DE MILIEUCOÖRDINATOR

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE MILIEUCOÖRDINATOR"

Transcriptie

1 DE MILIEUCOÖRDINATOR X Plus Milieu- en Kwaliteitszorg, Burg. CVBA Steven Harlem Milieujurist en milieucoördinator oktober 2004

2 INHOUDSTAFEL 1. INLEIDING Algemeen Bedrijfsinterne milieuzorg Doelstellingen Instrumenten Milieucoördinator Wetgeving Decreten Uitvoeringsbesluiten 7 2. AANSTELLING Toepassingsgebied Principe Vrijstelling Uitbreiding door de Vlaamse regering Uitbreiding door de vergunningverlenende overheid Wie kan milieucoördinator zijn? Werknemer van de exploitant Externe persoon Bedrijfsleider Rechtspersoon Kwalificaties en eigenschappen Uitgangspunt Aanstellingsvereisten Permanente bijscholing Procedure Aanstellingsformaliteiten Erkenning Contract Voorafgaand akkoord Kennisgeving Instemming Milieuvergunningsaanvraag Langdurige onbeschikbaar milieucoördinator Ondersteuning milieucoördinator 46 2

3 3. TAKEN Soorten taken Beschrijving decretale taken Kenmerken Concrete invulling Samenvatting decretale taken VERSLAGGEVING Omschrijving Functies Inhoud Algemeen Beperkte versie Uitgebreide versie Formaliteiten Termijn Overhandiging Bewaren AANSPRAKELIJKHEID Onderscheid Burgerrechtelijke aansprakelijkheid Algemene voorwaarden Burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de milieucoördinator Procedure Strafrechtelijke aansprakelijkheid Algemeen Strafrechtelijke aansprakelijkheid van de milieucoördinator Procedure Sancties VERZEKERING Verplichte aansprakelijkheidsverzekering Verzekering van de interne milieucoördinator Kosten voor de exploitant Alternatieven voor de interne milieucoördinator Verzekering van de externe milieucoördinator Verzekering strafrechtelijke aansprakelijkheid 82 3

4 1. Inleiding 1.1. Algemeen Bedrijfsinterne milieuzorg Bedrijfsinterne milieuzorg is de verzamelnaam voor het geheel van instrumenten om de milieubelasting van bedrijven te beheren. Sinds het einde van de jaren 80 zit bedrijfsinterne behoorlijk in de lift. Zowel de overheid als het bedrijfsleven zelf hebben immers belang bij het invoeren van milieuzorg in bedrijven. De overheid moedigt de uitbouw van bedrijfsinterne milieuzorg aan omdat het de naleving van milieuvoorschriften in bedrijven versterkt. Ook bedrijven erkennen het belang van een doorgedreven milieuzorg: het heeft op langere termijn een gunstige invloed op het strategisch management, de financiële positie, de concurrentiekracht en de rechtspositie van het bedrijf. Daarom hebben vele bedrijven reeds eigen systemen van bedrijfsinterne milieuzorg ontwikkeld, toegespitst op eigen knelpunten en aansluitend bij de eigen bedrijfscultuur. De overheid had echter de ambitie de bedrijfsinterne milieuzorg te stroomlijnen en in sommige gevallen op een hoger niveau te tillen. Dit gebeurde met het Decreet BIM, dat het Vlaamse parlement op 19 april 1995 goedgekeurde. Voor de bedrijven die reeds de eerste stappen hadden gezet in de richting van bedrijfsinterne milieuzorg, bracht het Decreet BIM enkele bijsturingen met zich. Voor heel wat kleinere bedrijven leidde het decreet tot een versnelde invoering van bedrijfsinterne milieuzorg Doelstellingen De doelstellingen van de bedrijfsinterne milieuzorg zijn: het nastreven van duurzame productieprocessen én het beheersen en beperken van de milieubelasting in al zijn aspecten teneinde bij te dragen tot de realisatie van de doelstellingen van het Decreet ABM. Dit Decreet ABM bevat de algemene doelstellingen van het milieubeleid in het Vlaamse Gewest, namelijk: 1) het beheer van het milieu en de duurzame aanwending van grondstoffen en de natuur, 2) de bescherming van mens en milieu, in het bijzonder van de ecosystemen die van belang zijn voor de werking van de biosfeer en die betrekking hebben op de voedselvoorziening, de gezondheid en de andere aspecten van het menselijk leven; 3) het natuurbehoud en de bevordering van de diversiteit door de zorg voor natuurlijke habitats, ecosystemen en landschappen met ecologische waarden en het behoud van wilde soorten Instrumenten Die ambitieuze doelstellingen kunnen natuurlijk op verschillende manieren gerealiseerd worden. De Vlaamse decreetgever heeft geoordeeld dat het opleggen van een integraal milieuzorgsysteem aan bedrijven niet opportuun is. Het Decreet BIM voorziet daarom eerder 4

5 in een partieel milieuzorgsysteem: slechts bepaalde elementen van bedrijfsinterne milieuzorg die voor het overheidsbeleid van belang zijn - worden verplicht gemaakt. Het betreft: 1) het aanstellen van een milieucoördinator, 2) het uitvoeren van een milieuaudit, 3) het naleven van de meet- en registratieverplichtingen, 4) het opstellen van een milieujaarverslag, 5) het voeren van een bedrijfsbeleid ter voorkoming van zware ongevallen en ter beperking van de gevolgen ervan voor mens en milieu, 6) het naleven van een meldings- en waarschuwingsplicht bij accidentele emissies en storingen Milieucoördinator Het Decreet BIM introduceert dus de figuur van de milieucoördinator in het milieubeleid van bedrijven. In een enkele jaren is hij er uitgegroeid tot de spilfiguur van de bedrijfsinterne milieuzorg. Nochtans is de figuur van de milieucoördinator niet zo nieuw. Verschillende reglementeringen kenden al een of andere vorm van milieuverantwoordelijke : 1) artikel 61 van het oude Afvalstoffendecreet bepaalde dat de krachtens het decreet vergunningsplichtige inrichtingen de natuurlijke persoon dienden aan te wijzen die verantwoordelijk was voor het naleven van de bepalingen van het decreet, zijn uitvoeringsbesluiten en de verleende vergunning; 2) artikel 20 van de grotendeels opgeheven Wet Giftig Afval plaatste de verrichtingen voor de vernietiging, de neutralisering of de wegwerking van giftig afval onder het gezag van een door de werkgever aangestelde verantwoordelijke persoon; die persoon heeft als opdracht te waken over de naleving van de reglementen en de voorwaarden van de machtiging, opgelegd krachtens de wet; hij geeft bovendien opdracht tot en oefent toezicht uit over het uitvoeren van al de maatregelen die nodig worden geacht om de veiligheid van de werknemers, van de werkzaamheden en van het milieu te verzekeren; 3) ook in Vlarem I en II is er sporadisch sprake van een verantwoordelijk persoon, bijvoorbeeld artikel 5, 2, 17 Vlarem I (personeel dat verantwoordelijk is voor de verwerking van gevaarlijke afvalstoffen) of artikel , 2 Vlarem II (door de exploitant bevoegde afgevaardigde die toezicht houdt op de aanvoer, de aanvaarding, de opslag en de verwerking van afvalstoffen). Een term als milieuverantwoordelijke zou echter verkeerdelijk de indruk kunnen wekken dat die persoon automatisch strafrechtelijke en burgerrechtelijk aansprakelijk is. Daarom heeft de decreetgever resoluut gekozen voor de nieuwe term milieucoördinator. Nieuw in het Decreet BIM is alleszins wel dat de bevoegdheid van de milieucoördinator niet wordt beperkt tot een welomschreven milieucompartiment zoals afvalstoffen, of lucht. Integendeel, hij krijgt in het bedrijf een algemeen adviserende taak voor alles wat milieuzorg aanbelangt. Het is duidelijk dat de preventieadviseur een grote inspiratiebron is geweest bij het uittekenen van de figuur van de milieucoördinator. Net als de preventieadviseur is de milieucoördinator een centraal aanspreekpunt, heeft hij een beschermd statuut en moet bij voldoen aan bepaalde eisen inzake opleiding en bekwaamheid. 5

6 1.3. Wetgeving Decreten A. Situering Zoals andere recente Vlaamse milieudecreten is ook het Decreet BIM gebaseerd op de voorstellen van de Interuniversitaire Commissie tot Herziening van het Milieurecht in het Vlaamse Gewest. Het Decreet BIM van 19 april 1995 is eigenlijk een aanvulling op het Decreet ABM. Het breidt het Decreet ABM uit met een titel III Bedrijfsinterne milieuzorg. Deze titel bestaat uit de volgende hoofdstukken: 1) Hoofdstuk I: Doelstellingen en definities (artikelen en ); 2) Hoofdstuk II: De milieucoördinator (artikelen tot en met ); 3) Hoofdstuk III: De milieuaudit (artikelen tot en met ); 4) Hoofdstuk IV: Meet- en registratieverplichtingen (artikelen tot en met ); 5) Hoofdstuk V: Het milieujaarverslag (artikel en ); 6) Hoofdstuk VI: Bedrijfsbeleid ter voorkoming van zware ongevallen en ter beperking van de gevolgen ervan voor mens en milieu (opgeheven artikelen en ); 7) Hoofdstuk VII: Meldings- en waarschuwingsplicht bij accidentele emissies en storingen (artikel ); 8) Hoofdstuk VIII: Toezicht en sancties (artikelen tot en met ). Het Decreet BIM is in werking getreden op 14 juli 1995, uitgezonderd de artikelen in verband met de milieucoördinator. Deze artikelen zouden oorspronkelijk in werking treden op 4 januari Artikel 16 van het Programmadecreet 1996 heeft de inwerkingtreding van de regeling met betrekking tot de milieucoördinator nog met zes maanden uitgesteld, met andere woorden tot 4 juli Het spreekt voor zich dat Hoofdstuk II: De milieucoördinator de belangrijkste bepalingen met betrekking tot de milieucoördinator bevat. Dat neemt niet weg dat Hoofdstuk I: Doelstellingen en definities voor de milieucoördinator een leidraad kan zijn bij het invullen van zijn vage taakomschrijving. Natuurlijk is ook Hoofdstuk VIII: Toezicht en sancties relevant. Het Decreet ABM bevat slechts een algemeen kader. De vrijstellingen van de verplichting een milieucoördinator aan te stellen, de eigenschappen en kwalificaties van de milieucoördinator, worden bij uitvoeringsbesluit nader geregeld. B. Referenties De volgende decreten bevatten de relevante bepalingen met betrekking tot de milieucoördinator: 1) het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (B.S. 3 juni 1995); 2) het decreet van 19 april 1195 tot aanvulling van het Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid met een titel betreffende bedrijfsinterne milieuzorg (B.S. 4 juli 1995, erratum B.S. 27 oktober 1995); 3) het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996 (B.S. 30 december 1995). 6

