Stadsdeel Nieuw-West Notitie GDV op Bedrijvencentrum Osdorp

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Stadsdeel Nieuw-West Notitie GDV op Bedrijvencentrum Osdorp"

Transcriptie

1 Stadsdeel Nieuw-West Notitie GDV op Bedrijvencentrum Osdorp 17 mei 2013 Eindrapport

2 Status: Eindrapport Datum: 17 mei 2013 Een product van: Bureau Stedelijke Planning bv Silodam 1E 1013 AL Amsterdam Team Detailhandel en Leisure: Dr. Aart Jan van Duren Drs. Gijs Foeken Voor meer informatie: Aart Jan van Duren, In opdracht van: Stadsdeel Nieuw-West De in dit document verstrekte informatie mag uitsluitend worden gebruikt in het kader van de opdracht waarvoor deze is opgesteld. Elk ander gebruik behoeft de voorafgaande schriftelijke toestemming van Bureau Stedelijke Planning BV. Projectnummer: 2013.A.542 Referentie: Stadsdeel Nieuw-West, Bedrijvencentrum Osdorp pagina 2

3 Inhoudsopgave Pagina Inleiding 4 1 Uitbreidingsmogelijkheden Stadsdeel Nieuw-West 5 2 Kansen en risico s vergroting mogelijkheden GDV op BCO 8 3 Reactie op rapport Royal HaskoningDHV 12 Bijlage: Distributieplanologische berekening 17 pagina 3

4 Inleiding Stadsdeel Nieuw-West wordt geconfronteerd met zienswijzen van Liberty Real Estate, Ondernemerskring bedrijvencentrum Osdorp en Koopcentrum Akerpoort op het definitief ontwerp bestemmingsplan voor Bedrijvencentrum Osdorp én met een beroepsprocedure van Liberty Real Estate voor de geweigerde tweede omgevingsvergunning van het gebied Akerpoort II. In het bestemmingsplan wordt onder verwijzing naar de in februari door de stadsdeelraad vastgestelde Detailhandelsvisie Nieuw-West het metrage aan GDV (grootschalige detailhandelsvestigingen) gemaximeerd op m 2 winkelvloeroppervlak (wvo). Liberty Real Estate verzet zich tegen deze maximering, en heeft in een zienswijze en in een beroepschrift haar argumenten voor het loslaten van deze maximering uiteengezet. Zij wordt hierin ondersteund door een onderzoek van Royal HaskoningDHV, waarin kort gezegd wordt aangevoerd dat stadsdeel Nieuw-West zichzelf tekort doet door de meters GDV in Bedrijvencentrum Osdorp te maximeren ten faveure van de ontwikkelingsmogelijkheden in centrum Nieuw-West (Osdorpplein e.o.). Ter ondersteuning van de reactie van het stadsdeel op de zienswijzen en de argumenten in de beroepsprocedure heeft het stadsdeel aan Bureau Stedelijke Planning gevraagd om een notitie op te stellen waarin de volgende zaken centraal staan: Een berekening van de distributieve ruimte voor niet-dagelijkse detailhandel in het stadsdeel, voor nu voor de situatie in 2020, inclusief een verantwoording van de methodiek in deze berekening; De kansen en risico s van vergroten van de mogelijkheden voor GDV (inclusief modeoutlet) 1 op BCO; Inhoudelijke reactie op en/of weerlegging van het rapport van Royal HaskoningDHV. In deze notitie worden deze vragen beantwoord. De opzet van de notitie is als volgt. In hoofdstuk 1 is de distributieve ruimte voor de niet-dagelijkse detailhandel in Nieuw-West berekend. Hierbij wordt gebruik gemaakt van zeer recente onderzoeksgegevens van Bureau O+S inzake de kooporiëntaties binnen en naar stadsdeel Nieuw-West. In hoofdstuk 2 zijn de kansen en risico s van brancheverruiming op BCO in kaart gebracht. In hoofdstuk 3 tenslotte is een inhoudelijke reactie op de rapportage van Royal HaskoningDHV gegeven. Voor de leesbaarheid zijn de belangrijkste conclusies van het onderzoek gemarkeerd in kopjes (hoofdstuk 1) danwel sluit het hoofdstuk af met een resumé van de belangrijkste conclusies (hoofdstuk 2 en 3). 1 Onder GDV wordt in dit verband verstaan alle op BCO mogelijke detailhandel (zijnde alle detailhandelsvestigingen groter dan m 2 wvo, uitgezonderd food. De in de motie bij de vaststelling van de detailhandelsvisie genoemde term PDV+ dient hierin begrepen te worden omdat de centrale stad PDV+ niet hanteert, en in het detailhandelsbeleid alleen onderscheid maakt in reguliere detailhandel, PDV en GDV. Op dit terrein heeft het stadsdeel geen discretionaire bevoegdheid hiervan af te wijken. pagina 4

5 1 Uitbreidingsmogelijkheden Stadsdeel Nieuw-West In dit hoofdstuk zijn de uitbreidingsmogelijkheden voor de niet-dagelijkse sector in stadsdeel Nieuw-West berekend. In de bijlage is een uitgebreide toelichting op de gehanteerde methodiek te vinden. Gunstige uitgangspositie Volgens prognoses van de gemeente Amsterdam groeit het inwoneraantal van stadsdeel Nieuw-West de komende jaren aanzienlijk door (+4,5% tot 2020). Hierdoor neemt het draagvlak voor winkels in zowel de dagelijkse als niet-dagelijkse sector toe. Daarnaast is in de huidige situatie reeds sprake van een benedengemiddelde winkeldichtheid en een positieve uitkomst van de distributieplanologische berekening voor de niet-dagelijkse sector in de Detailhandelsvisie Nieuw-West. Daarmee beschikt het stadsdeel over een relatief gunstige, gezonde uitgangspositie, ook richting de toekomst. zorgt voor ontwikkelingsmogelijkheden In lijn met de conclusies in de vastgestelde Detailhandelsvisie Nieuw-West blijkt uit het DPO (zie bijlage) dat het stadsdeel over uitbreidingsruimte in de niet-dagelijkse sector beschikt, zijnde winkels in Mode & Luxe, Vrije Tijd, In & Om het Huis en Overige detailhandel. In de huidige situatie is dat circa m 2 winkelvloeroppervlak (wvo). Richting 2020 neemt de uitbreidingsruimte op basis van het DPO toe naar circa m 2 wvo. Deze distributieve ruimte lijkt in eerste instantie groter dan waar in de Detailhandelsvisie Nieuw-West van uit is gegaan, namelijk m 2 wvo in de huidige situatie en m 2 wvo in Een aantal nuances is van belang voor een juiste interpretatie van deze uitkomsten. maar enkele nuances zijn van belang In vergelijking met de distributieplanologische berekening in de Detailhandelsvisie Nieuw-West moeten de volgende kanttekeningen worden geplaatst: De detailhandelsbestedingen in de niet-dagelijkse sector staan al jaren onder druk. In de Detailhandelsvisie is gerekend met gemiddelde bestedingscijfers over het jaar Sindsdien zijn de bestedingen met circa 1,5% gedaald. Ter vergelijking: in 2010 lag de gemiddelde besteding circa 2,5% lager dan in het voorgaande jaar De huidige koopkrachtbinding en -toevloeiing in stadsdeel Nieuw-West in de nietdagelijkse sector bedragen respectievelijk 48% en 18% 3. Eerder bedroegen deze percentages nog 51% en 17,5% 4. Deze cijfers zijn gehanteerd in de marktruimteberekening in de Detailhandelsvisie Nieuw-West. Dit betekent dat zowel de koopkrachtbinding als -toevloeiing inmiddels in absolute zin is gedaald 5 en dat de gehele detailhandelsomzet in stadsdeel Nieuw-West onder druk staat. Dit heeft onherroepelijk een negatief effect op de uitbreidingsruimte. 2 Omzetkengetallen HBD, Winkelen in Amsterdam Winkelen in Amsterdam De koopkrachttoevloeiing is in relatieve zin licht gestegen (van 17,5% naar 18,1%), maar aangezien de koopkrachtbinding is teruggelopen van 51% naar 48%, is de absolute koopkrachttoevloeiing (in ) gedaald. De koopkrachttoevloeiing bedraagt het aandeel van de totale omzet dat van buiten het verzorgingsgebied (stadsdeel Nieuw-West) afkomstig is en staat in directe relatie tot de koopkrachtbinding. pagina 5

6 De uitbreidingsruimte betekent feitelijk dat het huidige detailhandelsaanbod bovengemiddeld functioneert (d.w.z. gemiddeld genomen een vloerproductiviteit realiseert die hoger ligt dan het landelijke gemiddelde). Het volledig benutten van de berekende uitbreidingsruimte is economisch gezien zeer onverstandig. We kunnen er immers vanuit gaan dat winkels in Amsterdam (ook in stadsdeel Nieuw-West) geconfronteerd worden met hogere huisvestingslasten dan de gemiddelde winkel in Nederland. De vloerproductiviteit moet dan ook hoger liggen dan wat een winkel gemiddeld genomen in Nederland nodig heeft voor een gezonde bedrijfsvoering. In de marktruimteberekening in de Detailhandelsvisie Nieuw-West is dit verdisconteerd door te rekenen met een hogere benodigde vloerproductiviteit. Tot slot is het aanbod aan niet-dagelijkse winkelmeters ten opzichte van de berekeningen in de Detailhandelsvisie gegroeid. Ook dit heeft een negatief effect op de uitbreidingsruimte. Bovenstaande punten beargumenteren dat de distributieve ruimte in de nietdagelijkse sector ten opzichte van de Detailhandelsvisie Nieuw-West is afgenomen. Daarnaast zijn nog enkele nuances van groot belang: In de distributieplanologische berekening is geen rekening gehouden met het effect van toenemende internetbestedingen door consumenten. De afgelopen jaren heeft dit een explosieve groei doorgemaakt en de algemene verwachting is dat het aandeel internet in de totale detailhandelsbestedingen nog fors zal doorgroeien. Op dit moment maken internetbestedingen in de niet-dagelijkse sector nog een gemiddelde groei door van circa 10%(!) per jaar. Ter vergelijking: de totale detailhandelsomzet in deze sector staat al jaren onder druk. De toename van internetbestedingen zal een direct negatief effect hebben op de distributieve ruimte voor fysieke winkelmeters. De precieze omvang hiervan is moeilijk te duiden. In een distributieplanologische berekening wordt geen rekening gehouden met leegstand. Op dit moment ziet stadsdeel Nieuw-West zich geconfronteerd met ruim m 2 wvo aan leegstaande commerciële ruimte in winkelgebieden (inclusief BCO). Ook de actuele planvoorraad moet in beschouwing worden genomen. Zo claimen de lopende uitbreiding van Akerpoort, de geprojecteerde uitbreiding van Centrum Nieuw-West en ontwikkelingen op het August Allebéplein, het Delflandplein en station Lelylaan 6 een (zeer) groot deel van de uitbreidingsruimte. Daarnaast spelen er diverse detailhandelsontwikkelingen in de directe omgeving (zie blz. 26 van de Detailhandelsvisie Nieuw-West). Het marginale effect van veranderende koopstromen In een distributieplanologische berekening worden de koopstromen nu en in de toekomst gelijk gehouden. In de praktijk zullen deze echter veranderen. Zo bleek uit het bovenstaande dat de koopkrachtbinding en toevloeiing in Nieuw-West de afgelopen jaren onder druk staan. Toevoeging van winkelmeters kan tot gevolg hebben dat de koopkrachtbinding en -toevloeiing stijgen. Aan de andere kant kan een forse versterking van het aanbod buiten het stadsdeel een negatief effect op de koopkrachtbinding en toevloeiing in Nieuw-West hebben. 6 De mogelijkheden voor uitbreiding van het winkelareaal op het Delflandplein en Station Lelylaan zijn vastgelegd in de desbetreffende bestemmingsplannen. Concrete ontwikkelingen zijn (nog) niet van de grond gekomen. pagina 6

