Cijfers die Spreken 2004 Analyse melkveehouderij

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Cijfers die Spreken 2004 Analyse melkveehouderij"

Transcriptie

1 Cijfers die Spreken 2004 Analyse melkveehouderij

2

3 Cijfers die Spreken 2004 Analyse melkveehouderij Alfa Accountants en Adviseurs

4

5 Inhoudsopgave Voorwoord 7 Deel I Analyse 8 De resultaten samengevat 10 Ontwikkelingen in de melkveehouderij in Meer melk met minder grond. Boeren intensieve bedrijven beter? 17 Deel II Artikelen 22 Investeren in melkquotum, wel of niet rendabel? 22 Melkrobot, lust of last? 29 Herinvesteringsreserve, de kunst van het verschuiven 33 Het nieuwe mestbeleid, gevolgen en keuzes op bedrijfsniveau 39 Semigratie, een praktijkvoorbeeld in het oosten van Duitsland 43 Deel III Overzichten 46 Overzicht 1 Ontwikkeling van de bedrijfsstructuur 48 Overzicht 2 Ontwikkeling van de technische resultaten 49 Overzicht 3 Ontwikkeling van het resultaat 50 Overzicht 4 Ontwikkeling van het saldo 51 Overzicht 5 Ontwikkeling van de liquiditeitspositie 52 Overzicht 6 Bedrijfsstructuur ingedeeld naar intensiteit 53 Overzicht 7 Technische resultaten ingedeeld naar intensiteit 54 Overzicht 8 Resultaat ingedeeld naar intensiteit 55 Overzicht 9 Saldo ingedeeld naar intensiteit 56 Overzicht 10 Ontwikkeling van de liquiditeitspositie ingedeeld naar intensiteit 57 5 Alfa - Cijfers die Spreken 2004

6 Voorwoord Alfa - Cijfers die Spreken

7 Geachte relatie, Kleurloze melk. Daarover las ik onlangs in het Algemeen Dagblad. Schoolmelk ten spijt moet de jeugd weinig hebben van de witte motor. Melk is ouderwets en oubollig, aldus het artikel. Toch vormt melkproducerend Nederland een motor op het platteland en een groot deel van de agrarische cliëntenportefeuille van Alfa als accountants- en adviesorganisatie. En daar zijn wij trots op. Voor u maken wij dan ook jaarlijks deze, alles behalve kleurloze, uitgave van Cijfers die Spreken. Na het succes van de vorige uitgave hebben wij besloten de opzet voort te zetten. In deel I leest u de analyse van de financiële en technische resultaten over het boekjaar 2004 op basis van een steekproef uit ons bestand van gespecialiseerde melkveehouderijbedrijven. Deel II bevat vijf interessante achtergrondartikelen. Echte cijferliefhebbers kunnen de cijfers nog eens napluizen met behulp van de overzichten in deel III van dit rapport. Moet ik nog investeren in melkquotum? En zo ja, wat mag ik hiervoor betalen? Deze vraag houdt velen van u bezig. In het licht van de (voorlopig nog) gekoppelde melkpremie en de afschaffing van de melkquotering in 2015, hebben wij dit vraagstuk nader bekeken. De uitwerking leest u op pagina 22. Ook de vraag of investeren in een melkrobot zinvol is, komt aan de orde. Een lastige lust, zo blijkt. U leest het op pagina 29. De toekomst van de Nederlandse melkveehouderij wordt voor een groot deel bepaald door de melkprijs en de mate waarin de zuivelfabrieken in staat zijn toegevoegde waarde te creëren met hun producten. Het afketsen van de fusie tussen Campina en Arla stemt in deze niet hoopvol. Hoewel in 2004 de melkprijsdaling volledig werd gecompenseerd door de zuivelpremie, is het nog maar de vraag of dat in de toekomst het geval zal zijn. Schaalvergroting lijkt daarom voor velen een vanzelfsprekende strategie, maar is het de enige remedie om de dalende opbrengstprijs van melk het hoofd te bieden? Nee. Zeker niet voor iedereen. Veel ondernemers, en met name diegenen van wie de stal vol zit en de arbeid maximaal wordt benut, doen er goed aan om zich eerst te richten op de kosten. Hier valt voor menigeen nog veel te halen. Meer melkquotum leidt vaak tot meer koeien en meer werk en niet per definitie tot minder kosten per geproduceerde kilogram. Denk bijvoorbeeld eens aan de extra kosten voor mestafvoer die het nieuwe mestbeleid per 1 januari 2006 met zich mee gaat brengen. Wanneer men kiest voor schaalvergroting, is het niet voor iedereen vanzelfsprekend om dit in Nederland te doen. Semigratie vindt opgang. Alfa sprak met de familie Beenen, die vorig jaar een melkvee- en akkerbouwbedrijf overnam in het oosten van Duitsland. Op pagina 43 van deze uitgave leest u over hun afwegingen en ervaringen. Al met al kleurrijke artikelen, die u hopelijk helpen de juiste keuzes voor uw bedrijf te maken. Terug naar de kleurloze melk. De industrie lijkt niets te gek en maakt wat zij denkt dat de consument wil hebben. Niets mis mee natuurlijk, zolang het leidt tot meerwaarde. In dat kader kunnen we wellicht een voorbeeld nemen aan de staat Kentucky in de Verenigde Staten. Hier werd onlangs met meerderheid van stemmen een wetsvoorstel aangenomen waarin melk werd uitgeroepen tot officiële staatsdrank. Een idee voor minister Veerman? Veel leesplezier. Namens de stafgroep bedrijfskunde, Ir. Aswin Endeman ab Coördinator Bedrijfskunde Juni 2005 Meer informatie uit uw jaarcijfers, dat is onze missie! 7 Alfa - Cijfers die Spreken 2004

8 Deel I

9 Analyse

10 De resultaten samengevat De ontwikkeling van bedrijven heeft in 2004 niet stil gestaan. De belangrijkste zaken: Het melkquotum in eigendom is met 6,6 procent toegenomen; gemiddeld kilogram Oppervlakte grond met twee procent toegenomen; 10,2 procent meer snijmaïs verbouwd De veestapel is gegroeid met 0,7 melkkoe tot 70,9 De meetmelkproductie per koe nam toe van naar bijna kilogram De beschikbare arbeid is met 0,1 volwaardige arbeidskracht uit vreemde arbeid toegenomen Met betrekking tot het gerealiseerde resultaat zijn de belangrijkste punten: Absoluut gezien steeg het resultaat uit normale bedrijfsvoering met 1,9 procent Het resultaat per 100 kilogram meetmelk daalde met 2,5 procent naar 2,71 euro De niet-toegerekende kosten zijn absoluut gezien gestegen met 5 procent De kosten voor huur, afschrijving en rente daalden per 100 kilogram meetmelk met 0,9 procent Ondanks de grotere bedrijfsomvang vond er een stijging van 4,5 procent plaats van de niettoegerekende kosten per 100 kilogram meetmelk Operationeel gezien was 2004, net als 2003, een tegenvallend jaar. Wat het meest opviel: Het saldo per 100 kilogram meetmelk daalde met 4,4 procent tot 23,56 euro De melkprijs daalde met 3,5 procent tot 30,54 euro per 100 kilogram meetmelk Er vond een daling van de voerkosten per 100 kilogram meetmelk plaats van 2,3 procent De kosten voor gezondheidszorg en medicijnen per 100 kilogram meetmelk stegen met 6,8 procent De kosten voor grasland en voedergewassen stegen per 100 kilogram meetmelk met 10 procent Er werd 35 kilogram stikstof per hectare grasland meer aangevoerd Het continuïteitsperspectief voor de bedrijven kenmerkt zich in 2004 door de volgende punten: 23 procent van de bedrijven behaalt een negatieve marge De kritieke melkprijs bevindt zich op het niveau van 27,75 euro per 100 kilogram meetmelk De marge bedraagt 2,79 euro per 100 kilogram meetmelk Ook hebben we gekeken naar de verschillen tussen extensieve en intensieve bedrijven. Daarbij viel op: De extensieve bedrijven realiseerden ondanks de kleinere bedrijfsomvang een beter resultaat dan de intensieve bedrijven Intensieve bedrijven behaalden een voordeel van 0,74 euro per 100 kilogram meetmelk op de niet-toegerekende kosten. Dit werd veroorzaakt door lagere loonwerkkosten en eigendomslasten De extensieve bedrijven realiseerden 1,42 euro per 100 kilogram meetmelk meer saldo dan de intensieve bedrijven Intensieve bedrijven realiseerden 0,32 euro per 100 kilogram meetmelk minder opbrengsten dan de extensieve bedrijven, voornamelijk door een lagere omzet en aanwas De voerkosten van intensieve bedrijven waren 1,20 euro per 100 kilogram meetmelk hoger dan de voerkosten van de extensieve bedrijven De intensieve bedrijven realiseerden lagere kosten voor grasland en voedergewassen, maar dit woog niet op tegen de extra gemaakte voerkosten. De resultaten zijn gebaseerd op een groep van 110 zuivere melkveebedrijven. Dit zijn bedrijven waarvan minimaal 95 procent van het totaal aantal NGE (Nederlandse Grootte Eenheid) uit melkvee afkomstig is. De gegevens zijn afkomstig uit het Bedrijfs Analyse Systeem (BAS), waarmee Alfa managementinformatie aan melkveehouders levert.

11 Ontwikkelingen 2004 was voor melkveehoudend Nederland een roerig jaar. U kreeg te maken met het nieuwe EU-landbouwbeleid en de daarbij horende invoering van de melkpremie en verlaging van de interventieprijzen. Omdat deze zaken van invloed zijn én blijven op de hoogte van de melkprijs, waren wij nieuwsgierig naar de effecten van de nieuwe regelgeving op het bedrijfsrendement. Daartoe analyseerden we het bedrijfsresultaat van 110 zuivere melkveebedrijven. Bovendien hebben we gekeken hoe deze bedrijven zich ontwikkelden qua bedrijfsopzet en technische resultaten, en welke verschillen er zijn tussen intensieve en extensieve bedrijven. De gegevens waarop de analyse is gebaseerd, zijn afkomstig uit het Bedrijfs Analyse Systeem (BAS), waarmee Alfa managementinformatie aan melkveehouders levert. De resultaten vindt u in overzicht één tot en met tien in deel drie van dit rapport. in de melkveehouderij Groei van bedrijven zet stevig door De schaalvergroting zette in 2004 onverminderd door, zowel in hoeveelheid grond (+2,0 procent) als in melkquotum in eigendom (+6,6 procent). Het gemiddelde areaal snijmaïs steeg met 10,2 procent naar 5,88 hectare (figuur 1). Er werd gemiddeld ruim kilogram quotum aangekocht, waarmee het quotum in eigendom steeg naar gemiddeld ruim kilogram. Het lijkt erop dat het quotum dat vorig jaar nog werd geleast, nu is aangekocht. Dit is niet vreemd gezien de hoge leaseprijzen, die aan het einde van 2004 soms opliepen tot 7,40 euro per kilogram vet. In 2003 leasden nog 59 van de 110 bedrijven quotum met een gemiddelde portiegrootte van ruim kilogram. In 2004 werd er door slechts 23 van de 110 bedrijven quotum geleast, waarbij

