneden tussen 6 voorgedefinieerde situaties. Scene # - - Selecteer de individuele situatie, tussen 0 en 6. (1 = min. output; 2 = 10%; 3 = 25%; 4 = 50%; 5 = 75%; 6 = 100%) Override On - - Wanneer de lampen uit zijn, zal het verzenden van het IR-commando ervoor zorgen dat ze onmiddellijk aan gaan en terugkeren naar automatische bediening met de handmatige time-outperiode. Override Off - - Indien de lampen aan zijn, zal het verzenden van het IR-commando ze onmiddellijk uitzetten. Na de handmatige time-outperiode (hierboven beschreven), zal de sensor terugkeren naar automatische stand. Cancel - - Annuleert de on of off override en zet de detector terug naar normale werking. 11

12 Parameternaam Kanaal 1 Schakelkanaal Standaardwaard e Detection Mode Presence Aanwezigheid of Afwezigheid Lux on level (Switch level on) Lux off level (Switch level off) Kanaal 2 Dimkanaal 9 1 tot 9 Voor een hogere resolutie is een schaal van beschikbaar 9 1 tot 9 Voor een hogere resolutie is een schaal van beschikbaar Detection Mode Presence Aanwezigheid of Afwezigheid Lux on level (Switch level on) Lux off level (Switch level off) Light Level (maintained illuminance) 9 1 tot 9 Voor een hogere resolutie is een schaal van beschikbaar 9 1 tot 9 Voor een hogere resolutie is een schaal van beschikbaar tot 998 (999 uitgeschakeld) Load Type DALI DSI DALI DALI On Geavanceerd programmeren Bereik / opties Beschrijving DD AD Max Value 100% 0 tot 100% Maximum outputniveau dimmen. Min Value 0% 0 tot 100% Minimum outputniveau dimmen. De modus aanwezigheid stelt de output in staat aan te gaan wanneer beweging wordt geregistreerd en uit te gaan wanneer de beweging ophoudt. De modus afwezigheid stelt de output in staat uit te gaan wanneer beweging ophoudt, maar moet eerst handmatig aangezet worden. Let op: afwezigheid niet beschikbaar met MWS1A. Stelt een minimum lichtniveau in waaronder de PIR-sensor ingeschakeld wordt, zodat lampen aangaan door beweging. Let op: de waarde van het lux-niveau 'Off' moet altijd groter zijn dan de waarde van het Lux-niveau 'On'. Stelt een maximum lichtniveau in waarboven de PIR-sensor uitgeschakeld wordt, zodat voorkomen wordt dat lampen aangaan door beweging. De modus aanwezigheid stelt de output in staat aan te gaan wanneer beweging wordt geregistreerd en uit te gaan wanneer de beweging ophoudt. De modus afwezigheid stelt de output in staat uit te gaan wanneer beweging ophoudt, maar moet eerst handmatig aangezet worden. Stelt een minimum lichtniveau in waaronder de PIR-sensor ingeschakeld wordt, zodat lampen aangaan door beweging. Let op: de waarde van het lux-niveau 'Off' moet altijd groter zijn dan de waarde van het Lux-niveau 'On'. Stelt een maximum lichtniveau in waarboven de PIR-sensor uitgeschakeld wordt, zodat voorkomen wordt dat lampen aangaan door beweging. Stelt een doel voor het lichtniveau in, dat door het verlichtingssysteem aangehouden wordt, Stelt het protocol voor de dimmeregeling in op DSI. Stelt het protocol voor de dimmeregeling in op DALI. DALI On zorgt voor permanente spanning naar DALI dimmers wanneer DALI niet correct is ingevoerd in de dimmer. Maximum aantal dimmers is 5, tenzij het relais uitgeschakeld is, dan is het 10. Memorise N Yes of No Wanneer dit op Yes ingesteld is, wordt het laatste handmatig ingestelde luxniveau onthouden en gebruikt als het nieuwe inschakelniveau. On value 99 0 tot 99 Dim-outputniveau indien ingeschakeld (0-99). Off value 0 0 tot 99 Dim-outputniveau indien uitgeschakeld (0-99). Wanneer een uit-waarde is ingesteld die niet nul is, zal de output wisselen tussen deze waarde en helemaal uit, afhankelijk van de waarden van inschakel- en uitschakelniveau. Als het bijvoorbeeld buiten licht is, zullen de lampen uit staan als er geen aanwezigheid is. Als het buiten donker is, zullen ze de vooraf ingestelde uitwaarde aannemen. Dit kenmerk is alleen ingeschakeld als Min value op 99 wordt gezet. Burn-in 0 0 (uit) of 1 tot 999 uur Bepaalt hoe lang de output zal zijn bij 100%, zodat lampen inbranden. De inbrand-tijd wordt niet beïnvloed door onderbrekingen in de stroomtoevoer. Fade value 10 0 tot 99 Nadat aanwezigheid ophoudt, wordt dit dim-outputniveau geladen voor de fade -tijd (instelbaar tussen 0 en 99). Fade mins 0 0 tot 99 Dit is de tijd (instelbaar tussen 0 en 99 minuten) dat de verlichting op de fadewaarde staat voor ze uitgezet wordt. Een waarde van 0 schakelt de fadefunctie uit. Speed On 40 Gemeten in intervallen van 0,1 sec. Speed Set 5 Gemeten in intervallen van 0,1 sec. Set Seconds tot 999 seconden Bepaalt de dimresponssnelheid nadat de insteltijd is afgelopen. Bepaalt de dimresponssnelheid tijdens de insteltijd. Gemeten in intervallen van 0,1 sec. Indien ingesteld op 0 zal het dimmen gedurende de Set seconds hieronder uitgeschakeld zijn, wordt gebruikt als lampen opgewarmd moeten worden voorafgaand aan dimmen. Bepaalt hoe lang de instelperiode van de dimrespons duurt na aangaan of een gewijzigde instelling. Dit maakt het mogelijk dat het gewenste lux-niveau snel actief wordt als de verlichting aangaat of tijdens instellen. Switch Modes 2 position switch together 2 position switch separate 1 position switch together 1 position switch separate 12 Standaard - Een enkele terugverende drukschakelaar in middenpositie wordt gebruikt om beide kanalen samen te regelen. - - Een enkele terugverende drukschakelaar in middenpositie wordt gebruikt om alleen het dimkanaal te regelen. - - Een enkele terugverende drukschakelaar regelt beide kanalen samen. - - Twee enkele positie terugverende schakelaars, die de kanalen afzonderlijk regelen.

