Algemene Bestuurlijke en Politieen Brandweeraangelegenheden

Transcriptie

1 Gemeente Den Haag Bestuursdienst Commissie Algemene Bestuurlijke en Politieen Brandweeraangelegenheden Retouradres: Postbus , 2500 DJ Den Haag Uw brief van Aan de leden van de commissie voor ABPB Onderwerp Werkplannen Politie Haaglanden (Haagse bureaus) jaar 2001 Uw kenmerk Ons kenmerk BSD/2000/1957 Doorkiesnummer (070) / Aantal bijlagen Datum 12 december INLEIDING Het Regionaal College heeft het Strategisch Beleidsplan voor politie Haaglanden vastgesteld. Hierin heeft het bevoegd gezag drie richtinggevende thema s vastgesteld: Veiligheid, Integriteit en Professionaliteit. Deze thema s zijn in het Regionaal beleidsplan 2001 uitgewerkt tot een algemeen kader voor de politie-inzet in het komende jaar en vormt het richtinggevende kader voor de werkplannen van de bureaus. Dit Regionaal beleidsplan is dit najaar in uw commissie besproken. Op basis van het Regionaal beleidsplan en de resultaten van de lokale sturingsrapportages zijn, in overleg met de strategische partners (gemeente en justitie), keuzes gemaakt voor de werkplannen voor het jaar Dat betekent dat het in 2000 in gang gezette beleid in het jaar 2001 wordt gecontinueerd en dat op een aantal onderdelen het beleid wordt aangescherpt. Politie Haaglanden gaat zich in 2001 bij uitstek richten op de volgende onderdelen van beleid: Operationeel en kwaliteit: C Terugdringen van het geweld; C Aanpak jeugdcriminaliteit; C Aanpak veelplegers; C Realisering noodhulp binnen 10 minuten; C Wijkzorg op maat; C Doorontwikkeling rechercheprocessen; C Optimalisering serviceorganisatie. In de interne bedrijfsvoering is er onder meer aandacht voor: C Terugdringen overhead en verhoging productie/effectiviteit (verplatting van de organisatie); C Aanpak ziekteverzuim; C Vergroten betrokkenheid medewerkers. Doelstellingen zoals genoemd in het Regionaal beleidsplan 2001 gelden voor het gehele korps en moeten door de bureaus gezamenlijk worden gerealiseerd. Dit betekent dat er op bureauniveau in zowel positieve als negatieve zin afwijkingen kunnen ontstaan. Inlichtingen bij: Smit/Rog Postadres: Postbus , 2500 DJ Den Haag Telefoon Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Telefax

2 2 Gebiedsgebonden politiezorg betekent in Haaglanden wijkgerichte politiezorg in samenwerking met andere partners zoals gemeentelijke diensten en bedrijven, bewonersorganisaties, welzijnsinstellingen, bedrijfsleven etc. De ingezette ontwikkeling ten aanzien van de gebiedsgebonden politiezorg, wordt het komend jaar verder uitgebouwd. In deze notitie worden de meest relevante kerntaken van de politiebureaus in 2001 kort benoemd. De werkplannen voor 2001 liggen voor u ter inzage in de leeskamer (map nr. 7). 2. CRIMINALITEIT/OVERLAST DOOR JONGEREN De aanpak van de jongerenproblematiek wordt in 2001 verder geïntensiveerd, waarbij de aanpak zowel op preventie als repressie gericht zal zijn. Op het gebied van preventie zullen de zogenaamde twaalf minners en het project De veilige School (in het kader van schooladoptie) prioriteit krijgen. Door de jeugdrechercheur en de wijkagenten worden de aangehouden jongeren doorverwezen naar o.a. het bureau Halt en het project De Kans. De bekende jongeren zullen in samenwerking met jeugdrechercheurs en politieparketsecretarissen snel worden doorverwezen naar het strafrechtelijk circuit. Overlast veroorzaakt door jeugd heeft doorlopende aandacht van de politie. In 2001 zal gericht toezicht op locaties waar veel jongeren overlast veroorzaken, nadruk krijgen binnen de surveillance. Een groot van de Haagse jeugd is van allochtone afkomst. Om de relatie met deze jongeren te verbeteren wordt door veel (hoofd)agenten de module jeugdzaken gevolgd. Tevens wordt er gebruik gemaakt van een contactfunctionaris die speciaal is aangesteld om de relatie met allochtone jongeren, waarbij de nadruk ligt op de Marokkaanse jongeren, te verbeteren. In dit verband zal de samenwerking en uitbreiding van het project T riq Salama verder tot stand worden gebracht. 3. GEWELD/STRAATROOF Geweldsmisdrijven, zoals straatroof, maken inbreuk op de persoonlijke en lichamelijke integriteit. Daarom zal dit misdrijf ook in 2001 een hoge prioriteit houden, vooral ook omdat er sprake is van een stijgende tendens. De verontrusting die (zinloos)geweld teweeg brengt, behoeft bijzondere aandacht voor deze delicten. In het Regionaal beleidsplan 2001 is de korpsdoelstelling t.o.v bijgesteld. Zo is de doelstelling een verdachtenratio van 25 1, een aangifteratio van 1,0 2, een oplossingspercentage groter dan 15%. Bij straatroven heeft zich een tendens ontwikkeld dat deze veelal gepleegd worden met gebruikmaking van scooters en bromfietsen. Uit de analyses van de beschikbare gegevens blijkt dat de meeste straatroven worden gepleegd door minderjarigen. Door samenwerking met andere portefeuillehouders (drugs en jeugd) en het informatiepunt 1 Dit is het aantal verdachten waarvan een proces-verbaal naar justitie is verzonden. 2 Per 1000 inwoners.