12 de portiegrootte bleef steken op ongeveer kilogram. Gemiddeld genomen werd kilogram minder geleast, waardoor het gebruiksquotum op ongeveer kilogram uitkwam (+2,7 procent), met een vetreferentie van 4,22 procent. Om het grotere quotum vol te kunnen melken, werden iets meer koeien aangehouden. De gemiddelde veestapel nam in 2004 toe tot bijna 71 melkkoeien per bedrijf. Het aantal stuks jongvee daalde wederom licht, van 6,7 naar ruim 6,5 stuks per tien melkkoeien. Het jaar 2004 gaat de boeken in als groeizaam en zonnig, maar ook vrij nat. De voorjaarskuilen waren over het algemeen van goede kwaliteit (BLGG, persbericht 2004). Het gras werd al vroeg gemaaid, wat ertoe leidde dat sommige aprilkuilen gevaarlijk snel verteerbaar werden. Vooral in april en augustus was het relatief warm. Het mooie weer had tot gevolg dat, in tegenstelling tot 2003, veel bedrijven voldoende voorraad wintervoer konden opbouwen. Daarnaast had het goede voer een positieve invloed op de resultaten. De totale melkproductie steeg met ongeveer twee procent. Naast de grotere veestapel zien we een productiestijging per koe van ruim naar bijna kilogram meetmelk. Het krachtvoerverbruik per 100 kilogram meetmelk daalde, zoals is te zien in figuur 2. Omgerekend werd ongeveer kilogram krachtvoer per koe gevoerd, tegen kilogram in 2003 (940 VEM, inclusief jongvee). Het gebruik van krachtvoervervangers nam absoluut gezien iets toe (+0,7 procent) en de kvem aankoop van ruwvoer steeg absoluut gezien met ongeveer acht procent. De oorzaak hiervan is dat begin 2004 een aantal bedrijven nogal krap in het voer zat en extra ruwvoer aan moest kopen. Wederom steeg de arbeidsproductiviteit. Op deze 110 bedrijven werd in 2003 gemiddeld kilogram per volwaardige arbeidskracht (VAK) gemolken, in 2004 is kilogram per VAK geproduceerd. Ondanks de toegenomen bedrijfsomvang, bleef het arbeidsaanbod met 1,6 VAK vrijwel gelijk. Hiervan wordt slechts 0,1 VAK ingevuld door vreemde arbeid. Doordat het grondoppervlak evenredig toenam met de productie, bleef de intensiteit met kilogram per hectare nagenoeg gelijk eindigt positief voor Nederlandse melkveehouder Het bedrijfsresultaat uit normale bedrijfsvoering bleef in 2004 met gemiddeld euro nagenoeg gelijk aan De in 2004 voor het eerst uitgekeerde melkpremie, vangt de daling van de melkprijs precies op. Doordat de melkproductie toenam, daalde het resultaat uit normale bedrijfsvoering per 100 kilogram meetmelk toch nog met 2,5 procent naar 2,71 euro. Zowel de direct toe te rekenen kosten als de niet-toegerekende kosten laten per 100 kilogram meetmelk een stijging zien. De stelling dat door schaalvergroting de kosten worden verdeeld over meer kilogrammen melk en dat de kosten per kilogram hierdoor lager uitvallen, gaat bij deze bedrijven dus niet op. Het blijft de vraag hoe de melkprijs zich de komende jaren gaat ontwikkelen. Veel is afhankelijk van de snelheid waarmee de Europese Commissie de daling van de interventie en restitutieprijzen doorvoert. Als de opbrengstprijzen goed blijven, dan is de kans groot dat men de daling harder door laat zetten. De melkpremie is immers bedoeld ter compensatie van de interventie en restitutiebedragen, maar mag de boer geen extra geld opleveren. De melkveehouders zijn er in 2004 in geslaagd het resultaat van 2003 te handhaven. Door de grotere bedrijfsomvang, de extra omzet uit werk voor derden en de verlease van melkquotum, stegen de totale opbrengsten met ongeveer euro (inclusief melkpremie). Het bedrijfssaldo nam toe met krap euro. Per 100 Alfa - Cijfers die Spreken

13 kilogram meetmelk steeg het bedrijfssaldo tot 26,29 euro (figuur 3). Het saldo melkvee daalde relatief gezien tot 23,56 euro per 100 kilogram meetmelk, dit is exclusief melkpremie. De melkpremie bedroeg 1,13 euro per 100 kilogram meetmelk. De niet-toegerekende kosten stegen absoluut gezien met vijf procent. Er werd vooral extra geld uitgegeven aan betaalde arbeid, loonwerk en onderhoud van grond, gebouwen en installaties. De leasekosten voor quotum namen af met euro, de kosten voor afschrijving van het melkquotum in eigendom daarentegen namen toe met bijna 12 procent. Het effect van de schaalvergroting van de afgelopen jaren zien we hierin duidelijk terug. Hoewel er behoorlijk is bijgefinancierd, blijven de rentekosten nagenoeg gelijk. De verklaring hiervoor is de lage rentestand en het oversluiten van oude financieringen tegen een lager rentetarief. Hierdoor kon meer geld worden geleend tegen dezelfde rentekosten. De stijging van de niet-toegerekende kosten kan over meer kilogrammen worden uitgesmeerd, maar toch zijn die per 100 kilogram meetmelk gestegen met 4,5 procent. Een specificatie van de niet-toegerekende kosten en de HAR lasten per 100 kilogram meetmelk vindt u in figuur 4 en 5. Lager saldo door dalende melkprijs Het saldo melkvee bepaalt voor een belangrijk deel het bedrijfsresultaat van de onderneming. De opbrengsten, maar vooral de kosten, worden in grote mate beïnvloed door het management van de ondernemer. De verschillen tussen de bedrijven zijn echter zeer groot, er valt voor menig bedrijf nog veel te winnen. Het gemiddelde saldo daalde in 2004 absoluut gezien met krap drie procent tot euro. De prijsdaling van de melk bedroeg ongeveer 3,5 procent. De voerkosten bleven absoluut gezien gelijk, terwijl de kosten voor gezondheidszorg stegen. Aan kosten voor grasland en voedergewassen werd absoluut gezien 11,5 procent meer uitgegeven. Het saldo per 100 kilogram meetmelk daalde relatief gezien met 4,4 procent tot 23,56 euro. Op 1 juli 2004 werd de hervorming van het zuivelbeleid in gang gezet. De melkpremie die voor het eerst werd uitbetaald rekenen wij niet mee in het saldo, maar geven we apart weer onder de niet toe te rekenen opbrengsten. Gemiddeld werd er 30,54 euro per 100 kilogram meetmelk uitbetaald. Dit komt overeen met 32,17 euro per 100 kilogram afgeleverde melk, met een gehalte van 4,38 procent vet en 3,48 procent eiwit. De totale melkopbrengst is euro lager dan in De opbrengsten uit omzet en aanwas stegen absoluut gezien met ongeveer 5,5 procent. Het verkooppercentage melkkoeien kwam met 25,7 procent iets hoger uit dan in Slachtkoeien brachten ongeveer dertien procent meer op, de opbrengstprijs voor kalveren nam met bijna veertien procent af (LEI, 2004). De gerealiseerde prijzen van de geanalyseerde groep bedrijven zijn afgebeeld in figuur 6. Tussen de bedrijven zijn de verschillen in het saldo groot. Om het verschil in kosten zichtbaar te maken, zijn in figuur 7 de toegerekende kosten van de 25 procent best en 25 procent slechtst scorende bedrijven op basis van het saldo per 100 kilogram meetmelk weergegeven. 13 Alfa - Cijfers die Spreken 2004

14 Het saldo van deze groepen verschilt maar liefst 5,64 euro per 100 kilogram meetmelk. Dat er op een aantal bedrijven nog veel te verbeteren valt, staat hiermee vast. De gemiddelde totale voerkosten bleven, ondanks een stijging van de prijzen, nagenoeg gelijk. De prijs van krachtvoer steeg met 2,8 procent. Het totale krachtvoerverbruik uitgedrukt in kvem daalde ondanks de grotere bedrijfsomvang met ruim drie procent. Er werd ongeveer kilogram krachtvoer per koe gevoerd (bij 940 VEM, inclusief jongvee) en 4,61 euro per 100 kilogram meetmelk aan krachtvoer uitgegeven, tegen 4,70 euro in De verdeling in de voerkosten per 100 kilogram meetmelk voor het jaar 2004 vindt u in figuur 8. De kosten die rechtstreeks aan melkvee toe te rekenen zijn (gezondheidszorg, medicijnen, veeverbetering en strooisel), stegen van 2,37 euro naar 2,48 euro per 100 kilogram meetmelk. De voornaamste oorzaak hiervan zijn de kosten voor diergezondheid en medicijnen, die van 1,03 euro naar 1,10 euro per 100 kilogram meetmelk stegen. Omgerekend komt dit neer op een stijging van bijna 6 euro per koe, waardoor er in totaal ongeveer 90 euro per koe aan werd uitgegeven. Ongeveer 47 procent van dit bedrag gaat naar medicijnen, de resterende 53 procent wordt besteed aan behandel- en onderzoekskosten. De kosten voor grasland en voedergewassen (meststoffen, zaaizaad en gewasbescherming) stegen met krap 900 euro tot gemiddeld euro. Vooral aan meststoffen werd meer uitgegeven. De prijs van kunstmest steeg volgens het LEI met ongeveer 1,4 procent. Uit de bedrijfsgegevens blijkt dat er nogal wat extra kunstmest is aangevoerd. Werd er in 2003 nog 140 kilogram stikstof op grasland aangevoerd, in 2004 is dat bijna 35 kilogram meer. Hierbij merken we op dat dit de aangevoerde hoeveelheid stikstof betreft, die kan afwijken van de daadwerkelijk aangewende hoeveelheid omdat er bijvoorbeeld een voorraad is aangelegd. De belangrijkste oorzaak voor het dalende saldo is de lagere melkprijs. De melkpremie (niet meegerekend in het saldo) compenseert die daling maar net. Door de betere ruwvoerpositie namen de voerkosten per 100 kilogram meetmelk gemiddeld genomen af, terwijl de overige kosten zowel absoluut als per 100 kilogram meetmelk toenamen. Ondanks de toegenomen bedrijfsomvang lukt het dit jaar niet de kosten per kilogram melk constant te houden. Positieve liquiditeitsontwikkeling dankzij beter resultaat en meer vreemd vermogen De liquiditeitsontwikkeling in 2004 is met euro positief te noemen. Het blijkt dat naast een beter resultaat een behoorlijk deel van de liquiditeitsontwikkeling in 2004 is ontstaan doordat er extra vreemd vermogen is aangetrokken. Daarnaast werd er meer privé-geld in de bedrijven gestort, terwijl er in 2003 incidenteel extra geld werd onttrokken aan het bedrijf. Al met al een positieve liquiditeitsontwikkeling, maar mét kanttekeningen. De negatieve ontwikkeling van de liquiditeit was in 2003 een groot punt van zorg. In 2004 lijkt de ontwikkeling op het eerste gezicht een stuk florissanter (figuur 9), maar de schijn bedriegt echter, want van de euro positieve liquiditeitsontwikkeling blijkt een behoorlijk deel afkomstig te zijn uit extra aangetrokken vreemd vermogen en incidentele stortingen uit privé. Uit de bedrijfsvoering kwam ongeveer euro extra beschikbaar, ongeveer euro hiervan is als incidentele opbrengst aan te merken. Gemiddeld werd er door deze bedrijven ruim euro extra vreemd vermogen aangetrokken. In totaal was er ruim euro beschikbaar uit bedrijfsvoering en financiering. Met dit bedrag moeten de investeringen en overige onttrekkingen, zoals privé-uitgaven, worden betaald. Gedurende 2004 werd door deze bedrijven gemiddeld euro geïnvesteerd. Ruim euro hiervan werd besteed aan de aankoop van extra melkquotum. In

