Leraar voortgezet onderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Leraar voortgezet onderwijs"

Transcriptie

1 Sport en Bewegen HAN Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding Opleidingsstatuut voor de bacheloropleiding Studiejaar

2 Sport en Bewegen HAN Inleiding 4 Deel 1: Studiegids 6 Uitgangspunten van het onderwijs 7 De opbouw van de opleidingen 7 Visie op leren en onderwijs HAN Sport & Bewegen 8 Opbouw van de opleiding (voltijd) 11 De opbouw van de opleiding (Deeltijd) 12 Lesdagen en vakanties 14 Doelen van de opleiding 16 Relatie Domeincompetenties ALO en Dublin Descriptoren 17 Eindkwalificaties van de opleiding 23 Minoraanbod van het instituut 27 Studieloopbaanbegeleiding 32 Interne organisatie 33 Kwaliteitszorg 38 Lesdagen en lestijden 40 Studentenvoorzieningen op faculteits- en instituutsniveau 40 Bijlage 1: Plattegrond locatie USC 48 Bijlage 2: Relevante namen en adressen 49 Namen / roostercodes / adressen medewerkers HAN Sport en Bewegen 51 Deel 2: Regelingen betreffende het onderwijs en de tentamens 56 Onderwijs- en examenregeling Reglement examencommissie Reglement opleidingscommissie Regeling Tentamenbureau Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij (HAN) 87 Externe toezichthouders bij examens FGGM 101 Deel 3: Beschrijving van het onderwijs 106 Hoofdstuk 1: Curriculum voltijd 107 Samenstelling propedeutische fase (voltijd, deeltijd, duaal) 109 Samenstelling post-propedeutische fase (voltijd, deeltijd, duaal) 109 Hoofdstuk 2: Gegevens onderwijseenheden en integrale toetsen Propedeutische fase 111 Hoofdstuk 3: Gegevens onderwijseenheden en integrale toetsen post-propedeutische fase 177 Hoofdstuk 4: Verkorte programma s 283 Hoofdstuk 5: Gegevens HAN-gecertificeerde minoren en daartoe behorende onderwijseenheden 284 Hoofdstuk 6: Opsomming onderwijseenheden van AD-graad naar Bachelorgraad 335 Hoofdstuk 7: Eindkwalificaties HBO-bachelorgraad 336 Bijlage 1 Begrippenlijst Opleidingsstatuut en Studentenstatuut

3 INLEIDING In dit opleidingsstatuut geven wij je informatie over de gang van zaken tijdens je studie aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Je treft ook informatie aan over bijvoorbeeld de jaarplanning, uitgangspunten voor ons onderwijs, studieopbouw, ondersteunende faciliteiten, de examenregeling en de procedures met betrekking tot jouw rechtsbescherming. Algemene bepalingen Dit statuut is het opleidingsspecifieke deel van het studentenstatuut als bedoeld in artikel 7.59 lid 4 van de wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW), hierna te noemen opleidingsstatuut. Dit opleidingsstatuut is van toepassing op de opleiding Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding, hierna te noemen de opleiding, in het studiejaar Volgens de wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW, artikel 7.59) dient een HBO-instelling een studentenstatuut vast te stellen en aan alle studenten bekend te maken. Het studentenstatuut bestaat uit twee delen: het instellingsspecifieke deel (dus: de HAN) en het opleidingsspecifieke deel (dus: de opleiding), zie figuur 1. Het instellingsspecifieke deel - we noemen het het studentenstatuut - bevat een beschrijving van jouw rechten en plichten, zoals die voortvloeien uit de wet, en een overzicht van de regelingen die jouw rechten beschermen: een beschrijving van de procedures voor bezwaar en beroep binnen de instelling, een beschrijving van de beroepsrechten die zijn ontleend aan de WHW en andere wettelijke regelingen, en; een beschrijving van aanvullende procedures die door de HAN zijn getroffen ter bescherming van jouw rechten. Dit instellingspecifieke deel kun je terugvinden HAN Insite. Het opleidingsspecifieke deel we noemen het verder het opleidingsstatuut (OS) bestaat uit drie delen: Figuur 1 Studentenstatuut en Opleidingsstatuut 1. Studiegids. In de studiegids vind je informatie over de opbouw van de opleiding en over de beroepstaken en competenties die in je opleiding centraal staan. Verder krijg je informatie over de organisatie van de opleiding, de invulling van studieloopbaanbegeleiding en de faciliteiten die er binnen de opleiding, het instituut of de HAN voor jou zijn. Ook krijg je de algemene informatie die voor alle HAN-studenten geldt, zoals de jaarplanning, de vakanties en de tentamen- en herkansingsperiodes. 2. Regelingen betreffende het onderwijs en de tentamens. Hier vind je met name de regels voor de uitvoering van het onderwijs en de tentamens en examens. 3. Beschrijving van het onderwijs. In deel 3 vind je onder andere informatie over het curriculum van jouw opleiding, de onderwijseenheden en tentaminering, de integrale toetsen en de minoren van jouw opleiding. De informatie in dit deel hoort bij de Onderwijs- en examenregeling (OER) die in deel 2 van het opleidingsstatuut is gepresenteerd. In dit opleidingsstatuut zijn jouw rechten en plichten enerzijds en van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen anderzijds zo goed mogelijk vastgelegd. Dit opleidingsstatuut omvat onder andere een beschrijving van de studieopbouw en de ondersteunende faciliteiten die je door de instelling worden aangeboden, de vastgestelde onderwijs- examenregeling en de procedures voor je rechtsbescherming in aanvulling op die van de instelling. Dit opleidingsstatuut is vastgesteld bij besluit van de faculteitsdirectie van 9 juli De faculteitsraad heeft op 10 juli 2015 ingestemd met de tekst van het opleidingsstatuut. Errata behorende bij dit opleidingsstatuut of deze onderwijs- en examenregeling worden - nadat de faculteitsraad heeft ingestemd met de tekst van een erratum - per afzonderlijk besluit vastgesteld door de faculteitsdirectie. Erratumdocumenten zijn te raadplegen daar waar het opleidingsstatuut en de onderwijs- en examenregeling zijn gepubliceerd (website / Insite / Scholar). In een erratumdocument is opgenomen wanneer de faculteitsraad instemming heeft verleend en wanneer de faculteitsdirectie het besluit heeft genomen. Wijzigingen van dit opleidingsstatuut worden door de faculteitsdirectie bij afzonderlijk besluit vastgesteld. Wijzigingen gedurende het lopende studiejaar vinden uitsluitend plaats indien dit noodzakelijk is voor de bescherming van de belangen van studenten. Wijzigingen kunnen al eerder genomen beslissingen op basis van het opleidingsstatuut, of één van de daarin opgenomen reglementen, niet ten nadele van studenten beïnvloeden. Studentenstatuut (instellingsspecifiek) Zie Opleidingsstatuut (opleidingsspecifiek) Deel 1 Studiegids. Deel 2 Regelingen betreffende het onderwijs en de tentamens. Deel 3 Beschrijving van het onderwijs De faculteitsdirectie draagt zorg voor een passende bekendmaking van dit opleidingsstatuut, de daarin opgenomen reglementen en van eventuele wijzigingen van deze documenten. Een belangstellende kan het opleidingsstatuut raadplegen op insite HAN en op de website van de HAN. Onderwijs- en examenregeling (OER) Reglement examencommissie Reglement opleidingscommissie Reglement Tentamenbureau Regeling externe toezichthouders bij examens 4 5

4 Sport en Bewegen HAN Deel 1: Studiegids Uitgangspunten van het onderwijs Uitgangspunten van het onderwijs aan de HAN In elke opleiding van de hogeschool word je, als student, opgeleid tot startbekwaam beroepsbeoefenaar. Maar je leert meer. Je doet gedurende de opleiding niet alleen kennis op, je spiegelt deze ook aan de mening van anderen. Op die manier leer je keuzes te maken en je een mening te vormen over je vakgebied. Dat geeft je straks de mogelijkheid vakkennis en vakbekwaamheid toe te passen in nieuwe, onbekende en deels onvoorziene situaties. De maatschappij heeft behoefte aan mensen die oplossingen bedenken voor nieuwe problemen. We leren je kennis en vaardigheden aan die je helpen om te blijven werken aan je professionele ontwikkeling. Goed beroepsonderwijs is afgestemd op ontwikkelingen in de samenleving en in het beroepenveld. Continu wordt aansluiting gezocht bij wat er wordt gevraagd van afgestudeerden; vorm en inhoud van het onderwijs zijn permanent in ontwikkeling met als doel om je zo goed mogelijk voor te bereiden op de arbeidsmarkt. Leren via beroepstaken Een belangrijke kernwaarde binnen de HAN is de centrale rol van de beroepspraktijk in het onderwijs. Het is onze opdracht je op te leiden tot een startbekwame beroepsbeoefenaar. Het leren via beroepstaken is daarbij een sturend uitgangspunt. Beroepstaken zijn betekenisvolle, hele taken zoals deze in al hun complexiteit in de werkelijkheid door de beroepsbeoefenaar (expert) worden uitgevoerd. Hele taak wil zeggen dat deze niet wordt opgeknipt in deelaspecten maar door jou steeds in zijn totaal wordt geoefend. De meeste beroepstaken doen een beroep op meerdere competenties. Zelfsturing Met ons onderwijs willen wij je leren om zelfstandig beroepstaken uit te voeren, je beroepshandelen te verbeteren en zelfstandig je loopbaan te ontwikkelen. Het gaat niet alleen om het succesvol afronden van je studie, maar ook om het blijvend succesvol functioneren in het werkveld. Voor jou zal het neerkomen op een geleidelijke ontwikkeling van minder naar meer zelfsturing en van afnemende sturing door docenten. Flexibilisering Flexibilisering is een belangrijk uitgangspunt. Je hebt in ieder geval 30 studiepunten vrije keuzeruimte in je opleiding om je opleiding te verbreden of te verdiepen. Wij noemen die keuzeruimte een minor. Hierdoor heb je de mogelijkheid je te richten op specifieke vragen van de arbeidsmarkt en je geeft vorm aan eigen profilering. Toetsing en beoordeling Of je in voltijd, in deeltijd of duaal studeert, je wordt getoetst op dezelfde, voor de opleiding geformuleerde, beroepstaken en competenties. Daarbij wordt gestreefd naar een maximale validiteit en betrouwbaarheid. Bij validiteit stellen we ons de vraag of het tentamen dat meet wat hij zou moeten meten. Bij betrouwbaarheid kijk je naar de vergelijkbaarheid van de resultaten. Onderwijseenheden Onderwijseenheden zijn georganiseerd rondom beroepstaken. Onderwijseenheden hebben als basis een omvang van 7.5 studiepunten of een veelvoud daarvan. Zij worden geprogrammeerd binnen de vier onderwijsperioden van het HAN-jaarrooster. In het belang van de kwaliteit van het onderwijs kan een onderwijseenheid een studielast van 2,5 studiepunten of een veelvoud daarvan omvatten. Studieloopbaanbegeleiding De HAN hecht er aan je zorg en ondersteuning te bieden bij het studeren aan de HAN en bij het inrichten van je studie. Studieloopbaanbegeleiding is daarom een belangrijk aspect van het HAN -onderwijs. De studieloopbaanbegeleider helpt je bij het ontwikkelen van de zelfsturing die je nodig hebt om je studie te volbrengen. Naast het bovengenoemde is hij voor jou het eerste aanspreekpunt in bijzondere situaties, bijvoorbeeld als de studie niet zo verloopt als je gepland had of bij langdurige ziekte of handicap. De studieloopbaanbegeleider kan je helpen wegen te zoeken om je resultaten bij de studievoortgang te verbeteren. Een bijzondere taak van de studieloopbaanbegeleider is het ondersteunen bij het kiezen van een minor in de hoofdfase van je opleiding. Wat wordt van de student gevraagd De vraag of je je doelen bereikt, is voor een belangrijk deel afhankelijk van je eigen inzet. Wij verwachten dat je doordachte keuzes maakt in je leerproces, dat je actief deelneemt aan het onderwijs, dat je aanwezig bent en je tijd vrijmaakt voor zelfstudie. Alleen dan kun je je studie succesvol afronden. Je krijgt het druk, maar de beloning is hoog: je beheerst straks een prachtig vak waar je je hele leven plezier van hebt. De opbouw van de opleidingen Het eerste jaar van je studie heet de propedeuse (officieel de propedeutische fase) en heeft een studielast van 60 studiepunten. (De studielast wordt uitgedrukt in studiepunten. Eén studiepunt is gelijk aan 28 uren studie.) De propedeuse heeft een drietal functies: een oriënterende, een verwijzende en een selecterende. Deze drie functies hangen nauw met elkaar samen. De propedeuse moet je een goed beeld geven van de hele studie. Gedurende dit eerste jaar word je in staat gesteld na te gaan of de opleiding aansluit bij je capaciteiten en interesses. Dit is de oriënterende functie van de propedeuse. In de loop van dit jaar kun je beslissen of je deze opleiding wilt blijven volgen, of voor een andere opleiding binnen of buiten de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen kiest. Studieadviezen in het midden en aan het eind van het propedeutisch jaar helpen bij die beslissing. Dit is de verwijzende functie van de propedeuse. Tot slot kent de propedeuse ook een selecterende functie. Die functie is tweeledig: aan de ene kant beoordeel je zelf of je geschikt bent voor de studie of niet. Anderzijds word je ook beoordeeld op basis van je studieresultaten, die steeds worden bezien in het licht van motivatie, studiehouding en persoonlijke omstandigheden. 6 7

5 Studieadvies Uiterlijk aan het einde van het eerste jaar van de propedeutische fase krijg je een schriftelijk studieadvies, gebaseerd op het aantal behaalde studiepunten. Dat advies bepaalt of je je opleiding al dan niet kunt voortzetten. Je hoeft dat advies niet op te volgen, maar bent wel zelf verantwoordelijk voor de keuze die je maakt, tenzij het om een bindend negatief studieadvies (BNSA) gaat. In dit laatste geval word je direct uitgeschreven en kun je je voor dezelfde opleiding niet meer inschrijven. De basisindeling van elke opleiding bestaat uit een major en een minor. De major is je hoofdrichting, waarin je je beroepscompetenties ontwikkelt. Dit deel omvat maximaal 210 studiepunten. Daarnaast krijg je in een minor (30 studiepunten) de ruimte om je interesses en capaciteiten te specialiseren of juist te verbreden. In de onderstaande tabel is de omvang van de indelingen van de opleiding weergegeven in studielast uitgedrukt in studiepunten. Indeling van de opleiding Major Minor Totaal Propedeuse Postpropedeuse Totaal Je kiest zelf voor een minor als verbreding of verdieping van je studie. Ons totale aanbod aan minoren vind je in de HAN-onderwijscatalogus (HAN-SIS en Insite). Alle bacheloropleidingen hebben een studielast van 240 studiepunten. Uitzondering hierop zijn de bacheloropleidingen die een versneld traject hebben gericht op studenten met een VWO-diploma. Deze laatstgenoemde bacheloropleidingen hebben een studielast van 180 studiepunten. Een Ad-programma heeft een studielast van minimaal 120 studiepunten. Er zijn ook vrije minoren, die je bij een andere onderwijsinstelling kunt volgen of die je zelf samenstelt uit onderdelen van onderwijs van verschillende instituten van de HAN of een andere (onderwijs) instelling. Kijk voor het totale minorenaanbod op of op Kies Op Maat is een online platform waar alle studenten aan het hoger onderwijs in Nederland kunnen kiezen uit minoren en vakken van de deelnemende instellingen. Het doel van Kies Op Maat is het vergroten van de mobiliteit van alle studenten binnen het Hoger Onderwijs. Voordat je een minor gaat volgen heb je toestemming nodig van de examencommissies. Als je een minor wilt volgen uit het minoraanbod van de HAN, dan is de toestemming van je studieloopbaanbegeleider voldoende. De regels voor het volgen van een vrije minor zijn te vinden op soorten minoren zijn er? Visie op leren en onderwijs HAN Sport & Bewegen Leren en onderwijs zijn twee kanten van één medaille. De student leert met behulp van het onderwijs dat een opleiding hem biedt. De student heeft een bepaalde stijl van leren en de opleiding heeft opvattingen over onderwijs inrichten. Hieronder beschrijven we in het kort enkele aspecten van beide. Visie op leren Leren kun je beschouwen als het verbinden van kennis, in de breedste zin van het woord, met andere kennis, informatie uit andere bron. Dit betekent dat het van de reeds aanwezige kennis, een subjectief gegeven, afhangt welk nieuwe kennis wordt opgeslagen. Daarnaast spelen persoonlijke factoren als interesse en emotionele binding een belangrijke rol bij het al dan niet beklijven van kennis. Elke student construeert dus zijn eigen kennis uit de informatie die hij krijgt aangeboden. In de sociaal constructivistische opvatting over leren gaat het om samenwerkend, betekenisvol actief-reflectief en authentiek leren. Leren is geen individuele, maar vooral ook een sociale en maatschappelijke activiteit en vindt altijd plaats binnen een maatschappelijke context. De praktijk en het praktijkleren zijn binnen de HAN nadrukkelijk betrokken bij het onderwijs. Door de logica van de beroepspraktijk als uitgangspunt te nemen is de opleiding geen doel meer op zichzelf, maar een middel om competenties te verwerven. Het gaat dan niet meer om twee gescheiden systemen, maar om één doel-middel-systeem. Het doel is te leren functioneren als professional, in een omgeving waarin kennisontwikkeling ten minste even belangrijk wordt gevonden als kennisoverdracht. Leren en opleiden zijn de middelen om dat doel te bereiken. Transfer gaat dan niet meer om het toepassen van hetgeen in een opleidingsinstituut geleerd is, maar het betreft een competentie die het mogelijk maakt te functioneren in uiteenlopende en voortdurend veranderende beroepssituaties. Daarmee blijkt leren vooral een àctief proces. Wil een lerende (hierna te noemen student) betekenisvol leren, dan zal deze op een aantal niveaus (bewust) actief moeten zijn (Vermunt en Verloop, 1999; Vermunt en Vermetten, 2004): 1. Cognitief niveau. Dit zijn de activiteiten van een student om kennis te verwerven en te verwerken. Daarbij moet men denken aan structureren, concretiseren, relateren, analyseren, toepassen, memoriseren, oefenen, kritische verwerking en selecteren. 2. Affectief niveau. Dit zijn de activiteiten van een student die te maken hebben met de emotie die bepaald leren of een leerervaring met zich mee kan brengen. Daarbij moet men denken aan motiveren, attribueren, concentreren, stellen van doelen, het formuleren van verwachtingen, inspanning leveren, beoordelen en omgaan met emoties. 3. Metacognitief niveau. Dit zijn de activiteiten van een student die de cognitieve en affectieve activiteiten van een student aansturen. Met andere woorden: het zijn de activiteiten die nodig zijn om te komen tot (zelf)regulatie van het leren. Daarbij moet men denken aan activiteiten als oriënteren op de leertaak, plannen, monitoren, toetsen, diagnosticeren, aanpassen, evalueren en reflecteren. Leren heeft niet alleen betrekking op concrete, waarneembare gedragsveranderingen, maar ook op de mogelijkheden je als mens anders te gedragen. Dit wordt ook wel rijping genoemd. De transfer van kennis en vaardigheden speelt hierbij een belangrijke rol. Tot slot is leren een opbouwend proces. Het speelt niet alleen een rol bij het vermeerderen van kennis en het bevorderen van deskundigheid, maar ook in situaties waarin het gaat om het zoeken naar oplossingen en problemen. Bekende strategieën kunnen telkens weer worden meegenomen. Het maken van juiste afwegingen speelt steeds weer een rol bij het oplossen van problemen, waarbij afwegingen steeds complexer worden en een gedegen onderbouwing een steeds belangrijker onderdeel vormt van de totale besluitvorming in het leerproces. Dit is niet alleen belangrijk tijdens een opleiding, maar ook daarna (life long learning, leren-leren). Visie op onderwijs De visie op leren zoals hierboven te lezen is, is vertaald naar het programma van de drie opleidingen van het Instituut HAN Sport & Bewegen. Dit levert de volgende uitgangspunten voor de onderwijsvormgeving op: De student verwerft beroepscompetenties door leerarrangementen waarin de realiteit van het beroepsmatig handelen het uitgangspunt vormt. Om de competenties van het beroep waarvoor een student wordt opgeleid te ontwikkelen, zijn de onderwijseenheden zo ingericht dat de reële beroepssituatie het uitgangspunt vormt. Permanente reflectie op het beroep en de beroepsuitoefening is ingebouwd in het onderwijs en komt zowel in de begeleiding als in de toetsing tot uitdrukking; m.a.w. de student spiegelt zich continu aan de eisen van het beroep. De student leert te leren ( leren leren, levenslang leren). De snelle veranderingen in het werk van een professional maken het noodzakelijk dat deze er voortdurend voor zorgt dat zijn expertise is aangepast, uitgebreid en/of verlegd. Doel is dat de student een houding ontwikkelt waarin life long learning (levenslang leren) een vanzelfsprekendheid is. De student is in toenemende mate in staat om zijn eigen leerproces te sturen. In de loop van de opleiding is de student in toenemende mate verantwoordelijk voor eigen keuzes ten aanzien van het leren. Dit vraagt om een goed inzicht in de eigen sterke en zwakke eigenschappen en een goed inzicht in de manier waarop de student leert. Daartoe reflecteert hij op (de ontwikkeling van) deze kwaliteiten en op eigen wensen en mogelijkheden om deze in te zetten en eventueel aan te passen t.b.v. de toekomstige beroepsuitoefening. De opleiding die de student volgt, voert een continue dialoog met het werkveld. Omdat de opleiding het beroep en de benodigde competenties daarvoor centraal stelt, zijn er op alle niveaus van de opleiding nauwe contacten met het werkveld. Zo zullen ook professionals uit het werkveld meewerken aan de beoordeling van de studenten. Daarnaast is een commissie uit het beroepenveld betrokken bij de ontwikkelingen in inhoud en vormgeving van het onderwijs. De student leert voor een beroep waarin het vraaggericht handelen centraal staat. Een professional in de dienstverlening werkt vraaggericht. De vraag van de deelnemer/cliënt staat centraal bij het zoeken naar een oplossing. Als (toekomstig) professional helpt de student de deelnemer/cliënt om de goede vraag te formuleren. Onderwijsinhoud De opleidingen Sport & Bewegen zijn hogere beroepsopleidingen en zij verhouden zich dan ook tot de eisen die de beroepspraktijk stelt. Zij zijn zó ingericht, dat zij adequaat voorbereiden op die beroepspraktijk. In samenwerking met de verschillende beroepenvelden, zijn beroepsprofielen opgesteld van de beroepspraktijkbeoefenaars. Het beroepsprofiel van de beginnende professional vormt het uitgangspunt van elke bacheloropleiding. Op basis van de visie van de opleiding en het geldende beroepsprofiel, is een opleidingsprofiel ontwikkeld. In dit opleidingsprofiel komen de speerpunten van de opleiding terug en is bijvoorbeeld de keuze voor bepaalde uitstroomprofielen geborgd. Het onderwijs van een opleiding is gericht op het realiseren van het opleidingsprofiel. Beroepstaken en competenties Het beroepsprofiel is een complex geheel van verschillende hoofdtaken van een beroepsbeoefenaar. Deze hoofdtaken zijn opgedeeld in beroepstaken. Een beroepstaak vormt als het ware een klein deel van de taken uit het beroepsprofiel. Hieronder staat de door HAN Sport & Bewegen gehanteerde definitie van beroepstaak. Een beroepstaak is een betekenisvolle taak zoals deze in alle complexiteit in de werkelijkheid door een beroepsbeoefenaar (expert) wordt uitgevoerd. De beroepstaken zijn de bouwstenen van het onderwijsprogramma. Om goed te functioneren in een bepaalde beroepstaak, moet een student tijdens de opleiding bepaalde competenties ontwikkelen. Deze competenties zijn voor elk beroep net iets anders. De competenties vormen het uitgangspunt voor het onderwijs en de toetsing binnen de opleiding. Hieronder staat de gehanteerde definitie van een competentie. Competenties zijn een geïntegreerd geheel van kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshouding. Een competente student is in een bepaalde context in staat om de meest geschikte handelingen en hulpmiddelen te kiezen die hem in staat stellen beroepstaken uit te voeren en het beoogde resultaat te bereiken. Het gedrag van de student en het eindresultaat zijn meetbaar gemaakt door middel van vooraf bepaalde indicatoren. Bij iedere competentie zijn verschillende handelingscriteria geformuleerd. De handelingscriteria maken duidelijk waar het bij de betreffende competentie om gaat. Om competenties optimaal te kunnen ontwikkelen en dus goed te kunnen functioneren in een beroepstaak en uiteindelijk te voldoen aan het beroepsprofiel, is een curriculum ontwikkeld waarin de student aan de competenties binnen de beroepstaken kan werken. Het curriculum bestaat uit verschillende onderwijseenheden (OWE s), verdeeld over de beroepstaken. Iedere onderwijseenheid kent een aantal leerdoelen. Deze leerdoelen vloeien logisch voort uit de handelingscritiera en vormen het uitgangspunt voor de inhoud en vorm van het onderwijs. 8 9

