Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent"

Transcriptie

1 Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar DE TOEPASSING VAN ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING TUSSEN MENSEN MET EEN AFFECTIEVE BAND Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Fatema Hosseini ( ) Promotor: Prof. dr. Joke Baeck Commissaris: mevr. Lynn De Schrijver

2

3 I. INLEIDING PROBLEEMSCHETS OPBOUW VAN DE VERHANDELING DANKWOORD... 3 II. OMSCHRIJVING, TOEPASSINGSVOORWAARDEN EN GEVOLGEN OMSCHRIJVING TOEPASSINGSVOORWAARDEN Een verrijking van de verweerder Een verarming van de eiser Een verband tussen de verrijking en de verarming Afwezigheid van een juridische rechtvaardiging Afwezigheid van andere vorderingsmogelijkheden of de subsidiariteitsvereiste GEVOLGEN Vergoeding Tijdstip van de beoordeling van de vermogensverschuiving Waardering van de vergoeding III. TOEPASSING ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING TUSSEN MENSEN MET EEN AFFECTIEVE BAND FEITELIJKE SAMENWONING Afwezigheid van een juridische oorzaak a. Het bestaan van een natuurlijke verbintenis tussen samenwonenden b. De vrije wil van de verarmde c. Speculatie in hoofde van verarmde d. Handelen uit eigenbelang Besluit PERSONEN GEHUWD ONDER HET STELSEL VAN SCHEIDING VAN GOEDEREN Afwezigheid van een juridische oorzaak a. Het huwelijkscontract b. Het beding waarbij de vergoedingsrekeningen worden geacht van dag tot dag te zijn opgesteld 34 c. Lasten van het huwelijk Besluit VERLENEN VAN BEPAALDE DIENSTEN TEN VOORDELE VAN EEN FAMILIELID OF EEN VRIEND Afwezigheid van een juridische oorzaak... 41

4 a. Vrije wil van de verarmde in combinatie met een vrijgevig of speculatief inzicht Besluit DE BEREKENING VAN EEN VERGOEDING UIT ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING Vordering uit ongerechtvaardigde verrijking is geldschuld Vordering uit ongerechtvaardigde verrijking is waardeschuld Hof van beroep te Luik 8 oktober Hof van Cassatie 27 september a. Herwaardering op grond van ongerechtvaardigde verrijking b. Herwaardering op grond van art BW juncto art BW Besluit IV. PERSPECTIEVEN V. BIBLIOGRAFIE Wetgeving Rechtspraak Rechtsleer... 61

5 I. INLEIDING 1. PROBLEEMSCHETS Het komt in de praktijk geregeld voor dat er vermogensverschuivingen plaatsvinden tussen mensen met een affectieve band. Op zich is dit niet problematisch maar wanneer de relatie op losse schroeven komt te staan, stellen de betrokkenen zich al snel de vraag hoe zij de vermogensverschuivingen ongedaan kunnen maken. Een van de figuren waarop ze zich in voorkomend geval kunnen beroepen is de leer van de ongerechtvaardigde verrijking. In deze studie zal ik me beperken tot de toepassing van de leer van de ongerechtvaardigde verrijking tussen mensen met een affectieve band. Hierbij zijn er drie gevallen denkbaar waarbij de wet geen correctie kan aanbrengen. Ten eerste heb je de situatie van de feitelijk samenwonenden, ze kunnen zich niet beroepen op een wettelijke regeling om de vermogensverschuivingen die tussen hen hebben plaatsgevonden te corrigeren. De vermogensrechtelijke verhouding van feitelijk samenwonenden is immers niet wettelijk geregeld. Als voorbeeld kunnen we een vaak voorkomend geval in de rechtspraak nemen waarbij een feitelijk samenwonende partner verbouwingswerken laat uitvoeren aan de woning van zijn danmalige partner. Wanneer echter de relatie wordt beëindigd houdt de partner-eigenaar de voordelen van de verbouwingswerken, terwijl de investerende partner niets overhoudt. In dergelijke onbillijke gevallen kan de gewezen partner zich beroepen op de figuur van de ongerechtvaardigde verrijking om alsnog een vergoeding te bekomen. Ten tweede bestaat er in het huwelijksstelsel van scheiding van goederen geen gemeenschappelijk vermogen, in tegenstelling tot wat het geval is bij het wettelijk stelsel. Elk van de echtgenoten heeft zijn eigen vermogen. Wanneer bijvoorbeeld één van de echtgenoten de aankoop van een woning, die tot exclusieve eigendom van de andere echtgenoot behoort, financiert, doet dit geen afbreuk aan het feit dat de andere echtgenoot exclusieve eigenaar is. De investerende echtgenoot kan geen enkel recht laten gelden op de woning. Deze laatste zal dit vooral problematisch vinden wanneer het huwelijk beëindigd wordt. De rechtspraak voelt aan dat dergelijke uitkomst onbillijk is en tracht dit te verhelpen door een vergoeding toe te kennen, o.a. op grond van de figuur van de ongerechtvaardigde verrijking. Ten derde komt het geregeld voor dat een persoon een welbepaalde dienst presteert ten voordele van een vriend of familielid. Over een eventuele tegenprestatie wordt evenwel veelal niets afgesproken. Meestal hoopt de prestant toch op een wederprestatie, al dan niet materieel. Indien zulks, in tegenstelling tot wat de prestant had gehoopt, niet wordt gerealiseerd, probeert deze dan via een gerechtelijke weg een compensatie te bekomen door zich te beroepen op de figuur van de ongerechtvaardigde verrijking. Als voorbeeld kunnen we de situatie nemen waarin een kind jarenlang opgevoed wordt door zijn oom. Wanneer het kind echter terug naar zijn ouders gaat, voelt de oom zich meestal miskend daar hij vele jaren voor 1

6 het kind heeft gezorgd. Aangezien de oom zich op geen enkele contractuele bepaling kan beroepen, zal hij proberen om een vergoeding te bekomen op grond van de ongerechtvaardigde verrijking. Het kenmerkende aan elk van de hierboven vermelde categorieën van personen is dat ze zich op geen enkele specifieke wettelijke regeling of contractuele bepaling kunnen beroepen. De partijen hebben immers geen enkele overeenkomst gesloten omtrent de vermogensverschuiving die tussen hen plaats heeft gevonden. Om alsnog aan de onbillijke gevolgen van het strikte zakenrecht en verbintenissenrecht te ontsnappen zullen ze zich veelal op algemene principes zoals de leer van de ongerechtvaardigde verrijking beroepen. 2. OPBOUW VAN DE VERHANDELING In deze studie zal ik ingaan op de figuur van de ongerechtvaardigde verrijking. Om te beginnen zal ik de toepassingsvoorwaarden waaraan moet voldaan zijn opdat een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking kan worden toegekend uiteenzetten. Ik zal echter in deze studie mijn focus richten op de toepassing van ongerechtvaardigde verrijking tussen mensen met een affectieve band. Het valt immers op dat deze figuur in de praktijk aan belang wint. Hierbij zal ik de groep mensen met een affectieve band verder verdelen in drie categorieën, te weten: de feitelijk samenwonenden, echtgenoten gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen en personen die bepaalde diensten presteren ten voordele van een vriend of een familielid. Ik zal vooreerst via een uitgebreide rechtspraakanalyse trachten te achterhalen welke houding de rechtspraak aanneemt ten aanzien van de toepassing van deze figuur tussen ten eerste de feitelijk samenwonenden, ten tweede personen gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen en ten slotte personen die bepaalde diensten presteren tegenover een vriend of familielid. Telkens zal ik nagaan welke toepassingsvoorwaarden in de praktijk de toekenning van een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking verhinderen en hoe de rechtspraak deze voorwaarden invult, om op die manier een besluit te kunnen vormen over de toepasbaarheid van deze figuur tussen mensen met een affectieve band. Verder zal ik nagaan hoe de rechtsleer in deze materie tegenover de houding van de rechtspraak staat. Ik zal in dat verband de alternatieven die in de rechtsleer worden voorgesteld analyseren en haar kritiek op de rechtspraak hieromtrent uiteenzetten. Ik zal evenzeer uitvoerig nagaan hoe de vergoeding die wordt toegekend bij een succesvolle vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in de praktijk wordt berekend. Hierbij zal ik de rechtspraak toetsen aan de theorie over de berekening van een vergoeding uit ongerechtvaardigde verrijking. Tot slot probeer ik tot een globaal besluit te komen over de toepassing van ongerechtvaardigde verrijking tussen mensen met een affectieve band. Als zodanig zal ik mijn algemene bevindingen uiteenzetten en zal ik trachten de knelpunten aan te kaarten. 2

7 3. DANKWOORD Via deze weg wil ik in eerste instantie mijn dank betuigen aan mijn promotor Professor Joke Baeck voor haar goede begeleiding bij het schrijven van deze Masterproef. Dankzij haar opbouwende kritiek, uitvoerige feedback en informatie ben ik erin geslaagd om tot een goede structuur te komen. Verder wil ik eveneens mijn familie en vrienden, in het bijzonder mijn ouders, bedanken voor hun onvoorwaardelijke steun tijdens de moeilijke periodes zowel in mijn studies als bij het schrijven van deze Masterproef. Ik heb het niet altijd even gemakkelijk gehad maar niettemin sta ik hier vandaag dankzij jullie motivatie en geloof in mij. Tot slot een welgemeende dankbetuiging aan mijn geliefde Maisam. Je stond de voorbije vijf jaar klaar met tijd, begrip en morele steun. Je hebt me steeds begeleid en gesteund in alles wat ik wilde realiseren. Dank u wel! 3