7 Uitvoeringsbesluiten A. Situering Op 26 juni 1996 heeft de Vlaamse regering de uitvoeringsbesluiten met betrekking tot het beroep van de milieucoördinator vastgesteld. Het besluit van die datum wijzigt zowel Vlarem I als Vlarem II. Het Decreet BIM gaf de Vlaamse regering de bevoegdheid de categorieën van hinderlijke inrichtingen die een milieucoördinator moeten aanstellen, vast te leggen. Om de eenvoud en de doorzichtigheid van de reglementering niet in het gedrang te brengen, heeft de regering ervoor geopteerd geen nieuwe indeling in categorieën op te stellen, maar gebruik te maken van de lijst met hinderlijke inrichtingen in bijlage 1 bij Vlarem I. Een nieuwe kolom bevat de aanduiding of die bewuste inrichting al dan niet een milieucoördinator moet aanstellen. Het besluit van 26 juni 1996 voegt bovendien een nieuwe afdeling toe aan Vlarem II, namelijk Afdeling 4.1.9: Bedrijfsinterne milieuzorg. Subafdeling : De milieucoördinator bevat de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de milieucoördinator. Het betreft de artikelen tot en met Vlarem II. De Vlaamse regering voorzag ook een nieuwe bijlage bij Vlarem II: Bijlage : Programma s van de cursussen van aanvullende vorming voor milieucoördinator. B. Referenties De volgende besluiten bevatten de relevante uitvoeringsbepalingen: 1) het besluit van de Vlaamse regering van 26 juni 1996 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning alsook van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (B.S. 3 juli 1996); 2) het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning (B.S. 26 juni 1991); 3) het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (B.S. 31 juli 1995). 2. Aanstelling 2.1. Toepassingsgebied Principe Niet elk bedrijf moet een milieucoördinator aanduiden. Het principe is nochtans eenvoudig: elke exploitant van een 1 ste klasse-inrichting moet een milieucoördinator aanstellen. Deze verplichting bestaat al sinds 4 juli Een 1 ste klasse-inrichting is een inrichting die in de derde kolom van de indelingslijst in bijlage 1 bij Vlarem I is aangeduid met het cijfer 1. Deze indelingslijst of voluit lijst met als hinderlijk beschouwde inrichtingen somt alle activiteiten op die aan de vergunningsplicht zijn onderworpen. 7

8 Voor elke 1 ste klasse-inrichting bevat de vijfde kolom van de indelingslijst bovendien de precisering of een milieucoördinator type A, dan wel type B moet aangesteld. Het onderscheid tussen beide types heeft te maken met de vereisten inzake opleiding en kwalificaties: de milieucoördinator type A is hoger gekwalificeerd. Inrichtingen met een grotere potentiële milieuhinder of een hoger risico voor het milieu zullen een milieucoördinator type A moeten aanstellen. Voorbeeld: rubriek van de indelingslijst in bijlage 1 bij Vlarem I Rubriek Omschrijving Klasse ( ) Milieucoördinator Aardgas: a) Inrichting voor de bovengrondse opslag of overslag van aardgas met een opslagcapaciteit van: 1 tot en met m³ 3 2 van meer dan m³ tot en met m³ 2 3 van meer dan m³ 1 ( ) A b) Ondergrondse aangelegde opslagplaatsen van 1 ( ) A aardgas c) Aardgas-aflevereenheden ( home compressors ) voor motorvoertuigen met een maximale capaciteit van 20 3 m³/uur d) Inrichtingen voor de bevoorrading van motorvoertuigen met aardgas, andere dan deze 1 B bedoeld in rubriek 16.9.c. e) Commerciële winning van aardgas wanneer de gewonnen hoeveelheid meer dan m³ aardgas per dag bedraagt 1 ( ) A Voor alle duidelijkheid: de eigenlijke verplichting een milieucoördinator aan te stellen rust op de exploitant van de inrichting. Dat is de natuurlijke persoon of rechtspersoon die de inrichting exploiteert of voor wiens rekening de inrichting wordt geëxploiteerd. De meeste bedrijven bestaan trouwens uit een geheel van inrichtingen ingedeeld in verschillende klassen. Grotere bedrijven zullen naast één of meer inrichtingen ingedeeld in de 1 ste klasse, ook een aantal 2 de of 3 de klasse-inrichtingen exploiteren. Zo beschikt een drukkerij, bijvoorbeeld, doorgaans ook over een opslagplaats voor papier en een opslag van inkten en toebehoren. Hoewel de verplichting een milieucoördinator aan te stellen strikt gezien alleen maar gekoppeld is aan die 1 ste klasse-inrichtingen, zal de milieucoördinator in de praktijk zijn opdracht vervullen voor alle ingedeelde inrichtingen van eenzelfde bedrijf Vrijstelling De Vlaamse regering kan bepaalde 1 ste klasse-inrichtingen vrijstellen van de verplichting een milieucoördinator aan te stellen. Voor een al bij al beperkt - aantal inrichtingen werd reeds zo n vrijstelling voorzien: diamantslijperijen, bepaalde landbouwbedrijven, brouwerijen en bottelarijen, bepaalde drukkerijen, schrijnwerkerijen, schoenmakerijen, smederijen, betoncentrales en steenkapperijen, ontspanningsinrichtingen en schietstanden, visconservenfabrieken, Deze inrichtingen worden in de vijfde kolom van de indelingslijst in bijlage 1 bij Vlarem I aangeduid met de letter N. 8

9 Voorbeeld: rubriek van de indelingslijst in bijlage 1 bij Vlarem I Rubriek Omschrijving Klasse ( ) Milieucoördinator Mouterijen, bierbrouwerijen evenals inrichtingen voor het bereiden van spuitwaters, frisdranken, alcoholische dranken of likeuren, cider, vruchtenwijn, schuimwijn, enz. alsmede drankconditioneringsbedrijven en bottelarijen, met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: 1 5 kw tot en met 10 kw 3 2 meer dan 10 kw tot en met 200 kw 2 ( ) N 3 meer dan 200 kw 1 N Uitbreiding door de Vlaamse regering De Vlaamse regering kan de verplichting een milieucoördinator aan te stellen, uitbreiden tot andere categorieën van inrichtingen. Zij kan dit doen door de verplichting op te nemen in de sectorale voorwaarden voor welbepaalde categorieën van inrichtingen. Hier worden voornamelijk 2 de klasse, en in minder mate 3 de klasse-inrichtingen bedoeld. De regering heeft van deze mogelijkheid nog geen gebruik gemaakt. Op dit ogenblik opteert ze ervoor de verplichte aanstelling niet uit te breiden tot een algemene categorie van bedrijven. Ze verkiest daarentegen de vergunningverlenende overheid de beoordelingsruimte te laten individuele inrichtingen toch te verplichten een milieucoördinator aan te stellen. Die heeft immers meer concrete gegevens over de aard, de omvang en de locatie van de inrichting Uitbreiding door de vergunningverlenende overheid De overheid die de milieuvergunning verleent, kan de exploitant opleggen een milieucoördinator aan te stellen, ook al was die exploitant daar decretaal niet toe verplicht. Het College van Burgemeester en Schepenen kan dus, bijvoorbeeld, een 2 de klasseinrichting opleggen een milieucoördinator aan te duiden. Aan deze mogelijkheid is wel een voorwaarde verbonden: de aard van de inrichting, de aard van de milieueffecten die ervan uitgaan of de plaats waar de inrichting gelegen is, moeten de aanstelling van een milieucoördinator verantwoorden. De vergunningverlenende overheid moet bijgevolg de verplichting uitdrukkelijk opnemen in de milieuvergunning als een bijzondere voorwaarde en deze beslissing uitgebreid motiveren in haar besluit. Zij moet bovendien aangeven of een milieucoördinator type B, dan wel type A vereist is. In dit geval beschikt de exploitant wel over een beroepsmogelijkheid. De aanstellingsverplichting is immers als een bijzondere voorwaarde opgenomen in de milieuvergunning. Dit betekent dat de exploitant de verplichting kan aanvechten zoals elk ander element uit een beslissing over een milieuvergunningsaanvraag. 9

10 2.2. Wie kan milieucoördinator zijn? Werknemer van de exploitant De milieucoördinator kan in de eerste plaats een werknemer zijn van de exploitant van de inrichting waarvoor hij wordt aangesteld. Deze milieucoördinator wordt de interne milieucoördinator genoemd. Volgens de geest van de wet kan een bedrijf maar één milieucoördinator aanstellen: de milieucoördinator fungeert immers als hét aanspreekpunt van het bedrijf met betrekking tot het milieu. Dit belet uiteraard niet dat de milieucoördinator zich laat bijstaan door medewerkers of consultants. De interne milieucoördinator zelf geniet een specifieke ontslagbescherming, naar analogie met de Preventieadviseur Externe persoon De milieucoördinator kan evenwel ook een externe persoon zijn: iemand die met andere woorden geen werknemer is van de exploitant. In dit geval is er sprake van een externe milieucoördinator. Vaak zal de externe milieucoördinator een consultant zijn, al dan niet verbonden aan een adviesbureau. Net als de interne milieucoördinator, kan de externe milieucoördinator zich laten bijstaan: ofwel door medewerkers van de exploitant, ofwel door medewerkers verbonden aan het adviesbureau. Het is ook mogelijk dat een interne milieucoördinator optreedt als een externe milieucoördinator voor een ander bedrijf. In dat geval zullen de prestaties van de milieucoördinator door het ene bedrijf aan het andere gefactureerd worden. Een milieucoördinator die bezoldigd wordt door het Rijk, de Gemeenschappen, de Gewesten, de provincies, de gemeenten, een vereniging van gemeenten of een daaronder ressorterende instelling of bestuur, kan niet optreden als een externe milieucoördinator. Hierop geldt één uitzondering: hij mag wel aangesteld worden als een externe milieucoördinator in een inrichting die door de bij deze vereniging aangesloten gemeenten of een daaronder ressorterende instelling of bestuur wordt geëxploiteerd. 10