13 Tech Info EBDSPIR-IQ EBDHS-IQ EBDSPIR-HB-IQ M WS1A-IQ M WS3A-IQ M WS6-IQ 76 x x x X 86 X x x kg 0.2kg 0.15kg 0.1kg 0.15kg 230VAC +/- 10% 50Hz M ax 10A, M in 100mA On 875mW Off 895mW On 822mW Off 847mW On 875mW Off 895mW On 1150mW Off 790mW On 1500mW Off 909mW On 1100mW Off 665mW On 625mW Off 807mW On 800mW Off 299mW On 625mW Off 807mW On 1500mW Off 959mW On 1100mW Off 664mW On 724mW Off 260mW On 809mW Off 305mW On 724mW Off 260mW On 1500mW Off 961mW On 1100mW Off 690mW M aximum number of DSI or DALI ballasts is 10 unless the relay is disabled then it is 20. M aximum number of 1-10V ballasts is 10. Tech Info EBDSPIR-IQ EBDHS-IQ EBDSPIR-HB-IQ M WS1A-IQ M WS3A-IQ M WS6-IQ 2.5mm 2-10ºC to 35ºC 5 to 95%non-condensing Flame retardant ABS and PC/ABS Class GHz GHz 5.8GHz 868M Hz 868M Hz 2 2 <10%on g3 band (default band), <0.1%on g2 band, <1%on g1 band <10%on g3 band (default band), <0.1%on g2 band, <1%on g1 band Technische gegevens 13

14 Tech Info EBDSPIR-IQ EBDHS-IQ EBDSPIR-HB-IQ M WS1A-IQ M WS3A-IQ M WS6-IQ /55 40 without gasket. 44 with gasket EM C-2004/108/EC. LVD-2006/95/EC ANSI IEEEC EN V2.1.2, EN V1.8.1, EN V1.2.1, Directive 1999/5/EC na na na 30 x 6m 30 x 6m na 7 m x m x 360 na na 22 x 8m 12 m x 360 na 16 m x x 2.0m na na na na 2.7 x 2.7m na na Tech Info EBDSPIR-IQ EBDHS-IQ EBDSPIR-HB-IQ MWS1A-IQ MWS3A-IQ MWS6-IQ na 26 m x x 3. 4m na na na na 4.,0 x 4.0m na na na 40 m x x 5.1m na na Aura IQ Sensor Aura Light International AB Box 508, SE Karlskrona Sweden Technische gegevens #1.0 14