Splash RPX-ii Color Server. Afdrukgids

Transcriptie

1 Splash RPX-ii Color Server Afdrukgids

2 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product april 2007

3 INHOUD 3 INHOUD INLEIDING 5 Terminologie en conventies 5 Over dit document 6 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 7 De printerbestanden voor Mac OS X installeren 8 Installeren vanaf de cd 8 Downloaden vanaf de Splash RPX-ii 9 De Splash RPX-ii instellen voor afdrukken 11 Instellen met Mac OS X v10.4 of hoger 11 Instellen met Mac OS X v10.3.x of lager 16 Installeerbare opties configureren 21 De virtuele printers gebruiken 22 Het PPD-bestand selecteren 23 Desktop Printer gebruiken (optioneel) 23 Afdrukken vanaf Mac OS X-computers 24 De Splash RPX-ii selecteren vanuit de printerlijst 24 Afdrukopties instellen vanuit Mac OS X 25 Tweerichtingscommunicatie inschakelen 36 Aangepaste paginaformaten definiëren in Mac OS X 37 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 39 Een printer toevoegen met de TCP/IP-afdrukverbinding 40 De Windows-printerbestanden voorbereiden 40 De TCP/IP-afdrukverbinding instellen 42 De Splash RPX-ii instellen voor afdrukken 45

4 INHOUD 4 Een printer toevoegen met de SMB-afdrukverbinding 48 De Splash RPX-ii instellen met Aanwijzen en afdrukken 48 De printerbestanden verwijderen 49 Installeerbare opties configureren 50 Afdrukken vanaf Windows-computers 52 De Splash RPX-ii selecteren vanuit de lijst Printers 52 Afdrukopties instellen vanuit Windows 53 Tweerichtingscommunicatie inschakelen 64 Aangepaste paginaformaten definiëren 66 AFDRUKOPTIES 68 Informatie over printerstuurprogramma s en PPD-bestanden 68 Informatie over afdrukopties 69 Hiërarchie voor het vervangen van afdrukopties 69 Afdrukopties instellen 69 Afdrukopties voor de Splash RPX-ii 71 Meer over afdrukopties 85 Bestandsbeheer 85 Taakverwerking 86 Mediakwaliteit 89 Uitvoer 90 Papierbron 91 Beveiligd afdrukken 92 Beveiligde toegang 94 INDEX 97

5 INLEIDING 5 INLEIDING In dit document wordt beschreven hoe u de printerstuurprogramma s en PostScriptprinterdefinitiebestanden (PPD) voor de Splash RPX-ii Color Server kunt installeren, hoe u de Splash RPX-ii Color Server kunt instellen voor afdrukken en hoe u afdrukken vanaf Apple Mac OS- en Microsoft Windows-computers kunt instellen. Bovendien bevat het details over de afdrukopties van de Splash RPX-ii. Raadpleeg de Configuratiegids voor meer informatie over het instellen van netwerkservers en -clients voor gebruik met de Splash RPX-ii Color Server. Voor algemene informatie over het gebruik van kopieermachine, computer, toepassingen of netwerk raadpleegt u de documentatie bij deze producten. Terminologie en conventies Dit document gebruikt de volgende terminologie en conventies. Term of conventie Verwijst naar Kopieermachine DocuColor 240/250, DocuColor 242/252 en DocuColor 260 Mac OS Splash RPX-ii Splash-server Titels in cursief Mac OS X Splash RPX-ii Color Server Splash RPX-ii , Splash RPX-ii of Splash RPX-ii 260 (in afbeeldingen) Andere documenten in dit pakket Windows Windows 2000, Windows XP, Windows Server 2003

6 INLEIDING 6 Over dit document Dit document behandelt de volgende onderwerpen: Printerbestanden installeren op Mac OS-computers De Splash RPX-ii instellen voor afdrukken vanaf Mac OS-computers Afdrukken vanaf Mac OS-computers Printerbestanden installeren op Windows-computers De afdrukverbindingen instellen vanaf Windows-computers Afdrukken vanaf Windows-computers Afdrukopties van de Splash RPX-ii

7 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 7 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X Als u een taak wilt afdrukken vanaf een Mac OS X-computer naar de Splash RPX-ii, moet u de PostScript-printerbestanden voor de Splash RPX-ii installeren en de Splash RPX-ii instellen voor afdrukken. De printerbestanden staan op de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii of kunnen rechtstreeks via het netwerk worden gedownload vanuit de Splash RPX-ii. Raadpleeg de volgende tabel voor de locatie van elke procedure. Procedure Raadpleeg Printerbestanden voor Mac OS X installeren pagina 8 De Splash RPX-ii instellen voor afdrukken pagina 11 Afdrukken vanaf Mac OS X-computers pagina 24

8 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 8 De printerbestanden voor Mac OS X installeren In de volgende delen wordt de installatie van de Mac OS X-printerbestanden voor de Splash RPX-ii beschreven. OPMERKING: Zie Introductie voor de systeemvereisten. Installeren vanaf de cd De cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii bevat de volgende printerbestanden voor de Splash RPX-ii. OSX Installer installeert de printerbestanden die nodig zijn om af te drukken vanaf de Mac OS X-computer. Talenmappen bevat de PPD-bestanden die door OSX Installer worden geïnstalleerd. U hoeft deze mappen niet te openen of handmatig op uw computer te installeren. De bestanden worden door OSX Installer geïnstalleerd in de juiste mappen. De bestanden voor de PDE-plug-in worden door OSX Installer geïnstalleerd. U hoeft deze bestanden niet handmatig op uw computer te installeren. DE PRINTERBESTANDEN VOOR MAC OS X INSTALLEREN 1 Sluit alle geopende toepassingen af. 2 Controleer of Printerconfiguratie (of Afdrukbeheer) niet actief is op uw computer. Printerconfiguratie (of Afdrukbeheer) werkt de lijst met beschikbare printers bij wanneer het opnieuw wordt gestart. Als een printerdefinitiebestand wordt toegevoegd terwijl dit actief is, moet u eerst opnieuw starten voordat u het bijbehorende printermodel kunt selecteren. 3 Plaats de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii in het cd-rom-station. 4 Zoek het bestand van OSX Installer in de volgende map: cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii: Printer Drivers : RPX-ii MacOS X : Printer Driver 5 Dubbelklik op het pictogram van OSX Installer om te beginnen met het installeren van de printerbestanden. 6 Volg de instructies op het scherm. OSX Installer installeert de printerbestanden voor de Splash RPX-ii.

9 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 9 De printerbestanden worden geïnstalleerd in de volgende mappen: PPD s: <Opstartschijf> : Bibliotheek : Printers : PPDs : Contents : Resources : <nl>.lproj PDE-plug-ins en filter: <Opstartschijf> : Bibliotheek : Printers : Splash OPMERKING: In Mac OS X v10.2.x worden de PDE-plug-ins geïnstalleerd in de volgende map: <Opstartschijf> : Bibliotheek : PPD Plugins: Printers : SplashPDE.plugin 7 Klik op Stop. Downloaden vanaf de Splash RPX-ii U kunt printerbestanden rechtstreeks vanaf de Splash RPX-ii downloaden naar uw computer via het netwerk en ze installeren volgens de procedures in het vorige gedeelte. Voor meer informatie over het downloaden van bestanden van de Splash RPX-ii, zie de Gids voor taakbeheer. DE PRINTERBESTANDEN VOOR MAC OS X DOWNLOADEN 1 Start uw Internet-browser. 2 Typ het IP-adres van de Splash RPX-ii en klik op Ga naar. Het dialoogvenster Splash-serverbeheer wordt weergegeven.

10 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 10 3 Klik op Downloads in de rechterbovenhoek van het dialoogvenster. 4 Klik op Splash Installer Downloads. 5 Klik op RPX-ii MacOS X-stuurprogramma s.zip en bewaar het bestand op uw bureaublad. 6 Pak het archief uit. 7 Open de map RPX-ii MacOS X. 8 Open de map Printer Driver. 9 Dubbelklik op OSX Installer. Installeer de printerbestanden met behulp van de procedure op pagina 8.

11 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 11 De Splash RPX-ii instellen voor afdrukken In het volgende gedeelte wordt beschreven hoe u de Splash RPX-ii instelt op een Mac OS X- computer. OPMERKING: De stappen voor het instellen van Splash RPX-ii op computers met Mac OS X v10.4 of hoger en computers met Mac OS X v10.3.x of eerder zijn verschillend. Eventuele verschillen worden aangegeven in de volgende delen. Instellen met Mac OS X v10.4 of hoger Gebruik de volgende stappen om de Splash RPX-ii in te stellen op een computer met Mac OS X v10.4 of hoger. DE SPLASH RPX-ii INSTELLEN VANUIT HET DIALOOGVENSTER PRINT 1 Open een bestand in uw toepassing. 2 Kies Druk af in het menu Archief. Het dialoogvenster Print wordt weergegeven. 3 Selecteer de Splash RPX-ii uit de lijst Printer:Bonjour-printers. Raadpleeg pagina 24 voor informatie over het selecteren van de Splash RPX-ii als de standaardprinter. DE SPLASH RPX-ii INSTELLEN VIA PRINTERCONFIGURATIE 1 Kies Hulpprogramma s in het menu Ga. 2 Start Printerconfiguratie. Het dialoogvenster Printerlijst wordt weergegeven. 3 Klik op Voeg toe. Het dialoogvenster Printerkiezer wordt weergegeven. Gebruik een van de volgende verbindingen om een printer toe te voegen. Afdrukverbindingen Raadpleeg Standaardkiezer (Bonjour of AppleTalk) pagina 12 IP-printer pagina 13 AppleTalk pagina 15

12 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 12 EEN PRINTER TOEVOEGEN MET DE VERBINDING STANDAARDKIEZER (BONJOUR OF APPLETALK) 1 Klik op Standaardkiezer in het dialoogvenster Printerkiezer. Het deelvenster Standaardkiezer wordt weergegeven. De namen van printers met standaardverbindingen worden weergegeven. De Virtuele printers die zijn geconfigureerd op de Splash RPX-ii worden eveneens weergegeven. OPMERKING: De namen van de Virtuele printers worden weergegeven als <printernaam:virtuele printer naam> in de lijst met namen. 2 Selecteer de Splash RPX-ii uit de lijst. De informatie over de geselecteerde printer wordt onder aan het deelvenster Standaardkiezer weergegeven. Het PPD-bestand voor de Splash RPX-ii wordt automatisch geselecteerd. Als uw serverbeheerder Beveiligd afdrukken heeft geconfigureerd op de Splash RPX-ii, wordt het PPD-bestand voor Beveiligd afdrukken geselecteerd. 3 Klik op Voeg toe. 4 Selecteer in het paneel Installeerbare opties de opties die zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en klik op Ga door. De naam van de Splash RPX-ii wordt weergegeven in de printerlijst.

13 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 13 EEN PRINTER TOEVOEGEN MET DE VERBINDING IP-PRINTER 1 Klik op IP-printer in het dialoogvenster Printerkiezer. Het deelvenster IP-printer wordt geopend. 2 Selecteer Line Printer Daemon - LPD uit de lijst met protocollen en typ het IP-adres van de Splash RPX-ii. Het IP-adres wordt weergegeven in het veld Naam. 3 Typ de naam van de virtuele printer in het veld Wachtrij of laat het veld leeg als u de standaardwachtrij wilt kiezen.

14 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 14 4 Selecteer Splash uit de lijst Druk af via. Het deelvenster Model wordt weergegeven in het dialoogvenster. 5 Selecteer het PPD-bestand uit de lijst met modellen. Zie Het PPD-bestand selecteren op pagina 23 voor meer informatie. 6 Klik op Voeg toe. 7 Selecteer in het paneel Installeerbare opties de opties die zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en klik op Ga door. De Splash RPX-ii en het bijbehorende IP-adres worden weergegeven in de printerlijst.

15 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 15 EEN PRINTER TOEVOEGEN MET DE APPLETALK-VERBINDING OPMERKING: Gebruik deze procedure als de Splash RPX-ii zich in een andere AppleTalk-zone bevindt dan uw computer. Als de Splash RPX-ii zich in dezelfde zone bevindt, wordt deze weergegeven als een standaardkiezer. Volg de procedure op pagina Klik op Standaardkiezer of IP-printer in het dialoogvenster Printerkiezer. 2 Klik op Meer printers. Het dialoogvenster met een keuzelijst met andere verbindingen wordt weergegeven. 3 Selecteer AppleTalk uit de lijst met verbindingen. Het deelvenster AppleTalk wordt weergegeven. 4 Selecteer de AppleTalk-zone voor de Splash RPX-ii uit de keuzelijst. De AppleTalk-printers in de opgegeven zone worden weergegeven. De Virtuele printers die zijn geconfigureerd op de Splash RPX-ii worden eveneens weergegeven. OPMERKING: De namen van de Virtuele printers worden weergegeven als <printernaam:virtuele printernaam> in de lijst met namen. 5 Selecteer de naam van de Splash RPX-ii in de lijst met namen en klik op Voeg toe. 6 Selecteer in het paneel Installeerbare opties de opties die zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en klik op Ga door. De naam van de Splash RPX-ii wordt weergegeven in de printerlijst.

