LUCRATIEVE FOUTEN ONDERZOEK NAAR DE SOCIALE WENSELIJKHEID. Jonas De Smet. Promotor: Prof. dr. Marc Kruithof Commissaris: Mevr.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "LUCRATIEVE FOUTEN ONDERZOEK NAAR DE SOCIALE WENSELIJKHEID. Jonas De Smet. Promotor: Prof. dr. Marc Kruithof Commissaris: Mevr."

Transcriptie

1 LUCRATIEVE FOUTEN ONDERZOEK NAAR DE SOCIALE WENSELIJKHEID Aantal woorden: Jonas De Smet Studentennummer: Promotor: Prof. dr. Marc Kruithof Commissaris: Mevr. Sophie Guiliams Masterproef voorgelegd voor het behalen van de graad master in de richting Master in de Rechten Academiejaar:

2

3 Voorwoord De masterproef is het traditionele sluitstuk van de vijfjarige opleiding tot Master in de Rechten. Het voorwoord in dit onderzoek is dan ook het ideale platform om tweemaal mijn dank te betuigen. Enerzijds aan hen die mij geholpen hebben bij het schrijven van deze masterproef en anderzijds aan hen die mij gedurende de hele opleiding met raad en daad hebben bijgestaan. De grootste dank bij het neerleggen van deze masterproef gaat ongetwijfeld naar mijn promotor, Prof. Dr. Marc Kruithof. Vanaf het moment dat ik Prof. Kruithof hoorde spreken over dit onderwerp, was ik rotsvast overtuigd om hier een masterproef over te schrijven. Bij de latere uitwerking, kon ik eveneens op Prof. Kruithof rekenen. Ik ben ervan overtuigd dat zowel de snelle, grondige en hoogstaande revisies van ontwerpteksten als de mondelinge discussies over dit onderzoek mijn masterproef naar een hoger niveau hebben gebracht. Uiteraard gaat mijn dank ook uit naar mijn moeder en broer voor het nalezen van de masterproef. Het beëindigen van een opleiding, is ook het moment om eens achterom te kijken. Ik wil dan ook mijn medestudenten en vrienden bedanken om deze tijd zo aangenaam te maken, mijn grootouders om mij een haven van rust te voorzien als ik er even tussenuit wou en mijn broers voor hun onvoorwaardelijke geloof en steun in mij. Mijn grootste dank gaat echter uit naar mijn moeder, zonder wiens onuitputtelijke inspanningen dit allemaal niet mogelijk was geweest. Gent, 15 mei 2017 De Smet Jonas I

4 II

5 Inhoud VOORWOORD... I INHOUD... III HOOFDSTUK I : INLEIDING... 1 HOOFDSTUK II : LUCRATIEVE FOUTEN... 2 AFDELING 1: DEFINIËRING... 2 AFDELING 2: OVERZICHT VAN DE BELGISCHE RECHTSLEER... 4 AFDELING 3: DE NOODZAAK AAN ONDERZOEK... 7 AFDELING 4: DE ONDERZOEKSVRAGEN... 8 HOOFDSTUK III : DOELSTELLINGEN VAN AANSPRAKELIJKHEID AFDELING 1: VERGOEDING VAN SLACHTOFFERS AFDELING 2: PREVENTIE A. De preventieve functie in de Belgische rechtsleer B. De rechtseconomische visie op het aansprakelijkheidsrecht Unilaterale ongevallen zorgniveau Bilaterale ongevallen zorgniveau Unilaterale ongevallen activiteitsniveau Bilaterale ongevallen activiteitsniveau HOOFDSTUK IV : SOCIAAL ONWENSELIJKE LUCRATIEVE FOUTEN AFDELING 1: BEWUSTE INBREUK OP EEN EXCLUSIVITEITSASPECT VAN EEN SUBJECTIEF RECHT A. Wat is een inbreuk op een subjectief recht? B. Entitlements beschermd door property rules C. Waarom zijn inbreuken op recht sociaal onwenselijk? Inbreuken op de maatschappelijke verdeling van bevoegdheden Volgens de theorie van inbreuk op subjectief recht a. Verantwoording vanuit het oogpunt van het subjectief recht b. Verantwoording vanuit het oogpunt van het objectief recht Volgens de rechtseconomische visie Onderhandelen boven procederen Volgens de theorie van inbreuk op subjectief recht Volgens de rechtseconomische visie De waarde van een exclusieve bevoegdheid Volgens de theorie van inbreuk op subjectief recht Volgens de rechtseconomische visie III

6 AFDELING 2: MAATSCHAPPELIJK AFGEKEURDE VOORDELEN A. Sociaal onwenselijke voordelen Elementen van de kosten-baten analyse Voorbeelden B. Opmerkingen Beperkt in omvang Basis voor onderscheid Vooronderstelling van onwenselijkheid Cirkelredenering AFDELING 3: TE LAGE PAKKANS A. Het preventietekort B. Oorzaken C. Opmerkingen Een zondvloed aan rechtszaken Formeel probleem AFDELING 4: CONCLUSIE HOOFDSTUK V : POTENTIËLE OPLOSSINGEN AFDELING 1: DE VIER MECHANISMEN A. Artikel 6:104 BW Arrest Waeyen-Scheers/Naus Arrest Setel/ AVR en arrest Doerga /Ymere Conclusie B. Artikel 10: 301 (2) PETL C. De vordering tot voordeeloverdracht Disgorgement Winstafdracht in specifieke Belgische rechtsfiguren Algemeen rechtsbeginsel: vordering tot voordeeloverdracht D. Punitive damages Wat zijn punitive damages? Doelstellingen van punitive damages Toepassingsgebied Fricties met het Belgische recht AFDELING 2: DE TOETSING A. Bewuste inbreuk op een exclusiviteitsaspect van een subjectief recht Artikel 6:104 BW Artikel 10:301 (2) PETL De vordering tot voordeeloverdracht IV

7 4. Punitive damages B. Maatschappelijke afgekeurde voordelen Artikel 6:104 BW Artikel 10: 301 (2) PETL De vordering tot voordeeloverdracht Punitive damages C. Te lage pakkans Artikel 6:104 BW Artikel 10:301 (2) PETL De vordering tot voordeeloverdracht Punitive damages HOOFDSTUK VI : CONCLUSIE AFDELING 1: DE EERSTE ONDERZOEKSVRAAG AFDELING 2: DE TWEEDE ONDERZOEKSVRAAG AFDELING 3: DE EINDCONCLUSIE BIBLIOGRAFIE WETGEVING België Nederland Verenigde Staten RECHTSPRAAK België Duitsland Nederland RECHTSLEER V

8

9 Hoofdstuk I : Inleiding 1. Vandaag de dag zijn punitive damages een hot topic in de rechtsleer. 1 Punitive damages zijn vergoedingen die rechters opleggen aan de dader van verwerpelijk gedrag om dat gedrag te bestraffen en om een ontradend effect te hebben voor de toekomst, zowel voor de dader zelf als voor andere potentiële daders. 2 Vooralsnog hebben punitive damages geen plaats in het Belgische recht. Het Hof van Cassatie oordeelt dat de schadevergoeding na aansprakelijkheid dient om het slachtoffer te vergoeden voor zijn geleden schade. 3 Niets meer en niets minder. Een schadevergoeding opleggen om een ontradend effect te creëren wordt expliciet afgekeurd. 4 Meerdere auteurs zijn, onder bepaalde voorwaarden, voorstander van de invoering van punitive damages. Deze rechtsfiguur zou de preventiefunctie van het aansprakelijkheidsrecht kunnen versterken. Meer bepaald zouden punitive damages de rechter toelaten om op te treden tegen zogenaamde lucratieve fouten. De vraag is echter: wat is er zo onwenselijk aan lucratieve fouten dat het huidig aansprakelijkheidsrecht zo drastisch moet aangepast worden? 1 Enkele recente Belgische voorbeelden: E. NORDIN, De schadevergoeding in het aansprakelijkheidsrecht: tussen compensatie en handhaving, Universiteit Antwerpen, 2014, 398 p.; I. VRANCKEN, Punitive damages in het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, TBBR 2014, ; E. VERJANS, Buitencontractuele aansprakelijkheid voor schending van persoonlijkheidsrechten, RW , ; C. CAUFFMAN, Naar een punitief Europees verbintenissenrecht? Een rechtsvergelijkende studie naar de draagwijdte, de grondwettigheid en de wenselijkheid van het bestraffend karakter van het verbintenissenrecht, TPR 2007, Definitie gebaseerd op de definitie van HERBOTS: Punitive damages is een geldsom die aan de eiser verleend wordt, maar van een andere aard is dan de compensatory of nominal damages. Die vergoeding wordt opgelegd om de verweerder voor zijn ergerlijk gedrag te bestraffen en om hem en anderen voor de toekomst van zo n gedrag af te schrikken. Zie J. HERBOTS, De punitieve vergoeding in het Engelse en Amerikaanse recht van de onrechtmatige daad en van de contracten in Liber amicorum Yvette Merchiers, Brugge, Die Keure, 2001, (141) 142, nr.2. Zie ook infra p.57-58, nr Cass. 20 februari 2009, Arr.Cass. 2009, 606 en Pas. 2009, 553. Zie ook J. RONSE en L. DE WILDE, Schade en schadeloosstelling in APR, Gent, Story-Scientia, 1988, , nr Cass. 13 mei 2009, Arr.Cass. 2009, 1254 en Pas. 2009,

10 Hoofdstuk II : Lucratieve fouten 2. Vooraleer enige analyse mogelijk is over het begrip lucratieve fouten, is het natuurlijk onontbeerlijk om een juiste invulling te geven aan dit begrip. Vandaar dat de eerste afdeling van dit hoofdstuk het begrip zal definiëren (afdeling 1). Vervolgens volgt een overzicht van wat in de Belgische rechtsleer reeds geschreven is over dit onderwerp (afdeling 2). Uit dit overzicht zal blijken dat alle auteurs er impliciet van uit gaan dat lucratieve fouten ongewenst zijn. Er is echter geen enkele auteur die aangeeft waarom lucratieve fouten ongewenst zouden zijn (afdeling 3). Deze vraag vormt de aanzet van deze masterproef (afdeling 4). Afdeling 1: Definiëring 3. Een lucratieve fout is een handeling of een nalaten met twee bijzondere kenmerken. Enerzijds is de gedraging van de dader een fout in de zin van artikel 1382 BW. Volgens vaste rechtspraak van het Hof van Cassatie betekent dit ofwel een verkeerd optreden dat moet worden beoordeeld naar de maatstaf van een normaal zorgvuldig en omzichtig persoon die in dezelfde omstandigheden verkeert ofwel, behoudens onoverkomelijke dwaling of enige andere rechtvaardigingsgrond, een schending inhoudt van een nationaalrechterlijke norm of van een internationaal verdrag met rechtstreekse werking in de interne rechtsorde waarbij de persoon verplicht is iets niet te doen of op een bepaalde manier wel iets te doen. 5 Het Hof ziet dus 2 categorieën van fouten: inbreuken op een zorgvuldigheidsnorm en inbreuken op een gebods- of verbodsnorm. BOCKEN meent terecht dat een inbreuk op een subjectief recht een overtreding vormt van een norm die een bepaald gedrag verbiedt en zodoende in de regel een fout uitmaakt. 7 Belangrijk hierbij is de juiste invulling van het begrip inbreuk. 8 Het tweede bijzondere kenmerk van de gedraging is dat het gaat om een gedraging die na compensatie van de erdoor veroorzaakte schade nog steeds lucratief of winstgevend is voor de uitvoerder. Een rationeel persoon zal geprikkeld zijn om dit gedrag te stellen want een rationeel persoon wil winst maken. 5 Cass. 25 maart 2010, Arr.Cass. 2010, 920 en Pas. 2010, 1007; Cass. 26 juni 1998, Arr.Cass. 1998, H. BOCKEN, nog iets over inbreuk op recht in Liber Amicorum Walter Van Gerven, Deurne, Kluwer, 2000, Deze visie kreeg ondertussen navolging. Zie o.a. B. WEYTS, Punitieve elementen in het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht in J. ROZIE, A. VAN OEVELEN en S. RUTTEN (eds.), Toetsing van sancties door de rechter, Antwerpen, Intersentia, 2011, 180, nr.12; W. VAN GERVEN en S. COVEMAEKER, Verbintenissenrecht, Acco, Leuven, 2006, 336. CORNELIS heeft dan weer een andere visie, zie L. CORNELIS, Beginselen van het Belgische buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Maklu, 1998, nr Infra p , nummer 23. 2