6 Bij iedere OWE wordt specifiek ingegaan op een aantal handelingscriteria van de competentie. De competenties worden vervolgens getoetst aan de hand van vooraf gestelde beoordelingscriteria, die zijn afgeleid uit de handelingscriteria en leerdoelen. In onderstaande figuur is schematisch weergegeven hoe de afleiding eruit ziet vanuit de beroepspraktijk tot toetsing van de verschillende opleidingen. Beroepspraktijk Beroepsprofiel beginnende professional Opleidingsprofiel Beroepstaken Handelingscriteria per niveau Onderwijseenheden DE INRICHTING VAN HET ONDERWIJS Competenties Toetsingsitems De leeromgeving Het is van belang om de student niet los te zien van de toekomstige beroepsomgeving. Dat betekent ook, dat wanneer het streven is om de student maximaal voor te bereiden op het functioneren binnen die toekomstige beroepscontext(en), de taken die de opleiding en het curriculum aanbieden, ook daadwerkelijk aansluiten bij deze contexten. Het realiteitsgehalte van deze taken is hierbij van essentieel belang. Ook de aanwezigheid van voorbeeld en expertgedrag van o.a. docenten en andere betrokkenen bij het onderwijs, levert een substantiële bijdrage. Concrete kenmerken voor de leeromgeving in de opleidingen Sport & Bewegen: Omstandigheden in het onderwijs zijn zoveel mogelijk overeenkomstig de praktijk, inclusief levensechte werksituaties; De student wordt gestimuleerd actief aan de slag te gaan; De docent is deskundige en coach; Het onderwijs geeft impulsen tot zelfstandig werken en denken. In de loop van de opleiding krijgt de student een toenemende eigen verantwoordelijkheid voor het leren; De student ontwikkelt een besef van eigen bekwaamheid (competentie ontwikkeling, reflectie, studieloopbaanbegeleiding). Onderwijsvormen Hieronder volgt een beschrijving van een aantal veelvoorkomende onderwijs- en werkvormen zoals die binnen het opleidingsprogramma van de opleidingen van het ISBS worden gehanteerd. Probleemgestuurd Onderwijs (PGO) Bij PGO wordt gestart vanuit een concrete taak in plaats vanuit de abstracte theorie van een vak. Het gaat er voornamelijk om, om aan de hand van een probleem kennis te verwerven en in mindere mate om het oplossen van een probleem waarvoor reeds opgedane kennis moet worden gebruikt. Als student wordt je geleerd om systematisch en methodisch te werken. Als hulpmiddel wordt daarbij de 7-sprong gehanteerd (soms kunnen ook andere modellen gebruikt worden); via het verhelderen van onduidelijkheden (1), het definiëren (2) en analyseren (3) van het probleem, worden op systematische wijze verklaringen voor het probleem gezocht (4). Vervolgens worden leerdoelen geformuleerd (5) waarvoor aanvullende informatie gezocht moet worden (6). Uiteindelijk wordt ook deze nieuwe informatie uitgewisseld (7). Het gaat dus om het op systematische wijze analyseren van een probleem dat leidt tot de meest waarschijnlijke verklaringen van het probleem. Omdat niet alle leertaken zich lenen om via PGO kennis en vaardigheden over te brengen wordt er ook gebruik gemaakt van andere onderwijs- en werkvormen. Tutorgroepen bestaan uit ca. 15 studenten (of een veelvoud daarvan) en zijn de basiseenheid waarmee binnen de opleiding geroosterd wordt. Projecten en projectonderwijs Net als bij PGO is een probleem het vertrekpunt van het leerproces. Het grote verschil met PGO zit in de mate van sturing en begeleiding met betrekking tot de taakuitvoering. Bij PGO ligt de nadruk meer op de sturing vanuit de student zelf en minder via de docent en in de leeromgeving aanwezige voorzieningen. In vergelijking met PGO is de vakinhoudelijke begeleiding bij projectonderwijs intensiever. Het doel van projectonderwijs is voornamelijk gelegen in het juist toepassen van kennis. Bij PGO is het proces meer gericht op het systematisch werken en het raadplegen van de juiste bronnen. Samenvattend kunnen we stellen dat het projectonderwijs bij de opleidingen van het Instituut Sport en Bewegingsstudies voldoet aan de volgende kenmerken: (1) een probleem is het vertrekpunt voor het leerproces, (2) de studenten werken als groep onder begeleiding zelfstandig aan een probleem, (3) kennis, inzicht en vaardigheden van het vakgebied moeten worden toegepast, (4) het betreft levensechte problemen die ingebed zijn in een maatschappelijke context, (5) de docent treedt op als begeleider van het leerproces en (6) het project verloopt in fasen die steeds afgesloten worden door peilingen waarin proces en product beoordeel en geëvalueerd kunnen worden. Hoorcolleges Hoorcolleges zijn bijeenkomsten waarbij het gehele cohort of een nauw omschreven deel daarvan aanwezig is en een docent instructie verzorgt en/of kennis overbrengt. Tutorgroepen Tutorgroepen zijn bijeenkomsten waarbij in groepen van 15 of 30 studenten wordt ingegaan op de theorie. Werkcolleges Werkcolleges zijn bijeenkomsten waarbij in groepen van 15 of 30 studenten wordt gewerkt aan de beroepsopdrachten. Practica Tijdens practicumbijeenkomsten zal er vooral gewerkt worden aan het aanleren en oefenen van specifieke vaardigheden die voor een SGM er, SBE er of leraar LO belangrijk zijn. De practica bijeenkomsten vinden meestal onder begeleiding van een vakdocent plaats. De grootte van de groepen is hierbij afhankelijk van het type practicum. Sportvaardigheden Tijdens sportvaardigheden staat het ervaren, aanleren en oefenen relevante bewegingsvaardigheden centraal. De inhoud van de bijeenkomsten is afhankelijk van het curriculum van de betreffende opleiding. De ordening van sportvaardigheden gebeurt in verschijningsvormen, een ordening waarbij niet de sporttak maar de beleving van de deelnemers centraal staat. Stages De beroepspraktijk als krachtige leeromgeving neemt een belangrijk plaats in binnen de opleidingen. Naast opdrachten in de praktijk zijn er blok- en lintstages waarbij de student verschillende beroepstaken in het werkveld oefent. Studieloopbaanbegeleiding Er zijn specifieke bijeenkomsten en werkwijzen voor studieloopbaanbegeleiding. Deze begeleidingslijn loopt de hele opleiding door. Zelfstudie Naast de zelfstudie die een student buiten het geroosterde programma aan zijn studie besteed, zijn er geprogrammeerde momenten van zelfstudie. Hierin is de student in de gelegenheid is om PGO voorbereidingsopdrachten voor de bijeenkomsten uit te werken en/ of bezig te gaan met andere onderwijsgerelateerde activiteiten zoals het werken aan projecten / beroepsproducten. 1 Zie Strategisch beleidsplan FGGM pag 4 Onderwijsorganisatie Het Instituut HAN Sport & Bewegen streeft ernaar een professional community 1 te vormen. Een dergelijke gemeenschap wordt gevormd door studenten en docenten samen. Dit heeft ook gevolgen voor het onderwijs. Zo is een student tijdens zijn gehele sport & bewegen studie lid van een leerteam, dat bestaat uit een vaste groep studenten en docenten. De eerste twee-en-een-half jaar werkt hij in een bachelorteam en in de laatste anderhalf jaar in een expertiseteam. Bij de keuze voor een expertiseteam kan een student kiezen uit: health promotion, health & performance, ontwikkeling van sporttalent, sport en voeding, sporteconomie & sportmanagement. Dit geeft hem naast de uitstroomprofielen van de verschillende opleidingen de mogelijkheid om zich te profileren. Naast het verzorgen van onderwijs voor de opleidingen van het instituut, richten de expertiseteams zich ook op toegepast wetenschappelijk onderzoek binnen de desbetreffende deelgebieden. Ze ontwikkelen kennis op basis van vragen uit de praktijk en ideeën van studenten en docenten. De ontwikkelde kennis wordt opgenomen in het onderwijsprogramma en anderzijds terugvertaald in de richting van het werkveld. Op deze manier houden we het onderwijs state of the art en wordt samen met de beroepspraktijk gewerkt aan innovatie en ontwikkeling. Studenten werken in het kader van hun opleiding binnen de expertiseteams samen met docenten, onderzoekers en professionals uit het werkveld. Opbouw van de opleiding (voltijd) HET BEROEP LERAAR LICHAMELIJKE OPVOEDING (ALO) Definitie en maatschappelijke context Ontwikkelingen op het terrein van sport, bewegen, onderwijs en gezondheid zijn er volop. Binnen het onderwijs wordt lichamelijke opvoeding steeds meer aangegrepen om andere rollen te vervullen en sport als middel te gebruiken. Dit blijkt onder andere uit de grote vraag naar sportactiviteiten binnen verschillende sectoren en de samenwerking die op meerdere terreinen gezocht en gevonden wordt. Er bestaat behoefte aan een leraar die meer dan voorheen de gezond- heidsbevorderende aanpak laat terugkomen, het beroep en het onderwijs evidence based maakt, zich oriënteert op theorieën en onderzoek op het gebied van sport en bewegen, de integratie van lichamelijke opvoeding en sport bevordert door onder andere aan te sluiten bij het beleid rondom de sportieve driehoek buurtonderwijssport en aandacht heeft voor speciale doelgroepen. Het werkveld, c.q. de organisatorische context De leraar LO vervult vooral functies in de context van onderwijs en vrije tijd. De leraar LO in de context van onderwijs Binnen het onderwijs wordt zowel in het basisonderwijs (vanaf groep 3) als in het voorgezet onderwijs gewerkt met een bevoegde leraar lichamelijke opvoeding (LO). Voor het basisonderwijs is dit overigens niet verplicht. Daarnaast kan een leraar ook binnen het speciaal onderwijs en het MBO aan de slag. Een leraar LO zorgt ervoor dat kinderen motorische vaardigheden leren, dat leerlingen kennis maken met de sport- en bewegingscultuur en dat ze leren wat bij hen past (leren kiezen). Uitgangspunt hierbij zijn de zogenaamde verschijningsvormen van sport, zoals wedstrijd

7 sport, showsport, avontuursport etc. De leraar LO zal de kinderen motiveren tot een levenlang sporten en bewegen door ze plezier in het sporten en bewegen te laten ervaren. Een goed pedagogisch klimaat, waarin kinderen zich veilig voelen en waar ze succeservaringen opdoen, is hierbij van groot belang. De leraar LO in de context van vrije tijd De vele vakspecifieke ontwikkelingen op het gebied van sport en bewegen zoals het stimuleringsbeleid BOS, School & Sport en Combinatiefuncties onderwijs, sport en cultuur, zorgen voor nieuwe mogelijkheden. Het beroep van leraar LO speelt zich niet (alleen) af tussen de vier muren van de gymzaal. Steeds meer speelt de leraar LO een rol als makelaar/schakelaar in de sport- en beweegomgeving rond de school. Dit in het kader van ontwikkeling van brede scholen, dagarrangementen en (sportieve) buitenschoolse opvang. Ook profileren scholen zich vaak met sport (sportieve scholen, sportactieve scholen) en wordt het belang van sport en bewegen in en buiten schooltijd steeds meer erkend. De leraar LO vervult hierbij een sleutelrol en kan zo daadwerkelijk de brug slaan tussen schoolsport, verenigingssport en buurtsport. Beroepstaken en competenties De opleiding ALO leidt leraren lichamelijke opvoeding op. Dat betekent dat in eerste instantie gewerkt wordt aan het verwerven van leraarcompetenties die zijn afgeleid van het beroepsprofiel en leraartaken. Naast deze taken houdt een leraar LO zich ook bezig met het bevorderen van een gezonde leefstijl en gezond gedrag bij groepen jeugdigen. Ook zal hij innovatief en ondernemend naar het sportaanbod kijken en aanpassingen daartoe ontwikkelen. Daarbij gebruik makend van de mogelijkheden die de driehoek van onderwijs, buurt en sport biedt. Bovenstaande taken impliceren de volgende (vijf) beroepstaken en de daarmee samenhangende competentiegebieden: Beroepstaken Lesgeven en Coaching Presteren, Gezondheid en Onderzoek Samenwerken en Sportstimulatie Management en Organisatie Ondernemen en Innovatie Bewegen binnen verschijningsvormen Competentiegebieden Les leidingeven Begeleiden Managen Ondernemen Onderzoeken Samenwerken Kennisontwikkeling Professionele VERANDERINGEN CURRICULUM VOLTIJD-ALO Voor komend studiejaar is op een aantal punten het curriculum aangepast, met name om de studeerbaarheid te verhogen. De volgende uitgangspunten hebben dit gerealiseerd: Een aantal grotere OWE s zijn opgeknipt. Hierdoor heeft het niet halen van een toets minder consequenties. Ook zal er met name in de beginfase van de opleiding eerder een succesbeleving zijn door het eerder kunnen vergaren van de eerste studiepunten. De eigen vaardigheid, methodiek en didactiek van de sportvaardigheden worden in de hoofdfase 1 als aparte onderwijseenheden aangeboden. Ze kennen nu ook een eigen beroepstaak namelijk Bewegen binnen verschijningsvormen met de kerncompetentie sportvaardigheden. Iedere onderwijseenheid zal 2,5 EC aan studiepunten bevatten. In de hoofdfase 1 en 2 zullen de sportvaardigheden nog hetzelfde worden aangeboden als vorige studiejaar. Het aantal toetsen is naar beneden bijgesteld. Daarbij is er in het begin van de opleiding rekening gehouden met opstartproblemen van de nieuwe studenten in de programma s en in de (aansturing van) de toetsen. De systematiek van toetsen is sterk verbeterd. Alle toetsformulieren hebben vanaf dit jaar dezelfde lay-out. Daarin is altijd zichtbaar welke eindkwalificaties worden getoetst. De beoordelingscriteria zijn helderder beschreven en de manier van beoordelen is afgestemd op zo n hoog mogelijke betrouwbaarheid. Voor de eerste 5 semesters is de stage opgenomen als aparte OWE. Dit doet meer recht aan het integrale karakter van de stage, waarin alle eindkwalificaties aan bod komen. De opbouw van de opleiding (Deeltijd) HET BEROEP LERAAR LICHAMELIJKE OPVOEDING (ALO) Definitie en maatschappelijke context Ontwikkelingen op het terrein van sport, bewegen, onderwijs en gezondheid zijn er volop. Binnen het onderwijs wordt lichamelijke opvoeding steeds meer aangegrepen om andere rollen te vervullen en sport als middel te gebruiken. Dit blijkt onder andere uit de grote vraag naar sportactiviteiten binnen verschillende sectoren en de samenwerking die op meerdere terreinen gezocht en gevonden wordt. Er bestaat behoefte aan een leraar die meer dan voorheen de gezondheidsbevorderende aanpak laat terugkomen, het beroep en het onderwijs evidence based maakt, zich oriënteert op theorieën en onderzoek op het gebied van sport en bewegen, de integratie van lichamelijke opvoeding en sport bevordert door onder andere aan te sluiten bij het beleid rondom de sportieve driehoek buurt- onderwijs- sport en aandacht heeft voor speciale doelgroepen. Het werkveld, c.q. de organisatorische context De leraar LO vervult vooral functies in de context van onderwijs en vrije tijd. De leraar LO in de context van onderwijs Binnen het onderwijs wordt zowel in het basisonderwijs (vanaf groep 3) als in het voorgezet onderwijs gewerkt met een bevoegde leraar lichamelijke opvoeding (LO). Voor het basisonderwijs is dit overigens niet verplicht. Daarnaast kan een leraar ook binnen het speciaal onderwijs en het MBO aan de slag. Een leraar LO zorgt ervoor dat kinderen motorische vaardigheden leren, dat leerlingen kennis maken met de sport- en bewegingscultuur en dat ze leren wat bij hen past (leren kiezen). Uitgangspunt hierbij zijn de zogenaamde verschijnings- vormen van sport, zoals wedstrijdsport, showsport, avontuursport etc. De leraar LO zal de kinderen motiveren tot een levenlang sporten en bewegen door ze plezier in het sporten en bewegen te laten ervaren. Een goed pedagogisch klimaat, waarin kinderen zich veilig voelen en waar ze succeservaringen opdoen, is hierbij van groot belang. De leraar LO in de context van vrije tijd De vele vakspecifieke ontwikkelingen op het gebied van sport en bewegen zoals het stimuleringsbeleid BOS, School & Sport en Combinatiefuncties onderwijs, sport en cultuur, zorgen voor nieuwe mogelijkheden. Het beroep van leraar LO speelt zich niet (alleen) af tussen de vier muren van de gymzaal. Steeds meer speelt de leraar LO een rol als makelaar/schakelaar in de sport- en beweegomgeving rond de school. Dit in het kader van ontwikkeling van brede scholen, dagarrangementen en (sportieve) buitenschoolse opvang. Ook profileren scholen zich vaak met sport (sportieve scholen, sportactieve scholen) en wordt het belang van sport en bewegen in en buiten schooltijd steeds meer erkend. De leraar LO vervult hierbij een sleutelrol en kan zo daadwerkelijk de brug slaan tussen schoolsport, verenigingssport en buurtsport. Beroepstaken en competenties De opleiding ALO leidt leraren lichamelijke opvoeding op. Dat betekent dat in eerste instantie gewerkt wordt aan het verwerven van leraarcompetenties die zijn afgeleid van het beroepsprofiel en leraartaken. Naast deze taken houdt een leraar LO zich ook bezig met het bevorderen van een gezonde leefstijl en gezond gedrag bij groepen jeugdigen. Ook zal hij innovatief en ondernemend naar het sportaanbod kijken en aanpassingen daartoe ontwikkelen. Daarbij gebruik makend van de mogelijkheden die de driehoek van onderwijs, buurt en sport biedt. Bovenstaande taken impliceren de volgende (vijf) beroepstaken en de daarmee samenhangende competentiegebieden: Beroepstaken Lesgeven en Coaching Presteren, Gezondheid en Onderzoek Samenwerken en Sportparticipatie Management en Organisatie Ondernemen en Innovatie Competentiegebieden Les leidingeven Begeleiden Managen Ondernemen Onderzoeken Samenwerken Kennisontwikkeling Professionele ontwikkeling Bewegen binnen verschijningsvormen VERANDERINGEN CURRICULUM DEELTIJD-ALO Met ingang van studiejaar is de duur van de opleiding verlengd naar 4 jaar met een daarbij aangescherpte werkkringeis. Daarbij is een totaal nieuw curriculum ontworpen wat meer recht doet aan de specifieke achtergrond van de deeltijdstudent. Dat betekent dat er een curriculum is ontwikkeld op basis van blended learning aan de hand van uitgangspunten opgesteld door de Raamleerplancommissie (HAN, 2014). Dit blended learning zorgt voor een juiste verhouding van de plekken waar het leren voor de student plaatsvindt. Dat kan zijn in zijn zelfstudie, op zijn werkplek of stage, of in het contactonderwijs op de opleiding. STUDENT zelfstudie Leermodel Deeltijd Onderwijs B HAN contact SCHOOL praktijk Figuur 1: Opbouw van het onderwijs in de deeltijdopleiding, waarbij een constante afstemming ontstaat tussen de werkplek, de zelfstudie en het contactonderwijs. A D Het nieuw ontwikkelde onderwijs heeft als grootste verandering een veel nadrukkelijkere uitwerking van het werkplekleren binnen de verschillende onderwijseenheden. Binnen iedere onderwijseenheid is de koppeling gemaakt tussen het beroepsproduct en de werkplek van de studenten. Daarnaast zijn ook wekelijks onderwijsactiviteiten uitgeschreven die gericht zijn op de werkplek en daar ook uitgevoerd moeten gaan worden. Op deze manier is wat de student op de werkplek doet en leert veel nadrukkelijker omschreven. Daarnaast zijn er conform curriculum voltijd ook voor het deeltijd curriculum aanpassingen doorgevoerd, met name om de studeerbaarheid te verhogen. De volgende uitgangspunten hebben dit gerealiseerd: Een aantal grotere OWE s zijn opgeknipt. Hierdoor heeft het niet halen van een toets minder consequenties. Ook zal er met name in de beginfase van de opleiding eerder een succesbeleving zijn door het eerder kunnen vergaren van de eerste studiepunten. De eigen vaardigheid, methodiek en didactiek van de sportvaardigheden worden in de propedeuse en hoofdfase 1 als aparte onderwijseenheden aangeboden. Ze kennen nu ook een eigen beroepstaak namelijk Bewegen binnen verschijningsvormen met de kerncompetentie sportvaardigheden. Iedere onderwijseenheid zal 5 EC aan studiepunten bevatten. Het aantal toetsen is naar beneden bijgesteld. Daarbij is er in het begin van de opleiding rekening gehouden met opstartproblemen van de nieuwe studenten in de programma s en in de (aansturing van) de toetsen. De systematiek van toetsen is sterk verbeterd. Alle toetsformulieren hebben vanaf dit jaar dezelfde lay-out. Daarin is altijd zichtbaar C 12 13