7 Met de huidige koopstromen realiseert het winkelaanbod in het stadsdeel een totale winkelomzet van 209 miljoen, waarvan 38 miljoen van buiten het stadsdeel afkomstig is. Dit kan beschouwd worden als de bovenlokale functie. Om de koopkrachttoevloeiing in procentuele zin te laten stijgen (bijvoorbeeld van 18% naar 23%, een forse toename) is, bij een gelijkblijvende koopkrachtbinding, een absolute omzettoevloeiing nodig van 51 miljoen; 13 miljoen meer dan in de huidige situatie. Het effect op de uitbreidingsruimte van deze toename van de toevloeiing is echter marginaal: m 2 wvo voor de totale niet-dagelijkse sector in het gehele stadsdeel. Dus: ook al zal Nieuw-West in staat zijn om een forse toevloeiing van koopkracht te realiseren, het effect in termen van uitbreidingsruimte (m 2 wvo) zal beperkt zijn. In de niet-dagelijkse sector ligt de koopkrachtbinding in Nieuw-West slechts beperkt lager dan het rekenkundige gemiddelde voor alle stadsdelen (exclusief Westpoort): 48,2% in Nieuw-West tegenover 51,3% gemiddeld 7. In het geval de koopkrachtbinding op dit gemiddelde niveau zou liggen neemt de uitbreidingsruimte in de huidige situatie, bij gelijkblijvende omzettoevloeiing, met m 2 wvo toe. Beide voorbeelden tonen aan dat een realistische stijging van koopkrachtbinding en -toevloeiing geen omvangrijke extra uitbreidingsruimte met zich meebrengt. Voor een stijging van de uitbreidingsruimte in de niet-dagelijkse sector met bijvoorbeeld 50% (dus m 2 wvo in plaats van de nu genoemde ) is circa 26 miljoen aan extra omzet nodig, oftewel 12% meer dan de huidige omzet. Resumerend Stadsdeel Nieuw-West kent een relatief gunstige uitgangspositie. In de huidige situatie is reeds sprake van uitbreidingsruimte in de niet-dagelijkse sector en de te verwachten aanzienlijke bevolkingsgroei vormt een welkome tegenhanger van het negatieve effect van de toenemende internetbestedingen in de niet-dagelijkse sector. Er zal echter strategisch moeten worden omgegaan met deze uitbreidingsruimte. Zeker gezien de huidige leegstand in Nieuw-West (ruim m 2 wvo in winkelgebieden) en reeds voorgenomen ontwikkelingsplannen (voor met name BCO en Centrum Nieuw-West). De planvoorraad legt een directe claim op de uitbreidingsmogelijkheden. Van een positieve verandering van de koopstromen (toename koopkrachtbinding en -toevloeiing) moet niet te veel verwacht worden. Er is een aanzienlijke versterking van de winkelstructuur nodig om de uitbreidingsruimte met 50% (van naar circa m 2 wvo) te laten toenemen. Bij dit alles dient gememoreerd te worden dat de uitkomsten van een DPO, zeker voor de (zeer heterogene) niet-dagelijkse sector, niet als leidend of zelfs sturend moeten worden gezien, maar veel meer als richtinggevend. 7 Winkelen in Amsterdam pagina 7

8 2 Kansen en risico s vergroting mogelijkheden GDV op BCO Liberty Real Estate beargumenteert, onder verwijzing naar de studie van Royal HaskoningDHV, dat het stadsdeel zichzelf tekort doet door het GDV-aanbod op Bedrijvencentrum Osdorp te maximeren op m 2 winkelvloeroppervlak (wvo). Kort gezegd is het argument dat de markt meer aankan, dat Bedrijvencentrum Osdorp de uitgelezen locatie is om dat te faciliteren, en dat dit een gezonde (her)ontwikkeling van Centrum Nieuw-West niet in de weg hoeft te staan. In dit hoofdstuk brengen wij - in aanvulling op wat in het eerste hoofdstuk is gesteld - de kansen en risico s van een verruiming van de mogelijkheden voor GDV op BCO in kaart. Dit doen we door eerst de kansen voor het stadsdeel in beeld te brengen, vervolgens de risico s, en deze tot slot tegen elkaar af te wegen. Bij een verruiming van de mogelijkheden staan twee scenario s centraal. De eerste is die waarbij het PDV-gedeelte van het gebouw dat nu opgericht wordt (en dat primair de GDV-aanbieder Media Markt gaat huisvesten) volledig wordt getransformeerd naar GDV (ruim m 2 aan extra bedrijfsvloeroppervlak). De tweede is die waarbij ook wordt gepreludeerd op een verdere toename van het GDV-aanbod, door sloop en nieuwbouw elders in het gebied. Gemakshalve gaan we in dit scenario uit van een verdere groei van het totale GDV-aanbod tot m 2 wvo. Gezien de aspiraties van Liberty Real Estate lijkt dit een realistisch scenario. Kansen van een verruiming van de mogelijkheden voor GDV op BCO De mogelijke kansen die een verruiming van de GDV-mogelijkheden op BCO het stadsdeel biedt zijn als volgt samen te vatten: Bij een verruiming van de planologische mogelijkheden op BCO is de ontwikkeling ook snel te realiseren, sneller dan de herontwikkeling van Centrum Nieuw-West zijn beslag kan krijgen. Zeker de eerste fase (de mutatie van PDV naar GDV in het Media Markt-gebouw) kan zich nog in 2013 voltrekken. Door die snelheid kan het vernieuwde BCO eerder bijdragen aan een versterking van de binding van de inwoners van Nieuw-West aan het eigen winkelaanbod, en aan een toevloeiing van consumenten van buiten het stadsdeel aan het winkelaanbod in Nieuw-West. Door die snelheid kan ook een eerder een vuist worden gemaakt tegen de op handen zijnde (en door de gemeente Amsterdam niet gewenste, maar niet tegen te houden) ontwikkeling van The Style Outlets Sugar City in Halfweg (een ontwikkeling van MAB/Neinver). Met een verdere uitbreiding van BCO in mode-outlet zal de kritische massa van het modisch outlet-deel snel groter worden, met een grotere kans op succes, en daarmee met een grotere kans de afvloeiing vanuit Nieuw-West en de rest van Amsterdam naar The Style Outlets te beperken. De mate van complementariteit tussen een regulier (hoofd)winkelcentrum en (een clustering van) outlet-stores is groter dan tussen een regulier (hoofd)winkelcentrum en grootschalige detailhandel (GDV). Met andere woorden: de economische effecten voor Centrum Nieuw-West bij een invulling met (grootschalige) outletstores is kleiner dan bij een invulling met reguliere GDV. Ook geldt een invulling met mode-outlet als een niet waarschijnlijke invulling bij de herontwikkeling van Centrum Nieuw- West. De afhankelijkheid van het aantrekken van de enkele grootschalige aanbieders pagina 8

9 die cruciaal zijn voor de herontwikkeling van Centrum Nieuw-West hoeft hierdoor niet negatief beïnvloed te worden, anders dan een invulling met grootschalige aanbieders als een Toys XL of Media Markt. Door een duidelijke focus op de verdere ontwikkeling van mode-outlet verruilt BCO zijn nu wat hybride (en daardoor ook wat kleurloze) identiteit voor een veel duidelijker concept. Dit komt het onderscheidend vermogen van de locatie ten goede, en draagt om die reden ook meer bij aan de identiteit van Nieuw-West. Dit dient echter juridisch-planologisch danwel privaatrechtelijk verankerd te worden. Ook is extra handhavingscapaciteit nodig. Risico s van een verruiming van de mogelijkheden voor GDV op BCO De potentiële risico s van een verruiming van de mogelijkheden voor GDV op BCO het stadsdeel zijn veel groter dan de kansen: Ten eerste geldt dat landelijk gezien de retailmarkt de laatste jaren van een groeimarkt is veranderd in een verdringingsmarkt. De grote groei van het winkelaanbod in de afgelopen 10 jaar (met ongeveer een kwart van het oorspronkelijke oppervlak) is niet gelijk op gelopen met de groei van de consumptieve bestedingen. Hierdoor staan vloerproductiviteiten (de omzet per m 2 ) in de sector sterk onder druk, vooral in de niet-dagelijkse sector. De huidige economische crisis zet dit verder op scherp, maar het voert te ver om te stellen dat het slechts een conjuncturele kwestie zou zijn, die weer hersteld wordt indien het economisch herstel zich aandient. Door de combinatie van demografische en technologische ontwikkelingen (respectievelijk vergrijzing en de groei van het aandeel internetbestedingen) is de communis opinio dat er landelijk gezien in 2020 minder winkelmeters (nodig) zullen zijn dan in Ofschoon de grote steden, en Amsterdam in het bijzonder, zich door een andere demografische opbouw en ontwikkeling niet 1 op 1 laten vergelijken met de landelijke situatie, is het ook hier noodzakelijk scherpe en gefundeerde keuzes te maken in de ruimtelijke ordening van winkels. De herijking van het DPO voor Nieuw-West voor de niet-dagelijkse sector duidt ook op de noodzaak hiertoe. Er zijn zeker mogelijkheden voor een kwantitatieve versterking van het aanbod, maar deze zijn niet zodanig groot dat alle initiatieven in het stadsdeel gehonoreerd kunnen worden. De veranderingen in de winkelmarkt hebben niet voor de gehele ruimtelijke structuur van winkels dezelfde uitwerking. De demografische en technologische veranderingen hebben een gedifferentieerd effect naar type winkelgedrag en type winkelgebied. Kort gezegd zijn de centra die te weinig keuze bieden en die gericht zijn op doelgerichtheid en functionaliteit kwetsbaarder dan de grote centra die met sfeer en beleving meer te bieden hebben dan alleen de feitelijke transactie: van de verkoop van aanbieder aan consument. Internet heeft deze winkelgebieden namelijk het monopolie op gemak ontnomen. In het licht van deze constatering is zowel het huidige centrum van Nieuw-West (Osdorpplein e.o.) kwetsbaar als het huidige BCO. Het eerstgenoemde centrum omdat het nu (nog) te weinig keuze biedt en tekort schiet in sfeer en beleving, het tweede centrum omdat het sterk op functionaliteit gebouwd is, en incompleet c.q. hybride in zijn branchering. Een duidelijke invulling en identiteit ontbreekt hier vooralsnog. Omdat de marges smal zijn, zullen heldere en scherpe keuzes gemaakt moeten worden. In de recente Detailhandelsvisie zijn deze keuzes terecht gemaakt. Het 8 Zie ABN-AMRO, Retaillocaties in 2020; de nieuwe winkelkaart van Nederland (2013) pagina 9

