4.3. Ontsluiting en parkeren

Transcriptie

1 30

2 4.3. Ontsluiting en parkeren De nieuwe woonbuurt wordt op drie plaatsen ontsloten voor het gemotoriseerd verkeer. Twee daarvan zijn gekoppeld aan de bestaande buurt: aan de Beethovenstraat in het noorden en Chopinstraat in het zuiden. De derde entree ligt in het verlengde van het te handhaven deel van de St. Wirosingel, waar ook de calamiteitenweg voor vrachtwagens komend vanaf de A73 op wordt aangesloten. De ingang vanaf de Beethovenstraat verloopt via de bestaande Haydnstraat. De bochten zorgen voor de remming van de snelheid van het verkeer. De aansluitingen worden met elkaar verbonden door een lange noord-zuid weg die het gehele plangebied doorsnijdt: de Slinger. De Slinger wordt aan twee zijden begeleid met bebouwing. De entree s van de wijk zijn groen ingebed. Om de snelheid te beperken zijn verkeersremmende maatregelen (zoals verhoogde kruisingsvlakken) in het plan voorzien. De Slinger wordt aan de oostzijde begeleid met woonbebouwing. Aan de westzijde sluiten een vijftal kleinere buurtstraten hier op aan. Om de sociale veiligheid aan het fietspad te bevorderen en bebouwing met het gezicht naar de bestaande buurt te richten, zijn de buurtstraten parallel aan het fietspad gesitueerd. De wijk wordt aan de zuidzijde via twee straten ontsloten, te weten de St. Wirosingel en de Mozartstraat. Tussen beide straten ligt een verbindingsstraat waardoor het vrachtverkeer vanuit de Heistert via de Mozartstraat en St. Wirosingel op de Koninginnelaan en A73 kan geraken. Op het moment dat de IJzeren Rijn niet doorgaat, kan een van beide straten vervallen. De stuwwal langs de Maasnielderbeek kan dan worden hersteld. Voor het langzaam verkeer is een tweetal voorzieningen van belang: het bestaande fietspad in noord-zuid richting en de wandelzone rondom de Maasnielderbeek. Het bestaande fietspad verbindt meerdere wijken. In de huidige situatie is de aanhaking vanuit de Componistenbuurt naar het fietspad minimaal. Om het gebruik van het fietspad te stimuleren, worden nieuwe koppelingen gemaakt bij de Beethovenstraat en de Chopinstraat, de Haydnstraat en Sweelinckstraat. De in de omgeving van de Maasnielderbeek aanwezige voet- en fietspaden worden aangesloten op het fietspad naast de voormalige St. Wirosingel. Daarnaast is een verbinding mogelijk naar de groene zone aan de A73 en Koninginnelaan en vanuit de groene rand naar de buurtstraten. Het parkeren wordt voorzien op eigen terrein of in de woonstraten. De gemeente hanteert een parkeernorm van 1.9 waarbij de oprit met garage telt als 1 parkeerplaats. Elke woonstraat heeft een langsparkeerstrook aan één zijde. Ook kunnen auto s op sommige plekken buiten parkeervakken langs het troittoir worden gestald. Rondom het plantsoen en bij de ingangen worden, gezien de hogere bebouwingsdichtheid, dwarsparkeerplaatsen gerealiseerd tussen de bomen. De onderstaande tabel toont de parkeerbalans van het totale plan zien. Parkeerbalans Roermond Componistenbuurt Veld Aantallen woningen Parkeernorm Parkeerbehoefte Parkeren op eigen terrein Parkeren in de straat Parkeren informeel Infrastructuur op wijkniveau in de straat tekort 1a 6 rijwoningen plus 5 13 twee-onder-een kap b 5 rijwoningen plus 1 12 twee-onder-een kap c 7 rijwoningen min 2 14 twee-onder-een kap d 8 rijwoningen plus 1 3 twee-onder-een kap a 18 appartementen min 6 4 parkwoningen (bij groen) 2b 16 hofjes min 1 3a 6 patio s (carport) 7 plus 1 3b 7 patio s (carport) 8 plus 1 3c 7 patio s (carport) 8 plus 1 3d 6 patio s (carport) 6 0 totaal 132 woningen plus 1 31