8 welke eindkwalificaties worden getoetst. De beoordelingscriteria zijn helderder beschreven en de manier van beoordelen is afgestemd op zo n hoog mogelijke betrouwbaarheid. Voor de eerste 5 semesters is de stage opgenomen als aparte OWE. Dit doet meer recht aan het integrale karakter van de stage, waarin alle eindkwalificaties aan bod komen. Eisen werkkring bij deeltijdopleiding ALO Eis voor toelaatbaarheid tot de deeltijdse opleiding is het hebben van een werkkring bij aanvang en gedurende de studie. Voor deeltijd studenten, die een belangrijk deel van hun opleiding in de werksituatie realiseren, gelden de onderstaande criteria en regels met betrekking tot hun werk. Inhoudelijke eisen aan de werkplek Er is sprake van een aanstelling van minimaal 16 uur per week in een onderwijsgerelateerde context, met onderliggend arbeidscontract. *uitzondering hierop is dat er een werkkringplek in het onderwijs kan worden ingezet die voldoet aan de werkkringeis maar waarbij sprake is van onbetaald werk/vrijwillig werk Ook hiervoor zal een formeel contract moeten kunnen worden overlegd. Binnen deze plek zal tevens aan onderstaande voorwaarden moeten worden voldaan. Er is binnen het werk de mogelijkheid om sport- en bewegingsactiviteiten te ontwerpen, te plannen, uit te voeren en te evalueren in het onderwijs. Er is binnen het werk de mogelijkheid een bijdrage te leveren aan het onderwijsbeleid en het sportbeleid van de organisatie en haar sportieve omgeving. Er is binnen het werk de mogelijkheid om samen te werken met collega s, deel te nemen aan teamoverleg, werkoverleg en commissies. Er is binnen het werk de mogelijkheid een rol te vervullen in de actieve, sportieve en gezonde leefstijl van de deelnemers. Er is binnen het werk de mogelijkheid om op projectmatige wijze sportdagen, kampen en andere sportieve werkzaamheden te organiseren en coördineren. Er is binnen het werk de mogelijkheid om ondernemend en innovatief te zijn met het oog op het ontwikkelen, vernieuwen en verbeteren van het sport- en bewegingsaanbod. Het werk biedt de student de mogelijkheid om eigen professionaliteit te ontwikkelen, te reflecteren op zijn persoonlijk handelen en feedback te vragen/ontvangen van collega s. Het werk biedt de student de mogelijkheid om een bijdrage te leveren tot de ontwikkeling en profilering van het beroep. Er is binnen het werk de mogelijkheid om te werken aan het verbeteren danwel onderhouden van de eigen demonstratievaardigheden in voor het vak benodigde bewegingssituaties. Er is de mogelijkheid om in het werk leeropdrachten uit te voeren. Deze leeropdrachten zijn opgenomen in de beschrijvingen van de desbetreffende onderwijseenheden in de bijlagen van deze regeling. Er wordt binnen het werk gezorgd voor een begeleider, die in het bezit is van een HBO diploma en de bevoegdheid heeft tot het verzorgen van bewegingsonderwijs. Procedurele eisen aan de werkplek Indien het werk langer dan zes weken onderbroken wordt kan de opleiding niet worden voortgezet. Met de studiecoach kan de student onderzoeken of er voldoende redenen zijn om hiervoor een tijdelijke ontheffing aan te vragen bij de Examencommissie. Bij de aanmelding deeltijd wordt op het aanmeldingsformulier naar aard en omvang van de betrekking gevraagd. Daarbij is een handtekening van de werkgever nodig. Bij aanvang van de studie wordt verklaring relevant werk ingevuld. Een verklaring relevant werk is een in te vullen formulier waar inhoud en taken van het werk in relatie tot de te ontwikkelen competenties vermeld worden. Deze verklaring wordt ondertekend door student en werkgever. De opleiding toetst de verklaring relevant werk. Elk semester, en in ieder geval bij elke verandering in de werksituatie (bij afloop van een tijdelijke aanstelling maar ook bij verlenging daarvan, bij functieverandering of verandering van werkgever) legt de student een nieuwe verklaring relevant werk voor aan de opleiding. De studiecoach accordeert het bewijs in HAN-SIS. De student zorgt er voor dat de meest recente verklaring relevant werk in het portfolio is opgenomen en beschikbaar is. Lesdagen en vakanties Jaarplanning studiejaar wk datum onderwijsweek bijzonderheden aug-15 1 herkansing/opstart aug-15 2 introductie aug-15 3 Start 1e semester 37 7-sep sep sep sep okt okt okt okt-15 Herfstvakantie 24 oktober t/m 1 november 2015 Herfstvakantie 45 2-nov nov nov nov nov dec dec dec-15 Kerstvakantie Kerstmis donderdag 25 december vrijdag 26 december dec-15 Kerstvakantie Nieuwjaarsdag, donderdag 1 januari jan jan jan jan feb Start 2e semester 6 8-feb-16 Voorjaarsvakantie Carnaval 7 t/m 9 februari feb feb feb mrt mrt mrt Goede vrijdag, vrijdag 25 maart mrt e Paasdag, maandag 28 maart apr apr apr apr Koningsdag, woensdag 27 april mei-16 Meivakantie Bevrijdingsdag donderdag 5 mei; Hemelsvaartsdag donderdag 5 mei 19 9-mei mei e Pinksterdag, maandag 16 mei mei mei jun jun jun jun jul Jaarafsluiting jul Jaarafsluiting jul-16 Zomervakantie Nijmeegse vierdaagse 19 juli t/m 22 juli jul-16 Zomervakantie Zomervakantie 16 juli 2016 t/m 21 augustus aug-16 Zomervakantie 32 8-aug-16 Zomervakantie aug-16 Zomervakantie aug-16 herkansing/opstart aug-16 Introductie 36 5-sep-16 Start studiejaar 2016 / 2017 Maandag 5 september

9 Doelen van de opleiding Domeinen De opleiding Sport, Gezondheid en Management is onderdeel van het domein Sport en Bewegen van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen De opleidingen binnen het domein Binnen het domein Sport en Bewegen biedt de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen die opleidingen aan: Sport, Gezondheid en Management (SGM, voltijd), Opleiding tot leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding (ALO, voltijd en deeltijd) en Sport- en Bewegingseducatie (SBE, voltijd). SGM Als Sport- en Gezondheidsmanager organiseer en regel je activiteiten, zodat mensen gezond(er) kunnen leven en op ieder niveau kunnen sporten en presteren. Tijdens je studie Sport, Gezondheid en Management (SGM) bij de HAN zal je breed worden opgeleid en leer je zo alles van sport, bewegen en gezondheid. Je bent leefstijlbegeleider én sportmanager. ALO Als leraar Lichamelijke Opvoeding kun je groepen kinderen en jongeren in beweging krijgen én houden. Je leert leerlingen beter bewegen en wijst ze de weg in het grote aanbod van sport- en bewegingsmogelijkheden. SBE De HAN-opleiding Sport- en Bewegingseducatie (SBE) leert je om sport en bewegen in te zetten om het welzijn van mensen te bevorderen. De SBE er krijgt iedereen in beweging! Relatie Domeincompetenties ALO en Dublin Descriptoren Algemene Competentie beschrijving: Competentie beschrijving Niveau 3 Handelingscriteria niveau 3 Samenwerken en sportparticipatie Samenwerken Het gaat er in deze beroepstaak om dat een bijdrage wordt geleverd aan het onderwijsbeleid en het sportbeleid van de school, de gemeente en de sportvereniging. Er wordt adequaat gefunctioneerd binnen een organisatie en deelgenomen aan teamoverleg, werkoverleg, commissies. In het kader van sportstimulering worden schoolsportevenementen, clinics, kennismakingslessen en toernooien georganiseerd in samenwerking met partners vanuit Buurt, onderwijs en sportcontext. Er wordt een optimale brug geslagen vanuit het onderwijs naar de buurt en de sport(vereniging) om het sporten voor iedere leerling zo kansrijk mogelijk te maken. Omgaan met tegengestelde belangen van betrokken partijen rondom Sport en beweegaanbod Advies in de praktijk uitvoeren (sport)beleidsmatige keuzes beïnvloeden SAMENWERKEN 1. Heeft overtuigingskracht en bevordert teamgeest. Creëert draagvlak binnen verschillende organisaties 2. Levert een effectieve en constructieve bijdrage aan overleg van team en vaksectie;kan actief inspelen op verschillende behoeftes van betrokkenen 3. Werkt met collega s (onderzoeksmatig) samen aan de ontwikkeling en verbetering van het Sport en bewegingaanbod 4. Ontwerpt buitenschools beweegprogramma in samenwerking met de omgeving. 5. Stelt belangen van organisatie voorop en bewaakt daarbinnen de grenzen van eigen professioneel handelen en komt tot een win win situatie KENNISONTWIKKELING 6. Gebruikt actuele nationale en internationale kennisbronnen zelfstandig, objectief en consistent om een werkveldvraag nader te onderzoeken en op te lossen 7. Gebruikt vakkennis en internationale vakliteratuur in het kritisch beschouwen van eigen wetenschappelijk handelen en dat van de organisatie bij het trekken van conclusies op basis van verzameld materiaal 8. Kan wetenschappelijke kennis objectief en overtuigend rapporteren aan het vakgebied PERSOONLIJKE ONTWIKKELING 9. Kijkt kritisch naar eigen handelen als docent SBO en dat van de schoolorganisatie en doet onderbouwde voorstellen voor verbetering 10. Reflecteert op zijn persoonlijk handelen en vraagt en gebruikt feedback van klasgenoten, leerlingen en collegiale hulp zoals supervisie en intervisie; 11. Toont ambities aan omgeving en weet omgeving te enthousiasmeren en handelt pro actief; draagt resultaten en eigen welbevinden uit en enthousiasmeert daarmee omgeving met overtuigingskracht en doorzettingsvermogen 12. Is een rolmodel binnen en buiten zijn lessen sport & bewegen 13. Creëert draagvlak en mogelijkheden om doelen te bereiken (financieel, ondersteuning, feedback/begeleiding, omstandigheden). Dublin descriptor Knowledge and understanding: have demonstrated knowledge and understanding in a field of study that builds upon and supersedes their general secondary education, and is typically at a level that, whilst supported by advanced textbooks, includes some aspects that will be informed by knowledge of the forefront of their field of study. Applying knowledge and understanding: can apply their knowledge and understanding in a manner that indicates a professional approach to their work or vocation, and have competences typically demonstrated through devising and sustaining arguments and solving problems within their field of study. Making judgements: have the ability to gather and interpret relevant data (usually within their field of study) to inform judgements that include reflection on relevant social, scientific or ethical issues. Communication: can communicate information, ideas, problems and solutions to both specialist and non- specialist audiences. Learning skills: have developed those learning skills that are necessary for them to continue to undertake further study with a high degree of autonomy

10 Professionalisering: de afgestudeerde heeft de cognitieve vermogens ontwikkeld die hem/ haar in staat stellen tot voortdurend professionaliseren van de eigen beroepsuitoefening en tot functioneren in uiteenlopende beroepssituaties. Handelingscriteria Brede, multidisciplinaire basis: de afgestudeerde is toegerust met actuele en multidisciplinaire kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden teneinde de taken van een beginnend beroepsbeoefenaar zelfstandig te kunnen uitvoeren. Probleemgericht werken: de afgestudeerde kan relevante (wetenschappelijke) kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden toepassen bij het definiëren, analyseren en oplossen van complexe problemen in de beroepspraktijk. HBO kwalificatie Methodisch en reflectief denken en handelen: de afgestudeerde is in staat relevante informatie te verzamelen en analyseren teneinde projectmatig te werken en te reflecteren op het beroepsmatig handelen, mede vanuit ethische en maatschappelijke vragen. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid: de afgestudeerde kan intern en extern communiceren, teamgericht samenwerken, en leiding geven aan projecten in een multidisciplinaire, multiculturele en internationale arbeidsomgeving. 6 3,4,7,9 10 1,2,8,9,11,13 5,10,12,13 Algemene Competentie beschrijving: Competentie beschrijving Niveau 3 Handelingscriteria niveau 3 Presteren, gezondheid en onderzoek Onderzoeken Het gaat er in deze beroepstaak om dat een centrale rol vervult wordt in de actieve, sportieve en gezonde leefstijl van kinderen en jeugdigen waarbij gebruik gemaakt wordt van modellen van gedragsverandering / gedragsbeïnvloeding. De professional kan door middel van onderzoek naar gezonde leefstijl een onderbouwd advies geven aan kinderen, jeugdigen, schooldirecties, ouders en verzorgers. elf gekozen context sport en bewegen Onderzoeksmethoden kunnen toepassen binnen gezonde leefstijl en sport prestaties Opdrachten gericht op onderzoek doen naar gezonde leefstijl en sportprestaties ONDERZOEKEN 1. Ontwerpt en voert praktijkgericht onderzoek uit naar vraagstellingen over sport, bewegen en gezonde leefstijl 2. Kan met bestaande onderzoeksinstrumenten een valide en betrouwbaar design ontwerpen om op consistente en navolgbare wijze gegevens te verzamelen 3. Is in staat om op wetenschappelijke wijze verzamelde gegevens te analyseren en op basis van kritische beschouwing tot een conclusie te komen 4. Kan aanbevelingen formuleren voor een hele school (en omgeving) op basis van resultaten van een eigen ontworpen onderzoek ten aanzien van een gezonde en actieve leefstijl of sport- en bewegingsactiviteiten 5. Kan onderbouwd advies genereren op basis van inzicht in complex geheel aan factoren en de interactie daartussen. KENNISONTWIKKELING 6. Gebruikt actuele nationale en internationale kennisbronnen zelfstandig, objectief en consistent om een werkveldvraag nader te onderzoeken en op te lossen 7. Gebruikt vakkennis en internationale vakliteratuur in het kritisch beschouwen van eigen wetenschappelijk handelen en dat van de organisatie bij het trekken van conclusies op basis van verzameld materiaal PROFESSIONELE ONTWIKKELING 8. Kijkt kritisch naar eigen handelen als docent SBO en dat van de schoolorganisatie en doet onderbouwde voorstellen voor verbetering Dublin descriptor Knowledge and understanding: have demonstrated knowledge and understanding in a field of study that builds upon and supersedes their general secondary education, and is typically at a level that, whilst supported by advanced textbooks, includes some aspects that will be informed by knowledge of the forefront of their field of study. Applying knowledge and understanding: can apply their knowledge and understanding in a manner that indicates a professional approach to their work or vocation, and have competences typically demonstrated through devising and sustaining arguments and solving problems within their field of study. Making judgements: have the ability to gather and interpret relevant data (usually within their field of study) to inform judgements that include reflection on relevant social, scientific or ethical issues. Communication: can communicate information, ideas, problems and solutions to both specialist and non- specialist audiences. Learning skills: have developed those learning skills that are necessary for them to continue to undertake further study with a high degree of autonomy. HBO kwalificatie Brede, multidisciplinaire basis: de afgestudeerde is toegerust met actuele en multidisciplinaire kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden teneinde de taken van een beginnend beroepsbeoefenaar zelfstandig te kunnen uitvoeren. Probleemgericht werken: de afgestudeerde kan relevante (wetenschappelijke) kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden toepassen bij het definiëren, analyseren en oplossen van complexe problemen in de beroepspraktijk. Methodisch en reflectief denken en handelen: de afgestudeerde is in staat relevante informatie te verzamelen en analyseren teneinde projectmatig te werken en te reflecteren op het beroepsmatig handelen, mede vanuit ethische en maatschappelijke vragen. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid: de afgestudeerde kan intern en extern communiceren, teamgericht samenwerken, en leiding geven aan projecten in een multidisciplinaire, multiculturele en internationale arbeidsomgeving. Professionalisering: de afgestudeerde heeft de cognitieve vermogens ontwikkeld die hem/haar in staat stellen tot voortdurend professionaliseren van de eigen beroepsuitoefening en tot functioneren in uiteenlopende beroepssituaties. Handelingscriteria 6 1,2,3,4,7,8 3,