11 Tabel: vergelijking statuut interne en externe milieucoördinator Interne milieucoördinator Overgangsmaatregel inzake milieucoördinator aangesteld opleidingsvereisten vóór 4 juli 1996 moet niet voldoen aan de Bezoldiging door het Rijk, de Gemeenschappen, de Gewesten, de provincies, de gemeenten, een vereniging van gemeenten of een daaronder ressorterende instelling of bestuur opleidingsvereisten mogelijk Externe milieucoördinator geen overgangsmaatregel niet mogelijk, tenzij voor werknemers van een vereniging van gemeenten die als milieucoördinator aangesteld worden in een inrichting geëxploiteerd door een bij deze vereniging aangesloten gemeente of een daaronder ressorterende instelling of bestuur Aard overeenkomst arbeidsovereenkomst overeenkomst externe milieucoördinator Aanstelling meerdere geen erkenning vereist erkenning vereist inrichtingen Akkoord van CPBW of vakbondsafvaardiging niet vereist Verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid Bijscholing (30 uur) Bescherming vereist bij aanstelling, vervanging of ontslag en aanduiding van een tijdelijke plaatsvervanger kosten gedragen door exploitant tijd wordt beschouwd als normale werktijd en de kosten worden vergoed door de exploitant mag geen nadeel ondervinden van de taak die hij als milieucoördinator vervult kosten gedragen door de milieucoördinator of zijn werkgever kosten worden gedragen door de milieucoördinator of zijn werkgever geen uitdrukkelijke bepaling Bedrijfsleider Of de bedrijfsleider zelf kan aangeduid worden als milieucoördinator is een vraag die niet zo eenvoudig te beantwoorden is. Eerst en vooral is het duidelijk niet de bedoeling dat de bedrijfsleider optreedt als milieucoördinator. Met een bedrijfsleider als milieucoördinator doemt het spookbeeld op van een milieucoördinator die zichzelf adviseert en controleert; die bovendien aan zichzelf rapporteert. De onafhankelijkheid en de onpartijdigheid van de milieucoördinator komen zo in gevaar, wat indruist tegen de geest van het Decreet BIM. De milieucoördinator moet integendeel net verslag uitbrengen aan de bedrijfsleiding. Kortom, de omschrijving van de functie van milieucoördinator veronderstelt een onderscheid tussen controle en beslissingsmacht. In kleinere bedrijven met weinig of geen ondergeschikt personeel kan een dergelijke strikte interpretatie natuurlijk wel problemen stellen: zij zouden zo altijd aangewezen worden op een externe milieucoördinator. Een typisch voorbeeld is de exploitant van een benzinepomp. Wanneer de exploitant een rechtspersoon is, bestaat er een juridisch onderscheid tussen de exploitant-rechtspersoon en de bedrijfsleider. In deze omstandigheden is het zeker denkbaar dat een bedrijfsleider wordt aangesteld als een milieucoördinator. De bedrijfsleider kan als milieucoördinator van de vennootschap verslag uitbrengen aan de organen van de 11

12 vennootschap: het bestuursorgaan of de algemene vergadering. Een gelijkaardige redenering kan ook gevolgd worden bij de éénmanszaak waar er slechts één zaakvoerder is die tevens de enige aandeelhouder is. Inderdaad, in dit geval brengt de milieucoördinator tegelijk zaakvoerder - noodgedwongen verslag uit aan zichzelf enige aandeelhouder. Het Wetboek van Vennootschappen komt ons daar enigszins te hulp met een bijkomende garantie: wanneer een bestuurder of een zaakvoerder een belang heeft dat strijdig is met dat van de vennootschap, moet een bijzondere beslissingsprocedure gevolgd worden. Het is dus in principe niet uitgesloten om de bedrijfsleider aan te stellen als milieucoördinator. In de praktijk zal de Afdeling Milieuvergunningen van AMINAL toetsen of de voorgestelde milieucoördinator in deze concrete omstandigheden voldoet aan de voorwaarden tot aanstelling en zal hij niet principieel geweigerd worden omdat hij bedrijfsleider is Rechtspersoon Het is niet mogelijk een rechtspersoon aan te stellen als milieucoördinator om een aantal redenen. Om te beginnen blijkt dit uit de omschrijving van het takenpakket. Het idee achter de figuur van de milieucoördinator is dat de zorg voor en het waken over de naleving van de milieuwetgeving worden opgedragen aan een natuurlijk persoon. Deze persoon moet in dat verband een aanspreekpunt zijn binnen het bedrijf. Bovendien rust er op de milieucoördinator een persoonlijke burgerrechtelijke en strafrechtelijke aansprakelijkheid. Dat heeft de bevoegde Minister uitdrukkelijk bevestigd tijdens een bespreking van het wetsontwerp in de Commissie Leefmilieu en Natuurbehoud. Er is nog meer. De rechtspersoon is vaak tevens exploitant van de inrichting. De exploitant zelf kan bezwaarlijk milieucoördinator zijn. Artikel van het Decreet BIM is op dit punt bijzonder duidelijk: het is de exploitant die een milieucoördinator moet aanstellen. Dit doet veronderstellen dat de exploitant zelf geen milieucoördinator kan zijn. De verplichting een natuurlijke persoon aan te duiden als milieucoördinator heeft nog een bijkomend gevolg: een adviesbureau kan niet fungeren als extern milieucoördinator. In de praktijk wordt hier een mouw aangepast door het afsluiten van een drie-partijenovereenkomst tussen de exploitant, het adviesbureau en de medewerker van het adviesbureau die de functie van milieucoördinator zal opnemen Kwalificaties en eigenschappen Uitgangspunt De algemene vereiste is dat enkel een persoon die over de vereiste kwalificaties en eigenschappen beschikt om de wettelijk bepaalde taken naar behoren te vervullen als milieucoördinator kan aangesteld worden. De voorbereidende werken van de wet preciseren dat de milieucoördinator een brede vorming moet hebben. Hij moet kennis bezitten over de milieuwetgeving, het productieproces, de relevante milieutechnologie, de socio-economische toestand en het management. Daarnaast dient hij te beschikken over vaardigheden op het vlak van analyse, synthese en communicatie en organisatorisch talent. 12

13 Vlarem II vertaalt dit naar een aantal concrete voorwaarden voor de aanstelling van een milieucoördinator. Het stelt niet alleen eisen aan de milieucoördinator op het ogenblik van de aanstelling, maar ook nadien op het vlak van de permanente bijscholing Aanstellingsvereisten A. Eisen inzake opleiding en beroepservaring a. Algemeen De milieucoördinator moet beschikken over voldoende kennis van de milieuwetgeving en reglementering van toepassing op de inrichting waarvoor hij is aangesteld. Hij moet bovendien de technische kennis hebben om problemen te bestuderen die er rijzen inzake milieu. Deze algemene voorwaarden geven de Afdeling Milieuvergunningen van AMINAL de beoordelingsruimte om de aanstelling van een milieucoördinator te weigeren wanneer die niet over de deskundigheid beschikt voor een specifieke inrichting. Een milieucoördinator met een lange staat van dienst in voedingsbedrijven heeft misschien toch niet de juiste expertise om dezelfde functie op te nemen in een afvalverbrandingsoven. Tabel: opleidingsvereisten voor milieucoördinator type A en B Type milieucoördinator A B Algemeen Voldoende kennis van de milieuwetgeving en de nodige technische kennis technische kennis Basisopleiding of beroepservaring Opleiding milieucoördinator Einddiploma van een universiteit of hoger onderwijs op universitair niveau ofwel een nuttige ervaring van meer dan vijf jaar Getuigschrift van een erkende cursus van aanvullende vorming van het eerste niveau Voldoende kennis van de milieuwetgeving en de nodige Getuigschrift van hoger secundair onderwijs of hoger secundaire leergangen ofwel een nuttige ervaring van meer dan drie jaar Getuigschrift van een erkende cursus van aanvullende vorming van het tweede niveau b. Basisopleiding of beroepservaring De vereisten inzake basisopleiding en beroepservaring zijn verschillend voor een milieucoördinator type A en een milieucoördinator type B. De milieucoördinator type A moet: 1) ofwel houder zijn van een einddiploma van een universiteit of van een einddiploma van hoger onderwijs op universitair niveau; 2) ofwel een nuttige ervaring van meer dan vijf jaar hebben op het vlak van bedrijfsinterne milieuzorg. Voor een milieucoördinator type B volstaat: 1) ofwel houder zijn van een getuigschrift van hoger secundair onderwijs of hogere secundaire leergangen; 2) ofwel een nuttige ervaring van meer dan drie jaar hebben op het vlak van bedrijfsinterne milieuzorg. 13

14 c. Aanvullende vorming milieucoördinator De juiste basisopleiding of de nodige beroepservaring volstaan voor een kandidaatmilieucoördinator niet om aangesteld te kunnen worden. Hij moet ook een specifieke erkende - opleiding voor milieucoördinator gevolgd hebben. Inderdaad, de cursussen van aanvullende vorming voor milieucoördinatoren worden erkend door de Minister van Leefmilieu. Het verplichte opleidingsprogramma is breed en omvat zowel milieubeleid als milieubeheer en zowel milieurecht als milieutechnologie. De opleiding wordt afgesloten met een examen en een eindwerk. Wie slaagt, ontvangt een getuigschrift. Opnieuw dringt zich het onderscheid op tussen de milieucoördinator type A en de milieucoördinator type B. Een milieucoördinator type A moet een cursus van aanvullende vorming van het eerste niveau beëindigd hebben of een overgangscursus van het tweede naar het eerste niveau. Dit betekent hoe dan ook dat de milieucoördinator 250 lesuren achter de kiezen moet hebben. Voor een milieucoördinator type B is een cursus van aanvullende vorming van het tweede niveau, of met andere woorden een pakket van 150 lesuren, voldoende. Verplicht programma opleiding milieucoördinator Programma-inhoud Module 1: Uitgangspunten, achtergronden en basisbegrippen 1.1. Grondslagen van milieuwetenschappen 1.2. Milieubeleidsvorming en instrumenten van het milieubeleid van de overheid 1.3. Milieurecht en formulering van milieueisen Module 2: Milieubeheerssystemen in bedrijven en de functionele taken van de milieucoördinator 2.1. De integratie van milieuzorg in het bedrijfsbeheer 2.2. Het opstarten van een milieuzorgsysteem in de onderneming 2.3. Controle en handhaving van milieuvoorwaarden met inbegrip van administratieve en procedurele aspecten Module 3: Operationalisering en uitdieping van de taakstelling van een milieucoördinator 3.1. Technologische facetten 3.2. Bedrijfseconomische en beheersfacetten 3.3. Sociale en communicatieve facetten 3.4. Methodologische facetten A B Eerste niveau Tweede niveau 50 uur 30 uur 60 uur 35 uur 140 uur 85 uur Totaal: 250 uur 150 uur Afgevaardigden van de Afdeling Milieuvergunningen van AMINAL hebben het recht de cursus en de examens bij te wonen. B. Bijzondere aanstellingsvoorwaarden a. Burgerlijke en politieke rechten De kandidaat-milieucoördinator moet genieten van zijn burgerlijke en politieke rechten. Een bewijs van burgerlijke en politieke rechten moet bij de melding tot aanstelling van de milieucoördinator gevoegd worden. 14