10 primaat in de visie ligt bij versterking van het Osdorpplein tot het centrum van Nieuw-West. Hiervoor zijn ook tal van (ruimtelijke) argumenten te geven: het ligt centraal in het stadsdeel, het centrum is goed bereikbaar voor alle vormen van transport (per auto, OV, fiets en te voet), het is nu reeds een clustering van stadsdeelverzorgende detailhandel en andere stadsdeelverzorgende functies (bibliotheek, theater e.d.), verdere clustering biedt voordelen in termen van minimalisering (auto)mobiliteit en meervoudig gebruik parkeerplaatsen, een aantrekkelijk hoofdcentrum draagt in belangrijke mate bij aan het woon- en leefklimaat van het stadsdeel, en in termen van alternatieve aanwendbaarheid: wanneer een pand in het centrum de ene functie verliest is het door het multifunctionele karakter van het centrum relatief eenvoudig om te zetten naar een andere centrumfunctie. Voor een perifere locatie geldt dat deze in eerste aanleg bedoeld is voor functies met een extensief ruimtegebruik: daaronder zit begrepen detailhandel waarvan het naar de aard en/of omvang van de te verkopen goederen niet mogelijk en/of wenselijk is ze in te passen in de reguliere winkelgebieden, de zogenaamde PDV 9. Met de introductie van GDV en later de factory outletcentra werd het moeilijker deze aanvullende uitzonderingen te onderscheiden op ruimtelijk relevante criteria, wat noodzakelijk werd gemaakt door de Europese dienstenrichtlijn die nog eens benadrukte dat ruimtelijke ordening op economische motieven (marktruimte) verboden is 10. Om te voorkomen dat BCO transformeert naar een regulier winkelcentrum in plaats van dat het een bedrijventerrein blijft waar (in beperkte mate) mogelijkheden zijn voor specifiek winkelaanbod is het belangrijk om in een Detailhandelsvisie gefundeerde keuzes te maken welk (winkel)gebied welke functie heeft. In de Detailhandelsvisie is BCO omschreven als een gecombineerde locatie voor doelgerichte niet-dagelijkse aankopen, waarbij het maximale metrage voor GDV is gesteld op m 2 wvo. Door die maximering is er voldoende borging dat de in deze tijd (gegeven de economische omstandigheden en de veranderde realiteit in de winkelmarkt) toch al lastige herontwikkeling van Centrum Nieuw-West niet nodeloos gefrustreerd wordt. Een verdere uitbreiding van GDV op BCO zal gelet op de nieuwe realiteit in de winkelmarkt meer dan recht evenredig gepaard gaan met het verlies van kritische massa c.q. schaarste die zo nodig is voor een levensvatbare herontwikkeling van Centrum Nieuw-West. Ook bij een invulling van de extra mogelijkheden met mode-outlet is dat aan de orde. Niet zozeer omdat de feitelijke invulling concurreert met de ambities van Centrum Nieuw-West, maar omdat de juridisch-planologische verankering van GDV op BCO op gespannen voet staat met de ambities voor het centrum. Immers, zonder nadere restricties is met een GDVbestemming alle detailhandelsinvulling mogelijk (uitgezonderd food), mits groter dan m 2 wvo per individuele vestiging. 9 Het traditionele PDV-beleid (auto s, boten, caravans, woninginrichting, bouwmarkten, tuincentra) is vanuit het Rijk juist om die reden in het leven geroepen. Het GDV dat later door het Rijk is geïntroduceerd, liet die branchebeperkingen los, en maakte het de gemeenten die onderdeel waren van de zogenaamde stedelijke knooppunten mogelijk om op een aangewezen, aan de voorwaarden voldoende locatie grootschalige winkels te realiseren zonder branchebeperkingen, in aanvulling op (en niet ondermijnend aan) de bestaande structuur van hoofd- en ondersteunende centra (voor reguliere detailhandel) en de PDV-clusters. In Amsterdam leidde dat tot de realisering van de ArenaBoulevard. Later, toen het Rijk bevoegdheden op het terrein van winkelplanning overhevelde naar provincie en gemeenten en het PDV/GDV-beleid formeel kwam te vervallen, hebben decentrale overheden gekozen voor ofwel voortzetting van het PDV-beleid ofwel voor (selectieve) verruiming van de mogelijkheden voor perifere vestiging (PDV+ of GDV). 10 Feitelijk staan de reeds in Nederland gerealiseerde factory outlet centers niet te boek als GDV-ontwikkeling maar als clustering van (nader omschreven en bijzondere vorm van) reguliere detailhandel. De maatvoering van de individuele winkels is immers vaker wel dan niet (veel) kleiner dan de voor GDV noodzakelijke minimale maat van m 2 wvo. pagina 10

11 Door bestuurlijke hervormingen van de gemeente Amsterdam zal het gebied Westpoort, inclusief Huis-, Tuin- en Keukenboulevard Westpoort, vanaf 2015 behoren tot Nieuw-West. Dit is een vergelijkbaar type locatie als BCO, met nu nog alleen een PDV-bestemming, maar eveneens met een wens tot brancheverruiming. Dit noopt nog eens extra tot het maken van duidelijke keuzes. Volgens de Structuurvisie van de gemeente Amsterdam behoort BCO tot een binnenstedelijk stadsverzorgend bedrijventerrein. Om die reden is PDV en GDV alleen onder voorwaarden toegestaan. Het stadsdeel heeft zich te houden aan de kwalificatie van dit gebied als bedrijventerrein. Resumerend, afweging van kansen en risico s Het mag uit het voorgaande duidelijk zijn dat de risico s van een verruiming van de mogelijkheden de kansen verre overtreffen. De risico s zitten hem ten dele in het feit dat er zeker in de huidige realiteit sprake is van een grote mate van het waterbedeffect : alle mogelijkheden die BCO extra krijgt bovenop de mogelijkheden die er nu reeds zijn, hebben in potentie een negatief effect op de levensvatbaarheid van de herontwikkeling van Centrum Nieuw-West. Juist dit centrum laat zich op ruimtelijke motieven omschrijven als het gewenste, te versterken hart van Nieuw- West, met het daarbij horende voorzieningen- en winkelprogramma. Ten dele zitten die risico s ook in het effect dat bij een verdere verruiming het op ruimtelijke gronden gekozen onderscheid tussen het reguliere hoofdwinkelcentrum van Nieuw- West en een perifere locatie als centrum voor doelgerichte aankopen onder druk komt te staan. Immers, een perifere locatie is in eerste aanleg bedoeld voor functies met een extensief ruimtegebruik, detailhandel waarvan het naar de aard en/of omvang van de te verkopen goederen niet mogelijk en/of wenselijk is ze in te passen in de reguliere winkelgebieden. Door het verruimen van de mogelijkheden naar GDV (dat binnen de kaders van het gemeentelijke beleid de enige typering is van de mogelijkheden op BCO - regulier is voorbehouden aan de centrale en ondersteunende winkelgebieden en PDV+ wordt in Amsterdam niet gehanteerd) komt dat principe onder druk te staan. De mogelijke tegenwerping dat men op BCO voornemens is de extra meters te vullen met mode-outlet doet daar niets aan af. Zonder nadere restricties is met een GDV-bestemming namelijk alle detailhandelsinvulling mogelijk (uitgezonderd food), mits de individuele winkel groter is dan m 2 wvo. pagina 11

12 3 Reactie op rapport Royal HaskoningDHV In het rapport van Royal HaskoningDHV ( Positionering Bedrijvencentrum Osdorp in de concept Detailhandelsvisie Nieuw-West, 22 februari 2013) is de relatie tussen Centrum Nieuw-West en Bedrijvencentrum Osdorp belicht vanuit het kader van een viertal uitdagingen waarvoor Nieuw-West zich gesteld ziet. Dit zijn: 1. Verbetering van de retail-positie van Nieuw-West t.o.v. andere stadsdelen en buurgemeenten; 2. Het realiseren van winkelgebieden met een verzorgingsgebied dat groter is dan Nieuw-West, maar waar ook de bewoners van Nieuw-West van profiteren; 3. Het eerlijker en slimmer verdelen van de uitbreidingsruimte voor winkels in de regio Amsterdam; 4. Het op een juiste wijze bepalen van de uitbreidingsmogelijkheden van de belangrijkste winkelgebieden in Nieuw-West om bovenstaande uitdagingen te realiseren. Het rapport is in zijn argumentatie ook op deze wijze opgebouwd. Om deze reden formuleren wij onze reactie op het rapport ook langs deze weg. Uitdaging 1: Verbetering van de retail-positie van Nieuw-West t.o.v. andere stadsdelen en buurgemeenten Er wordt in het rapport een forse marktruimte in de niet-dagelijkse sector beargumenteerd, puur op basis van landelijke en provinciale winkeldichtheden. We citeren: Als aan die achterstelling een einde moet komen, ontstaat ineens veel ruimte voor Nieuw-West: Om een aanbod per hoofd van de bevolking te hebben dat overeenkomt met het Amsterdamse gemiddelde dient het niet-dagelijkse winkelaanbod in Nieuw-West te worden uitgebreid met ruim m 2 wvo. Door op deze wijze te impliceren dat Nieuw-West over forse uitbreidingsruimte beschikt wordt volstrekt voorbij gegaan aan de huidige koopstromen. Uit hoofdstuk 1 blijkt onomstotelijk dat er bij lange na geen ruimte is voor m 2 wvo aan extra winkelaanbod. De winkeldichtheid is in (grote) steden structureel benedengemiddeld. Dit heeft vooral te maken met de relatief grote dichtheid van de bevolking. Gevolg is dat de winkels een gemiddeld hogere vloerproductiviteit behalen dan winkels buiten de stad. Gegeven de gemiddeld hogere huisvestingslasten is dat ook noodzakelijk voor een gezonde bedrijfsvoering. Andere stadsdelen met een lage winkeldichtheid zijn West en Oost. Niet toevallig zijn dit eveneens stadsdelen zonder grootschalige PDVclusters. Uitdaging 2: Het realiseren van winkelgebieden met een verzorgingsgebied dat groter is dan Nieuw-West, maar waar ook de bewoners van Nieuw-West van profiteren De gevoerde redenatie is grotendeels gebaseerd op aannames. Een inschatting van de {huidige] ondernemers [op BCO] laat zien dat het zeer waarschijnlijk is dat de toevloeiing veel hoger is dan in 2009/2010 is gemeten. Uit het al eerder gehaalde koopstromenonderzoek 11 is echter gebleken dat de koopkrachttoevloeiing in relatieve 11 Winkelen in Amsterdam en Winkelen in Amsterdam Zie ook hoofdstuk 1 pagina 12

13 zin weliswaar een fractie steeg, maar in absolute omvang is afgenomen. En verderop: Media Markt zal vermoedelijk naast klanten uit Nieuw-West een aanzienlijk deel van haar klanten trekken uit de stadsdelen West en Zuid. De herkomst van de klanten van Fashion Factory zal vermoedelijk grote gelijkenis vertonen met de herkomst van de klanten van de outlet winkels die nu al in Koopcentrum Akerpoort zijn gevestigd. Meer dan 80% van de omzet van Fashion Factory zal vermoedelijk afkomstig zijn van buiten Nieuw-West. Er wordt geheel voorbij gegaan aan goed of slecht functionerende winkelgebieden. Ook hier is de beredenering slechts gebaseerd op winkeldichtheden. Een ander zwaarwegend aspect in de redenering is de vergelijking tussen het aanbod van winkels/winkelcentra met (boven)regionale functie in de stadsdelen Nieuw-West en omstreken en Zuidoost. Zo wordt aan het einde van het hoofdstuk geconcludeerd: Het realiseren van alle plannen, met inbegrip van die voor WBC Westpoort en Sugar City, leidt tot een forse toename van het bovenlokaal winkelaanbod, maar zelfs dan is het bovenlokale winkelaanbod nog altijd kleiner dan dat van Zuidoost. Een zeer belangrijke nuance is hier op zijn plaats: het betrekken van de ArenA Boulevard ( m 2 wvo) en IKEA ( m 2 wvo) maakt deze vergelijking in beginsel ongeloofwaardig. De ArenA Boulevard bestaat voor een groot deel (circa m 2 wvo) uit Villa ArenA. Deze meubelboulevard is de grootste en enige in zijn soort in Nederland. Het functioneren blijft (ver) achter bij de oorspronkelijke verwachtingen en de toekomst ziet er in de huidige opzet alles behalve rooskleurig uit. IKEA is goed vertegenwoordigd in de regio met vestigingen in Amsterdam Zuidoost, Haarlem en Utrecht. In de toekomst komen daar winkels in Zaandam en Leiderdorp bij. Daarna is de markt in het noordelijke deel van de Randstad voorzien. Met andere woorden: op basis van winkels en winkelgebieden van het kaliber IKEA en Villa ArenA kan niet zomaar worden gesteld dat het bovenlokale winkelaanbod in Nieuw-West moet/kan worden uitgebreid, puur vanwege het feit dat Zuidoost met minder inwoners wel over een dergelijk aanbod beschikt. Daarnaast laat Villa ArenA zien dat, al zou in Nieuw-West een trekker worden toegevoegd die de gehele Nederlandse markt nog niet kent, succes geen garantie is. De voor de huidige kooporiëntaties geactualiseerde distributieplanologische berekening laat zien dat er weliswaar sprake is van substantiële uitbreidingsruimte in de niet-dagelijkse sector, maar dat deze kleiner is dan de totale planvoorraad. We hebben ook kunnen zien dat forse verschuivingen in de kooporiëntaties plaats moeten vinden om verdere substantiële groei van de uitbreidingsruimte mogelijk te maken. Uitdaging 3: Het eerlijker en slimmer verdelen van de uitbreidingsruimte voor winkels in de regio Amsterdam. Dat er in theorie in de gemeente Amsterdam als geheel bovenop de bestaande plannen nog distributieve ruimte is voor uitbreiding van het winkelareaal met een kleine m 2 wvo, zoals Royal HaskoningDHV stelt onder verwijzing naar de conclusies uit ons onderzoek voor de Metropoolregio, is op zichzelf correct. Echter, beseft moet worden dat deze uitkomst niet ter ondersteuning van de wenselijkheid van het eigen initiatief mag worden gebruikt. De marktruimtestudie voor de Metropoolregio was vooral bedoeld om op een relatief hoog geografisch schaalniveau (de gemeente Amsterdam en andere grote gemeenten als geheel) zicht te krijgen op ontwikkelingsmogelijkheden deze te confronteren met de planvoorraad. De studie toonde aan dat er op het niveau van de gemeente Amsterdam als geheel weliswaar pagina 13

