Regels van de examencommissie van de masteropleiding Technical Medicine

Transcriptie

1 Faculteit Technische Natuurwetenschappen Regels van de examencommissie van de masteropleiding Technical Medicine (art WHW) Inhoud Artikel 1 De examencommissie... 2 Artikel 2 Examinatoren... 2 Artikel 3 Opstellen en vorm van tentamens en de wijze van toetsing... 2 Artikel 4 Schriftelijke en mondelinge tentamens... 3 Artikel 5 Orde tijdens tentamens... 3 Artikel 6 Fraude... 3 Artikel 7 Regels in geval van calamiteiten... 4 Artikel 8 Vaststelling en bekendmaking van de uitslag van tentamens... 4 Artikel 9 Voorwaarden Klinische stage tweede master jaar... 5 Artikel 10 Vrij programma... 5 Artikel 11 Uitslag van het examen... 5 Artikel 12 Uitzonderlijke bekwaamheid... 5 Artikel 13 Voorwaarden Klinische specialisatiestage c.q. afstudeeropdracht... 6 Artikel 14 Afstudeercommissie... 6 Artikel 15 Inwerkingtreding... 6 Kenmerk: TNW/17136/sk/vdh Datum: 1 juni 2017 REGELS VAN DE EXAMENCOMMISSIE TECHNICAL MEDICINE 1

2 Artikel 1 De examencommissie 1. De examencommissie kiest uit haar midden een voorzitter. 2. De examencommissie kan zich laten bijstaan door bij de opleiding betrokken medewerkers zoals opleidingsdirecteur, opleidingsmanager, opleidingscoördinator, blok- of lijncoördinatoren, studieadviseur, abactis. Zij hebben een adviserende stem in de vergaderingen. 3. De examencommissie kan de studieadviseurs om advies vragen over te nemen beslissingen die de individuele studenten aangaan; daarbij zal de door studenten gegeven informatie als vertrouwelijk worden beschouwd. 4. De examencommissie kan, voor zover de wet of deze regeling zich daar niet tegen verzetten, besluiten om bepaalde haar toekomende bevoegdheden, eventueel voorzien van beperkende randvoorwaarden, te mandateren aan de voorzitter van de examencommissie of de voorzitter van de afstudeercommissie. 5. Een medewerker van BOZ-TNW treedt in de vergaderingen van de examencommissie op als griffier. 6. De vergaderingen van de examencommissie zijn besloten. Artikel 2 Examinatoren 1. Voor het afnemen van tentamens en het vaststellen van de uitslag daarvan wijst de examencommissie examinatoren aan (WHW art. 7.12c). 2. In het geval van meerdere examinatoren per onderwijseenheid wijst de examencommissie een van hen aan als verantwoordelijk examinator. 3. De examinatoren verstrekken de examencommissie de gevraagde inlichtingen. Artikel 3 Opstellen en vorm van tentamens en de wijze van toetsing 1. Voordat een examinator een schriftelijk tentamen afneemt, beoordeelt tenminste één andere ter zake kundige docent of het voorgenomen tentamen voldoende representatief is, of de vragen eenduidig zijn gesteld en of de moeilijkheidsgraad past bij die van het gegeven onderwijs. 2. In de omschrijving in het vakkeninformatiesysteem is vastgelegd of de eindbeoordeling van een onderwijseenheid schriftelijk, mondeling dan wel op andere wijze plaatsvindt. 3. De aangewezen examinator kan ten gunste van de student van het gestelde in lid 1 en 2 van dit artikel afwijken. 4. Op verzoek van de student kan de examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze wordt afgelegd dan in het tweede lid van dit artikel is bepaald. 5. Binnen de examenonderdelen van de opleiding kan de student ook worden beoordeeld op professioneel gedrag. Aspecten van professioneel gedrag zijn onder andere: communicatie met patiënten en gedrag ten opzichte van patiënten, intercollegiaal gedrag, reflectie op eigen functioneren, wetenschappelijke instelling en bereidheid tot leren. 6. Ten behoeve van de examencommissie wordt een persoonlijk dossier van iedere aan de opleiding deelnemende student aangelegd. In dit dossier worden alle relevante gegevens met betrekking tot de beoordeling van kennis, vaardigheden en professioneel gedrag van de student en de overige voor de opleiding relevante persoonsgegevens opgenomen. Op het persoonsarchief zijn de universitaire regelingen over privacy en inzagerecht van toepassing. REGELS VAN DE EXAMENCOMMISSIE TECHNICAL MEDICINE 2