11 Management en organisatie Managen Ondernemen en innovatie Ondernemen Algemene Competentie beschrijving: In deze beroepstaak wordt ingegaan hoe sportdagen en kampen Sport &Bewegen met een krachtige leeromgeving georganiseerd kunnen worden. Er wordt geparticipeerd in projectteams waarbij onderdeel zijn van het team een belangrijk aspect is. Ook staat het organiseren en coördineren van sportieve werkzaamheden en de daaraan gekoppelde bedrijfsvoering centraal. Algemene Competentie beschrijving: Het gaat in deze beroepstaak om ondernemend en innovatief handelen. Er wordt alert gereageerd op signalen uit de maatschappij en marketingkansen in het bewegingsonderwijs en de sport worden benut. Er bestaat een voortdurende focus op het ontwikkelen, vernieuwen en verbeteren van het sport- en bewegingsaanbod zowel binnen het onderwijs als in de buurt / regio en de sport. Competentie beschrijving Niveau 3 Meerdaagse op gebied van sport en bewegen voor studenten Kan een meerdaagse sport en bewegen voor een opdrachtgever vormgeven Opdrachten gericht op sportmanagement Competentie beschrijving Niveau 3 Innoverende sportactiviteiten sport en bewegingscultuur Kan een innoverende sport en bewegen activiteit ontwikkelen voor een doelgroep Opdrachten gericht op ondernemerschap Handelingscriteria niveau 3 Handelingscriteria MANAGEN 1. Organiseert sportgerichte evenementen/ meerdaagse voor en met leerlingen/ studenten met een aansprekend sport- en beweegaanbod; 2. Voert adequaat de beheerstaken met betrekking tot kwaliteit, organisatie, tijd, informatie en geld uit 3. Accommodatie en middelen worden efficiënt en effectief beheert en gebruikt. 4. Plan do- act- check cylus wordt adequaat toegepast evenals methode van projectmatig werken. KENNISONTWIKKELING 5. Gebruikt actuele nationale en internationale kennisbronnen zelfstandig, objectief en consistent om een werkveldvraag nader te onderzoeken en op te lossen PERSOONLIJKE ONTWIKKELING 6. Werkt continu en zelfstandig aan persoonlijke ontwikkeling volgens een methodisch/ cyclische benadering van verbeterprocessen volgens de PDCA cyclus 7. Reflecteert op zijn persoonlijk handelen en vraagt en gebruikt feedback van klasgenoten, leerlingen en collegiale hulp zoals supervisie en intervisie; Knowledge and understanding: have demonstrated knowledge and understanding in a field of study that builds upon and supersedes their general secondary education, and is typically at a level that, whilst supported by advanced textbooks, includes some aspects that will be informed by knowledge of the forefront of their field of study. Brede, multidisciplinaire basis: de afgestudeerde is toegerust met actuele en multidisciplinaire kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden teneinde de taken van een beginnend beroepsbeoefenaar zelfstandig te kunnen uitvoeren. Applying knowledge and understanding: can apply their knowledge and understanding in a manner that indicates a professional approach to their work or vocation, and have competences typically demonstrated through devising and sustaining arguments and solving problems within their field of study. Probleemgericht werken: de afgestudeerde kan relevante (wetenschappelijke) kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden toepassen bij het definiëren, analyseren en oplossen van complexe problemen in de beroepspraktijk. Dublin descriptor Making judgements: have the ability to gather and interpret relevant data (usually within their field of study) to inform judgements that include reflection on relevant social, scientific or ethical issues. HBO kwalificatie Methodisch en reflectief denken en handelen: de afgestudeerde is in staat relevante informatie te verzamelen en analyseren teneinde projectmatig te werken en te reflecteren op het beroepsmatig handelen, mede vanuit ethische en maatschappelijke vragen. Communication: can communicate information, ideas, problems and solutions to both specialist and non- specialist audiences. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid: de afgestudeerde kan intern en extern communiceren, teamgericht samenwerken, en leiding geven aan projecten in een multidisciplinaire, multiculturele en internationale arbeidsomgeving. 2,5 1,2,3 4,6,7 6,7 Learning skills: have developed those learning skills that are necessary for them to continue to undertake further study with a high degree of autonomy. Professionalisering: de afgestudeerde heeft de cognitieve vermogens ontwikkeld die hem/haar in staat stellen tot voortdurend professionaliseren van de eigen beroepsuitoefening en tot functioneren in uiteenlopende beroepssituaties. Handelingscriteria niveau 3 Handelingscriteria ONDERNEMEN 1. Kan op basis van behoeften van de doelgroep en de actuele trends en ontwikkelingen in de sport een nieuw en innovatief concept ontwikkelen. 2. Heeft inzicht in de motieven en behoeften van de doelgroep en zijn/haar stakeholders en weet deze motieven en behoeften om te zetten in een haalbaar plan of aanbod 3. Weet belevenissen op het gebied van sport en bewegen te ontwikkelen waardoor sport- en recreatieconsumenten in hoge mate geboeid worden 4. Denkt vanuit win-win gedachte waarbij hij goed de eigen belangen en die van de ander kan behartigen 5. Weet interne en externe partijen te overtuigen van de meerwaarde van het ontwikkelde concept / activiteit / product KENNISONTWIKKELING 6. Gebruikt actuele nationale en internationale kennisbronnen zelfstandig, objectief en consistent om een werkveldvraag nader te onderzoeken en op te lossen PERSOONLIJKE ONTWIKKELING 7. Creëert draagvlak en mogelijkheden om doelen te bereiken (financieel, ondersteuning, feedback/begeleiding, omstandigheden). Knowledge and understanding: have demonstrated knowledge and understanding in a field of study that builds upon and supersedes their general secondary education, and is typically at a level that, whilst supported by advanced textbooks, includes some aspects that will be informed by knowledge of the forefront of their field of study. Brede, multidisciplinaire basis: de afgestudeerde is toegerust met actuele en multidisciplinaire kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden teneinde de taken van een beginnend beroepsbeoefenaar zelfstandig te kunnen uitvoeren. Applying knowledge and understanding: can apply their knowledge and understanding in a manner that indicates a professional approach to their work or vocation, and have competences typically demonstrated through devising and sustaining arguments and solving problems within their field of study. Probleemgericht werken: de afgestudeerde kan relevante (wetenschappelijke) kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden toepassen bij het definiëren, analyseren en oplossen van complexe problemen in de beroepspraktijk. Dublin descriptor Making judgements: have the ability to gather and interpret relevant data (usually within their field of study) to inform judgements that include reflection on relevant social, scientific or ethical issues. HBO kwalificatie Methodisch en reflectief denken en handelen: de afgestudeerde is in staat relevante informatie te verzamelen en analyseren teneinde projectmatig te werken en te reflecteren op het beroepsmatig handelen, mede vanuit ethische en maatschappelijke vragen. Communication: can communicate information, ideas, problems and solutions to both specialist and non- specialist audiences. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid: de afgestudeerde kan intern en extern communiceren, teamgericht samenwerken, en leiding geven aan projecten in een multidisciplinaire, multiculturele en internationale arbeidsomgeving. 6 1,2,3,4 5,6 6 Learning skills: have developed those learning skills that are necessary for them to continue to undertake further study with a high degree of autonomy. Professionalisering: de afgestudeerde heeft de cognitieve vermogens ontwikkeld die hem/haar in staat stellen tot voortdurend professionaliseren van de eigen beroepsuitoefening en tot functioneren in uiteenlopende beroepssituaties

12 Bewegen binnen verschijningsvormen Sportvaardigheden Eindkwalificaties van de opleiding Algemene Competentie beschrijving: Competentie beschrijving Niveau 3 Handelingscriteria niveau 3 In deze beroepstaak is het eigen voorbeeld kunnen geven op een voor een leerling aangepast niveau erg belangrijk. Daarnaast moet de professional adequaat kunnen hulpverlenen en veilige bewegingssituaties kunnen creëren. De methodische kennis ten aanzien van de belangrijkste elementen van de meest voorkomende sportvaardigheden in de huidige sport- en bewegingscultuur moeten hierbij beheerst worden. Dit altijd als doel om deelnemers uitdagende activiteieten te laten doen die een maximale progressie geven in de beheersing van de sportvaardigheden. Eigen voorbeeld kunnen geven Adequaat hulpverlenen Regulerende rollen Kennis van methodiek SPORTVAARDIGHEDEN 1. Ondersteunt en beveiligt het oefenen van leerlingen door het geven van aanwijzingen en/of passende hulpverlening(stechnieken); 2. Demonstreert de mogelijke uitvoeringswijzen in bewegingssituaties op een aan de leerlingen aangepast niveau of laat dit doen; 3. Kan binnen sport en bewegingsactiviteiten zelf oefeningen creëren die meetbaar vooruitgang bij deelnemers bewerkstelligen KENNISONTWIKKELING 4. Heeft actuele en internationale vakinhoudelijke kennis. PROFESSIONELE ONTWIKKELING 5. Werkt continu en zelfstandig aan persoonlijke ontwikkeling volgens een methodisch/ cyclische benadering van verbeterprocessen volgens de PDCA cyclus Knowledge and understanding: have demonstrated knowledge and understanding in a field of study that builds upon and supersedes their general secondary education, and is typically at a level that, whilst supported by advanced textbooks, includes some aspects that will be informed by knowledge of the forefront of their field of study. Brede, multidisciplinaire basis: de afgestudeerde is toegerust met actuele en multidisciplinaire kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden teneinde de taken van een beginnend beroepsbeoefenaar zelfstandig te kunnen uitvoeren. Applying knowledge and understanding: can apply their knowledge and understanding in a manner that indicates a professional approach to their work or vocation, and have competences typically demonstrated through devising and sustaining arguments and solving problems within their field of study. Probleemgericht werken: de afgestudeerde kan relevante (wetenschappelijke) kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden toepassen bij het definiëren, analyseren en oplossen van complexe problemen in de beroepspraktijk. Dublin descriptor Making judgements: have the ability to gather and interpret relevant data (usually within their field of study) to inform judgements that include reflection on relevant social, scientific or ethical issues. HBO kwalificatie Methodisch en reflectief denken en handelen: de afgestudeerde is in staat relevante informatie te verzamelen en analyseren teneinde projectmatig te werken en te reflecteren op het beroepsmatig handelen, mede vanuit ethische en maatschappelijke vragen. Communication: can communicate information, ideas, problems and solutions to both specialist and non- specialist audiences. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid: de afgestudeerde kan intern en extern communiceren, teamgericht samenwerken, en leiding geven aan projecten in een multidisciplinaire, multiculturele en internationale arbeidsomgeving. Learning skills: have developed those learning skills that are necessary for them to continue to undertake further study with a high degree of autonomy. Professionalisering: de afgestudeerde heeft de cognitieve vermogens ontwikkeld die hem/haar in staat stellen tot voortdurend professionaliseren van de eigen beroepsuitoefening en tot functioneren in uiteenlopende beroepssituaties. Competentie Lesgeven en begeleiden Sportvaardigheden Samenwerken Managen Ondernemen Onderzoeken Kennisontwikkeling Professionele ontwikkeling Eindkwalificatie 1. De student ontwikkelt een vakwerkplan passend binnen het schoolbeleid en visie op het vak 2. De student ontwerpt didactisch en pedagogisch verantwoorde lessen aansluitend bij het vakwerkplan 3. De student houdt in de voorbereiding van lessen rekening met de individuele sport en beweeg motieven van de leerlingen. 4. De student voert didactisch en pedagogisch verantwoorde lessen uit. 5. De student speelt in op de actuele lessituatie en past zijn wijze van lesgeven daarop aan. 6. De student voert begeleidingsgesprekken met leerlingen teneinde een persoonlijk en positief ontwikkelingsklimaat te creëren. 7. De student stimuleert leerlingen tot een gezonde en actieve leefstijl 8. De student toetst de leerlingen adequaat 9. De student evalueert de les (zowel didactisch als pedagogisch), de toetsen en het vakwerkplan en past die zo nodig aan 10. De student brengt de vorderingen en belemmeringen van leerlingen in kaart en onderneemt waar nodig actie 11. De student geeft een kwalitatief goed eigen voorbeeld dat leerlingen stimuleert tot ontwikkeling 12. De student biedt sport en bewegingsactiviteiten aan volgens methodische principes en kennis van de betreffende sportvaardigheid. 13. De student werkt professioneel samen in teams 14. De student werkt professioneel samen met de omgeving van de school om de sportdeelname en een gezonde leefstijl van leerlingen te bevorderen 15. De student werkt op projectmatige wijze aan activiteiten 16. De student organiseert sport gerelateerde evenementen 17. De student ontwikkelt innovatieve concepten die aansluiten bij de wensen van de doelgroep, relevante actuele kennis en ontwikkelingen in de sport, waarmee aangezet wordt tot sport en bewegen 18. De student beoordeelt onderzoek kritisch op bruikbaarheid voor de SBO praktijk 19. De student voert kleinschalig praktijkgericht onderzoek methodologisch correct uit 20. De student communiceert op passende wijze mondeling en schriftelijk 21. De student beheerst de relevante kennisbasis voor het uitoefenen van het beroep 22. De student gebruikt actuele, relevante (inter)nationale (vak)literatuur bij het onderbouwen van zijn handelen in de praktijk. 23. De student werkt planmatig aan het onderhoud en de ontwikkeling van zijn bekwaamheid 24. De student draagt bij aan de ontwikkeling van het vakgebied Handelingscriteria 1,2, ,

13 Curriculum Voltijd Curriculum Deeltijd Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Hoofdfase 3 (60 STP) N3 Onderzoek binnen Sport en Bewegen 2 (15) Minor (30) Hoofdfase 3 (60 STP) N3 Onderzoek binnen Sport en Bewegen 2 (15) Minor (30) N3 Startbekwame leraar SBO (15 ) N3 Startbekwame leraar SBO (15 ) Keuze Stage Keuze Stage Hoofdfase 2 (60 STP) Hoofdfase 1 (60 STP) Propedeuse (60 STP) N3 PaO (2,5) Stage PO/VO + SPO/ SVO (7,5) N3 Evenementenmanagement (7,5) N2 Leraar SBO in voortgezet onderwijs 2A (5) N2 Stage VO2 (5) N3 Vakwerkplan (12,5) N2 Sport, bewegen en gezondheid 2 (10) N2 Sportvaardigheden VO2A (2,5) N1 Leraar SBO in primair onderwijs 1A (5) N2 Leraar SBO in voortgezet onderwijs 2B (5) N2 Sportvaardigheden VO2B (2,5) Winterkamp N2 Recreatie - Avontuur N1 Leraar SBO in primair onderwijs 1B (5) N3 Lesgever als specialist (15) Keuze stage MBO/ BM/ VMBO/ PO N3 Onderzoek binnen Sport en Bewegen 1 (15) N2 Leraar SBO in primair onderwijs 2 (5) N2 Stage PO2 (5) N2 en N3 Beweegmanagement (5) N2 Sportvaardigheden PO2A (2,5) N1 Leraar SBO in voortgezet onderwijs 1A (5) N2 Biomechanica in de praktijk (5) N2 en N3 Ondernemen binnen SBO (5) N2 Sportvaardigheden PO2B (2,5) N1 Leraar SBO in voortgezet onderwijs 1B (5) Hoofdfase 2 (60 STP) Hoofdfase 1 (60 STP) Propedeuse (60 STP) N2 Leraar SBO in primair onderwijs 2 (5) N2 Stage PO2 (5) N2 en N3 Beweegmanagement (5) N2 Sportvaardigheden PO2 (5) N1 Leraar SBO in primair onderwijs 1A (5) N1 Stage PO1 (5) N1 Sportstimulering (5) N1 Sportvaardigheden PO1 (5) De hoofdfase 2 wordt dit studiejaar niet aangeboden. N2 Biomechanica in de praktijk (5) N2 en N3 Ondernemen binnen SBO (5) N1 Leraar SBO in primair onderwijs 1B (5) N1 en N2 Innovatief schoolplein sport en bewegen (5) N2 Leraar SBO in voortgezet onderwijs 2A (5) N2 Stage VO2 (5) N2 Sport, bewegen en gezondheid 2 (10) N2 Sportvaardigheden VO2 (5) N1 Leraar SBO in voortgezet onderwijs 1A (5) N1 Stage VO1 (5) N1 Sport, bewegen en gezondheid 1 (5) N1 Sportvaardigheden VO1 (5 EHBO Gezondheid N2 Leraar SBO in voortgezet onderwijs 2B (5) N1 Leraar SBO in voortgezet onderwijs 1B (5) N1 Projectmatig werken binnen SBO (5) N1 Stage PO1 (5) N1 Sportstimulering (5) N1 en N2 Innovatief schoolplein sport en bewegen (5) N1 Stage VO1 (5) N1 Sport, bewegen en gezondheid 1 (5) N1 Projectmatig werken binnen SBO (5) Lesgeven en Coaching (L&C) Management en Organisatie (M&O) Ondernemen en Innovatie (O&I) Presteren, Gezondheid en Onderzoek (PG&O) Samenwerken en Sportparticipatie (S&SP) Stage (S) Bewegen binnen verschijningsvormen N1 Sportvaardigheden PO1A (2,5) N1 Sportvaardigheden PO1B (2,5) N1 Sportvaardigheden VO1A (2,5) N1 Sportvaardigheden VO1B (2,5) EHBO Gezondheid N1 Zomerkamp Recreatie Avontuur Lesgeven en Coaching (L&C) Management en Organisatie (M&O) Ondernemen en Innovatie (O&I) Presteren, Gezondheid en Onderzoek (PG&O) Samenwerken en Sportparticipatie (S&SP) Stage (S) Bewegen binnen verschijningsvormen 24 25

