Rapport Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Rapport Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2015"

Transcriptie

1 Rapport Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2015 Project: Datum: 20 januari 2016

2 Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie p. 2 Achtergrond en onderzoeksopzet p. 11 Kennis van verplichtingen p AOW p AKW p Anw p AIO p WAO p WIA p Wajong p WW p ZW p PW p. 57 Detectiekans p AOW p AKW p Anw p AIO p WAO p WIA p Wajong p WW p ZW p PW p. 91 Bijlage 1: Houding en situatie p AOW p AKW p Anw p AIO p WAO p WIA p Wajong p WW p ZW p PW p

3 Samenvatting en conclusie

4 Samenvatting en conclusie (1) Voor u ligt de samenvatting van het onderzoek Kennis van verplichtingen en Detectiekans. In opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft onderzoeksbureau Ipsos onderzoek gedaan onder uitkeringsgerechtigden, van 10 verschillende wetten. Het ministerie gebruikt de resultaten van het onderzoek onder meer voor het jaarverslag, om te rapporteren over de activiteiten ter preventie van uitkeringsfraude en regelovertreding. Met behulp van enquêteonderzoek heeft Ipsos vastgesteld wat het kennisniveau van uitkeringsgerechtigden is als het gaat om hun plichten. Daarnaast heeft zij vastgesteld hoe groot de uitkeringsgerechtigden de detectiekans percipiëren. De gedachte is dat een hoog kennisniveau een hoog ingeschatte detectiekans basisvoorwaarden zijn ter preventie van uitkeringsfraude. Uitkeringsfraude en regelovertreding Het onderzoek wijst uit dat uitkeringsgerechtigden over het algemeen goed bekend zijn met hun verplichtingen. Ze weten goed over welke wijzigingen ze de uitkeringsinstantie dienen te informeren (de inlichtingenplicht) en welke acties er van hen verwacht worden (de inspanningsplichten). De detectiekans varieert afhankelijk van de wet van 66 procent tot 84 procent. Onbewust Kennisniveau Bewust Perceptie detectiekans Basisvoorwaarden 3

5 Samenvatting en conclusie (2) De gemiddelde bekendheid van de plichten ligt, afhankelijk van de wet, zo rond de 88 procent. Gemiddeld is een plicht bij zo n 88 procent van de uitkeringsgerechtigden bekend. WW-gerechtigden zijn het beste op de hoogte van de plichten die horen bij deze uitkering. Bij de AKW ligt de gemiddelde bekendheid lager dan bij de andere wetten. Voor het aanvragen van AKW hoeven mensen relatief weinig moeite te doen. Bovendien heeft de grootste groep (AKW-ontvangers met kinderen tot 16 jaar) slechts een beperkt aantal plichten: zij dienen uitsluitend wijzigingen in de samenstelling van hun huishouden door te geven. Voor de meeste AKW-ontvangers verandert dit echter niet (frequent). Dit kan een verklaring vormen voor de lagere bekendheid van de plichten bij de AKW. Gemiddelde bekendheid plichten WW: 97% ZW: 94% WAO: 94% PW: 90% AOW: 87% WIA: 87% AIO: 87% Wajong: 86% Anw: 84% AKW: 76% Als we naar de individuele plichten kijken (zie schema op de volgende pagina), dan zien we dat er maar enkele plichten zijn die onder de 80 procent bekendheid komen. De plicht die het meest onbekend is, is de sollicitatieplicht bij de WIA (WGA-uitkering). Slechts zes op de tien WIA-ontvangers weten dat zij (in principe) verplicht zijn om te solliciteren. Een verklaring hiervoor is dat een deel van de WIA-ontvangers vrijgesteld is van de sollicitatieplicht, omdat zij wel volledig maar niet duurzaam arbeidsongeschikt zijn. Ook geldt deze plicht niet voor de mensen die hun resterende verdiencapaciteit al volledig hebben benut. 4

6 Samenvatting en conclusie (3) In dit overzicht ziet u per inlichtingenplicht het percentage dat zegt bekend te zijn met deze plicht. Inlichtingenplicht Aanvang/einde gezamenlijke huishouding AOW: 91% PW: 89% AIO: 89% Anw: 88% AKW: 74% Wijziging inkomen WW: 99% WAO: 96% WIA: 95% ZW: 94% Wajong : 93% PW: 92% AIO: 88% Wijziging aantal uur WW: 96% WAO: 92% ZW: 91% WIA: 89% PW: 86% Wajong: 81% Wijziging eigen vermogen PW: 89% AIO: 85% Wijziging vermogen buitenland PW: 86% AIO: 86% Wijziging inkomen partner PW samenwonend: 89% AIO gehuwd: 86% Inkomsten uit zelfstandig beroep Anw met toeslag: 77% AOW: 65% Inkomsten uit het buitenland Anw: 87% AOW met toeslag: 78% Inkomsten partner uit zelfstandig beroep AOW met toeslag: 76% Inkomsten partner ontvangt uit het buitenland AOW met toeslag: 69% Wijziging vermogen partner PW samenwonend: 85% AIO gehuwd: 84 % Melden verbetering gezondheid ZW: 97% WAO: 95% WIA: 93% Wajong: 86% Opgeven verhuizing kind AKW: 76% Melden inkomen kind AKW 16 jaar: 84% Verhuizing andere gemeente PW: 94% Verblijf in buitenland (>13 weken) AIO: 89% Melden vakantie (>4 weken) WAO: 90% WIA: 87% Wajong : 74% Melden vakantie WW: 97% PW: 91% ZW: 89% 5

7 Samenvatting en conclusie (4) In dit overzicht ziet u per inspanningsplicht het percentage dat zegt bekend te zijn met deze plicht. Inspanningsplichten Sollicitatieplicht* WW: 99% PW: 88% WIA: 60% Verschijnen bij afspraken WW: 99% ZW: 97% WIA: 97% WAO: 97% PW: 96% Wajong: 94% AIO: 88% Uitvoeren taken Werkmap WW: 96% (Passend) Werk accepteren WW: 96% ZW: 93% PW: 90% WIA: 85% nwajong**: 85% Meewerken traject om kans op werk te vergroten WW: 95% PW: 91% Zo snel mogelijk betaald werk vinden PW: 89% * De plichten zijn aan iedereen voorgelegd, ongeacht of men (tijdelijk) vrijgesteld is. ** De plicht is aan alle nwajongers voorgelegd ongeacht of men (tijdelijk) vrijgesteld is van deze plicht. Ongeveer 15 procent van de nwajongers valt onder de studieregeling. 6

8 Samenvatting en conclusie (5) In vergelijking met 2014 zien we bij de kennis van de individuele plichten een aantal stijgingen, met name onder AIO-, PW-, WW- en WAO-gerechtigden. Alleen bij ZW zien we een lichte daling. Hoewel ZW ers nog steeds zeer goed bekend zijn met de plicht om te verschijnen bij afspraken met het UWV, is dit in vergelijking met 2014 wel gedaald. AIO Wijziging inkomen: 88% Wijziging vermogen buitenland: 86% Verblijf in buitenland (>13 weken): 89% WIA Verschijnen bij afspraken: 97% WW Wijziging inkomen: 99% PW Aanvang/einde gezamenlijke huishouding: 89% Wijziging inkomen: 92% Wijziging aantal uur: 86% Over het algemeen vinden uitkeringsgerechtigden het, naar eigen zeggen, niet moeilijk om te voldoen aan die plichten. Niet iedereen houdt zich echter even goed op de hoogte van veranderingen in de regels. Grofweg de helft houdt zichzelf op de hoogte. Hier en daar horen we wat kritische geluiden als het gaat over de vindbaarheid en duidelijkheid van informatie over de plichten en het gemak om wijzigingen door te geven. Net als in 2014 is zo n tien procent negatief over deze aspecten. WAO Wijziging inkomen: 96% Wijziging aantal uur: 92% Verschijnen bij afspraken: 97% Melden verbetering gezondheid: 95% Melden vakantie (>4 weken): 90% Melden vakantie: 97% Passend werk accepteren: 96% Meewerken traject om kans op werk te vergroten: 95% Wajong Verschijnen bij afspraken: 94% Wijziging eigen vermogen: 89% Verschijnen bij afspraken: 96% Verhuizing andere gemeente: 94% ZW Verschijnen bij afspraken: 97% Significant verschil 95% betrouwbaarheid Significant verschil 90% betrouwbaarheid 7

9 Samenvatting en conclusie (6) Naast het kennisniveau is ook een hoog ingeschatte detectiekans een belangrijke voorwaarde voor de preventie van fraude en regelovertreding. De veronderstelling is dat wanneer men de kans groot acht dat een overtreding opgemerkt (en bestraft) wordt, men minder snel geneigd zal zijn om die overtreding te maken. De gepercipieerde detectie- en strafkans per wet is als volgt: Detectiekans Strafkans Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie dit merkt? Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie dit merkt? WW: 84% WIA: 84% Anw: 83% PW: 82% ZW: 81% WAO: 81% AIO: 75% AKW: 74% Wajong: 73% AOW: 66% ZW: 87% WW: 86% WIA: 85% WAO: 85% Anw: 83% PW: 83% Wajong: 79% AIO: 78% AOW: 75% AKW: 72% Van alle wetten, percipiëren de WW ers de detectiekans het hoogst, voor de perceptie van de strafkans geldt dit voor de ZWontvangers. De AOW-, AKW-, AIO- en Wajong-gerechtigden blijven daarentegen wat achter in vergelijking met andere wetten. Hoewel ook onder hen de meerderheid de kans groot acht dat overtredingen opgemerkt en bestraft worden, is dit wel wat lager dan bij de andere wetten. In vergelijking met 2014 zien we bij de WIA dat de gepercipieerde detectiekans is gestegen, van 78 procent naar 84 procent. De PW (voorheen WWB) kent ook een licht significante stijging, van 80 naar 82 procent. 8

10 Samenvatting en conclusie (7) Naast de algehele detectiekans, hebben we onderscheid gemaakt naar type overtreding: Witte inkomensfraude Zwarte inkomensfraude Woonfraude Vermogens- fraude (Zeer) grote kans dat de uitkeringsinstantie witte fraude ontdekt (Zeer) grote kans dat de uitkeringsinstantie zwarte fraude ontdekt (Zeer) grote kans dat de uitkeringsinstantie woonfraude ontdekt (Zeer) grote kans dat de uitkeringsinstantie vermogensfraude ontdekt Anw: 88% WIA: 87% WW: 86% PW: 85% ZW: 85% WAO: 84% Wajong: 80% PW: 77% WIA: 71% Anw: 71% WAO: 68% WW: 65% ZW: 64% Wajong: 64% PW: 82% Anw: 80% AIO: 79% AKW: 68% AOW: 63% PW: 82% AIO: 79% Niet verrassend wordt de detectiekans bij witte inkomensfraude, waarbij aan de Belastingdienst andere gegevens worden doorgegeven dan aan de uitkeringsinstantie, hoger ingeschat dan bij zwarte inkomensfraude (zwartwerken). Bij zwarte fraude denkt overigens ook een duidelijke meerderheid dat overtredingen ontdekt worden. Met name PW ers schatten de detectiekans hoog als het gaat om zwartwerken. Zowel WIA- als PW-gerechtigden achten de kans dat witte fraude ontdekt wordt groter dan in Bij ZWgerechtigden zien we juist dat men de kans dat zwarte fraude ontdekt wordt lager inschat dan in

11 Samenvatting en conclusie (8) Kijken we naar de woonfraude (verandering van de samenstelling van het huishouden) dan blijven de AOW ers, net als in 2014 achter bij de anderen. Waar acht op de tien Anw ers en PW ers de kans groot achten dat dit ontdekt wordt, is het onder de AOW ers slechts 63 procent. Ten slotte zien we dat als het om vermogensfraude gaat, AIOgerechtigden de detectiekans nu even hoog inschatten als PW ers. In 2014 achten AIO ers deze kans nog lager dan PW ers. Naast de gepercipieerde detectie- en strafkans, hebben we ook vastgesteld wat de gepercipieerde controlekans is. De gedachte dat gegevens gecontroleerd worden aan de hand van gegevens van de Belastingdienst is al een tijdje gemeengoed. Zo n acht op de tien uitkeringsgerechtigden gaan er vanuit dat dit gedaan wordt. Van WIAgerechtigden denkt zelfs 86 procent dat deze kans aanwezig is. Controles op het werk of thuis zijn minder vanzelfsprekend. Hoeveel uitkeringsgerechtigden de kans groot inschatten dat dergelijke bezoeken plaatsvinden, varieert sterk per wet. Van 23 procent bij AOW ers en AKW ers tot 60 procent bij PW ers. 10

12 Achtergrond en onderzoeksopzet

13 Achtergrond en doelstelling (1) Handhaving en fraudebestrijding zijn een belangrijke voorwaarde om het sociale zekerheidstelsel in Nederland in stand te kunnen houden. Immers, fraude en regelovertreding kosten geld. Daarnaast brengt fraude het draagvlak voor de sociale zekerheid in gevaar. In dat geval gaat het niet zo zeer om daadwerkelijk gepleegde overtredingen, maar om de perceptie: als er in de perceptie van Nederlanders veel gefraudeerd wordt, zal hun vertrouwen in de uitvoering van het beleid afnemen. Uitkeringsfraude houdt in dat iemand een uitkering krijgt waar hij/zij geen recht op heeft. Of dat iemand een hogere uitkering ontvangt dan waar hij/zij recht op heeft. Het komt voor dat mensen bewust, met voorbedachten rade, de regels overtreden. Maar het komt ook voor dat overtredingen veroorzaakt worden door nalatigheid of een gebrek aan kennis. De overtreding is in dat geval minder verwijtbaar. Wanneer men niet voldoet aan de inlichtingenplicht is er sprake van fraude. Voor veel wetten geldt daarnaast een inspanningsplicht. Wanneer men daar niet aan voldoet, is er sprake van regelovertreding. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft doelstellingen als het gaat om de gehele handhavingsketen, te weten preventie, opsporing en afdoening. In de Begroting en het Jaarverslag rapporteren de bewindslieden over de resultaten van het handhavingsbeleid. Doel van het ministerie: het mogelijk maken van het efficiënt en effectief opereren van de uitvoering in het domein werk en inkomen én het bevorderen van het naleven van de verplichtingen die de SZW-regelgeving oplegt aan burgers en bedrijven. Om de preventie te kunnen monitoren, maakt het ministerie onder meer gebruik van gegevens die gebaseerd zijn op enquêteonderzoek onder uitkeringsgerechtigden. Het rapport dat u nu onder ogen heeft, betreft het enquêteonderzoek Kennis Verplichtingen en Detectiekans. In 2012 is het onderzoek voor het eerst in deze vorm uitgevoerd, waarbij de verschillende individuele regelingen op eenduidige wijze worden beschouwd. Daarvoor hadden de uitvoeringsinstanties elk hun eigen onderzoek. 12

14 Achtergrond en doelstelling (2) Omdat fraude en regelovertreding zich per definitie lastig laten meten, heeft het ministerie ervoor gekozen om gebruik te maken van twee afgeleiden die wel goed vast te stellen zijn. De gedachte is dat beide belangrijke voorwaarden zijn ter preventie van uitkeringsfraude. 1. De kennis die mensen hebben over de verplichtingen waaraan zij moeten voldoen. De gedachte hierachter is dat wanneer mensen goed op de hoogte zijn van hun verplichtingen, zij minder geneigd zijn tot het overtreden van de regels. De preventieve werking die hier vanuit gaat, raakt met name de minder verwijtbare overtredingen. 2. De perceptie van de detectiekans. Onder detectiekans verstaan we: de kans dat de uitkeringsinstantie het merkt als een persoon zijn/haar verplichtingen niet nakomt. De gedachte hierbij is dat wanneer mensen deze kans hoog inschatten, zij minder geneigd zijn om de regels te overtreden. De preventieve werking die hier vanuit gaat raakt met name de bewust gepleegde fraude. Op basis van het onderzoek waarvan het rapport nu voor u ligt kan het ministerie periodiek rapporteren over haar activiteiten met betrekking tot preventie. Het onderzoek levert onder meer per wet één kengetal voor het kennisniveau van de verplichtingen en één kengetal voor de detectiekans. Onbewust Uitkeringsfraude en regelovertreding Bewust Kennisniveau Perceptie detectiekans Basisvoorwaarden 13

