Spilterrapportage Sessie Veedichtheid

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Spilterrapportage Sessie Veedichtheid"

Transcriptie

1 Spilterrapportage Sessie juli augustus 2016

2 Inhoudsopgave 1 Perspectief Module 1: Kleinere compartimenten Kleinere compartimenten Module A: Staldering Inruilgebied Knelgebied leefomgeving Knelgebied natuur Stalderings-eenheid Stalderings-regeling Grootte-eenheid Stalderings-formule Voorwaarde Welke stallen Gebied stalderingsregel Module B: De bank Stalderings-mechanisme Fonds Bank en de sloopkosten Afroming Eigendom Module 4: Stimulering en deregulering Voorrang bij inruil Voorrang bij ontwikkeling Bonus Regeldruk Afsluitend Voorkeur oplossing Optie / 82

3 1 Perspectief Antw. Aantal Percentage Belangenorganisatie 3 8% Arts /gezondheidskundige 3 8% Industrie (bijv. veevoer, slachterij) 1 3% Bestuurder / politicus 1 3% Omwonende 5 13% Natuur- en milieuorganisatie 3 8% Uitvoerende instantie/overheid 9 23% Veehouder 9 23% Financier 2 5% Anders nl: 4 10% Anders nl: Bestuurder en natuur- en milieuorganisatie Burger Provincie 3 / 82

4 2 Module 1: Kleinere compartimenten Kleinere compartimenten Bij het component kleinere compartimenten scoort een cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) met een 5,7 gemiddeld het hoogst van alle varianten. Belangrijke argumenten voor deze mogelijkheid zijn dat dit meer ruimte biedt voor maatwerk, het een dynamische oplossing is en daarmee kansen voor alle belanghebbende worden behouden. Het meest genoemde argument tegen is dat een relatieve straal onduidelijk is en men vraagt zich af hoe deze straal precies wordt vastgesteld. Alle gebruikers Cirkel met vaste straal 15 km 4,2 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 4,8 Eén gemeente 3,9 Cluster van 4 á 5 gemeenten 4,4 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 3,4 5,7 5,1 Belangenorganisatie Cirkel met vaste straal 15 km 3,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 3,0 Eén gemeente 5,0 Cluster van 4 á 5 gemeenten 4,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 6,0 4,5 5,5 4 / 82

5 Arts / gezondheidskundige Cirkel met vaste straal 15 km 6,3 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 6,3 Eén gemeente 6,0 Cluster van 4 á 5 gemeenten 5,7 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 3,3 8,0 4,0 Bestuurder/ politcus Cirkel met vaste straal 15 km 5,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 5,0 Eén gemeente 6,0 Cluster van 4 á 5 gemeenten 5,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 4,0 7,0 4,0 5 / 82

6 Omwonende Cirkel met vaste straal 15 km 5,3 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 6,0 Eén gemeente 6,3 Cluster van 4 á 5 gemeenten 4,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 3,0 7,3 5,0 Natuur- en milieuorganisatie Cirkel met vaste straal 15 km 3,5 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 1,5 Eén gemeente 3,0 Cluster van 4 á 5 gemeenten 7,5 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 7,5 2,5 7,0 6 / 82

7 Uitvoerende instantie/ overheid Cirkel met vaste straal 15 km 4,3 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 4,0 Eén gemeente 3,4 Cluster van 4 á 5 gemeenten 5,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 3,0 5,8 3,8 Veehouder Cirkel met vaste straal 15 km 2,8 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 4,9 Eén gemeente 2,1 Cluster van 4 á 5 gemeenten 3,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 2,4 5,0 6,0 7 / 82

8 Financier Cirkel met vaste straal 15 km 7,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 7,0 Eén gemeente 7,0 Cluster van 4 á 5 gemeenten 7,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 7,0 7,0 7,0 Argumenten voor: Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) In ieder geval onderscheid in de gebieden Optimum tussen eenvoud en maatwerk Maatwerk Maatwerk mogelijk, meer dynamiek Hier kun je samen met de bewoners en agrariërs bekijken wat er mogelijk is en wat er eventueel aan gedaan kan worden. Geeft meer ruimte voor maatwerk. Gebieden waar geen problemen zijn, niet opzadelen met gebieden met hoge veedichtheid. Verhoogt de uitvoerbaarheid, biedt mogelijkheid tot bieden van maatwerk Geeft meer invulling vanuit een gebied en niet vanachter een bureau. Met een variabele cirkel kun je de omvang per gebied/regio vaststellen zodat er voldoende mogelijkheden binnen het gebied zijn en toch niet te veel ruimte is voor uitbreiding van de veestapel. Deze optie geeft de mogelijkheid om in knelgebieden een grotere reductie van dieraantallen te bereiken en mogelijkheid te bieden knelgevallen te verplaatsen Doet meer recht aan de verschillende gebiedsdelen in noord-brabant Is ook dynamisch. Hierdoor blijf je familiebedrijven behouden met binding in de streek Geeft voor iedereen dezelfde mogelijkheden. In een veeluw gebied kan er anders te weinig dynamiek zijn Is dynamisch en zal meer effect hebben dan een vaste cirkel. Hiermee behoudt je kansen voor alle belanghebbende partijen De milieudruk in overbelaste gebieden moet omlaag. Met een vaste of relatieve radius borg je dit niet. Verdere veeconcentratie in overbelaste gebieden moet worden uitgesloten. Voor de direct veegerelateerde gezondheidsproblemen is een kleine straal te verkiezen. 8 / 82

9 Argumenten tegen: Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Relatieve straal is erg onduidelijk, geeft uitvoeringsproblemen, handjeklap, etc. Hoe stel je dit vast? En hoe groot? wie maakt uit hoe groot de staal is per gebied, meer onduidelijkheid, willekeur mogelijk? (Bijna) heel Brabant is veedicht. Relatieve straal is onduidelijk en geeft wellicht mogelijkheden tot creatief boekhouden. Wie bepaald deze cirkel? niet transparant. In veeluwe gebieden is de weerstand tegen ontwikkelingen wellicht nog groter dan in veedichte gebieden. Meer regels is meer kosten Voor de totale impact van bv ammoniakuitstoot is een grote cirkel zelfs te klein. Ammoniak draagt essentieel bij aan de fijnstof verspreid over Nederland. 9 / 82

10 3 Module A: Staldering Inruilgebied Het inruilgebied is het gebied waarbinnen stalruimte en/of dierrechten ingeruild worden. Bij het component inruilgebied scoort geen van de varianten opvallend hoog. Geen van s komt op een voldoende uit en ook de spreiding is bij alle antwoorden hoog. Wel is er vanuit de verschillende perspectieven anders gescoord. Zo scoren de deelnemende belangenorganisaties de variant een knelgebied met een 7 gemiddeld, terwijl natuur- en milieuorganisaties deze variant een 1 toebedelen. Natuur- en milieuorganisaties spreken daarentegen weer hun voorkeur uit voor een cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) door deze een 10 te scoren. Alle gebruikers Cirkel met vaste straal 15 km 3,9 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 4,7 Eén gemeente 3,6 Cluster van 4 á 5 gemeenten 3,9 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 3,1 4,9 4,6 Belangenorganisatie Cirkel met vaste straal 15 km 3,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 7,0 Eén gemeente 4,5 Cluster van 4 á 5 gemeenten 3,5 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 3,5 4,0 3,5 10 / 82

11 Arts / gezondheidskundige Cirkel met vaste straal 15 km 5,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 5,0 Eén gemeente 5,0 Cluster van 4 á 5 gemeenten 4,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 2,0 6,3 2,7 Bestuurder/ politcus Cirkel met vaste straal 15 km 7,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 6,0 Eén gemeente 5,0 Cluster van 4 á 5 gemeenten 4,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 4,0 5,0 6,0 11 / 82

12 Omwonende Cirkel met vaste straal 15 km 5,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 3,5 Eén gemeente 5,3 Cluster van 4 á 5 gemeenten 6,3 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 6,3 5,8 7,3 Natuur- en milieuorganisatie Cirkel met vaste straal 15 km 8,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 1,0 Eén gemeente 3,0 Cluster van 4 á 5 gemeenten 7,0 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 6,0 10,0 5,0 12 / 82

13 Uitvoerende instantie/ overheid Cirkel met vaste straal 15 km 4,1 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 3,8 Eén gemeente 3,4 Cluster van 4 á 5 gemeenten 4,4 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 3,0 5,5 4,1 Veehouder Cirkel met vaste straal 15 km 2,0 Cirkel met relatieve straal (kleiner in veedicht gebied, groter in veeluw gebied) Een knelgebied 5,5 Eén gemeente 2,1 Cluster van 4 á 5 gemeenten 2,1 Historisch gegroeid gebied, zoals de Kempen, of een natuurlijk afgebakend gebied, zoals de Peel Werkgebied van een Omgevingsdienst 1,8 3,1 4,5 13 / 82

14 Knelgebied leefomgeving Bij het component knelgebied leefomgeving scoort de variant emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e.d. duidelijk het hoogst ten opzichte van de andere varianten. Het belangrijkste argument voor deze variant is dat dit de meest eerlijke manier is omdat het de meest feitelijke belasting van het gebied betreft. Wel geeft men als tegenargument aan dat het lastig is de verschillende emissies te combineren. Deze variant scoort vanuit alle perspectieven het hoogst, behalve vanuit de omwonenden. Zij geven de voorkeur aan de variant combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2. Alle gebruikers : het aantal dieren per km2 4,4 Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2 Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Beleving van de bewoners van dat gebied 4,4 5,4 7,8 Belangenorganisatie : het aantal dieren per km2 3,5 Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2 Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Beleving van de bewoners van dat gebied 2,0 6,0 10,0 Arts / gezondheidskundige : het aantal dieren per km2 6,3 Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2 Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Beleving van de bewoners van dat gebied 7,0 7,0 9,0 14 / 82

15 Bestuurder/ politcus : het aantal dieren per km2 5,0 Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2 Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Beleving van de bewoners van dat gebied 5,0 6,0 7,0 Omwonende : het aantal dieren per km2 7,0 Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2 Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Beleving van de bewoners van dat gebied 5,8 7,8 5,5 Natuur- en milieuorganisatie : het aantal dieren per km2 6,0 Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2 Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Beleving van de bewoners van dat gebied 5,0 7,0 10,0 15 / 82

16 Uitvoerende instantie/ overheid : het aantal dieren per km2 4,4 Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2 Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Beleving van de bewoners van dat gebied 4,1 6,0 8,3 Veehouder : het aantal dieren per km2 2,3 Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km2 Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Beleving van de bewoners van dat gebied 3,3 2,8 7,1 16 / 82

17 Argumenten voor: Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Hiermee kun je heel eerlijk en oprecht een gebied in kaart brengen. Maar dan wel het aantal dieren die er echt zijn. en niet alleen naar de vergunningen kijken, vele stallen staan leeg en komen niet meer vol. die worden nu wel meegeteld met de emissiedruk Zo hou je het eerlijk voor iedereen, en voorkom je dat gebieden met weinig woningen enorm achteruit gaan (als er niemand woont wil niet zeggen dat er bv niet gewerkt/gerecreëerd wordt). Daarbij wordt innovatie gestimuleerd. Ontwikkeling kan alleen bij reductie van emissie; dat is een duidelijk en eerlijk compromis met de ondernemer in kwestie. Dit geeft een beter beeld van de feitelijke omstandigheden in een gebied; bijvoorbeeld fijn stof wordt niet snel ervaren door omwonenden, maar zorgt wel voor een verminderd leefklimaat (o.a. gezondheid). Dit is voor een groot deel waar het om gaat. Dit moet een objectief beeld geven van het leefklimaat. Grote moderne stallen zijn in de beleving vaak slecht, maar voor de gezondheid beter dan oude stallen. Is meetbaar en er zijn ook oplossingen te bedenken Belasting om gevoelige objecten is het meest geobjectiveerde critereum Is geobjectiveerd en zegt iets over overlast Dit is de feitelijke belasting van een gebied Daar gaat het toch eigenlijk om. Wel per probleem een grens stellen waarbij binnen alle grenzen gebleven moet worden. Zegt meer dan aantal dieren per km2 Als je uit gaat van belasting, neem je automatisch aantal woningen mee, omdat daar de belasting op uitgerekend wordt Cumulatieve emissies van bedrijven. De emissies- en belastingen van geur, fijnstof e.d. en de gezondheidsrisico's voor omwonden moeten bepalend zijn of uitbreiding in een gebied gewenst is. Het aantal dieren is hieraan ondergeschikt. Dit impliceert dat het knelgebied voor bijvoorbeeld geur anders is dan voor fijnstof, ammoniak of hepatitis E. De kunst is om de emissiedruk voor elk van de parameters terug te brengen tot een aanvaardbaar niveau. Elke veehouderij levert dus een bijdrage aan de emissiedruk van meerdere knelgebieden. Het is een opgaaf met een gecompliceerd ruimtelijk karakter. Maar wel afhankelijk van aanwezigheid burgerwoningen Wat verwacht je van economie in een gebied. Argumenten tegen: Emissiedruk; de belasting van het gebied met geur, fijn stof, e. d. Verschillende emissies zijn niet bij elkaar op te tellen. Lastig te combineren, want fijnstof is een andere overbelasting dan bv. geur. Welke weegt dan zwaarder? En tellen geluidoverbelasting etc. dan niet mee? De veeindustrie probeert al sinds jaren het begrip "overlast" plat te kloppen tot geuremissie. We moeten er voor waken dat we hier in mee gaan. Overlast wordt naast emissies ook door andere factoren ervaren. (verkeer, landschapsverhaspeling, etc.) Vernieuwde inzichten Hoe wordt het berekend. 17 / 82

18 Argumenten voor: Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km² Dit in combinatie met emissiedruk. Dus de belasting van de hele omgeving: mens en natuur. bedreiging van lucht water en bodem. Hiermee geef je landelijke gemeenten mogelijk meer ruimte Als er geen mensen in een gebied leven met heel veel vee dan kan er geen sprake zijn van een knelpunt op de leefomgeving, Wat zijn de verwachtingen in een gebied. Nieuwe wetgeving Wat is legaal. Argumenten tegen: Combinatie veedichtheid / dichtheid van woningen per km² Doet geen recht aan duurzame veehouderijen Als er niemand woont, wil niet zeggen dat er niemand last van heeft. Mensen werken en recreëren ook, en de boer zelf heeft ook wel recht op schone lucht lijkt me. De combinatie zegt bitter weinig en altijd discutabel Is geobjectiveerd maar zegt niets over overlast Bedenk dat door cumulatie fijnstof en secundair fijnstof in grote gebieden (zoals in het laatste onderzoek van de VGO heeft uitgewezen) de longfunctie daalt. De veedruk zal dus moeten verminderen dus maatregelen specifiek gericht op kleinere gebieden in combinatie veedichtheid en dichtheid van woningen helpen volgens mij niet echt. Wat zijn de keuzes in het verleden geweest. Legitiem. Wanneer de juiste maatregelen genomen zijn om emissie te beperken kan er best gewoond en ondernomen worden in het buitengebied bij elkaar. Is al beter dan enkel de veedichtheid en benaderd de waarschijnlijkheid van overlast, maar ook dit zegt nog niets over de ervaren hinder/overlast. Grote moderne stallen kunnen immers veel minder overlast veroorzaken dan oude stallen met flinke emissies. Veel is ook afhankelijk van de maatregelen die de veehouder heeft genomen. Vrijwel onvermijdelijk is er een causaal verband, maar dit is nog moeilijk met deze parameters aan normen te koppelen. 18 / 82

19 Knelgebied natuur Bij het component knelgebied natuur scoort de variant hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied het hoogst echter zijn er zowel veel voor- als tegenargumenten. De belangrijkste lijn in de voorargumenten is dat de meting van ammoniak een uitgangspunt kan zijn omdart het een goede parameter is. Er zijn meer parameters maar men geeft aan dat ammoniak een goede optie is, gezien het effect van ammoniak op het gebied en de gezondheid. In de tegenargumenten komt wel ook naar voren dat er meer parameters zijn waarnaar gekeken moet worden. Daarnaast bestaat al regelgeving op dit gebied. Alle gebruikers Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied in de omgeving 4,9 7,2 Belangenorganisatie Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied in de omgeving 4,5 6,5 Arts / gezondheidskundige Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied in de omgeving 7,0 8,0 Bestuurder/ politcus Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied in de omgeving 5,0 7,0 19 / 82

20 Omwonende Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied in de omgeving 8,8 9,0 Natuur- en milieuorganisatie Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied in de omgeving 7,0 9,0 Uitvoerende instantie/ overheid Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied in de omgeving 4,4 6,6 Veehouder Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied in de omgeving 2,6 6,3 20 / 82

21 Argumenten voor: Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied Het gaat natuurlijk verder dan alleen ammoniak maar zou een uitgangspunt kunnen zijn die meetbaar is. Er zijn wel meer invloeden op de natuur dan ammoniak die ervoor kunnen zorgen dat de natuur bekneld wordt. Maar uitgaande van effecten van de aanwezigheid van dieren in de nabijheid van natuur is dit de meest logische. Dat kan inderdaad door ammoniakdepositie. Wetenschappelijk vastgesteld is dat de depositie nu veel te hoog is. In die zin is dan heel Brabant aan te merken als overbelast gebied. Dit pleit voor een drastische vermindering van het aantal dieren. Gezien de technieken die zijn gebruikt in het verleden hebben deze weinig toegevoegd aan het terugdringen van deze depositie. De vraag kan dan ook gesteld worden of deze technieken hebben gewerkt? Dus minder beesten! Dit is een goede parameter; De vraag is of je dit voor alle natuurgebieden wilt toepassen (dus ook de EHS) of enkel de Natura2000 gebieden. Voor die laatste is dit feitelijk al geregeld via de Natuurbeschermingswet. Is belangrijkste effect op gebied. Daar gaat het om qua bescherming van de natuur. Wel in ruim verband zien. Het gaat ook om ammoniakneerslag over een ruime afstand. Steeds meer wordt duidelijk dat ammoniak ook effect heeft op de gezondheid Is een van de parameters. Berekening volgens wetgeving en PAS Schade aan natuur wordt o.a. veroorzaakt door belasting met stikstofbronnen. Rondom de natuurgebieden is het absolute dieraantal een relevantere parameter dan de veedichtheid. Kijken wat de belasting op de natuur is maar dat word nu al volop gedaan. moderne technieken kunnen veel ammoniak reduceren. Wordt veela geregeld via de NB-wet. Het gaat om bijdrage van bedrijven aan de directe depositie. Het is de grootte, niet de hoogte. Knelgebied in de natuur??? Deze opmerking roept de vraag op wat hier onder knelgebied wordt verstaan. Ik zie 'knelgebied' als het gebied waar veeindustrie is dat een negatieve invloed uitoefent op de natuur. Die invloed is globaal de cumulatie van emissie en afstand, waarbij de aard van de natuur, de aantasting en het herstelvermogen, bepalen wat een toelaatbare depositie is. Momenteel wordt de (wettelijk) toelaatbare depositie overal in Brabant (ook in west) overschreden. In die zin is heel de provincie Brabant momenteel knelgebied. 21 / 82