3 32

4 4.4. Stedenbouwkundig plan Het plan bestaat uit orthogonale velden ten westen van de Slinger en een langere, aaneengesloten bebouwingszone aan de oostzijde. Hierdoor wordt de weg opgenomen in de nieuwe buurt en wordt het zicht op de A73 geminimaliseerd. Aan de oostzijde van de Slinger wordt gekozen voor patio-achtige woningen met een groot woonprogramma op de begane grond en met een beperkte opbouw op de eerste verdieping. Op het kavel is een zone van 6 meter diep niet bebouwbaar door het rooilijnenbeleid (50 meter) van Rijkswaterstaat, deze zone dient als achtertuin. Bij dit woningtype is het belangrijk dat de erfafscheiding mee-ontworpen is als onderdeel van de architectuur. De opstelplaats voor een auto is een carpot aan de voorzijde. Alle bouwvelden hebben een courante maat waardoor een diversiteit aan woningtypes gerealiseerd kan worden. Ze hebben gemeen dat het kavel kan worden opgedeeld in een voortuin van 3-5 meter en achtertuin met bouwvelden die alzijdig zijn georiënteerd. In het plan is in de vier bouwvelden een mix aanwezig van rijwoningen, twee-onder-een kapwoningen en vrijstaande geschakelde woningen op de hoeken. De Slinger en de twee oost-west straten rondom het plantsoen zijn het belangrijkste. De woningen aan de Slinger hebben, door de kromming van de weg, een getrapt verloop van de voorgevels. Zij zijn per twee geschakeld. De hoeken worden gevormd door dubbelzijdig georiënteerde woningen waarbij de garage aan de binnenzijde is gelegen of om de hoek. De rijwoningen zijn tot maximaal per 8 woningen geclusterd, met carports/garages bij de hoekwoningen. Achterpaden zijn aanwezig bij de rijwoningen voor de ontsluitingen van de bergingen en achtertuinen. In het centrale deel van het plan ligt een kleinschalig, alzijdig gebouw met appartementen en grondgebonden parkwoningen. Dit gebouw fungeert als tegenhanger van de Gitaarflat en is een nieuw oriëntatiepunt in de wijk. Het westelijk deel is ca. 6 bouwlagen hoog en wordt ingevuld met appartementen. Aan de oostzijde zijn vier parkwoningen opgenomen met een (verhoogd) terras aan de zuidzijde. De woningen worden ontsloten vanaf de noordelijke ontsluitingsstraat. Het gebouw staat met de voeten in het groen en zal met een bijpassend groenontwerp ontworpen moeten worden. De groene sfeer in het centrale deel van het plan wordt doorgezet tot de Slinger. Het groene karakter wordt hier, afwijkend van het openbaar plantsoen bij het appartementencomplex, vooral bepaald door een combinatie van openbaar groen en privaat groen. Aanhakend op de wens om een diversiteit aan woningen te ontwikkelen/bebouwing neer te zetten die verwijzen naar het vroegere agrarische grondgebruik, kunnen hier hoeve-achtige woningtypen verschijnen. In het verkavelingsplan is een typologie opgenomen van vier woningen geclusterd rondom een hof. Het woonprogramma is voornamelijk uitstrekt op de begane grond en een beperkte uitbreiding op de eerste verdieping. Het parkeren wordt voor de eigen bewoners opgelost op eigen terrein, geclusterd rondom de oprijlaan. De eerste bebouwingsrand vanaf de Koninginnelaan ligt op een aanzienlijke afstand van deze weg en wordt door de groene invulling verzacht. Door het gedeeltelijk ontbreken van een geluidsscherm aan de Koninginnelaan, presenteert de nieuwe buurt zich naar buiten en komt de Slinger en bebouwingsrand duidelijk in beeld. Bebouwingsvelden op wijkniveau 33