15 2004 kochten 65 van de 110 bedrijven melkquotum aan tegen 54 in Er werd aanzienlijk meer quotum aangekocht dan het jaar ervoor. Doordat ook het prijsniveau van quotum opliep, kwam het gemiddeld geïnvesteerde bedrag per investering in melkquotum uit op ongeveer euro, tegen euro in 2003 (figuur 10). Het begrip kasstroom wordt steeds belangrijker in de melkveehouderij. Kasstroom is het bedrag dat resteert nadat uit alle ontvangsten, de normale uitgaven ten behoeve van het bedrijf zijn voldaan. Banken kijken bij de kredietverstrekking steeds vaker naar de kasstroomontwikkeling. Daarnaast worden het ondernemerschap en de visie op de markt en het bedrijf steeds belangrijker. Uit onderzoek dat het LEI in 2005 deed naar de ontwikkelingen rond de financiering van agrarische bedrijven, blijkt dat financieringsaanvragen steeds vaker ook op deze criteria worden beoordeeld. Het verstrekken van een goed ondernemingsplan waarin aan deze punten wordt voldaan, kan leiden tot een lagere risico opslag in het rentetarief. Naast deze beoordeling wordt ook de betalingscapaciteit steeds belangrijker. De nadruk ligt hierbij steeds vaker op de toekomstige rentabiliteit en kasstroommanagement. De gemiddelde kasstroom, liquiditeitsmarge, betalingscapaciteit en kritieke melkopbrengst die door deze bedrijven werden gerealiseerd, zijn weergegeven in tabel 1. Ondanks de toegenomen bedrijfsomvang en de hiermee samenhangende extra geleverde kilogrammen melk, neemt de kasstroom gemiddeld slechts met bijna euro toe. Doordat er meer werd afgelost komt de liquiditeitsmarge euro hoger uit dan in Absoluut gezien is de betalingscapaciteit met 5,7 procent toegenomen. De kritieke melkprijs per 100 kilogram meetmelk daalde met 4,3 procent en bevindt zich nu op een niveau van 27,75 euro. Doordat de gerealiseerde melkprijs minder snel daalde, nam de marge (het verschil tussen de gerealiseerde en kritieke melkopbrengst) toe met 4,7 procent. Er resteerde gemiddeld 2,79 euro marge per 100 kilogram meetmelk, tegen 2,67 euro in Volgens LEI-onderzoek kampt een substantieel deel van de agrarische bedrijven met liquiditeitsproblemen. Eén op de vijf bedrijven in het onderzoek heeft structureel gezien te hoge financieringslasten om uit de gerealiseerde kasstroom te kunnen financieren (LEI, 2005). In onze analyse behaalde 23 procent van de bedrijven in 2004 een negatieve marge per 100 kilogram meetmelk. Maar er zijn ook heel 15 Alfa - Cijfers die Spreken 2004

16 wat bedrijven die nog steeds een hoge marge behalen. Dit zijn overigens niet per definitie de meest vitale bedrijven. Het kan zijn dat een aantal daarvan nog niet heeft geïnvesteerd in schaalvergroting, dat ze lage aflossingsverplichtingen voor de financiering hebben bedongen of dat de gebouwen en machines grotendeels verouderd en versleten zijn. Het kan overigens ook een bewuste keuze zijn niet meer te investeren, omdat bijvoorbeeld niet in opvolging is voorzien. Indien de keuze op doorgaan valt, zal er in de toekomst alsnog geïnvesteerd moeten worden, bijvoorbeeld in bedrijfsgebouwen. De extra kasstroom die door deze investeringen wordt gegenereerd, zal hoog genoeg moeten zijn om de extra aangetrokken financiering op termijn af te kunnen lossen. Tabel 1. Continuïteit Verschil % Resultaat gewone bedrijfsvoering ,9% Afschrijvingen ,2% Kasstroom (a) ,2% Vervangingsinvesteringen* ,5% Saldo buitenvennootschappelijk regulier ,9% Saldo privé regulier ,0% Aflossingen ,3% Totaal (b) ,5% Liquiditeitsmarge (a-b) (c) ,9% Rente (d) ,2% Aflossingen (e) ,3% Totaal financieringslasten (d+e) (f) ,8% Betalingscapaciteit (c+f) (g) ,7% Betalingscapaciteit ratio (g / f) 1,37 1,39 0,02 1,4% Melkopbrengst (h) ,7% Kritieke melkopbrengst (h-c) (i) ,8% Marge (h-i) ,9% Melkopbrengst / 100 kg MM 31,65 30,54-1,11-3,5% Kritieke melkopbrengst / 100 kg MM 28,99 27,75-1,24-4,3% Marge / 100 kg MM 2,66 2,79 0,13 4,7% * Wordt gelijk verondersteld aan de bedrijfseconomische afschrijvingen op machines en werktuigen Alfa - Cijfers die Spreken

17 Meer melk met minder grond Boeren intensieve bedrijven beter? Wat is de invloed van de verhouding melkquotum en grondoppervlakte op het bedrijfsresultaat? In het artikel hiervoor gaven we een algemene schets van de ontwikkeling van 110 melkveebedrijven in Het volgende deel gaat in op de sterke en zwakke punten van bedrijven met een verschillende intensiteit. De extensieve bedrijven, tevens de groep met de kleinste omvang, blijken de hoogste resultaten te scoren. Als maatstaf voor de intensiteit van bedrijven hebben we de hoeveelheid meetmelk per hectare genomen. De bedrijven zijn ingedeeld in drie groepen; de extensieve bedrijven (36) met minder dan kilogram meetmelk per hectare, een middengroep (39) tussen de kilogram en kilogram meetmelk per hectare en de intensieve bedrijven (35) met meer dan kilogram meetmelk per hectare. De intensieve bedrijven leveren gemiddeld kilogram meetmelk méér af dan de extensieve. Naast het melkquotum en de oppervlakte grond zijn ook bijvoorbeeld de productie per koe en/of het ras van het vee, van invloed op het resultaat. In deze (eenvoudige) groepsindeling is met die invloeden geen rekening gehouden. Uit de analyse blijkt dat de extensieve bedrijven met 3,90 euro per 100 kilogram meetmelk gemiddeld een beter resultaat behalen dan de middengroep (2,54 euro) en intensieve bedrijven (1,70 euro). De extensieve bedrijven hebben 17 Alfa - Cijfers die Spreken 2004

18 kilogram minder melkquotum dan de intensieve en bijna kilogram minder dan de middengroep. Gemiddeld is er bij de extensieve bedrijven 45 hectare grond in gebruik, tegen 37 hectare bij de intensieve bedrijven. De intensiteit ligt hierdoor bij de extensieve bedrijven op ongeveer kilogram meetmelk per hectare, tegen bij de intensieve bedrijven. De melkproductie per koe ligt bij de extensieve bedrijven met kilogram meetmelk, een stuk lager dan bij de middengroep (8.500 kilogram) en de intensieve bedrijven (8.830 kilogram). De extensieve bedrijven melken het quotum vol met ongeveer 1,4 VAK, de intensieve met ongeveer 1,7 VAK. De productie per VAK ligt hierdoor bij de intensieve bedrijven op kilogram tegen door de extensieve. Ondanks de kleinere bedrijfsomvang, lagere arbeidsproductiviteit en lagere melkproductie per koe realiseren de extensieve bedrijven een resultaat dat ruim euro hoger is dan de middengroep en euro hoger dan de intensieve bedrijven! Het resultaat van extensieve bedrijven is hoger door het betere saldo melkvee (+1,43 euro), overige opbrengsten uit mestaanvoer en slachtpremie (+0,46 euro) en lagere kosten voor huur, afschrijving en rente (+1,22 euro). De niet-toegerekende kosten per 100 kilogram meetmelk op de extensieve bedrijven zijn in het nadeel (-0,74 euro) ten opzichte van de intensieve bedrijven door de hogere eigendomslasten, loonwerkkosten en algemene kosten. Door de intensieve bedrijven wordt meer geld aan vreemde arbeid uitgegeven, voornamelijk vanwege de grotere bedrijfsomvang. In figuur 11 vindt u de opbouw van het bedrijfssaldo per groep bedrijven. De specificatie van kosten en resultaat per groep is opgenomen in figuur 12. Gaan groei en intensivering van de bedrijven gepaard met een verbetering van het saldo? Nee! uit deze analyse blijkt dat het saldo bij een toenemende intensiteit daalt. Gemiddeld realiseren de extensieve bedrijven hogere opbrengsten per 100 kilogram meetmelk (+0,32 euro), Alfa - Cijfers die Spreken

19 tegen 1,11 euro minder toegerekende kosten. De zelfvoorziening in het voer is voor de intensieve bedrijven niet meer vanzelfsprekend, waardoor vaak extra voer moet worden aangekocht. Het voordeel dat de intensieve bedrijven halen door besparing op kosten voor grasland en voedergewassen, weegt echter niet op tegen de extra voerkosten. De extensieve bedrijven realiseren ondanks een lagere melkprijs, vanwege lagere gehalten, toch hogere opbrengsten. Het grootste deel hiervan wordt verklaard uit de hogere omzet en aanwas (+0,68 euro). De extensieve bedrijven hebben gemiddeld genomen een lagere melkproductie per koe en extra jongvee, namelijk 7,1 per tien melkkoeien, tegen 6,1 bij de intensieve bedrijven. De extensieve bedrijven verkochten 28 procent van de gemiddeld aanwezige koeien, tegen 23 procent bij de intensieve bedrijven. De extensieve bedrijven ontvingen gemiddeld een hogere prijs voor pinken en vaarzen en een lagere prijs voor melkkoeien. Bij de toegerekende kosten zien we een duidelijk effect van het intensiever worden van de bedrijven (figuur 13). De intensieve bedrijven geven aan voerkosten 1,20 euro per 100 kilogram meetmelk meer uit. Omgerekend scheelt dit voor een bedrijf met kilogram quotum maar liefst euro! De lagere krachtvoerkosten per 100 kilogram meetmelk bij de intensieve bedrijven (4,56 euro) zijn te verklaren doordat deze bedrijven meer krachtvoervervangers (+0,46 euro) en ruwvoer (+0,77 euro) aankopen dan de extensieve bedrijven (figuur 14). De overige kosten voor melkvee (gezondheidszorg, medicijnen en dergelijke) liggen hoger op de intensieve bedrijven (+0,22 euro), door hogere veeverbetering en strooiselkosten. De koeien staan op intensieve bedrijven vaak langer, soms jaarrond, op stal staan. Intensieve bedrijven hebben minder kosten voor grasland en voedergewassen, wat een besparing van 0,31 euro per 100 kilogram meetmelk oplevert. Toch is deze besparing niet groot genoeg om de extra kosten voor voeraankoop te dekken. Zelfs als we de lagere loonwerkkosten en kosten voor eigendomslasten hierin meenemen, dan wegen de extra voerkosten (+1,20 euro) niet op tegen de vermindering van de kosten voor grasland en voedergewassen (-0,80 euro).

20 Is de continuïteit van zowel de intensieve als de extensieve bedrijven gewaarborgd in de toekomst? Als we kijken naar de ontwikkelingen in de melkveehouderij, dan zien we dat de melkopbrengsten steeds meer onder druk komen te staan. De melkprijs is in 2004 met ongeveer 3,5 procent gedaald. De melkpremie biedt net voldoende tegenwicht om de melkprijsdaling te compenseren. Op basis van de marktsituatie is de stemming licht positief. Volgens de heer Koopstra, voorzitter van het Productschap Zuivel, blijft de melkprijs in het gunstigste geval gelijk aan die in 2004 (Boerderij, 18 januari 2005). Het percentage toegevoegde waarde waarmee de zuivelondernemingen de prijsdaling willen opvangen, groeit jaarlijks met enkele procenten. Is dat voldoende om de prijsdaling te stabiliseren? De liquiditeitsontwikkeling was in 2004 gemiddeld voor alle bedrijven positief. Met oversluiten van financieringen is tegen dezelfde rentekosten meer vreemd geld aangetrokken. Dit blijkt duidelijk uit de cijfers van het afgelopen jaar. De intensievere bedrijven trokken gemiddeld ongeveer euro extra vreemd vermogen aan. Die extra middelen werden vooral aangewend voor aankoop van melkquotum; door de intensieve bedrijven werd gemiddeld voor euro melkquotum aangekocht tegen euro door de extensievere bedrijven. De liquiditeitspositie steeg gemiddeld met ongeveer euro. De stijging was iets minder bij de extensievere bedrijven, door de kleinere omvang van deze bedrijven. In figuur 15 zijn enkele liquiditeitskengetallen per 100 kilogram meetmelk weergegeven. De kasstroom per 100 kilogram meetmelk is bij de extensieve bedrij- Alfa - Cijfers die Spreken

21 ven het beste. Toch behalen deze bedrijven niet de hoogste marge. Doordat de middengroep minder geld onttrekt aan het bedrijf, is de liquiditeitsmarge hier het hoogst. Dit betekent niet dat deze bedrijven de beste uitgangspositie hebben voor de lange termijn. Het kan zijn dat deze bedrijven minder hebben geïnvesteerd in schaalvergroting, of lagere aflossingsverplichtingen voor de financiering hebben. Met het oog op de aanzienlijke toename van het vreemd vermogen, is het financieringsrisico toegenomen. De kans op een rentestijging is in dit kader een risicofactor. Naar schatting 70 procent van de leningen wordt afgesloten tegen Euribor-tarief, dat is gebaseerd op de geldmarkt voor vermogen met minder dan twee jaar looptijd. De laatste twee jaar was de rente laag en redelijk stabiel. Met het oog op de onzekere liquiditeitsontwikkeling, is het van groot belang alle risico s in beeld te brengen en bewust keuzes te maken. Conclusie Schaalvergroting moet leiden tot lagere kosten en derhalve verbetering van het bedrijfsresultaat. Zijn daarmee investeringen in grond en quotum te rechtvaardigen? De vergelijking van intensieve en extensieve bedrijven toont aan dat consequent bedrijfsbeleid het wint. Het bedrijfssaldo, aandacht voor het optimaliseren van niettoegerekende kosten en zorgvuldigheid bij financieringen vormen de beste basis voor een gunstig toekomstperspectief. Daarbij past een afgewogen afstemming tussen grond en quotum.

