COMMISSIESTUK. Informatief

Transcriptie

1 COMMISSIESTUK Informatief COMMISSIE BURGERS Agendanummer 7 d.d. 10 juni 2014 De leden van COMMISSIE BURGERS van de gemeente Asten Onderwerp : 21 voor de jeugd 2.0 Portefeuillehouder : WIII Samenvatting De gemeente Asten is volop bezig met de voorbereidingen op de transitie jeugdzorg per Voor een aantal onderdelen werkt ze daarbij samen met de 21 gemeenten in de regio Zuidoost-Brabant. Met deze informatienotitie wordt u geïnformeerd over de notitie 21 voor de jeugd 2.0. Daarin worden afspraken rondom regionale samenwerking verwoord: voor welke zorgvormen en welke wijze van bekostiging. Daarnaast wordt informatie gegeven over de opdracht die gemeenten hebben om in regionaal verband afspraken te maken met Bureau Jeugdzorg. Inleiding Sinds eind 2010 bereiden we als 21 gemeenten in de regio Zuidoost-Brabant gezamenlijk de transitie jeugdzorg voor. Als onderdeel daarvan zijn in 2011 in de regio Zuidoost-Brabant uitgangspunten voor de transformatie (vernieuwing) van het jeugdzorgstelsel vastgesteld. In het regionale plan 21 voor de jeugd 2.0 wordt afgesproken hoe de regionale samenwerking ten aanzien van de specialistische jeugdhulp, waarvoor verplichte bovenlokale samenwerking geldt, er uit gaat zien. De 21 colleges van Zuidoost-Brabant hebben met dit plan ingestemd. Aanvullend op de verplichting tot bovenlokale samenwerking, hebben gemeenten vanuit de Staatsecretarissen van Rijn en Teeven de opdracht gekregen te komen tot afspraken met Bureau Jeugdzorg over de toekomst van de taken van deze instelling. 21 voor de jeugd 2.0 Met het document 21 voor de jeugd 2.0 maken de 21 gemeenten uit de regio Zuidoost- Brabant samenwerkingsafspraken. Iedere subregio of gemeente heeft afgesproken generalistenteams in te richten, waarbij (zoveel mogelijk) de toegang tot jeugdhulp wordt belegd. Voor de volgende zorgvormen zullen we uit het oogpunt van doelmatigheid en opgelegde kaders regionaal samenwerken: - (specialistische) vormen van dagbehandeling - Alle vormen van intramurale verblijfsvormen (voor alle doelgroepen) - Jeugdbescherming en jeugdreclassering - Algemeen Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK)

2 -2- - Spoedeisende zorg De samenwerking op deze zorgvormen richt zich met name op de inkoop van de zorg. Het voorstel is een technische inkooporganisatie in te richten waarbij de inhoudelijke kaders door de 21 gemeenten worden gesteld. Kaders in 21 voor de jeugd 2.0 In 21 voor de jeugd 2.0 zijn bestuurlijke kaders opgenomen, welke nodig zijn voor de verdere voorbereiding op de transitie jeugdzorg per Over de volgende selectie van kaders willen wij u nader informeren. Eerst wordt het kader benoemd, daarna wordt daarbij de argumentatie voor het stellen van het kader gegeven: 1. Regionale capaciteitsbekostiging van de zorgvorm behandeling met verblijf met regionale risicospreiding. 1.1 Deze zorg is zeer ingrijpend voor het kind en het gezin en het is een kostbare voorziening: Ook is er het besef dat de hulp alleen geboden kan worden als het aanbod goed is georganiseerd op bovenlokaal (en soms ook bovenregionaal) niveau. Daarom is binnen 21 Voor de jeugd gekozen voor samenwerking op dit terrein. 1.2 De samenwerking bestaat uit een gezamenlijke bekostiging en het hanteren van een systeem van risicospreiding, zodat iedere gemeente in staat is de benodigde plaatsen te bekostigen, maar uiteindelijk alleen het eigen gebruik betaalt. 