Economische argumenten om te heffen over schenkingen en erfenissen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Economische argumenten om te heffen over schenkingen en erfenissen"

Transcriptie

1 Economische argumenten om te heffen over schenkingen en erfenissen Master Thesis Fiscale Economie J.F.B. Ruis s Examencommissie: Prof. Mr. I.J.F.A. van Vijfeijken (begeleider) Prof. Dr. A.C. Rijkers In dit paper is gebruik gemaakt van de data van de DNB Household Survey

2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. Inleiding 1.1 Aanleiding van het onderzoek 1.2 Probleemstelling 1.3 Doelstelling 1.4 Verantwoording van de opzet Hoofdstuk 2. Economische motieven om te heffen over erfenissen en schenkingen 2.1 Inleiding 2.2 Welfaristische motieven Inleiding Doelmatigheid Motieven Gedragseffecten bij de verkrijger Herverdeling van inkomen 2.3 Niet-welfaristische motieven Herverdeling als niet-welfaristisch motief Financieren van de vergrijzing 2.4 Conclusie Hoofdstuk 3. Motieven in de data van het DNB Household Survey 3.1 DNB Household Survey 3.2 Afleiden van de verschillende motieven in de enquête 3.3 Leeftijd, schenkingen en spaargeld 3.4 Conclusies en beperkingen 1

3 Hoofdstuk 4. Enquête voor de onderzoekspilot 4.1 Opzet en inhoud van de enquête 4.2 Overlap tussen de twee data onderzoeken 4.3 Nalatenschappen, de verkrijgers en de motieven Wie heeft een testament en wie behoren tot de verkrijgers Motieven om krachtens testament vermogen na te laten Motieven om vermogen na te laten 4.4 Schenkingen, de verkrijgers en de motieven De verkrijgers van schenkingen De omvang van schenkingen De motieven om te schenken 4.5 Verstoring van schenk- en erfbelasting 4.6 Conclusie Hoofdstuk 5. Conclusie en aanbeveling 5.1 Rechtvaardigen argumenten die in de economische literatuur naar voren komen een belastingheffing over schenkingen en nalatenschappen? 5.2 Sluiten de bevindingen uit de praktijk aan bij de argumenten uit de economische literatuur? 5.3 Welke heffingsstructuur zou gekozen moeten worden uitgaande van de economische motieven en de resultaten uit de praktijk? Literatuurlijst Bijlage DNB Household Survey Bijlage Enquête onderzoekspilot 2

4 Hoofdstuk 1. Inleiding 1.1 Aanleiding van het onderzoek Erftaks: de meest gehate belasting! Zo luidde de kop in Plusonline naar aanleiding van de nummer 1 positie die werd ingenomen door de Successiewet op de lijst van meest gehate belastingen. 1 Ook de staatssecretaris van Financiën gaf in 2009 aan dat er zowel maatschappelijk als politiek in toenemende mate kritiek was op de belastingen op erfenissen en schenkingen. 2 De kritiek richtte zich volgens de staatssecretaris hoofdzakelijk op de hoogte van de tarieven en de ingewikkeldheid van de wetgeving. Deze kritiekpunten zorgden er mede voor dat, zowel vanuit de samenleving als vanuit de Tweede Kamer, een herziening van de Successiewet breed werd ondersteund. Het voornemen was om door middel van een herziening de Successiewet te moderniseren en de kritiekpunten weg te nemen. De herziening kende als rode draad vereenvoudiging. Op 1 januari 2010 is de herziene Successiewet 1956 ingevoerd. Net als voor alle andere belastingwetten dienen er voor de Successiewet rechtvaardigingsgronden te zijn. Volgens de staatssecretaris van Financiën zouden de rechtvaardigingsgronden van de Successiewet onveranderd zijn gebleven ten opzichte van de rechtvaardigingsgronden uit De rechtvaardigingsgronden die worden gegeven in de kamerstukken zijn het draagkrachtbeginsel en het beginsel loon naar werken. 3 In de juridische literatuur komen deze beginselen ook naar voren, waarbij het draagkrachtbeginsel wordt gezien als belangrijkste rechtvaardigingsgrond. Bij het draagkrachtbeginsel wordt in de juridische literatuur uitgegaan van het ability to pay principe. Dit principe stelt dat degene met meer vermogen of een hoger inkomen een grotere draagkracht heeft en daardoor een grotere last kan dragen. Het beginsel loon naar werken rechtvaardigt heffing van successierechten omdat iemand vermogen toekomt zonder dat deze daarvoor een inspanning heeft moeten leveren. De staatssecretaris noemt ook een economisch argument om schenk- en erfbelasting te heffen. Hij stelt dat de heffing van schenk- en erfbelasting economisch minder verstorend is dan heffingen op inkomsten uit arbeid en winst. 4 De huidige Successiewet sluit echter aan bij het juridische draagkrachtbeginsel, en er is minder aandacht voor de economische motieven. In deze thesis zal de aandacht daarom juist uitgaan naar de economische motieven. In de economische literatuur worden de economische motieven veelal verdeeld in twee categorieën: de welfaristische en de niet-welfaristische motieven. In de benadering van het optimale belastingsysteem wordt, in de theoretische economische literatuur, standaard 1 Bogaards, Kamerstukken II 2008/2009, , nr. 3, p Kamerstukken II 2008/2009, , nr. 3, p Kamerstukken II 2008/2009, , nr. 3, p. 2. 3

5 uitgegaan van het welfarisme. 5 Vanuit deze optiek moet de overheid een belastingstructuur kiezen die leidt tot maximale welvaart voor de bevolking. Daarbij moet rekening worden gehouden met mogelijke gedragsveranderingen die kunnen optreden bij mensen en de noodzaak om voldoende inkomsten te genereren zodat de publieke uitgaven gedekt kunnen worden. 6 Om welvaart te meten sluit het welfarisme aan bij het utilitaristisch denken. Het utilitarisme stelt dat welvaart te meten is door het nut van alle individuen in de samenleving samen te nemen. 7 Volgens het utilitarisme moet het belastingsysteem zo worden ingericht dat het nut binnen de samenleving gemaximaliseerd wordt. De niet-welfaristische motieven richten zich, in tegenstelling tot de welfaristische, niet op nutsmaximalisatie. Nietwelfaristische motieven om schenk- en erfbelasting te heffen richten zich op een gelijkere verdeling van vermogen omdat vermogen onder andere status, macht en zekerheden opleveren. 1.2 Probleemstelling De Successiewet wordt gerechtvaardigd door het juridische draagkrachtbeginsel. In deze thesis zal de aandacht echter vooral uitgaan naar de economische motieven die de heffing van erf- en schenkbelasting kunnen rechtvaardigen. De vragen waarop ik in deze thesis een antwoord zoek zijn de volgende: Rechtvaardigen de argumenten die in de economische literatuur naar voren komen een belastingheffing over schenkingen en nalatenschappen? En, Welke heffingsstructuur voor de schenk- en erfbelasting zou er gekozen moeten worden als er wordt uitgegaan van economische motieven? De eerste vraag moet een antwoord geven op de vraag of een Successiewet past in de belastingstructuur op basis van de economische motieven. De tweede vraag richt zich op de invulling van de erf- en schenkbelasting als er wordt aangesloten bij de economische beginselen. Daarbij zal ik ook kijken in welke mate de schenk- en erfbelasting zou veranderen ten opzichte van de huidige heffingsstructuur. 1.3 Verantwoording van de opzet In hoofdstuk 2 besteed ik aandacht aan verschillende economische motieven. Bij de economische motieven zal ik de welfaristische en de niet-welfaristische motieven apart bespreken. Dit zal gebeuren aan de hand van beschikbare economische literatuur. In hoofdstuk 3 en 4 onderzoek ik aan de hand van twee data onderzoeken waarom en op welke manier mensen vermogen willen nalaten of schenken. In hoofdstuk 3 maak ik gebruik van de 5 Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p Verlinde, 2004, p. 9. 4

6 data afkomstig van het DNB Household Survey. Voor hoofdstuk 4 is een enquête opgezet speciaal voor de onderzoekspilot waarvan deze scriptie deel uitmaakt. Hoofdstuk 4 moet samen met de resultaten uit hoofdstuk 3 aantonen of de theorie uit de literatuur overeenkomt met de bevindingen uit de praktijkonderzoeken. De uitkomsten uit zowel het literatuuronderzoek als beide praktijkonderzoeken komen aan de orde in de conclusie. In de conclusie worden de probleemstellingen beantwoord gevolgd door mijn aanbevelingen. 5

7 Hoofdstuk 2. Economische motieven om te heffen over erfenissen en schenkingen 2.1 Inleiding In 2008 gaf de staatssecretaris aan dat de Successiewet om budgettaire redenen niet gemist kon worden. 8 Afschaffing van de wet zou leiden tot een ongedekt tekort in de overheidsfinanciën. Het budgettaire belang is echter geen rechtvaardiging voor het bestaan van de Successiewet. Ik sluit in dit hoofdstuk wel aan bij de gedachte van de staatssecretaris om uit te gaan van een sluitende begroting. Een eventuele afschaffing van de Successiewet, en de daardoor gemiste belastinginkomsten, zou om budgetneutraal te blijven moeten worden opgevangen door hogere opbrengsten van andere heffingen. Andersom geldt hetzelfde, hogere opbrengst van de schenk- en erfbelasting zouden de benodigde opbrengsten uit andere heffingen moeten kunnen verlagen. In dit hoofdstuk komen alle economische motieven die voorkomen in de literatuur als er gesproken wordt over de Successiewet aan bod. Daarbij zal ik per motief kijken of het een argument voor of tegen de heffing van schenk- en erfbelasting is. Per economisch motief zal ik daarnaast kijken hoe de heffing wordt ingevuld als er wordt aangesloten bij dit motief. De economische motieven splits ik op in twee categorieën, de welfaristische en de nietwelfaristische. Ik begin dit hoofdstuk met het welfarisme. 2.2 Welfarisme Inleiding Het welfarisme kijkt naar de relatieve goedheid van alternatieve maatschappijen en gaat daarbij uit van het nut van een individu. Het welfarisme hangt nauw samen met het utilitarisme dat in de inleiding al kort aan bod is gekomen. Het nut van een individu wordt gemeten aan de hand van de hoeveelheid diensten en goederen die deze kan consumeren. Naast consumptie verhoogt vrije tijd ook het nut van een individu. 9 Het welfarisme streeft er naar om het nut, en daarmee ook de welvaart, binnen de maatschappij te maximaliseren. Omdat welvaart en nut niet direct te meten zijn worden deze vaak samengevat als de inkomsten na belasting of de uitgaven van een individu. 10 Het staat echter niet vast dat welvaart, zoals het wordt nagestreefd door het welfarisme, leidt tot een hoger welzijn en welvaartsniveau in de samenleving. Er is twijfel of consumptie en inkomen nog als maatstaven voor nut of geluk genomen moeten worden. Sinds de jaren 50 en 60 van de 20 ste eeuw zijn de basisbehoeften van de meeste mensen in westerse landen vervuld. De consumptie draait sindsdien niet meer op basisbehoeften. 11 Geldof geeft 8 Kamerstukken II 2008/09, , nr. 9, p Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p Geldof, 2007, p

