De invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling op de fictiebepalingen in het Wetboek der Successierechten.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling op de fictiebepalingen in het Wetboek der Successierechten."

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR De invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling op de fictiebepalingen in het Wetboek der Successierechten. Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Handelswetenschappen Tine Depaepe onder leiding van Prof. Sarah Van Bree

2

3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR De invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling op de fictiebepalingen in het Wetboek der Successierechten. Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Handelswetenschappen Tine Depaepe onder leiding van Prof. Sarah Van Bree

4 Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/of gereproduceerd worden, mits bronvermelding. Tine Depaepe

5 Woord vooraf Gedurende mijn opleiding werd mij snel duidelijk dat de vakken in het domein van het recht mij het meest interesseerden. Mijn belangstelling ging in het bijzonder uit naar alles wat met fiscale planning, successierechten en familiaal recht te maken had. Het was dan ook zeer boeiend dat ik mijn masterproef in dit domein kon schrijven. Ik heb met veel interesse en ambitie aan deze masterproef gewerkt. De realisatie van dit werk werd slechts mogelijk door de hulp van een aantal mensen. Via deze weg wil ik hen graag bedanken. Eerst en vooral wil ik mijn dank richten aan mijn promotor, Prof. Sarah Van Bree. Met haar uitgebreide kennis in het domein van het successierecht kon ik steeds op haar rekenen voor de nodige feedback. Door haar begeleiding wist ze de kwaliteit van deze masterproef te verhogen. Verder verdient het accountantskantoor Jarefin zeker een vermelding. Zij zorgden ervoor dat ik toegang kreeg tot kwalitatieve databanken, zodat de zoektocht naar goede bronnen vlot verliep. De juridische afdeling reikte mij ook nuttige informatie aan en ik kon steeds beroep doen op de medewerkers voor verduidelijking indien ik zaken niet begreep. Als laatste dank ik mijn ouders. Naast het overlezen van deze masterproef op eventuele spellings- of tikfouten, kon ik gedurende mijn hele opleiding op hun steun rekenen. Tine Depaepe I

6 Inhoudstafel Inleiding... 1 Hoofdstuk 1: Achtergrond successierecht Basis Wetboek der Successierechten Kenmerken successierecht Indirecte belastingen Geregionaliseerde belastingen... 2 Hoofdstuk 2: Ontstaan antimisbruikbepaling Vrije keuze minst belaste weg Artikel WIB 1992 eigenlijke antimisbruikbepaling Tekortkomingen antimisbruikbepaling Herkwalificatie Publieke sfeer... 7 Hoofdstuk 3: Nieuwe antimisbruikbepaling Inwerkingtreding nieuwe antimisbruikbepaling Combinatie van rechtshandelingen: hoe toepassen in de tijd? Verschillen nieuwe oude antimisbruikbepaling Privésfeer Niet-tegenstelbare handeling Toepassingsvoorwaarden nieuwe antimisbruikbepaling Dichte benadering van de door de wet beoogde situatie Doel en strekking wet Witte/zwarte lijst rechtshandelingen II

7 Hoofdstuk 4: Tekortkomingen nieuwe antimisbruikbepaling Grondwettelijke bezwaren Machtsoverschrijding Probleemstelling Beslissing Grondwettelijk Hof Legaliteitsbeginsel Probleemstelling Beslissing Grondwettelijk Hof Gelijkheidsbeginsel Probleemstelling Beslissing Grondwettelijk Hof Belastingheffing: welke piste wordt gevolgd? Hoofdstuk 5: Fictiebepalingen Fictieve schuldbekentenissen Nieuwere fictiebepaling artikel 4, 3 W. Succ Afwijking van gelijke verdeling van de gemeenschap Verblijvingsbedingen Klassiek verblijvingsbeding Verblijvingsbeding onder last Maken bedingen van ongelijke verdeling onder last fiscaal misbruik uit? Sterfhuisclausule Invloed nieuwe antimisbruikbepaling op artikel 5 W. Succ jarige verdachte periode Handgift Bankgift Buitenlandse notariële schenking Bewijslast Invloed nieuwe antimisbruikbepaling op artikel 7 W. Succ Bevoordeling van een derde Levensverzekering III

8 4.2 Beding ten behoeve van zichzelf Rechtshandeling waarbij in vruchtgebruik/lijfrente is voorzien Gesplitste aankoop Weerlegbaar vermoeden Gesplitste aankoop en schenking: fiscus begraaft de strijdbijl niet Voorafgaande schenking Invloed nieuwe antimisbruikbepaling op artikel 9 W. Succ Samenloop artikelen 7 en 9 W. Succ Erfpachtconstructie in het kader van de gesplitste aankoop Uitbreiding naar andere rechten Levenslange rechten op verkochte goederen Evenredige vermindering bij werkelijk levenslang genot Bewijsmiddelen Conclusie Bibliografie... I IV

9 Inleiding De regering Di Rupo heeft vele aspecten van het fiscale landschap herzien. Eén van de belangrijkste wijzigingen is de nieuwe invulling van artikel 344, 1 WIB Met de programmawet van 29 maart 2012, werd inzake inkomstenbelasting een vernieuwde algemene antimisbruikbepaling ingevoerd. Artikel 344, 1 WIB 1992 kreeg zo een nieuwe tekst die vanaf aanslagjaar 2013 in werking trad 2. Niet alleen inzake inkomstenbelasting is er een aanpassing geweest. Ook in het registratie- en successierecht werd een nagenoeg identieke regeling ingevoerd 3. Kort na de goedkeuring van het ontwerp van de programmawet door de regering, kwam er kritiek uit verschillende hoeken. Zo zou de vernieuwde antimisbruikbepaling niet duidelijk genoeg geformuleerd zijn, in strijd zijn met het fiscaal legaliteitsbeginsel en zelfs het gelijkheidsbeginsel schenden 4. Het mag duidelijk zijn dat al veel inkt is gevloeid over dit brandend actueel onderwerp. In deze masterproef wordt dieper ingegaan op de ratio van de nieuwe antimisbruikbepaling en de tekortkomingen. De nieuwe antimisbruikbepaling kan niet apart gezien worden van de fictiebepalingen in het wetboek successierecht. Deze fictiebepalingen, die vervat liggen in de artikelen 3 tot en met 14 van het wetboek successierechten, kunnen eigenlijk gezien worden als specifieke antimisbruikbepalingen 5. Het spreekt voor zich dat een vernieuwing van de algemene antimisbruikbepaling een invloed zal hebben op deze fictiebepalingen. De positie van deze fictieartikelen zal wellicht veranderd zijn door de invoering van de nieuwe antimisbruikbepaling. Hebben de fictiebepalingen wel nog nut door de vernieuwing of worden ze buiten spel gezet? Zal de Administratie nog beroep doen op de fictieartikelen of is de nieuwe antimisbruikbepaling nu waterdicht zodat het misbruik zo al wordt uitgeschakeld? In deze masterproef zal een antwoord gegeven worden op deze vragen. 1 Art. 344, 1 WIB 1992, BS 30 juli Programmawet 29 maart J. VAN DYCK, Nieuwe, meer volwassen algemene antimisbruikbepaling, Fiscoloog 2012, nr. 1284, 3. 4 J. VAN DYCK, Successie- en schenkingsrechten: onwettige antimisbruikbepaling?, Fiscoloog 2012, nr. 1306, 7. 5 M. MAUS, Bijzondere studie : successierechten, UGent, , 21. 1

10 Hoofdstuk 1: Achtergrond successierecht Zoals in de inleiding aangehaald, is de invoering van de nieuwe antimisbruikbepaling niet zonder slag of stoot gegaan. Veel van de kritiek komt voort uit de specifieke kenmerken van het successierecht. In wat volgt, wordt de achtergrond van het successierecht besproken en de kenmerken ervan. 1 Basis Wetboek der Successierechten De heffing van het successierecht en van het recht van overgang bij overlijden was aanvankelijk vervat in de wet van 22 Frimaire, Jaar VII. Deze wet werd in onze streken van toepassing vanaf de aanhechting bij de Franse republiek in De basis van het huidige Wetboek der Successierechten is terug te vinden in het KB van 31 maart Dit wetboek kwam er naar aanleiding van herhaalde wijzigingen aan reeds bestaande wetten die betrekking hadden op het nalaten van vermogen door overlijden. Al deze teksten werden gebundeld en zo kwam het Wetboek der Successierechten tot stand 8. 2 Kenmerken successierecht 2.1 Indirecte belastingen Successierechten zijn indirecte belastingen. Dit betekent dat zij een alleenstaand, eenmalig feit belasten: de overdracht van vermogen. Het is niet zo dat zij een voortdurende toestand belasten, zoals de directe belastingen Geregionaliseerde belastingen Een volgend kenmerk zal nog veel aan bod komen in het verdere verloop van deze masterproef. Het gaat om het feit dat successierechten geregionaliseerde belastingen zijn. Hierdoor zijn zij één van de oneigenlijke gewestbelastingen J. DECUYPER en J. RUYSSEVELDT, successierechten , Mechelen, Kluwer, 2000, p KB van 31 maart 1936 houdende algemeen reglement van de successierechten, BS 07 april A. TIEBERGHIEN, Handboek voor Fiscaal Recht , Mechelen, Kluwer, 2013, p H. COOLS, Praktisch registratie-en successierecht basisbeginselen, Berchem, De Boeck, 2013, p J. RUYSSEVELDT, Andere criteria voor de localisatie in het successierecht, Successierechten - Nieuwsbrief 2002, afl. 4, 4. 2