5 34

6 5. Beeldkwaliteit bebouwing 5.1. Algemeen kader De Componistenbuurt - oost wordt een nieuwe buurt waar een zorgvuldige architectuur wordt neergezet en die qua sfeer dient aan te sluiten op de bestaande buurt, maar krijgt tevens een eigen identiteit door de gevarieerdheid van woningtypes en eigen invulling van de architectuur. Er is een keuze gemaakt om de architectuur niet op detailniveau vast te leggen maar een beeldkwaliteitplan te verstrekken waardoor aan de architecten en opdrachtgever een extra stimulans wordt geven om de kwaliteit van de nieuwe buurt te garanderen. Het beeldkwaliteitplan geeft handvaten voor de drie beoogde sferen die samenkomen in de Componistenbuurt-oost: de langgerekte wand met patio-achtige woningen aan de oostzijde van de Slinger, de vier bouwvelden met rijwoningen en twee-onder-een kap woningen, en het centrale groengebied met de parkwoningen en hoeve-woningen. Er is dus een keuze gemaakt om de architectuur niet op detailniveau vast te leggen maar om toch grip te krijgen op het eindbeeld en vanwege de beperkte omvang en daarmee samenhangende gewenste rust en samenhang, wordt een viertal middelen ingezet. Zij komt voort uit een gewenste indeling van gebieden in vier bouwvelden enerzijds en de rand en het middengebied anderzijds. Er wordt ingezet op: - een zorgvuldige architectuur: de woning dient als 3D volume ontworpen te worden zonder losse schijven, onderdelen en zonder tierlantijnen. Hierbij passen vlakke gevels met gaten, goede detailleringen, aandacht voor de entree en het woonprogramma op de begane grond en een duidelijke beëindiging van de kap. - woningen in de rand en in het centrale gebied (parkwoningen en hoevewoningen) vlak gedekt en de overige eensgezinswoningen krijgen een zadeldak met grote overstekken. - als bindmiddel voor de vier bouwvelden is gekozen voor een beperkt aantal duurzame materialen en kleuren waardoor een ingetogen en hoogstaande uitstraling wordt bereikt zonder saai te worden. Binnen het beeldkwaliteitplan worden twee typen bakstenen als richting gekozen waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de vier bouwvelden enerzijds (handgevormde baksteen, kleur blauw-rood genuanceerd, wienerberger 7456) en de rand en het middengebied anderzijds (aansluiting op de Componistenbuurt met een geel genuanceerde steen, handvorm, lentebont, wienerberger 7522). De kozijnen dienen in een grijze kleur te worden uitgevoerd, bijvoorbeeld RAL In onderlinge samenwerking kiezen de architecten gezamenlijk voor 1 extra materiaal dat als bindmiddel tussen de verschillende woningen op een verantwoorde wijze wordt toegepast. Door een maximale kwaliteit na te streven bij een beperkt aantal elementen (zoals de keuze van de baksteen, een goede entree) en toegevoegde elementen achterwege te laten, wordt recht gedaan aan het motto: less is more. - de erfafscheidingen zijn identiek voor alle hoeken en bestaan uit hagen of begroeide gaaswerken, aangevuld met lage muurtjes omdat het verkavelingsplan een sterk groen kader met een ingetogen inrichting van de buitenruimte met klinkerverharding, asfalt, bomen, wadi s en grasbermen kent. Op alle hoeken, bij de hoevewoningen en bij de rand aan de A73 wordt de erfafscheiding mee ontworpen. Bij de hoevewoningen dient de erfafscheiding te bestaan uit hagen of begroeide gaaswerken. Bij de rand aan de A73, wordt een gebouwde erfafscheiding voorgestaan, met een zekere transparantie naar het groen Vanwege de beperkte omvang en gewenste rust is het wenselijk te werken met een beperkt aantal architecten. Het bijgevoegd kaartje laat zien dat de woningen zeer goed ontworpen kunnen worden door drie verschillende architecten waarbij de verdeling geschiedt via het onderscheid in deelgebieden: de vier bouwvelden, de rand en het middengebied. In de volgende paragraaf worden concretere uitspraken gedaan voor de diverse zones. Dit gaat in op ontsluiting, situering hoofdmassa, oriëntatie, kapvormen en richtingen, materiaal- en kleurgebruik en overige details. RAL nr blauw-rood genuanceerd, handvorm (Wienerberger 7456) lentebont, handvorm (Wienerberger 7422) nieuwe hollander, glans lafarge 35

