Rem- en slipgedrag (3)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Rem- en slipgedrag (3)"

Transcriptie

1 Rem- en slipgedrag (3) E. Gernaat (ISBN ) 1 Asbelasting, remkracht en remkrachtverdeling 1.1 Remkrachten en remkoppels We bekijken nu de natuurkundige principes waarop het remmen is gebaseerd 1. In de rekenvoorbeelden maken we gebruik van een standaard-auto met de volgende gegevens (fig. 1): Voertuigmassa 1 kg (Gewicht 1. N); Wielbasis 25 mm (2,5 m); Zwaartepuntligging: zh = 1 mm (1m), zv = 6 mm (,6m); Belaste straal wielen: rb = 3 mm (,3m). Figuur 1: De gegevens van het standaardvoertuig Tijdens het remmen neemt de voertuigsnelheid af. Er is sprake van een verandering van beweging. Volgens de natuurkunde (Newton) is hiervoor een kracht nodig. Er geldt: 1. Op dit werk is de Creative Commons Licentie van toepassing 1

2 Fr = m x a waarin Fr de remkracht in Newton, m de massa in kg van het voertuig en a de vertraging in m/s 2 voorstelt. Om met een auto van 1 kg massa een vertraging van 4 m/s 2 te bereiken hebben we dus een remkracht nodig van 4 N. De wrijvingskracht tussen band- en wegdek moet echter deze remkracht leveren. Hiervoor geldt: Fw = Fn x µ Fw (N) is de wrijvingskracht, Fn (N) is het gewicht van het voertuig en µ is de wrijvingscoëfficiënt tussen band en wegdek. Er geldt dus: Fr = Fw (remkracht = wrijvingskracht) Vanuit de vorige formules ingevuld geeft dit: m x a = Fn x µ Zie hiervoor (fig. 2). Verder mag bekend worden verondersteld dat de aarde Figuur 2: De remkracht als wrijvingskracht moet gelijk zijn aan de kracht die nodig is om de voertuigmassa te vertragen. trekt aan een zekere hoeveelheid massa in de relatie: Fn = m x g waarin g de aantrekkingskracht van de aarde is, die gemakshalve op 1 m/s 2 (1 g) wordt gesteld. Ons voertuig met een massa van 1 kg weegt dus op aarde 1. N. Wanneer nu het gewicht 1 x zo groot is als massa, dan zal µ wel 1 x zo klein moeten zijn als a. Er was immers gesteld: m x a = Fn x µ Wanneer we dus willen afremmen met een vertraging van 4 m/s 2 dan is hiervoor een wrijvingscoëfficiënt van,4 nodig of andersom wanneer een wrijvingscoëfficiënt van,9 beschikbaar is dat we dan met 9 m/s 2 kunnen remmen. Het 2

3 remproces begint omdat de bestuurder binnen een bepaalde afstand tot stilstand wenst te komen. Ook kan men zeggen dat de bestuurder een bepaalde remvertraging wenst waarvoor een zekere remkracht (m x a) nodig is. De remkracht moet uiteindelijk door de banden worden opgebracht en het is logisch dat elke band een gedeelte van de remkracht opbrengt. In ons voorbeeld hadden we 4 N remkracht nodig om met een vertraging van 4 m/s 2 te remmen. Wanneer de gewichtsverdeling in de omschreven situatie van de auto 7 : 3 is dan zal een gewicht van 7 N op de vooras drukken en 3 N op de achteras. Bij de gestelde noodzakelijke wrijvingscoëfficiënt van,4 zal de vooras 7 N x,4 = 28 N aan remkracht moeten leveren en de achteras 3 N x,4 = 12 N. Per wiel zal dat dan 14 N resp. 6 N moeten worden. Totaal in elk geval 4 N. De remkrachten zullen overeenkomstig het gewicht op de wielen worden verdeeld (fig. 3). Figuur 3: Bij een vertraging van 4 m/s 2 is de remkrachtverdeling: voor 28 N en achter 12 N 1.2 Het opbrengen van de remkrachten door het remsysteem Om aan de genoemde remkrachten te komen zullen de wielen moeten worden afgeremd. Er is immers een zekere slip nodig om de vereiste wrijvingscoëfficiënt (µ) van,4 in ons voorbeeld te krijgen. Het afremmen van de wielen geschiedt door het remsysteem. De remschijf of trommel dient een remkoppel op te wekken dat overeenkomt met het remkoppel aan het wiel. Per wiel geldt: remkoppel (M) = remkracht (Fw) x belaste wielstraal (rb) Voor: (28 N / 2) x,3 m = 42 Nm (berekening per wiel) Achter: (12 N / 2) x,3 m = 18 Nm 3

4 Wanneer we uitgaan van een remschijf met een straal van,15 m voor alle wielen dan zal de totale remwrijvingskracht van de schijf per wiel resp: 42 Nm /,15 m = 28 N voor en 18 Nm /,15 m = 12 N achter moeten bedragen (fig. 4). Bij dubbele remblokken komen we dan per schijfkant 35 N u=,4 35 N rb,3 m 28 N,15 m 14 N 14 N 14 N Figuur 4: Het noodzakelijke remkoppel aan het wiel moet worden opgebracht door het remkoppel aan de schijf. aan 14 N resp. 6 N. Bij een µ van,4 tussen de remblokken en schijf betekent dit een aandrukkracht van (Fw = µ x Fn): 14 N /,4 = 35 N voor resp. 6 /,4= 15 N achter Bij een diameter van de remzuigers van 4 mm voor zal dit een remdruk moeten geven van: 35 N / 1 4 π42 = 279 N/cm 2 of 27,9 bar Dit betekent dat (bij een eenvoudig remsysteem) de remdruk achter ook 27,9 bar bedraagt. Om de vereiste aandrukkracht achter te krijgen zal dan de oppervlakte A achter van de remzuigers Opp (A) = 15 N / 279 N/cm 2 (Opp x druk = kracht) A = 5,38 cm 2 moeten worden of een diameter van 26,2 mm (bij eenzelfde diameter remschijf). Om dit rekenen te vereenvoudigen geeft de remmenfabrikant (gelukkig) de overbrengverhouding weer van de remschijf. Deze bedraagt bijv. 2 Nm/bar. Wanneer we weten dat het vereiste remkoppel 42 N/m is dan zal de bestuurder het systeem op een druk van 42 Nm / 2 Nm/bar = 21 bar moeten brengen. Nu is tijdens het remmen de druk in het remsysteem -in principe- 4

5 overal gelijk. Voor de achterwielen moeten we dus naar een schijf- of trommelremsysteem met een aangepaste overbrengverhouding. In deze situatie is de benodigde overbrengverhouding van de schijf achter: 18 Nm / 21 bar = 9 Nm/bar. Wanneer we de afmetingen van de schijf gelijkhouden dan zal het verschil verkregen moeten worden vanuit de opp. van de remzuigers. 1.3 Remkrachtverdeling In het rekenvoorbeeld zijn we uitgegaan van een bepaalde gewichtsverhouding tussen de voor- en achteras. Verder hebben we de remkrachten aan de wielen uitgerekend voor een vertraging van 4 m/s 2. We voeren nu dezelfde berekening uit voor een vertraging van t/m 1 m/s 2 bij onze gegeven auto met een gewicht van 1. N verdeeld over de voor- en achteras in de verhouding 7:3. De tabel van fig. 5 geeft het resultaat weer. Controleer dit. Deze remkrachtver- Figuur 5: Overzicht van de remkrachten voor een vertraging van t/m 1 m/s 2. deling kunnen we in een grafiek zetten volgens fig. 6. Dit is de grafiek van de zgn. statische remkrachtverdeling. Helaas wordt ten gevolge van het duikeffect van de auto alles ingewikkelder. 1.4 Statische en dynamische as(wiel)belasting In het voorgaande hebben we een zekere gewichtverdeling tussen de vooras en de achteras aangenomen. Wanneer we echter het zwaartepunt van het voertuig weten dan kan de asbelasting bij stilstaand voertuig de zgn. statische asbelasting worden uitgerekend. Omgekeerd kan dit natuurlijk ook: Wanneer we het 5