22 Argumenten tegen: Hoogte van de ammoniakdepositie die neerslaat in het natuurgebied Er zijn meer variabelen die dit bepalen. Hoe is objectief te zien of het natuurgebied meer overlast van Ammoniak heeft dan een ander natuurgebied. Ammoniak gaat over vele kilometers, en is maar een iets waar natuur onder kan lijden. Er worden nieuwe woonwijken en wegen aangelegd wat heeft dit voor negatieve invloed op natuur gebieden. 1 hond kan meer schade aan de natuur toebrengen dan en goed intensieve varkens boerderij Problematiek veedichtheid heeft geen directe relatie met natuur, bijv. veedichtgebied op afstand natuur hoeft geen problem te zijn voor die natuur, iden een veedicht gebied met allemaal luchtwassers. Is natuurlijk een domme redenering dat ammoniak de enigste graadmeter is van een natuurgebied. De natuur rondom een natuurgebied is ook natuur deze heeft te veel te lijden onder de maatregelen die getroffen worden voor het "natuur"in een omcirkeld gebied te herstellen Dit is nu al regel om een NB-wet vergunnig te verkrijgen. Suggestieve vraag Neerslag van NH3 wordt per EU land anders berekend op de natuurgebied. leg dat eerst maar uit met de EU regelgeving Ammoniakdepositie is vooral een achtergrondconcentratie discussie. Het heeft weinig meerwaarde voor de natuur om nog strenger depositiebeleid te voeren dan de PAS voor Natura 2000 gebieden en Wet ammoniak en veehouderij. Emissiebeleid is wel effectief, maar is al heel streng in Brabant ten opzichte van andere provincies. Als je in heel Europa de Brabantse eisen invoert, is dat het meest effectief Nee is bepalend in welk tempo je een natuurgebied wilt herstellen. In heel Brabant loopt de soortenrijkdom terug. Onlangs werd bekend dat zelfs onze oude eikenbomen aan het afsterven zijn door een te hoge stikstofdepositie. Ik ben tegen het werken met knelgebieden. Heel Brabant is een knelgebied. Zeker als je Brabant internationaal vergelijkt. Als er alleen in Brabant zelf wordt vergeleken mag je kiezen tussen: 1) een heel erg slechte situatie 2) een nog slechtere situatie 22 / 82

23 Stalderings-eenheid De stalruimte is in principe maatgevend bij staldering. Er zijn mogelijkheden om de stalderingsregeling te finetunen. De ingeleverde vierkante meters vloeroppervlakte van stallen kunnen bijvoorbeeld een wegingsfactor krijgen die afhankelijk is van de mate van emissie van de inruil-stal. Hierdoor kun je regelen dat bijvoorbeeld emissie-rijke stallen een hogere inruilwaarde krijgen in de regeling dan emissie-arme stallen. Bij de component stalderings-eenheid scoort weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal gemiddeld gezien het hoogst, echter met een kleine 5,6. Er is zeer uiteenlopend gescoord vanuit de verschillende perspectieven. Zo scoort bijvoorbeeld geen weging het hoogst bij de bestuurders/politica, omwonenden, veehouders en natuur- en milieuorganisaties. Vanuit het perspectief van artsen en gezondheidskundigen scoort deze variant echter weer het laagst. Alle gebruikers Weging op basis van emissie van ammoniak vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie van geur vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie fijnstof vanuit de inruilstal Weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal Weging op basis van mestproductie (kilo s fosfaat) vanuit de inruilstal Geen weging 5,3 4,1 4,3 4,2 5,6 3,8 Belangenorganisatie Weging op basis van emissie van ammoniak vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie van geur vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie fijnstof vanuit de inruilstal Weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal Weging op basis van mestproductie (kilo s fosfaat) vanuit de inruilstal Geen weging 6,0 3,0 7,0 3,0 6,0 1,5 23 / 82

24 Arts / gezondheidskundige Weging op basis van emissie van ammoniak vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie van geur vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie fijnstof vanuit de inruilstal Weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal Weging op basis van mestproductie (kilo s fosfaat) vanuit de inruilstal Geen weging 1,7 5,0 6,3 6,3 6,7 5,0 Bestuurder/ politcus Weging op basis van emissie van ammoniak vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie van geur vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie fijnstof vanuit de inruilstal Weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal Weging op basis van mestproductie (kilo s fosfaat) vanuit de inruilstal Geen weging 7,0 4,0 4,0 4,0 4,0 4,0 24 / 82

25 Omwonende Weging op basis van emissie van ammoniak vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie van geur vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie fijnstof vanuit de inruilstal Weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal Weging op basis van mestproductie (kilo s fosfaat) vanuit de inruilstal Geen weging 7,0 2,3 3,8 3,3 3,8 4,8 Natuur- en milieuorganisatie Weging op basis van emissie van ammoniak vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie van geur vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie fijnstof vanuit de inruilstal Weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal Weging op basis van mestproductie (kilo s fosfaat) vanuit de inruilstal Geen weging 9,0 1,0 1,0 1,0 1,0 1,0 25 / 82

26 Uitvoerende instantie/ overheid Weging op basis van emissie van ammoniak vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie van geur vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie fijnstof vanuit de inruilstal Weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal Weging op basis van mestproductie (kilo s fosfaat) vanuit de inruilstal Geen weging 4,3 5,1 4,8 4,8 7,8 4,4 Veehouder Weging op basis van emissie van ammoniak vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie van geur vanuit de inruilstal Weging op basis van emissie fijnstof vanuit de inruilstal Weging op basis van de gecombineerde emissies vanuit de inruilstal Weging op basis van mestproductie (kilo s fosfaat) vanuit de inruilstal Geen weging 6,6 3,6 2,7 3,1 4,3 2,6 26 / 82

27 Stalderings-regeling Bij het component stalderings-regeling scoort geen variant echt hoog. Daarnaast is bij alle varianten sprake van grote spreiding. Per perspectief zijn welk enkele uitschieters zichtbaar. Zo geven de belangenorganisaties de variant dieren met dierrechten een 8, waarmee deze variant alleen bij hen het hoogst scoort. Omwonenden en artsen en gezondheidskundigen scoren de variant de regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen opvallend laag terwijl natuur- en milieuorganisaties duidelijk de voorkeur geven aan deze variant. Omwonenden, bestuurders en politici en artsen en gezondheidskundigen scoren de variant voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek juist weer hoog terwijl deze bij natuur- en milieuorganisaties op hun beurt weer heel laag scoort. Alle gebruikers Dieren met dierrechten (varkens, kippen) 4,2 Voor dieren met dierrechten (varkens, kippen) en fosfaatrechten (melkvee) Voor varkens, kippen, melkvee en geiten 4,4 4,2 Voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek De regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen 5,1 4,5 Belangenorganisatie Dieren met dierrechten (varkens, kippen) 8,0 Voor dieren met dierrechten (varkens, kippen) en fosfaatrechten (melkvee) Voor varkens, kippen, melkvee en geiten 3,5 3,5 Voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek De regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen 5,0 7,5 27 / 82

28 Arts / gezondheidskundige Dieren met dierrechten (varkens, kippen) 5,0 Voor dieren met dierrechten (varkens, kippen) en fosfaatrechten (melkvee) Voor varkens, kippen, melkvee en geiten 5,0 6,3 Voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek De regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen 7,3 1,3 Bestuurder/ politcus Dieren met dierrechten (varkens, kippen) 5,0 Voor dieren met dierrechten (varkens, kippen) en fosfaatrechten (melkvee) Voor varkens, kippen, melkvee en geiten 7,0 6,0 Voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek De regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen 8,0 5,0 Omwonende Dieren met dierrechten (varkens, kippen) 4,3 Voor dieren met dierrechten (varkens, kippen) en fosfaatrechten (melkvee) Voor varkens, kippen, melkvee en geiten 7,0 6,0 Voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek De regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen 9,0 1,0 28 / 82

29 Natuur- en milieuorganisatie Dieren met dierrechten (varkens, kippen) 1,0 Voor dieren met dierrechten (varkens, kippen) en fosfaatrechten (melkvee) Voor varkens, kippen, melkvee en geiten 1,0 1,0 Voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek De regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen 1,0 10,0 Uitvoerende instantie/ overheid Dieren met dierrechten (varkens, kippen) 4,3 Voor dieren met dierrechten (varkens, kippen) en fosfaatrechten (melkvee) Voor varkens, kippen, melkvee en geiten 5,1 4,5 Voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek De regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen 5,1 5,5 Veehouder Dieren met dierrechten (varkens, kippen) 3,0 Voor dieren met dierrechten (varkens, kippen) en fosfaatrechten (melkvee) Voor varkens, kippen, melkvee en geiten 1,8 1,9 Voor alle diersoorten, maar de regeling is wel soortspecifiek De regeling is vrij: je mag alle dieren tegen elkaar ruilen 1,9 4,9 29 / 82

30 Grootte-eenheid Bij het component grootte-eenheid is ook sprake van zeer uiteenlopende scoring. De variant alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte scoort gemiddeld gezien het hoogste, met een 5,5. Belangenorganisaties en natuur- en milieuorganisaties geven een duidelijke voorkeur aan de variant elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte. Bij omwonenden scoort deze variant echter extreem laag. De variant alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte scoort bij artsen en gezondheidskundigen met een 7 het hoogst, echter bij de veehouders met een 2 opvallend laag. Alle gebruikers Elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte 3,9 5,5 4,3 Belangenorganisatie Elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte 7,5 3,5 5,0 Arts / gezondheidskundige Elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte 2,7 2,7 7,0 30 / 82

31 Bestuurder/ politcus Elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte 4,0 7,0 5,0 Omwonende Elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte 1,5 9,5 6,8 Natuur- en milieuorganisatie Elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte 9,0 7,0 4,0 Uitvoerende instantie/ overheid Elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte 3,9 6,4 4,4 31 / 82

32 Veehouder Elke oppervlakte inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele stallen inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte Alleen hele locaties inruilen, bemeten in vierkante meters stalruimte 4,6 4,3 2,0 32 / 82

33 Stalderings-formule Bij het component stalderings-formule scoort de variant korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaatsvindt in een knelgebied krap het hoogst met een 5,6. Een argument voor deze variant is dat bij deze optie in ieder geval verbetering plaats zal vinden omdat het leidt tot een afname van het aantal dieren. Een veel genoemd tegenargument is dat het extra kosten oplevert voor de ondernemer. Bij belangenorganisaties en natuur- en milieuorganisaties scoort de variant standstill: je moet evenveel inruilen als je wilt uitbreiden het hoogst terwijl deze variant bij de veehouders juist laag scoort. Alle gebruikers Standstill: je moet evenveel inruilen, als je wilt uitbreiden Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Toeslag: je mag meer uitbreiden dan je inruilt, als je een overlast-situatie vanuit knelgebied of natuurgebied opruimt Combinatie van korting én toeslag 5,2 4,6 5,6 5,2 Belangenorganisatie Standstill: je moet evenveel inruilen, als je wilt uitbreiden Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Toeslag: je mag meer uitbreiden dan je inruilt, als je een overlast-situatie vanuit knelgebied of natuurgebied opruimt Combinatie van korting én toeslag 3,0 7,5 4,0 5,0 33 / 82

34 Arts / gezondheidskundige Standstill: je moet evenveel inruilen, als je wilt uitbreiden Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Toeslag: je mag meer uitbreiden dan je inruilt, als je een overlast-situatie vanuit knelgebied of natuurgebied opruimt Combinatie van korting én toeslag 5,7 5,3 7,3 4,3 Bestuurder/ politcus Standstill: je moet evenveel inruilen, als je wilt uitbreiden Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Toeslag: je mag meer uitbreiden dan je inruilt, als je een overlast-situatie vanuit knelgebied of natuurgebied opruimt Combinatie van korting én toeslag 6,0 6,0 7,0 6,0 Omwonende Standstill: je moet evenveel inruilen, als je wilt uitbreiden Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Toeslag: je mag meer uitbreiden dan je inruilt, als je een overlast-situatie vanuit knelgebied of natuurgebied opruimt Combinatie van korting én toeslag 4,0 5,0 8,8 5,8 34 / 82

35 Natuur- en milieuorganisatie Standstill: je moet evenveel inruilen, als je wilt uitbreiden Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Toeslag: je mag meer uitbreiden dan je inruilt, als je een overlast-situatie vanuit knelgebied of natuurgebied opruimt Combinatie van korting én toeslag 5,0 9,0 7,0 3,0 Uitvoerende instantie/ overheid Standstill: je moet evenveel inruilen, als je wilt uitbreiden Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Toeslag: je mag meer uitbreiden dan je inruilt, als je een overlast-situatie vanuit knelgebied of natuurgebied opruimt Combinatie van korting én toeslag 6,6 5,1 6,9 5,3 Veehouder Standstill: je moet evenveel inruilen, als je wilt uitbreiden Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Toeslag: je mag meer uitbreiden dan je inruilt, als je een overlast-situatie vanuit knelgebied of natuurgebied opruimt Combinatie van korting én toeslag 5,3 3,0 2,3 5,8 35 / 82

36 Argumenten voor: Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Bij deze keuze vindt er in ieder geval een verbetering plaats, wat zeker van belang is voor een knelgebied. Dit geeft verbetering in een knelgebied, en is toch controleerbaar. In een knelgebied mag wel wat meer gedaan worden De snelste weg om knelpunten op te lossen Er moet meer verdwijnen dan er terugkomt. Hiermee pak je ook de problematiek van de grote aantallen dieren aan: er vindt dan altijd een reductie plaats. Afname van dieren is gewenst. Een duurzame landbouw kan alleen overleven als er minder dieren komen. Deze regeling maakt een begin met het verbeteren van leefbaarheid en het verminderen van gezondheidsrisico's. Ik ben echter van mening dat heel Brabant een knelgebied is. Wat is het doel wat je hebt. Brabant wil in 2020 tot de meest innovatieve, duurzame en slimme agrofoodregio's van Europa behoren Als je alle kosten die de provincie maakt om Top Down te regeren direct aan de toekomstige boer betaald komt het allemaal goed. Logisch als je het hebt over een knelgebied van burgers. (bv. geur, geluid). Maar natuur heeft een veel groter knelgebied dus dan wordt een toegepaste korting op deze parameter veel groter. (ammoniak) Argumenten tegen: Korting: je moet meer inruilen dan je mag uitbreiden, als de nieuwe ontwikkeling plaats vindt in een knelgebied Meer korten leidt niet tot de gewenste ontwikkelingen. Je hebt toch al meer ruimte per dier nodig Slecht alternatief : je moet altijd meer inruilen dan uitbreiden. Het hele idee achter staldering moet zijn dat koplopers ruimte krijgen die in een bepaalde vaste overmaat wordt bijeengebracht door stoppers. Wat betreft korting en toeslag veronderstelt hier een 1 op 1 relatie van ontwikkelaar en inleveraar. Deze systematiek is niet gewenst en ook niet nodig: een bank die saldering regelt veronderstelt anonimiteit, waarbij de herkomst niet belangrijk is. Nieuwe ontwikkeling zorgt door het andere beleid wat er al is, dat het een stuk beter wordt. In een gebied wat overbelast is voor geur, moet ondernemer altijd terug in geuruitstoot als hij op zijn locatie uitbreidt. Dicht bij belangrijke natuurgebieden geldt hetzelfde voor ammoniak. In feite ben je met dit soort van extra voorwaarden alles drie dubbel aan het regelen, die vooral de kosten voor de boer hoger maken om te kunnen ontwikkelen, zonder dat het direct echt resultaat oplevert. Het gevolg is dus dat er niets meer gebeurd en het dus ook niet beter wordt. Er gebeurt helemaal niets meer als je de eisen te streng maakt. De afgelopen jaren zijn vooral bij varkens en kippen de stalemissies sterk gedaald. Alle extra regels zorgen er voor dat er weinig tot geen beweging meer is. Dat zie je ook terug in het beperkt aantal BZV aanvragen wat binnenkomt. De lage prijzen spelen natuurlijk ook een rol. Willen we de overlast beperken en emissies verlagen zul je toch ruimte moeten geven aan dynamiek Er is geen inruil nodig als je het boeren in Brabant onmogelijk maakt voor familie bedrijven. Bureaucratie wie gaat dit betalen Ik ben sowieso tegen. Waarom moet een ondernemer die duurzaam en emissie arm wil bouwen eerst de rotzooi van een ander opruimen?? Deze (niet)ondernemer heeft al die jaren niet geïnvesteerd, hiervan geprofiteerd, en nu mag een ondernemer die vooruit wil ook nog geld uitgeven aan iemand die al jaren achterover heeft geleund. Laat die oude stallen opgeruimd worden door de eigenaar, en niet door de ontwikkelaar. Deze heeft immers geld door verkoop van zijn dieren, en dierrechten. Immers; Als een Mercedes garage een nieuwe garage wil bouwen hoeft hij ook niet eerst een oude leegstaande Opel garage te slopen om zelf te mogen bouwen. Heel Brabant is een knelgebied dus deze optie is niet reeel. 36 / 82