15 Achtergrond en doelstelling (3) Het ministerie rapporteert in 2015 over 10 individuele wetten: De wetten die UWV uitvoert: Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). We beperken ons hierbij tot mensen die vallen onder de regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten, oftewel: de WGA. Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Jonggehandicapten (Wajong). We maken hierbij onderscheid naar de oude en nieuwe Wajong. Werkloosheidswet (WW) Ziektewet (ZW). Hierbij hebben we de Wet Arbeid en Zorg (WAZO) buiten beschouwing gelaten. In 2012 was de ZW nog niet opgenomen in het onderzoek. De wetten die SVB uitvoert: Algemene Kinderbijslagwet (AKW) Algemene Nabestaandenwet (Anw). Hierbij beperken we ons tot de inkomensafhankelijke Anw. Algemene Ouderdomswet (AOW) Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen (AIO) Wet Omvang populatie AOW AKW WW PW (tot 65 jaar) WAO Wajong WIA (WGA) ZW Anw AIO Bron UWV-wetten en PW: CBS Statline, 2014 Bron SVB-wetten: jaarverslag SVB 2014 De Participatiewet (PW), voorheen de Wet Werk en Bijstand (WWB), die uitgevoerd wordt door de gemeenten. 14

16 Onderzoeksopzet (1) Steekproef SVB-wetten De steekproef voor de SVB-wetten is verzorgd door SVB. De steekproef bestaat uit mensen die op 1 oktober 2015 een uitkering ontvingen. De AOW steekproef is gestratificeerd naar AOW ers met een ongehuwdenpensioen, AOW ers met een gehuwdenpensioen die een toeslag ontvangen en AOW ers met een gehuwdenpensioen die geen toeslag ontvangen. De AKW steekproef is gestratificeerd naar AKW ers waarvan het oudste kind jonger dan 16 jaar is en AKW ers waarvan het oudste kind ouder dan 16 jaar is. Bij de AIO steekproef is gestratificeerd naar ongehuwde en gehuwde AIO ers. Steekproef UWV-wetten De steekproef voor de UWV-wetten is getrokken door UWV afdeling Handhaving. De steekproef is getrokken uit iedereen die in juli 2015 een lopend uitkeringsrecht had en een betaling had ontvangen. Bij de WIA is alleen de WGA meegenomen, bij de nwajong zijn klanten uit de werkregeling en de studieregeling meegenomen, de WW is inclusief de IOWW en de ZW is exclusief de WAZO. Steekproef PW Voor de steekproef voor de PW hebben we allereerst zeven gemeenten geselecteerd uit alle gemeenten met meer dan PW-gerechtigden. Tezamen vormen zij een goede vertegenwoordiging voor de meeste PW ers in Nederland. De gemeenten hebben vervolgens een steekproef getrokken uit alle PW-gerechtigden binnen hun gemeente. De zeven geselecteerde gemeenten waren: Almere, Den Haag, Enschede, Groningen, Haarlem, Zwolle, Rotterdam. De steekproef bestond uit mensen die in augustus 2015 PW ontvingen. De gemeenten hebben op ons verzoek de steekproef gestratificeerd naar leefvorm, waarbij 75 procent van de steekproef bestond uit alleenstaanden en 25 procent uit paren. 15

17 Onderzoeksopzet (2) Methode We hebben de uitkeringsgerechtigden een brief gestuurd uit naam van het ministerie. De gemeenten Den Haag en Zwolle hebben de brieven uit eigen naam verstuurd. Bij de brief hadden we de vragenlijst gevoegd. De respondenten konden kiezen om ofwel de vragenlijst per post te retourneren ofwel de vragenlijst online in te vullen. Het invullen van de (online) vragenlijst heeft de respondent gemiddeld acht minuten gekost. Op 19 oktober 2015 zijn de brieven verstuurd. Op 9 november 2015 is een herinneringsbrief gestuurd naar de WIA ers, PW ers, Anw ers en AKW ers met kinderen onder de 16 jaar (deze groepen bleven wat achter in de respons). Vergelijking door de tijd In het rapport vergelijken we de resultaten van 2015 met die van 2014 en De vergelijking kan uiteraard alleen gemaakt worden wanneer een vraag zowel in 2012 als in 2014 en 2015 gesteld is en wanneer de formulering van de vraag niet is aangepast. Voor de ZW kunnen we geen vergelijking maken met 2012, de ZW is in 2014 voor het eerst meegenomen in het onderzoek. In 2012 hebben we voor de SVB-wetten een andere onderzoeksmethode gehanteerd (telefonisch onderzoek). Hierdoor kunnen we de huidige resultaten niet vergelijken met de resultaten die in 2012 voor de SVB-wetten gerapporteerd zijn. Destijds hebben we bij wijze van pilot echter ook een schriftelijk/online onderzoek gedaan voor de SVB-wetten. Deze validatiestudie laat zich wél goed vergelijken met het huidige onderzoek. Wanneer we bij de SVB-wetten een vergelijking maken door de tijd, dan betreft het een vergelijking met de resultaten van de validatiestudie. De cijfers over 2012 in dit rapport wijken daardoor af van de cijfers die destijds voor de SVB-wetten gerapporteerd zijn. 16

18 Onderzoeksopzet (3) Samen invullen Belangrijk om in het achterhoofd te houden is dat diverse respondenten de vragenlijst samen met iemand anders hebben ingevuld, of dat iemand anders de vragenlijst voor hen heeft ingevuld. Dit is met name het geval bij de AIO, Wajong en PW. Vragenlijst is door iemand anders ingevuld (voogd / begeleider e.d.) Vragenlijst is door respondent ingevuld, maar wel samen met een ander AOW - Ongehuwdenpensioen 2% 4% AOW - Gehuwdenpensioen met toeslag 3% 9% AOW - Gehuwdenpensioen zonder toeslag 4% 11% AKW - Oudste kind < 16 jaar 1% 10% AKW - Oudste kind 16 jaar of ouder 3% 7% Anw 5% 9% AIO - Ongehuwd 15% 40% AIO - Gehuwd 16% 49% WAO 3% 12% WIA 3% 17% Wajong - oud 16% 31% Wajong - nieuw 14% 35% WW 1% 4% ZW 2% 14% PW met partner 1% 41% PW zonder partner 1% 22% 17

19 Onderzoeksopzet (4) Respons De respons op de vragenlijst lag tussen de 24 procent en 46 procent. Wet Verstuurd Terug per post Online ingevuld Totaal terug Niet volledig ingevuld Volledig ingevuld (meer dan 75%) Respons AOW % AKW < 16 jaar % AKW > 16 jaar % Anw % AIO % WAO % WIA % Wajong oud % Wajong nieuw % WW % ZW % PW % 18

20 Onderzoeksopzet (5) Weging Om voldoende waarnemingen voor bepaalde kleinere deelgroepen te realiseren, hebben we voor deze deelgroepen relatief veel mensen uitgenodigd. Echter, wanneer zij anders over bepaalde dingen denken dan de anderen, kan dat het totaalbeeld vertekenen. Daarom passen we een weging toe om deze deelgroepen in het totaal weer terug te wegen naar hun werkelijke verhouding. We hebben een weging toegepast bij de AOW, AKW, AIO, Wajong en PW. Wet Aantal in onderzoek Aandeel in onderzoek Aandeel in werkelijke populatie AOW - ongehuwd % 29% AOW gehuwd met toeslag % 6% AOW gehuwd zonder toeslag % 65% AOW - totaal % 100% AKW jonger dan 16 jaar % 88% AKW 16 jaar of ouder % 12% AKW - totaal % 100% AIO ongehuwd % 58% AIO gehuwd % 42% AIO - totaal % 100% Wajong oud % 64% nwajong % 36% Wajong - totaal % 100% PW* alleenstaand % 86% PW paar % 14% PW -totaal % 100% * Bron PW populatiegegevens: CBS Statline, aantal PW ers naar grondslag tot de AOW-leeftijd, per gemeente, juli Voor elk van de zeven gemeenten is een afzonderlijke weging toegepast (de verhouding alleenstaand-paar is in elke gemeente net anders) 19

21 Onderzoeksopzet (6) Kengetal kennis Om de kennis van de verschillende verplichtingen uit te kunnen drukken in één cijfer, hebben we een gemiddelde berekend. In dit gemiddelde nemen we alle uitgevraagde plichten mee. Het gemiddelde is de som van de bekendheid van alle uitgevraagde plichten, gedeeld door het aantal uitgevraagde plichten. Bij de berekening hebben we er rekening mee gehouden dat niet alle uitgevraagde plichten voor iedereen gelden. Plichten die niet voor iedereen gelden, tellen naar verhouding minder zwaar mee. In het overzicht staat per wet welke plichten uitgevraagd zijn en wat hun gewicht is wanneer we rekening houden met hoe groot de populatie is die deze plicht daadwerkelijk heeft. Wanneer er een 1 staat, betekent dit dat 100 procent van de populatie deze plicht heeft. Wanneer er bijvoorbeeld 0.12 staat, betekent dit dat de plicht slechts geldt voor 12 procent van de populatie. Plichten Gewicht AOW Aanvang/einde huishouding 1 Inkomsten uit zelfstandig beroep/onderneming; inkomsten uit het buitenland; inkomsten 0.06 partner uit zelfstandig beroep/ onderneming; inkomsten partner uit het buitenland AKW Aanvang/einde huishouding; 1 opgeven verhuizen kind Melden inkomen kind 0.12 Anw Aanvang/einde huishouding; Inkomsten uit zelfstandig 1 beroep/onderneming; Inkomsten uit het buitenland (zie ook volgende pagina) 20

22 Onderzoeksopzet (7) Kengetal kennis (vervolg) Plichten AIO Aanvang/einde huishouding; wijziging inkomen; wijziging vermogen; wijziging vermogen buitenland; verschijnen bij afspraken; verblijf in buitenland Wijziging inkomen partner; wijziging vermogen partner WAO Wijziging inkomen; wijziging aantal uur; melden verbetering gezondheid; verschijnen bij afspraken; melden vakantie WIA Wijziging inkomen; wijziging aantal uur; melden verbetering gezondheid; sollicitatieplicht; verschijnen bij afspraken; passend werk accepteren; melden vakantie Wajong Wijziging inkomen; wijziging aantal uur; melden verbetering gezondheid; verschijnen bij afspraken; melden vakantie Gewicht Passend werk accepteren Plichten WW Wijziging inkomen; wijziging aantal uur; sollicitatieplicht; verschijnen bij afspraken; uitvoeren taken werkmap; passend werk accepteren; meewerken aan traject; melden vakantie ZW Wijziging inkomen; wijziging aantal uur; melden verbetering gezondheid; verschijnen bij afspraken; passend werk accepteren; melden vakantie PW Aanvang/einde huishouding; wijziging inkomen; wijziging aantal uur; wijziging vermogen; wijziging vermogen buitenland; sollicitatieplicht; verschijnen bij afspraken; zo snel mogelijk betaald werk vinden; werk accepteren; meewerken aan traject; melden verhuizing andere gemeente; melden vakantie Wijziging inkomen partner; wijziging vermogen partner Gewicht

23 Kennis van verplichtingen Achtereenvolgens komen aan de orde: AOW AKW Anw AIO WAO WIA Wajong WW ZW PW

24 AOW Kennis verplichtingen AOW Van de mensen die AOW ontvangen is 91 procent, net als in 2014, ervan op de hoogte dat zij het moeten melden wanneer zij een gezamenlijke huishouding starten, of juist beëindigen. De mensen die een toeslag op hun AOW ontvangen, zijn daarnaast verplicht om SVB te informeren wanneer zijzelf of hun partner inkomsten uit een zelfstandig beroep of uit het buitenland ontvangen. Circa twee derde tot driekwart is hiervan op de hoogte. Inlichtingenplicht Gemiddelde bekendheid plichten: 87% 100% 80% 88% 91% 91% Aanvang/einde gezamenlijke huishouding AOW totaal: 91% AOW ongehuwd: 88% AOW gehuwd toeslag: 91% AOW gehuwd geen toeslag: 93% 60% Inkomsten uit zelfstandig beroep/onderneming* AOW gehuwd toeslag: 65% 40% Inkomsten uit het buitenland* AOW gehuwd toeslag: 78% Aanvang/einde huishouding Inkomsten partner uit zelfstandig beroep/ onderneming* AOW gehuwd toeslag: 76% 0% Inkomsten partner ontvangt uit het buitenland* AOW gehuwd toeslag: 69% * nieuw toegevoegd in

25 AOW Wijze van informeren AOW AOW-gerechtigden zijn, net als in 2014, voornamelijk via brieven, folders en brochures van SVB over hun plichten geïnformeerd, 79 procent noemt dit kanaal. Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie 79% Via de internetsite van de uitkeringsinstantie 15% Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie 2% 2% Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 17% 24

26 AOW Oordeel over informatievoorziening AOW AOW-gerechtigden vinden het gemakkelijk om zich aan hun plichten te houden. Zij zijn goed te spreken over hoe zij geïnformeerd zijn over hun plichten en ze vinden de informatie duidelijk. Wel vinden sommigen (11 procent) het niet gemakkelijk om informatie over hun plichten te vinden. 54 procent houdt zichzelf op de hoogte van veranderingen in de regels. Dit ligt in lijn met volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 7% 1% 6% 45% 65% 28% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 2% 1% 53% 31% 84% 14% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 11% 2% 9% 40% 14% 54% 35% De informatie over plichten is duidelijk 8% 2% 6% 47% 16% 63% 29% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 8% 2% 6% 42% 12% 54% 38% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 9% 1% 8% 38% 12% 50% 41% 25

27 AKW Kennis verplichtingen AKW In vergelijking met andere wetten, zijn de AKW ers minder goed bekend met de plicht om het te melden wanneer zij gaan samenwonen of scheiden: 74 procent kent deze plicht. Dat is lager dan bij de andere wetten die deze plicht hebben. Dat AKW ers de plicht hebben om te melden wanneer hun kind het ouderlijk huis verlaat, is bekend bij 76 procent. Van de AKW ers met oudere kinderen weet, net als in 2014, 84 procent dat zij het moeten doorgeven wanneer hun kind meer dan euro verdient. 100% Inlichtingenplicht 80% 60% 84% 84% 84% 84% 78% 76% 77% 74% Gemiddelde bekendheid plichten: 76% Aanvang/einde gezamenlijke huishouding AKW totaal: 74% AKW < 16 jaar: 73% AKW 16 jaar: 85% 40% 0% aanvang/einde huishouding verhuizing kind inkomen kind Opgeven verhuizing kind AKW totaal: 76% AKW < 16 jaar: 74% AKW 16 jaar: 85% Melden inkomen kind euro AKW 16 jaar: 84% 26

28 AKW Wijze van informeren AKW Hoewel minder vaak dan bij de andere SVB-wetten, zijn ook de AKW-ontvangers veelal geïnformeerd via brieven, folders en brochures van de SVB: 46 procent noemt dit kanaal. Met name ouders van kinderen van 16 jaar en ouder geven aan via het schriftelijk kanaal geïnformeerd te zijn (61 procent vinkt dit antwoord aan). In vergelijking met de andere SVB-wetten, maken de ouders meer gebruik van de website om zich te informeren over hun plichten: 37 procent heeft zich via de website geïnformeerd. In vergelijking met 2014 zien we een indicatieve stijging in het aantal mensen dat geïnformeerd is door een medewerker van de SVB (in 2014 was dit 4 procent). Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij het ontvangen van AKW horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie Via de internetsite van de uitkeringsinstantie 37% 46% Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie 6% 8% Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 27

29 AKW Oordeel over informatievoorziening AKW Van alle wetten zijn AKW ers het minst te spreken over de duidelijkheid van de informatie (de helft is overigens wel tevreden) en hoe zij door SVB geïnformeerd zijn. Circa een kwart is het oneens met de stelling dat de SVB hen goed geïnformeerd heeft. Net als in 2014 zijn met name ouders van kinderen jonger dan zestien jaar kritisch; 26 procent van de ouders met kinderen jonger dan 16 uit hun onvrede over hoe de SVB hen geïnformeerd heeft, tegenover 11 procent van de ouders met kinderen ouder dan 16. Dit verschil wordt veroorzaakt doordat er (vanwege het beperkt aantal verplichtingen) weinig contact tussen SVB en AKWgerechtigden is tot de kinderen 16 jaar zijn. Het is aannemelijk dat AKW-gerechtigden nooit stil hebben gestaan bij het feit dat zij überhaupt verplichtingen hebben. Dat zien we ook terug in het feit dat, in vergelijking met andere wetten, AKW-gerechtigden zichzelf minder op de hoogte houden van veranderingen in de regels. volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 24% 6% 18% 34% 5% 39% 37% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 6% 2% 4% 53% 73% 21% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 11% 2% 9% 38% 6% 44% 45% De informatie over plichten is duidelijk 11% 2% 9% 45% 6% 51% 38% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 33% 8% 25% 24% 6% 30% 37% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 9% 3% 6% 36% 8% 44% 47% 28