11 Een mogelijke definitie luidt dan ook als volgt: lucratieve fouten zijn onrechtmatige daden waarbij de toerekeningsvatbare dader na toepassing van het gemeen aansprakelijkheidsrecht een voordeel overhoudt waardoor een potentiële dader geprikkeld is om de fout te begaan. 9 Een voorbeeld uit de rechtspraak kan illustreren wat lucratieve fouten zijn. 10 Toptennisser Kim Clijsters staat in 2001 aan het begin van haar professionele carrière en behaalt een eerste mooie ereplaats. Dit brengt de nodige hype met zich mee en het bedrijf Omega Pharma wil van deze populariteit een graantje meepikken. Het bedrijf laat advertenties publiceren met de zin Proficiat met je finale, Kim. Volgende keer droog je haar wel af. Die zin gaat vergezeld met een aantal doucheproducten van het bedrijf. Clijsters eist schadevergoeding wegens inbreuk op haar recht op naam. De rechtbank kent deze vordering toe. Het is namelijk onbetwist dat het bedrijf geen toestemming heeft gevraagd aan Clijsters en zodoende heeft het bedrijf een inbreuk gepleegd op Clijsters recht, wat impliceert dat het een specifieke rechtsnorm heeft overtreden. Deze overtreding is op zichzelf onrechtmatig. Het bedrijf moet de schade die zij veroorzaakt heeft vergoeden. 11 De rechtbank veroordeelt het bedrijf uiteindelijk tot 1 euro schadevergoeding en de publicatie van het vonnis in een aantal dagbladen. Dit was een duidelijke lucratieve fout voor het bedrijf. Zij heeft op heel goedkope wijze reclame kunnen maken door haar product te linken aan een populaire sportster. Bovendien was een concurrent van Omega Pharma eigenlijk de vaste sponsor van Clijsters. Toestemming vragen aan Clijsters en dus rechtmatig handelen had het bedrijf veel meer gekost dan wat het bedrijf nu op basis van de uitspraak heeft moeten vergoeden. Dit was dus een lucratieve fout. Nu duidelijk is wat lucratieve fouten zijn, volgt een overzicht van de Belgische rechtsleer over dit onderwerp. 9 Deze definitie sluit nauw aan bij de definitie die WEYTS geeft aan lucratieve fouten op basis van Franse literatuur. WEYTS: Alle fouten waarbij de dader, niettegenstaande de schadevergoeding die hij in voorkomend geval zal moeten betalen aan het slachtoffer, weet dat er voor hem een voldoende marge overblijft, zodat hij geen reden heeft om de fout niet te begaan, zie B. WEYTS, Lucratieve fouten in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht. The winner takes it all, RW , (1641) 1641, nr.3. In Franse literatuur komt volgende definitie voor: Des fautes qui, malgré les dommages et intérêts que le responsable est condamné à payer - et qui sont calquées sur le préjudice subi par la victime laissent à leur auteur une marge bénéficiaire suffisante pour qu il n ait aucune raison de ne pas les commettre, zie D. FASQUELLE, L existence de fautes lucratives en droit français, Petites Affiches 2002, nr. 2. Dat het begrip geen oudere definiëring kent, betekent niet dat er over het onderwerp nooit is nagedacht. Er zijn verschillende auteurs die over de voordelen van de dader spraken, maar zij gebruikten nooit de term lucratieve fouten, zie bv. J. RONSE en L. DE WILDE, Schade en schadeloosstelling in APR, Gent, Story- Scientia, 1988, , nr Rb. Gent 19 november 2003, AM 2004, De rechtbank merkt overigens op dat een inbreuk op het recht op naam geen schade veronderstelt. Het bestaan van de ingeroepen schade moet nog steeds bewezen worden. Over de vraag of een inbreuk op een persoonlijkheidsrecht ipso facto schade uitmaakt, zie: E. VERJANS, Buitencontractuele aansprakelijkheid voor schending van persoonlijkheidsrechten, RW , ; E. GULDIX en A. WYLLEMAN, De positie en de handhaving van persoonlijkheidsrechten in het Belgische privaatrecht, TPR 1999,

12 Afdeling 2: Overzicht van de Belgische rechtsleer 4. In de moderne Belgische literatuur is het (voor zover geweten) WEYTS die als eerste sprak over lucratieve fouten. 12 Een opvallende constante is dan ook dat latere auteurs voor de omschrijving van het begrip lucratieve fouten steeds naar deze tekst verwijzen. Het verhaal van WEYTS begint met de vaststelling dat er situaties zijn waarin het aansprakelijkheidsrecht weinig prikkels geeft aan de potentiële dader om de fout niet te begaan. Er zijn weinig prikkels omdat de kans op veroordeling laag ligt of de schadevergoeding beperkt is. Uiteraard kunnen de geringe veroordelingskans en de lage schadevergoeding ook samen voorkomen. 13 Vervolgens verdiept WEYTS zich in de vraag of de feitenrechter hier rekening mee mag houden. Uitgaande van het beginsel van de integrale schadevergoeding is de conclusie dat de rechter dat niet mag doen. 14 Volgens WEYTS faalt het aansprakelijkheidsrecht dan ook in zijn preventieve functie. 15 De auteur brengt wel een nuancering aan: sommige rechtspraak volgt de regel van de integrale schadevergoeding niet. Soms gebeurt het uitdrukkelijk, maar meestal zal de rechter een heel hoge morele schadevergoeding opleggen om de schadevergoeding toch afschrikwekkend te maken. 16 Niettemin komt WEYTS tot het besluit dat het aansprakelijkheidsrecht te kort schiet in zijn preventieve functie doordat het vergoedingsbeginsel zo centraal wordt geplaatst. Volgens haar is dat verbazingwekkend aangezien ons aansprakelijkheidsrecht gestoeld is op een gedragsregel en dus het gedrag van rechtssubjecten zou moeten sturen. 17 WEYTS concludeert dan ook dat het aansprakelijkheidsrecht heel wat ruimte laat voor lucratieve fouten en dat het aansprakelijkheidsrecht om deze reden onvermijdelijk faalt in zijn preventieve functie. 18 De auteur stelt zelf twee mogelijke oplossingen voor: de Duitse werkwijze, namelijk de winst van de 12 B. WEYTS, Lucratieve fouten in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht. The winner takes it all, RW , B. WEYTS, Lucratieve fouten in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht. The winner takes it all, RW , (1641) 1642, nr WEYTS gaat ook dieper in op de situatie van lucratieve fouten in de verzekeringssfeer. Aangezien deze masterproef zich focust op lucratieve fouten in de buitencontractuele sfeer wordt hier niet verder op ingegaan. 15 B. WEYTS, Lucratieve fouten in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht. The winner takes it all, RW , (1641) 1644, nr B. WEYTS, Lucratieve fouten in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht. The winner takes it all, RW , (1641) 1644, nr B. WEYTS, Lucratieve fouten in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht. The winner takes it all, RW , (1641) 1644, nr Zie echter infra p , nr. 12. De preventieve functie van het aansprakelijkheidsrecht betekent niet dat al het schadeverwekkend gedrag moet afgeschrikt worden. 4

13 dader verrekenen in de schadevergoeding of punitive damages invoeren. WEYTS heeft haar visie verscheidene malen herhaald. 19 CAUFFMAN deed een rechtsvergelijkende studie naar het bestraffend karakter van het verbintenissenrecht in een aantal Europese landen. 20 Het onderwerp lucratieve fouten komt in deze studie aan bod. CAUFFMAN stelt vast dat in de Europese stelsels er twee manieren zijn om met lucratieve fouten om te gaan: er zijn rechtstelsels die een algemene regel hebben gericht op het voorkomen van lucratieve fouten en er zijn rechtstelsels die dit niet hebben. 21 Het Nederlandse en Engelse stelsel behoren tot het eerste type, het Belgische en Franse stelsel tot het tweede type. VERJANS schreef in 2013 een bijdrage met als doel een stand van zaken te geven van de recente rechtspraak en rechtsleer over buitencontractuele aansprakelijkheid voor schendingen van persoonlijkheidsrechten. 22 Zij stelt vast dat inbreuken op persoonlijkheidsrechten vaak enkel aanleiding geven tot morele schade. De Belgische rechtspraak begroot deze soort schade doorgaans laag zodat er van deze schadevergoedingen geen ontradend effect uitgaat. Voor slachtoffers zou dat het gevoel creëren dat de dader ongrijpbaar is, zeker wanneer het gaat om lucratieve fouten. 23 Bovendien zouden hierdoor calculerende schadeverwekkers ontstaan. Er is wel een zekere evolutie in de rechtspraak. Rechters kennen grotere schadevergoedingen toe voor morele schade om een afschrikwekkend effect te creëren. 24 VERJANS is van mening dat dit eigenlijk verdoken punitive damages zijn en dat het de rechtszekerheid en transparantie van de Belgische rechtspraak ten goede zou komen indien de wetgever punitive damages officieel zou 19 B. WEYTS, Punitieve elementen in het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht in J. ROZIE, A. VAN OEVELEN en S. RUTTEN (eds.), Toetsing van sancties door de rechter, Antwerpen, Intersentia, 2011, , nrs ; B. WEYTS, Opzet in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht: the story continues in H. VUYE, Y. LEMENSE en D. BLOMMAERT (eds.), Springlevend aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2011, (265) , nrs. 9-13; T. VANSWEEVELT en B. WEYTS, Handboek buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2009, 688, nr. 1083; B. WEYTS, De ene opzettelijke fout is de andere niet in liber amicorum Fagnart, Louvain-la- Neuve, Anthemis, 2008, (363) , nrs C. CAUFFMAN, Naar een punitief Europees verbintenissenrecht? Een rechtsvergelijkende studie naar de draagwijdte, de grondwettigheid en de wenselijkheid van het bestraffend karakter van het verbintenissenrecht, TPR 2007, C. CAUFFMAN, Naar een punitief Europees verbintenissenrecht? Een rechtsvergelijkende studie naar de draagwijdte, de grondwettigheid en de wenselijkheid van het bestraffend karakter van het verbintenissenrecht, TPR 2007, (799) 816, nr E. VERJANS, Buitencontractuele aansprakelijkheid voor schending van persoonlijkheidsrechten, RW , E. VERJANS, Buitencontractuele aansprakelijkheid voor schending van persoonlijkheidsrechten, RW , (522) 534, nr E. VERJANS, Buitencontractuele aansprakelijkheid voor schending van persoonlijkheidsrechten, RW , (522) 535, nr

