Werken in het huishouden

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Werken in het huishouden"

Irma de clercq
6 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 van 9 Werken in het huishouden Werken in het huishouden/linnenkamer Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Leerjaar 1-3-5 Handdoek vouwen Tafel schoonmaken Kast (nat) afnemen Stofzuigen Leerjaar

1 1 van 9 Werken in het huishouden Werken in het huishouden/linnenkamer Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Leerjaar Handdoek vouwen Tafel schoonmaken Kast (nat) afnemen Stofzuigen Leerjaar Swifferen Uitwerking doelen per praktijkvak a. Broek vouwen b. T-shirt vouwen Strijken Leerjaar 1-3-5: Doelen Werken in het huishouden/linnenkamer Module 1: Handdoek vouwen Koffie en thee rondbrengen 1. Legt de handdoek neer 1.1. Legt de handdoek neer 1.2. Strijkt de handdoek glad met je handen 2. Vouwt de handdoek dubbel 2.1. Pakt de twee punten van de handdoek 2.2. Legt de twee punten op de andere twee punten van de handdoek 3. Vouwt de handdoek nog eens 3.1. Pakt de twee punten van de handdoek dubbel 3.2. Legt de twee punten op de andere twee punten van de handdoek 4. Vouwt de handdoek nog eens dubbel 4.1. Draait de handdoek 4.2. Pakt de twee punten van de handdoek en legt deze op de andere twee punten - i.p.v. een handdoek kun je ook een vaatdoek, theedoek, stofdoek, zakdoek vouwen - app Copernicus: een handdoek opvouwen

2 2 van 9 Leerjaar 1-3-5: Doelen Werken in het huishouden/linnenkamer Module 2: Tafel schoonmaken 1. Vult een emmer met warm water 2. Doet schoonmaakmiddel in de emmer 1.1. Opent de kast 1.2. Pakt een emmer uit de kast 1.3. Zet een emmer onder de kraan 1.4. Draait de kraan open voor warm water 1.5. Laat warm water in de emmer lopen 1.6. Draait de kraan dicht 2.1. Pakt het schoonmaakmiddel 2.2. Maakt de fles open 2.3. Doet schoonmaakmiddel in de emmer 2.4. Doet de fles weer dicht 2.5. Zet het schoonmaakmiddel weg 3. Pakt een doekje 3.1. Pakt een doekje 4. Doet het doekje in de emmer 4.1. Doet het doekje in de emmer 5. Brengt de emmer met het 5.1. Brengt de emmer met het doekje naar de lege tafel doekje naar de lege tafel 6. Maakt de tafel schoon met 6.1. Pakt het doekje uit de emmer het doekje 6.2. Wringt het doekje uit 6.3. Veegt met het doekje de tafel schoon 6.4. Legt de doek terug in de emmer - i.p.v. een tafel kun je ook een stoel schoonmaken - app Copernicus: tafel schoonmaken

3 3 van 9 Leerjaar 1-3-5: Doelen Werken in het huishouden/linnenkamer Module 3: Kast (nat) afnemen 1. Zet de spullen klaar 1.1. Pakt een krat of bak 1.2. Pakt een vaatdoek 1.3. Pakt een emmer 1.4. Pakt het schoonmaakmiddel 1.5. Pakt een droge doek 2. Maakt een sopje 2.1. Zet een emmer onder de kraan 2.2. Draait de kraan open voor warm water 2.3. Laat het warme water in de emmer lopen 2.4. Draait de kraan dicht 3. Maakt de kast leeg 3.1. Zet de krat/bak naast de kast 3.2. Haalt alle spullen van de (bovenste) plank 3.3. Stopt de spullen één voor één in de krat 3.4. Checkt of de plank leeg is 3.5. Herhaalt dit zo nodig met een tweede of derde plank 4. Maakt de kast schoon 4.1. Pakt het doekje uit de emmer 4.2. Wringt het doekje uit 4.3. Veegt met het doekje de (bovenste) plank schoon 4.4. Herhaalt dit zo nodig met een tweede of derde plank 5. Maakt de kast droog 5.1. Pakt de droge doek 5.2. Veegt de (bovenste) plank droog 5.3. Herhaalt dit zo nodig met een tweede of derde plank 6. Zet de spullen terug 6.1. Pakt de spullen uit de krat/bak 6.2. Zet deze terug in de kast - i.p.v. een kast kun je ook een ander meubelstuk schoonmaken