6 m/s2 Frem achter (N) Frem voor (N) Figuur 6: Statische remkrachtenverdeling waarbij uitgegaan wordt dat de gewichtverhouding voor en achter gelijk blijft. gewicht van de vooras en de achteras weten dan kan de horizontale zwaartepuntsligging worden bepaald. We doen dit met behulp van de drie evenwichtsvoorwaarden nl.: de som van de horizontale krachten is nul; de som van de verticale krachten is nul; de som van de momenten is nul. Omdat de auto (nog) niet in beweging is zijn er geen horizontale krachten aanwezig. Van de verticale krachten weten we: Gewicht auto (N) = Fn voor + Fn achter of + Gewicht auto (N) - Fn voor - Fn achter = We gaan dan uit van tegengestelde krachten. Ook de som van de momenten is gelijk aan nul. De relatie tussen de momenten komt tot uiting in de zgn. momentenstelling. Met deze stelling kunnen we de belasting van de achteras bepalen. Rechtsomdraaiende momenten gelden als positief en links omdraaiende momenten als negatief. Wanneer we fig. 7 bekijken dan kunnen we de vergelijking opstellen. Momenten t.o.v. de vooras: + 1 m x 1. N - 2,5 m x Fna (N) = (Som momenten = ) Fna = 1. Nm / 2,5 m = 4 N Fnv = 1. N - 4 N = 6 N (Som verticale krachten = ) We hebben nu de asdruk voor en achter bepaald. Gaat het om de wieldrukken dan moeten de waarden door twee worden gedeeld. We nemen dan aan dat het zwaartepunt op de hartlijn van het voertuig ligt en dat we met 2 wielen per as te maken hebben. 6

7 Figuur 7: Bepaling van de statische asdrukverdeling met behulp van de evenwichtsvoorwaarden. 1.5 Dynamische as (wiel)belasting Tijdens het remmen zal ten gevolge van de ligging van het zwaartepunt de auto gaan duiken. Dit duikeffect zorgt ervoor dat de druk op de vooras groter wordt ten koste van de druk op de achteras. De asdrukken veranderen ten gevolge van de remkrachten. Dit is de zgn. dynamische asbelasting van een voertuig. Het houdt in dat tijdens het remproces de voorwielen een verhoudingsgewijs steeds grotere remkracht kunnen ontwikkelen dan de achterwielen. Met behulp van de momentenstelling kunnen we ook de dynamische asbelasting berekenen. We gaan weer uit van ons standaardvoertuig. We nemen een remvertraging aan van 4 m/s 2. De massa-traagheidskracht grijpt aan in het zwaartepunt (zh = 1 m, zv =,6 m). Deze traagheidskracht (volgens F = m x a) geeft een linksom draaiend koppel op het voertuig en veroorzaakt een duikeffect (fig. 8). Volgens F = m x a moet 4 N aan remkracht worden opgebracht. Dit is tevens de massa-traagheidskracht zoals in het zwaartepunt van fig. 8 is aangegeven. Om de asdrukken bij deze vertraging uit te rekenen maken we weer gebruik van de momentenstelling. De remkrachten zelf grijpen aan op wegdekhoogte en veroorzaken geen moment. T.o.v. de vooras geldt: + 1m x 1. N - 2,5 m x Fna (N) -,6 m x 4 N = Fna = ( ) / 2,5 = 3 N (afgerond) Fnv = 1. N - 3 N = 7 N Voor elke remvertraging kunnen we een dergelijke berekening uitvoeren. Het remsysteem zou deze wieldrukverandering moeten volgen en de remkracht dienovereenkomstig aanpassen. Omdat er door het diameterverschil van de wielremcilinders een vaste lineaire remkrachtverdeling in het remsysteem aanwezig is zal de praktische remkrachtverdeling niet stroken met de (ideale) theoretische. Voor onze standaardauto hebben we voor de remvertragingen van 7

8 Figuur 8: Ten gevolge van het duikeffect wordt de voorasbelasting groter en de achterasbelasting kleiner. t/m 1 m/s 2 de verschillende asbelastingen uitgerekend. Wanneer de asbelastingen bekend zijn dan kan ook de optimale remkracht worden bepaald. Deze remkrachten vormen t.o.v elkaar de zgn. ideale remkrachtverdeling. De remkrachten zijn verkregen door de asdrukken met de wrijvingscoëfficiënten (µ) te vermenigvuldigen. Zie tabel fig. 9. In fig. 1 zijn de remkrachten grafisch tegen Figuur 9: Tabel van de ideale remkrachtverdeling bij verschillende remvertragingen elkaar uitgezet. De gebogen, bolle lijn van de grafiek is de berekende ideale -na te streven- remkrachtverdeling tussen de voor- en achteras wanneer we rekening houden met het duikeffect van het voertuig. Ideaal wil zeggen dat bij elke remvertraging voor elke as de bijbehorende wrijvingscoëfficiënt benut wordt. 8

9 4 3 Frem achter (N) Frem voor (N) Figuur 1: De ideale, na te streven, remkrachtverdeling van de standaard auto Bijv.: wanneer we willen gaan remmen met een vertraging van 4 m/s 2 dan zal de remkracht van 1 kg x 4 m/s 2 = 4 N van ons voertuig volgens de tabel verdeeld moeten worden over de voor- en achteras met 2784 N en 1216 N. Volgens deze verdeling is de benodigde wrijvingscoëfficiënt (µ) tussen banden wegdek voor elk wiel (as),4. Het zal duidelijk zijn dat deze niet lineaire relatie mechanisch moeilijk te realiseren is. Een systeem met variabele wielremcilinderdiameter is weinig reëel. Wanneer we voor een vaste wielremcilinderverhouding kiezen dan zal van de ideale lijn worden afgeweken, aannemend dat de remdruk voor en achter gelijk is. Dit houdt in dat we voor verschillende remvertragingen voor de voor- en achteras verschillende wrijvingscoëfficiënten krijgen. Om de werkelijke remkrachtverdeling weer te geven tekenen we nu een rechte lijn in de grafiek zodanig dat de kromme lijn zo goed mogelijk gedekt wordt. Het snijpunt van beide lijnen ligt dan op een vertraging van 7,4 m/s 2 (fig. 11). In het voorbeeld komen we dan uit op een vaste verhouding van 3,5 omdat bij een remkracht van 7 N op de vooras een remkracht van 2 N op de achteras ontstaat. Uit de werkelijke remkrachtverdeling (de rechte) kunnen we de werkelijke µ-waarde halen. Voorbeeld bij een remvertraging van 4 m/s 2 : Benodigde remkracht, volgens F = m x a is 4 N. Praktische remkrachtverhouding 3,5 (Frv / Fra) Remkracht voor 3,5 / 4,5 x 4 N = 3111 N. Remkracht achter 889 N. Asdruk voor 696 N en achter 34 N (tabel fig. 9) Benodigde wrijvingscoëfficiënt voor (4 m/s 2 ): Remkracht voor / Asdruk voor = 3111 N / 696 N =,45 Benodigde wrijvingscoëfficiënt achter derhalve: 889 N / 34 N =,29. Berekenen we dit ook voor de overige vertragingen dan ontstaat de tabel van fig