11 Oneigenlijke gewestbelastingen zijn federale belastingen waarvan de opbrengst geheel of gedeeltelijk aan de gewesten toekomt en waarbij de gewesten in bepaalde gevallen over een zekere normatieve bevoegdheid beschikken 11. De aanleiding voor deze regionalisering was de staatshervorming van de jaren 80. Hierdoor werden gemeenschappen en gewesten gecreëerd en kregen zij eigen bevoegdheden toegewezen. Met de bijzondere wet van 16 januari 1989 werden de successierechten en de rechten van overgang bij overlijden een bevoegdheid van de gewesten 12. Belangrijk is dat zij dus beschikken over een autonome fiscale bevoegdheid. De dienst van de belasting is daarentegen nog steeds gemengd. Bijgevolg is de bevoegdheid wat betreft de successierechten verdeeld tussen de federale overheid enerzijds en de gewesten anderzijds. Dit komt erop neer dat de federale overheid de dienst van de belasting regelt, zolang zij ook instaat voor de inning en de invordering ervan. Ook de procedurevoorschriften blijven federale materie 13. De opbrengst van de belasting komt de gewesten toe. Dit gebeurt in functie van de plaats waar de successie openvalt. Indien de fiscale woonplaats van de overledene op meer dan één plaats in België gelegen was tijdens een periode van vijf jaar voor zijn overlijden, wordt verondersteld dat de nalatenschap openvalt op de plaats waar de overledene tijdens de vijfjarige periode het langst gevestigd was 14. Verder hebben de gewesten de bevoegdheid gekregen om op wetgevend vlak het Wetboek der Successierechten te wijzigen. Zo kreeg het Vlaamse Gewest de bevoegdheid om de tarieven te bepalen en de vrijstellingen en verminderingen te wijzigen, af te schaffen of zelfs nieuwe in te voeren. Het Vlaams Parlement heeft van deze bevoegdheid gebruik gemaakt en diverse decreten uitgevaardigd tot wijziging van de successierechten. Deze wijzigingen zullen dus enkel invloed hebben op nalatenschappen belastbaar in het Vlaamse Gewest J. RUYSSEVELDT, Andere criteria voor de localisatie in het successierecht, Successierechten Nieuwsbrief 2002, afl. 4, Bijz. wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, BS 17 januari Vr. En Antw. Kamer , 13 november 2012 (Vr. nr C. DEVLIES). 14 Wet van 7 maart 2002 tot wijziging van het Wetboek der Successierechten en het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten ingevolge de nieuwe localisatiecriteria voor de gewestelijke belastingen zoals bepaald bij de bijzondere wet van 13 juli 2001 tot herfinanciering van de Gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden van de Gewesten, BS 19 maart 2002; Wet van 17 april 2002 tot wijziging van artikel 94 van het Wetboek der Successierechten ingevolge voor het recht van successie zoals bepaald bij de bijzondere wet van 13 juli 2001 tot herfinanciering van de Gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden, BS 3 mei Van toepassing vanaf 1 januari A. TIEBERGHIEN, Handboek voor Fiscaal Recht , Mechelen, Kluwer, 2013, p

12 De regionalisering lijkt op een positief gegeven, maar het zorgde er ook voor dat de situatie zeer complex werd. Zo is het niet alleen onpraktisch dat de drie gewesten verschillende percentages, heffingsgrondslagen, kunnen hebben, maar is het tevens zo dat het veelal niet duidelijk is tot wiens bevoegdheid bepaalde materies behoren 16. Dit zal leiden tot veel discussies, ook wat betreft de antimisbruikbepaling. De gevolgen ervan worden later in deze masterproef besproken. 16 H. COOLS, Praktisch registratie-en successierecht basisbeginselen, Berchem, De Boeck, 2013, p

13 Hoofdstuk 2: Ontstaan antimisbruikbepaling De antimisbruikbepaling is er eigenlijk gekomen om een antwoord te bieden op het feit dat de creatieve Belg altijd heeft gezocht naar mogelijkheden om zo weinig mogelijk belastingen te betalen Vrije keuze minst belaste weg Dit moet gezien worden tegen de achtergrond van de leer van de vrije keuze van de minst belaste weg 18. Het is namelijk zo dat partijen vrij zijn om juridische constructies op te zetten met enkel en alleen de bedoeling een voordeliger belastingstelsel te genieten. Het enige waar ze op moeten letten is dat ze geen wettelijke verplichting schenden. Verder moeten ze ook alle gevolgen van de constructie aanvaarden Artikel WIB 1992 eigenlijke antimisbruikbepaling Het mag duidelijk zijn dat dit in de praktijk vaak voor problemen zorgde. Door deze vrije keuze van de minst belaste weg werden doel en strekking van de wet veelal miskend. Om de soms wat vergezochte, maar slimme ideeën van de Belgen wat te beknotten, heeft de rechter naar een oplossing gezocht. Deze oplossing is vertaald in art WIB 1992, de eigenlijke antimisbruikbepaling. De eerste versie van het artikel luidde als volgt: 1. Aan de administratie der directe belastingen kan niet worden tegengeworpen, de juridische kwalificatie door de partijen gegeven aan een akte alsook aan afzonderlijke akten die een zelfde verrichting tot stand brengen, wanneer de administratie door vermoedens of door andere in artikel 340 vermelde bewijsmiddelen vaststelt dat die kwalificatie tot doel heeft de belasting te ontwijken, tenzij de belastingplichtige bewijst dat die kwalificatie aan rechtmatige financiële of economische behoeften beantwoordt H. COOLS, Praktisch registratie-en successierecht basisbeginselen, Berchem, De Boeck, 2013, p Het Hof van Cassatie bevestigde in het Brepols-arrest van 6 juni 1961 dat de belastingplichtige vrij is om te kiezen voor de minst belaste weg, indien hij alle gevolgen van zijn rechtshandeling aanvaardt en geen wettelijke bepaling schendt. Cass. 6 juni 1961, Pas. 1961, I, S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p Artikel WIB

14 Het was pas bij de wet van 30 maart 1994 dat identieke bepalingen werden ingevoerd in het registratie- en successierecht 21. Deze bepalingen liggen vervat in art. 18, 2 W. Reg. en art. 106, al. 2 W. Succ. De uitbreiding van de antimisbruikbepaling trad in werking op 1 juli Art. 344, 1 WIB 1992 is het oerartikel van de antimisbruikbepaling. Met de invoering van dit artikel werd de vrijheid van de belastingplichtige ingeperkt. Het was namelijk zo dat de belastingplichtige nog steeds de mogelijkheid had om te kiezen voor de minst belaste weg, maar de Administratie had een stok achter de deur. Wanneer ze aantoonde dat de belastingplichtige de belasting opzettelijk ontdook, kon ze weigeren om de rechtshandeling te aanvaarden. Zelfs wanneer de belastingplichtige dit deed met op zichzelf geoorloofde en ongeveinsde rechtshandelingen Tekortkomingen antimisbruikbepaling Herkwalificatie Op het eerste zicht lijkt deze nieuwe wetsbepaling dus een enorme verstrenging. Er moet echter worden opgemerkt dat de antimisbruikbepaling veel tekortkomingen had, zodat hij toch niet zo krachtig bleek. De zwakte van deze oude antimisbruikbepaling, lag in de herkwalificatie van een akte. Na heel wat rechtspraak vulde het Hof van Cassatie de oorspronkelijke tekst namelijk heel wat beperkter in. Zo kon de Administratie, volgens het Hof, slechts overgaan tot herkwalificatie indien deze herkwalificatie tot gelijksoortige, niet-fiscale rechtsgevolgen leidde als deze van de oorspronkelijke rechtshandeling 23. Het mag duidelijk zijn, dat dit in de praktijk bijna nooit haalbaar was. Aan één akte kan immers zelden meer dan één kwalificatie worden gegeven 24. Dit hield onder meer in dat de Administratie vruchtgebruik niet kon herkwalificeren in huur 25. Door deze beperkte invulling van het Hof verloor de antimisbruikbepaling veel van zijn kracht. Dit is alvast één van de redenen waarom men met de Programmawet van 29 maart 2012 de antimisbruikbepaling heeft vernieuwd 26. Ook J. Crombez is duidelijk over het waarom van een nieuwe antimisbruikbepaling: Waarom is zij herschreven? Omdat de oude regel in onbruik was 21 Wet van 30 maart 1994 tot uitvoering van het globaal plan op het stuk van de fiscaliteit, BS 31 maart S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p Circulaire nr. 4/2012 van 4 mei 2012, BS 14 mei Hof van Beroep Gent 27 april 2010, nr. 2007/ Programmawet 29 maart

15 geraakt. Waarom geraakt zo n regel in onbruik? Indien hij vooral leidt tot betwistingen en inleidingen voor de rechtbank, wordt hij steeds minder bruikbaar 27. Niet alleen de praktische onmogelijkheid tot herkwalificatie van de rechtshandeling verminderde de kracht van de bepaling, er was nog een tekortkoming Publieke sfeer Deze tekortkoming heeft te maken met het feit dat de oude antimisbruikbepaling enkel gold ten aanzien van rechtshandelingen die gesteld werden in de publieke sfeer 28. Dit had tot gevolg dat de bepaling op het gebied van de registratie- en successierechten ieder nut verloor 29. Bij de successierechten hebben de rechtshandelingen per definitie steeds te maken met het privévermogen van de overledene 30. Hetzelfde geldt voor rechtshandelingen binnen het registratierecht. Bij de uitbreiding van de antimisbruikbepaling naar het registratie- en successierecht, probeerde de Administratie de bepaling in eerste instantie toch door te trekken naar de privésfeer. Als argument gaven ze aan dat de uitbreiding anders nutteloos was. Later heeft ze ingezien dat ze daarmee te ver ging en besliste ze dat ze het niet aangewezen acht het toepassingsgebied van de antimisbruikbepaling - op het gebied van de registratie- en successierechten - uit te breiden tot verrichtingen die gesteld worden in het kader van het beheer van het privévermogen 31. Er wordt dan ook besloten dat de antimisbruikbepaling (wat de registratie- en successierechten betreft) slechts van toepassing zal zijn op de verrichtingen die behoren tot de economische sfeer. 27 Vr. en Antw. Kamer , 13 november 2012 (Vr. nr C. DEVLIES). 28 Vr. en Antw. Kamer 1996, 24 mei 1996, 411 (Vr. nr. 411 F. DUFOUR). 29 J. VAN DYCK, Nieuwe, meer volwassen algemene antimisbruikbepaling, Fiscoloog 2012, nr. 1284, X., Antimisbruikbepaling geldt dan toch niet in privésfeer, Fiscoloog 1996, nr. 575, Vr. en Antw. Kamer 1996, 24 mei 1996, 411 (Vr. nr. 411 F. DUFOUR). 7

16 Hoofdstuk 3: Nieuwe antimisbruikbepaling Om het wat korter te zeggen: de Administratie had een goed wapen, maar kon het niet gebruiken. Met de programmawet van 29 maart 2012, die op 6 april 2012 in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd werd, kwam daar verandering in. Zowel het Wetboek van de inkomstenbelasting 1992, het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten als het Wetboek der successierechten kregen een vernieuwde antimisbruikbepaling 32. Voor het WIB 1992 komt dit neer op een vervanging van artikel 344, 1. Deze vernieuwing staat in artikel 167 van de programmawet van 29 maart Artikel 168 vermeldt de vernieuwing van artikel 18, 2 W. Reg. 33 Voor het successierecht is de vernieuwde antimisbruikbepaling terug te binden in artikel 106 W. Succ. Daar leest men: Tegenbrieven kunnen de Staat niet tegengesteld worden, in zoverre zij vermindering van het actief of vermeerdering van het passief der nalatenschap ten gevolge mochten hebben. Paragraaf 2 van artikel 18 van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten is mutatis mutandis van toepassing 34. Om de vernieuwde antimisbruikbepaling in het Wetboek der Successierechten te begrijpen, moeten we kijken naar artikel 18, 2 W. Reg. Dit artikel gaat als volgt: 2. Aan de administratie kan niet worden tegengeworpen, de rechtshandeling noch het geheel van rechtshandelingen dat een zelfde verrichting tot stand brengt, wanneer de administratie door vermoedens of door andere in artikel 185 bedoelde bewijsmiddelen en aan de hand van objectieve omstandigheden aantoont dat er sprake is van fiscaal misbruik. Er is sprake van fiscaal misbruik wanneer de belastingschuldige door middel van de door hem gestelde rechtshandeling of het geheel van rechtshandelingen één van de volgende verrichtingen tot stand brengt : 32 Programmawet 29 maart Programmawet 29 maart Art. 106 W. Succ, BS 7 april