8 II. OMSCHRIJVING, TOEPASSINGSVOORWAARDEN EN GEVOLGEN 1. OMSCHRIJVING 1. De vordering uit ongerechtvaardigde verrijking heeft in ons Belgisch recht geen uitdrukkelijke wettelijke grondslag. Ze is voor het eerst erkend door het Hof van Cassatie in het Boswachtersarrest van 27 mei Hierin gaf het Hof aan dat de grondslag voor de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in het billijkheidsprincipe ligt dat niemand zich ten koste van een ander ongerechtvaardigd mag verrijken. 2. De feiten waren als volgt: een boswachter had een ongeval gehad waarbij hij levensbedreigende verwondingen had opgelopen. Hij werd echter verzorgd door een geneesheer, waardoor hij slechts voor een korte periode arbeidsongeschikt was geweest. De geneesheer stelde een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in tegen de verzekeraar van de boswachter aangezien de ongevallenverzekeraar hierdoor verrijkt was. Hij was immers ontsnapt aan de betaling van een vergoeding wegens het overlijden van de boswachter of minstens aan de betaling van een arbeidsongeschiktheidsvergoeding voor een langere periode. Het bestreden vonnis kende de geneesheer een vergoeding toe op grond van ongerechtvaardigde verrijking, aangezien de ongevallenverzekeraar door zijn prestaties inderdaad verrijkt was. 2 Het Hof van Cassatie heeft deze uitspraak verbroken omdat er volgens hem wel een oorzaak bestond voor de verrijking, namelijk het verzekeringscontract. In het verzekeringscontract dat werd gesloten tussen de boswachter en de verzekeraar was er een clausule opgenomen op grond waarvan de boswachter zich bij een ongeval diende te laten verzorgen en de kosten hiervan zelf ten laste te nemen. Bijgevolg vormde deze bepaling van het verzekeringscontract een oorzaak voor de verrijking van de ongevallenverzekeraar Volgens de rechtsleer en de rechtspraak kan een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking geen afbreuk doen aan de wet en kan zij als zodanig enkel worden toegepast om de leemten in de wet op te vullen. Deze vordering verkreeg met andere woorden een subsidiair karakter en kon bijgevolg enkel worden toegepast wanneer er geen andere vorderingsmogelijkheden waren voor de eiser. 4 1 Cass. 27 mei 1909, Pas. 1909, I, Cass. 27 mei 1909, Pas. 1909, I, 272; J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, Cass. 27 mei 1909, Pas. 1909, I, 272; J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 26B en 33B; A. KLUYSKENS, Beginselen van burgerlijk recht, I, De verbintenissen, Antwerpen, Standaard, 1948, nr. 360; R. DEKKERS, Handboek burgerlijk recht, II, Brussel, Bruylant, 1971, nr en vgl. P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2013, nr. 792; Vred. Berchem 9 november 1937, RW , 1526; Rb. Brussel 10 juli 1951, JT 1952, 23; Kh. Luik 20 april 1946, JT 1946,

9 4. Het Hof van Cassatie heeft in 1983 het billijkheidsprincipe dat niemand zich ten koste van iemand anders mag verrijken als een algemeen rechtsbeginsel erkend. 5 De vordering uit ongerechtvaardigde verrijking is voortaan een toepassing van dit algemeen rechtsbeginsel. Dit verandert echter niets aan het subsidiaire karakter ervan; zolang een algemeen rechtsbeginsel niet in een wettelijke bepaling is opgenomen, kan ze slechts de leemten in de wet opvullen TOEPASSINGSVOORWAARDEN 5. De vordering uit ongerechtvaardigde verrijking vereist traditioneel de vervulling van vijf voorwaarden: 7 - een verrijking van de verweerder; - een verarming van de eiser; - een verband tussen de verrijking en de verarming; - de afwezigheid van een juridische rechtvaardiging; - de afwezigheid van andere vorderingsmogelijkheden of de subsidiariteitsvereiste Een verrijking van de verweerder 6. Om een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking te kunnen instellen moet er vooreerst een verrijking van de verweerder hebben plaatsgevonden. De meerderheid van de auteurs is van mening dat het begrip verrijking ruim moet worden opgevat 8, i.e. dat elk in geld waardeerbaar voordeel een verrijking oplevert. 9 Zo kan de verrijking van de verweerder bestaan uit de verkrijging van een goed, het genot over andermans goed, verbeteringen aan 5 Cass. 17 november 1983, Arr.Cass , J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, R. KRUITHOF, H. BOCKEN, F. DE LY en B. TEMMERMAN, Verbintenissen. Overzicht van rechtspraak ( ), TPR 1994, 619; V. SAGAERT, Wat als vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking in S. STIJNS, V. SAGAERT, I. SAMOY en A. DE BOECK (eds.), Themis 75 Verbintenissenrecht, Brugge, die Keure, 2007, 88, nr. 26; W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2006, ; P. VAN OMMESLAGHE, Droit des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2013, nr. 782; J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2006, B. DE CONINCK, A titre subsidiaire, l enrichissement sans cause in P. WERY (ed.), La théorie générale des obligations. Suite, Luik, Editions Formations Permanente CUP, 2002, 58, nr. 4; H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 37; V. SAGAERT, Wat als vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking in S. STIJNS, V. SAGAERT, I. SAMOY en A. DE BOECK (eds.), Themis 75 Verbintenissenrecht, Brugge, die Keure, 2007, 88, nr. 27; C. MARR, L enrichissement sans cause. Un fondement d équité sous une apparente rigeur, in S. STIJNS en P. WERY (eds.), De bronnen van niet-contractuele verbintenissen, Brugge, die Keure, 2007, 215, nr. 8. 5

10 een goed van de verweerder, het (geheel of gedeeltelijk) teniet gaan van een schuld, een besparing van de kosten enz De ontvangst van een dienstprestatie, eveneens een in geld waardeerbaar voordeel, geeft in huidige stand van het recht evenwel niet altijd aanleiding tot een verrijking van de verweerder. Indien de verweerder door deze prestatie kosten heeft kunnen besparen dan kan wel worden gewaagd van een verrijking van de verweerder. Bijgevolg moet het gaan om kosten die de verweerder anders ook had gemaakt of had moeten maken Indien de ontvangst van een dienstprestatie door de verweerder automatisch een verrijking voor hem zou uitmaken, dan zou de toepassing van dit principe tot gevolg hebben dat de verweerder een vergoeding zou moeten betalen voor deze ontvangen dienstprestatie, zelfs indien hij er niet om heeft gevraagd. 12 Deze vergoeding moet gelijk zijn aan de geldelijke waarde (de gemiddelde marktprijs) van de ontvangen dienstprestatie Dit is het gevolg van het verder besproken principe dat, indien aan de voorwaarden voor een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking voldaan is, de verweerder aan de eiser een vergoeding die gelijk is aan het bedrag van zijn verrijking moet betalen. 10. Wat de levering van dienstprestaties betreft, moet echter in de huidige stand van het recht de verweerder enkel voor de verrijking betalen indien hij door de geleverde dienstprestatie kosten heeft kunnen besparen. M.a.w. de verweerder moet enkel die kosten vergoeden die hij anders ook zou hebben gemaakt Een verarming van de eiser 11. Opdat een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking kan slagen moet er naast een verrijking van de verweerder eveneens een verarming van de eiser hebben plaatsgevonden. De verrijking moet met andere woorden plaats hebben gevonden ten koste van een ander. Het is bijgevolg geen vordering tot een loutere voordeelafgifte. Deze verarming kan bestaan uit het verlies van een goed, het verlies van het genot over een goed, het verrichten van een dienstprestatie zonder ervoor vergoed te worden enz J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, 204; H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, 204; 13 J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, 204; V. SAGAERT, Wat als het vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking in S. STIJNS, V. SAGAERT, I. SAMOY en A. DE BOECK (eds.), Themis 75 Verbintenissenrecht, Brugge, die Keure, 2007, 88, nr H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr

11 12. Het kan in bepaalde gevallen nuttig zijn om in het Belgisch recht, naar analogie met het DCFR, een soepelere invulling te geven aan de vereiste van de verrijking ten koste van de eiser. Bij een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking volstaat het volgens het DCFR dat de verrijking ten nadele van de eiser plaatsvond. Deze benadering kan efficiënt zijn bij situaties waarbij een inbreuk wordt gemaakt op een intellectueel eigendomsrecht of een persoonlijkheidsrecht. Het voordeel of de verrijking is voor de inbreukpleger veel groter dan het nadeel dat de titularis van het recht door de inbreuk lijdt. Dit heeft als resultaat dat de inbreukpleger zelfs na schadeloosstelling van het slachtoffer een verrijking aan de inbreuk overhoudt, zodat hij niet wordt ontraden verdere inbreuken te plegen Als voorbeeld kunnen we verwijzen naar de zaak Omega Pharma, waarbij deze laatste de naam van Kim Clijsters zonder haar toestemming had gebruikt voor een reclamecampagne. Omega Pharma werd door de rechter veroordeeld tot het betalen van een morele schadevergoeding van 1 euro aan Kim Clijsters. Deze zaak toont aan dat de vereiste van de verarming van de eiser tot onaanvaardbare resultaten leidt wat betreft het scenario van een ongerechtvaardigde verrijking met betrekking tot een inbreuk op eigendoms- en persoonlijkheidsrechten KRUITHOF pleit in ditzelfde verband voor een invoering van een vordering tot voordeeloverdracht in het Belgisch recht. Volgens hem kan een dergelijk algemeen principe worden afgeleid uit de bestaande wetgeving. Op basis van een algemeen rechtsbeginsel tot voordeelafgifte kan de titularis van een subjectief recht de overdracht eisen van alle voordelen, opbrengsten of winsten die een ander heeft kunnen realiseren door middel van de miskenning te kwader trouw van de zeggenschap die genoemd subjectief recht exclusief aan hem toekent. 18 De vordering tot voordeeloverdracht kadert in het leerstuk van de ongerechtvaardigde verrijking indien een soepele invulling wordt gegeven aan de voorwaarde dat de verrijking ten koste van de eiser moet hebben plaatsgevonden. M.a.w. moet een inbreuk op het recht van de eiser volstaan opdat deze laatste een vergoeding kan bekomen Een verband tussen de verrijking en de verarming 15. Tussen de verrijking van de verweerder en de verarming van de eiser moet er een verband zijn. Dat wil zeggen dat de verrijking niet zou zijn ontstaan zonder de verarming J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, 208; 17 Rb. Gent 19 november 2003, AM 2004, M. KRUITHOF, De vordering tot voordeelsoverdracht, TPR 2011, afl. 1, J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, 289; J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012,