1.3 Om binnen deze zorgvormen ervoor te zorgen dat kinderen zoveel mogelijk worden opgevangen in pleeggezinnen en gezinshuizen in plaats van intramurale voorzieningen, wordt de bekostiging van de verschillende vormen van verblijf gecombineerd. Het bekostigingssysteem dat gehanteerd gaat worden zal substitutie van verschillende behandelvormen mogelijk moeten maken en het inzetten van lichtere vormen moeten stimuleren. In de bekostiging zou een onderscheid gemaakt moeten worden tussen de kosten die gepaard gaan met het verblijf ( hotel functie) en de kosten die gepaard gaan met de begeleiding/behandeling. 2 Het maken van regionale product- en prijsafspraken voor nog te specificeren vormen van dagbehandeling. 2.1 Het is sterk afhankelijk van het lokale aanbod aan zorg, de wijze waarop deze zorg vorm gegeven wordt en de wijze waarop (subregionaal) vorm gegeven wordt aan passend onderwijs, welke behoefte er lokaal is aan dagbehandeling. Wel hebben de verschillende vormen van dagbehandeling vaak een gemeente overstijgend bereik. 2.2 Voorgesteld wordt om wel regionale afspraken te maken over de producten en de prijzen van nog nader te specificeren vormen van dagbehandeling, maar per gemeente af te spreken welk volume afgenomen wordt. Het bekostigingssysteem kan lokaal (subregionaal) gecombineerd worden met ambulante zorg, waardoor substitutie van zorgvormen in de praktijk mogelijk is (dus inzet van ambulante zorg in combinatie met regulier kinderdagverblijf waar mogelijk in plaats van bijvoorbeeld een Medisch Kinderdagverblijf). 2.3 De Peelregio is voornemens zelf product- en prijsafspraken voor bepaalde vormen van dagbehandeling te maken, die in deze subregio geleverd worden. De andere 15 gemeenten maken gezamenlijk product- en prijsafspraken voor alle vormen van dagbehandeling in de regio. Mochten de subregio s dezelfde producten onder dezelfde voorwaarden af willen nemen, kan gebruik gemaakt worden van elkaars afspraken.

3 -3-3 Instemmen met regionale capaciteitsbekostiging jeugdbescherming en jeugdreclassering en regionale bekostiging van AMHK en crisisdienst. 3.1 Voor de eerste twee jaren wil de regio afspraken maken over die regionale bekostiging, een periode die lang genoeg zou moeten zijn om expertise van huidige aanbieders niet weg te laten vloeien. 3.2 Voor het AMHK en de crisisdienst wil de regio kiezen voor gezamenlijke capaciteitsbekostiging. De beschikbaarheid is een belangrijk punt en deze bekostigingswijze sluit daarbij aan. De 21 gemeenten kunnen voor de financiële dekking zowel gebruik maken van jeugdbudgetten als van Wmo-budgetten. Het Wmo-budget wordt al aangewend voor de huidige bekostiging van de Steunpunten huiselijk geweld. De diverse crisisdiensten en het meldpunt kindermishandeling worden bekostigd uit jeugdbudgetten. Voor de functie Jeugdbescherming en jeugdreclassering wordt voorgesteld om product en prijsafspraken te maken met een lokale volumebepaling. Gemeenten hebben op grond van de wet een leveringsplicht ten aanzien van jeugdbescherming of jeugdreclassering. Om die reden wordt - op basis van het feitelijk gebruik voor elke gemeente een passend volume bepaald. 4. Instemmen met de wijze van regionale samenwerkingsvormen zoals opgenomen in de tabel op bladzijde 32 van 21 voor de jeugd 2.0. In de tabel wordt voorgesteld op welke wijze per zorgvorm samen te werken en welke transformatiebijdrage (extra korting op het beschikbare budget) er voor de verschillende zorgvormen wordt opgelegd. Het gaat daarbij om de zorgvormen: ambulante zorg aan kind en gezin, dagbehandeling, behandeling met verblijf, jeugdzorgplus, jeugdbescherming en jeugdreclassering, Algemeen Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling, crisisdienst. 