37 Voorwaarde Bij het component voorwaarn beide varianten hetzelfde, namelijk een 5,6. Er is sprake van grote spreiding bij zowel alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt en alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald. Vanuit enkele perspectieven is wel een uitgesproken voorkeur uitgebracht. Zo scoort alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt een 9,3 bij de omwonenden maar een 2,9 bij veehouders. Belangrijke argumenten voor deze variant zijn dat dit het best uit te voeren en te controleren is. Daarnaast wordt hiermee ook een deel van de VAB-problematiek opgelost. Als tegenargument wordt onder andere gegeven dat herbestemming wenselijk is. Alle gebruikers Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt 5,6 Alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald 5,6 Belangenorganisatie Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt 3,0 Alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald 6,0 Arts / gezondheidskundige Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt 6,7 Alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald 5,7 Bestuurder/ politcus Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt 6,0 Alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald 7,0 37 / 82

38 Omwonende Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt 9,3 Alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald 4,5 Natuur- en milieuorganisatie Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt 7,0 Alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald 9,0 Uitvoerende instantie/ overheid Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt 5,9 Alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald 5,1 Veehouder Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt 2,9 Alleen inruilen als de veebestemming van de stal af is gehaald 4,9 38 / 82

39 Argumenten voor: Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt Beste controleerbaar en uitvoerbaar Duidelijk en democratisch controleerbaar. Gemakkelijke uitvoering en controle. Slopen is de enig handhaafbare optie Nu al zie je dat er stallen in verval raken omdat er geen passende functie bij gevonden kan worden. Dit wordt nog erger als er een vorm van staldering van de grond zal komen. Alleen op deze wijze pak je ook het knelpunt VAB's aan Prima, dan creëren we geen nieuwe VAB-problemen en houden het platteland aantrekkelijk. Hiermee los je ook een deel van de VAB-problematiek op. Daarmee heb je een ruimtelijk aspect te pakken als gevolg waarvan er mogelijk een relatie gelegd kan worden met de Verordening ruimte. Als je geen ruimtelijke relatie hebt, kan dat niet. Voorkeur voor sloop, herbestemming echter ook optie. Is bruikbaar maar lang niet op alle locaties, zou 't bijvoorbeeld alleen doen bij probleemlocaties Voorwaarde zou moeten zijn dat de dieren ook pas als gevolg van de staldering verdwijnen en de vergunde rechten worden ingetrokken Als de stal volledig moet worden gesloopt, zijn de kosten voor de ontwikkelende ondernemer nog weer veel hoger, want die zal het uiteindelijk betalen. Als je geen familie bedrijven wilt hebben in brabant is dit de beste oplossing Argumenten tegen: Alleen inruilen als de stal volledig is gesloopt Indien de stal kan worden gebruikt om een ander soort bedrijf te laten opstarten is dit wenselijk. Hierdoor worden hoge kosten vermeden. Een ander soort bedrijf is een bedrijf dat geen dieren houdt. We hebben het dan wel over een goede stal die bruikbaar is voor een ander soort bedrijf. Oudere stallen die niet de moeite zijn om te verbouwen zou ik wel slopen. Op het moment dat bedrijf productierechten vervreemd móet de eigenaar van de gebouwen gedwongen worden de bestemming aan te passen en te reserveren voor sloop. Altijd combi van sloop EN bestemming er af Burgerwoning blijft dan wel staan, lost het probleem van burgers tussen veehouders en mogelijke overlast niet op. Daar kikken de tegenstanders van de veehouderij wel op en dan de nieuwe te ontwikkelen stal zo lang mogelijk tegen houden en proberen om projecten financieel kapot te maken Ik ben sowieso tegen. Waarom moet een ondernemer die duurzaam en emissie arm wil bouwen eerst de rotzooi van een ander opruimen?? Deze (niet)ondernemer heeft al die jaren niet geïnvesteerd, hiervan geprofiteerd, en nu mag een ondernemer die vooruit wil ook nog geld uitgeven aan iemand die al jaren achterover heeft geleund. Laat die oude stallen opgeruimd worden door de eigenaar, en niet door de ontwikkelaar. Deze heeft immers geld door verkoop van zijn dieren, en dierrechten. Immers; Als een Mercedes garage een nieuwe garage wil bouwen hoeft hij ook niet eerst een oude leegstaande Opel garage te slopen om zelf te mogen bouwen. Er is geen inruil nodig als je het boeren in Brabant onmogelijk maakt voor familie bedrijven. 39 / 82

40 Welke stallen Bij het component welke stallen komen voor staldering in aamerking is er sprake van een lichte gemiddelde voorkeur voor de variant stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee. Met name omwonenden en natuur- en milieuorganisaties scoren deze variant hoog. De variant scoort echter laag bij belangenorganisaties en veehouders. Het belangrijkst genoemde argument voor deze variant is dat deze zorgt voor maximaal effect omdat daadwerkelijk herverdeling plaatsvindt. Als tegenargument wordt aangedragen dat dit lastig te controleren is. Alle gebruikers Alle vergunde stallen, inclusief nog niet gebouwde stallen Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Alle stallen, inclusief leegstaande stallen 4,6 5,0 6,0 Alle stallen, met een algemene korting als correctie voor leegstaande stallen 4,1 Belangenorganisatie Alle vergunde stallen, inclusief nog niet gebouwde stallen Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Alle stallen, inclusief leegstaande stallen 6,0 6,0 4,5 Alle stallen, met een algemene korting als correctie voor leegstaande stallen 2,5 Arts / gezondheidskundige Alle vergunde stallen, inclusief nog niet gebouwde stallen Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Alle stallen, inclusief leegstaande stallen 3,7 3,0 6,3 Alle stallen, met een algemene korting als correctie voor leegstaande stallen 5,0 40 / 82

41 Bestuurder/ politcus Alle vergunde stallen, inclusief nog niet gebouwde stallen Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Alle stallen, inclusief leegstaande stallen 6,0 5,0 6,0 Alle stallen, met een algemene korting als correctie voor leegstaande stallen 7,0 Omwonende Alle vergunde stallen, inclusief nog niet gebouwde stallen Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Alle stallen, inclusief leegstaande stallen 3,0 4,8 9,5 Alle stallen, met een algemene korting als correctie voor leegstaande stallen 2,8 Natuur- en milieuorganisatie Alle vergunde stallen, inclusief nog niet gebouwde stallen Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Alle stallen, inclusief leegstaande stallen 3,0 2,0 8,0 Alle stallen, met een algemene korting als correctie voor leegstaande stallen 4,0 41 / 82

42 Uitvoerende instantie/ overheid Alle vergunde stallen, inclusief nog niet gebouwde stallen Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Alle stallen, inclusief leegstaande stallen 4,9 4,5 6,1 Alle stallen, met een algemene korting als correctie voor leegstaande stallen 6,0 Veehouder Alle vergunde stallen, inclusief nog niet gebouwde stallen Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Alle stallen, inclusief leegstaande stallen 4,7 5,8 3,8 Alle stallen, met een algemene korting als correctie voor leegstaande stallen 2,0 Argumenten voor: Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Enige juiste alternatief. Op basis van een peildatum in het verleden vaststellen welke stallen bezet zijn en welke niet. Alleen vergunde, gebouwde en bezette stallen komen in aanmerking voor uitruil. Dit is toch geen hogere wiskunde!!! Op deze wijze vindt er daadwerkelijk een herverdeling van de veedichtheid (en eventuele afname) plaats De meest ideale stalderingsstaltypen. Maximaal effect. Ja want deze zijn nog actueel en dragen nog bij aan de overbelasting. Dit is de juiste optie. Wel zorgen dat dit democratisch gecontroleerd kan worden. Er moet dan een openbare lijst komen. Lege stallen zouden niet gestaldeerd moeten worden. Zou verschillende opties open houden voor toepassing in verschillende situaties Argumenten tegen: Stallen die de afgelopen 2 jaar daadwerkelijk bezet zijn geweest met vee Deze variant gaat er voor zorgen dat bedrijven, even hun stal vol zetten, met als gevolg onnodig gesleep van beesten en houden van dieren in hele oude stallen die er minder geschikt voor zijn, met meer risico's voor dier- en volksgezondheid. Moet je volgens mij niet willen. Los van alle discussies over tijdelijke leegstand etc. Bewijslast moeilijk te vergaren. Wie controleert wie. Kun je dit onderbouwen dat dit nodig is. Brabant wil in 2020 tot de meest innovatieve, duurzame en slimme agrofoodregio's van Europa behoren. 42 / 82

43 Gebied stalderingsregel Bij het component gebied stalderingsregel heeft met een 6,1 de variant voor het hele gebied van de provincie het hoogst gescoord. Argumenten voor deze variant zijn onder andere dat hiermee een waterbed-effect wordt voorkomen. Problemen treffen de gehele provincie en kunnen hierdoor niet worden doorgeschoven naar andere gebieden waardoor geen nieuwe knelgebieden ontstaan. Wel maakt men zich zorgen over extra kosten en extra regelgeving. Vanuit veel perspectieven scoort de genoemde variant het hoogst, echter bij belangenorganisties scoort alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie het hoogst en bij de veehouders scoort geen van de drie varianten hoog. Alle gebruikers Voor het hele gebied van de provincie 6,1 Alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie Alleen voor het concentratiegebied Midden- en Oost- Brabant (kaartje bij 4.1) 4,6 4,4 Belangenorganisatie Voor het hele gebied van de provincie 4,0 Alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie Alleen voor het concentratiegebied Midden- en Oost- Brabant (kaartje bij 4.1) 7,5 3,5 Arts / gezondheidskundige Voor het hele gebied van de provincie 7,0 Alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie Alleen voor het concentratiegebied Midden- en Oost- Brabant (kaartje bij 4.1) 5,0 5,3 43 / 82

44 Bestuurder/ politcus Voor het hele gebied van de provincie 7,0 Alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie Alleen voor het concentratiegebied Midden- en Oost- Brabant (kaartje bij 4.1) 5,0 5,0 Omwonende Voor het hele gebied van de provincie 7,8 Alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie Alleen voor het concentratiegebied Midden- en Oost- Brabant (kaartje bij 4.1) 4,5 6,3 Natuur- en milieuorganisatie Voor het hele gebied van de provincie 10,0 Alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie Alleen voor het concentratiegebied Midden- en Oost- Brabant (kaartje bij 4.1) 2,0 3,0 Uitvoerende instantie/ overheid Voor het hele gebied van de provincie 7,5 Alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie Alleen voor het concentratiegebied Midden- en Oost- Brabant (kaartje bij 4.1) 4,1 4,5 44 / 82

45 Veehouder Voor het hele gebied van de provincie 4,1 Alleen voor knelgebieden (wonen/natuur) binnen de provincie Alleen voor het concentratiegebied Midden- en Oost- Brabant (kaartje bij 4.1) 4,7 3,7 Argumenten voor: Voor het hele gebied van de provincie Voorkomt water-bed effect en voorkomt dat we een of ander moeilijk systeem moeten maken om te bepalen waar het wel/niet mogelijk is De overlast voor natuur en burgers als gevolg van de veehouderij is zo ernstig dat een stand-still overal noodzakelijk is en niet 'waar nodig', zoals de provincie stelt. Als je op sommige plekken wel een stand-still regelt en op andere plekken niet, krijg je een ongewenste verschuiving naar de plekken die nu nog relatief minder belast zijn ('waterbed-effect'). Dat moeten we niet willen. Het stand-still is nodig -voor alle soorten dieren- om te voorkomen dat er in Brabant nog dieren bij kunnen komen. Dat het stand-still per regio dient te gelden, is om te voorkomen dat de dieren zich teveel van de ene regio naar de andere kunnen verplaatsen (voorkomen van verdere concentratie van de veestapel). De huidige dierrechtenregio (van midden Br. t/m midden Li.) vanuit het Rijk is te groot om verdere concentratie van de veestapel in bepaalde regio's te voorkomen, de dierechten gelden niet voor rundvee en bovendien bestaat de kans dat de dierrechten worden afgeschaft bij voldoende mestverwerking. Een 'waterbed-effect' dient te worden voorkomen. Problemen treffen heel Brabant dus hele provincie Staldering is geen oplossing, maar heel Brabant is een knelgebied. In de hele provincie zijn gebieden te vinden met knelgevallen dus ook de regeling toepassen voor de hele provincie Naar internationale normen is heel Brabant een groot knelgebied. We moeten ook een oplossing bieden voor burgers in West Brabant. Ook in West-Brabant bevindt zich problematiek, bijvoorbeeld grote toename van melkvee/stikstofproblematiek. Een brede aanpak van de overbelasting is nodig. Een slot zorgt ervoor dat de overbelasting van Oost Brabant en de Kempen niet wordt getransporteerd naar West. Er zijn veel problemen niet alleen op emissies. We hebben te veel dierlijk mest en de kringloop is niet gesloten. Dit moet ook in West Brabant gebeuren. Ook in minder veedichte gebieden kan staldering oplossing bieden. Hiermee ontstaan geen nieuwe knelpunten. Met de vorige componenten zijn de randvoorwaarden geschapen waarbinnen uitruil mogelijk zou moeten zijn. Als men het eens is over de randvoorwaarden dan zou men het toepassingsgebied zo groot mogelijk moeten maken om maximaal voordeel te kunnen oogsten. Schone gebieden schoon houden Als staldering wordt ingevoerd is gelijkheid voor alle bedrijven binnen Brabant belangrijk Veel bedrijven hebben geen opvolger en komen leeg te staan. Staldering helpt boeren bij het zoeken naar oplossingen. Kun je dit onderbouwen dat dit nodig is. Brabant wil in 2020 tot de meest innovatieve, duurzame en slimme agrofoodregio's van Europa behoren Als je familie bedrijven in brabant niet wilt is dit een goede 45 / 82

46 Argumenten tegen: Voor het hele gebied van de provincie Ik ben tegen kosten verhogende maatregelen die de gemeente provincie of omgevingen dienst ons oplegt maar als ze zelf het gelach willen betalen dan ga ik voor de hele provincie onder het motto wie mooi wil zijn moet bereid zijn een beetje financiële pijn te lijden Extra regels zullen er toe leiden dat relatief kleine ontwikkelingen nauwelijks nog mogelijk zijn. Dat is nu al bij de BZV al de praktijk. Een stalderingsregeling in welke vorm dan ook maakt het alleen maar erger. Bedrijven die een beetje willen groeien en bij de tijd willen blijven hebben nog maar twee mogelijkheden. Schaalvergroting om de extra regels te kunnen betalen of consilideren en op termijn stoppen. Welke stalderingsregeling je ook kiest. Het is een illusie te veronderstellen dat deze waterdicht wordt, gezien de mogelijke voorstellen die je hebt. Dus enige schommelingen in dieraantallen blijven er altijd. De extra lasten zijn voor veehouders zijn wel erg hoog, ten opzichte van het effect wat je gaat bereiken. Het effect zal eerder averechts zijn. Minder dynamiek dus minder betere stallen voor dier en mensen De hele stalderingsregeling zorgt er alleen voor dat concentratie in een gebied niet toeneemt. In het gebied zelf zullen er nog steeds gebieden zijn waar meer dieren komen en waar minder dieren komen. De stapeling van regels maakt het boeren door boeren niet meer mogelijk Door de bomen het bos niet meer kunnen zien. 46 / 82

47 4 Module B: De bank Stalderings-mechanisme Bij het component stalderings-mechanisme scoort via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht met een kleine 5,8 het hoogst. Met name omwonenden en natuur- en milieuorganisaties hebben een sterke voorkeur voor deze variant. Belangenorganisaties hebben geen sterke voorkeur uitgesproken echter scoort via daartoe in een regeling aangewezen makelaars opvallend laag. Belangrijke argumenten voor de variant via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht zijn dat de handel hiermee strak geregeld wordt, dat het controleerbaar is en dat schaalvergroting wordt gestimuleerd. Echter wordt schaalvergroting ook aangedragen als tegenargument en wordt de vraag gesteld of het juridisch haalbaar is. Gezegd moet worden dat bij deze variant slechts twee tegenargumenten worden aangedragen. Alle gebruikers Via de vrije markt 4,4 Via daartoe in een regeling aangewezen makelaars 3,7 Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht 5,8 Belangenorganisatie Via de vrije markt 5,5 Via daartoe in een regeling aangewezen makelaars 1,5 Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht 4,0 Arts / gezondheidskundige Via de vrije markt 4,0 Via daartoe in een regeling aangewezen makelaars 4,0 Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht 5,0 47 / 82

48 Bestuurder/ politcus Via de vrije markt 7,0 Via daartoe in een regeling aangewezen makelaars 5,0 Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht 5,0 Omwonende Via de vrije markt 3,5 Via daartoe in een regeling aangewezen makelaars 4,5 Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht 9,0 Natuur- en milieuorganisatie Via de vrije markt 5,0 Via daartoe in een regeling aangewezen makelaars 6,0 Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht 7,0 Uitvoerende instantie/ overheid Via de vrije markt 4,0 Via daartoe in een regeling aangewezen makelaars 4,4 Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht 6,3 48 / 82

49 Veehouder Via de vrije markt 4,1 Via daartoe in een regeling aangewezen makelaars 1,8 Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht 3,8 Argumenten voor: Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht Strak houden die handel. Geen marktpartijen (ZLTO, RABO en consorten) toelaten in deze bank. Hebben we nog niet genoeg geleerd van de handel in mest- en mestrechten, dierrechten, emissierechten, mestverwerkingsrechten etc. etc.?? Deze regeling vraagt strakke sturing, wellicht een forse financiële ondersteuning. Dat kan niet overgelaten worden aan 'de markt'. Zo strak mogelijk regelen. We zien waar de vrije markt hier toe geleid heeft Garandeert meeste grip op sturing in gewenste richting. Niet overlaten aan de markt. Zonder sturing van overheid en financiele steun van overheid en sector komt er geen beweging Beter controleerbaar dan de vrije markt dus de voorkeur. Objectief en controleerbaar. Betere oplossing dan helemaal vrij laten. Wel een goede controle. Schaalvergroting stimuleren prima regeling Grootschalige veehouderij stimuleren Onafhankelijk, mits de kosten beperkt zijn Onafhankelijkheid is van belang Op basis van sloopkosten een m2 prijs en niet ingewikkelder maken. Ik ben zowiezo tegen stalderen en geld laten 'verdampen' in saneren wat niet geïnvesteerd kan worden in kwaliteitsverbetering. Als je familie bedrijven in brabant niet wilt is dit een goede Argumenten tegen: Via een publiek-private bank met in een regeling vastgelegd alleenrecht Vraag is of juridisch kan. We hebben ervaring met salderingsbank voor ammoniak. Toen werd al door veel onze ZLTO leden aangegeven dat dit niet haalbaar zou zijn. Bank ging op een detail onderuit bij Raad van State. Ook nieuwe bank wordt door boer of door actiegroepen aangevochten. In het veld gaat straks iedereen vanuit dat deze ook weer onderuit gaat. Het gevolg is dat er helemaal niets ingeleverd, want het wordt straks toch weer wat waard en het is voor stoppende ondernemer beter rechten vast te houden Hogere kostprijs betekend schaalvergroting 49 / 82