12 2.4. Afwezigheid van een juridische rechtvaardiging 16. Het Hof van Cassatie heeft bevestigd dat een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking slechts kan indien de verrijking van de verweerder ten koste van de eiser zonder oorzaak is. 21 In de literatuur gaat de voorkeur uit naar de term juridische oorzaak. De vermogensverschuiving mag met andere woorden in de ogen van het recht geen oorzaak hebben Deze juridische oorzaak kan gelegen zijn in: - Een bijzondere wetsbepaling: een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking is uitgesloten wanneer ze haar rechtvaardiging in de wet vindt. 23 Het dient benadrukt te worden dat dit enkel het geval is indien uit de strekking van de wet blijkt dat de verweerder voor de verkregen verrijking geen vergoeding moet betalen Rechtvaardiging in een contract: een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking is evenmin mogelijk wanneer een contract de verrijking van de verweerder ten koste van de eiser rechtvaardigt. 25 Dit is echter enkel het geval indien uit het contract blijkt dat het de bedoeling van de partijen was dat er voor de verrijking van de verweerder geen vergoeding zou verschuldigd zijn Rechtvaardiging door de eigen wil van de eiser: wanneer de verrijking van de verweerder met toestemming van de eiser plaatsvindt dan is er geen sprake van ongerechtvaardigde verrijking. 27 Als voorbeeld kunnen we de situatie nemen waarbij de eiser handelt uit vrijgevigheid. 28 Volgens het Hof van Cassatie is het niet voldoende dat de eiser vrijwillig 21 Cass. 28 juni 2012, TBH 2013, afl. 3, J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, 208; V. SAGAERT, Wat als vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking in S. STIJNS, V. SAGAERT, I. SAMOY en A. DE BOECK (eds.), Themis 75 Verbintenissenrecht, Brugge, die Keure, 2007, 89, nr. 29: E. DIRIX, Ongerechtvaardigde verrijking in drie-partijen-verhoudingen, TPR 1981, 1025, nr W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, 290; H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 40C; R. KRUITHOF, H. BOCKEN, F. DE LY en B. TEMMERMAN, Verbintenissen. Overzicht van rechtspraak ( ), TPR 1994, J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, 290; H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 40C; R. KRUITHOF, H. BOCKEN, F. DE LY en B. TEMMERMAN, Verbintenissen. Overzicht van rechtspraak ( ), TPR 1994, , nr. 323; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2013, nr H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 40C; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2010, nr W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, 290; H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 40C; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2013, nr W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, 290; H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 40C; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2010, nr. 788; Rb. Namen 7 juni 1983, Rec.gén.enr.not. 1984,

13 handelde opdat de verrijking van de verweerder door de eigen wil van de verarmde wordt gerechtvaardigd. Het is bovendien vereist dat het de wil was van de eiser dat de verrijking aan de verweerder zou toekomen, zonder dat deze laatste hiervoor een vergoeding zou moeten betalen Speculatie: er is evenmin sprake van ongerechtvaardigde verrijking indien de eiser uit speculatief oogmerk handelt. 30 Wanneer iemand speculeert om een welbepaald resultaat te bereiken, weet deze of wordt hij geacht te weten dat het risico bestaat dat dit resultaat niet wordt bereikt Eigenbelang: er kan geen vordering uit ongerechtvaardigde verrijking worden ingesteld wanneer de eiser uit eigen belang handelde 32 en de verrijking van de eiser hier een onbedoeld gevolg van is. 33 De verrijking van de verweerder ten koste van de eiser is gerechtvaardigd door de beslissing die de eiser in zijn eigen belang heeft genomen, ervan uitgaande dat hij de kosten verbonden aan deze beslissing definitief dient te dragen Natuurlijke verbintenis: wanneer de verrijking van de verweerder ten koste van de eiser het gevolg is van de uitvoering van een natuurlijke verbintenis is er geen sprake van een ongerechtvaardigde verrijking. 35 Een natuurlijke verbintenis is een verplichting die niet in rechte kan worden afgedwongen maar eens zij vrijwillig is uitgevoerd kan deze betaling geen aanleiding geven tot terugvordering. 36 Door de uitvoering ervan is de natuurlijke verbintenis immers een civielrechtelijke verbintenis geworden. Verder kan een mondelinge belofte tot uitvoering eveneens leiden tot de omzetting ervan in een civielrechtelijke verbintenis en als zodanig tot de afdwinging ervan in rechte (voor de toekomst) Afwezigheid van andere vorderingsmogelijkheden of de subsidiariteitsvereiste 18. Aangezien de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in ons recht geen wettelijke grondslag heeft en gebaseerd is op een algemeen rechtsbeginsel dat niemand zich ongerechtvaardigd ten koste van iemand anders mag verrijken, heeft deze een subsidiair 29 Cass. 19 januari 2009, RW 2010, 1084, noot E. NORDIN. 30 H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 40C; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2010, nr. 788; Rb. Dinant 12 oktober 1988, Rev.not.b. 1989, 200; Rb. Namen 7 juni 1983, RRD 1983, J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2013, nr H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 40C. 34 W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, 290; J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, C. CAUFFMAN, De natuurlijke verbintenis, Comm.Bijz.Ov. 2005, 3, nr C. CAUFFMAN, De natuurlijke verbintenis, Comm.Bijz.Ov. 2005, 8, nr

14 karakter. Dat wil zeggen dat deze vordering enkel kan worden ingesteld indien de wet geen enkele andere vorderingsmogelijkheid voorziet waarop de eiser zich kan beroepen. 38 De eiser mag evenmin over een vordering op grond van een oneigenlijk contract, zaakwaarneming of onverschuldigde betaling beschikken Wanneer de eiser over een andere vorderingsmogelijkheid beschikte en deze heeft laten tenietgaan (door verjaring of verval), kan de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking, gelet op haar subsidiair karakter, evenmin worden ingesteld De subsidiariteitsvereiste speelt enkel in de verhouding tussen de eiser en de verweerder. 41 Bijgevolg is een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking niet uitgesloten wanneer de eiser over een andere vorderingsmogelijkheid beschikt jegens een derde GEVOLGEN 3.1. Vergoeding 21. Nadat aan de voorwaarden voor de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking is voldaan, heeft de verweerder de verplichting om de eiser te vergoeden voor de verrijking die hij ten onrechte heeft genoten Volgens DE PAGE dient de verweerder de genoten verrijking in natura terug te geven aan de eiser. 44 Dit is echter enkel mogelijk indien de verkregen verrijking uit een goed bestond en dit goed bovendien nog aanwezig is in het vermogen van de verweerder. In dat geval zal de eiser over andere vorderingsmogelijkheden beschikken, zoals een vordering uit onverschuldigde betaling of een revindicatievordering. Gelet op het subsidiaire karakter van de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking, kan zij in gegeven geval bijgevolg net niet worden ingesteld Veelal zal de verweerder bij een succesvolle vordering uit ongerechtvaardigde verrijking de eiser vergoeden voor de verrijking die hij ongerechtvaardigd heeft genoten door middel van een geldelijke vergoeding. 38 J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, Cass. 25 maart 1994, RW , 45; Cass. 11 september 1969, RW , H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012,