3 Artikel 4 Schriftelijke en mondelinge tentamens 1. Een schriftelijk tentamen duurt ten hoogste 3 uur; een mondeling tentamen ten hoogste 1½ uur. Voor studenten met een functiebeperking kan hiervan worden afgeweken volgens artikel 7.1 van het Algemeen gedeelte van het opleidingsdeel van het studentenstatuut inclusief de onderwijs- en examenregeling van de masteropleidingen van de faculteit TNW. 2. De beoordeling van een schriftelijk tentamen vindt plaats aan de hand van vooraf opgestelde normen voor de verschillende opgaven of delen van opgaven van het tentamen. Het bij een schriftelijk tentamen maximaal per opgave te behalen aantal punten wordt aan de studenten bekend gemaakt door dit bij de tentamenopgaven te vermelden. 3. Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar. Daarbij gelden de bepalingen van artikel 4.4 lid 2 en 3 van het Algemeen gedeelte van het opleidingsdeel van het studentenstatuut inclusief de onderwijs- en examenregeling van de masteropleidingen van de faculteit TNW. Artikel 5 Orde tijdens tentamens 1. Bij elk schriftelijk tentamen worden door de verantwoordelijk examinator één of meerdere surveillanten aangewezen om er op toe te zien dat de tentamenzitting in goede orde verloopt. 2. Gerechtigd tot het afleggen van een schriftelijk tentamen zijn die studenten die zich volgens de regels hebben aangemeld voor het betreffende tentamen. 3. Tijdens een tentamenzitting moeten alle elektronische hulpmiddelen uit staan, met uitzondering van de hulpmiddelen waarvoor de examinator expliciet toestemming heeft gegeven om die te gebruiken. 4. Tijdens een tentamen moet de student zich desgevraagd kunnen legitimeren met een bewijs van inschrijving (collegekaart). 5. Bij aanvang van het tentamen vermeldt de student op al zijn tentamenwerk zijn naam en studentnummer. Artikel 6 Fraude 1. Onder fraude wordt in ieder geval verstaan: a. Het bij tentamens en tentamenonderdelen gebruik maken van meer of andere hulpmiddelen dan die waarvan de verantwoordelijke examinator vóór het tentamen of tentamenonderdeel heeft bekendgemaakt dat ze waren toegestaan. b. Het bij tentamens en tentamenonderdelen gebruik maken van hulpmiddelen of hulp waarvan de student wist of behoorde te weten dat zij niet waren toegestaan. Onder de in de vorige zin bedoelde hulp of hulpmiddelen vallen in ieder geval: i. Spieken, al dan niet: - met behulp van spiekbriefjes - door af te kijken bij tentamens - door af te laten kijken bij tentamens - door tijdens de uren dat een tentamen wordt afgenomen en terwijl het werk nog niet is ingeleverd, betreffende de tentamenstof in contact te treden met anderen dan de surveillanten. - met behulp van elektronische apparatuur ii. Valsheid in geschrifte. c. Gedrag van studenten waarvan de examinator vóór het afnemen van het tentamen of tentamenonderdeel heeft bekendgemaakt dat hij het als frauduleus beschouwt en waarbij hij heeft aangegeven welke maatregelen hij zal opleggen bij vaststelling van dit gedrag. d. Plagiaat. 2. De bepalingen in het vorige lid gelden voor alle vormen van tentamens of tentamenonderdelen. 3. De examencommissie dient door de examinator en/of de opleiding altijd op de hoogte te worden gebracht van een mogelijk geval van fraude. De examencommissie kan, alle betrokken partijen gehoord hebbende, passende maatregelen treffen. 