50 Fonds Bij het component fonds worden de meeste tegen en minste voorargumenten gegeven voor de variant zonder fonds. Met name de kosten die deze variant met zich meebrengt voor de ondernemers wordt aangedragen als belangrijk tegenargument. Voor de overige twee varianten, met een revolverend fonds en met subsidie is een vergelijkbaar aantal voorargumenten gegeven echter een minder aantal tegenargumenten voor de variant met subsidie. Er wordt bijvoorbeeld aangegeven dat subsidie meer kans van slagen biedt en voor dynamiek zorgt. Echter wordt aangegeven dat wel gelet moet worden op het juist gebruiken van deze subsidie. Argumenten voor: Zonder fonds (de bank moet zichzelf kunnen bedruipen) Fondsen voor innovatie prima, maar niet voor stalderen, een bank hoeft niet veel te kosten zolang deze zich beperkt tot administratieve handelingen Argumenten tegen: Zonder fonds (de bank moet zichzelf kunnen bedruipen) De ondernemers die Brabant nieuwe vormen gaan geven, moeten al veel investeren en zullen naast alle geformuleerde doelen, ook een boterham willen verdienen. Het belang van alle Brabanders is een mooier, schoner, vitaal platteland, dus de provincie mag best de kosten van de bank voor zich nemen. Is dus in feite dus vrije markt. Ontwikkelende boer draait voor de kosten Bedrijven die door willen worden zo EN opgezadeld met kostprijsverhogende provinciale regelgeving EN zouden ook nog eens op moeten draaien voor het saneren van stoppende bedrijven. De provincie en gemeente willen dit graag en de ambtenaren bemoeien zich re nu al mee. er licht genoeg gemeenschap geld in de la. ik vraag me ook af wie gaat dit gelach betalen. diegene die toch al te weinig verdiend of ja krijgt voor zijn product. misschien kunnen we het verhuren aan de boer kan hij zeker heel zijn leven als slaaf voor de maatschappij werken voor een honger loontje.misschien kun je tussentijds de eisen van de productie wijzen ook nog aanpassen als hij niet doet wat we met zijn alle willen aan de zijlijn Als je verder wilt gaan dan wat de markt kan zul je moeten betalen. Beste is met subsidie want anders zal het moeilijk te realiseren zijn. Fonds geeft meer mogelijkheden en stimuleert. Bij dit verhaal is het uitgangspunt dat ontwikkelende ondernemer alleen sloopkosten betaald. Dat is optimistisch gedacht. Er ontstaat ook een recht wat een bepaalde waarde heeft De ondernemer met zijn oude stallen moet het zelf opruimen. Wellicht kun je er over nadenken om een regel op te stellen dat men elk jaar een voorziening op moet nemen in zijn boekhouding om later de stal te kunnen slopen en dus op te ruimen. Let wel, de ondernemer heeft aan zijn stal geld verdiend, nu dus ook zelf zijn eigen stal opruimen. 50 / 82

51 Argumenten voor: Met een revolverend fonds (de bank heeft de beschikking over een startbudget, maar de kosten die gemaakt worden, moeten terugverdiend worden) Systeem waar de inleveraar een vergoeding krijgt (prikkel is nodig) en deze deels wordt terugverdiend via uitgifte aan ontwikkelaar, voor zover dit duurzame ontwikkeling niet in de weg staat. Bank hoeft dus niet helemaal revolverend te zijn; in dat geval subsidie erbij. De ontwikkelaar betaald een procentuele afdracht aan de bank voor facilitering van de transactie. De ondernemers die Brabant nieuwe vormen gaan geven, moeten al veel investeren en zullen naast alle geformuleerde doelen, ook een boterham willen verdienen. Het belang van alle Brabanders is een mooier, schoner, vitaal platteland, dus de provincie mag best de kosten van de bank voor zich nemen. Dan wordt de problematiek eigenlijk door de sector zelf opgelost, d.w.z. geen algemene overheidsbijdrage. En zo hoort het ook. De veroorzaker betaalt. Is beter dan geen subsidie. Wel is de vraag hoe men de gemaakte kosten kan terug verdienen? De investeringen die men moet doen voor nieuwe stallen liggen hoog. (en de opbrengsten laag) De omgeving heeft weinig milieuwinst als geld gaat zitten in opkopen van oude stallen die al leeg staan. Deze vervuilen immers niet meer. Inzet van subsidies moet zodanig zijn dat het effect het grootst is. De kosten moeten betaald worden door de vervuiler (sector)en overheid als aanjager. Argumenten tegen: Met een revolverend fonds (de bank heeft de beschikking over een startbudget, maar de kosten die gemaakt worden, moeten terugverdiend worden) Ik begrijp niet wat de meerwaarde is ten opzichte van de vrije markt. Revolvend betekent in de praktijk dat de ontwikkelende ondernemer alles moet betalen. Zoals eerder aangegeven denk ik dat het juridisch ook niet mogelijk is, om de vrije markt uit te sluiten met als gevold dat het fonds ook niet prijsbepalend kan zijn. Daarmee vervalt de meerwaarde De ondernemer met zijn oude stallen moet het zelf opruimen. Wellicht kun je er over nadenken om een regel op te stellen dat men elk jaar een voorziening op moet nemen in zijn boekhouding om later de stal te kunnen slopen en dus op te ruimen. Let wel, de ondernemer heeft aan zijn stal geld verdiend, nu dus ook zelf zijn eigen stal opruimen. Als de fondsen terugverdient moeten worden, moeten de veehouders dit uiteindelijk weer betalen. Dat werkt remmend op het gewenste effect van de regeling. Als je verder wilt gaan dan wat de markt kan zul je moeten betalen 51 / 82

52 Argumenten voor: Met subsidie (de bank heeft de beschikking over een budget dat opgebruikt mag worden) Dat zou voor meer dynamiek zorgen en dat niet alle kosten bij ontwikkelende ondernemer komen te liggen Op deze manier worden de kosten voor de veehouders zo laag mogelijk gehouden. Alleen dan zal de regeling goed van de grond komen. Grote vraag blijft dan natuurlijk wie dit gaat financieren. Met subsidie meer kans van slagen. Alle stallen zijn legaal gebouwd, en iedereen is gebaat bij een mooi landschap, zonder ingezakte stallen. Die willen uitbreiden financieren mee door de staldering. Goed maar dan alleen met stallen die tot kort gevuld waren met dieren (2 jaars termijn) Dan neem je gelijk emissies uit de markt. Het opkopen van dierrechten etc. blijft belangrijk anders verschuiven de dieren naar lege stallen met weinig milieuvoordelen. Beiden maatregelen zijn dus belangrijk. Alleen indien de subsidie gebruikt wordt voor de facilitering/bemiddeling van de ruiltransacties. Geen subsidie naar stoppers of ontwikkelaars, door verkeerde subsidies in het verleden zijn we in het huidige wespennest beland!!!! Als je verder wilt gaan dan wat de markt kan zul je moeten betalen Argumenten tegen: Met subsidie (de bank heeft de beschikking over een budget dat opgebruikt mag worden) De provincie hoeft het niet alleen te doen, maar ook de boeren niet. De ondernemer met zijn oude stallen moet het zelf opruimen. Wellicht kun je er over nadenken om een regel op te stellen dat men elk jaar een voorziening op moet nemen in zijn boekhouding om later de stal te kunnen slopen en dus op te ruimen. Let wel, de ondernemer heeft aan zijn stal geld verdiend, nu dus ook zelf zijn eigen stal opruimen. 52 / 82

53 Bank en de sloopkosten Bij het component bank en de sloopkosten scoort de variant de ontwikkelaar betaalt de sloopkosten het hoogst. Als voorargument wordt onder andere aangedragen dat de ontwikkelaar belang heeft bij het slopen en daarom de kosten moet dragen. Als tegenargument komt onder andere naar voren dat dit wel te duur kan uitvallen met ongunstige gevolgen. Deze variant scoort vanuit bijna alle perspectieven het hoogst. Echter natuur- en milieuorganisaties keuren alle varianten af en alleen belangenorganisaties geven een sterke voorkeur aan de variant de bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper. Alle gebruikers De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten 6,0 De bank schiet de sloopkosten voor, en rekent deze door aan de ontwikkelaar De bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper De bank schiet de sloopkosten voor aan de sloper en rekent deze voor de helft door aan de ontwikkelaar en voor de helft aan de sloper 4,8 4,6 4,0 Belangenorganisatie De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten 4,0 De bank schiet de sloopkosten voor, en rekent deze door aan de ontwikkelaar De bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper De bank schiet de sloopkosten voor aan de sloper en rekent deze voor de helft door aan de ontwikkelaar en voor de helft aan de sloper 4,0 8,0 2,0 53 / 82

54 Arts / gezondheidskundige De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten 5,7 De bank schiet de sloopkosten voor, en rekent deze door aan de ontwikkelaar De bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper De bank schiet de sloopkosten voor aan de sloper en rekent deze voor de helft door aan de ontwikkelaar en voor de helft aan de sloper 5,7 4,3 5,0 Bestuurder/ politcus De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten 7,0 De bank schiet de sloopkosten voor, en rekent deze door aan de ontwikkelaar De bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper De bank schiet de sloopkosten voor aan de sloper en rekent deze voor de helft door aan de ontwikkelaar en voor de helft aan de sloper 6,0 5,0 5,0 Omwonende De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten 7,5 De bank schiet de sloopkosten voor, en rekent deze door aan de ontwikkelaar De bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper De bank schiet de sloopkosten voor aan de sloper en rekent deze voor de helft door aan de ontwikkelaar en voor de helft aan de sloper 6,8 5,3 5,8 54 / 82

55 Natuur- en milieuorganisatie De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten 1,0 De bank schiet de sloopkosten voor, en rekent deze door aan de ontwikkelaar De bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper De bank schiet de sloopkosten voor aan de sloper en rekent deze voor de helft door aan de ontwikkelaar en voor de helft aan de sloper 1,0 1,0 1,0 Uitvoerende instantie/ overheid De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten 6,5 De bank schiet de sloopkosten voor, en rekent deze door aan de ontwikkelaar De bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper De bank schiet de sloopkosten voor aan de sloper en rekent deze voor de helft door aan de ontwikkelaar en voor de helft aan de sloper 4,9 4,0 4,6 Veehouder De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten 5,0 De bank schiet de sloopkosten voor, en rekent deze door aan de ontwikkelaar De bank schiet de sloopkosten voor, maar ontvangt ze terug van de sloper De bank schiet de sloopkosten voor aan de sloper en rekent deze voor de helft door aan de ontwikkelaar en voor de helft aan de sloper 2,6 4,1 1,8 55 / 82

56 Argument voor: De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten Zo bewerkstellig je dat duidelijk wordt of verbetering van het leefmilieu door ontwikkeling toe te staan ook daadwerkelijk werkt. Wil men graag uitbreiden, zijn dit wel extra kosten, maar anders heeft men niet de mogelijkheid om uit te breiden. Een gezond bedrijf moet dit aan kunnen. Zijn een klein deel van de investering, geeft meeste kans op daadwerkelijke sloop. Sloopkosten behoren betaald te worden door de ontwikkelaar want deze behoort tot de normale investering. Deze heeft belang om te slopen en te ontwikkelen Dit dient dan wel gecompenseerd te worden door lagere kosten voor bouwaanvragen/bestemmingsplan herzieningen en bijkomende kosten bij de ontwikkelingen. Want als het totaalplaatje duurder wordt, krijgen we geen duurzame oplossingen. En als er geen ontwikkelaar is wordt er dus niet of voor eigen rekening gesloopt. Sloop je zonder vraag, en schiet de bank voor, dan is de vraag wie draait voor de kosten van de bank op? Maakt niet uit zolang er het maar niet met gemeenschapsgeld betaald wordt. Argument tegen: De ontwikkelaar betaalt de sloopkosten Wie betaalt bepaalt. het zal niet de uitgeknepen boer zijn. Of er moet nog veel veranderen. niet van mijn geld. ik doe liever aflossen als dat nog kan. anders hoor ik de volgende keer ook bij de stoppers. LET OP DE TIPP onderhandelingen zijn geflopt en er komen dus goedkopen producten uit het buitenland. En de meerderheid van de consumentenwens gaat naar goede en goedkope producten en anders maken onze grootgrutters wel kant en klare producten met goed kopen producten erin waar veel gemaakts vraag naar is Kosten komen dan in een keer op het bordje van de ontwikkelaar, is dit gunstig? Kosten is schaalvergroting Als je verder wilt gaan dan wat de markt kan zul je moeten betalen Dit blokkeert werkelijk alle verdere ontwikkelingen (ja, ook de positieve zoals emissie arme bedrijven) Dit gaat zo duur worden dat alles stil komt te staan in het buitengebied en dat er niets opgeruimd gaat worden, en de verloedering erger gaat worden zelfs. Leg de rekening niet bij de ontwikkelaar neer, mensen doen net alsof daar de bomen tot in de hemel groeien, zo is de werkelijkheid niet! Met dit voorstel word de indruk gewekt dat de ontwikkelaar alles op moet lossen. Als het te duur wordt, zal een uitbreider eerder geneigd zijn om bedrijven over te nemen op locatie. Zonder verdere regeling werkt dit te veel prijsopdrijvend. De ontwikkelaar moet dit terug kunnen verdienen. 56 / 82

57 Afroming Afroming is het altijd inhouden van een klein gedeelte van de rechten of de meters die ingeruild en/of opgekocht of beheerd worden; dit principe kan zowel bij de staldering als bij de bank toegepast worden. Bij het component afroming scoort geen van de drie varianten opvallend hoog of laag. Ook is niet vanuit ieder perspectief een duidelijke voorkeur zichtbaar. Omwonenden, bestuurders en politici en natuur- en milieuorganisaties scoren de variant altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging het hoogst. Opvallend is dat deze variant bij veehouders juist weer heel laag scoort. Veehouders hebben een voorkeur voor de variant niet, echter omwonenden en natuur- en milieuorganisties hebben duidelijk geen voorkeur voor deze variant. Alle gebruikers Altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging 5,2 Alleen bij ontwikkeling in knelgebieden, om daar groei te ontmoedigen Niet 4,6 5,4 Belangenorganisatie Altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging 3,5 Alleen bij ontwikkeling in knelgebieden, om daar groei te ontmoedigen Niet 5,5 4,5 Arts / gezondheidskundige Altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging 4,3 Alleen bij ontwikkeling in knelgebieden, om daar groei te ontmoedigen Niet 4,0 5,7 57 / 82

58 Bestuurder/ politcus Altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging 7,0 Alleen bij ontwikkeling in knelgebieden, om daar groei te ontmoedigen Niet 5,0 6,0 Omwonende Altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging 9,8 Alleen bij ontwikkeling in knelgebieden, om daar groei te ontmoedigen Niet 1,0 3,8 Natuur- en milieuorganisatie Altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging 9,0 Alleen bij ontwikkeling in knelgebieden, om daar groei te ontmoedigen Niet 2,0 7,0 Uitvoerende instantie/ overheid Altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging 5,6 Alleen bij ontwikkeling in knelgebieden, om daar groei te ontmoedigen Niet 4,5 7,3 58 / 82

59 Veehouder Altijd, ongeacht de kwaliteit van de stal of de ligging 1,9 Alleen bij ontwikkeling in knelgebieden, om daar groei te ontmoedigen Niet 7,3 4,3 59 / 82

60 Eigendom Bij het component eigendom scoort geen van de varianten een voldoende, echter scoort de variant het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelde bedrijf met een 5,3 ongeveer 2 punten hoger dan de andere twee varianten. Bestuurders en politici, veehouders en uitvoerende instanties en overheden hebben een duidelijke voorkeur voor deze variant, echter omwonenden en natuur- en milieuorganisaties duidelijk niet. Een veel genoemd argument voor deze variant is dat dit ervoor zorgt dat de kosten niet volledig bij de bank komen te liggen. Als tegenargument wordt onder andere genoemd dat dit een risico is voor het ontwikkelende bedrijf. Alle gebruikers Het eigendom blijft bij de bank, het gebruik wordt voor 15 jaar geleased / gehuurd Het eigendom wordt voor 15 jaar om niet in gebruik gegeven Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf 3,5 3,2 5,3 Belangenorganisatie Het eigendom blijft bij de bank, het gebruik wordt voor 15 jaar geleased / gehuurd Het eigendom wordt voor 15 jaar om niet in gebruik gegeven Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf 5,0 5,0 5,0 Arts / gezondheidskundige Het eigendom blijft bij de bank, het gebruik wordt voor 15 jaar geleased / gehuurd Het eigendom wordt voor 15 jaar om niet in gebruik gegeven Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf 4,0 4,0 5,0 60 / 82

61 Bestuurder/ politcus Het eigendom blijft bij de bank, het gebruik wordt voor 15 jaar geleased / gehuurd Het eigendom wordt voor 15 jaar om niet in gebruik gegeven Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf 5,0 5,0 7,0 Omwonende Het eigendom blijft bij de bank, het gebruik wordt voor 15 jaar geleased / gehuurd Het eigendom wordt voor 15 jaar om niet in gebruik gegeven Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf 7,0 3,6 3,4 Natuur- en milieuorganisatie Het eigendom blijft bij de bank, het gebruik wordt voor 15 jaar geleased / gehuurd Het eigendom wordt voor 15 jaar om niet in gebruik gegeven Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf 1,0 1,0 1,0 Uitvoerende instantie/ overheid Het eigendom blijft bij de bank, het gebruik wordt voor 15 jaar geleased / gehuurd Het eigendom wordt voor 15 jaar om niet in gebruik gegeven Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf 3,5 3,8 6,3 61 / 82

