november 2016 de redactie

Transcriptie

1 VOORWOORD Sociaal Memo Actueel november 2016 geeft een overzicht van de belangrijkste wijzigingen in de sociale zekerheid die in de afgelopen maanden bekend zijn gemaakt. Voorbeelden daarvan zijn de gewijzigde regels rondom de aanvraag en ingangsdatum van de overbruggingsuitkering AOW en rondom de uitstroom uit het bestuursrechtelijke premieregime van de Zorgverzekeringswet. Daarnaast behandelt dit Memo een aantal wetten die op 1 januari 2017 in werking zal treden, zoals bijvoorbeeld de Wet tegemoetkomingen loondomein en de Wet verbetering hybride markt WGA. Ook vindt u in dit Memo een vooruitblik naar inmiddels bekendgemaakte nieuwe cijfers per 1 januari Ten slotte besteedt Sociaal Memo Actueel november 2016 aandacht aan wet- en regelgeving die begin november 2016 in een vergevorderd stadium van parlementaire behandeling is en die zeer waarschijnlijk per 1 januari 2017 in werking zal treden. Als voorbeeld geldt de afkoelingsperiode in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. De kopij voor dit Memo is afgesloten op 8 november Sociaal Memo Actueel is bestemd voor hen die de behandelde wetgeving in voldoende mate beheersen om de gegeven feitelijkheden in het juiste verband te kunnen beoordelen en toepassen. Toelichtende beschrijvingen zijn tot een minimum beperkt. Via de puntsgewijze beknopte opsomming is getracht een zo volledig mogelijke beschrijving te geven van alle relevante bepalingen. De opzet van Sociaal Memo Actueel leidt ertoe dat het noodzakelijk blijft de wettelijke en andere bronnen te raadplegen. Om dit bronnenonderzoek te vergemakkelijken, wordt regelmatig verwezen naar wetteksten en uitvoeringsvoorschriften en andere Memo s uit de Memo-serie van Wolters Kluwer. Sociaal Memo Actueel maakt deel uit van de Memo-serie van Wolters Kluwer. Tot de serie behoren ook Fiscaal Memo en Sociaal Memo. Laatstgenoemde Memo s bieden op een groot aantal onderwerpen de belangrijkste feiten en cijfers op hoofdlijnen. Voor Fiscaal Memo is er ook een app voor uw smartphone en tablet. Daarnaast bevat de serie Memo s die dieper ingaan op de materie, met meer ruimte voor wet- en regelgeving, jurisprudentie en toelichting. Deze zogenoemde verdiepingsmemo s bij Sociaal Memo zijn Sociaal Memo Arbeid & Inkomen, Sociaal Memo Ouderen, Sociaal Memo Arbeidsongeschiktheid & Zorg en Sociaal Memo Kind & Gezin. Het volledige productaanbod kunt u vinden op Naast deze gedrukte uitgaven wijzen wij u ook graag op de gratis Wolters Kluwer Memo Update Service op internet. De laatstgewijzigde feiten en cijfers uit Fiscaal Memo en Sociaal Memo zijn op te vinden. Naast wijzigingen en aanvullingen op de inhoud van een verschenen editie van Fiscaal Memo en Sociaal Memo, treft u er ook een vooruitblik naar de nieuwe cijfers per 1 januari Ook is aanmelding voor een gratis signalering mogelijk. Zo kunt u altijd over de meest recente informatie beschikken. 5

2 Voorwoord De producten en diensten uit de Memo-serie van Wolters Kluwer hebben als doel u op een prettige en efficiënte wijze van de belangrijkste informatie op uw vakgebied te voorzien. Uw reacties op onze producten en suggesties die kunnen leiden tot verbetering daarvan ontvangen wij graag op het hierna vermelde redactieadres. november 2016 de redactie uitgever & redactieadres Wolters Kluwer Postbus GA Deventer kluwermemo-nl@wolterskluwer.com 6

