T echnisch handboek Technisch handboek

Transcriptie

1 Technisch handboek

2 3 Inhoud 1 Comap Systeem pijpsinstallaties pijpsinstallaties 17 2 Comap handbediende radiatorkranen Overzicht modellen Technische gegevens Montage 29 3 Comap thermostatische radiatorkranen Overzicht modellen Technische gegevens Montage 43 4 Comap binnenwerken ventielcompact radiatoren Overzicht modellen Technische gegevens Montage 54 5 Comap vierwegkranen Overzicht modellen Technische gegevens Montage 62

3 6 Comap thermostatische H-onderblokken Overzicht modellen Technische gegevens Montage 70 7 Comap thermostaatkoppen Overzicht modellen Technische gegevens Montage 80 8 Comap differentieeldrukregelaar Technische gegevens Montage 92 9 Comap demobloc set Technische gegevens Montage Comap voetventielen Overzicht modellen Technische gegevens Montage 103

4 5 11 Comap zij-onderblokken Overzicht modellen Technische gegevens Montage Comap H-onderblokken Overzicht modellen Technische gegevens Montage Assortiment Comap handbediende radiatorkranen Comap thermostatische radiatorkranen Comap binnenwerken ventielcompact radiatorkranen en H-onderblokken Comap vierwegkranen Comap thermostatische H-onderblokken Comap thermostaatkoppen Comap voetventielen Comap aansluitcombinaties en zij-onderblokken Comap toebehoren inclusief Demobloc met gereedschap Comap aansluitkoppelingen 227

5 6 Comap systeem VSH Een internationale onderneming VSH is een toonaangevende Nederlandse fabrikant van leidingsystemen en appendages die geschikt zijn voor gas-, water-, verwarming-, koel-, solar- en sprinklerinstallaties. Met ons complete assortiment hebben we altijd een oplossing voor installaties in de woningbouw, utiliteit, scheepsbouw en industrie. VSH is een 100% Nederlandse onderneming en maakt onderdeel uit van Aalberts Industries en dat heeft voordelen. Zo kunnen we gebruik maken van de nieuwste technologie om innovatieve producten en systemen te ontwikkelen. Dat doen we op basis van vragen en ontwikkelingen in de markt en dus is nauw contact met onze klanten onontbeerlijk. Met meer dan tachtig jaar ervaring en een schat aan kennis zijn we uitgegroeid tot uw betrouwbare partner die aansluit bij uw behoeften. Een rol die we graag voor u vervullen en waarvoor we ons ook in de toekomst zullen blijven inzetten. Niet voor niets doen we u de belofte: VSH sluit aan. Net als de andere VSH productlijnen staat Comap voor kwaliteit, innovatie, installatiegemak en betrouwbaarheid. Bovendien kunt u altijd rekenen op gedegen technisch advies dankzij onze jarenlange ervaring.

6 7 1 Comap Comap is al meer dan 50 jaar dé referentie op de Nederlandse markt voor radiatorappendages. Het Comap-pakket, voorheen bekend onder de naam SAR, bestaat uit: radiatorkranen, thermostaatkranen en -koppen, voetventielen en onderblokken. De kwaliteit en betrouwbaarheid van de producten zorgen voor een comfortabel binnenklimaat en minimaal energieverbruik. Het Comap assortiment is continu in ontwikkeling en houdt altijd rekening met de wensen van de installateur en de consument. Door de introductie van een zelfdichtend staartstuk hoeft u deze niet meer te voorzien van vlas, hennep, Loctite, etc. waardoor de montagetijd aanzienlijk korter wordt. Voor de consument heeft Comap een breed assortiment design appendages met een ruime keuze aan kleuren, zodat de radiator appendages en thermostaatkoppen in elk interieur passen. De plus van Comap: + Ruime keuze uit een uitgebreid programma + Optimaal comfort bij een minimaal energieverbruik dankzij de uiterst nauwkeurige karakteristieken en inregelbaarheid + Bewezen kwaliteit + Montage vriendelijk

7 8 Comap systeem VSH maakt het u makkelijk VSH biedt een berekeningsprogramma aan voor het maken van leidingberekeningen voor het SkinPress systeem met radiatorapppendages. Het programma is volgens de ISSO/GIW aanbevelingen zo ontworpen, dat ook de warmteverliezen en daarmee de juiste aanvoertemperaturen van de radiatoren berekend worden. Met dit programma kunt u dus eenvoudig, snel en betrouwbaar uw installaties zowel hydraulisch als warmte technisch berekenen en zijn alle parameters en inregelposities direct bekend. Na de berekening kunt u een materiaallijst genereren. Heeft u interesse in het berekeingsprogramma, dan kunt u contact opnemen met onze Customer Service. Kwaliteit Alle Comap appendages worden in geautomatiseerde fabrieken in Europa geproduceerd. Absolute topkwaliteit staat voorop en daarom worden er strenge controles gehanteerd tijdens het productieproces.