62 Veehouder Het eigendom blijft bij de bank, het gebruik wordt voor 15 jaar geleased / gehuurd Het eigendom wordt voor 15 jaar om niet in gebruik gegeven Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf 1,0 1,8 6,1 Argumenten voor: Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf Eigendom bij bedrijf, anders zal er weinig animo zijn. Het is aan de ondernemer hoe hij zijn bedrijf bij de tijd houdt. Geeft de meeste bedrijfszekerheid, maar geen mogelijkheid meer om na bepaalde tijd in te grijpen. Getracht moet worden om een salderingsregeling te krijgen waarbij de kosten zo laag mogelijk blijven. Een te slopen stal moet geen handelswaar worden waarvan de prijs afhankelijk is van de beschikbaarheid van te slopen stallen op de markt. Na het stalderen moet er geen naeffect zijn voor de ondernemer die wil uitbreiden. De bank faciliteert de transactie en verder niets. Alle transacties worden door de markt zelf gefinancierd. Een ontwikkelend bedrijf moet dit financieren. De bank zal er niet happig op zijn om geld te steken in iets wat geen eigendom wordt. Niet tot onbepaalde tijd de bank belasten met beheer eigendom/verhuur van rechten. Wordt lastig als je de bank na bijv. 10 jaar wilt opheffen. Bedrijfszekerheid en stimulans duurzame ontwikkeling op de lange termijn. De enige optie om stappen te zetten als ondernemer Het vergrote van veehouderij locaties in brabant Voor het saneren van familiebedrijven is dit goed Maak het niet te complex Ongewenst om in te grijpen in het eigendomsrecht zoals dat in ons land algemeen gehanteerd wordt. Argumenten tegen: Het eigendom wordt verkocht aan het ontwikkelende bedrijf Is een risico voor het ontwikkelende bedrijf, deze moet vol investeren in deze rechten. Beter kan het bedrijf investeren in zaken die er toe doen. Het bedrijf zal dus waarschijnlijk meer geld moeten lenen van de bank en rente betalen over deze rechten. Als je niet weet wat je klanten zijn gaat de bank failliet. Overbodige vraag, eigendom doet niet ter zake, als je daar nog iets wilt voor gaan regelen. dan maak je de systematiek helemaal kansloos. Veel te ingewikkeld en duur. Het gaat erom dat de stal gesloopt of herbestemd wordt. Eigendom doet dus niet ter zake Waar gaat dit over? eigendom van wat?? (bij m2 stalruimte) Om geen familie bedrijven te hebben in brabant. 62 / 82

63 5 Module 4: Stimulering en deregulering Voorrang bij inruil Bij het component voorrang bij inruil scoort geen van de varianten opvallend hoog of laag. Wel zijn enkele opvallende verschillen zichtbaar in s vanuit de verschillende perspectieven. De variant stallen met hoge emissies scoort met een 2 bijvoorbeeld bij de belangenorganisaties laag, maar bij artsen en gezondheidskundigen met een 7 een ruime voldoende. Artsen en gezondheidskundigen en omwonenden scoren de variant geen voorrangsregeling heel laag, terwijl natuur- en milieuorganisaties duidelijk hun voorkeur geven aan deze variant. Alle gebruikers Stallen met hoge emissies 4,6 Stallen binnen 50 meter van een burgerbewoning 4,9 Stallen binnen 50 meter van een cluster van minimaal 5 burgerwoningen Stallen binnen 250 meter van de bebouwde kom 5,2 Stallen binnen 250 meter van een natuurgebied 4,4 Een combinatie, die ik in mijn argumentatie toelicht 4,5 Geen voorrangsregeling 4,5 5,3 Belangenorganisatie Stallen met hoge emissies 2,0 Stallen binnen 50 meter van een burgerbewoning 6,5 Stallen binnen 50 meter van een cluster van minimaal 5 burgerwoningen Stallen binnen 250 meter van de bebouwde kom 7,5 Stallen binnen 250 meter van een natuurgebied 6,5 Een combinatie, die ik in mijn argumentatie toelicht 5,5 Geen voorrangsregeling 5,0 7,5 63 / 82

64 Arts / gezondheidskundige Stallen met hoge emissies 7,0 Stallen binnen 50 meter van een burgerbewoning 7,0 Stallen binnen 50 meter van een cluster van minimaal 5 burgerwoningen Stallen binnen 250 meter van de bebouwde kom 7,7 Stallen binnen 250 meter van een natuurgebied 6,3 Een combinatie, die ik in mijn argumentatie toelicht 7,0 Geen voorrangsregeling 1,3 7,7 Bestuurder/ politcus Stallen met hoge emissies 6,0 Stallen binnen 50 meter van een burgerbewoning 5,0 Stallen binnen 50 meter van een cluster van minimaal 5 burgerwoningen Stallen binnen 250 meter van de bebouwde kom 7,0 Stallen binnen 250 meter van een natuurgebied 6,0 Een combinatie, die ik in mijn argumentatie toelicht 8,0 Geen voorrangsregeling 7,0 6,0 64 / 82

65 Omwonende Stallen met hoge emissies 5,3 Stallen binnen 50 meter van een burgerbewoning 6,3 Stallen binnen 50 meter van een cluster van minimaal 5 burgerwoningen Stallen binnen 250 meter van de bebouwde kom 7,8 Stallen binnen 250 meter van een natuurgebied 5,3 Een combinatie, die ik in mijn argumentatie toelicht 5,3 Geen voorrangsregeling 2,0 5,8 Natuur- en milieuorganisatie Stallen met hoge emissies 1,0 Stallen binnen 50 meter van een burgerbewoning 1,0 Stallen binnen 50 meter van een cluster van minimaal 5 burgerwoningen Stallen binnen 250 meter van de bebouwde kom 1,0 Stallen binnen 250 meter van een natuurgebied 1,0 Een combinatie, die ik in mijn argumentatie toelicht 1,0 Geen voorrangsregeling 9,0 1,0 65 / 82

66 Uitvoerende instantie/ overheid Stallen met hoge emissies 6,6 Stallen binnen 50 meter van een burgerbewoning 5,3 Stallen binnen 50 meter van een cluster van minimaal 5 burgerwoningen Stallen binnen 250 meter van de bebouwde kom 5,6 Stallen binnen 250 meter van een natuurgebied 5,1 Een combinatie, die ik in mijn argumentatie toelicht 5,6 Geen voorrangsregeling 5,1 5,9 Veehouder Stallen met hoge emissies 2,3 Stallen binnen 50 meter van een burgerbewoning 3,4 Stallen binnen 50 meter van een cluster van minimaal 5 burgerwoningen Stallen binnen 250 meter van de bebouwde kom 2,3 Stallen binnen 250 meter van een natuurgebied 2,0 Een combinatie, die ik in mijn argumentatie toelicht 2,1 Geen voorrangsregeling 5,6 3,6 66 / 82

67 Voorrang bij ontwikkeling Bij het component voorrang bij ontwikkeling is een lichte voorkeur voor de variant stallen met een hoge BZVscore zichtbaar. Deze variant scoort met name bij uitvoerende instanties en overheden en veehouders het hoogst. Echter bij belangenorganisaties en natuur- en milieuorganisaties scoort deze variant laag. Een belangrijk voorargument voor deze variant is dat het meetbaar is. Een tegenargument is dat het extra geld en tijd zal kosten. Bestuurders en politici, belangenorganisties en natuur- en milieuorganisaties hebben een voorkeur voor de variant geen voorrangsregeling. Omwonenden, artsen en gezondheidskundigen en uitvoerende instanties en overheden scoren juist deze variant opvallend laag. Alle gebruikers Stallen met een hoge BZV-score 5,7 Grondgebonden bedrijven 4,7 Innovatieve koplopers 4,5 Kwalitatieve groeiers (bedrijven die meer stalruimte nodig hebben, terwijl aantal dieren niet groeit) Gezinsbedrijven 3,8 Geen voorrangsregeling 3,8 4,4 Belangenorganisatie Stallen met een hoge BZV-score 3,5 Grondgebonden bedrijven 5,5 Innovatieve koplopers 3,5 Kwalitatieve groeiers (bedrijven die meer stalruimte nodig hebben, terwijl aantal dieren niet groeit) Gezinsbedrijven 1,5 Geen voorrangsregeling 6,5 1,5 67 / 82

68 Arts / gezondheidskundige Stallen met een hoge BZV-score 6,0 Grondgebonden bedrijven 6,0 Innovatieve koplopers 7,0 Kwalitatieve groeiers (bedrijven die meer stalruimte nodig hebben, terwijl aantal dieren niet groeit) Gezinsbedrijven 5,7 Geen voorrangsregeling 1,7 5,0 Bestuurder/ politcus Stallen met een hoge BZV-score 6,0 Grondgebonden bedrijven 5,0 Innovatieve koplopers 6,0 Kwalitatieve groeiers (bedrijven die meer stalruimte nodig hebben, terwijl aantal dieren niet groeit) Gezinsbedrijven 6,0 Geen voorrangsregeling 7,0 6,0 Omwonende Stallen met een hoge BZV-score 5,3 Grondgebonden bedrijven 8,0 Innovatieve koplopers 3,3 Kwalitatieve groeiers (bedrijven die meer stalruimte nodig hebben, terwijl aantal dieren niet groeit) Gezinsbedrijven 3,0 Geen voorrangsregeling 1,0 5,8 68 / 82

69 Natuur- en milieuorganisatie Stallen met een hoge BZV-score 1,0 Grondgebonden bedrijven 1,0 Innovatieve koplopers 1,0 Kwalitatieve groeiers (bedrijven die meer stalruimte nodig hebben, terwijl aantal dieren niet groeit) Gezinsbedrijven 1,0 Geen voorrangsregeling 8,0 1,0 Uitvoerende instantie/ overheid Stallen met een hoge BZV-score 7,4 Grondgebonden bedrijven 5,1 Innovatieve koplopers 5,6 Kwalitatieve groeiers (bedrijven die meer stalruimte nodig hebben, terwijl aantal dieren niet groeit) Gezinsbedrijven 4,9 Geen voorrangsregeling 3,5 5,8 Veehouder Stallen met een hoge BZV-score 5,5 Grondgebonden bedrijven 2,3 Innovatieve koplopers 3,4 Kwalitatieve groeiers (bedrijven die meer stalruimte nodig hebben, terwijl aantal dieren niet groeit) Gezinsbedrijven 3,0 Geen voorrangsregeling 4,9 3,4 69 / 82

70 Argumenten voor: Stallen met een hoge BZV-score Dit is een maatlat, de overige opties zijn een basis voor een maatlat die nog ontwikkeld moet worden Meetbaar en effectief Beste meetbaar Maakt oplossing problemen gemakkelijker. Bedrijven die extra bovenwettelijke investering doen tbv kwaliteit omgeving verdienen een voorrangsregeling. Ja want deze hebben veel geïnvesteerd in milieu etc. De hoge kosten die zijn gemaakt mogen beloond worden. Kwaliteitsslag Stimulering grootschalige veehouderij Dan ook een echt hogere BZV score Nog wel afhankelijk van de verdere invulling van de BZV Als je bepaald dan betaal je ook de kosten van de voorrangsregeling Argumenten tegen: Stallen met een hoge BZV-score Nieuwe stallen zijn altijd beter als de oude. hoe meer ambtenaren er naar moeten kijken hoe trager het gaat en meerkosten met zich meebrengt in de ruimste zin van het woord Weer een toetsing Als je als overheid bepaald maar niet betaald Normaal of gewoon scoren aan de BZV is minimum instapvereiste. Onzin om dit extra te belonen. BZVelementen lopen niet parallel aan doelstellingen ter verlaging milieudruk. BZV-score is een slecht sturingsmechanisme. Lijkt interessant. Alleen hoeft een dergelijk bedrijf niet per definitie duurzamer te zijn dan een bedrijf met een lagere score op kortere afstand van woningen of natuur. De BZV is niet voor iedere sector even goed haalbaar. Zegt niets over het gebied. 70 / 82

71 Bonus Bedrijven die op knelpunten vuile stallen opruimen en op de goede plaatsen nieuwe schone stallen ontwikkelen kunnen in aanmerking komen voor een stimulerende bonus. Bij het component bonus scoort geen van de varianten opvallend hoog of laag. De variant geen bonusregeling scoort met een 5,4 het hoogst. Belangenorganisaties, natuur- en milieuorganisaties, omwonenden en artsen en gezondheidskundigen scoren deze variant allemaal het hoogst met uiteenlopend een 9,5 tot een 6,3. Veehouders daarentegen scoren deze variant met een 2,8 het laagst. Een genoemd argument voor is dat ondernemers in andere sectoren hier ook geen bonusregeling voor krijgen. Een gehoort tegenargument is dat nieuwe stallen in feite altijd beter zijn dan de oude dus dat elke ondernemer dan beloont moet worden. Alle gebruikers Geen bonusregeling 5,4 Groter bouwblok 4,3 Groter bouwblok onder voorwaarden (als u deze optie kiest, geef dan aan welke voorwaarden daarbij gelden) WOZ vrijstelling 3,1 Leges vrijstelling 3,3 4,3 Voorrang bij ontwikkelruimte in de PAS, Programmatische Aanpak Stikstof 4,6 Belangenorganisatie Geen bonusregeling 9,5 Groter bouwblok 5,5 Groter bouwblok onder voorwaarden (als u deze optie kiest, geef dan aan welke voorwaarden daarbij gelden) WOZ vrijstelling 1,0 Leges vrijstelling 1,0 5,5 Voorrang bij ontwikkelruimte in de PAS, Programmatische Aanpak Stikstof 1,0 71 / 82

72 Arts / gezondheidskundige Geen bonusregeling 6,3 Groter bouwblok 3,0 Groter bouwblok onder voorwaarden (als u deze optie kiest, geef dan aan welke voorwaarden daarbij gelden) WOZ vrijstelling 3,7 Leges vrijstelling 3,3 3,0 Voorrang bij ontwikkelruimte in de PAS, Programmatische Aanpak Stikstof 5,3 Bestuurder/ politcus Geen bonusregeling 5,0 Groter bouwblok 6,0 Groter bouwblok onder voorwaarden (als u deze optie kiest, geef dan aan welke voorwaarden daarbij gelden) WOZ vrijstelling 5,0 Leges vrijstelling 5,0 7,0 Voorrang bij ontwikkelruimte in de PAS, Programmatische Aanpak Stikstof 7,0 Omwonende Geen bonusregeling 7,3 Groter bouwblok 1,5 Groter bouwblok onder voorwaarden (als u deze optie kiest, geef dan aan welke voorwaarden daarbij gelden) WOZ vrijstelling 1,8 Leges vrijstelling 1,8 4,3 Voorrang bij ontwikkelruimte in de PAS, Programmatische Aanpak Stikstof 5,0 72 / 82

73 Natuur- en milieuorganisatie Geen bonusregeling 9,0 Groter bouwblok 1,0 Groter bouwblok onder voorwaarden (als u deze optie kiest, geef dan aan welke voorwaarden daarbij gelden) WOZ vrijstelling 1,0 Leges vrijstelling 1,0 1,0 Voorrang bij ontwikkelruimte in de PAS, Programmatische Aanpak Stikstof 1,0 Uitvoerende instantie/ overheid Geen bonusregeling 5,9 Groter bouwblok 5,3 Groter bouwblok onder voorwaarden (als u deze optie kiest, geef dan aan welke voorwaarden daarbij gelden) WOZ vrijstelling 3,1 Leges vrijstelling 3,0 6,6 Voorrang bij ontwikkelruimte in de PAS, Programmatische Aanpak Stikstof 3,6 Veehouder Geen bonusregeling 2,8 Groter bouwblok 5,6 Groter bouwblok onder voorwaarden (als u deze optie kiest, geef dan aan welke voorwaarden daarbij gelden) WOZ vrijstelling 4,4 Leges vrijstelling 4,9 3,0 Voorrang bij ontwikkelruimte in de PAS, Programmatische Aanpak Stikstof 6,6 73 / 82

74 Argumenten voor: Geen bonusregeling Geen maatschappelijk kapitaal aanwenden een sectoraal probleem op te lossen, dit doen we in andere sectoren ook niet. Oude stallen saneren moet met geld van ontwikkelaars. Als dit geld er niet is dan lost de tijd het probleem wel op. Oude stallen zitten per definitie in een sterfhuistraject. Met financiële ondersteuning gaat dit proces enkel sneller en vriendelijker. Ondernemers in andere sectoren krijgen dit terecht ook niet Bonusregelingen stimuleren verplaatsing van de problematiek. Daar moeten we mee uitkijken. Schone gebieden schoon houden. Elke stal die in Brabant er bij komt is veel schoner dan de oude stal. Dus je moet dan elke ondernemer belonen Geen bonus, tenzij het ontwikkelende bedrijf zijn eigen oude stallen (op de ontwikkellocatie of een andere eigen locatie) aanlevert bij de bank. Maakt oplossing problemen gemakkelijker. Grootschalige veehouderijen stimuleren Helemaal geen staldering Argumenten tegen: Geen bonusregeling Nieuwe stallen zijn altijd beter Dit wordt een veel te ingewikkelde systematiek. Houdt het zo eenvoudig mogelijk. ook icm voorgaande onderdelen van deze module, te complex. Niet te ingewikkeld maken. Waarom moet een ondernemer de kosten betalen van een stoppende ondernemer Zonder regeling is er geen kans op sturing. 74 / 82