3 INHOUD Lijst van afkortingen /11 1. Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv) / Sectorpremie 2017 / Gedifferentieerde Whk-premie / Berekening gedifferentieerde Whk-premie / Premie-overzicht gedifferentieerde Whk-premie 2017 / Eigen risico dragen WGA / Premieverhaal op werknemer / Overgangsrecht uitbreiding eigen risico dragen WGA / Premiekortingen en premievrijstellingen vervallen per (vermoedelijk) / Omvang premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer / Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) / Algemeen / Begrippen / Loonkostenvoordelen met doelgroepverklaring (vermoedelijk vanaf ) / Loonkostenvoordelen / Loonkostenvoordeel oudere werknemer / Loonkostenvoordeel arbeidsgehandicapte werknemer / Loonkostenvoordeel doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden / Loonkostenvoordeel herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer / Lage-inkomensvoordeel zonder doelgroepverklaring / Te gelde maken / Toekenning / Herziening / Betaling en terugvordering / Informatiebepaling / Bestuurlijke boete / Bezwaar en beroep / Overgangsrecht premiekortingen / Tijdelijke regeling overbruggingsuitkering AOW (TROA) / Aanvraag/toekenning/ingang / 40 7

4 22. Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen (Wkkp) / Uitlooptermijn bij werkloosheid ook in maanden / Hoogte kinderopvangtoeslag 2017 / Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WMM) / Wettelijk minimumloon in 2017 / Inhouding op/verrekening met loon / Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (SUWI) / Bevordering arbeidsinschakeling door UWV/ eigenrisicodrager WGA / Sociale verzekeringsbank (SVB) / Werkloosheidswet (WW) / Aanpassing Dagloonbesluit werknemersverzekeringen / Tijdelijke regeling tegemoetkoming Dagloonbesluit werknemersverzekeringen / Algemeen/begrippen / Eenmalige tegemoetkoming / Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) / Afkoelingsperiode / Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) / Wijzigingen eigen risico dragen per / Zorgverzekeringswet (Zvw) / Opzeggen zorgverzekering / Inhoud zorgverzekering / Zvw-pgb / Geneeskundige zorg / Hoogte eigen bijdrage voor hulpmiddelen, kraamzorg en ziekenvervoer in 2017 / Bestuursrechtelijke premie / Uitstroom bestuursrechtelijke premie wanbetaler / Heffing en inning bestuursrechtelijke premie / Geen eigen risico voor bepaalde zorgprogramma s /71 Inhoud 83. Wet langdurige zorg (Wlz) / Recht op zorg voor licht verstandelijk gehandicapte met gedragsproblemen / Normbedragen eigen bijdrage Wlz 2017 / Persoonsgebonden budget / Hoogte persoonsgebonden budget 2016 voor Wlz-indiceerbaren en met Wlz-indiceerbaren gelijkgestelde verzekerden / 74 8

5 Inhoud Verhoging persoonsgebonden budget met opslag voor persoonlijke assistentie / Overbruggingszorg / Overgangsrecht AWBZ-verzekerden voor Wlz-indiceerbaren en met Wlz-indiceerbare gelijkgestelden per / Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) / Normbedragen eigen bijdrage 2017 / Normbedrag vermindering vermogen 2017 / Normbedragen eigen bijdrage voor maatschappelijke ondersteuning/pgb 2017 / Normbedragen eigen bijdrage voor beschermd wonen 2017 / Diverse wetten / Tabel woonlandfactor Anw/AKW/WKB/WIA 2017 / Boetebepalingen in AOW/Anw/AKW/WW/TW/Participatiewet/ IOAW/IOAZ/IOW/ZW/WIA/WAO/WAZ/Wajong / 91 Alfabetisch register /95 9