30 Anw Kennis verplichtingen Anw Dat men verplicht is om het te melden wanneer men een gezamenlijke huishouding start of juist beëindigt, is bekend bij 88 procent van de Anw-gerechtigden. Dit ligt in lijn met Hiernaast zijn Anw-gerechtigden verplicht om de SVB te informeren wanneer zij inkomsten uit een zelfstandig beroep of uit het buitenland ontvangen. De kennis hierover varieert van 77 procent tot 87 procent. 100% 80% 60% 40% 0% 93% 89% 88% Aanvang/einde huishouding Inlichtingenplicht Gemiddelde bekendheid plichten: 84% Aanvang/einde gezamenlijke huishouding Anw: 88% Inkomsten uit zelfstandig beroep/onderneming* Anw: 77% Inkomsten uit het buitenland* Anw: 87% * nieuw toegevoegd in

31 Anw Wijze van informeren Anw Een meerderheid van de Anw-ontvangers (78 procent om precies te zijn) is, net als in 2014, geïnformeerd over zijn/haar plichten via de brieven, folders en brochures van de SVB en 22 procent heeft de website gebruikt. Wel is er in vergelijking met 2014 een stijging in het aantal mensen dat is geïnformeerd door een medewerker (15 procent) en zij die telefonisch contact hebben gehad met de SVB (16 procent). In 2014 was negen procent geïnformeerd door een medewerker en had slechts één procent telefonisch contact gehad met de SVB. Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie 78% Via de internetsite van de uitkeringsinstantie Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie 16% 15% 22% Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 6% 30

32 Anw Oordeel over informatievoorziening Anw Anw ers zijn op alle vlakken tevreden over de informatievoorziening over hun plichten. De SVB heeft hen goed geïnformeerd, de informatie is duidelijk en ze vinden het gemakkelijk om zich aan hun plichten te houden. 55 procent houdt zichzelf op de hoogte van veranderingen in de regels. Verder is er, in vergelijking met 2014, een indicatieve stijging te zien in het aantal Anw-gerechtigden die vinden dat de informatie over de plichten gemakkelijk is te vinden (in 2014 lag dit aantal op 58 procent tegenover 64 procent in 2015). volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 7% 2% 5% 51% 22% 73% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 2% 1% 55% 30% 85% 13% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 8% 2% 6% 50% 14% 64% 28% De informatie over plichten is duidelijk 5% 1% 4% 55% 16% 71% 24% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 13% 2% 11% 43% 12% 55% 32% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 8% 2% 6% 49% 16% 65% 27% 31

33 Significant verschil 95% betrouwbaarheid AIO Kennis verplichtingen (1) AIO AIO-ontvangers zijn over het algemeen goed bekend met hun plichten. De bekendheid van de plicht om wijzigingen in het inkomen door te geven is toegenomen: 88 procent is bekend met deze plicht, tegenover 82 procent in Van de AIO-ontvangers is 85 procent op de hoogte van de plicht om wijzigingen in eigen vermogen te melden. PW ers hebben deze plicht ook, bij hen is de bekendheid hoger dan bij AIO-ontvangers: 89 procent van de PW ers kent de plicht om wijzigingen in vermogen te melden. 100% 80% 60% 40% 0% 88% 88% 87% 85% 80% 82% Aanvang/einde huishouding Wijziging inkomen Melden vermogen 89% 85% % Inlichtingenplicht Gemiddelde bekendheid plichten: 87% Aanvang/einde gezamenlijke huishouding AIO totaal: 89% AIO ongehuwd: 87% AIO gehuwd: 91% Wijziging inkomen AIO totaal: 88% AIO ongehuwd: 89% AIO gehuwd: 87% Wijziging eigen vermogen AIO totaal: 85% AIO ongehuwd: 85% AIO gehuwd: 85% 32

34 Significant verschil 90% betrouwbaarheid AIO Kennis verplichtingen (2) AIO Verder zijn AIO-ontvangers, in vergelijking met vorig jaar, beter op de hoogte van de plicht om vermogen uit het buitenland te melden. De bekendheid van deze plicht is nu even groot als bij PW ers: 86 procent. Tevens zijn AIO-ontvangers vaker dan in 2014 bekend met de plicht om een verblijf in het buitenland dat langer duurt dan 13 weken te melden: 89 procent tegenover 85 procent in Inlichtingenplicht 100% 80% 87% 84% 82% 90% 85% 87% 82% 89% 86% 86% Wijziging vermogen buitenland AIO totaal: 86% AIO ongehuwd: 86% AIO gehuwd: 87% 60% 40% Verblijf in buitenland (>13 weken) AIO totaal: 89% AIO ongehuwd: 91% AIO gehuwd: 87% 0% Melden vermogen buitenland Verblijf in buitenland Wijzigingen inkomen partner Wijzigingen vermogen partner Wijziging inkomen partner AIO gehuwd: 86% Wijziging vermogen partner AIO gehuwd: 84% 33

35 AIO Kennis verplichtingen (3) AIO AIO-ontvangers zijn, in vergelijking met de andere wetten, het minst bekend met de plicht om bij afspraken te verschijnen, 88 procent weet dit. Hoewel het percentage van 2015 wel wat hoger uitvalt, is deze stijging niet significant ten opzichte van % 80% Verschijnen bij afspraken 83% 88% 60% 40% 0% Verschijnen bij afspraken Inspanningsplichten Verschijnen bij afspraken** AIO totaal: 88% AIO ongehuwd: 88% AIO gehuwd: 87% ** nieuw toegevoegd in

36 AIO Wijze van informeren AIO Ook AIO-gerechtigden zijn vooral over hun verplichtingen geïnformeerd via de brieven, folders en brochures van de SVB: 80 procent noemt dit kanaal. Wel is er in vergelijking met vorig jaar een daling in het aantal mensen dat is geïnformeerd door een medewerker: in 2014 was dit nog 24 procent, nu is het 18 procent. Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie 80% Via de internetsite van de uitkeringsinstantie Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 11% 12% 18% 10% 35

37 AIO Oordeel over informatievoorziening AIO AIO-gerechtigden vinden dat zij goed geïnformeerd zijn over hun plichten, ze vinden de informatie duidelijk en ze vinden het gemakkelijk om zich aan hun plichten te houden. Van alle wetten zijn de AIO ers, net als in 2014, het meest te spreken over het gemak waarmee wijzigingen door te geven zijn. volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 7% 2% 5% 46% 22% 68% 25% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 2% 2% 51% 32% 83% 15% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 8% 3% 5% 44% 13% 57% 35% De informatie over plichten is duidelijk 7% 2% 5% 52% 18% 70% 23% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 8% 2% 6% 43% 16% 59% 33% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 8% 3% 5% 52% 72% 36

38 Significant verschil 95% betrouwbaarheid Significant verschil 90% betrouwbaarheid WAO Kennis verplichtingen (1) WAO WAO-ontvangers zijn in vergelijking met vorig jaar, beter op de hoogte van de plichten. De gemiddelde bekendheid lag in 2014 op 90 procent en is gestegen naar 94 procent, richting het niveau van 2012 (98 procent). WAO ers zijn beter bekend met de plicht om wijzigingen te melden in het inkomen (van 93 procent naar 96 procent), het aantal werkzame uren (van 87 naar 92 procent), het melden van een verbetering van de gezondheid (van 91 naar 95 procent) en het melden van een vakantie (van 86 naar 90 procent). 100% 80% 60% 40% 98% 96% 93% 93% 95% 91% 92% 87% 86% 90% Wijziging inkomen Wijziging aantal uur Verbetering gezondheid Inlichtingenplicht Gemiddeld bekendheid plichten: 94% Wijziging inkomen WAO totaal: 96% Wijziging aantal uur WAO totaal: 92% Melden verbetering gezondheid WAO totaal: 95% 0% Melden vakantie Melden vakantie (>4 weken) WAO totaal: 90% 37

39 Significant verschil 95% betrouwbaarheid WAO Kennis verplichtingen (2) WAO Van alle individuele plichten is bij WAO ers de plicht om te verschijnen bij afspraken met het UWV het meest bekend (97 procent is hiervan op de hoogte). Dit is ook een stijging ten opzichte van 2014, toen was dit bekend bij 93 procent van de WAO ers. 100% 80% 93% 93% 97% 60% 40% 0% Verschijnen bij afspraken Inspanningsplichten Verschijnen bij afspraken WAO totaal: 97% 38

40 WAO Wijze van informeren WAO Net als in 2014 zijn verreweg de meeste WAO-gerechtigden, 84 procent, geïnformeerd over hun plichten via brieven, folders en brochures van UWV. Dit is in vergelijking met de andere wetten het hoogste aantal. Daarnaast vormen de medewerkers van UWV een belangrijke informatiebron: circa een kwart weet via hen over hun plichten. 19 procent heeft de website van UWV geraadpleegd en 13 procent heeft telefonisch contact gehad. Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie 84% Via de internetsite van de uitkeringsinstantie Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 19% 13% 24% 8% 39

41 WAO Oordeel over informatievoorziening WAO WAO ers zijn positief over de informatievoorziening van UWV en vinden het makkelijk om zich aan de plichten te houden. Wel zijn minder WAO-gerechtigden dan in 2014 het eens met de stelling dat het makkelijk is om wijzigingen door te geven (70 procent in 2014 en 64 procent in 2015). volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 5% 1% 4% 51% 24% 75% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 2% 1% 2% 48% 37% 85% 13% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 8% 1% 7% 44% 17% 61% 31% De informatie over plichten is duidelijk 5% 5% 50% 22% 72% 23% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 10% 2% 8% 39% 17% 56% 34% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 8% 1% 7% 44% 64% 28% 40

42 WIA Kennis verplichtingen (1) WIA Gemiddeld zijn de plichten bekend bij 87 procent van de WIAontvangers. Ook in 2012 en 2014 hebben we de bekendheid vastgesteld van de plicht om wijzigingen in inkomen en aantal werkzame uren door te geven, de plicht om een verbetering van de gezondheid te melden en het melden van een vakantie langer dan vier weken. De bekendheid van deze vier plichten is in 2015 nagenoeg gelijk aan die van 2014 en % 80% 60% 40% 0% 97% 96% 95% 95% 92% 93% 90% 89% 89% 87% Wijziging inkomen Wijziging aantal uur Verbetering gezondheid Melden vakantie Inlichtingenplicht Gemiddelde bekendheid plichten: 87% Wijziging inkomen WIA totaal: 95% Wijziging aantal uur WIA totaal: 89% Melden verbetering gezondheid WIA totaal: 93% Melden vakantie (>4 weken) WIA totaal: 87% 41

43 Significant verschil 95% betrouwbaarheid WIA Kennis verplichtingen (2) WIA Wel is er een lichte stijging ten opzichte van 2014 in de bekendheid van de plicht om te verschijnen bij afspraken: van 95 procent in 2014 tot 97 procent nu. WIA-ontvangers zijn in vergelijking met andere wetten, minder bekend met de sollicitatieplicht: 60 procent is ervan op de hoogte. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door het karakter van de WIA: mensen kunnen vrijgesteld worden van de sollicitatieplicht, bijvoorbeeld wanneer men wel volledig, maar niet duurzaam arbeidsongeschikt is. 100% 95% 95% 97% 80% 87% 85% 60% 60% 60% Inspanningsplichten 40% Sollicitatieplicht WIA totaal: 60% Sollicitatieplicht Verschijnen bij afspraken Passend werk accepteren Verschijnen bij afspraken WIA totaal: 97% 0% Passend werk accepteren WIA totaal: 85% 42

44 WIA Wijze van informeren WIA WIA-gerechtigden zijn via verschillende kanalen geïnformeerd. Zo is 68 procent geïnformeerd via de brieven, folders en brochures van UWV. 42 procent heeft over zijn/haar plichten gesproken met een medewerker van UWV. Drie op de tien hebben de website erop nageslagen en nog eens 15 procent heeft telefonisch contact gehad. Dit laatste is een stijging ten opzichte van vorig jaar: toen heeft twaalf procent telefonisch contact gehad. Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie 68% Via de internetsite van de uitkeringsinstantie 30% Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie 15% Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie 42% Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 12% 43

45 WIA Oordeel over informatievoorziening WIA WIA-gerechtigden vinden het gemakkelijk om aan hun plichten te voldoen en vinden dat ze goed geïnformeerd zijn door UWV. Wel zijn WIA-gerechtigden, in vergelijking met 2014, kritischer over de vindbaarheid van de informatie over plichten, in 2014 vond 60 procent het gemakkelijk, tegenover 55 procent in Ook zijn minder WIAgerechtigden het eens met de stelling dat de informatie duidelijk is (69 procent in 2014 en 64 procent in 2015). volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 10% 2% 8% 50% 16% 66% 24% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 4% 1% 3% 52% 24% 76% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 10% 2% 8% 43% 12% 55% 35% De informatie over plichten is duidelijk 10% 2% 8% 51% 13% 64% 26% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 12% 2% 10% 39% 10% 49% 39% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 11% 3% 8% 48% 13% 61% 28% 44

46 Wajong Kennis verplichtingen (1) Wajong Wajongers zijn minder bekend dan WAO ers, WIA ers en ZW ers met het feit dat zij het dienen door te geven als hun gezondheid verbeterd is. Slechts 86 procent weet dit. Ook zijn zij minder op de hoogte dan WAO ers en WIA ers dat zij een vakantie van meer dan 4 weken dienen te melden, 74 procent van de Wajongers is bekend met deze verplichting. Daarnaast zijn Wajongers, in vergelijking met andere wetten, zich minder bewust dat zij moeten melden wanneer het aantal uur dat zij werkzaam zijn, wijzigt. 100% 80% 60% 40% 0% 93% 94% 93% 87% 85% 83% Wijziging inkomen Wijziging aantal uur Verbetering gezondheid Melden vakantie 74% 74% % 81% Inlichtingenplicht Gemiddelde bekendheid plichten: 86% Wijziging inkomen Wajong totaal: 93% Oude Wajong: 92% nwajong: 95% Wijziging aantal uur Wajong totaal: 81% Oude Wajong: 80% nwajong: 84% Melden verbetering gezondheid Wajong totaal: 86% Oude Wajong: 87% nwajong: 86% Melden vakantie (>4 weken) Wajong totaal: 74% Oude Wajong: 74% nwajong: 74% 45

47 Significant verschil 90% betrouwbaarheid Wajong Kennis verplichtingen (2) Wajong Ook de bekendheid van de plicht om te verschijnen bij afspraken met het UWV ligt wat lager dan bij WIA en WAO. Maar hier is wel een stijging t.a.v zichtbaar: in 2014 was 91 procent hiervan op de hoogte, nu ligt dit percentage op 94 procent. 100% 91% 94% 80% 83% 85% Inspanningsplichten 60% 40% Verschijnen bij afspraken Wajong totaal: 94% Oude Wajong: 93% nwajong: 96% Verschijnen bij afspraken Passend werk accepteren* nwajong: 85% 0% Passend werk accepteren *De plicht is aan alle nwajongers voorgelegd ongeacht of men (tijdelijk) vrijgesteld is van deze plicht. Ongeveer 15 procent van de nwajongers valt onder de studieregeling. 46

48 Wajong Wijze van informeren Wajong De meeste Wajong-gerechtigden zijn, net als vorig jaar, geïnformeerd via brieven, folders en brochures van UWV. Wel zijn meer Wajongers vaker op een andere manier geïnformeerd dan in 2014 (22 procent tegenover 18 procent), bijvoorbeeld via een vakbond, werkgever of onafhankelijk arbeidsadviseur. Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie 62% Via de internetsite van de uitkeringsinstantie 23% Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie 12% Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 27% 22% 47