75 Regeldruk Als staldering wordt ingevoerd, kunnen wellicht regels vervallen omdat deze niet meer nodig zijn. Hieronder hebben de deelnemers aangegeven welke algemene regels geschrapt of versoepeld zouden kunnen worden voor alle veehouders. Indien mogelijk is hierbij ook aangegeven welke criteria daarbij eventueel gehanteerd zouden moeten worden. Belangenorganisatie Er is veel regeldruk, omdat het probleem groot is en niet principieel wordt aangepakt. Als je dat wel doet (alles grondgebonden, anders stoppen) mogen van mij alle regels weg. In het kader van de PAS zijn er afspraken gemaakt tussen terreinbeheerders BMF/provincie en ZLTO. In ruil voor ontwikkelruimte zouden veehouders wat doen aan de stalemissies. De vergunde stalemissies dalen hard, alleen weigert de provincie de beloofde ontwikkelruimte uit te delen. Het wil niet zeggen dat de ontwikkelruimte niet gebruikt wordt. Die wordt gebruikt door bedrijven uit Limburg en Gelderland (waar minder vergaande eisen aan de stal worden gesteld). Natuur in Brabant profiteert niet door extra beleid, alleen extra lasten voor veehouders in Brabant. Aanvullende beleidsregels PAS afschaffen dus Het beleid in Brabant is, dat de veehouderij moet verduurzamen. Daar was de BZV bedoeld en is ook de omgevingsdialoog en de urgentiegebieden zijn geïntroduceerd. Dat is er pas twee jaar. Nu wordt er weer nieuw beleid voorgesteld. Blijkbaar is de BZV niet effectief (dat is overigens nog veel te vroeg om te beoordelen) en de andere instrumenten ook niet. Maar als je dan toch concludeert dat ze niet effectief zijn moet je ze dus ook durven af te schaffen. Weidegang vindt de maatschappij belangrijk. Met de huidige regels voor grondgebondenheid kunnen melkveebedrijven in gebieden beperkingen niet uitbreiden. Als je weidegang wilt stimuleren zou je bedrijven die dat toepassen wel ontwikkelruimte kunnen geven, zorgt ook nog voor minder ammoniakuitstoot Omvang van het bouwblok kan op goede plekken en voor goede ontwikkelingen los gelaten worden. Huidige regelgeving zorgt ook voor proppen bouwblok, slecht voor brandveiligheid en beeldkwaliteit. Zul je dus kwalitatiever moeten doen. Arts / gezondheidskundige Omvang bouwblok: zegt zo weinig voor emissiereductie en beperkt boeren te veel op gebied innovaties. Bestuurder/ politcus Bouwblok vergroten alleen maar waar het ook in de toekomst geen problemen geeft. BZV handhaven en regelmatig bijhouden, zodat innovatie gestimuleerd wordt. Grondgebondenheid is niet duidelijk uit te leggen. Voer uit de regio voor het bedrijf, kan ook grondgebonden zijn, ipv alleen eigendom te tellen. Omwonende Als elke stalderingstransactie onvoorwaardelijk een afname van milieudruk, veestapel én stalareaal oplevert (dwz. saneren in knelgebieden, areaal afromen en ontwikkelen daar waar het kan door serieuze en eerlijke ondernemers) dan kan er veel regelgeving vervallen. Ik realiseer me helaas maar al te goed dat dit een utopie gaat zijn. ("We zijn op weg naar Omsk maar de weg daarheen is lang. En daarom vullen wij de tijd met feestelijk gezang." citaat Heinz Polzer). Desondanks ben ik er van overtuigd dat als het ooit van staldering gaat komen dit een verlichting van regeldruk kan opleveren. De staldering heeft op zich niets van doen met meer of minder regelgeving. Het is andere regelgeving. Regelgeving is nodig maar zonder controle en handhaving is elke regelgeving een loze kreet. Daaraan heeft het met name in de agrarische sector ontbroken. Er zijn in deze sector te veel ondernemers die lak hebben aan regels. Daardoor doen zij de goedwillenden tekort. Erger nog. Zij dwingen deze ook de grenzen op te zoeken om te overleven. Nu de grenzen van de groei zijn overschreden en het een kwestie van overleven wordt zullen regels nog scherper worden en controle en handhaving essentieel om het vertrouwen van consument en burger terug te krijgen. De sector en haar vertegenwoordigers zullen elkaar hierop moeten aanspreken. Het helpt niet om een gezondheidsprobleem als gevolg van de intensieve veehouderij klein te 75 / 82

76 maken, of om meteen in Den Haag en Brussel steun te vragen als de prijzen slecht zijn of de natuur toeslaat. Aan vermindering van regeldruk kun je alleen maar denken als ze niemand raken. Maw. op moment dat je een regel hebt heb je grenzen. Deze grenzen zijn vaak tot stand gebracht (politiek/maatschappelijk) en regelen zaken die men wil borgen. Op het moment dat er geen regels zijn kan men makkelijk in de ruimte van de ander komen. De vraag is of die wenselijk is? Met het schrappen van de WOZ of bouwleges heb ik geen moeite omdat dit belastinggeld is. Maar het schrappen van ruimtelijk en milieuregels zie ik niet zitten. Ik vind schoon water, schone lucht en grond een basisrecht voor elk mens. Dat sommige dit recht alleen willen hebben kan niet. En dat sommige denken dat deze van ondergeschikt belang zijn is een denkfout. Het schrappen van deze regels kan alleen als kringenlopen, mestoverschotten en overbelasting van emissies zijn teruggedrongen. Het verleden heeft bewezen dat beloningen vooraf averechts hebben gewerkt met het realiseren van doelen. Niemand in Nederland is vrij om te doen en laten wat hij wil. Boeren zijn niet de enigen die met regels te maken krijgen. Regels zijn nodig om de maatschappij goed te laten functioneren. Je kunt ook niet schrappen in "onzinnige" regels omdat dit betekend dat dan ook vaak "zinnige' regels worden meegesleurd want wetten en regels zijn met vele draden aan elkaar verbonden. Natuur- en milieuorganisatie Beleidsregel PAS Uitvoerende instantie/ overheid Het is moeilijk om regeldruk te verminderen door stalderen. Het stalderen lijkt tot meer regeldruk en toetsmomenten te leiden als deze regeling te ingewikkeld wordt gemaakt. Regels vanuit diversen wetgeving kan niet zomaar aan de kant worden geschoven indien er een stalderingsregeling is. Je hebt altijd te maken met de omgeving van de locatie waar uitgebreid wordt. Daarvoor doet het er maar beperkt toe dat elders een stal wordt gesloopt. Het reguleren van de veedichtheid via een systematiek staldering) betekent een toename van de regeldruk. Als we hiervoor kiezen doen we dit ook om kansen te scheppen voor een maatschappelijk geaccepteerde ontwikkeling van de veehouderij. Het is zo niet te overzien welke regels evt. kunnen vervallen, versoepeld of vereenvoudigd kunnen worden. Verdient nog wel aandacht om hier goed naar te kijken. Niet klakkeloos regeldruk verlagen. De regels zijn niet voor niks opgesteld. Alleen wanneer regels niet werken of erger nog elkaar bijten zou je moeten kijken welke afgeschaft kunnen worden. Maar het is niet als er 1 regel bijkomt dat er dan ook 1 regel af moet. De vaste omvang van het bouwblok zou, onder voorwaarden (voldoende lage emissies) verlaten kunnen worden. Voorkeur voor landelijke, eenduidige regelgeving, dit ter voorkoming van oneerlijke concurrentie. Met staldering alleen wordt overigens de problematiek niet opgelost. Veehouder De regelgeving voor veehouderijbedrijven in gebieden die volgens de verordening ruimte "stedelijk gebied" zijn, leidt tot niets. Deze bedrijven kunnen geen kant op, ook niet de gewenste kant, terwijl het vaak grondgebonden melkveebedrijven betreft die prima in een agrarisch lint zitten (vaak al honderden jaren, zoals in het Langstraatgebied. Indien ze voor problemen zorgen, worden ze ook door overige regelgeving gestuurd. Nu kunnen ze niets, ook al halen ze in de BZV een 10. De regeldruk is al zo hoog dat er meer boeren zouden stoppen dan nog aan ontwikkeling zouden denken maar ze kunnen niet stoppen zodat ze noodgedwongen door moeten gaan.hoe ellendig sommige boeren het ook vinden. voorbeelden genoeg met ellendige ambtenaren en controleurs. jammer voor de boeren die het hart op de juiste plaats hebben. ze gaan er letterlijk onderdoor. De beste regel is de regel die níet ingevoerd wordt: vergeet stalderen. Je kunt het voordeel voor de locatie waar je iets 'oplost' niet ongestraft compenseren bij het verplaatsen naar een anderre locatie. De regels voor grondgebonden bedrijven rondom wonen en natuur staan hier los van en zijn zowiezo contraproductief. Uitrookbeleid. Vergunningen en emissiebeperkende maatregelen geven wel ruimte voor de PAS iha waardoor er ontwikkelingsruimte voor de landbouw - mits gereserveerd- ontstaat. 76 / 82

77 Belangrijk is dat bedrijven op goede locaties kunnen ontwikkelen in de toekomst. Belangrijkste belemmering is op dit moment de 1,5 ha bouwblok eis. Dit zou voor goede locaties naar 2,5 ha moeten gaan. Dit vind ik er erg lastig omdat er heel veel regels spelen die allemaal op het boerenbedrijf terecht komen. Als je dieren wilt houden heb je nu het volgende nodig: BZV score, dierrechten, omgevingsvergunning, NB wet vergunning. Als staldering wordt ingevoerd dan zouden rechten als eerste kunnen komen te vervallen. Verder zou het krijgen van een omgevingsvergunning ook makkelijker moeten worden. De BZV is toch al overbodig omdat er genoeg regels zijn die emissies e.d. borgen. Maar de BZV is wel weer te gebruiken als sturing in een bepaalde duurzame richting. Misschien BZV integreren in omgevingsvergunning? Maar dan moet de BZV wel goed werken en nu is dat voor pluimvee nog niet het geval. Als knelpunten zijn opgelost, dan naar een AMvB regelgeving met veel minder regels op alle vlakken. Maar, bij overtreding dan ook zware sancties. (De rotte appel in de mand) Hoe meer regelgeving er is of komt hoe groter de schaalgrootte. En hoe meer de dierverzorger ( boer ) zich afvraagt waarom ben ik nog boer. Op dit moment is de overheid Top Down aan het uitvoeren waarin ze niet transparant is. De boer is op dit moment Bottom up aan het besturen omdat de markt andere producten vraagt als 2 jaar geleden. En zeer transparant moet zijn naar zijn afnemers. Deze twee stromingen stromen op dit moment niet gelijkmatig. De markt ( Bottom up ) gaat het altijd winnen. Dus sta de boer aan zijn zijde en ga niet tegen de stroming in besturen. Het woordje bouwblok suggereert iets wat niet klopt. het geeft een gebied aan waar stallen mogen staan. Maar de ene ondernemer heeft de stallen mooi staan met een mooie tuin en 4000 varkens op 1.5 ha bouwblok. de andere ondernemer heeft alles volgebouwd en geen tuin met 1.2 ha maar wel 8000 varkens. De ondernemer met 8000 varkens mag nog een stal bouwen maar de andere ondernemer niet omdat hij al zijn bouwblok heeft volgebouwd. dit is niet correct. Ik vind het ook heel apart dat de provincie een doelstelling heeft en dat de vragen daar niet op af zijn gestemd dus deze inventarisatie hoort afgestemd te worden op de doelstelling. Ik zou voor willen stellen om 1 regel erbij is 2 regels schrappen. Kijk even naar de vraagstelling van deze enquête. De ene keer heb je het over doelen de andere keer over maatregelen en de andere keer over stimulering. Staldering vind ik een slecht idee. In de praktijk heb ik al vaak gezien hoe oude stallen eruit zien. Vol met asbest (van binnen en van buiten) en de putten vol met mest. Deze ondernemers zijn vaak gestopt omdat ze geen geld meer hadden en alles naar de bank is gegaan. Of ze hebben alles van waarde verkocht en bekommeren zich niet meer over de oude stallen. Wanneer innoverende boeren dit moeten opruimen stoten zij zich tegen gigantische kosten. Asbest verwijderen en mest afvoeren is erg duur. Het is nog maar de vraag wat ze ervoor terug mogen bouwen en of het financieel gezien dan nog wel uit kan. En los daarvan, heb je wanneer je elders (kilometers verderop) een stal afbreekt, heb wel ineens draagvlak van je buurt en van de lokale milieuvereniging? En daar is het toch ook om te doen... dat je met je buurt overweg kunt zodat iedereen tevreden is. 77 / 82

78 6 Afsluitend Voorkeur oplossing Antw. Aantal Percentage Kleinere compartimenten 12 48% Staldering in knelgebieden met daarbij een provincie brede bank 4 16% Staldering provincie-breed met daarbij een bank in knelgebieden 9 36% Meerkeuze optie: Kleinere compartimenten Stimuleert transitie naar grondgebonden bedrijven het meeste. Beste waarborg om verplaatsing van problematiek te voorkomen en bovendien eenvoudig/eenduidig. Dit geeft de mogelijkheid om echt regionaal de problematiek aan te pakken. Wellicht is dit te combineren met een vorm van staldering. Van de drie oplossingen vind ik die de beste maar helaas komt dat omdat ik vooral erg tegen staldering ben. Staldering klint als een goede oplossing, maar wordt in de praktijk als snel waarschijnlijk een administratief gedrocht waar bedrijven en ook de uitvoerende instanties niet mee geholpen zijn. Leer uit het verleden (depositiebank, ARP etc.). Kleinere compartimenten lijkt de minst slechte oplossing, maar de vraag is aan welke regelgeving je dit dan wilt ophangen. Kleinere compartimenten in combinatie met het opkomen van dierrechten. Het opkopen van dierrechten zorgt ervoor dat er beweging blijft in het afromen. Eventueel te gebruiken als beloning voor ondernemers is saneren op de juiste overbelaste plekken. Alleen staldering zal in mijn ogen onvoldoende beweging brengen op de markt. Je kunt lokaal problemen oplossen en zorgen dat er elders niet weer problemen ontstaan. Exporteer het probleem niet naar West-Brabant! Heel Brabant dient opgedeeld te worden in meerdere compartimenten (met vaste grenzen, of beter nog met een cirkel per bedrijf), om te voorkomen dat de veestapel regionaal nog verder toe kan nemen. Dit dient niet 78 / 82

Deelname: 40 (zonder kerngroep) Begonnen: 40 Eindstreep: 25 Maximum antwoorden: 359 Minimum antwoorden: 1 Merendeel: 100+

Deelname: 40 (zonder kerngroep) Begonnen: 40 Eindstreep: 25 Maximum antwoorden: 359 Minimum antwoorden: 1 Merendeel: 100+ VEEDICHTHEID INTERNET RAADPLEGING Antw. Aantal Percentage Belangenorganisatie 3 8% Arts /gezondheidskundige 3 8% Industrie (bijv. veevoer, slachterij) 1 3% Bestuurder / politicus 1 3% Omwonende 5 13% Natuur-

Nadere informatie

UIT Datum: 14 maart 2017 M. Scholtes / R. Nijdam/ S. van Dam Onderwerp:

UIT Datum: 14 maart 2017 M. Scholtes / R. Nijdam/ S. van   Dam Onderwerp: / r^/0i Gemeente Meierijstad De heer C. van den Boogaard Postbus 10.001 5460 DA VEGHEL Kenmerk: Behandeld door: UIT-17038236 Datum: 14 maart 2017 M. Scholtes / R. Nijdam/ S. van E-mail: m.scholtes@ggdgmv.nl

Nadere informatie

Ruimtelijke impact fijn stof bij veehouderijen

Ruimtelijke impact fijn stof bij veehouderijen Ruimtelijke impact fijn stof bij veehouderijen VNG Studiedag: Naar een beter buitengebied 9 maart 2017 (Eindhoven) Frank Toemen (OddV) en Regina Jansen (Ede) Wat vertellen we? Schets problematiek regio

Nadere informatie

Burgerplatform Minder Beesten. Enquête voor de Brabantse vertegenwoordigers van het volk. Naam politieke partij:... 1: staldering

Burgerplatform Minder Beesten. Enquête voor de Brabantse vertegenwoordigers van het volk. Naam politieke partij:... 1: staldering Burgerplatform Minder Beesten Enquête voor de Brabantse vertegenwoordigers van het volk Naam politieke partij:... 1: staldering Staldering is een ruimtelijk systeem, waarbij een boer die zijn veehouderij

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Fijnstof. Jos van Lent, provincie Noord Brabant

Informatiebijeenkomst Fijnstof. Jos van Lent, provincie Noord Brabant Informatiebijeenkomst Fijnstof Jos van Lent, provincie Noord Brabant Overzicht presentatie Omvang problematiek Brabantse aanpak Saneringsopgave Voorkomen nieuwe overschrijdingen Voorlichting & stimulering

Nadere informatie

Volksgezondheid en veehouderij: handelingsperspectieven

Volksgezondheid en veehouderij: handelingsperspectieven Fred Stouthart Volksgezondheid en veehouderij: handelingsperspectieven Studiedag Hekkelman, Doorn, 3 november 2016 Zijn we uit een droom wakker geworden. We dachten dat de lucht in het buitengebied schoon

Nadere informatie

Natura 2000 en Ammoniak. Afsprakenkader Brabant en Limburg

Natura 2000 en Ammoniak. Afsprakenkader Brabant en Limburg Natura 2000 en Ammoniak Afsprakenkader Brabant en Limburg Waar lopen we tegen aan? Europese Vogel en Habitatrichtlijn Natura 2000; 162 gebieden in Nederland o O.a De Kampina, Leenderbos, Kempenland-West

Nadere informatie

Op weg naar een zorgvuldige veehouderij in 2020 Ruimte voor initiatieven? Die moet je verdienen!

Op weg naar een zorgvuldige veehouderij in 2020 Ruimte voor initiatieven? Die moet je verdienen! Op weg naar een zorgvuldige veehouderij in 2020 Ruimte voor initiatieven? Die moet je verdienen! De samenleving stelt steeds hogere eisen aan de productie van vlees. Smaak en prijs zijn niet meer maatgevend.