10 4 3 Frem achter (N) Frem voor (N) Figuur 11: Voor de ideale remkrachtverdelingslijn geldt per wiel (as): µ = a/g (g = 1 m/s 2 ). Voor de praktische remkrachtverdeling zal de wrijvingscoëfficiënt per wiel (as) moeten verschillen om de gewenste vertraging te bereiken. Figuur 12: Tabel van de ideale remkrachtverdeling bij verschillende remvertragingen 1

11 Wanneer de bestuurder met 4 m/s 2 wil remmen, dan zullen de voorwielen een µ van,45 nodig hebben en de achterwielen,29. Ten opzichte van µ-ideaal (,4) betekent dit dat de voorwielen overberemd zijn en dat bij een glad wegdek met een µ van,4 de voorwielen blokkeren. Bij een remvertraging van 8 m/s 2 zullen de achterwielen een hogere µ nodig hebben dan de voorwielen. Wanneer maximaal,8µ geleverd kan worden zullen de achterwielen blokkeren (fig. 11). De voorwielen zijn overberemd en de achterwielen onderberemd tot 7,5 m/s 2. Hierna zijn de achterwielen overberemd en de voorwielen onderberemd. Meestal rijden we op droog of nat asfalt (µ-max.,9) en zullen we alleen met blokkerende achterwielen te maken krijgen bij grote remvertragingen. Een remdrukbegrenzer kan er voor zorgen dat de remdruk vanaf bijv. 7,5 m/s 2 niet verder kan oplopen. Het risico van blokkerende achterwielen wordt dan voorkomen. Onder gunstige omstandigheden is overberemming en onderberemming tijdens het rechtuit rijden geen probleem zolang de vereiste µ-factor maar gehaald kan worden. Bij remmen in de bocht ligt het anders omdat de drifthoeken van de banden gaan verschillen. We kunnen het voorafgaande ook grafisch voorstellen. Wanneer we bij een ideale remkrachtverdeling het voertuig zullen afremmen met een vertraging van 4 m/s 2 dan zullen alle wielen een µ van,4 aan het wegdek onttrekken en zal de wielslip voor alle wielen gelijk zijn. Bij een reëele remkrachtverdeling met een vertraging van 4 m/s 2 zullen de wielen van de voor- en achteras een verschillende wielslip vertonen (fig. 13). 1, Rechts voor 1, Rechts achter,8,8,6,6 u u,4,4,2, % % % slip % slip 1, Links voor 1, Links achter,8,8,6,6 u u,4,4,2, % % slip % slip 1 % Figuur 13: Alleen bij een ideale remkrachtverdeling zal de wielslip voor alle wielen gelijk zijn. 11

12 1.6 Remdrukbegrenzing Het nadeel van de overberemming van de achteras kan betrekkelijk eenvoudig worden opgelost door het plaatsen van een remdrukbegrenzer. Een remdrukbegrenzer opgenomen in het achterremcircuit zorgt ervoor dat bij een bepaalde remdruk, de druk naar de achterwielen niet verder kan oplopen (zie fig. 14). Bij de vooringestelde druk sluit de klep 2 tegen de veerspanning 5 in. De remdruk in het achterwielcircuit blijft dan nagenoeg gelijk terwijl de remdruk voor verder kan oplopen evenredig met de pedaaldruk. Bij het monteren van een Figuur 14: Een remdrukbegrenzer zorgt ervoor dat de overberemming van de achteras wordt verminderd (tek. ATE). remdrukbegrenzer zal remdrukverhouding overeenkomstig fig. 15 verlopen. Figuur 15: Invloed van de remkrachtbegrenzer op de remkrachtverdeling (tek. ATE) 12

13 1.7 De remdrukregelaar Bij de remdrukbegrenzer heerst tot het bereiken van de constructief vastgelegde begrenzingsdruk een uitgangsdruk die gelijk is aan de ingangsdruk. Wordt de ingangsdruk (komende van de hoofdremcilinder) groter dan de begrenzingsdruk dan blijft de druk in de uitgaande leiding vanaf dat moment constant. Bij de remdrukregelaar zien we dat de uitgaande druk vanaf het afregelpunt in verminderde mate evenredig toeneemt met de ingaande druk. Er ontstaat dan een knik in de werkelijke remkrachtverdelingslijn (zie fig. 16). De geknikte lijn Figuur 16: Bij de remdrukregelaar zien we dat de uitgaande druk vanaf het afregelpunt in verminderde mate evenredig toeneemt met de ingaande druk (tek. ATE). wordt verkregen door een remkrachtregelaar die is uitgevoerd met plunjer (6) waarin zich een klepje (4) bevindt en een (voorgespannen) veer (7). De drukvermindering wordt verkregen omdat de ingaande druk werkt op een kleiner plunjeroppervlak dan de uitgaande druk. Bestudeer fig. 17. De vloeistof, vanaf de hoofdremcilinder komt bij A1 binnen en verlaat de remdrukregelaar bij kanaal A2. De vloeistof gaat via de inwendige kanalen van de remdrukregelaar en de openstaande klep 4. Op het afregelpunt zal de druk in de kamer 5 zo hoog oplopen dat de plunjer tegen de veerdruk in naar achteren (rechts) wordt gedrukt waardoor de klep 4 sluit. De effectieve oppervlakte van de plunjer is hierbij maximaal en wordt bepaald door de plunjerdiameter. Bij verder oplopen van de druk van de hoofdremcilinder (A1) zal de plunjer zich weer naar voren (links) bewegen waardoor de klep weer opent en vloeistof naar A2 wordt toegelaten. Het effectieve plunjeroppervlak is echter veel kleiner (de vloeistofdruk werkt alleen op de plunjerring). De daardoor oplopende druk bij A2 zorgt er voor dat de klep op een gegeven moment weer sluit. Door dit werkingsprincipe zal de druk naar de achterwielen (A2) altijd evenredig minder oplopen dan het oplopen van de hoofdremcilinderdruk. Er geldt immers: 13

14 pa2 x A plunjer groot = pa1 x A plunjer klein + C (= veerdruk) Het drukverschil wordt dus bepaald door het verschil in het effectieve plunjeroppervlak. Figuur 17: De remdrukregelaar in doorsnede (tek. ATE) 1.8 De lastafhankelijke remdrukregelaar Wanneer we nu de veerdruk afhankelijk maken van de voertuigbelasting dan wordt het knikpunt ook hiervan afhankelijk. Fig. 18 laat de praktische uitvoering zien met fig. 19 als de bijbehorende regelkarakteristiek. Figuur 18: Doorsnede van de lastafhankelijke remdrukregelaar (tek. ATE) 14