8 aan dat we de grens van consumptie naar overconsumptie zijn overschreden in de 21 ste eeuw, en dat meer niet langer automatisch beter is. 12 We werken alsmaar harder om meer te kunnen consumeren. Te midden van de overvloed zet de ratrace onze levenskwaliteit, ons welzijn en onze tevredenheid onder druk. 13 De opkomst van welvaartziekten is een bewijs dat de mogelijkheden die hogere welvaart ons bieden om meer te consumeren, niet automatisch leiden tot een hogere levenskwaliteit of een hoger welzijn. Keynes dacht in 1930 dat er in de toekomst sprake zou zijn van een 15-urige werkweek. 14 Dit is niet uitgekomen omdat de economische groei werd omgezet in inkomen en niet in vrije tijd. Sinds 1930 werken we slechts één vijfde minder, maar zijn we wel 4 tot 5 keer rijker geworden. Robert en Edward Skidelsky sluiten aan bij de gedachte van Keynes in hun boek How Much Is Enough. Ze zijn tegen de obsessie met economische groei en ze meten daarom progressie aan de hand van zeven elementen van het goede leven: respect, zekerheid, autonomie, vriendschap, vrije tijd, gezondheid en harmonie met de natuur. In de westerse wereld zijn de burgers de laatste veertig jaar ook niet gelukkiger geworden, hoewel de mogelijkheden tot consumptie zijn gegroeid. 15 Hiermee geeft Robert Skidelsky aan dat economische groei, die ons in staat stelt om meer te consumeren, ons niet gelukkiger maakt. Binnen deze visie is het onder meer van belang om af te zien van de 8-urige werkdag, waardoor er meer tijd vrij komt voor andere elementen dan inkomen en consumptie. Daarnaast kan de sinds de jaren 70 structureel stijgende werkloosheid worden tegengegaan door het werk te spreiden over de hele bevolking. Vasthouden aan het geluk dat we kennen binnen de consumptiemaatschappij kan mogelijk verklaard worden. Edward Skidelksy zegt dat we zo gewend zijn geworden aan consumptie en inkomen als maatstaf voor geluk dat we ons daardoor geen alternatief meer kunnen voorstellen. 16 Ik sluit in deze scriptie toch aan bij de welfaristische maatstaven consumptie en vrije tijd om welvaart te meten. Enerzijds omdat dit in de economische literatuur standaard is, en anderzijds omdat mensen volgens mij nog steeds nut halen uit extra consumptie. Dit ondanks de negatieve gevolgen die overconsumptie kan hebben, voornamelijk op de gezondheid op de lange termijn, en ondanks de mogelijkheden geschetst door Geldof en de Skidelsky s om juist niet alleen geluk te halen uit consumptie. Inkomsten na belasting of de uitgaven van een individu zijn de maatstaven waaraan welvaart en nut worden gemeten. Belastingheffingen verlagen daardoor in eerste instantie het nut van een individu, maar zijn onmisbaar in de financiering van publieke goederen. Over de vraag met welke belastingen de welvaart gemaximaliseerd kan worden, zegt Jacobs het volgende: Of bepaalde grondslagen dienen te worden belast, hangt uitsluitend af van de vraag of het belasten van die grondslagen leidt tot een hogere maatschappelijke welvaart 12 Geldof,2007, p Geldof, 2007, p Volkskrant, 2013, p Volkskrant, 2013, p Volkskrant, 2013, p. 1. 7

9 in brede zin. Als dat niet zo is, dan dienen die grondslagen niet te worden belast. 17 Hiermee sluit Jacobs aan bij het welfarisme dat stelt dat een belastingsysteem tot welvaartsmaximalisatie moet leiden. Echter het belasten van een activiteit betekent dat een individu netto minder nut kan halen uit deze activiteit. De heffing vormt in het algemeen een prikkel voor een individu om die activiteit te beperken en zich te richten op een activiteit die minder zwaar belast wordt. 18 De prikkel kan dus een gedragsreactie veroorzaken, dit levert normaal een lager nut op omdat een persoon niet meer kiest voor zijn eerste keuze maar kiest voor zijn tweede keuze. Deze lagere nutopbrengst veroorzaakt een lager welvaartsniveau. Daarom is het van belang om te kijken welke belastingen het minst verstorende effect veroorzaken, en daarmee het meest doelmatig zijn. Dit wordt door van Gilst, Nijboer en Caminada als één van de twee doelen gezien van een belasting. Het tweede doel dat ze stellen is om inkomen te herverdelen tussen personen. 19 Ik zal in de volgende paragraaf ingaan op de doelmatigheid, om vervolgens de herverdeling van inkomen uit te werken Doelmatigheid Zoals hierboven al aangegeven zullen heffingen een negatief effect hebben op het nut van een individu. Daarnaast kunnen heffingen gedragsreacties veroorzaken die leiden tot lagere nutopbrengsten. Economen geven daarom de voorkeur aan belastingen die zo weinig mogelijk verstoringen veroorzaken, en dat zijn de belastingen die drukken op activiteiten die het minst gevoelig zijn voor belastingheffing. 20 Belastingheffingen op deze inelastische activiteiten zijn het meest doelmatig, zo stelt de Beer. Het is daarom van belang om de belastingopbrengsten te genereren via heffingen die doelmatig zijn. Bij het beoordelen van de doelmatigheid van de Successiewet moet er gekeken worden naar de gedragseffecten die kunnen optreden bij de schenker of de erflater. Een belangrijker rol is daarbij weggelegd voor de motieven die de schenker of de erflater heeft om zijn vermogen over te dragen. Daarnaast zullen er ook gedragseffecten kunnen optreden bij de verkrijger, wanneer deze vermogen verkrijgt, die van invloed kunnen zijn op de doelmatigheid van de wet Motieven Inleiding De motieven die de schenker of de erflater heeft, beïnvloeden de doelmatigheid van de schenk- en erfbelasting. De heffing van schenk- en erfbelasting heeft op elk motief een 17 Jacobs, 2010, p De Beer, 2007, p Van Gilst Nijboer & Caminada, 2008, p De Beer, 2007, p

10 andere uitwerking als we kijken naar de nutverandering die optreedt na de vermogensverschuiving. De omvang van de verstoring, veroorzaakt door de heffing, verschilt per motief en daardoor verschilt ook de doelmatigheid van de heffing per motief. Er kunnen vier motieven worden onderscheiden achter het nalaten van een erfenis of het doen van een schenking. De motieven zijn het altruïstische motief, beloningsmotief, joy of giving, en de onbedoelde nalatenschap. Om de doelmatigheid van de Successiewet te beoordelen moet er per motief worden bekeken hoe de heffing van schenk- en erfbelasting het nut van zowel de verkrijger als de schenker/erflater beïnvloedt Onbedoelde nalatenschappen In het geval dat er onbedoeld vermogen wordt verschoven kan het alleen gaan over nalatenschappen en niet over schenkingen. Het is namelijk erg moeilijk voor te stellen dat iemand onbedoeld vermogen zal schenken. Er is eigenlijk geen sprake van een motief want de erflater laat onbedoeld vermogen na aan zijn erfgenamen. Jacobs ziet echter een voorzorgmotief achter onbedoelde nalatenschappen, de erflater spaart dan voor later of hij heeft zijn vermogen niet volledig kunnen omzetten in annuïteiten. 21 Doordat de erflater overlijdt voor hij zijn vermogen heeft kunnen gebruiken voor consumptie, zal er een onbedoelde nalatenschap overblijven. Deze onbedoelde nalatenschap zal de erflater geen nut opleveren. Wanneer de erflater onbedoeld vermogen gaat nalaten zal deze zijn gedrag, ongeacht welke heffing er van toepassing is, niet aanpassen. Hierdoor zou er zelfs met een confiscatoire heffing van 100 procent in de Successiewet geen verstoring optreden bij de erflater. 22 De verkrijger kent geen verstoring wanneer de onbedoelde nalatenschap volledig wordt belast, want zijn nut zal op hetzelfde niveau blijven. Doordat er geen verstoringen optreden zou een 100 procent tarief in beginsel optimaal zijn. 23 Naast het feit dat het erg efficiënt is omdat er geen verstoring optreedt, genereert een 100 procent tarief meer inkomsten voor de overheid. Omdat er geen sprake is van een verstoring zal het aantal onbedoelde nalatenschappen gelijk blijven waardoor er met de toepassing van een hoger tarief meer belastinginkomsten gegenereerd worden. Kanttekening moet wel gemaakt worden bij het nut van de verkrijger. Deze ondervindt door het wegbelasten van de onbedoelde nalatenschap geen verstoring maar ook geen nutverhoging. Wanneer we uitgaan van de huidige Successiewet zal de verkrijger altijd een vermogenstoename kennen. Aan deze vermogenstoename zal de verkrijger dan ook nut ontlenen. Een hoger belastingtarief betekent, ongeacht het motief, altijd een lager nut voor de verkrijger omdat hij daardoor netto minder verkrijgt. 21 Jacobs, 2010, p Jacobs, 2010, p. 37; zie ook Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p. 818; Van Gilst, Nijboer & Caminada, 2008, p Van Gilst, Nijboer & Caminada, 2008, p. 7. 9