4. Indien een student of extraneus fraudeert, kan de examencommissie de betrokkene het recht ontnemen één of meer door de examencommissie aan te wijzen tentamens of examens af te leggen, gedurende een door de examencommissie te bepalen termijn van ten hoogste een jaar. Bij ernstige fraude kan het instellingsbestuur op voorstel van de examencommissie de inschrijving van de betrokkene definitief beëindigen (WHW art.7.12b lid 2). De betrokkene krijgt geen beoordeling voor de onderwijseenheid waarbij de fraude is vastgesteld. 5. Wanneer de onderwijseenheid, waarbij in eerdere instantie fraude werd gepleegd alsnog getentamineerd wordt, kan de examencommissie ook de wijze waarop het desbetreffende vak getentamineerd wordt aan de student opleggen. REGELS VAN DE EXAMENCOMMISSIE TECHNICAL MEDICINE 3

4 Artikel 7 Regels in geval van calamiteiten 1. Het College van Bestuur of namens deze de gebouwbeheerder stelt vast of er sprake is van een calamiteit of een dreigende calamiteit. 2. Zodra dit is vastgesteld, wordt (een deel van) het gebouw ontruimd volgens de daarvoor geldende procedures. 3. De examencommissie wordt binnen een werkdag door de docent op de hoogte gesteld van de in lid 1 bedoelde calamiteit. 4. Indien er zich calamiteiten voordoen of dreigen voor te doen tijdens of kort voor een tentamen geldt het volgende: Indien er een calamiteit is te verwachten voor aanvang van een tentamen, wordt het tentamen uitgesteld met onmiddellijke ingang. De verantwoordelijk examinator stelt in overleg met de examencommissie een nieuw tentamentijdstip vast. Het nieuw vastgestelde tentamenmoment, dat binnen een maand plaatsvindt (de vakantiemaanden niet meegerekend), is bindend. Dit wordt binnen drie werkdagen nadat het gebouw weer is vrijgegeven bekendgemaakt via de gebruikelijke media. 5. Indien er zich calamiteiten voordoen of dreigen voor te doen tijdens of kort voor een college of practicum, dan wordt dit uitgesteld met onmiddellijke ingang. De verantwoordelijk examinator stelt in overleg met de examencommissie een nieuw college- of practicumtijdstip vast. Dit tijdstip wordt uiterlijk binnen drie werkdagen volgend op het vrijgeven van het gebouw bekendgemaakt via de gebruikelijke media. 6. Indien er een calamiteit plaatsvindt of is te verwachten tijdens een tentamen dient er, indien mogelijk, als volgt te worden gehandeld: a. De aanwezigen dienen op last van de verantwoordelijke instantie of surveillant direct de tentamenzaal te verlaten. b. De studenten laten het gemaakte tentamenwerk achter in de tentamenzaal. 7. De examencommissie is verantwoordelijk voor de afhandeling van een tentamen dat vanwege een calamiteit of een dreigende calamiteit is afgebroken of is uitgesteld. 8. De examencommissie kan bepalen dat de docent, indien dit redelijkerwijze mogelijk is, het eindcijfer bepaalt op grond van de ingeleverde (gedeeltelijk) gemaakte opgaven, indien de studenten in de gelegenheid waren om al te beginnen met het tentamen. 9. Indien de examencommissie beslist dat de docent op grond van lid 8 geen eindcijfer kan bepalen, wordt er binnen een maand (vakantiemaanden niet meegerekend) na het door een calamiteit afgebroken tentamen een herkansing georganiseerd voor de gedupeerde studenten, mits deze zich voor het bedoelde tentamen hadden aangemeld. Artikel 8 Vaststelling en bekendmaking van de uitslag van tentamens 1. De uitslag van een toets wordt door de examinator in zijn eigen administratie vastgelegd. Van een toetsresultaat wordt geen beoordeling zoals bedoeld in lid 4 t/m 6 van dit artikel opgemaakt. De uitslag wordt door de examinator bekendgemaakt aan betrokken studenten met inachtneming van de privacy van de student. 