22 Investeren in melkquotum

23 Deel II Artikelen In 2007 wordt in Nederland de melkpremie losgekoppeld van de productie en opgenomen in de bedrijfstoeslag. Gezien de stijging van de melkquotumprijs lijkt het er op dat de kopers vooruitlopen op die ontkoppeling. De melkveehouder die zijn melkquotum wil vergroten, staat voor een lastige keuze: nu kopen voor de huidige prijzen en melkpremie ontvangen, of de aankoop uitstellen in de hoop dat de prijzen voor melkquotum na de ontkoppeling sterk zullen dalen. Wel of niet rendabel?

24 Binnen de EU is de Nederlandse melkveehouderij koploper als het gaat om de quotumlasten per 100 kilogram melk. Terwijl in april 2005 hier meer dan twee euro per kilogram melk werd betaald, betaalden Duitse melkveehouders gemiddeld nog geen 31 eurocent. In Duitsland is de ontkoppeling al toegepast; in november 2004 konden voor het laatst premiewaardige melkquota worden overgedragen. De melkquotumprijs is in de regio s Nordrhein-Westfalen en Niedersachsen in de afgelopen twee jaar gedaald (figuur 16). De tijdelijke opleving in 2004 kan volgens de Deutsche Bauern Verband (DBV) voor een deel worden verklaard door de ontkoppeling van de melkpremie. Is dit verloop in Nederland ook te verwachten? De noteringen vertonen hier vanaf begin februari 2005 een stijgende lijn, die begon bij circa 43 euro per kilogram vet voor het quotumjaar 2005/2006. Eind mei zijn de prijzen in Nederland verder opgelopen richting de 50 euro per kilogram vet. Uiteraard is het Nederlandse systeem voor overdracht van melkquotum niet vergelijkbaar met het Duitse quotumbeurssysteem. Gedurende de laatste tien jaar schommelt de Nederlandse prijs voor melkquotum gemiddeld tussen 35 en 47 euro per kilogram vet. Januari 2005 vertoonde zelfs uitschieters tot boven de 50 euro. Uit de jaarcijfers van de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) blijkt dat in vrijwel alle jaren de gemiddelde prijs in de tweede helft van het jaar hoger is dan in de eerste helft, met uitzondering van de jaren 1996 en Het gemiddelde van de prijzen in de eerste helft van de jaren 1995 tot en met 2004 ligt met 40,52 euro per kilogram vet ruim 2,80 euro onder het gemiddelde van de tweede helft van deze jaren (figuur 17). Volgens het jaarrapport 2004 van de European Dairy Farmers (EDF) zijn de prijzen voor melkquota in Nederland met gemiddeld 1,80 euro per kilogram melkquotum veruit het hoogst. In andere landen worden fors lagere prijzen genoteerd per kilogram; variërend van rond de 30 eurocent in Ierland en Engeland, 40 eurocent in onder andere België en Duitsland tot 60 eurocent in Spanje. Voor het gemiddelde bedrijf in deze uitgave van Cijfers die Spreken steeg de post afschrijving melkquotum in 2004 van 4,57 naar 4,97 euro per 100 kilogram meetmelk. Uit de bedrijfsgegevens blijkt dat de aankoop van melkquotum in 2004 steeds vaker gefinancierd wordt met lang vreemd vermogen, met aflossingtermijnen die richting vijftien tot twintig jaar gaan. Alfa - Cijfers die Spreken

25 Aan de opbrengstenkant krijgt de melkveehouder te maken met een lagere melkprijs vanwege het nieuwe EU-zuivelbeleid. Die werd in 2004 gecompenseerd door de melkpremie. Wat uiteindelijk de gevolgen zijn van de verlaging van de interventieprijzen voor boter en melkpoeder op de melkprijs, zal mede afhangen van de meerprijs die de zuivelfabrieken weten te realiseren. Vast staat dat de uitbetaalde melkprijs de komende jaren zal dalen. In hoeverre kun je nog spreken van voldoende rendement op het geïnvesteerde vermogen? Investeren in melkquotum? Kan ik nog investeren in melkquotum met het oog op mogelijke afschaffing van de quotering? Een verstandige ondernemer zal zich afvragen bij welke prijs dat nog rendabel is. Voor een toenemend aantal bedrijven geldt bovendien dat ze eerst in beeld moeten hebben of extra melkquotum nog past binnen de bedrijfsopzet. Oftewel: is er nog ruimte binnen de huidige beschikbare arbeid, bedrijfsgebouwen en installaties? Extra melk leidt doorgaans tot het houden van meer koeien en aankoop van ruwvoer. Dat zal dan moeten passen binnen het nieuwe mestbeleid vanaf 2006 (lees ook het artikel op pagina 39). Belangrijk is ook een goede planning van het aanwezige melkquotum en een inschatting van de totale melkproductie. Het afgelopen jaar bleek opnieuw dat er tegen het eind van het quotumjaar kopers op de markt verschijnen, die fors over het quotum molken en tegen elke prijs melkquotum gingen kopen. Wat kan een melkveehouder maximaal betalen voor een kilogram melkquotum? Zolang de productie van een kilogram melk binnen de bestaande bedrijfsopzet mogelijk is en het extra saldo per extra kilogram melk (marginale saldo) wordt gesteld op 18 eurocent, dan is de volgende ruwe berekening te maken: Bij aflossen en afschrijven in tien jaar en een gemiddelde rente over de looptijd van twee procent, wordt de maximale aankoopprijs 1,44 euro per kilogram melk. Is het saldo van de extra liter 19 eurocent, dan wordt de maximale aankoopprijs 1,52. Bij een quotumprijs van twee euro moet het extra saldo per kilogram volgens deze berekening op 25 eurocent liggen. Bedenk wel, dan is in tien jaar nog niets extra verdiend met de aankoop van melk! Een beslissing over de aankoop van melk baseert u bij voorkeur niet (alleen) op bovenstaande berekening. Zodra er sprake is van een behoorlijke uitbreiding van een bedrijf, maakt een ondernemer meestal een bedrijfsplan, met een begroting van het resultaat en de liquiditeit. Daarbij zijn de toekomstvisie van de ondernemer en de gewenste ontwikkeling van het Een verstandige ondernemer zal zich afvragen bij welke prijs investeren in melkquotum nog rendabel is. 25 Alfa - Cijfers die Spreken 2004

26 bedrijf, van groot belang. In toenemende mate houdt men hierbij ook rekening met de beschikbare arbeid. In de praktijk zien we echter toch nog vaak dat deze aspecten onvoldoende meegewogen worden. Terwijl ze wel van invloed zijn op het rendement van de investering in melkquotum. Waardeontwikkeling melkquotum volgens verschillende scenario s Alfa heeft onlangs een studie gedaan naar de rentabiliteit van investeren in melkquotum. Op basis van het nieuwe zuivelbeleid is een aantal scenario s opgesteld, namelijk de afschaffing van de melkquotering in 2015 en voortzetting van de melkquotering, eventueel in de vorm van een fabrieksquotum. Voor verschillende investeringsmomenten hebben wij de maximale aankoopprijs van melkquotum berekend. Hierbij hebben we rekening gehouden met belangrijke randvoorwaarden zoals de verwachte melkprijs, financiering met eigen dan wel vreemd vermo- gen en het marginale saldo van de ondernemer. In de figuren 18 en 19 is het verloop weergegeven van de maximale prijs die betaald kan worden voor een kilogram melkquotum, berekend bij een door de ondernemer vereist rendement van vier procent. De resultaten zijn weergegeven voor drie varianten van de melkprijsontwikkeling. De hoogte van de melkprijs is, zoals gezegd, afhankelijk van de mate waarin de zuivelfabrieken in staat zijn om extra toegevoegde waarde te realiseren. Voor het gemiddelde bedrijf in deze Cijfers die Spreken varieert de maximum te betalen prijs per kilogram quotum in 2005 tussen 1,05 en 1,47 euro, indien het quotum in 2015 wordt afgeschaft. Als we uitgaan van handhaving van het melkquotum (tot 2030), dan kan een bedrag van 1,60 tot 2,50 euro worden betaald. Belangrijker dan het absolute prijsniveau is echter het verloop van de maximale prijs. Na ontkoppeling van de melkpremie in 2007 is een licht verval in de maximale aankoopprijs Alfa - Cijfers die Spreken

27 te zien. We kunnen dus stellen dat de te ontvangen melkpremie slechts een iets hogere meerprijs rechtvaardigt in 2005 en Conclusie De mate van ondernemerschap is en blijft bepalend voor het succes van individuele bedrijven. Dit blijkt ook dit jaar weer uit de cijfers van de verschillende melkveebedrijven, zoals u kunt lezen in dit rapport. Los van de omvang en het type bedrijf zitten er grote verschillen in het uiteindelijke resultaat en daarmee in het inkomen van de ondernemer. Bij een gegeven quotumprijs is investeren in melkquotum voor een bedrijf met bovengemiddelde resultaten financieel haalbaar. Mogelijk levert het zelfs een zeker rendement op. Voor een bedrijf met resultaten die beneden gemiddeld zijn, kan aankoop tegen dezelfde prijs op termijn voor financiële problemen zorgen, laat staan dat de aankoop rendement oplevert. Niemand weet op dit moment exact wat er gaat gebeuren met de melkquotering in Ook de duur en hoogte van de melkpremie zijn onzeker. Investeren in melkquotum is een ondernemersbeslissing. Persoonlijke doelstellingen en het risicoprofiel van de ondernemer spelen hierbij een grote rol. Het al dan niet ontvangen van melkpremie voor extra quotum is echter geen doorslaggevende reden om melkquotum aan te kopen in 2005 of Invoering zuivelpremie In het jaar 2004 is de zuivelpremie voor het eerst uitbetaald. De melkpremie van 1,18 euro per 100 kilogram melk heeft de daling van de melkprijs totnogtoe gecompenseerd. In 2005 stijgt de melkpremie naar circa 2,36 per 100 kilogram melk. Vanaf 2006 bedraagt de zuivelpremie 3,55 euro per 100 kilogram. Nederland heeft gekozen voor ontkoppeling vanaf De melkpremie wordt dan toegevoegd aan de op dat moment aanwezige toeslagrechten en gebaseerd op het melkquotum op naam van de melkveehouder per 31 maart Meegeteld wordt het quotum in eigendom en op basis van lease. Per 1 april 2006 gaat bovendien de hoeveelheid melkquotum met 0,5% omhoog. Dit gebeurt ook op 1 april 2007 en 2008, zodat het totale melkquotum stijgt met ruim 1,5%. 27 Alfa - Cijfers die Spreken 2004