49 Wajong Oordeel over informatievoorziening Wajong Circa 8 op de 10 Wajong-gerechtigden vinden het gemakkelijk zich aan hun plichten te houden. Wajongers zijn het wel vaker dan in 2014 oneens met de stelling dat zij zichzelf op de hoogte houden van veranderingen in de regels (18 procent in 2014 tegenover 23 procent in 2015). volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 12% 4% 8% 47% 15% 62% 26% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 4% 1% 3% 54% 25% 79% 17% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 11% 2% 9% 41% 11% 52% 37% De informatie over plichten is duidelijk 8% 1% 7% 50% 13% 63% 29% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 23% 5% 18% 31% 10% 41% 36% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 15% 4% 11% 42% 12% 54% 31% 48

50 Significant verschil 95% betrouwbaarheid WW Kennis verplichtingen (1) WW Als het gaat om de kennis van verplichtingen, zijn WW ers echte modelleerlingen. In vergelijking met de andere wetten, staan zij bovenaan. De gemiddelde bekendheid is 97 procent, in 2014 was dit 94 procent. In vergelijking met 2014 is de kennis over het melden van wijzigingen in inkomen nog verder gestegen, vrijwel iedere WW er weet dat dit moet. Ook is er een stijging te zien in het aantal WW ers dat weet dat ze hun vakantie moeten melden (in 2014 was dit ook hoog: 92 procent, nu is het 96 procent). 100% 80% 98% 97% 96% 95% 92% 99% 97% 96% Inlichtingenplicht 60% Gemiddelde bekendheid plichten: 97% 40% Wijziging inkomen WW totaal: 99% Wijziging inkomen Wijziging aantal uur Wijziging aantal uur WW totaal: 96% 0% Melden vakantie Melden vakantie WW totaal: 97% 49

51 Significant verschil 95% betrouwbaarheid WW Kennis verplichtingen (2) WW Ook de bekendheid van de plicht waar WW ers vorig jaar het minst bekend mee waren, is gestegen: 95 procent weet dat zij verplicht zijn om mee te werken aan een traject om de kans op werk te vergroten. In 2014 was dit slechts 87 procent. De bekendheid van de sollicitatieplicht, de plicht om te verschijnen bij afspraken, taken uit te voeren in de werkmap en passend werk te accepteren ligt even hoog als in % 80% 60% 99% 99% 99% 99% 97% 99% 96% 96% 95% 90% 87% Inspanningsplichten Sollicitatieplicht WW totaal: 99% Verschijnen bij afspraken WW totaal: 99% 40% 0% Sollicitatieplicht Verschijnen bij afspraken Uitvoeren taken werkmap Passend werk accepteren Kans op werk vergroten Uitvoeren taken Werkmap WW totaal: 96% Passend werk accepteren WW totaal: 96% Meewerken traject om kans op werk te vergroten WW totaal: 95% 50

52 WW Wijze van informeren WW Sinds 2012 dienen WW-gerechtigden alles via E-dienstverlening te regelen. Zij hebben geen mogelijkheid meer om een ander kanaal te gebruiken. Als gevolg hiervan is er in 2014 een verschuiving geweest in hoe WW-gerechtigden geïnformeerd zijn over hun plichten. Opvallend is dat nu de medewerkers weer vaker genoemd worden. In 2014 was 34 procent geïnformeerd via een medewerker, in 2015 is dit gestegen naar 46 procent. Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie 49% Via de internetsite van de uitkeringsinstantie 77% Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie 16% Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie 46% Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 14% 51

53 WW Oordeel over informatievoorziening WW WW-gerechtigden zijn over de gehele linie goed te spreken over de informatievoorziening met betrekking tot hun plichten. Met name over de informatievoorziening vanuit UWV is men positiever dan in 2014: 77 procent is hier positief over, in 2014 was dit 71 procent. Tevens zijn WW ers positiever over hoe gemakkelijk het is om de plichten te vervullen: 69 procent vindt dit gemakkelijk, tegenover 63 procent in WW ers houden zichzelf vaker op de hoogte van veranderingen in de regels dan bij andere UWV-wetten: 64 procent zorgt ervoor dat hij/zij op de hoogte is. volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 8% 2% 6% 55% 22% 77% 15% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 11% 2% 9% 50% 19% 69% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 11% 2% 9% 53% 14% 67% 22% De informatie over plichten is duidelijk 9% 2% 7% 55% 16% 71% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 8% 1% 7% 48% 16% 64% 28% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 15% 4% 11% 49% 14% 63% 22% 52

54 ZW Kennis verplichtingen (1) ZW ZW ers zijn, net als in 2014, goed bekend met hun plichten. De plichten zijn gemiddeld bekend bij 94 procent van de ZW ers. Vrijwel alle ZW ers weten dat zij verplicht zijn om het te melden wanneer hun gezondheid verbeterd is. Ook zijn zij goed bekend met de plicht om wijzigingen in inkomen en aantal uur werkzaam door te geven, wanneer zij op vakantie gaan en de plicht om passend werk te accepteren. Alle percentages liggen rond 90 procent of hoger. 100% 80% 60% 40% 0% 98% 97% 95% 94% 91% 91% 91% 89% Wijziging inkomen Wijziging aantal uur Verbetering gezondheid Melden vakantie Inlichtingenplicht Gemiddelde bekendheid plichten: 94% Wijziging inkomen ZW totaal: 94% Wijziging aantal uur ZW totaal: 91% Melden verbetering gezondheid ZW totaal: 97% Melden vakantie ZW totaal: 89% 53

55 Significant verschil 95% betrouwbaarheid ZW Kennis verplichtingen (2) ZW Hoewel ZW ers goed bekend zijn met de plicht om te verschijnen bij afspraken met het UWV, is dit in vergelijking met 2014 wel gedaald. 100% 99% 97% 80% 91% 93% 60% 40% 0% Verschijnen bij afspraken Passend werk accepteren Inspanningsplichten Verschijnen bij afspraken ZW totaal: 97% Passend werk accepteren ZW totaal: 93% 54

56 ZW Wijze van informeren ZW ZW-gerechtigden zijn via verschillende kanalen over hun plichten geïnformeerd. Het meest via de brieven, folders en brochures van UWV, maar ook via de website. Meer ZW ers dan in 2014 zijn geïnformeerd via een medewerker van het UWV: 36 procent tegenover 31 procent in Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie Via de internetsite van de uitkeringsinstantie 56% 52% Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie 23% Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie 36% Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 12% 55

57 ZW Oordeel over informatievoorziening ZW ZW-gerechtigden zijn goed te spreken over de informatievoorziening van UWV met betrekking tot hun plichten. Ze vinden het gemakkelijk om aan hun plichten te voldoen, de informatie is duidelijk en ze vinden dat ze goed geïnformeerd zijn door UWV. Wel zijn er meer kritische geluiden over de duidelijkheid van de informatie, in 2014 was zes procent het oneens met de stelling dat de informatie over de plichten duidelijk is, nu is tien procent het hier mee oneens. volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 10% 3% 7% 50% 18% 68% 22% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 4% 1% 3% 54% 25% 79% 17% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 11% 1% 10% 50% 12% 62% 27% De informatie over plichten is duidelijk 10% 1% 9% 52% 15% 67% 23% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 12% 2% 10% 38% 12% 50% 38% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 12% 3% 9% 47% 15% 62% 26% 56

58 Significant verschil 95% betrouwbaarheid Significant verschil 90% betrouwbaarheid PW Kennis verplichtingen (1) PW Mensen die PW ontvangen moeten aan verschillende inlichtingen inspanningsplichten voldoen. De gemiddelde bekendheid van de plichten die zij hebben, is 90 procent, tegenover 88 procent in We zien dat ten opzichte van 2014 de bekendheid bij de helft van de plichten is gestegen. PW ers zijn er beter van op de hoogte dat zij wijzigingen in de huishoudsamenstelling, het inkomen, het aantal werkzame uren en het eigen vermogen moeten melden bij hun gemeente. 100% 80% 60% 93% 90% 91% 89% 92% 89% 87% 87% 89% 83% 86% Inlichtingenplicht Gemiddelde bekendheid plichten: 90% Aanvang/einde gezamenlijke huishouding PW totaal: 89% PW alleenstaand: 89% PW samenwonend: 92% Wijziging inkomen PW totaal: 92% PW alleenstaand: 92% PW samenwonend: 94% 40% 0% Aanvang/einde huishouden Wijziging inkomen Wijziging aantal uur Wijziging vermogen Wijziging aantal uur PW totaal: 86% PW alleenstaand: 85% PW samenwonend: 89% Wijziging eigen vermogen PW totaal: 89% PW alleenstaand: 89% PW samenwonend: 89% 57

59 Significant verschil 95% betrouwbaarheid PW Kennis verplichtingen (2) PW In vergelijking met 2014 is ook de bekendheid van de plicht om te melden wanneer iemand verhuist naar een andere gemeente gestegen. Inlichtingenplicht 100% 80% 94% 92% 87% 85% 91% 87% 89% 84% 84% 94% 91% 86% 85% Wijziging vermogen buitenland PW totaal: 86% PW alleenstaand: 86% PW samenwonend: 85% Verhuizing andere gemeente PW totaal: 94% PW alleenstaand: 94% PW samenwonend: 92% 60% 40% Wijziging vermogen buitenland Melden vakantie PW totaal: 91% PW alleenstaand: 91% PW samenwonend: 91% 0% Verhuizing andere gemeente Melden vakantie Wijziging inkomen partner Wijziging vermogen partner Wijziging inkomen partner PW samenwonend: 89% Wijziging vermogen partner PW samenwonend: 85% 58

60 Significant verschil 95% betrouwbaarheid PW Kennis verplichtingen (3) PW Tevens zijn meer PW ers dan in 2014 ervan op hoogte dat ze verplicht zijn om te verschijnen bij afspraken met hun gemeente. Inspanningsplichten Sollicitatieplicht* PW totaal: 88% PW alleenstaand: 89% PW samenwonend: 87% 100% 80% 60% 40% 0% 94% 96% 89% 91% 88% 89% 87% 88% Sollicitatieplicht Verschijnen bij afspraken Snel betaald werk vinden Passend werk accepteren Meewerken kans vergroten Verschijnen bij afspraken PW totaal: 96% PW alleenstaand: 96% PW samenwonend: 96% Zo snel mogelijk betaald werk vinden* PW totaal: 89% PW alleenstaand: 89% PW samenwonend: 90% Werk accepteren* PW totaal: 90% PW alleenstaand: 90% PW samenwonend: 91% Meewerken traject om kans op werk te vergroten PW totaal: 91% PW alleenstaand: 91% PW samenwonend: 90% * Niet verrassend is dat de mensen die vrijgesteld zijn van de sollicitatieplicht minder bekend zijn met de werk-gerelateerde plichten. Van de PW ers zegt 42 procent vrijgesteld te zijn,35 procent zegt niet vrijgesteld te zijn, 22 procent weet niet of ze al dan niet vrijgesteld zijn. 59

61 PW Wijze van informeren PW Van de PW-gerechtigden is circa twee derde (68 procent om precies te zijn) geïnformeerd over hun plichten via de brieven, folders en brochures van hun gemeente. Alhoewel dit nog de grootste informatiebron is, is het wel gedaald in vergelijking met 2014: toen was nog 72 procent zich geïnformeerd via deze weg. PW-gerechtigden zijn daarentegen in vergelijking met 2014, vaker geïnformeerd via telefonisch contact met hun gemeente: 15 procent tegenover 12 procent in Hoe bent u te weten gekomen welke plichten bij uw uitkering horen? (meerdere antwoorden mogelijk) Via brieven, folders en brochures van de uitkeringsinstantie 68% Via de internetsite van de uitkeringsinstantie Door middel van telefonisch contact met de uitkeringsinstantie 18% 15% Geïnformeerd door een medewerker van de uitkeringsinstantie 49% Op een andere manier (bijvoorbeeld vakbond, werkgever, onafhankelijk arbeidsadviseur) 10% 60

62 PW Oordeel over informatievoorziening PW PW-gerechtigden zijn op alle vlakken goed te spreken over de informatievoorziening over hun plichten. Ze vinden dat hun gemeente hen goed heeft geïnformeerd en dat de informatie duidelijk is. Ondanks dat PW ers van alle wetten de meeste verplichtingen hebben, zegt nog steeds 69 procent het gemakkelijk te vinden om zich aan hun plichten te houden. Wel zijn PW ers kritischer over de duidelijkheid van de informatie: in 2014 was 69 procent het eens met de stelling dat de informatie over de plichten duidelijk is, nu is dat 65 procent. volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Neutraal De uitkeringsinstantie heeft mij goed geïnformeerd over mijn plichten 7% 2% 5% 47% 22% 69% 24% Ik vind het gemakkelijk om me aan mijn plichten te houden 7% 2% 5% 47% 22% 69% 24% De informatie over plichten is gemakkelijk te vinden 12% 3% 9% 42% 14% 56% 32% De informatie over plichten is duidelijk 9% 2% 7% 49% 16% 65% 26% Ik houd mezelf op de hoogte van veranderingen in de regels 12% 3% 9% 39% 16% 55% 33% Ik vind het gemakkelijk om wijzigingen door te geven 10% 2% 8% 47% 67% 23% 61

63 Detectiekans

64 Perceptie of men reeds gecontroleerd is Denken mensen dat zij zelf in het verleden al eens gecontroleerd zijn of ze zich aan hun plichten houden? In perceptie wordt er bij sommige wetten aanzienlijk meer gecontroleerd op het voldoen aan de plichten dan bij andere wetten. De PW staat voorop. Circa driekwart van de PW ers zegt dat zij in het verleden wel eens gecontroleerd zijn. Dit is in lijn met 2014 (75 procent). Na de PW geven vooral WWgerechtigden aan dat zij al eens gecontroleerd zijn. WIAontvangers geven in vergelijking met 2014 vaker aan dat zij al eens gecontroleerd zijn; 50 procent in 2015 tegenover 44 procent in Controle: percentage dat zegt wel eens gecontroleerd te zijn of ze zich aan de plichten houden WWB WW 55% 73% De AKW en AOW staan onderaan. Beide staan lager dan in Bij de AOW denkt 9 procent denkt wel eens gecontroleerd te zijn tegenover 14 procent in Bij de AKW-ontvangers denkt in 17 procent gecontroleerd te zijn tegenover 28 procent in 2014.Hierna zullen we ook zien dat de AOW-gerechtigden, net als in 2014, de controle-, pak- en strafkans lager inschatten dan bij de andere wetten. AIO WAO WIA ANW ZW 44% 43% 54% 51% 50% Op zich is het niet vreemd dat AOW- en AKW gerechtigden minder vaak controles hebben opgemerkt. Zij hebben beide een beperkte set aan verplichtingen èn hun populatie is groot (circa drie miljoen AOW- en twee miljoen AKWgerechtigden). De schaalgrootte in samenhang met beperkte set verplichtingen geeft logischerwijs een andere controlebeleving. Wajong AKW AOW 9% 17% 41% 63

65 AOW Detectie- en strafkans AOW Twee derde van de AOW ers denkt dat, wanneer zij hun plichten niet nakomen, er een grote kans is dat de uitkeringsinstantie dit merkt. 13 procent daarentegen acht de kans klein. De overigen weten niet zo goed of er een grote dan wel kleine kans is dat het opgemerkt wordt wanneer zij hun plichten niet nakomen. Als het gaat om de strafkans, dan zijn zeven op de tien AOW ers van mening dat wanneer een overtreding opgemerkt wordt, er ook daadwerkelijk consequenties tegenover staan. Acht procent denkt dat, ook al wordt een overtreding opgemerkt, de kans dat de overtreding bestraft wordt toch nog klein is. Hoewel de percentages van de detectie- en strafkans in 2015 wat lager uitvallen, is deze daling niet significant ten opzichte van % Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat 80% 75% 70% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 70% 66% de uitkeringsinstantie dit merkt 13% 3% 10% 46% Weet niet 66% 21% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 8% 2% 6% 47% 23% 70% 22% 64