6 1. Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv) 1.1 Sectorpremie Sectorpremie per sector nr. sector agrarisch bedrijf 0,85 1,89 ¾ contractduur korter dan 1 jaar 2,31 6,06 ¾ contractduur 1 jaar of langer 0,59 1,02 2. tabakverwerkende industrie 1,27 0,63 3. bouwbedrijf 1,58 1,82 ¾ contractduur korter dan 1 jaar 5,48 6,07 ¾ contractduur 1 jaar of langer 1,32 1,47 4. baggerbedrijf 0,58 0,63 5. houten emballage-industrie, houtwaren- en 1,50 1,50 borstelindustrie 6. timmerindustrie 0,24 0,92 7. meubel- en orgelbouwindustrie 0,79 2,04 8. groothandel in hout, zagerijen, schaverijen en 1,19 1,14 houtbereidingsindustrie 9. grafische industrie 1,59 2,20 ¾ algemeen 1,59 2,20 ¾ fotografisch 1,59 2, metaalindustrie 0,73 0, elektrotechnische industrie 1,37 1, metaal-en technische bedrijfstakken 0,70 1, bakkerijen 1,22 1, suikerverwerkende industrie 0,75 0, slagersbedrijven 1,38 1, slagers overig 1,50 1, detailhandel en ambachten 2,06 2, reiniging 2,00 2, grootwinkelbedrijf 2,47 1, havenbedrijven 2,34 3, havenclassificeerders 1,16 0, binnenscheepvaart 0,94 1, visserij 1,61 0, koopvaardij 0,93 0, vervoer KLM 0,93 0, vervoer NS 0,35 0, vervoer posterijen 2,58 1, taxivervoer 4,92 5, openbaar Vervoer 0,54 0, besloten busvervoer 2,30 2, overig personenvervoer te land en in de lucht 3,67 3,40 Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op 13

7 1.1 Wfsv nr. sector overig goederenvervoer te land en in de lucht 0,92 1, horeca algemeen 1,58 2,37 ¾ contractduur korter dan 1 jaar 3,10 5,56 ¾ contractduur 1 jaar of langer 0,82 1, horeca catering 1,78 2, gezondheid, geestelijke en maatschappelijke belangen 0,94 1, vervallen 38. banken 1,38 1, verzekeringswezen 1,47 1, uitgeverij 3,51 2, groothandel I 1,30 1, groothandel II 1,45 1, zakelijke Dienstverlening I 1,01 1, zakelijke Dienstverlening II 1,22 1, zakelijke Dienstverlening III 1,48 2, zuivelindustrie 0,99 1, textielindustrie 1,98 1, steen-, cement-, glas- en keramische industrie 0,88 1, chemische industrie 0,84 0, voedingsindustrie 0,85 1, algemene industrie 1,19 1, uitzendbedrijven 4,07 5,59 ¾ intermediaire diensten 3,40 4,06 ¾ detachering 3,51 4,31 ¾ uitzendbedrijven I A 3,68 4,69 ¾ uitzendbedrijven II A 4,40 6,32 ¾ uitzendbedrijven I B en II B 3,96 5, bewakingsondernemingen 1,42 2, culturele instellingen 2,18 2,62 ¾ contractduur korter dan 1 jaar 6,13 7,28 ¾ contractduur 1 jaar of langer 1,37 1, overige takken van bedrijf en beroep 1,14 2, schildersbedrijf 3,50 5,14 ¾ contractduur korter dan 1 jaar 12,38 17,83 ¾ contractduur 1 jaar of langer 2,81 3, stukadoorsbedrijf 0,88 2, dakdekkersbedrijf 4,17 4, mortelbedrijf 0,00 0, steenhouwersbedrijf 0,52 2, overheid 0,83 1, werk en (re-)integratie 3,84 4, railbouw 0,60 0, telecommunicatie 2,20 1,45 1. Regeling (goedkeuring premiepercentages sectorfondsen 2017) , Stcrt. 2016, y Sociaal Memo, 1.3.2; Sociaal Memo Arbeid & Inkomen, Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op