15 b. Verbod bezoldiging door overheid Een externe milieucoördinator mag geen bezoldiging ontvangen van het Rijk, de Gemeenschappen, de Gewesten, de provincies, de gemeenten, een vereniging van gemeenten of een daaronder ressorterende instelling of bestuur. Hierop geldt één uitzondering: een persoon die een dergelijke bezoldiging ontvangt, mag wel aangesteld worden als externe milieucoördinator in een inrichting die door de bij deze vereniging aangesloten gemeenten of een daaronder ressorterende instelling of bestuur wordt geëxploiteerd. c. Verzekering inzake burgerrechtelijke aansprakelijkheid De milieucoördinator moet verzekerd zijn voor burgerrechtelijke aansprakelijkheid. Een bewijs van deze verzekering moet bij de melding tot aanstelling van de milieucoördinator gevoegd worden. d. Erkenning Een externe milieucoördinator die aangesteld wordt voor twee of meer inrichtingen die samen geen milieutechnische eenheid vormen, moet door de Vlaamse minister voor Leefmilieu erkend worden. Het erkenningsnummer als milieucoördinator moet vermeld worden op de melding tot aanstelling van de milieucoördinator of de aanvraag tot instemming met een meervoudige aanstelling. C. Overgangsregeling a. Interne milieucoördinator in dienst vóór 4 juli 1996 De exploitanten die decretaal verplicht zijn een milieucoördinator te hebben, moesten tot de aanstelling overgaan op het ogenblik dat de reglementering in werking treedt. Dit was dus op 4 juli Niemand kan echter van hen verlangen dat zij onmiddellijk over geschikt personeel beschikten met bovendien de juiste kwalificaties en eigenschappen. Een overgangsmaatregel was dan ook meer dan wenselijk, zelfs noodzakelijk. Om die reden mag wie als werknemer van de exploitant de taken van de milieucoördinator in de praktijk uitoefende vóór 4 juli 1996 als milieucoördinator aangeduid worden voor de inrichting of de milieutechnische eenheid waarin hij is tewerkgesteld. Tevens mag hij aangesteld worden voor soortgelijke inrichtingen of milieutechnische eenheden. De decreetgever gaat er van uit dat deze milieuverantwoordelijke van het bedrijf beschikt over de vereiste kwalificaties en eigenschappen om de decretale taken naar behoren uit te voeren. Hij hoeft dus niet te voldoen aan de eisen inzake basisopleiding of beroepservaring, noch inzake aanvullende vorming en evenmin aan de bijzondere aanstellingsvoorwaarden. 15

16 b. Milieucoördinator aangesteld vóór 1 januari 2000 De milieucoördinatoren die aangesteld worden vóór 1 januari 2000, moeten onmiddellijk aan de eisen inzake basisopleiding of beroepservaring en de bijzondere aanstellingsvoorwaarden voldoen. Zij ontsnappen evenwel nog aan de verplichting een erkende cursus van aanvullende vorming van milieucoördinator te volgen. Met andere woorden, de volgende milieucoördinatoren moeten niet beschikken over een getuigschrift aanvullende vorming milieucoördinator: 1) de externe milieucoördinator aangesteld vóór 1 januari 2000; 2) de interne milieucoördinator aangesteld vóór 1 januari 2000 die in de praktijk vóór 4 juli 1996 niet de functie van milieucoördinator heeft uitgeoefend; 3) de interne milieucoördinator aangesteld vóór 1 januari 2000 die in de praktijk vóór 4 juli 1996 de functie van milieucoördinator heeft uitgeoefend, maar aangeduid worden in een inrichting met een heel andere activiteit. c. Erkende milieucoördinator aangesteld na 1 januari 2000 Na 1 januari 2000 moet elke milieucoördinator in principe voldoen aan alle aanstellingsvoorwaarden en dus ook met vrucht een erkende opleiding milieucoördinator beëindigd hebben. Naar goede gewoonte is er ook op deze regel een uitzondering. De verplichting een cursus van aanvullende vorming gevolgd te hebben, is niet van toepassing op de volgende erkende milieucoördinatoren: 1) de milieucoördinator die erkend werd door de Minister van Leefmilieu vóór 1 januari 2000; 2) de milieucoördinator die erkend werd door de Minister van Leefmilieu na 1 januari 2000 op basis van een aanvraag ingediend vóór 1 januari Deze overgangsmaatregel vermijdt dat externe milieucoördinatoren opeens een opleiding als milieucoördinator moeten volgen terwijl zij eerder al als milieucoördinator erkend zijn en het beroep vaak al jaren uitoefenen. D. Eisen opgelegd door de vergunningverlenende overheid De vergunningverlenende overheid kan de exploitant opleggen een milieucoördinator aan te stellen, ook al was die exploitant daar decretaal niet toe verplicht. Zij zal in dat geval het opleidingsniveau van de milieucoördinator moeten aangeven. Moet een milieucoördinator type A dan wel een milieucoördinator type B aangesteld worden? Het is niet uitgesloten dat de vergunningverlenende overheid nog bijkomende eisen aan de milieucoördinator stelt. Zij acht het misschien wenselijk dat de milieucoördinator reeds vijf jaar ervaring heeft in de sector of in een soortgelijke inrichting. Als het een gaat om een inrichting met een complex productieproces, is het misschien aangewezen dat de milieucoördinator een technisch diploma heeft. In ieder geval moeten het opleidingsniveau en overige voorwaarden opgenomen worden in een bijzondere voorwaarde in de milieuvergunning. Dit betekent dat de exploitant in beroep kan gaan tegen zowel de aanstellingsverplichting als de aanstellingsvoorwaarden. 16

17 Permanente bijscholing A. Principe Het beroep van de milieucoördinator vertoont een bijzondere eigenheid met een specifieke nadruk op onafhankelijkheid en belangrijker op maatschappelijke verantwoordelijkheid. De milieucoördinator vertegenwoordigt het algemeen belang en in mindere mate ook het belang van de werknemers. Hij is immers de spilfiguur van de bedrijfsinterne milieuzorg: hij waakt over de naleving van de milieuwetgeving en draagt bij de tot de ontwikkeling en de invoering, de toepassing en de evaluatie van milieuvriendelijke productiemethodes en producten. Dit specifieke karakter van het beroep rechtvaardigt niet alleen het bijzonder statuut van de milieucoördinator, maar ook de verplichte permanente bijscholing. De milieucoördinator kan die complexe en belangrijke opdracht maar tot een goed einde brengen wanneer hij de kennisinhoud die eraan ten grondslag ligt, grondig opvolgt. B. Duur De milieucoördinator moet per kalenderjaar tenminste 30 uren besteden aan permanente bijscholing. De exploitant dient de uren die de interne milieucoördinator aan opleiding besteedt, te beschouwen als normale werktijd. C. Inhoud De milieucoördinator moet zich permanent bijscholen inzake milieuwetenschappen. Zowel milieutechnologie en milieurecht als de decretale taken van de milieucoördinator moeten aan bod komen. Gezond verstand primeert! Bij de exacte invulling van de permanente bijscholing zoekt de milieucoördinator het best naar een mix van specifieke, algemene, theoretische en praktische opleiding. De keuze kan eventueel gemotiveerd worden in het jaarverslag van de milieucoördinator. De bijscholing van de milieucoördinator kan algemeen milieubeleid, milieuwetgeving, - dan wel specifiek zijn. Velen pleiten er bovendien voor om de specifieke bijscholing van rechtstreekse medewerkers van de milieucoördinator eveneens in aanmerking te nemen voor de 30 uren verplichte permanente bijscholing van de milieucoördinator zelf. De milieucoördinator opereert immers meestal in een team: de specifieke bijscholing van een teamspeler is vaak pragmatischer en soms beter voelbaar in een bedrijf. Zo is specifieke bijscholing van de afvalmedewerkers van de milieucoördinator ongetwijfeld bijzonder nuttig. Wie beroepshalve bezig is met inzameling en afvoer van afvalstoffen is eerder gebaat met scholing inzake afvalpraktijken dan de milieucoördinator. De milieucoördinator houdt zich toch hoofdzakelijk bezig met het uitzetten van de afvalbeleidslijnen, de coördinatie en de controle. De verplichte permanente bijscholing kan theoretisch of praktisch zijn. De ervaring leert dat actieve vorming bijzonder verrijkend kan zijn. Vandaar dat best ook tijd wordt vrijgemaakt 17