Nadere informatie

Bijlage 3 Knelpuntenanalyse en -aanpak veehouderij-gerelateerde knelpunten

Bijlage 3 Knelpuntenanalyse en -aanpak veehouderij-gerelateerde knelpunten Bijlage 3 Knelpuntenanalyse en -aanpak veehouderij-gerelateerde knelpunten a. Algemeen Het oplossen van de knelpunten vergt maatwerk. In deze paragraaf is per provincie en per gemeente uiteengezet welke

Nadere informatie

Inspraakreactie Stichting Leefbaar Buitengebied Gelderland vergadering Commissie Ruimtelijke Ordening, Landelijk gebied en Wonen

Inspraakreactie Stichting Leefbaar Buitengebied Gelderland vergadering Commissie Ruimtelijke Ordening, Landelijk gebied en Wonen Inspraakreactie Stichting Leefbaar Buitengebied Gelderland vergadering Commissie Ruimtelijke Ordening, Landelijk gebied en Wonen 13-09-2017 We zijn erg blij met het besluit om de geitenhouderij op slot

Nadere informatie

Volksgezondheid en veehouderij

Volksgezondheid en veehouderij VNG bijeenkomst landelijk gebied en gezondheid 14 september 2016 Volksgezondheid en veehouderij Handelingsperspectieven? Inhoud Werkprogramma regio Zuidoost-Brabant Uitkomsten VGO en Endotoxinen onderzoeken

Nadere informatie

Actualisatie gemeentelijke geurverordening gemeente Sint Anthonis. Informatieve bijeenkomst gemeenteraad maandag 14 september 2015

Actualisatie gemeentelijke geurverordening gemeente Sint Anthonis. Informatieve bijeenkomst gemeenteraad maandag 14 september 2015 Actualisatie gemeentelijke geurverordening gemeente Sint Anthonis Informatieve bijeenkomst gemeenteraad maandag 14 september 2015 Rode draad van deze toelichting In dit overleg focus op actualisatie gemeentelijke

Nadere informatie

Gevolgen van megabedrijven in de intensieve veehouderij voor milieu en landschap

Gevolgen van megabedrijven in de intensieve veehouderij voor milieu en landschap Gevolgen van megabedrijven in de intensieve veehouderij voor milieu en landschap Themabijeenkomst grootschaligheid in de veehouderij, 31 oktober 2008 Statencommissie voor het Fysieke Domein, provincie

Nadere informatie

Bedrijfsontwikkeling-uitbreiding

Bedrijfsontwikkeling-uitbreiding Hoe kan ik mijn bedrijf slim uitbreiden? Ondernemersdag intensief 18 november 2014 Bedrijfsontwikkeling-uitbreiding Door : Jos Commissaris Adviseur Omgeving ZLTO Kern van het komende uur: Wat heb je als

Nadere informatie

Verordening natuurbescherming

Verordening natuurbescherming Q en A dossiers veehouderij Noord-Brabant Datum: 16 juni 2017 Van: Herman Litjens Verordening natuurbescherming Wat houden de plannen in? Het plan gaat om twee onderdelen. Oudere stallen moeten in 2022

Nadere informatie

Veehouderij en geur. geurgebiedsvisie en geurverordening Brede Dialoog 20 oktober 2015 Heusden

Veehouderij en geur. geurgebiedsvisie en geurverordening Brede Dialoog 20 oktober 2015 Heusden Veehouderij en geur geurgebiedsvisie en geurverordening 2015 Brede Dialoog 20 oktober 2015 Heusden Geursituatie 2015 Overbelaste locaties Heusden Ommel Concentratie Intensieve veehouderij ten zuiden van

Nadere informatie

AANGETEKEND Provincie Noord-Brabant Gedeputeerde Staten Postbus MC s-hertogenbosch

AANGETEKEND Provincie Noord-Brabant Gedeputeerde Staten Postbus MC s-hertogenbosch AANGETEKEND Provincie Noord-Brabant Gedeputeerde Staten Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Onderwerp: sommatie maatregelenpakket zorgvuldige veehouderij [Plaats invullen], [datum invullen] Hoogedelgestrenge

Nadere informatie

managementsamenvatting

managementsamenvatting VAN MEER NAAR BETER managementsamenvatting opdracht proceswinst voorstel: staldering afbakening gebieden dieren compartimentering De primaire opdracht was een aanpak te ontwerpen die er toe leidt dat de

Nadere informatie

Toetsingskader en aanpak fijn stof bij veehouderijen

Toetsingskader en aanpak fijn stof bij veehouderijen Toetsingskader en aanpak fijn stof bij veehouderijen Diederik Metz Tom Kierkels (Nederweert) Toetsingskader: onderscheid naar type woning In Monitoring 2013 is gemeenten gevraagd om per TBO aan te geven

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r. versie 30 november 2016

Vormvrije m.e.r. versie 30 november 2016 Vormvrije m.e.r. versie 30 november 2016 Zomerstaete Holding B.V. De heer L. Flier Provincialeweg 7d 3271 LW Mijnsheerenland Inleiding In gevallen dat een besluit of plan betrekking heeft op activiteiten

Nadere informatie

Wet plattelandswoning

Wet plattelandswoning Wet plattelandswoning Presentatie themabijeenkomst agrofood en gezonde leefomgeving Son en Breugel, 26 maart 2015 Aanleiding Illegale bewoning van agrarische bedrijfswoningen door derden, die niet aan

Nadere informatie

Veehouderij 2012 Bedrijfsontwikkelingen, ammoniak, geur en fijnstof

Veehouderij 2012 Bedrijfsontwikkelingen, ammoniak, geur en fijnstof Provincie Noord-Brabant Veehouderij 2012 Bedrijfsontwikkelingen, ammoniak, geur en fijnstof Auteur U.M.Henkel Datum 1 april 2014 2 Samenvatting De Rapportage Veehouderij 2012 bevat informatie over de ontwikkelingen

Nadere informatie

Opdrachtgever: Gemeente Hilvarenbeek projectnummer:

Opdrachtgever: Gemeente Hilvarenbeek projectnummer: Memo Opdrachtgever: Gemeente Hilvarenbeek projectnummer: 208.00.00.00.00 Aan: Fons d'haens Van: Henk Veldhuis Onderwerp: Ammoniakregels in het bestemmingsplan Datum: 25-11-2013 W a t i s h e t probleem?

Nadere informatie

Bijlage 3 Knelpuntenanalyse en -aanpak veehouderijen

Bijlage 3 Knelpuntenanalyse en -aanpak veehouderijen Bijlage 3 Knelpuntenanalyse en -aanpak veehouderijen a. Algemeen Het oplossen van de knelpunten vergt maatwerk. In deze paragraaf is per provincie en per gemeente uiteengezet welke acties ondernomen zijn

Nadere informatie

Toetsingskader ammoniak rondom Natura 2000 gebieden

Toetsingskader ammoniak rondom Natura 2000 gebieden Toetsingskader ammoniak rondom Natura 2000 gebieden 4luikFolder/NW.indd 1 09-07-2007 11:35:47 Toetsingskader ammoniak rondom Natura 2000 gebieden Afspraken van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Nadere informatie

Q en A Programmatische aanpak stikstof (PAS) van LTO Nederland versie; 18 juni 2019 van; Gerbrand van t Klooster en Herman Litjens

Q en A Programmatische aanpak stikstof (PAS) van LTO Nederland versie; 18 juni 2019 van; Gerbrand van t Klooster en Herman Litjens Q en A Programmatische aanpak stikstof (PAS) van LTO Nederland versie; 18 juni 2019 van; Gerbrand van t Klooster en Herman Litjens Dit is een intern document voor LTO Nederland, inclusief de regionale

Nadere informatie

In de volgende figuur is het aandeel in de stikstofdepositie van verkeer en industrie rood omcirkeld.

In de volgende figuur is het aandeel in de stikstofdepositie van verkeer en industrie rood omcirkeld. Achtergrondinformatie voor achterbanberaad milieubeleid regio Eemsdelta Het milieubeleid omvat veel onderwerpen. Teveel om in één keer allemaal te behandelen. Op basis van onze ervaringen in de regio en

Nadere informatie

Verplaatsing varkenshouderij van de Geerstraat naar de Begijnenstraat te Winssen, gemeente Beuningen

Verplaatsing varkenshouderij van de Geerstraat naar de Begijnenstraat te Winssen, gemeente Beuningen Verplaatsing varkenshouderij van de Geerstraat naar de Begijnenstraat te Winssen, gemeente Beuningen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 28 januari 2013 / rapportnummer 2725 31 1. Oordeel over

Nadere informatie

NB-CHECK TOETSING GEVOLGEN NATUURBESCHERMINGSWET EN PROGRAMMATISCHE AANPAK STIKSTOF (PAS) DOOR:

NB-CHECK TOETSING GEVOLGEN NATUURBESCHERMINGSWET EN PROGRAMMATISCHE AANPAK STIKSTOF (PAS) DOOR: NB-CHECK TOETSING GEVOLGEN NATUURBESCHERMINGSWET EN PROGRAMMATISCHE AANPAK STIKSTOF (PAS) VOOR HET BEDRIJF VAN: P. Veehouder Landweg 1 Woonplaats DOOR: V.H. van t Erve Postbus 48, 8100 AA Raalte Tel. 0572-363218

Nadere informatie

Rode draad van deze toelichting

Rode draad van deze toelichting Rode draad van deze toelichting Achtergronden van de wetgeving Gemeentelijke geurnormen Aanhoudingsbesluit en actualisatie gemeentelijke geurverordening Ontwikkelingen regelgeving Achtergronden van de

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied Doetinchem

Bestemmingsplan buitengebied Doetinchem Bestemmingsplan buitengebied Doetinchem Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 10 juni 2013 / rapportnummer 2779 31 1. Oordeel over het milieueffectrapport (MER) De Gemeente Doetinchem wil verschillende

Nadere informatie

Salland Café: Veehouderij en gezondheid in Salland, wat weten we ervan?

Salland Café: Veehouderij en gezondheid in Salland, wat weten we ervan? Salland Café: Veehouderij en gezondheid in Salland, wat weten we ervan? 18 september 2017 Korte introductie Ingrid Jansen Biografie Voorzitter POV en NVV Politiek-bestuurlijke achtergrond Dochter van Brabantse

Nadere informatie

POL-uitwerking Landelijk Gebied Noord-Limburg

POL-uitwerking Landelijk Gebied Noord-Limburg POL-uitwerking Landelijk Gebied Noord-Limburg Bestuursafspraken CONCEPT versie 27 november 2015 1. Inleiding Het landelijk gebied van de regio Noord-Limburg is divers van karakter; bestaande uit beekdalen,

Nadere informatie

Q en A dossiers veehouderij Noord-Brabant. Verordening Natuurbescherming. Datum: 8 juli 2017 Van: Herman Litjens

Q en A dossiers veehouderij Noord-Brabant. Verordening Natuurbescherming. Datum: 8 juli 2017 Van: Herman Litjens Q en A dossiers veehouderij Noord-Brabant Datum: 8 juli 2017 Van: Herman Litjens Verordening Natuurbescherming Wat houden de plannen in? Het plan gaat om twee onderdelen. Oudere stallen moeten in 2022

Nadere informatie

Workshop Eerste hulp voor gemeente Volksgezondheid en veehouderij

Workshop Eerste hulp voor gemeente Volksgezondheid en veehouderij Fred Stouthart Workshop Eerste hulp voor gemeente Volksgezondheid en veehouderij Symposium 13 maart 2019 Verspreiding stoffen uit stallen 2 Veehouderij en volksgezondheid VGO 1, 2, 3 meer luchtwegklachten

Nadere informatie

Stalderingsplicht Wanneer is stalderen verplicht? Speelt de veebezetting een rol bij de beoordeling op staldering?

Stalderingsplicht Wanneer is stalderen verplicht? Speelt de veebezetting een rol bij de beoordeling op staldering? Stalderingsplicht Wanneer is stalderen verplicht? Stalderen is verplicht wanneer de oppervlakte van een hokdierenverblijf toeneemt. De oppervlakte van een hokdierenverblijf kan toenemen door nieuwbouw

Nadere informatie

Vereisten voor ammoniakreductie

Vereisten voor ammoniakreductie Vereisten voor ammoniakreductie 13-11-2012 Welke maatregelen zijn noodzakelijk om de depositie van ammoniak op de Natura2000- natuurgebieden in de Peelregio omlaag te krijgen? Samenvatting De reductie

Nadere informatie

Bijlage 1: kwaliteitsverbetering

Bijlage 1: kwaliteitsverbetering Bijlage 1: kwaliteitsverbetering Aanleiding De kwaliteit van het landelijk gebied is belangrijk voor een hoogwaardig leef- en vestigingsklimaat en draagt daardoor bij aan de economische ontwikkeling van

Nadere informatie

Intensieve veehouderij en gezondheid. Henk Jans, arts MG/chemicus Renske Nijdam 15 juni 2009

Intensieve veehouderij en gezondheid. Henk Jans, arts MG/chemicus Renske Nijdam 15 juni 2009 Intensieve veehouderij en gezondheid Henk Jans, arts MG/chemicus Renske Nijdam 15 juni 2009 Inhoud presentatie Actualiteit Componenten Beleving Kansen en bedreigingen Onderzoeksvoorstel Actualiteit Handtekeningenactie

Nadere informatie

Mijn naam is Ruud Schothorst en ik ben voorzitter van het Bewonerscomité Leersum Zuid.

Mijn naam is Ruud Schothorst en ik ben voorzitter van het Bewonerscomité Leersum Zuid. Tekst van Ruud Schothorst behorend bij de presentatie op 29 oktober 2018 Geachte Leden van de gemeente, geacht College en andere aanwezigen, Mijn naam is Ruud Schothorst en ik ben voorzitter van het Bewonerscomité

Nadere informatie

Veehouderij en geur. geurgebiedsvisie en geurverordening Ontwerp. Commissievergadering 14 januari 2016 gemeentehuis Asten

Veehouderij en geur. geurgebiedsvisie en geurverordening Ontwerp. Commissievergadering 14 januari 2016 gemeentehuis Asten Veehouderij en geur Ontwerp geurgebiedsvisie en geurverordening 2016 Commissievergadering 14 januari 2016 gemeentehuis Asten Asten Historie: reconstructie, afwaartse beweging ammoniakreductie prioriteit

Nadere informatie

Aan de voorzitter en leden van Provinciale Staten van Limburg

Aan de voorzitter en leden van Provinciale Staten van Limburg Aan de voorzitter en leden van Provinciale Staten van Limburg Cluster RMT Behandeld E.H.J. Roos Ons kenmerk 2016/69221 Telefoon +31 43 389 88 04 Uw kenmerk - Maastricht 13 september 2016 Bijlage(n) 1 Verzonden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 29 383 Regelgeving Ruimtelijke Ordening en Milieu 28 973 Toekomst veehouderij Nr. 295 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Nadere informatie

Geen varkens aan de Hoogdonkseweg!

Geen varkens aan de Hoogdonkseweg! LEDENBRIEF Vereniging Stopdestank Deurne nummer 22 juni 2013 Stop uitbreiding Swipigs Geen 12.500 varkens aan de Hoogdonkseweg! De bulkwagen geeft een indruk van de grootte van enkele al bestaande stallen

Nadere informatie

Toetsingsinstrument veehouderij en gezondheid Theo vd Ven Gemeente Oirschot Renske Nijdam GGD Bureau Gezondheid, Milieu & Veiligheid

Toetsingsinstrument veehouderij en gezondheid Theo vd Ven Gemeente Oirschot Renske Nijdam GGD Bureau Gezondheid, Milieu & Veiligheid Toetsingsinstrument veehouderij en gezondheid 2013 Theo vd Ven Gemeente Oirschot Renske Nijdam GGD Bureau Gezondheid, Milieu & Veiligheid Inhoud Toelichting toetsingsinstrument Proces Keuze indicatoren

Nadere informatie

Nieuwe kansen voor mijn locatie

Nieuwe kansen voor mijn locatie Nieuwe kansen voor mijn locatie Kansen in het buitengebied Bergeijk en omgeving 12 maart 2018 Voorstellen Ing. Jos van den Heuvel beëdigd rentmeester NVR, deskundige onteigening en bestuursrechtelijke

Nadere informatie

INGEKOMEN GEMEENTE BERGEIJK 3 OKT Afd Kopie aan

INGEKOMEN GEMEENTE BERGEIJK 3 OKT Afd Kopie aan 16IK003394 College van B&W (verzendlijst) Afd Kopie aan INGEKOMEN GEMEENTE BERGEIJK 3 OKT. 2016... t Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC 's-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15 info@brabant.nl

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing Uitbreiding ligboxenstal Drachtster Heawei 30 De Veenhoop Ruimtelijke onderbouwing voor uitbreiding ligboxenstal Drachtster Heawei 30 De Veenhoop 1 Ruimtelijke onderbouwing voor

Nadere informatie

FAQ s geitenhouderij en gezondheid September 2017

FAQ s geitenhouderij en gezondheid September 2017 FAQ s geitenhouderij en gezondheid September 2017 1. Waarom deze wijziging van de omgevingsverordening? Uit voorzorg, omdat uit recent onderzoek in opdracht van het Rijk blijkt dat omwonenden in straal

Nadere informatie

CONCEPT regels Verordening ruimte 2014 naar aanleiding van de dialoog Brabants mestbeleid

CONCEPT regels Verordening ruimte 2014 naar aanleiding van de dialoog Brabants mestbeleid Bijlage 2 Bij statenmededeling Brabants Mestbeleid d.d. 15 november 2016 CONCEPT regels Verordening ruimte 2014 naar aanleiding van de dialoog Brabants mestbeleid 1. Definities Hokdierenhouderij Het houden

Nadere informatie

LOG Graspeel. Toetsingsadvies over het geactualiseerde milieueffectrapport. 4 maart 2013 / rapportnummer

LOG Graspeel. Toetsingsadvies over het geactualiseerde milieueffectrapport. 4 maart 2013 / rapportnummer LOG Graspeel Toetsingsadvies over het geactualiseerde milieueffectrapport 4 maart 2013 / rapportnummer 2220 75 1. Oordeel over het milieueffectrapport (MER) De gemeente Landerd heeft het voornemen een

Nadere informatie

Kiplekker Topklimaat

Kiplekker Topklimaat Kiplekker Topklimaat Symposium 3 februari 2015 Arvalis Jan Rutten Adviseur Intensieve veehouderij, Milieu en Vergunningen 06-20995446 jrutten@arvalis.nl Kiplekker Topklimaat Wet- en regelgeving: Wat moeten

Nadere informatie

Een echte aanpak van het stikstofprobleem

Een echte aanpak van het stikstofprobleem 5-8-2019 Een echte aanpak van het stikstofprobleem Het PAS bleek ontoereikend. Wat is wèl een echte aanpak? De oplossing is volgens Werkgroep Behoud de Peel in grote lijnen: maak regio's met een stand-still

Nadere informatie

S A U S R R A O E. Naar lagere lokale emissies in de stadsregio Arnhem Nijmegen

S A U S R R A O E. Naar lagere lokale emissies in de stadsregio Arnhem Nijmegen S R L G S A H R R U T Y O U A E E D R A F O R A S Naar lagere lokale emissies in de stadsregio Arnhem Nijmegen Eolus Naar lagere lokale emissies in de stadsregio Arnhem Nijmegen Het programma Eolus beantwoordt