8 pijpsinstallaties Dit is verreweg de meest toegepaste installatievorm, waarbij alle afgifte units middels een aanvoer- en retourleiding parallel aan elkaar op een opwekker worden aangesloten. Dit kan op 2 manieren: 1. Op basis van centrale verdeling, waarbij alle afgifte units apart vanuit een verdeler gevoed worden. FIGUUR 1.1 CENTRALE VERDELING 2. Op basis van parallel op een ringleiding aangesloten afgifte units, waarbij dit tegenwoordig meestal uitgevoerd wordt middels het toepassen van T-stukken of passeer-kruisstukken in de cementdekvloer. FIGUUR 1.2 RING LEIDING

9 10 Comap systeem Doelstelling De doelstelling van een goed ontwerp is, dat in iedere ruimte het gevraagde temperatuur comfortniveau bereikt wordt bij een zo laag mogelijk energieverbruik. Ofwel, ervoor zorgen dat onder vollast elke afgifte unit in de installatie met het juiste waterdebiet gevoed wordt. Bepalen van het benodigde debiet Van belang is, dat het warmteverlies van elke ruimte middels een berekening nauwkeurig bepaald wordt. Op basis hiervan en de stooklijn (bijvoorbeeld 80-60) van de opwekker, kan met onderstaande formule het debiet bepaald worden waarmee iedere afgifte unit gevoed moet worden. Q = 0,86 x P/ T Q = de benodigde fl ow in l/h [debiet] P = het vermogen in W [watt] T = temperatuurverschil tussen aanvoer en retour in C 0,86 = standaard factor Ontwerp en weerstandsverliezen Op basis van het benodigde debiet kunnen de afgifte units worden ingepland, de dia meters van de leidingen bepaald en het benodigde kraanwerk geselecteerd worden. Nu kan het weerstandsverlies in elke verwarmingskring berekend worden. Waterverdeling Water volgt de weg van de minste weerstand en zal zich dus afhankelijk van de hierin optredende weerstanden over de kringen verdelen. Het zal dan ook zelden of nooit voorkomen, dat ieder afgifte unit automatisch met het juiste debiet gevoed wordt.

10 11 Inregeling Om nu toch tot een juiste verdeling van het water en daarmee correcte voeding van iedere afgifte unit te komen, dient de weerstand van het kraanwerk hierop aangepast te worden. Met andere woorden, de installatie dient hydraulisch ingeregeld te worden. Een praktisch voorbeeld In onderstaand schema met 4 aftakkingen met daarop aangesloten radiatoren, die volledig gelijk zijn en hetzelfde vermogen moeten leveren, is het drukverlies over de kringen ongelijk. Met andere woorden, de radiatoren zijn hydraulisch niet met elkaar in balans. Dit gaan we oplossen, door de kranen in de kringen zo in te regelen, dat de 4 radiatoren met het juiste debiet gevoed worden. FIGUUR 1.3 SCHEMA MET 4 AFMETINGEN Uitgaande van: Beschikbare verschildruk van de pomp 10 KPa Benodigd debiet (Q) in elke radiator 100 l/h (= 0,1 m 3 /h) Weerstand in: Kring 1 = 5,0 kpa Kring 2 = 7,0 kpa Kring 3 = 8,8 kpa Kring 4 = 9,5 kpa

11 12 Comap systeem 1. Welke weerstand dienen de kranen te hebben om het debiet correct over de radiatoren te verdelen? (Beschikbaar drukverschil van de pomp-weerstand van de kring = weerstand van de kraan) Kring 1 : 10 5,0 = 5,0 kpa = 0,05 bar Kring 2 : 10 7,0 = 3,0 kpa = 0,03 bar Kring 3 : 10 8,8 = 1,2 kpa = 0,12 bar Kring 4 : 10 9,5 = 0,5 kpa = 0,05 bar 2. Op welke Kv waarde moeten de kranen ingesteld worden? Kv waarde = fl ow (debiet) in m 3 /h die door een kraan stroomt bij een drukverlies van 1 bar (100 kpa) Kv = Q (m 3 /h)/ P (bar) Kraan kring 1 : 0,1/ 0,05 = 0,447 Kraan kring 1 : 0,1/ 0,03 = 0,577 Kraan kring 1 : 0,1/ 0,12 = 0,913 Kraan kring 1 : 0,1/ 0,005 = 1, Ook is het mogelijk om op basis van het debiet en het drukverlies dat de kraan daarbij moet leveren, de inregelpositie direct in een drukverliesgrafi ek af te lezen, zie grafi ek 1.1 (1T=1 slag vaanuit de volledig gesloten positie). Kraan kring 1 : 1,0 slag Kraan kring 2 : 1,5 slag Kraan kring 3 : 2,5 slagen Kraan kring 4 : 4,0 slagen