14 sprake was van substantiële ontwikkelingsmogelijkheden, maar dat deze min of meer gelijk opliepen met de planvoorraad, die juist in de gebieden met de grootste dynamiek ook het grootst was. Eerder, in onze studie waarin we ook een vertaling maakte naar stadsdeelniveau werd duidelijk dat Nieuw-West tot de stadsdelen behoorde met beperkte ontwikkelingsmogelijkheden, iets wat in alle distributieve studies nadien werd bevestigd (zie hoofdstuk 1 van deze notitie). Vervolgens wordt in het rapport van Royal HaskoningDHV beargumenteerd dat het stadsdeel zich te kort doet omdat in de berekening van de distributieve ruimte wordt uitgegaan van statische waarden voor binding en toevloeiing. Dat is in onze studie voor de Metropoolregio juist gedaan om het grotere geheel inzichtelijk te maken. Verhoging van de binding en toevloeiing in deelgebied X heeft (zeker in de huidige marktomstandigheden) negatieve gevolgen voor de binding en toevloeiing in het naastliggende deelgebied Y. Dat hoeft niet per se problematisch te zijn, maar het is wel belangrijk dat beleidsmakers zich bewust zijn van het feit dat er in grote mate sprake is van een systeem dat zich als een systeem van communicerende vaten doet gelden. Voorts wordt in het rapport van Royal HaskoningDHV beargumenteerd dat niet de locatie waar zich nieuwe winkels vestigen van doorslaggevend belang is voor de marktmogelijkheden, maar veel meer het specifieke winkelconcept. Dit vraagt volgens de opstellers om een andere manier van beleid maken: Om een beleid dat geen limieten stelt aan de omvang van winkelgebieden, maar om een beleid dat kiest voor een aanbod dat in balans is met de marktmogelijkheden en recht doet aan de verschillen in de omvang van verzorgingsgebieden. Tegen deze motivering kunnen we inbrengen dat juist een motivering als deze de reden is om detailhandelsbeleid te formuleren. Een beleid waarin duidelijke, op ruimtelijke motieven gebaseerde keuzes zijn gemaakt. Immers, in de lijn van de redenering van Royal HaskoningDHV zal elk winkelconcept, ongeacht de locatie, gefaciliteerd moeten worden als de marktmogelijkheden daarom vragen. Juist dit lijkt op ruimtelijke ordening op economische gronden, dat waar de initiatiefnemer juist tegen te hoop loopt. Uitdaging 4: Het op een juiste wijze bepalen van de uitbreidingsmogelijkheden van de belangrijkste winkelgebieden in Nieuw-West om bovenstaande uitdagingen te realiseren. In reactie op de voorgaande uitdagingen hebben wij reeds aangetoond dat Royal HaskoningDHV de uitbreidingsmogelijkheden voor detailhandel in Nieuw-West niet op een juiste wijze heeft bepaald. Feitelijk is in de argumentatie van de onderzoekers de geringe winkeldichtheid in Nieuw-West het enige argument om het winkelaanbod fors uit te breiden. Verondersteld wordt dat de komst van Media Markt en Fashion Factory geen nadelige gevolgen heeft voor (het nog te herontwikkelen) Centrum Nieuw-West vanwege de verschillende verzorgingsniveaus. Beide formules beschikken over een verzorgingsgebied dat Nieuw-West overstijgt. Ook hier is uitgegaan van veronderstellingen. Royal HaskoningDHV beargumenteert dat het noodzakelijk is om de inwoners van Nieuw-West een completer winkelaanbod te bieden. Dit komt ten goede aan de aantrekkelijkheid en de verzorgingspositie van het stadsdeel. Ten aanzien van BCO is Royal HaskoningDHV van mening dat het toevoegen van winkels met een regionale functie geen schade toebrengt aan de positie van Osdorpplein. Er wordt echter niet duidelijk gemaakt hoe bovenlokale winkels op BCO ervoor zorgen dat inwoners van pagina 14

15 Nieuw-West beter bediend worden. Dit valt naar onze mening ook niet uit te leggen. Winkels met een bovenlokale functie zijn immers relatief locatie-onafhankelijk. Als ze op Osdorpplein worden gefaciliteerd zullen zij (ook in de redenering van Royal HaskoningDHV) dezelfde markteffecten teweeg brengen als op BCO. En voor inwoners in het stadsdeel maakt het geen verschil als dergelijke winkels waarvoor consumenten bereid zijn enige afstand af te leggen binnen of buiten het stadsdeel zijn gesitueerd. Om inwoners van Nieuw-West daadwerkelijk beter te bedienen, en zo de aantrekkelijkheid van het stadsdeel als woonlocatie te vergroten, is het nodig om juist de reguliere winkelgebieden te versterken, zoals Centrum Nieuw-West. Royal HaskoningDHV stelt dat het stadsdeel zich een onnodige beperking oplegt. Winkels die niet geïnteresseerd zijn in een locatie in winkelgebied Osdorpplein en niet voldoen aan de PDV-definitie zullen voor het stadsdeel verloren gaan. Door te kiezen voor verruiming van de PDV-definitie kan stadsdeel Nieuw-West winkels aan zich binden die anders zullen kiezen voor een locatie buiten het stadsdeel. Deze PDV+ winkels kunnen zich op BCO vestigen, zonder dat dit ten koste gaat van Osdorpplein. Royal HaskoningDHV stelt het volgende voor: De PDV-definitie aanpassen naar: Winkels die vanwege de aard en omvang van de goederen moeilijk zijn in te passen in het stadsdeelcentra, zoals detailhandel in auto s, boten en caravans, [etc]. Alleen winkels toe te staan op BCO die de meerderheid van hun omzet behalen van buiten Nieuw-West. Beide voorstellen maken het in principe voor nagenoeg elke winkel mogelijk om zich op BCO te vestigen. Er worden immers met kwalificaties als moeilijk, zoals en meerderheid geen eisen meer gesteld aan de branche (dat de basis vormde voor het PDV-beleid) noch aan de omvang van de individuele winkel (de basis van het GDVbeleid). Het tweede voorstel gaat daarin het verst. Het maakt het in principe voor elke winkel mogelijk om zich op BCO te vestigen in plaats van Osdorpplein. Er worden immers geen eisen meer gesteld aan de omvang of de branchering van de winkel, alleen aan het criterium omzetherkomst. Dit leidt tot de complicatie dat de omzetherkomst ( de meerderheid van hun omzet behalen buiten Nieuw-West ) zich van tevoren onmogelijk laat bepalen en al helemaal niet juridisch-planologisch laat vastleggen. Beide voorstellen vormen in die zin juist een bedreiging voor de positie van Osdorpplein. Het stadsdeel heeft een duidelijke keuze gemaakt: het primaat voor stadsdeelverzorgende en bovenlokale reguliere detailhandel in Nieuw-West ligt bij het Osdorpplein e.o. Resumerend Resumerend zijn wij van mening dat de argumentatie in het rapport van Royal HaskoningDHV in hoge mate een pleitplanologisch karakter heeft. Het is grotendeels gebaseerd op de (onterechte) aanname dat er sprake is van een grote mate van onderverzorging van Nieuw-West, en dat het stadsdeel zichzelf (en daarmee de inwoners) tekort doet. Versterking van het aanbod op Bedrijvencentrum Osdorp, vooral met formules die een sterk bovenlokale functie hebben, is in deze optiek nodig. Enerzijds vanuit de overweging dat deze geen schade doen aan de positie van Centrum Nieuw-West, anderzijds vanuit de overweging dat ze anders kiezen voor locaties buiten Nieuw-West. Daarnaast stelt het rapport dat in plaats van een limitering van de totale omvang van GDV-aanbod op BCO juist randvoorwaarden gesteld moeten worden aan het type winkels dat zich er mag vestigen. Door alleen pagina 15

16 winkels met een bovenlokaal verzorgingsgebied en een winkelconcept gericht op perifere locaties toe te laten kan zowel de positie van Osdorpplein worden beschermd worden als het verzorgingsniveau in Nieuw-West worden versterkt, zo is de argumentatie in het rapport. Er zit echter een aantal tegenstrijdigheden in deze argumentatie. Zo is het ons onduidelijk wat de inwoner van Nieuw-West er (met het oogmerk van de veronderstelde onderverzorging) mee opschiet als er primair wordt ingezet op formules die een sterk bovenlokale reikwijdte hebben. Daarnaast wordt het ons ook niet duidelijk waarom (gelet op die veronderstelde onderverzorging) het argument wordt gebruikt dat de formules met een bovenlokale reikwijdte geen schade doen aan Centrum Nieuw-West. Dat lijkt immers met deze veronderstelling in gedachten niet relevant. Daarnaast wordt in het rapport nergens aangegeven wat de ruimtelijke motieven zijn om juist in BCO dit soort formules te laten huisvesten. Verder dan het argument dat de huidige hier gevestigde winkels al een groot verzorgingsbereik hebben gaat de argumentatie niet. Het in het verlengde hiervan gestelde advies in het rapport om geen eisen te stellen aan de omvang of de branchering van de winkel, maar alleen aan het criterium omzetherkomst ( de meerderheid van hun omzet buiten Nieuw-West ) is om ten minste twee redenen ongefundeerd: ten eerste omdat de omzetherkomst zich van tevoren onmogelijk laat bepalen en ten tweede omdat het zich helemaal niet juridisch-planologisch laat vastleggen. pagina 16

17 Bijlage: Distributieplanologische berekening Deze bijlage gaat in op de methode van de distributieplanologische berekening en de uitgangspunten die we hierbij hebben gebruikt. Het DPO: een complexe methode met belangrijke kanttekeningen Een distributieplanologisch onderzoek is een geijkt en veelgebruikt instrument om in kwantitatieve zin een uitspraak te doen over de uitbreidingsmogelijkheden van het winkelaanbod. Het is een rekenkundige methode waarbij vraag- en aanbodvariabelen met elkaar worden geconfronteerd. De methode kent een aantal belangrijke kanttekeningen: De uitkomsten baseren zich op een groot aantal aannames. Een belangrijk voordeel is dat aan de distributieplanologische berekeningen in dit onderzoek een recent koopstromenonderzoek ten grondslag ligt. In het onderzoek Winkelen in Amsterdam is de verdeling van de koopkracht over de verschillende stadsdelen binnen Amsterdam gemeten en berekend. De uitkomsten van het DPO zijn uiterst gevoelig voor koopstromen, vooral de omzettoevloeiing van buiten het verzorgingsgebied. Een verhoging van 10%-punt van de koopkrachttoevloeiing kan leiden tot 50% meer uitbreidingsruimte. Zelfs gemeten koopstromen zeggen nog niets over in de toekomst mogelijke koopstromen. Een belangrijke kwantitatieve en kwalitatieve versterking van het winkelaanbod in een bepaalde regio zal immers bestaande koopstromen doen veranderen, veelal ten faveure van deze regio (hogere binding en toevloeiing), maar mogelijk ook ten nadele van een of meer buurregio s. Voor de bestedingen per hoofd en de vloerproductiviteit (omzet per m²) worden in het DPO veelal landelijke kengetallen gebruikt. Lokaal en tussen typen winkelgebieden zijn er echter grote verschillen, vooral in de niet-dagelijkse sector. Hoe hoger het schaalniveau, hoe meer voorbij wordt gegaan aan verschillen in ontwikkelingsmogelijkheden op lagere schaalniveau s, zoals de verschillende gemeenten en winkelgebieden. In gebieden met een negatieve ontwikkelingsruimte zijn er vrijwel altijd winkelgebieden die zich onttrekken aan het generale beeld. In het DPO is geen ambitieniveau meegenomen. Dit betekent dat de ontwikkelingsmogelijkheden alleen worden beïnvloed door een bovengemiddeld goed functioneren van het huidige aanbod en/of door een substantiële groei van het draagvlak. Het DPO heeft per definitie een onnauwkeurig karakter. De uitkomsten dienen daarom, zeker voor de sterk heterogene niet-dagelijkse sector, met de nodige marges te worden geïnterpreteerd. De uitkomsten zijn meer richtinggevend dan sturend. Methode De distributieve berekening is een methode om de aanwezige marktruimte te bepalen. De marktruimte kan voor afzonderlijke branches worden bepaald. Zie onderstaande tabel voor de berekening voor de niet-dagelijkse sector in Nieuw-West. pagina 17