4.1 Instemmen met beslispunt voor de zorgvormen: nog nader te specificeren vormen van dagbehandeling, behandeling met verblijf, Jeugdzorg+, JB/JR, AMHK en crisisdienst. Voor ambulante zorg maakt de Peelregio geen prijs- en productafspraken op niveau van Zuidoost Brabant. Dit komt doordat in de Peelregio gewerkt wordt met Opvoedprofessionals en Jeugd- en Gezinswerkers. Specialistische of specifieke ambulante zorg die daarnaast blijft bestaan kan verschillen van de andere subregio s. Uitgangspunt is subregionaal waar kan. 5. Instemmen met een gezamenlijke transformatieopgave voor Bureau Jeugdzorg en de gemeenten waarmee een substantiële reductie van maatregelen van jeugdbescherming en jeugdreclassering gerealiseerd gaat worden en gekeken worden naar verdere mogelijkheden voor het terugdringen van de overheadkosten van Bureau Jeugdzorg. Hierover worden voor 1 april verdere afspraken gemaakt tussen de gemeenten in Zuidoost-Brabant en Bureau Jeugdzorg. 5.1 Het doel was dat voor 1 april worden afspraken gemaakt tussen Bureau Jeugdzorg en de gemeenten over de gewenste transformatie en het terugbrengen van de overhead. Binnen deze afspraken zal ook bekeken worden in hoeverre de samenwerking met generalistenteams op korte termijn al kan leiden tot een volumereductie bij Jeugdbescherming en Jeugdreclassering. Daarom kunnen nu nog geen concrete afspraken gemaakt worden over een volumereductie voor 2015 van het aantal casussen. Het is niet gelukt om voor 1 april 2014 tot afspraken te komen met Bureau Jeugdzorg. In de volgende paragraaf wordt hier nader op ingegaan. 6. Instemmen met het toepassen van een transformatiekorting van 6% in 2015 (ten bate van de organisatie van de generalistenteams) bij alle zorgvormen van jeugdzorg, met uitzondering van pleegzorg, behandeling in een gesloten/beperkende voorziening (forensische psychiatrie en Jeugdzorgplus), jeugdbescherming, jeugdreclassering, AMHK en spoedeisende zorg van de crisisdienst.

4 De functies die worden voortgezet bij het huidige Bureau Jeugdzorg moeten worden uitgevoerd binnen het budget dat de gemeenten in Zuidoost Brabant daarvoor van het Rijk ontvangen (macrobudget 2015). Het macrobudget, zoals nu bekend, dat gemeenten in 2015 ontvangen is gebaseerd op gebruikcijfers van 2011 met inbegrip van een extra rijkskorting. Dit macrobudget is uitgangspunt voor de te bekostigen vormen van zorg. Omdat er bij Bureau Jeugdzorg zorgen zijn over de mogelijkheden de verdergaande transformatiekorting van 6% (zoals overeengekomen in 21 voor de jeugd 2.0) door te voeren en daarmee de continuïteit van zorg te kunnen leveren, is besloten op dit moment geen concreet percentage hierover vast te leggen. Het doel was om voor 1 april verdere afspraken over te maken om dit percentage concreet in te vullen. Ook dit is niet gerealiseerd. Afspraken met Bureau Jeugdzorg Vanuit het Rijk hebben gemeenten de opdracht gekregen om voor 28 februari te komen tot duidelijke afspraken met Bureau Jeugdzorg en de Landelijk Werkende instellingen. Hierover bent u reeds geïnformeerd. Met die afspraken wordt zorgcontinuïteit voor de cliënten van Bureau Jeugdzorg gegarandeerd en blijft de expertise behouden. In 21 voor de