12 GRAFIEK 1.1 DRUKVERLIESGRAFIEK RADIATORAPPENDAGES 13

13 14 Comap systeem Waarom inregelen Ondanks dat in het verleden meestal voetventielen werden gebruikt voor het inregelen van afgifte units kan dit om navolgende redenen effi ciënter en nauwkeuriger met dubbel instelbare radiator- of voorinstelbare thermostaatkranen. Beter toegankelijk doordat zij aan de bovenzijde van de radiator geplaatst worden. Minder gevoelig voor dichtslibben. Veel nauwkeuriger inregeling van met name kleine debieten door de speciale constructie. Eenvoudige controle door directe afl eesbaarheid inregelpositie bij UniverSAR radiator- en voorinstelbare thermostaatkranen. Kies met name bij stadsverwarmingsinstallaties, die met een grote T en ten gevolge daarvan met kleine debieten werken, altijd UniverSAR handbediende radiatorkranen met een standaard Kv (rode kap) of voorinstelbare thermostaatkranen. Beide hebben ook een vergelijkbaar inregelbereik, hetgeen problemen met de hydraulische balans bij het eventueel achteraf thermostatiseren voorkomt. Beschikbare hulpmiddelen Voor het bepalen van de inregelposities van radiatorappendages zijn de volgende hulpmiddelen beschikbaar op of u kunt contact opnemen met onze Customer Service. Grafi ekenboek met de volledige hydraulische gegevens van alle Comap radiatorappendages. Leidingberekeningsprogramma in Excel gebaseerd op Comap appendages, kunststof leidingen, fi ttingen en toebehoren. Tabel op basis van de zogenaamde 10KPa methode, voor situaties waarin er onvoldoende gegevens beschikbaar zijn voor het maken van een volledige leidingberekening.

14 15 Praktische tips Opsplitsen grote vermogens Hoe groter de verschillen tussen de af te geven vermogens, des te groter worden ook de verschillen tussen de benodigde debieten door de afgifte units. Als de leidingweerstanden in de kringen vergelijkbaar zijn betekent dit ook een groot verschil in de benodigde Kv waarde van de kranen. Dit verschil kan in extreme gevallen zelfs onoverbrugbaar worden. Door het opsplitsen van grote vermogens, bijvoorbeeld 4000 Watt in 2 x 2000 Watt, wordt de natuurlijke balans in de installatie beter en mogelijke inregelproblemen voorkomen. Aanpassen T Voor het verkrijgen van een betere natuurlijke balans in de installatie en voorkomen van inregelproblemen, kan er ook voor gekozen worden om de T over bepaalde afgifte units aan te passen. Door voor grote vermogens bijvoorbeeld een grotere T te kiezen, worden het benodigde debiet en Kv kleiner. Kiest men bij kleinere vermogens een kleinere T, dan gebeurt er precies het omgekeerde. De gemiddelde watertemperaturen waarmee de afgifte units werken veranderen hierdoor ook en hiermee moet bij de dimensionering hiervan rekening gehouden worden. Ook de totale retourtemperatuur van het water verandert en er zal dus gekeken moeten worden in hoeverre nog aan de gewenste stooklijn, bijvoorbeeld 80-60, voldaan wordt. Keuze van de aanvoer- en retourleidingen Daar deze leidingen altijd warmte aan hun omgeving afgeven daalt de temperatuur waarmee de afgifte units uiteindelijk gevoed worden. Om te voorkomen dat de daling zo groot wordt, dat de afgifte units niet meer in staat zijn het berekende vermogen af te geven dienen de aanvoer- en retourleidingen: Nooit groter gekozen te worden dan vanuit het oogpunt van drukverlies noodzakelijk is. Bij het toenemen van de leidingdiameter zal de snelheid van het water daarin immers dalen en hun verwarmd oppervlak toenemen. Het water krijgt daarmee meer tijd om af te koelen en het oppervlak, dat voor de warmte overdracht beschikbaar is, wordt groter.