18 Tabel 1 Distributieplanologische berekening stadsdeel Nieuw-West niet-dagelijkse sector Huidige situatie Situatie 2020 Inwoners Bestedingen per hoofd Bestedingspotentieel in mln Bestedingspotentieel in mln. (incl. ink. corr.) Koopkrachtbinding 48% 48% Gebonden bestedingen in mln Koopkrachttoevloeiing 18% 18% Omzet door toevloeiing in mln Totale bestedingen in mln Gem. vloerproductiviteit in /m² wvo p.j Haalbaar aanbod m² wvo Gevestigd aanbod m² wvo Uitbreidingsruimte Bron: Bureau Stedelijke Planning Uitgangspunten en gebruikte kengetallen Vraagkenmerken Inwoners: het aantal inwoners op 1 januari 2012 en de prognoses voor Bron: Gemeente Amsterdam (O+S). Bestedingen per hoofd: de gemiddelde jaarlijkse omzet per hoofd van de bevolking in Bron: HBD (2012), Omzetkengetallen ten behoeve van ruimtelijk-economisch onderzoek. Inkomenscorrectie. Voor stadsdeel Nieuw-West is een inkomenscorrectie toegepast aan de hand van het gemiddeld rekenkundig besteedbaar inkomen per persoon (bron: Amsterdam O+S en CBS Statline, cijfers 2010). Voor de nietdagelijkse sector is een inkomenselasticiteit van 0,5 gehanteerd. Interneteffect. Internet wordt als aankoopkanaal een steeds belangrijker concurrent voor fysieke winkels. De afgelopen jaren stegen de totale internetbestedingen met gemiddeld circa 10%(!) per jaar, waarvan verreweg het merendeel betrekking heeft op niet-dagelijkse goederen. Ter vergelijking: de totale detailhandelsbestedingen staan in de niet-dagelijkse winkels al jaren onder druk. Deze trend heeft onherroepelijk negatieve gevolgen voor de vraag naar fysieke winkelmeters. De omvang hiervan is moeilijk te duiden en niet in onze berekening meegenomen. Wel is het interneteffect genoemd als belangrijke nuance op de uitkomsten van het DPO. Omzet per hoofd van de bevolking 2011 Dagelijks Niet-dagelijks Bron: HBD, 2012 pagina 18

19 Koopkrachtbinding: het percentage van het totale bestedingspotentieel (=inwoners*bestedingen per hoofd) dat wordt gebonden aan het eigen verzorgingsgebied. De koopkrachtbinding in de niet-dagelijkse sector in Nieuw-West bedraagt 48% en is gebaseerd op de resultaten van het onderzoek Winkelen in Amsterdam (bron: gemeente Amsterdam). Koopkrachttoevloeiing: het percentage van de totale bestedingen dat van buiten het eigen verzorgingsgebied komt. De koopkrachttoevloeiing in de niet-dagelijkse sector in Nieuw-West bedraagt 18% en is gebaseerd op de resultaten van het onderzoek Winkelen in Amsterdam (bron: gemeente Amsterdam). Aanbodkenmerken Huidig detailhandelsaanbod: het aanbod in m² winkelvloeroppervlak in de nietdagelijkse sector in Nieuw-West volgens de Locatus Verkooppuntverkenner (online), geraadpleegd in april Gemiddelde vloerproductiviteit: de gemiddelde omzet per m² winkelvloeroppervlak per jaar van een gemiddelde winkel. Bron: HBD (2012), Omzetkengetallen ten behoeve van ruimtelijk-economisch onderzoek. N.B. De geografische variatie in vloerproductiviteiten is groot, zeker in de nietdagelijkse sector. Deze sector bestaat immers uit een zeer divers aantal branches. Ook varieert de vloerproductiviteit sterk naar type winkelgebied en naar nieuwbouw versus bestaande bouw. Daarnaast beïnvloedt de geografische ligging van de winkelgebieden voor een groot deel de huisvestingslasten, waarbij geldt dat in de grote steden en in het westen van het land hogere lasten gelden dan gemiddeld in Nederland. In de Detailhandelsvisie Nieuw-West is dit ondervangen door de benodigde (gemiddelde) vloerproductiviteit op te hogen. Dit is terecht, al kan getwist worden over het in te zetten correctiepercentage. In onze berekening hebben we er bewust voor gekozen dit niet mee te nemen in de berekening, maar als nuance achteraf mee te laten wegen. Omzet per m² wvo 2011 Dagelijks Niet-dagelijks pagina 19

Scheveningen DPO niet-dagelijkse sector

Scheveningen DPO niet-dagelijkse sector Scheveningen DPO niet-dagelijkse sector 7 augustus 2013 definitief Status: definitief Datum: 7 augustus 2013 Een product van: Bureau Stedelijke Planning bv Silodam 1E 1013 AL Amsterdam 020-625 42 67 www.stedplan.nl

Nadere informatie

Den Haag-Spuikwartier nadere onderbouwing effectenmethodiek

Den Haag-Spuikwartier nadere onderbouwing effectenmethodiek Den Haag-Spuikwartier nadere onderbouwing effectenmethodiek 30 april 2015 Definitief Status: Definitief Datum: 30 april 2015 Een product van: Bureau Stedelijke Planning bv Silodam 1E 1013 AL Amsterdam

Nadere informatie

Bijlage C: Adviesmemo DPO Beekstraatkwartier Weert

Bijlage C: Adviesmemo DPO Beekstraatkwartier Weert Bijlage C: Adviesmemo DPO Beekstraatkwartier Weert 13.321 // DPO Beekstraatkwartier Weert Hub Ploem 22 januari 2014 Bijlage C: Adviesmemo DPO Beekstraatkwartier Weert Bijlage C: Adviesmemo DPO Beekstraatkwartier

Nadere informatie

Inhoudelijke reactie op rapport Detailhandels- en horecavisie Boxtel (BRO, 26 september 2014)

Inhoudelijke reactie op rapport Detailhandels- en horecavisie Boxtel (BRO, 26 september 2014) Inhoudelijke reactie op rapport Detailhandels- en horecavisie Boxtel (BRO, 26 september 2014) 10 december 2014 Memo Status: Memo Datum: 10 december 2014 Een product van: Bureau Stedelijke Planning bv Silodam

Nadere informatie

ZWOLLE perifere detailhandel hoek Blaloweg/Katwolderweg

ZWOLLE perifere detailhandel hoek Blaloweg/Katwolderweg ZWOLLE perifere detailhandel hoek Blaloweg/Katwolderweg ruimtelijk-economisch onderzoek Zwolle perifere detailhandel hoek Blaloweg/Katwolderweg ruimtelijk-economisch onderzoek identificatie planstatus

Nadere informatie

Begeleidingscommissie

Begeleidingscommissie Bijlage 1 Begeleidingscommissie Bijlage 2 Begrippenlijst mevrouw D. Bogers mevrouw E. Lambooy mevrouw S.N. MinkemaWedzinga de heer J.S. Nota de heer A. van Wanroij Gemeente Soest KvK Gooi en Eemland Gemeente

Nadere informatie

Amersfoort. Euterpeplein. ruimtelijk-economisch onderzoek 04-07-2013 081530.17896.00

Amersfoort. Euterpeplein. ruimtelijk-economisch onderzoek 04-07-2013 081530.17896.00 Amersfoort Euterpeplein ruimtelijk-economisch onderzoek identificatie planstatus projectnummer: datum: 081530.17896.00 04-07-2013 projectleider: opdrachtgever: drs. G. Welten Hoorne Vastgoed R.008/04 gecertificeerd

Nadere informatie

Distributieve analyse uitbreiding supermarkt Beethovenstraat Heemskerk

Distributieve analyse uitbreiding supermarkt Beethovenstraat Heemskerk Memo Distributieve analyse uitbreiding supermarkt Beethovenstraat Heemskerk Green Development 25 januari 2011 BOR035/Hft/0105 1 Inleiding Green Development is in samenwerking met de gemeente Heemskerk

Nadere informatie

DPO Groenewegterrein Utrecht- Lombok

DPO Groenewegterrein Utrecht- Lombok DPO Groenewegterrein Utrecht- Lombok Definitief rapport Opdrachtgever: Multi Development ECORYS Nederland BV Peter Beerlage Bart Stek Wojtek Mikolajczyk Rotterdam, 17 november 2009 ECORYS Nederland BV

Nadere informatie

Detailhandelsstructuur Veenendaal Nu en in de toekomst

Detailhandelsstructuur Veenendaal Nu en in de toekomst Detailhandelsstructuur Veenendaal Nu en in de toekomst Inleiding De gemeente Veenendaal heeft een sterk kernwinkelgebied, vier buurtwinkelcentra en twee woonboulevards. Veenendaal wil de positie van de

Nadere informatie

Zuidlaren. Toelichting op distributieve berekeningen. Broekhuis Rijs Advisering. Juli Broekhuis Rijs Advisering

Zuidlaren. Toelichting op distributieve berekeningen. Broekhuis Rijs Advisering. Juli Broekhuis Rijs Advisering Zuidlaren Toelichting op distributieve berekeningen Juli 2013 Hieronder geven we in chronologische volgorde een overzicht van hoe de verschillende uitkomsten tot stand komen en zijn gekomen, en welke aannames

Nadere informatie

voeren. Vraagstelling duurzame in het m² wvo een

voeren. Vraagstelling duurzame in het m² wvo een datum: : 30-3-2015 projectnummer: 1554.0215 Verkenning haalbaarheid en effecten bouwmarkt Voorschotenn Aanleiding Onlangs hebben marktpartijen hun interesse kenbaar gemaakt voor realisatie van een moderne

Nadere informatie

Factsheets. Profielen gemeentes van Utrecht

Factsheets. Profielen gemeentes van Utrecht Factsheets Profielen gemeentes van Utrecht Leeswijzer Profielen gemeentes van Utrecht Per gemeente van de provincie Utrecht is een profiel gemaakt. Dit profiel is weergegeven op basis van vier pagina s.

Nadere informatie

Noordoost-Brabant, Agri Food capital Regionale detailhandelsfoto Felix Wigman 19 februari 2014

Noordoost-Brabant, Agri Food capital Regionale detailhandelsfoto Felix Wigman 19 februari 2014 Noordoost-Brabant, Agri Food capital Regionale detailhandelsfoto Felix Wigman 19 februari 2014 204X00472 Opzet presentatie 1. Aanpak en resultaten regionale detailhandelsfoto 2. Algemene trends en ontwikkelingen

Nadere informatie

Quick scan haalbaarheid en effecten discountsupermarkt Mook

Quick scan haalbaarheid en effecten discountsupermarkt Mook Quick scan haalbaarheid en effecten discountsupermarkt Mook datum: 2-2-2015 projectnummer: 1515.1114 Aanleiding Eerder dit jaar heeft de ontwikkelcombinatie Progres Real Estate B.V. & JAVO Vastgoed een

Nadere informatie

Bewoners regio kopen minder in eigen gemeente

Bewoners regio kopen minder in eigen gemeente 1 Bewoners regio kopen minder in eigen gemeente Fact sheet augustus 15 Net als Amsterdammers kopen bewoners in de Amsterdamse regio steeds meer niet-dagelijkse producten (kleding, muziek, interieurartikelen)

Nadere informatie

Notitie Definitie perifere detailhandel

Notitie Definitie perifere detailhandel Notitie Definitie perifere detailhandel Gemeente Apeldoorn Eenheid Ruimtelijke Leefomgeving Mei 2013 2 Inleiding In februari 2010 is door de gemeenteraad het nieuwe beleidskader voor perifere en grootschalige

Nadere informatie

Actualisering PDV/GDVbeleid. FoodValley. Raadsinformatiebijeenkosmt. 23 november Guido Scheerder