14 erkennen in het Belgisch recht. Uiteraard beseft de auteur dat dit een heel aantal praktische vraagstukken met zich zou meebrengen. 25 Lucratieve fouten komen ook verscheidene keren aan bod in het doctoraat van NORDIN 26 dat handelt over de functie van de schadevergoeding in het buitencontractueel recht. 27 In het hoofdstuk over fraus omnia corrumpit stelt de auteur bijvoorbeeld dat als fraus omnia corrumpit inderdaad wil vermijden en beteugelen dat een fraudepleger voordeel uit zijn eigen bedrog zou halen en indien het aanvaardbaar is om de regels inzake de aansprakelijkheid opzij te schuiven om fraude aan te pakken, dan zou dit een manier kunnen zijn om lucratieve fouten of bedrieglijke fouten aan te pakken. 28 In een artikel over de inpasbaarheid van punitive damages in het Belgische recht schreef VRANCKEN over de voor- en nadelen van punitive damages. 29 Uiteraard kon deze auteur niet voorbijgaan aan de nog steeds geldende regel van integrale schadevergoeding. Hierover schreef zij dat het blijkt dat het maatschappelijk aanvoelen in die zin kan worden geïnterpreteerd dat de regel van de integrale schadevergoeding en het objectief herstel in bepaalde gevallen niet meer voldoet, o.a. bij lucratieve fouten. 30 In navolging hiervan ziet zij lucratieve fouten als één van de toepassingsgevallen waar in het Belgische recht punitive damages een rol kunnen spelen. SAMOY, VANDENBUSSCHE, VERJANS en DHOOGHE schreven een bijdrage over de evolutie van het schadevereiste. 31 Zij geven daarbij aan dat de traditioneel belangrijkste functie van het aansprakelijkheidsrecht het vergoeden van slachtoffers is. De preventieve functie wint evenwel meer en meer terrein in de rechtsleer. Hierdoor komt het schadebegrip onder spanning. De rechtspraak heeft duidelijk moeite met de het principe van de integrale schadevergoeding, des te meer wanneer het gaat om lucratieve fouten. 32 De rechters proberen dan ook om op een 25 E. VERJANS, Buitencontractuele aansprakelijkheid voor schending van persoonlijkheidsrechten, RW , (522) 536, nr E. NORDIN, De schadevergoeding in het aansprakelijkheidsrecht: tussen compensatie en handhaving, Universiteit Antwerpen, 2014, 398 p. 27 Meer bepaald in de randnummers 112, 300, 438 en E. NORDIN, De schadevergoeding in het aansprakelijkheidsrecht: tussen compensatie en handhaving, Universiteit Antwerpen, 2014, 84, nr I. VRANCKEN, Punitive damages in het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, TBBR 2014, I. VRANCKEN, Punitive damages in het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, TBBR 2014, (426) 431, nr I. SAMOY, W. VANDENBUSSCHE, E. VERJANS en V. DHOOGHE, De dynamiek van het schadevereiste (1804-heden) in B. DEBAENST en B. DELBECKE (eds.), Vangnet of springplank: het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht in een moderne samenleving, Brugge, Die Keure, 2014, I. SAMOY, W. VANDENBUSSCHE, E. VERJANS en V. DHOOGHE, De dynamiek van het schadevereiste (1804-heden) in B. DEBAENST en B. DELBECKE (eds.), Vangnet of springplank: het 6

15 creatieve manier een ontradend effect te geven aan de door hen toegekende schadevergoedingen. Meestal gebeurt dat door het toekennen van hoge vergoedingen voor morele schade. De auteurs hebben kritiek op deze gang van zaken: het komt de transparantie en rechtszekerheid niet ten goede en is discriminatoir ten aanzien van andere vergoedingen voor morele schade (vb. verlies van een kind). 33 Ook in het intellectueel eigendomsrecht en in het consumentenrecht zien de auteurs steeds meer punitieve elementen. Als een slotbemerking stellen de auteurs voor om te kijken naar punitive damages als mogelijke oplossing. 34 In een heel recente bijdrage ging SOMERS in op de verhouding tussen buitencontractuele aansprakelijkheid en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. 35 Daarbij kwam ook het ontradende effect van de schadevergoeding aan bod. SOMERS is van mening dat zowel België als het EHRM geen punitieve schadevergoedingen toekennen, maar via de omweg van de morele schadevergoeding toch een ontradend effect toekennen aan de schadevergoeding. Dit gebeurt vooral wanneer er sprake is van lucratieve fouten. 36 Nochtans zijn er wel wat opmerkingen te maken over de verenigbaarheid van ontradende morele schadevergoedingen en het EVRM zelf. 37 Afdeling 3: De noodzaak aan onderzoek 5. Wat opvalt aan al deze bijdrages is dat zij er a priori van uitgaan dat lucratieve fouten onwenselijk zijn: WEYTS spreekt over het falen van het aansprakelijkheidsrecht omdat zij geen ontradend effect heeft in situaties van lucratieve fouten, CAUFFMAN deelt de Europese rechtstelsels in volgens het criterium of zij al dan niet een algemene regel hebben om lucratieve fouten te verhelpen, VERJANS stoort zich aan het feit dat daders van lucratieve fouten ongrijpbaar zouden zijn, NORDIN geeft verscheidene malen aan hoe een verandering van ons aansprakelijkheidsrecht lucratieve fouten kan voorkomen, VRANCKEN geeft lucratieve fouten aan als één van de pro s om punitive damages in te voeren, SAMOY en medeauteurs hebben kritiek op hoe het Belgisch rechtstelsel lucratieve fouten vandaag aanpakt en ook SOMERS buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht in een moderne samenleving, Brugge, Die Keure, 2014, (133) I. SAMOY, W. VANDENBUSSCHE, E. VERJANS en V. DHOOGHE, De dynamiek van het schadevereiste (1804-heden) in B. DEBAENST en B. DELBECKE (eds.), Vangnet of springplank: het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht in een moderne samenleving, Brugge, Die Keure, 2014, (133) I. SAMOY, W. VANDENBUSSCHE, E. VERJANS en V. DHOOGHE, De dynamiek van het schadevereiste (1804-heden) in B. DEBAENST en B. DELBECKE (eds.), Vangnet of springplank: het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht in een moderne samenleving, Brugge, Die Keure, 2014, (133) S. SOMERS, Aansprakelijkheid en mensenrechten, Antwerpen, Intersentia, 2016, 788 p. 36 S. SOMERS, Aansprakelijkheid en mensenrechten, Antwerpen, Intersentia, 2016, S. SOMERS, Aansprakelijkheid en mensenrechten, Antwerpen, Intersentia, 2016, 601 e.v. 7

16 beschrijft hoe België via een omweg lucratieve fouten probeert te verhelpen. Deze bijdrages verklaren echter niet waarom de Belgische rechtsorde zou moeten optreden tegen lucratieve fouten Waar alle auteurs impliciet zeggen dat het Belgische recht lucratieve fouten moet bekampen, is er dus geen enkele auteur die zich de vraag stelt waarom fouten moeten bekampt worden. Het Belgisch rechtstelsel kent geen enkele rechtsregel die op algemene wijze het begaan van een onrechtmatige daad verbiedt. 39 Artikels 1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek zeggen enkel dat wie door een onrechtmatige daad schade veroorzaakt, deze schade dient te vergoeden. Deze artikelen (en alle overige aansprakelijkheidsartikelen) houden geen verbod in een onrechtmatige daad te stellen, maar een gebod om onder bepaalde voorwaarden schade te vergoeden. Foutief gedrag (en schade en causaal verband) leidt tot aansprakelijkheid en aansprakelijkheid leidt tot een compensatieplicht. Eénmaal de dader het slachtoffer heeft gecompenseerd, is het foutbegrip uitgespeeld. De fundamentele vraag, die geen enkele auteur beantwoordt of zelfs maar stelt, is dan ook waarom het Belgische recht (lucratieve) fouten moet bestrijden als er al gecompenseerd is. Deze vraag is temeer van belang omdat één van de fundamentele regels van het Belgische aansprakelijkheidsrecht het principe van de integrale schadevergoeding is. Het slachtoffer van een onrechtmatige daad ziet zijn schade dan ook volledig vergoed. Voor het slachtoffer zouden volgende situaties in principe geen verschil mogen uitmaken: de hypothese waarin het slachtoffer schade ondervindt van een onrechtmatige daad en schadevergoeding krijgt of de hypothese waarin er helemaal geen onrechtmatige daad heeft plaats gevonden. Gelet op de integraliteit van de schadevergoeding moeten beide situaties toch eenzelfde resultaat opleveren. Waarom moet de Belgische rechter dan optreden tegen lucratieve fouten? Het lijkt toch inefficiënt om een individu te beletten een gedrag te stellen dat voor hemzelf winstgevend is en waarbij alle schadelijders volledig vergoed zijn? Afdeling 4: De onderzoeksvragen 7. De lezer zal zich echter direct een aantal vragen stellen bij bovenstaande afdeling. Iedereen kent wel gevallen waarbij fouten lucratief zijn én intuïtief verkeerd aanvoelen. De meest bekende 38 Voor de definiëring van lucratieve fouten, zie supra p. 2-3, nr L. CORNELIS, Verkeerd Verbonden in V. SAGAERT en D. LAMBRECHT (eds.), Actuele ontwikkelingen inzake verbintenissenrecht, Antwerpen, Intersentia, 2009, (259) , nrs ; H. BOCKEN, nog iets over inbreuk op recht in Liber Amicorum Walter Van Gerven, Deurne, Kluwer, 2000, (183) 185, nr. 2 en de verwijzingen van deze auteur naar MAZEAUD-TUNC en LIMPENS. 8