28 Toekomst melkquotering Op het congres van de EDF in 2004 heeft professor Isermeyer van het Duitse Agrarisch Onderzoekscentrum een studie gepresenteerd over de toekomst van de Europese melkveehouderij. Isermeyer ziet een duidelijk verband tussen de melkpremie, de prijzen van melkquota en het al dan niet afschaffen van melkquota na Drie factoren leiden volgens hem tot een lagere melkprijs in de komende jaren. In de eerste plaats is dat het huidige overleg in de WTO (wereldhandelsoverleg), ten tweede de geplande verhoging van de melkquota met 1,5 procent vanaf 2006 en als derde het afschaffen van de ondersteuning door interventie binnen de EU. Zolang de daling beperkt blijft tot een melkprijsniveau van boven de 26 euro per 100 kilogram, zal dit vrijwel geen gevolgen hebben voor de totale melkproductie. Isermeyer voorziet als gevolg van de lagere prijzen een waardedaling van de quota. De prijsdaling zal een versnelde afname van het aantal melkveebedrijven veroorzaken. De blijvers zullen het melkquotum tegen lagere marginale kosten overnemen. Zolang er echter nog een melkoverschot is binnen de EU als geheel en dit op grond van WTObepalingen niet meer gesubsidieerd op de wereldmarkt afgezet kan worden, kan er tijdelijk een nog lagere basismelkprijs ontstaan op een niveau van euro per 100 kilogram. Zodra de zelfvoorzieningsgraad binnen de EU daalt onder de 100 procent is het op basis van de huidige inzet van de EU in de WTO-onderhandelingen weer toegestaan om import te beperken via invoerheffingen. De interne prijs kan dan weer stijgen tot een niveau van boven de 30 euro per 100 kilogram. Als gevolg van de dalende melkprijs en de ontkoppeling van de melkpremie, voorziet Isermeyer een snelle daling van de quotumprijs vanaf 2007 tot vrijwel nihil in de meeste EU-landen. Afschaffing van de melkquotering zal geleidelijk uitgevoerd moeten worden. Een abrupte afschaffing met een gelijktijdige daling van de prijzen zou anders per saldo kunnen leiden tot een uitbreiding van de melkproductie in de EU, aldus Isermeyer. Dit zal leiden tot een versnelde daling van de melkprijzen tot op, of zelfs onder het wereldmarktniveau. Alfa - Cijfers die Spreken

29 Melkrobot, In de tweede helft van de jaren negentig werd volautomatisch melken mogelijk. In het begin investeerden tientallen bedrijven in een melkrobot, maar daarna viel de verkoop van de volautomatische systemen terug. Tot vorig jaar de verkoop weer opleefde, omdat op veel bedrijven de arbeidsdruk toenam door uitbreiding van het melkquotum. Is het nu wel of niet verstandig om een melkrobot te kopen en wat zijn de economische en technische consequenties? In dit artikel aandacht voor deze afwegingen, op basis van ervaringen uit de praktijk. Lust of last? 29 Alfa - Cijfers die Spreken 2004

30 Voor dit artikel hebben we gebruik gemaakt van de resultaten van 23 robotbedrijven, die we vergelijken met een referentiegroep van circa 45 bedrijven met een conventioneel melksysteem. Qua omvang en intensiteit komen de bedrijven vrijwel overeen met elkaar. Daarnaast is gebruik gemaakt van de ervaringen van de Denzo-studiegroep (Dag en Nacht en Zondags Ook), bestaande uit zes bedrijven in Friesland, die in 1998 gezamenlijk zijn gestart met volautomatisch melken. Deze studiegroep wordt door Alfa begeleid. Er kunnen veel redenen meespelen bij de beslissing om te investeren in een automatisch melksysteem, zoals werkdruk, arbeidsongeschiktheid, afgeschreven melkwinningsapparatuur of het realiseren van productieverhoging. Maar ook een slechte verkaveling en overgaan naar jaarrond opstallen kunnen een rol spelen, of de uitdaging van de nieuwe techniek. Meestal speelt er een combinatie van factoren mee bij het nemen van deze belangrijke beslissing. Feit is dat de toenemende bedrijfsomvang - en daarmee de werkdruk in de melkveehouderij - de opkomst van de melkrobot heeft versneld. Die toename kent twee belangrijke oorzaken. Ten eerste stabiliseert de melkproductie per koe zich na een grote stijging vanaf 1985 tot 1996 door introductie van meer Holstein-bloed. Bedrijven van redelijke omvang waren in de jaren na opkomst van de ligboxenstal al in staat om circa vijftig melkkoeien per volwaardige arbeidskracht (VAK) te houden. Bij een melkproductie van kilogram melk per koe, produceerde men destijds kilogram melk per VAK. Door de stijging van de productie per koe nam, bij hetzelfde aantal melkkoeien per VAK, de productie toe tot circa kilogram (figuur 20). Een verdere stijging van de bedrijfsproductie is alleen nog maar mogelijk door het houden van meer koeien. Dit verhoogt zowel de werkdruk als de veebezetting in de stal. De robot is dan een uitkomst, omdat deze niet alleen voor arbeidsverlichting zorgt, maar ook tot een verhoging van de productie per koe kan leiden. Dat niet iedereen massaal overstapt naar volautomatisch melken, heeft vooral te maken met de huidige bedrijfsomvang, de aanschafprijs en natuurlijk de persoonlijke voorkeur. Boven de kilogram melkquotum kan men bijvoorbeeld niet meer volstaan met één unit, waardoor het automatisch melken een veel grotere investering vergt. Daarnaast wordt op deze bedrijven al meer gebruik gemaakt van vreemde arbeid. Het vergroten van de capaciteit van de huidige melkstal ligt dan meer voor de hand. De huidige opleving van de verkoop kan verklaard worden uit het doorgroeien van de eenmansbedrijven van kilogram melkquotum naar kilogram en meer. Technische resultaten De aanschaf van een melkrobot leidt niet altijd tot een hogere melkproductie per koe (zie tabel 2). Bij de Denzo-groep was wel sprake van een productieverhoging. In het tweede jaar na aanschaf was de productie per koe zelfs meer dan kilogram (+12%) gestegen. De stijging kon niet direct worden toegerekend aan de robot, omdat op hetzelfde moment ook de krachtvoergift meer dan evenredig toenam. Zes jaar na aanvang blijft de meetmelkproductie van de Denzo-groep echter nog steeds zes procent hoger dan gemiddeld, bij vrijwel dezelfde krachtvoergift per kilogram melk als de referentiegroep. Uit de literatuur blijkt dat frequenter melken gunstig is voor de melkproductie. De resultaten van de Denzo-groep bevestigen dit. Heeft het melken met een melkrobot een gunstige invloed op de diergezondheid? Het celgetal is bij alle robotbedrijven hoger dan bij de vergelijkingsgroep, te weten 242 tegen 220. Op de robotbedrijven is veertien procent van het grondareaal snijmaïsland; de referentiegroep verbouwt zo n twaalf procent. Bij de Denzo-bedrijven is in de eerste jaren de oppervlakte maïs zelfs verdubbeld, van 3,4 hectare in 97/98 naar 8,7 hectare in 00/01. Daarna is het areaal maïs weer afgebouwd naar het oude niveau. Doordat de bedrijven vrij intensief zijn, wordt vaker gekozen voor aankoop en niet voor zelf verbouwen. Bedrijven met een melkrobot passen vaak een vorm van zomerstalvoeren, volledig winterrantsoen of mengvormen hiervan toe. Als er al beweid wordt, is dat nooit volledig; vaak wordt er kuilgras en maïs bijgevoerd. Het percentage zomerstalvoeren op de robotbedrijven steeg de afgelopen jaren naar 72 procent van de oppervlakte grasland tegen 45 procent door de referentiegroep. Bij de Denzo-bedrij- Alfa - Cijfers die Spreken

De ondernemende mens centraal

De ondernemende mens centraal De ondernemende mens centraal Overzicht 1: Ontwikkeling van de bedrijfsstructuur GRONDGEBRUIK (HA) Grasland 40,15 40,94 42,38 Maïsland 7,21 7,31 7,15 Overig 0,44 0,34 0,26 Totaal 47,80 48,60 49,79 MELKQUOTUM

Nadere informatie

Voorbeeld Melkvee 2014 Q4

Voorbeeld Melkvee 2014 Q4 Voorbeeld Melkvee Q4 BAS kwartaal 4 Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengsten melkvee en veemanagement Voersaldo melkvee en voermanagement Saldo melkvee en toegerekende kosten Beschikbaar voor HARR

Nadere informatie

AgroFinancieel Melkvee

AgroFinancieel Melkvee Dhr. Veehouder Koestraat 1 9999 AA DARP Bedrijfsgegevens Klantnummer: Telefoon: 123456 0570-664111 Adviseur: A.D. Viseur BTW-boekhouding Alle financiële cijfers zijn weergegeven exclusief BTW De financiële

Nadere informatie

AgroFinancieel Melkvee

AgroFinancieel Melkvee AgroFinancieel Melkvee Mts. Veehouder Koestraat 8 9999 AA Darp Bedrijfsgegevens Klantnummer: Telefoon: Adviseur: BTW boekhouding Periode: 123456 0570 664111 Dhr A.D. Viseur Alle financiële cijfers zijn

Nadere informatie

AgroFinancieel Melkvee

AgroFinancieel Melkvee Dhr. Veehouder Koestraat 1 9999 AA DARP Bedrijfsgegevens Klantnummer: Telefoon: 123456 0570-664111 Adviseur: A.D. Viseur BTW-boekhouding Alle financiële cijfers zijn weergegeven exclusief BTW De financiële

Nadere informatie

Lage kostprijs biedt ruimte voor de toekomst (1)

Lage kostprijs biedt ruimte voor de toekomst (1) Lage kostprijs biedt ruimte voor de toekomst (1) Aart Evers en Michel de Haan Het lagekostenbedrijf realiseerde in 1999 een kostprijs van 74 cent per liter melk. Een mooi resultaat en gunstig voor de inkomenspositie!

Nadere informatie

Financiële Analyse. D.E. Momelkveebedrijf. Pinkenlaan AB KOEDORP :52. Versie: Check FM 2_0 2017_06_11

Financiële Analyse. D.E. Momelkveebedrijf. Pinkenlaan AB KOEDORP :52. Versie: Check FM 2_0 2017_06_11 Financiële Analyse D.E. Momelkveebedrijf Pinkenlaan 12 1234 AB KOEDORP 15-06-2017-8:52 Versie: Check FM 2_0 2017_06_11 Inhoud 1 Structuur van het bedrijf 2 Totaal bedrijfsresultaat 3 Beschikbare liquide

Nadere informatie

Financiële Analyse. Frank de Boer. Aston Martinnlaan NB. Oud-Beijerland :56. Versie: Check FM 2_0 2016_09_05

Financiële Analyse. Frank de Boer. Aston Martinnlaan NB. Oud-Beijerland :56. Versie: Check FM 2_0 2016_09_05 Financiële Analyse Frank de Boer Aston Martinnlaan 70 3261 NB Oud-Beijerland 31-10-2016-15:56 Versie: Check FM 2_0 2016_09_05 Inhoud 1 Structuur van het bedrijf 2 Totaal bedrijfsresultaat 3 Beschikbare

Nadere informatie

BAS Q BAS Melkgeiten - voorbeeldrapport

BAS Q BAS Melkgeiten - voorbeeldrapport BAS Q 4-216 BAS Melkgeiten - voorbeeldrapport BAS Q4-216 Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengsten melkgeiten en veemanagement Saldo melkgeiten en toegerekende kosten Beschikbaar voor HARR en niet toegerekende

Nadere informatie

Topkoers 2009/2010. Voorbeeld bedrijf. Accon AVM

Topkoers 2009/2010. Voorbeeld bedrijf. Accon AVM Topkoers 29/21 Voorbeeld bedrijf Accon AVM fgdfgdf INHOUDSOPGAVE VERANTWOORDING 1. STRUCTUUR VAN HET BEDRIJF 2. BESTEDING VAN EN BEHOEFTE AAN FINANCIELE RESULTATEN 3. PLANNING 1 2 4 6 4. FINANCIELE KENGETALLEN