15 Figuur 19: Grafiek van de lastafhankelijke remdrukregelaar (tek. ATE) Conclusie Ook een goed ontworpen remsysteem zal nooit onder alle omstandigheden optimaal functioneren. Het probleem zit onder meer in de verschillende bandwegdekcondities. Regen, ijs, beton, asfalt en klinkers geven steeds een andere µ-slip grafiek te zien (fig. 2) waardoor het remsysteem al snel overberekend is en de wielen door de onervarenheid van de bestuurder in het instabiele gebied raken waardoor de remkracht daalt en de bestuurbaarheid afneemt. Situaties waarbij de wielen op een verschillende ondergrond terechtkomen (bijv. een plas water op het wegdek), de zgn. µ-split situaties zijn uiteraard extra gevaarlijk. Ook het remmen in bochten en plotselinge overgangen van droog naar nat wegdek zijn omstandigheden waar zelfs de meest ervaren bestuurders moeite mee hebben. Om onder alle omstandigheden optimaal te kunnen remmen en sturen zal het remsysteem een zekere mate van eigen intelligentie moeten hebben. Door de wielsnelheden te meten kunnen andere noodzakelijke gegevens als wielversnelling en voertuigsnelheid worden berekend. Een antiblokkeersysteem meet het toerental van de wielen, berekent de noodzakelijke gegevens en bepaalt vervolgens of ingrijpen op de remdruk noodzakelijk is. Figuur 2: Verschillende wegdekcondities vragen om een aangepast remgedrag. Een antiblokkeersysteem (ABS) kan er voor zorgen dat er altijd in het stabiele gebied geremd wordt. 15

16 2 Vragen en opgaven Zie boek 16

Rem- en slipgedrag (2)

Rem- en slipgedrag (2) Rem- en slipgedrag (2) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-7-0) 1 Normaalkracht, wrijving en slip 1.1 Normaalkracht, wrijvingkracht en wrijvingscoëfficiënt Remmen, accelereren en sturen kunnen alleen maar plaatsvinden

Nadere informatie

Rijdynamica van motorvoertuigen (5)

Rijdynamica van motorvoertuigen (5) Rijdynamica van motorvoertuigen (5) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-8-7) 1 Stuurgedrag 1.1 Invloed van zijwind Tijdens het rijden door bochten en met zijwind ontstaan dwarskrachten op het voertuig 1. De

Nadere informatie

Rem- en slipgedrag (6)

Rem- en slipgedrag (6) Rem- en slipgedrag (6) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-7-0) 1 Anti-slipregeling (ASR) 1.1 Inleiding Remkrachten en acceleratiekrachten zijn tegengesteld aan elkaar maar volgen hetzelfde patroon (fig. 1)

Nadere informatie

Rem- en slipgedrag (1)

Rem- en slipgedrag (1) Rem- en slipgedrag (1) E. Gernaat (ISBN 978-9-8897-7-) 1 Remtechnologie 1.1 Functieoverzicht van de rijdynamische systemen Remsystemen zijn momenteel onlosmakelijk verbonden met ABS, ASR en ESP 1. Hier

Nadere informatie

Rem- en slipgedrag (5)

Rem- en slipgedrag (5) Rem- en slipgedrag (5) E. Gernaat (ISBN 978-9-8897-7-) 1 De ABS-regeling 1.1 Wieltoerental, voertuigsnelheid en referentiesnelheid Van een anti-blokkeersysteem geven de wielsensoren een aantal pulsen (bijv.

Nadere informatie

zwaartekracht (N of kn) Dus moeten we Fz bepalen dat kan alleen als we de massa weten. Want

zwaartekracht (N of kn) Dus moeten we Fz bepalen dat kan alleen als we de massa weten. Want Sterkteberekening Dissel berekenen op afschuiving. Uitleg over de methode Om de dissel te berekenen op afschuiving moet men weten welke kracht de trekker kan uitoefenen op de bloemkoolmachine. Daarvoor

Nadere informatie

Statica (WB) college 12 Friction Ch Guido Janssen

Statica (WB) college 12 Friction Ch Guido Janssen Statica (WB) college 12 Friction Ch. 8.1-8.4 Guido Janssen G.c.a.m.janssen@tudelft.nl Droge wrijving i.t.t. smering Wrijving werkt de beweging tegen van twee voorwerpen die over elkaar glijden. Wrijving

Nadere informatie

Motor- en voertuigprestatie (4)

Motor- en voertuigprestatie (4) Motor- en voertuigprestatie (4) E. Gernaat, ISBN 978-90-79302-01-7 1 Benodigd vermogen Nadat we hebben gezien hoeveel vermogen de motor levert dienen we vervolgens te bekijken hoeveel vermogen de auto

Nadere informatie

Rekenmachine met grafische display voor functies

Rekenmachine met grafische display voor functies Te gebruiken rekenmachine Duur Rekenmachine met grafische display voor functies 100 minuten 1/5 Opgave 1. Een personenauto rijdt met een beginsnelheid v 0=30 m/s en komt terecht op een stuk weg waar olie

Nadere informatie

Rijdynamica van motorvoertuigen (3)

Rijdynamica van motorvoertuigen (3) Rijdynamica van motorvoertuigen (3) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-8-7) 1 Schokdemping 1.1 Dempingsfactor De beweging van de afgeveerde massa zou in de praktijk zonder schokdemping slechts in geringe mate

Nadere informatie

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2)

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Snelheid en gemiddelde snelheid Met de grootheid snelheid geef je aan welke afstand een voorwerp in een bepaalde tijd aflegt. Over een langere periode is de snelheid

Nadere informatie

Rijdynamica van motorvoertuigen (2)

Rijdynamica van motorvoertuigen (2) Rijdynamica van motorvoertuigen (2) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-8-7) 1 Vering 2 Afgeveerde en niet afgeveerde massa Vering en schokdemping bepalen de kwaliteit van het comfort en de rijdynamica 1. Onder

Nadere informatie

Schuiven van een voertuig in een bocht met positieve verkanting

Schuiven van een voertuig in een bocht met positieve verkanting Voertuigtechniek Technisch Specialist LESBRIEF Schuiven van een voertuig in een bocht met positieve verkanting Deze lesbrief behandelt positieve verkanting en centripetale kracht in relatie tot het schuiven

Nadere informatie

Transmissietechniek in motorvoertuigen (4)

Transmissietechniek in motorvoertuigen (4) Transmissietechniek in motorvoertuigen (4) E. Gernaat (ISBN 978-90-79302-02-4) 1 Transmissie met Continu Variabele Transmissie (CVT) Fig. 4.1 geeft een opgewerkte opstelling van een CVT-versnellingsbak

Nadere informatie

Remmen. Werking en onderhoud. Jaap Blijleven. Volvo Classic Academy 2013 Amersfoort

Remmen. Werking en onderhoud. Jaap Blijleven. Volvo Classic Academy 2013 Amersfoort Remmen Werking en onderhoud Jaap Blijleven Volvo Classic Academy 2013 Amersfoort www.volvo-classic.com 1. Inleiding Remmen zijn er voor om de snelheid van de auto te vertragen. Voor onze auto s geldt een

Nadere informatie

Vraag januari 2014, 13u30 r-nummer:... naam:...