17 situatie is wellicht de roddelpers die grote winsten maakt door ongefundeerde maar sensationele informatie te verspreiden over bekende personen. Vandaar dat, na de preventieve werking van het aansprakelijkheidsrecht te hebben besproken, de eerste centrale onderzoeksvraag van deze masterproef precies over dit thema gaat: om welke redenen zijn bepaalde lucratieve fouten sociaal onwenselijk? 41 Dit onderzoek vertrekt dus vanuit de veronderstelling dat niet alle lucratieve fouten noodzakelijkerwijze inherent verkeerd zijn. Daarentegen kunnen er wel bepaalde lucratieve fouten bestaan die sociaal onwenselijk zijn. Het onderzoek probeert als het ware deze categorieën van sociaal onwenselijke lucratieve fouten weer te geven, samen met de redenen waarom zij sociaal onwenselijk zijn. De focus hierbij ligt op lucratieve fouten in de buitencontractuele sfeer. Lucratieve fouten in de contractuele sfeer of in de verzekeringssfeer blijven buiten beschouwing Het tweede centrale deel van het onderzoek sluit hierbij aan. Eenmaal bepaald is welke lucratieve fouten sociaal onwenselijk zijn, zal per categorie nagegaan worden of een van de volgende vier mechanismen de sociaal onwenselijke situatie kan verhelpen. In de eerste plaats gaat het om een andere invulling van het begrip schade, zonder de regel van integrale schadevergoeding te verlaten. Er zijn namelijk een aantal mechanismen uit enerzijds het Nederlands recht en anderzijds the Principles of European Tort Law (PETL) die een remedie kunnen zijn voor sociaal onwenselijke lucratieve fouten. In het Nederlandse recht geldt immers artikel 6:104 BW dat zegt dat de rechter in bepaalde omstandigheden de schade van het slachtoffer mag bereken op basis van de winst van de dader. In de PETL proberen auteurs het principe van integrale schadevergoeding met andere belangen te verenigen. Zo laat artikel 10:301, lid 2 PETL toe om de ernst van de fout te laten meewegen bij de begroting van de schade zelf. Een derde mogelijke oplossing ligt in het uitbreiden van de vordering van voordeeloverdracht, zoals gekend in de intellectuele eigendomswetgeving, tot een algemeen principe. Volgens KRUITHOF is zo een algemeen principe reeds aanwezig in het positief recht. 43 Tenslotte komen de punitive damages aan bod en hun potentieel om daadwerkelijk sociaal onwenselijke lucratieve fouten te verhelpen. Alvorens de eigenlijke analyse te starten, is het evenwel belangrijk om eerst even stil te staan bij de doelstellingen die de rechtsleer aan aansprakelijkheid toekent. 41 Een fout kan zowel voor de dader als voor het slachtoffer op het einde van de rit lucratief blijken. In dit onderzoek gaat de aandacht naar de fouten die lucratief zijn voor de dader. Slechts sporadisch komen fouten die lucratief zijn voor de slachtoffers aan bod. 42 Voor de lucratieve fouten in de verzekeringssfeer zie: D. FASQUELLE en R. MESA, Les fautes lucratives et les assurances de dommages, RGAR 2004, (Frans recht) of B. WEYTS, Lucratieve fouten in het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht. The winner takes it all, RW , (1641) , nrs M. KRUITHOF, De vordering tot voordeeloverdracht, TPR 2011,

18 Hoofdstuk III : Doelstellingen van aansprakelijkheid 9. Zoals reeds aangehaald vertrekken verschillende auteurs bij de bespreking van lucratieve fouten vanuit de vaststelling dat aansprakelijkheid in sommige omstandigheden weinig ontradend werkt. Dit zou een falen betekenen van de preventieve werking die het rechtssubject mag verwachten van het aansprakelijkheidsrecht. Het past dan ook om stil te staan bij wat deze preventieve werking, bekeken vanuit rechtseconomische visie, juist inhoudt (afdeling 2). Volgens de meeste auteurs komt preventie echter pas op de tweede plaats. De belangrijkste taak is het vergoeden van slachtoffers. Vandaar dat dit onderwerp eerst kort aan bod komt (afdeling 1). Afdeling 1: Vergoeding van slachtoffers 10. Deze visie, waarbij aansprakelijkheid tot doel heeft om de door het foutief gedrag veroorzaakte schade van slachtoffers te vergoeden, ziet de recente rechtsleer als de belangrijkste doelstelling van aansprakelijkheid. 44 In alle handboeken komt zij als eerste voor. 45 Volgens deze visie is het dan ook logisch dat in het aansprakelijkheidsrecht de dader de schade (éénmaal aan de toepassingsvoorwaarden van het aansprakelijkheidsrecht is voldaan) volledig moet vergoeden. 46 Gelet op het doel om het slachtoffer te vergoeden, is de werkelijk geleden schade de 44 In verschillende bijdragen (zoals bijvoorbeeld I. SAMOY, W. VANDENBUSSCHE, E. VERJANS en V. DHOOGHE, De dynamiek van het schadevereiste (1804-heden) in B. DEBAENST en B. DELBECKE (eds.), Vangnet of springplank: het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht in een moderne samenleving, Brugge, Die Keure, 2014, (133) 147) spreken auteurs over het vergoeden van slachtoffers als de belangrijkste functie van het aansprakelijkheidsrecht. KRUITHOF is het daar niet mee eens. Volgens KRUITHOF is de functie van aansprakelijkheidsrecht om de last van geleden verliezen te verdelen onder rechtssubjecten. Het vergoeden van slachtoffers is niet de functie van het aansprakelijkheidsrecht aangezien er ontelbaar veel schadegevallen zijn waarbij er geen aansprakelijkheid is en het aansprakelijkheidsrecht dus voorschrijft dat de last van de schade bij het slachtoffer blijft. Het is wel de functie van aansprakelijkheid (dus nadat het aansprakelijkheidsrecht heeft bepaald dat een rechtssubject aansprakelijk is) om de last van de schade te verplaatsen van het slachtoffer naar de dader(s). M. KRUITHOF, Oorzaak of aanleiding? Geen causaal verband zonder causale bijdrage in T. VANSWEEVELT en B. WEYTS (eds.), Actuele ontwikkelingen in het aansprakelijkheidsrecht en het verzekeringsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2015, (139) H. BOCKEN, I. BOONE en M. KRUITHOF, Inleiding tot het schadevergoedingsrecht: buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht en andere schadevergoedingsstelsels, Brugge, Die Keure, 2014, 25, nr. 37; T. VANSWEEVELT en B. WEYTS, Handboek buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2009, 5, nr. 6; P. VAN OMMESLAGHE, Droit des obligations, Deel II, Brussel, Bruylant, 2010, 1595, nr H. BOCKEN, I. BOONE en M. KRUITHOF, Inleiding tot het schadevergoedingsrecht: buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht en andere schadevergoedingsstelsels, Brugge, Die Keure, 2014, 204, nr. 333; T. VANSWEEVELT en B. WEYTS, Handboek buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2009, , nr. 1054; W. VAN GERVEN en A. VAN OEVELEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2015, 462; P. VAN OMMESLAGHE, Droit des obligations, Deel II, Brussel, Bruylant, 2010, 1597, nr

19 enige juiste maatstaf voor de schadeloosstelling. Zoals RONSE het zei in de ondertussen bekende woorden: de grondregel die heel de schadeloosstelling theoretisch en praktisch beheerst, luidt dan ook heel eenvoudig: geheel de schade, niets dan de schade dient te worden vergoed. 47 Deze visie plaatst het slachtoffer centraal en wil zo vriendelijk mogelijk zijn voor deze slachtoffers. Toch leidt dit soms tot slachtofferonvriendelijke situaties. 48 Afdeling 2: Preventie 11. De preventieve functie van aansprakelijkheid is in België niet onbekend (A). Ze is grotendeels gebaseerd op de rechtseconomische benadering zodat het past om de visie op het aansprakelijkheidsrecht die deze stroming erop nahoudt wat uitgebreider te bekijken (B). A. De preventieve functie in de Belgische rechtsleer 12. In het algemeen aanvaardt de rechtsleer dat er een preventieve werking ten aanzien van toekomstige gedragingen uitgaat van het feit dat de maatschappij rechtssubjecten aansprakelijk stelt voor bepaalde handelingen. 49 Er zijn echter auteurs die de preventieve werking van aansprakelijkheid, zoals afgeleid uit de rechtseconomie, verkeerd interpreteren. Die auteurs menen dat de preventieve functie schadeverwekkend gedrag van de dader wil vermijden. 50 Deze zienswijze mist een belangrijke nuance. De preventieve werking van aansprakelijkheid betekent niet dat de dader moet afgeschrikt zijn elk mogelijk schadeverwekkende gedrag uit te voeren. Het betekent evenmin dat de dader moet afgeschrikt zijn om elke gedraging die leidt tot aansprakelijkheid uit te voeren. Het betekent wel dat het aansprakelijkheidsrecht ertoe moet 47 J. RONSE en L. DE WILDE, Schade en schadeloosstelling in APR, Gent, Story-Scientia, 1988, , nr Zo moet in principe de rechter het kleinste voordeel dat het slachtoffer heeft (bv. het kunnen uitzetten van de verwarming thuis als het slachtoffer in het ziekenhuis belandt) in rekening brengen in de schadevergoeding. Voordelen die de dader heeft, hoe groot ze ook mogen zijn, mag de rechter niet in overweging nemen. Zie Cass. 20 februari 2009, Arr.Cass. 2009, 606 en Pas. 2009, H. BOCKEN, I. BOONE en M. KRUITHOF, Inleiding tot het schadevergoedingsrecht: buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht en andere schadevergoedingsstelsels, Brugge, Die Keure, 2014, 25-26, nr. 38; T. VANSWEEVELT en B. WEYTS, Handboek buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2009, 7-9, nr. 8-11; T. VANSWEEVELT en B. WEYTS, Het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht: situering, doelstellingen, krachtlijnen, kritiek en vooruitzichten in Verantwoordelijkheid en recht, Brussel, Kluwer, 2008, (108) 114; S. LIERMAN, Voorzorg, preventie en aansprakelijkheid, Antwerpen, Intersentia, 2004, 605; L. CORNELIS, Beginselen van het Belgisch buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht. De onrechtmatige daad, Antwerpen, Maklu, 1989, T. VANSWEEVELT en B. WEYTS, Handboek buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2009, 7-9, nr. 8-11; T. VANSWEEVELT en B. WEYTS, Het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht: situering, doelstellingen, krachtlijnen, kritiek en vooruitzichten in Verantwoordelijkheid en recht, Brussel, Kluwer, 2008, (108)