17 1. een verrichting waarbij hij zichzelf in strijd met de doelstellingen van een bepaling van dit Wetboek of de ter uitvoering daarvan genomen besluiten buiten het toepassingsgebied van die bepaling plaatst; of 2. een verrichting waarbij aanspraak wordt gemaakt op een belastingvoordeel voorzien door een bepaling van dit Wetboek of de ter uitvoering daarvan genomen besluiten en de toekenning van dit voordeel in strijd zou zijn met de doelstellingen van die bepaling en die in wezen het verkrijgen van dit voordeel tot doel heeft. Het komt aan de belastingschuldige toe te bewijzen dat de keuze voor zijn rechtshandeling of het geheel van rechtshandelingen door andere motieven verantwoord is dan het ontwijken van registratierechten. Indien de belastingschuldige het tegenbewijs niet levert, dan wordt de verrichting aan een belastingheffing overeenkomstig het doel van de wet onderworpen alsof het misbruik niet heeft plaatsgevonden Inwerkingtreding nieuwe antimisbruikbepaling De programmawet bepaalt dat artikel 167 van toepassing is vanaf aanslagjaar 2013, alsmede op rechtshandelingen of het geheel van rechtshandelingen die zijn gesteld tijdens een belastbaar tijdperk dat afsluit ten vroegste op de datum van bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsbladen is verbonden aan het aanslagjaar Elke wijziging die vanaf 28 november 2011 aan de datum van afsluiting van de jaarrekening wordt aangebracht, is zonder uitwerking voor de toepassing van de bepaling in artikel 167. Artikel 168 is van toepassing op de rechtshandelingen of het geheel van rechtshandelingen die éénzelfde verrichting tot stand brengt, die zijn gesteld vanaf de eerste dag van de tweede maand na die waarin deze wet is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad 36. De nieuwe antimisbruikbepaling in het Wetboek der successierechten is inderdaad van toepassing ten aanzien van rechtshandelingen of het geheel van rechtshandelingen die eenzelfde verrichting tot stand brengt die zijn gesteld vanaf 1 juni Artikel 18, 2 W. Reg, BS 1 december Programmawet 29 maart

18 1.2 Combinatie van rechtshandelingen: hoe toepassen in de tijd? De scharnierdatum voor de inwerkingtreding van de nieuwe antimisbruikbepaling is, zoals zopas vermeld, 1 juni Terecht werd in een parlementaire vraag van de heer C. Devlies gevraagd hoe deze datum dient geïnterpreteerd te worden als het om een combinatie van rechtshandelingen gaat 38. Als voorbeeld wordt de inbreng door één echtgenoot van goederen in de huwelijksgemeenschap gegeven, die wordt gevolgd door een schenking door beide echtgenoten. Indien er in dit voorbeeld eenheid van opzet aanwezig is, zal deze combinatie als fiscaal misbruik worden beschouwd. Concreet wou de heer Devlies dus weten hoe de Administratie een combinatie van rechtshandelingen zal classificeren indien in casu de inbreng voor 1 juni 2012 geschiedt en de schenking pas na die datum gebeurt. In de praktijk had minstens al één ontvanger der registratie in eenzelfde geval toepassing gemaakt van de antimisbruikbepaling 39. In de rechtsleer oordeelde men daarentegen dat alle rechtshandelingen die deel uitmaken van de combinatie van rechtshandelingen moeten gesteld zijn vanaf 1 juni Wanneer een rechtshandeling voor die datum is gesteld, is er geen fiscaal misbruik. Dit werd later ook bevestigd door staatssecretaris Crombez. Hij formuleerde het als volgt: In het geval dat er verschillende rechtshandelingen plaatsvinden die éénzelfde verrichting tot stand brengen, dienen alle rechtshandelingen te dateren van na 31 mei 2012 opdat de nieuwe bepaling van toepassing kan zijn 41. In boven aangehaald voorbeeld zal de antimisbruikbepaling dus maar van toepassing zijn indien zowel de inbreng in de huwelijksgemeenschap als de schenking door de twee echtgenoten na 31 mei 2012 gebeuren Verschillen nieuwe oude antimisbruikbepaling Vooraleer verder te gaan met de bespreking van de nieuwe antimisbruikbepaling, worden eerst twee zaken bekeken die in de nieuwe bepaling anders zijn dan in de oude. 37 J. VAN DYCK, Algemene antimisbruikbepaling: niet bij duidelijke wettekst, Fiscoloog 2012, nr. 1295, Vr. en Antw. Kamer , 8 november 2012 (Vr. nr. 107 C. DEVLIES). 39 N. GEELHAND DE MERXEM, Drie parlementaire vragen inzake de antimisbruikbepaling in het successierecht, Successierechten Nieuwsbrief 2013, afl. 6, M. DELBOO, G. DEKNUDT en E. DEHAENEN, Successieplanning en de nieuwe antimisbruikbepaling, Fiscaal Praktijkboek Indirecte belastingen , Mechelen, Kluwer, 2012, p De staatssecretaris verwijst naar de circulaire nr. 4/2012 van 4 mei N. GEELHAND DE MERXEM, Drie parlementaire vragen inzake de antimisbruikbepaling in het successierecht, Successierechten Nieuwsbrief 2013, afl. 6, 7. 10

19 2.1 Privésfeer In de memorie van toelichting wordt duidelijk gezegd dat de nieuwe antimisbruikbepaling zowel van toepassing is op handelingen die gesteld worden in het kader van het beheer van het privévermogen, als verrichtingen die gesteld worden in de economische sfeer 43. Men heeft er dus voor gezorgd dat de nieuwe algemene antimisbruikbepaling nu ook de rechtshandelingen binnen de privésfeer viseert. Deze handelingen bleven onder de oude antimisbruikbepaling steeds buiten schot 44. Door de bepaling door te trekken naar handelingen binnen de privésfeer toont deze nu ook zijn nut binnen het registratie- en successierecht. 2.2 Niet-tegenstelbare handeling Ten tweede staat in de voorbereidende werkzaamheden nog vermeld dat de Administratie niets in de plaats hoeft te stellen van de niet-tegenstelbare rechtshandeling 45. Bij de oude antimisbruikbepaling was dit niet het geval. Daar moest telkens iets in de plaats komen van de rechtshandeling. 3 Toepassingsvoorwaarden nieuwe antimisbruikbepaling De invoering van de nieuwe antimisbruikbepaling is niet zonder slag of stoot gegaan. Ze moest de gebreken rechtzetten die de oude bepaling vertoonde, maar bevat zelf ook heel wat onduidelijkheden en tekortkomingen. Alvorens dieper in te gaan op deze tekortkomingen, moet nog vermeld worden dat het belangrijk is om te zien dat er twee essentiële zaken zijn om de antimisbruikbepaling te kunnen toepassen. Ten eerste moet de belastingplichtige een zodanige constructie opzetten die de belastbare, nietvrijgestelde of niet-begunstigde zeer dicht benadert. Vervolgens moeten doel en strekking van de wet worden miskend door het toepassen van deze constructie. Deze 2 zaken moeten door de Administratie worden aangetoond Dichte benadering van de door de wet beoogde situatie Het eerste essentiële element van de nieuwe antimisbruikbepaling, de belastingplichtige die zich in een situatie wringt die de door de fiscale wet beoogde situatie zeer dicht benadert, wordt eerst 43 Parl.St. Kamer , Doc. 53, nr. 2081/001, J. VAN DYCK, Nieuwe, meer volwassen algemene antimisbruikbepaling, Fiscoloog 2012, nr. 1284, Parl. St. Kamer , Doc. 53, nr. 2081/016, 37 en Parl. St. Kamer , Doc. 53, nr. 2081/016,

20 behandeld. Dit kenmerk is niet letterlijk terug te vinden in het artikel. Het wordt wel vermeld in de voorbereidende werkzaamheden van de wet. Eigenlijk komt het erop neer dat de belastingplichtige kiest voor een juridische vorm om zich te plaatsen in een toestand die niet aan de wettelijke voorwaarden voldoet om belastbaar te zijn, maar die zeer dicht in de buurt komt van de belastbaar gestelde situatie, terwijl er voor die keuze geen andere wezenlijke verklaring is dan belastingbesparing 47. Het mag duidelijk zijn dat het vooral om een feitenkwestie gaat. Er kunnen geen algemene uitspraken gedaan worden over het al dan niet zeer dicht benaderen van de belastbaar of fiscaal niet-begunstigde toestand Doel en strekking wet Het tweede element zal nog veel terugkeren en heeft te maken met doel en strekking van de wet. Wat wordt nu eigenlijk bedoeld met doel en strekking van de wet? Wanneer worden doel en strekking miskend? Het antwoord daarop zal vooral gebaseerd zijn op de interpretatie van S. Van Crombrugge. Eerst zal er een antwoord moeten gegeven worden op de vraag van welke fiscale wetten doel en strekking gefrustreerd kunnen worden. Op welke fiscale wetten is de nieuwe antimisbruikbepaling van toepassing? Volgens S. Van Crombrugge heeft de wetgever hier toch wel een steek laten vallen 49. In de tekst van de vernieuwde antimisbruikbepaling wordt het fiscaal misbruik enkel op de bepalingen van het WIB92 of de ter uitvoering daarvan genomen besluiten betrokken. Voor het registratierecht geldt eenzelfde regel. Wat het successierecht betreft, worden ook enkel de bepalingen van het Wetboek der Successierechten of de ter uitvoering daarvan genomen besluiten geviseerd. Wel wordt in de circulaire van 4 mei 2012 gezegd dat de termen bepalingen van het wetboek en besluiten 50 ruim geïnterpreteerd dienen te worden. Volgens S. van Crombrugge zal daar nog gedonder van komen 51. Begrijpelijk, indien men kijkt naar hoe beperkt het Hof van Cassatie de oude antimisbruikbepaling heeft ingevuld. Volgens S. Van Crombrugge had de wetgever het beter uitdrukkelijk gezegd indien hij het 47 Parl. St. Kamer , Doc. 53, nr. 2081/001, S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p Circulaire nr. 4/2012 van 4 mei S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p