16 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 16 Instellen met Mac OS X v10.3.x of lager Gebruik de volgende stappen om de Splash RPX-ii in te stellen op een computer met Mac OS X v10.3.x of lager. DE SPLASH RPX-ii INSTELLEN VOOR AFDRUKKEN 1 Kies Hulpprogramma s in het menu Ga. OPMERKING: Als u Mac OS X v10.2.x gebruikt, selecteert u Programma s:hulpprogramma s om Afdrukbeheer te openen. 2 Start Printerconfiguratie of Afdrukbeheer. Het dialoogvenster Printerlijst wordt weergegeven. 3 Klik op Voeg toe. Het dialoogvenster met een keuzelijst met andere afdrukverbindingen wordt weergegeven. Gebruik een van de volgende verbindingen om een printer toe te voegen. Afdrukverbindingen Raadpleeg AppleTalk pagina 17 LPD/LPR pagina 18 Rendezvous pagina 19 Rendezvous met Afdrukken via IP pagina 20

17 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 17 EEN PRINTER TOEVOEGEN MET DE APPLETALK-VERBINDING 1 Selecteer AppleTalk uit de lijst. Het deelvenster AppleTalk wordt weergegeven. 2 Selecteer de AppleTalk-zone voor de Splash RPX-ii uit de keuzelijst Zone. De AppleTalk-printers in de opgegeven zone worden weergegeven. De virtuele printers die zijn geconfigureerd op de Splash RPX-ii worden eveneens weergegeven. OPMERKING: De namen van de Virtuele printers worden weergegeven als <printernaam:naamvirtuele printernaam> in de lijst met namen. 3 Selecteer de naam van de Splash RPX-ii in de lijst met namen. 4 Klik op Voeg toe. Het PPD-bestand voor de Splash RPX-ii wordt automatisch geselecteerd. Als uw serverbeheerder Beveiligd afdrukken heeft geconfigureerd op de Splash RPX-ii, wordt het PPD-bestand voor Beveiligd afdrukken geselecteerd. Raadpleeg Het PPD-bestand selecteren op pagina 23 voor instructies voor het handmatig selecteren van het PPD-bestand. De naam van de Splash RPX-ii wordt weergegeven in de printerlijst.

18 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 18 EEN PRINTER TOEVOEGEN MET DE LPD/LPR-VERBINDING 1 Selecteer Afdrukken via IP uit de lijst. Het deelvenster Afdrukken via IP wordt geopend. 2 Selecteer LPD/LPR uit de printerlijst. 3 Typ het IP-adres van de Splash RPX-ii in het veld Printeradres. 4 Typ de naam van de virtuele printer in het veld Naam wachtrij of laat het veld leeg als u de standaardwachtrij wilt kiezen. 5 Selecteer Splash uit de lijst met printermodellen. Het deelvenster Modelnaam wordt weergegeven in het dialoogvenster. 6 Selecteer het PPD-bestand uit de lijst met modelnamen. Zie Het PPD-bestand selecteren op pagina 23 voor meer informatie. 7 Klik op Voeg toe. De Splash RPX-ii en het bijbehorende IP-adres worden weergegeven in de printerlijst.

19 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 19 EEN PRINTER TOEVOEGEN MET DE RENDEZVOUS-VERBINDING 1 Selecteer Rendezvous uit de lijst. Het deelvenster Rendezvous wordt weergegeven. De Rendezvous-printers worden weergegeven. De virtuele printers die zijn geconfigureerd op de Splash RPX-ii worden eveneens weergegeven. OPMERKING: Bij de Rendezvous-verbinding in Mac OS X v10.3.x wordt de Splash RPX-ii alleen weergegeven als uw computer zich op hetzelfde subnet als de Splash RPX-ii bevindt. OPMERKING: De namen van de Virtuele printers worden weergegeven als <printernaam:virtuele printernaam> in de lijst met namen. 2 Selecteer de naam van de Splash RPX-ii in de lijst met namen. 3 Selecteer het PPD-bestand: Zie Het PPD-bestand selecteren op pagina 23 voor meer informatie. 4 Klik op Voeg toe. De naam van de Splash RPX-ii wordt weergegeven in de printerlijst.

20 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 20 EEN PRINTER TOEVOEGEN MET DE RENDEZVOUS-VERBINDING MET AFDRUKKEN VIA IP 1 Selecteer Afdrukken via IP uit de lijst. Het deelvenster Afdrukken via IP wordt geopend. 2 Selecteer Rendezvous uit de lijst met printertypen. OPMERKING: Bij de Rendezvous-verbinding wordt de Splash RPX-ii alleen weergegeven als uw computer zich op hetzelfde subnet als de Splash RPX-ii bevindt. 3 Selecteer de Splash RPX-ii uit de lijst met printeradressen. 4 Selecteer de naam van de virtuele printer uit de lijst Naam wachtrij. 5 Selecteer Splash uit de lijst met printermodellen. 6 Selecteer het PPD-bestand uit de lijst met modelnamen. Zie Het PPD-bestand selecteren op pagina 23 voor meer informatie. 7 Klik op Voeg toe. De naam van de Splash RPX-ii wordt weergegeven in de printerlijst.

21 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 21 Installeerbare opties configureren Als u de afdrukopties voor de kopieermachine en Splash RPX-ii op de juiste wijze wilt gebruiken, moet u de Splash RPX-ii configureren vanaf uw computer voor de opties die zijn geïnstalleerd op de kopieermachine. Configureer de opties handmatig of gebruik, voor TCP/IP-netwerkverbindingen, de functie Tweerichtingscommunicatie om de opties automatisch te configureren. Zie pagina 79 voor een lijst van beschikbare opties. In de volgende procedures wordt uitgelegd hoe u de Splash RPX-ii handmatig kunt configureren vanuit Printerconfiguratie. Raadpleeg pagina 32 voor nadere informatie over het automatisch of handmatig configureren van de geïnstalleerde opties vanuit het paneel Accessoires in het dialoogvenster Print. OPMERKING: Als u installeerbare opties handmatig configureert, moet u ervoor zorgen dat de configuratie overeenstemt met de werkelijke configuratie van de kopieermachine. Anders stemmen de afdrukopties die worden weergegeven in het printerstuurprogramma mogelijk niet overeen met de daadwerkelijk beschikbare afdrukopties. INSTALLEERBARE OPTIES CONFIGUREREN 1 Kies Hulpprogramma s in het menu Ga. 2 Dubbelklik op het pictogram Printerconfiguratie. 3 Selecteer in het venster Printerlijst Splash RPX-ii en klik op het pictogram Toon info. 4 Klik op Naam en Locatie en kies Installeerbare opties. 5 Selecteer de opties die zijn geïnstalleerd op de kopieermachine. 6 Klik op Pas wijzigingen toe. 7 Sluit het venster.

22 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 22 De virtuele printers gebruiken De functie Virtuele printers stelt u in staat uw taken met bepaalde specifieke afdrukinstellingen naar de afdrukwachtrijen van de Virtuele printer te verzenden die zijn ingesteld op de Splash RPX-ii. Als u afdrukt naar een Virtuele printer, krijgen de instellingen van de Virtuele printer voorrang boven enkele van de instellingen die zijn geselecteerd vanuit het printerstuurprogramma. Dit deel biedt een overzicht van het inschakelen en gebruiken van de Virtuele printers. De Virtuele printers moeten worden ingesteld door de serverbeheerder op de Splash RPX-ii voordat u de Virtuele printers kunt gebruiken als uw printers. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over de Virtuele printers. EEN VIRTUELE PRINTER INSCHAKELEN EN GEBRUIKEN 1 Schakel de functie Virtuele printers in op de Splash RPX-ii. Als u de functie Virtuele printers wilt gebruiken, moet de volgende optie zijn ingeschakeld door uw serverbeheerder op de Splash RPX-ii. Virtuele printers in het deelvenster Splash-servervoorkeuren>Netwerk>Services Als AppleTalk-registratie is ingeschakeld in het deelvenster Services, kunt u de Virtuele printers gebruiken als AppleTalk-printers. Als Enterprise Networking is ingeschakeld in het deelvenster Services, kunt u de Virtuele printers gebruiken als LPR-printers. Raadpleeg de Configuratiegids voor meer informatie over voorkeuren. 2 Maak een Virtuele printer op de Splash RPX-ii. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie. 3 Start Printerconfiguratie vanaf het clientwerkstation en stel een Virtuele printer in voor afdrukken. Zie Instellen met Mac OS X v10.4 of hoger op pagina 11 en Instellen met Mac OS X v10.3.x of lager op pagina 16 voor meer informatie. 4 Selecteer de Virtuele printer in het dialoogvenster Printerlijst. Zie De Splash RPX-ii selecteren vanuit de printerlijst op pagina 24 voor meer informatie. 5 Open een bestand in uw toepassing en druk uw taak af op de Virtuele printer. Als u uw taak naar een Virtuele printer zendt, wordt een reeks afdrukopties toegepast die zijn geconfigureerd voor de Virtuele printer. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie.

23 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 23 Het PPD-bestand selecteren De volgende PPD-bestanden zijn beschikbaar voor de Splash RPX-ii: Splash RPX-ii /Splash RPX-ii voor standaardafdrukken Splash RPX-ii SA/Splash RPX-ii SA voor Beveiligd afdrukken Selecteer Splash RPX-ii of Splash RPX-ii SA als u over de DocuColor 240/ 250 beschikt. Selecteer Splash RPX-ii of Splash RPX-ii SA als u over de DocuColor 260 of DocuColor 242/252 beschikt. OPMERKING: Selecteer het PPD-bestand voor Beveiligd afdrukken als uw serverbeheerder Beveiligd afdrukken heeft geconfigureerd op de Splash RPX-ii. Raadpleeg pagina 94 en de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over Beveiligd afdrukken. Desktop Printer gebruiken (optioneel) Nadat u Splash RPX-ii hebt toegevoegd aan de printerlijst in Printerconfiguratie, kunt u de functie Desktop Printer maken en gebruiken. EEN DESKTOPPRINTER MAKEN 1 Selecteer de Splash RPX-ii uit de printerlijst. 2 Kies Maak desktopprinter in het menu Printers. 3 Geef een naam en locatie op voor de desktopprinter en klik op Bewaar. U kunt nu een bestand afdrukken naar de Splash RPX-ii door te klikken en het bestand naar het desktopprinterpictogram voor de Splash RPX-ii te slepen.

24 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 24 Afdrukken vanaf Mac OS X-computers Afdrukken naar de Splash RPX-ii gaat op dezelfde manier als afdrukken naar om het even welke andere printer vanuit een Mac OS X-toepassing. Selecteer de Splash RPX-ii als actieve printer in de printerlijst en druk het bestand af vanuit de toepassing. Nadat u de printerbestanden van de Splash RPX-ii hebt geïnstalleerd en de Splash RPX-ii hebt ingesteld voor afdrukken, kunt u afdrukken vanuit de meeste Mac OS X-toepassingen. Met het juiste PPD-bestand kunt u de afdrukfuncties van de Splash RPX-ii besturen door de afdrukopties op te geven vanuit de dialoogvensters Print. Raadpleeg pagina 68 voor meer informatie over de afdrukopties van de Splash RPX-ii. De Splash RPX-ii selecteren vanuit de printerlijst Voordat u een taak gaat afdrukken, moet u de Splash RPX-ii selecteren vanuit de printerlijst. Ga als volgt te werk om de Splash RPX-ii te selecteren als uw standaardprinter. DE SPLASH RPX-ii SELECTEREN ALS DE STANDAARDPRINTER 1 Controleer of de Splash RPX-ii is aangesloten op het netwerk en is ingeschakeld. 2 Kies Hulpprogramma s in het menu Ga. 3 Start Printerconfiguratie (of Afdrukbeheer). Het dialoogvenster Printerlijst wordt weergegeven. De printers die zijn ingesteld voor afdrukken worden weergegeven in een lijst. De Virtuele printers die zijn geconfigureerd op de Splash RPX-ii en die zijn ingesteld voor afdrukken worden eveneens weergegeven. 4 Selecteer de Splash RPX-ii als actieve printer vanuit de printerlijst. 5 Klik op het pictogram Maak standaard. De Splash RPX-ii is nu uw standaardprinter.

25 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 25 Afdrukopties instellen vanuit Mac OS X U kunt de afdrukopties voor de Splash RPX-ii instellen in het dialoogvenster Print van de meeste Mac OS X-toepassingen. Een tabel met alle afdrukopties en gedetailleerde informatie over een aantal afdrukopties kunt u vinden in Afdrukopties op pagina 68. OPMERKING: Sommige standaardinstellingen worden door de serverbeheerder ingesteld tijdens de Setup van de Splash RPX-ii. Neem contact op met de serverbeheerder voor informatie over de huidige standaardinstellingen van de Splash RPX-ii. OPMERKING: Als u uw taak naar een Virtuele printer zendt, wordt een reeks afdrukopties toegepast die zijn geconfigureerd voor de Virtuele printer en wordt uw selectie in het printerstuurprogramma genegeerd. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over Virtuele printers. OPMERKING: Sommige afdrukopties die u vanuit het printerstuurprogramma of vanuit een toepassing kunt selecteren, komen overeen met specifieke afdrukopties van de Splash RPX-ii. In deze gevallen gebruikt u de specifieke afdrukopties van de Splash RPX-ii. Soms wordt het bestand niet goed door het stuurprogramma of een toepassing ingesteld voor afdrukken op de Splash RPX-ii, zodat onverwachte afdrukfouten kunnen optreden en de verwerking langer kan duren. Ga als volgt te werk om afdrukopties in te stellen vanaf uw Mac OS X-computer. DE AFDRUKOPTIES INSTELLEN VANUIT MAC OS X 1 Open een bestand in uw toepassing. 2 Kies Druk af in het menu Archief. Het dialoogvenster Print wordt weergegeven. 3 Selecteer de Splash RPX-ii uit de printerlijst.

26 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 26 4 Selecteer Splash-functies uit de keuzelijst Aantal en pagina s. Het deelvenster Splash-functies wordt weergegeven met de volgende groepen afdrukopties: Klik op de tab Archief om opties voor bestandsverwerking en planning op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 71 en Bestandsbeheer op pagina 85 voor meer informatie.