14 Minoraanbod van het instituut EEN MINOR KIEZEN, WAAROM EN HOE DOE IK DAT? De major en minor Iedere bachelor bestaat uit een major en een minor. De major is de hoofdrichting van de opleiding waarin je de beroepscompetenties ontwikkelt. De minor is een soort keuzevak waarin je je beroepscompetenties verbreedt of verdiept om je in je beroepsuitoefening te kunnen profileren. De keuze van een minor is afhankelijk van jouw ambities en talenten. Als je een major en een minor voldoende hebt afgerond ben je startklaar voor de arbeidsmarkt. Diplomasupplementen en getuigschriftvertalingen Het diplomasupplement vermeldt de (eind)beoordeling van de integrale toetsing(en) en vermeldt daarbij welke onderdelen het examen omvatte. Je minor vormt hiervan een onderdeel. De minor Een minor bestaat uit 30 studiepunten. Je kunt kiezen voor een blokminor (een half jaar full time onderwijs) of een lintminor (1 jaar parttime onderwijs). Een minor biedt je de kans om je te verdiepen of te specialiseren. Naast het algemene majorprogramma en je eventuele keuze voor een uitstroomprofiel, is een minor dus bij uitstek de manier om je te profileren! Afhankelijk van je studie heb je verschillende momenten waarop je een minor kunt gaan volgen. ALO studenten kunnen een minor volgen in hoofdfase 3. Je kunt je minor op verschillende manieren vullen: Door een minor te kiezen uit het HAN Sport & Bewegen aanbod. Dit zijn minoren die goed aansluiten op de verschillende major programma s van HAN Sport & Bewegen. Door een minor te kiezen uit het brede HAN aanbod; let daarbij goed op instroomeisen. Door een vrije minor te kiezen. Hieronder vallen minoren die je volgt bij een andere hogeschool of universiteit in het binnen- of buitenland. Ook kun je zelf een vrije minor samenstellen op basis van onderwijseenheden van andere opleidingen binnen de HAN of in binnen- of buitenland. Aan een vrije minor zijn speciale voorwaarden en regels verbonden (zie scholarpagina van de examencommissie HAN Sport & Bewegen onder HAN Sport & Bewegen algemeen en onder de scholarpagina van internationalisering). Er zijn dus vele mogelijkheden en kansen om je te specialiseren of te verbreden door je minorkeuze. Oriëntatie: Hoe kom je op de hoogte van het aanbod van en procedures rondom de minoren? Informatie kun je op verschillende manieren verzamelen: Het totale minoraanbod van de HAN staat op HAN Insite/minoren en is opgenomen in de HAN-onderwijscatalogus (HAN-SIS). Het minoraanbod dat toegankelijk is voor externe studenten wordt opgenomen op HAN.nl en Per minor staat onder andere vermeld: - beroepstaak of -taken die centraal staan; - bijbehorende competenties en indicatoren die gehanteerd worden bij integrale toetsing; - onderwijseenheden die als leerbron kunnen dienen; - eventuele instapeisen. op HAN Insite/minoren vind je bovendien een excelbestand waarin een eerste indicatie staat van welke minoren passen bij jouw opleiding. Voor minoren bij andere hogescholen en universiteiten kun je kijken op en op de websites van de hogescholen en universiteiten. Er worden 2 minormarkten georganiseerd door de HAN (in Nijmegen en Arnhem). Op deze minormarkten worden de minoren gepromoot en gepresenteerd; een excellent moment om kennis te maken met minoren van zowel binnen als buiten het instituut. Eind februari is de HAN-folder beschikbaar met een overzicht van alle HAN minoren SLB gesprekken in januari/februari Hoorcolleges over de gang van zaken rondom de minoren in januari/februari. Inhoudelijke keuze De minor die je kiest is een uitgelezen kans om je studie te verdiepen/specialiseren of te verbreden. Door middel van je POP ben je al na aan het denken over hoe de minor aansluit bij je studie en je keuze voor een uitstroomprofiel of afstudeerrichting. Je opleiding heeft daartoe een aantal criteria opgesteld waar je minorkeuze aan moet voldoen. Bespreek je minorkeuze daarom met je slb er en neem onderstaande criteria mee in je overwegingen, motivatie voor en onderbouwing van je minorkeuze; is de minor die je kiest: Een verbreding van of verdieping op je majorprogramma en vertoont hij geen overlap hiermee. Sluit hij aan bij je POP en uitstroomprofiel/afstudeerrichting. Sluit hij aan bij actuele trends en ontwikkelingen in je toekomstige werkveld Sluit hij aan bij je toekomstperspectieven en -plannen als beroepsbeoefenaar. Van voldoende omvang (30 STP) Inschrijven voor een minor Je kunt je inschrijven voor: a. Een minor binnen HAN Sport & Bewegen / de HAN b. Een vrije minor in Nederland of het buitenland. c. Een vrije minor via a. Een minor binnen HAN Sport & Bewegen / de HAN Voor de start van de inschrijfperiode: Controleer of je voldoet aan de instroomeisen van de minor en of de minor bij je opleiding past. Informatie hierover vind je op HAN-Insite/minoren. Overleg voorafgaande aan de inschrijfperiode met je slb er over je plannen, planning en mogelijkheden. Dan loop geen risico dat hij je keuze niet goedkeurt! Beargumenteer in HAN-SIS bij motivatie je keuze voor een mi

15 nor in je Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP) dat je afstemt met je slb er. Hierbij plaats je je keuze voor een minor in het kader van je beroep, je ambities en talenten, ook je keuze voor een uitstroomprofiel/afstudeerrichting is hierbij belangrijk. Vervolgens verantwoord je de samenhang tussen major en minor. Zie ook de elementen die hierboven genoemd staan onder inhoudelijke keuze. De inschrijving Voor een HAN Sport & Bewegen/HAN minor schrijf je je in HAN- SIS in. Op HAN-SIS vind je ook een handleiding die je stap voor stap door het proces van inschrijving leidt. Uiterlijk 1 september en 1 maart staat het minoraanbod voor het eerst volgende semester (HAN-breed) in HAN-SIS. Inschrijven kan 2 keer per jaar gedurende een beperkte periode voor het eerstvolgende semester. De data worden gecommuniceerd via HAN Insite en via scholar HAN Sport & Bewegen/minoren. Je inschrijving dient goedgekeurd te worden door je slb er voordat je mag deelnemen aan de minor. Je slb er ontvangt een toevoegverzoek leerroute in HAN-SIS. Je slb er beoordeelt je keuze en je motivatie en keurt je verzoek goed- of af. Bij twijfel of bij een vrije minor legt hij je verzoek ter beoordeling aan de examencommissie voor. Bij een afkeuring van de slb er verschijnt dit in je studiecontract. Je dient dan een andere minorleerroute te kiezen. Wanneer het maximale aantal deelnemers overschreden wordt, volgt een loting. Studenten van HAN Sport en Bewegen hebben voorrang bij HAN Sport en Bewegen minoren. En verder Houd rekening met het feit dat een aantal HAN Sport & Bewegen minoren maar 1 x per jaar wordt aangeboden. Dit geldt ook voor veel andere minoren. b. Een vrije minor in Nederland of het buitenland Kies je een vrije minor dan schrijf je je NIET in in HAN-SIS maar volg je de regeling vrije minoren (zie scholarpagina: HAN Sport & Bewegen algemeen / examencommissie HAN Sport & Bewegen). Dit betekent in de eerste plaats dat je goed onderbouwt in het toestemmingsformulier waarom je de betreffende minor wilt volgen en leg je vast welke werkzaamheden/leeractiviteiten jij gaat doen, welke bewijzen jij daarvan zal opleveren en hoe de beoordeling plaatsvindt. (Voor contractuele vastlegging leer-werk-situaties wordt aangesloten bij de formats voor de stage- of duaalcontracten.) Je slb er beoordeelt je verzoek op basis van dezelfde criteria als bij een gewone minor. Je slb er dient vervolgens het verzoek om toestemming in bij de examencommissie van HAN Sport & Bewegen die besluit of je deel mag nemen aan de betreffende vrije minor. De beoordeling van een vrije minor vindt plaats door de examinatoren die door de examencommissie van de opleiding zijn aangesteld. Deze aangestelde examinator kan een examinator zijn van de andere hogeschool waar je je vrije minor volgt. Indien je je vrije minor bij een bedrijf volgt, dan kan het zijn dat behalve een examinator vanuit de opleiding, er ook een examinator uit die externe organisatie wordt aangesteld. Als je een minor bij een andere hogeschool wil volgen, moet je je als student inschrijven bij de DUO-groep (voorheen IB-Groep) op grond van een zogenaamde tweede inschrijving of als cursist. Informeer bij de betreffende Hogeschool hoe zij dat regelen. Het aanvragen van een VRIJE MINOR kost meer tijd. Zorg dat je daar op tijd achteraan gaat en de goede procedure volgt (zie de scholar pagina van de examencommissie voor het reglement). De examencommissie zorgt, na goedkeuring, voor je registratie in HAN-SIS. Na afronding van je minor dien je het bewijs van het behalen van je minor met je eindresultaat, in bij de examencommissie die voor registratie in HAN-SIS zorgt. c. Een vrije minor via Voor de inschrijving voor een minor via volg je de procedure die beschreven staat op De minoren op wwww.kiesopmaat.nl vallen onder de titel vrije minor dus je volgt ook de onder b. beschreven punten. Wat is de rol van je slb er bij je keuze voor een minor? Je slb er: 1. informeert en begeleidt je bij je keuze voor en planning van de minor en de procedures hieromheen: Hij/zij bespreekt je mogelijkheden, wensen, studieplanning en het aanbod van minoren of in ieder geval hoe je je daarop kunnen oriënteren. Tevens geeft hij je toelichting op de wijze van inschrijving. In je voorbesprekingen met je slb er leggen jullie vast welke minor je wanneer wilt volgen en wat je onderbouwing en motivatie hiervoor is. Let daarbij op de criteria onder het kopje inhoudelijke keuze. 2. hij/zij beoordeelt en keurt je minorkeuze goed of af in HAN-SIS op basis van je motivatie. 3. Bij twijfel of de minor past bij je beroepsprofiel wordt je keuze ter goedkeuring aan de curriculumvoorzitter of examencommissie voorgelegd. 4. Hij/zij controleert dat je je maar voor 1 minor inschrijft. 5. Mocht je een vrije minor kiezen, dan dient hij/zij jouw verzoek in bij de examencommissie HAN Sport & Bewegen 6. Tijdens het volgen van je minor koppel je minimaal 3x je voortgang en of de minor voldoet aan je verwachtingen, terug aan je slb er. 7. Als er opmerkelijke dingen te melden zijn tav de passendheid van de minor of de gang van zaken bij de andere instelling, dan geeft de slb er dit door aan de minorcoördinator, zodat we leren van jullie ervaringen. Belangrijk om te weten: Je kunt maar 1 minor volgen. Je mag je dus niet voor meer dan 1 minor inschrijven!! Inschrijving is bindend!! Je kunt je niet terugtrekken. Een aantal minoren wordt maar 1 x per jaar aangeboden. Aangeboden minoren gaan door bij voldoende aanmelding. Bij te weinig aanmeldingen (minder dan 17 studenten) kan het instituut besluiten de minor terug te trekken. Je wordt hierover tijdig geïnformeerd door het instituut dat de minor aanbiedt. Denk dus na over een alternatieve minor voor het geval de minor van je eerste keuze niet doorgaat. Een 2e minor volgen kan alleen als postinitieel onderwijs gevolgd worden 2. Je inschrijving is pas definitief nadat je slb er akkoord heeft gegeven in HAN-SIS. Zeker bij populaire minoren is het belangrijk om te controleren in HAN-SIS of je slb er je minorkeuze heeft goedgekeurd. Voor vrije minoren zijn er aparte regels en procedures. Zie scholar pagina examencommissie HAN Sport en Bewegen onder HAN Sport en Bewegen algemeen. Sommige minoren worden 1 keer per jaar aangeboden, sommige 2 keer per jaar. In de meeste gevallen zijn daar dan verschillende leerroutes voor gemaakt met de toevoeging s1 of s2 (semester 1 of 2). Ben dus alert op de programmering van de minoren. De meeste minoren zijn blokminoren (= full time onderwijs gedurende een half jaar voor 30 EC). maar er zijn ook lintminoren die parttime onderwijs verzorgen met een looptijd van een jaar. Tijdens je minor heb je minimaal 3x persoonlijk contact met je slb er over de voortgang minor (of telefonisch bij buitenlandse minor). Dit gesprek gaat over of de minor inderdaad aansluit bij je verwachtingen of dat je nog iets extra s kunt doen om het maximale eruit te halen. Dit is extra belangrijk tijdens het volgen van een vrije minor. Een vrije minor Onder de titel vrije minor vallen minoren die je volgt bij een andere hogeschool of universiteit in het binnen- of buitenland. Ook kun je zelf een vrije minor samenstellen op basis van onderwijseenheden van andere opleidingen binnen de HAN of een andere onderwijsinstelling in binnen of buitenland. Daar moet je zelf veel voorwerk voor doen, maar je kunt beginnen met het kijken op de scholarpagina van het taakteam internationalisering onder HAN Sport & Bewegen algemeen. Aan een vrije minor zijn speciale voorwaarden en regels verbonden en je moet er aan de examencommissie toestemming voor vragen. Kijk voor meer informatie op de scholarpagina: HAN Sport & Bewegen algemeen/examencommissie HAN Sport en Bewegen. Of mail naar Examencommissie.sportenbewegen@han.nl Ook heeft de examencommissie een postvak op de Molkenboerstraat. 2e minor alleen voor excellente studenten. Ben jij een excellente SGM student? Dan mag je een 2e minor volgen mits: geen studieachterstand hebt en maximaal 4,5 jaar over je studie doet. Minimaal 1 van de 2 minoren een HAN Sport & Bewegen minor is. Je slb er je aanvraag voor 2e minor ondersteunt. Je slb er je 2e minor goedkeurt op basis van de bovengenoemde criteria Je slb er goedkeuring krijgt van de minorcoördinator om de aanvraag in te dienen. De examencommissie de gezamenlijke aanvraag van jou en je slb er goedkeurt. De procedure voor het volgen van een 2e minor verloopt net als de aanvraag van een vrije minor (zie hierboven). Op het toestemmingsformulier van de examencommissie staat een aanvink-mogelijkheid om aan te geven dat het gaat om de aanvraag van een 2e minor. Houd er rekening mee dat bij te weinig inschrijvingen het aanbiedende instituut de minor kan annuleren. Studenten voor wie de inschrijving een 1e inschrijving is, krijgen voorrang. Andere studenten kunnen geen 2e minor volgen. Belangrijke adressen: minoren.isbs@han.nl: voor al je vragen over HAN Sport en Bewegen minoren Servicedesk.SZ@han.nl voor al je vragen over de inschrijving op HAN minoren Examencommissie.sportenbewegen@han.nl voor het indienen van je vrije minor voor informatie over minoren bij andere Hogescholen binnen Nederland voor informatie vanuit HAN Sport & Bewegen over minoren voor info over HAN minoren en de wijze van inschrijving. minor-volgen algemene HAN info Programmering van de minoren is onder voorbehoud; minoren gaan door bij voldoende inschrijvingen. Evt. wijziging worden voorbehouden; de meest actuele versie van het aanbod van de minoren is altijd te vinden op scholar: algemeen HAN Sport & Bewegen / minoren. * Blokonderwijs is fulltime in een korte periode (1 of 2 blokken). Bij lintonderwijs wordt het onderwijs over langere periode aangeboden parallel aan andere modules 2 Snelle studenten kunnen alleen een extra minor volgen (voucher) als zij hierdoor geen studievertraging oplopen. Bij te weinig inschrijvingen kan de minor alsnog worden geannuleerd

16 Minoraanbod ISBS soort Taal Toelatingsprocedure vorm Locatie 1e sem e sem Verantw docent max aant. Deelnemers (ext tussen haakjes Health & Performance at work: (M_ISBSHPW) Wil jij een bijdrage leveren aan een gezonder arbeidsklimaat? Je leert binnen een (arbeids)organisatie systematisch de gezondheid te bevorderen waarbij de relatie met arbeidsprestaties en organisatiedoelstellingen centraal staat. Er wordt veel aandacht besteed aan het adviseursvak en veranderkunde. Health promotion: (M_ISBSHP) Altijd al willen leren hoe je de integrale gezondheid van (groepen) mensen kunt bevorderen? Je leert hoe je mensen kunt empoweren, bestaande hulpbronnen kunt benutten en effectieve interventies ontwikkelen en implementeren, door onder meer samen te werken met andere sectoren, lobby en pleitbezorging. Verdiepend / verbredend NL nee blok Papendal x Rianne den Heijer 24 (-10) verdiepend NL nee blok Nijmegen x Gwendolijn Boonekamp 25 (-10) Interdisciplinair samenwerken binnen training en sportrevalidatie: (M_ISBSISTS) Je leert trainingsprogramma s ontwikkelen gericht op mensen met sportspecifieke aandoeningen samen met professionals van andere disciplines. Verdiepend (ALO/fysio) Verbredend (SGM) NL nee blok Nijmegen x Heleen van der wilt 24 (-8) Sport en economie: (M_ISBSSE) Je leert de economische krachten kennen en analyseren die invloed hebben op de sportwereld. In de commerciële sport ga je na hoe maximale winst gemaakt kan worden met de opzet van een competitie en een mediaplan. In de evenementen branche zoek je naar de economische (financieel en niet-financieel) impact van evenementen op stad, regio en/of land. Gouden Kansen: aandacht voor sporttalent in buurt, onderwijs en sport (M_ISBSGK) Je combineert de school de wijk en de sportvereniging om een beter aantrekkelijker en professioneler sport- en beweegaanbod te creëren. Leefstijlprogramma op maat (M_ISBSLPM) Je ontwerpt een individueel leefstijlprogramma om iemand na een grondige analyse op weg te helpen naar een gezonde leefstijl. Het accent ligt op bewegen, maar ook voeding speelt een rol. Begeleiden van buitengewone doelgroepen binnen sport en bewegen (M_ISBSBBD) Je leert motorische leerproblemen, sociaal-emotionele problemen en gedragsproblemen signaleren en verminderen binnen het reguliere onderwijs. Sports performance Enhancement (M_ISBSSPE): Heb jij altijd al willen weten hoe je prestaties in je eigen sport optimaliseert? Wil je zicht op factoren die de prestatie in een bepaalde sport bepalen en hoe je invloed kunt uitoefenen op het leveren van prestaties? Heb je affiniteit met jeugdige talentvolle sporters? Dan is deze minor echt iets voor jou! Sport en voeding: (M_ISBSSV) Wil jij een bijdrage leveren aan betere prestaties en gezondheid van sporters? Je leert individuele sportvoedingsadviezen te geven en sporters te begeleiden bij het halen van hun doelstellingen. Daarnaast leer je voorlichting geven aan groepen sporters om hun gedrag op het gebied van voeding aan te passen. Sport tourism: (M_ISBSST) Binnen de context van sport, recreatie en toerisme leer je organisaties te adviseren hoe ze sporttoeristische zaken zoveel mogelijk kunnen benutten en je leert hoe je de uitvoering van de gekozen oplossingen kunt ondersteunen. Strategisch sportmanagement: (M_ISBSSSM) Wil jij veranderingen initiëren die leiden tot een verbeterd en gezond sportief klimaat? In deze minor onderzoek je hoe de sport en sportorganisaties zich na 2011 verder moeten ontwikkelen en je leert onder meer sportorganisaties te professionaliseren zodat zij actief en adequaat op de toekomstige veranderingen en uitdagingen te kunnen reageren verdiepend NL nee blok Nijmegen x Jelle Schoemaker 100 (-30) verdiepend NL nee blok Papendal x x Rianne Kannekens 24 (-6) verdiepend NL nee blok Nijmegen x x Marie-Louise Verhees 24 (-6) per keer Verdiepend / verbredend NL nee blok Papendal x x Mieke van de Berg 30(-6) per keer verdiepend UK/NL nee blok Papendal x (UK) x (NL) Jasper de Greef 30 (-6) per keer verdiepend NL/UK nee blok Nijmegen x (NL) x (UK) Gert Vriend / Kristin Jonvik 35 (-15) 35 (-20) Verbredend/verdiepend UK nee blok Nijmegen x Martijn Kamper 24 (-8) verdiepend NL nee blok Papendal x Rob ter Horst 60 (-10) Programmering onder voorbehoud: Minors gaan door bij voldoende inschrijvingen 30 31