Nadere informatie

BAS Melkvee Plus Q Voorbeeldrapport Melkvee

BAS Melkvee Plus Q Voorbeeldrapport Melkvee BAS Melkvee Plus Q 4 - BAS Melkvee Plus - t.a.v. de firmanten Agro Business park 85 6708 PV Wageningen Klantnummer: 01234 Datum: 27 juli 2017 OPDRACHT EN VERANTWOORDING Conform uw opdracht hebben wij het

Nadere informatie

5. Samenvatting sector Melkveehouderij

5. Samenvatting sector Melkveehouderij 5. Samenvatting sector Melkveehouderij Enkele kenmerken van de vergelijkingsgroep over 2016 Melkproductie Gemiddeld Overige kenmerken Kg melk totaal 859.945 Saldo per 100 kg melk 18,62 Kg melk per koe

Nadere informatie

Bedrijfseconomische analyse

Bedrijfseconomische analyse 0,78125 Bedrijfseconomische analyse Melkveehouder Straatnaam 1234 AB Plaats Bedrijfseconomische analyse 2013 Uitgebracht aan: Melkveehouder Straatnaam 1234 AB Plaats klantnummer: 1234 Alle bedragen in

Nadere informatie

Bedrijfsleiderskring: Voorbeeld Boekjaar: 01/10/17

Bedrijfsleiderskring: Voorbeeld Boekjaar: 01/10/17 Besleiderskring: Voorbeeld Boekjaar: 1/1/17 Blz. 1 Algemene besgegevens Geproduceerde FPCM Kg Geproduceerde FPCM / ha Kg Geprod. FPCM / ha voergewas Kg Geproduceerde FPCM / ak Kg Land totaal Ha Land veehouderij

Nadere informatie

Voorbeeld Melkvee 2015 Q1

Voorbeeld Melkvee 2015 Q1 Voorbeeld Melkvee 215 Q1 BAS 215 kwartaal 1 Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengsten melkvee en veemanagement Voersaldo melkvee en voermanagement Saldo melkvee en toegerekende kosten Beschikbaar voor

Nadere informatie

BAS. Melkvee Plus. Q Bedrijfseconomisch. Voorbeeldrapport Melkvee

BAS. Melkvee Plus. Q Bedrijfseconomisch. Voorbeeldrapport Melkvee BAS Melkvee Plus Q 4 - Bedrijfseconomisch Voorbeeldrapport Melkvee BAS Melkvee Plus Q4- Voorbeeldrapport Melkvee t.a.v. de firmanten Agro Business park 85 6708 PV Wageningen Klantnummer: 01234 Datum: 21

Nadere informatie

BAS. Melkvee Plus. Q Fiscaal. Voorbeeldrapport Melkvee

BAS. Melkvee Plus. Q Fiscaal. Voorbeeldrapport Melkvee BAS Q 1 - Fiscaal Voorbeeldrapport Melkvee Melkvee Plus BAS Melkvee Plus Q1- Voorbeeldrapport Melkvee t.a.v. de firmanten Agro Business park 85 6708 PV Wageningen Klantnummer: 01234 Datum: 20 juni OPDRACHT

Nadere informatie

Resultaten Melkveehouderij Bedrijfsanalyse 2013

Resultaten Melkveehouderij Bedrijfsanalyse 2013 Resultaten Melkveehouderij Bedrijfsanalyse 2013 Inleiding Dit is een tussentijds overzicht van de bedrijfsresultaten van melkveehouders van PPP-Agro Advies over het boekjaar 2013. Achtereenvolgens zijn

Nadere informatie

30-11-2015 PROGRAMMA VOERWINST VERGELIJKING ZEUGEN ONTWIKKELINGEN EN TRENDS. 2015 is prognose bedragen exclusief btw

30-11-2015 PROGRAMMA VOERWINST VERGELIJKING ZEUGEN ONTWIKKELINGEN EN TRENDS. 2015 is prognose bedragen exclusief btw PROGRAMMA DE ROL VAN DE ADVISEUR Woensdag 2 december 2015 Ontwikkelingen en trends Uitbreiden zin of onzin? Toekomst bedrijven Risicomanagement / prijsfluctuaties De succesvolle melkveehouders De rol van

Nadere informatie

Extra bijvoeren in najaar op biologische bedrijven: economie en eiwitbenutting

Extra bijvoeren in najaar op biologische bedrijven: economie en eiwitbenutting Extra bijvoeren in najaar op biologische bedrijven: economie en eiwitbenutting Juli 2005 Gertjan Holshof (ASG) Gertjan.holshof@wur.nl Deze publicatie is tot stand gekomen in het kader van het project 100

Nadere informatie

BAS. Melkvee Plus. Q Fiscaal. Voorbeeldrapport Melkvee

BAS. Melkvee Plus. Q Fiscaal. Voorbeeldrapport Melkvee BAS Q 4 - Fiscaal Voorbeeldrapport Melkvee Melkvee Plus BAS Melkvee Plus Q4- Voorbeeldrapport Melkvee t.a.v. de firmanten Agro Business park 85 6708 PV Wageningen Klantnummer: 01234 Datum: 21 juni 2018

Nadere informatie

Bedrijfseconomische Analyse

Bedrijfseconomische Analyse Bedrijfseconomische Analyse Cliëntnr: Cowdashboard nr: Boekjaar: Bedrijfsinformatie: Ondernemingsvorm: BTW boekhouding: Accountant: Zuivelfabriek: Inhoudsopgave: Blz 1. Blz 2. Blz 3-4. Blz 5-6-7. Blz 8.

Nadere informatie

Inkomen vraagt om aandacht

Inkomen vraagt om aandacht Inkomen vraagt om aandacht F. Mandersloot en A.T.J. van Scheppingen (PR) Lagere melk- en vleesprijzen en hogere kosten. Dat is wat melkveehouders momenteel aan den lijve ondervinden. Natuurlijk veroorzaakt

Nadere informatie

Voorbeeldrapport Melkvee 2015 Q3

Voorbeeldrapport Melkvee 2015 Q3 Voorbeeldrapport Melkvee 25 Q3 BAS 25 kwartaal 3 Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengsten melkvee en veemanagement Voersaldo melkvee en voermanagement Saldo melkvee en toegerekende kosten Beschikbaar

Nadere informatie

Bedrijfseconomisch verslag

Bedrijfseconomisch verslag Bedrijfseconomisch verslag Opgesteld door: Adviseur x Opsteldatum: 7-1-2019 Opgesteld voor: 04166 VOORBEELDBEDRIJF Dorpsstraat 21 3950 BOCHOLT Bespreking: Financieel en managementverslag Rondgang: - Voer

Nadere informatie

De cijfers zijn exclusief BTW en subsidie zoals toeslagrechten. De specialisatie van de melkveehouderij

De cijfers zijn exclusief BTW en subsidie zoals toeslagrechten. De specialisatie van de melkveehouderij Melkveehouderij VAC consult Een zoektocht naar een evenwichtige balans tussen groei en ontwikkeling Met het oog op de afschaffing van het melkquotum op 31 maart 2015, verandert de ondernemingsomgeving

Nadere informatie

Meer zicht op de cijfers

Meer zicht op de cijfers Meer zicht op de cijfers Analyse technische en economische resultaten K&K bedrijven in vergelijking met andere praktijkbedrijven November 2001 Rapport 8 Koeien & Kansen; Pioniers duurzame melkveehouderij

Nadere informatie

Agrarische grondmarkt eerste kwartaal 2013

Agrarische grondmarkt eerste kwartaal 2013 Agrarische grondmarkt eerste kwartaal 213 Mei 213 Jan Luijt en Martien Voskuilen Landelijk overzicht De lichte stijging van de agrarische grondprijs in 212 lijkt zich in het 1 e kwartaal van 213 te stabiliseren

Nadere informatie

Grotere landbouwbedrijven bepalen grondvraag en -prijs

Grotere landbouwbedrijven bepalen grondvraag en -prijs Grotere landbouwbedrijven bepalen grondvraag en -prijs Huib Silvis en Martien Voskuilen Grotere bedrijven zijn bij uitbreiding van het areaal landbouwgrond in het voordeel omdat zij over het algemeen hogere

Nadere informatie

Waarden van fosfaatrechten - achtergrondnotitie Natuur & Milieu 1 februari 2016

Waarden van fosfaatrechten - achtergrondnotitie Natuur & Milieu 1 februari 2016 Waarden van fosfaatrechten - achtergrondnotitie Natuur & Milieu 1 februari 2016 1 Aanleiding en samenvatting In 2015 heeft toenmalig staatssecretaris Dijksma van EZ fosfaatrechten voor de melkveehouderij

Nadere informatie

Gesloten Varkensbedrijven

Gesloten Varkensbedrijven Gesloten Varkensbedrijven Varkenshouderij VOF Voerstraat 10 9999 AA Biggekerke Bedrijfsgegevens Klantnummer: Telefoon: Adviseur: BTWboekhouding 12345 Alle financiële cijfers zijn weergegeven exclusief

Nadere informatie

1.1 Opbrengsten BRONNENBOEK: INFO BIJ: DEELTAAK 1. Hoofdstuk 1. Het saldo

1.1 Opbrengsten BRONNENBOEK: INFO BIJ: DEELTAAK 1. Hoofdstuk 1. Het saldo Hoofdstuk 1. Het saldo BRONNENBOEK: INFO BIJ: DEELTAAK 1 Het woord saldo betekent eigenlijk: verschil. In het bedrijf gaat het om het verschil tussen opbrengsten en kosten. Een bedrijf met de hoogste productie

Nadere informatie

BAS Q BAS Vleeskalveren - voorbeeldrapport

BAS Q BAS Vleeskalveren - voorbeeldrapport BAS Q - 216 BAS Vleeskalveren - voorbeeldrapport BAS Q-216 Inhoudsopgave Begeleidende brief Saldo vleeskalveren Beschikbaar voor HARR en niet toegerekende kosten Resultaat en HAR-lasten Liquiditeit en

Nadere informatie

Hierbij moet wel rekening worden gehouden met het krachtvoerverbruik van het jongvee. Dit moet apart worden genoteerd.

Hierbij moet wel rekening worden gehouden met het krachtvoerverbruik van het jongvee. Dit moet apart worden genoteerd. 4. VOERKOSTEN Krachtvoerkosten Krachtvoerkosten zijn de eerste toegerekende kosten waar we tegenaan lopen. Om te beginnen kunnen we stellen, dat de voerkosten gelijk zijn aan de voeraankopen vermenigvuldigd

Nadere informatie

AgroFinancieel Zeugen

AgroFinancieel Zeugen Zeugen Mts. Zeugenhouder Keulenstraat 15 7400 AT DEVENTER Bedrijfsgegevens Klantnummer: 12345 Telefoon: 0570-664111 Adviseur: Alle financiële cijfers zijn weergegeven exclusief BTW BTW-boekhouding Periode:

Nadere informatie

BAS Vleeskalveren - voorbeeldrapport

BAS Vleeskalveren - voorbeeldrapport Inhoudsopgave Begeleidende brief Saldo vleeskalveren Beschikbaar voor HARR en niet toegerekende kosten Resultaat en HAR-lasten Liquiditeit en kasstroom Liquiditeitsmarge en kritieke opbrengst Werkkapitaal,

Nadere informatie

BAS Leghennen - voorbeeldrapport

BAS Leghennen - voorbeeldrapport Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengsten leghennen en veemanagement (Voer)Saldo leghennen en voermanagement Beschikbaar voor HARR en niet toegerekende kosten Resultaat en HAR-lasten Liquiditeit en

Nadere informatie

Dit is een voorbeeldrapport.