27 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 27 Klik op de tab Pagina om taakverwerkings- en media-opties op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 72, Taakverwerking op pagina 86 en Mediakwaliteit op pagina 89 voor meer informatie. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over inslag.

28 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 28 Klik op de tab Uitvoer om uitvoerlade en afwerkingsopties op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 75 en Uitvoer op pagina 90 voor meer informatie.

29 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 29 Klik op de tab Kwaliteit om kwaliteitsopties op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 77 en de Kleurengids voor meer informatie.

30 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 30 Klik op de tab Extra s om overzichtsfuncties op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 77 en de Kleurengids voor meer informatie.

31 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 31 Klik op de tab Informatie. Typ de volgende gegevens: Gebruiker Wachtwoord Rekening Raadpleeg de tabel op pagina 78 voor meer informatie. OPMERKING: De informatie in dit deelvenster kan worden ingevoerd voor Beveiligd afdrukken of standaardafdrukken. Als Beveiligd afdrukken is geconfigureerd op de Splash RPX-ii en de vereiste informatie is nog niet opgegeven, wordt u hierom gevraagd als u op Druk af klikt. Neem contact op met de serverbeheerder voor de vereiste informatie. Raadpleeg Beveiligde toegang op pagina 94 en de Gids voor taakbeheer voor meer informatie. Klik op Schakel in om de functie Beveiligd afdrukken te gebruiken. Het dialoogvenster Beveiligd afdrukken wordt weergegeven. Typ uw wachtwoord om uw taak als beveiligde afdruktaak te verzenden en klik op OK.

32 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 32 Klik op de tab Accessoires om installeerbare opties te configureren. U kunt de geïnstalleerde opties automatisch configureren door de optie Haal geïnstalleerde opties op van server te selecteren. U kunt de opties handmatig configureren door de geïnstalleerde opties op het kopieerapparaat te selecteren vanuit de opties voor afwerkeenheid en optionele laden. OPMERKING: Als u installeerbare opties handmatig configureert, moet u ervoor zorgen dat de configuratie van de Splash RPX-ii overeenstemt met die van de kopieermachine. Anders stemmen de afdrukopties in het printerstuurprogramma mogelijk niet overeen met de daadwerkelijk beschikbare afdrukopties. Raadpleeg de tabel op pagina 79 voor meer informatie.

33 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 33 5 Selecteer Splash Kleur uit de keuzelijst. Geef de opties voor Afdrukmodus en Printermodus op. Gebruik Standaardkleuren om uw taak met de huidige standaardkleurinstellingen af te drukken op de Splash RPX-ii. Klik op Aangepaste instellingen om de kleurinstellingen op te geven. In het dialoogvenster Aangepaste kleuren-instellingen worden de kleurinstellingen anders weergegeven, afhankelijk van of de optie Tweerichtingscommunicatie al dan niet is geselecteerd. OPMERKING: Als u de huidige kleurinstellingen op de Splash RPX-ii wilt weergeven, moet u de optie Tweerichtingscommunicatie inschakelen. Zie Tweerichtingscommunicatie inschakelen op pagina 36 voor meer informatie.

34 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 34 Tweerichtingscommunicatie Uit Tweerichtingscommunicatie Aan OPMERKING: De beginwaarde geeft de huidige kleurinstellingen aan die zijn ingesteld in Standaardinstellingen bewerken op de Splash RPX-ii. Raadpleeg de tabel op pagina 80 en de Kleurengids voor informatie over de kleuropties.

35 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 35 6 Selecteer Papierinvoer uit de keuzelijst en selecteer de juiste lade. Raadpleeg de tabel op pagina 80 en de Kleurengids voor informatie over de kleuropties. 7 Selecteer Printerinformatie uit de keuzelijst. OPMERKING: Als u de informatie over de kopieermachine wilt weergeven, moet de optie Tweerichtingscommunicatie zijn ingeschakeld. Zie Tweerichtingscommunicatie inschakelen op pagina 36 voor meer informatie. In het deelvenster Printerinformatie kunt u de volgende informatie over de kopieermachine weergeven: Status Informatie over papierlade Tonerniveaus 8 Kies Gemengde media uit de keuzelijst. Klik in dit paneel op Definieer en geef de opties voor Gemengde media op. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over gemengde media. 9 Selecteer Beeldverschuiving uit de keuzelijst. Selecteer in dit paneel de optie Schakel beeldverschuiving in en geef de opties voor beeldverschuiving op. 10 Klik op Druk af.

36 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 36 Tweerichtingscommunicatie inschakelen De functie Tweerichtingscommunicatie stelt u in staat informatie zoals de huidige kleurinstellingen of de status van de kopieermachine op te halen vanaf de Splash RPX-ii. De optie Tweerichtingscommunicatie wordt ingeschakeld in de volgende panelen: Splash-functies: Accessoires Splash-kleur Printerinformatie Ga als volgt te werk om de optie Tweerichtingscommunicatie in te schakelen in het dialoogvenster Print. DE OPTIE TWEERICHTINGSCOMMUNICATIE INSCHAKELEN 1 Selecteer Splash-functies in het menu Aantal en pagina s, klik op Info of Accessoires en klik vervolgens op Bi-Di Communications (Bidirectioneel communicatie). Of kies Splash-kleur in het menu Aantal en pagina s en klik op Configureer. Of kies Printerinformatie in het menu Aantal em pagina s em klik op Configureer. Er wordt een dialoogvenster weergegeven waarin u wordt gevraagd om een IP-adres. OPMERKING: Klik op Configureer in het deelvenster Printerinformatie als het dialoogvenster niet automatisch wordt geopend. 2 Typ het IP-adres van de Splash RPX-ii in het veld Printeradres. 3 Klik op OK.

37 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 37 Aangepaste paginaformaten definiëren in Mac OS X U kunt een nieuw aangepast paginaformaat definiëren in het deelvenster Standaard aangepast paginaformaat van het dialoogvenster Pagina-instelling. Bij aangepaste paginaformaten definieert u zelf de afmetingen en marges van de pagina. Nadat u een aangepast paginaformaat hebt gedefinieerd, kunt u dit gebruiken in een toepassing zonder dat u het formaat steeds opnieuw hoeft te definiëren wanneer u een document afdrukt. OPMERKING: Als u afmetingen opgeeft die overeenkomen met een bepaald vast paginaformaat, verwerkt de Splash RPX-ii de taak als een afdruktaak voor dat paginaformaat. EEN AANGEPAST PAGINAFORMAAT DEFINIËREN IN MAC OS X 1 Open een bestand in uw toepassing. 2 Kies Pagina-instelling in het menu Archief. 3 Kies Beheer aangepaste formaten in de lijst Paginaformaat. 1 Namen van aangepaste paginaformaten 1 4 Klik op de knop +. 5 Dubbelklik op de standaard aangepaste papiernaam en typ een nieuwe naam. 6 Voer de afmetingen en marges voor het papier in. In de functie Aangepast paginaformaat worden de volgende afmetingen en marges ondersteund: Breedte: 3,93 tot 13 Hoogte: 5,83 tot 19,2 Marges: 0,17 OPMERKING: Als u een aangepast paginaformaat definieert dat groter of kleiner is dan de hierboven vermelde waarden, vervangt het Mac OS X-printerstuurprogramma dit paginaformaat zonder te waarschuwen door het standaardpaginaformaat. 7 Klik op OK. Het aangepaste paginaformaat dat u hebt gedefinieerd wordt toegevoegd aan de lijst met paginaformaten in het dialoogvenster Pagina-instelling.

38 AFDRUKKEN VANUIT MAC OS X 38 EEN OPGESLAGEN AANGEPAST PAGINAFORMAAT BEWERKEN 1 Open een bestand in uw toepassing. 2 Kies Pagina-instelling in het menu Archief. 3 Kies Beheer aangepaste formaten in de lijst Paginaformaat. 4 Selecteer de naam van het aangepaste paginaformaat. 5 Bewerk de afmetingen en marges voor de pagina. 6 Vervang de bestaande naam voor het aangepaste paginaformaat door erop te klikken. 7 Klik op OK. EEN AANGEPAST PAGINAFORMAAT VERWIJDEREN 1 Open een bestand in uw toepassing. 2 Kies Pagina-instelling in het menu Archief. 3 Kies Beheer aangepaste formaten in de lijst Paginaformaat. 4 Klik op de naam van het aangepaste paginaformaat. 5 Klik op de knop - en klik op OK. EEN KOPIE VAN HET AANGEPASTE PAGINAFORMAAT MAKEN 1 Open een bestand in uw toepassing. 2 Kies Pagina-instelling in het menu Archief. 3 Kies Beheer aangepaste formaten in de lijst Paginaformaat. 4 Klik op de naam van het aangepaste paginaformaat. 5 Klik op Dupliceer en daarna op OK.

39 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 39 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS Als u een taak wilt afdrukken vanaf uw Windows-computer op de Splash RPX-ii, moet u de afdrukverbindingen instellen en een printer toevoegen om de Splash RPX-ii in te stellen voor afdrukken. De printerbestanden staan op de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii of kunnen rechtstreeks via het netwerk worden gedownload vanuit de Splash RPX-ii. Raadpleeg de onderstaande tabel voor elke procedure. Procedure Raadpleeg Een printer toevoegen met de TCP/IP-afdrukverbinding pagina 40 Een printer toevoegen met de SMB-afdrukverbinding pagina 48 Afdrukken vanaf Windows-computers pagina 52

40 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 40 Een printer toevoegen met de TCP/IP-afdrukverbinding Voordat u een taak afdrukt op de Splash RPX-ii, moet u een afdrukverbinding instellen en een printer toevoegen. In dit gedeelte worden de procedures beschreven voor het instellen van de TCP/IP-afdrukverbinding en het instellen van de Splash RPX-ii voor afdrukken met de bestanden op de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii of met de bestanden die zijn gedownload vanuit de Splash RPX-ii. Raadpleeg de onderstaande tabel voor elke procedure. Procedure Raadpleeg De Windows-printerbestanden voorbereiden pagina 40 De TCP/IP-afdrukverbinding instellen pagina 42 De Splash RPX-ii instellen voor afdrukken pagina 45 De Windows-printerbestanden voorbereiden U moet ervoor zorgen dat u de Windows-printerbestanden bij de hand hebt voordat u de TCP/IP-afdrukverbinding kunt gaan instellen. Nadat u de installatieprocedure voor de afdrukverbinding hebt voltooid, wordt u gevraagd om de locatie van de printerbestanden aan te geven. De printerbestanden op de cd voorbereiden De cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii bevat de volgende printerbestanden voor de Splash RPX-ii: Adobe PostScript-printerstuurprogramma: maakt communicatie mogelijk tussen de Windows 2000/XP/Server 2003-computer, de Splash RPX-ii en de kopieermachine. PPD-bestand: levert informatie over de Splash RPX-ii en de kopieermachine aan uw toepassing en printerstuurprogramma. De printerbestanden downloaden vanuit de Splash RPX-ii Voordat u de procedure voor het instellen van de TCP/IP-afdrukverbinding start, downloadt u de Windows-printerbestanden vanuit de Splash RPX-ii. U kunt printerbestanden rechtstreeks, via het netwerk, vanuit de Splash RPX-ii naar uw computer downloaden.

41 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 41 DE WINDOWS-PRINTERBESTANDEN DOWNLOADEN 1 Start uw Internet-browser. 2 Typ het IP-adres van de Splash RPX-ii en klik op Ga naar. Het dialoogvenster Splash-serverbeheer wordt weergegeven. 3 Klik op Downloads in de rechterbovenhoek van het dialoogvenster. 4 Klik op Splash Installer Downloads. 5 Download RPX-ii Windows-stuurprogramma s.zip naar uw bureaublad en pak het archief uit. De printerbestanden zijn nu gereed voor installatie. Stel de afdrukverbinding in en installeer deze printerbestanden op dezelfde wijze als u doet met de bestanden op de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii. Raadpleeg pagina 42 voor meer informatie over het instellen van de afdrukverbinding. Zie pagina 45 voor meer informatie over het installeren van de printerbestanden.

42 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 42 De TCP/IP-afdrukverbinding instellen Als u een taak wilt afdrukken op de Splash RPX-ii, moet u de Windows-computer configureren voor de afdrukverbindingen. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de TCP/IPafdrukverbinding kunt instellen. OPMERKING: De Splash RPX-ii moet zodanig worden geconfigureerd dat afdruktaken waarbij gebruik wordt gemaakt van het TCP/IP-protocol worden geaccepteerd. Bovendien moet LPD worden ingeschakeld op de Splash RPX-ii door de serverbeheerder. Raadpleeg de Configuratiegids voor meer informatie. De procedures voor het instellen van TCP/IP-afdrukverbindingen voor Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003 zijn vergelijkbaar. De afbeeldingen in de volgende procedure verwijzen naar een Windows 2000-computer. Eventuele verschillen worden aangestipt. DE TCP/IP-AFDRUKVERBINDING INSTELLEN VOOR WINDOWS 1 Vraag het IP-adres van de Splash RPX-ii aan uw serverbeheerder. 2 Windows 2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers. Windows XP: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten. Windows Server 2003: Klik op Start, kies Configuratiescherm en vervolgens Printers en faxapparaten. 3 Dubbelklik op het pictogram Printer toevoegen (of klik op Een printer toevoegen). Het dialoogvenster Wizard Printer toevoegen wordt weergegeven. 4 Klik op Volgende. Het deelvenster Lokale of netwerkprinter wordt weergegeven. 5 Selecteer Lokale printer (of Lokale printer die met deze computer is verbonden), schakel het selectievakje Mijn Plug en Play-printer automatisch detecteren en installeren uit en klik op Volgende. Het deelvenster Selecteer een printerpoort wordt geopend. 6 Selecteer Een nieuwe poort maken. 7 Selecteer Standaard TCP/IP-poort uit de lijst Type poort en klik op Volgende. De wizard Standaard TCP/IP-printerpoort toevoegen wordt weergegeven.