15 Tijdstip van de beoordeling van de vermogensverschuiving 24. Volgens de klassieke zienswijze moet de verweerder aan de eiser een vergoeding betalen die gelijk is aan het bedrag van zijn verrijking, maar mag deze vergoeding niet meer bedragen dan de verarming van de eiser Dan rijst de vraagt op welke moment de gevatte rechter de verrijking moet beoordelen. Volgens de meerderheid van de auteurs dient de verrijking beoordeeld te worden op de datum van instelling van de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking Dit heeft tot gevolg dat de verweerder het bedrag van wat nog van de verrijking in zijn vermogen is overgebleven op het ogenblik van instelling van de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking maximaal moet vergoeden. Wanneer de verrijking daarentegen geheel of gedeeltelijk uit het vermogen van de verweerder is verdwenen, zal de eiser ten belope van het verdwenen gedeelte geen vergoeding krijgen Volgens de minderheidsopvatting moet de verrijking echter op het ogenblik van de verkrijging ervan beoordeeld worden. 49 Deze minderheid maakt echter wel een uitzondering voor de verweerder die op het ogenblik van het verlies van het goed te goeder trouw handelde. M.a.w. de verweerder wist niet of behoorde niet te weten dat zijn verrijking ongerechtvaardigd was. Bijgevolg dient hij niet in te staan voor het geheel of gedeeltelijk verlies van de verrijking Vervolgens moet het tijdstip van de verarming worden beoordeeld. Sommige auteurs zijn van oordeel dat de verarming moet worden beoordeeld op het ogenblik van het ontstaan van de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking. 51 Anderen oordelen dat de verarming opnieuw 46 B. DE CONINCK, A titre subsidiaire, l enrichissement sans cause in P. WERY (ed.), La théorie générale des obligations. Suite, Luik, Editions Formations Permanente CUP, 2002, 93, nr. 46; H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 47; P. MAES, Ongegronde vermogensverschuivingen en driepartijenverhoudingen, TPR 2010, (187) 210, nr. 23; C. MARR, L enrichissement sans cause. Un fondement d équité sous une apparente rigeur in S. STIJNS en P. WERY (eds.), De bronnen van niet-contractuele verbintenissen, Brugge, die Keure, 2007, 248, nr. 41; W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2010, 291; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2013, nr R. DEKKERS, Handboek burgerlijk recht, II, Brussel, Bruylant, 2010, nr. 792; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2010, nr. 792; A. KLUYSKENS, Beginselen van burgerlijk recht, I, De verbintenissen, Antwerpen, Standaard, 1948, nr. 360; C. MARR, L enrichissement sans cause. Un fondement d équité sous une apparente rigeur in S. STIJNS en P. WERY (eds.), De bronnen van niet-contractuele verbintenissen, Brugge, die Keure, 2007, 250, nr J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil belge, III, Brussel, Bruylant, 1967, nr. 49; V. SAGAERT, Wat als vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking in S. STIJNS, V. SAGAERT, I. SAMOY en A. DE BOECK (eds.), Themis 75 Verbintenissenrecht, Brugge, die Keure, 2007, 93, nr V. SAGAERT, Wat als vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking in S. STIJNS, V. SAGAERT, I. SAMOY en A. DE BOECK (eds.), Themis 75 Verbintenissenrecht, Brugge, die Keure, 2007, 93, nr. 34; V. SAGAERT, Ongerechtvaardigde verrijking en gewijzigde omstandigheden, TPR 2001, 624, nr C. MARR, L enrichissement sans cause. Un fondement d équité sous une apparente rigeur in S. STIJNS en P. WERY (eds.), De bronnen van niet-contractuele verbintenissen, Brugge, die Keure, 2007, 250, nr

16 dient beoordeeld te worden op het ogenblik van instelling van de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking Er zijn eveneens auteurs die geloven dat de verarming op het ogenblik van de rechterlijke uitspraak dient beoordeeld te worden, omdat ze de mening zijn toegedaan dat de verbintenis in hoofde van de verweerder een waardeschuld is Waardering van de vergoeding 30. Wat de waardering van de vergoeding betreft, moet opgemerkt worden dat er een discussie leeft in de rechtsleer. Sommige auteurs zijn van oordeel dat een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking een geldschuld is aangezien ze in principe de betaling van een geldsom tot voorwerp heeft Anderen daarentegen pleiten ervoor dat de vergoeding die op grond van een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking wordt toegekend een waardeschuld is. Dat betekent dat het bedrag van de vergoeding op de dag van de rechterlijke uitspraak moet worden begroot en niet volgens het nominale bedrag van de vermogensverschuiving Ik zal deze discussie in de rechtsleer en de hieraan gerelateerde rechtspraak verder toelichten in het volgende deel (Infra Deel III.4). 52 S. STIJNS, D. VAN GERVEN en P. WERY, Chronique de jurisprudence. Les obligations: les sources ( ), JT 1996, 700, nr V. SAGAERT, Wat als vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking in S. STIJNS, V. SAGAERT, I. SAMOY en A. DE BOECK (eds.), Themis 75 Verbintenissenrecht, Brugge, die Keure, 2007, 93, nr. 34; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2013, nr J. BAECK, Multi-inzetbaar in het Belgische privaatrecht: de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking in VVSR, Preadviezen 2012, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2012, V. SAGAERT, Wat als vermogen gaat schuiven? Casuïstiek rond zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking in S. STIJNS, V. SAGAERT, I. SAMOY en A. DE BOECK (eds.), Themis 75 Verbintenissenrecht, Brugge, die Keure, 2007, 93, nr. 34; P. VAN OMMESLAGHE, Droits des obligations, II, Sources des obligations (deuxième partie), Brussel, Bruylant, 2013, 1127, nr. 792 en de verwijzingen aldaar. 12

17 III. TOEPASSING ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING TUSSEN MENSEN MET EEN AFFECTIEVE BAND 33. In dit deel zal ik nagaan wat de houding is van de rechtspraak ten aanzien van de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking tussen mensen met een affectieve band. Ik zal hierbij de mensen met een affectieve band opdelen in drie categorieën: de feitelijke samenwonenden (Infra III.1), personen gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen (Infra III.2) en personen die bepaalde prestaties leveren aan een vriend of familielid (Infra III. 3). 1. FEITELIJKE SAMENWONING 34. Eerst zal ik nagaan hoe de rechtspraak de vorderingen uit ongerechtvaardigde verrijking tussen feitelijk samenwonenden beoordeelt. Ik zal hierbij trachten te achterhalen welke toepassingsvoorwaarden de toekenning van een dergelijke vordering bemoeilijken, om uiteindelijk tot een besluit te komen over de houding van de rechtspraak ten aanzien van de vordering uit ongerechtvaardigde verrijking tussen feitelijk samenwonenden. 35. De feitelijke samenwoning is de toestand waarin twee ongehuwde partners (al dan niet van hetzelfde geslacht) die niet tot de wettelijke samenwoning zijn toegetreden, met elkaar of eventueel met hun al dan niet gemeenschappelijke kinderen, een gezin en een levensgemeenschap vormen De feitelijke samenwoning kent nog steeds geen algemene wettelijke regeling, in tegenstelling tot het huwelijk en de wettelijke samenwoning. Er bestaat met andere woorden geen wettelijk statuut met rechten en plichten voor partners die feitelijk samenwonen 57, zoals het primair huwelijksrecht. Er rust op feitelijk samenwonenden als zodanig geen wettelijke plicht tot samenwoning, getrouwheid of hulp en tot bijdrage in de lasten van het samenleven De rechtspraak probeert de feitelijk samenwonenden op vermogensrechtelijk vlak toch enige bescherming te bieden door aan te nemen dat op feitelijk samenwonenden een natuurlijke verbintenis rust om bij te dragen in de lasten van het samenleven. 59 Deze natuurlijke verbintenis vindt haar grondslag in een morele plicht maar de omvang ervan wordt naar analogie met het huwelijk vastgesteld, i.e. naar evenredigheid van de mogelijkheden van de partners. Ook materieel werk, zoals huishoudelijke taken en herstelwerken aan de 56 K. BOONE, Wettelijke en feitelijke samenwoning, TPR 2007, (439) 447, nr J. DU MONGH, I. SAMOY, V. ALLAERTS, Overzicht van rechtspraak ( ) de feitelijke samenwoning, T.Fam. 2008, K. BOONE, Wettelijke en feitelijke samenwoning, TPR 2007, afl. 1, (439) 447, nr D. PIGNOLET, Hoe ver reikt de solidariteit tussen feitelijk samenwonende partners in W. PINTENS en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2008, Antwerpen, Intersentia, 2008, (251)

18 gezinswoning, kan als een deel van de vervulling van deze bijdrageplicht beschouwd worden De feitelijke samenwoning creëert evenmin automatisch een vermoeden van onverdeeldheid tussen samenwonenden. 61 Hun vermogensrechtelijke verhouding wordt bijgevolg door het gemeen recht beheerst. Hetgeen betekent dat bij de beëindiging van de relatie elke partner de goederen behoudt waarvan hij aan het begin van de relatie eigenaar was, alsook de goederen die hij tijdens de relatie alleen heeft verworven. De goederen die de partners samen hebben verworven blijven wel onverdeeld Tijdens de feitelijke samenwoning zullen er vaak verschillende vermogensverschuivingen plaatsvinden tussen de samenwonende partners. Deze worden door de partners niet an sich als een probleem ervaren, maar wanneer er een einde komt aan hun relatie willen ze deze vermogensverschuivingen corrigeren. Desgevallend worden er vorderingen ingesteld om toch een vergoeding te bekomen voor de gedane investeringen of gepresteerde diensten. Hiervoor beroepen ze zich op figuren uit het algemeen verbintenissenrecht, zoals de leer van de ongerechtvaardigde verrijking, om de onbillijke gevolgen van deze vermogensverschuivingen en het strikte zakenrecht te kunnen rechtzetten Opdat een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking zou worden toegekend moet er cumulatief aan een aantal voorwaarden worden voldaan. De meest hinderende toepassingsvoorwaarde van een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking tussen feitelijk samenwonenden is de afwezigheid van een juridische oorzaak. 64 Hieronder zal ik nagaan hoe de rechtspraak deze voorwaarde invult om de vorderingen van gewezen partners te beoordelen (infra deel III.1.1.) Afwezigheid van een juridische oorzaak a. Het bestaan van een natuurlijke verbintenis tussen samenwonenden 41. Het bestaan van een natuurlijke verbintenis tot bijdrage in de lasten van het samenleven is een van de redenen op grond waarvan de rechtspraak de toepassingsvoorwaarde van de afwezigheid van een juridische oorzaak niet voldaan acht. 42. Zoals hierboven uiteengezet worden de vermogensrechtelijke verhoudingen van feitelijk samenwonende partners niet geregeld in een apart statuut. De rechtspraak probeert echter de afwezigheid van een wettelijke verplichting tot bijdrage in de lasten van het samenleven op te vangen door een natuurlijke verbintenis aan te nemen die haar grondslag vindt in een morele 60 K. WILLEMS, De natuurlijke verbintenis, Brugge, die Keure, 2011, 255, nr Gent 25 november 2004, NJW 2005, 804, noot G. VERSCHELDEN; Bergen 4 oktober 2004, JLMB 2006, 990, noot M.D. 62 Antwerpen 9 februari 2005, NJW 2006, afl. 144, 508; Gent 25 november 2004, NJW 2005, 804; Brussel 4 december 2000, RW , K. VERSTRAETE, De beëindiging van de buitenhuwelijkse samenwoning, NJW 2008, afl. 186, (566) K. WILLEMS, De natuurlijke verbintenis, Brugge, 2011, die Keure, 274, nr

