Behandeling van goedaardige gezwellen

Transcriptie

1 Behandeling van goedaardige gezwellen

2 2

3 Onverzekerde zorg Na beoordeling van een huidafwijking door de huisarts en/of dermatoloog kan blijken dat u een aandoening heeft, waarvan de behandeling niet vergoed wordt door de zorgverzekeraar. Dit geldt voor goedaardige zwellingen, een aantal behandelingen voor spataderen en uitgezette vaatjes. Als u zich toch graag wilt laten behandelen, moet u de behandeling zelf betalen. De beoordeling door de arts en eventueel aanvullend onderzoek valt wel onder de verzekerde zorg. Als uw eigen risico nog niet gebruikt is, gaat deze beoordeling ten koste van het eigen risico. Soorten behandeling van goedaardige zwellingen Voor goedaardige zwellingen zijn verschillende behandelingen mogelijk, afhankelijk van de aard van de zwelling. Deze worden hieronder toegelicht. Omdat het goedaardige zwellingen betreft, is behandeling in het algemeen niet noodzakelijk en is het ook mogelijk om af te zien van behandeling. Excisie (opereren) Verwijderen van de oneffenheid. Het te verwijderen gebied van de huid wordt afgetekend met een speciale pen of stift. De plek wordt verdoofd met injecties met lokale verdovingsvloeistof. Deze vloeistof kan branderig aanvoelen. Als de plek goed verdoofd is, wordt de huid over de getekende lijnen ingesneden en vervolgens losgemaakt van het onderliggende vetweefsel. Als er bloedende vaatjes zijn, kunnen deze dicht gebrand worden. Vervolgens wordt de huid gehecht. Hierdoor ontstaat altijd een litteken. Nazorg Na excisie van huidafwijkingen worden hechtpleisters over de wond aangebracht. Hier overheen wordt een pleister of drukverband aangebracht. De wond moet gedurende tenminste 2-3 dagen goed droog blijven. Daarna mag de pleister verwijderd worden. De hechtpleisters moeten zo lang mogelijk blijven zitten. Soms laten deze vanzelf los. Dat is geen probleem. Het is belangrijk om spanning op de wond te zoveel mogelijk te voorkomen. De hechtingen kunnen na 7-14 dagen verwijderd worden. Meestal kan dit bij de huisarts. 3

4 Risico s De belangrijkste risico s van de behandeling zijn, dat de wond kan gaan bloeden of ontsteken. In sommige gevallen wordt het litteken na verloop van tijd breder. Dit komt vooral voor bij littekens op plaatsen waar er veel spanning op de huid staat of waar de huid veel beweegt (bijvoorbeeld de rug, borst, benen). Heel soms ontstaat zenuwschade. Daardoor kan een deel van de huid rond de wond anders aanvoelen, of kunnen spieren minder goed aangestuurd worden. Shave (afschaven) Verwijderen van de oneffenheid. De te behandelen plek wordt verdoofd met injecties met een lokale verdovingsvloeistof. Met een mesje of een elektrische lis wordt de plek afgeschaafd. Hierdoor ontstaat een oppervlakkig schaafwondje. Deze geneest meestal vanzelf. Nazorg Meestal is geen nazorg nodig. Eventueel kan de behandelde plek ingesmeerd worden met een antibiotische zalf of pure vaseline. Het is belangrijk om de behandelde plek gedurende tenminste 6 weken goed te beschermen tegen zonlicht met zonnebrandcrème factor 50. Risico s De risico s van deze ingreep zijn beperkt. Soms blijft de huid bloeden. Deze bloeding kan door druk meestal gestelpt worden. Het wondje kan ontstoken raken. Als de plek binnen 6 weken blootgesteld wordt aan de zon, kan een bruine verkleuring optreden. Er kan na genezing ook een bleke plek of deukje in de huid achterblijven. Als er een bleke plek of deukje ontstaat, verdwijnt die meestal niet meer. Soms komt de plek na behandeling toch weer terug. Curettage (afkrabben) Verwijderen van de oneffenheid. Met een curette (scherpe lepel) wordt de plek van de huid afgekrabd. Hiervoor is meestal geen verdoving nodig. Na de behandeling is een schaafwond aanwezig, die vanzelf geneest. 4