11 Joy of giving Bij jof of giving gaat het alleen om de schenker/erflater, niet om de verkrijger. Het nut van de schenker of erflater stijgt door het schenken of nalaten van vermogen aan de door hem gekozen verkrijger. 24 De theorie achter het joy of giving motief is dat de schenker of erflater nut ontleent aan het opofferen van zijn vermogen. Zijn nut is daarbij niet afhankelijk van de reactie van de door hem gekozen verkrijger. 25 De nutverandering van de verkrijger heeft geen invloed op het nut van de schenker/erflater. Alleen de omvang van de schenking of erfenis zal invloed hebben op het nut van de schenker/erflater. Bij dit motief zou een heffing van 100 procent niet mogelijk zijn. De schenker/erflater hecht weliswaar geen waarde aan de vermogenstoename van de verkrijger, maar hij kan bij een confiscatoire heffing geen vermogen opofferen ten gunste van de verkrijger. Daardoor zouden schenkingen en nalatenschappen met het joy of giving als motief niet meer voorkomen wanneer er een 100 procent tarief wordt gehanteerd. Een zeer hoog belastingtarief is wel denkbaar omdat de schenker/erflater dan wel vermogen kan opofferen ten gunste van zijn verkrijger. Omdat de schenker/erflater geen waarde hecht aan de nutverandering van de verkrijger zal een hoger tarief geen verstoring veroorzaken. Een hoog belastingtarief is dus ook bij dit motief efficiënt, daar staat wel tegenover dat de verkrijger een kleinere nutstijging zal kennen bij een hoog tarief. Een kanttekening moet hierbij gemaakt worden. Het kan namelijk ook zijn dat de schenker/erflater nut haalt uit de omvang van zijn schenking of nalatenschap na belastingen. 26 Hij hecht dan nog steeds geen waarde aan de nutstoename van de verkrijger, maar hij hecht waarde aan zijn netto opoffering. Daardoor zou hij wel gevoelig zijn voor het belastingtarief en zou er wel sprake zijn van een verstoring Beloningsmotief De schenker/erflater verschuift zijn vermogen om degene die diensten voor hem verricht heeft te belonen. Bijvoorbeeld als de kinderen van de erflater hem op zijn oude dag verzorgd hebben, dan krijgen zij daarvoor een vergoeding in de vorm van een (groter)deel van de nalatenschap. Dit motief staat ook bekend als het strategische motief. 27 Een schenking of erfenis is dan te vergelijken met een arbeidsbeloning en zal daarom ook gelijk belast moeten worden. Dit kan bereikt worden door de heffing over schenkingen en nalatenschappen met een beloningsmotief aan te laten sluiten bij de loonbelasting. Daardoor zou de heffing van schenk- en erfbelasting een kleinere verstoring veroorzaken tussen zorg verleend door een 24 Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p Van Gilst, Nijboer & Caminada, 2008, p Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p

12 dierbare enerzijds en professionele zorg anderzijds. 28 De Beer ziet een positief effect als het verschil tussen de kosten van informele zorg en formele zorg kleiner worden. Want daardoor zou volgens hem de afweging tussen informele en formele zorg uitvallen in het voordeel van formele zorg waardoor successierechten bijdragen aan de substitutie van informele door formele zorg. 29 Dit is alleen aan de orde als het om echte zorgverlening gaat. Bij het beloningsmotief kan het ook gaan om aandacht en tijd die besteed wordt aan de schenker/erflater. In dat geval zie ik minder snel een uitruil van dierbaren naar professionele zorgverleners. De heffing van de schenk- en erfbelasting gelijkstellen aan de loonbelasting kan wel een verstoring veroorzaken. Deze verstoring kan optreden wanneer de schenker/erflater graag informele zorg wil in plaats van formele zorg. Wanneer dierbaren/naasten de zorg niet willen verlenen omdat de netto vergoeding te laag wordt (veroorzaakt door het hogere tarief), dan moet de schenker/erflater kiezen voor zijn tweede keuze. De tweede keuze zal dan zorg van een professional zijn waardoor de schenker/erflater een lagere nutopbrengst zal kennen. In de praktijk verwacht ik niet dat het belastingtarief van de schenk- en erfbelasting de keuze tussen formele en informele zorg sterk zal beïnvloeden. De Beer merkt ook op dat er grote verschillen in kwalitatieve waardering van formele en informele zorg kunnen zijn waardoor de schenker/erflater zijn keuze niet alleen door de kosten laat bepalen. 30 Dit verschil in kwalitatieve waardering acht ik nog groter wanneer het niet gaat om zorgverlening, maar om tijd en aandacht voor de schenker/erflater. Ook de bereidheid van dierbaren om zorg en aandacht te verlenen aan de schenker/erflater zal volgens mij niet primair afhangen van de netto beloning. Daardoor zal er volgens mij ook zelden sprake zijn van een verstoring veroorzaakt door het even zwaar belasten van een beloning, in de vorm van een nalatenschap of schenking, als een arbeidsbeloning Altruïstisch motief Bij het altruïstische motief verschuift de schenker/erflater vermogen om het nut of het welzijn van de verkrijger te verhogen. 31 Hoeveel nut de schenker/erflater ontleent aan deze vermogensverschuiving hangt af van de verkrijger. Als het nut van de verkrijger toeneemt zal ook het nut van de schenker/erflater toenemen. Het belangrijkste verschil met het joy of giving motief is dat een schenker/erflater met een altruïstisch motief wel afhankelijk is van de verkrijger. Een hoger belastingtarief betekent dat zowel de nutstijging van de verkrijger als de schenker/erflater kleiner wordt. Dit komt doordat de verkrijger door een hoog tarief minder vermogen ontvangt en daardoor zal zijn nut minder toenemen. Door de lagere nutstijging van de verkrijger zal ook het nut van de schenker/erflater minder stijgen. Wanneer het nut dat de schenker/erflater ontleent aan een schenking of nalatenschap te 28 De Beer, 2007, p De Beer, P De Beer, 2007, p Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p

13 klein wordt zal deze kiezen voor zijn second best option. De verstoring van de schenk- en erfbelasting kan het gedrag van de schenker/erflater met een altruïstisch motief veranderen. Als de verstoring te groot wordt zal er dus gekozen worden voor de second best option wat leidt tot een lagere welvaart. De lagere welvaart wordt niet alleen veroorzaakt doordat de schenker/erflater zijn nut niet kan optimaliseren maar ook doordat de beoogde verkrijger geen nut zal ontlenen aan de second best option van de schenker/erflater. In dit opzicht zou een subsidie in plaats van een heffing verdedigbaar zijn. Er is dan geen sprake van een verstorende heffing maar juist van een aanmoediging om vermogen te verschuiven. De verkrijger zal met de toepassing van een subsidie, in plaats van een heffing, meer nut ontlenen aan de schenking of nalatenschap omdat zijn verkrijging wordt verhoogd. Daarmee zal ook het nut van de schenker/erflater meer toenemen omdat zijn nut afhankelijk is van het nut van de verkrijger. Een subsidie zal in de praktijk echter negatieve gedragsveranderingen veroorzaken. Het probleem van een subsidie is dat het mensen een mogelijkheid geeft om zo hun gezamenlijke vermogen te vergroten. Dit kunnen ze bereiken door elkaar vermogen te schenken. Belastingbesparing dat normaal een nevenmotief is, krijgt dan een grotere invloed op het gedrag van de schenker. De belangrijkste reden om vermogen te verschuiven zal het verkrijgen van meer vermogen zijn. Daarnaast is de subsidie makkelijker te benutten door de mensen met een groot vermogen. Deze groep heeft in het algemeen meer liquide middelen of kan vermogensbestandsdelen makkelijker omzetten in liquide middelen. Deze middelen kunnen ze vervolgens gebruiken om aan elkaar te schenken Gedragseffecten bij de verkrijger Naast het positieve inkomenseffect kan een schenking of nalatenschap verschillende effecten hebben op het gedrag van de verkrijger. Zo zal het arbeidsaanbod van de verkrijger doordat deze vermogen verkrijgt, op zijn hoogst gelijk blijven, maar waarschijnlijk dalen. 32 Een lager arbeidsaanbod leidt tot minder arbeid en lagere belastingopbrengsten. De daling van het arbeidsaanbod is daarmee een negatief extern effect van schenkingen en erfenissen. Daar staat het argument tegenover dat schenkingen en erfenissen juist investeringen mogelijk maken. Dit is een positief extern effect van schenkingen en erfenissen omdat investeringen leiden tot hogere inkomens en daarmee tot hogere inkomens- en consumptie belastingopbrengsten. 33 Daarnaast kan er een complicatie optreden als de verkrijger waarde hecht aan het nut van de schenker/erflater. De verkrijger ontleent in eerste instantie nut aan zijn verkrijging, maar tegelijkertijd verliest de schenker/erflater vermogen. Als de verkrijger waarde hecht aan de vermogenspositie van de schenker/erflater zal zijn nutstijging daardoor negatief beïnvloed worden. 34 Dit kan alleen optreden als er bedoeld vermogen wordt verschoven. Dan heeft de 32 Van Gilst, Nijboer & Caminada, 2008, p Kaplow, 2000, p Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p

14 erflater namelijk gespaard en dus minder geconsumeerd om een deel van zijn vermogen na te laten. Een erflater die onbedoeld vermogen nalaat heeft geen motief om te sparen voor zijn nalatenschap, en zijn consumptieve uitgaven zullen daardoor niet afnemen. Het nut en de vermogenspositie van de erflater zijn dan niet beïnvloed door de nalatenschap die hij uiteindelijk onbedoeld nalaat. Daardoor kan er bij de verkrijger geen negatief effect optreden. Bij bedoelde schenkingen en nalatenschappen zou dit negatieve effect wel kunnen optreden Herverdeling van inkomen Inleiding Herverdeling van inkomen komt naar voren als welfaristisch maar ook als niet-welfaristisch motief. De niet-welfaristische motieven komen pas aan bod in paragraaf 2.3, ik zal eerst kijken naar herverdeling van inkomen zoals het naar voren komt binnen het welfarisme. Daarbij sluit ik aan bij Jacobs visie op het optimale belastingstelsel. Daarin stelt hij dat herverdeling van inkomen alleen tot een hogere welvaart leidt als er grotere welvaartsgewichten worden toegekend aan individuen met een lagere welvaart. 35 Als hieraan niet wordt voldaan is er volgens hem geen welfaristisch motief om met een belastingheffing herverdeling tot stand te brengen of te stimuleren. Het toekennen van een groter welvaartsgewicht aan personen met een lagere welvaart komt overeen met de aanname dat nut toeneemt, maar toeneemt met afnemende mate. Dat betekent dat een rijk persoon minder nut haalt uit één extra verdiende euro dan een minder rijk persoon zou halen uit één extra euro. In het geval van een heffing betekent dit dat een rijk persoon minder nut verliest, wanneer zijn laatst verdiende euro wordt belast, dan een minder rijk persoon. 36 Binnen het welfarisme zal, uitgaande van deze afnemende nutstoename, herverdeling van inkomen van rijk naar arm leiden tot een hoger nutsniveau binnen de samenleving. De uitruil zorgt weliswaar voor een afname van het nut bij de hogere inkomens, maar de nutstijging die optreedt bij lagere inkomens door de herverdeling zal groter zijn. Door inkomen te herverdelen neemt daardoor de welvaart van de hele samenleving toe. Het progressieve tarief in de Successiewet kan bijdragen aan de herverdeling van inkomen. Een progressief tarief verkleint de inkomensongelijkheid doordat de verkrijgers van een groot vermogen absoluut, en relatief meer belasting afdragen dan verkrijgers van een klein vermogen. Een progressief tarief sluit ook aan bij de gedachte van het evenredige genotsoffer. Volgens deze gedachte moet iedereen een gelijk nutsoffer brengen. Omdat de hogere inkomens minder nut verliezen, wanneer er één euro wordt belast, dan mensen met een laag inkomen, moeten de hogere inkomens relatief zwaarder belast worden om een gelijk nutsoffer te brengen. 35 Jacobs, 2010, p De Kam e.a. 2010, p