18 voor interactieve scholing of zelfopleiding. Het voorbereiden en bijwonen van overleg tussen bedrijf en overheden is vaak veel leerrijker dan een seminarie. D. Vorm Artikel , 2 Vlarem II vermeldt enkel dat de permanente bijscholing moet gebeuren door het volgen van cursussen, seminaries, studiedagen, en dergelijke. Vanzelfsprekend komen die cursussen, seminaries en studiedagen slechts in aanmerking als bijscholing indien zij betrekking hebben op de leefmilieuproblematiek in het algemeen. Net als bij andere beroepen zoals advocaten, accountants, vastgoedmakelaars, kan de permanente vorming van de milieucoördinator 3 vormen aannemen: - klassieke bijscholing: Uiteraard is het volgen van studiedagen en seminaries één van de populairste vormen van permanente bijscholing. Ook al is deze opleidingsvorm eerder passief en is de kwaliteit heel wisselend, de aanwezigheidsattesten maken het eenvoudig de gevolgde opleidingen aan te tonen. Soms haalt een milieucoördinator echter meer uit de nabespreking met zijn collegamilieucoördinatoren of docenten. Waarom zou dit niet als bijscholing in aanmerking kunnen komen? Wanneer de ingewonnen informatie wordt vertaald in een advies naar de bedrijfsleiding, is die bijscholing zelfs te bewijzen. De milieucoördinator kan ook cursussen volgens, zelfs virtuele. De milieucoördinator moet er natuurlijk wel voor zorgen dat dit afstandsleren aantoonbaar is. - interactieve bijscholing: De milieucoördinator kan ook veel leren uit vergaderingen of workshops. Zo organiseert de VMC op regelmatige basis werkgroepvergaderingen. Ook echte bedrijfsorganisaties, zoals VOKA, SIREV, AGORIA,, hebben milieuwerkgroepen in het leven geroepen. Bestuursvergaderingen van milieuorganisaties, - -commissies en federaties komen eveneens in aanmerking voor het werkelijk aantal gepresteerde uren, net als bedrijfsuitwisselingen of stages, of het uitwerken van case studies. Opnieuw zal de milieucoördinator zorgvuldig alle rapporten, verslagen of correspondentie moeten bewaren. - zelfopleiding: Door zich in te werken en te verdiepen in specifieke milieuproblemen of thema s zal de milieucoördinator zijn kennis over deze materies vergroten. De volgende activiteiten kunnen bijdragen tot de permanente vorming van de milieucoördinator: - het bijwonen van redactievergaderingen van een milieutijdschrift of publicatie; - het schrijven van algemeen, juridisch of wetenschappelijk artikel voor een milieutijdschrift of publicatie; - het voorbereiden en doceren van een milieucursus; - het voorbereiden en geven van een voordracht tijdens een seminarie of studiedag; - het uitschrijven en begeleiden van milieustudies of rapporten; - het uitvoeren van milieuaudits; - het begeleiden van scripties en eindwerken in de milieusector. 18

19 De exploitant moet de kosten voor de opleiding van de interne milieucoördinator dragen: inschrijvingsgeld, lidmaatschap, vervoerskosten, cursusmateriaal, Deze verplichting bestaat niet voor de externe milieucoördinator. Deze laatste zal de kosten voor permanente bijscholing wellicht verrekenen in zijn vergoeding. E. Toezicht De Afdeling Milieuvergunningen van AMINAL kan als toezichthoudende overheid de vormingsinspanningen van de milieucoördinator controleren. Om die reden doet de milieucoördinator er goed aan zijn inspanningen op het vlak van permanente bijscholing systematisch te documenteren. Het verzamelen en bewaren van verschillende bewijsstukken is al een goede start: 1) aanwezigheidsattesten van studiedagen; 2) getuigschriften en diploma s; 3) verslagen van vergaderingen (bij voorkeur met vermelding van de aanwezigen); 4) kopies van de gepubliceerde artikelen en teksten; 5) rapporten en verslagen. Een elegante en praktische oplossing is het invoegen van een bijkomende hoofdstuk met een overzichtelijke beschrijving van de gevolgde opleiding in het jaarverslag van de milieucoördinator. De bewijsstukken kunnen dan hetzij in bijlage bij het verslag, hetzij in een afzonderlijke bundel ter beschikking gehouden worden. F. Sanctie De hamvraag is natuurlijk of een milieucoördinator die geen permanente bijscholing volgt, strafbaar is. De vraag stellen is veel eenvoudiger dan ze te beantwoorden. De milieucoördinator die de bepalingen van het Decreet BIM schendt, kan zwaar bestraft worden. Nu is het zo dat deze strafbepaling beperkt is tot de bepalingen van het Decreet BIM zelf en zich niet uitstrekt tot haar uitvoeringsbesluiten. De verplichting tot permanente bijscholing is echter enkel voorzien in Vlarem II. Dit betekent dus dat geen strafsancties kunnen toegepast worden op de milieucoördinator die zich niet bijschoolt. Onrechtstreeks kan de milieucoördinator wel gesanctioneerd worden. De Afdeling Milieuvergunningen van AMINAL kan immers haar instemming met de aanstelling van een milieucoördinator intrekken omdat hij niet voldoet aan zijn plichten en de exploitant verplichten binnen een bepaalde termijn een nieuwe milieucoördinator aan te stellen Procedure Aanstellingsformaliteiten De formaliteiten voor aanstelling zijn niet voor elke milieucoördinator dezelfde. Gaat het om een interne of een externe milieucoördinator? Wordt de milieucoördinator aangesteld voor één enkele inrichting of voor meerdere inrichtingen? Zijn deze inrichtingen op één locatie gelegen of verspreid? Telkens variëren de na te leven formaliteiten. 19

20 Onderstaand stroomschema biedt een overzicht van de vragen die moeten beantwoord worden om te weten te komen welke formaliteiten precies moeten vervuld worden. Tabel: Stroomschema formaliteiten aanstelling milieucoördinator Erkenning A. Verplichting Een externe milieucoördinator die aangesteld wordt voor meer dan één inrichting, moet erkend zijn door de Vlaamse Minister voor Leefmilieu. Deze erkenning is slechts verplicht voor zover deze inrichtingen geen milieutechnische eenheid vormen. Een milieutechnische eenheid zijn verschillende inrichtingen die als een geheel moeten worden beschouwd met het oog op het beoordelen van het nadeel dat zij kunnen berokkenen aan mens of milieu. Zij vertonen meestal een onderlinge geografische, materiële of operationele samenhang die gepaard gaat met een relatieve afscheiding van deze inrichtingen ten opzichte van andere inrichtingen. Het feit dat de inrichtingen een verschillend eigendomsstatuut hebben, belet niet dat zij een milieutechnische eenheid kunnen vormen. B. Procedure De erkenningsaanvraag gebeurt aan de hand van een standaardformulier: Aanvraag om erkenning als externe milieucoördinator. De externe milieucoördinator vervolledigt, dateert en ondertekent het formulier. Hij voegt er de nodige bijlagen bij en bezorgt het dossier per 20

21 aangetekend schrijven aan het hoofdbestuur van de Afdeling Milieuvergunningen van AMINAL. Checklist: te verzamelen of op te stellen documenten voor erkenningsaanvraag Getuigschrift betreffende de nationaliteit Getuigschrift betreffende het genot van burgerlijke en politieke rechten Verklaring van de aanvrager dat hij op het ogenblik dat hij de functie van milieucoördinator zal uitvoeren, niet door de overheid zal bezoldigd worden. Diploma s of getuigschriften gevolgde opleidingen Diploma of getuigschrift erkende cursus aanvullende vorming voor milieucoördinatoren Lijst publicaties, wetenschappelijk onderzoek en ervaring Referentielijst Beschrijving ervaring op het vlak van het uitvoeren van de taken van de milieucoördinator De Afdeling Milieuvergunningen zal de aanvraag onderzoeken en deze samen met haar advies overmaken aan de Minister van Leefmilieu. De Minister doet uitspraak over de aanvraag bij gemotiveerd besluit. De reglementering bevat geen termijn waarbinnen de Minister uitspraak moet doen, noch een beroepsprocedure. Niettemin kan de externe milieucoördinator het besluit van de Minister net zoals elke andere overheidsbeslissing aanvechten voor de Raad van State. De erkenning van externe milieucoördinatoren wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Een eerste lijst van erkende milieucoördinatoren is op 17 september 1997 in het Belgisch Staatsblad verschenen. De Afdeling Milieuvergunningen van AMINAL beschikt over een volledige en actuele lijst van alle erkende milieucoördinatoren. 21

22 Formulier: aanvraag om erkenning als externe milieucoördinator MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP Departement Leefmilieu en Infrastructuur Administratie Milieu-, Natuur-, Land - en Waterbeheer AFDELING MILIEUVERGUNNINGEN AANVRAAG OM ERKENNING ALS EXTERNE MILIEUCOORDINATOR De erkenningsaanvraag dient te worden ingediend bij middel van een ter post afgegeven aangetekende zending, bij de afdeling Milieuvergunningen van de AMINAL, Graaf de Ferraris-gebouw, Koning Albert II-laan, 20, bus 8, 1000 Brussel (tel. 02/ fax 02/ ). 22

23 1. IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER: Naam: Voornaam: Geboren te: op: / / Adres: Telefoon: Telefax: Huidig beroep van de aanvrager: De aanvrager is verbonden aan een adviesbureau gespecialiseerd in milieuaangelegenheden: JA / NEEN. zo ja: Naam en adres van de werkgever: De aanvrager zal de functie van milieucoördinator voltijds uitoefenen: JA / NEEN. Indien het antwoord op de hierboven genoemde vraag NEEN is, geef de tijdsbesteding op welke voor het uitoefenen van de taken van de milieucoördinator kan worden voorbehouden: Beschikt de aanvrager over hulppersoneel: JA / NEEN. Zo ja, geef de naam (namen) en specialisatie(s) van het hulppersoneel: NAAM: VOORNAAM: SPECIALISATIE: Als bijlagen bij te voegen: * getuigschrift betreffende de nationaliteit; * getuigschrift betreffende het genot van de burgerlijke en politieke rechten; * verklaring van de aanvrager dat hij op het ogenblik dat hij de functie van milieucoördinator zal uitvoeren niet door de overheid zal worden bezoldigd. 23

24 2 GEWENSTE ERKENNING: De aanvraag strekt ertoe de functie van milieucoördinator uit te oefenen bij inrichtingen aangeduid met de letters A en / of B in de vijfde kolom van de lijst van als hinderlijk beschouwde inrichtingen zoals bedoeld in bijlage 1 van titel 1 van het Vlarem (doe opgave van door U gewenste functie (s)): 3 BEHAALDE DIPLOMA S VAN DE AANVRAGER: A. Behaalde diploma s en/ of getuigschriften (naam van de onderwijsinstelling, aard van het diploma, datum van uitreiking). (afschriften als bijlage bij te voegen) B. Bent U houder van een diploma of getuigschrift bekomen na het volgen een erkende cursus aanvullende vorming voor milieucoördinatoren (artikel van titel 2 van het Vlarem ). (afschriften als bijlage bij te voegen) 4 KENNIS EN ERVARING VAN DE AANVRAGER: A. OMSCHRIJF UW KENNIS VAN DE MILIEUWETGEVING EN - REGLEMENTERING ALSMEDE VAN DE AANPAK VAN DE TECHNISCHE PROBLEMEN DIE KUNNEN RIJZEN INZAKE MILIEU. Doe in dit verband ondermeer opgave van: - publicaties; - aard van de reeds uitgevoerde wetenschappelijke onderzoeken inzake milieu; - medewerking aan de uitwerking van richtlijnen, reglementeringen en aanbevelingen (regionaal, nationaal, internationaal); - verworven ervaring; - eventueel andere... (als bijlage bij te voegen) B. GEEF EEN OMSTANDIGE OMSCHRIJVING VAN DE AARD VAN DE INRICHTINGEN WAARVOOR U ZICH OP HET VLAK VAN DE TOEPASSING VAN DE MILIEUREGLEMENTERING REEDS HEEFT INGEZET: (als bijlage lijst bijvoegen) 24