Dit is een voorbeeldrapport. Dit is een voorbeeldrapport. Bedrijfsanalyse over het boekjaar 2012 Prognose 2013-2015 VOF de Boer Hoeve "Suydeinde" Zuideinde 18 b 2445 AV Aarlanderveen 12 april 2013 Opgesteld door: Klaas de Jong Adviseur

Nadere informatie

Bespreking Kostprijs 2006

Bespreking Kostprijs 2006 Bespreking Kostprijs 2006 i.s.m. Wim Govaerts Nick van Eeckeren (Louis Bolk Instituut) Jan Verkaik (Animal Sciences Group Wageningen UR) Eric van Dijken Van Dijken Bedrijfsadvies Vooraf Wie is Eric van

Nadere informatie

BAS Q BAS Vleeskuikens - voorbeeldrapport

BAS Q BAS Vleeskuikens - voorbeeldrapport BAS Q 4-216 BAS Vleeskuikens - voorbeeldrapport BAS Q4-216 Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengsten vleeskuikens en veemanagement (Voer)Saldo vleeskuikens en voermanagement Beschikbaar voor HARR en

Nadere informatie

Financiële Analyse. G.E. Sloten. Grote markt BC. Brabant :10. Versie:

Financiële Analyse. G.E. Sloten. Grote markt BC. Brabant :10. Versie: Financiële Analyse G.E. Sloten Grote markt 1 2345 BC Brabant - 17:10 Versie: 2017.19 Inhoud 1 Structuur van het bedrijf 2 Totaal bedrijfsresultaat 3 Beschikbare liquide middelen 4 Samenvatting sector Fokzeugenhouderij

Nadere informatie

Rapportage Toekomstvisie bedrijf

Rapportage Toekomstvisie bedrijf Rapportage Toekomstvisie bedrijf Dhr. G. Evers Groeneveld 5 3744 ML Baarn D L V R u n d v e e A d v i e s BV W W W. D L V. N L Noord President Kennedylaan 35a Postbus 354 8440 AJ Heerenveen Tel. 0513 65

Nadere informatie

68 melkkoeien (incl vaarzen), 21 pinken, 24 kalveren Vervangingspercentage 29 %

68 melkkoeien (incl vaarzen), 21 pinken, 24 kalveren Vervangingspercentage 29 % 2. OMZET EN AANWAS De bedrijfseconomische berekening van de omzet en aanwas is een verhaal apart. Hieronder zal dat aan de hand van een voorbeeldberekening worden duidelijk gemaakt. 2.2 Voorbeeldbedrijf

Nadere informatie

Melken in de Nieuwe Realiteit. Jelle Zijlstra, Animal Sciences Group WUR, Lelystad

Melken in de Nieuwe Realiteit. Jelle Zijlstra, Animal Sciences Group WUR, Lelystad Melken in de Nieuwe Realiteit Jelle Zijlstra, Animal Sciences Group WUR, Lelystad Wat is de Nieuwe Realiteit? Zicht op afschaffing melkquotering in 2015, hoe anticiperen? Sterkere melkprijsfluctuaties,

Nadere informatie

BAS. BAS Akkerbouw - voorbeeldrapport

BAS. BAS Akkerbouw - voorbeeldrapport BAS 216 BAS Akkerbouw - voorbeeldrapport Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengst akkerbouw Saldo gewasteelten Beschikbaar voor HARR en niet toegerekende kosten Resultaat en HAR-lasten Liquiditeit en

Nadere informatie

Uw doel bereiken met MelkNavigator

Uw doel bereiken met MelkNavigator Uw doel bereiken met MelkNavigator Uw doel bereiken met MelkNavigator Als melkveehouder wilt u er uit halen, wat er in zit. Kies gericht voor meer melk, betere gehalten of meer grammen eiwit en/of vet.

Nadere informatie

Financieren in de melkgeitenhouderij

Financieren in de melkgeitenhouderij Financieren in de melkgeitenhouderij Wat kan er wel? Clemens van der Aa Sectormanager Veehouderij Rabobank Nederland Financieren in de melkgeitenhouderij Cijfers Ontwikkeling markten Wat kan er wel? Ontwikkeling

Nadere informatie

2015: Kans(en) en/of bedreiging voor de melkveehouder?!

2015: Kans(en) en/of bedreiging voor de melkveehouder?! 2015: Kans(en) en/of bedreiging voor de melkveehouder?! Vic Boeren (06 53407806) Eric Bouwman (06 26544114) november 2014 DLV Dier Groep BV Onafhankelijk, toonaangevend en landelijk werkend adviesbedrijf

Nadere informatie

Ruwvoerkost in kostprijs melk. Diane Schoonhoven

Ruwvoerkost in kostprijs melk. Diane Schoonhoven Ruwvoerkost in kostprijs melk Diane Schoonhoven Overzicht Evolutie kostprijs melkveebedrijf De verschillen tussen bedrijven zijn groot Ruwvoermelk maakt het verschil Voorbeelden impact op voerkosten 2

Nadere informatie

Ontwikkeling in de melkmarkt 21/04/2015

Ontwikkeling in de melkmarkt 21/04/2015 Ontwikkeling in de melkmarkt 21/04/2015 Melk- en voermarkt kort samengevat Vooruitzichten voor de melkmarkt zijn pover tot aan de zomer De melkmarkt is in de ban van het einde van de melkquotering o Afwachtende

Nadere informatie

Studiedag melkvee Mag het een liter méér zijn?

Studiedag melkvee Mag het een liter méér zijn? Studiedag melkvee Mag het een liter méér zijn? Financiering van het groeiend melkveebedrijf Jan Leyten 6 november 2014 Agenda 1. Evoluties in de melkveesector 2. Verantwoord investeren 3. Investeren in

Nadere informatie

STERK MET MELK BESLISSINGEN NEMEN OP BASIS VAN BEDRIJFSECONOMISCHE KENGETALLEN.

STERK MET MELK BESLISSINGEN NEMEN OP BASIS VAN BEDRIJFSECONOMISCHE KENGETALLEN. STERK MET MELK BESLISSINGEN NEMEN OP BASIS VAN BEDRIJFSECONOMISCHE KENGETALLEN. Dirk Audenaert Consulent Rundvee Boerenbond INHOUD 1. DUURZAAMHEID : EEN VEELKLEURIG BEGRIP 2. KEN UW KOSTPRIJS 3. BEGRIPPEN

Nadere informatie

Melkproductie High-techbedrijf 1999

Melkproductie High-techbedrijf 1999 Melkproductie High-techbedrijf 1999 Iris Arendzen en Ton van Scheppingen Op het High-techbedrijf (HTB) wordt de doelstelling melken met een lage kostprijs ingevuld door veel liters per man, per ha en per

Nadere informatie

BAS Q BAS Vleesvarkens - voorbeeldrapport

BAS Q BAS Vleesvarkens - voorbeeldrapport BAS Q 4-216 BAS Vleesvarkens - voorbeeldrapport BAS Q4-216 Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengsten vleesvarkens en veemanagement (Voer)Saldo vleesvarkens en voermanagement Beschikbaar voor HARR en

Nadere informatie

Pachtafhankelijke bedrijven in beeld

Pachtafhankelijke bedrijven in beeld Pachtafhankelijke in beeld Huib Silvis, Ruud van der Meer en Martien Voskuilen Pacht heeft een belangrijke rol als financieringsinstrument voor de landbouw, zowel bij bedrijfsovername als bedrijfsvergroting.

Nadere informatie

Vergelijking met buitenland

Vergelijking met buitenland Vergelijking met buitenland Michel de Haan Wageningen UR - LR USA NL Our Mission: Create a better understanding of milk production world-wide India China Ethiopia Argentinië Brazil Waarom vergelijking

Nadere informatie

Vergroting agrarisch bouwperceel Bleeksestraat 8 te Wehl

Vergroting agrarisch bouwperceel Bleeksestraat 8 te Wehl Vergroting agrarisch bouwperceel Bleeksestraat 8 te Wehl Het gaat hier om het vergroten van het bouwvlak met de bestemming Agrarisch. Gebleken is dat een uitbreiding van het agrarische bedrijf bedrijfseconomisch

Nadere informatie

Op naar 2025. Door: Watse van Balen. 17 maart 2015

Op naar 2025. Door: Watse van Balen. 17 maart 2015 Op naar 2025 Door: Watse van Balen 17 maart 2015 Uw Toekomst? Strategieën Op sectorniveau: wat komt op sector/zuivelketen af? Op bedrijfsniveau: wat zijn cruciale beslissingen voor melkveehouders? Schaalvergroting

Nadere informatie

Opmaak van een winnend Bedrijfsplan

Opmaak van een winnend Bedrijfsplan Opmaak van een winnend Bedrijfsplan 1 Inhoud - Voorstelling - Algemeen - Wat doe je ermee? - Waarom is het belangrijk? - Opbouw van het bedrijfsplan - Voorbeeld - Valkuilen 2 Bedrijfsplan: Algemeen - 4

Nadere informatie

BAS Fruitteelt - voorbeeldrapport

BAS Fruitteelt - voorbeeldrapport Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengst fruitteelt Saldo gewasteelten Beschikbaar voor HARR en niet toegerekende kosten Resultaat en HAR-lasten Liquiditeit en kasstroom Liquiditeitsmarge en kritieke

Nadere informatie

Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer. Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer

Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer. Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer Januari 2013 Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer Herman van Schooten (WUR-LR) Hans Dirksen (DMS) Januari 2013 Inleiding

Nadere informatie

BAS Vleesvarkens - voorbeeldrapport

BAS Vleesvarkens - voorbeeldrapport Inhoudsopgave Begeleidende brief Opbrengsten vleesvarkens en veemanagement (Voer)Saldo vleesvarkens en voermanagement Beschikbaar voor HARR en niet toegerekende kosten Resultaat en HAR-lasten Liquiditeit

Nadere informatie

VAN DER MEER. Health check ten aanzien van melkquotum. Oosterwolde, 3 december 2008

VAN DER MEER. Health check ten aanzien van melkquotum. Oosterwolde, 3 december 2008 Health check ten aanzien van melkquotum Oosterwolde, 3 december 2008 In het akkoord, dat op 20 november 2008 is gesloten door de Landbouw- en Visserijraad in het kader van de Health check zijn diverse

Nadere informatie

Wie ben ik? Rendementsverbetering in bedrijfsbegeleiding. Wat kunt u verwachten. 1 Economisch adviseur

Wie ben ik? Rendementsverbetering in bedrijfsbegeleiding. Wat kunt u verwachten. 1 Economisch adviseur Rendementsverbetering in bedrijfsbegeleiding Een paar startpunten voor discussie Wie ben ik? Boerenzoon, 45 melkkoeien Studie veeteelt, LandbouwUniversiteit Wageningen Epidemiologie Economie (lange termijn

Nadere informatie

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING JANUARI 2011 MELKPRIJZEN

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING JANUARI 2011 MELKPRIJZEN euro/100 kg OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING JANUARI 2011 MELKPRIJZEN De berekende voorschotprijzen komen in januari 2011 gemiddeld uit op 32,85. Dit is een stijging van 14,5% ten opzichte van dezelfde

Nadere informatie

MELKPRIJSVERGELIJKING MEI 2010

MELKPRIJSVERGELIJKING MEI 2010 MELKPRIJSVERGELIJKING MEI (Voor standaardmelk (1) en volgens de uitbetalingssystemen van de zuivelondernemingen; alle bedragen in euro / 100kg) Bedrijf Milcobel Alois Müller Humana Milchunion eg Nordmilch

Nadere informatie

Cijfers die Spreken 2008

Cijfers die Spreken 2008 Cijfers die Spreken 2008 Melkveehouderij De ondernemende mens centraal 2 Cijfers die Spreken Melkveehouderij 2008 alfa-accountants.nl inhoudsopgave Inhoudsopgave Deel 1: Analyse De resultaten samengevat

Nadere informatie

Agrariërs op de grondmarkt

Agrariërs op de grondmarkt Agrariërs op de grondmarkt Augustus 2016 Huib Silvis en Martien Voskuilen Het samenspel van vraag en aanbod van landbouwgrond de agrarische grondmarkt mondt uit in een bepaalde hoeveelheid verhandelde

Nadere informatie

Groeien in rendement. Hulpmiddelen om rendabeler te groeien Onderwijsdag 19 november Jelle Zijlstra, Wageningen UR Livestock Research

Groeien in rendement. Hulpmiddelen om rendabeler te groeien Onderwijsdag 19 november Jelle Zijlstra, Wageningen UR Livestock Research Groeien in rendement Hulpmiddelen om rendabeler te groeien Onderwijsdag 19 november 2013 Jelle Zijlstra, Wageningen UR Livestock Research Inhoud 1. Introductie Groei in NL en gevolgen voor concurrentiepositie

Nadere informatie

Melken na 2015; stress of cash?