8 Wfsv Gedifferentieerde Whk-premie Berekening gedifferentieerde Whk-premie 1 ¾ Bepalingen over berekening van gedifferentieerde Whk-premie luiden door vervallen van onderscheid premiecomponenten WGA-vast en WGAflex per als volgt. ¾ Gedifferentieerde Whk-premie is som van 2 afzonderlijke premiecomponenten ¾ WGA ¾ ZW-flex. ¾ WGA-lasten zijn ¾ lasten van door UWV te betalen WGA-uitkeringen en overlijdensuitkeringen, voor zover uitkeringen ten laste van Whk komen, en uit dienstbetrekking met werkgever worden verstrekt, of aan werknemers zijn toegekend die uit dienstbetrekking waaruit WGA-uitkering is ontstaan recht hadden op ZW-uitkering ¾ kosten die verband houden met bevordering van arbeidsinschakeling, indien uitkeringsgerechtigde bij aanvang van werkzaamheden van re-integratiebedrijf uitkering ontvangt ten laste van Whk met dien verstande dat WGA-staartlastuitkeringen en daarmee verband houdende kosten niet meetellen. ¾ WGA-totaallasten zijn ¾ lasten van door UWV te betalen WGA-uitkeringen en overlijdensuitkeringen, voor zover uitkeringen ten laste van komen van Whk, sectorfonds, UFO of eigenrisicodrager WGA, en uit dienstbetrekking met werkgever worden verstrekt, of aan werknemers zijn toegekend die uit dienstbetrekking waaruit WGA-uitkering is ontstaan recht hadden op ZW-uitkering ¾ kosten die verband houden met bevordering van arbeidsinschakeling, indien uitkeringsgerechtigde bij aanvang van werkzaamheden van re-integratiebedrijf uitkering ontvangt ten laste van Whk. ¾ ZW-lasten (ZW-flex) zijn ¾ lasten van ZW-uitkeringen en overlijdensuitkeringen die zijn toegekend aan degene die ZW-verzekerd is op grond van met dienstbetrekking gelijkgestelde arbeidsverhouding ZW-verzekerden op basis van nawerking degene wiens dienstbetrekking eindigt tijdens 104-wekentijdvak van loondoorbetalingsplicht bij ziekte voor zover uitkeringen ten laste van Whk komen ¾ kosten die verband houden met bevordering van arbeidsinschakeling, indien uitkeringsgerechtigde bij aanvang van werkzaamheden van re-integratiebedrijf uitkering ontvangt ten laste van Whk. Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op 15

9 1.2.1 Wfsv ¾ Bij vaststelling gedifferentieerde Whk-premie wordt onderscheid gemaakt tussen ¾ kleine werkgever ¾ middelgrote werkgever ¾ grote werkgever. ¾ Kleine werkgever is werkgever die in kalenderjaar t-2 premieplichtig loon heeft van maximaal 10 gemiddeld premieplichtig loon per werknemer in kalenderjaar t-2 (voor 2017 is refertejaar 2015). ¾ Middelgrote werkgever is werkgever die in kalenderjaar t-2 premieplichtig loon heeft van meer dan 10 gemiddeld premieplichtig loon per werknemer in kalenderjaar t-2 en maximaal 100 gemiddeld premieplichtig loon per werknemer in kalenderjaar t-2 (voor 2017 is refertejaar 2015). ¾ Grote werkgever is werkgever die in kalenderjaar t-2 premieplichtig loon heeft van meer dan 100 gemiddeld premieplichtig loon per werknemer in kalenderjaar t-2 (voor 2017 is refertejaar 2015). ¾ Premieplichtig loon is loon als bedoeld in Wfsv waarover in kalenderjaar gedifferentieerde Whk-premie wordt geheven, met dien verstande dat buiten aanmerking blijven ¾ via werkgever betaalde WGA-uitkeringen, en ¾ ten laste van Whk komende ZW-uitkeringen. ¾ UWV stelt gemiddeld premieplichtig loon per werknemer vast. ¾ Gedifferentieerde Whk-premie kleine werkgever wordt categoriaal per sector per premiecomponent WGA/ZW-flex vastgesteld. ¾ Voor vaststelling van sectorale premie behoort werkgever tot sector in voor berekening relevante kalenderjaar waarbij werkgever op 1 januari van dat kalenderjaar is aangesloten. ¾ Gedifferentieerde Whk-premie grote werkgever ¾ wordt individueel per premiecomponent WGA/ZW-flex vastgesteld ¾ bedraagt minimaal 25% van gemiddelde gedifferentieerde premie WGA/ZW-flex maximaal 4 gemiddelde gedifferentieerde premie WGA/ZW-flex (voor sector 52 uitzendbedrijven geldt afwijkend maximum). ¾ Bij berekening gedifferentieerde Whk-premie middelgrote werkgever wordt gewogen gemiddelde toegepast van sectorale en individuele gedifferentieerde Whk-premie volgens navolgende formule ¾ (1 ((A B)/(C B)) sectorale gedifferentieerde Whk-premie) + ((A B)/(C B)) individuele gedifferentieerde Whk-premie waarbij ¾ A = totaal premieplichtig loon van middelgrote werkgever in kalenderjaar t-2 ¾ B = grensbedrag kleine/middelgrote werkgever ¾ C = grensbedrag middelgrote/grote werkgever ¾ sectorale premie = sectorale premie van sector waartoe werkgever behoort ¾ individuele premie = gedifferentieerde Whk-premie grote werkgever. ¾ Individuele gedifferentieerde Whk-premie is rekenpremie ¾ verhoogd met opslag ¾ verlaagd met korting. 16 Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op