Actualisering PDV/GDVbeleid. FoodValley. Raadsinformatiebijeenkosmt. 23 november Guido Scheerder Actualisering PDV/GDVbeleid FoodValley Raadsinformatiebijeenkosmt 23 november 2016 Guido Scheerder 2 Inhoud presentatie Doel actueel PDV / GDV beleid Projectaanpak Definities Actuele aanbodstructuur Vraag

Nadere informatie

Welkom! Gemeente Purmerend Visie op de boodschappenstructuur. Werkatelier 1

Welkom! Gemeente Purmerend Visie op de boodschappenstructuur. Werkatelier 1 Welkom! Gemeente Purmerend Visie op de boodschappenstructuur Werkatelier 1 Stelling 1 Een supermarkt in het centrum van Purmerend voorziet in een consumentenbehoefte en is ook goed voor de positie van

Nadere informatie

MEMO CENTRUMPLAN REUSEL ADVIES RUIMTELIJK- FUNCTIONELE CONSTELLATIE SUPERMARKTEN

MEMO CENTRUMPLAN REUSEL ADVIES RUIMTELIJK- FUNCTIONELE CONSTELLATIE SUPERMARKTEN MEMO CENTRUMPLAN REUSEL ADVIES RUIMTELIJK- FUNCTIONELE CONSTELLATIE SUPERMARKTEN 13 OKTOBER 2017 Status: Definitief Datum: 13 oktober 2017 Een product van: Bureau Stedelijke Planning bv Silodam 1E 1013

Nadere informatie

19 mei X _3-ABo/jve

19 mei X _3-ABo/jve Postbus 4, 5280 AA Boxtel Bosscheweg 107 Boxtel www.bro.nl telefoon 0411 85 04 00 fax 0411 85 04 01 Gemeente Stein Afdeling MRB T.a.v. de heer B.B.M. Lemmens Postbus 15 6170 AA STEIN e-mail: boxtel@bro.nl

Nadere informatie

Samenvatting Inleiding Werkgelegenheid Brabantse detailhandel Winkelaanbod in Noord-Brabant... 8

Samenvatting Inleiding Werkgelegenheid Brabantse detailhandel Winkelaanbod in Noord-Brabant... 8 Inhoud Samenvatting... 2 1. Inleiding... 5 2. Werkgelegenheid Brabantse detailhandel... 6 3. Winkelaanbod in Noord-Brabant... 8 3.1 Winkels per type winkelgebied... 9 3.2 Winkels in 4 grootste steden,

Nadere informatie

KoopstromenMonitor Gemeente Hilversum

KoopstromenMonitor Gemeente Hilversum KoopstromenMonitor Gemeente Hilversum Detailhandel in zwaar weer De marktomstandigheden voor de gevestigde detailhandel zijn er de afgelopen jaren niet beter op geworden. Tussen 2008 en 2012 is de totale

Nadere informatie

Deze cijfers zijn afkomstig van Locatus en worden door alle adviseurs gehanteerd. Hier ligt dus geen interpretatieverschil.

Deze cijfers zijn afkomstig van Locatus en worden door alle adviseurs gehanteerd. Hier ligt dus geen interpretatieverschil. Notitie supermarkten IJsselstein i.v.m. planologische procedures In september 2013 heeft Seinpost een update opgesteld ( Actualisatie DPO supermarktstructuur IJsselstein ) van de rapportage over de supermarktstructuur

Nadere informatie

LEESWIJZER FACTSHEETS

LEESWIJZER FACTSHEETS LEESWIJZER FACTSHEETS 1 LEESWIJZER FACTSHEETS KSO2016 Algemeen Voor het Randstad Koopstromenonderzoek 2016 zijn naast een hoofdrapport en een internetapplicatie factsheets ontwikkeld om de onderzoeksresultaten

Nadere informatie

BEHOEFTE AAN BEOOGDE SUPERMARKT

BEHOEFTE AAN BEOOGDE SUPERMARKT BEHOEFTE AAN BEOOGDE SUPERMARKT Aldi is enige discounter in het Bildt De Aldi speelt een specifieke rol vervult binnen het koopgedrag van consumenten. Bij discounters doen consumenten vooral aanvullende

Nadere informatie

Alles blijft Anders. Het winkellandschap 2003-2011-2020. Gerard Zandbergen CEO Locatus

Alles blijft Anders. Het winkellandschap 2003-2011-2020. Gerard Zandbergen CEO Locatus Alles blijft Anders Het winkellandschap 2003-2011-2020 Gerard Zandbergen CEO Locatus Enkele begrippen Dagelijks aankopen Winkels / Detailhandel Mode & Luxe Wel oppervlak: Vrije Tijd WVO = In en om het

Nadere informatie

Metropoolregio Amsterdam Ontwikkelingsmogelijkheden detailhandel

Metropoolregio Amsterdam Ontwikkelingsmogelijkheden detailhandel Metropoolregio Amsterdam Ontwikkelingsmogelijkheden detailhandel Actualisatie rapport februari 2011 18 december 2012 Definitief rapport Status: Definitief rapport Datum: 18 december 2012 Een product van:

Nadere informatie

VOOR WIE? WAAROM? WAT? DOOR WIE?

VOOR WIE? WAAROM? WAT? DOOR WIE? WAAROM? Keuzes op basis van kennis vraagt kennis. Koopstromen kunnen helpen bij inzicht in hoe de gemeente zich tot elkaar verhouden en welke gebieden en sectoren krachtig of juist zwak zijn. Om gebieden

Nadere informatie

LEESWIJZER FACTSHEETS

LEESWIJZER FACTSHEETS LEESWIJZER FACTSHEETS 1 LEESWIJZER FACTSHEETS KSO2018 Algemeen Voor het Randstad Koopstromenonderzoek 2018 zijn (naast een hoofdrapport en een internetapplicatie) factsheets ontwikkeld om de onderzoeksresultaten

Nadere informatie

MARKTRUIMTE EN EFFECTEN UITBREIDING DEKAMARKT ORDENPLEIN Stec Groep aan Dreef Beheer. Stec Groep B.V. Guido Scheerder Januari 2011

MARKTRUIMTE EN EFFECTEN UITBREIDING DEKAMARKT ORDENPLEIN Stec Groep aan Dreef Beheer. Stec Groep B.V. Guido Scheerder Januari 2011 MARKTRUIMTE EN EFFECTEN UITBREIDING DEKAMARKT ORDENPLEIN Stec Groep B.V. Guido Scheerder Januari 2011 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1 1.1 Uw situatie en vragen 1 1.2 Onze aanpak 1 1.3 Leeswijzer 1 2. ADVIES

Nadere informatie

Distributieplanologisch onderzoek supermarkten Reuver

Distributieplanologisch onderzoek supermarkten Reuver Distributieplanologisch onderzoek supermarkten Reuver Opdrachtgever: Contactpersoon: Gemeente Beesel De heer T. van Loon Projectteam DTNP: De heer W. Frielink Projectnummer: 1145.0212 Datum: 21 juni 2012

Nadere informatie

Distributieplanologisch onderzoek ontwikkeling Plus Abcoude

Distributieplanologisch onderzoek ontwikkeling Plus Abcoude Distributieplanologisch onderzoek ontwikkeling Plus Abcoude De haalbaarheid van detailhandelsontwikkeling in een kern is doorgaans gebaseerd op distributieplanologisch onderzoek (DPO). Specifiek voor de

Nadere informatie

Fun of functie: koopstromen. Kennis en Economisch Onderzoek

Fun of functie: koopstromen. Kennis en Economisch Onderzoek Fun of functie: koopstromen Kennis en Economisch Onderzoek Rogier Aalders 3 juni 2014 Fun of functie Dalende detailhandelsomzet 115 index index 115 110 110 105 105 100 100 95 95 90 90 85 2005 2006 2007

Nadere informatie

Regionale afstemming. Inhoud. voor bestemmingsplan Laan van Erica 50

Regionale afstemming. Inhoud. voor bestemmingsplan Laan van Erica 50 Regionale afstemming voor bestemmingsplan Laan van Erica 50 Inhoud a. Gelet op de Omgevingsverordening Gelderland en gelet op een goede ruimtelijke ordening, heeft regionale afstemming plaats gevonden

Nadere informatie

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2017 Toelichting, 23 mei super

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2017 Toelichting, 23 mei super Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2017 Toelichting, 23 mei 2017 super 2/24 Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2017 23 mei 2017 Inhoud Samenvatting 5 Positieve ontwikkelingen in de Brabantse

Nadere informatie

Samenvatting Eindhoven Regionaal koopstromenonderzoek SRE. Samenwerkingsverband Regio Eindhoven

Samenvatting Eindhoven Regionaal koopstromenonderzoek SRE. Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Samenvatting Eindhoven Regionaal koopstromenonderzoek SRE Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Samenvatting Eindhoven Regionaal koopstromenonderzoek SRE Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Rapportnummer:

Nadere informatie

Seminar Dienstenrichtlijn en Detailhandel. Rick Zijderveld

Seminar Dienstenrichtlijn en Detailhandel. Rick Zijderveld Seminar Dienstenrichtlijn en Detailhandel Rick Zijderveld Inleiding Beleid Den Haag 1. Feiten & belang 2. Beleid in Den Haag 3. Meten is weten 4. Actieprogramma Dienstenrichtlijn 1. Risico s voor Den Haag?

Nadere informatie

Nieuwegein is geen eiland, ontwikkelingen in de regio

Nieuwegein is geen eiland, ontwikkelingen in de regio Nieuwegein is geen eiland, ontwikkelingen in de regio Bevolking Besteding Bereik Bewinkeling Bevolking Index huishoudens (2014-2030) 140 135 130 Ontwikkeling bevolking 2014-2030 Bunnik Vianen Woudenberg

Nadere informatie

5 december X _1-TDr\RBe

5 december X _1-TDr\RBe Gemeente Apeldoorn Economische Zaken t.a.v. mevrouw N. Aalbers Postbus 9033 7300 ES APELDOORN datum uw schrijven ons schrijven 5 december 2006 203X00246.037068_1-TDr\RBe onderwerp Second opinion supermarktontwikkeling

Nadere informatie

Aanleiding. beeld te brengen

Aanleiding. beeld te brengen Opbouw presentatie Aanleiding Het veranderende winkellandschap Winkelstructuur en beleidskader Neerijnen Marktruimtebepaling 2017 Marktruimtebepaling 2027 Kwantitatieve argumenten voor vestiging supermarkt

Nadere informatie

Distributieve toets en effectanalyse integrale herontwikkeling winkelcentrum Leidsenhage

Distributieve toets en effectanalyse integrale herontwikkeling winkelcentrum Leidsenhage Distributieve toets en effectanalyse integrale herontwikkeling winkelcentrum Leidsenhage Reactie op notitie 'Vergelijking Leidsenhage BSP-NSI' (29 januari 2015) 3 februari 2015 Aanvullende memo Status:

Nadere informatie

Reactie diverse bijdragen FOC-onderzoek Bij onderzoek Factory Outlet Center bij TT-terrein Assen - d.d. 26 oktober

Reactie diverse bijdragen FOC-onderzoek Bij onderzoek Factory Outlet Center bij TT-terrein Assen - d.d. 26 oktober Reactie diverse bijdragen FOC-onderzoek Bij onderzoek Factory Outlet Center bij TT-terrein Assen - d.d. 26 oktober 2015 - In de afgelopen periode zijn er twee stukken beschikbaar gekomen waarin wordt ingegaan

Nadere informatie

Perspectief Kerkelanden. 1 Inleiding. 2 Actuele situatie. 2.1 Actueel winkelaanbod Hilversum. Blauwhoed Vastgoed. Actueel DPO.

Perspectief Kerkelanden. 1 Inleiding. 2 Actuele situatie. 2.1 Actueel winkelaanbod Hilversum. Blauwhoed Vastgoed. Actueel DPO. Blauwhoed Vastgoed Perspectief Kerkelanden Actueel DPO Datum 28 juni 2006 BLH006/Sdg/0004 Kenmerk 1 Inleiding Voor Kerkelanden worden plannen ontwikkeld die voorzien in een renovatie en upgrading van dit

Nadere informatie

Notitie marktsituatie dagelijkse sector gemeente Langedijk

Notitie marktsituatie dagelijkse sector gemeente Langedijk Notitie marktsituatie dagelijkse sector gemeente Langedijk 1. Aanleiding In de gemeente Langedijk zijn voorgenomen ontwikkelingen in de supermarktbranche die mogelijk een invloed hebben op de voorzieningenstructuur

Nadere informatie

Detailhandelsvisie A2-gemeenten. Lokale sessie Heeze-Leende 10 februari 2015 Stefan van Aarle

Detailhandelsvisie A2-gemeenten. Lokale sessie Heeze-Leende 10 februari 2015 Stefan van Aarle Detailhandelsvisie A2-gemeenten Lokale sessie Heeze-Leende 10 februari 2015 Stefan van Aarle Vraagstelling visie en uitvoering Regionale visie: Welke kansen zijn aanwezig om de detailhandelsstructuur in

Nadere informatie

Notitie. Statenleden. Statencommissie EZB. 7 mei V.M.J. Munnecom. Ruimtelijke Ontwikkeling & Handhaving (073) Aan.