15 Verstorend effect van herverdeling van inkomen Herverdeling van inkomen is daarmee nog geen economisch motief om te heffen over nalatenschappen. Herverdeling van inkomen kan namelijk ook via andere heffingen worden bereikt. Kaplow geeft de voorkeur aan directe herverdeling via de inkomstenbelasting. 37 Als de inkomstenbelasting optimaal werkt is herverdeling via andere heffingen volgens hem niet meer nodig. Indirecte herverdeling, bijvoorbeeld via de schenk- en erfbelasting, veroorzaakt dan alleen een verstoring op de keuze van mensen. Ik volg de visie van Jacobs, die stelt dat aanvullingen op de arbeidsbelasting gewenst zijn als er daardoor meer inkomen kan worden herverdeeld dan via belasting op arbeidsinkomen alleen. 38 Schenk- en erfbelasting zouden de inkomensherverdeling kunnen aanvullen, daarvoor moet herverdeling van inkomen via de schenk- en erfbelasting wel doelmatig zijn. Om de doelmatigheid te beoordelen vergelijk ik het verstorende effect van herverdeling via de schenk- en erfbelasting met de verstoring via de belastingen op arbeid. Beide belastingheffingen hanteren al een progressief tarief, ik zal daarom kijken welke verstoring er zou optreden als de tarieven worden verhoogd. Hogere belastingen op arbeid zullen leiden tot een lagere bereidheid om extra te werken. Zo berekent Jacobs dat elke extra euro voor herverdeling, een welvaartsverlies oplevert van 50 cent. 39 Dit wordt mede veroorzaakt door sterke gedragsreacties op hoge belastingen. Zo ontmoedigen hoge belastingen mensen om meer te werken omdat elke extra verdiende euro zwaar wordt belast. Daardoor zou er eerder gekozen worden voor bijvoorbeeld meer vrije tijd, wat leidt tot welvaartsverlies. Het welvaartsverlies ontstaat doordat er gekozen wordt voor de second best option in plaats van de eerste keuze. Daarnaast heeft een lagere arbeidsparticipatie ook een negatief effect op de belastingontvangsten van de overheid. 40 Niet alleen de belastingen op arbeid zullen afnemen maar een lagere arbeidsparticipatie leidt ook tot minder inkomen, wat kan leiden tot lagere consumptie. Door lagere consumptie zullen de Btw-opbrengsten afnemen. Er is dus een tegenstrijdigheid wanneer het gaat over vrije tijd. Aan de ene kant wordt het nut van een individu gemeten aan de hand van consumptie en vrije tijd. Een toename van vrije tijd kan het nut van een individu, en dus ook het nut van de samenleving verhogen omdat het nut van de samenleving wordt bepaald door de som van het nut van alle individuen in de samenleving. Tegelijkertijd leidt lagere arbeidsparticipatie tot welvaartsverlies. Het welvaartsverlies treedt op doordat de economie op een lager tempo gaat draaien en Jacobs stelt, bij de berekening van de marginale kosten van herverdeling, al rekening te hebben gehouden met de gestegen waarde van vrije tijd. 41 Het welvaartsverlies 37 Kaplow, 2000, p Jacobs, 2010, p Jacobs, 2008, p Van Gilst, Nijboer & Caminada, 2008, p Jacobs, 2008, p

16 dat voorkomt uit lagere arbeidsparticipatie moet daardoor dus veel groter zijn dan de nutstijging die voorkomt uit de toename van vrije tijd. Hogere belastingen op schenkingen en erfenissen zullen waarschijnlijk leiden tot minder vermogensverschuivingen of vermogensverschuivingen met een kleinere omvang. Mensen zullen daardoor vaker kiezen voor hun second best option, wat een lager nut oplevert. De second best option zou bijvoorbeeld kunnen betekenen dat mensen meer gaan consumeren in plaats van sparen voor een nalatenschap of schenking. De keuze om meer te consumeren heeft een voordeel ten opzichte van de keuze voor meer vrije tijd. Waar lagere arbeidsparticipatie (dus meer vrije tijd) een negatief effect heeft op de belastinginkomsten, zal hogere consumptie juist leiden tot een stijging van de Btw-inkomsten. De verstoring leidt, in tegenstelling tot de verstoring veroorzaakt door de belasting op arbeid, niet automatisch tot een lagere bereidheid om te werken. Het is wel mogelijk dat hogere schenkbelastingen en successierechten leiden tot lagere arbeidsparticipatie bij mensen. Dit kan voorkomen bij mensen die werken om zo vermogen op te bouwen voor een schenking of nalatenschap. Wanneer de verstoring van de schenken erfbelasting te groot wordt zullen ze niet meer kiezen voor het opbouwen van vermogen voor een toekomstige schenking of nalatenschap. Daardoor zouden ze met minder arbeid hun consumptie op peil kunnen houden, maar niet langer vermogen opbouwen voor schenkingen of hun nalatenschap. In dat geval is het negatieve effect van de verstoring van de erf- en schenkbelasting net zo groot als de verstoring van de heffing op arbeid Verstoring per motief Er zal ook een groep mensen zijn die niet van plan is om te werken of te sparen voor een nalatenschap of schenking. Bij deze groep zal er dan ook geen gedragsverandering optreden wanneer de tarieven worden verhoogd. Ook bij mensen die uiteindelijk onbedoeld nalaten zullen er geen gedragsveranderingen optreden en hun nut zal ook onveranderd blijven ongeacht het belastingtarief. Bij de drie andere motieven zou er wel sprake kunnen zijn van een verstoring. Mensen die vermogen willen nalaten of schenken met joy of giving als motief zouden wel beïnvloed kunnen worden door hogere tarieven. De verstoring treedt alleen op als de schenker/erflater nut ontleent aan zijn netto opoffering. Wanneer de schenker/erflater nut haalt uit zijn bruto opoffering zal het belastingtarief nooit van invloed zijn op zijn gedrag. Ook bij het strategisch motief kan er een verstoring optreden. Daarvoor zou de schenker/erflater meer waarde moeten hechten aan zorg geleverd door dierbaren dan door professionele zorgverleners. De schenker/erflater verliest nut als de dierbaren, door de hogere belastingtarieven, niet langer de zorg willen verlenen omdat ze na belastingen te weinig vermogen verkrijgen voor hun werkzaamheden. Een eventuele verschuiving van zorg door dierbaren naar professionals levert echter geen negatief effect op als de erflater geen voorkeur heeft. Er is dan wel sprake van een gedragsverandering 15

17 want er zal geen vermogen worden nagelaten met het beloningsmotief, maar het vermogen van de erflater zal gebruikt worden om de professionele zorg mee te financieren. Alleen bij het altruïsme zal er altijd een verstoring optreden. Een hoger tarief zal het nut van zowel de verkrijger als de schenker/erflater verlagen, waardoor de schenker/erflater kan afzien van een vermogensverschuiving. Omdat er niet bij elk motief sprake is van een verstoring en omdat de verstoring niet in alle gevallen leidt tot een lager bereidheid om te werken, lijkt herverdeling doelmatiger via de schenk- en erfbelasting dan via de belasting op arbeid. De vrijstellingen in de Successiewet kunnen de herverdeling van inkomen tegenwerken. Het probleem van de vrijstellingen ligt in de mogelijkheden die het vooral aan de meer vermogende mensen biedt om hun belastingdruk te verlagen. Door jaarlijks te schenken kan er optimaal gebruik worden gemaakt van de vrijstellingen van artikel 33 SW. Artikel 33 SW bevat onder meer een jaarlijkse vrijstelling van voor schenkingen aan kinderen. Deze vrijstelling kan eenmalig worden verhoogd tot of zelfs tot Hierdoor kan de uiteindelijke nalatenschap worden verkleind en dit leidt tot een lagere belastingdruk. Het blijkt dat de middenklasse veel minder mogelijkheden heeft om de vrijstellingen te benutten, daardoor lijken de vrijstellingen vooral voordeel op te leveren voor de rijken. 42 De mogelijkheden van de middenklasse worden beperkt doordat het grootste gedeelte van hun vermogen bestaat uit de eigen woning. Dit vermogen kunnen ze niet makkelijk overdragen tijdens leven. Herverdeling van inkomen is vanuit welfaristisch oogpunt doelmatiger via de schenk- en erfbelasting dan via de belasting op arbeid. Daardoor kan de heffing van successierechten een aanvulling op de herverdeling via belasting op arbeid vormen. Maar eventuele hogere opbrengsten als gevolg van een hoger tarief van schenk- en erfbelasting kunnen ook gebruikt worden om budgettaire ruimte te creëren. De extra opbrengsten zouden dan gebruikt kunnen worden om de tarieven van meer verstorende heffingen te verlagen, waardoor deze minder verstorend werken Niet-welfaristische motieven Herverdeling als niet-welfaristisch motief Naast de welfaristische motieven die zich richten op het maximale welvaartsniveau, zijn er ook niet-welfaristische motieven die pleiten voor heffing van successierechten. Deze nietwelfaristische motieven zijn niet direct gekoppeld aan het nut van de samenleving of het individu zoals dat bij de welfaristische motieven het geval is. Herverdeling van inkomen is naast een welfaristich motief ook een niet-welfaristisch motief om successierechten te 42 Boadway, Chamberlain & Emmerson, 2010, p Jacobs, 2010, p