43 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 43 8 Klik op Volgende. Het deelvenster Poort toevoegen wordt geopend. 9 Typ het IP-adres van de Splash RPX-ii en klik op Volgende. Het deelvenster Extra poortgegevens benodigd wordt geopend.

44 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS Selecteer Aangepast in het gebied Apparaattype en klik op Instellingen. Het dialoogvenster Standaard-TCP/IP-poortmonitor configureren wordt weergegeven. 11 Selecteer de optie Raw of LPR in het gebied Protocol. Als u afdrukken via poort 9100 wilt gebruiken, selecteert u Raw. Het poortnummer 9100 wordt automatische weergegeven in het gebied Raw-instellingen. Dit is het standaardpoortnummer. U kunt afdrukken naar de printerverbinding die is geselecteerd voor afdrukken via poort 9100 op de Splash RPX-ii. Als u afdrukken via LPR wilt gebruiken, selecteert u LPR en typt u een naam in het veld Wachtrijnaam. Typ "splash" om verbinding te maken met de standaardwachtrij op de Splash RPX-ii. OPMERKING: Schakel de optie LPR-bytetelling ingeschakeld uit. Als u verbinding wilt maken met een Virtuele printer, typt u de naam van de Virtuele printer in het veld Wachtrijnaam bij LPR-instellingen. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over Virtuele printer. 12 Klik op OK. 13 Klik op Volgende. 14 Klik op Voltooien in het dialoogvenster van de wizard Standaard-TCP/IP-poort toevoegen. Het dialoogvenster van de wizard Standaard-TCP/IP-printerpoort toevoegen wordt gesloten en het dialoogvenster van de wizard Printer toevoegen wordt geopend. Zie het volgende gedeelte voor instructies voor het installeren van de printerbestanden.

45 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 45 De Splash RPX-ii instellen voor afdrukken In de volgende gedeelten wordt beschreven hoe u een printer kunt toevoegen met de printerbestanden op de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii of de bestanden die zijn gedownload vanuit de Splash RPX-ii. OPMERKING: Zie Introductie voor de systeemvereisten. De printerbestanden op de cd instellen Gebruik de volgende procedure om de printerbestanden te installeren vanaf de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii. OPMERKING: De procedures voor het installeren van de printerbestanden voor Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003 zijn vergelijkbaar. In de volgende procedures worden schermafbeeldingen uit Windows 2000 gebruikt. De verschillen worden aangestipt. DE PRINTERBESTANDEN INSTALLEREN VANAF DE CD OPMERKING: In deze procedure wordt ervan uitgegaan dat u de procedure voor het instellen van de TCP/IP-afdrukverbinding hebt voltooid. Zie pagina 42 voor meer informatie. 1 Klik op Diskette in het dialoogvenster Wizard Printer toevoegen. In het dialoogvenster Installeren vanaf diskette wordt u gevraagd de installatieschijf te plaatsen. 2 Plaats de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii in het cd-rom-station. 3 Typ de naam van het cd-rom-station (bijvoorbeeld D:\). 4 Klik op Bladeren. Het dialoogvenster Bestand zoeken wordt weergegeven.

46 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 46 5 Blader naar de volgende map, die de printerbestanden voor de Splash RPX-ii bevat. Splash RPX-ii\Printer Drivers\RPX-ii Windows-client\Nld\Prnstrpr\ Ps_drvr\Win_2K_XP 6 Selecteer oemsetup.inf en klik op Openen. Het pad wordt gekopieerd naar het veld in het dialoogvenster Installeren vanaf diskette. 7 Klik op OK. 8 Selecteer het PPD-bestand in het deelvenster Printers en klik op Volgende. De volgende PPD-bestanden voor de Splash Server zijn beschikbaar: Splash RPX-ii /Splash RPX-ii voor standaardafdrukken Splash RPX-ii SA/Splash RPX-ii SA voor Beveiligd afdrukken Selecteer Splash RPX-ii of Splash RPX-ii SA als u over de DocuColor 240/ 250 beschikt. Selecteer Splash RPX-ii of Splash RPX-ii SA als u over de DocuColor 260 of DocuColor 242/252 beschikt. OPMERKING: Selecteer het PPD-bestand voor Beveiligd afdrukken als u serverbeheerder Beveiligd afdrukken heeft geconfigureerd op de Splash RPX-ii. Zie Beveiligde toegang op pagina 94 en de Gids voor taakbeheer voor meer informatie.

47 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 47 9 Typ een aangepaste naam in het veld Printernaam of laat de standaardnaam staan. Deze naam wordt gebruikt in het venster Printers. 10 Geef aan of u deze printer wilt instellen als de standaardprinter en klik op Volgende. 11 Volg de aanwijzingen op het scherm. De benodigde bestanden worden op de vaste schijf geïnstalleerd. Wanneer de installatie is voltooid, wordt het pictogram van de nieuw geïnstalleerde printer weergegeven in het venster Printers. De gedownloade printerbestanden instellen U kunt de gedownloade printerbestanden op dezelfde wijze installeren als de bestanden op de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii. Raadpleeg het gedeelte De Splash RPX-ii instellen voor afdrukken op pagina 45.

48 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 48 Een printer toevoegen met de SMB-afdrukverbinding Als uw netwerk niet over een Windows-server beschikt, kunnen Windows-computers toch afdrukken op de Splash RPX-ii. Deze methode van afdrukken is SMB-afdrukken (ook wel Windows- of WINS-afdrukken genoemd). Als gebruikers afdruktaken versturen, werken Windows-computers in een peer-to-peer-omgeving en communiceren zij rechtstreeks met de Splash RPX-ii. Als u SMB-afdrukken inschakelt, kan de Splash RPX-ii worden weergegeven in het netwerk, zodat Windows-clients kunnen afdrukken op de Splash RPX-ii zonder gebruik te hoeven maken van andere netwerksoftware. Windows-afdrukken verloopt via TCP/IP. U moet TCP/ IP configureren op de Splash RPX-ii en op alle computers die SMB-afdrukken gebruiken. Raadpleeg de Configuratiegids voor meer informatie over het configureren van TCP/IP op de Splash RPX-ii. De Splash RPX-ii instellen met Aanwijzen en afdrukken SMB-afdrukken maakt het mogelijk printerbestanden op uw computer te installeren met behulp van Aanwijzen en afdrukken, en af te drukken op de Splash RPX-ii. OPMERKING: Als u de functie voor SMB-afdrukken wilt gebruiken, moet de Windows-optie Delen zijn ingeschakeld door uw serverbeheerder op de Splash RPX-ii. Raadpleeg de Configuratiegids voor meer informatie. PRINTERBESTANDEN INSTALLEREN VIA AANWIJZEN EN AFDRUKKEN 1 Vraag het IP-adres van de Splash RPX-ii aan uw serverbeheerder. 2 Klik op Start en kies Uitvoeren. 3 Typ \\, gevolgd door het IP-adres van de Splash RPX-ii. Voorbeeld: \\ Als het aanmeldingsvenster wordt geopend, typt u de gebruikersnaam en het wachtwoord voor de serverbeheerder van de Splash RPX-ii. Vraag uw serverbeheerder om deze informatie.

49 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 49 5 Klik op OK. De inhoud van de vaste schijf van de Splash RPX-ii wordt getoond. 6 Dubbelklik op het printerpictogram splash om verbinding te maken met de standaardwachtrij op de Splash RPX-ii. Dubbelklik op de naam van een Virtuele printer om verbinding te maken met de Virtuele printer. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over Virtuele printers. 7 Klik op Ja als het dialoogvenster Printers wordt weergegeven. De printerbestanden voor de Splash RPX-ii worden geïnstalleerd op uw computer en het printervenster wordt geopend. De printerbestanden verwijderen Als u de printerbestanden moet verwijderen van uw Windows-computer, verwijdert u deze met de Splash Printer Delete Utility die wordt meegeleverd op de cd met gebruikerssoftware en documentatie Splash RPX-ii. Meer informatie over het installeren van de Splash Printer Delete Utility vindt u in Introductie. DE PRINTERBESTANDEN VERWIJDEREN 1 Klik op Start, wijs Alle programma s (of Programma s) aan en kies vervolgens EFI. 2 Klik op SplashPrinterDeleteUtility. Het dialoogvenster Splash Driver Uninstall Tool wordt weergegeven. In dit venster worden alle printerbestanden voor de Splash RPX-ii weergegeven die op uw computer zijn gevonden,. 3 Selecteer de printernaam en klik op Delete. 4 Klik op OK om de printerbestanden te verwijderen. 5 Klik op OK om de computer opnieuw op te starten of klik op Cancel om terug te gaan naar het dialoogvenster Splash Driver Uninstall Tool. U kunt dan nog een set printerbestanden gaan verwijderen. 6 Als het verwijderen van de printerbestanden is voltooid, klikt u op Exit. 7 Start uw computer opnieuw.

50 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 50 Installeerbare opties configureren Als u de afdrukopties voor de kopieermachine en Splash RPX-ii op de juiste wijze wilt gebruiken, moet u de Splash RPX-ii configureren vanaf uw computer voor de opties die zijn geïnstalleerd op de kopieermachine. Configureer de opties handmatig of gebruik, voor TCP/ IP-netwerkverbindingen, de functie Tweerichtingscommunicatie om de opties automatisch te configureren. Zie pagina 79 voor een lijst van beschikbare opties. Installeerbare opties handmatig configureren In de volgende procedures wordt uitgelegd hoe u de Splash RPX-ii handmatig kunt configureren. De procedures voor alle Windows-platformen zijn vergelijkbaar. Eventuele verschillen worden aangestipt in de tekst. OPMERKING: Als u installeerbare opties handmatig configureert, moet u ervoor zorgen dat de configuratie overeenstemt met de werkelijke configuratie van de kopieermachine. Anders stemmen de afdrukopties die worden weergegeven in het printerstuurprogramma mogelijk niet overeen met de daadwerkelijk beschikbare afdrukopties. OPTIES HANDMATIG CONFIGUREREN 1 Windows 2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers. Windows XP: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten. Windows Server 2003: Klik op Start, kies Configuratiescherm en vervolgens Printers en faxapparaten. 2 Klik in het venster Printers op het printerpictogram van de Splash RPX-ii en kies Eigenschappen. 3 Klik op de tab Accessoires. 4 Selecteer vanuit de lijst Beschikbare opties de opties die zijn geïnstalleerd in de kopieermachine. 5 Klik op Voeg toe. De opties worden verplaatst naar de lijst Geïnstalleerde opties. 6 Klik op OK.

51 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 51 Geïnstalleerde opties automatisch configureren Als u een TCP/IP-netwerk hebt ingeschakeld, kunt u het printerstuurprogramma automatisch bijwerken zodat dit de opties weergeeft die momenteel zijn geïnstalleerd op de kopieermachine. Als het printerstuurprogramma voor het eerst wordt geïnstalleerd, geven de opties de standaardinstellingen weer die zijn ingesteld in de instellingen voor Splash RPX-ii. Als u het printerstuurprogramma bijwerkt via de functie Tweerichtingscommunicatie, stelt u het printerstuurprogramma in staat de instellingen op te halen van de Splash RPX-ii. De functie Tweerichtingscommunicatie werkt tevens de afdrukopties in Aangepaste kleurinstellingen bij om de huidige kleurinstellingen op de Splash RPX-ii weer te geven. Raadpleeg Kleurengids voor meer informatie over de afdrukopties die betrekking hebben op kleur. TWEERICHTINGSCOMMUNICATIE INSCHAKELEN 1 Windows 2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers. Windows XP: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten. Windows Server 2003: Klik op Start, kies Configuratiescherm en vervolgens Printers en faxapparaten. 2 Klik in het venster Printers op het printerpictogram van de Splash RPX-ii en kies Eigenschappen. 3 Klik op de tab Accessoires. 4 Selecteer Tweerichtingscommunicatie 5 Typ het IP-adres of de DNS-naam van de Splash RPX-ii. 6 Selecteer Splash-stuurprogramma bijwerken indien geopend. In het dialoogvenster van de Splash-server worden de huidige standaardinstellingen van de printer weergegeven als dit wordt geopend. 7 Klik op bijwerken. 8 Klik op de tab Geavanceerd en schakel de optie Geavanceerde afdrukfuncties inschakelen uit. 9 Klik op OK.

52 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 52 Afdrukken vanaf Windows-computers Afdrukken naar de Splash RPX-ii gaat op dezelfde manier als afdrukken vanuit een Windowstoepassing naar andere printers. Selecteer de Splash RPX-ii als actieve printer in de lijst Printers en druk het bestand af vanuit de toepassing. Nadat u de printerbestanden van de Splash RPX-ii hebt geïnstalleerd en de afdrukverbindingen hebt geconfigureerd, kunt u afdrukken vanuit de meeste Windowstoepassingen. Met het juiste PPD-bestand kunt u de afdrukfuncties van de Splash RPX-ii besturen door de afdrukopties op te geven vanuit de dialoogvensters Afdrukken. Raadpleeg pagina 68 voor meer informatie over de afdrukopties van de Splash RPX-ii. De Splash RPX-ii selecteren vanuit de lijst Printers Selecteer, voordat u een taak gaat afdrukken, de Splash RPX-ii in de lijst Printers. Ga als volgt te werk om de Splash RPX-ii te selecteren als uw standaardprinter. DE SPLASH RPX-ii SELECTEREN ALS DE STANDAARDPRINTER 1 Controleer of de Splash RPX-ii is aangesloten op het netwerk en is ingeschakeld. 2 Windows 2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers. Windows XP: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten. Windows Server 2003: Klik op Start, kies Configuratiescherm en vervolgens Printers en faxapparaten. De printers die zijn ingesteld voor afdrukken worden weergegeven in een lijst. De virtuele printers die zijn geconfigureerd op de Splash RPX-ii en die zijn ingesteld voor afdrukken worden eveneens weergegeven. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over virtuele printers. 3 Klik met de rechtermuisknop op de Splash RPX-ii en selecteer Als standaardprinter instellen. 4 Sluit het venster.