66 Significant verschil 95% betrouwbaarheid AOW Controlekans AOW Van de AOW ers acht 78 procent de kans groot dat hun gegevens gecontroleerd worden aan de hand van gegevens van de Belastingdienst. Hoewel het percentage van 2015 wel wat hoger uitvalt, is deze stijging niet significant ten opzichte van Verder denkt 23 procent van de AOW ers dat de uitkeringsinstantie thuis langs komt om te controleren. Dit is aanzienlijk minder dan in 2014, toen dacht 30 procent dat er een grote kans was dat dit gebeurde. 100% Hoe groot schat u de kans in dat 80% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 0% 78% 72% 30% 23% Belastingdienst huisbezoek De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen De uitkeringsinstantie bij u thuis langskomt om u te controleren 9% 46% 16% 1% 8% 47% 30% 19% 4% 31% Weet niet 78% 13% 23% 31% 65

67 AOW Woonfraude AOW AOW ers hebben de plicht om het te melden wanneer zij een gezamenlijk huishouden starten of beëindigen. Alleenstaanden ontvangen een hogere uitkering. Van de AOW ers denkt 15 procent dat de kans klein is dat het opgemerkt wordt als zij het niet melden dat er wijzigingen zijn geweest in hun huishouden. 63 procent denkt echter dat dit waarschijnlijk wel opgemerkt wordt. Gehuwden met toeslag denken vaker dan gehuwden zonder toeslag dat de kans groot is dat het opgemerkt wordt (73 procent versus 61 procent). 100% 80% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 68% 63% wanneer u niet meldt wanneer u een gezamenlijke huishouding begint of eindigt 15% 4% 11% 46% 17% Weet niet 63% 22% 0% woonfraude

68 AKW Detectie- en strafkans AKW Van de AKW ers denkt 74 procent dat de kans groot is dat de uitkeringsinstantie het merkt als iemand zijn/haar plichten niet nakomt, tien procent denkt dat de kans klein is. Wat betreft de strafkans acht driekwart van de AKW ers de kans groot dat er daadwerkelijk een sanctie volgt wanneer een overtreding ontdekt wordt. Acht procent van de AKW ers verwacht echter dat deze kans klein is. Dat is meer dan bij de andere wetten. Bij de andere wetten ligt het percentage mensen dat de strafkans klein acht zo rond de vijf procent. Er zijn geen grote verschillen tussen de AKW ers met jonge kinderen en AKW ers met kinderen ouder dan 16 jaar. 100% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat 80% 72% 75% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 71% 74% de uitkeringsinstantie dit merkt 10% 16% 3% 52% 22% Weet niet 74% 16% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie 8% 72% het merkt 17% 4% 5% 52% 23% 75% 17% 67

69 AKW Controlekans AKW Sinds 2015 wordt ook de controlekans aan de AKW-gerechtigden uitgevraagd. Hieruit blijkt dat 80 procent van de AKW ers de kans groot acht dat hun gegevens gecontroleerd worden aan de hand van gegevens van de Belastingdienst. 23 procent van de AKW ers acht het waarschijnlijk dat zij thuis gecontroleerd worden. Maar een meerderheid (57 procent om precies te zijn) acht deze kans klein. In vergelijking met andere wetten achten AKW ers de kans vaker klein dat de SVB bij hen thuis komt controleren. Hoe groot schat u de kans in dat zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen 8% 2% 6% 51% 29% Weet niet 80% 12% De uitkeringsinstantie bij u thuis langskomt om u te controleren 57% 31% 19% 4% 23% 68

70 AKW Woonfraude, witte en zwarte fraude AKW Verder hebben AKW ers de plicht om het te melden wanneer zij een gezamenlijk huishouden starten of beëindigen. Van de AKW ers denkt 16 procent dat de kans klein is dat het opgemerkt wordt als zij het niet melden dat er wijzigingen zijn geweest in hun huishouden. Dik twee derde (68 procent) echter denkt dat dit waarschijnlijk wel opgemerkt wordt. Dit komt sterk overeen met de resultaten van AOW-gerechtigden. Hiernaast hebben AKW ers ook de plicht om het inkomen van een kind naast de Belastingdienst ook te melden bij de SVB. We zien dat circa twee derde de kans aanwezig acht dat de SVB het merkt wanneer zij dit alleen melden bij de Belastingdienst (witte fraude). Acht procent acht deze kans klein. Bij zwarte fraude (het niet melden bij zowel SVB als Belastingdienst) acht 29 procent de kans klein dat dit opgemerkt wordt door de SVB, waarvan elf procent deze kans zeer klein acht. Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans wanneer u niet meldt wanneer u een gezamenlijke huishouding begint of eindigt 16% 6% 10% 48% Weet niet 68% 17% wanneer u het inkomen van uw kind wel meldt aan de Belastingdienst, maar niet aan de uitkeringsinstantie 8% 1% 7% 44% 21% 65% 27% wanneer u het inkomen van uw kind niet meldt aan Belastingdienst èn niet aan de uitkeringsinstantie 29% 11% 18% 33% 30% 63% 8% 69

71 Anw Detectie- en strafkans Anw Van de SVB-wetten achten de Anw ers de detectiekans het vaakst groot. Net als in 2014 denkt liefst 83 procent van de Anw ers dat de kans groot is dat een overtreding wordt opgemerkt, waarvan 37 procent de kans zéér groot acht. Alleen bij de PW zien we eenzelfde hoog aantal dat de detectiekans als zéér hoog percipieert. Vijf procent van de Anw ers denkt dat de kans klein is dat een overtreding opgemerkt wordt. Ook de strafkans wordt door Anw ers hoger ingeschat dan bij de andere SVB-wetten. Eenzelfde aantal als bij de detectiekans, 83 procent, denkt dat de kans groot is dat wanneer een overtreding opgemerkt wordt, deze ook daadwerkelijk wordt bestraft. Ook hier acht slechts vijf procent de strafkans klein. 100% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat 80% 83% 83% 83% 83% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% de uitkeringsinstantie dit merkt 5% 2% 3% 46% 37% Weet niet 83% 12% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 5% 2% 3% 45% 38% 83% 12% 70

72 Anw Controlekans Anw Net als in 2014 acht een grote meerderheid van de Anw ers, 85 procent, het reëel dat de uitkeringsinstantie hun gegevens controleert bijvoorbeeld door gegevens bij de Belastingdienst op te vragen. Dit is meer dan bij veel andere SVB-wetten. Thuiscontroles vinden Anw ers minder waarschijnlijk: 42 procent denkt dat de kans groot is dat de uitkeringsinstantie hen thuis controleert. 100% Hoe groot schat u de kans in dat 80% 86% 85% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 44% 42% De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen 5% 2% 3% 41% 44% Weet niet 85% 10% 0% Belastingdienst huisbezoek De uitkeringsinstantie bij u thuis langskomt om u te controleren 33% 7% 26% 28% 14% 42% 25% 71

73 Anw Woonfraude, witte en zwarte fraude Anw Slechts een enkele Anw er denkt dat witte fraude niet opgemerkt wordt. 88 procent verwacht dat de kans groot is dat als zij witte fraude proberen te plegen dit opgemerkt wordt. Circa 7 op de 10 Anw ers verwachten dat de kans groot is dat zwartwerken opgemerkt wordt. Daar tegenover staat 15 procent die zwartwerken niet controleerbaar acht. Als het gaat om het samenwonen, dan verwacht 80 procent dat fraude hiermee wel opgemerkt wordt. Zeven procent verwacht dat de kans klein is dat opgemerkt wordt als zij onjuiste gegevens zouden verstrekken over hun huishouden. 100% 80% 91% 88% 80% 80% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 0% 68% 71% witte fraude zwarte fraude woonfraude wanneer u inkomen of wijzigingen in uw inkomen wel meldt aan de Belastingdienst, maar niet aan de uitkeringsinstantie wanneer u inkomsten niet meldt aan Belastingdienst èn niet aan de uitkeringsinstantie wanneer u niet meldt wanneer u een gezamenlijke huishouding begint of eindigt 4% 15% 7% 1% 3% 3% 12% 1% 6% 43% 42% 44% 45% 29% 36% Weet niet 88% 8% 71% 14% 80% 13% 72

74 AIO Detectie- en strafkans AIO Van de mensen die AIO ontvangen, schat driekwart de kans groot in dat het opgemerkt wordt als zij hun plichten niet nakomen, waarvan een derde de kans zéér groot in schat. Negen procent denkt dat de kans klein is dat overtredingen opgemerkt worden, waarvan drie procent de kans zelfs zéér klein acht. Wat betreft de strafkans zien we nagenoeg eenzelfde beeld: 78 procent acht de kans groot dat overtredingen daadwerkelijk bestraft worden. Vijf procent acht de kans klein, waarvan twee procent zéér klein. Dit beeld is vergelijkbaar met Tevens zijn er geen grote verschillen tussen gehuwde en ongehuwde AIO ers. 100% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat 80% 74% 78% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 73% 75% de uitkeringsinstantie dit merkt 9% 3% 6% 42% 33% Weet niet 75% 16% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 5% 2% 3% 41% 37% 78% 17% 73

75 AIO Controlekans AIO Op de PW na, verwachten AIO ers, net als in 2014, het meest van alle wetten dat zij thuis gecontroleerd worden op hun plichten. 51 procent acht de kans reëel dat zij thuis gecontroleerd worden. 78 Procent van de AIO ers denkt dat hun gegevens ter controle naast die van de Belastingdienst gelegd worden. Ook dit is een vergelijkbaar beeld met % Hoe groot schat u de kans in dat 80% 75% 78% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 54% 51% De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen 6% 1% 5% 40% 38% Weet niet 78% 16% 0% Gegevens Belastingdienst Huisbezoek De uitkeringsinstantie bij u thuis langskomt om u te controleren 22% 6% 16% 30% 21% 51% 27% 74

76 Significant verschil 95% betrouwbaarheid AIO Woon- en vermogensfraude AIO Verder denkt 79 procent van de AIO ers dat het opgemerkt wordt wanneer zij niet de juiste informatie doorgeven over hun huishouden. Hoewel dit aantal hoger ligt in 2015, is deze stijging niet significant. Als het gaat om vermogensfraude, dan zien we wel een stijging ten opzichte van 2014 in de perceptie van de detectiekans: 79 procent denkt dat de kans groot is dat het opgemerkt wordt, tegenover 73 procent in % 80% 74% 79% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 73% 79%..wanneer u niet meldt wanneer u een gezamenlijke huishouding begint of eindigt 5% 1% 4% 42% 37% Weet niet 79% 16% 0% woonfraude vermogensfraude wanneer u vermogen of wijzigingen in uw vermogen niet meldt 4% 1% 3% 44% 35% 79% 17% 75

77 WAO Detectie- en strafkans WAO Van de mensen die WAO ontvangen, denkt 81 procent dat de kans groot is dat wanneer zij hun plichten niet nakomen, dit opgemerkt wordt. Een derde (32 procent om precies te zijn) schat de detectiekans zéér groot in. Zeven procent denkt dat de kans klein is dat overtredingen opgemerkt worden. Als een overtreding opgemerkt wordt, dan denkt 85 procent van de WAO ers dat de kans groot is dat hier een sanctie op volgt. Vier procent schat de kans klein in dat het niet nakomen van plichten ook daadwerkelijk bestraft wordt. 100% 80% 60% 40% 81% 78% 85% 81% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat zeer kleine kans de uitkeringsinstantie dit merkt kleine kans 7% grote kans 2% 5% zeer grote kans 49% 32% Weet niet 81% 12% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 4% 2% 2% 46% 39% 85% 12% 76

78 WAO Controlekans WAO Van de WAO ers denkt, net als in 2014, 80 procent dat hun gegevens gecontroleerd worden, bijvoorbeeld via de Belastingdienst. Controle aan huis of op het werk wordt door 41 procent van de WAO ers als reëel geacht, tegenover 35 procent dat deze kans klein acht. 100% Hoe groot schat u de kans in dat 80% 60% 40% 81% 80% 44% 41% zeer kleine kans De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen kleine kans 6% grote kans zeer grote kans 2% 4% 43% 37% Weet niet 80% 14% 0% Belastingdienst huisbezoek De uitkeringsinstantie bij u thuis of op uw werkplek langskomt om u te controleren 35% 9% 26% 28% 13% 41% 24% 77

79 WAO Witte en zwarte fraude WAO Van de WAO ers denkt 84 procent dat de kans groot is dat witte fraude ontdekt wordt. Slechts vier procent is van mening dat witte fraude niet snel ontdekt wordt. Dit in tegenstelling tot zwartwerken: wat zwartwerken betreft denkt 14 procent dat de kans klein is dat het ontdekt wordt. De meerderheid echter, 68 procent, is van mening dat ook als het gaat om zwartwerken de kans groot is dat de uitkeringsinstantie het ontdekt. Dit beeld is in lijn met % 80% 84% 84% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 69% 68% wanneer u inkomen of wijzigingen in uw inkomen wel meldt aan de Belastingdienst, maar niet aan de uitkeringsinstantie 4% 1% 3% 43% 41% Weet niet 84% 12% 0% witte fraude zwarte fraude wanneer u inkomsten niet meldt aan de Belastingdienst èn niet aan de uitkeringsinstantie) 14% 4% 10% 39% 29% 68% 18% 78

80 Significant verschil 95% betrouwbaarheid WIA Detectie- en strafkans WIA In vergelijking met 2014 zijn er meer WIA-ontvangers die denken dat de kans groot is dat het niet nakomen van plichten opgemerkt wordt, 84 procent tegenover 78 procent in Hiermee achten WIA-ontvangers samen met WW ers de detectiekans het grootst van alle andere wetten. 34 procent denkt dat de kans zéér groot is. Zes procent van de WIA ers schat de kans klein in dat de uitkeringsinstantie het niet nakomen van plichten opmerkt. Van de WIA ers denkt 85 procent dat de kans groot is dat het bestraft wordt wanneer de uitkeringsinstantie het merkt dat iemand bepaalde plichten niet nakomt. Vijf procent denkt dat de kans klein is dat een overtreding daadwerkelijk bestraft wordt. 100% 80% 60% 40% 82% 78% 85% 84% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat zeer kleine kans de uitkeringsinstantie dit merkt kleine kans 6% grote kans 2% 4% zeer grote kans 50% 34% Weet niet 84% 10% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 5% 1% 4% 45% 40% 85% 10% 79

81 Significant verschil 95% betrouwbaarheid WIA Controlekans WIA Ook achten meer WIA-ontvangers het waarschijnlijk dat zij gecontroleerd worden door gegevens bij de Belastingdienst op te vragen (86 procent tegenover 80 procent in 2014). Hiermee schatten zij deze kans het grootst in van alle wetten. Verder denkt 49 procent dat de kans groot is dat zij thuis of op hun werk gecontroleerd worden. Hoewel dit een hoger percentage is in 2015, is deze stijging niet significant ten opzichte van % Hoe groot schat u de kans in dat 80% 60% 40% 80% 45% 86% 49% zeer kleine kans De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen kleine kans 4% grote kans zeer grote kans 4% 45% 41% Weet niet 86% 10% 0% Belastingdienst huisbezoek De uitkeringsinstantie bij u thuis of op uw werkplek langskomt om u te controleren 31% 6% 25% 33% 16% 49% 80

82 Significant verschil 95% betrouwbaarheid WIA Witte en zwarte fraude WIA Van de WIA ers verwacht 87 procent dat de kans groot is dat witte fraude wordt ontdekt. Ook dit is een stijging ten opzichte van Zeven op de tien denken, net als in 2014, dat de kans groot is dat zwartwerken opgemerkt wordt. 100% 80% 82% 87% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 69% 71% wanneer u inkomen of wijzigingen in uw inkomen wel meldt aan de Belastingdienst, maar niet aan de uitkeringsinstantie 3% 3% 41% 46% Weet niet 87% 10% 0% witte fraude zwarte fraude wanneer u inkomsten niet meldt aan de Belastingdienst èn niet aan de uitkeringsinstantie 15% 3% 12% 40% 31% 71% 14% 81

83 Wajong Detectie- en strafkans Wajong De perceptie van de detectiekans onder mensen die Wajong ontvangen is vergelijkbaar met procent acht de kans groot dat de uitkeringsinstantie het merkt als iemand zijn/haar plichten niet nakomt, waarvan 27 procent de kans zéér groot acht. Elf procent denkt dat de kans klein is dat overtredingen worden opgemerkt. Ook wat betreft de strafkans zien we, net als in 2014, dat acht op de tien (79 procent om precies te zijn) de kans groot schatten dat overtredingen daadwerkelijk bestraft worden. Zeven procent denkt dat de kans klein is dat het niet nakomen van plichten opvolging krijgt. Er zijn geen significante verschillen tussen de mensen die onder de oude Wajong vallen en de mensen die onder de nieuwe Wajong vallen. 100% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat 80% 79% 79% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 77% 73% de uitkeringsinstantie dit merkt 11% 3% 8% 46% 27% Weet niet 73% 16% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 7% 3% 4% 45% 34% 79% 14% 82