18 heffen. Daarbij gaat het binnen het niet-welfarisme over een gelijkere verdeling van vermogen, omdat vermogen status, macht en zekerheden zouden opleveren. Deze nietwelfaristische argumenten worden echter door Jacobs als wankel omschreven. 44 Herverdeling van inkomen via de Successiewet kan ook gerechtvaardigd worden door andere niet-welfaristische motieven. Zo kan herverdeling van inkomen worden gerechtvaardigd op basis van het universalistische principe. Dit principe gaat ervan uit dat een rechtvaardige samenleving tot stand komt als er wordt voldaan aan twee criteria. Ten eerste moet iedereen beginnen met gelijke kansen, en ten tweede mogen er later alleen verschillen ontstaan veroorzaakt door eigen keuzes. 45 In het licht van het universalistische beginsel zouden erfenissen een onverdiende bron van inkomsten vormen. Iedereen moet namelijk met een gelijk kapitaal beginnen en latere verschillen tussen mensen moeten voortkomen uit eigen keuzes. Deze eigen keuzes zijn bijvoorbeeld verschillende mate van opoffering of prestaties. 46 Enige uitzondering zou een erfenis zijn die de verkrijger ontvangt voor prestaties die door hem verricht zijn. Alle vermogensverschuivingen met een andere reden zouden, omdat ze onverdiend zijn, zwaar belast mogen worden. 47 Alstott grijpt het gelijkheid-van-kansen-beginsel aan om elk individu gelijke startkansen te bieden. De gelijke start kan volgens haar door leveling-up en leveling-down bereikt worden. 48 Leveling-down betekent dat er geen private schenkingen en erfenissen meer mogen bestaan. Dit wordt bereikt door een heffing met een tarief van 100% te hanteren voor erfenissen en schenkingen. Met de opbrengsten kan vervolgens de leveling-up gefinancierd worden. Bij leveling-up gaat het om een soort publieke nalatenschap, waardoor iedereen evenveel ontvangt. Het zwaarder belasten van erfenissen en schenkingen heeft, naast het brengen van gelijke startkansen, ook voordelen voor het verminderen van de ongelijkheid tussen generaties en de sociale ongelijkheid. Bij ongelijkheid tussen generaties spreekt De Beer over voordelen die kinderen van rijke ouders hebben. Deze zouden een in financieel opzicht onbezorgde jeugd kennen en daarnaast het voordeel hebben van goede huisvesting, goede opleiding en een sociaal netwerk dat later van waarde kan zijn. 49 Erfenissen en schenkingen zouden de ongelijkheid alleen maar vergroten. Ditzelfde is het geval bij de sociale ongelijkheid, deze wordt ook vergroot door met name erfenissen. De gemiddelde leeftijd van iemand die van de langstlevende ouder erft is namelijk 55 jaar. 50 Op die leeftijd dalen de kosten van het levensonderhoud en wordt de top van het inkomen bereikt. Het vermogen dat verschuift via een nalatenschap komt dus vaak uit bij de groep die het vermogen het minst nodig heeft. Daardoor neemt de sociale ongelijkheid toe. Naast al de boven genoemde voordelen van een hoge successierechten heeft een hoog tarief nog 44 Jacobs, 2010, p De Beer, 2007, p De Beer, 2007, p De Beer, 2007, p Alstott, 2007, p De Beer, 2007, p De Beer, 2007, p

19 een voordeel, het werkt namelijk nivellerend. Omdat de vermogensongelijkheid groter is dan de inkomensongelijkheid zal volgens De Beer zelfs een proportionele heffing van successierechten een sterk nivellerend effect hebben. Piketty en Zucman stellen dat in de 8 economisch meest ontwikkelde landen de gemiddelde ratio vermogen: inkomen de afgelopen 40 jaar is gestegen van 2:1 tot maximaal 6:1. 51 Daarbij stellen ze dat daardoor de vermogensongelijkheid, en potentieel ook de ongelijkheid van vermogen verkregen krachtens erfrecht, een grotere rol gaan spelen in de gehele samenstelling van ongelijkheid in de 21 ste eeuw. 52 Dit zou de noodzaak om kapitaal en erfrechtelijke verkrijgingen progressief te belasten versterken. Daarbij geeft Cowen aan dat er veel weerstand te verwachten is tegen het (zwaarder) belasten van vermogen omdat er vaak al inkomstenbelasting of andere belastingen zijn geheven. 53 Echter bij erfrechtelijke verkrijgingen is er sprake van nieuw inkomen voor de verkrijger en is het verdedigbaar om dit inkomen te belasten. Daarnaast stelt De Beer dat hoge successierechten het voordeel hebben boven hoge inkomstenbelasting, omdat er bij de heffing van successierechten niemand inkomen hoeft in te leveren. 54 Ik ga ervan uit dat dit voordeel ook bestaat ten opzichte van het zwaarder belasten van vermogen. Volledig in overeenstemming met het zogenoemde Mattheusprincipe blijken de grootste erfenissen vaak te worden verkregen door welgestelde mensen. 55 Het Mattheusprincipe, of het Mattheuseffect stelt dat de rijken steeds rijker worden en de armen steeds armer. Door erfenissen zwaarder te belasten kan het Mattheuseffect worden beperkt. Wanneer er hoge schenk- en erfbelastingen worden gehanteerd zullen er gedragsveranderingen te verwachten zijn. Zowel het universalistische principe als het gelijkheid-van-kansen-beginsel gaan uit van een hoog belastingtarief wat zal leiden tot verstoringen. Zo zullen mensen bij een 100% tarief kiezen om hun vermogen zelf te consumeren of over te dragen aan goede doelen. 56 Daardoor zal enerzijds de opbrengst van de Successiewet afnemen, anderzijds wordt wel het doel, om private erfenissen en schenkingen op te heffen, daarmee alsnog bereikt. 57 Naast de gedragsveranderingen staat ook een belangrijk principe recht tegenover het universalistische principe en het gelijkheid-van-kansen-beginsel. Dit principe, het particularistische principe, stelt dat het juist een plicht is om je naasten en daarbij de kinderen in het bijzonder verzorgd achter te laten. 58 Vanuit deze optiek zou een hoge heffing op erfenissen dus een bestraffing zijn van een moreel juiste handeling. 51 Piketty & Zucman, 2013, p Piketty & Zucman, 2013, p Cowen, De Beer, 2007, p De Beer, 2007, p Ervan uitgaande dat hetgeen wordt verkregen door goede doelen vrijgesteld blijft van schenk- en erfbelasting. 57 Alstott, 2007, p De Beer, 2007, p

20 2.3.2 Financieren van de vergrijzing Een ander niet-welfaristisch motief dat pleit voor een heffing over nalatenschappen is de bijdrage die een erfbelasting kan leveren om de vergrijzing te financieren. Ten eerste is de Successiewet nu al onmisbaar in het Nederlandse belastingstelsel om budgettaire redenen. 59 Dit ondanks de lage opbrengst in vergelijking met andere belastingen. De totale opbrengsten van de Successiewet in 2011 bedroegen slechts 1,6 miljard, dat overeenkomt met nog geen 0,7% van de totale inkomsten van de centrale overheid. 60 In de huidige vorm zullen de opbrengsten echter gaan stijgen naarmate de vergrijzing toeneemt. Redenen hiervoor schetst Van Denderen in zijn stuk over de kostendekkende werking van de Successiewet aangaande de vergrijzing. 61 Belangrijkste reden van de stijgende opbrengst is dat er een steeds grotere groep ouderen is, en dat deze vaker geen kinderen heeft. Een grotere groep ouderen zorgt automatisch voor een toename van nalatenschappen. En omdat deze groep steeds vaker geen kinderen heeft zullen meer nalatenschappen zwaarder belast worden. Daarnaast geeft Van Denderen aan dat ook de erfenissen zullen groeien in omvang omdat de vermogensopbouw groeit. Doordat de opbrengsten van de Successiewet positief reageren op de toenemende vergrijzing, kan de vergrijzing zichzelf deels financieren. Tegenover de redenering van Van Denderen staan een viertal argumenten van het CPB. Het CPB geeft in zijn vergrijzingsstudies aan dat de opbrengsten van de Successiewet niet zullen stijgen, maar slechts zullen meegroeien met het bruto binnenlands product. 62 De eerste reden daarvoor is dat een groter deel van het vermogen van ouderen tegenwoordig ondergebracht is bij pensioenfondsen. Hierdoor zouden de erfenissen juist kleiner van omvang worden. Het tweede argument is dat door de stijgende levensverwachting ouderen meer van hun vermogen zullen consumeren. Ten derde zouden echtparen zonder kinderen minder vaak een voorkeur hebben om vermogen na te laten. En als laatste argument wordt aangevoerd dat wanneer de successierechten wel zouden stijgen dit, volgens het CPB, nog geen voordeel zal opleveren. De stijging van successierechten zullen namelijk tegelijkertijd een evenredige vermindering van de consumptie veroorzaken. Daardoor dalen de opbrengsten van met name de Btw en de Vpb. Wel zullen de opbrengsten van successierechten stijgen met 0,2% BBP als er rekening wordt gehouden met demografische veranderingen. Zowel van Denderen als het CPB gaan dus uit van stijgende opbrengsten van successierechten. Zowel bij de argumenten van zowel het CPB als van Van Denderen kunnen er kanttekeningen gemaakt worden. De cijfers over de grotere vermogensopbouw die van Denderen in 2006 aanvoerde zullen na de economische crisis waarschijnlijk niet meer accuraat zijn. Door nieuwe wetgeving, omtrent de meestijgende AOW- en pensioenrichtleeftijd, zal het negatieve effect van de stijgende levensverwachting op de omvang van nalatenschappen 59 Kamerstukken II 2008/09, , nr. 3, p Inkomsten 2011, 61 van Denderen, 2006, p Centraal Planbureau, 2006, p

21 worden verkleind. 63 Door de stijgende AOW- en pensioenrichtleeftijd zullen mensen namelijk gestimuleerd/ gedwongen worden om langer door te werken. Uit een studie van het CPB blijkt ook dat langer leven in gezondheid kan leiden tot meer actieven jaren, waardoor het inkomen stijgt. 64 Daarnaast zullen de vrije besparingen voor de oude dag toenemen wanneer de AOW- en pensioenrichtleeftijd wordt verhoogd. 65 Het feit dat een groter deel van het vermogen bij pensioenfondsen is ondergebracht kan tot gevolg hebben dat mensen minder snel hun eigen vermogen hoeven aan te spreken voor consumptie. Daar staat tegenover dat er bij een eventuele toekomstige pensioencrisis wel van wordt uitgegaan dat het eigen vermogen wordt aangesproken. Daarbij gaat het vooral om de overwaarde van de eigen woning die gebruikt moet worden om de inkomsten van gepensioneerden aan te vullen. 66 Dit heeft als gevolg dat een groter deel van het eigen vermogen wordt geconsumeerd en de nalatenschap daardoor zal krimpen. Of mensen zonder kinderen daadwerkelijk minder vaak een voorkeur hebben om vermogen na te laten zal ik in de volgende hoofdstukken van deze scriptie zelf onderzoeken. Ook het laatste argument van het CPB dat stijgende successierechten ten koste gaan van Btw- en Vpb-opbrengsten kan deels worden weerlegd. Wanneer het belastingtarief van de erfbelasting verhoogd zou worden waardoor nalatenschappen zwaarder dan consumptie belast worden, zou er geen sprake zijn van evenredige afname van Btw-opbrengsten door stijgende successierechten. Wanneer er meer vermogen wordt nagelaten zal dit namelijk leiden tot een stijging van successierechten die groter is dan de gederfde Btw-opbrengsten. Het grootste voordeel is vooral te halen bij de groep zeer vermogende mensen. Deze groep consumeert het grootste deel van hun vermogen niet, maar gebruikt dit alleen om het generatie op generatie door te geven. Deze groep zal door hogere successierechten waarschijnlijk niet minder gaan consumeren, waardoor er geen Btw- en Vpb-opbrengst verloren gaat. Daarnaast kan een erfenis ook bestaan uit kunst of onroerend goed, dit vermogen valt nooit onder een consumptiebelasting. 67 Hogere successierechten gaan dan ook niet ten koste van Btw- en Vpb-opbrengsten. De stijging van het aantal sterfgevallen, in 2040 zullen er 58% meer sterfgevallen zijn dan in 2006, en de daarmee samenhangende toename van het aantal erflaters, moet een serieuze verhoging van successierechten kunnen opleveren. 68 Vooral deze toename van het aantal erflaters moet het mogelijk maken om via de Successiewet een groter deel van de toekomstige vergrijzingskosten te financieren. Maar op basis van de gegevens van het CPB lijkt het slechts mogelijk om een klein deel van de kosten op te vangen met extra successierechten voortkomend uit de vergrijzing van de bevolking. 63 Centraal Planbureau, 2011, p. 4 & Centraal Planbureau, 2010, p Centraal Planbureau, 2010, p Eichholtz, Koedijk & de Roon, De Beer, 2007, p Van Denderen, 2006, p