2. Indien bij een onderwijseenheid door meerdere examinatoren wordt beoordeeld, ziet de verantwoordelijk examinator er op toe dat dit wordt gedaan op grond van dezelfde normen. 3. Wanneer de beoordeling van een schriftelijk tentamen tot een cijfer 5 leidt, kan op verzoek van de student het werk door een tweede examinator worden beoordeeld. Wanneer na overleg tussen beide examinatoren een verschil in beoordeling blijft bestaan, wordt het cijfer vastgesteld op basis van het gemiddelde van de beide beoordelingen. 4. De beoordelingen worden doorgaans uitgedrukt in de vorm van één van de cijfers 1 tot en met 10. Aan de cijfers moet de volgende betekenis worden gehecht: 1: zeer slecht 4: onvoldoende 7: ruim voldoende 2: slecht 5: net niet voldoende 8: goed 3: zeer onvoldoende 6: voldoende 9: zeer goed 10: uitmuntend Examenonderdelen kunnen met een V (voldaan) beoordeeld worden indien, naar het oordeel der examinator(en), een ten minste redelijke prestatie is geleverd. Op de cijferlijst wordt een vrijstelling aangegeven met 'VR' en een onvoldoende met NVD (niet voldaan). 5. Indien een student voor een zelfde onderwijseenheid meerdere keren is beoordeeld, geldt de hoogste beoordeling. REGELS VAN DE EXAMENCOMMISSIE TECHNICAL MEDICINE 4

5 Artikel 9 Voorwaarden Klinische stage tweede master jaar 1. De klinische stage wordt uitgevoerd binnen een klinische afdeling waarvan de technologische signatuur overeenkomt met een van de twee specialisaties van de opleiding. 2. Het technisch-medisch onderwerp voor de stageopdracht wordt beoordeeld door de domeinbeheerder, waarbij de technologisch begeleider wordt betrokken. 3. Het verslag van de stageopdracht wordt in het Engels geschreven. 4. Indien een student tweemaal een onvoldoende klinische stage-eindbeoordeling ontvangt wordt hij uitgesloten van vervolgstages en daarmee van instroom in het derde jaar van de opleiding. 5. In geval van lid 4 zal de opleidingsdirecteur de student een op de persoon afgestemd remedial programma aanbieden. Eerst nadat dit remedial programma succesvol is afgesloten kan de student opnieuw starten met het tweede jaar van de opleiding, dat wil zeggen met de eerste klinische stage. Resultaten van eventueel eerder behaalde klinische stages zijn hiermee vervallen. Artikel 10 Vrij programma In afwijking van het in artikel 6 van de opleidingsbijlage bepaalde wordt aan de student toegang verleend tot het afleggen van het masterexamen op basis van een door de student zelf voorgesteld pakket van examenonderdelen (een vrij masterprogramma volgens WHW art. 7.3d), mits dit pakket door de examencommissie is goedgekeurd. Artikel 11 Uitslag van het examen 1. De uitslag kan zijn: geslaagd of afgewezen. Indien de student is afgewezen, kan de examencommissie hem/haar het recht verlenen binnen een aangegeven periode opnieuw in een of meer onderdelen geëxamineerd te worden. 2. Geslaagd voor het masterexamen is de student die voor alle examenonderdelen van de master-opleiding, inclusief de afstudeeropdracht, een voldoende beoordeling heeft verkregen (WHW art.7.10 lid 2). 3. De examencommissie bepaalt op welke dag de examenuitslag van het masterexamen wordt gedateerd. Daarbij gelden de bepalingen in artikel 5.2 lid 2 en lid 5 van het Algemeen gedeelte van het opleidingsdeel van het studentenstatuut inclusief de onderwijs- en examenregeling van de masteropleidingen van de faculteit TNW. 4. De student kan desgewenst een schriftelijk gemotiveerd verzoek bij de examencommissie indienen om nog niet over te gaan tot het geslaagd verklaren voor een examen en daarom ook nog niet over te gaan tot uitreiking van het getuigschrift (WHW art.7.11 lid 3). In zijn verzoek moet de student in ieder geval de duur van het door hem gewenste uitstel aangeven. Uiterlijk 4 weken voor de vaststelling van de uitslag dient het verzoek tot uitstel te zijn ingediend bij de examencommissie. 