E R K E N N I N G M E R - D E S K U N D I G E A A N V R A A G F O R M U L I E R

E R K E N N I N G M E R - D E S K U N D I G E A A N V R A A G F O R M U L I E R Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Leefmilieu en Infrastructuur Administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer Afdeling Algemeen Milieu- en Natuurbeleid, Milieueffectrapportage Graaf

Nadere informatie

Het inrichtingenbegrip in Vlaanderen. Naam: Steven Betz Functie:Adviseur milieu & ruimtelijke ordening Datum: 22 april 2016

Het inrichtingenbegrip in Vlaanderen. Naam: Steven Betz Functie:Adviseur milieu & ruimtelijke ordening Datum: 22 april 2016 Het inrichtingenbegrip in Vlaanderen Naam: Steven Betz Functie:Adviseur milieu & ruimtelijke ordening Datum: 22 april 2016 Juridische kader BELGIË 8 augustus 1980 : Bijzondere wet tot hervorming van de

Nadere informatie

De VLAAMSE RAAD heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt:

De VLAAMSE RAAD heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt: De VLAAMSE RAAD heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt: Artikel 1 Dit decreet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet. Artikel 2 Het decreet van 5 april

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT BIJLAGE 3. Meldingsformulier inzake de exploitatie van een klasse 3 inrichting, de verandering van een inrichting of de overname van een inrichting door een andere exploitant (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)

Nadere informatie

BEVOEGDHEDEN VAN HET COMITE PBW OP GROND VAN DIVERSE WETGEVINGEN Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid

BEVOEGDHEDEN VAN HET COMITE PBW OP GROND VAN DIVERSE WETGEVINGEN Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid Bijlage 4 BEVOEGDHEDEN VAN HET COMITE PBW OP GROND VAN DIVERSE WETGEVINGEN 1. Leefmilieu wetgeving 1.1. Voorafgaand akkoord 1.1.1. Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-140917 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

BRONNEN VAN HET MILIEURECHT BEVOEGDHEIDSVERDELING INZAKE MILIEUBELEID HOOFDSTUK I. INLEIDING 3

BRONNEN VAN HET MILIEURECHT BEVOEGDHEIDSVERDELING INZAKE MILIEUBELEID HOOFDSTUK I. INLEIDING 3 INHOUDSOPGAVE DEEL I. BRONNEN VAN HET MILIEURECHT BEVOEGDHEIDSVERDELING INZAKE MILIEUBELEID HOOFDSTUK I. INLEIDING 3 HOOFDSTUK II. DE BRONNEN VAN HET (MILIEUHYGIËNE) RECHT 4 1. Overzicht 4 2. Kenbronnen

Nadere informatie

2 Postgraduaten KHLim + 2 getuigschriften Departement Leefmilieu, Natuur en Energie - Afdeling Milieuvergunningen

2 Postgraduaten KHLim + 2 getuigschriften Departement Leefmilieu, Natuur en Energie - Afdeling Milieuvergunningen 2 Postgraduaten KHLim + 2 getuigschriften Departement Leefmilieu, Natuur en Energie - Afdeling Milieuvergunningen Milieucoördinator B: lesrooster september december (2 dagen per week + eindwerk ): 25 studiepunten

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-03022009 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 van titel I van het VLAREM) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE. 1. Exploitant (ingeval van overname: de overnemer)

(artikelen 2, 5 en 42 van titel I van het VLAREM) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE. 1. Exploitant (ingeval van overname: de overnemer) MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 van titel I van

Nadere informatie

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST 1) Omschrijving van de arbeidsovereenkomst Artikel 3 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 VLAREM-03-140917 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer indieningsdatum Waarvoor dient dit formulier?

Nadere informatie

Op de voordracht van de Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer,

Op de voordracht van de Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer, MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST 5 MAART 1998. Besluit van de Waalse Regering tot vervanging van de artikelen 279 à 283 van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedebouw en Patrimonium De Waalse

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen straat en nummer Dorpsstraat 99 postnummer en gemeente 2940 Stabroek

Nadere informatie

Oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk

Oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk Oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk Inleiding Krachtens de welzijnswet dient elke werkgever een interne dienst voor preventie en bescherming op

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

1 Decreet : het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap;

1 Decreet : het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap; 25 MAART 1997. - Besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap. HOOFDSTUK

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING Zitting 2008-2009 18 februari 2009 ONTWERP VAN DECREET betreffende de organisatie en erkenning van toeristische samenwerkingsverbanden TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING Zie: 1853 (2008-2009)

Nadere informatie

Wet van 2 oktober 2017 vergunning voor het exploiteren van een onderneming voor camerasystemen.

Wet van 2 oktober 2017 vergunning voor het exploiteren van een onderneming voor camerasystemen. Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Veiligheid en Preventie Directie Private Veiligheid Aan de ondernemingen voor camerasystemen Uw contactpersoon T Uw referentie Bijlagen 02

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-26062008 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

Art. 33 van de WZW verplicht elke WG een IDPBW op te richten, waarin minstens één PAwerknemer

Art. 33 van de WZW verplicht elke WG een IDPBW op te richten, waarin minstens één PAwerknemer Nr. 910 Brussel, 12 januari 2010 BETREFT: MOGELIJKHEID VOOR MEERDERE WERKGEVERS TOT OPRICHTING VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE INTERNE DIENST VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK (GIDPBW). 1. Wetgeving

Nadere informatie

Doel van het formulier

Doel van het formulier TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN HET FORMULIER VOOR HET VERZOEK TOT BIJSTELLING OF DE VRAAG TOT AFWIJKING VAN DE MILIEUVOORWAARDEN DIE GELDEN VOOR EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT Dit document geeft

Nadere informatie

MLAV1/ /MV/lydr.

MLAV1/ /MV/lydr. /MV/lydr. OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE N.V. BASF ANTWERPEN MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF (SUPER ABSORBER POLYMEER - SAP), GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, SCHELDELAAN 600 - HAVEN 725. De bestendige

Nadere informatie

IV.4 PA/E/S IBO MB Dit is een gecoördineerde versie. De datum van de laatste versie is steeds de datum van het laatste wijzigingsbesluit

IV.4 PA/E/S IBO MB Dit is een gecoördineerde versie. De datum van de laatste versie is steeds de datum van het laatste wijzigingsbesluit Ministerieel besluit van 12 juni 2001 houdende vaststelling van de procedure tot het verlenen, het verlengen, het weigeren of het intrekken van een principieel akkoord, een erkenning en subsidiëring van

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten

Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten Bron : Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten

Nadere informatie

DECREET STRATEGISCHE ADVIESRADEN goedgekeurd door het Vlaams Parlement op 9 juli 2003 HOOFDSTUK I. Definities en toepassingsgebied.

DECREET STRATEGISCHE ADVIESRADEN goedgekeurd door het Vlaams Parlement op 9 juli 2003 HOOFDSTUK I. Definities en toepassingsgebied. DECREET STRATEGISCHE ADVIESRADEN goedgekeurd door het Vlaams Parlement op 9 juli 2003 HOOFDSTUK I Definities en toepassingsgebied Artikel 1 Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Nadere informatie

AANVRAAG TOT ERKENNING ALS OPHALER VAN GEVAARLIJKE AFVALSTOFFEN, AFVALOLIEN EN/OF PCB/PCT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGLEMENTERING

AANVRAAG TOT ERKENNING ALS OPHALER VAN GEVAARLIJKE AFVALSTOFFEN, AFVALOLIEN EN/OF PCB/PCT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGLEMENTERING AANVRAAG TOT ERKENNING ALS OPHALER VAN GEVAARLIJKE AFVALSTOFFEN, AFVALOLIEN EN/OF PCB/PCT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Aanwijzingen betreffende het opstellen van de dossiers REGLEMENTERING DE

Nadere informatie

Aanvraag van een planologisch attest

Aanvraag van een planologisch attest Bijlage I Model I Aanvraag van een planologisch attest AFDELINGSCODE- (Vul hier het adres in van de gedelegeerd planologisch ambtenaar) In te vullen door de behandelende afdeling ontvangstdatum Bezorg

Nadere informatie

12 DECEMBER Wet tot vaststelling van de arbeidsduur. van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen,

12 DECEMBER Wet tot vaststelling van de arbeidsduur. van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen, 12 DECEMBER 2010. - Wet tot vaststelling van de arbeidsduur van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen, kandidaat-geneesheren in opleiding, kandidaat-tandartsen in opleiding en studenten-stagiairs

Nadere informatie

Elia System Operator NV

Elia System Operator NV GELIEVE UITERLIJK OP WOENSDAG 15 MEI 2013: - HETZIJ EEN EXEMPLAAR VAN HET FORMULIER PER FAX AAN DE VENNOOTSCHAP OVER TE MAKEN (+32 2 546 71 60 ter attentie van de heer Gregory Pattou) EN VERVOLGENS HET

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Koninklijk besluit van 15 februari 2005 betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon Bron : Koninklijk besluit van 15

Nadere informatie

Bescherming van stagiairs

Bescherming van stagiairs 21 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit betreffende de bescherming van stagiairs (1) Belgisch Staatsblad 4 oktober 2004 Gewijzigd door : KB van 30/09/05 BS van 13/10/05 KB van 02/06/06 BS van 17/07/06

Nadere informatie

INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN (I.A.B.)

INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN (I.A.B.) INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN (I.A.B.) Instituut opgericht bij wetten van 21 februari 1985 en van 22 april 1999 Belgisch Staatsblad van 28 februari 1985 en 11 mei 1999 Zetel:

Nadere informatie

GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT

GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT Dit Reglement regelt de modaliteiten inzake het aanbieden van een Collectieve Verzekering vrijwilligerswerk, gefinancierd met middelen van de Vlaamse Overheid,

Nadere informatie

Ieder advocaat stelt vrij zijn jaarlijks vormingsprogramma samen. Het volgen van activiteiten van permanente vorming levert punten op.

Ieder advocaat stelt vrij zijn jaarlijks vormingsprogramma samen. Het volgen van activiteiten van permanente vorming levert punten op. ORDE VAN VLAAMSE BALIES REGLEMENT INZAKE PERMANENTE VORMING Artikel 1 Permanente vorming is een deontologische plicht voor ieder advocaat. Permanente vorming in de zin van dit reglement betekent zich op

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen MLVER-2011-0104/ELSL/kadc BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN NV COLOMBUS-HTC, BVBA AFVALSTOFFEN

Nadere informatie

INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN

INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN AANVRAAG TOT TOEGANG TOT HET BEKWAAMHEIDSEXAMEN OP BASIS VAN TEN MINSTE ZEVEN JAAR ERVARING MET HET OOG OP DE VERKRIJGING VAN DE HOEDANIGHEID VAN

Nadere informatie

ERKENNING ALS EXAMENCENTRUM KOELTECHNIEK

ERKENNING ALS EXAMENCENTRUM KOELTECHNIEK ERKENNING ALS EXAMENCENTRUM KOELTECHNIEK LEEFMILIEU BRUSSEL - BIM Afdeling Vergunningen en Partnerschappen THURN & TAXIS-site Havenlaan 86C bus 3000 1000 Brussel E-mail : permit_agr@leefmilieu.brussels

Nadere informatie

24 APRIL 2013. - Ministerieel besluit. tot vaststelling van de criteria voor erkenning. waarbij de beoefenaars van de verpleegkunde

24 APRIL 2013. - Ministerieel besluit. tot vaststelling van de criteria voor erkenning. waarbij de beoefenaars van de verpleegkunde 24 APRIL 2013. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de criteria voor erkenning waarbij de beoefenaars van de verpleegkunde gemachtigd worden de bijzondere beroepstitel te dragen van verpleegkundige

Nadere informatie

BESLUIT VAN DE VLAAMSE REGERING VAN 17 MAART 1998

BESLUIT VAN DE VLAAMSE REGERING VAN 17 MAART 1998 BESLUIT VAN DE VLAAMSE REGERING VAN 17 MAART 1998 tot vaststelling van de regels voor het verlenen van de voorafgaande vergunning, bedoeld in artikel 10 van de decreten inzake voorzieningen voor bejaarden,

Nadere informatie

15 DECEMBER Koninklijk besluit. houdende uitvoering van de artikels 13 tot en met 17. van de wet op de ziekenhuizen, zoals gecoördineerd

15 DECEMBER Koninklijk besluit. houdende uitvoering van de artikels 13 tot en met 17. van de wet op de ziekenhuizen, zoals gecoördineerd 15 DECEMBER 1987. - Koninklijk besluit houdende uitvoering van de artikels 13 tot en met 17 van de wet op de ziekenhuizen, zoals gecoördineerd door het koninklijk besluit van 7 augustus 1987. BS 25/12/1987in

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg

Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg Codex over het welzijn op het werk Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg Titel 2. De gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk Omzetting in Belgisch

Nadere informatie

Vlaamse regering. Besluit van de Vlaamse regering betreffende de bevoegdheid, de samenstelling en de werking van de Vlaamse Havencommissie

Vlaamse regering. Besluit van de Vlaamse regering betreffende de bevoegdheid, de samenstelling en de werking van de Vlaamse Havencommissie Vlaamse regering Besluit van de Vlaamse regering betreffende de bevoegdheid, de samenstelling en de werking van de Vlaamse Havencommissie DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 27 juni 1985 op de

Nadere informatie

Extracten van het wetboek van vennootschappen

Extracten van het wetboek van vennootschappen Extracten van het wetboek van vennootschappen Art. 533bis. [ 1 1. De oproepingen tot de algemene vergadering van een vennootschap waarvan de aandelen zijn toegelaten tot de verhandeling op een markt als

Nadere informatie

Afdeling 1. Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

Afdeling 1. Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Koninklijk besluit van 27 oktober 2009 betreffende de oprichting van een gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk (B.S. 16.11.2009) Afdeling 1. Definities Artikel 1.-

Nadere informatie

oprichting van de Gegevensbeschermingsautoriteit, Advies nr. 126/2018 van 7 november 2018

oprichting van de Gegevensbeschermingsautoriteit, Advies nr. 126/2018 van 7 november 2018 1/6 Advies nr. 126/2018 van 7 november 2018 Betreft: Advies betreffende het ontwerp besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 september

Nadere informatie

BOEKHOUDKUNDIGE BEDIENDE KAN NU OOK LID VAN HET BIBF WORDEN

BOEKHOUDKUNDIGE BEDIENDE KAN NU OOK LID VAN HET BIBF WORDEN BOEKHOUDKUNDIGE BEDIENDE KAN NU OOK LID VAN HET BIBF WORDEN Na bijna tien jaar is het eindelijk zover : een boekhouder die uitsluitend in loondienst of die in overheidsdienst werkt, kan voortaan ook op

Nadere informatie

INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN

INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN INSTITUUT VAN DE ACCOUNTANTS EN DE BELASTINGCONSULENTEN AANVRAAG TOT TOEGANG TOT HET BEKWAAMHEIDSEXAMEN OP BASIS VAN TEN MINSTE ZEVEN JAAR ERVARING MET HET OOG OP DE VERKRIJGING VAN DE HOEDANIGHEID VAN

Nadere informatie

Ontwerp van decreet ( ) Nr maart 2014 ( ) stuk ingediend op

Ontwerp van decreet ( ) Nr maart 2014 ( ) stuk ingediend op stuk ingediend op 2413 (2013-2014) Nr. 3 19 maart 2014 (2013-2014) Ontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 13 juli 2007 houdende bevordering van een meer evenwichtige participatie van vrouwen

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Koninklijk besluit van 15 februari 2005 betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon Bron : Koninklijk besluit van 15

Nadere informatie

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122.

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122. de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 35 88 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Mededeling Brussel, 2 juni 2017 Kenmerk: NBB_2017_18 uw correspondent:

Nadere informatie

Gecoördineerde tekst:

Gecoördineerde tekst: Gecoördineerde tekst: Decreet van 27 oktober 1998 houdende de erkenning en subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur (B.S.22-12-1998) Decreet

Nadere informatie

CIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn

CIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn Prudentieel beleid Brussel, 20 juni 2007 CIRCULAIRE PPB-2007-8-CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn (circulaire aan de kredietinstellingen, de beleggingsondernemingen,

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING

REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING DE PROVINCIERAAD VAN WEST-VLAANDEREN Gelet op artikel 2 en artikel 42 van het Provinciedecreet; Overwegende

Nadere informatie

Vrijwilliger : elke natuurlijke persoon die vrijwilligerswerk verricht.

Vrijwilliger : elke natuurlijke persoon die vrijwilligerswerk verricht. BIJLAGE Bijlage nr. 1 Reglement vrijwilligersverzekering Artikel 1.- Binnen de perken van de in het verdelingsplan van de nationale Loterij voorziene subsidies, biedt de Vlaamse Gemeenschapscommissie een

Nadere informatie

21 APRIL Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regelen voor erkenning van artsen-specialisten en van huisartsen

21 APRIL Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regelen voor erkenning van artsen-specialisten en van huisartsen 21 APRIL 1983. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regelen voor erkenning van artsen-specialisten en van huisartsen BS 27/04/1983 in voege 07/05/1983 Gewijzigd door: KB 08-08-1984 BS 07/09/1984

Nadere informatie

Goedkeuring te hechten aan het hiernavolgende Algemeen reglement Toelagen Gemeentebestuur Schoten.

Goedkeuring te hechten aan het hiernavolgende Algemeen reglement Toelagen Gemeentebestuur Schoten. Besluit: Enig artikel Goedkeuring te hechten aan het hiernavolgende Algemeen reglement Toelagen Gemeentebestuur Schoten. Algemeen reglement Toelagen Gemeentebestuur Schoten DEEL I: ALGEMEEN Art. 1 Het

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de inspectie van Financiën, gegeven op 21 augustus 2017;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de inspectie van Financiën, gegeven op 21 augustus 2017; Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de procedure tot toekenning of weigering van de vergunning als private uitbetalingsactor voor de uitbetaling van toelagen in het kader van het gezinsbeleid

Nadere informatie

Belgisch Staatsblad dd

Belgisch Staatsblad dd VLAAMSE OVERHEID [C 2016/35806] 22 APRIL 2016. Besluit van de Vlaamse Regering houdende de goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Vlaamse Hoge Handhavingsraad voor Ruimte en Milieu, vermeld

Nadere informatie

Belgisch Staatsblad d.d VLAAMSE OVERHEID

Belgisch Staatsblad d.d VLAAMSE OVERHEID VLAAMSE OVERHEID N. 2007 408 [C 2007/35010] 8 DECEMBER 2006. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg

Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg Codex over het welzijn op het werk Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg Titel 5. De externe diensten voor technische controles op de werkplaats Omzetting in Belgisch recht van de Europese

Nadere informatie

www.weerwerkpremie.be

www.weerwerkpremie.be www.weerwerkpremie.be Handleiding bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2005 Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 6/2005 Inhoud Woord vooraf 2 1. Op wie is de maatregel van toepassing? 3

Nadere informatie

ADVIES DIENST REGULERING

ADVIES DIENST REGULERING DIENST REGULERING ADVIES DR-061117-51 betreffende de aanvraag van een leveringsvergunning door de naamloze vennootschap SPE ten gevolge van haar overname van de naamloze vennootschappen Luminus, ALG Négoce

Nadere informatie

Besluit van de Bestendige Deputatie

Besluit van de Bestendige Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig Marc De Buck, wnd. voorzitter Besluit van de Bestendige Deputatie Alexander Vercamer, Ivan Verleyen, Frans Van Gaeveren, Jean-Pierre Van Der Meiren, Carina

Nadere informatie

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur VLAAMS PARLEMENT DECREET houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur HOOFDSTUK I Algemene bepalingen Artikel 1