17 Studieloopbaanbegeleiding Aan het begin van je opleiding krijg je een studieloopbaanbegeleider (SLB er) toegewezen voor de komende 4 jaar van je studie. De studieloopbaanbegeleiding vindt plaats door middel van individuele gesprekken én in groepsbijeenkomsten. Taken van de studieloopbaanbegeleider De SLB er fungeert als schakel tussen jouw onderwijsvraag en het aanbod van de opleiding (toetsprogramma, onder- wijseenheden). Halfjaarlijks heeft hij samen met jou een individueel gesprek waarin het verloop van je studie besproken en vastgelegd wordt, waarna de SLB er dit accordeert namens de opleiding. De SLB er heeft verschillende taken. In willekeurige volgorde, hij/zij: maakt je vertrouwd met het beroep/de beroepen waarvoor je opgeleid wordt en de beroepstaken die daarbij horen; coacht je bij de ontwikkeling van de beroepscompetenties; speelt een belangrijke rol bij de begeleiding en bespreking van je studievoortgang; adviseert over keuzes voor leerbronnen, studietraject en deelname aan integrale toetsingen; begeleidt je bij de ontwikkeling van een brede blik dwars door de gehele studieroute; stimuleert het zelfverantwoordelijk leren en het leren leren ; helpt je, of verwijst je door, als je vragen/problemen hebt met je studie(loopbaan). adviseert over de keuze van (vrije) minoren en keurt deze goed. adviseert en helpt bij studeren met een functiebeperking. adviseert en begeleidt met betrekking tot deelname aan integrale toetsing. accordeert een studiecontract. begeleidt de inhoudelijke ontwikkeling van de beroepscompetenties. Adviseert of specifieke externe leerbronnen in het studiecontract kunnen worden opgenomen indien je een vrije minor bij een andere onderwijsinstelling of externe organisatie volgt. (indien van toepassing) begeleidt en adviseert de topsportstudent in zijn studietraject. Ter vergelijking, de tutor van een onderwijseenheid (OWE) heeft als taak: aanreiken en verdiepen van (nieuwe) kennis, vaardigheden en inzichten. intervisie op opdrachten die uitgevoerd dienen te worden in de beroepscontext. prikkelen, motiveren en uitdagen van studenten individueel en in het groepsproces. feedback geven op rollen van deelnemer, voorzitter en notulist. beoordelen van de beroepsproducten. informatie over functioneren van de student doorgeven aan de SLB er. Inhoud studieloopbaanbegeleiding In het eerste en tweede jaar is het programma voor studieloopbaanbegeleiding voor een groot deel voorgeprogrammeerd en sluit aan bij wat er op dat moment binnen de opleiding aan bod komt. Het gaat om algemene zaken die voor elke student een belangrijke rol spelen in het volgen van de studie en het zelfstandig richting kunt geven aan je eigen beroepsontwikkeling. Je bekijkt samen met je SLB er welke ondersteuning je nodig hebt in je studieloopbaan en beroepsontwikkeling. Tijdens de volgende jaren van je studie zal het initiatief voor, en de invulling van contactmomenten met de SLB er steeds meer bij jou komen te liggen. Tijdens de SLB-bijeenkomsten inventariseer en bespreek je hoe je jouw studie vorm kunt geven en welke vaardigheden (studieplanning, reflecteren, leren kiezen etc) je daarvoor nodig hebt. Daarnaast volgt ook uitleg over het studenteninformatiesysteem (Alluris) en het gebruik van Scholar als communicatiemiddel. Na het afronden van een onderwijseenheid kan je samen met je SL- B er bespreken hoe het gegaan is en waar je ontwikkelpunten voor de lange en korte termijn liggen. Op basis hiervan maak je een Persoonlijk leerplan dat wordt vastgelegd in het coachvierkant van Alluris. Dit PLP vormt de leidraad voor je ontwikkeling als student en toekomstig beroepsbeoefenaar, en wordt als input gebruikt voor de drie integrale deeltoetsen (één aan het einde van de propedeuse, één in de hoofdfase en de laatste aan het einde van de opleiding). Daarnaast is tijdens de individuele gesprekken of groepsbijeenkomsten ruimte voor andere onderwerpen als bijvoorbeeld het maken van een keuze voor een uitstroomprofiel, een expertise gebied, een minor of een stageplaats, of het reflecteren op bepaalde beroepsvaardigheden. Studieloopbaanbegeleiding wordt binnen de HAN, en ook binnen HAN Sport en Bewegen, gezien als een instrument (voor student en opleiding) om de studieloopbaan op een zo goed mogelijke manier vorm te geven. Instrumenten Tijdens de opleiding zul je gebruik maken van een aantal instrumenten die ook ingezet worden bij studieloopbaanbegeleiding. Dit zijn het PLP en het studiecontract. PLP In het PLP beschrijf je de manier waarop je jouw eigen studieplanning en doelen vastlegt. Dit doe je op basis van reflectie op elders/ eerder verworven competenties en op de competenties die je voor de betreffende major/minor nog moet ontwikkelen. Dit verslag is onderdeel van het portfolio. Voorafgaand aan ieder studiecontract (her)schrijf je het PLP, bespreek je de resultaten ervan met jouw SLB er en voeg je het toe aan je portfolio. Het commentaar van de SLB er op de kwaliteit van het verslag wordt hieraan toegevoegd. Een belangrijk element in je begeleiding is het leren reflecteren. In alle onderwijseenheden reflecteer je samen met je docent(en) op de stand van zaken in de onderwijseenheid. In de studieloopbaanbegeleiding gaat het om de reflectie op alle onderdelen van je opleiding en het beroep. De studieloopbaanbegeleiding is de rode draad in jouw leerproces. Daarbij kijkt de SLB er naar: de samenstelling van het portfolio; de kwaliteit van de kritische reflectie; de kwaliteit van de bewijsstukken; jouw zelfevaluatie; jouw ervaring bij het werken aan beroepstaken. Studiecontract Het studiecontract is in principe de studieroute zoals vastgelegd en weergegeven in Alluris (het studie informatie- systeem). Het eerste studiecontract bij aanvang van de opleiding is een standaardcontract. In de loop van het tweede studiejaar leg je het vervolg van je leerroute vast in een persoonlijk studiecontract. Ook deze studiecontracten komen te staan in Alluris. Indien een studiecontract bijgesteld dient te worden, dan dient dit altijd in overleg te gaan met je studieloopbaanbegeleider (SLB er). Instromende studenten die elders competenties hebben verworven kunnen een EVC procedure aanvragen en vervolgens bij positief resultaat een passende eigen leerroute vastleggen. Interne organisatie Faculteiten, domeinen en instituten De HAN kent de volgende 4 faculteiten (werkmaatschappijen): Economie en Management (FEM); Educatie (FE); Gezondheid, Gedrag en Maatschappij (FGGM); Techniek (FT). De ondersteunende diensten van de HAN zijn ondergebracht in het Service Bedrijf. Binnen de faculteiten zijn aan elkaar verwante bacheloropleidingen geclusterd in domeinen. Een instituut is een organisatorische eenheid die uit een of meer domeinen bestaat. De faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij kent de volgende domeinen: Health, Nursing, Social Studies en Sport. Management en organisatie op faculteits- en instituutsniveau De faculteit GGM verzorgt voor bijna studenten een breed scala van hbo-bacheloropleidingen. In onderstaand overzicht staan deze opleidingen en het domein waartoe ze behoren. Hierbij zijn tevens het management van de faculteit en daartoe behorende instituten vermeld. Faculteitsdirecteur: mevrouw dr. Saskia van der Lyke 32 33

18 Domeinen en opleidingen Domein Social Studies Creatieve Therapie (CT) Toegepaste Psychologie (TP) Culturele en Maatschappelijke Vorming (CMV) Maatschappelijk werk en dienstverlening (MWD) Pedagogiek (PED) Sociaal pedagogische hulpverlening (SPH) Fysiotherapie (FYSIO) Logopedie (LOGO) Voeding en Diëtetiek (V&D) Mondzorgkunde (MZK) Domein Sport Sport en bewegingseducatie (SBE) Sport, gezondheid en management (SGM) Lerarenopleiding lichamelijke oefening/opvoeding (LLO) Domein Nursing Verpleegkunde (HBOV) Medische Hulpverlening (MHV) (*) Lerarenopleiding Gezondheidszorg en welzijn (LGW)(*) Management in de Zorg en Dienstverlening (MZD) (*) *: De opleidingen LGW, MZD en MHV behoren wel tot IVS, maar niet tot het domein Nursing Instituten en instituutsmanagement Instituut TP/CTO (werktitel) Instituutsdirectie: dhr. drs. Wouter van der Leeuw, instituutsdirecteur Dhr. drs. Hans Verwijs, onderwijsmanager Instituut MWD/CMV (werktitel) Instituutsdirectie: mevr. drs. Jetty Schaap, instituutsdirecteur dhr. drs. Coen van der Linden, onderwijsmanager a.i. mevr. Joke Pol, onderwijsmanager Instituut SPH/Peda (werktitel) Instituutsdirectie: mevr. drs. Annet Laarman, instituutsdirecteur Mevr. drs. Anna Bakker, onderwijsmanager dhr. drs. Herman Berndt, hoofd opleiding mevr. Lianne Remijn MSc, hoofd opleiding mevr. drs. Vivianne Ceelen, hoofd opleiding Mevr. Agnes van Boxtel, hoofd opleiding Instituut Sport en Bewegingsstudies (ISBS) Instituutsdirectie: dhr. Joris Hermans MSc, instituutsdirecteur dhr. Eric Versluijs MBA, adjunct-instituutsdirecteur dhr. Edwin van Gastel, teamleider Vacature, teamleider SGM-A dhr. Martijn van Aarle, teamleider SGM-B dhr. drs. Gielion de Wit, teamleider ALO-A dhr. Marcel Mutsaarts, teamleider ALO-B Instituut Verpleegkundige Studies (IVS) Instituutsdirectie: mevr. drs. Caroline van Mierlo-Renia, instituutsdirecteur mevr. drs. Marijke Beckers MSM, adjunct-instituutsdirecteur dhr. Harold Nas, teamleider mw. Maria Putman, teamleider dhr. drs. Thijs Lemmen, opleidingscoördinator Bij de faculteit (HAN VDO) kan ook een inservice-opleiding gevolgd worden: de opleiding tot Operatieassistent en Anesthesiemedewerker (coördinator dhr. Friedy Bijnen). De HAN verzorgt ook een groot aantal hbo-masteropleidingen. Deze opleidingen maken sinds 1 januari 2011 deel uit van het Interfacultaire Instituut HAN Masterprogramma s (directie: mevr. drs. Ans Gielen). De contractactiviteiten FGGM worden verricht vanuit HAN VDO (opleiding, advies en coaching), o.l.v. dhr. drs. Fernand van Westerhoven, directeur. Bij de faculteit zijn lectoren aangesteld die in kenniscentra met elkaar samenwerken en praktijkgericht onderzoek uitvoeren, ten behoeve van de ontwikkeling van het onderwijs, de beroepspraktijk en het kennisdomein. De lectoraten voeren praktijkgericht onderzoek uit waarvan de resultaten mede ten goede komen aan de opleidingen bijv. nieuwe vormen van dienstverlening op het gebied van welzijn, sport en gezondheid. Lectoren leveren een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van de HAN richting een University of Applied Sciences (UAS). De meeste lectoraten bestaan uit een lector en een kenniskring waaraan ook docenten deelnemen. Momenteel werkt het instituut met name samen met de volgende kenniscentra / lectoraten: Kenniscentrum Revalidatie, Arbeid, Sport leading lector: Yvonne Heerkens Lectoraat Arbeid & Gezondheid. o Yvonne Heerkens (lector) o Josephine Engels (lector) Lectoraat Neurorevalidatie. o Bert de Swart (lector) o Esther Steultjens (associate lector) Lectoraat Musculoskeletale Revalidatie o Bart Staal (lector) o Robert van Cingel (bijzonder lector) Lectoraat Herkennen en Ontwikkelen van Sporttalent. o Marije Elferink (lector) Lectoraat Voeding in relatie tot Sport en Gezondheid o Marian de van der Schueren (lector) o Luc van Loon (bijzonder lector) Conform het HAN-statuut Lectoraten van februari 2008 en het Strategisch Onderzoeksbeleid van de HAN leveren lectoren een bijdrage aan het onderwijs van de bachelor- en masteropleidingen. Zij doen dat o.a. door te participeren in curriculumcommissies, in examencommissies, door gastcolleges te geven en minoren te verzorgen. Verder brengen zij de verbinding tussen onderzoek en onderwijs tot stand door een bijdrage te leveren aan de doorlopende leerlijn onderzoek in de curricula, en door studenten en docenten mee te nemen en mee te laten werken in concrete praktijkgerichte onderzoeksprojecten. Doordat de vragen komen van het werkveld en de resultaten daarvan terugvloeien naar het onderwijs en curriculum wordt de relatie tussen werkveld-onderwijs-onderzoek versterkt. Bij het instituut geeft (geven) de lector(en) les in de volgende onderwijseenheid (onderwijseenheden): hoofdfase: Lesgever als specialist (ALO), minor sports performance enhancement, minor Gouden Kansen, Onderzoek in sport en bewegen 2 (2de beoordelaar en betrokken bij onderwerpen afstudeeronderzoeken), gastcolleges in verschillende onderwijseenheden, waaronder voor de minor Health Work en stage SGM HF2. Lectoren leveren een bijdrage aan de professionalisering van docenten in onderzoeksvaardigheden en aan de ontwikkeling en implementatie van een doorlopende leerlijn onderzoek in het curriculum van de opleidingen van FGGM. Docenten worden in de gelegenheid gesteld deel te nemen aan de kenniskringen van de lectoraten. De kenniskringen voeren praktijkgericht onderzoek uit waarvan de resultaten mede ten goede komen aan de opleidingen bijv. in de vorm van nieuwe inzichten voor hulp- en dienstverlening in het werkveld sport en bewegen. Enkele actuele voorbeelden van praktijkgericht onderzoek: volwassenen op gezond gewicht, gemeente Bronckhorst vitaliteit binnen het MKB Slimme sportkeuze testen en volgen van kinderen in de leeftijd van 6-16 jaar op basis- en voortgezet onderwijsscholen in Nijmegen e.o. op fysieke, cognitieve en persoonlijkheid in sportdeelname Samenwerking met FC Twente om talentidentificatie U10 te verbeteren Onderzoek naar verbeteren zelfsturend vermogen talentvolle sporters bij PSV Verbeteren van talentidentificatie volleybaltalenten bij jong-oranje en regioselecties in samenwerking met Innosport Papendal In samenwerking met Loopland Gelderland onderzoeken van interventie om kinderen beter te leren bewegen Beet your competitors (PhD) Dutch Sports Nutrition and Supplement Study (DSSS) (PhD) Ook studenten kunnen aan onderzoeksprojecten in een lectoraat deelnemen bijv. in het kader van de volgende onderwijseenheden/ beroepstaken in de hoofdfase: onderzoek in sport en bewegen 1 en 2 in hoofdfase 2 en 3 respectievelijk en in de minoren Sports performance enhancement en Gouden Kansen Zij kunnen op die manier met behulp van de lectoraten afstudeeropdrachten werven. Studenten kunnen ook in een eerdere fase hun opleiding waarin zij in aanraking komen met onderzoeksvaardigheden participeren in projecten van een lectoraat, zoals bijvoorbeeld in hun stage in het 3de jaar bij het project De Jongsters van Luuk en Siem de Jong, Loopland Gelderland in studiejaar 1 bij het beter leren lopen van kinderen die ze in hun stage lesgeven, Bij FGGM zijn vrijwel alle BA-opleidingen, alsmede de faculteitsdirectie en het faculteitsbureau gehuisvest op de HAN-campus Nijmegen (Kapittelweg 33). De BA-opleidingen van het instituut Sport en Bewegingsstudies zijn ondergebracht in het Gymnasion (Heyendaalseweg/Nijmegen) en de BA-opleiding Maatschappelijk 34 35

19 Werk en Dienstverlening in het pand aan de Prof. Molkenboerstraat te Nijmegen. De BA-opleiding Mondzorgkunde is gehuisvest in het gebouw aan de Philip van Leydenlaan (hier bevindt zich ook de faculteit Tandheelkunde van de RU Nijmegen). De AD-/BA-opleidingen LGW en MZD zijn evenals HAN VDO ondergebracht aan de Berg en Dalseweg 81 te Nijmegen. HAN-campus Nijmegen, de Radboud Universiteit Nijmegen (RU) en het UMC St. Radboud maken onderdeel uit van Campus Heyendaal. Examencommisie(leden) De examencommissie stelt vast of een student voldoet aan de voorwaarden die in de Onderwijs- en examenregeling (OER) worden gesteld ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrijgen van de bachelorgraad. De examencommissie wijst voor het afnemen van tentamens en het vaststellen van de uitslag daarvan examinatoren aan. De leden van de examencommissie worden benoemd door de faculteitsdirecteur. Zie ook het reglement examencommissies in deel 2 van dit Opleidingsstatuut. Leden examencommissie Naam Opleiding Functie Rob ter Horst Voorzitter Angèle Welie Secretaris Megga Bernhardt SGM Lid voor de opleiding Hester de Vries ALO Lid voor de opleiding, plv. secretaris Maaike Oosterink SBE Lid voor de opleiding Daniëlle van Dorst Christine Schutgens Mark de Niet Vacature Vacature Annemarie Weel Lid, deskundige o.g.v. juridische zaken, plv. voorzitter Lid, deskundige o.g.v. toetsing / onderwijskundige zaken Lid, deskundige o.g.v. onderzoek Extern lid, werkveld Extern lid, onderwijs Ambtelijk secretaris COMMISSIE TOELATINGSONDERZOEK FGGM (LEDEN) Commissie Toelatingsonderzoek FGGM IVPS: Pieter van Leeuwen, voorzitter IPS: Ria Schipper-Kersbergen, secretaris IVS: Marjo Kwast, lid ISBS: Angèle Welie, lid ISPS: Tina Bolte IMSS: Frank Hendriks Ambtelijk secretaris: Theo Teeuwen Toekomstig Ambtelijk secretaris Elles Evers Medezeggenschap van studenten en medewerkers op HAN-, faculteits- en instituutsniveau Bij de HAN is inspraak geregeld op verschillende niveaus binnen de organisatie. Je hebt opleidingscommissies, faculteitsraden en de (centrale) medezeggenschapsraad. Opleidingscommissie (OC) Op opleidingsniveau is er een opleidingscommissie (OC). Deze heeft geen instemmingsrecht maar adviseert wel over allerlei opleidingszaken. Bijvoorbeeld over de Onderwijs- en Examenregeling en de uitvoering ervan. Het aantal leden van de opleidingscommissie varieert per opleiding. De helft van de OC bestaat uit docenten, de helft uit studenten. Als student of docent kun je via de opleidingscommissie meedenken over het onderwijs en de organisatie van jouw opleiding. Vraag bij je opleidingsmanager meer informatie over de OC s. Zie ook het reglement opleidingscommissie (deel 2 van dit opleidingsstatuut). Faculteitsraad (FR) Op faculteitsniveau is er een faculteitsraad. Deze raad heeft het recht om alle faculteitszaken te bespreken en vragen te stellen aan de directie. Die is verplicht hierop gemotiveerd te reageren. De faculteitsraad heeft instemmingsrecht als het gaat om beleid, begroting, onderwijs- en examenregelingen enzovoorts. Een faculteitsraad bestaat uit 12 leden: 6 personeelsleden en 6 studenten. Als student of docent kun je in de faculteitsraad meepraten over het beleid dat door de faculteitsdirectie wordt gemaakt. Het gaat dat om beleid voor de faculteit, maar ook voor alle instituten die onder de faculteit vallen. De FR praat dus ook mee over de instituten. De samenstelling van de faculteitsraad GGM (peildatum: ): Personeelsgeleding: Ad den Dekker, docent CMV: ad.dendekker@han.nl Ine van de Heuvel, voorzitter examencommissie Paramedische Studies: Ine.vandenHeuvel@han.nl Renelle Koppers, docent HAN Sport en Bewegen: Renelle.Koppers@han.nl Amel Yahyaoui, docent MWD: Amel.Yahyaoui@han.nl Reinhard Schulte, opleider, coach, HAN VDO en HMP: reinhard.schulte@han.nl Ruud Kroes, docent SPH: Ruud.Kroes@han.nl Studentgeleding: Siebe Bosman: S.Bosman1@student.han.nl Melissa Breukel: MCM.Breukel@student.han.nl Eveline Freeriks: ELR.Freeriks@student.han.nl Kimberly Pastoors: KSPM.Pastoors@student.han.nl Isabel Widdershoven: IMJ.Widdershoven@student.han.nl Anouk Scholten: A.Scholten1@student.han.nl Joery van den Bogaard: JLCA.vandenBoogaard@student.han.nl De faculteitsraad wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris en een beleidsmedewerker. Zij vormen samen het ambtelijk secretariaat. Zij leveren een bijdrage aan het functioneren van de FR. Ambtelijk secretariaat: Sandra Schiks, ambtelijk secretaris FR: Sandra.Schiks@han.nl Hans Oolbekkink, beleidsmedewerker FR: Hans.Oolbekkink@han.nl De voorzitter, vicevoorzitter en secretaris worden aan het begin van het nieuwe studiejaar opnieuw gekozen. Voor meer én actuele informatie zie: insite/ggm/faculteitsraad. Medezeggenschapsraad (MR) Via de medezeggenschapsraad (MR) hebben personeel en studenten op HAN-niveau inspraak. Het CvB is verplicht op vragen en opmerkingen gemotiveerd te reageren. De MR heeft instemmingsrecht. De instemming van de MR is vereist voor alle beslissingen op het gebied van hogeschoolbeleid, huisvesting, opleidingsaanbod en financiën. De MR bestaat uit 16 leden: 8 personeelsleden en 8 studenten. Als student of medewerker kun je in de MR meepraten over het algemene en vaak abstracte beleid van de hogeschool. De samenstelling van de medezeggenschapsraad (peildatum ): Personeelsgeleding: Theo de Wit, HAN algemeen: Theo.deWit@han.nl Ton Ammerlaan, HAN algemeen: Ton.Ammerlaan@han.nl Renee Jenniskens, Service Bedrijf: Renee.Jenniskens@han.nl Martin Pel, Service Bedrijf, Martin.Pel@han.nl Sanne Gruyters, GGM: Sanne.Gruyters@han.nl Cees Vloon, FEM: Cees.Vloon@han.nl Jean Hendriks, Techniek: Jean.Hendriks@han.nl Wilma Christiaens, Educatie: wilma.christiaens@han.nl Studentgeleding: Dex de Boer, HAN algemeen: d.deboer@student.han.nl Maarten ten Hag, HAN algemeen: MP.TenHag@student.han.nl Renzo Roso, HAN algemeen: rbe.roso@student.han.nl Timo Eversen, HAN algemeen: t.eversen@student.han.nl Roel Remij, GGM: r.remij@student.han.nl Nikki Buijs, Techniek: nj.buijs@student.han.nl Marloes van Dommelen, Educatie: femm.vandommelen@student.han.nl Paul Zwinkels, FEM: p.zwinkels@student.han.nl Contactpersoon voor het bureau medezeggenschap: Hans Oolbekkink: Hans.Oolbekkink@han.nl 36 37