10 Wfsv ¾ Rekenpremie ¾ wordt per premiecomponent WGA/ZW-flex vastgesteld ¾ is voor alle takken van bedrijf en beroep gelijk. ¾ Opslag/korting op rekenpremie WGA/ZW-flex ¾ wordt elk jaar met ingang van 1 januari vastgesteld per werkgever per sector waartoe bedrijfsonderdeel van werkgever behoort, indien werkgever bij meerdere sectoren is aangesloten ¾ bedraagt verschil tussen individueel werkgeversrisicopercentage en gemiddeld werkgeversrisicopercentage waarna uitkomst wordt vermenigvuldigd met correctiefactor (uitkomst wordt afgerond op 2 decimalen) ¾ wordt opnieuw bij voor bezwaar vatbare beschikking vastgesteld bij (gedeeltelijke) overgang van onderneming (zowel voor verkrijgende als voor overdragende werkgever) ¾ wordt opnieuw bij voor bezwaar vatbare beschikking vastgesteld als voor werkgever eigenrisicodrager ZW/WGA begint of eindigt. ¾ Individueel werkgeversrisicopercentage is ¾ (alleen premiecomponent WGA) uitkeringen van aan werkgever toe te rekenen WGA-totaallasten die in kalenderjaar t-2 zijn betaald ¾ (alleen premiecomponent ZW-flex) uitkeringen van aan werkgever toe te rekenen ZW-lasten die in kalenderjaar t-2 zijn betaald aan werknemers die uit dienstbetrekking waaruit WGA-uitkering is ontstaan recht hadden op ZW-uitkering x 100 gedeeld door ¾ gemiddeld premieplichtig loon per jaar van werkgever berekend over 5 kalenderjaren, tot en met t-2, waarbij als premieplichtig loon buiten aanmerking blijft loon uit vroegere dienstbetrekking, als werkgever als inhoudingsplichtige in meer dan bijkomstige mate loon uit vroegere dienstbetrekking verstrekt loon waarvoor werkgever slechts als uitkerende instantie van uitkering inhoudingsplichtige is met dien verstande dat ¾ (alleen premiecomponent WGA) indien WGA-uitkering direct aansluitend op IVA-uitkering wordt toegekend, duur van IVA-uitkering op periode dat WGA-uitkering aan werkgever wordt toegerekend in mindering wordt gebracht ¾ (alleen premiecomponent WGA) indien betrokkene ten tijde van intreden gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid meerdere werkgevers had, WGAuitkering naar rato van loonsom wordt toegerekend aan diverse werkgevers ¾ (alleen premiecomponent WGA) indien werknemer met behoud van zelfde loon bij werkgever is blijven werken, WGA-uitkering aan die werkgever niet wordt toegerekend Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op 17