20 leiden dat de dader de kosten van potentieel schadeverwekkend gedrag internaliseert. Op basis hiervan zal deze potentiële dader een kosten-baten analyse maken. De preventieve functie van aansprakelijkheid heeft dus tot doel om te proberen gedrag af te schrikken dat op geaggregeerde basis meer schade dan winst oplevert. B. De rechtseconomische visie op het aansprakelijkheidsrecht 13. In de rechtseconomische visie is het aansprakelijkheidsrecht er op gericht het gedrag van de rechtsonderhorige af te stellen op het sociaal wenselijk gedrag. Dit lukt het best door alle kosten van een gedraging te internaliseren bij de dader. 51 De voordelen zullen reeds bij de dader aanwezig zijn; anders zou hij de daad überhaupt niet stellen. Het internaliseren van de kosten leidt ertoe dat de potentiële dader een kosten-baten analyse houdt waarvan het resultaat overeenstemt met de voorkeur van de maatschappij. Het leidt dus tot het sociaal wenselijk gedrag. De vergoeding van slachtoffers is dan ook geen doel op zich, maar een gevolg van de preventieve werking van het aansprakelijkheidsrecht. 52 Uiteraard zullen andere factoren, in het bijzonder het strafrecht, de rechtsonderhorige eveneens prikkelen om zijn gedrag bij te stellen. Het sociaal wenselijk gedrag is het gedrag dat de maatschappij netto de meeste voordelen oplevert (negatief uitgedrukt: de minste kosten oplevert) mits dat gedrag geen inbreuk inhoudt op iemands recht. Vandaar dat het doel van het aansprakelijkheidsrecht erin bestaat de ongevalskosten te minimaliseren. Ongevalskosten zijn onder te verdelen in drie subcategorieën. De eerste categorie zijn de voorzorg- of preventiekosten. Dit zijn de voorzorgen die alle betrokkenen nemen opdat het ongeval niet zou gebeuren. De tweede categorie zijn de eigenlijke ongevalskosten. Stel dat A met de auto rijdt. A houdt zich aan de reglementering wat hem een kost oplevert. Had A immers 10 km/u sneller gereden dan de toegelaten snelheid, dan was hij sneller op zijn bestemming geweest. Dit had voor hem een tijdswinst betekend. Die kosten zijn de voorzorgkosten. De kans dat A een ongeluk veroorzaakt door te rijden blijft bestaan ondanks het feit dat A zich aan de toegelaten snelheid houdt. Stel dat een ongeval 500 kost en er met de voorzorg van A een kans van 1% is dat het ongeval zich voordoet. De eigenlijke ongevalskost in dit voorbeeld is dan 5. De derde en laatste categorie van kosten zijn de administratieve kosten. Hieronder vallen 51 Om dezelfde reden pleiten rechtseconomen er ook voor om de vergoeding te begroten op basis van de schade en niet bijvoorbeeld op basis van de winst van de dader. Zie A. POLINSKY en S. SHAVELL, Should Liability Be Based on the Harm to the Victim or the Gain to the Injurer?, The Journal of Law, Economics and Organization 1994, vol. 10, L. VISSCHER, Economic analysis of punitive damages in H. KOZIOL en V. WILCOX (eds.), Punitive damages: civil law and common law perspectives, Wenen, Springer-Verlag, 2009, (219) 219, nr. 2; L. VISSCHER, Tort Damages in M. FAURE (ed.), Tort law and economics, Cheltenham Edward Elgar, 2009,

21 voornamelijk de kosten om de dader te identificeren, de constitutieve voorwaarden van aansprakelijkheid te bewijzen, de dader eventueel te laten veroordelen en de veroordeling te laten uitvoeren. Het doel van het aansprakelijkheidsrecht moet erin bestaan om de totaliteit van deze drie kosten zo laag mogelijk te houden. Om de dader naar het sociaal wenselijk gedrag te leiden, moet de schadevergoeding hoog genoeg zijn om de kosten die de dader heeft veroorzaakt te internaliseren. De dader moet dan namelijk dezelfde kosten dragen die de maatschappij te verduren heeft. Dit prikkelt de dader om de juiste voorzorgen te nemen, zijnde de voorzorgen die de gehele maatschappij in totaal het minste kosten oplevert (positief uitgedrukt: de maatschappij het grootste voordeel oplevert). 14. In de rechtseconomische visie onderscheiden auteurs twee soorten ongevallen. 53 Een unilateraal ongeval is een ongeval waarbij enkel het gedrag van de dader een invloed heeft op de waarschijnlijkheid van het ongeval. Typevoorbeelden van unilaterale ongevallen zijn het neerstorten van een vliegtuig op een gebouw, het scheuren van een gasleiding waardoor een ontploffing ontstaat of een kernongeval. Bilaterale ongevallen zijn ongevallen waarbij zowel de dader als het slachtoffer een rol spelen in de waarschijnlijkheid van het ongeval. Typevoorbeeld hier is een verkeersongeval tussen een fietser en een auto. Beiden partijen hebben een invloed op de waarschijnlijkheid van een ongeval naar gelang van de voorzorg die zij nemen. De volgende paragrafen geven weer hoe, volgens de rechtseconomische visie, het aansprakelijkheidsrecht dader en slachtoffer ertoe prikkelt om het sociaal gewenste niveau van zorg en activiteit aan de dag te leggen. 1. Unilaterale ongevallen zorgniveau In een situatie waar een unilateraal ongeval zich kan voordoen, leidt zowel de zorgvuldigheidsaansprakelijkheid als de risicoaansprakelijkheid tot de gewenste prikkels qua voorzorgniveau. Dit zijn de twee grote vormen van aansprakelijkheid in het Belgische recht. Volgend voorbeeld verduidelijkt de preventieve werking van het aansprakelijkheidsrecht: A is de piloot van een sportvliegtuigje. Hij runt een koerierdienst via de lucht. Dit gedrag brengt het risico met zich mee dat het vliegtuigje neerstort. Een ongeval veroorzaakt in totaal gemiddeld Zie bijvoorbeeld S. SHAVELL, Foundation of economic analysis of law, Cambridge, Harvard University Press, 2004, De redenering en de cijfervoorbeelden uit deel 1 tot 4 zijn geen originele ideeën. Het is de toepassing naar Belgische recht van de principes beschreven in S. SHAVELL, Foundation of economic analysis of law, Cambridge, Harvard University Press, 2004,

22 schade aan de maatschappij. 55 De waarschijnlijkheid dat het ongeval zich voordoet, hangt af van het preventieniveau en is terug te vinden in onderstaande tabel. 56 Preventieniveau Preventiekost Waarschijnlijkheid ongeval Verwachte ongevalskosten Totale sociale kosten Laag 0 15% Gemiddeld 3 10% Hoog 6 8% 8 14 Hoe meer voorzorg piloot A neemt (hoe trager hij vliegt of hoe meer onderhoudscontroles hij uitvoert) hoe minder kans er bestaat op een ongeval. Echter, hoe meer voorzorg hij neemt, hoe meer het de piloot kost aangezien het vliegtuigje minder en trager zal vliegen. Het sociaal optimaal gedrag is een gemiddelde voorzorg aangezien dat gedrag resulteert in de laagste totale sociale kosten. 57 In een maatschappij zonder aansprakelijkheid zal de piloot echter een lage voorzorg nemen. Aangezien er geen aansprakelijkheid is, zal hij namelijk niet moeten opdraaien voor de te verwachten ongevalskosten. De enige kosten die hij zal dragen, zijn de preventiekosten. Die zal hij uiteraard zo laag mogelijk willen houden. 58 Stel nu dat er op deze situatie een zorgvuldigheidsaansprakelijkheid, zoals dat in het Belgisch recht gekend is, van toepassing is. 59 Zorgvuldigheid staat dan gelijk aan optimale preventie of 55 Voor de eenvoud van het voorbeeld ligt de schade niet bij de piloot. Het sportvliegtuigje is gehuurd met een stevig exoneratiebeding en het bevatte bovendien een springstoel waardoor de piloot zichzelf in veiligheid kan brengen. 56 Tabel 8.1 uit S. SHAVELL, Foundation of economic analysis of law, Cambridge, Harvard University Press, 2004, p Merk op dat het sociaal optimaal gedrag niet leidt tot de situatie met het minst aantal ongevallen. De preventieve functie van het aansprakelijkheidsrecht heeft dus niet tot doel zoveel mogelijk schadeverwekkend gedrag te vermijden. 58 Uiteraard strookt het voorbeeld niet volledig met de realiteit. In de realiteit zijn er namelijk nog andere factoren die de piloot aanzetten tot zorgvuldig gedrag. Zo is er bijvoorbeeld ook nog altijd de reputatieschade van de piloot, de ethische normen die de piloot zich eigen maakt of zelfs het strafrecht. Deze prikkels zijn niet meegenomen in het voorbeeld om het voorbeeld eenvoudig te houden. 59 De toepassing van een zorgvuldigheidsaansprakelijkheid is enkel om aan te tonen hoe de preventieve werking van het aansprakelijkheidsrecht werkt. In het Belgisch positief recht geldt er een objectieve aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door internationaal luchtvervoer dat bovendien verdragsrechtelijk is bepaald in het verdrag van Montreal. Zie de wet van 13 mei 2003 houdende 14

23 meer. In dit geval zal de piloot wel degelijk gemiddelde voorzorg nemen. Bij een lager niveau van preventie is hij namelijk aansprakelijk. Een rechter zal hem dan veroordelen tot het betalen van een schadevergoeding voor het ongeval (kost = 15). Bij een gemiddelde voorzorg daarentegen is hij niet aansprakelijk. Hij heeft zich namelijk sociaal wenselijk gedragen. De enige kost die hij draagt is de zorgkost (kost = 3). De piloot zal gemiddelde preventie ook verkiezen boven hoge preventie. In beide gevallen is de piloot niet aansprakelijk aangezien hij voldoende preventiemaatregelen heeft genomen. Een hoog voorzorgniveau zal hem echter duurder uitkomen (kost = 6). Stel nu dat er op deze situatie een risicoaansprakelijkheid, zoals gekend in het Belgische recht, van toepassing is. De piloot zal altijd de schade moeten dragen die het vliegen heeft veroorzaakt. Ook in dit geval zal de piloot zich optimaal gedragen. De totale kosten van de piloot zijn dan namelijk gelijk aan de totale sociale kosten. Het doel van de piloot is dan ook gelijklopend met het doel dat de maatschappij aan het aansprakelijkheidsrecht geeft, zijnde de minimalisatie van ongevalskosten. In unilaterale ongevallen leiden zowel zorgvuldigheids- als risicoaansprakelijkheid tot het sociaal optimale niveau van voorzorg. Dezelfde situatie doet zich voor bij bilaterale ongevallen. 2. Bilaterale ongevallen zorgniveau 16. In een bilaterale situatie is zowel het gedrag van de potentiële dader als van het potentiële slachtoffer van belang. Beiden kunnen investeren in hun zorgniveau, maar zijn hiertoe niet verplicht. Het typevoorbeeld is natuurlijk een verkeersongeval. Neem het volgend voorbeeld: A is een autochauffeur. Hij kan kiezen of hij zich aan de toegelaten snelheid houdt (en dus voorzichtig is) of niet. B is een fietser. B kiest of hij al dan niet met lichten aan fietst. Voor de duidelijkheid is de geschatte schade bij een ongeval ook hier 100, die voor 100% bij slachtoffer B ligt. De waarschijnlijkheid van een ongeval is af te lezen in onderstaande tabel. 60 instemming met het Verdrag tot het brengen van eenheid in enige bepalingen inzake het internationaal luchtvervoer, gedaan te Montreal op 28 mei 1999, BS 18 mei Tabel 8.3 uit S. SHAVELL, Foundation of economic analysis of law, Cambridge, Harvard University Press, 2004,

INHOUD. Voorwoord... v. Hoofdstuk I. De toetsing van sancties door de rechter: algemeen kader Beatrix Vanlerberghe... 1

INHOUD. Voorwoord... v. Hoofdstuk I. De toetsing van sancties door de rechter: algemeen kader Beatrix Vanlerberghe... 1 INHOUD Voorwoord............................................................ v Hoofdstuk I. De toetsing van sancties door de rechter: algemeen kader Beatrix Vanlerberghe............................................