Vraag januari 2014, 13u30 r-nummer:... naam:... 1 24 januari 2014, 13u30 r-nummer:... naam:... Vraag 1 Een mobiele torenkraan is verplaatsbaar op een spoor (loodrecht op het vlak van de figuur). De giek (het horizontale deel bovenaan de kraan) kan zwenken

Nadere informatie

Opdrachten voortgezet onderwijs

Opdrachten voortgezet onderwijs Opdrachten voortgezet onderwijs Opdracht 1 Wat is veilig? Je ziet hier een kruispunt. Er staan nog geen verkeersborden, stoplichten of markeringen op het kruispunt. Hoe zou jij dit plein veilig maken voor

Nadere informatie

Rijdynamica van motorvoertuigen (7)

Rijdynamica van motorvoertuigen (7) Rijdynamica van motorvoertuigen (7) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-8-7) 1 Stuurinrichtingen 1.1 Achtergrond en indeling Ook stuurinrichtingssystemen maken een continu proces van verbeteringen en aanpassingen

Nadere informatie

NASK1 - SAMENVATTING KRACHTEN en BEWEGING. Snelheid. De snelheid kun je uitrekenen door de afstand te delen door de tijd.

NASK1 - SAMENVATTING KRACHTEN en BEWEGING. Snelheid. De snelheid kun je uitrekenen door de afstand te delen door de tijd. NASK1 - SAMENVATTING KRACHTEN en BEWEGING Snelheid De snelheid kun je uitrekenen door de afstand te delen door de tijd. Stel dat je een uur lang 40 km/h rijdt. Je gemiddelde snelheid in dat uur is dan

Nadere informatie

Rijdynamica van motorvoertuigen (1)

Rijdynamica van motorvoertuigen (1) Rijdynamica van motorvoertuigen (1) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-8-7) 1 Testen van de rijdynamische eigenschappen Het weggedrag wordt in belangrijke mate bepaald door de veer- en stuureigenschappen van

Nadere informatie

Transmissietechniek in motorvoertuigen (1)

Transmissietechniek in motorvoertuigen (1) Transmissietechniek in motorvoertuigen (1) E. Gernaat (ISBN 978-90-79302-02-4) 1 Benodigde trekkracht Wanneer we een elektromotor met de verbrandingsmotor vergelijken dan zien we dat een elektromotor in

Nadere informatie

Space Experience Curaçao

Space Experience Curaçao Space Experience Curaçao PTA T1 Natuurkunde SUCCES Gebruik onbeschreven BINAS en (grafische) rekenmachine toegestaan. De K.L.M. heeft onlangs aangekondigd, in samenwerking met Xcor Aerospace, ruimte-toerisme

Nadere informatie

Statica & Sterkteleer 1. Statica en Sterkteleer: Voorkennis:

Statica & Sterkteleer 1. Statica en Sterkteleer: Voorkennis: Statica & Sterkteleer 1 Statica en Sterkteleer: Voorkennis: Statica & Sterkteleer 2 Statica & Sterkteleer 3 Stappenplan bij een krachtenveelhoek: Statica & Sterkteleer 4 F1 = 10 N F2 = 15 N F3 = 26 N F4

Nadere informatie

EBS, Electronic Brake System

EBS, Electronic Brake System EBS, Electronic Brake System E. Gernaat Samenvatting Dit hoofdstuk is het 3e hoofdstuk uit het boek Luchtverbruikende systemen (ISBN 978-9-8897-1-8). Op dit werk is de Creative Commons Licentie van toepassing.

Nadere informatie

Opgave 2 Een kracht heeft een grootte, een richting en een aangrijpingspunt.

Opgave 2 Een kracht heeft een grootte, een richting en een aangrijpingspunt. Uitwerkingen 1 Opgave 1 Het aangrijpingspunt van een kracht is de plaats waar de kracht op het voorwerp werkt. De werklijn van een kracht is de denkbeeldige (rechte) lijn die samenvalt met de bijbehorende

Nadere informatie

In autotijdschriften staan vaak testrapporten van nieuwe auto s. In de figuur op de bijlage is zo n overzicht afgedrukt.

In autotijdschriften staan vaak testrapporten van nieuwe auto s. In de figuur op de bijlage is zo n overzicht afgedrukt. Opgave 1 Autotest In autotijdschriften staan vaak testrapporten van nieuwe auto s. In de figuur op de bijlage is zo n overzicht afgedrukt. 0p 0 Zet je naam op de bijlage. De wettelijk verplichte minimale

Nadere informatie

STUREN, STABILITEIT, BOCHTENTECHNIEK

STUREN, STABILITEIT, BOCHTENTECHNIEK Remmen in een bocht In het borrelcircuit hoor je wel eens dat je met een motor niet hard of zelfs helemaal niet kunt remmen in een bocht. Niets is minder waar. In een bocht kan je véél harder remmen dan

Nadere informatie

VAK: Mechanica - Sterkteleer HWTK

VAK: Mechanica - Sterkteleer HWTK VAK: Mechanica - Sterkteleer HWTK Proeftoets Beschikbare tijd: 100 minuten Instructies voor het invullen van het antwoordblad. 1. Dit open boek tentamen bestaat uit 10 opgaven.. U mag tijdens het tentamen

Nadere informatie

Tentamen Mechanica ( )

Tentamen Mechanica ( ) Tentamen Mechanica (20-12-2006) Achter iedere opgave is een indicatie van de tijdsbesteding in minuten gegeven. correspondeert ook met de te behalen punten, in totaal 150. Gebruik van rekenapparaat en

Nadere informatie

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier Samenvatting door F. 823 woorden 3 maart 2015 7,4 32 keer beoordeeld Vak NaSk Sport, kracht en beweging 1 Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren

Nadere informatie

Berekeningen aslasten. Algemene informatie over berekeningen m.b.t. aslasten

Berekeningen aslasten. Algemene informatie over berekeningen m.b.t. aslasten Algemene informatie over berekeningen m.b.t. aslasten Voor alle typen transportwerk waarbij vrachtwagens worden gebruikt, moet het vrachtwagenchassis van een opbouw worden voorzien. Het doel van de aslastberekeningen

Nadere informatie

Remmen Vragen en antwoorden

Remmen Vragen en antwoorden Remmen Vragen en antwoorden Autotechniek niveau 2-3 MK Publishing Fokkerstraat 39, 3905 KV Veenendaal Telefoon (0318) 52 42 92 e-mail info@mkpublishing.nl www.mkpublishing.nl Delta Press is een merknaam

Nadere informatie

1.1 Lineaire vergelijkingen [1]

1.1 Lineaire vergelijkingen [1] 1.1 Lineaire vergelijkingen [1] Voorbeeld: Los de vergelijking 4x + 3 = 2x + 11 op. Om deze vergelijking op te lossen moet nu een x gevonden worden zodat 4x + 3 gelijk wordt aan 2x + 11. = x kg = 1 kg

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 Krachten in evenwicht. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 8 Krachten in evenwicht. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 8 Krachten in evenwicht Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 8.1 raaiende voorwerpen Terugblik: krachten A) Gelijk gerichte vectoren B) Tegengestelde vectoren C) Onderling loodrechte

Nadere informatie

3HV H1 Krachten.notebook September 22, krachten. Krachten Hoofdstuk 1

3HV H1 Krachten.notebook September 22, krachten. Krachten Hoofdstuk 1 krachten Krachten Hoofdstuk 1 een kracht zelf kun je niet zien maar... Waaraan zie je dat er een kracht werkt: Plastische Vervorming (blijvend) Elastische Vervorming (tijdelijk) Bewegingsverandering/snelheidsverandering

Nadere informatie

Toolbox-meeting Rijden met aanhangwagens

Toolbox-meeting Rijden met aanhangwagens Toolbox-meeting Rijden met aanhangwagens Unica installatietechniek B.V. Schrevenweg 2 8024 HA Zwolle Tel. 038 4560456 Fax 038 4560404 Rijden met aanhangwagens Het gebruik van aanhangwagens in de bouw en

Nadere informatie

Het benodigde vermogen Het rijweerstanden programma laat zien hoeveel vermogen de auto nodig heeft om te kunnen functioneren.