5. De bepaling in lid 3 van dit artikel geldt ook voor een vrij master-examen zoals beschreven in artikel 10 van deze regels. 6. Indien een student alle onderdelen van de opleiding voldoende heeft afgerond, met uitzondering van de afstudeeropdracht, dan kan de examencommissie besluiten dat het masterdiploma wordt uitgereikt bij het behalen van een voldoende beoordeling van de afstudeeropdracht. 7. Indien de examencommissie heeft beslist dat het masterdiploma kan worden uitgereikt bij het behalen van een voldoende beoordeling voor de afstudeeropdracht, wordt de bevoegdheid tot het ondertekenen van het getuigschrift gemandateerd aan de voorzitter van de afstudeercommissie. 8. De uitspraken van de examencommissie en de resultaten van gehouden stemmingen worden vastgelegd in het verslag van de vergadering. Artikel 12 Uitzonderlijke bekwaamheid Bij uitreiking van het masterdiploma kan door de examencommissie het judicium cum laude worden verleend. De examencommissie beoordeelt hierbij de resultaten behaald in het gehele masterprogramma, waarbij de minimale voorwaarden om in aanmerking te komen voor het judicium cum laude zijn: - Het cijfer voor de masteropdracht bedraagt 9,0 of hoger; - Het gemiddelde cijfer van de overige onderdelen van het masterexamen is 8,0 of hoger. REGELS VAN DE EXAMENCOMMISSIE TECHNICAL MEDICINE 5

6 Artikel 13 Voorwaarden Klinische specialisatiestage c.q. afstudeeropdracht 1. De klinische specialisatiestage wordt uitgevoerd binnen een klinische afdeling waarvan de technologische signatuur overeenkomt met een van de twee specialisaties van de opleiding. 2. Het klinisch-technisch-medisch onderwerp voor de afstudeeropdracht wordt afgeleid van de door de domeinbeheerder goedgekeurde onderzoekslijn binnen de klinische afdeling. 3. De afstudeeropdracht wordt in overleg met de klinisch en technologisch begeleider vastgesteld. 4. Het verslag van de afstudeeropdracht wordt in het Engels geschreven. Aan het verslag wordt een Engelse en een Nederlandse samenvatting toegevoegd. 5. Het afstudeercolloquium wordt in het Engels gehouden. Artikel 14 Afstudeercommissie 1. Ter begeleiding en beoordeling van de afstudeeropdracht wordt een afstudeercommissie samengesteld. 2. Tot de afstudeercommissie van de opleiding Technical Medicine behoren in ieder geval: - een gepromoveerd lid van de medische staf van het ziekenhuis waar de klinische specialisatiestage wordt gedaan en die medisch inhoudelijk verantwoordelijk is voor de afstudeeropdracht, - de procesbegeleider van de student (= docent professioneel gedrag), - een gepromoveerd lid van de wetenschappelijke staf van een technische leerstoel van de Universiteit Twente, - een buitenlid, zijnde een niet bij de afstudeeropdracht betrokken docent/onderzoeker. 3. De voorzitter is een UT-hoogleraar die tevens lid is van de afstudeercommissie of een hoogleraar van de technische leerstoel waartoe het lid van de wetenschappelijke staf behoort. 4. Wetenschappelijk deskundigen van buiten de opleiding of buiten de universiteit kunnen als extra lid deel uit maken van de afstudeercommissie. 5. De samenstelling van de afstudeercommissie behoeft de goedkeuring van de examencommissie. Artikel 15 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 september 2017 en vervangt de regeling van 7 juli Vastgesteld door de Examencommissie Technical Medicine, Enschede, 1 juni REGELS VAN DE EXAMENCOMMISSIE TECHNICAL MEDICINE 6