Nadere informatie

Een rechtseconomische analyse van het Nederlandse onrechtmatigedaadsrecht. Louis Visscher

Een rechtseconomische analyse van het Nederlandse onrechtmatigedaadsrecht. Louis Visscher Een rechtseconomische analyse van het Nederlandse onrechtmatigedaadsrecht Louis Visscher Boom Juridische uitgevers Den Haag 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Communicerende vaten 1 1.2 De rechtseconomische

Nadere informatie

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID IN SCHOOLVERBAND. Prof. dr. Aloïs VAN OEVELEN Gewoon hoogleraar Universiteit Antwerpen

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID IN SCHOOLVERBAND. Prof. dr. Aloïs VAN OEVELEN Gewoon hoogleraar Universiteit Antwerpen BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID IN SCHOOLVERBAND Prof. dr. Aloïs VAN OEVELEN Gewoon hoogleraar Universiteit Antwerpen INHOUD I. De begrippen burgerlijke aansprakelijkheid en strafrechtelijke II. Twee concrete

Nadere informatie

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling. Masterproef De invloed van een opzettelijke fout op de verdeling van de schadelast

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling. Masterproef De invloed van een opzettelijke fout op de verdeling van de schadelast 2012 2013 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling Masterproef De invloed van een opzettelijke fout op de verdeling van de schadelast Promotor : Prof. dr. Ilse SAMOY De transnationale Universiteit

Nadere informatie

Schulduitsluiting en rechtvaardiging in het burgerlijk buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht

Schulduitsluiting en rechtvaardiging in het burgerlijk buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015-2016 Schulduitsluiting en rechtvaardiging in het burgerlijk buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht Masterproef van de opleiding Master

Nadere informatie

Burgerlijke aansprakelijkheid in schoolverband

Burgerlijke aansprakelijkheid in schoolverband Burgerlijke aansprakelijkheid in schoolverband Prof. dr. Alois VAN OEVELEN Gewoon hoogleraar Universiteit Antwerpen 1 BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID EN STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID A. Begrip burgerlijke

Nadere informatie

Factsheet De aansprakelijkheid van de arts

Factsheet De aansprakelijkheid van de arts Factsheet De aansprakelijkheid van de arts Algemeen Als u vermoedt dat een beroepsbeoefenaar uw rechten heeft geschonden, kunt u hem of de zorginstelling waarbinnen hij werkt aansprakelijk stellen. Volgens

Nadere informatie

Rechtsmisbruik (muurarrest)

Rechtsmisbruik (muurarrest) Rechtsmisbruik (muurarrest) 1. INSTRUCTIES... 2 2. HET CASSATIEARREST... 2 A. DE FEITEN... 2 B. BESLUIT VAN DE FEITENRECHTER... 2 C. MIDDELEN IN CASSATIE... 2 D. HET BESLUIT VAN CASSATIE... 2 3. DE NOOT

Nadere informatie

INHOUD. Vooraf. Vlaams Pleitgenootschap bij de Balie te Brussel: 120 jaar springlevend!... v

INHOUD. Vooraf. Vlaams Pleitgenootschap bij de Balie te Brussel: 120 jaar springlevend!... v INHOUD Vooraf. Vlaams Pleitgenootschap bij de Balie te Brussel: 120 jaar springlevend!.................................................. v Onrechtmatige daden in De Codex Faliekante Redelijkheid (DCFR)

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 JUNI 2009 C.08.0546.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0546.N 1. V.R., en 2. V.A., eisers, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor

Nadere informatie

Rechtsweigering Art.5 Gerechtelijk Wetboek

Rechtsweigering Art.5 Gerechtelijk Wetboek Rechtsweigering Art.5 Gerechtelijk Wetboek FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 34 A 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be I. Intrede Artikel 4 Burgerlijk

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Duur. Burenhinder. Herstel. Rechtsvordering. Algemene verjaringstermijnen. Termijn buitencontractuele aansprakelijkheid Datum 20 januari 2011 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE Woord vooraf Inhoudsopgave 7 Verhouding straf(proces)recht - aansprakelijkheidsrecht Strafrechtelijke en civielrechtelijke fout

INHOUDSOPGAVE Woord vooraf Inhoudsopgave 7 Verhouding straf(proces)recht - aansprakelijkheidsrecht Strafrechtelijke en civielrechtelijke fout INHOUDSOPGAVE Woord vooraf 5 Inhoudsopgave 7 I. Verhouding straf(proces)recht - aansprakelijkheidsrecht 13 A. Strafrechtelijke en civielrechtelijke fout 13 1. Cass., 15 mei 1941 (het steenbakkersarrest)

Nadere informatie

Inleiding. 1.1 Probleemanalyse

Inleiding. 1.1 Probleemanalyse HOOFDSTUK 1 Inleiding 1.1 Probleemanalyse Winstafdracht conform art. 6:104 BW geeft de benadeelde, die schade lijdt als gevolg van een onrechtmatige daad of tekortkoming in de nakoming van een verbintenis,

Nadere informatie

3 Onrechtmatige overheidsdaad

3 Onrechtmatige overheidsdaad Monografieen Privaatrecht 3 Onrechtmatige overheidsdaad Rechtsbescherming door de burgerlijke rechter Prof. mr. G.E. van Maanen Prof. mr. R. de Lange Vierde druk Deventer - 2005 Inhoud VERKORT AANGEHAALDE

Nadere informatie

Vergoedingsvoorwaarden van het Fonds voor de Medische Ongevallen

Vergoedingsvoorwaarden van het Fonds voor de Medische Ongevallen Vergoedingsvoorwaarden van het Fonds voor de Medische Ongevallen Steven Lierman Ondervoorzitter beheerscomité FMO KU Leuven, UA Vergoedingsvoorwaarden van het Fonds voor de Medische Ongevallen 1 1. Krachtlijnen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 OKTOBER 2009 C.08.0118.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0118.F J. J., Mr. Pierre Van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen J. J.-R., Mr. Jacqueline Oosterbosch, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JANUARI 2011 C.09.0306.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0306.F 1. K. J.-P., 2. G. E. Mr. Pierre Van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen WAALS GEWEST, Mr. Antoine De Bruyn,

Nadere informatie

Auteur. Elfri De Neve. www.elfri.be. Onderwerp. Anatocisme. Copyright and disclaimer

Auteur. Elfri De Neve. www.elfri.be. Onderwerp. Anatocisme. Copyright and disclaimer Auteur Elfri De Neve www.elfri.be Onderwerp Anatocisme Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen kan zijn aan rechten van intellectuele eigendom,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 DECEMBER 2007 C.06.0457.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.06.0457.F 1. GARAGE HERBOSCH-LA LOUVIERE, naamloze vennootschap, 2. HERBOSCH SAINT-GHISLAIN TOURNAI, naamloze vennootschap, Mr. Philippe

Nadere informatie

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen.

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen. Rolnummer 2540 Arrest nr. 17/2003 van 28 januari 2003 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen. Het

Nadere informatie

Concubinaat. De buitenhuwelijkse tweerelatie. Patrick Senaeve (ed.) Acco Leuven / Amersfoort

Concubinaat. De buitenhuwelijkse tweerelatie. Patrick Senaeve (ed.) Acco Leuven / Amersfoort Concubinaat De buitenhuwelijkse tweerelatie Patrick Senaeve (ed.) Met bijdragen van: Eric Dirix Jacques Herbots Walter Pintens Jan Roodhooft Patrick Senaeve Acco Leuven / Amersfoort INHOUD Patrick Senaeve

Nadere informatie

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling 2012 2013 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling Masterproef Heeft België nood aan een wijziging van art. 1385 BW? Een rechtsvergelijkend onderzoek met Duitsland, Frankrijk en Nederland

Nadere informatie

Onrechtmatige overheidsdaad

Onrechtmatige overheidsdaad s tu diepock et s p r i v a a t r e c h t 28 Onrechtmatige overheidsdaad Rechtsbescherming door de burgerlijke rechter derde druk Prof. mr. G.E. van Maanen Prof. mr. R. de Lange 2000 W.E.J. Tjeenk Willink

Nadere informatie

Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland

Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland Preadviezen Rechtswaarborgen in een herijkte welvaartsstaat 'Herijking van de rechtsstaat' en het Nederlandse recht Culpa in

Nadere informatie

GDPR en aansprakelijkheid

GDPR en aansprakelijkheid GDPR en aansprakelijkheid 1. Het Belgische begrip fout & GDPR 2. Wie kan aansprakelijkheid dragen? 3. Wie kan een claim stellen? 4. Wat zijn de financiële risico s? 5. Tips Artikel 82 Recht op schadevergoeding

Nadere informatie

Een verkenning van de grondslagen van het ne bis in idem beginsel in het Belgisch belastingrecht

Een verkenning van de grondslagen van het ne bis in idem beginsel in het Belgisch belastingrecht Een verkenning van de van het ne bis in idem beginsel in het Belgisch belastingrecht Prof. dr. Anne Van de Vijver 17 november 2015 Overzicht Inleiding - Probleemstelling: dubbele belasting - Rechtstheoretisch

Nadere informatie

Arbitragecommissie. Advies over de sancties bepaald in artikel 5 van de wet

Arbitragecommissie. Advies over de sancties bepaald in artikel 5 van de wet Advies nr. 2011/08 van 4 oktober 2011 Arbitragecommissie Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten. Advies over de sancties bepaald

Nadere informatie

De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014)

De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014) De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014) FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95

Nadere informatie

DE TOEPASSING VAN FRAUS OMNIA CORRUMPIT IN HET BUITENCONTRACTUEEL AANSPRAKELIJKHEIDSRECHT

DE TOEPASSING VAN FRAUS OMNIA CORRUMPIT IN HET BUITENCONTRACTUEEL AANSPRAKELIJKHEIDSRECHT DE TOEPASSING VAN FRAUS OMNIA CORRUMPIT IN HET BUITENCONTRACTUEEL AANSPRAKELIJKHEIDSRECHT Aantal woorden: 38. 973 Maarten Christiaens Studentennummer: 0130508 Promotor(en): Prof. dr. Marc Kruithof Commissaris:

Nadere informatie

PUNITIVE DAMAGES. Noodzaak, inpasbaarheid en verzekerbaarheid naar Belgisch recht ISABELLE VRANCKEN 20080036

PUNITIVE DAMAGES. Noodzaak, inpasbaarheid en verzekerbaarheid naar Belgisch recht ISABELLE VRANCKEN 20080036 ISABELLE VRANCKEN 20080036 Academiejaar 2012-2013 Module: burgerlijk recht PUNITIVE DAMAGES Noodzaak, inpasbaarheid en verzekerbaarheid naar Belgisch recht Meesterproef tot het behalen van de titel Master

Nadere informatie

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 11.3.2014 COM(2014) 158 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Een nieuw EU-kader voor het versterken van

Nadere informatie

Inleiding. Het systeem II 15. Causaal verband Relativiteit Groepsaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid voor personen

Inleiding. Het systeem II 15. Causaal verband Relativiteit Groepsaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid voor personen Inhoud I 1 2 Deel 1 II 3 4 5 6 7 8 9 10 III 11 12 13 14 15 Inleiding Aansprakelijkheidsrecht Het systeem Vestiging Aansprakelijkheid voor eigen onrechtmatig handelen (art. 6:162 BW) Onrechtmatige daad

Nadere informatie

Het begrip causaal verband in het aansprakelijkheidsrecht, het verzekeringsrecht en het sociaal recht (arbeidsongevallen en beroepsziekten)

Het begrip causaal verband in het aansprakelijkheidsrecht, het verzekeringsrecht en het sociaal recht (arbeidsongevallen en beroepsziekten) Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 Het begrip causaal verband in het aansprakelijkheidsrecht, het verzekeringsrecht en het sociaal recht (arbeidsongevallen en beroepsziekten)

Nadere informatie

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 2. TOEPASSINGSGEBIED VAN HET RECHT OP AFBEELDING...33

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 2. TOEPASSINGSGEBIED VAN HET RECHT OP AFBEELDING...33 INHOUDSOPGAVE DANKWOORD... v VOORWOORD...vii HOOFDSTUK 1. DE GRONDSLAG... 1 1. De grondslag: het persoonlijkheidsrecht op afbeelding... 1 2. Invloed van de mensenrechten... 3 A. Art. 22 G.W.... 4 B. Art.