11 1.2.1 Wfsv ¾ indien geen sprake is van werkgeverschap (anders dan door overgang onderneming of starter) tijdens 1 of meer jaren van 5-jarentijdvak, individueel werkgeversrisicopercentage wordt berekend met gemiddeld premieplichtig loon over kalenderjaren waarin wel sprake was van werkgeverschap, waarna uitkomst wordt vermenigvuldigd met correctiefactor ¾ (alleen premiecomponent WGA)voor (middel)grote werkgever die uiterlijk op publiek verzekerd was, individueel werkgeversrisicopercentage, tot moment waarop aan werkgever toestemming is verleend om eigenrisicodrager WGA te worden, wordt bepaald met WGA-lasten in plaats van WGA-totaallasten ¾ indien uitkering WGA/ZW (gedeeltelijk) ten onrechte is toegekend, berekening van individueel werkgeversrisicopercentage in kalenderjaar van herziening/intrekking uitkering WGA/ZW geschiedt onder vermindering van aan werkgever toe te rekenen WGA-totaallasten/ ZW-uitkeringen met te veel betaalde uitkering WGA/ZW (dit kan leiden tot lagere premie dan minimumpremie) ¾ (alleen premiecomponent WGA) indien werkgever recht heeft op schadevergoeding omdat arbeidsongeschiktheid werknemer gevolg is van gebeurtenis waarvoor ander aansprakelijk is, berekening van individueel werkgeversrisico vanaf kalenderjaar waarin schadevergoeding is ontvangen gedurende tijdvak van 10 jaren op verzoek van werkgever geschiedt onder vermindering van aan werkgever toe te rekenen WGA-totaallasten met compensatiebedrag (dit kan leiden tot lagere premie dan minimumpremie) compensatiebedrag wordt vastgesteld door bedrag van WGA-uitkering aan werknemer jaarlijks te vermenigvuldigen met navolgende factor (maximaal 1) ¾ schadevergoeding gedeeld door loondoorbetalingsplicht over 104 weken ¾ indien UWV verhaalsrecht heeft omdat arbeidsongeschiktheid werknemer gevolg is van gebeurtenis waarvoor ander aansprakelijk is, aan werknemer toe te rekenen WGA-totaallasten of ZW-lasten verminderd worden met bedrag gerelateerd aan schadevergoeding (dit kan leiden tot lagere premie dan minimumpremie) bedrag wordt bepaald door navolgende berekening (maximaal 1) ¾ WGA-uitkering en ZW-uitkering aan betrokken werknemer vermenigvuldigd met ¾ door UWV op grond van verhaalsrecht ontvangen bedrag gedeeld door aan betrokken werknemer uitgekeerd ziekengeld. ¾ Gemiddeld werkgeversrisicopercentage is ¾ (alleen premiecomponent WGA) totaal aan uitkeringen van aan werkgevers toe te rekenen WGA-lasten die in kalenderjaar t-2 zijn betaald ¾ (alleen premiecomponent ZW-flex) totaal aan uitkeringen van aan werkgevers toe te rekenen ZW-lasten die in kalenderjaar t-2 zijn betaald x 100 gedeeld door ¾ totaal premieplichtig loon in t Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op

12 Wfsv ¾ Bij vaststelling individueel werkgeversrisicopercentage/gemiddeld premieplichtig loon ¾ (alleen premiecomponent WGA) wordt WGA-uitkering genomen die is toegekend aan werknemer die ¾ op eerste ziektedag als bedoeld in ZW tot werkgever in dienstbetrekking stond en voor die ziekte wachttijd heeft doorgemaakt, of ¾ nadat dienstbetrekking met werkgever is beëindigd ziek is geworden (nawerking) en voor die ziekte wachttijd heeft doorgemaakt, en hiervoor genoemde werknemer van wie recht op WGA-uitkering later is ontstaan dan eerste dag na afloop van ¾ wachttijd, of ¾ (indien later) wettelijke loondoorbetalingsplicht/zw-uitkering hiervoor genoemde werknemer van wie recht op WGA-uitkering is herleefd ¾ (alleen premiecomponent ZW-flex) wordt ZW-uitkering genomen die is toegekend aan werknemer die ¾ op eerste ziektedag als bedoeld in ZW tot werkgever in dienstbetrekking stond, of ¾ nadat dienstbetrekking met werkgever is beëindigd ziek is geworden (nawerking) hiervoor genoemde werknemer ¾ van wie recht op ZW-uitkering wegens detentie/voortvluchtig zijn/ niet in Nederland wonen is geëindigd of niet is ingegaan, en ¾ die aanspraak heeft op heropening van ZW-uitkering of recht heeft op ZW-uitkering ¾ wordt bij overgang van ondernemingen (al dan niet door faillissement) uitkering WGA/ZW die zijn/worden toegekend aan werknemer die ¾ op eerste ziektedag als bedoeld in ZW tot overdragende werkgever in dienstbetrekking stond, of ¾ nadat dienstbetrekking met werkgever is beëindigd ziek is geworden (nawerking) toegerekend aan verkrijgende werkgever gemiddeld premieplichtig loon van overdragende werkgever ieder kalenderjaar opgeteld bij dat van verkrijgende werkgever met dien verstande dat bij gedeeltelijke overgang van ondernemingen toerekening plaatsvindt ¾ naar rato van overgenomen loonsom in totale loonsom van overdragende onderneming ¾ over aan overgang voorafgaande kalenderjaar voor al bestaande werkgever ¾ toerekening uitkering WGA/ZW, en ¾ optelling gemiddeld premieplichtig loon eerst plaatsvindt per 1 januari volgend op kalenderjaar van overgang, tenzij overgang plaatsvindt op 1 januari. Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op 19