53 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 53 Afdrukopties instellen vanuit Windows In de meeste Windows-toepassingen worden de afdrukopties ingesteld vanaf het tabblad Afdrukken. Zie Afdrukopties op pagina 68 voor meer informatie over specifieke afdrukopties. Sommige standaardinstellingen worden door de serverbeheerder ingesteld tijdens de Setup van de Splash RPX-ii. Neem contact op met de serverbeheerder voor informatie over de huidige standaardinstellingen van de server. Sommige afdrukopties die u vanuit het printerstuurprogramma of vanuit een toepassing kunt selecteren, komen overeen met specifieke afdrukopties van de Splash RPX-ii. In deze gevallen gebruikt u de specifieke afdrukopties van de Splash RPX-ii. Soms wordt het bestand niet goed door het stuurprogramma of een toepassing ingesteld voor afdrukken op de Splash RPX-ii, zodat onverwachte afdrukfouten kunnen optreden en de verwerking langer kan duren. OPMERKING: Als u uw taak naar een Virtuele printer zendt, wordt een reeks afdrukopties toegepast die zijn geconfigureerd voor de Virtuele printer en wordt uw selectie in het printerstuurprogramma genegeerd. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over Virtuele printers. De procedures voor het afdrukken van een taak vanaf computers met Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003 zijn vergelijkbaar. In de volgende procedures worden schermafbeeldingen uit Windows 2000 gebruikt. Eventuele verschillen worden aangestipt. AFDRUKOPTIES INSTELLEN VANUIT WINDOWS 1 Open een bestand in uw toepassing. 2 Kies Afdrukken in het menu Bestand. Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven. De naam van de Splash RPX-ii die is ingesteld als de standaardprinter wordt weergegeven in het veld Naam. In de keuzelijst kunt u de lijst bekijken van andere printers die zijn ingesteld voor afdrukken.

54 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 54 OPMERKING: De virtuele printers die zijn geconfigureerd op de Splash RPX-ii en die zijn ingesteld voor afdrukken worden eveneens weergegeven. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over virtuele printers. 3 Selecteer de Splash RPX-ii in de lijst Naam en klik op Eigenschappen. Het dialoogvenster Eigenschappen voor document wordt weergegeven. 4 Klik op de tab Papier/Kwaliteit. Geef een waarde op bij de opties Papierinvoer en Papierformaat vanuit de volgende lijst. Papierbron uit de lijst Ladeselectie>Papierinvoer Papierformaat uit de lijst Papier/Uitvoer>Papierformaat in het dialoogvenster Geavanceerde opties Raadpleeg de tabel op pagina 83 en Papierbron op pagina 91 voor meer informatie over ladeselectie. Raadpleeg de tabel op pagina 83 voor meer informatie over papierformaten.

55 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 55 5 Klik op de tab Bestand om opties voor bestandsverwerking en planning op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 71 en Bestandsbeheer op pagina 85 voor meer informatie.

56 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 56 6 Klik op de tab Pagina om opties voor taakverwerking en inslag op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 72, Taakverwerking op pagina 86 en Mediakwaliteit op pagina 89 voor meer informatie. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over inslag en gemengde media.

57 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 57 7 Klik op de tab Uitvoer om uitvoer- en afwerkingsopties op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 75 en Uitvoer op pagina 90 voor meer informatie. Als u de functie Beeldverschuiving wilt gebruiken, klikt u op Beeldverschuivingsopties en geeft u de verschuivingswaarden op in het dialoogvenster Beeldverschuiving.

58 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 58 8 Klik op de tab Gekleurd om opties voor Kleurmodel en Printermodus op te geven. Klik op Geavanceerde instellingen om de kleurinstellingen op te geven. In het dialoogvenster Aangepaste kleuren-instellingen worden kleurinstellingen anders weergegeven, afhankelijk van of de optie Tweerichtingscommunicatie al dan niet is geselecteerd.

59 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 59 OPMERKING: Als u de huidige kleurinstellingen op de Splash RPX-ii wilt weergeven, moet u de optie Tweerichtingscommunicatie inschakelen. Zie Tweerichtingscommunicatie inschakelen op pagina 64 voor meer informatie. Tweerichtingscommunicatie Uit Tweerichtingscommunicatie Aan OPMERKING: De beginwaarde geeft de huidige kleurinstellingen aan die zijn ingesteld in Standaardinstellingen bewerken op de Splash RPX-ii. Raadpleeg de tabel op pagina 80 en de Kleurengids voor informatie over de kleuropties.

60 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 60 9 Klik op de tab Extra s om overzichtsfuncties op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 77 en de Kleurengids voor meer informatie.

61 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS Klik op de tab Kwaliteit om kwaliteitsopties op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 77 en de Kleurengids voor meer informatie.

62 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS Klik op de tab Lade om opties voor laden en mediaverwerking op te geven. Raadpleeg de tabel op pagina 83 en Papierbron op pagina 91 voor meer informatie over ladeselectie. Raadpleeg de tabel op pagina 74 voor meer informatie over mediatypen.

63 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS Klik op de tab Informatie. Als Beveiligd afdrukken is geconfigureerd op de Splash RPX-ii, typt u de volgende informatie, indien vereist: Gebruiker, Wachtwoord en Rekening. Raadpleeg de tabel op pagina 78 voor meer informatie. OPMERKING: De informatie in dit deelvenster kan worden ingevoerd voor Beveiligd afdrukken of standaardafdrukken. Als Beveiligd afdrukken is geconfigureerd op de Splash RPX-ii en de vereiste informatie is niet opgegeven, wordt u hierom gevraagd als u op Afdrukken klikt. Neem contact op met de serverbeheerder voor de vereiste informatie. Raadpleeg Beveiligde toegang op pagina 94 en de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over Beveiligd afdrukken. Klik op Inschakelen om de functie Beveiligd afdrukken te gebruiken. Het dialoogvenster Beveiligd afdrukken wordt weergegeven. Raadpleeg pagina 92 voor meer informatie over Beveiligd afdrukken. Typ uw wachtwoord om uw taak als beveiligde afdruktaak te verzenden en klik op OK.

64 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS Klik op de tab Verbruiksartikelen om de volgende informatie over de kopieermachine weer te geven: Papier: niveaus, formaten en afmetingen Status van apparaat: apparaatnaam, status, taken in wachtrij, statusberichten en foutberichten Toner: Niveaus OPMERKING: De inhoud van de tab Verbruiksartikelen wordt weergegeven met de functie Tweerichtingscommunicatie. Raadpleeg het volgende gedeelte voor meer informatie. 14 Klik op Bijwerken om de status van de kopieermachine bij te werken. 15 Klik op Afdrukken. Tweerichtingscommunicatie inschakelen De functie Tweerichtingscommunicatie stelt u in staat informatie, zoals de huidige kleurinstellingen op de Splash RPX-ii en de status van de kopieermachine op te halen vanaf de Splash RPX-ii. De optie Tweerichtingscommunicatie wordt ingeschakeld als u de printerpoort configureert voor de Splash RPX-ii. Zie De TCP/IP-afdrukverbinding instellen op pagina 42 voor meer informatie. Als de functie Tweerichtingscommunicatie niet automatisch wordt ingeschakeld, gebruikt u de volgende procedure de functie in te schakelen op het tabblad Accessoires van het dialoogvenster Eigenschappen of het tabblad Informatie van het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken of Documenteigenschappen. TWEERICHTINGSCOMMUNICATIE INSCHAKELEN VANAF HET TABBLAD ACCESSOIRES 1 Windows 2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers. Windows XP: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten. Windows Server 2003: Klik op Start, kies Configuratiescherm en vervolgens Printers en faxapparaten. 2 Klik in het venster Printers of Printers en faxapparaten met de rechtermuisknop op de printernaam van de Splash RPX-ii en kies Eigenschappen. Het dialoogvenster Eigenschappen wordt weergegeven. 3 Klik op de tab Accessoires. 4 Selecteer Tweerichtingscommunicatie 5 Typ het IP-adres of de DNS-naam van de Splash RPX-ii.

65 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 65 TWEERICHTINGSCOMMUNICATIE INSCHAKELEN VANAF HET TABBLAD INFORMATIE VAN VOORKEURSINSTELLINGEN VOOR AFDRUKKEN 1 Windows 2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers. Windows XP: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten. Windows Server 2003: Klik op Start, kies Configuratiescherm en vervolgens Printers en faxapparaten. 2 Klik in het venster Printers of Printers en faxapparaten met de rechtermuisknop op de printernaam van de Splash RPX-ii en kies Voorkeursinstellingen voor afdrukken. Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wordt weergegeven. 3 Klik op de tab Informatie. 4 Typ het IP-adres van de Splash RPX-ii in het veld IP-adres server. 5 Klik op OK. TWEERICHTINGSCOMMUNICATIE INSCHAKELEN VANAF HET TABBLAD INFORMATIE VAN DOCUMENTEIGENSCHAPPEN 1 Open een bestand in uw toepassing. 2 Kies Afdrukken in het menu Bestand. 3 Selecteer de Splash RPX-ii in de lijst Naam en klik op Eigenschappen. Het dialoogvenster Eigenschappen voor document wordt weergegeven. 4 Klik op de tab Informatie. 5 Typ het IP-adres van de Splash RPX-ii in het veld IP-adres server. 6 Klik op OK.

66 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 66 Aangepaste paginaformaten definiëren Bij aangepaste paginaformaten bepaalt u zelf de afmetingen van een gedrukte pagina. Nadat u een aangepast paginaformaat hebt gedefinieerd, kunt u dit gebruiken in toepassingen zonder dat u het formaat steeds opnieuw hoeft te definiëren wanneer u een document afdrukt. Als u een aangepast paginaformaat definieert, geeft u de breedte- en lengtematen op die corresponderen met respectievelijk de korte en lange zijde van uw taak. Aangepaste paginaformaten moeten altijd op deze manier worden ingesteld, ongeacht de instellingen voor de afdrukstand in de toepassing. Staand Liggend Hoogte Breedte Hoogte Breedte De procedures voor het definiëren van een aangepast paginaformaat vanaf computers met Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003 zijn vergelijkbaar. In de volgende procedures worden schermafbeeldingen uit Windows 2000 gebruikt. Eventuele verschillen worden aangestipt. EEN AANGEPAST PAGINAFORMAAT DEFINIËREN VANUIT WINDOWS 1 Windows 2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers. Windows XP: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten. Windows Server 2003: Klik op Start, kies Configuratiescherm en vervolgens Printers en faxapparaten. 2 Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Splash RPX-ii en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken. 3 Klik op de tab Papier/Kwaliteit. 4 Klik op Geavanceerd.

67 AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS 67 5 Selecteer Grootte van aangepaste pagina (PostScript) in de lijst Papierformaat. Het dialoogvenster Grootte van de aangepaste pagina definiëren (PostScript) wordt geopend. 6 Geef de volgende opties op. Afmetingen van de aangepaste pagina: geef de breedte en hoogte van de afdruktaak op. Bij aangepaste paginaformaten worden de volgende afmetingen en marges ondersteund: Breedte: 3,93" tot 13" Hoogte: 5,83" tot 19,2" Eenheid: selecteer de maateenheid voor de afdruktaak. Papierinvoerrichting: kies de richting van de papierinvoer voor de afdruktaak. Papiertype: alleen de optie Losse vellen is beschikbaar. Verschuiving ten opzichte van de papierinvoerrichting: geef de verschuivingen (marges) van de afdruktaak op ten opzichte van de papierinvoerrichting. 7 Klik op OK om het dialoogvenster Grootte van de aangepaste pagina definiëren (PostScript) te sluiten. 8 Klik op OK om het dialoogvenster Geavanceerde opties te sluiten. 9 Klik op OK om het dialoogvenster Voorkeursinstellingen te sluiten. U kunt het aangepaste paginaformaat nu opgeven vanuit een toepassing.