19 plicht tot bijdrage in de lasten van het samenleven. De lasten van het samenleven zijn de gemeenschappelijke uitgaven en activiteiten van de partners De solidariteitsgedachte die aan de basis ligt van het primair huwelijksrecht geldt als zodanig evengoed tussen feitelijk samenwonende partners, hoewel deze solidariteitsgedachte zich in dit laatste geval uit in een natuurlijke verbintenis om bij te dragen in de lasten van het samenleven Een natuurlijke verbintenis is een geldige verbintenis, maar de uitvoering ervan kan niet in rechte worden afgedwongen. Concreet wil dit zeggen dat partners tijdens de feitelijke samenwoning elkaar niet kunnen verplichten om bij te dragen in de lasten van het samenleven. Evenmin kan een van de partners na de beëindiging van de feitelijke samenwoning van de andere partner achterstallige bijdragen vorderen. 67 Eens de prestatie is uitgevoerd is terugvordering evenwel uit den boze De natuurlijke verbintenis behoort tot het domein van de moraal, maar wordt een geldige civiele verbintenis door de eenvoudige voldoening ervan of de belofte daartoe Het bewijs van het bestaan van een natuurlijke verbintenis moet uit een geschrift blijken (art BW) of minstens uit een begin van geschift dat wordt aangevuld met getuigenissen en vermoedens (art BW) De omvang van deze natuurlijke verbintenis tot bijdrage in de lasten van het samenleven wordt bepaald naar de financiële mogelijkheden van elke partner. 71 De bijdrage kan door de samenwonenden zowel in de vorm van geld als huishoudelijk werk en opvoeding van de kinderen geleverd worden. 72 Om te bepalen in hoeverre partners hebben voldaan aan hun natuurlijke verbintenis wordt door bepaalde rechtspraak het vermoeden van afrekening van dag tot dag ingevoerd K. WILLEMS, De natuurlijke verbintenis, Brugge, 2011, die Keure, 255, nr J. DU MONGH, I. SAMOY en V. ALLAERTS, Overzicht van rechtspraak ( ) de feitelijke samenwoning, T.Fam. 2008, afl. 1-2, (4) I. SAMOY, Investeren in andermans woning bij feitelijke samenwoning: in welke mate verhindert de natuurlijke verbintenis tot bijdrage in de lasten van de feitelijke samenwoning een vergoedingsaanspraak? in W. PINTENS, C. DECLERCK en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2008, Antwerpen, Intersentia, 2008, 278, nr. 7; D. PIGNOLET, Hoe ver reikt de solidariteit tussen feitelijk samenwonende partners? in W. PINTENS, C. DECLERCK en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2008, Antwerpen, Intersentia, 2008, 259, nr W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2006, 267; C. CAUFFMAN, De natuurlijke verbintenis, Comm.Bijz.Ov. 2005, nr. 134; V. GUFFENS en S. VANOPPEN, Overzicht van rechtspraak ( ) vermogensrechtelijke aspecten inzake concubinaat, Echtscheidingsjournaal 2000, afl. 3, (38) K. WILLEMS, De natuurlijke verbintenis, Brugge, 2011, die Keure, 8, nr D. PIGNOLET, Hoe ver reikt de solidariteit tussen feitelijk samenwonende partners?, in W. PINTENS, C. DECLERCK en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2008, Antwerpen, Intersentia, 2008, 261, nr K. WILLEMS, De natuurlijke verbintenis, Brugge, die Keure, 255, nr. 300; J. DU MONGH, I. SAMOY en V. ALLAERTS, Overzicht van rechtspraak ( ) de feitelijke samenwoning, T.Fam. 2008, afl.1-2, (4) Antwerpen 22 april 2003, TBBR 2005, 70; Rb. Luik 6 oktober 2003, TBBR 2005, Rb. Oudenaarde 19 september 2005, RABG 2006, afl. 10, 774; Brussel 27 februari 2001, RW , 846; Rb. Leuven 4 januari 2001, TBBR 2001, 246; Rb. Brussel 31 oktober 1996, JLMB 1997, 1044; Gent 10 maart 1995, T.Not. 1997,

20 48. Alle noodzakelijke onderhoudskosten en herstellingskosten 74 en kosten voor elektriciteit, water en verwarming 75 behoren in principe tot de morele of natuurlijke bijdrageplicht in de lasten van de gemeenschappelijke huishouding. 49. Indien iemand van zijn partner een vergoeding wil bekomen voor de gedane uitgaven of de gepresteerde diensten op grond van de leer van de ongerechtvaardigde verrijking dient hij aan te tonen dat deze prestaties de normale lasten van het samenleven overschrijden. 76 Zo niet, zijn zij de uitvoering van een natuurlijke verbintenis en is er bijgevolg wel een juridische oorzaak voor de vermogensverschuiving. De vordering uit ongerechtvaardigde verrijking kan in voorkomend geval niet toegekend worden. 50. Vele geschillen tussen gewezen partners gaan over de investeringen die de ene partner heeft gedaan aan de woning van de andere partner of aan een gemeenschappelijke woning. 77 De omvang van de natuurlijke verbintenis tot bijdrage in de lasten van het samenleven bepaalt of de investerende partner nog een vordering tot vergoeding kan instellen. Als de prestatie van de partner de lasten van het samenleven overschrijdt, dan kan hij voor die overschrijding een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking instellen De natuurlijke verbintenis wordt overschreden wanneer de ene partner de evenredigheid van de mogelijkheden tussen beide partijen in disbalans brengt of de lasten van het samenleven overschrijdt. 79 De vaststelling dat er een manifest onevenwicht is tussen de respectieve geleverde financiële en materiële bijdragen levert met andere woorden het bewijs van overschrijding van de bijdrageplicht. 80 De precieze omvang van de lasten van het samenleven is variabel aangezien het afhangt van de vraag hoe de samenwonende partners hun levenskader hebben geregeld Zo oordeelde de rechtbank van eerste aanleg te Luik dat de opvoeding van kinderen, als bijdrage in de lasten van het samenleven, de tegenprestatie kan zijn voor de eigenhandige 74 Vred. Namen 16 januari 2001, JLMB 2001, 969; F. TAINMONT, Les charges du ménage in J.-L. RENCHON en F. TAINMONT (eds.), Le couple non marié à la lumière de la cohabitation légale, Louvain-la-Neuve, Bruylant, 2000, (127) F. TAINMONT, Les charges du ménage in J.-L. RENCHON en F. TAINMONT (eds.), Le couple non marié à la lumière de la cohabitation légale, Louvain-la-Neuve, Bruylant, 2000, (127) 143; I. SAMOY, Investeren in andermans woning bij feitelijke samenwoning: in welke mate verhindert de natuurlijke verbintenis tot bijdrage in de lasten van de feitelijke samenwoning een vergoedingsaanspraak? in W. PINTENS en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2008, Antwerpen, Intersentia, 2008, (273) J. DU MONGH, I. SAMOY en V. ALLAERTS, Overzicht van rechtspraak ( ) de feitelijke samenwoning, T.Fam. 2008, afl. 1-2, (4) Zie hierover S. BOULY, Zakenrechtelijke en vermogensrechtelijke aspecten van bouwen op grond van een partner, TBBR 2011, afl. 1, 44-52; F. BAUDONCQ en V. GUFFENS, Bouwen op andermans grond in het specifieke geval van concubinaat, T.Not. 2003, afl. 6, ; K. WILLEMS, De natuurlijke verbintenis, Brugge, die Keure, 256, nr I. SAMOY, Investeren in andermans woning bij feitelijke samenwoning: in welke mate verhindert de natuurlijke verbintenis tot bijdrage in de lasten van de feitelijke samenwoning een vergoedingsaanspraak? in W. PINTENS en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2008, Antwerpen, Intersentia, 2008, K. WILLEMS, De natuurlijke verbintenis, Brugge, die Keure, 2011, 260, nr K. WILLEMS, De natuurlijke verbintenis, Brugge, die Keure, 2011, 260, nr I. SAMOY, Investeren in andermans woning bij feitelijke samenwoning: in welke mate verhindert de natuurlijke verbintenis tot bijdrage in de lasten van de feitelijke samenwoning een vergoedingsaanspraak? in W. PINTENS en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2008, Antwerpen, Intersentia, 2008, (273) 284; F. TAINMONT, Les charges du ménage in J.-L. RENCHON en F. TAINMONT (eds.), Le couple non marié à la lumière de la cohabitation légale, Louvain-la-Neuve, Bruylant, 2000 (127)

ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING IN FAMILIALE RELATIES

ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING IN FAMILIALE RELATIES ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING IN FAMILIALE RELATIES Lize Schoonbaert Studentennummer: 01201312 Promotor: Prof. dr. Joke Baeck Commissaris: mevr. Maja Reynebeau Masterproef voorgelegd voor het behalen van

Nadere informatie

HET ONGERECHTVAARDIGD KARAKTER VAN EEN ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING

HET ONGERECHTVAARDIGD KARAKTER VAN EEN ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING HET ONGERECHTVAARDIGD KARAKTER VAN EEN ONGERECHTVAARDIGDE VERRIJKING Aantal woorden: 40910 Lore Huyghe Stamnummer: 01001441 Promotor: Prof. dr. Joke Baeck Commissaris: Maja Reynebeau Masterproef voorgelegd

Nadere informatie

Concubinaat. De buitenhuwelijkse tweerelatie. Patrick Senaeve (ed.) Acco Leuven / Amersfoort

Concubinaat. De buitenhuwelijkse tweerelatie. Patrick Senaeve (ed.) Acco Leuven / Amersfoort Concubinaat De buitenhuwelijkse tweerelatie Patrick Senaeve (ed.) Met bijdragen van: Eric Dirix Jacques Herbots Walter Pintens Jan Roodhooft Patrick Senaeve Acco Leuven / Amersfoort INHOUD Patrick Senaeve

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2011-12 VERMOGENSVERSCHUIVINGEN TUSSEN ECHTGENOTEN GEHUWD MET SCHEIDING VAN GOEDEREN EN SAMENWONENDEN ( noot onder Luik 19 april 2005, Rev.trim.dr.fam.