3 3 Haaglanden (IKH) wordt het zicht op eventuele daders en/of (jeugdige) dadergroepen actueel gehouden. Aan de hand van eventuele bevindingen zal bij geweldsdelicten worden opgetreden door een team Project boven lokale Opsporing (PBO) of gerichte surveillance. Het in het centrum reeds succesvolle Knakenteam gaat zich in 2001 richten op heel Den Haag. In het kader van de integrale aanpak zullen samen met de strategische partners bepaalde voor geweld en straatroof gevoelige plaatsen veiliger worden gemaakt. Zodra een ernstig misdrijf (levensdelict) zich voordoet zal zo nodig een team worden geformeerd. De daarvoor in aanmerking komende zaken zullen incident- en opsporingsgericht worden aangepakt. Dit betekent een voortgang van beleid zoals ingezet in In overleg met het Openbaar Ministerie wordt bovendien bij alle geweldsdelicten de ter beschikking staande strafrechtelijke mogelijkheden als voorgeleiding en inverzekeringstelling volledig benut. Het aandeel van jeugdigen in relatie tot geweldsdelicten is een belangrijk item. Aan bestrijding van criminaliteit gepleegd door jongeren wordt prioriteit gegeven. Door een dadergerichte opsporing en analyse van HKS-gegevens, alsmede door het houden van extra scootercontroles, is de inzet erop gericht het aantal delicten niet te laten stijgen. Ten aanzien van het bevorderen van de veiligheid wil Slachtofferhulp met name de subjectieve veiligheidsbeleving van slachtoffers in positieve zin beïnvloeden. Met de werkzaamheden wordt een bijdrage geleverd aan een goede verwerking van schokkende gebeurtenissen. Onder andere wordt een lotgenotengroep georganiseerd voor slachtoffers van levensbedreigende situaties, waaronder roofovervallen op straat en in werksituaties (klanten en werknemers in bedrijven/winkels). 4. HET NOODGEBIED De aanpak en bestrijding van overlast in het Noodgebied in het centrum van Den Haag, heeft nog steeds hoge prioriteit. Nauwe samenwerking tussen de bureaus Jan Hendrikstraat en Hoefkade alsmede de externe partners (Openbaar Ministerie, verslavingsreclassering en de Gemeente) heeft een integrale aanpak van de overlast in en rond dit gebied tot stand gebracht. Begin 2001 volgt een evaluatie over de effecten en resultaten van de maatregelen in dit gebied. 5. HORECA Net als in 2000 wordt de samenwerking tussen verschillende partners geïntensiveerd om de aan horeca gerelateerde overlast terug te dringen. De korpsdoelstelling is een meldingsratio van 2,4 3 en een controle van minimaal 25% van de horeca-inrichtingen. In 2000 is besloten (Horecastructuurnota) de sluitingstijd van horeca-inrichtingen in bepaalde gebieden vrij te geven. Om daarvoor in aanmerking te komen dienen de horecaondernemers een convenant met de politie/gemeente af te sluiten. Hierin is opgenomen op welke wijze de horecaondernemers overlast moeten tegengaan en voorkomen. Overlast veroorzaakt vanuit en rondom horeca-inrichtingen wordt integraal aangepakt, waarbij zowel 3 Is per 1000 inwoners 2,4 melding.