7 36

8 5.2. Bebouwing De vier velden A,B,C,D De vier bouwvelden vertonen grote samenhang door de opbouw vanuit het principe: straat, voortuin, bebouwing, achtertuin. De bebouwing is georiënteerd naar de omliggende straten, waarbij de slinger en de straten rondom het plantsoen in hierarchie belangrijker zijn dan de tussengelegen woonstraten. De hoeken worden op een alzijdige manier verknoopt door de hoofdmassa s. Elk veld bestaat uit een combinatie van rijwoningen en twee-onder-een kapwoningen waarbij de hoekwoningen verzelfstandigd zijn (aan 1 zijde verbonden met de rij door middel van een garage). De woningen aan de Slinger zijn op een getrapte manier geschakeld waarbij de sprong in de garages wordt opgelost. Ontsluiting en parkeren - de woningen worden ontsloten via de omliggende woonstraten. - de hoeken worden gevormd door alzijdige woningen, waarbij de garage aan de binnenzijde van het kavel verbonden is met de woning of los ligt op het achterperceel. De voorkeur bestaat om de entrees van de hoekwoningen te situeren op de kop. - garages en overige bijgebouwen liggen terug, minimaal op 6 meter achter de erfgrens waardoor er één opstelplaatsen per woning aanwezig is. - In het ontwerp worden carports niet standaard aangeboden. Echter met het oog op de toekomst, dient de architect een mogelijke carport nu mee te ontwerpen, in overeenstemming met de hoofdmassa. Architectuur - de woningen liggen getrapt aan de Slinger, waarbij naast de eenheid in de gehele reeks, de twee woningen als 1 geheel ontworpen dienen te worden. - aan de kleinere straten geldt een vaste voorgevelrooilijn van 3 meter. De woningen die evenwijdig lopen aan de slinger hebben ook een vaste voorgevelrooilijn van 3 meter. Bij de getrapte woningen geldt een gemiddelde voortuin van 5 meter. Voor de zijtuinen aan de Slinger geldt een minimale zijtuin van 5 meter (kleinste afstand tussen erfgrens en bebouwing. - de woningen op de hoeken zijn dubbelzijdig georiënteerd, waarbij de oriëntatie op de Slinger aanleiding is voor het toepassen van erkers, grote ramen, etc. - belangrijk is het ontwerpen in massa s (3D) en niet in 2D vlakken. Zo blijft de hoofdmassa dominant en eenvoudig. - heldere basisvorm van de woning bestaande uit een begane grond, eerste verdieping en dak waarbij de nadruk ligt op de begane grond en dak. - de woning dient een duidelijke hierarchie te hebben, de functie wordt in de gevel benadrukt: begane grond met verbijzondering rondom entree en raam/erker, eerste verdieping intermediair, raamelementen wat introverter en de kap met een bijzondere beëindiging. - eenvoudige sobere gevels, zonder toevoegingen zoals balkons, kolommen, tierlantijnen, etc., worden zorgvuldig gedetailleerd. Kappen - de kap is een verzelfstandigd element met grote overstekken (maatvoering afhankelijk van het ontwerp), uitgevoerd als zadeldak. De kap is geplaatst in de langsrichting, waarbij een grotere samenhang in het straatbeeld gecreëerd wordt. - in principe worden zadeldaken toegepast met een helling van graden. De kappen zijn slechts in 1 richting geknikt. Er kunnen dus géén wolfseinden of stolpkappen worden toegepast. De goothoogte is 6 meter aan de straat en de nokhoogte is maximaal 9 meter. Materialen/kleuren - de gevels worden overwegend of volledig uitgevoerd in een rood-aubergine, genuanceerde, baksteen, handvorm, bijvoorbeeld Wienerberger 7456) In onderlinge samenwerking kiezen architecten voor 1 extra materiaal dat als bindmiddel geldt voor alle woningen in het plan, toegepast op een verantwoorde wijze. - de dakbedekking bestaat uit donkergrijze keramische dakpannen, als richting wordt nu uitgegaan van de Nieuwe Hollander, glans, Lafarge. - de kozijnen worden uitgevoerd in de kleur grijs, bijvoorbeeld RAL 7005 Erfafscheiding - in de voortuinen worden geen erfafscheidingen door de ontwikkelaar gerealiseerd. - als erfafscheiding tussen de zijtuinen en het trottoir worden groene erfafscheidingen gerealiseerd, eventueel aangevuld met een lage muur. De erfafscheiding is identiek voor alle hoeken. Ter plaatse van de achtertuinen kan dit een hoge beukenhaag zijn of een begroeid gaaswerk. - aangezien op sommige plaatsen aan de Slinger, de achtertuinen ook zichtbaar zijn, dienen ook hier begroeide gaaswerken of hoge beukenhagen toegepast te worden op de kavelgrens. Bijkomende elementen, zie paragraaf