5 Nazorg Meestal is geen nazorg nodig. Eventueel kan de behandelde plek ingesmeerd worden met een antibiotische zalf of pure vaseline. Het is belangrijk om de behandelde plek gedurende tenminste 6 weken goed te beschermen tegen zonlicht met zonnebrandcrème factor 50. Risico s De risico s van deze ingreep zijn beperkt. Soms blijft de huid bloeden. Dit bloeden kan door druk meestal gestelpt worden. Het wondje kan ontstoken raken. Als de plek binnen 6 weken blootgesteld wordt aan de zon, kan een bruine verkleuring optreden. Er kan na genezing ook een bleke plek of deukje in de huid achterblijven. Als er een bleke plek of deukje ontstaat, verdwijnt die meestal niet meer. Soms komt de plek na behandeling toch weer terug. Cryotherapie (bevriezen) Verwijderen van een oneffenheid of oppervlakkige bruine verkleuring van de huid. Vloeibare stikstof wordt met behulp van een spuitbus op de te behandelen plek gespoten. Hierdoor bevriest de huid. Deze behandeling wordt vaak tweemaal achter elkaar uitgevoerd. De cellen van de te behandelen plek gaan dood en er ontstaat een korst. Soms ontstaat er een blaar. Deze geneest vanzelf. Nazorg Meestal is geen nazorg nodig. Eventueel kan de behandelde plek ingesmeerd worden met pure vaseline of een antibiotische zalf. Het is belangrijk om de behandelde plek gedurende tenminste 6 weken goed te beschermen tegen zonlicht met zonnebrandcrème factor 50. Risico s De behandelde plek kan gaan ontsteken. Als de plek binnen 6 weken blootgesteld wordt aan de zon, kan een bruine verkleuring optreden. Er kan na genezing ook een bleke plek of deukje in de huid achterblijven. Als er een bleke plek of deukje ontstaat, verdwijnt die meestal niet meer. Soms komt de plek na behandeling toch weer terug. 5

6 Coagulatie (wegbranden) Verwijderen van de oneffenheid. De te behandelen plek wordt verdoofd met injecties met verdovingsvloeistof. Vervolgens wordt deze met een elektrisch bolletje of elektrische lis aangestipt en weggebrand. Nazorg Meestal is geen nazorg nodig. Eventueel kan de behandelde plek ingesmeerd worden met een antibiotische zalf of pure vaseline. Het is belangrijk om de behandelde plek gedurende tenminste 6 weken goed te beschermen tegen zonlicht met zonnebrandcrème factor 50. Risico s De behandelde plek kan gaan ontsteken. Als de plek binnen 6 weken blootgesteld wordt aan de zon, kan een bruine verkleuring optreden. Er kan na genezing ook een bleke plek of deukje in de huid achterblijven. Als er een bleke plek of deukje ontstaat, verdwijnt die meestal niet meer. Soms komt de plek na behandeling toch weer terug. Bij vragen voorafgaand aan de behandeling Mocht u na het lezen van de folder nog vragen hebben, dan kunt u deze stellen aan uw behandelend arts. Ook als er bij u bijzonderheden zijn, zoals medicatiegebruik of andere aandoeningen die van belang zouden kunnen zijn voor de behandeling en die nog niet aan bod zijn gekomen tijdens het eerste polibezoek, raden wij u aan deze voorafgaand aan de behandeling met uw arts te bespreken. Bij problemen na de behandeling Als er problemen ontstaan na de behandeling, zoals een bloeding of ontsteking, kunt u tussen 8.00 uur en uur contact opnemen met de polikliniek Dermatologie via het algemene nummer van het ziekenhuis: Als er buiten deze tijden problemen optreden kunt u contact opnemen met de huisartsenpost. Meestal kan het probleem dan opgelost worden. Zo niet, dan kan contact opgenomen worden met de dienstdoende dermatoloog. 6

7 7

8 Locatie Delfzicht Jachtlaan 50 Postbus RA Delfzijl Locatie Lucas Gassingel 18 Postbus RA Winschoten Telefoon: Website: OZG (05-17) DER 485 8