68 AFDRUKOPTIES 68 AFDRUKOPTIES In dit hoofdstuk worden de afdrukopties voor de Splash RPX-ii beschreven. De volgende onderwerpen komen aan bod: Informatie over printerstuurprogramma s en PostScript-printerdefinitiebestanden (PPD s) Beknopte uitleg van elke afdrukoptie, standaardinstelling en eventuele beperkingen of vereisten Details van specifieke afdrukopties. Informatie over printerstuurprogramma s en PPD-bestanden De Splash RPX-ii ontvangt bestanden van computers op het netwerk, verwerkt deze bestanden (RIP) en stuurt ze vervolgens naar de kopieermachine. Tijdens het afdrukken vanuit een toepassing communiceren Windows- en Mac OS-computers met de Splash RPX-ii door middel van een PostScript-printerstuurprogramma en PPD-bestanden. Printerstuurprogramma s zijn een manier om informatie over afdruktaken door te geven tussen uw toepassing, de Splash RPX-ii en de kopieermachine. Deze programma s interpreteren de instructies die de toepassing genereert, voegen deze samen met specifieke opties voor de kopieermachine die u instelt, en vertalen alle informatie naar een taal die door de kopieermachine kan worden geïnterpreteerd. Met andere woorden, het printerstuurprogramma schrijft een PostScript-bestand op basis van het oorspronkelijke bestand en de opties die u hebt ingesteld in de dialoogvensters Pagina-instelling en Afdrukken. Een PPD-bestand bevat informatie over de functies en mogelijkheden van een specifiek afdrukapparaat (bijvoorbeeld welke papierformaten en mediatypen worden ondersteund). Het printerstuurprogramma leest de gegevens in het PPD-bestand en zet de informatie om in afdrukopties die u selecteert in de dialoogvensters Pagina-instelling en Afdrukken. Het PPDbestand voor de Splash RPX-ii bevat informatie over de eigenschappen van zowel de kopieermachine als de Splash RPX-ii. Zie de tabel op pagina 71 voor meer informatie over de specifieke afdrukopties voor de Splash RPX-ii.

69 AFDRUKOPTIES 69 Informatie over afdrukopties Met de afdrukopties van de Splash RPX-ii kunt u de speciale functies van de kopieermachine en Splash RPX-ii gebruiken. Zij kunnen worden opgegeven op meerdere locaties: op de Splash RPX-ii en vanuit uw toepassing. U kunt ook een aantal afdrukopties instellen wanneer u afdrukt met behulp van Hot Folders. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over Hot Folders. Hiërarchie voor het vervangen van afdrukopties Bij het vervangen van afdrukopties wordt de volgende hiërarchie gehanteerd: De voorkeursinstellingen voor de Splash-server hebben voorrang boven de fabrieksinstellingen. De standaardtaakinstellingen voor de Splash RPX-ii hebben voorrang boven de fabrieksinstellingen. De instellingen in uw toepassingen hebben voorrang boven de voorkeursinstellingen en de standaardtaakinstellingen voor de Splash-server. De instellingen voor de Virtuele printers of Hot Folders hebben voorrang boven de instellingen vanuit uw toepassingen. De voorrangsinstellingen voor de Splash RPX-ii hebben voorrang boven de instellingen voor de Virtuele printers of Hot Folders en de instellingen vanuit uw toepassingen. Afdrukopties instellen Raadpleeg de volgende beschrijvingen voor meer informatie over waar afdrukopties worden ingesteld: Splash-servervoorkeuren: Sommige instellingen worden ingesteld onder Splashservervoorkeuren tijdens de Setup van de Splash RPX-ii door de serverbeheerder. Meer informatie over de voorkeuren voor de Splash-server kunt u vinden in de Configuratiegids. Druk de configuratiepagina van de Splash RPX-ii af of neem contact op met de serverbeheerder voor informatie over de huidige instellingen van de Splash RPX-ii. Standaard taakinstellingen op de Splash RPX-ii: U kunt de standaardwaarden voor de meeste afdrukopties instellen vanuit het dialoogvenster Standaard taakinstellingen op de Splash RPX-ii. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over standaard taakinstellingen. Druk de configuratiepagina van de Splash RPX-ii af of neem contact op met de serverbeheerder voor informatie over de huidige instellingen van de Splash RPX-ii. Programma: Wanneer u afdrukt vanuit uw toepassing kunt u afdrukopties opgeven via de PostScript-printerstuurprogramma s. Zie Afdrukken vanuit Mac OS X en Afdrukken vanuit Windows voor meer informatie.

70 AFDRUKOPTIES 70 Virtuele printers of Hot Folders: U kunt een reeks afdrukopties toewijzen aan een Virtuele printer of een Hot Folder. Als u een set opgeeft voor een Virtuele printer of een Hot Folder, worden deze afdrukopties toegepast op alle taken die naar de Virtuele printer of de Hot Folder worden gezonden. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie. Splash-server afdrukinstellingen negeren: U kunt de instellingen van een taak wijzigen vanuit het dialoogvenster Taakopties bewerken van de Splash RPX-ii. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie.

71 AFDRUKOPTIES 71 Afdrukopties voor de Splash RPX-ii De volgende tabel bevat een lijst met afdrukopties die beschikbaar zijn op de Splash RPX-ii. De fabrieksinstellingen zijn onderstreept. Deze tabel bevat tevens de geldende beperkingen en andere informatie over de afdrukopties. Als u geen instellingen wijzigt, wordt uw taak afgedrukt op de Splash RPX-ii met de fabrieksinstellingen. Als de serverbeheerder de standaardinstellingen van de printer heeft gewijzigd op de Splash RPX-ii en u wijzigt geen van de instellingen, wordt de taak afgedrukt met de instellingen die de serverbeheerder heeft opgegeven. De structuur van de afdrukopties in de volgende tabel is gebaseerd op het printerstuurprogramma voor Mac OS X. De items in de tabel zijn gebaseerd op de printerstuurprogramma s voor Mac OS X en Windows Eventuele verschillen in de namen en locaties van de afdrukopties voor Mac OS X en Windows 2000 worden aangegeven. Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Splash-functies: Archief (Mac OS) Bestand (Windows) Bestandsbeheer Verwerken en blokkeren Afdrukken en blokkeren Afdrukken en verwijderen Preflight en blokkeren Postflight kleur en blokkeren Postflight-rapport en blokkeren Verzenden en blokkeren Geef de actie op de Splash RPX-ii op voor de in de wachtrij geplaatste en verwerkte bestanden nadat u de taak hebt verzonden. Raadpleeg pagina 85 voor meer informatie. Taak plannen Dialoogvenster Taak plannen: - Datum - Tijd (Mac OS) Ingeschakeld: - Datum - Tijd Niet ingeschakeld (Windows) Voor Mac OS: Klik op Taak plannen om het dialoogvenster Taak plannen weer te geven. Selecteer de datum op de kalender die wordt weergegeven. Typ of selecteer de tijd met behulp van de pijlen. Voor Windows: Selecteer de optie Taak plannen. Typ of selecteer de datum op de kalender die wordt weergegeven. Typ of selecteer de tijd met behulp van de pijlen.

72 AFDRUKOPTIES 72 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Splash-functies: Pagina (Mac OS) Taakverwerking Dubbelzijdig Niet dubbelzijdig Kantlijn lange zijde Kantlijn korte zijde Geef op of u deze functie wilt inschakelen voor uw taak. Raadpleeg pagina 89 voor meer informatie. Pagina (Windows) Collationeren Ingeschakeld Niet ingeschakeld Pagina's roteren Ingeschakeld Niet ingeschakeld Bedrukte zijde omhoog Ingeschakeld Niet ingeschakeld Paginavolgorde omkeren Ingeschakeld Niet ingeschakeld Inslag Ingeschakeld Niet ingeschakeld Geef op of u de functie Inslag wilt gebruiken. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie. Inslagtype: - Door de rug geniet - Genest in de rug nieten - Gebonden - Genest op de rug gebonden - Katern - Stap en herhalen (Auto) - Stap en herhalen (Vast) - 2 pag./vel inslag Selecteer het inslagtype voor uw inslagtaak. Sectiegrootte: - Alle Selecteer de sectiegrootte voor uw inslagtaak. Uitvoerformaat: - Tabloid - A3 - Letter - A4-8K - 12x18 - SRA3-13x19 Selecteer het uitvoerformaat voor uw inslagtaak. Passend maken: - Ingeschakeld - Niet ingeschakeld Geef aan of u de inslagtaak passend wilt maken voor het papierformaat.

73 AFDRUKOPTIES 73 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Snijtekens: - Uit - Zeer kort - Kort - Middel - Lang - Zeer lang Afdrukstand papier: - Staand - Liggend Kolommen: Rijen: Actie Geef op of u de snijtekens wilt afdrukken en wat voor type snijtekens u wilt gebruiken voor de inslagtaak. Geef de afdrukstand voor het papier op als Inslagtype is ingesteld op Stap en herhalen (Vast). Geef het aantal kolommen op als Inslagtype is ingesteld op Stap en herhalen (Vast). Geef het aantal rijen op als Inslagtype is ingesteld op Stap en herhalen (Vast). Beperkingen en informatie

74 AFDRUKOPTIES 74 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Splash-functies: Pagina (Mac OS) Lade (Windows) Mediatype Mediatype Standaard lade Normaal ( gsm) Normaal (zijde 2) ( gsm) Recycled ( gsm) Zwaar 1 ( gsm) Zwaar 1 (zijde 2) ( gsm) Zwaar 2 ( gsm) Zwaar 2 (zijde 2) ( gsm) Zwaar 3 ( gsm) Zwaar 3 (zijde 2) ( gsm) Gecoat 1 ( gsm) Gecoat 1 (zijde 2) ( gsm) Gecoat 2 ( gsm) Gecoat 2 (zijde 2) ( gsm) Gecoat 3 ( gsm) Gecoat 3 (zijde 2) ( gsm) Tabblad 1 ( gsm) Tabblad 2 ( gsm) Labels 1 ( gsm) Labels 2 ( gsm) Geperforeerd Transparant Transparant met tussenblad Aangepast 1 ( gsm) Aangepast 2 ( gsm) Aangepast 3 ( gsm) Aangepast 4 ( gsm) Aangepast 5 ( gsm) Selecteer het mediumtype voor uw taak. Selecteer Standaard lade als u het papier wilt gebruiken dat in de kopieermachine is geplaatst. Raadpleeg de documentatie bij uw kopieermachine voor meer informatie. NOTE: De volgende mediatypen worden anders genoemd afhankelijk van de kopieermachines: <DocuColor 242/ 252, DocuColor 260> Zwaar 3 ( gsm) Zwaar 3 (zijde 2) ( gsm) Gecoat 3 ( gsm) Gecoat 3 (zijde 2) ( gsm) <DocuColor 240/ 250> Zwaar 2 ( gsm) Zwaar 2 (zijde 2) ( gsm) Gecoat 2 ( gsm) Gecoat 2 (zijde 2) ( gsm) Mediakwaliteit Gemengde media (Windows) Geef een instelling voor de mediakwaliteit op voor bepaalde mediatypen. Klik hierop om de instellingen voor gemengde media voor uw taak te definiëren. Raadpleeg pagina 89 voor meer informatie. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie.

75 AFDRUKOPTIES 75 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Splash-functies: Uitvoer (Mac OS) Uitvoer: Afwerkings-opties (Windows) Afwerking Uitvoerbestemming Geen Nieten/perforeren Boekje Vouwen enkele pagina Standaard Opvangbak Bovenste lade afwerkeenheid Stapellade afwerkeenheid Boekjeslade Opvangbak voor in drieën gevouwen afdrukken Geef de afwerkoptie voor uw taak op. Geef de opvangbak voor uw taak op. Raadpleeg voor meer informatie de documentatie bij de kopieermachine en pagina 90. Verschuivingsmodus Ingeschakeld Niet ingeschakeld Geef op of sets verschoven moeten worden afgelegd voor uw taak. Nieten/ perforeren Afdrukstand inhoud Staand Liggend Definieer de afdrukstand van de inhoud van het origineel zodat de Splash RPX-ii op de juiste plaatsen kan nieten en perforeren. Nieten Geen Links boven enkel Links onder enkel Rechts boven enkel Rechts onder enkel Boven dubbel Onder dubbel Links dubbel Rechts dubbel Geef op of u de taak wilt laten nieten en specificeer de eventuele locaties van het nietje of de nietjes. Perforeren Geen 2 gaten 3 gaten 4 gaten Geef op of u de taak wilt laten perforeren en specificeer het aantal eventuele perforaties. Positie: - Links - Rechts - Boven Geef de locatie van de perforaties op als u de perforatiefunctie gebruikt.

76 AFDRUKOPTIES 76 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Vouwen Vouwen enkele pagina Geen Enkele vouw Z-vouw Z-vouw half vel C-vouw Geef de vouwmethode op. Boekje Hechtmodus Vouwen Vouwen en nieten Geef de instellingen voor het boekje op. Vouwformaat Inslag Omslag Mediatype omslag Lade omslag Beeldverschuiving (Windows) 1 vel 2 vellen 4 vellen Alle vellen Inslaan Reeds ingeslagen Geen Voorkant Voor- en achteromslag Achterkant Blanco Normaal Zwaar 1 ( gsm) Zwaar 2 ( gsm) Zwaar 3 ( gsm) Standaard Lade 1 Lade 2 Lade 3 Lade 4 Lade 5 Lade 6 Lade 6 (Bovenmaats) Lade 8 (Inleg) Opties voor beeldverschuiving Selecteer op deze knop en geef de opties voor beeldverschuiving op in het dialoogvenster Beeldverschuiving.

77 AFDRUKOPTIES 77 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Splash-functies: Kwaliteit (Mac OS) Kwaliteitsopties Randen van lijntekeningen verfijnen Ingeschakeld Niet ingeschakeld Raadpleeg de Kleurengids voor meer informatie. Kwaliteit (Windows) Kwaliteit tekst/ lijntekeningen Normaal Beste Beeldverfijning Ingeschakeld Niet ingeschakeld Samengestelde overdrukken weergeven Ingeschakeld Niet ingeschakeld Automatisch overlappen Ingeschakeld Niet ingeschakeld Kleurverloop verfijnen Ingeschakeld Niet ingeschakeld PDF/X-3- compatibel Ingeschakeld Niet ingeschakeld Glansniveau Normaal Verbeterd Splash-functies: Extra s (Mac OS) Overzichtsfuncties Scheidingen Automatisch Automatisch één pagina Uitgeschakeld Geef het type scheidingen voor uw taak op. Raadpleeg de Kleurengids voor meer informatie. Extra s (Windows) Afdrukken in eigen kleur: - Ingeschakeld - Niet ingeschakeld Geef op of u elke plaat van een scheidingenbestand wilt afdrukken in de eigen kleur. Progressieven afdrukken Ingeschakeld Niet ingeschakeld Geef op of u progressieven wilt afdrukken voor uw taak. Infostrook afdrukken Ingeschakeld Niet ingeschakeld Geef op of u de infostrook voor uw taak wilt afdrukken. Opslaan als TIFF Ingeschakeld Niet ingeschakeld: -DPI (72/300/600) Geef op of u uw taak wilt opslaan als TIFF-bestand en selecteer de resolutie uit de lijst voor uw taak. Spiegelbeeld Ingeschakeld Niet ingeschakeld Geef op of u de pagina wilt spiegelen om de verticale as.