15 16 Comap systeem Te worden voorzien van een mantelbuis of isolatie om het warmteverlies en ontoelaatbaar opwarmen van de omgeving, bijvoorbeeld de dekvloer of andere in de nabijheid gelegen leidingen, te voorkomen. Opmerkingen Zie voor meer gedetailleerde informatie ook de GIW richtlijnen en normen ten aanzien van het verwerken van leidingen in een cement dekvloer. Het Comap leidingberekeningsprogramma houdt met bovengenoemde aspecten rekening en geeft een melding waneer bepaalde grenswaarden overschreden worden pijpsinstallaties Hierin worden alle afgifte units in een kring in serie geplaatst en op een opwekker aangesloten. Alle drukverliezen van leiding en kraanwerk in de kring staan dus in serie en moeten voor het bepalen van het drukverlies bij elkaar opgeteld worden. Wel is het zo dat, zoals in onderstaand schema aangegeven, de totale installatie meestal uit meerdere parallel geschakelde kringen wordt opgebouwd. FIGUUR 1.3 PRINCIPE SCHEMA 1-PIJPS INSTALLATIE

16 17 Bypass en voedingsfactor Indien de afgifte units in serie aangesloten zouden worden, zou dit tot gevolg hebben dat: Als er ergens in de kring een kraan gesloten wordt alle afgifte units geen voeding meer krijgen. Elke navolgende afgifte unit in de kring gevoed wordt met de aanvoertemperatuur van de vorige minus de volledige T hierover. Dit betekent, dat de aanvoertemperatuur op de verder in de kring geplaatste afgifte units al snel ontoelaatbaar laag wordt en die ter compensatie onevenredig groot gedimensioneerd zouden moeten worden Derhalve zijn alle 1-pijps onderblokken voorzien van een bypass waardoor bij een voedingsfactor van bijvoorbeeld 50% de helft van het water direct naar de volgende afgifte unit stroomt. Voor een correcte verdeling tussen het debiet waarmee de afgifte unit gevoed wordt en dat door de bypass stroomt, dienen de weerstanden van de kraan en het onderblok nauwkeurig op elkaar afgestemd te zijn en vormen die dus een vast koppel. Voor- en nadelen Als voordeel ten opzichte van een 2-pijpssysteem heeft u in de meeste gevallen minder leiding nodig en is de aanleg daardoor eenvoudiger en goedkoper. De nadelen zijn echter, dat het correct berekenen hiervan complex is en er bij het ontwerpen onder andere met het volgende rekening gehouden dient te worden. Opbouw van de installatie Afgifte units met een groot vermogen of uitgevoerd met thermostaatkranen dienen bij voorkeur in het begin van de kring geplaatst te worden. Als alle afgifte units in de kring voorzien zijn van thermostaatkranen, plaats dan die het vaakst openen en sluiten bij voorkeur in het begin van de kring.

17 18 Comap systeem FIGUUR 1.5: AANTAL RADIATOREN EN MAXIMAAL KRINGVERMOGEN Er mogen maximaal 10 afgifte units of 8 KW aan vermogen in 1 kring geplaatst worden. Bij een installatie met meerdere kringen dienen deze hydraulisch middels voet- of strangregelventielen uitgebalanceerd te worden. Dimensionering radiatoren Bij een voedingsfactor van 50% wordt elke navolgende afgifte unit in de kring gevoed met de aanvoertemperatuur van de vorige minus de halve T hierover. Bij de dimensionering van de afgifte unit moet dus rekening gehouden worden met de werkelijke aanvoertemperatuur hiervan. Maximale T De totale T over de radiatoren in een kring mag niet meer dan 20 C bedragen. Leidingdiameter Die moet zo gedimensioneerd worden, dat de som van het voedingswater van alle afgifte units in de kring hier doorheen gevoerd kan worden zonder dat dit tot te hoge weerstandsverliezen of mediumsnelheden leidt. Hieraan worden ook beperkingen gesteld door de maximale leidingdiameter die nog op de onderblokken aangesloten en/of in de cementdekvloer verwerkt kan worden.