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11 Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11 Hoofdstuk I.- Algemene inleiding 13 Afdeling 1.- Het privaatrecht, wat is dat? 13 1.- Objectief recht vs. subjectief recht 13 I.- Algemeen 13 II.- Objectieve benadering het

Nadere informatie

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 307bis van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Cassatie.

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 307bis van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Cassatie. Rolnummer 2287 Arrest nr. 163/2001 van 19 december 2001 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 307bis van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Cassatie. Het Arbitragehof,

Nadere informatie

DE AANSPRAKELIJKHEID BIJ SCHENDING VAN DE PERSOONLIJKHEIDSRECHTEN

DE AANSPRAKELIJKHEID BIJ SCHENDING VAN DE PERSOONLIJKHEIDSRECHTEN Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-2010 DE AANSPRAKELIJKHEID BIJ SCHENDING VAN DE PERSOONLIJKHEIDSRECHTEN Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Sarah

Nadere informatie

Masterproef De burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de preventieadviseur

Masterproef De burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de preventieadviseur 2013 2014 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten Masterproef De burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de preventieadviseur Promotor : Prof. dr. Ilse SAMOY De transnationale Universiteit Limburg is een

Nadere informatie

Bewijswaarde van een sms-bericht bij de verkoop van een onroerend goed

Bewijswaarde van een sms-bericht bij de verkoop van een onroerend goed Bewijswaarde van een sms-bericht bij de verkoop van een onroerend goed Analyse arrest HvB Gent 26 september 2013 FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be

Nadere informatie

AANWIJZING VOOR DE PRAKTIJK 1 HET VORDEREN VAN BILLIJKE GENOEGDOENING

AANWIJZING VOOR DE PRAKTIJK 1 HET VORDEREN VAN BILLIJKE GENOEGDOENING AANWIJZING VOOR DE PRAKTIJK 1 HET VORDEREN VAN BILLIJKE GENOEGDOENING I. Introductie 1. De toekenning van billijke genoegdoening is geen automatisch gevolg van de vaststelling door het Europees Hof voor

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 3 MAART 2015 P.13.1040.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.13.1040.N UCB nv, met zetel te 1070 Brussel (Anderlecht), Researchlaan 60, beklaagde, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist,

Nadere informatie

Workshop 6: takenpakket lokale toezichthouder

Workshop 6: takenpakket lokale toezichthouder Workshop 6: takenpakket lokale toezichthouder Uitgaande van de filosofie milieuhandhaving: Bestuurlijke handhaving boven strafrechtelijke Probleem helpende handhaving boven bestraffende Van zacht naar

Nadere informatie

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard.

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard. Voorwoord Dit leerboek vormt een goede basis voor het opleidingsonderdeel strafrecht binnen een professionele bacheloropleiding. We denken hierbij in het bijzonder aan de afstudeerrichting Rechtspraktijk

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 14 DECEMBER 2017 C.16.0296.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.16.0296.N 1. ALFA nv, met zetel te 3700 Tongeren, Maastrichterstraat 31, 2. F. R., 3. A.-M. H., 4. F. R., eisers, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Een standpunt over de burgerlijke aansprakelijkheid van bestuurders van een V.Z.W. in de sportwereld

Een standpunt over de burgerlijke aansprakelijkheid van bestuurders van een V.Z.W. in de sportwereld www.vdelegal.be Een standpunt over de burgerlijke aansprakelijkheid van bestuurders van een V.Z.W. in de sportwereld Brussel, 24 november 2003 Johan VANDEN EYNDE Advocaat Vanden Eynde Legal Avenue de la

Nadere informatie

AANSPRAKELIJKHEID IN HET LICHT VAN HET GELIJKHEIDSBEGINSEL

AANSPRAKELIJKHEID IN HET LICHT VAN HET GELIJKHEIDSBEGINSEL AANSPRAKELIJKHEID IN HET LICHT VAN HET GELIJKHEIDSBEGINSEL IS HET VERANTWOORD OM IN HET LICHT VAN HET GELIJKHEIDSBEGINSEL HET TOEPASSINGSGEBIED VAN ARTIKEL 1386BIS BW TE BEPERKEN TOT EEN CONTROLEVERLIES

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.386 ------------------------------ Zitting van dinsdag 29 januari 2002 --------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.386 ------------------------------ Zitting van dinsdag 29 januari 2002 -------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.386 ------------------------------ Zitting van dinsdag 29 januari 2002 -------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 7, 3

Nadere informatie

Prioritaire voertuigen

Prioritaire voertuigen Prioritaire voertuigen Wat doet de politierechtbank ermee? Kathleen Stinckens Rechter in de politierechtbank Leuven Inleiding Zonder ongeval Met ongeval Voor de burgerlijke rechtbank Voor de strafrechtbank

Nadere informatie

De burgerlijke vordering inzake bestuurdersaansprakelijkheid, ingesteld voor de burgerlijke rechter 1333

De burgerlijke vordering inzake bestuurdersaansprakelijkheid, ingesteld voor de burgerlijke rechter 1333 296 HOOFDSTUK VIII BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID door een bestuurder, tot een uitsluiting of verzachting van diens aansprakelijkheid leiden 1331 (infra, nrs. 541 e.v.). Bij de beoordeling van de bestuurdersaansprakelijkheid

Nadere informatie

IS DE ZORGVULDIGHEIDSNORM EEN ECONOMISCH CRITERIUM?

IS DE ZORGVULDIGHEIDSNORM EEN ECONOMISCH CRITERIUM? Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2012-13 IS DE ZORGVULDIGHEIDSNORM EEN ECONOMISCH CRITERIUM? Een analyse van de Belgische rechtspraak: de goede huisvader versus Learned Hand Masterproef

Nadere informatie

DE TOEREKENBAARHEID VAN ART. 544 B.W. EN AANNEMERS BIJ BURENHINDER: SNIJDT HET HOF VAN CASSATIE ZICH NIET IN HAAR EIGEN VINGERS?

DE TOEREKENBAARHEID VAN ART. 544 B.W. EN AANNEMERS BIJ BURENHINDER: SNIJDT HET HOF VAN CASSATIE ZICH NIET IN HAAR EIGEN VINGERS? DE TOEREKENBAARHEID VAN ART. 544 B.W. EN AANNEMERS BIJ BURENHINDER: SNIJDT HET HOF VAN CASSATIE ZICH NIET IN HAAR EIGEN VINGERS? I. Inleiding 1. Het arrest van het Hof van Beroep van Gent van 21 november

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 11. Maklu 5

Inhoud. Voorwoord 11. Maklu 5 Inhoud Voorwoord 11 I Inleiding 13 1 Wat is aansprakelijkheid? 13 1.1 Voorbeelden uit de media en de rechtspraak 13 1.2 Omschrijving begrip aansprakelijkheid 15 2 Aansprakelijkheid versus verantwoordelijkheid

Nadere informatie

INHOUD DEEL I VERZEKERINGSFRAUDE IN MAATSCHAPPELIJK PERSPECTIEF. Hoofdstuk I. Verzekeringsfraude in historisch perspectief... 17

INHOUD DEEL I VERZEKERINGSFRAUDE IN MAATSCHAPPELIJK PERSPECTIEF. Hoofdstuk I. Verzekeringsfraude in historisch perspectief... 17 INHOUD Woord vooraf.......................................................... v Dankwoord.......................................................... vii Inleiding.............................................................

Nadere informatie

NOOT onder Cass. 30 april 2015 C F

NOOT onder Cass. 30 april 2015 C F NOOT onder Cass. 30 april 2015 C.12.0637.F 1. Het Hof van Cassatie heeft zich in een arrest van 30 april 2015 opnieuw uitgesproken inzake de overheidsaansprakelijkheid voor fouten van de wetgever. De vraag

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 OKTOBER 2009 C.08.0200.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0200.F FORTIS INSURANCE BELGIUM, Mr. Antoine De Bruyn, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen P. D. I. RECHTSPLEGING VOOR HET

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 maart 2004 C.03.0037.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.03.0037.F.- BELGISCHE STAAT, minister van Landsverdediging, Mr. Antoine De Bruyn, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen L. K., Mr.

Nadere informatie

Ontslag wegens dringende reden

Ontslag wegens dringende reden Ontslag wegens dringende reden C. ENGELS -Kluwer a Wolters Kluwer business Inhoud V 1- Begrip I 1.1. Wettelijke definitie 1 1.2. Ontleding van de definitie I 1.2.1. Vereisten 1 1.2.2. Eerste vereiste:

Nadere informatie

Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15

Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15 Voorwoord 13 Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15 Afdeling 1. Het privaatrecht, wat is dat? 15 1. Objectief recht vs. subjectief recht 15 I. Algemeen 15 II. Objectieve benadering het objectief recht 15 III.

Nadere informatie

Worden opeenvolgende in concreto noodzakelijke voorwaarden voor schade altijd als equivalente oorzaak beschouwd?

Worden opeenvolgende in concreto noodzakelijke voorwaarden voor schade altijd als equivalente oorzaak beschouwd? Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 Worden opeenvolgende in concreto noodzakelijke voorwaarden voor schade altijd als equivalente oorzaak beschouwd? Masterproef van de

Nadere informatie

CAUSALE ONZEKERHEID EN PROPORTIONELE AANSPRAKELIJKHEID

CAUSALE ONZEKERHEID EN PROPORTIONELE AANSPRAKELIJKHEID Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2011-12 CAUSALE ONZEKERHEID EN PROPORTIONELE AANSPRAKELIJKHEID Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Kelly Rubrecht

Nadere informatie

Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten

Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten Auteur(s): Filip Smet Editie: 1202 p. 9 Publicatiedatum: 21 april 2010 Rechtbank/Hof: Cassatie Datum van uitspraak: 11 februari 2010 Wetboek: W.I.B.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 SEPTEMBER 2013 C.12.0374.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0374.N STAD GENT, vertegenwoordigd door het college van burgemeester en schepenen, met kantoor te 9000 Gent, Stadhuis, Botermarkt

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 14 APRIL 2015 P.14.1146.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1146.N T K H, inverdenkinggestelde, eiser, met als raadsman mr. Luc Arnou, advocaat bij de balie te Brugge, tegen 1. E V D C, 2.