4 4 van 9 Leerjaar 1-3-5: Doelen Werken in het huishouden/linnenkamer Module 4: Stofzuigen 1. Pakt de stofzuiger 1.1. Pakt de stofzuiger uit de (materialen)kast 2. Maakt de stofzuiger klaar 2.1. Trekt het snoer uit de stofzuiger voor gebruik 2.2. Stopt de stekker in het stopcontact 2.3. Zet de stofzuiger aan 3. Stofzuigt de vloer 3.1. Pakt de stofzuiger met twee handen vast 3.2. Begint in de hoek 3.3. Stofzuigt de hele vloer 4. Ruimt de stofzuiger weer op 4.1. Zet de stofzuiger uit 4.2. Haalt de stekker uit het stopcontact 4.3. Rolt het snoer op (m.b.v. de oprol knop) 4.4. Zet de stofzuiger weer terug in de (materialen)kast. - Baken of tape een gedeelte van ruimte af. - Leg in het begin papiersnippers op de vloer.

5 5 van 9 Module 1: Swifferen 1. Zoekt de materialen bij elkaar 2. Maakt de swiffer klaar voor gebruik 1.1. Pakt een swiffer-doekje en een swiffer uit de schoonmaakkast 1.2. Pakt een stoffer en blik uit de schoonmaakkast 1.3. Pakt een prullenbak in de klas 2.1. Legt het doekje open op de grond 2.2. Zet de swiffer in het midden van het gele doekje 2.3. Vouwt de uiteinden om de swiffer heen 2.4. Duwt de uiteinden in de 4 gaten van de swiffer 3. Swiffert de vloer 3.1. Pakt de swiffer met twee handen vast 3.2. Begint in de hoek 3.3. Swiffert de hele vloer 4. Gooit het afval in de prullenbak 5. Ruimt alle materialen weer op 4.1. Veegt met stoffer en blik het afval op 4.2. Gooit het afval in de prullenbak 4.3. Kijkt of al het afval opgeveegd is 5.1. Haalt het doekje van de swiffer 5.2. Gooit het doekje in de prullenbak 5.3. Hangt de swiffer, stoffer en blik aan het haakje in de schoonmaakkast - Om de leerling leren de swiffer goed vast te houden, kun je met tape op de steel aangeven waar hij zijn handen moet plaatsen. - Tape een (klein) stuk af met tape. Daar wordt naar toe geswiffert. - Legt propjes/snippers papier op de grond. Maak de propjes steeds kleiner, zodat de overgang naar zand of stof niet zo groot meer is. - Wanneer de leerling echt sof veegt, zorg dan dat er in eerste instantie veel stof is om te swifferen. - Je kunt deze taak ook gebruiken voor vegen binnen.

6 6 van 9 Module 2a: Broek vouwen 1.Legt de broek op tafel 2.Vouwt de pijpen over elkaar 3.Vouwt de broek in drieën op 1.1. Legt de broek neer 1.2. Strijkt de broek glad met je handen 2.1. Pakt een pijp van de broek vast (een hand aan de onderkant, een hand aan de bovenkant) 2.2. Vouwt de pijp over de andere pijp 2.3. Strijkt de broek glad met je handen 3.1. Pakt de onderkant v/d broekspijpen 3.2. Vouwt de onderkant naar binnen 3.3. Pakt de bovenkant van de broek 3.4. Vouwt de bovenkant naar binnen 3.5. Strijkt de broek glad met je handen - Om duidelijk te maken hoe de broek in drieën gevouwen moet worden kun je na stap 2 een A4 in het midden van de broek leggen, waarover de leerling de onder- en de bovenkant vouwt. - app Copernicus: een broek opvouwen