Notitie. Statenleden. Statencommissie EZB. 7 mei V.M.J. Munnecom. Ruimtelijke Ontwikkeling & Handhaving (073) Aan. Notitie Onderwerp Provinciale handelwijze ten aanzien van ruimtelijke plannen die voorzien in detailhandelsontwikkelingen Aanleiding Met de Discussienota Detailhandel en het symposium Detailhandel in Brabant:

Nadere informatie

Notitie detailhandel Zuid-Holland. juli 2012 Provincie Zuid-Holland

Notitie detailhandel Zuid-Holland. juli 2012 Provincie Zuid-Holland Notitie detailhandel Zuid-Holland juli 2012 Provincie Zuid-Holland Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Uitgangssituatie en ontwikkelingsmogelijkheden 2.1 Uitgangssituatie detailhandel 2.1.1 Winkelaanbod 2.1.2

Nadere informatie

Provinciale en Interprovinciale Studie Detailhandel

Provinciale en Interprovinciale Studie Detailhandel Provinciale en Interprovinciale Studie Detailhandel Situatie detailhandel in de provincie Vlaams-Brabant januari 2015 Onderdelen Situatie aan de vraagzijde van de markt Situatie aan de aanbodzijde van

Nadere informatie

PDV/GDV cluster Eijsden (Gronsveld)

PDV/GDV cluster Eijsden (Gronsveld) PDV/GDV cluster Eijsden (Gronsveld) Effecten op winkelgebieden in omgeving Opdrachtgever: Wyckerveste Adviseurs BV. Rotterdam, 4 november 2010 Over Ecorys Met ons werk willen we een zinvolle bijdrage leveren

Nadere informatie

College van Burgemeester en Wethouders

College van Burgemeester en Wethouders Memo aan onderwerp van dienst afdeling telefoon datum Gemeenteraad Gouda Randstad Koopstromenonderzoek 2016 College van Burgemeester en Wethouders 8 maart 2017 1. Inleiding Op 8 februari jl. is het Randstad

Nadere informatie

Factsheets Leeswijzer

Factsheets Leeswijzer Factsheets Leeswijzer Voor het Koopstromenonderzoek Randstad 2011 zijn naast een hoofdrapport en een internetapplicatie factsheets ontwikkeld om de onderzoeksresultaten overzichtelijk en helder te presenteren.

Nadere informatie

Kwaliteitsverbetering aanloopstraten. Presentatie 31 mei 2012

Kwaliteitsverbetering aanloopstraten. Presentatie 31 mei 2012 Kwaliteitsverbetering aanloopstraten Presentatie 31 mei 2012 Vooraf Aanleiding: BRO rapportage 2009 Conceptplan Brusselsestraat e.o. 2010 Verandering economische situatie 2009-2012 Vraagstelling: Actuele

Nadere informatie

Bergen op Zoom. Aan het college van B&W en de raad van de gemeente Bergen op Zoom. Bergen op Zoom, 16 februari 2016. Betreft: bezwaar versmarkt

Bergen op Zoom. Aan het college van B&W en de raad van de gemeente Bergen op Zoom. Bergen op Zoom, 16 februari 2016. Betreft: bezwaar versmarkt Aan het college van B&W en de raad van de gemeente Bergen op Zoom Bergen op Zoom, 16 februari 2016 Betreft: bezwaar versmarkt Geacht College en geachte collega s, De uitspraak op het bezwaar inzake de

Nadere informatie

MARKTRUIMTEONDERZOEK DETAILHANDEL PROVINCIE NOORD- HOLLAND 19 MAART 2018

MARKTRUIMTEONDERZOEK DETAILHANDEL PROVINCIE NOORD- HOLLAND 19 MAART 2018 MARKTRUIMTEONDERZOEK DETAILHANDEL PROVINCIE NOORD- HOLLAND 19 MAART 2018 MARKTRUIMTEONDERZOEK DETAILHANDEL PROVINCIE NOORD-HOLLAND 19 MAART 2018 Status: Definitief rapport Datum: 19 maart 2018 Een product

Nadere informatie

Bestemmingsplan "Dienstenterrein De Brier", Effectenanalyse

Bestemmingsplan Dienstenterrein De Brier, Effectenanalyse Bestemmingsplan "Dienstenterrein De Brier", Effectenanalyse Gemeente Venray Inhoudsopgave Bestemmingsplan "Dienstenterrein De Brier", Effectenanalyse Gemeente Venray Rapportnummer: 211x08182_2 IMRO-IDN-nr:

Nadere informatie

Memo stand van zaken retailadviescommissie, detailhandelsmonitor en koopstromenonderzoek

Memo stand van zaken retailadviescommissie, detailhandelsmonitor en koopstromenonderzoek Bijlage 3.1 Memo stand van zaken retailadviescommissie, detailhandelsmonitor en koopstromenonderzoek Retailadviescommissie De provincie stelt een provinciale retailadviescommissie in. Deze commissie van

Nadere informatie

Omvang en invulling winkelcentrum Schuytgraaf Arnhem

Omvang en invulling winkelcentrum Schuytgraaf Arnhem Omvang en invulling winkelcentrum Schuytgraaf Arnhem Opdrachtgever: Contactpersoon: Gemeente Arnhem Mevrouw K.M. Molenaar De heer B.A. de Ruiter Projectteam DTNP: De heer J. Vlek Projectnummer: 1120.0112

Nadere informatie

Gemeente Haren Actualisatie Distributie planologisch onderzoek

Gemeente Haren Actualisatie Distributie planologisch onderzoek Gemeente Haren Actualisatie Distributie planologisch onderzoek Broekhuis Rijs Advisering 1 Gemeente Haren Actualisatie Distributie planologisch onderzoek Opdrachtgever: Gemeente Haren Projectnummer: 1116.335

Nadere informatie

VERZONDEN 20SEP.2Ö13. Het college van burgemeester en wethouders van Tilburg Postbus LH TILBURG

VERZONDEN 20SEP.2Ö13. Het college van burgemeester en wethouders van Tilburg Postbus LH TILBURG Het college van burgemeester en wethouders van Tilburg Postbus 90155 5000 LH TILBURG Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC 's-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15 info@brabant.nl wv/w.brabant.nl

Nadere informatie

Uitbreidingsmogelijkheden winkelcentrum Parijsch

Uitbreidingsmogelijkheden winkelcentrum Parijsch Uitbreidingsmogelijkheden winkelcentrum Parijsch Binnen de ruimtelijk-economische structuur van Culemborg Datum 15 april 2009 Auteur Nienke Sipma Opdrachtgever CV Ontwikkelingsmaatschappij Parijsch NSI

Nadere informatie

Registratienummer: GF Datum: 17 januari 2011 Agendapunt: 10. Voorstel: de integrale detailhandelsvisie gemeente Heerenveen 2011 vaststellen

Registratienummer: GF Datum: 17 januari 2011 Agendapunt: 10. Voorstel: de integrale detailhandelsvisie gemeente Heerenveen 2011 vaststellen Aan de gemeenteraad Registratienummer: GF11.20016 Datum: 17 januari 2011 Agendapunt: 10 Portefeuillehouder: Mevrouw C. van der Laan Behandelend ambtenaar: Marianne de Jeu Onderwerp: integrale detailhandelsvisie

Nadere informatie

Uitbreidingsmogelijkheden voor winkelcentrum Kerkelanden

Uitbreidingsmogelijkheden voor winkelcentrum Kerkelanden Uitbreidingsmogelijkheden voor winkelcentrum Kerkelanden AM juni 2010 definitief Uitbreidingsmogelijkheden voor winkelcentrum Kerkelanden dossier : D2428.01.001 registratienummer : versie : 3 AM juni 2010

Nadere informatie

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 Toelichting, 24 april super

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 Toelichting, 24 april super Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 Toelichting, 24 april 2018 super 2/28 Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 24 april 2018 Inhoud Samenvatting 4 Positieve ontwikkelingen in de Brabantse

Nadere informatie

Extra informatiebijeenkomst Regioraadsleden

Extra informatiebijeenkomst Regioraadsleden Extra informatiebijeenkomst Regioraadsleden Vergaderdatum : 19 mei 2015 Onderwerp : Herijking regionaal detailhandelsbeleid Aangemeld door : Portefeuillehouder Economie Inleiding Op 17 maart stond de mogelijke

Nadere informatie

Economische effecten openstelling Overdiemerweg

Economische effecten openstelling Overdiemerweg Economische effecten openstelling Overdiemerweg Droogh Trommelen en Partners (DTNP) Adviseurs voor Ruimte en Strategie Graafseweg 109 6512 BS Nijmegen T 024-379 20 83 E info@dtnp.nl W www.dtnp.nl Opdrachtgever:

Nadere informatie

Omzetkengetallen 2011/2012

Omzetkengetallen 2011/2012 Omzetkengetallen 2011/2012 ten behoeve van ruimtelijk-economisch onderzoek Deze notitie bevat omzetkengetallen ten behoeve van ruimtelijk-economisch onderzoek. De notitie beoogt het voorkomen van het rekenen

Nadere informatie

ARTIKEL LID 2 BRO: LADDER VOOR DUURZAME VERSTEDELIJKING

ARTIKEL LID 2 BRO: LADDER VOOR DUURZAME VERSTEDELIJKING ANNEKE FRANKEN & HANS KOOLEN GIJS HEUTINK ADVOCATEN ARTIKEL 3.1.6 LID 2 BRO: LADDER VOOR DUURZAME VERSTEDELIJKING www.gijsheutinkadvocaten.nl Inhoudsopgave Achtergrond Ladder Toepassingsbereik Ladder Ruimtelijke

Nadere informatie

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 Toelichting, 24 april super

Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 Toelichting, 24 april super Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 Toelichting, 24 april 2018 super 2/28 Feiten en cijfers Brabantse detailhandel 2018 24 april 2018 Inhoud Samenvatting 4 Positieve ontwikkelingen in de Brabantse

Nadere informatie

Koopstromen in Utrecht mei 2012

Koopstromen in Utrecht mei 2012 Koopstromen in Utrecht 2011 29 mei 2012 1. Koopstromenonderzoek 2. Resultaten Randstad 3. Resultaten Utrecht www.kso2011.nl www.utrecht.nl 1989, 1994, 1999, 2004, 2011 (Randstad) Ontwikkeling winkeloppervlak

Nadere informatie

Regionale detailhandelsvisie Kop van Noord-Holland. Ondernemers 22 maart 2017

Regionale detailhandelsvisie Kop van Noord-Holland. Ondernemers 22 maart 2017 Regionale detailhandelsvisie Kop van Noord-Holland Ondernemers 22 maart 2017 Opzet werksessie 9.15 Kennismaking 9.30 Introductie en presentatie analyse 9.50 Werksessie Groep 1: hoofdwinkelgebieden Groep

Nadere informatie

Toepassing Europese Dienstenrichtlijn. Toine Hooft 27 september 2018

Toepassing Europese Dienstenrichtlijn. Toine Hooft 27 september 2018 Toepassing Europese Dienstenrichtlijn Toine Hooft 27 september 2018 Opzet presentatie 1. In de (achteruitkijk)spiegel: Detailhandelsplanning in Nederland 2. What s going on in Appingedam? 3. Aanpak casus

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Convenant Regionale Detailhandelsafspraken. Aan de raad,

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Convenant Regionale Detailhandelsafspraken. Aan de raad, RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 14 december 2017 17-105 Onderwerp Convenant Regionale Aan de raad, Onderwerp Convenant Regionale Gevraagde beslissing 1. Het Convenant Regionale vast te stellen. Grondslag

Nadere informatie

Gebiedskoers Detailhandel Hoek van Holland. Gemeente Rotterdam

Gebiedskoers Detailhandel Hoek van Holland. Gemeente Rotterdam Gebiedskoers Detailhandel 2017-2020 Gemeente Rotterdam Datum Juni 2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Situatie van de detailhandel in 4 2.1 Centrum 4 2.2 Verspreide bewinkeling 5 3 Koers detailhandelsstructuur

Nadere informatie

Rabobank Cijfers & Trends

Rabobank Cijfers & Trends Detailhandel in wonen De detailhandel in wonen bestaat uit de volgende branches: woninginrichting (onder te verdelen in meubelspeciaalzaken, woningtextielspeciaalzaken, slaapspeciaalzaken en gemengde zaken),

Nadere informatie

DPO Achtergracht/Groeneweg. Gemeente Weesp Definitief

DPO Achtergracht/Groeneweg. Gemeente Weesp Definitief DPO Achtergracht/Groeneweg Gemeente Weesp Definitief DPO Achtergracht/Groeneweg Gemeente Weesp Definitief Rapportnummer: 211X06322.080337_1 Datum: 19 mei 2014 Contactpersoon opdrachtgever: De heer J.