Nadere informatie

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts... INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh.............................. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

Auteur. Elfri De Neve. www.elfri.be. Onderwerp. Anatocisme. Copyright and disclaimer

Auteur. Elfri De Neve. www.elfri.be. Onderwerp. Anatocisme. Copyright and disclaimer Auteur Elfri De Neve www.elfri.be Onderwerp Anatocisme Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen kan zijn aan rechten van intellectuele eigendom,

Nadere informatie

privé-vermogenvermogen

privé-vermogenvermogen FAMILIAAL VERMOGENSRECHT VENNOOTSCHAPSRECHT Inleiding Prof. Dr. Johan Du Mongh KU Leuven Advocaat Johan Du Mongh 1 Johan Du Mongh 2 Het huwelijksgoederenrecht speelt op het ogenblik van inbreng van privé-vermogenvermogen

Nadere informatie

2. Bescherming van de gezinswoning en het huisraad

2. Bescherming van de gezinswoning en het huisraad 70 Wettelijke samenwoning 2. Bescherming van de gezinswoning en het huisraad A. Algemeen 109. Artikel 1477, 2 BW verklaart de artikelen 215, 220, 1 en 224, 1, 1 BW uit het primair huwelijksstelsel van

Nadere informatie

Relevante feiten. Beoordeling. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996

Relevante feiten. Beoordeling. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996 Relevante feiten Als kaderlid van M heeft eerste eiser in 1993 aandelenopties verkregen op aandelen

Nadere informatie

GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT

GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT 1. De artikelen 127 en 128 van de Wet van 25 juni 1992 op de Landverzekeringsovereenkomst (WLVO) stelden eertijds het volgende: Artikel 127 WLVO: De aanspraken,

Nadere informatie

De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014)

De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014) De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014) FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95

Nadere informatie

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMENWONEN = verbintenis tussen 2 ongehuwde personen van verschillend of hetzelfde geslacht die een

Nadere informatie

Verrekeningen tussen samenwonende partners na de beëindiging van hun relatie

Verrekeningen tussen samenwonende partners na de beëindiging van hun relatie Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2009-2010 Verrekeningen tussen samenwonende partners na de beëindiging van hun relatie Masterproef van de opleiding Master in het Notariaat Ingediend door Jessica

Nadere informatie

SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK

SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK WETTELIJKE SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK BOEK III TITEL Vbis WETTELIJKE SAMENWONING Artikel 1475 Onder wettelijke samenwoning wordt verstaan de toestand van samenleven

Nadere informatie

Hebben ongehuwde samenlevers recht op alimentatie?

Hebben ongehuwde samenlevers recht op alimentatie? Hebben ongehuwde samenlevers recht op alimentatie? december 2012 mr D.H.P. Cornelese De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 SEPTEMBER 2011 C.10.0278.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0278.N H. S., eiser, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Central

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... vii Dankwoord... ix. Inleiding... 1

INHOUD. Voorwoord... vii Dankwoord... ix. Inleiding... 1 INHOUD Voorwoord........................................................... vii Dankwoord.......................................................... ix Inleiding.............................................................

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 OKTOBER 2009 C.08.0118.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0118.F J. J., Mr. Pierre Van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen J. J.-R., Mr. Jacqueline Oosterbosch, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 25 SEPTEMBER 2008 C.07.0207.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0207.F MAATSCHAPPIJ VOOR INTERCOMMUNAAL VERVOER VAN BRUSSEL, Mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen B. X. I.

Nadere informatie

DE WEDERZIJDSE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN ECHTGENOTEN EN DE HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS De wet van 14 juli 1976 Een evaluatie

DE WEDERZIJDSE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN ECHTGENOTEN EN DE HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS De wet van 14 juli 1976 Een evaluatie DE WEDERZIJDSE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN ECHTGENOTEN EN DE HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS De wet van 14 juli 1976 Een evaluatie Uitgegeven door Walter Pintens Gewoon Hoogleraar K.U. Leuven Buitengewoon

Nadere informatie

NIEUWSFLASH SUCCESSIERECHTEN OP AFKOOPWAARDE LEVENSVERZEKERINGEN

NIEUWSFLASH SUCCESSIERECHTEN OP AFKOOPWAARDE LEVENSVERZEKERINGEN NIEUWSFLASH SUCCESSIERECHTEN OP AFKOOPWAARDE LEVENSVERZEKERINGEN Dit nieuwsbericht is enkel voor informatie doeleinden bestemd. Ondanks het feit dat aan dit nieuwsbericht de gebruikelijke zorg is besteed,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Huwelijksvermogensrecht. Wettelijk stelsel. Afhaling van gemeenschappelijke gelden kort vóór de inleiding van de echtscheidingsprocedure. Feitelijk vermoeden van bevoegdheidsafwending.

Nadere informatie

DEEL I. ALIMENTATIE ALS (DRINGENDE) VOORLOPIGE MAAT- REGEL: TOEKENNING VAN HET ONDERHOUD TUSSEN ECHTGENOTEN Gerd Verschelden... 1

DEEL I. ALIMENTATIE ALS (DRINGENDE) VOORLOPIGE MAAT- REGEL: TOEKENNING VAN HET ONDERHOUD TUSSEN ECHTGENOTEN Gerd Verschelden... 1 INHOUD VOORWOORD............................................ xv DEEL I. ALIMENTATIE ALS (DRINGENDE) VOORLOPIGE MAAT- REGEL: TOEKENNING VAN HET ONDERHOUD TUSSEN ECHTGENOTEN Gerd Verschelden.....................................

Nadere informatie

DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement. Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem,

DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement. Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem, 8 FEBRUARI 2001 C.98.0470.N/1 C.98.0470.N DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem, Diksmuidelaan 276, ingeschreven in het handelsregister

Nadere informatie

De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door.

De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door. Wetgeving Nieuw Wetboek Economisch Recht De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door. Het boek dat de wet betreffende de marktpraktijken omzet

Nadere informatie

Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier...

Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier... III Inhoudstafel Inleiding bij de Bibliotheek Burgerlijk Recht en Procesrecht Larcier.... I Voorwoord.... 1 Hoofdstuk 1. Inleidende beschouwingen... 3 Afdeling 1. Algemeen.... 3 Afdeling 2. Invloed van

Nadere informatie

DANKWOORD. Tenslotte wens ik Ryan Dawson te bedanken. Thank you for everything.

DANKWOORD. Tenslotte wens ik Ryan Dawson te bedanken. Thank you for everything. SAMENVATTING Deze masterscriptie draagt de titel: vormen samenwerkende partners een vennootschap? De probleemstelling is de volgende: Er wordt uitgegaan van een koppel waarbij een van de partners een handelszaak

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 OKTOBER 2012 C.11.0184.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0184.N J.T., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

VLAAMS GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in. de persoon van de Minister-President, met kabinet gevestigd te

VLAAMS GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in. de persoon van de Minister-President, met kabinet gevestigd te 29 MEI 2000 C.96.0188.N/1 Nr. C.96.0188.N.- VLAAMS GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de persoon van de Minister-President, met kabinet gevestigd te 1000 Brussel, Martelaarsplein, 19,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 FEBRUARI 2012 C.10.0498.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0498.N M.C., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 9051

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 SEPTEMBER 2012 C.11.0662.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0662.N PARFIP BENELUX nv, Mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen ARAMEX CARS nv, I. RECHTSPLEGING VOOR HET

Nadere informatie

Arbitragecommissie. Advies over de sancties bepaald in artikel 5 van de wet

Arbitragecommissie. Advies over de sancties bepaald in artikel 5 van de wet Advies nr. 2011/08 van 4 oktober 2011 Arbitragecommissie Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten. Advies over de sancties bepaald

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 DECEMBER 2014 C.14.0121.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0121.N I. G., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 2000 Antwerpen,

Nadere informatie

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN PREAMBULE Erkennende dat ondanks de bestaande verschillen in de nationale familierechten er evenwel een

Nadere informatie

Hoe beveilig ik mijn partner?