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Bedrijfsvoorheffing. Niet-doorstorting. Aansprakelijke bestuurders of zaakvoerders. Onrechtmatige daad. Datum 5 september 2013 Copyright and disclaimer De inhoud van

Nadere informatie

Kanaal- en schoorsteenarrest

Kanaal- en schoorsteenarrest Kanaal- en schoorsteenarrest 1. INSTRUCTIES... 2 2. SCHOORSTEENARREST... 2 A. FEITEN... 2 B. FEITENRECHTER... 2 C. MIDDELEN... 2 D. OORDEEL CASSATIE... 2 3. KANAALARREST... 3 A. FEITEN... 3 B. FEITENRECHTER...

Nadere informatie

DE BEGRIPPEN OPZET EN ZWARE FOUT IN

DE BEGRIPPEN OPZET EN ZWARE FOUT IN Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015-2016 DE BEGRIPPEN OPZET EN ZWARE FOUT IN VERZEKERINGSCONTEXT Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Paulien Walraet

Nadere informatie

Rechtbank van eerste aanleg Gent, vonnis van 9 september 2010

Rechtbank van eerste aanleg Gent, vonnis van 9 september 2010 Rechtbank van eerste aanleg Gent, vonnis van 9 september 2010 Toepasselijk recht Betwisting van vaderschap Artikel 62, 1 WIPR Turks recht Uitzonderingsclausule van artikel 19 WIPR niet van toepassing Heropening

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 APRIL 2016 C.14.0407.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0407.N PROCUREUR-GENERAAL BIJ HET HOF VAN BEROEP TE GENT, met kantoor te 9000 Gent, Savaanstraat 11, bus 101, eiser, tegen 1. V.

Nadere informatie

Zorginspectie en aansprakelijkheid

Zorginspectie en aansprakelijkheid Katholieke Universiteit Leuven Faculteit Rechtsgeleerdheid INSTITUUT VOOR SOCIAAL RECHT Zorginspectie en aansprakelijkheid Onderzoeker Ruth D haese Promotor Prof. dr. Johan Put Rapport van een onderzoek

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 DE TOEPASSING VAN ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING TUSSEN MENSEN MET EEN AFFECTIEVE BAND Masterproef van de opleiding Master in de rechten

Nadere informatie

I n s t i t u u t van de B e d r i j f s r e v i s o r e n. C o m m i s s i e v a n B e r o e p. N e d e r l a n d s t a l i g e K a m e r

I n s t i t u u t van de B e d r i j f s r e v i s o r e n. C o m m i s s i e v a n B e r o e p. N e d e r l a n d s t a l i g e K a m e r I n s t i t u u t van de B e d r i j f s r e v i s o r e n C o m m i s s i e v a n B e r o e p N e d e r l a n d s t a l i g e K a m e r Openbare terechtzitting van 16 december 2016 In de zaak 0467/2013/(

Nadere informatie

RECHTSMISBRUIK. Joëlle Rozie Stefan Rutten Aloïs Van Oevelen (eds.) Antwerpen Cambridge

RECHTSMISBRUIK. Joëlle Rozie Stefan Rutten Aloïs Van Oevelen (eds.) Antwerpen Cambridge RECHTSMISBRUIK Joëlle Rozie Stefan Rutten Aloïs Van Oevelen (eds.) Antwerpen Cambridge Rechtsmisbruik Joëlle Rozie, Stefan Rutten en Aloïs Van Oevelen (eds.) 2015 Antwerpen Cambridge www.intersentia.be

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 SEPTEMBER 2011 C.10.0278.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0278.N H. S., eiser, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Central

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Overeenkomst - Bestanddelen - Toestemming - Gebrek - Geweld - Morele dwang - Gebrekkige wil - Voorwaarde - Artt. 1109 en 1112, BW Datum 23 maart 1998 Copyright and

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE DENDERMONDE VAN 8 FEBRUARI 2019

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE DENDERMONDE VAN 8 FEBRUARI 2019 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE DENDERMONDE VAN 8 FEBRUARI 2019 OPENBAAR MINISTERIE BEKLAAGDE X X, geboren te X op X, wonende te X, X, van onbekende nationaliteit Ter terechtzitting van 15 januari 2019

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. IXe KAMER A R R E S T. nr van 25 januari 2010 in de zaak A /IX-5893

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. IXe KAMER A R R E S T. nr van 25 januari 2010 in de zaak A /IX-5893 RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK IXe KAMER A R R E S T nr. 199.862 van 25 januari 2010 in de zaak A. 187.639/IX-5893 In zake : Dennis X. bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaat Karel S.

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/94 betreffende het vrijstellingsmechanisme in de internationale belastingverdragen

Circulaire 2018/C/94 betreffende het vrijstellingsmechanisme in de internationale belastingverdragen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/94 betreffende het vrijstellingsmechanisme in de internationale belastingverdragen Samenvatting : Deze circulaire beschrijft het mechanisme dat de woonstaat hanteert

Nadere informatie

Toezicht en aansprakelijkheid

Toezicht en aansprakelijkheid Toezicht en aansprakelijkheid Een rechtsvergelijkend onderzoek naar de rechtvaardiging voor de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad van toezichthouders ten opzichte van derden PROF. MR. I. GIESEN Hoogleraar

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 DECEMBER 2010 P.10.0213.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.10.0213.N G. R. burgerlijke partij, eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen T.

Nadere informatie

Het advies van de accountant of belastingconsulent en de rechtsdwaling in strafzaken

Het advies van de accountant of belastingconsulent en de rechtsdwaling in strafzaken Het advies van de accountant of belastingconsulent en de rechtsdwaling in strafzaken J. VAN DROOGBROECK De accountant en de belastingconsulent verstrekken adviezen aan de onderneming die hem tewerkstelt

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 MEI 2008 C.05.0223.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.05.0223.F AXA BELGIUM, naamloze vennootschap, Mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen 1. B. P., 2. AXA BELGIUM, naamloze

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 SEPTEMBER 2016 P.16.0556.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.16.0556.N P J G V, beklaagde, eiseres, met als raadsman mr. Laurens Van Puyenbroeck, advocaat bij de balie te Gent. I. RECHTSPLEGING

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN AAN DE OCCASIONELE REDDERS COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS A.R. M12-5-0321 Beslissing van 9 januari 2014 De vijfde kamer van de Commissie, samengesteld uit:

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 30 MEI 2011 C.09.0499.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0499.N RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING, openbare instelling, met zetel te 1150 Sint-Pieters-Woluwe, Tervurenlaan

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 14 FEBRUARI 2003 C.00.0354.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.00.0354.N R.J. eiseres, vertegenwoordigd door mr. Philippe Gérard, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1050 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 4 MAART 2010 C.08.0324.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0324.N ALGEMENE ONDERNEMINGEN AERTS, naamloze vennootschap, met zetel te 2500 Lier, Paaiestraat 9, eiseres, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/4.8.14/2014/0038 van 24 juni 2014 in de zaak 1314/0216/A/4/0183 In zake: de heer Daniël VANDERVELPEN bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Geert DEMIN

Nadere informatie

ARREST van 17 december 1998 in de zaak A 97/ College van Burgemeester en Schepenen van de stad Gent 2.

ARREST van 17 december 1998 in de zaak A 97/ College van Burgemeester en Schepenen van de stad Gent 2. BENELUX-GERECHTSHOF COUR DE JUSTICE BENELUX A 97/3/8 ARREST van 17 december 1998 in de zaak A 97/3 ------------------------- Inzake : 1. Van Der Klooster Roland 2. Beuzelin Patricia tegen 1. College van

Nadere informatie

Rolnummer 4418. Arrest nr. 12/2009 van 21 januari 2009 A R R E S T

Rolnummer 4418. Arrest nr. 12/2009 van 21 januari 2009 A R R E S T Rolnummer 4418 Arrest nr. 12/2009 van 21 januari 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 301, 2, tweede en derde lid, van het Burgerlijk Wetboek, zoals gewijzigd bij artikel 7 van

Nadere informatie

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door het Arbeidshof te Gent.

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door het Arbeidshof te Gent. Rolnummer 2926 Arrest nr. 186/2004 van 16 november 2004 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door het Arbeidshof te Gent. Het Arbitragehof,

Nadere informatie

SCHENDING VAN (SUBJECTIEF) RECHT: FOUT OF SCHADE OF GEEN VAN BEIDE?

SCHENDING VAN (SUBJECTIEF) RECHT: FOUT OF SCHADE OF GEEN VAN BEIDE? Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2013-14 SCHENDING VAN (SUBJECTIEF) RECHT: FOUT OF SCHADE OF GEEN VAN BEIDE? Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Annelies

Nadere informatie

Oorzakelijkheid in het verzekeringsrecht

Oorzakelijkheid in het verzekeringsrecht Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015-2016 Oorzakelijkheid in het verzekeringsrecht Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Tolpe Alexander (studentennr.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 3 FEBRUARI 2015 P.13.0908.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.13.0908.N J W S, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Kurt Mollekens, advocaat bij de balie te Mechelen, tegen I M (roepnaam D),

Nadere informatie

Inhoudstafel. Opzet van het onderzoek en centrale onderzoeksvraag... 21

Inhoudstafel. Opzet van het onderzoek en centrale onderzoeksvraag... 21 xi Voorwoord bij de Reeks Grondslagen van het Fiscaal Recht. i Préface à la Collection Fondements de Droit Fiscal iii Woord vooraf v Avant-propos vii Dankwoord ix Afkortingen 1 Deel I Inleiding 7 Hoofdstuk

Nadere informatie

Uitspraken CRvB inzake boetes en overgangsrecht (in kader Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving)

Uitspraken CRvB inzake boetes en overgangsrecht (in kader Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving) Uitspraken CRvB inzake boetes en overgangsrecht (in kader Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving) Inleiding Op 24 november 2014 heeft de CRvB de eerste uitspraak gedaan over boetes

Nadere informatie

DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement. Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem,

DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement. Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem, 8 FEBRUARI 2001 C.98.0470.N/1 C.98.0470.N DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem, Diksmuidelaan 276, ingeschreven in het handelsregister

Nadere informatie

WET 15 mei 2007 NO FAULT- MEDISCHE ONGEVALLEN

WET 15 mei 2007 NO FAULT- MEDISCHE ONGEVALLEN WET 15 mei 2007 NO FAULT- MEDISCHE ONGEVALLEN Thierry VANSWEEVELT Hoogleraar Universiteit Antwerpen Advocaat Dewallens & Partners Universiteit Antwerpen-Dewallens & Partners OVERZICHT - Sinds jaren 70

Nadere informatie

Zich vergissen in het contractenrecht

Zich vergissen in het contractenrecht Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 Zich vergissen in het contractenrecht Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door De Lat Arne (studentennr 20054556)

Nadere informatie