9 38 voorbeeld opzet

10 Hoevewoningen Centraal in het plan, tussen de Slinger en het plantsoen, is een zestiental hoeve-woningen gesitueerd: vier woningen geclusterd rondom een centraal voorhof. Deze typologie is geïnspireerd op de vroegere hoeves in dit gebied. De hoeve-woningen zijn markant gesitueerd en daarom mag de architecturale uitstraling niet domineren ten opzichte van de omliggende woningen en de private tuinen bepalen mede de (groene)sfeer in de omliggende straten. Het private en openbare groen dient dan ook de boventoon te voeren en de architectuur dient hieraan ondergeschikt te zijn. Op deze wijze bevordert de clustering de sociale veiligheid en cohesie. Ontsluiting en parkeren - de woningen zijn per 4 geclusterd, met het voorhof gericht op de Slinger en op het centrale groengebied. - de entrees zijn gegroepeerd rondom het voorhof - per hoeve worden 4 parkeerplaatsen op eigen terrein voorzien, geclusterd rondom de entree. Architectuur - de architectuur is een abstractie van het type boerenhoeve. De vier woningen dienen samen één geheel te vormen en geen ritmering te zijn van vier identieke woningen. - vlakke gevels met gaten. - het grootste deel van het woonprogramma is gelegen op de begane grond, een beperkte massa kan gerealiseerd worden op de eerste verdieping. Het dak is vlak gedekt en ontworpen als een vijfde gevel. - de hoeve-woningen tonen een gesloten beeld aan de voorzijde en transparant aan de tuinzijde. Door de brede woningen is een grote interactie vanuit het woondeel met de tuin mogelijk. - de zij- en achtertuinen aan de twee dwarsstraten zijn minimaal 5 meter diep en de architectuur is in balans met de groene sfeer. Materialen/kleuren - de gevels worden overwegend of volledig uitgevoerd in een geel genuanceerde, baksteen, handvorm, bijvoorbeeld Wienerberger 7522) In onderlinge samenwerking kiezen architecten voor 1 extra materiaal dat als bindmiddel geldt voor alle woningen in het plan, toegepast op een verantwoorde wijze. - de kozijnen worden uitgevoerd in de kleur grijs, bijvoorbeeld RAL 7005 Erfafscheiding - rondom de zestien hoeve-woningen wordt een eenduidige, groene erfafscheiding voorgesteld. Deze erfafscheiding kan bestaan uit hoge en lage hagen of uit begroeide gaaswerken. - tussen de kavelgrenzen wordt bij voorkeur ook een groene erfafscheiding toegepast. Bijkomende elementen, zie paragraaf