78 AFDRUKOPTIES 78 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Afbeelding negatief Ingeschakeld Niet ingeschakeld Geef op of u de taak in negatief beeld wilt weergeven. Splash-functies: Info (Mac OS) Informatie: Documentinformatie (Windows) Gebruiker Typ zo nodig de informatie in de velden Gebruiker, Wachtwoord en Account voor Beveiligd afdrukken. Neem contact op met de serverbeheerder voor deze informatie. Het maximumaantal tekens bedraagt 32. Als er geen naam is ingevoerd in het veld Gebruiker, bevat de taak de netwerk-id van uw computer. Wachtwoord Het maximumaantal tekens bedraagt 32. Commentaar Het maximumaantal tekens bedraagt 255. Rekening Het maximumaantal tekens bedraagt 32. IP-adres server (Windows) Typ het IP-adres van de Splash RPX-ii om de optie Tweerichtingscommunicatie te gebruiken. Neem contact op met de serverbeheerder voor deze informatie. Wachtwoord voor beveiligd afdrukken Inschakelen Dialoogvenster Beveiligd afdrukken: - Wachtwoord - Wachtwoord controleren Klik op Inschakelen om het dialoogvenster Beveiligd afdrukken weer te geven. Voer het wachtwoord voor beveiligd afdrukken in beide velden in en klik op OK. Het maximumaantal tekens voor het wachtwoord bedraagt 32.

79 AFDRUKOPTIES 79 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Splash-functies: Accessoires (Mac OS) Printereigenschappen: Accessoires: Beschikbare opties (Windows) Afwerkingsoptie Geavanceerde afwerkeenheid (EU) Geavanceerde afwerkeenheid (NA) Lichte productieafwerkeenheid (EU) Lichte productieafwerkeenheid (NA) Lichte productieafwerkeenheid + C/Z-vouwer (EU) Lichte productieafwerkeenheid + C/Z-vouwer (NA) Professionele afwerkeenheid (EU) Professionele afwerkeenheid (NA) Optieladen Lade 6 Lade 6 (Bovenmaats) Lade 8 (Inleg) Deze DocuColor 240/ 250 biedt geen ondersteuning voor de volgende opties: - Lichte productieafwerkeenheid - Lichte productieafwerkeenheid + C/Z-vouwer

80 AFDRUKOPTIES 80 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Splash-kleur (Mac OS) Gekleurd (Windows) Afdrukmodus (Mac OS) Kleurmodel (Windows) Standaardkleuren Aangepaste kleuren Grijswaarden Kleur (4 stappen) Grijswaarden (1 stap) Selecteer de afdrukmodus of het kleurmodel voor uw taak. Raadpleeg de Kleurengids voor meer informatie. Printermodus Contone Gerasterd Geef op of u de taak wilt afdrukken met de fotohalftoonfunctie of de halftoonrasterfunctie. Tweerichtingsco mmunicatie (Mac OS) Ingeschakeld Niet ingeschakeld IP-adres Configureren Selecteer Tweerichtingscommunicatie of klik op Configureren om een dialoogvenster te openen waarin u deze functie kunt inschakelen. Aangepaste kleurinstellingen RGB RGB-profiel Standaardwaarde van printer (Aangepaste instellingen) Adobe RGB Apple RGB Fiery RGB RGB 9300 ECI-RGB.V1.0.icc RGB D50 RGB D65 srgb Kleurbeheer uitgeschakeld Aanpassen: - RGB-gamma: -- Lichtst (1,0) -- Licht (1,4) -- Normaal (1,8) -- Donker (2,2) -- Donkerst (2,6) - RGB-witpunt: -- Geler (D50) -- Normaal (D65) -- Blauwer (9300) Geef een definitie voor de RGB-bronkleurenruimte sop voor het afdrukken van RGBafbeeldingen, objecten en tekst. Selecteer Aanpassen om de instellingen voor RGBgamma en RGB-witpunt op te geven. Raadpleeg de Kleurengids voor meer informatie. U moet de functie Tweerichtin gs-communicatie inschakelen om de standaardinstelling en voor afdrukken van de Splash RPX-ii weer te geven en te bewerken. RGB Perssimulatie Standaardwaarde van printer (Uitgeschakeld) Uitgeschakeld Ingeschakeld Geef op of u de RGB-taak wilt verwerken voor perssimulatie.

81 AFDRUKOPTIES 81 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie CMYK: CMYKkleurbeheer <Tweerichtingscommunicatie: Uit> Standaardwaarde van printer (Standaard) Standaard Aangepast 1-10 Kleurbeheer uitgeschakeld <Tweerichtingscommunicatie: Aan> Standaardwaarde van printer (CGATS SWOP) CGATS SWOP CMYK Enhanced CMYK Euroscale CMYK SWOP Corel RGB Enterprise CMYK Euro-simulatie Euroscale Coated Euroscale Enhanced Fogramat ISOcoated ISOuncoated Japanese Press Enhanced Japanese Press Inks Newsprint - Recycled Paper Newsprint - White Paper SWOP Coated SWOP Enhanced Type D Enhanced Type D Inks Ongekalibreerd Visual Standard Visual Standard EHW Kleurbeheer uitgeschakeld Geef een definitie voor de CMYK-kleurenruimte op voor perssimulatie. CMYK: Oorspronkelijke GCR behouden Standaardwaarde van printer (Uitgeschakeld) Ingeschakeld Uitgeschakeld Geef op of u de oorspronkelijk GCRwaarden wilt behouden.

82 AFDRUKOPTIES 82 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Steun: Steunkleuraanpassing Zwart: Alleen zwarte inkt gebruiken Standaardwaarde van printer (Aan) Aan Uit Standaardwaarde van printer (Aan) Aan Uit Geef op of u deze functie wilt inschakelen voor uw taak. Zwart: Zwarte overdruk Standaardwaarde van printer (Aan) Aan Uit Weergave: Weergavestijl Standaardwaarde van printer (Relatieve kleurmeting) Relatieve kleurmeting Verzadiging Pure primairen Absolute kleurmeting Perceptueel Geef de weergavestijl op. Uitvoer: Uitvoerprofiel <DocuColor 240/250> Standaardwaarde van printer (DC (Splash)) DC (Splash) DC bits (Splash) DC bits EHW (Splash) DC bits OHP (Splash) DC EHW (Splash) DC OHP (Splash) Geef het uitvoerprofiel op voor uw taak. <DocuColor 242/252> Standaardwaarde van printer (DC (Splash)) DC (Splash) DC bits (Splash) DC bits EHW (Splash) DC bits OHP (Splash) DC EHW (Splash) DC OHP (Splash) <DocuColor 260> Standaardwaarde van printer (DC260 (Splash)) DC260 (Splash) DC260 1bits (Splash) DC260 1bits EHW (Splash) DC260 1bits OHP (Splash) DC260 EHW (Splash) DC260 OHP (Splash)

83 AFDRUKOPTIES 83 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Pagina-instelling (Mac OS) Papier/Kwaliteit: Geavanceerde opties: Papier/Uitvoer (Windows) Papierformaat Letter LEF Letter SEF Legal Legal 13 Tabloid Statement SEF A3 SRA3 A4 LEF A4 SEF A5 SEF B4 B5 LEF B5 SEF 8K 16K LEF 12x18 13x19 Grootte van aangepaste pagina (PostScript) Selecteer het papierformaat voor uw taak. Raadpleeg Afdrukken vanuit Mac OS X en Afdrukken vanuit Windows voor meer informatie over het instellen van aangepaste papierformaten. Papierinvoer (Mac OS) Papier/Kwaliteit: Ladeselectie: Papierbron of Lade: Ladekeuze: Ladekeuze (Windows) Ladeselectie Automatisch selecteren Lade 1 Lade 2 Lade 3 Lade 4 Lade 5 Lade 6 Lade 6 (Extra groot) Lade 8 (Scheidingsvellen/ omslagen) Geef de papierbron voor uw taak op. Met de instelling Automatisch selecteren wordt automatisch de lade met het opgegeven papierformaat voor uw taak gekozen. Raadpleeg pagina 91 voor meer informatie. Printerinformatie (Mac OS) Verbruiksartikelen (Windows) Informatie over papierlade Tonerniveaus Vernieuwen Geef de status van de kopieermachine weer. Klik op Vernieuwen om de status van de kopieermachine bij te werken. Tweerichtingscommunicatie - IP-adres Configureren Als geen IP-adres wordt weergegeven bij IP-adres, klikt u op Configureren om een dialoogvenster te openen waarin u de functie Tweerichtingscommunicatie kunt inschakelen. Papier Status van apparaat Toner Bijwerken Geef de status van de kopieermachine weer. Klik op Bijwerken om de status bij te werken.

84 AFDRUKOPTIES 84 Optiegroepen Opties Instellingen (onderstreept: standaardinstelling) Actie Beperkingen en informatie Gemengde media (Mac OS) Gemengde media Klik hierop om de instellingen voor gemengde media voor uw taak te definiëren. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie. Beeldverschuiving (Mac OS) Beeldverschuiving inschakelen Afbeeldingen aan voor- en achterzijde uitlijnen Eenheden Voor/achter Ingeschakeld Niet ingeschakeld Ingeschakeld Niet ingeschakeld Punten Inch mm X Y Selecteer Beeldverschuiving inschakelen, selecteer de eenheden en geef de verschuivingswaarden op voor verschuiving van het beeld aan de voor- en achterzijde. Selecteer de optie Afbeeldingen aan voor- en achterzijde uitlijnen om de afbeeldingen uit te lijnen.

85 AFDRUKOPTIES 85 Meer over afdrukopties In de volgende secties wordt aanvullende informatie gegeven over specifieke afdrukopties. Raadpleeg de tabel op pagina 71 voor meer informatie over de instellingen, vereisten en beperkingen van deze opties. Bestandsbeheer De Splash RPX-ii biedt verschillende opties voor het beheer van het PostScriptwachtrijbestand en de afbeeldingsbestanden die worden gemaakt tijdens het afdrukken. Bij Verwerken en blokkeren wordt het wachtrijbestand rechtstreeks naar de blokkeringswachtrij gestuurd nadat het door de Splash RPX-ii is verwerkt. Bij Afdrukken en blokkeren worden het wachtrijbestand en de afbeeldingsbestanden opgeslagen nadat de taak is afgedrukt. De taak wordt overgebracht naar de blokkeringswachtrij. Door het afbeeldingsbestand op te slaan, wordt tijd bespaard als hetzelfde bestand opnieuw moet worden afgedrukt, maar niet opnieuw hoeft te worden verwerkt. Bij Afdrukken en verwijderen worden het wachtrijbestand en de afbeeldingsbestanden automatisch verwijderd nadat de taak is afgedrukt. Bij Preflight en blokkeren wordt de taak verwerkt en gecontroleerd op prepress-fouten en vervolgens naar de blokkeringswachtrij gestuurd. Bij Postflight kleur en blokkeren wordt de taak verwerkt en afgedrukt om deze te controleren op fouten bij de postflight in kleur en vervolgens naar de blokkeringswachtrij gestuurd. Bij Postflight-rapport en blokkeren wordt een Postflight-rapport verwerkt en afgedrukt in PDF-indeling, waarna de opdracht naar de blokkeringswachtrij wordt gestuurd. Het PDFbestand wordt automatisch opgeslagen in de map met Postflight-rapporten op de desktop. Bij Verzenden en blokkeren wordt het taakbestand rechtstreeks naar de blokkeringswachtrij gestuurd zonder te worden verwerkt.

86 AFDRUKOPTIES 86 Taakverwerking De volgende afdrukopties zijn beschikbaar voor taakverwerking. Met Dubbelzijdig wordt opgegeven dat bij de taak dubbelzijdige uitvoer plaatsvindt. Gebruik deze optie om automatisch dubbelzijdig afdrukken in te stellen vanuit laden 1-4. Bij Niet dubbelzijdig wordt niet dubbelzijdig afgedrukt. Bij Dubbelzijdig - Kantlijn korte zijde worden dubbelzijdige vellen afgedrukt en ingebonden langs de korte zijde van het document. De tweede zijde van het blad wordt geroteerd zodat dit in de juiste stand staat. Bij Dubbelzijdig - Kantlijn lange zijde worden dubbelzijdige vellen afgedrukt en ingebonden langs de lange zijde van het document. De tweede zijde van het blad wordt geroteerd zodat dit in de juiste stand staat. Bij Collationeren worden kopieën van een complete taak één voor één afgedrukt. Bij het verzenden van gecollationeerde taken wordt het bericht Set weergegeven in het statusvenster van de Splash-server. Bij het verzenden van niet-gecollationeerde taken wordt het bericht Exemplaar weergegeven in het statusvenster van de Splash-server. Bij Pagina s roteren worden alle pagina s van een taak 180 graden gedraaid. Selecteer deze optie bij het nieten van liggende taken die op incorrecte wijze zijn geroteerd door de toepassing waarin de taak is gemaakt, zoals Microsoft PowerPoint of QuarkXPress. Bij Bedrukte zijde omhoog wordt de taak afgedrukt met de bedrukte zijde omhoog. OPMERKING: Als de optie Dubbelzijdig is geselecteerd voor de taak, levert Bedrukte zijde omhoog geen resultaat op. Bij Paginavolgorde omkeren wordt de taak in omgekeerde volgorde afgedrukt, vanaf de laatste pagina van het document. OPMERKING: Als uw toepassing afdrukken in omgekeerde volgorde ondersteunt (dit wordt ook wel van voor naar achter afdrukken genoemd), selecteert u de optie van de toepassing in plaats van deze optie. OPMERKING: U moet de optie Paginavolgorde omkeren inschakelen met deze optie of met de optie van uw toepassing om een boekje op de juiste wijze te kunnen laten vouwen of vouwen en nieten met de optie Hechtmodus.