Nadere informatie

ZIENSWIJZENNOTITIE Ontwerpwijzigingsplan Ekkersrijt; Grando

ZIENSWIJZENNOTITIE Ontwerpwijzigingsplan Ekkersrijt; Grando ZIENSWIJZENNOTITIE Ontwerpwijzigingsplan Ekkersrijt; Grando 12.0018038 ZIENSWIJZENNOTITIE Ontwerpwijzigingsplan 'Ekkersrijt; Grando' Inleiding In de periode van 2 augustus tot en met 12 september 2012

Nadere informatie

De KoopstromenMonitor

De KoopstromenMonitor De KoopstromenMonitor Consumentenbestedingen gemeente Weert en omgeving Samengesteld in opdracht van Rabobank Weerterland en Cranendonck De Rabobank KoopstromenMonitor Met een belang van 11 procent in

Nadere informatie

Rapportage 30-2146. DistributiePlanologischOnderzoek (DPO) ten behoeve van de uitbreiding van Tuincentrum de Bosrand te Alphen aan den Rijn 2012

Rapportage 30-2146. DistributiePlanologischOnderzoek (DPO) ten behoeve van de uitbreiding van Tuincentrum de Bosrand te Alphen aan den Rijn 2012 Rapportage 30-2146 DistributiePlanologischOnderzoek (DPO) ten behoeve van de uitbreiding van Tuincentrum de Bosrand te Alphen aan den Rijn 2012 Strabo bv, Marktonderzoek en Vastgoedinformatie Herengracht

Nadere informatie

Heerhugowaard Stad van kansen

Heerhugowaard Stad van kansen Raadsvergadering Heerhugowaard Stad van kansen Besluit: Voorsteinummer: (2x3 CLo l) OSL( Agendanr. : 7 Voorstelnr. : RB2011054 Onderwerp : Vaststelling detailhandelsvisie Regio Alkmaar Aan de Raad, Heerhugowaard,

Nadere informatie

Bruisende binnensteden en dorpskernen

Bruisende binnensteden en dorpskernen Bruisende binnensteden en dorpskernen Wat is er aan de hand? Van dorp naar stad 70% van de wereldbevolking woont in 2050 in steden of stedelijke gebieden. 10 miljoen mensen wonen in 2050 in de Randstad

Nadere informatie

Gebiedskoers Detailhandel Overschie. Gemeente Rotterdam

Gebiedskoers Detailhandel Overschie. Gemeente Rotterdam Gebiedskoers Detailhandel 2017-2020 Gemeente Rotterdam Datum Juni 2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Situatie van de detailhandel in 4 2.1 Burgemeester Baumannlaan 4 2.2 Abtsweg 4 2.3 Park Zestienhoven

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten. Aan de gemeenteraad van Den Haag Postbus 12600 2500 DJ DEN HAAG

Gedeputeerde Staten. Aan de gemeenteraad van Den Haag Postbus 12600 2500 DJ DEN HAAG Gedeputeerde Staten Directie Ruimte en Mobiliteit Afdeling Ruimte, Wonen en Bodem Contact mw L.M.P. Berkemeijer T 070-441 83 72 l.berkemeijer@pzh.nl Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag

Nadere informatie

Winkelen in het Internettijdperk

Winkelen in het Internettijdperk Winkelen in het Internettijdperk De (ruimtelijke) gevolgen van internet winkelen dr. Jesse Weltevreden, Hoofd Onderzoek BOVAG 1 Inhoud Winkelgebieden in Nederland Internet winkelen in Nederland E-shoppers:

Nadere informatie

Detailhandel in Nederland

Detailhandel in Nederland Planbureau voor de Leefomgeving De wetenschap van het winkelen Randstad Koopstromonderzoek Haarlem, 8 februari 2017 www.pbl.nl Onderzoeksinstituut voor de Rijksoverheid Kennis voor beleid Milieu Natuur

Nadere informatie

Quickscan centrum IJmuiden

Quickscan centrum IJmuiden Quickscan centrum IJmuiden Opdrachtgever: Contactpersoon: Gemeente Velsen de heer M. Tureay Projectteam DTNP: de heer D.J. Droogh mevrouw L. Dicou Projectnummer: 1149.0312 Datum: 23 april 2012 Droogh

Nadere informatie

De Ladder: hulpje of barriere?

De Ladder: hulpje of barriere? Retail en recht, 11 mei 2017 De Ladder: hulpje of barriere? Remko Bak Dit is Rho adviseurs Integraal bureau voor de leefruimte Leeuwarden 140 medewerkers RO in alle facetten Alle belangrijke disciplines

Nadere informatie

Gebiedskoers Detailhandel Rozenburg. Gemeente Rotterdam

Gebiedskoers Detailhandel Rozenburg. Gemeente Rotterdam Gebiedskoers Detailhandel 2017-2020 Gemeente Rotterdam Datum Juni 2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Situatie van de detailhandel in 4 2.1 Centrum Raadhuisplein 5 2.2 Emmastraat 5 2.3 Verspreide bewinkeling

Nadere informatie

HOLLAND ZUID 1 6 JULI Gedeputeerde Staten. provincie. Raad van Schiedam Postbus EA SCHIEDAM

HOLLAND ZUID 1 6 JULI Gedeputeerde Staten. provincie. Raad van Schiedam Postbus EA SCHIEDAM Gedeputeerde Staten provincie HOLLAND Contact mw L.M.P. Berkemeijer T 070-441 83 72 l.berkemeijer@pzh.nl Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T070-441 6611 www.zuid-holland.nl Raad van

Nadere informatie

Herijking Nota Detailhandel Eindhoven. Marco Karssemakers Economie & Cultuur

Herijking Nota Detailhandel Eindhoven. Marco Karssemakers Economie & Cultuur Herijking Nota Detailhandel Eindhoven Marco Karssemakers Economie & Cultuur Tot zover.. Nieuwe foto stand van zaken detailhandel Eindhoven door extern bureau Gesprekken met marktpartijen Bijeenkomst met

Nadere informatie

Distributie-planologisch onderzoek Supermarktbranche Händelstraat te Utrecht

Distributie-planologisch onderzoek Supermarktbranche Händelstraat te Utrecht Distributie-planologisch onderzoek Supermarktbranche Händelstraat te Utrecht In opdracht van: Aveco de Bondt April 2010 MKB Reva Stationsstraat 80 postbus 10090 7301 GB Apeldoorn T 055 578 72 51 E info@mkbreva.nl

Nadere informatie

Quickscan beoordeling inpassing discountsupermarkt Mook

Quickscan beoordeling inpassing discountsupermarkt Mook Quickscan beoordeling inpassing discountsupermarkt Mook datum: 1-12-2015 projectnummer: 1639.0915 Aanleiding Vorig jaar heeft de ontwikkelcombinatie Progres Real Estate B.V. en JAVO Vastgoed een plan gepresenteerd

Nadere informatie

5 MAART 2015 ACTUALISATIE DPO NIET- DAGELIJKSE SECTOR HEERENVEEN BROEKHUIS RIJS ADVISERING

5 MAART 2015 ACTUALISATIE DPO NIET- DAGELIJKSE SECTOR HEERENVEEN BROEKHUIS RIJS ADVISERING B i j l a g e 3 : A c t u a l i s a t i e D P O, m a a r t 2 0 1 5 5 MAART 2015 ACTUALISATIE DPO NIET- DAGELIJKSE SECTOR HEERENVEEN BROEKHUIS RIJS ADVISERING 1. Inleiding De gemeente Heerenveen is de afgelopen

Nadere informatie

Analyse marktruimte supermarkten Nistelrode

Analyse marktruimte supermarkten Nistelrode Analyse marktruimte supermarkten Nistelrode Droogh Trommelen en Partners (DTNP) Adviseurs voor Ruimte en Strategie Graafseweg 109 6512 BS Nijmegen T 024-379 20 83 E info@dtnp.nl W www.dtnp.nl Opdrachtgever:

Nadere informatie

ACTUELE MARKTRUIMTE NHC Stec Groep aan Corio. Stec Groep B.V. Guido Scheerder Maart 2012

ACTUELE MARKTRUIMTE NHC Stec Groep aan Corio. Stec Groep B.V. Guido Scheerder Maart 2012 ACTUELE MARKTRUIMTE NHC Stec Groep B.V. Guido Scheerder Maart 2012 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1 1.1 Uw situatie en vragen 1 1.2 Onze aanpak 2 1.3 Leeswijzer 2 2. ADVIES 3 2.1 Versterk met NHC marktpositie

Nadere informatie

: Gemeente Hellevoetsluis : Royal HaskoningDHV : Dhr. A. van Rossum, Tuincentrum Groenrijk Aralia

: Gemeente Hellevoetsluis : Royal HaskoningDHV : Dhr. A. van Rossum, Tuincentrum Groenrijk Aralia HaskoningDHV Nederland B.V. Logo Ruimtelijke onderbouwing Aan Van Kopie Dossier Project Betreft : Gemeente Hellevoetsluis : Royal HaskoningDHV : Dhr. A. van Rossum, Tuincentrum Groenrijk Aralia : B6475-01-001

Nadere informatie

Voorstel aan Gemeenteraad

Voorstel aan Gemeenteraad Gemeente Sittard-Geleen Voorstel aan Gemeenteraad Reg.nummer: 1295562 Leidend programma Omgeving Onderwerp Bestemmingsplan huis- en tuinboulevard Voorstel 1. De nota van zienswijzen vast te stellen. 2.

Nadere informatie

MEMO. Van : Drs. R. Bak & M. Geerts MSc. Project : Vestiging Bauhaus Spijkenisse. Datum : 21 januari Aan : Dhr. H. Beugelink

MEMO. Van : Drs. R. Bak & M. Geerts MSc. Project : Vestiging Bauhaus Spijkenisse. Datum : 21 januari Aan : Dhr. H. Beugelink MEMO Van : Drs. R. Bak & M. Geerts MSc Project : Vestiging Bauhaus Spijkenisse Opdrachtgever : Aprisco B.V. Datum : 21 januari 2019 Aan : Dhr. H. Beugelink CC : Gemeente Nissewaard Betreft : Onderbouwing

Nadere informatie

Oosterhout, visie boodschappenstructuur. Presentatie gemeenteraad, 6 december 2016 Aiko Mein

Oosterhout, visie boodschappenstructuur. Presentatie gemeenteraad, 6 december 2016 Aiko Mein Oosterhout, visie boodschappenstructuur Presentatie gemeenteraad, 6 december 2016 Aiko Mein Achtergrond Detailhandel sterk in beweging Opkomst e-commerce Dalende bestedingen Omvallende ketens Leegstand

Nadere informatie

Relatienummer: 243.061204 Zwolle, 12 november 2013

Relatienummer: 243.061204 Zwolle, 12 november 2013 VERTROUWELIJK Coltavast Enschede B.V. De heer R. Wagner Postbus 53186 1007 RD AMSTERDAM Relatienummer: 243.061204 Zwolle, 12 november 2013 Betreft: Enschede-Kalanderstraat Geachte heer Wagner, In de bestaande

Nadere informatie