Welfaristische motieven om te heffen van nalatenschap en schenkingen

Welfaristische motieven om te heffen van nalatenschap en schenkingen Welfaristische motieven om te heffen van nalatenschap en schenkingen Naam : J.C.F. Timmermans ANR-nummer : 782320 Studierichting Begeleider : Fiscale economie : Prof. Mr. I.J.F.A. van Vijfeijken Inhoudsopgave

Nadere informatie

Economische motieven krachtiger dan het draagkrachtbeginsel?

Economische motieven krachtiger dan het draagkrachtbeginsel? Masterthesis- Fiscale Economie Economische motieven krachtiger dan het draagkrachtbeginsel? De heffing over nalatenschappen en schenkingen vanuit economisch oogpunt. Naam : R.W.J.M. (Reamon) Kortooms Administratienummer

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie I

Eindexamen vwo economie I Opgave 1 1 maximumscore 1 Uit het antwoord moet blijken dat de hoogte van de arbeidsinkomensquote 0,7 / 70% is. 2 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat als b 1 daalt, het inkomen na belastingheffing

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015-2016 34 302 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2016) T BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIEN Aan de Voorzitter

Nadere informatie

1. Inleiding. 2. Uitgangspunt

1. Inleiding. 2. Uitgangspunt 1. Inleiding In het geval u overweegt een vakantiewoning aan te kopen gelegen in Parc Les Etoiles wilt u wellicht meer weten over de mogelijke gevolgen voor de belastingheffing met betrekking tot de aankoop

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 32 140 Herziening Belastingstelsel Nr. 27 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Bijlage 1: bouwstenennotitie schenk- en erfbelasting

Bijlage 1: bouwstenennotitie schenk- en erfbelasting Bijlage 1: bouwstenennotitie schenk- en erfbelasting 1. Inleiding bouwstenen voor schenk- en erfbelasting Tijdens de behandeling van het Belastingplan 2014 zijn in zowel de Tweede als de Eerste Kamer diverse

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-I

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 q v = 200 1,25 + 450 = 200 q a

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting door een scholier 1286 woorden 9 januari 2013 6,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 Personele inkomensverdeling

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2004-I

Eindexamen economie 1-2 vwo 2004-I 4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juiste berekening

Nadere informatie

Netto toegevoegde waarde: loon + huur + rente + winst Bruto toegevoegde waarde: waarde van verkopen waarde van productiebenodigdheden

Netto toegevoegde waarde: loon + huur + rente + winst Bruto toegevoegde waarde: waarde van verkopen waarde van productiebenodigdheden Paragraaf 1 Nationaal inkomen en welvaart Economie samenvatting H8 Om de welvaart in een land te meten gebruik je het bbp (bruto binnenlands product). Dat is de omvang van de totale productie in het hele

Nadere informatie

Schenkings- en successierecht

Schenkings- en successierecht Page 1 of 5 Netwerk Notarissen Centrale Organisatie Lt. Gen. Van Heutszlaan 8 3743 JN Baarn T: (035) 577 27 07 F: (035) 695 28 95 E: info@nnco.nl Schenkings- en successierecht Inhoudsopgave: Schenkingsrecht

Nadere informatie

VOORBEELD. Voorbeeld: Als de nalatenschap 100 bedraagt en er naast de langstlevende partner drie kinderen zijn, erft

VOORBEELD. Voorbeeld: Als de nalatenschap 100 bedraagt en er naast de langstlevende partner drie kinderen zijn, erft Geachte heer Test, U hebt aangegeven momenteel geen testament te hebben. Het antwoord op de vraag of u wel een testament nodig hebt, is van veel factoren afhankelijk. Een belangrijke factor is de hoogte

Nadere informatie

De heer P. Groothuizen. Datum: 02 januari 2015 Samengesteld door: Anneke Janssen

De heer P. Groothuizen. Datum: 02 januari 2015 Samengesteld door: Anneke Janssen De heer P. Groothuizen Datum: 02 januari 2015 Samengesteld door: Anneke Janssen Geachte heer P. Groothuizen, U hebt aangegeven momenteel geen testament te hebben. Het antwoord op de vraag of u wel een

Nadere informatie

Alternatief belastingstelsel voor Curaҫao

Alternatief belastingstelsel voor Curaҫao Governance 3.0 Think Tank Dr. Miguel Goede Mr. Shulaika Paassen Delsol Think Tank Governance 3.0 Alternatief belastingstelsel voor Curaҫao Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Uitgangspunten en criteria...

Nadere informatie

Bijlage 2: gevolgen verhoging energiebelasting op aardgas in de eerste schijf met 25%

Bijlage 2: gevolgen verhoging energiebelasting op aardgas in de eerste schijf met 25% Bijlage 2: gevolgen verhoging energiebelasting op aardgas in de eerste schijf met 25% Inleiding Deze bijlage bevat de effecten van een mogelijke verhoging van de energiebelasting (EB) op aardgas in de

Nadere informatie

Wat nu met de (gewijzigde) erfbelasting?

Wat nu met de (gewijzigde) erfbelasting? Men sprak dan van drempelvrijstellingen. Zo kwam de vrijstelling van kinderen onder de oude wet helemaal te vervallen als er per kind meer werd verkregen dan 27.309,-. Het totaal verkregen bedrag werd

Nadere informatie

solidariteit van jong met oud, of ook omgekeerd?

solidariteit van jong met oud, of ook omgekeerd? Bijdrage prof. dr. Kees Goudswaard / 49 Financiering van de AOW: solidariteit van jong met oud, of ook omgekeerd? Deze vraag staat centraal in de bij drage van bijzonder hoogleraar Sociale zekerheid prof.

Nadere informatie

BELASTING OP ARBEID VS BELASTING OP VERMOGEN

BELASTING OP ARBEID VS BELASTING OP VERMOGEN BELASTING OP ARBEID VS BELASTING OP VERMOGEN BACHELORSCRIPTIE FISCALE ECONOMIE NAAM: ROSANNA SCHAKEL STUDENTNUMMER: 10993533 EMAIL: ROSANNASCHAKEL@GMAIL.COM BEGELEIDER: van HUIJSTEE Verklaring eigen werk

Nadere informatie

03-05-2016. Onbezorgd ouder worden. Ouder worden en zorg. Deel I Ouder worden en zorg. Wat is het probleem? Eigen bijdrage zorgkosten. Wanneer?

03-05-2016. Onbezorgd ouder worden. Ouder worden en zorg. Deel I Ouder worden en zorg. Wat is het probleem? Eigen bijdrage zorgkosten. Wanneer? Onbezorgd ouder worden Deel I Ouder worden en zorg Ouder worden en zorg Wat is het probleem? Eigen bijdrage zorgkosten Wanneer? U woont in een zorginstelling; U heeft een volledig pakket thuis of modulair

Nadere informatie

Belasting met beleid. Redactie: C.L.J. Caminada A. M. Haberham J.H. Hoogteijling H. Vording

Belasting met beleid. Redactie: C.L.J. Caminada A. M. Haberham J.H. Hoogteijling H. Vording Belasting met beleid Redactie: C.L.J. Caminada A. M. Haberham J.H. Hoogteijling H. Vording 21 De belaste dood: belastingheffing op erfenissen P.T. de Beer * Successierechten zijn een weinig geliefde vorm

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door M. 1189 woorden 16 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Economie, hoofdstuk 4 Loon/winst: zijn vormen van inkomen. Hierover betaal je belastingen

Nadere informatie

Het labyrint van rechtvaardigingsgronden inzake de schenk- en erfbelasting

Het labyrint van rechtvaardigingsgronden inzake de schenk- en erfbelasting Tilburg School of Economics and Management Masterscriptie Het labyrint van rechtvaardigingsgronden inzake de schenk- en erfbelasting Naam : J.J.C.E. Boere Administratienummer : 809253 Studierichting :

Nadere informatie

Slim Schenken en nalaten

Slim Schenken en nalaten Slim Schenken en nalaten U wilt geld schenken aan bijvoorbeeld uw kind, kleinkind, een willekeurig persoon of een goed doel. Op die manier kunt u hen financieel ondersteunen. Afhankelijk van aan wie u

Nadere informatie

CPB Notitie 16 augustus Houdbaarheidsberekeningen. Uitgevoerd op verzoek van Flip de Kam

CPB Notitie 16 augustus Houdbaarheidsberekeningen. Uitgevoerd op verzoek van Flip de Kam CPB Notitie 16 augustus 2013 Houdbaarheidsberekeningen Uitgevoerd op verzoek van Flip de Kam. CPB Notitie Aan: Flip de Kam Centraal Planbureau Van Stolkweg 14 Postbus 80510 2508 GM Den Haag T (070)3383

Nadere informatie

Den Haag, 9 oktober 2015. Welkom bij de workshop

Den Haag, 9 oktober 2015. Welkom bij de workshop Den Haag, 9 oktober 2015 Welkom bij de workshop Programma en even voorstellen 1. Financieel Fit 2. Voorgestelde wijziging Box 3 Prinsjesdag 2015 3. Overdracht bij overlijden 4. Overdracht door schenken

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 600 bezoekers (2.800 2.200) 2 maximumscore

Nadere informatie

Belastingadviesbureau Groenemans WELKOM. Henk Groenemans CB RB Msc. Register Belastingadviseur

Belastingadviesbureau Groenemans WELKOM. Henk Groenemans CB RB Msc. Register Belastingadviseur Belastingadviesbureau Groenemans WELKOM Henk Groenemans CB RB Msc. Register Belastingadviseur Koren 16 a 0492-841336 5731 LC Mierlo u 06-24243155 Nederland fiscad@onsmail.nl Vliegert Mierlo, 15 november