84 Wajong Controlekans Wajong Bij de Wajong acht driekwart de kans groot dat er op afstand gecontroleerd wordt bijvoorbeeld door gegevens op te vragen bij de Belastingdienst. In 2014 was dat 79 procent. 39 procent schat dat de kans dat er thuis of op de werkplek wordt gecontroleerd groot is. Een even zo groot aantal denkt echter dat de kans op een dergelijk bezoek klein is. 100% Hoe groot schat u de kans in dat 80% 60% 40% 79% 75% 40% 39% zeer kleine kans De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen kleine kans 8% grote kans zeer grote kans 1% 7% 41% 34% Weet niet 75% 17% 0% Belastingdienst huisbezoek De uitkeringsinstantie bij u thuis of op uw werkplek langskomt om u te controleren 40% 12% 28% 27% 12% 39% 21% 83

85 Wajong Witte en zwarte fraude Wajong Acht op de tien Wajongers verwachten, net als in 2014, dat de kans groot is dat witte fraude ontdekt wordt. Als het gaat om zwartwerken, dan denkt 64 procent dat de kans groot is dat dit ontdekt wordt. 19 procent is van mening dat zwartwerken zich lastig laat ontdekken. 100% 80% 80% 80% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 62% 64% wanneer u inkomen of wijzigingen in uw inkomen wel meldt aan de Belastingdienst, maar niet aan de uitkeringsinstantie 6% 1% 5% 44% 36% Weet niet 80% 14% 0% witte fraude zwarte fraude wanneer u inkomsten niet meldt aan de Belastingdienst èn niet aan de uitkeringsinstantie 19% 5% 14% 39% 25% 64% 17% 84

86 WW Detectie- en strafkans WW Samen met de WIA-ontvangers staan de WW ers bovenaan als het gaat om de detectiekans. 84 procent van de WW ers schat de kans groot in dat de uitkeringsinstantie het merkt als zij hun verplichtingen niet nakomen, waarvan 34 procent de kans zéér groot acht. Negen procent van de WW ers schat de kans klein in dat overtredingen opgemerkt worden. Ook als het gaat om de strafkans staan de WW ers bovenaan op de tweede plaats na ZWontvangers. Liefst 86 procent van de WW ers denkt dat overtredingen ook daadwerkelijk bestraft worden. Bij veel andere wetten schommelt dit percentage rond de 80 procent, als het al niet lager is. Vijf procent van de WW ers schat de kans klein in dat opgemerkte overtredingen daadwerkelijk bestraft worden. 100% 80% 89% 86% 84% 84% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% de uitkeringsinstantie dit merkt 9% 3% 6% 50% 34% Weet niet 84% 7% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 5% 1% 4% 46% 40% 86% 9% 85

87 WW Controlekans WW Circa driekwart van de WW ers acht het reëel dat hun gegevens gecontroleerd worden bijvoorbeeld door de gegevens van de Belastingdienst ernaast te leggen, dit is in lijn met Samen met de AOW ers, verwachten de WW ers het minst van alle wetten dat er bij hen thuis of op het werk gecontroleerd wordt. 46 procent denkt dat de kans klein is dat een dergelijke controle plaatsvindt. 33 procent acht het wél reëel dat huisbezoeken plaatsvinden. 100% Hoe groot schat u de kans in dat 80% 60% 40% 79% 38% 76% 33% zeer kleine kans De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen kleine kans 10% grote kans zeer grote kans 3% 7% 42% 34% Weet niet 76% 14% 0% Belastingdienst huisbezoek De uitkeringsinstantie bij u thuis of op uw werkplek langskomt om u te controleren 46% 16% 30% 24% 9% 33% 21% 86

88 WW Witte en zwarte fraude WW Een meerderheid van de WW ers, 86 procent, verwacht dat witte fraude opgemerkt wordt. Twee derde denkt, net als in 2014, tevens dat de kans groot is dat zwartwerken wordt opgemerkt. Een relatief grote groep van 21 procent is echter van mening dat de kans klein is dat zwartwerken opgemerkt wordt. 100% 80% 88% 86% 67% 65% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% wanneer u inkomen of wijzigingen in uw inkomen wel meldt aan de Belastingdienst, maar niet aan de uitkeringsinstantie 5% 1% 4% 42% 44% Weet niet 86% 9% 0% witte fraude zwarte fraude wanneer u inkomsten niet meldt aan de Belastingdienst èn niet aan de uitkeringsinstantie 21% 8% 13% 38% 27% 65% 14% 87

89 ZW Detectie- en strafkans ZW Van de mensen die ZW ontvangen denkt 81 procent dat de kans groot is dat overtredingen opgemerkt worden, waarvan 31 procent denkt dat de kans zéér groot is. Tien procent schat de kans klein in dat de uitkeringsinstantie het merkt als iemand zijn/haar plichten niet nakomt. Dit is vergelijkbaar met De strafkans wordt door 87 procent als groot ingeschat, door 37 procent als zéér groot. Vier procent denkt niet dat wanneer overtredingen opgemerkt worden, deze ook daadwerkelijk bestraft worden. 100% 80% 60% 40% 85% 87% 79% 81% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat zeer kleine kans de uitkeringsinstantie dit merkt kleine kans 10% grote kans 2% 8% 50% zeer grote kans 31% Weet niet 81% 9% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 4% 4% 50% 37% 87% 9% 88

90 ZW Controlekans ZW Zoals bij de andere wetten, verwacht ook bij de ZW zo n driekwart dat er op afstand controles plaatsvinden, bijvoorbeeld door hun gegevens te vergelijken met die van de Belastingdienst. Bijna de helft van de ZW ers (46 procent) acht, net als in 2014, het waarschijnlijk dat er ook huis- of werkplekbezoeken plaatsvinden ter controle. 35 procent denkt dat het onwaarschijnlijk is dat zij thuis bezocht zouden kunnen worden. 100% Hoe groot schat u de kans in dat 80% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 78% 77% 48% 46% De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen 7% 1% 6% 44% 33% Weet niet 77% 16% 0% Belastingdienst huisbezoek De uitkeringsinstantie bij u thuis of op uw werkplek langskomt om u te controleren 35% 10% 25% 34% 12% 46% 19% 89

91 Significant verschil 95% betrouwbaarheid ZW Witte en zwarte fraude ZW Een ruime meerderheid van 85 procent van de ZW ers denkt dat het opgemerkt wordt wanneer zij iets anders aan de Belastingdienst melden dan aan het UWV. In vergelijking met 2014 zijn minder ZW ers van mening dat de kans groot is dat zwartwerken opgemerkt wordt. 64 procent acht deze kans groot tegenover 71 procent in Meer ZW ers achten de kans klein is dat zwartwerken ontdekt wordt (21 procent tegenover 13 procent in 2014). 100% 80% 60% 40% 86% 85% 71% 64% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans wanneer u inkomen of wijzigingen in uw inkomen wel meldt aan de Belastingdienst, maar niet aan de uitkeringsinstantie kleine kans 5% grote kans 2% 3% zeer grote kans 47% 38% Weet niet 85% 10% 0% witte fraude zwarte fraude wanneer u inkomsten niet meldt aan de Belastingdienst èn niet aan de uitkeringsinstantie 21% 5% 16% 35% 29% 64% 15% 90

92 Significant verschil 90% betrouwbaarheid PW Detectie- en strafkans PW Iets meer PW ers dan in 2014 denken dat de kans groot is dat het niet nakomen van verplichtingen wordt opgemerkt, 82 procent tegenover 80 procent in Procent acht de kans zéér groot, dit is hoger dan bij de andere wetten: in vergelijking met de andere wetten zijn PW'ers meer uitgesproken. Zeven procent van de PW ers denkt dat de kans klein is. Van de PW ers denkt, net als in 2014, 83 procent dat iemand daadwerkelijk bestraft wordt wanneer een uitkeringsinstantie het merkt dat hij/zij de plichten niet nakomt. PW ers zijn ook hier meer uitgesproken dan bij de andere wetten: liefst 42 procent denkt dat de kans zéér groot is dat overtredingen daadwerkelijk bestraft worden. Er zijn geen grote verschillen tussen alleenstaande en samenwonende PW ers. 100% Stel u komt uw plichten niet na, hoe groot schat u de kans in dat 80% 60% 40% 82% 83% 80% 82% zeer kleine kans de uitkeringsinstantie dit merkt kleine kans 7% grote kans 3% 4% zeer grote kans 43% 39% Weet niet 82% 11% 0% detectiekans strafkans u wordt bestraft als de uitkeringsinstantie het merkt 5% 2% 3% 41% 42% 83% 12% 91

93 PW Controlekans PW Net als bij de andere wetten, zien we dat ook bij de PW de controlekans door acht op de tien als hoog wordt ingeschat. In vergelijking met de andere wetten, schatten PW ers de kans hoger in dat zij ter controle thuis of op hun werk bezocht worden. Zes op de tien achten de kans groot dat een dergelijk bezoek plaatsvindt. Er zijn geen grote verschillen tussen alleenstaanden en paren. 100% Hoe groot schat u de kans in dat 80% 79% 80% zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 61% 60% De uitkeringsinstantie u controleert door bijv. gegevens van de Belastingdienst op te vragen 6% 2% 4% 41% 39% Weet niet 80% 14% 0% Belastingdienst huisbezoek De uitkeringsinstantie bij u thuis of op uw werkplek langskomt om u te controleren 21% 6% 15% 36% 24% 60% 19% 92

94 Significant verschil 95% betrouwbaarheid PW Witte en zwarte fraude PW Meer PW ers dan in 2014 verwachten dat de kans groot is dat witte fraude ontdekt wordt. In 2014 lag dit percentage op 81 procent, nu is dat 85 procent. Met name alleenstaanden achten deze kans groter (85 procent) dan samenwonenden (82 procent). In vergelijking met andere wetten, schatten PW ers de kans hoger in dat zwartwerken opgemerkt wordt: liefst 77 procent denkt dat de kans groot is dat dit ontdekt wordt, waarvan 37 procent de kans zelfs zéér hoog inschat. 100% 80% 81% 85% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans kleine kans grote kans zeer grote kans 60% 40% 75% 77% wanneer u inkomen of wijzigingen in uw inkomen wel meldt aan de Belastingdienst, maar niet aan de uitkeringsinstantie 4% 2% 2% 42% 43% Weet niet 85% 11% 0% witte fraude zwarte fraude wanneer u inkomsten niet meldt aan de Belastingdienst èn niet aan de uitkeringsinstantie 10% 3% 7% 40% 37% 77% 13% 93

95 PW Woon- en vermogensfraude PW 82 Procent van de PW ers verwacht dat de kans groot is dat witte fraude ontdekt wordt. Eenzelfde aantal verwacht dat de kans groot is dat fraude rond de huishoudsamenstelling of vermogensfraude ontdekt wordt. 100% 80% 60% 40% 80% 82% 80% 82% Stel u komt uw plichten niet na. Hoe groot schat u de kans in dat de uitkeringsinstantie het merkt. zeer kleine kans wanneer u niet meldt wanneer u een gezamenlijke huishouding begint of eindigt kleine kans 7% grote kans 2% 5% zeer grote kans 43% 39% Weet niet 82% 11% 0% woonfraude vermogensfraude wanneer u vermogen of wijzigingen in uw vermogen niet meldt 6% 3% 3% 43% 39% 82% 12% 94

96 Perceptie van de hoogte van de boete De boeteregeling is in 2014 gewijzigd. Inmiddels kan een boete van 100 procent van het onterecht ontvangen bedrag alleen opgelegd worden als iemand met opzet heeft gefraudeerd. Bij grove schuld volgt een boete van 75 procent. In de overige gevallen is de boete 50 procent van het gefraudeerde bedrag. Bij verminderde verwijtbaarheid is de boete 25 procent van dit bedrag. We vroegen de uitkeringsgerechtigden wat volgens hen de maximale boete was, waarbij ze de keuze hadden tussen geen boete, een boete van 10 procent, een boete van 50 procent, een boete van 100 procent en het antwoord weet niet. Er blijkt anno 2015 nog veel onbekendheid als het gaat om de maximale boete. Slechts een kleine minderheid wist het juiste antwoord te geven. Bij de AOW kruist zelfs 63 procent het antwoord weet niet aan. In de figuur hiernaast staat weergegeven hoeveel procent het juiste antwoord koos. Zo n 11 procent weet het juiste antwoord te noemen. De PWgerechtigden blijken het beste op de hoogte, 16 procent weet dat ze maximaal 100 procent bovenop het oorspronkelijke bedrag terug moeten betalen. Zij worden gevolgd door de WAOgerechtigden, van hen weet 15 procent het juiste bedrag te noemen. In 2014 waren de WAO- en WIA-gerechtigden het beste op de hoogte, die laten nu een daling zien. Kennis hoogte maximale boete: percentage dat het juiste antwoord geeft terugbetaling plus 100% van het te veel ontvangen bedrag WWB WAO WW Wajong ZW WIA AIO ANW AKW AOW Juist antwoord 16% 15% 14% 12% 12% 11% 10% 9% 7% 5% Weet niet Verkeerd antwoord 52% 32% 60% 25% 54% 32% 54% 34% 58% 30% 64% 25% 57% 33% 60% 31% 49% 44% 63% 32% 95

97 Bijlage 1 Houding en situatie

98 AOW Houding en situatie AOW In vergelijking met alle wetten zijn AOW-gerechtigden het meest ervan overtuigd dat mensen de regels overtreden om er zelf beter van te worden (57 procent). Overigens staat dit niet per se op gespannen voet met de overtuiging dat mensen de regels uit onwetendheid overtreden: 37 procent van de AOW-AOW'ers denkt dat mensen niet (altijd) met opzet de regels overtreden. AOW-gerechtigden hebben er geen problemen mee als ze zelf gecontroleerd zouden worden. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 5% 1% 4% 37% Neutraal 57% 38% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 22% 4% 18% 30% 7% 37% 41% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 1% 1% 48% 36% 84% 15% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle AOW-gerechtigden (n=458) 97

99 AKW Houding en situatie AKW De kinderbijslagontvangers hebben er, net als de AOW-gerechtigden, geen problemen mee als ze zelf gecontroleerd zouden worden. Zij zijn echter wel in mindere mate van mening dat mensen de regels overtreden om er beter van te worden. 39 procent denkt dat mensen niet met opzet fraude plegen, maar dat zij de regels niet kennen. Kinderbijslagontvangers met kinderen ouder dan 16 jaar denken vaker dat mensen die de regels overtreden dit doen omdat ze er beter van worden. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 21% 7% 14% 32% 6% Neutraal 38% 41% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 23% 6% 17% 33% 6% 39% 38% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 1% 1% 48% 35% 83% 16% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle AKW-gerechtigden (n=435) 98

100 Anw Houding en situatie Anw Ook Anw-gerechtigden hebben er geen problemen mee als ze gecontroleerd zouden worden. Circa vier op de tien Anw-gerechtigden vinden dat mensen die de regels overtreden dit doen, omdat ze er beter van worden. Maar een zelfde aantal vindt ook dat mensen niet met opzet fraude plegen, maar dit doen omdat ze de regels niet kennen. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 15% 5% 10% 32% 11% Neutraal 43% 42% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 16% 4% 12% 38% 6% 44% 40% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 1% 1% 51% 29% 80% 19% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle Anw-gerechtigden (n=350) 99

101 AIO Houding en situatie AIO In vergelijking met de andere SVB-wetten, vinden AIO-gerechtigden het minder vaak plezierig om zelf gecontroleerd te worden: 72 procent heeft er geen problemen mee, tegenover circa 85 procent bij de andere SVBwetten. Net als Anw-gerechtigden geloven AIO-gerechtigden vaker in de onschuld van (sommige) fraudeurs dan AOW- en AKW-gerechtigden. 45 procent van de AIO-gerechtigden is het eens met de stelling dat mensen niet met opzet fraude plegen, maar dit doen omdat ze de regels niet goed genoeg kennen. Wel vindt een groter aantal AIO-gerechtigden dan in 2014 dat mensen die de regels overtreden dit doen, omdat ze er beter van worden (gestegen van 28 procent in 2014 naar 37 procent in 2015). Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 24% 7% 17% 23% 14% Neutraal 37% 39% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 16% 4% 12% 34% 11% 45% 39% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 4% 1% 3% 45% 27% 72% 24% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle AIO-gerechtigden (n=347) 100