11 principe oplossing peilmaten 40 voorbeeld totaalomhulsel

12 Parkwoningen Centraal in het gebied is een gebouwde tegenhanger van de gitaarflat wenselijk. Een nieuw focuspunt. Dit complex is aan de noordzijde van het groene veld gesitueerd en heeft een lineaire massa. Om het aantal appartementen beperkt te houden en toch het hoogteaccent van 6 bouwlagen te maken, is een combinatie van grondgebonden woningen en appartementen voorzien. Het complex dient in nauwe samenhang met het groen ontworpen te worden en met de hoeve-woningen. Het complex heeft een samengestelde massa van 6 bouwlagen bij de appartementen en uit twee-drie bouwlagen bij de grondgebonden woningen. Zij dient, net zoals de hoeve-woningen, als 1 geheel ontworpen te worden. De totale lengte van het blok komt nagenoeg overeen met de oost-west gesitueerde vleugel van de gitaarflat. In verhouding mag het hoogte-accent van 6 bouwlagen niet breder zijn dan de helft van de totale lengte van het blok. Het hoogteaccent ligt in het verlengde van de woonstraat die naast het fietspad is gelegen. Ontsluiting en parkeren - de centrale entree van de appartementen en de entrees van de grondgebonden woningen liggen aan de noordelijke ontsluitingsweg. - het parkeren geschiedt aan de straat, via een reeks van dwarsparkeerplaatsen. Architectuur - bij de uitwerking van de architectuur vormt de relatie tussen het hoge gebouwdeel en de bezonning en privacy van de terrassen van de grondgebonden woningen een belangrijk aandachtspunt. - het blok dient alzijdig te worden vormgegeven, waarbij de terrassen van de grondgebonden woningen opgenomen dienen te worden in het totaalomhulsel (zie bijgevoegde tekening). - in de architectuur wordt een maximale transparantie nagestreefd naar de zijde van het groen. - vlakke gevels met gaten (inpandige terrassen). Indien bewoners in de toekomst de inpandige terrassen wensen dicht te zetten, dient dit subtiel te gebeuren (niet met een pui) waarbij de gaten nog wel beleefbaar zijn. - de massa is vlak gedekt. - de noordgevel dient minimaal op een afstand van 5 meter te liggen ten opzichte van het trottoir. Materialen/kleuren - de gevels worden overwegend of volledig uitgevoerd in een geel genuanceerde, baksteen, handvorm, bijvoorbeeld Wienerberger 7522) In onderlinge samenwerking kiezen architecten voor 1 extra materiaal dat als bindmiddel geldt voor alle woningen in het plan, toegepast op een verantwoorde wijze. - de kozijnen worden uitgevoerd in de kleur grijs, bijvoorbeeld RAL Erfafscheiding - de uitwerking van de architectuur dient parallel te lopen aan het inrichtingsplan voor het groen. In bijgaand principe-voorbeeld wordt getoond dat het groene veld hetzelfde peilniveau kan hebben als de omliggende straten. De groene wal die in noord-zuid richting een strakke begrenzing kent, kan bij het groene veld met trappen worden uitgebreid en vergroot. Bij de uitwerking dient aandacht te bestaan voor de overgang tussen parkwoningen en groene veld waarbij de private terrassen afgeschermd dienen te worden van het groen: dit kan door het toevoegen van lage begroeiing rondom of door het toepassen van een split-level in de woningen waardoor de terrassen verhoogd liggen t.o.v. het omliggende maaiveld. Bijkomende elementen, zie paragraaf