Melken na 2015; stress of cash? Melken na 2015; stress of cash? Door Andries-Jan de Boer Waar gaan we het over hebben? Management van het melkveebedrijf, nu en in de toekomst (notendop) U en de wereld om u heen? Wat komt er op ons af?

Nadere informatie

Varianten binnen de wet Verantwoorde Groei Melkveehouderij

Varianten binnen de wet Verantwoorde Groei Melkveehouderij Varianten binnen de wet Verantwoorde Groei Melkveehouderij Carin Rougoor en Frits van der Schans CLM Onderzoek en Advies Achtergrond Begin juli 2014 heeft staatssecretaris Dijksma het voorstel voor de

Nadere informatie

Vruchtbare Kringloop Overijssel = Kringlooplandbouw. Gerjan Hilhorst WUR De Marke

Vruchtbare Kringloop Overijssel = Kringlooplandbouw. Gerjan Hilhorst WUR De Marke Vruchtbare Kringloop Overijssel = Kringlooplandbouw Gerjan Hilhorst WUR De Marke Kringlooplandbouw Kringlooplandbouw begint met het verminderen van de verliezen => sluiten van de kringloop => minder aanvoer

Nadere informatie

20-4-2012. Afwegingskader Opstallen - Weiden. Stichting Weidegang (missie) Programma

20-4-2012. Afwegingskader Opstallen - Weiden. Stichting Weidegang (missie) Programma Afwegingskader Opstallen - Weiden Symposium Lekker Buiten: Outdoor Animal Husbandry De kracht en uitdagingen van het buiten houden van vee 19 april Wageningen Ir. Q.G.W. (René) van den Oord sr. adviseur

Nadere informatie

MELKPRIJSVERGELIJKING mei 2018

MELKPRIJSVERGELIJKING mei 2018 MELKPRIJSVERGELIJKING mei 2018 Prijs per 100 kg standaardmelk met 4,2% vet, 3,4% eiwit, 500.000 kg per jaar, kiemgetal van 24.999 en een celgetal van 249.999 per ml toeslagen/kortingen Bedrijf kwaliteit

Nadere informatie

Melkveebedrijf van: Maatschap Bussink. Risicoclassificatie

Melkveebedrijf van: Maatschap Bussink. Risicoclassificatie PROJECTINFORMATIE Melkveebedrijf van: Maatschap Bussink Foto: De nieuwe bedrijfslocatie van Maatschap Bussink in Nijensleek Projectnummer Sector Type financiering Object Partner PF0033 Melkveehouderij

Nadere informatie

Meer melk uit uw ruwvoer. Conserveringsmiddelen en broeiremmers

Meer melk uit uw ruwvoer. Conserveringsmiddelen en broeiremmers Meer melk uit uw ruwvoer Conserveringsmiddelen en broeiremmers > betere ruwvoerkwaliteit > smakelijk ruwvoer > hogere opname > lagere voerkosten Ecosyl: meer melk uit uw ruwvoer Op melkveebedrijven blijft

Nadere informatie

Laag bodemoverschot deelnemers Vruchtbare Kringloop Overijssel

Laag bodemoverschot deelnemers Vruchtbare Kringloop Overijssel Laag bodemoverschot deelnemers Vruchtbare Kringloop Overijssel Gerjan Hilhorst (WLR De Marke) In het project Vruchtbare Kringloop Overijssel hebben 220 bedrijven in 2014 een gemiddeld bodemoverschot van

Nadere informatie

Agrarische grondmarkt derde kwartaal 2013

Agrarische grondmarkt derde kwartaal 2013 Agrarische grondmarkt derde kwartaal 213 December 213 Huib Silvis en Martien Voskuilen Landelijk overzicht De agrarische grondprijs in Nederland kwam in het derde kwartaal van 213 uit op 49.9 euro per

Nadere informatie

/ GES dag STERKER WORDEN, DWARS DOOR ALLE VERANDERINGEN HEEN

/ GES dag STERKER WORDEN, DWARS DOOR ALLE VERANDERINGEN HEEN l.vandellen@acconavm.nl / 058-2887887 GES dag 14-11-2013 STERKER WORDEN, DWARS DOOR ALLE VERANDERINGEN HEEN Wat telt na 2015? Durk hat in stal bout Dierplaatsen? Mest Of toch grond? Gewoon dóórgaan is

Nadere informatie

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17 2.2. EUROPESE UNIE 2.2.1. Droogte remt groei melkaanvoer af Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) 2005 2015 2017 2018 % 18/17 België 3 022 3 988 4 025 4 190 4,1 Denemarken 4 451 5 278 5

Nadere informatie

Voorbeeld. Ondernemingsplan Aankoop woning / bedrijfsontwikkeling

Voorbeeld. Ondernemingsplan Aankoop woning / bedrijfsontwikkeling Voorbeeld Ondernemingsplan Aankoop woning / bedrijfsontwikkeling VOF De Boer Meije 18 3474 KM Zegveld N.B. De namen, feiten en resultaten in dit voorbeeldplan zijn verzonnen. Lepelblad 7 1452 VN Ilpendam

Nadere informatie

Feiten en fabels KringloopWijzer. een onderbouwing met gegevens van 700 KringloopWijzers

Feiten en fabels KringloopWijzer. een onderbouwing met gegevens van 700 KringloopWijzers Feiten en fabels KringloopWijzer een onderbouwing met gegevens van 700 KringloopWijzers De KringloopWijzer vergroot het inzicht in de mineralenkringloop op je bedrijf. levert bruikbare managementinformatie,

Nadere informatie

Schommelingen in de melkmarkt

Schommelingen in de melkmarkt Schommelingen in de melkmarkt Bent u over 5 à 10 jaar nog succesvol melkveehouder? Januari 2015 Flynth Paula Bulk Patrick Schrijver Rinus Wientjens Kennismaking thema Risicomanagement INTRODUCTIE Voorstellen

Nadere informatie

Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB

Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB 1 Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB (Nationale Bank van België) hebben gepubliceerd. Ondernemingen

Nadere informatie

Rabobank Food & Agri. Sectorupdate: Nederlandse zuivelkolom in internationaal perspectief

Rabobank Food & Agri. Sectorupdate: Nederlandse zuivelkolom in internationaal perspectief Sectorupdate: Nederlandse zuivelkolom in internationaal perspectief De zuivelmarkt verandert in rap tempo. Het afschaffen van het melkquotum in Europa is slechts één van de ingrijpende mondiale ontwikkelingen.

Nadere informatie

Bedrijfsontwikkelingsplan. Bedrijfsontwikkelingsplan van Kaasboerderij Koopman te De Weere

Bedrijfsontwikkelingsplan. Bedrijfsontwikkelingsplan van Kaasboerderij Koopman te De Weere Bedrijfsontwikkelingsplan Bedrijfsontwikkelingsplan van Kaasboerderij Koopman te De Weere Maart 2014 Inhoudsopgave Inhoud 1. Inleiding...3 2. Ondernemers...4 3. Onderneming...5 4. Toekomst...7 5. Aanloopproblemen...8

Nadere informatie

Heeft de lage melkprijs invloed op het grasbeheer?

Heeft de lage melkprijs invloed op het grasbeheer? Heeft de lage melkprijs invloed op het grasbeheer? DMS Hans Dirksen Edward Ensing Bouwen aan een betere balans een analyse van bedrijfststijlen in de melkveehouderij Saldo per kg meetmelk Bedrijfsstijl

Nadere informatie

Internationale varkensvleesmarkt 2012-2013

Internationale varkensvleesmarkt 2012-2013 Internationale varkensvleesmarkt 212-213 In december 212 vond de jaarlijkse conferentie van de GIRA Meat Club plaats. GIRA is een marktonderzoeksbureau, dat aan het einde van elk jaar een inschatting maakt

Nadere informatie

Marktontwikkelingen varkenssector

Marktontwikkelingen varkenssector Marktontwikkelingen varkenssector 1. Inleiding In de deze nota wordt ingegaan op de marktontwikkelingen in de varkenssector in Nederland en de Europese Unie. Waar mogelijk wordt vooruitgeblikt op de te

Nadere informatie

Bedrijfsvergelijkend overzicht Melkveehouderij 2014 Prognose 2015 en 2016 Liquiditeitsplanning en saldo per koe

Bedrijfsvergelijkend overzicht Melkveehouderij 2014 Prognose 2015 en 2016 Liquiditeitsplanning en saldo per koe Bedrijfsvergelijkend overzicht Melkveehouderij 2014 Prognose 2015 en 2016 Liquiditeitsplanning en saldo per koe Geachte relatie, Jaarlijks stellen we een bedrijfsvergelijkend overzicht samen van de bedrijfsresultaten

Nadere informatie

Mineralenmanagement en economie

Mineralenmanagement en economie Mineralenmanagement en economie Mineralenmanagement en economie Economische impact mestbeleid wordt groter (10 jaar gebruiksnormen) Verlagen derogatie op zand Aanscherpen gebruiksnormen Interen op bodemreserves

Nadere informatie

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING NOVEMBER 2010 MELKPRIJZEN

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING NOVEMBER 2010 MELKPRIJZEN OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING NOVEMBER MELKPRIJZEN Toelichting melkprijzen november Gemiddeld zijn de berekende voorschotmelkprijzen in november 33,23 per 100 kg standaardmelk. Dit is een stijging

Nadere informatie

Robot & Weiden. Resultaten enquête 1

Robot & Weiden. Resultaten enquête 1 Robot & Weiden Resultaten enquête 1 Inleiding Inhoudsopgave De deelnemers van Robot & Weiden beantwoorden driemaal een enquête. Het doel is het in kaart brengen hoe zij omgaan met de combinatie melken

Nadere informatie

Samenvatting duurzaamheidscans bedrijven Amelisweerd

Samenvatting duurzaamheidscans bedrijven Amelisweerd Samenvatting duurzaamheidscans bedrijven Amelisweerd De gemeente Utrecht verpacht gronden aan drie agrarische bedrijven op het landgoed Amelisweerd. Dit betreft de gangbare melkveebedrijven van Van Dijk

Nadere informatie

LTO- minimelkmarktbericht 21 maart 2013, Klaas Johan Osinga

LTO- minimelkmarktbericht 21 maart 2013, Klaas Johan Osinga LTO- minimelkmarktbericht 21 maart 2013, Klaas Johan Osinga Vraag In de laatste zes maanden was er steeds zoveel slecht nieuws over de economische groei, dat dit de consumptiegroei deed stagneren. In de

Nadere informatie

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier Nederlandse beleggers hebben in 21 per saldo voor bijna EUR 12 miljard buitenlandse effecten verkocht. Voor EUR 1 miljard betrof dit buitenlands

Nadere informatie

Een aflossingsvrije hypotheek? Laat u dan persoonlijk en deskundig informeren

Een aflossingsvrije hypotheek? Laat u dan persoonlijk en deskundig informeren Een aflossingsvrije hypotheek? Laat u dan persoonlijk en deskundig informeren In de media is er op dit moment veel aandacht voor de aflossingsvrije hypotheek. Meer dan 1 miljoen Nederlanders hebben de

Nadere informatie

2) Wanneer gaan de verschillende maatregelen in? Per 1 januari 2013

2) Wanneer gaan de verschillende maatregelen in? Per 1 januari 2013 Oktober 2012 Nieuws hypotheekrenteaftrek Zoals het er nu voorstaat zal er vanaf 2013 alleen aftrek worden genoten voor hypotheekrente bij minimaal een annuïtaire aflossing. Op dit moment mag je nog de

Nadere informatie

Gras levert meer op dan melk

Gras levert meer op dan melk Webinar Amazing Grazing met Tom Keuper interview met Paul Galama Aanvang: 20.30 uur Gras levert meer op dan melk 1 Nieuwe Oogst 21 februari 2015 115 melkkoeien 50 stuks jongvee 54 ha gras 44 ha beweidbaar

Nadere informatie