21 toepassingsgebied van de nieuwe antimisbruikmaatregelen had willen uitbreiden tot alle fiscale wetten. Vervolgens moeten doel en strekking duidelijk zijn uit de wet, dit om het legaliteitsbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel niet te schenden 52. Naar mijn mening heeft S. Van Crombrugge hier zeker gelijk. De oude antimisbruikbepaling is vervangen omdat hij vooral leidde tot betwistingen en inleidingen voor de rechtbank 53. Door nu weer onduidelijk te zijn over welke wetten concreet zullen worden geviseerd, zal ook deze nieuwe antimisbruikbepaling tot betwistingen leiden. Er wordt gesteld dat bepalingen van het wetboek en besluiten 54 ruim geïnterpreteerd dienen te worden. Naar mijn inzien was de wetgever beter duidelijk geweest. De nieuwe antimisbruikbepaling moest de oude bepaling vervangen omdat deze in onbruik was geraakt. Hopelijk volgt voor de nieuwe bepaling niet hetzelfde lot. 4 Witte/zwarte lijst rechtshandelingen Om wat meer duidelijkheid te scheppen, bracht de Administratie een circulaire uit die haar zienswijze omtrent de toepassing van de nieuwe antimisbruikbepaling bepaling toelicht. Dit was de circulaire van 4 mei In deze circulaire herneemt zij in grote mate de memorie van toelichting bij de programmawet van 29 maart Toch weigerde de Administratie om concrete toepassingsvoorbeelden te geven van handelingen die wel of niet geviseerd zouden worden door de nieuwe bepaling. Deze circulaire kon de commotie rond de nieuwe antimisbruikbepaling echter niet stoppen. Deze opschudding had vooral te maken met de uitbreiding van het toepassingsgebied van de nieuwe antimisbruikbepaling naar de privésfeer. Voor 1 juni 2012 moest er binnen de sfeer van de registratie- en successierechten eigenlijk geen rekening worden gehouden met een algemene antimisbruikbepaling 56. Zouden vroegere constructies nu wel nog toegelaten worden? Wat zal als fiscaal misbruik gekwalificeerd worden? Na enig aandringen van de staatssecretaris voor fraudebestrijding heeft de Administratie uiteindelijk toch een lijst gepubliceerd met concrete 52 S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p Vr. en Antw. Kamer , 13 november 2012 (Vr. nr C. DEVLIES). 54 Circulaire nr. 4/2012 van 4 mei Circulaire nr. 4/2012 van 4 mei T. MELIS, Fiscaal misbruik inzake registratie- en successierechten, Nieuwsbrief Registratierechten 2012, afl. 3, 7. 13

22 toepassingsgevallen 57. Deze lijsten zijn terug te vinden in de circulaire van 19 juli Deze circulaire werd opgevat als een aanvullende commentaar bij de eerste circulaire van 4 mei Er is zowel een witte als een zwarte lijst. De witte lijst is een opsomming van rechtshandelingen die niet worden beschouwd als fiscaal misbruik, voor zover ze geen deel uitmaken van een gecombineerde constructie 59. De zwarte lijst daarentegen is een lijst van rechtshandelingen die in beginsel wel worden beschouwd als fiscaal misbruik. Van deze kwalificatie kan nochtans worden afgeweken, indien de belastingplichtige aantoont dat de rechtshandeling of het geheel van rechtshandelingen verantwoord is door andere motieven dan het ontwijken van registratierechten of successierechten 60. De Administratie benadrukt wel dat het bestaan van fiscaal misbruik in principe geval per geval moet worden beoordeeld, rekening houdend met de concrete context en modaliteiten. Er kan met andere woorden geen exhaustieve lijst worden opgesteld van veilige of verdachte rechtshandelingen 61. Totaal onverwacht kwam de Administratie op 10 april 2013 met nog een nieuwe circulaire naar buiten 62. Deze had opmerkelijke wijzigingen aangebracht aan de witte en zwarte lijsten die werden opgemaakt in de circulaire van 9 juli Om dus te weten indien een rechtshandeling als veilig of als verdacht zal worden gezien, moet men kijken naar de circulaire van 10 april Tenzij er natuurlijk nóg een aangepaste versie zal verschijnen 57 T. MELIS, Fiscaal misbruik inzake registratie- en successierechten, Nieuwsbrief Registratierechten 2012, afl. 3, Circulaire nr. 8/2012 van 19 juli 2012, dossier nr. EE/L T. MELIS, Fiscaal misbruik inzake registratie- en successierechten, Nieuwsbrief Registratierechten 2012, afl. 3, B. CARDOEN, Kruis over verschillende optimalisatieconstructies, Fiscoloog 2012, nr. 1304, T. MELIS, Fiscaal misbruik inzake registratie- en successierechten, Nieuwsbrief Registratierechten 2012, afl. 3, Circulaire nr. 5/2013 van 10 april 2013, dossier nr. EE/L

23 Hoofdstuk 4: Tekortkomingen nieuwe antimisbruikbepaling 1 Grondwettelijke bezwaren 1.1 Machtsoverschrijding Probleemstelling Onmiddellijk na de invoering van de nieuwe bepaling, werden een aantal grondwettelijke bezwaren opgeworpen. Onder meer S. Van Crombrugge en N. Geelhand stelden de wettigheid van de nieuwe antimisbruikbepaling in vraag. Meer specifiek heeft het voor het registratie- en successierecht te maken met de bevoegdheidsverdelende regels. Zoals in het begin van deze masterproef al uiteen werd gedaan, is het namelijk zo dat registratieen successierechten een gewestelijke bevoegdheid zijn. Om kort te herhalen, heeft dit tot gevolg dat de gewesten bevoegd zijn voor het bepalen en het wijzigen van de aanslagvoet, de heffingsgrondslag en eventuele vrijstellingen 63. De nieuwe antimisbruikbepaling werd ingevoerd door de federale wetgever en niet door de Gewesten. Hierdoor is N. Geelhand van mening dat de bepaling is aangetast door machtsoverschrijding en bijgevolg vatbaar is voor vernietiging 64. Verder zegt hij ook dat de antimisbruikbepaling in het Wetboek der Successierechten een soort super wettelijk vermoeden van algemene orde creëert dat zich ent op de bestaande wettelijke vermoedens. Een uitbreiding van de wettelijke vermoedens behoort echter tot de bevoegdheid van de Gewesten, want daarmee wordt geraakt aan de heffingsgrondslag. De federale wetgever heeft zijn bevoegdheidsterrein overschreden. Er is wel een tegenargument aanwezig, maar dit overtuigt niet. Dit tegenargument komt erop neer dat de antimisbruikbepaling slechts een bewijsmiddel is. Bewijsmiddelen zijn procedureregels, die wel binnen de bevoegdheid vallen van de federale wetgever. Volgens dit standpunt zou er dus geen probleem mogen zijn met de grondwettelijkheid van de bepaling. S. Van Crombrugge meent echter dat de zwakheid van dit argument al onmiddellijk aan te tonen is door het feit dat art. 18, 2 W. Reg. terug te vinden is in een hoofdstuk dat gaat over de indeling 63 H. COOLS, Praktisch registratie-en successierecht basisbeginselen, Berchem, De Boeck, 2013, p N. GEELHAND DE MERXEM, La disposition anti-abus et les droits de donation et de succession, Revue du notariat belge 2012, nr. 3065,

24 van de rechten en de algemene heffingsregels 65. Voor het W. Succ. geldt dit argument evenwel niet. Daar staat het artikel wel tussen de bewijsmiddelen. Ook N. Geelhand deelt deze mening. Hij verdedigt de stelling dat de nieuwe antimisbruikbepaling op het gebied van successie- en schenkingsrechten helemaal geen bewijsmiddel is 66. S. van Crombrugge voegt er nog aan toe: in werkelijkheid is de antimisbruikbepaling veel meer dan een bewijsmiddel: zij formuleert een niet-tegenstelbaarheid van ongeveinsde rechtshandeling, behoudens bewijs van niet-fiscale motieven, en kan aldus alle aspecten van materiële belastingheffing raken Beslissing Grondwettelijk Hof Toch geeft het Grondwettelijk Hof S. van Crombrugge en N. Geelhand geen gelijk. Het besliste namelijk dat de bevoegdheidsverdelende regels niet worden geschonden. Het Hof wijst erop dat het nog steeds de federale wetgever is die bevoegd is om de dienst van de voormelde gewestelijke belastingen te verzekeren en de procedureregels daartoe vast te stellen 68. De dienst die wordt bedoeld, heeft betrekking op de feitelijke vaststelling van de belastinggrondslag, de berekening van de belasting, de controle van de belastinggrondslag en van de belasting, de daarop betrekking hebbende betwistingen (zowel administratief als gerechtelijk), en de inning en de invordering van de belastingen (met inbegrip van de kosten en de intresten) 69. J. Crombez zegt dat het voor de bevoegdheidsverdeling het eenvoudigst is om te kijken naar de fiscale bevoegdheden op zich. Inzake registratie- en successierechten wordt de bevoegdheidsverdeling geregeld door de bijzondere wet van Hij herhaalt nog eens wat het Grondwettelijk Hof eigenlijk al duidelijk maakte dat tenzij het Gewest er anders over beslist, de Staat kosteloos zorgt, met inachtneming van de vastgelegde procedureregels, voor de dienst van de registratie- en successierechten. Dit gebeurt voor rekening van en in overleg met de Gewesten. 70 Verder vermeldt het arrest nog uitdrukkelijk dat het feit dat art. 18 W. Reg. opgenomen is in het hoofdstuk betreffende de indeling van rechten en algemene heffingsregels geen argument is om de artikelen 167, 168 en 169 van de programmawet van 29 maart 2012, te vernietigen. 65 S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p N. GEELHAND DE MERXEM, La disposition anti-abus et les droits de donation et de succession, Revue du notariat belge 2012, nr. 3065, S. VAN CROMBRUGGE, Fraus legis of wetsontduiking in het Belgisch fiscaal recht anno 2012, Antwerpen, Biblio, 2012, p J. VAN DYCK, Successie- en schenkingsrechten: onwettige antimisbruikbepaling?, Fiscoloog 2012, nr. 1306, GwH 30 oktober 2013, nr. 141/ Vr. En Antw. Kamer , 13 november 2012 (Vr. nr C. DEVLIES). 16