13 42

14 Woningen in de rand De woningen aan de oostzijde van de Slinger liggen als begrenzing en intermediair tussen de A73 en groenzone en de nieuwe buurt. De rand is opgebouwd uit een viertal clusters van levensloopbestendige woningen, die mee-bewegen met de kromming van de weg. De openingen tussen de clusters liggen in het verlengde van de oost-west straten en vormen een verbinding tussen de buurt en de achtergelegen groene zone. Ontsluiting en parkeren - de woningen worden ontsloten vanaf de Slinger. - elke woning heeft 1 opstelplaats op eigen terrein, in de vorm van een carport. De carports moeten in het plan mee ontworpen te worden waarbij de carports onderdeel zijn van de architectuur. - de overgangen naar de groene tussenzones dienen gevormd te worden door een woning waardoor een dubbel georiënteerde woning ontstaat. De carport dient aan de binnenzijde van het kavel te liggen. Architectuur - er wordt een vaste rooilijn van 3 meter toegepast. - de zijgevelrooilijnen van de vier clusters dienen zoveel mogelijk afgestemd te worden op de rooilijnen van de tegenover gelegen woningen. - de laatste 6 meter van het kavel kan niet bebouwd worden doordat zij in de 50 meter zone ligt van de A73, hier is de achtertuin gesitueerd. - de architectuur wordt gekenmerkt door vlakke gevels en gaten. - eenvoudige, sobere vlakke gevels met gaten maar zonder toevoegingen of tierlantijnen - nadruk op de entree en het woongedeelte. - het grootste deel van het woonprogramma is gelegen op de begane grond, een beperkte massa kan gerealiseerd worden op de eerste verdieping. De bouwmassa s zijn vlak gedekt. Dit komt voort uit de gewenste woningplattegrond, maar sluit ook aan op de overwegend vlak gedekte situatie in de bestaande Componistenbuurt. De opbouw zorgt voor een geleding in de wand, waarbij de opbouw aan de straatzijde of aan de achtergelegen groene zone gesitueerd kan worden. De opbouw is zodanig van maat dat dit maximaal de helft van de breedte van de woning bestrijkt. De massa wordt afgedekt met een plak dak. Materialen/kleuren - de gevels worden overwegend of volledig uitgevoerd in een geel genuanceerde, baksteen, handvorm, bijvoorbeeld Wienerberger 7522) In onderlinge samenwerking kiezen architecten voor 1 extra materiaal dat als bindmiddel geldt voor alle woningen in het plan, toegepast op een verantwoorde wijze. - de kozijnen worden uitgevoerd in de kleur grijs, bijvoorbeeld RAL 7005 Erfafscheiding - aan de zijde van de A73 en naast de tussengelegen groene zones, dient de erfafscheiding als integraal onderdeel van de architectuur ontworpen te worden. Bijkomende elementen, zie volgende paragraaf 5.3. Bijkomende elementen In de Componistenbuurt-oost staat een eenvoudige/abstracte architectuur en een zorgvuldige detaillering hoog in het vaandel. Dit uit zich in de uitwerking op kavelniveau, voor de architectuur en de materialen, maar ook in bijkomende elementen zoals rolluiken, zonwerkingen, satellietontvangers, carports, nutskasten en garages. Rolluiken: deze worden niet standaard aangeboden aan de kopers. Echter de architect dient in zijn ontwerp wel rekening te houden met een mogelijke toekomstige plaatsing (door de bewoners) van rolluiken (bij voorkeur inpandig). Dakkapellen: opties voor dakkapellen mee-ontwerpen. Zonneboilers: deze zijn niet verplicht, echter indien van toepassing zal dit in het ontwerp meegenomen dienen te worden. Dakdoorvoeren: In de Componistenbuurt-oost wordt gestreefd naar een concentratie van dakdoorvoeren, het liefst geplaatst aan de achterzijde van de woning. Afhankelijk van het ontwerp kan ook gekozen worden voor een schoorsteen. Garages: minimaal 6 meter vanaf de erfgrens. De architect dient een eventuele toekomstige carport nu mee te ontwerpen. De carport dient in overeenstemming te zijn met de hoofdmassa. 43

15 44