Nadere informatie

p r o v i n c i e Limburg

p r o v i n c i e Limburg p r o v i n c i e Limburg D i r e c t i e Ruimte D i e n s t Milieuvergunningen De deputatie van de provincie Limburg Gelet op de mededeling van verandering van KONINGS JUICES & DRINKS bvba, Sint-Truidersteenweg

Nadere informatie

VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de samenstelling, de werking en de opdrachten van

Nadere informatie

GIDS M.B.T. DE GEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN SOLVAY NV OP 8 MEI 2012

GIDS M.B.T. DE GEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN SOLVAY NV OP 8 MEI 2012 GIDS M.B.T. DE GEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN SOLVAY NV OP 8 MEI 2012 Deze Gids is opgesteld met als doel om bepaalde nieuwe bepalingen toe te lichten die van toepassing zijn op de volgende gewone algemene

Nadere informatie

AANVRAAG TOT INSCHRIJVING OP HET TABLEAU VAN DE INTERNE BOEKHOUDERS BIBF

AANVRAAG TOT INSCHRIJVING OP HET TABLEAU VAN DE INTERNE BOEKHOUDERS BIBF PASFOTO (geen nietjes) Ik, ondergetekende: vraag in toepassing van artikel 52 ter van de Wet van 22 april 1999 mijn inschrijving op het tableau van de interne boekhouders, zoals bijgehouden door het Beroepsinstituut

Nadere informatie

TITEL I OPRICHTING VAN EEN INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP "INTERNE AUDIT VAN DE VLAAMSE ADMINISTRATIE"

TITEL I OPRICHTING VAN EEN INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP INTERNE AUDIT VAN DE VLAAMSE ADMINISTRATIE Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Interne Audit van de Vlaamse Administratie en tot omvorming van het auditcomité van de Vlaamse Gemeenschap tot het

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie Directie Leefmilieu dienst Milieu- en natuurvergunningen aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt,

Nadere informatie

In dit algemeen reglement hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis.

In dit algemeen reglement hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis. Algemeen reglement betreffende het opleggen van een administratieve geldboete bij inbreuken op het stilstaan en parkeren en op de verkeersborden C3 en F103 vastgesteld met automatisch werkende toestellen

Nadere informatie

BESLUIT van de VLAAMSE REGERING van 15 SEPTEMBER 1998 betreffende de adviserende beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden

BESLUIT van de VLAAMSE REGERING van 15 SEPTEMBER 1998 betreffende de adviserende beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden BESLUIT van de VLAAMSE REGERING van 15 SEPTEMBER 1998 betreffende de adviserende beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden (B.S. 19.II.1999) Art. 1. HOOFDSTUK I. DEFINITIES Voor de toepassing

Nadere informatie

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST 10 NOVEMBER 1997. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van regels inzake de organisatie van de toegang, bij bepaalde gewestelijke

Nadere informatie

FAQ. Sleutelwoorden Vragen Antwoord A. ALGEMEEN

FAQ. Sleutelwoorden Vragen Antwoord A. ALGEMEEN FAQ Algemene uitvoeringsbepalingen van de maatregelen ten gunste van de tewerkstelling van jongeren in sociaal profitsector voortspruitend uit de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact

Nadere informatie

WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST. Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer

WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST. Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer ONTSTAAN ERKENNING Decretale basis zit sinds 1 januari 1997 vervat

Nadere informatie

Wet van 20 december 2002 betreffende de bescherming van de preventieadviseurs (B.S. 20.1.2003)

Wet van 20 december 2002 betreffende de bescherming van de preventieadviseurs (B.S. 20.1.2003) Wet van 20 december 2002 betreffende de bescherming van de preventieadviseurs (B.S. 20.1.2003) Artikel 1.- Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet. Hoofdstuk 1.- Toepassingsgebied,

Nadere informatie

4 lokale PPS-projecten : PPS-projecten van de lokale besturen en van de ervan afhangende rechtspersonen;

4 lokale PPS-projecten : PPS-projecten van de lokale besturen en van de ervan afhangende rechtspersonen; PPS Decreet 18 JULI 2003. - Decreet betreffende Publiek-Private Samenwerking. Publicatie : 19-09-2003 Inwerkingtreding : 29-09-2003 Inhoudstafel HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen. Art. 1-2 HOOFDSTUK II.

Nadere informatie

De Omgevingsvergunning

De Omgevingsvergunning De Omgevingsvergunning Een overzicht Rita Agneessens 09.02.2017 1. Doelstelling 2. Wetgevend kader 3. Toepassingsgebied 4. Bevoegde overheid 5. Vergunningsprocedures 2 procedures Eerste aanleg Beroep Overzicht

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode

Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. In dit besluit

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 13 JULI 2000. - Ministerieel besluit tot bepaling van de diploma's van een opleiding ruimtelijke ordening die voldoen om te kunnen worden aangesteld als ambtenaar

Nadere informatie

Leidraad voor het indienen van een aanvraag voor structurele subsidiëring of erkenning als landelijk georganiseerde jeugdvereniging

Leidraad voor het indienen van een aanvraag voor structurele subsidiëring of erkenning als landelijk georganiseerde jeugdvereniging Agentschap Sociaal-Cultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen Afdeling Jeugd Arenbergstraat 9 1000 Brussel E-mail: subsidiedossierjeugd@cjsm.vlaanderen.be Leidraad voor het indienen van een aanvraag voor

Nadere informatie

Advies van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 19 januari 2015

Advies van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 19 januari 2015 Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt Publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 19 B-1000 Brussel Gratis telefoon

Nadere informatie

Gemeente Rijkevorsel HUISHOUDELIJK REGLEMENT CULTUURRAAD

Gemeente Rijkevorsel HUISHOUDELIJK REGLEMENT CULTUURRAAD p/a Molenstraat 5 2310 Rijkevorsel Gemeente Rijkevorsel HUISHOUDELIJK REGLEMENT CULTUURRAAD Goedgekeurd door de cultuurraad op 26 november 2008. Goedgekeurd op de Gemeenteraad van 17 december 2008 Hoofdstuk

Nadere informatie

16 FEBRUARI Ministerieel besluit. tot vaststelling van de criteria voor erkenning

16 FEBRUARI Ministerieel besluit. tot vaststelling van de criteria voor erkenning 16 FEBRUARI 2012. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de criteria voor erkenning waarbij de beoefenaars van de verpleegkunde gemachtigd worden de bijzondere beroepstitel te dragen BS 13/03/2012

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het koninklijk besluit van 10 juli 2006 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van categorie B;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het koninklijk besluit van 10 juli 2006 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van categorie B; Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 mei 2004 betreffende de voorwaarden voor erkenning van scholen voor het besturen van motorvoertuigen en het koninklijk besluit

Nadere informatie

A D V I E S Nr

A D V I E S Nr A D V I E S Nr. 1.371 ------------------------------ Onderwerp : Ontwerp van koninklijk besluit betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot

Nadere informatie

Art. 3. De hoofdgeneesheer dient over de mogelijkheden te beschikken om de kwaliteitszorg in het ziekenhuis te bevorderen.

Art. 3. De hoofdgeneesheer dient over de mogelijkheden te beschikken om de kwaliteitszorg in het ziekenhuis te bevorderen. Koninklijk besluit van 15 december 1987 houdende uitvoering van de artikels 13 tot en met 17 van de wet op de ziekenhuizen, zoals gecoördineerd door het koninklijk besluit van 7 augustus 1987. (B.S. 25.12.1987)

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

(van toepassing vanaf ) HOOFDSTUK I. - Definities.

(van toepassing vanaf ) HOOFDSTUK I. - Definities. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 januari 1999 betreffende het verlaagd tarief van de successierechten in geval van overdracht van kleine en middelgrote ondernemingen (van toepassing

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET. tot regeling van het handhavingsbeleid in de toeristische logiessector TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

ONTWERP VAN DECREET. tot regeling van het handhavingsbeleid in de toeristische logiessector TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING Zitting 2006-2007 4 juli 2007 ONTWERP VAN DECREET tot regeling van het handhavingsbeleid in de toeristische logiessector TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING Zie: 1208 (2006-2007) Nr. 1: Ontwerp

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur SoCompact Van Eeckhoutte, Taquet & Clesse www.bellaw.be Onderwerp Startbaanverplichting kan verlicht worden door het aanbieden van stageplaatsen Datum 5 maart 2010 Copyright and disclaimer Gelieve

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 29 april 1999 betreffende de erkenning van externe diensten voor technische controles op de werkplaats (B.S. 2.9.

Koninklijk besluit van 29 april 1999 betreffende de erkenning van externe diensten voor technische controles op de werkplaats (B.S. 2.9. Koninklijk besluit van 29 april 1999 betreffende de erkenning van externe diensten voor technische controles op de werkplaats (B.S. 2.9.1999) Gewijzigd bij: (1) koninklijk besluit van 28 augustus 2002

Nadere informatie

Gelet op het Jachtdecreet van 24 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 7, 11 en 12;

Gelet op het Jachtdecreet van 24 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 7, 11 en 12; 1 december 1998 - Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de voorwaarden waaronder afzonderlijke jachtterreinen vrijwillig tot grotere beheereenheden kunnen worden samengevoegd en van

Nadere informatie

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Advies BRUGEL-ADVIES-081023-66 betreffende de toekenning van een leveringsvergunning voor gas in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 1025 GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE N. 2008 92 VLAAMSE OVERHEID [C 2007/37387]

Nadere informatie

Aanvraag van een erkenning als exploitant van hout: rechtspersoon

Aanvraag van een erkenning als exploitant van hout: rechtspersoon Aanvraag van een erkenning als exploitant van hout: rechtspersoon ANB-35-150609 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

VLAREL Opleidingscentra vloeibare brandstof, gasvormige brandstof, verwarmingsaudit (> 100 kw), controle en onderhoud stookolietanks.

VLAREL Opleidingscentra vloeibare brandstof, gasvormige brandstof, verwarmingsaudit (> 100 kw), controle en onderhoud stookolietanks. VLAREL Opleidingscentra vloeibare brandstof, gasvormige brandstof, verwarmingsaudit (vermogen > 100 kw), controle en onderhoud stookolietanks. Wilfried Huybrechts (Afdeling Milieuvergunningen) VLAREL Opleidingscentra

Nadere informatie