4 4 het strafrechtelijke als bestuursrechtelijke pad zal worden gevolgd. Horecagelegenheden zullen worden gecontroleerd op hun sluitingstijden. Bij constatering van overtreding zal er proces-verbaal tegen de eigenaar/beheerder worden opgemaakt. Indien horecagelegenheden meerdere malen de sluitingstijden overtreden, worden er bestuurlijke maatregelen genomen. Door intensief preventief toezicht wordt getracht de overlast zoveel mogelijk te beperken. Zo zal de aanpak op het Plein het komende jaar verder inhoud krijgen (zie Zin these). Ook coffeeshops worden streng gecontroleerd. In 1997 werd beleid vastgesteld dat is gericht op beperking van het aantal coffeeshops. Aan dit beleid wordt verder uitvoering gegeven door regelmatige controle van deze inrichtingen op het gebruik en de verkoop van drugs. Over de voortgang van dit beleid wordt uw commissie begin 2001 nader geïnformeerd. 6. DRUGSOVERLAST Niet alleen in het centrum van Den Haag maar ook - zij het in mindere mate - in andere gebieden zijn drugspanden aanwezig. De bewoners c.q. gebruikers van deze panden zorgen niet zelden voor overlast en criminaliteit. Met name in woongebieden heeft dit een zeer negatief effect op de kwaliteit van de leefbaarheid en de veiligheidsbeleving. Politie Haaglanden en de gemeente Den Haag hanteren de doelstelling dat in geval van ernstige overlast c.q. criminaliteit bij voorkeur binnen 6 weken wordt opgetreden (strafrechtelijk, ontruiming en/of sluiting). Tevens wordt door politie Haaglanden voor 2001 uitgegaan van een meldingsratio < 1,5 4 en een verdachtenratio van De leefbaarheid en veiligheidsbeleving staat vooral onder druk in die gebieden - zoals in het centrum en in Laak - waar drugspanden, hennepkwekerijen, coffeeshops en prostitutie aanwezig zijn. Daarnaast behoeft de toenemende drugproblematiek in Regentesse-/Valkenboskwartier extra aandacht. In de andere gebieden is drugsoverlast minder manifest. De inspanningen zijn er die gebieden op gericht de problematiek beheersbaar te houden. Ook dealsituaties (verkoop op straat ed.) zullen zoveel mogelijk worden voorkomen. In 2001 zal, net als in 2000, de aanpak van drugsoverlast in de directe omgeving van de tippellocatie (Waldorpstraat) worden gecontinueerd. Over het functioneren van de tippelzone zal uw commissie begin 2001 nader worden geïnformeerd. 7. VERKEER Uit de politiemonitor bevolking 1999 komt naar voren dat het aantal mensen, dat het gevoel heeft dat verkeersoverlast voorkomt in hun eigen woonomgeving, is gedaald ten opzichte van Het niveau 1999 komt nagenoeg overeen met het landelijk beeld. De verkeersintensiteit, op een aantal doorgaande routes en knooppunten binnen Haaglanden, is daarentegen stijgend. Bij alle Haagse districten is er aandacht voor verkeer en wordt er opgetreden bij constatering van strafbare feiten en gedragingen zoals het negeren van het rode licht, foutief parkeren, aanrijdingen en het niet gebruiken van de gordel. Enkele 4 Is per 1000 inwoners 1,5 melding. Dit was in ,7. 5 Is niveau 1999.

5 5 korpsdoelstellingen zijn: een daling van het aantal verkeersdoden > 25%, bij constateringen van verkeersovertredingen 20% staandehoudingen en een aanrijdingenratio van Het verkeer in het centrum is de afgelopen jaren toegenomen. Het instellen van de centrumring heeft een intensivering van het verkeer tot gevolg gehad. Een groot aantal wegen rond het centrum wordt gebruikt in verband met de herstructurering van de binnenstad. Tegen het foutief parkeren in de binnenstad en overlast veroorzaakt door brom- en snorfietsen wordt opgetreden. Uit onderzoek is gebleken dat in 2000 het aantal doorrijdingen na aanrijding fors is toegenomen. De reden hiervoor is vooralsnog onbekend. Nader onderzoek zal dit moeten uitwijzen. Er doen zich in district II veel aanrijdingen voor, al dan niet met letsel. De meest voorkomende oorzaken zijn onvoldoende afstand houden en het wisselen van de rijstrook op doorgaande wegen. Bij de verkeershandhaving staat zoals hierboven reeds staat aangeven het lik op stukbeleid in de vorm van staandehouding voorop. De grote verplaatsingen in district III en de vele doorgaande wegen maken dat het verminderen van het aantal aanrijdingen als beleidspunt, evenals vorig jaar, gehandhaafd blijft. Analyses van incidenten en ongelukken moeten leiden tot eventuele herinrichtingen van wegen en kruisingen. De tot nu toe gevoerde samenwerking tussen de gemeente en de verkeersmedewerkers blijft gehandhaafd. Middels gerichte controles op jeugdige bestuurders in de nabijheid van scholen en hangplekken wordt getracht deze bestuurders bewuster te maken van hun kwetsbaarheid en worden ondeugdelijke en opgevoerde voertuigen uit het verkeer gehaald. Bij Slachtofferhulp Haaglanden is merkbaar dat verkeersslachtoffers behoefte hebben aan een gespecialiseerd hulpaanbod. Onder andere heeft dit te maken met de complexiteit van de schadeafhandeling en de impact van ernstige (dodelijke) verkeersongevallen. In 2001 zal opnieuw aandacht worden besteed aan de deskundigheidsbevordering van de medewerkers op het gebied van verkeer. Ook zullen twee lotgenotengroepen worden georganiseerd voor nabestaanden van verongelukte verkeersslachtoffers. 8. SLOT Graag verneem ik in uw vergadering van 15 december as. eventuele op- en aanmerkingen over de concept-werkplannen van de Haagse bureau s. De voorzitter, Drs. W.J. Deetman