13 1.2.1 Wfsv ¾ Voor startende werkgever, d.i. indien ¾ werkgeverschap is verkregen in premiejaar t, t-1 of t-2, en ¾ geen sprake is van overgang van ondernemingen is gedifferentieerde Whk-premie voor grote werkgevers som van rekenpremie WGA en rekenpremie ZW-flex. ¾ Voor startende werkgever die eigen risico dragen WGA/ZW heeft aangevraagd wordt in afwachting van door inspecteur te nemen beslissing op aanvraag met ingang van tijdstip waarop werkgever aanvangt werkgever te zijn, rekenpremie WGA en rekenpremie ZW-flex op 0% gesteld. ¾ Voor eigenrisicodragers gelden navolgende regels ¾ voor eigenrisicodrager ZW is premiecomponent ZW-flex 0% ¾ voor eigenrisicodrager WGA is premiecomponent WGA 0%. ¾ Indien voor middelgrote/grote werkgever eigenrisicodragen ZW eindigt, wordt ¾ in kalenderjaar van einde van eigenrisicodragen ZW en daaropvolgende kalenderjaar ¾ mits deze uitkomst hoger is individuele premiecomponent ZW-flex vastgesteld op helft van sectorale premie van sector waartoe werkgever behoort, met dien verstande dat dit ook geldt als ¾ eigen risico dragen ZW op verzoek van middelgrote/grote werkgever wordt beëindigd per of later, en verzoek daartoe na is ingediend ¾ eigen risico dragen ZW na van rechtswege is geëindigd ¾ eigen risico dragen ZW na door inspecteur is beëindigd zonder aanvraag van werkgever. ¾ Alle percentages in sommen die leiden tot vaststelling van gedifferentieerde Whk-premie worden op 2 decimalen naar beneden afgerond. ¾ Ter vervanging van gedifferentieerde Whk-premie wordt rekenpremie geheven over ¾ uitkering ZW/WIA/WAO/WW, wachtgeld overheidspersoneel, WAZOuitkering in verband met zwangerschap/bevalling/adoptie/pleegzorg aan werknemers en gelijkgestelden en toeslag TW, tenzij uitkering/toeslag vermeerderd met werkgeverslasten en werkgeversheffing Zvw door UWV aan werkgever (ongeacht voortbestaan dienstbetrekking) wordt doorbetaald eigenrisicodrager uitkering ZW/WGA betaalt (ongeacht voortbestaan dienstbetrekking) ¾ loon uit Wsw-dienstbetrekking. ¾ Inspecteur mag beschikking gedifferentieerde premie Whk herzien als vermoeden bestaat dat beschikking gegeven is op grond van onjuiste/ onvolledige gegevens, met dien verstande dat ¾ herziening ten nadele van werkgever uitsluitend mogelijk is als tekortkoming aan (gewezen) werkgever kan worden toegerekend of redelijkerwijs kenbaar had kunnen zijn ¾ herziening vastgesteld wordt bij voor bezwaar vatbare beschikking 20 Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op