102 WAO Houding en situatie WAO De meeste WAO-gerechtigden, 82 procent, vinden het prima als zij zelf gecontroleerd worden. 32 procent is van mening dat mensen niet met opzet fraude plegen, maar dit doen omdat zij de regels niet kennen. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 12% 3% 9% 32% 14% Neutraal 46% 42% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 25% 5% 26% 6% 32% 43% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 1% 1% 48% 34% 82% 17% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle WAO-gerechtigden (n=505) 101

103 WIA Houding en situatie WIA Bij de WIA zien we een gelijke trend als bij de WAO: de meeste WIA-gerechtigden (82 procent) hebben er zelf geen problemen mee als ze gecontroleerd worden. 37 procent denkt dat mensen die de regels overtreden dit doen, omdat ze er beter van worden. Dit is een daling opzichte van 2014, toen was 45 procent het hiermee eens. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 19% 7% 12% 27% 10% Neutraal 37% 44% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 22% 6% 16% 28% 8% 36% 42% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 2% 1% 1% 51% 31% 82% 16% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle WIA-gerechtigden (n=563) 102

104 Wajong Houding en situatie Wajong Ook bij de Wajong-gerechtigden zien we een soortgelijk resultaat: driekwart vindt het prima om zelf gecontroleerd te worden, 36 procent denkt dat mensen niet altijd met opzet fraude plegen, maar dit per ongeluk doen omdat ze de regels niet kennen. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 24% 7% 17% 27% 9% Neutraal 36% 40% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 24% 7% 17% 28% 8% 36% 40% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 4% 1% 3% 46% 30% 76% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle Wajong-gerechtigden (n=620) 103

105 WW Houding en situatie WW 42 procent van de WW-gerechtigden denkt dat mensen de regels overtreden om er zelf beter van te worden. Drie op de tien (31 procent om precies te zijn) denken dat mensen het niet altijd met opzet doen, maar dat het komt doordat ze de regels niet goed kennen. WW-gerechtigden hebben er zelf geen problemen mee als ze gecontroleerd zouden worden. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 4% 16% 33% 9% Neutraal 42% 38% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 24% 5% 19% 26% 5% 31% 45% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 3% 1% 2% 54% 29% 83% 14% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle WW-gerechtigden (n=467) 104

106 ZW Houding en situatie ZW Net als bij de andere UWV-wetten, vinden de meeste ZW-gerechtigden (83 procent) het prima als zij zelf gecontroleerd worden. Drie op de tien zijn mening dat mensen niet met opzet fraude plegen, maar dit doen omdat zij de regels niet kennen. 38 procent denkt dat mensen die de regels overtreden dit doen omdat ze er beter van worden, dit is een daling ten opzichte van 2014, toen was 47 procent het met deze stelling eens. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 21% 6% 15% 27% 11% Neutraal 38% 41% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 26% 8% 18% 26% 5% 31% 43% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 2% 2% 47% 36% 83% 15% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle ZW-gerechtigden (n=468) 105

107 PW Houding en situatie PW PW-gerechtigden onderscheiden zich van de andere wetten in dat ze zich minder graag laten controleren. Slechts 71 procent zegt dit prima te vinden, bij de andere wetten ligt dit rond de procent. Een derde van de PWgerechtigden denkt dat mensen niet altijd met opzet fraude plegen, maar dat dit het gevolg is van onbekendheid met de regels. Dit is een stijging ten opzichte van vorig jaar, toen waren drie op de tien het hiermee eens. Mensen die de regels overtreden, doen dat omdat ze er beter van worden 25% 10% 15% 24% 11% Neutraal 35% 40% Mensen plegen niet met opzet fraude, maar kennen de regels niet goed genoeg 23% 7% 16% 25% 8% 33% 44% Ik vind het prima als ik zelf gecontroleerd zou worden 3% 1% 2% 43% 28% 71% 26% volledig mee oneens mee oneens mee eens volledig mee eens Basis: alle PW-gerechtigden (n=1.908) 106

108 Dank u

Rapport Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2016

Rapport Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2016 Rapport Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2016 Project: 16035053 Datum: 6 januari 2017 Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie p. 2 Achtergrond en onderzoeksopzet p. 11 Kennis van verplichtingen p.

Nadere informatie

Rapport - V2 Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2017

Rapport - V2 Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2017 Rapport - V2 Kennis Verplichtingen en Detectiekans 2017 Project: 17039811 Datum: 19 januari 2018 Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie p. 2 Achtergrond en onderzoeksopzet p. 11 Kennis van verplichtingen

Nadere informatie

Kennis verplichtingen en detectiekans 2014

Kennis verplichtingen en detectiekans 2014 Opdrachtgever SZW Kennis verplichtingen en detectiekans 2014 Opdrachtnemer Ipsos / G. Vullings, P. Houtenbos Onderzoek Kennis verplichtingen en detectiekans 2014 Einddatum 9 maart 2015 Categorie Toezicht

Nadere informatie

Kennis Verplichtingen en Pakkans

Kennis Verplichtingen en Pakkans Kennis Verplichtingen en Pakkans Negen wetten onder de loep Voor: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Door: Gaby Vullings Associate Research Director Datum: 21 februari 2013 Project: 12071130

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2019

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2019 Uitkeringsbedragen per 1 juli 2019 Per 1 juli 2019 worden de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en Wet inkomensvoorziening oudere

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2018

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2018 Uitkeringsbedragen per 1 juli 2018 Per 1 juli 2018 worden de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en Wet inkomensvoorziening oudere

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2018

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2018 Uitkeringsbedragen per 1 januari 2018 Per 1 januari 2018 worden de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en Wet inkomensvoorziening

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2013. Nieuwsbericht 25-06-2013

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2013. Nieuwsbericht 25-06-2013 Uitkeringsbedragen per 1 juli 2013 Nieuwsbericht 25-06-2013 Per 1 juli 2013 worden de AOW, ANW, WW, WIA, WAO, TW, Wajong, Wwb, IOAW en IOAZ aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk minimumloon

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2019

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2019 Uitkeringsbedragen per 1 januari 2019 Per 1 januari 2019 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast. Dit komt doordat deze uitkeringen gekoppeld zijn aan

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2015

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2015 Uitkeringsbedragen per 1 januari 2015 Per 1 januari 2015 worden de AOW, Anw, WW, WIA, WAO, ZW, TW, Wajong, Participatiewet (voorheen WWB), IOAW en IOAZ aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk

Nadere informatie

Overzicht uitkeringsbedragen en maatregelen Sociale Zaken en Werkgelegenheid per 1 juli 2017

Overzicht uitkeringsbedragen en maatregelen Sociale Zaken en Werkgelegenheid per 1 juli 2017 Overzicht uitkeringsbedragen en maatregelen Sociale Zaken en Werkgelegenheid per 1 juli 2017 Per 1 juli 2017 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2015

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2015 Uitkeringsbedragen per 1 juli 2015 Per 1 juli 2015 worden de AOW, Anw, WW, WIA, WAO, ZW, TW, Wajong, Participatiewet (voorheen WWB), IOAW en IOAZ aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk

Nadere informatie

Participatiewet De bijstandsuitkeringen stijgen per 1 januari 2015. De netto normbedragen voor mensen vanaf 21 jaar tot aan pensioen zijn:

Participatiewet De bijstandsuitkeringen stijgen per 1 januari 2015. De netto normbedragen voor mensen vanaf 21 jaar tot aan pensioen zijn: Uitkeringsbedragen per 1 januari 2015 Participatiewet De bijstandsuitkeringen stijgen per 1 januari 2015. De netto normbedragen voor mensen vanaf 21 jaar tot aan pensioen zijn: Gehuwden/samenwonenden per

Nadere informatie

De uitkeringsbedragen per 1 januari 2014

De uitkeringsbedragen per 1 januari 2014 De uitkeringsbedragen per 1 januari 2014 Per 1 januari 2014 worden de AOW, ANW, WW, WIA, WAO, TW, Wajong, WWB, IOAW en IOAZ aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk minimumloon per 1 januari

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2016

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2016 Uitkeringsbedragen per 1 januari 2016 Per 1 januari 2016 worden de Participatiewet (voorheen WWB), IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2017

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2017 Uitkeringsbedragen per 1 januari 2017 Per 1 januari 2017 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk minimumloon

Nadere informatie

Inhoud. Wet werk en bijstand... 2 IOAW en IOAZ... 4 AOW... 5 Anw... 7 Wajong... 8 Maximumdagloon (WW, WIA en WAO)... 9 Toeslagenwet...

Inhoud. Wet werk en bijstand... 2 IOAW en IOAZ... 4 AOW... 5 Anw... 7 Wajong... 8 Maximumdagloon (WW, WIA en WAO)... 9 Toeslagenwet... Inhoud Wet werk en bijstand... 2 IOAW en IOAZ... 4 AOW... 5 Anw... 7 Wajong... 8 Maximumdagloon (WW, WIA en WAO)... 9 Toeslagenwet... 9 1 Wet werk en bijstand Per 1 juli 2014 stijgen de bijstandsuitkeringen.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 893 Invoering en wijziging van de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen Nr. 6 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen 20 mei 2009

Nadere informatie

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2016

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2016 Uitkeringsbedragen per 1 juli 2016 Per 1 juli 2016 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk minimumloon per

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Klantgerichtheidmonitor UWV 2 e meting 2014

Klantgerichtheidmonitor UWV 2 e meting 2014 Uitkeringsgerechtigden Verantwoording Respons % aantal Totaal uitkeringsgerechtigden 11 7.075 Uitvoering i. steekproef: representatieve steekproef uit populatie uitkeringsgerechtigden van de diverse doelgroepen,

Nadere informatie

Sociale Verzekeringen per 1 januari 2011

Sociale Verzekeringen per 1 januari 2011 Sociale Verzekeringen per 1 januari 2011 Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 januari 2011 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan

Nadere informatie

UWV Tijdreeksen 2017

UWV Tijdreeksen 2017 UWV Tijdreeksen 217 Inhoudsopgave Inleiding 2 1. WW 3 2. WIA (IVA + WGA) 4 2.1. WIA Totaal 4 2.2. IVA 5 2.3. WGA 6 3. WAO 7 4. WAZ 8 5. Wajong 9 6. Ziektewet 1 7. Uitgekeerde bedragen 11 Colofon 12 UWV

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15191 10 juni 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 3 juni 2013, 2013-0000046722,

Nadere informatie

Sociale verzekeringen per 1 juli

Sociale verzekeringen per 1 juli Sociale verzekeringen per 1 juli Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong zijn vanaf 1 juli omhoog gegaan. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan het wettelijk

Nadere informatie

maatschappelijke afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie

maatschappelijke afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie 107 maatschappelijke zorg 10 108 Maatschappelijke zorg Aantal huishoudens met een bijstandsuitkering verder afgenomen Het aantal huishoudens met een bijstandsuitkering is in 2009 met 3,1% gedaald, tot

Nadere informatie

Klantgerichtheidmonitor UWV 1 e meting 2014

Klantgerichtheidmonitor UWV 1 e meting 2014 Uitkeringsgerechtigden Verantwoording Respons % aantal Totaal uitkeringsgerechtigden 9 5.037 Uitvoering i. steekproef: representatieve steekproef uit populatie uitkeringsgerechtigden van de diverse doelgroepen,

Nadere informatie

UWV Kennisverslag

UWV Kennisverslag UWV Kennisverslag 2018-9 Peter Rijnsburger DE NO-RISKPOLIS IN KAART GEBRACHT Het gebruik van de no-riskpolis door werkgevers voor werknemers met een arbeidsongeschiktheidsuitkering en minder dan 35% arbeidsongeschikten

Nadere informatie

Tweemeting Uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2006 en eerste halfjaar 2007

Tweemeting Uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2006 en eerste halfjaar 2007 Tweemeting Uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2006 en eerste halfjaar 2007 Esther Vieveen, Mariëtte Goedhuys, Nicol Sluiter CBS, Centrum voor Beleidsstatistiek Maart 2010

Nadere informatie

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW - eindrapport - drs. L.F. Heuts drs. R.C. van Waveren Amsterdam, december 2009

Nadere informatie

Sociale verzekeringen per 1 januari 2010

Sociale verzekeringen per 1 januari 2010 Sociale verzekeringen per 1 januari 2010 11 december 2009 Nr. 09/134 Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 januari 2010 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen

Nadere informatie

Sociale verzekeringen per 1 juli 2009

Sociale verzekeringen per 1 juli 2009 Sociale verzekeringen per 1 juli Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 juli omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan het wettelijk minimumloon.

Nadere informatie

UWV Tijdreeksen 2018

UWV Tijdreeksen 2018 UWV Tijdreeksen 218 Inhoudsopgave Inleiding 2 1. WW 3 2. WIA (IVA en WGA) 4 2.1. WIA Totaal 4 2.2. IVA 5 2.3. WGA 6 3. WAO 7 4. WAZ 8 5. Wajong 9 6. Ziektewet 1 7. Uitgekeerde bedragen 11 Colofon 12 UWV

Nadere informatie

Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012

Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012 Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012 Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 juli 2012 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan het wettelijk

Nadere informatie

Grootste stijging aantal nieuwe WIA-uitkering in het hoger beroepsonderwijs

Grootste stijging aantal nieuwe WIA-uitkering in het hoger beroepsonderwijs Langdurig zieke werknemers die in aanmerking komen voor een uitkering op grond van arbeidsongeschiktheid vielen voorheen onder de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO). Op 1 januari 2006 maakte

Nadere informatie

Overzicht uitkeringsbedragen per 1 juli 2018

Overzicht uitkeringsbedragen per 1 juli 2018 Overzicht uitkeringsbedragen per 1 juli 2018 Participatiewet Bijstandsuitkeringen De (netto) uitkering voor mensen vanaf 21 jaar tot de pensioengerechtigde leeftijd: per maand 1.352,48 vakantie-uitkering

Nadere informatie

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN Klanttevredenheidsonderzoek Schoonmaakdienst gemeente Haren Colofon Opdrachtgever Gemeente Haren Datum December 2016 Auteurs Tessa Schoot Uiterkamp

Nadere informatie

Inhoud. Afkortingen 13

Inhoud. Afkortingen 13 Inhoud Afkortingen 13 1 Inleiding in de sociale zekerheid 15 1.1 Inleiding 15 1.2 Driedeling 28 1.2.1 Werknemersverzekeringen 29 1.2.2 Volksverzekeringen 29 1.2.3 Sociale voorzieningen 30 2 Kinderen 33

Nadere informatie

Maatregelenbesluit socialezekerheidswetten Geldend van t/m heden

Maatregelenbesluit socialezekerheidswetten Geldend van t/m heden Maatregelenbesluit socialezekerheidswetten Geldend van 01-01-2015 t/m heden Besluit van 23 augustus 2007, houdende regels omtrent de hoogte en duur van de op te leggen administratieve maatregelen op grond

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 31612 11 juni 2019 Mededeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 3 juni 2019, 2019-0000067601, over

Nadere informatie

Gemiddelde van grootteklasse 1734 Overbetuwe. aantal uitkeringen einde kwartaal 3 4 1 2 laatste kwartaal afgerond op tientallen abs. perc. abs. perc.