jeugd 2.0 is aangegeven dat, als vervolg daarop, er voor 1 april 2014 nadere afspraken met Bureau Jeugdzorg zouden zijn gemaakt over de inhoud van de werkzaamheden van Bureau Jeugdzorg per en het terugdringen van frictiekosten. De gesprekken met Bureau Jeugdzorg verliepen erg moeizaam, waardoor het niet gelukt is voor deze datum te komen tot concrete afspraken. Tot op heden lopen de gesprekken nog steeds. In bijgevoegde brief informeert de regio Zuidoost-Brabant de staatssecretarissen van Rijn en Teeven over de resultaten die tot nu toe bereikt zijn en de vervolgstappen die nog genomen gaan worden. Financiële aspecten Een financiële vertaling is nog niet te geven. Alle gemeenten hebben in de decembercirculaire 2013 inzicht gekregen in cijfers waarop het macrobudget en budgetten voor alle gemeenten zijn gebaseerd. Definitieve budgetten worden in de meicirculaire 2014 bekend gemaakt. In de tussenliggende periode wordt regionaal zo goed mogelijk zicht ontwikkeld op de kosten voor specialistische zorgvormen per gemeente en voor de regio. Het uitgangspunt blijft dat het budget leidend is en invoering budgettair neutraal, dus conform de budgetten die op basis van de meicirculaire 2014 beschikbaar gesteld worden, verloopt. Het bekostigingsmodel van de regionale uitvoeringsorganisatie Peel 6.1 en de risicoanalyses geven aan dat in de periode 2015 tot en met 2017 extra middelen noodzakelijk zijn om de nieuwe taken verantwoord op te pakken en toe te werken naar een budgettair neutrale uitvoering ingaande Om deze redenen adviseren wij tot het instellen van een egalisatiereserve lokaal sociaal domein Via de winstbestemming bij de jaarrekening 2013 wordt hiervoor een voorstel gedaan. Juridische aspecten Bij de uitwerking van scenario s voor de inrichting van JB, JR, AMHK en crisisdienst worden ook alle juridische aspecten en consequenties in beeld gebracht. Risico s en kansen De transformatie jeugdzorg is een groeiproces. De generalistenteams (opvoedondersteuners en jeugd- & gezinswerkers) zullen nog niet direct overal op volle kracht zijn en over alle benodigde mandaten beschikken. Door stapsgewijs te bouwen kan een stevige structuur worden neergezet. Dit betekent ook dat de kortingen via het vergroten van efficiency, het verminderen van instroom, het verminderen van overhead, moeten worden opgevangen. Hierover is overleg met de instellingen, maar vraagt nog (steeds) nadere uitwerking en afstemming. Communicatie en participatie Betrokken instellingen zijn inmiddels schriftelijk geïnformeerd over 21 voor de jeugd 2.0 en vervolggesprekken vinden plaats.

5 -5- Planning In de notitie 21 voor de jeugd 2.0 zijn diverse vervolgopdrachten geformuleerd. Ambtelijke uitwerking van deze vervolgopdrachten zal plaatsvinden in de komende periode, om te zorgen dat de regionale aangelegenheden per geregeld zijn. In de periode na besluitvorming in het college heeft o.a. de volgende inzet plaatsgevonden: - voorstel voor dienstverleningsovereenkomst regionale inkoop is opgesteld - nadere afspraken met Bureau Jeugdzorg over inzet in 2015 worden gemaakt - voorstellen voor risicospreiding en bekostigingsmodellen voor de regionaal in te kopen zorgvormen zijn voorbereid. Voor u ligt ter inzage: - Notitie 21 voor de jeugd brief d.d. 14 mei 2014, aan Rijk over traject Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant en de 21 regiogemeenten in Zuidoost-Brabant. dict : CV.MO.14.ac.001 type : p.vdkruijs@asten.nl coll :