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie pilot 2013-I

Eindexamen vwo economie pilot 2013-I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 maximale winst als MO

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting Nr. 482 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan

Nadere informatie

Verschuiving van lasten op arbeid naar btw is beste scenario

Verschuiving van lasten op arbeid naar btw is beste scenario De Standaard 13 november 2013 Opinies Verschuiving van lasten op arbeid naar btw is beste scenario 1. 15.000 jobs, gratis en voor niks Dat de relancediscussie nu nog niet beslecht is, Gert Peersman en

Nadere informatie

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten CPB Notitie Datum : 7 april 2004 Aan : Projectdirectie Administratieve Lasten Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten 1 Inleiding Het kabinet heeft in het regeerakkoord het

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 altijd toekennen Bij een lagere prijs

Nadere informatie

Grootverdiener zwaarder belast

Grootverdiener zwaarder belast 4 september 2009 Grootverdiener zwaarder belast AMSTERDAM - De PvdA zint op de terugkeer van een toptarief van 60 procent in de inkomstenbelasting. Het toptarief is nu 52 procent. Acht jaar geleden was

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari keer beoordeeld. Hoofdstuk 4.3 t/m & 4.4 begrippen;

Samenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari keer beoordeeld. Hoofdstuk 4.3 t/m & 4.4 begrippen; Samenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari 2002 6 104 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 4.3 t/m 5 4.3 & 4.4 begrippen; arbeidsinkomen voor werknemers is dit het loon en voor zelfstandigen

Nadere informatie

NIEUWE NIVELLERINGS- POLITIEK

NIEUWE NIVELLERINGS- POLITIEK NIEUWE NIVELLERINGS- POLITIEK Jesse Klaver november 2014 NIEUWE NIVELLERINGSPOLITIEK De kloof tussen arm en rijk in Nederland neemt toe. GroenLinks pleit daarom bij het bezoek van Thomas Piketty aan Nederland

Nadere informatie

Eindejaarstips voor erf- en schenkbelasting

Eindejaarstips voor erf- en schenkbelasting Eindejaarstips voor erf- en schenkbelasting Schaap & Van Dijk wil u met het jaareinde in zicht graag attenderen op de vele mogelijkheden om nog dit jaar de belastingdruk in de zaak én in privé te verminderen.

Nadere informatie

ESTATE PLANNING. I. Schenking

ESTATE PLANNING. I. Schenking ESTATE PLANNING Estate planning, ofwel nalatenschapsplanning, wordt wel omschreven als een geheel van maatregelen om te bereiken dat het vermogen op zo goed mogelijke wijze overgaat op de erfgenamen. Vaak

Nadere informatie

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Als je moet kiezen welk plaatje je op je cijferlijst zou willen hebben,

Nadere informatie

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte

Nadere informatie

Economie Pincode klas 4 VMBO-GT 5 e editie Samenvatting Hoofdstuk 7 De overheid en ons inkomen Exameneenheid: Overheid en bestuur

Economie Pincode klas 4 VMBO-GT 5 e editie Samenvatting Hoofdstuk 7 De overheid en ons inkomen Exameneenheid: Overheid en bestuur Paragraaf 7.1 Groeit de economie? BBP = Bruto Binnenlands Product, de totale productie in een land in één jaar Nationaal inkomen = het totaal van alle inkomens in een land in één jaar Inkomen = loon, rente,

Nadere informatie

Handreiking ODV-aanspraken en overlijden (versie 4 april 2018) Inleiding

Handreiking ODV-aanspraken en overlijden (versie 4 april 2018) Inleiding Handreiking ODV-aanspraken en overlijden (versie 4 april 2018) Inleiding Op 1 april 2017 zijn de maatregelen van de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen in werking

Nadere informatie

Wijziging Gebruikelijkloonregeling

Wijziging Gebruikelijkloonregeling Notitie Wijziging Gebruikelijkloonregeling datum 5 november 2015 Aan Van StartupDelta N. Rosenboom en T. Smits, SEO Economisch Onderzoek Rapportnummer 2015-78 Conclusie SEO Economisch Onderzoek heeft de

Nadere informatie

1.1. Lijst van gebruikte begrippen en afkortingen. Successiewet Successiewet 1956. Burgerlijk Wetboek

1.1. Lijst van gebruikte begrippen en afkortingen. Successiewet Successiewet 1956. Burgerlijk Wetboek Schenk- en erfbelasting. Overdrachtsbelasting. Verwerping van een nalatenschap. Ongelukkige redactie testament. Vergeten testament. Informele wil Belastingdienst/ Directie Vaktechniek Belastingen. Besluit

Nadere informatie

Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen

Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Valt het mee of tegen? a Als Yara een appartement koopt moet ze een hypotheek afsluiten. Hiervoor betaalt ze iedere maand een bepaald bedrag. Dit zijn haar

Nadere informatie

Handreiking ODV-aanspraken en overlijden (versie 13 oktober 2017)

Handreiking ODV-aanspraken en overlijden (versie 13 oktober 2017) Handreiking ODV-aanspraken en overlijden (versie 13 oktober 2017) Inleiding Op 1 april 2017 zijn de maatregelen van de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen in

Nadere informatie

CPB-reactie op OESOstudie over de relatie tussen inkomensongelijkheid. economische groei

CPB-reactie op OESOstudie over de relatie tussen inkomensongelijkheid. economische groei CPB Notitie 22 december 2014 CPB-reactie op OESOstudie over de relatie tussen inkomensongelijkheid en economische groei Uitgevoerd op verzoek van de vaste commissie Financiën van de Tweede Kamer CPB Notitie

Nadere informatie

INFOKAART TESTAMENTEN Versie november 2010

INFOKAART TESTAMENTEN Versie november 2010 INFOKAART TESTAMENTEN Versie november 2010 Informatie over langstlevende testamenten en het " tweetrapstestament " Hieronder heb ik enige voorbeelden en uitwerkingen van diverse testamentvormen weergegeven,

Nadere informatie

Variant 1 t/m 3: Wettelijke verdeling gelijke erfdelen

Variant 1 t/m 3: Wettelijke verdeling gelijke erfdelen Geachte heer X, U hebt aangegeven momenteel geen testament te hebben. Het antwoord op de vraag of u wel een testament nodig hebt, is van veel factoren afhankelijk. Een belangrijke factor is de hoogte van

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie 2014-I

Eindexamen vwo economie 2014-I Opgave 1 1 maximumscore 2 De kredietcrisis in de VS leidt ertoe dat Nederlandse banken verlies lijden op hun beleggingen in de VS en daardoor minder makkelijk krediet verstrekken aan bedrijven. Hierdoor

Nadere informatie

VR DOC.0453/2BIS

VR DOC.0453/2BIS VR 2018 0405 DOC.0453/2BIS Ontwerp van decreet tot modernisering van de erf- en schenkbelasting, aangepast aan het nieuwe erfrecht DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting,

Nadere informatie

EINDEJAARSTIPS 2015 1/5

EINDEJAARSTIPS 2015 1/5 EINDEJAARSTIPS 2015 Particulieren...2 Vermogenstoets voor zorgtoeslag en kindgebonden budget... 2 Verlaag uw box 3 grondslag... 2 Hypotheekrente vooruit betalen... 2 Let op lagere hypotheekrente in hoogste

Nadere informatie

De fiscale moraal van de Belgen Een opinie-onderzoek o.l.v. Prof. Dr. Michel Maus Juni 2019

De fiscale moraal van de Belgen Een opinie-onderzoek o.l.v. Prof. Dr. Michel Maus Juni 2019 De fiscale moraal van de Belgen Een opinie-onderzoek o.l.v. Prof. Dr. Michel Maus Juni 2019 Contents 1 Rechtvaardigheid van het belastingsysteem 5 2 Tarieven 10 3 Belastingsontwijking / -ontduiking 18

Nadere informatie

De successiebelasting vanuit economisch perspectief

De successiebelasting vanuit economisch perspectief Bron: J.J. van Gilst, H. Nijboer en C.L.J. Caminada, De successiebelasting vanuit economisch perspectief, Weekblad Fiscaal Recht, 18 december 2008, pp. 1423-1430. De successiebelasting vanuit economisch

Nadere informatie

DE GEEFWET (E.A.) VOOR CULTURELE INSTELLINGEN VANAF 2012

DE GEEFWET (E.A.) VOOR CULTURELE INSTELLINGEN VANAF 2012 DE GEEFWET (E.A.) VOOR CULTURELE INSTELLINGEN VANAF 2012 Per 1 januari 2012 zijn verschillende belastingregels voor culturele instellingen veranderd, sommige verbeterd, andere verslechterd. De meeste veranderingen

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo I

Eindexamen economie vwo I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave maximumscore 2 Door de vermindering van

Nadere informatie

Erven en schenken. in 2012. www.smitmoormann.nl

Erven en schenken. in 2012. www.smitmoormann.nl Erven en schenken in 2012 www.smitmoormann.nl Als u een schenking doet of ontvangt, krijgt u met belastingen te maken. Ook als u aan iemand bij uw overlijden iets wilt nalaten of u ontvangt een erfenis,

Nadere informatie

Cursusboek. Verstandig schenken

Cursusboek. Verstandig schenken Cursusboek Verstandig schenken Verstandig schenken Beste cursist, Mensen schenken vanuit verschillende motieven. De één wil erfbelasting voorkomen, de ander wil zijn kind of een dierbare helpen of wil

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 vwo 2008-I

Eindexamen economie 1 vwo 2008-I Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vergemakkelijken van het ontslaan

Nadere informatie

info &boon tips & boon

info &boon tips & boon tips & boon Uw positie als DGA Fiscale actualiteiten 2010 Ruim één op de vijf ondernemers is directeur-grootaandeelhouder (dga). Voor het kabinet aanleiding om, zeker in het huidige economische klimaat,

Nadere informatie

Examen HAVO. economie. tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. economie. tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen HAVO 2010 tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur economie tevens oud programma economie 1,2 Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 27 vragen. Voor dit examen zijn maximaal

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo II

Eindexamen economie vwo II Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een

Nadere informatie

den met minimumloon toeneemt, maar mag het er niet toe leiden dat degenen die ongewild zonder werk zitten financieel gestraft worden met een forse

den met minimumloon toeneemt, maar mag het er niet toe leiden dat degenen die ongewild zonder werk zitten financieel gestraft worden met een forse De kritiek van GroenLinks op het belastingplan komt eigenlijk ieder jaar op hetzelfde neer: het kan socialer, en het kan groener. Dit jaar is dat niet anders. De eerlijkheid gebiedt echter wel te vermelden