Het benodigde vermogen Het rijweerstanden programma laat zien hoeveel vermogen de auto nodig heeft om te kunnen functioneren. Toelichting bij het programma rijweerstanden Het benodigde vermogen Het rijweerstanden programma laat zien hoeveel vermogen de auto nodig heeft om te kunnen functioneren. We maken hiervoor onderscheid

Nadere informatie

Meet- en rekenprotocol Droge remvertraging (middels remproef)

Meet- en rekenprotocol Droge remvertraging (middels remproef) Meet- en rekenprotocol Droge remvertraging (middels remproef) Uitgegeven door Rijkswaterstaat Grote Projecten en Onderhoud Informatie Paul Kuijper Datum 27 november 2014 Status definitief Versie 1.0 Inhoud

Nadere informatie

NATUURKUNDE. Figuur 1

NATUURKUNDE. Figuur 1 NATUURKUNDE KLAS 5 PROEFWERK HOOFDSTUK 12-13: KRACHT EN BEWEGING OOFDSTUK 12-13: K 6/7/2009 Deze toets bestaat uit 5 opgaven (51 + 4 punten) en een uitwerkbijlage. Gebruik eigen grafische rekenmachine

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Natuurkunde Samenvatting NOVA 3 vwo

Samenvatting Natuurkunde Natuurkunde Samenvatting NOVA 3 vwo Samenvatting Natuurkunde Natuurkunde Samenvatting NOVA 3 vwo Samenvatting door N. 1441 woorden 9 oktober 2012 7,6 27 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Nova PARAGRAAF 1; KRACHT Krachten herkennen

Nadere informatie

BEREKENINGEN TEN BEHOEVE VAN DE OPBOUW 2

BEREKENINGEN TEN BEHOEVE VAN DE OPBOUW 2 Inhoud BEREKENINGEN TEN BEHOEVE VAN DE OPBOUW... 2 BEREKENINGSPRINCIPES... 3 LADINGOPTIMALISERING... 6 BEREKENINGSVOORBEELDEN... 7 Voorbeeld 1 4x2 Twee-assige trekker... 7 Voorbeeld 2 6x4 Drie-assige trekker...

Nadere informatie

Krachten (4VWO) www.betales.nl

Krachten (4VWO) www.betales.nl www.betales.nl Grootheden Scalairen Vectoren - Grootte - Eenheid - Grootte - Eenheid - Richting Bv: m = 987 kg x = 10m (x = plaats) V = 3L Bv: F = 17N s = Δx (verplaatsing) v = 2km/h Krachten optellen

Nadere informatie

Opgave 2 Caravan. Havo Na1,2 Natuur(kunde) & techniek 2004-II.

Opgave 2 Caravan. Havo Na1,2 Natuur(kunde) & techniek 2004-II. Havo Na1,2 Natuur(kunde) & techniek 2004-II. Opgave 2 Caravan Meneer Bouwsma heeft een caravan. Als deze aan zijn auto is gekoppeld, moet de caravan volgens de veiligheidsvoorschriften een kracht van 6,9

Nadere informatie

Advanced Creative Enigneering Skills

Advanced Creative Enigneering Skills Enigneering Skills Kinetica November 2015 Theaterschool OTT-2 1 Kinematica Kijkt naar de geometrische aspecten en niet naar de feitelijke krachten op het systeem Kinetica Beschouwt de krachten Bewegingsvergelijkingen

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2001-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2001-I Eindexamen natuurkunde -2 havo 200-I 4 Antwoordmodel Opgave Rolweerstand Maximumscore 5 voorbeeld van een juiste grafiek: F rol (N) 40 20 00 80 60 40 20 0 0 200 400 600 800 000 200 m (kg) de schaalverdeling

Nadere informatie

Auteur(s): H. Oonk Titel: De rollator Jaargang: 26 Jaartal: 2008 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): H. Oonk Titel: De rollator Jaargang: 26 Jaartal: 2008 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): H. Oonk Titel: De rollator Jaargang: 26 Jaartal: 2008 Nummer: 3 Oorspronkelijke paginanummers: 98-105 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor (para-)

Nadere informatie

Mechanica van materialen: Oefening 1.8

Mechanica van materialen: Oefening 1.8 UNIVERSITEIT GENT, FACULTEIT INGENIEURSWETENSCHAPPEN EN ARCHITECTUUR Mechanica van materialen: Oefening 1.8 Nick Verhelst Academiejaar 2016-2017 1 OPGAVE Gegeven is onderstaande auto (figuur 1.1) met aanhangwagen.

Nadere informatie

Mechanica - Sterkteleer - HWTK PROEFTOETS versie C - OPGAVEN en UITWERKINGEN.doc 1/16

Mechanica - Sterkteleer - HWTK PROEFTOETS versie C - OPGAVEN en UITWERKINGEN.doc 1/16 VAK: Mechanica - Sterkteleer HWTK Set Proeftoets 07-0 versie C Mechanica - Sterkteleer - HWTK PROEFTOETS- 07-0-versie C - OPGAVEN en UITWERKINGEN.doc 1/16 DIT EERST LEZEN EN VOORZIEN VAN NAAM EN LEERLINGNUMMER!

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2000-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2000-I - + - + Eindexamen natuurkunde -2 havo 2000-I 4 Antwoordmodel Opgave LEDs voorbeelden van schakelschema s: 50 Ω V LED A 50 Ω A V LED Als slechts één meter juist is geschakeld: punt. 2 uitkomst: R = 45

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM EXAMEN HAVO 2015

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM EXAMEN HAVO 2015 MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM EXAMEN HAVO 2015 VAK : NATUURKUNDE DATUM : DINSDAG 23 JUNI 2015 TIJD : 07.45 10.45 Aantal opgaven: 5 Aantal pagina s: 6 Controleer zorgvuldig of

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting door R. 2564 woorden 31 januari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Subdomein C1. Kracht en beweging Specificatie De kandidaat

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal U (V) 4.1 Eigenschappen van trillingen Harmonische trilling Een electrocardiogram (ECG) gaf het volgende

Nadere informatie

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt. Oefentoets Schoolexamen 5 Vwo Natuurkunde Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10 Tijdsduur: Versie: A Vragen: Punten: Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk Opmerking: Let op dat je

Nadere informatie

Statica en Sterkteleer: Voorkennis:

Statica en Sterkteleer: Voorkennis: Statica en Sterkteleer: Voorkennis: Stappenplan bij een krachtenveelhoek: F1 = 10 N F2 = 15 N F3 = 26 N F4 = 13 N Oplossing: Kracht in N Hoek in Horizontale Verticale Fr graden F1 = 10 30 10 * cos(30)

Nadere informatie

NATUURKUNDE KLAS 5. PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p

NATUURKUNDE KLAS 5. PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p NATUURKUNDE KLAS 5 PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p Opgave 1: alles heeft een richting (8p) Bepaal de richting van de gevraagde grootheden. Licht steeds