20 Kwaliteitszorg Systeem van kwaliteitszorg van het domein/instituut Het instituut peilt regelmatig de mening van studenten over allerlei zaken die betrekking hebben op het onderwijs in de ruime zin van het woord. In de eerste plaats het feitelijke onderwijs dat je in een bepaalde periode gevolgd hebt, maar bijvoorbeeld ook het studiemateriaal, planning van de uren en studietaken. Beroepenveldcommissie(s) Om de kwaliteit van de opleiding te kunnen bewaken, hecht de HAN groot belang aan de mening van deskundigen uit de werkvelden waarvoor opgeleid wordt. Deze deskundigen komen minstens 4 maal per jaar bijeen in de vergaderingen van de beroepenveldcommissie. De beroepenveldcommissie bestaat uit de volgende leden: Stephan Haukes, locatieleider Montessori College Marcel Janssen, directeur SSGN Geert Geurken, hoofd sportontwikkeling Gemeente Arnhem Tosca van Lamoen, afgevaardigde van Conexus Jeffrey van Thiel, Sportconsulent Sportservice Nijmegen (waarnemend teamleider Sportservice) Gerda Op t Veld, NOC-NSF jeugdsport en onderwijs Marion Hagdorn, conrector Revius Lyceum Marijke Kamping, teamleider CIOS Inleiding Voor de HAN is kwaliteitszorg en verbetering van groot belang. De nadere uitwerking wordt per instituut vormgegeven. Daarom wordt hieronder nader ingegaan op het kwaliteitszorgsysteem van HAN Sport & Bewegen. HAN Sport & Bewegen ziet zichzelf als een lerende organisatie, dat wil zeggen dat zij gericht is op het steeds beter tegemoet komen aan de eisen en wensen van de studenten, het werkveld én de overheid. De opleidingen binnen HAN S&B definiëren kwaliteitszorg als het proces van voortdurend verbeteren volgens de systematiek van de zogenaamde Deming-cyclus (Plan Do Check Act). Om goed zicht te houden op de onderwijskwaliteit worden de studenten binnen HAN Sport en Bewegen regelmatig naar hun mening gevraagd. Zo vullen de studenten aan het eind van elk blok een evaluatie in, waarbij de tevredenheid over het specifieke programma, de studielast, de kwaliteit van docenten, van de modules van het betreffende blok wordt gemeten. Studentenpanels worden 1 keer per jaar gehouden (bv in de vorm van een café) om dieper op de resultaten van de enquêtes in te kunnen gaan en knelpunten te bespreken. Alle studenten van de HAN, en dus ook die van HAN Sport & Bewegen, wordt gevraagd om mee te werken aan de jaarlijkse, landelijke NSE (Nationale Studenten Enquête). Dit levert waardevolle informatie op die vergeleken kan worden met gegevens van andere opleidingen binnen en buiten de HAN. Op basis van deze evaluatiegegevens wordt bekeken wat er goed is aan het onderwijs en op welke punten verbeteringen nodig zijn. De resultaten van de enquêtes worden gerapporteerd aan én besproken met studenten en medewerkers (onder andere in opleidingscommissie, studentenoverleg, curriculumcommissie en docententeams). De studenten worden op drie manieren geïnformeerd over de conclusies van de evaluaties en de benodigde verbeteracties: 1. In de modulehandleidingen van de verschillende onderwijseenheden wordt beschreven welke verbeteringen er zijn gemaakt in de module t.o.v. het vorige studiejaar. 2. Via een nieuwsbrief van de OC worden de studenten aan het eind van het studiejaar geïnformeerd over de resultaten van alle onderwijsevaluaties. 3. Op HAN-scholar worden studenten op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen op het terrein van de kwaliteits- zorg en de uitkomsten van (onderwijs)evaluaties. HAN Sport & Bewegen hecht veel waarde aan de mening van de studenten over de onderwijskwaliteit. De studenten worden zowel schriftelijk (d.m.v. de vragenlijsten) als mondeling bevraagd over de kwaliteit van het onderwijs en de kwaliteit van de docenten. Kwaliteitssysteem HAN Sport en Bewegen De Faculteit voor Gezondheid, Gedrag en Maatschappij (GGM) en de opleidingen binnen HAN Sport & Bewegen hanteren een integraal systeem voor kwaliteitszorg. Via het kwaliteitszorgsysteem verzamelen de faculteit en de opleidingen systematisch gegevens over de kwaliteit van alle onderwijsorganisatieaspecten van het onderwijs zelf tot en met de randvoorwaarden zoals lesroosters, onderwijslokalen, computervoorzieningen). Het kwaliteitszorgsysteem beschrijft 6 aspecten van het onderwijs: Doelstellingen van de opleiding Onderwijsprogramma Kwaliteit en kwantiteit van docenten Voorzieningen (huisvesting, bibliotheek, onderwijsruimten, ICT-voorzieningen) Interne kwaliteitszorg (betrokkenheid van studenten bij onderwijskwaliteit) Resultaten (competentieniveau van afstudeerders, onderwijsrendement). Wij betrekken alle (belangen)groepen actief in ons kwaliteitstraject: medewerkers, studenten, stagebegeleiders en afgestudeerden. Om de kwaliteit van de opleiding te bewaken hechten we ook veel waarde aan de mening van deskundigen uit de werkvelden. Zij komen een aantal malen per jaar bijeen in vergaderingen. Naast deze interne kwaliteitsverbeteringen worden alle opleidingen van de HAN iedere zes jaar beoordeeld door een extern panel van de Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). Deze accreditatie is een nationaal kwaliteitskeurmerk en is een voorwaarde voor wettelijke erkenning op nationaal en internationaal niveau van het getuig- schrift van de opleiding. De studenten spelen hierbij een belangrijke rol: een afvaardiging van de studenten vormen een studentenpanel. De commissie bevraagt het studentenpanel op hun ervaringen binnen de opleiding, met het onderwijsprogramma en met de docenten. Organisatie Binnen HAN Sport & Bewegen hebben verschillende teams en functionarissen taken op het gebied van kwaliteitszorg: Binnen de teams: De Curriculum Commissie, onder leiding van de teamleider, draagt verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het curriculum van de betreffende bachelor. Deze bewaakt dat de evaluaties systematisch plaatsvinden, dat de resultaten worden geanalyseerd en dat er verbeterplannen worden gemaakt. De Teams zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van de onderwijseenheden, de toetsing en andere (onderwijs) taken die binnen de verantwoordelijkheid van het team vallen. Het gaat dan om zowel het ontwikkelen van de onderwijseenheden als om de uitvoering van het onderwijsprogramma (hoorcolleges, tutorgroepen, toetsen etc.). De KwaliteitsCommissie Onderwijs van het instituut is verantwoordelijk voor het adviseren over het beleid rondom de kwaliteitszorgcyclus binnen het instituut op instituutsniveau en op bachelorniveau. De sterpunthouder kwaliteit draagt zorg voor het uitzetten van kwaliteitsbeleid binnen het team. De opleidingsteams zijn verantwoordelijk voor het verloop van de kwaliteitszorgcyclus binnen de verschillende opleidingen. De Teamleiders dragen samen zorg voor die aspecten van het onderwijs, die alle teams aangaan. De Opleidingscommissie heeft de taak (gevraagd en ongevraagd) advies uit te brengen over de OER (onderwijs- en examenregeling) en de wijze waarop deze regeling door de opleiding wordt uitgevoerd. De Examencommissie heeft een sturende en controlerende functie m.b.t. de inrichting en de kwaliteit van het onderwijs, het examen en het toetsprogramma. De Beroepenveldcommissie, bestaande uit vertegenwoordigers uit het werk-en beroepenveld, ziet er op toe dat de inhoud van het onderwijsprogramma, aansluit bij de wensen en eisen vanuit het werkveld. Tenslotte heeft iedere Medewerker/docent de taak de kwaliteit van zijn of haar professioneel handelen te bewaken. Dat kan o.a. door mee te werken aan de (tussentijdse) onderwijsevaluaties, het medewerkerstevredenheidsonderzoek, het uitvoeren van de verbeterplannen en scholing. Om de kwaliteit van de examinering te borgen heeft HAN S&B externe toezichthouders bij de examinering aangesteld. Ook worden er bij de examinering externe examinatoren ingezet

1a Onderwijs aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

1a Onderwijs aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleidingsstatuut Instituut Engineering Bacheloropleidingen (en Ad-programma s): - Elektrotechniek - Industrieel Product Ontwerpen - Technische Bedrijfskunde - Werktuigbouwkunde Studiejaar 2015 2016 Deel

Nadere informatie

Leraar voortgezet onderwijs

Leraar voortgezet onderwijs Sport en Bewegen HAN Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding Opleidingsstatuut voor de gedeeltelijk aan het experiment leeruitkomsten deelnemende deeltijdse bacheloropleiding

Nadere informatie

Onderwijs aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Onderwijs aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleidingsstatuut Associate degree programma Directievoering Civieltechnische Projecten (DCP) Associate degree programma Projectvoorbereiding en Realisatie (PVR) Studiejaar 2014 2015 Deel 1 Onderwijs aan

Nadere informatie

Sport, Gezondheid en Management

Sport, Gezondheid en Management Sport en Bewegen HAN Sport, Gezondheid en Management Opleidingsstatuut voor de bacheloropleiding Studiejaar 2015-2016 1 Sport en Bewegen HAN 2 HAN Inleiding 4 Deel 1: Studiegids 6 Uitgangspunten van het

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad. in Lichamelijke Opvoeding. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. studiejaar

Opleidingsstatuut. Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad. in Lichamelijke Opvoeding. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. studiejaar Opleidingsstatuut Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding Hogeschool van Arnhem en Nijmegen studiejaar 2017-2018 1 2 INHOUD Inleiding... 3 Algemene bepalingen... 4 Deel

Nadere informatie

Opleidingsstatuut Voor de ten dele aan het experiment leeruitkomsten deelnemende deeltijdse bacheloropleiding Leraar Voorgezet Onderwijs van de

Opleidingsstatuut Voor de ten dele aan het experiment leeruitkomsten deelnemende deeltijdse bacheloropleiding Leraar Voorgezet Onderwijs van de Opleidingsstatuut Voor de ten dele aan het experiment leeruitkomsten deelnemende deeltijdse bacheloropleiding Leraar Voorgezet Onderwijs van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding van de Hogeschool

Nadere informatie

Informatie werkplekleren

Informatie werkplekleren Informatie werkplekleren Pabo Venlo 2014-2015 Inhoudsopgave Inleiding Blz. 3 Stagedagen Blz. 4 Stageweken Blz. 4 Jaaroverzicht 2014-2015 Blz. 5 Opleidingsprogramma Blz. 6 Propedeusefase Hoofdfase Afstudeerfase

Nadere informatie

Sport, Gezondheid en Management

Sport, Gezondheid en Management Opleidingsstatuut voor de bacheloropleiding Sport, Gezondheid en Management Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Sport en Bewegen studiejaar 2014-2015 Inhoud Deel 1: Onderwijs aan de HAN 5 Algemene bepalingen

Nadere informatie

Leraar voortgezet onderwijs

Leraar voortgezet onderwijs Sport en Bewegen HAN Leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding Inrichtingsvorm voltijd Opleidingsstatuut voor de bacheloropleiding Studiejaar 2016-2017 1 2 Sport en Bewegen

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek Studiejaar 2013-2014 Algemeen 1. Deze bijlage bij het algemene gedeelte van de Onderwijs- en examenregeling van Codarts is van toepassing

Nadere informatie

Opleidingsstatuut Voor de gedeeltelijk aan het experiment leeruitkomsten deelnemende deeltijdse bacheloropleiding Chemie van de Hogeschool van Arnhem

Opleidingsstatuut Voor de gedeeltelijk aan het experiment leeruitkomsten deelnemende deeltijdse bacheloropleiding Chemie van de Hogeschool van Arnhem Opleidingsstatuut Voor de gedeeltelijk aan het experiment leeruitkomsten deelnemende deeltijdse bacheloropleiding Chemie van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Studiejaar 2016-2017 1 2016-2017 Inhoud

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. voor de Bacheloropleiding. Opleidingskunde. van het Instituut voor Leraar en School. van de. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Opleidingsstatuut. voor de Bacheloropleiding. Opleidingskunde. van het Instituut voor Leraar en School. van de. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Onderwerp: domein Educatie, OS Opleidingskunde van het ILS Kenmerk: 15/N124/fv Datum: 10 juli 2015 Opleidingsstatuut voor de Bacheloropleiding Opleidingskunde van het Instituut voor Leraar en School van

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) Masteropleiding Leraar Engels. Studiejaar

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) Masteropleiding Leraar Engels. Studiejaar Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) Masteropleiding Leraar Engels Deeltijd Studiejaar 2018-2019 Citeertitel Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) Masteropleiding Leraar Engels Deeltijd Datum

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1.

INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1. 1 INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1.4 Onderwijs- en examenregeling... 4 2. TOELATING TOT DE OPLEIDING...

Nadere informatie

Begrippenlijst Studentenstatuut (belangrijkste begrippen in alfabetische volgorde) 1

Begrippenlijst Studentenstatuut (belangrijkste begrippen in alfabetische volgorde) 1 Begrippenlijst Studentenstatuut (belangrijkste begrippen in alfabetische volgorde) 1 In het HAN Studentenstatuut en de bijgevoegde reglementen wordt verstaan onder: A B C Ambtelijk secretaris: een medewerker

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2018-2019 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

Beoordelen in het HBO

Beoordelen in het HBO Beoordelen in het HBO Eef Nijhuis Saxion Joke van der Meer HAN RIZO 12 maart 2013 Competentiegericht leren Competenties bepalen de inhoud van leren en toetsen Leren en beoordeling zijn gericht op effectief

Nadere informatie

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (Stcrt, 2014, nr 36791).

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (Stcrt, 2014, nr 36791). ,nvao w nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie Uit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Opleiding tot leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. voor de bacheloropleiding. Fiscaal Recht en Economie voltijd. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. studiejaar 2014 2015

Opleidingsstatuut. voor de bacheloropleiding. Fiscaal Recht en Economie voltijd. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. studiejaar 2014 2015 Opleidingsstatuut voor de bacheloropleiding Fiscaal Recht en Economie voltijd Hogeschool van Arnhem en Nijmegen studiejaar 2014 2015 Versie 11-11-2014 (inclusief errata) Inhoud Deel 1: Onderwijs aan de

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. Sportkunde. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. studiejaar

Opleidingsstatuut. Sportkunde. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. studiejaar Opleidingsstatuut Sportkunde Hogeschool van Arnhem en Nijmegen studiejaar 2017-2018 2 INHOUD Inleiding... 3 Algemene bepalingen... 4 Deel 1: Studiegids... 5 Uitgangspunten van het onderwijs... 5 Visie

Nadere informatie

Sport & Economie. Bedrijfseconomie. Voltijd

Sport & Economie. Bedrijfseconomie. Voltijd Sport & Economie Bedrijfseconomie Voltijd Auteurs : Tom Falk Versie : 3.0 Opleiding : SGM / ALO / SBE / externe opleidingen Studiejaar : Hoofdfase 3 Blok : Blok 1 /2 Onderwijseenheid : Bedrijfseconomie

Nadere informatie

Versie 26 januari 2016 Uitgave Centrum voor Bestuurlijke Activiteiten

Versie 26 januari 2016 Uitgave Centrum voor Bestuurlijke Activiteiten Procedure aangaande de Onderwijs- en examenregeling van Fontys Dit is een uitgave van het Centrum voor Bestuurlijke Activiteiten. Het CBA ondersteunt de medezeggenschap en inspraak binnen Fontys Hogescholen

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 05-06 Master Pedagogiek CROHO-nummer 443 variant: deeltijd NHL Hogeschool Afdeling: Zorg en Welzijn Versie: Concept besproken met AO-M.Peda 8-4-5 / definitief

Nadere informatie

Deze versie treedt in werking op 1 september 2016 en vervangt alle voorgaande versies.

Deze versie treedt in werking op 1 september 2016 en vervangt alle voorgaande versies. III FACULTEIT COMMUNICATIE EN JOURNALISTIEK Vastgesteld door de faculteitsdirectie op 14 maart 2016. Instemming van de facultaire medezeggenschapsraad op 4 juli 2016. Deze versie treedt in werking op 1

Nadere informatie

Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten

Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten Werkplekleren Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten Doel van deze brochure U bent benaderd door een student van Aeres Hogeschool Wageningen (voorheen Stoas

Nadere informatie

Bedrijfskunde (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Financiële Dienstverlening (AVD)

Bedrijfskunde (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Financiële Dienstverlening (AVD) Bedrijfskunde (AVD) 80074 Bedrijfskunde MER (AVD) 34139 Financiële Dienstverlening (AVD) 80038 Onderwijs- en Examenregeling AVD 17-18 deel B (opleidingsspecifiek) Academie voor Deeltijd Vastgesteld per

Nadere informatie

ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO

ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO Zelfevaluatie ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, AL pleiding Academie voor Lichamelijke pvoeding Februari 2013 Zelfevaluatie ten behoeve van het beoordelingsportfolio

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2016-2017 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs!

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! In ons onderwijs staat de mens centraal, of het nu gaat om studenten of medewerkers, om ouders of werknemers uit het bedrijfsleven, jongeren of volwassenen. Wij zijn

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) DEEL 1: AVANS GENERIEK

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) DEEL 1: AVANS GENERIEK ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) DEEL 1: AVANS GENERIEK 1 De inhoud van de Onderwijs- en Examenregelingen Hoofdstuk 1 ALGEMEEN 1.1 Algemene bepalingen 1 Avans Hogeschool kent, conform artikel 7.59. van

Nadere informatie

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016 Ontwerpkaders: Onderwijs Versie 1.0/november 2016 1 Flexibel onderwijs Flexibel Onderwijs kenmerkt zich door tijd, plaats en tempo-onafhankelijk studeren. De route is individueel en past bij de uitgangssituatie

Nadere informatie

Associate degree Deeltijd

Associate degree Deeltijd Associate degree Deeltijd 2018-2019 Bloemsierkunst Vakmanschap, effectief communiceren en managen op hbo-niveau in de bloemsierkunst U bent werkzaam in de bloemenbranche, als zelfstandig ondernemer of

Nadere informatie

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd Titel vak: Praktijk 8 Kwartaal: 4 Voltijd/deeltijd: Deeltijd Studiejaar: 2 Datum versie: April 2013 ECTS: 5 Assessoren: Vakcoördinator: Caroline Zijlstra, Chris

Nadere informatie

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016 Regeling Externe toezichthouders bij examens Inhoudsopgave 1. Positie en benoeming externe toezichthouders... 3 2. Taak externe toezichthouder

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 014-015 Master Pedagogiek CROHO-nummer 44113 deeltijd 1 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1. Informatie en communicatie...