25 Het komt erop neer dat het Hof beslist dat de antimisbruikbepaling een procedureregel met betrekking tot de bewijsvoering is, die het mogelijk maakt de belastbare grondslag feitelijk vast te stellen. Een dergerlijke procedureregel behoort nog steeds tot de bevoegdheid van de federale wetgever (zolang het Gewest de dienst van de belasting niet overneemt 71 ). 72 Volgens de minister van Financiën is er dus geen vuiltje aan de lucht. Naar mijn inzien is de wetgever hier wel degelijk zijn boekje te buiten gegaan. De federale wetgever kan niet zomaar de toepassingsvoorwaarden van gewestelijke belastingen gaan aanpassen. Dit schaadt het rechtszekerheidsbeginsel. Na het lezen van de beslissing van het Hof, ben ik nog steeds niet overtuigd. De bepaling moest worden ingevoerd door de Gewesten. Er is hier wel degelijk sprake van machtsoverschrijding. 1.2 Legaliteitsbeginsel Probleemstelling Niet alleen door machtsoverschrijding werd de nietigheid geopperd. Ook het fiscaal legaliteitsbeginsel zou geschonden zijn. Verschillende redenen werden daarvoor aangehaald 73. De eerste reden is dat het volgens de nieuwe bepaling mogelijk is dat de Administratie de rechtshandeling kan herdefiniëren, terwijl enkel de wetgever de belastbare handelingen en de belastbare grondslag kan bepalen. Verder zou er ook een schending zijn van het legaliteitsbeginsel op vlak van bewijsvoering. Bij de nieuwe antimisbruikbepaling is sprake van een omkering van de bewijslast. Het eerste bewijs moet door de fiscus worden geleverd, het tweede door de belastingplichtige. Dit staat te lezen in de voorlaatste alinea van het artikel 18 W. Reg. Daar wordt namelijk gezegd dat het tegenbewijs moet worden geleverd door de belastingplichtige. De bewijslast van de Administratie is immers al voldaan door te stellen dat doel en strekking worden miskend door de rechtshandeling. Concreet moet de belastingplichtige aantonen dat het waarom van de rechtshandeling door andere motieven te verantwoorden is dan het ontwijken van belastingen. Het komt er dus op neer dat de wetgever voorzien heeft in een systeem van bewijs en tegenbewijs. De fiscus beweert dat 71 GwH 30 oktober 2013, nr. 141/ In een persmededeling van 19 september 2011 van de Vlaamse regering werd gezegd dat met ingang van 1 januari 2015 de Vlaamse regering zelf tot inning zal overgaan. 73 J. VAN DYCK, Successie- en schenkingsrechten: onwettige antimisbruikbepaling?, Fiscoloog 2012, nr. 1306, 7. 17

26 het niet gaat om een omkering van de bewijslast, maar slechts om een aanpassing ervan 74. Dit wordt ook het subjectieve element van het fiscale misbruik genoemd. Het objectieve element valt eigenlijk uiteen in twee zaken. Er wordt aan de belasting ontsnapt door hetzij een belastingvoordeel te genieten, hetzij door zich buiten het toepassingsgebied van de belastingbepaling te plaatsen. De wetgever voegt er nog aan toe dat de verrichting bovendien in strijd moet zijn met de doelstellingen die worden nagestreefd door de bepaling Beslissing Grondwettelijk Hof Beide argumenten werden ook nu weer door het Grondwettelijk Hof buiten spel gezet. In het arrest wordt gezegd dat de toepassing van de antimisbruikbepaling aan verschillende voorwaarden is onderworpen 76. Op het argument dat de omkering van de bewijslast het fiscaal legaliteitsbeginsel zou schenden, heeft het Hof een duidelijk antwoord. In het cassatiearrest staat te lezen dat de bewijslast in eerste instantie nog steeds bij de Administratie ligt omdat het allereerst aan de instantie toekomt om aan te tonen dat belastingplichtige een rechtshandeling, of een geheel van rechtshandelingen dat eenzelfde verrichting tot stand brengt, heeft gekozen die in tegenspraak is met de doelstellingen van een duidelijk geïdentificeerde fiscale bepaling en waarvan het doorslaggevende, zo niet exclusieve, motief erin bestaat de belasting te ontwijken, zonder dat zij, in dat stadium noodzakelijkerwijs, rekening hoeft te houden met de eventuele andere redenen waarom de belastingplichtige heeft kunnen beslissen een dergelijke verrichting tot stand te brengen, en die de fiscus kan negeren 77. Het Hof stelt verder nog duidelijk dat de antimisbruikbepaling geen algemene machtigingsbepaling is die de Administratie toestaat bij algemene maatregel zelf de belastbare materie vast te stellen. Het gaat daarentegen om een bewijsmiddel dat in concrete gevallen, onder controle van de rechter, bijzondere situaties individueel kan beoordelen. Voor het grondwettigheidsbeginsel in fiscale aangelegenheden is het niet nodig dat de wetgever op een nog meer gedetailleerde wijze de inhoudelijke voorwaarden zou gaan bepalen voor de toepassing van de maatregel. Dit omdat dit onmogelijk is GwHof 30 oktober 2013, nr. 141/ GwHof 30 oktober 2013, nr. 141/ GwHof 30 oktober 2013, nr. 141/ GwHof 30 oktober 2013, nr. 141/ GwHof 30 oktober 2013, nr. 141/

27 1.3 Gelijkheidsbeginsel Probleemstelling Als laatste werd voor het Hof ook nog opgeworpen dat zelfs het gelijkheidsbeginsel zou geschonden zijn. Dit argument is gebaseerd op het feit dat de bepaling niet op dezelfde manier wordt toegepast voor alle belastingplichtigen. Er wordt geopperd dat dit komt doordat de toepassing van de bepaling afhankelijk is van de beoordeling door de Administratie van een bepaalde rechtshandeling of van een geheel van rechtshandelingen dat eenzelfde verrichting tot stand brengt Beslissing Grondwettelijk Hof Toch heeft het Hof ook hier een andere visie en meent dat een dergelijk verschil in behandeling van belastingplichtigen niet aan de bestreden wetskrachtige norm toe te schrijven is, vermits deze norm op dezelfde wijze van toepassing is op alle belastingplichtigen die onder het toepassingsgebied ervan vallen 80. Verder wordt nog besloten dat het de taak is van de bevoegde rechter om in een bepaald geval te oordelen of het gelijkheidsbeginsel al dan niet geschonden is. Bovendien stelt de rechter ook nog dat de bestreden maatregel niet zonder redelijke verantwoording is. Dit in het licht van de doelstelling die door de wetgever wordt nagestreefd om fiscaal misbruik tegen te gaan Belastingheffing: welke piste wordt gevolgd? Indien de belastingplichtige het tegenbewijs niet levert, dan wordt de verrichting aan een belastingheffing overeenkomstig het doel van de wet onderworpen alsof het misbruik niet heeft plaatsgevonden 82. Terecht merkte de heer C. Devlies op dat het niet helemaal duidelijk is wat de juiste interpretatie is van deze zin. Hij vraagt zich meer bepaald af wat er zal gebeuren indien de Administratie meerdere alternatieve pistes voor de gestelde rechtshandeling kan voorleggen waarop verschillende belastingheffingen van toepassing zijn J. VAN DYCK, Successie- en schenkingsrechten: onwettige antimisbruikbepaling?, Fiscoloog 2012, nr. 1306, GwH 30 oktober 2013, nr. 141/ GwH 30 oktober 2013, nr. 141/ Artikel 18, 2 W. Reg. 83 Vr. en Antw. Kamer , 2 april 2013, 107 (Vr. nr. 102 C. DEVLIES). 19

28 Het is namelijk zo dat, indien er meerdere pistes zijn, deze niet allemaal even voordelig zijn voor de belastingplichtige. Is de Administratie vrij om te kiezen welke piste ze neemt? Kan ze de meest voordelige nemen voor de Administratie? Kan de belastingplichtige eventueel nadien nog bewijzen welke piste hij zou hebben gekozen op basis van andere fiscale motieven? Het antwoord is terug te vinden in de circulaire van 10 april Daarin kan meer informatie worden teruggevonden over de gevolgen van de kwalificatie fiscaal misbruik indien de belastingplichtige het tegenbewijs niet kan leveren. Dit althans voor rechtshandelingen of combinaties van rechtshandelingen die zijn opgenomen op de zwarte lijst 85. Zo zal bij een sterfhuisclausule het successierecht worden geheven op basis van art. 5 W. Succ. op het gedeelte dat de helft van het gemeenschappelijk vermogen overtreft en dat aan de overlevende echtgenoot wordt toebedeeld 86. Ook voor de andere fictiebepalingen kan de kwalificatie duidelijk worden teruggevonden. Dit antwoord maakt echter niet duidelijk wat er zal gedaan worden met rechtshandelingen of combinaties van rechtshandelingen die niet specifiek zijn opgenomen in de zwarte lijst. Iets meer informatie is terug te vinden in het antwoord van de staatssecretaris op een andere parlementaire vraag van C. Devlies 87. Daarin herziet de Administratie de fiscale toestand van de belastingplichtige en brengt deze in overeenstemming met het doel en de strekking van de wetsbepaling. Dit houdt in dat de belastbare grondslag en de belastingberekening zodanig hersteld worden dat de verrichting aan een belastingheffing overeenkomstig de doelstellingen van de gefrustreerde bepaling, wordt onderworpen alsof het misbruik niet heeft plaatsgevonden 88. Het komt erop neer dat moet worden gekeken naar welke bepaling gefrustreerd wordt. Uit één en ander volgt duidelijk dat juist die wetsbepaling wordt toegepast die de belastingplichtige heeft trachten te ontwijken, in strijd met de doelstellingen van deze bepaling Circulaire nr. 5/2013 van 10 april 2013, dossier nr. EE/L Circulaire nr. 5/2013 van 10 april 2013, dossier nr. EE/L Circulaire nr. 5/2013 van 10 april 2013, dossier nr. EE/L Vr. en Antw. Kamer , 2 april 2013, 107 (Vr. nr. 103 C. DEVLIES). 88 Vr. en Antw. Kamer , 2 april 2013, 107 (Vr. nr. 103 C. DEVLIES). 89 N. GEELHAND DE MERXEM, Drie parlementaire vragen inzake de antimisbruikbepaling in het successierecht, Successierechten , afl. 6, 9. 20

Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht

Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht Circulaire nr. 5/2013 (vervangt Circ. Nr. 8/2012) dd. 10.04.2013 Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene

Nadere informatie

Omzendbrief 2014/2 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Omzendbrief 2014/2 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief 2014/2 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief betreffende art. 3.17.0.0.2 van de Vlaamse Codex

Nadere informatie

16 februari 2015. Deze omzendbrief vervangt vanaf 1 januari 2015 de omzendbrief 2014/2. Inhoudstabel

16 februari 2015. Deze omzendbrief vervangt vanaf 1 januari 2015 de omzendbrief 2014/2. Inhoudstabel Omzendbrief 2015/1 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief betreffende art. 3.17.0.0.2

Nadere informatie

De gesplitste aankoop in het Belgisch Recht Fiscaal misbruik of niet?