Nadere informatie

2513AA22XA. Inleiding. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. Inleiding. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Eindexamen economie pilot havo 2011 - I

Eindexamen economie pilot havo 2011 - I Beoordelingsmodel Vraag Antwoord Scores Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore

Nadere informatie

Erven en schenken. in

Erven en schenken. in Erven en schenken in 2010 www.netwerknotarissen.nl Als je een schenking doet of ontvangt, krijg je met belastingen te maken. Ook als je aan iemand bij je overlijden iets wilt nalaten of je ontvangt een

Nadere informatie

! Er is geen notariële schenkingsakte vereist.! Ook schenkingen voor de aflossing van restschulden die zijn ontstaan vóór 29 oktober 2012

! Er is geen notariële schenkingsakte vereist.! Ook schenkingen voor de aflossing van restschulden die zijn ontstaan vóór 29 oktober 2012 Erf- en schenkbelasting - eindejaarstips Tijdelijk ruimere vrijstelling schenking voor eigen woning Vanaf 1 oktober 2013 tot 1 januari 2015 geldt een verruimde schenkingsvrijstelling van 100.000 als het

Nadere informatie

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting door H. 1812 woorden 16 juni 2013 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting Werk hoofdstuk 1, 2 en 3 Hoofdstuk 1. Werken

Nadere informatie

Fiscaal voordeling vermogen nalaten

Fiscaal voordeling vermogen nalaten Kennisdocument Estate planning Fiscaal voordeling vermogen nalaten U denkt er misschien liever niet aan, maar er komt ooit een moment dat u er niet meer zult zijn. Het is goed om daar nu al bij stil te

Nadere informatie

Langer werken voor het pensioen

Langer werken voor het pensioen Langer werken voor het pensioen Casper van Ewijk CPB Universiteit van Amsterdam Rotterdam, 20 mei 2005 Oudedag in discussie Nederland verwelkomt de 2,5 miljoenste AOW-er en het aantal zal stijgen tot 4,5

Nadere informatie

Beginselen van de Successiewet

Beginselen van de Successiewet Beginselen van de Successiewet Welke beginselen zijn aangedragen voor de Successiewet en in hoeverre rechtvaardigen zij de werking van deze wet? Hoe past de Successiewet in de totale wetssystematiek die

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie II

Eindexamen vwo economie II Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat de particuliere

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Rek in het arbeidsaanbod 1 maximumscore 2 Doordat het aanbod van

Nadere informatie

mr. S.H. Hoogeveen Kandidaat-notaris

mr. S.H. Hoogeveen Kandidaat-notaris mr. S.H. Hoogeveen Kandidaat-notaris Uw vermogen in 2015, voorbereid op de toekomst Het beheren van uw vermogen Belastingen Eigen bijdrages De volgende generatie Het beheren van uw vermogen Wie mag uw

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een voorbeeld van een

Nadere informatie

Het primaire inkomen is de beloning voor het ter beschikking stellen van productiefactoren.

Het primaire inkomen is de beloning voor het ter beschikking stellen van productiefactoren. Samenvatting door R. 1396 woorden 17 februari 2014 5,4 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 personele inkomensverdeling Het besteedbaar uitkomen per huishouding. De besteedbarde inkomens

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 monopolie 2 maximumscore 3 bij

Nadere informatie

Eindexamen economie havo I

Eindexamen economie havo I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 van het aanbod van arbeid

Nadere informatie

Optimale stijging AOW- en pensioenleeftijd

Optimale stijging AOW- en pensioenleeftijd Optimale stijging AOW- en pensioenleeftijd Harry ter Rele Netspar, 4 juni 2019 Inhoud presentatie Aanleiding en doel studie Methode Uitkomsten gestileerde exercitie waarover binnenkort een Discussion Paper

Nadere informatie

Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris

Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris Schenken door (Neder)Belgen bij de Nederlandse notaris Eerst tien jaar weg uit Nederland... Voor Nederbelgen heeft schenken over het algemeen pas zin als men meer dan tien jaar weg is uit Nederland. De

Nadere informatie

TWEETRAP EN/OF AFVULLEGAAT Versie april 2011

TWEETRAP EN/OF AFVULLEGAAT Versie april 2011 TWEETRAP EN/OF AFVULLEGAAT Versie april 2011 Informatie over langstlevende testamenten en het " tweetrapstestament " In aanvulling op de "Infokaart Testamenten" van notariskantoor Montfoort wordt in dit

Nadere informatie

Datum 30 oktober 2009 Betreft Aanvullende schriftelijke vragen Algemene Financiële Beschouwingen

Datum 30 oktober 2009 Betreft Aanvullende schriftelijke vragen Algemene Financiële Beschouwingen > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA 's-gravenhage Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.minfin.nl

Nadere informatie

Erfrecht. Mr. Caroline de Maat Fikkers notarissen BAS Bergen op Zoom 27 januari 2015

Erfrecht. Mr. Caroline de Maat Fikkers notarissen BAS Bergen op Zoom 27 januari 2015 Erfrecht Mr. Caroline de Maat Fikkers notarissen BAS Bergen op Zoom 27 januari 2015 Fikkers notarissen Lange Parkstraat 1 Bergen op Zoom Tel. 0164 242 650 c.de.maat@fikkersnotarissen.nl Erfrecht Bij versterf

Nadere informatie

Financiële Planning. Nabestaandenpensioen in de SPMS regeling Erfrecht Successiewet, schenk- en erfbelasting Eigen bijdrage AWBZ

Financiële Planning. Nabestaandenpensioen in de SPMS regeling Erfrecht Successiewet, schenk- en erfbelasting Eigen bijdrage AWBZ Financiële Planning Nabestaandenpensioen in de SPMS regeling Erfrecht Successiewet, schenk- en erfbelasting Eigen bijdrage AWBZ Alisen Düzgün, financieel planner bestuursbureau SPMS advies@spms.nl 030-6937680

Nadere informatie

De impact van supersterbedrijven op de inkomensverdeling

De impact van supersterbedrijven op de inkomensverdeling VIVES BRIEFING 2018/05 De impact van supersterbedrijven op de inkomensverdeling Relatief verlies, absolute winst voor werknemers Yannick Bormans KU Leuven, Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen,

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 Voordat de export wegviel was er evenwicht op de

Nadere informatie

Begrippenlijst Economie Levensloop H1,H2,H3

Begrippenlijst Economie Levensloop H1,H2,H3 Begrippenlijst Economie Levensloop H1,H2,H3 Begrippenlijst door een scholier 1235 woorden 6 november 2011 6,7 68 keer beoordeeld Vak Economie BEGRIPPEN H1 KIEZEN Consumptie De uitgaven van een consument/overheid

Nadere informatie

Pensioenaanspraken in beeld

Pensioenaanspraken in beeld Pensioenaanspraken in beeld Deel 1: aanspraken naar geslacht en burgerlijke staat Elisabeth Eenkhoorn, Annelie Hakkenes-Tuinman en Marije vandegrift bouwen minder pensioen op via een werkgever dan mannen.

Nadere informatie

Optimaal vermogen overdragen aan uw kinderen

Optimaal vermogen overdragen aan uw kinderen Optimaal vermogen overdragen aan uw kinderen Eten, drinken en vrolijk zijn Levensstijl Netto 2031 Aftrek Hypotheek Eigen vermogen Lijfrente Pensioen AOW AOW 2018 AOW Vermogensoptimalisatie Ontwikkelingen

Nadere informatie

Fiscale eindejaarstips Erfbelasting Bespaar erfbelasting én inkomstenbelasting door bij leven te schenken

Fiscale eindejaarstips Erfbelasting Bespaar erfbelasting én inkomstenbelasting door bij leven te schenken Fiscale eindejaarstips Erfbelasting Bespaar erfbelasting én inkomstenbelasting door bij leven te schenken Door tijdens leven (periodiek) te schenken aan de erfgenamen kan een aanzienlijke besparing van

Nadere informatie

De werkkostenregeling internationaal belicht.

De werkkostenregeling internationaal belicht. De werkkostenregeling internationaal belicht. Over de werkkostenregeling (hierna: WKR) is al veel geschreven en gesproken. De internationale aspecten van de werkkostenregeling zijn echter onderbelicht

Nadere informatie

De vererving van een vakantiewoning in Spanje. Publicatie. Laatste update: februari 2015

De vererving van een vakantiewoning in Spanje. Publicatie. Laatste update: februari 2015 Alle informatie voor de afwikkeling van een nalatenschap in Spanje Met update voor de gewijzigde situatie in de Spaanse erfbelasting per 1 januari 2015 voor niet-residenten Publicatie De vererving van

Nadere informatie

Tariefbepaling waterschapsbelasting

Tariefbepaling waterschapsbelasting Tariefbepaling waterschapsbelasting Aanleiding In de bestuurlijke commissie Financiën en Bestuurlijke Zaken op 18 april 2017 is het voorstel Duurzaam financieel beleid aan de orde geweest. Gevraagd is

Nadere informatie

RB EINDEJAARSTIPS & AANDACHTSPUNTEN 2014 / 2015

RB EINDEJAARSTIPS & AANDACHTSPUNTEN 2014 / 2015 RB EINDEJAARSTIPS & AANDACHTSPUNTEN 2014 / 2015 Erf- en schenkbelasting Erf- en schenkbelasting Bespaar erfbelasting én inkomstenbelasting door bij leven te schenken Door tijdens leven (periodiek) te schenken

Nadere informatie

Bedrijfsopvolgingsregelingen voor het familiebedrijf onder druk

Bedrijfsopvolgingsregelingen voor het familiebedrijf onder druk Spotlight Bedrijfsopvolgingsregelingen voor het familiebedrijf onder druk Renate de Lange - Family Business/Private Wealth, Tax & Human Resource Services Jan Nieuwenhuizen - Family Business/Private Wealth,

Nadere informatie

32401 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale verzamelwet 2010)

32401 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale verzamelwet 2010) Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Financiën datum 19 november 2010 Betreffende wetsvoorstel: 32401 Wijziging van enkele

Nadere informatie

Elf vragen over schenkbelasting

Elf vragen over schenkbelasting Elf vragen over schenkbelasting Wil je schenken of ontvang je binnenkort een schenking? Lees hier elf vragen en antwoorden over schenkbelasting en vind uit op welke wijze je het beste kunt schenken. Elf

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo I

Eindexamen economie vwo I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Uit het antwoord moet

Nadere informatie

Alles rondom pensioen. Gertjan Portman Senior financieel planner

Alles rondom pensioen. Gertjan Portman Senior financieel planner Alles rondom pensioen Gertjan Portman Senior financieel planner Wat ga ik behandelen Alles wat rond uw pensionering actueel wordt maar geen pensioen is (Ik heb echter maar een half uurtje) Wat doe ik,

Nadere informatie