87 AFDRUKOPTIES 87 Handmatig dubbelzijdig afdrukken: Gebruik de opties voor dubbelzijdig afdrukken om handmatig dubbelzijdig afdrukken in te stellen vanuit Lade 5 voor taken met handinvoer. Hiermee wordt opgegeven dat bij de taak dubbelzijdige uitvoer plaatsvindt. De volgende papierformaten en mediatypen moeten worden ingesteld voor handmatig dubbelzijdig afdrukken vanuit Lade 5. Papierformaat SRA3, 12x18, 13x19, Aangepast Mediatype Zwaar 2 ( gsm) Zwaar 2 ( gsm) (DocuColor 240/250) Zwaar 3 ( gsm) (DocuColor 242/252, DocuColor 260) Gecoat 1 ( gsm) Gecoat 2 ( gsm) Gecoat 2 ( gsm) (DocuColor 240/250) Gecoat 3 ( gsm) (DocuColor 242/252, DocuColor 260) Tabbladen 1 ( gsm) Tabbladen 2 ( gsm) OPMERKING: De volgende mediatypen kunnen niet worden gebruikt voor automatisch of handmatig dubbelzijdig afdrukken. Etiketten 1 ( gsm) Etiketten 2 ( gsm) Transparant Transparant met tussenblad

88 AFDRUKOPTIES 88 HANDMATIG DUBBELZIJDIG AFDRUKKEN 1 Stuur een taak naar de Splash RPX-ii terwijl de optie Afdrukken en blokkeren is ingeschakeld. De optie Afdrukken en blokkeren bevindt zich op het tabblad Bestand. Raadpleeg de tabel op pagina 71 voor meer informatie over de locatie. 2 Geef vanuit het dialoogvenster Taakopties van de Splash RPX-ii op dat u alleen de pagina s met een oneven paginanummer wilt afdrukken. 3 Plaats de afgedrukte pagina s met oneven paginanummers in Lade 5. 4 Controleer of de afdrukstand juist is voor uw taak. 5 Geef vanuit het dialoogvenster Taakopties op dat u alleen de pagina s met een even paginanummer wilt afdrukken. De offsets voor uitlijning van dubbelzijdige pagina s op de Splash RPX-ii worden toegepast op de pagina s met een even paginanummer.

89 AFDRUKOPTIES 89 Mediakwaliteit De optie Mediakwaliteit verdeelt verschillende mediatypen onder in verdere mediacategorieën. U kunt de instellingen voor de mediakwaliteit opgeven voor de volgende mediatypen. Voor de beste resultaten adviseren wij de optie Mediakwaliteit in te stellen op Instellingen apparaat gebruiken. OPMERKING: U moet Lade 5 instellen bij de optie Papierbron om de functie Mediakwaliteit onder Windows te kunnen gebruiken. Mediatype Normaal ( gsm) Normaal (zijde 2) ( gsm) Recycled ( gsm) Zwaar 1 ( gsm) Zwaar 1 (zijde 2) ( gsm) Zwaar 2 ( gsm) Zwaar 2 (zijde 2) ( gsm) Gecoat 1 ( gsm) Gecoat 1 (zijde 2) ( gsm) Doordrukpapier Aangepast 1 ( gsm) Aangepast 2 ( gsm) Aangepast 3 ( gsm) Aangepast 4 ( gsm) Aangepast 5 ( gsm) Instelling Mediakwaliteit Instellingen van machine gebruiken Normaal A (64-80 gsm)/ Normaal B ( gsm) Normaal C Normaal - Speciaal 1 Normaal - Speciaal 2 Recycled A (64-80 gsm) Recycled B ( gsm) Instellingen van machine gebruiken Zwaar 1A ( gsm) Zwaar 1B ( gsm) Zwaar 1 - Speciaal 1 Zwaar 1 - Speciaal 2 Instellingen van machine gebruiken Zwaar 2A Zwaar 2B Zwaar 2C Zwaar 2D Zwaar 2E-Envelop Zwaar 2 - Speciaal 1 Zwaar 2 - Speciaal 2 Instellingen van machine gebruiken Gecoat 1A ( gsm) Gecoat 1B ( gsm) Instellingen van machine gebruiken Normaal A (64-80 gsm)/ Normaal B ( gsm) Normaal C Normaal - Speciaal 1 Normaal - Speciaal 2 Recycled A (64-80 gsm) Recycled B ( gsm)

90 AFDRUKOPTIES 90 Uitvoer De volgende beperkingen gelden voor enkele van de opties die beschikbaar zijn onder Uitvoer: Afwerking: Bij het gebruik van deze opties gelden de volgende beperkingen. Nieten/perforeren is uitgeschakeld als geen afwerkeenheid is aangesloten of als Uitvoerbestemming is ingesteld op Boekjeslade of Opvangbak. Vouwen enkele pagina is uitgeschakeld als geen C/Z-afwerkeenheid is aangesloten of als Uitvoerbestemming is ingesteld op Boekjeslade, Bovenste lade afwerkeenheid of Stapellade afwerkeenheid. Boekje is uitgeschakeld als geen boekjesafwerkeenheid is aangesloten of als Uitvoerbestemming is ingesteld op Opvangbak, Bovenste lade afwerkeenheid of Stapellade afwerkeenheid. Uitvoerbestemming: Als u bij deze optie een lade wilt selecteren, moet deze zijn geïnstalleerd op de kopieermachine. Nieten: Als u deze optie wilt gebruiken, moet de nieteenheid zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en moet de optie Afwerking ziijn ingesteld op Nieten/Perforeren en moet Uitvoerbestemming zijn ingesteld op Stapellade afwerkeenheid of Bovenste lade afwerkeenheid. Afdrukstand inhoud: Als u deze optie wilt gebruiken, moet de perforator zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en moet de optie Uitvoer worden ingesteld op Stapellade afwerkeenheid of Bovenste lade afwerkeenheid. Nieten: Als u deze optie wilt gebruiken, moet de stapellade afwerkeenheid zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en moet de optie Uitvoer worden ingesteld op Stapellade afwerkeenheid. Links boven enkel wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Rechts. Links onder enkel wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Boven of Rechts. Rechts boven enkel wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Links. Rechts onder enkel wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Boven of Links. Boven dubbel wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Boven. Rechts dubbel wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Links.

91 AFDRUKOPTIES 91 Links dubbel wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Rechts. Onder dubbel wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Geen. Perforator: Als u deze optie wilt gebruiken, moet de perforator zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en moet de optie Afwerking ziijn ingesteld op Nieten/Perforeren en moet Uitvoerbestemming zijn ingesteld op Stapellade afwerkeenheid of Bovenste lade afwerkeenheid. Positie: wordt uitgeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Geen. Links wordt ingeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Links onder enkel, Links boven enkel of Links dubbel. Rechts wordt ingeschakeld als de optie Perforeerpositie wordt ingesteld op Rechts onder enkel, Rechts boven enkel of Rechts dubbel. Boven wordt ingeschakeld als de optie Nieten wordt ingesteld op Links boven enkel, Rechts boven enkel of Boven dubbel. Vouwen: Als u deze optie wilt gebruiken, moet de Lichte productieafwerkeenheid + C/Zvouwer zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en moet de optie Afwerking worden ingesteld op Vouwen. Boekje: Als u deze optie wilt gebruiken, moet de boekjesafwerkeenheid zijn geïnstalleerd op de kopieermachine en moet de optie Afwerking ziijn ingesteld op Boekje en moet Uitvoerbestemming zijn ingesteld op Boekjeslade. Raadpleeg de documentatie bij uw kopieermachine voor meer informatie. Papierbron De optie Papierbron geeft de volgende laden aan die beschikbaar zijn voor de Splash RPX-ii. Automatisch selecteren: De kopieermachine zoekt naar de lade die het papierformaat en mediatype bevat die zijn opgegeven voor een taak. De automatische ladeselectie werkt alleen goed als de papierformaten en mediatypen correct zijn ingesteld in de kopieermachine. Als een taak wordt verzonden waarbij de optie Mediatype is ingesteld op een ander mediumtype dan Standaard lade, moet het correcte papierformaat van het correct mediumtype zijn ingesteld in de kopieermachine. Als het correcte papierformaat van het correcte mediumtype niet is ingesteld in de kopieermachine, wordt de taak niet afgedrukt.

92 AFDRUKOPTIES 92 Lade 1, Lade 2, Lade 3, Lade 4, Lade 6, Lade 6 (Extra groot) Lade 8 (Scheidingsvellen/ omslagen): U kunt bijvoorbeeld een specifieke lade opgeven voor afdrukken op briefpapier of gekleurd papier at in een specifieke lade is geplaatst. Als een taak wordt verzonden waarbij de optie Mediumtype is ingesteld op Standaard lade, wordt de taak afgedrukt met de instellingen van de kopieermachine. Het papierformaat dat is opgegeven voor de taak moet overeenkomen met het papierformaat in de lade. Als het papierformaat niet overeenkomt, wordt de taak niet afgedrukt. Als een taak wordt verzonden waarbij de optie Mediatype is ingesteld op een ander mediumtype dan Standaard lade, wordt de taak afgedrukt als het papierformaat en mediumtype van de taak overeenkomen met die in de lade. De taak wordt niet afgedrukt als het papierformaat en mediumtype niet overeenkomen. Beveiligd afdrukken De printerstuurprogramma s voor de Splash RPX-ii stellen u in staat Beveiligd afdrukken te gebruiken om uw taken met een wachtwoord te beveiligen. Deze beveiligingsfunctie kan alleen worden geïmplementeerd vanuit het printerstuurprogramma en er kan alleen worden afgedrukt op de Splash RPX-ii als een wachtwoord wordt ingevoerd. Als u een taak wilt beveiligen met een wachtwoord, moet u een wachtwoord opgeven voor de taak op het moment dat deze taak wordt afgedrukt. Als een taak die naar de Splash RPX-ii wordt verzonden met een wachtwoord wordt beveiligd, wordt de taak pas verwerkt nadat u een wachtwoord hebt ingevoerd op de Splash RPX-ii. OPMERKING: Als een wachtrijbestand voor Beveiligd afdrukken wordt opgeslagen en naar de blokkeringswachtrij gestuurd, wordt het wachtwoord niet opgeslagen en moet het opnieuw worden ingevoerd als u de taak doorstuurt naar de actieve wachtrij. OPMERKING: Een beveiligde afdruktaak kan niet worden bekeken of onderdeel zijn van een documentset. BEVEILIGD AFDRUKKEN INSTELLEN 1 Open een document vanuit uw toepassing. 2 Kies Afdrukken in het menu Bestand.

93 AFDRUKOPTIES 93 3 Kies Splash-functies uit het menu Aantal en pagina s en klik daarna op de tab Info. Het deelvenster Info wordt weergegeven. 4 Klik op Inschakelen. Het dialoogvenster Beveiligd afdrukken wordt weergegeven. 5 Typ een wachtwoord voor beveiligd afdrukken, bevestig het wachtwoord en klik vervolgens op OK. Het document is nu beveiligd met een wachtwoord en de taak gaat naar de foutenwachtrij op de Splash RPX-ii.

94 AFDRUKOPTIES 94 EEN TAAK DIE IS BEVEILIGD MET EEN WACHTWOORD ACTIVEREN OP DE SPLASH RPX-ii 1 Dubbelklik op de taak die met een wachtwoord is beveiligd in de foutenwachtrij. Het dialoogvenster met taakinformatie wordt weergegeven. 2 Typ het wachtwoord voor Beveiligd afdrukken dat u hebt opgegeven op uw computer en klik op OK. Als u het wachtwoord correct hebt ingevoerd, kunt u de taak selecteren en deze naar de actieve wachtrij slepen. Als een onjuist wachtwoord wordt ingevoerd, blijft de taak in de foutenwachtrij staan. Beveiligde toegang Beveiligde toegang stelt de serverbeheerder in staat te beperken wie kan afdrukken op de Splash RPX-ii door een combinatie van gebruiker, wachtwoord en account te definiëren. Taken kunnen pas worden afgedrukt als deze gegevens correct zijn ingevoerd. Beveiligde toegang kan ook worden gebruikt zonder verificatie om de taakregistratie te verbeteren door de invoer van informatie over gebruiker en account te vereisen voordat kan worden afgedrukt. Accounts voor Beveiligde toegang worden ingesteld en beheerd op de Splash RPX-ii door de serverbeheerder. U wordt op de computer om de vereiste informatie gevraagd. De validatie van de informatie, indien vereist, wordt uitgevoerd door de Splash RPX-ii. Als de informatie niet juist is, wordt u gevraagd de informatie te corrigeren. Pas daarna kan de taak worden afgedrukt. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over Beveiligde toegang.