De gesplitste aankoop in het Belgisch Recht Fiscaal misbruik of niet? UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2013 2014 De gesplitste aankoop in het Belgisch Recht Fiscaal misbruik of niet? Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad

Nadere informatie

Er wordt verwezen naar de Circulaire nr. 4 van 4 mei 2012. Huidige circulaire wijzigt in niets deze eerste circulaire. * * *

Er wordt verwezen naar de Circulaire nr. 4 van 4 mei 2012. Huidige circulaire wijzigt in niets deze eerste circulaire. * * * Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene Administratie van de PATRIMONIUMDOCUMENTATIE Sector registratie Dienst VI - Directies VI/8&9 Dossier nr. EE/L.214 Antimisbruikbepaling Toepassing gevallen fiscaal

Nadere informatie

Planning the Year End

Planning the Year End www.pwc.com Tom Wallyn De nieuwe antimisbruikbepaling in de praktijk Agenda Deel 1 : Theoretische beschouwingen Deel 2 : Casestudies Slide 2 Deel 1 Theoretische beschouwingen 1. Ontstaan van de antimisbruikbepalingen

Nadere informatie

De anti-misbruikbepaling in de registratie- en successierechten Invloed op technieken van successieplanning

De anti-misbruikbepaling in de registratie- en successierechten Invloed op technieken van successieplanning De anti-misbruikbepaling in de registratie- en successierechten Invloed op technieken van successieplanning door Karl Ruts, Leo Stevens & Cie A. TOEPASSELIJKE WETTEKSTEN ANTI-MISBRUIKBEPALINGEN Door de

Nadere informatie

H o o f d s t u k I. Algemeen. Afdeling 1. Situering van de problematiek inzake fiscale antimisbruikbepalingen bij de overdracht van ondernemingen

H o o f d s t u k I. Algemeen. Afdeling 1. Situering van de problematiek inzake fiscale antimisbruikbepalingen bij de overdracht van ondernemingen 1 H o o f d s t u k I Algemeen Afdeling 1 Situering van de problematiek inzake fiscale antimisbruikbepalingen bij de overdracht van ondernemingen Een vraag die de laatste jaren steeds meer gesteld wordt

Nadere informatie

Gesplitste aankoop met voorafgaande schenking: een stand van zaken

Gesplitste aankoop met voorafgaande schenking: een stand van zaken Gesplitste aankoop met voorafgaande schenking: een stand van zaken De laatste weken is er heel wat inkt gevloeid omtrent de nieuwe circulaire waarin de Administratie de vernieuwde lijsten publiceerde met

Nadere informatie

Is familiale vermogens- en successieplanning voortaan een fiscaal misbruik? Verduidelijking door de fiscus

Is familiale vermogens- en successieplanning voortaan een fiscaal misbruik? Verduidelijking door de fiscus Is familiale vermogens- en successieplanning voortaan een fiscaal misbruik? Verduidelijking door de fiscus Op 1 juni 2012 is de nieuwe algemene anti-misbruikbepaling op het gebied van registratie- en successierechten

Nadere informatie

www.mentorinstituut.be

www.mentorinstituut.be www.mentorinstituut.be Fiscaal misbruik in vermogensstructurering en successieplanning Brussel, 20 oktober 2012 J. Ruysseveldt 2 Agenda Nieuwe fiscale misbruikbepaling inzake registratie- en successierechten

Nadere informatie

De antimisbruikbepaling in de registratieen successierechten: een halt aan de vermogens- en successieplanning?

De antimisbruikbepaling in de registratieen successierechten: een halt aan de vermogens- en successieplanning? UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2014 2015 De antimisbruikbepaling in de registratieen successierechten: een halt aan de vermogens- en successieplanning? Masterproef voorgedragen

Nadere informatie

Rolnummer 2847. Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T

Rolnummer 2847. Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T Rolnummer 2847 Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 394 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, vóór de wijziging ervan bij de

Nadere informatie

Luc Saliën Collegelid dienst Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (DVB)

Luc Saliën Collegelid dienst Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (DVB) Luc Saliën Collegelid dienst Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (DVB) Transactie waarbij erfpachtrecht wordt overgedragen aan partij X, direct gevolgd door de verkoop van het bezwaarde eigendomsrecht

Nadere informatie

Achtergrond. Al sinds 1993 kent het wetboek van inkomstenbelastingen een zogenaamde algemene antimisbruikbepaling (artikel 344, 1 WIB 1992).

Achtergrond. Al sinds 1993 kent het wetboek van inkomstenbelastingen een zogenaamde algemene antimisbruikbepaling (artikel 344, 1 WIB 1992). Inhoud DE FISCUS EN DE ANTIMISBRUIK-BEPALING DE FISCUS EN DE ANTIMISBRUIK-BEPALING Achtergrond De veilige rechtshandelingen De verdachte rechtshandelingen Wat brengt de toekomst? Circulaire nr. 4/2012:

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 64.378/3 van 31 oktober 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het koninklijk besluit van 27 augustus 1993 tot uitvoering

Nadere informatie

VR DOC.0453/2BIS

VR DOC.0453/2BIS VR 2018 0405 DOC.0453/2BIS Ontwerp van decreet tot modernisering van de erf- en schenkbelasting, aangepast aan het nieuwe erfrecht DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting,

Nadere informatie

7. MANAGEMENTVENNOOTSCHAP NA DI RUPO

7. MANAGEMENTVENNOOTSCHAP NA DI RUPO 7. MANAGEMENTVENNOOTSCHAP NA DI RUPO 7.1. Managementvennootschap en de nieuwe algemene antimisbruikbepaling Staatssecretaris voor fraudebestrijding John Crombez heeft verkondigd dat hij de strijd aangaat

Nadere informatie

DE ANTIMISBRUIKBEPALING INZAKE REGISTRATIERECHTEN EN

DE ANTIMISBRUIKBEPALING INZAKE REGISTRATIERECHTEN EN FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015-2016 DE ANTIMISBRUIKBEPALING INZAKE REGISTRATIERECHTEN EN SUCCESSIERECHTEN Masterproef van de opleiding Master

Nadere informatie

Fictielegaat niet ongrondwettelijk

Fictielegaat niet ongrondwettelijk Fictielegaat niet ongrondwettelijk Alain Nijs Anton van Zantbeek Alain Verbeke 1 259. Op 26 april heeft het Arbitragehof zijn arrest gewezen met betrekking tot een beroep tot vernietiging ingesteld tegen

Nadere informatie

Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen.

Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen. DE NIEUWE VLAAMSE SCHENKINGSRECHTEN Wettelijk kader Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen. Tariefherschikking : art 131 W.Reg

Nadere informatie

1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2

1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2 HOOFDSTUK 1 DE WISSELWERKING TUSSEN SCHENKINGEN EN UITERSTE WILSBESCHIKKINGEN Annelies Wylleman Hoofddocent Vakgroep Burgerlijk Recht Universiteit Gent Notaris Lise Voet Assistent Vakgroep Burgerlijk Recht

Nadere informatie

Evolutie in de rechtspraak van de algemene antimisbruikbepaling

Evolutie in de rechtspraak van de algemene antimisbruikbepaling UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2013 2014 Evolutie in de rechtspraak van de algemene antimisbruikbepaling Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master

Nadere informatie

Voorafgaande opmerking bij de circulaire nr. Ci.RH.421/628.803

Voorafgaande opmerking bij de circulaire nr. Ci.RH.421/628.803 Algemene administratie van de FISCALITEIT Centrale diensten Circulaire nr. Ci.RH.421/628.803 (AAFisc Nr. 30/2013) dd. 22.07.2013 Berekening van de Ven.B Rechtspersonenbelasting Berekening van de RPB Afzonderlijke

Nadere informatie

Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten

Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten Auteur(s): Filip Smet Editie: 1202 p. 9 Publicatiedatum: 21 april 2010 Rechtbank/Hof: Cassatie Datum van uitspraak: 11 februari 2010 Wetboek: W.I.B.

Nadere informatie

Academiejaar Masterproef van de opleiding master in het Notariaat

Academiejaar Masterproef van de opleiding master in het Notariaat Academiejaar 2012-2013 De circulaire van 19 juli 2012 inzake de antimisbruikbepaling getoetst aan de tekst van de wet, de parlementaire voorbereiding en de circulaire van 4 mei 2012. Een stand van zaken

Nadere informatie

DE OORZAAK VAN EISBAARHEID VAN DE SUCCESSIERECHTEN...

DE OORZAAK VAN EISBAARHEID VAN DE SUCCESSIERECHTEN... Successierechten 1. INLEIDING...2 A. OMSCHRIJVING...2 B. ONDERSCHEID...2 1 Het eigenlijk successierechten...2 2 Het recht van overgang bij overlijden...2 3 Oneigenlijke gewestelijke belasting...2 4 Ontstaan

Nadere informatie

Vermogensplanning & de antimisbruikbepaling: of over een aangekondigde tsunami die er geen blijkt te zijn

Vermogensplanning & de antimisbruikbepaling: of over een aangekondigde tsunami die er geen blijkt te zijn VERMOGEN // 29.06.2012 Vermogensplanning & de antimisbruikbepaling: of over een aangekondigde tsunami die er geen blijkt te zijn Auteurs: Jan Sandra, Stijn Lamote Tot voor 1 juni 2012 was geen antimisbruikbepaling

Nadere informatie

Rolnummer 3739. Arrest nr. 79/2006 van 17 mei 2006 A R R E S T

Rolnummer 3739. Arrest nr. 79/2006 van 17 mei 2006 A R R E S T Rolnummer 3739 Arrest nr. 79/2006 van 17 mei 2006 A R R E S T In zake : het beroep tot vernietiging van de artikelen 413bis tot 413octies van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, ingevoegd bij

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 15 DECEMBER 2006 F.05.0019.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.05.0019.N 1. S.W., en zijn echtgenote, 2. O.W., eisers, vertegenwoordigd door mr. Pierre van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof van

Nadere informatie

De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind

De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind Annick Buggenhout Adviseur Estate Planning 18/10/2014 1 Agenda Uitgangspunt (praktijkvoorbeeld) Geen planning:

Nadere informatie

De antimisbruikbepaling inzake registratierechten en successierechten

De antimisbruikbepaling inzake registratierechten en successierechten Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2013-2014 De antimisbruikbepaling inzake registratierechten en successierechten Masterproef van de opleiding Master in het notariaat Ingediend

Nadere informatie

berekening en tarieven

berekening en tarieven Page 1 of 6 Leven - Schenken en Erven Schenkingsrechten in Vlaanderen: tarieven Net zoals bij successies worden de heffingen op schenkingen, de belastbare basis en de eventuele vrijstellingen door elk

Nadere informatie

Inkomstenbelasting. Academiejaar 2009-2010 samenvatting syllabus - Jeroen De Mets 1

Inkomstenbelasting. Academiejaar 2009-2010 samenvatting syllabus - Jeroen De Mets 1 Inkomstenbelasting Academiejaar 2009-2010 samenvatting syllabus - Jeroen De Mets 1 1. Inleiding A. Begrippen Definitie fiscaal recht 1 Algemeen begrip van de belasting Definitie Cassatie (+gemeenschappen/gewesten)