Gemiddelde van grootteklasse 1734 Overbetuwe. aantal uitkeringen einde kwartaal 3 4 1 2 laatste kwartaal afgerond op tientallen abs. perc. abs. perc. : Sociale Zekerheid-Op-Maat Gemeente Gemiddelde van grootteklasse 1734 Overbetuwe 20.000 tot 50.000 inwoners 2014 2014 2015 2015 ontwikkeling 2014 2014 2015 2015 ontwikkeling aantal uitkeringen einde kwartaal

Nadere informatie

Actualisering en aanvullingen onderzoek Waar is de doelgroep

Actualisering en aanvullingen onderzoek Waar is de doelgroep Actualisering en aanvullingen onderzoek Waar is de doelgroep Onderzoeksregio oostelijk Noord-Brabant Boukje Cuelenaere 13 juli 2017 Actualisering gegevens realisatie LKS banen in de regio t/m december

Nadere informatie

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht Premies per 1 januari 2012 Volksverzekeringen (premieafdracht aan Belastingdienst) premie % AOW ANW AWBZ werkgever - - - werknemer 17,91

Nadere informatie

Sociale Verzekeringen per 1 januari 2012

Sociale Verzekeringen per 1 januari 2012 Sociale Verzekeringen per 1 januari 2012 Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 januari 2012 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 29 817 Sociale werkvoorziening Nr. 131 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

SRG-uitstroom Conclusie

SRG-uitstroom Conclusie Opdrachtgever SZW SRG-uitstroom 2014 Conclusie Opdrachtnemer Centraal Bureau voor de Statistiek / W. van Andel, E. Ebenau, L. van Koperen, P. Molenaar-Cox, A. Redeman, M. Sterk-van Beelen, J. Weidum Onderzoek

Nadere informatie

Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ

Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ Het doorgeven van een voor de uitkering relevante wijziging moet altijd gebeuren via het mutatieformulier. Let op: Dit is de enige manier waarop

Nadere informatie

SOCIALE VERZEKERINGEN PER 1 JULI 2012.

SOCIALE VERZEKERINGEN PER 1 JULI 2012. SOCIALE VERZEKERINGEN PER 1 JULI 2012. bron: Redactioneel/Rijksoverheid. door: Ton van Vugt. Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 juli 2012 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd

Nadere informatie

Ik krijg een IVA-uitkering Wat betekent dat?

Ik krijg een IVA-uitkering Wat betekent dat? uwv.nl werk.nl Ik krijg een IVA-uitkering Wat betekent dat? Wat u moet weten als u een IVA-uitkering krijgt Wilt u meer weten? Kijk voor meer informatie op uwv.nl. Wilt u daarna nog meer weten over uw

Nadere informatie

UWV Klantgerichtheidsmonitor Landelijk - 1e tertiaal 2013

UWV Klantgerichtheidsmonitor Landelijk - 1e tertiaal 2013 UWV Klantgerichtheidsmonitor Landelijk - 1e tertiaal 2013 Amsterdam/Heerlen, mei 2013 RMI FULLSERVICE MARKTONDERZOEK 2013 RMI. Alle rechten voorbehouden. Aan de informatie in deze presentatie kunnen geen

Nadere informatie

Fraude sociale zekerheid

Fraude sociale zekerheid Wat staat er in het wetsvoorstel Aanscherping en handhaving SZW-wetgeving? Kortweg dat fraude in 2013 veel zwaarder bestraft zal gaan worden: Burgers moeten bij fraude met een uitkering alles terugbetalen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 28171 24 mei 2018 Mededeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 15 mei 2018, 2018-0000085753, over

Nadere informatie

UWV Controleert. uwv.nl werk.nl. Wat kan ik verwachten? Meer informatie

UWV Controleert. uwv.nl werk.nl. Wat kan ik verwachten? Meer informatie uwv.nl werk.nl UWV Controleert Wat kan ik verwachten? Meer informatie Deze brochure geeft algemene informatie. Heeft u na het lezen nog vragen? Kijk dan op uwv.nl. U kunt ook contact opnemen met UWV Telefoon

Nadere informatie

I. VERKLARINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 1, ONDER L), VAN VERORDENING (EG) NR. 883/2004 DE DATUM VANAF WELKE DE VERORDENING VAN TOEPASSING ZAL ZIJN

I. VERKLARINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 1, ONDER L), VAN VERORDENING (EG) NR. 883/2004 DE DATUM VANAF WELKE DE VERORDENING VAN TOEPASSING ZAL ZIJN Verklaring van het Koninkrijk der Nederlanden uit hoofde van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels

Nadere informatie

Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch. Nulmeting 2016

Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch. Nulmeting 2016 Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch Nulmeting 2016 Afdeling Onderzoek & Statistiek Juli 2016 Samenvatting De gemeente s-hertogenbosch vindt het belangrijk om de ervaringen van cliënten met Wmoondersteuning

Nadere informatie

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012 Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 0/0 Stichting Personeelspensioenfonds Cordares (PPF) Astrid Currie, communicatieadviseur Maart 0 versie.0 Pagina versie.0 Inleiding Op initiatief

Nadere informatie

Ik krijg een IVA-uitkering Wat betekent dat? Wat u moet weten als u een IVA-uitkering krijgt

Ik krijg een IVA-uitkering Wat betekent dat? Wat u moet weten als u een IVA-uitkering krijgt Ik krijg een IVA-uitkering Wat betekent dat? Wat u moet weten als u een IVA-uitkering krijgt Werken aan perspectief Werken is belangrijk, voor uzelf en voor de maatschappij. UWV helpt u om werk te vinden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 30 982 Beleidsdoorlichting Sociale Zaken en Werkgelegenheid Nr. 6 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Aan het werk met re-integratieondersteuning Aan het werk met re-integratieondersteuning Zesmeting, fase 3 21-11-2014 gepubliceerd op cbs.nl CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaal Economische Trends, januari 2014, 01 1 Inhoud Inleiding 4

Nadere informatie

Voorlichting Sociale Verzekeringsbank Groningen. Meppel, 21 maart 2019

Voorlichting Sociale Verzekeringsbank Groningen. Meppel, 21 maart 2019 Voorlichting Sociale Verzekeringsbank Groningen Meppel, Sociale Verzekeringsbank Kantoor Groningen Even voorstellen: Even nader kennismaken. De Sociale Verzekeringsbank.. Ooit komt iedereen een keer met

Nadere informatie

Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services. Documentatierapport Hackaton bestand

Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services. Documentatierapport Hackaton bestand Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services Documentatierapport Hackaton bestand 2011-2016 Datum:28 februari 2018 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door de onderzoeksinstelling

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek. Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe

Klanttevredenheidsonderzoek. Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe Klanttevredenheidsonderzoek Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe Aanleiding, methode en respons Aanleiding Gedurende de afgelopen jaren heeft de gemeente Olst-Wijhe meerdere onderzoeken

Nadere informatie

Redenen van in- en uitstroom WWB

Redenen van in- en uitstroom WWB Rapport Redenen van in- en uitstroom WWB Mirthe Bronsveld-de Groot Lisanne van Koperen Annemieke Redeman 11 december 2015 samenvatting In opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID In opdracht van Delta Lloyd Maart 2015 1 Inhoudsopgave 1. Management Summary 2. Onderzoeksresultaten Verzuim Kennis en verzekeringen Communicatie Opmerkingen 3. Onderzoeksverantwoording

Nadere informatie

Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Inleiding Op basis van de Wmo 2015 zijn gemeenten verplicht jaarlijks een cliëntervaringsonderzoek uit te voeren. De vier Westerkwartiergemeenten

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2017 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2017 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2017 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 11 WAO... 12 WIA... 13 WAZ...

Nadere informatie

Hoofdstuk 14 Sociaal zekerheidsrecht

Hoofdstuk 14 Sociaal zekerheidsrecht Hoofdstuk 14 Sociaal zekerheidsrecht Paragraaf 14.1 1. Overzicht van de Nederlandse sociale zekerheid a. Op welke wijze is het Nederlandse sociaal zekerheidsstelsel in te delen? b. Noem de organisaties

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2018 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2018 UWV Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2018 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 10 WAO... 11 WIA... 12 WAZ...

Nadere informatie

Daarvan kan ik niet rondkomen. Kan ik een toeslag krijgen?

Daarvan kan ik niet rondkomen. Kan ik een toeslag krijgen? Daarvan kan ik niet rondkomen Kan ik een toeslag krijgen? Werken aan perspectief Werken is belangrijk, voor uzelf en voor de maatschappij. UWV helpt u om werk te vinden en te houden. Is werken niet mogelijk,

Nadere informatie

Hoofdstuk 24. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 24. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 24. Financiële dienstverlening Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Ruim zeven op de tien Leidenaren

Nadere informatie

Hoe vraag ik een WIA-uitkering aan? Wat u moet weten als u al enige tijd ziek bent

Hoe vraag ik een WIA-uitkering aan? Wat u moet weten als u al enige tijd ziek bent Hoe vraag ik een WIA-uitkering aan? Wat u moet weten als u al enige tijd ziek bent Inhoud Wat is de WIA? 2 Wanneer vraagt u een WIA-uitkering aan? 3 Als u een werkgever heeft 4 Als u geen werkgever heeft

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Afdeling: Maatschappelijke ontwikkeling Auteur : Nick Elshof Datum: 04-08-2017 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Samenvatting... 4 Algemene informatie geleverde ondersteuning...

Nadere informatie

Daarvan kan ik niet rondkomen

Daarvan kan ik niet rondkomen uwv.nl werk.nl Daarvan kan ik niet rondkomen Kan ik een toeslag krijgen? Wilt u meer weten? Deze brochure geeft algemene informatie. Wilt u na het lezen preciezer weten wat voor u in uw situatie geldt,

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2017 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2017 UWV Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2017 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 11 WAO... 12 WIA... 13 WAZ...

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2018 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2018 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2018 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 10 WAO... 11 WIA... 12 WAZ...

Nadere informatie

Hoe vraag ik een WIA-uitkering aan?

Hoe vraag ik een WIA-uitkering aan? uwv.nl werk.nl Hoe vraag ik een WIA-uitkering aan? Wat u moet weten als u al enige tijd ziek bent Wilt u meer informatie? Meer informatie vindt u op uwv.nl. Wilt u daarna nog meer weten over uw uitkering?

Nadere informatie

Als u de afgelopen 12 maanden niet met een onderdeel te maken heeft gehad, kunt u niet van toepassing (N.v.t.) invullen.

Als u de afgelopen 12 maanden niet met een onderdeel te maken heeft gehad, kunt u niet van toepassing (N.v.t.) invullen. Als u de afgelopen 12 maanden niet met een onderdeel te maken heeft gehad, kunt u niet van toepassing (N.v.t.) invullen. Wilt u een rapportcijfer (1 is slecht, 10 is goed) geven voor: 1 2 3 4 5 6 7 8 9

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17689 30 maart 2017 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 maart 2017, 2017-0000044513,

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Daling bijstand en WW neemt af. Ruim 300 duizend bijstandsuitkeringen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Daling bijstand en WW neemt af. Ruim 300 duizend bijstandsuitkeringen Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-075 17 april 2002 9.30 uur Daling bijstand en WW neemt af Het aantal bijstands- en WW-uitkeringen is in de tweede helft van 2001 verder afgenomen. Dit

Nadere informatie

afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie

afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie 107 maatschappelijke zorg 10 108 Maatschappelijke zorg Veel uitkeringsgerechtigden alleenstaand In 2006 is het aantal huishoudens met een periodieke uitkering licht gestegen (+1,3%), tot 2.087 huishoudens

Nadere informatie

Daarvan kan ik niet rondkomen

Daarvan kan ik niet rondkomen uwv.nl werk.nl Daarvan kan ik niet rondkomen Kan ik een toeslag krijgen? Wilt u meer weten? Deze brochure geeft algemene informatie. Wilt u na het lezen preciezer weten wat voor u in uw situatie geldt,

Nadere informatie

Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ

Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ Het doorgeven van een voor de uitkering relevante wijziging moet altijd gebeuren via het mutatieformulier. Let op: Dit is de enige manier waarop

Nadere informatie

Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ

Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ Het doorgeven van een voor de uitkering relevante wijziging moet altijd gebeuren via het mutatieformulier. Let op: Dit is de enige manier waarop

Nadere informatie

Rekenregels per 1 januari 2014

Rekenregels per 1 januari 2014 Rekenregels per 1 januari 2014 1. Inleiding In deze rekenregels zijn het bruto wettelijk minimumloon, de sociale premies, belastingtarieven en heffingskortingen per 1 januari 2014 opgenomen. Deze premies

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2016 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2016 UWV Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2016 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 12 WAO... 13 WIA... 14 WAZ...

Nadere informatie

TEVREDENHEIDSONDERZOEK UWV JOBSENSE. Meetjaar 2013

TEVREDENHEIDSONDERZOEK UWV JOBSENSE. Meetjaar 2013 TEVREDENHEIDSONDERZOEK UWV JOBSENSE Meetjaar 2013 Mei 2014, uitgevoerd door: Wij maken het duidelijk. www.xs2quality.nl info@xs2quality.nl INHOUDSOPGAVE Inleiding 3 Onderzoeksvariabelen - Algemeen 4 -

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2015 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2015 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2015 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 WAO... 13 WIA... 14 WAZ... 20 WAJONG (OUDE REGELING)...

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 8 april 2011 Betreft Evaluatie IOW

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 8 april 2011 Betreft Evaluatie IOW > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

STATISTISCH JAARBOEK. 10 maatschappelijke zorg

STATISTISCH JAARBOEK. 10 maatschappelijke zorg 95 STATISTISCH JAARBOEK 2002 10 96 Maatschappelijke zorg Uitkeringsgerechtigden in 2002 weer lager dan voorgaande jaren Op 1 januari 2002 waren er 1.956 uitkeringsgerechtigden in Hengelo; het laagste aantal

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2016 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2016 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2016 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 12 WAO... 13 WIA... 14 WAZ...

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 729 Evaluatie Wet inkomensvoorziening oudere werklozen Nr. 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Wet werk en bijstand. Zo snel mogelijk weer aan het werk

Wet werk en bijstand. Zo snel mogelijk weer aan het werk Wet werk en bijstand Zo snel mogelijk weer aan het werk Wet werk en bijstand Inhoudsopgave Wanneer hebt u recht op bijstand? 3 Hoe vraagt u een bijstandsuitkering aan? 4 Hoe hoog is uw bijstandsuitkering?

Nadere informatie

situatie febr 2010 Volksverzekeringen Algemene Ouderdomswet 2 Algemene Nabestaandenwet 2 ANW Algemene kinderbijslagwet 2 AKW

situatie febr 2010 Volksverzekeringen Algemene Ouderdomswet 2 Algemene Nabestaandenwet 2 ANW Algemene kinderbijslagwet 2 AKW situatie febr 2010 Sociale zekerheid te verdelen in twee stukken: Sociale verzekeringen Sociale voorzieningen Sociale verzekeringen worden beheerd/ uitgevoerd door de sociale verzekeringsfondsen (o.a.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) Nr. 399 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Niet (kunnen) werken. 1. Werkloosheidswet (WW)

Niet (kunnen) werken. 1. Werkloosheidswet (WW) Niet (kunnen) werken Hieronder worden een aantal uitkeringen besproken waar mensen een beroep op kunnen doen wanneer zij buiten hun eigen toedoen niet kunnen werken. Bijvoorbeeld omdat zij hun baan verliezen,

Nadere informatie

TEVREDENHEIDSONDERZOEK KETENPARTNERS SUN GRONINGEN

TEVREDENHEIDSONDERZOEK KETENPARTNERS SUN GRONINGEN TEVREDENHEIDSONDERZOEK KETENPARTNERS SUN GRONINGEN Tevredenheidsonderzoek ketenpartners SUN Groningen Colofon Opdrachtgever SUN Groningen Datum Maart 2017 Auteurs Bert van Putten David Scheffer KWIZ Stavangerweg

Nadere informatie

Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ

Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ Toelichting Mutatieformulier Participatiewet / IOAW / IOAZ Het doorgeven van een voor de uitkering relevante wijziging moet altijd gebeuren via het mutatieformulier. Let op: Dit is de enige manier waarop

Nadere informatie

Nulmeting 60%-doelstelling Uitstroom naar ar werk (voorlopige cijfers)06

Nulmeting 60%-doelstelling Uitstroom naar ar werk (voorlopige cijfers)06 07 Nulmeting 60%-doelstelling Uitstroom naar ar werk (voorlopige cijfers)06 Maaike Hersevoort, Daniëlle ter Haar en Luuk Schreven Centrum voor Beleidsstatistiek (paper 08010) Den Haag/Heerlen Verklaring

Nadere informatie

Rekenregels per 1 juli 2009

Rekenregels per 1 juli 2009 Rekenregels per 1 juli 2009 1. Inleiding In deze rekenregels zijn het bruto wettelijke minimumloon, de sociale premies, belastingtarieven en heffingskortingen per 1 juli 2009 opgenomen. Deze premies en

Nadere informatie

Informatie over de Wajong

Informatie over de Wajong Informatie over de Wajong Inleiding Het kabinet heeft het voornemen om per 1 januari 2014 de Wet werk en bijstand, de Wet investeren in jongeren, de Wet sociale werkvoorziening en een deel van de Wet Wajong

Nadere informatie