Nadere informatie

Remmen van personenauto s

Remmen van personenauto s Remmen van personenauto s Gebruikte remsystemen: Trommelremmen Schijfremmen Bediening: Mechanisch Hydraulisch 1 Trommelremmen Systemen: Simplex = Dubbelwerkende remcilinder. 1 bekrachtigde en 1 onbekrachtigde

Nadere informatie

Technische Gegevens Crafter 2 Chassis

Technische Gegevens Crafter 2 Chassis Technische Gegevens Crafter 2 Chassis MJ2018 Stand: 19 maart 2018 Gewichten Maximaal Toelaatbaar totaalgewicht GVW Aandrijving Chassis enkele cabine L3 wielbasis 3.640 mm Vermogen [kw] Min. leeggewicht

Nadere informatie

Hogeschool Rotterdam Cluster engineering Studierichting Autotechniek Reader Alternatieve Aandrijving ALA01 Bijlage: symbolenlijst

Hogeschool Rotterdam Cluster engineering Studierichting Autotechniek Reader Alternatieve Aandrijving ALA01 Bijlage: symbolenlijst Hogeschool Rotterdam Cluster engineering Studierichting Autotechniek Reader Alternatieve Aandrijving ALA01 Bijlage: symbolenlijst Auteur: Versie 2.00 7 november 2005, GEREED Voortgang: versie studiejaar

Nadere informatie

Motor- en voertuigprestatie (1)

Motor- en voertuigprestatie (1) Motor- en voertuigprestatie (1) E. Gernaat, ISBN 978-90-79302-01-7 1 Motorkoppel en vermogen Inzicht in het verloop van het motorkoppel en motorvermogen is nodig om: de informatie die verschijnt in de

Nadere informatie

REMMEN. Informatie voor de bestuurder. Haal het beste uit uw wagen

REMMEN. Informatie voor de bestuurder. Haal het beste uit uw wagen REMMEN i Informatie voor de bestuurder Haal het beste uit uw wagen STOPPEN VANAF HET BEGIN Hoe werken moderne hydraulische systemen In de begindagen bestonden voertuigremmen uit een mechanisch geheel,

Nadere informatie

TENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30

TENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30 TENTAMEN DYNAMICA (14030) 9 januari 010, 9:00-1:30 Verzoek: begin de beantwoording van een nieuwe vraag op een nieuwe pagina. En schrijf duidelijk: alleen leesbaar en verzorgd werk kan worden nagekeken.

Nadere informatie

vwo wiskunde b Baanversnelling de Wageningse Methode

vwo wiskunde b Baanversnelling de Wageningse Methode 1 1 vwo wiskunde b Baanversnelling de Wageningse Methode 1 1 2 2 Copyright 2018 Stichting de Wageningse Methode Auteurs Leon van den Broek, Ton Geurtz, Maris van Haandel, Erik van Haren, Dolf van den Hombergh,

Nadere informatie

****** Deel theorie. Opgave 1

****** Deel theorie. Opgave 1 HIR - Theor **** IN DRUKLETTERS: NAAM.... VOORNAAM... Opleidingsfase en OPLEIDING... ****** EXAMEN CONCEPTUELE NATUURKUNDE MET TECHNISCHE TOEPASSINGEN Deel theorie Algemene instructies: Naam vooraf rechtsbovenaan

Nadere informatie

- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15.

- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15. NATUURKUNDE - KLAS 5 PROEFWERK H6 22-12-10 Het proefwerk bestaat uit 3 opgaven met in totaal 31 punten. Gebruik van BINAS en grafische rekenmachine is toegestaan. Opgave 1: De helling af (16p) Een wielrenner

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4 1 M 4-12 EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4 Woensdag 11 mei, 9.30-11.30 uur NATUUR- EN SCHEIKUNDE I (Natuurkunde) Zie ommezijde Deze opgaven zijn vastgesteld door de commissie

Nadere informatie

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand:

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand: Lespakket wrijving Inleiding Wrijving is een natuurkundig begrip dat de weerstandskracht aanduidt, die ontstaat als twee oppervlakken langs elkaar schuiven, terwijl ze tegen elkaar aan gedrukt worden.

Nadere informatie

Wisnet-HBO update nov. 2008

Wisnet-HBO update nov. 2008 Lineair verband Lineair verband Wisnet-HBO update nov. 28 Twee grootheden hebben een lineair verband als je in een grafiek de ene grootheid tegen de ander uitzet en je ziet een rechte lijn. Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 2

Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 2 Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 2 Antwoorden door Daan 4301 woorden 3 april 2016 6,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde 2.1 Onderzoek naar bewegingen Opgave 1 a De (gemiddelde)

Nadere informatie

De snelheid van de auto neemt eerst toe en wordt na zekere tijd constant. Bereken de snelheid die de auto dan heeft.

De snelheid van de auto neemt eerst toe en wordt na zekere tijd constant. Bereken de snelheid die de auto dan heeft. Opgave 1 Een auto Met een auto worden enkele proeven gedaan. De wrijvingskracht F w op de auto is daarbij gelijk aan de som van de rolwrijving F w,rol en de luchtwrijving F w,lucht. F w,rol heeft bij elke

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

Natuurkunde havo Evenwicht Naam: Maximumscore 47. Inleiding

Natuurkunde havo Evenwicht Naam: Maximumscore 47. Inleiding Natuurkunde havo Evenwicht Naam: Maximumscore 47 Inleiding De toets gaat over evenwichtsleer. Daarbij gebruikt men de momentenwet: ΣM=0. Moment M = ± kracht F arm r met als eenheid Nm. Teken is + bij draaiïng

Nadere informatie

Titel: De titel moet kort zijn en toch aangeven waar het onderzoek over gaat. Een subtitel kan uitkomst bieden. Een bijpassend plaatje is leuk.

Titel: De titel moet kort zijn en toch aangeven waar het onderzoek over gaat. Een subtitel kan uitkomst bieden. Een bijpassend plaatje is leuk. Het maken van een verslag voor natuurkunde Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige zinnen

Nadere informatie

Botsing >> Snelheid >> Kracht

Botsing >> Snelheid >> Kracht Botsing >> Snelheid >> Kracht Voorwoord; Allemaal hebben we wel eens na zitten denken. Hoe hard reed ik óf juist die ander nou? Hoe groot is de impact nou eigenlijk geweest? etc.etc. Dat is ook wel logisch

Nadere informatie

Niveau 4 Prakticum Rijdynamica

Niveau 4 Prakticum Rijdynamica Principe metingen (metingen met een minimum aan materiaalkosten) SPORING, CAMBER, CASTER, KPI, UITSPOOR in de bocht en vierkantsuitlijning Benodigd materiaal: -hulpstukken volgens de tekeningen in de bijlage;

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

Voortgangstoets NAT 5 VWO 45 min. Week 49 SUCCES!!!