7 7 van 9 Module 2b: T-shirt vouwen 1. Legt het T-shirt neer 1.1. Legt het T-shirt met de voorkant naar beneden neer 1.2. Strijkt het T-shirt glad met je handen 2. Vouwt de mouwen naar binnen 3. Vouwt het T-shirt in tweeën - Je kunt ook een T-shirt vouwen m.b.v. een vouwplank 2.1. Pakt een mouw van het T-shirt vast 2.2. Vouwt de mouw naar binnen 2.3. Pakt de andere mouw vast 2.4. Vouwt die mouw naar binnen 3.1. Vouwt/klapt de onderkant naar boven 3.2. Draait het T-shirt om 3.3. Strijkt het T-shirt glad - app Copernicus: een T-shirt opvouwen

8 8 van 9 Module 3: Strijken 1. Zet de materialen klaar 1.1. Pakt een strijkplank 1.2. Pakt een strijkijzer 1.3. Pakt een mand met schone was 2. Zet de strijkplank klaar 2.1. Legt de strijkplank op de grond 2.2. Vindt aan de onderkant van de plank de hendel 2.3. Drukt de hendel op de juiste manier in 2.4. Klapt de strijkplank open (op de juiste hoogte) 3. Zet de strijkijzer klaar 3.1. Stopt de stekker in het stopcontact 3.2. Zet het strijkijzer in de houder Wacht tot het lampje uitgaat 4. Strijkt de theedoek op de strijkplank 5. Ruimt de materialen op 4.1. Legt een theedoek plat op de strijkplank 4.2. Strijkt de theedoek met de handen glad 4.3. Strijkt met het strijkijzer heen en weer over de theedoek 4.4. Verschuift de theedoek en strijkt verder 4.5. Zet het strijkijzer terug in de houder wanneer deze niet gebruikt wordt Vouwt de theedoek op 5.1. Haalt de stekker uit het stopcontact en wacht tot deze afgekoeld is 5.2. Zet het strijkijzer op de juiste plek neer 5.3. Vindt aan de onderkant van de plank de hendel 5.4. Drukt de hendel op de juiste manier in 5.5. Klapt de strijkplank dicht (tot hij plat op de grond ligt) 5.6. Zet de strijkplank op de juiste plek neer - Let op de veiligheid. Laat alleen leerlingen strijken die niet snel afgeleid zijn.

9 9 van 9 Module 4: Koffie en thee rondbrengen 1. Haalt een koffiekar met een bestekmandje 1.1. Loopt naar de keuken 1.2. Pakt een koffiekar met bestekmandje 1.3. Rijdt de koffiekar naar de tafel 2. Zet de kar naast de tafel 2.1. Zet de kar naast de tafel 3. Zet de borden op elkaar 3.1. Pakt een bord van de tafel 3.2. Zet het bord op de koffiekar 3.4. Pakt nog een bord en zet dit op het bord op de koffiekar 3.5. Maakt een stapel van alle borden 4. Zet de bekers in elkaar 4.1. Pakt een beker 4.2. Zet de beker op de koffiekar 4.3. Pakt nog een beker en zet die in de beker op de koffiekar 4.4. Zet zo alle bekers in elkaar 5. Pak het bestekmandje 5.1. Pak het bestekmandje 5.2. Zet deze op de tafel 6. Doet het bestek in het mandje 7. Zet het bestekmandje op de koffiekar 8. Duwt de koffiekar naar de keuken 6.1. Pakt de vorken 6.2. Doet de vorken in het bestekmandje 6.3. Pakt de lepels 6.4. Doet de lepels in het bestekmandje 6.5. Pakt de messen 6.6. Doet de messen in het bestekmandje 7.1. Zet het bestekmandje op de koffiekar 8.1. Duwt de koffiekar naar de keuken

Vergelijkbare documenten

Werken in de keuken Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Leerjaar Brood smeren Aardappels en groente wassen Leerjaar 2-4-6

1 van 12 Werken in de keuken Werken in de keuken Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Leerjaar 1-3-5 Beslag maken a. Afwassen b. Afdrogen Brood smeren Aardappels en groente wassen Leerjaar 2-4-6 a.