Hoe beveilig ik mijn partner? Hoe beveilig ik mijn partner? Brussel, 22 oktober 2011 2 Agenda Planning tussen partners Samenwonenden Echtgenoten Civiel- en fiscaal statuut Instrumenten Van testament tot contract 3 Wettelijke bescherming

Nadere informatie

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN. FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN. HOOGTE WETTELIJKE BASIS BEREKENING WETTELIJKE RENTEVOET Voor het jaar 2015: 2,5% Mededeling in het Belgisch Staatsblad van 30/01/2015. -Wet van 05/05/1865 betreffende de lening

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 OKTOBER 2009 C.08.0524.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0524.F U. M., Mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen M. M.. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling 2012 2013 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling Masterproef Arbeid verricht door een ongehuwd samenwonende partner in de handelszaak van de andere partner Promotor : Prof. dr. Marie-Antoinette

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Christine Van Heuverswyn Uittreksel Handboek Estate Planning Vermogensplanning met effect bij leven Huwelijk en samenwoning www.larcier.be Onderwerp Huwelijksvermogensrecht en vennootschap: ongewenste

Nadere informatie

Misbruik van exoneratiebedingen in het Belgische recht. Een rechtsvergelijkend perspectief met de Draft Common Frame of Reference

Misbruik van exoneratiebedingen in het Belgische recht. Een rechtsvergelijkend perspectief met de Draft Common Frame of Reference Misbruik van exoneratiebedingen in het Belgische recht. Een rechtsvergelijkend perspectief met de Draft Common Frame of Reference Neil Simons Onder wetenschappelijke begeleiding van Prof. Dr. Ilse Samoy

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid. Universiteit Gent

Faculteit Rechtsgeleerdheid. Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2008-2009 JURIDISCHE ANALYSE VAN DE PROBLEMEN INZAKE DE BEËINDIGING VAN DE WETTELIJKE EN DE FEITELIJKE SAMENWONING Masterproef van de opleiding

Nadere informatie

Bewijswaarde van een sms-bericht bij de verkoop van een onroerend goed

Bewijswaarde van een sms-bericht bij de verkoop van een onroerend goed Bewijswaarde van een sms-bericht bij de verkoop van een onroerend goed Analyse arrest HvB Gent 26 september 2013 FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 9 NOVEMBER 2012 C.12.0051.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0051.N R.C., eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Brederodestraat

Nadere informatie

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN. FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN. HOOGTE WETTELIJKE RENTEVOET Voor het jaar 2015: 2,5% Mededeling in het Belgisch Staatsblad van 30/01/2015. WETTELIJKE RENTEVOET IN DE HANDELSTRANSACTIES - Eerste semester

Nadere informatie

Heden, # tweeduizend #, zijn voor mij, #Dirk MICHIELS #Lieve STROEYKENS #Kathleen PELGRIMS, notaris te Aarschot,

Heden, # tweeduizend #, zijn voor mij, #Dirk MICHIELS #Lieve STROEYKENS #Kathleen PELGRIMS, notaris te Aarschot, Nr. Huwelijkscontract # 20# Heden, # tweeduizend #, zijn voor mij, #Dirk MICHIELS #Lieve STROEYKENS #Kathleen PELGRIMS, notaris te Aarschot, verschenen: 1. De Heer #, #, geboren te # op #, rijksregister

Nadere informatie

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN.

FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN. FICHE WETTELIJKE RENTEVOETEN. HOOGTE WETTELIJKE RENTEVOET Voor het jaar 2014: 2,75% Mededeling in het Belgisch Staatsblad van 20/01/2014. WETTELIJKE RENTEVOET IN DE HANDELSTRANSACTIES - Eerste semester

Nadere informatie

De wederbeleggingsvergoeding

De wederbeleggingsvergoeding De wederbeleggingsvergoeding FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Inhoud Relevantie Onderscheid lening

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 JUNI 2015 C.14.0463.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0463.N M.M., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen F.D., verweerder, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland

Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland Preadviezen Rechtswaarborgen in een herijkte welvaartsstaat 'Herijking van de rechtsstaat' en het Nederlandse recht Culpa in

Nadere informatie

Rechtsmisbruik (muurarrest)

Rechtsmisbruik (muurarrest) Rechtsmisbruik (muurarrest) 1. INSTRUCTIES... 2 2. HET CASSATIEARREST... 2 A. DE FEITEN... 2 B. BESLUIT VAN DE FEITENRECHTER... 2 C. MIDDELEN IN CASSATIE... 2 D. HET BESLUIT VAN CASSATIE... 2 3. DE NOOT

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. VOORWOORD... v HOOFDSTUK I CIVIELRECHTELIJKE ASPECTEN PATRICK SENAEVE...1

INHOUDSOPGAVE. VOORWOORD... v HOOFDSTUK I CIVIELRECHTELIJKE ASPECTEN PATRICK SENAEVE...1 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... v HOOFDSTUK I CIVIELRECHTELIJKE ASPECTEN PATRICK SENAEVE...1 Basisbibliografie...1 1. Grondslag en karakter...2 A. De onderhoudsuitkering tijdens de echtscheidingsprocedure:

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 DECEMBER 2013 C.13.0041.N-C.13.0067.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest I Nr. C.13.0041.N T.P., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 DECEMBER 2009 C.08.0499.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0499.F HANCIAUX, nv, Mr. Jacqueline Oosterbosch, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen C. R., I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Nadere informatie

Het is nadien aan de hoofdaannemer en de onderaannemer zelf om onderling uit te maken aan wie de consigneerde som uiteindelijk zal toekomen.

Het is nadien aan de hoofdaannemer en de onderaannemer zelf om onderling uit te maken aan wie de consigneerde som uiteindelijk zal toekomen. Het nieuwe artikel 1798 lid 3 BW: mogelijkheid voor de bouwheer tot consignatie van de betwiste schuldvordering van de onderaannemer op de hoofdaannemer 1. De uitoefening van de rechtstreekse vordering

Nadere informatie

PREFERENTIELE TOEWIJZING VAN DE GEZINSWONING

PREFERENTIELE TOEWIJZING VAN DE GEZINSWONING PREFERENTIELE TOEWIJZING VAN DE GEZINSWONING Herhaaldelijk worden wij in een procedure vereffening en verdeling van een huwelijksgemeenschap na echtscheiding geconfronteerd met de vaststelling dat beide

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 SEPTEMBER 2011 C.10.0242.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0242.F AXA BELGIUM nv, Mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen 1. MERCATOR VERZEKERINGEN nv, 2. ETHIAS nv.

Nadere informatie

Rechtspraak met betrekking tot het gebruik en misbruik van kadastrale gegevens en K.I. Mr. Martin Denys & Mr. John Toury

Rechtspraak met betrekking tot het gebruik en misbruik van kadastrale gegevens en K.I. Mr. Martin Denys & Mr. John Toury Rechtspraak met betrekking tot het gebruik en misbruik van kadastrale gegevens en K.I Mr. Martin Denys & Mr. John Toury Rechtspraak met betrekking tot het gebruik en misbruik van kadastrale gegevens en

Nadere informatie

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht)

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht) ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht) Steeds meer worden we in de rechtspraktijk geconfronteerd met internationale echtscheidingen op basis van de volgende elementen:

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Duur. Burenhinder. Herstel. Rechtsvordering. Algemene verjaringstermijnen. Termijn buitencontractuele aansprakelijkheid Datum 20 januari 2011 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... INHOUD VOORWOORD... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... 3 I. Algemeen... 3 II. Verplichting

Nadere informatie

1. Termijn voor het instellen van de vordering

1. Termijn voor het instellen van de vordering Afdeling 2 MODALITEITEN VAN DE VRIJWARINGSVORDERING 1. Termijn voor het instellen van de vordering De koper die de verkoper wenst aan te spreken in vrijwaring voor een verborgen gebrek kan dit pas doen

Nadere informatie

Wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen 1. TITEL 8. - Pensioenen. HOOFDSTUK 1. - Pensioenen van de overheidssector

Wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen 1. TITEL 8. - Pensioenen. HOOFDSTUK 1. - Pensioenen van de overheidssector Wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen 1 TITEL 8. - Pensioenen HOOFDSTUK 1. - Pensioenen van de overheidssector Afdeling 1. - Verhoging van de pensioenleeftijd Art. 85. Artikel 46 van de

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 OKTOBER 2009 C.08.0200.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0200.F FORTIS INSURANCE BELGIUM, Mr. Antoine De Bruyn, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen P. D. I. RECHTSPLEGING VOOR HET

Nadere informatie

30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek.

30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek. 30 DECEMBER 1961. - Wet tot invoering van de Nederlandse tekst van het burgerlijk wetboek. Publicatie : 18-05-1962 Inwerkingtreding : 28-05-1962 Dossiernummer : 1961-12-30/31 HOOFDSTUK VI : WEDERZIJDSE

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 17 SEPTEMBER 2015 C.13.0304.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0304.N J. M., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 MAART 2018 C.17.0067.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.17.0067.N E.A. eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 2000 Antwerpen, Amerikalei

Nadere informatie

Commentaar bij art BW

Commentaar bij art BW ADOPTIE BW ART. 353-9 1 353-9. Bij adoptie door echtgenoten of samenwonenden, of ingeval de geadopteerde het kind of het adoptief kind is van de echtgenoot van de adoptant, of van de persoon met wie hij

Nadere informatie

Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13

Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13 7 Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13 1 ALGEMENE INLEIDING 15 1.1 Wat is recht? 15 1.2 Indelingen van het recht 16 A Privaatrecht publiekrecht 16 B Enkele andere indelingen 17 1.3 De bronnen van het recht 18 A Wetgeving

Nadere informatie

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT RENE DEKKERS HANDBOEK BURGERLIJK RECHT DEEL IV Huwelijksstelsels - Erfrecht - Giften DERDE UITGAVE BEWERKT DOOR HELENE CASMAN Gewoon Hoogleraar Vrije Universiteit Brussel Hoogleraar Université Libre de