Voortgangstoets NAT 5 VWO 45 min. Week 49 SUCCES!!! Naam: Voortgangstoets NAT 5 VWO 45 min. Week 49 SUCCES!!! Noteer niet uitsluitend de antwoorden, maar ook je redeneringen (in correct Nederlands) en de formules die je gebruikt hebt! Maak daar waar nodig

Nadere informatie

Verslag: Case 1 Team: Hyperion

Verslag: Case 1 Team: Hyperion Verslag: Case 1 Team: Hyperion Glenn Sommerfeld Jeroen Vandebroeck Ilias viaene Christophe Vandenhoeck Jelle Smets Tom Wellens Jan Willems Gaetan Rans 1. Zonnepaneel 1.1 Meetwaarden Om de eigenschappen

Nadere informatie

Klassieke autotechniek (1)

Klassieke autotechniek (1) Klassieke autotechniek (1) E. Gernaat (ISBN in overweging) 1 Carburateurs 1.1 Carburateurs met variabele onderdruk en brandstofverstuiving In het begin van de ontwikkeling van de benzinemotor werden wel

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 7, Krachten

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 7, Krachten Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 7, Krachten Samenvatting door een scholier 1845 woorden 20 juni 2008 6,1 99 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Natuurkunde samenvatting hoofdstuk

Nadere informatie

Voertuigaanpassingen en hun invloed op weggedrag

Voertuigaanpassingen en hun invloed op weggedrag Voertuigaanpassingen en hun invloed op weggedrag Er rijden heel wat voertuigen op s Neerlands wegen rond, waar aan gesleuteld is. Ik heb het dan over andere velgen, verhogingen, verbredingen en verlagingen.

Nadere informatie

UITWERKINGEN OEFENVRAAGSTUKKEN 5 HAVO. natuurkunde

UITWERKINGEN OEFENVRAAGSTUKKEN 5 HAVO. natuurkunde UITWERKINGEN OEFENVRAAGSTUKKEN voor schoolexamen (SE0) en examen 5 HAVO natuurkunde katern 1: Mechanica editie 01-013 UITWERKINGEN OEFENVRAAGSTUKKEN voor schoolexamen (SE0) en examen 5 HAVO natuurkunde

Nadere informatie

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013 TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4 Toegestane hulpmiddelen: Binas + (gr) rekenmachine Bijlagen: 2 blz Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

Nadere informatie

Een model voor een lift

Een model voor een lift Een model voor een lift 2 de Leergang Wiskunde schooljaar 213/14 2 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie... 4 Inleiding... 5 Model 1, oriëntatie... 7 Model 1... 9 Model 2, oriëntatie... 11 Model 2... 13

Nadere informatie

Mkv Dynamica. 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg

Mkv Dynamica. 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg Mkv Dynamica 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg 2 /3 g 5 /6 g 1 /6 g 1 /5 g 2 kg 2. Variant1: Een wagentje met massa m1

Nadere informatie

Tentamen io1031 Product in werking (vragen) vrijdag 26 augustus 2011; 14:00 17:00 uur

Tentamen io1031 Product in werking (vragen) vrijdag 26 augustus 2011; 14:00 17:00 uur Tentamen io1031 Product in werking (vragen) vrijdag 26 augustus 2011; 14:00 17:00 uur Mededelingen Dit tentamen bestaat uit 4 bladzijden. De LAATSTE zes vragen (samen maximaal 5 punten) zijn zogenaamde

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal U (V) 4.1 Eigenschappen van trillingen Harmonische trilling Een electrocardiogram (ECG) gaf het volgende

Nadere informatie

SPECIFICATIES TLE3400 TLE3400 MOTOR

SPECIFICATIES TLE3400 TLE3400 MOTOR SPECIFICATIES MOTOR Merk...ISEKI Diesel...E3CD-WTB11 Motortype...4 cycli, watergekoeld, in-line met bovenliggende kleppen Aanzuiging...Normaal aangezogen Compressieverhouding... 22,7 Cilinderinhoud...1,498

Nadere informatie

Hoofdafmetingen ligfiets

Hoofdafmetingen ligfiets Hoofdafmetingen ligfiets Modulegroep: BT/MT groep B Vak: Construeren III Datum: 9-12-2016 Er is gekozen voor het ontwerpen van een ligfiets, dit omdat er met de benen meer kracht geleverd kan worden dan

Nadere informatie

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011 Het maken van een verslag voor natuurkunde, vwo versie Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige

Nadere informatie

Woensdag 24 mei, uur

Woensdag 24 mei, uur -- ~--------- -- --- -~~-~=============--- EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN OORTGEZET ONDERWIJS IN 1978 MAO4 Woensdag 24 mei, 9.30-11.30 uur NATUUR-EN SCHEIKUNDE I (Natuurkunde) Zie ommezijde Deze opgaven zijn

Nadere informatie

jaar: 1990 nummer: 06

jaar: 1990 nummer: 06 jaar: 1990 nummer: 06 In een wagentje zweeft een ballon aan een koord en hangt een metalen kogel via een touw aan het dak (zie figuur). Het wagentje versnelt in de richting en in de zin aangegeven door

Nadere informatie

Exact periode Youdenplot Krachten Druk

Exact periode Youdenplot Krachten Druk Exact periode 10.2 Youdenplot Krachten Druk Youdenplot. De Youdenplot wordt uitgelegd aan de hand van een presentatie. Exact Periode 10.2 2 Krachten. Een kracht kan een voorwerp versnellen of vervormen.

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015 MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015 VAK : NATUURKUNDE DATUM : WOENSDAG 29 JUNI 2015 TIJD : 07.45 10.45 Aantal opgaven: 5 Aantal pagina s: 6 Controleer zorgvuldig

Nadere informatie

S3 Oefeningen Krachtenleer Hoofdstuk II II-3. II-3 Grafisch: 1cm. II-3 Analytisch. Sinusregel: R F 1

S3 Oefeningen Krachtenleer Hoofdstuk II II-3. II-3 Grafisch: 1cm. II-3 Analytisch. Sinusregel: R F 1 S3 Oefeningen Krachtenleer Hoofdstuk II II-3 Bepaal grafisch en analytisch de richting en grootte van de resultante, in volgende gevallen; F 1 = 4 kn F = 7 kn : 1) α = 30 ) α = 45 F 1 3) α = 90 α 4) α

Nadere informatie

& U UW GIDS REMSYSTEEM

& U UW GIDS REMSYSTEEM & U UW GIDS REMSYSTEEM HET REMSYSTEEM: CRUCIAAL ELEMENT VOOR UW VEILIGHEID Het moet onmiddellijk en nauwgezet reageren wanneer u daarom vraagt. De belangrijkste elementen zijn de remtrommels, remblokken,

Nadere informatie

krachten kun je voorstellen door een vector (pijl) deze wordt op schaal getekend en heeft: Als de vector 5 cm is dan is de kracht hier 50 N

krachten kun je voorstellen door een vector (pijl) deze wordt op schaal getekend en heeft: Als de vector 5 cm is dan is de kracht hier 50 N Kracht kunnen we herkennen door: Verandering van richting door trekken of duwen. Verandering van vorm a) Plastisch (vorm veranderd niet terug) b) Elastisch (vorm veranderd terug {elastiek}) Versnellen

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2005-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2005-I Eindexamen natuurkunde - vwo 005-I 4 Beoordelingsmodel Opgave Schommelboot uitkomst: m De slingertijd T,67, s. Dit ingevuld in de slingerformule T 7,. 9,8 Hieruit volgt: m. levert g gebruik van slingerformule

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 rillingen en cirkelbewegingen Samenvatting door Daphne 1607 woorden 15 maart 2019 0 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting

Nadere informatie

Krachten en bewegingen. Definities. Torsiesoepele carrosserie

Krachten en bewegingen. Definities. Torsiesoepele carrosserie Algemene informatie over krachten en bewegingen Algemene informatie over krachten en bewegingen Het chassisframe wordt aan krachten in verschillende richtingen blootgesteld afhankelijk van de manier van

Nadere informatie