14 Wfsv ¾ bevoegdheid tot herziening terugwerkt tot en met uiterlijk 1 januari van jaar waarop beschikking betrekking heeft vervalt 5 jaar na kalenderjaar waarop beschikking betrekking heeft. ¾ Werkgever mag maximaal 50% van door werkgever verschuldigde gedifferentieerde Whk-premie die betrekking heeft op premiecomponent WGA verhalen op werknemer. 1. Art. 38, 38a Wfsv; art Besluit Wfsv zoals gewijzigd bij Besluit , Stb. 2016, 223; art Regeling Wfsv zoals gewijzigd door Regeling , Stcrt. 2016, y Sociaal Memo, 1.3.3; Sociaal Memo Arbeidsongeschiktheid & Zorg, Premie-overzicht gedifferentieerde Whk-premie ¾ UWV heeft percentages en factoren voor premieheffing van gedifferentieerde Whk-premie vastgesteld. Gemiddeld premieplichtig loon jaar refertejaar gemiddeld premieplichtig loon grensbedrag kleine/middelgrote werkgever grensbedrag middelgrote/grote werkgever Gedifferentieerde Whk-premie premiecomponent rekenpremie gemiddelde premie minimumpremie grote werkgever maximumpremie grote werkgever 2017 WGA 0,76 0,74 0,18 2,96 ZW-flex 0,40 0,35 0,08 1,40 a 2016 WGA-vast 0,48 0,47 0,11 1,88 WGA-flex 0,25 0,24 0,06 0,96 b ZW-flex 0,39 0,36 0,09 1,44 a a. Voor grote werkgever in sector 52 uitzendbedrijven geldt afwijkende maximumpremie (2017: 6,89; 2016: 7,10). b. (T/m 2016) voor grote werkgever in sector 52 uitzendbedrijven geldt afwijkende maximumpremie (2016: 6,32). Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op 21

15 1.2.2 Wfsv Gemiddeld werkgeversrisico/correctiefactoren premiecomponent gemiddeld werkgeversrisico correctiefactor opslag/ korting correctiefactoren geen werkgeverschap 1 jaar niet 2 jaar niet 3 jaar niet 4 jaar niet 2017 WGA 0,39 1,47 1,25 1,66 2,50 5,00 ZW-flex 0,22 1,42 1,00 1,00 1,00 2, WGA-vast 0,27 1,34 1,25 1,66 2,50 5,00 WGA-flex 0,09 2,00 1,00 1,00 1,50 3,00 ZW-flex 0,23 1,30 1,00 1,00 1,00 2,00 Sectorale gedifferentieerde Whk-premie voor kleine werkgevers 2017 nr. sector WGA ZW-flex 1. agrarisch bedrijf 0,70 0,27 2. tabakverwerkende industrie 0,60 0,31 3. bouwbedrijf 1,11 0,34 4. baggerbedrijf 0,48 0,06 5. houten emballage-industrie, houtwaren- en borstelindustrie 1,35 0,26 6. timmerindustrie 1,12 0,20 7. meubel- en orgelbouwindustrie 0,87 0,37 8. groothandel in hout, zagerijen, schaverijen en houtbereidingsindustrie 1,14 0,26 9. grafische industrie 0,74 0, metaalindustrie 0,47 0, elektrotechnische industrie 0,41 0, metaal- en technische bedrijfstakken 0,82 0, bakkerijen 1,32 0, suikerverwerkende industrie 1,19 0, slagersbedrijven en poeliers 1,47 0, slagers overig 0,95 0, detailhandel en ambachten 0,87 0, reiniging 2,27 0, grootwinkelbedrijf 0,86 0, havenbedrijven 0,66 0, havenclassificeerders 0,72 0, binnenscheepvaart 0,55 0, visserij 0,59 0, koopvaardij 0,46 0, vervoer KLM 1,64 0, vervoer NS 0,85 0, vervoer posterijen 0,37 0,37 22 Kijk voor meer informatie over de Memo-serie van Wolters Kluwer op