Nadere informatie

FAMILIAAL VERMOGENSRECHT

FAMILIAAL VERMOGENSRECHT FAMILIAAL VERMOGENSRECHT A.-L. Verbeke, C. Declerck & J. Du Mongh (eds.) Recht op een tweesprong. Toekomstperspectieven voor de wettelijke en de feitelijke samenwoning anno 2019 Elise Goossens, postdoctoraal

Nadere informatie

Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten

Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten INLEIDING...1 HET ZAKENRECHT GESITUEERD BINNEN HET VERMOGENSRECHT...1 HET BELANG VAN HET ZAKENRECHT...2 BEGRIPPEN ZAAK GOED VERMOGEN...3 HOOFDSTUK 1: DE LEER VAN

Nadere informatie

Omvang van de erfrechtelijke roeping

Omvang van de erfrechtelijke roeping 20 Erfrecht wettelijk samenwonenden is dan een reservataire erfgenaam en niet indien die zoon vooroverleden is. Bedoeling: de afstammeling het voordeel van een dubbele erfoptie geven 94. Dit voorstel lijkt

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:172

ECLI:NL:CRVB:2017:172 ECLI:NL:CRVB:2017:172 Instantie Datum uitspraak 13-01-2017 Datum publicatie 19-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/4485 AOW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN

FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN Walter PINTENS Hoogleraar K.U. Leuven Frank BUYSSENS Assistent K.U. Leuven Huwelijksvermogensstelsels Schenkingen Erfenissen - Testamenten Familiale Schikkingen

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN AAN DE OCCASIONELE REDDERS COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS A.R. M12-5-0321 Beslissing van 9 januari 2014 De vijfde kamer van de Commissie, samengesteld uit:

Nadere informatie

INHOUD. Huwelijk en fiscus

INHOUD. Huwelijk en fiscus Hoofdstuk 1. De periode voorafgaandelijk aan het huwelijk......... 1 Sectie 1. Het samenwonen van de toekomstige echtgenoten... 3 A. het vertrek uit de ouderlijke woonst... 3 B. Betaling van een onderhoudbijdrage....

Nadere informatie

Hoofdstuk 21. Verbintenis en rechtshandhaving Inleiding

Hoofdstuk 21. Verbintenis en rechtshandhaving Inleiding Hoofdstuk 21 Verbintenis en rechtshandhaving 21.1 Inleiding In hoofdstuk 5 was het verschil tussen absolute en relatieve rechten aan de orde. Absolute rechten zijn rechten die tegenover iedereen werken.

Nadere informatie

Versie van DEEL VI Titel II Hoofdstuk VII Vergoeding voor de personeelsleden die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad

Versie van DEEL VI Titel II Hoofdstuk VII Vergoeding voor de personeelsleden die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad Versie van 10-03-2011 DEEL VI Titel II Hoofdstuk VII Vergoeding voor de personeelsleden die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad Inhoudsopgave 1. Wettelijke en reglementaire basis 2. Begunstigden

Nadere informatie

(Aanvullend) pensioen en huwelijksvermogensrecht

(Aanvullend) pensioen en huwelijksvermogensrecht (Aanvullend) pensioen en huwelijksvermogensrecht mr. Ludo Vermeulen Inleiding Wettelijk pensioen werknemers zelfstandigen ambtenaren en huwelijksvermogensrecht Aanvullend pensioen Arbitragehof 26 mei 1999

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 16 DECEMBER 2013 S.10.0111.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.10.0111.N RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID, openbare instelling, met zetel te 1060 Sint-Gillis, Victor Hortaplein 11, eiser, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Feitelijke scheiding. Vermoeden van toerekenbaarheid. Omkering Datum 22 december 2008 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document

Nadere informatie

Prijsclausules op het Kruispunt van Twee Werven. Marijke Roelants

Prijsclausules op het Kruispunt van Twee Werven. Marijke Roelants Prijsclausules op het Kruispunt van Twee Werven Marijke Roelants 1 KOOP-VERKOOP AANDELEN SPA = AANDELEN + PRIJS Art.1582 BW : Koop is een overeenkomst waarbij de ene partij zich verbindt om een zaak te

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 24 JANUARI 2008 C.07.0372.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0372.N D.R., eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/150 : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam

Zaaknummer : 2014/150 : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam Zaaknummer : 2014/150 Rechter(s) : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 Partijen : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam Trefwoorden : Bevoegdheid College Bekostiging

Nadere informatie

Copyright Wolters Kluwer - for internal use only HOOFDSTUK II. FEITELIJKE SAMENWONING. Afdeling A. Algemeen

Copyright Wolters Kluwer - for internal use only HOOFDSTUK II. FEITELIJKE SAMENWONING. Afdeling A. Algemeen 384. Daarnaast bepaalt de wet dat indien een beschermde persoon in strijd met zijn overeenkomstig artikel 492/1 1 BW vastgestelde onbekwaamheid en zonder vrederechterlijke machtiging (supra nr. 327) een

Nadere informatie

Inhoud WOORD VOORAF 3. Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13

Inhoud WOORD VOORAF 3. Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13 5 WOORD VOORAF 3 Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13 1 ALGEMENE INLEIDING 15 1.1 Verantwoording 15 1.2 Het begrip recht 16 1.2.1 Algemeen 16 1.2.2 Een geheel van algemeen geldende normatieve regels 17 1.2.3

Nadere informatie

12 Huwelijksvermogensrecht

12 Huwelijksvermogensrecht Monografieën Privaatrecht 12 Huwelijksvermogensrecht Prof. mr. M.J.A. van Mourik Elfde druk Kluwer - Deventer - 2009 INHOUDSOPGAVE Lijst van afkortingen / XIII Enige verkort aangehaalde werken / XV I.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JANUARI 2011 C.09.0306.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0306.F 1. K. J.-P., 2. G. E. Mr. Pierre Van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen WAALS GEWEST, Mr. Antoine De Bruyn,

Nadere informatie

Rechtsweigering Art.5 Gerechtelijk Wetboek

Rechtsweigering Art.5 Gerechtelijk Wetboek Rechtsweigering Art.5 Gerechtelijk Wetboek FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 34 A 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be I. Intrede Artikel 4 Burgerlijk

Nadere informatie

AANWIJZING VOOR DE PRAKTIJK 1 HET VORDEREN VAN BILLIJKE GENOEGDOENING

AANWIJZING VOOR DE PRAKTIJK 1 HET VORDEREN VAN BILLIJKE GENOEGDOENING AANWIJZING VOOR DE PRAKTIJK 1 HET VORDEREN VAN BILLIJKE GENOEGDOENING I. Introductie 1. De toekenning van billijke genoegdoening is geen automatisch gevolg van de vaststelling door het Europees Hof voor

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 JANUARI 2006 C.05.0190.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.05.0190.N B.J., eiser, vertegenwoordigd door mr. Paul Wouters, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1050 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 OKTOBER 2016 C.15.0457.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.15.0457.N R. V. R., handelend in eigen naam en in hoedanigheid van erfgenaam van de heer P. V. R., eiseres, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 15 DECEMBER 2014 S.13.0050.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.13.0050.F RIJKSDIENST VOOR PENSIOENEN, openbare instelling, Mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen U. T., I.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 4 OKTOBER 2010 C.09.0475.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0475.N V.H., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 13 FEBRUARI 2006 C.04.0454.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.04.0454.F M. M., Mr. Isabelle Heenen, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen T. M. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Ineke Cools Studentennummer: Promotor: Prof. dr. Jan Bael Commissaris: Elise Maes. Aantal woorden: < >

Ineke Cools Studentennummer: Promotor: Prof. dr. Jan Bael Commissaris: Elise Maes. Aantal woorden: < > DE MOGELIJKHEID TOT HET VORDEREN VAN DE NIETIGVERKLARING WEGENS BENADELING VOOR MEER DAN EEN VIERDE VAN EEN VERDELING DIE TEN TITEL VAN DADING IS OPGEMAAKT NA HET CASSATIEARREST VAN 3 APRIL 2017 Aantal

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE Woord vooraf Inhoudsopgave 7 Verhouding straf(proces)recht - aansprakelijkheidsrecht Strafrechtelijke en civielrechtelijke fout

INHOUDSOPGAVE Woord vooraf Inhoudsopgave 7 Verhouding straf(proces)recht - aansprakelijkheidsrecht Strafrechtelijke en civielrechtelijke fout INHOUDSOPGAVE Woord vooraf 5 Inhoudsopgave 7 I. Verhouding straf(proces)recht - aansprakelijkheidsrecht 13 A. Strafrechtelijke en civielrechtelijke fout 13 1. Cass., 15 mei 1941 (het steenbakkersarrest)

Nadere informatie

ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT

ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Renate Barbaix Alain Laurent Verbeke (eds.) Antwerpen Cambridge Actuele knelpunten familiaal vermogensrecht Renate

Nadere informatie

WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht. 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg

WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht. 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg Onderwerpen 3 uitspraken: 1. samenwoners en natuurlijke verbintenis, HR 10 oktober 2014,

Nadere informatie

Rechtbank Maastricht 26 oktober 2011, nr. HA RK 11-88, LJN BU7197 (mr. J.F.W. Huinen, mr. T.A.J.M. Provaas en mr. E.J.M. Driessen)

Rechtbank Maastricht 26 oktober 2011, nr. HA RK 11-88, LJN BU7197 (mr. J.F.W. Huinen, mr. T.A.J.M. Provaas en mr. E.J.M. Driessen) Rechtbank Maastricht 26 oktober 2011, nr. HA RK 11-88, LJN BU7197 (mr. J.F.W. Huinen, mr. T.A.J.M. Provaas en mr. E.J.M. Driessen) Noot I. van der Zalm Overlijdensschade. Schadeberekening. Inkomensschade.

Nadere informatie