Nadere informatie

A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit

A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit Deltabig b.v. Herenweg 4 Aagtekerke 1. Huidige plan Het plan wat beoordeeld is door de AAZ, had betrekking op onderstaande dieraantallen,

Nadere informatie

RAADSINFORMATIEBRIEF

RAADSINFORMATIEBRIEF RAADSINFORMATIEBRIEF Onderwerp: Registratienummer: 00538382 Datum: 20 maart 2015 Portefeuillehder: Steller: Nummer: RIB BeterBuitenGebied no. 3 Feiten en cijfers ontwikkeling veehderij Deurne N. Lemlijn

Nadere informatie

#Boerenhorenbijbrabant

#Boerenhorenbijbrabant #Boerenhorenbijbrabant Programma 19.30 uur Ontvangst 20.00 uur Openingswoord door Melissa van de Kam Boer & Wet 20.10 uur Eisen Brabant Beleid door John van den Hombergh Voergroep Zuid 20.30 uur Gevolgen

Nadere informatie

Intensieve veehouderij en gezondheid

Intensieve veehouderij en gezondheid Intensieve veehouderij en gezondheid Renske Nijdam Adviseur milieu & gezondheid 3 december 2015 Bureau Gezondheid, Milieu & Veiligheid Samenwerkingsverband GGD en Brabant/Zeeland Arts, toxicologen, milieugezondheidkundigen,

Nadere informatie

Veehouderij en volksgezondheid

Veehouderij en volksgezondheid Veehouderij en volksgezondheid Stand van zaken wetgeving en jurisprudentie Peter Bokelaar Inleiding Gezondheidseffecten veehouderij nog steeds een actueel thema. Q-koorts uitbraak in 2008/2009: bewustwording

Nadere informatie

'Beleidsregel omgekeerde werking: woon- en leefklimaat, eerste herziening'

'Beleidsregel omgekeerde werking: woon- en leefklimaat, eerste herziening' 'Beleidsregel omgekeerde werking: woon- en leefklimaat, eerste herziening' Kenmerk: BELEIDSREGEL OMGEKEERDE WERKING: WOON- EN LEEFKLIMAAT, EERSTE HERZIENING Aanleiding. Op 22 april 2014 heeft de gemeenteraad

Nadere informatie

FAQ Verordening stikstof en Natura2000

FAQ Verordening stikstof en Natura2000 FAQ Verordening stikstof en Natura2000 v 28mei2013 De gewijzigde Verordening stikstof is op 22 maart 2013 vastgesteld door PS en op 29 maart 2013 inwerking getreden. De nadruk ligt op het toepassen van

Nadere informatie

Burgerplatform Minder Beesten

Burgerplatform Minder Beesten Burgerplatform Minder Beesten Enquête voor de Brabantse vertegenwoordigers van het volk Naam politieke partij: 1 1: Staldering Staldering is een ruimtelijk systeem, waarbij een boer die zijn veehouderij

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000

Nadere informatie

Nieuwe woning van 750 m³ met bijgebouw van 75 m² - sloop van 850 m² bebouwing.

Nieuwe woning van 750 m³ met bijgebouw van 75 m² - sloop van 850 m² bebouwing. Wijzigingen nieuw en huidig Rood voor Rood beleid In het nieuwe Rood voor Rood beleid 2015 zijn een aantal wijzigingen aangebracht ten opzichte van het in 2011 vastgestelde beleid. Dit betreffen wijzigingen

Nadere informatie

Initiatiefvoorstel. Van licht naar donker, reguleren van lichtemissie bij stallen en bewaken van donkerte in natuurgebieden.

Initiatiefvoorstel. Van licht naar donker, reguleren van lichtemissie bij stallen en bewaken van donkerte in natuurgebieden. Initiatiefvoorstel Van licht naar donker, reguleren van lichtemissie bij stallen en bewaken van donkerte in natuurgebieden Wietse Martens 20 juni 2014 (Foto gemeente Tytsjerksteradiel) Inleiding De nacht

Nadere informatie

Provinciale Statenfractie Noord-Brabant Statenvragen. Sint-Michielsgestel, 2 augustus Betreft: Brabantse toezichtsaanpak luchtwassers

Provinciale Statenfractie Noord-Brabant Statenvragen. Sint-Michielsgestel, 2 augustus Betreft: Brabantse toezichtsaanpak luchtwassers Provinciale Statenfractie Noord-Brabant Statenvragen Sint-Michielsgestel, 2 augustus 2013 Betreft: Brabantse toezichtsaanpak luchtwassers Geacht college, In april 2013 is het Rapport: resultaten Brabantbrede

Nadere informatie

uw kenmerk DGA-DAD / 14100206 ons kenmerk ECFD/U201401664

uw kenmerk DGA-DAD / 14100206 ons kenmerk ECFD/U201401664 Ministerie van Economische Zaken Aan de staatssecretaris van Economische Zaken Mw. S.A.M. Dijksma Postbus 20401 2500 EK 'S-GRAVENHAGE doorkiesnummer (070) 373 8641 betreft Reactie VNG op concept wijzigingsvoorstel

Nadere informatie

Fijn stof in Nederweert

Fijn stof in Nederweert Fijn stof in Nederweert LLTB, mei 2013 1. Informatie fijn stof. 2. Nederweert t.o.v. andere gemeenten & kernen 3. Waar zitten de problemen? 4. Hoe ziet LLTB dat? 5. Standpunt en conclusies. 2 1 Fijn stof?

Nadere informatie

Brabantse beleidsregel PAS Vragen en antwoorden

Brabantse beleidsregel PAS Vragen en antwoorden Brabantse beleidsregel PAS Vragen en antwoorden 1. Wat wil de provincie bereiken met deze aanvullende beleidsregel op de PAS? We moeten de natuur beschermen om de mogelijkheden voor economische ontwikkeling

Nadere informatie

Kansen voor Geurradar GTL congres, 8 november Luc Verhees

Kansen voor Geurradar GTL congres, 8 november Luc Verhees Kansen voor Geurradar GTL congres, 8 november 2016 Luc Verhees Stank: een hardnekkig probleem Overlast, hinder, moeilijk meetbaar Gezondheidsproblemen (VGO studie juli 2016) Kippen en varkens: intensieve

Nadere informatie

BIJLAGEN BIJ HET RAPPORT VERWACHTE EFFECTEN AANPASSEN VERORDENING NATUURBESCHERMING EN INVOEREN STALDERING OP OMVANG EN STRUCTUUR

BIJLAGEN BIJ HET RAPPORT VERWACHTE EFFECTEN AANPASSEN VERORDENING NATUURBESCHERMING EN INVOEREN STALDERING OP OMVANG EN STRUCTUUR BIJLAGEN BIJ HET RAPPORT VERWACHTE EFFECTEN AANPASSEN VERORDENING NATUURBESCHERMING EN INVOEREN STALDERING OP OMVANG EN STRUCTUUR VEEHOUDERIJ NOORD-BRABANT Uden, 2 juni 217 Inhoudsopgave 1. Provinciale

Nadere informatie

Statenmededeling. Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van Actuele ontwikkelingen rondom mestbeleid in Noord-Brabant

Statenmededeling. Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van Actuele ontwikkelingen rondom mestbeleid in Noord-Brabant Statenmededeling Onderwerp Mestbewerking in Noord-Brabant Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van Actuele ontwikkelingen rondom mestbeleid in Noord-Brabant Aanleiding In maart 2014 hebben

Nadere informatie

Problemen bij invoer gegevens en veel voorkomende fouten bij gebruik Web-BVB

Problemen bij invoer gegevens en veel voorkomende fouten bij gebruik Web-BVB Problemen bij invoer gegevens en veel voorkomende fouten bij gebruik Web-BVB 1. Bij sommige combinaties van postcode en huisnummer is de straatnaam niet meer zichtbaar/is het bedrijf uit de zoeklijst verdwenen.

Nadere informatie

Factsheet luchtkwaliteit over het jaar 2014

Factsheet luchtkwaliteit over het jaar 2014 Factsheet luchtkwaliteit over het jaar 2014 Achtergrondinformatie Fijnstof is een vorm van luchtverontreiniging die een negatief effect kan hebben op de gezondheid van de mens. Kortstondige blootstelling

Nadere informatie

ze één gemeen schappelijk kenmerk: ze hebben plezier in het pionieren. e pioniersmentaliteit van ondernemers in

ze één gemeen schappelijk kenmerk: ze hebben plezier in het pionieren. e pioniersmentaliteit van ondernemers in Beleid en omgeving Boeren die hun bedrijf verbreden, zijn echte pioniers. Ze betreden nieuwe paden die nog niet door anderen platgelopen zijn. Ze kunnen daarom vaak niet of nauwelijks te rade bij mensen

Nadere informatie

Stand van zaken duurzaam veehouderijbeleid. 5 november 2013

Stand van zaken duurzaam veehouderijbeleid. 5 november 2013 Stand van zaken duurzaam veehouderijbeleid 5 november 2013 Inhoud Rijksoverheid provincie Noord Brabant Beleid Oirschot Toetsingsinstrument gezondheid bij veehouderijen Beleid rijksoverheid Dierrechten/mestoverschot

Nadere informatie

De aanvraag geldt voor de realisering van het gehele project, inclusief de tussenliggende fases.

De aanvraag geldt voor de realisering van het gehele project, inclusief de tussenliggende fases. Aanvulling aanvraag aan Burgemeester en wethouders van de gemeente Vlagtwedde van Jan Teunissen, Rombou betreft Aanvulling aanvraag omgevingsvergunning Hendriks, Moersloot 147 en 149 Ter Apel datum 10

Nadere informatie

VMR Themamiddag PAS. Toepassing van de PAS in de ondernemingspraktijk met name veehouderijen

VMR Themamiddag PAS. Toepassing van de PAS in de ondernemingspraktijk met name veehouderijen VMR Themamiddag PAS Toepassing van de PAS in de ondernemingspraktijk met name veehouderijen Paul Bodden advocaat Hekkelman Advocaten N.V. Utrecht 14 mei 2014 Casus Nieuwvestiging varkenshouderij in Gelderland

Nadere informatie

toetsingsinstrument veehouderij en gezondheid 2013 Theo vd Ven Gemeente Oirschot Renske Nijdam GGD Bureau Gezondheid, Milieu & Veiligheid

toetsingsinstrument veehouderij en gezondheid 2013 Theo vd Ven Gemeente Oirschot Renske Nijdam GGD Bureau Gezondheid, Milieu & Veiligheid toetsingsinstrument veehouderij en gezondheid 2013 Theo vd Ven Gemeente Oirschot Renske Nijdam GGD Bureau Gezondheid, Milieu & Veiligheid Zoönosen aandachts punt voor GGD Streefwaarden 10 ou woonkernen

Nadere informatie

Oprichting pluimveebedrijf Maatschap Huisman, gemeente Dalfsen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport

Oprichting pluimveebedrijf Maatschap Huisman, gemeente Dalfsen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport Oprichting pluimveebedrijf Maatschap Huisman, gemeente Dalfsen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 22 januari 2010 / rapportnummer 2138-54 1. OORDEEL OVER HET MER Maatschap Huisman is voornemens

Nadere informatie

Leegstand agrarisch vastgoed

Leegstand agrarisch vastgoed Leegstand agrarisch vastgoed Aard, omvang, duiding en oplossingsrichtingen 26 mei 2016, Edo Gies, Alterra Wageningen UR 2 Een stille revolutie op het platteland Dynamiek in de landbouw (1950 2016) 4 x

Nadere informatie

Vleeskuikenhouderij Spijk-Kolholsterweg 14, gemeente Delfzijl

Vleeskuikenhouderij Spijk-Kolholsterweg 14, gemeente Delfzijl Vleeskuikenhouderij Spijk-Kolholsterweg 14, gemeente Delfzijl Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 27 december 2016 / projectnummer: 3159 1. Oordeel over het milieueffectrapport (MER) De familie

Nadere informatie

Beleidsregel omgekeerde werking: woon- en leefklimaat

Beleidsregel omgekeerde werking: woon- en leefklimaat Beleidsregel omgekeerde werking: woon- en leefklimaat Kenmerk: BELEIDSREGEL OMGEKEERDE WERKING: WOON- EN LEEFKLIMAAT. Aanleiding. Er zijn meerdere redenen aanwezig om een beleidsregel omgekeerde werking

Nadere informatie

Zuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is

Zuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is Klare taal Inleiding Zuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is ook een kwetsbare provincie. De bodem daalt en de zeespiegel stijgt door klimaatverandering. Er

Nadere informatie

De Geurverordening veehouderij Boxtel 2008 in te trekken en de Geurverordening veehouderij Boxtel 2014 vast te stellen.

De Geurverordening veehouderij Boxtel 2008 in te trekken en de Geurverordening veehouderij Boxtel 2014 vast te stellen. Datum: 13-05-14 Onderwerp Evaluatie geurverordening veehouderij Boxtel Status Besluitvormend Voorstel De Geurverordening veehouderij Boxtel 2008 in te trekken en de Geurverordening veehouderij Boxtel 2014

Nadere informatie

EVALUATIE GEURGEBIEDSVISIE GEMEENTE SOMEREN 2017

EVALUATIE GEURGEBIEDSVISIE GEMEENTE SOMEREN 2017 NORMEN ACHTERGRONDGEURBELASTING EN BESTEMMEN BURGERWONINGEN 6 juni 2017 NORMEN ACHTERGRONDGEURBELASTING EN BESTEMMEN BURGERWONINGEN gemeente Someren Fred Stouthart, Anita Michiels, Marij Aben en Frank

Nadere informatie

Vervolggesprekken over leefbaarheid in en om Heusden

Vervolggesprekken over leefbaarheid in en om Heusden Vervolggesprekken over leefbaarheid in en om Heusden Programma 20.00 uur inloop 20.15 uur welkom door wethouder Martens presentaties van Fred Stouthart (OZOB) en Renske Nijdam (GGD) over geur, fijnstof

Nadere informatie

Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Op het op 6 januari 2016 door ons ontvangen verzoek om een verklaring van geen bedenkingen in het kader van de Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

Mest met beleid. Adviesgroep Mestbewerking

Mest met beleid. Adviesgroep Mestbewerking Mest met beleid Adviesgroep Mestbewerking Fred Stouthart Johan Raap Joop Baltussen Jos van Gastel Mathilde Mollenhorst Minke Lagerwerf Maarten Nederlof Roelof Westerhof Hoofddoelen Bodemkwaliteit Schoon

Nadere informatie

LOG Montfort - Maria Hoop

LOG Montfort - Maria Hoop LOG Montfort - Maria Hoop Notitie Milieuruimte Definitief Gemeenten Roerdalen en Echt-Susteren Grontmij Nederland B.V. Eindhoven, 8 januari 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 1.1 Aanleiding... 4 1.2

Nadere informatie

Agrarisch bedrijf. Agrarisch. bouw- en nokhoogten nokhoogten 5. De Bocht in Aanpassen

Agrarisch bedrijf. Agrarisch. bouw- en nokhoogten nokhoogten 5. De Bocht in Aanpassen 1. Gemert-Bakel Buitengebied herziening, april 2012; bestaande uit tien ontwikkelingen Adres Plan Oude bestemming Nieuwe bestemming 1. Milschot 36 in De Aanpassing bouwblok, Agrarisch bedrijf Agrarisch

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat t.a.v. staatssecretaris mw. S. van Veldhoven postbus EX DEN HAAG

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat t.a.v. staatssecretaris mw. S. van Veldhoven postbus EX DEN HAAG Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat t.a.v. staatssecretaris mw. S. van Veldhoven postbus 20901 2500 EX DEN HAAG Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC 's-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax

Nadere informatie

GEUR EN FIJN STOF IN DE GEMEENTE HILVARENBEEK

GEUR EN FIJN STOF IN DE GEMEENTE HILVARENBEEK GEUR EN FIJN STOF IN DE GEMEENTE HILVARENBEEK ONDERZOEK NAAR DE BELASTING 28 oktober 2015-2 - GEUR EN FIJN STOF IN DE GEMEENTE HILVARENBEEK ONDERZOEK NAAR DE BELASTING In opdracht van gemeente Hilvarenbeek

Nadere informatie

Die zienswijzen die betrekking hebben op het onderdeel milieu betreffen, kort samengevat, het volgende.

Die zienswijzen die betrekking hebben op het onderdeel milieu betreffen, kort samengevat, het volgende. Zienswijzen Het ontwerpbesluit is op 19 oktober 2017 gepubliceerd op de gemeentelijke website, op Overheid.nl en in de Staatscourant en is vanaf deze datum tot en met 29 november 2017 ter inzage gelegd.

Nadere informatie

Herziening Bestemmingsplan buitengebied Bergeijk 2016

Herziening Bestemmingsplan buitengebied Bergeijk 2016 Herziening Bestemmingsplan buitengebied Bergeijk 2016 Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 30 augustus 2016 / projectnummer: 3127 1. Oordeel over het Milieueffectrapport (MER) De gemeente Bergeijk

Nadere informatie

H o e v e r d e r m e t b e s t e m m i n g s p l a n n e n v o o r h e t l a n d e l i j k g e b i e d n a d e

H o e v e r d e r m e t b e s t e m m i n g s p l a n n e n v o o r h e t l a n d e l i j k g e b i e d n a d e H o e v e r d e r m e t b e s t e m m i n g s p l a n n e n v o o r h e t l a n d e l i j k g e b i e d n a d e u i t s p r a a k v a n d e R a a d v a n S t a t e o v e r h e t b e s t e m m i n g s p

Nadere informatie

artikel 2.1, lid 1, onder a, artikel 2.10, artikel 2.1, lid 1, onder e en artikel 2.14 Wabo (Activiteiten bouwen en Milieu)

artikel 2.1, lid 1, onder a, artikel 2.10, artikel 2.1, lid 1, onder e en artikel 2.14 Wabo (Activiteiten bouwen en Milieu) gemeente Nieuwkoop afdeling Publiekszaken nota van n aanvraag locatie aanvrager zaaknummer procedure het in gebruik hebben van een tweede mestopslagplaats met een capaciteit van 80 m 3 en het overkappen

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied Asten

Bestemmingsplan buitengebied Asten Bestemmingsplan buitengebied Asten Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 13 december 2016 / projectnummer: 3164 1. Oordeel over het milieueffectrapport (MER) De gemeente Asten herziet het bestemmingsplan

Nadere informatie