Nadere informatie

www.mentorinstituut.be Een goed plan draagt inzicht en perspectief

www.mentorinstituut.be Een goed plan draagt inzicht en perspectief www.mentorinstituut.be Een goed plan draagt inzicht en perspectief vastgoed Brussel, 16 november 2013 J. Ruysseveldt 2 Agenda Problematiek bij overdracht Via klassieke technieken: schenking, verkoop, inbreng,

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten stuk ingediend op 1529 (2011-2012) Nr. 1 14 maart 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten verzendcode: FIN 2 Stuk

Nadere informatie

Rolnummer 3684. Arrest nr. 58/2006 van 26 april 2006 A R R E S T

Rolnummer 3684. Arrest nr. 58/2006 van 26 april 2006 A R R E S T Rolnummer 3684 Arrest nr. 58/2006 van 26 april 2006 A R R E S T In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 4, 3, van het Wetboek der successierechten, zoals toegevoegd bij het Vlaamse decreet van

Nadere informatie

HANDBOEK FISCALE PROCEDURE BTW

HANDBOEK FISCALE PROCEDURE BTW HANDBOEK FISCALE PROCEDURE BTW Fiscale Handboeken HANDBOEK FISCALE PROCEDURE BTW 2013 Prof. Dr. Luk Vandenberghe (Universiteit Antwerpen) Antwerpen Cambridge Handboek fiscale procedure btw Luk Vandenberghe

Nadere informatie

Inhoudstafel. Opzet van het onderzoek en centrale onderzoeksvraag... 21

Inhoudstafel. Opzet van het onderzoek en centrale onderzoeksvraag... 21 xi Voorwoord bij de Reeks Grondslagen van het Fiscaal Recht. i Préface à la Collection Fondements de Droit Fiscal iii Woord vooraf v Avant-propos vii Dankwoord ix Afkortingen 1 Deel I Inleiding 7 Hoofdstuk

Nadere informatie

Rolnummer 2713. Arrest nr. 45/2004 van 17 maart 2004 A R R E S T

Rolnummer 2713. Arrest nr. 45/2004 van 17 maart 2004 A R R E S T Rolnummer 2713 Arrest nr. 45/2004 van 17 maart 2004 A R R E S T In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 43 van de wet van 2 mei 2002 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale

Nadere informatie

STEP. Antimisbruikcirculaire nr. 8/2012. Bedreiging of opportuniteit in estate planning-land? Anton van Zantbeek 1

STEP. Antimisbruikcirculaire nr. 8/2012. Bedreiging of opportuniteit in estate planning-land? Anton van Zantbeek 1 STEP Antimisbruikcirculaire nr. 8/2012. Bedreiging of opportuniteit in estate planning-land? Anton van Zantbeek 1 De invoering van de nieuwe antimisbruikbepaling op het vlak van de vermogensplanning heeft

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET. houdende invoering van een bijzonder vast recht voor minnelijke ontbinding of vernietiging van koopovereenkomsten

ONTWERP VAN DECREET. houdende invoering van een bijzonder vast recht voor minnelijke ontbinding of vernietiging van koopovereenkomsten Stuk 1344 (2007-2008) Nr. 1 Zitting 2007-2008 10 oktober 2007 ONTWERP VAN DECREET houdende invoering van een bijzonder vast recht voor minnelijke ontbinding of vernietiging van koopovereenkomsten 3370

Nadere informatie

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling 2012 2013 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling Masterproef Schenkingen als instrument van familiaal vermogensbeheer in het licht van de nieuwe antimisbruikbepaling Promotor : Prof. dr.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 7 FEBRUARI 2011 S.10.0056.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.10.0056.N RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID, openbare instelling, met zetel te 1060 Brussel, Victor Hortaplein 11, eiser, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Inhoudstafel. DEEL 1 Inleiding... 1

Inhoudstafel. DEEL 1 Inleiding... 1 Inhoudstafel Inhoudstafel WAARSCHUWING................................................ HANDLEIDING.................................................. vii ix DEEL 1 Inleiding....................................................

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 14 december 2009 ADVIES 2009-78 Advies uit eigen beweging over de gevolgen voor de openbaarheid

Nadere informatie

De Managementvennootschap. Yves Van Weehaeghe, Erkend boekhouder fiscalist BIBF,

De Managementvennootschap. Yves Van Weehaeghe, Erkend boekhouder fiscalist BIBF, De Managementvennootschap Yves Van Weehaeghe, Erkend boekhouder fiscalist BIBF, Inhoud Wat? Rechtsvorm Waarom? BIBF Soorten Fiscale problemen? Bestuursovereenkomst Wat? Rechtsvorm Vennootschap onder firma

Nadere informatie

BELASTINGVRIJE KAPITAALVERMINDERINGEN VERSUS BELASTE DIVIDENDUITKERINGEN BIJ HOLDINGS EEN VERHAAL VAN FISCAAL MISBRUIK?

BELASTINGVRIJE KAPITAALVERMINDERINGEN VERSUS BELASTE DIVIDENDUITKERINGEN BIJ HOLDINGS EEN VERHAAL VAN FISCAAL MISBRUIK? GESCHILLEN // 15.07.2014 BELASTINGVRIJE KAPITAALVERMINDERINGEN VERSUS BELASTE DIVIDENDUITKERINGEN BIJ HOLDINGS EEN VERHAAL VAN FISCAAL MISBRUIK? Auteurs: Jan Sandra, Anouck Sandra Holdings in combinatie

Nadere informatie

De fictiebepalingen in de erfbelasting

De fictiebepalingen in de erfbelasting UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2014 2015 De fictiebepalingen in de erfbelasting Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Handelswetenschappen

Nadere informatie

Een verkenning van de grondslagen van het ne bis in idem beginsel in het Belgisch belastingrecht

Een verkenning van de grondslagen van het ne bis in idem beginsel in het Belgisch belastingrecht Een verkenning van de van het ne bis in idem beginsel in het Belgisch belastingrecht Prof. dr. Anne Van de Vijver 17 november 2015 Overzicht Inleiding - Probleemstelling: dubbele belasting - Rechtstheoretisch

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 DECEMBER 2010 F.08.0102.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.08.0102.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kantoor te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt

Nadere informatie

ALGEMENE INHOUD VII. Fiscaal Praktijkboek Indirecte Belastingen

ALGEMENE INHOUD VII. Fiscaal Praktijkboek Indirecte Belastingen ALGEMENE INHOUD DEEL I DE NIEUWE REGELS INZAKE BTW-AFTREK EN VOORDELEN ALLE AARD 1 Jurgen Opreel 1. Inleiding 5 2. Aanleiding voor de nieuwe aftrekregeling voor gemengd gebruikte goederen 6 2.1. Rechtspraak

Nadere informatie

De invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling in de vermogens- en successieplanning

De invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling in de vermogens- en successieplanning UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2013 2014 De invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling in de vermogens- en successieplanning Masterproef voorgedragen tot het bekomen

Nadere informatie

INHOUD. Huwelijk en fiscus

INHOUD. Huwelijk en fiscus Hoofdstuk 1. De periode voorafgaandelijk aan het huwelijk......... 1 Sectie 1. Het samenwonen van de toekomstige echtgenoten... 3 A. het vertrek uit de ouderlijke woonst... 3 B. Betaling van een onderhoudbijdrage....

Nadere informatie

A R R E S T. samengesteld uit voorzitter F. Debaedts en de rechters-verslaggevers L.P. Suetens en P. Martens, bijgestaan door de griffier L.

A R R E S T. samengesteld uit voorzitter F. Debaedts en de rechters-verslaggevers L.P. Suetens en P. Martens, bijgestaan door de griffier L. Rolnummer 520 Arrest nr. 31/93 van 1 april 1993 A R R E S T In zake : het beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van de wet van 12 juni 1992 tot bekrachtiging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004 AMENDEMENTEN. Stuk 1948 (2003-2004) Nr.

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004 AMENDEMENTEN. Stuk 1948 (2003-2004) Nr. Stuk 1948 (2003-2004) Nr. 7 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2003-2004 3 december 2003 ONTWERP VAN DECREET houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004 AMENDEMENTEN Zie : 1948 (2003-2004) Nr. 1 :

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten. Advies. van de Raad van State

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten. Advies. van de Raad van State stuk ingediend op 1529 (2011-2012) Nr. 11 20 juni 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten Advies van de Raad van

Nadere informatie

Handboek Estate Planning Bijzonder Deel... Voorwoord... De auteurs... Verkrijgingen door de langstlevende echtgenoot via huwelijkcontract...

Handboek Estate Planning Bijzonder Deel... Voorwoord... De auteurs... Verkrijgingen door de langstlevende echtgenoot via huwelijkcontract... Inhoudsopgave Handboek Estate Planning Bijzonder Deel..................... Voorwoord.............................................. De auteurs............................................... i iii v DEEL

Nadere informatie

Fusies en splitsingen: fiscale neutraliteit als uitgangspunt!

Fusies en splitsingen: fiscale neutraliteit als uitgangspunt! FUSIES & OVERNAMES // 14.01.2013 Fusies en splitsingen: fiscale neutraliteit als uitgangspunt! Auteurs:, Anouck Sandra Fusies en splitsingen geschieden in de inkomstenbelastingen ofwel op onbelaste wijze

Nadere informatie

Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting.

Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting. Wetsvoorstel tot versterking van de doorkijkbelasting. TOELICHTING De kaaimantaks is een doorkijkbelasting in de personen- en de rechtspersonenbelasting waarbij inkomsten ontvangen door een juridische

Nadere informatie

Rolnummer 5552. Arrest nr. 161/2013 van 21 november 2013 A R R E S T

Rolnummer 5552. Arrest nr. 161/2013 van 21 november 2013 A R R E S T Rolnummer 5552 Arrest nr. 161/2013 van 21 november 2013 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 378 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals vervangen bij artikel 380 van

Nadere informatie

nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM Overdracht familiebedrijf - Schenkingsrechten

nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM Overdracht familiebedrijf - Schenkingsrechten SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE Overdracht familiebedrijf

Nadere informatie

SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen.

SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen. SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen. Gelet op de grondwet, de artikelen 1, 33, 35, 39 en 134; Gelet

Nadere informatie

Rolnummer 5059. Arrest nr. 121/2011 van 30 juni 2011 A R R E S T

Rolnummer 5059. Arrest nr. 121/2011 van 30 juni 2011 A R R E S T Rolnummer 5059 Arrest nr. 121/2011 van 30 juni 2011 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 46bis, derde lid, 1, van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten,

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 59.465/1 van 12 juli 2016 over een voorontwerp van decreet houdende instemming met 1 het aanvullende akkoord, gesloten te Straatsburg op 3 december 1974 tussen

Nadere informatie

Rolnummer Arrest nr. 84/2007 van 7 juni 2007 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 84/2007 van 7 juni 2007 A R R E S T Rolnummer 4100 Arrest nr. 84/2007 van 7 juni 2007 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 12, 1, en 253 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door het Hof

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving VR 2019 1502 DOC.0182/3 RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 65.066/3 van 21 januari 2019 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de subsidiëring van initiatieven die voorzien

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 MEI 2015 F.13.0178.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.13.0178.N VLAAMS GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse regering, in de persoon van de minister-president, met kabinet te 10000 Brussel,

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 62.699/1 van 17 januari 2018 over een voorontwerp van decreet van de Vlaamse Gemeenschap houdende instemming met het Akkoord tussen het Koninkrijk België en de

Nadere informatie

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 307bis van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Cassatie.

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 307bis van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Cassatie. Rolnummer 2287 Arrest nr. 163/2001 van 19 december 2001 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 307bis van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door het Hof van Cassatie. Het Arbitragehof,

Nadere informatie

tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013

tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 stuk ingediend op 114 (2014-2015) Nr. 2 2 december 2014 (2014-2015) Ontwerp van decreet tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 Amendementen Stukken in het dossier: 114 (2014-2015)

Nadere informatie

Wat betekent de vernieuwde antimisbruikbepaling voor uw praktijk?

Wat betekent de vernieuwde antimisbruikbepaling voor uw praktijk? BIBF Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten INHOUD p. 1/ Wat betekent de vernieuwde antimisbruikbepaling voor uw praktijk? Wat betekent de vernieuwde antimisbruikbepaling voor uw praktijk?

Nadere informatie

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... INHOUD VOORWOORD... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... 3 I. Algemeen... 3 II. Verplichting

Nadere informatie

Successierechten. Maandelijkse nieuwsbrief verschijnt niet in juli

Successierechten. Maandelijkse nieuwsbrief verschijnt niet in juli Successierechten Nr. 8 1 september 2016 Maandelijkse nieuwsbrief verschijnt niet in juli Afgiftekantoor Brussel X P 2A9331 Inhoud p. Rechtspraak Schuld uit keuzebeding onder last bij het tweede overlijden

Nadere informatie

Hoe beveilig ik mijn partner?

Hoe beveilig ik mijn partner? Hoe beveilig ik mijn partner? Brussel, 22 oktober 2011 2 Agenda Planning tussen partners Samenwonenden Echtgenoten Civiel- en fiscaal statuut Instrumenten Van testament tot contract 3 Wettelijke bescherming

Nadere informatie

niet verbeterde kopie

niet verbeterde kopie Rolnummer 4452 Arrest nr. 65/2009 van 2 april 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 150 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals van toepassing vanaf het aanslagjaar

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIEN EN ENERGIE EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: -

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( )

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( ) stuk ingediend op 367 (2009-2010) Nr. 1 9 februari 2010 (2009-2010) Voorstel van decreet van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij houdende wijziging van artikel 159

Nadere informatie

FISCALE SUCCESSIEPLANNING IN EXTREMIS

FISCALE SUCCESSIEPLANNING IN EXTREMIS Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2012-13 FISCALE SUCCESSIEPLANNING IN EXTREMIS Het voorbereiden van een georganiseerde successieplanning in extremis Masterproef van de opleiding Master in de Rechten

Nadere informatie

Deel 1 - U bent gehuwd. Wat betekent dit voor uw bezittingen?

Deel 1 - U bent gehuwd. Wat betekent dit voor uw bezittingen? Inhoudstafel Voorwoord 1 Deel 1 - U bent gehuwd Wat betekent dit voor uw bezittingen? 1 U bent gehuwd zonder huwelijks contract 5 11 Wat betekent dit eigenlijk? 5 12 Welke goederen zijn van wie? 5 121

Nadere informatie

Relevante feiten. Beoordeling. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996

Relevante feiten. Beoordeling. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996 Relevante feiten Als kaderlid van M heeft eerste eiser in 1993 aandelenopties verkregen op aandelen

Nadere informatie

Rolnummer 4717. Arrest nr. 15/2010 van 18 februari 2010 A R R E S T

Rolnummer 4717. Arrest nr. 15/2010 van 18 februari 2010 A R R E S T Rolnummer 4717 Arrest nr. 15/2010 van 18 februari 2010 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 50 van het Wetboek der successierechten, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen.

Nadere informatie

Deel 1 - Wat zegt de vernieuwde federale antimisbruikbepaling precies? 1. Hoe is de antimisbruikbepaling geformuleerd?... 5

Deel 1 - Wat zegt de vernieuwde federale antimisbruikbepaling precies? 1. Hoe is de antimisbruikbepaling geformuleerd?... 5 Inhoudstafel Voorwoord... 1 Deel 1 - Wat zegt de vernieuwde federale antimisbruikbepaling precies? 1. Hoe is de antimisbruikbepaling geformuleerd?... 5 1.1. Hoe luidt die antimisbruikbepaling precies?...

Nadere informatie

Non bis in idem bij belasting op verkrotting. tussen het Vlaamse Gewest en de gemeenten

Non bis in idem bij belasting op verkrotting. tussen het Vlaamse Gewest en de gemeenten Non bis in idem bij belasting op verkrotting tussen het Vlaamse Gewest en de gemeenten 1. Het non bis in idem beginsel De invulling van het non bis in idem beginsel is in de loop der jaren geëvolueerd.

Nadere informatie

Gelet op het bestreden arrest, op 21 februari 1997 op verwijzing gewezen door het Hof van Beroep te Gent;

Gelet op het bestreden arrest, op 21 februari 1997 op verwijzing gewezen door het Hof van Beroep te Gent; HET HOF, Gelet op het bestreden arrest, op 21 februari 1997 op verwijzing gewezen door het Hof van Beroep te Gent; Gelet op het arrest van dit Hof van 15 januari 1988; Over het eerste middel, gesteld als

Nadere informatie

Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis?

Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis? Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis? Aan de hand van bepaalde transacties wordt binnen groepen van vennootschappen soms gepoogd om winsten te verschuiven naar de vennootschappen

Nadere informatie

RECENTE ONWIKKELINGEN INZAKE SUCCESSIEPLANNING

RECENTE ONWIKKELINGEN INZAKE SUCCESSIEPLANNING 1 RECENTE ONWIKKELINGEN INZAKE SUCCESSIEPLANNING De voorbije maanden waren er op het vlak van de Vlaamse fiscaliteit weer diverse wijzigingen die hun belang hebben voor successieplanning. Wij selecteerden

Nadere informatie

Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris

Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris Eerst tien jaar weg uit Nederland...?xml:namespace prefix = "o" ns = "urn:schemas-microsoft- com:office:office" /> Voor Nederbelgen heeft schenken

Nadere informatie

De nieuwe antimisbruikbepaling: En attendant le ministre des Finances

De nieuwe antimisbruikbepaling: En attendant le ministre des Finances De nieuwe antimisbruikbepaling: En attendant le ministre des Finances De regering Di Rupo overspoelt het Belgische fiscale landschap met golven van nieuwe maatregelen. Een aantal van deze maatregelen hebben

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 24 SEPTEMBER 2015 F.14.0133.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.14.0133.N VLAAMS GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse regering in de persoon van de Vlaamse Minister en Begroting, Financiën

Nadere informatie

van de heren Dirk Van Mechelen, Jan Peumans, Koen Van den Heuvel, Ludo Sannen, Filip Watteeuw en Lode Vereeck

van de heren Dirk Van Mechelen, Jan Peumans, Koen Van den Heuvel, Ludo Sannen, Filip Watteeuw en Lode Vereeck stuk ingediend op 789 (2010-2011) Nr. 1 9 november 2010 (2010-2011) Voorstel van decreet van de heren Dirk Van Mechelen, Jan Peumans, Koen Van den Heuvel, Ludo Sannen, Filip Watteeuw en Lode Vereeck houdende

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Jura Onderwerp Uitvoeringsbesluit bij Vlaamse Codex Fiscaliteit afgestemd op overname registratie- en successierechten Datum 6 februari 2015 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document

Nadere informatie

Rolnummer Arrest nr. 41/99 van 30 maart 1999 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 41/99 van 30 maart 1999 A R R E S T Rolnummer 1327 Arrest nr. 41/99 van 30 maart 1999 A R R E S T In zake : het beroep tot vernietiging van de artikelen 26, 27 en 28 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 8 juli 1997 houdende bepalingen

Nadere informatie

Rolnummer 2485. Arrest nr. 84/2003 van 11 juni 2003 A R R E S T

Rolnummer 2485. Arrest nr. 84/2003 van 11 juni 2003 A R R E S T Rolnummer 2485 Arrest nr. 84/2003 van 11 juni 2003 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de wet van 4 juli 2001 tot wijziging van artikel 633 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door

Nadere informatie

VR DOC.0712/2

VR DOC.0712/2 VR 2018 0607 DOC.0712/2 VR 2018 0607 DOC.0712/2 Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat betreft directe lijnen en directe leidingen Na beraadslaging, DE VLAAMSE

Nadere informatie

INHOUD. Deel I. Privaatrechtelijke aspecten... 1

INHOUD. Deel I. Privaatrechtelijke aspecten... 1 Deel I. Privaatrechtelijke aspecten..... 1 Hoofdstuk 1. Wettelijk kader van het samenwonen.... 3 1. Wet inwerkingtreding......... 5 2. Civielrechtelijk begrip wettelijke samenwoning..... 5 3. Verklaring

Nadere informatie

De algemene fiscale antimisbruikbepalingen

De algemene fiscale antimisbruikbepalingen De algemene fiscale antimisbruikbepalingen Een commentaar in het licht van de rechtspraak van het Grondwettelijk Hof Bruno PEETERS Gewoon hoogleraar Faculteit Rechten UAntwerpen Antwerp Tax Academy en

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING. - Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de rijopleiding categorie B - Definitieve goedkeuring

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING. - Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de rijopleiding categorie B - Definitieve goedkeuring DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de

Nadere informatie

Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat betreft directe lijnen en directe leidingen

Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat betreft directe lijnen en directe leidingen Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat betreft directe lijnen en directe leidingen Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister

Nadere informatie

Rechtspraak met betrekking tot het gebruik en misbruik van kadastrale gegevens en K.I. Mr. Martin Denys & Mr. John Toury

Rechtspraak met betrekking tot het gebruik en misbruik van kadastrale gegevens en K.I. Mr. Martin Denys & Mr. John Toury Rechtspraak met betrekking tot het gebruik en misbruik van kadastrale gegevens en K.I Mr. Martin Denys & Mr. John Toury Rechtspraak met betrekking tot het gebruik en misbruik van kadastrale gegevens en

Nadere informatie