Nadere informatie

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Voltijd

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Voltijd Errata Studiegids Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Voltijd 2015-2016 Inhoudsopgave 1 Algemeen 3 2 Errata 4 2.1 Afstuderen (paragraaf 2.5.6)... 4 2.2 HU Onderwijsrooster (paragraaf 6.1)... 4 2.3

Nadere informatie

Praktijkopleider agrotechniek

Praktijkopleider agrotechniek Associate degree Deeltijd 2018-2019 Praktijkopleider agrotechniek Ontwikkel uw vaardigheden als praktijkopleider in de agrotechnische sector met deze tweejarige opleiding 2 De agrarische sector is continu

Nadere informatie

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Deeltijd

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Deeltijd Errata Studiegids Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Deeltijd 2015-2016 Inhoudsopgave 1 Algemeen 3 2 Errata 4 2.1 Afstuderen (paragraaf 2.5.6)... 4 2.2 HU Onderwijsrooster (paragraaf 6.1)... 4 2.3

Nadere informatie

OPLEIDINGSSTATUUT 2012-2013 ICA. Opleidingen CMD, BIM, I, TI en CS (DC) voltijd / deeltijd

OPLEIDINGSSTATUUT 2012-2013 ICA. Opleidingen CMD, BIM, I, TI en CS (DC) voltijd / deeltijd OPLEIDINGSSTATUUT 2012-2013 ICA Opleidingen CMD, BIM, I, TI en CS (DC) voltijd / deeltijd 2 Voorwoord instituutsdirectie Als HAN-student heb je er recht op te weten wat de opleiding van jou verwacht en

Nadere informatie

Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten

Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten Werkplekleren Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten Doel van deze brochure U bent benaderd door een student van Aeres Hogeschool Wageningen met de vraag

Nadere informatie

OPLEIDINGSSTATUUT 2015-2016 INSTITUUT VOOR MAATSCHAPPELIJKE EN SOCIAAL-CULTURELE STUDIES

OPLEIDINGSSTATUUT 2015-2016 INSTITUUT VOOR MAATSCHAPPELIJKE EN SOCIAAL-CULTURELE STUDIES OPLEIDINGSSTATUUT 2015-2016 INSTITUUT VOOR MAATSCHAPPELIJKE EN SOCIAAL-CULTURELE STUDIES 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Inleiding... 5 Deel 1: Studiegids... 8 Deel 2: Regelingen betreffende het onderwijs

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. voor de Bacheloropleiding. Opleidingskunde. van het Instituut voor Leraar en School. van de. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Opleidingsstatuut. voor de Bacheloropleiding. Opleidingskunde. van het Instituut voor Leraar en School. van de. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Kenmerk: 17/N140/FV. Datum: 13 juli 2017 Opleidingsstatuut voor de Bacheloropleiding Opleidingskunde van het Instituut voor Leraar en School van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen voor het studiejaar

Nadere informatie

Financiële Dienstverlening (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Bedrijfskunde (AVD)

Financiële Dienstverlening (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Bedrijfskunde (AVD) Financiële Dienstverlening (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Bedrijfskunde (AVD) Onderwijs- en Examenregeling AVD 17-18 deel B (opleidingsspecifiek) Academie voor Deeltijd Vastgesteld per 9 juni 2017 Instemming

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

Studeren aan het hbo. W i n d e s h e i m z e t k e n n i s i n w e r k i n g

Studeren aan het hbo. W i n d e s h e i m z e t k e n n i s i n w e r k i n g Studeren aan het hbo Inhoud van de presentatie Kenmerken van het hbo Verschil tussen havo en hbo Verschil hbo en universiteit Opbouw van een hbo-opleiding Studieresultaten en begeleiding Toelating en aanmelding

Nadere informatie

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Kariene Mittendorff, lectoraat Innovatief en Effectief Onderwijs Studieloopbaanbegeleiding Binnen scholen wordt op verschillende manieren gewerkt aan

Nadere informatie

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER 2014-2015

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER 2014-2015 10 FACULTAIRE OER: FACULTEIT COMMUNICATIE EN JOURNALISTIEK Vastgesteld door de faculteitsdirecteur op 27 januari 2014 Instemming van de facultaire medezeggenschapsraad op..2014 A. Nadere facultaire invulling

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma PARAGRAAF 1 - ALGEMENE

Nadere informatie

Handleiding Assessment Startbekwaamheid

Handleiding Assessment Startbekwaamheid Handleiding Assessment Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO Opleiding Academie voor Lichamelijke Opvoeding Bachelor of Sport and Physical Education Domein Bewegen, Sport en Voeding Februari 2013 Inhoud Introductie

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. Bedrijfskunde MER Voltijd (Deel A) studiejaar 2014-2015

Opleidingsstatuut. Bedrijfskunde MER Voltijd (Deel A) studiejaar 2014-2015 Opleidingsstatuut Bedrijfskunde MER Voltijd (Deel A) studiejaar 2014-2015 1 Contents Deel 1A: Onderwijs aan de HAN... 6 Inleiding... 6 Algemene bepalingen... 6 Lesdagen en vakanties... 7 Uitgangspunten

Nadere informatie

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER 2015-2016

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER 2015-2016 10 FACULTAIRE OER: FACULTEIT COMMUNICATIE EN JOURNALISTIEK Vastgesteld door de faculteitsdirecteur op 2 maart 2015 Met nstemming van de facultaire medezeggenschapsraad A. Nadere facultaire invulling van

Nadere informatie

OPLEIDINGSSTATUUT 2015-2016 INSTITUUT VOOR VAKTHERAPEUTISCHE EN PSYCHOLOGISCHE STUDIES

OPLEIDINGSSTATUUT 2015-2016 INSTITUUT VOOR VAKTHERAPEUTISCHE EN PSYCHOLOGISCHE STUDIES OPLEIDINGSSTATUUT 2015-2016 INSTITUUT VOOR VAKTHERAPEUTISCHE EN PSYCHOLOGISCHE STUDIES 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Inleiding... 5 Deel 1: Studiegids... 8 Deel 2: Regelingen betreffende het onderwijs

Nadere informatie

Deze versie treedt in werking op 1 september 2013 en vervangt alle voorgaande versies.

Deze versie treedt in werking op 1 september 2013 en vervangt alle voorgaande versies. III FACULTEIT Maatschappij & Recht vastgesteld door de faculteitsdirectie op 26-02-2013 instemming van de facultaire medezeggenschapsraad op. 2013. Deze versie treedt in werking op 1 september 2013 en

Nadere informatie

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage 3 SFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/ecursie

Nadere informatie

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Teamscan op accreditatiewaardigheid Teamscan op accreditatiewaardigheid De Teamscan accreditatiewaardigheid (in vervolg: scan) geeft inzicht in hoe het opleidingsteam ervoor staat met betrekking tot de opleidingsaccreditatie. De scan bestaat

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. voor de bacheloropleiding. Leraar Basisonderwijs. van het. Instituut Pabo. van de. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Opleidingsstatuut. voor de bacheloropleiding. Leraar Basisonderwijs. van het. Instituut Pabo. van de. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen N125 Laatst gewijzigde versie van 4 december 2015. Opleidingsstatuut voor de bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs van het Instituut Pabo van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen studiejaar 2015-2016

Nadere informatie

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten Versie 1.0/ november 2016 1 Flexibel onderwijs Flexibel Onderwijs kenmerkt zich door tijd, plaats en tempo-onafhankelijk studeren. De route is individueel en past bij de uitgangssituatie

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. voor de Bacheloropleiding. Opleidingskunde. van het Instituut voor Leraar en School. van de. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Opleidingsstatuut. voor de Bacheloropleiding. Opleidingskunde. van het Instituut voor Leraar en School. van de. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Onderwerp: domein Educatie, OS Opleidingskunde van het ILS Kenmerk: 16/N125/fv Datum: 1 september 2016 Opleidingsstatuut voor de Bacheloropleiding Opleidingskunde van het Instituut voor Leraar en School

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. Logistiek en Economie Voltijd (Deel A) studiejaar 2014-2015

Opleidingsstatuut. Logistiek en Economie Voltijd (Deel A) studiejaar 2014-2015 Opleidingsstatuut Logistiek en Economie Voltijd (Deel A) studiejaar 2014-2015 Opleidingsstatuut Logistiek en Economie voltijd 2014-2015 1 Inhoud Deel 1: Onderwijs aan de HAN... 6 Inleiding... 6 Algemene

Nadere informatie

Toetsplan 2014-2015. Docent theater. M. Lammers

Toetsplan 2014-2015. Docent theater. M. Lammers Toetsplan 2014-2015 Docent theater M. Lammers Inhoudsopgave Inleiding... 3 1. Visie en uitgangspunten... 4 1.1 Visie op onderwijs... 4 Vaktraining en projecten... 4 Propedeuse en hoofdfase... 5 Actieve

Nadere informatie

OPEN SPORTPARK ALS HYBRIDE LEEROMGEVING. MINI-CONFERENTIE BREED OPLEIDEN Donderdag

OPEN SPORTPARK ALS HYBRIDE LEEROMGEVING. MINI-CONFERENTIE BREED OPLEIDEN Donderdag OPEN SPORTPARK ALS HYBRIDE LEEROMGEVING MINI-CONFERENTIE BREED OPLEIDEN Donderdag 31-01-2019 Ap te Winkel, Opleidingsmanager sporten bewegen bij Graafschap College, Doetinchem Regio Achterhoek Regionaal

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 4 Opleidingsdeel hbo-pedagogiek

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 4 Opleidingsdeel hbo-pedagogiek Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 4 Opleidingsdeel hbo-pedagogiek 2018-2019 Opleidingsdeel voor de bachelor pedagogiek van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief) Onderwijs- en examenregeling

Nadere informatie

Praktijkleerovereenkomst opleidingen in duale inrichtingsvorm die deelnemen aan de pilot flexibilisering

Praktijkleerovereenkomst opleidingen in duale inrichtingsvorm die deelnemen aan de pilot flexibilisering Praktijkleerovereenkomst opleidingen in duale inrichtingsvorm die deelnemen aan de pilot flexibilisering Opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening Duaal Studiejaar 2017-2018 Ondergetekenden: 1. (naam

Nadere informatie

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding)

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) Rijselstraat 5 8200 Brugge T 050 38 12 77 F 050 38 11 71 www.howest.be Informatiebrochure Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) ACADEMIEJAAR 2013-2014 Inhoud Doel

Nadere informatie

REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS Instituut voor Toegepaste Biowetenschappen en Chemie. studiejaar

REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS Instituut voor Toegepaste Biowetenschappen en Chemie. studiejaar REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS Instituut voor Toegepaste Biowetenschappen en Chemie studiejaar 20172018 Inhoud REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS... 1 1. Positie en benoeming externe

Nadere informatie

Sportleider SeniorenSport (SSS)

Sportleider SeniorenSport (SSS) Sportleider SeniorenSport (SSS) Een leven lang bewegen We worden steeds ouder en genieten gelukkig steeds langer van een goede gezondheid. Sport en bewegen speelt hierbij een belangrijke rol. Steeds meer

Nadere informatie

Anders kijken, anders leren, anders doen

Anders kijken, anders leren, anders doen Anders kijken, anders leren, anders doen Grensoverstijgend leren en opleiden in zorg en welzijn in het digitale tijdperk HOOFDLIJN 5 Hoofdlijn 5. Consistente en op elkaar aansluitende leertrajecten in

Nadere informatie

OER Master facultair hoofdstuk 10 Maatschappij & Recht Vastgesteld d.d

OER Master facultair hoofdstuk 10 Maatschappij & Recht Vastgesteld d.d III FACULTEIT Maatschappij & Recht vastgesteld door de faculteitsdirectie op 13-02- 2014 instemming van de facultaire medezeggenschapsraad op 24-04 2014. Deze versie treedt in werking op 1 september 2014

Nadere informatie

Eindassessment HU pabo

Eindassessment HU pabo Eindassessment HU pabo Presentatie t.b.v. assessoren 6 juni 2018 Team afstudeerfase 2017-2018 Ontwikkeling afstudeerfase Herontwerp: Onderzoekend werken integreren in programma afstudeerfase Verhogen studeerbaarheid,

Nadere informatie

Toetsregeling Professionaliteit

Toetsregeling Professionaliteit Toetsregeling Professionaliteit Bacheloropleidingen Geneeskunde en Biomedische Wetenschappen Radboudumc Propedeuse Deze regeling is van kracht vanaf 31 augustus 2015. 1) Begripsbepaling Professionaliteit

Nadere informatie

NIEUW TWEEJARIGE HBO-OPLEIDING ASSOCIATE DEGREE PEDAGOGISCH PROFESSIONAL KIND EN EDUCATIE

NIEUW TWEEJARIGE HBO-OPLEIDING ASSOCIATE DEGREE PEDAGOGISCH PROFESSIONAL KIND EN EDUCATIE NIEUW TWEEJARIGE HBO-OPLEIDING ASSOCIATE DEGREE PEDAGOGISCH PROFESSIONAL KIND EN EDUCATIE OOG VOOR KINDEREN Je wil graag met kinderen werken. Dat weet je zeker, want jij ziet kinderen en je wilt graag

Nadere informatie

Opleidingsstatuut. voor de bacheloropleiding Fiscaal Recht en Economie van. de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. studiejaar 2015 2016

Opleidingsstatuut. voor de bacheloropleiding Fiscaal Recht en Economie van. de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. studiejaar 2015 2016 Opleidingsstatuut voor de bacheloropleiding Fiscaal Recht en Economie van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen studiejaar 2015 2016 Versie 30 november 2015 1 INLEIDING... 5 DEEL 1: STUDIEGIDS... 7 1. VISIE

Nadere informatie

Experimenteren met flexibiliseren

Experimenteren met flexibiliseren Experimenteren met flexibiliseren HORDELOPEN 8 november 2018 Marlies van Winkelhof Meike Moonen Het vaste onderwijsprogramma loslaten en leerroutes bieden die écht op maat van de student zijn? FLEXIBILISEREN

Nadere informatie

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding)

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) Informatiebrochure Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) ACADEMIEJAAR 2012-2013 Inhoud Doel van de opleiding Situering van de opleiding Onderwijsvormen Onderwijsorganisatie

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool NAO nederlands- vlaamse accreditatieorganisatie Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool Datum: 1 oktober

Nadere informatie

Bijlage 1 Begrippenlijst Opleidingsstatuut en Studentenstatuut (belangrijkste begrippen in alfabetische volgorde) 1

Bijlage 1 Begrippenlijst Opleidingsstatuut en Studentenstatuut (belangrijkste begrippen in alfabetische volgorde) 1 Bijlage 1 Begrippenlijst Opleidingsstatuut en Studentenstatuut (belangrijkste begrippen in alfabetische volgorde) 1 In het studentenstatuut en in het opleidingsstatuut en de daarin opgenomen reglementen

Nadere informatie

ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW

ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW FHTL, UTRECHT 2017-2018 Inhoudsopgave INLEIDING 3 PROPEDEUSE- ASSESSMENT 4 TOELATINGSEISEN VOOR HET ASSESSMENT: 4 INHOUD VAN HET PORTFOLIO 4 OPMERKINGEN 5 HOOFDFASE-

Nadere informatie

STUDIEGIDS 2015-2016. Pedagogiek DEEL 1 EN 3 VAN HET OPLEIDINGSSTATUUT INSTITUUT ISPS VOLTIJD

STUDIEGIDS 2015-2016. Pedagogiek DEEL 1 EN 3 VAN HET OPLEIDINGSSTATUUT INSTITUUT ISPS VOLTIJD STUDIEGIDS 2015-2016 Pedagogiek DEEL 1 EN 3 VAN HET OPLEIDINGSSTATUUT INSTITUUT ISPS VOLTIJD 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Inleiding... 5 Deel 1: Studiegids... 6 Hoofdstuk 1 Visie op het onderwijs...

Nadere informatie

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006 Competentieprofiel Instituut voor Interactieve Media Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006 Aangepast in maart 2009 Inleiding De opleiding Interactieve Media

Nadere informatie

Communicatie voor juristen. mevrouw drs. D. van der Wagen. Communicatie voor juristen. Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

Communicatie voor juristen. mevrouw drs. D. van der Wagen. Communicatie voor juristen. Beschrijving en doel van dit beroepsproduct Titel Onderwijseenheid (OWE) Code OWE Eigenaar OWE Communicatie voor juristen COJE 1 Opleiding HBO-Rechten 2 Doelgroep: variant(en) VT / DT / DU / EL mevrouw drs. D. van der Wagen E-learning Cluster A-cluster

Nadere informatie

STUDIEGIDS 2015-2016 Maatschappelijk Werk en Dienstverlening

STUDIEGIDS 2015-2016 Maatschappelijk Werk en Dienstverlening STUDIEGIDS 2015-2016 Maatschappelijk Werk en Dienstverlening DEEL 1 EN 3 VAN HET OPLEIDINGSSTATUUT INSTITUUT IMSS DEELTIJD 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Inleiding... 5 Deel 1: Studiegids... 6 Hoofdstuk

Nadere informatie

Studiegids. Praktijkroutes Praktijkgestuurd leren binnen bedrijven. Maatwerk Geef je eigen opleiding vorm

Studiegids. Praktijkroutes Praktijkgestuurd leren binnen bedrijven. Maatwerk Geef je eigen opleiding vorm Studiegids Praktijkroutes Praktijkgestuurd leren binnen bedrijven Maatwerk Geef je eigen opleiding vorm Persoonlijke + Meer dan alleen beroepsgericht Studiegids Praktijkroutes 2015-2016 Friesland College

Nadere informatie

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Bouwkunde Studiejaar 2014 2015. Regelingen betreffende het onderwijs en de tentamens

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Bouwkunde Studiejaar 2014 2015. Regelingen betreffende het onderwijs en de tentamens Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Bouwkunde Studiejaar 2014 2015 Deel 2 Regelingen betreffende het onderwijs en de tentamens Onderwijs en Examen Regeling (OER) Inhoudsopgave Paragraaf 1 Algemene bepalingen...

Nadere informatie

Praktijkleerovereenkomst opleidingen in deeltijdse inrichtingsvorm die deelnemen aan de pilot flexibilisering

Praktijkleerovereenkomst opleidingen in deeltijdse inrichtingsvorm die deelnemen aan de pilot flexibilisering Praktijkleerovereenkomst opleidingen in deeltijdse inrichtingsvorm die deelnemen aan de pilot flexibilisering Opleiding Studiejaar 2017-2018 Ondergetekenden: 1. (naam organisatie of instelling), gevestigd

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89 Inhoud Inleiding 9 1 Zelfsturend leren 13 1.1 Zelfsturing 13 1.2 Leren 16 1.3 Leeractiviteiten 19 1.4 Sturingsactiviteiten 22 1.5 Aspecten van zelfsturing 25 1.6 Leerproces vastleggen 30 2 Oriëntatie op

Nadere informatie

Minor Toegepaste Psychologie

Minor Toegepaste Psychologie Minor Toegepaste Psychologie 1 Inleiding Waarom houden mensen zich niet aan dieetvoorschriften? Hoe kan ik ze dan stimuleren om dat wel te doen? Hoe kan ik teamsporters leren om beter om te gaan met zelfkritiek?

Nadere informatie

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Formulier tussenevaluatie Naam student: Studentnummer: Naam school / onderwijsinstelling: Naam werkplekbegeleider: Naam instituutsopleider: Datum: Beoordeling Niet

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Master leraar Algemene Economie Croho: 45275 deeltijd 1 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie

Nadere informatie

OPSTELLEN EINDKWALIFICATIES OPLEIDING

OPSTELLEN EINDKWALIFICATIES OPLEIDING OPSTELLEN EINDKWALIFICATIES OPLEIDING MARIANNE KOK/HERBERT WOLDBERG/HVA Toelichting bij opt opstelellen van eindkwalificaties van een opleiding bij de HvA 1 Het opleidingsprofiel: De beroepspraktijk draagt

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016 Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

Professionalisering ontwikkelteam NID Duaal

Professionalisering ontwikkelteam NID Duaal Professionalisering ontwikkelteam NID Duaal Heerlen, 11 oktober 2011, Hogeschool Zuyd, Heerlen Dr. Bert Hoogveld, Open Universiteit, CELSTEC Drs. Diny Ebrecht, Open Universitieit, CELSTEC. Visionen für

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Ruitenberglaan 27, 6826 CC Arnhem. n.v.t. n.v.t. n.v.t. bachelor

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Ruitenberglaan 27, 6826 CC Arnhem. n.v.t. n.v.t. n.v.t. bachelor Naam instelling Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Contactgegevens Ruitenberglaan 27, 6826 CC Arnhem Naam opleiding Internationale naam opleiding Taal In geval dat de opleiding in een andere taal

Nadere informatie

De begeleidings- en beoordelingstrajecten zijn schriftelijk vastgelegd en te raadplegen door anderen. ILS en Radboud Docenten Academie.

De begeleidings- en beoordelingstrajecten zijn schriftelijk vastgelegd en te raadplegen door anderen. ILS en Radboud Docenten Academie. Rapportageformat Instrument Keurmerk HAN ILS en samenwerkingsscholen Versie VO, oktober 2014 Standaard 1. De samenwerkingsschool in relatie tot de kwaliteit van de leerwerkomgeving van de lerende Deze

Nadere informatie

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor , Onderwijs en Opvoeding HANDLEIDING Educatieve minor Fase Semester 1 Leerroute Educatieve Minor 2018-2019 Schrijvers Susan Kruis, Danielle van der Maten en Inge Oudkerk-Pool e-mail Docenten: m.s.kruis@hva.nl

Nadere informatie

Hbo-bachelor verloskunde

Hbo-bachelor verloskunde Hbo-bachelor verloskunde zaterdag 8 november 2014 algemene informatie opleiding Willeke Boom, Teamleider propedeuse Korine Meulepas, Teamleider postpropedeuse Jasper de Jong, student Janneke Mathijssen,

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Master Leraar Algemene Economie CROHO: 45275 variant: deeltijd NHL Hogeschool Afdeling: IEC Versie: Concept besproken met kernteam 29-4-15 / definitief

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Slavische talen en culturen Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Thermometer leerkrachthandelen

Thermometer leerkrachthandelen Thermometer leerkrachthandelen Leerlijnen en ontwikkelingslijn voor leerkrachten van WSKO 1 Inleiding Leerkracht zijn is een dynamisch en complex vak. Mensen die leerkracht zijn en binnen onze organisatie

Nadere informatie