18 19 Pompselectie In een kring staan alle drukverliezen van leiding- en kraanwerk in serie en moeten voor het bepalen van het totale drukverlies bij elkaar opgeteld worden. Hier moet bij de dimensionering van de pomp dus rekening mee worden gehouden. Neveneffecten en beperkingen Indien geen van de radiatoren in de kring warmte vraagt of alle radiatorkranen gesloten zijn, stroomt het voedingswater door de bypass van alle onderblokken, die daardoor warm blijven. In deze situatie worden aanvoer en retour in feite kortgesloten en is de T hierover zeer klein en de retourtemperatuur hoog. Daar energieleveranciers hier eisen aan stellen, mogen op bijvoorbeeld stadverwarmingsinstallaties nooit 1-pijps installaties worden aangesloten. Beschikbare hulpmiddelen Voor het berekenen van 1-pijpsinstallaties zijn de volgende hulpmiddelen beschikbaar op of u kunt contact opnemen met onze Customer Service. Grafi ekenboek met de volledige hydraulische gegevens van alle Comap radiatorappendages. Kosteloos te downloaden leidingberekeningsprogramma in Excel gebaseerd op Comap appendages, kunststof leidingen, fi ttingen en toebehoren. Praktische tip Keuze kraanwerk bij renovatie Combineer nooit componenten van verschillende fabricaten, maar pas altijd een combinatie van een onderblok en kraan toe die speciaal ontworpen is voor het toepassen in 1-pijps systemen. Als het systeem dit niet toelaat, omdat daarin geen onderblokken zijn toegepast maar de bypass functie in het leidingsysteem is verwerkt, neem dan contact met VSH op.

19 20 Comap systeem 2 Comap handbediende radiatorkranen Met de Euro-SAR en UniverSAR handbediende radiator kranen kan men zelf de fl ow regelen naar de warmteafgifte units. De Euro-SAR is een klassieker en al jaren de meest toegepaste radiatorkraan in Nederland. Voor het verkrijgen van een optimale hydraulische balans in de installatie zijn de Euro-SAR en UniverSAR in de 2-pijps uitvoering dubbel instelbaar. Dit zorgt er voor dat alle afgifte units (radiatoren/ convectoren) met de juiste fl ow gevoed worden, alle ruimtes gelijktijdig opwarmen en de warmteopwekker optimaal en energiezuinig werkt. Voor de ketelsturing en regeling van de temperatuur in de referentieruimte (meestal de woonkamer) dient een kamerthermostaat te worden toegepast.

20 21 Voordelen handbediende radiatorenkranen Modellen leverbaar met uitwendige M22 x 1,5 draad voor de leidingaansluiting Binnenwerk met Demobloc set 5831 verwisselbaar zonder aftap van de installatie Thermostatiseerbaar Onderhoudsvrije metaal-metaal dichting van klep Traploos dubbel instelbaar Niet stijgende spindel Handwiel ter identifi catie voorzien van een gekleurde beschermkap Dubbele spindelafdichting Modellen voorzien van een zelfdichtend staart- of bochtstuk voor een snelle montage 10 jaar garantie Extra voordelen UniverSAR Esthetisch design Inregeling zonder speciaal gereedschap Inregeling zonder slagbegrenzing knop Inregelpositie direct op huis afl eesbaar Alle modellen uitgevoerd met een zelfdichtend staart- of bochtstuk Door uitwisselen van binnenwerk om te bouwen tot voorinstelbare thermostaatkraan Leverbaar met standaard of hoge Kv-waarde

21 22 Technische gegevens 2.1 Overzicht modellen Model Regeling en kleur beschermkap Referentie Afmeting UniverSAR Euro-SAR Haaks Recht Recht + bocht Haaks verkeerd Dubbel zonder slagbecrenzing Dubbel met slagbegrenzing Enkel voor 1-PIJP R448RE 1/2" X X X R449RE 1/2" X X X R449RECB 1/2" X X X R448E 1/2" X X X R449E 1/2" X X X R449ECB 1/2" X X X R448 1/2" X X X R449 1/2" X X X R449CB 1/2" X X X 408E 1/2" X X X 409E 1/2" X X X 508E 1/2" X X X 409ECB 1/2" X X X 408U 3/8" X X X 1/2" X X X 3/4" X X X 408 1" X X X 409U 3/8" X X X 1/2" X X X 3/4" X X X 409 1" X X X 409UCB 1/2" X X X 408Q 1/2" X X X 409Q 1/2" X X X 409QCB 1/2" X X X 418G 1/2" X X X 419GCB 1/2" X X X TABEL 2.1: OVERZICHT HANDBEDIENDE RADIATORKRANEN

22 23 Standaard Binnenwerk Aansluiting Staart- of bochtstuk Thermostatisch Aansluitkoppeling Max. Kv waarde 5815 (3/8"-1/2") 5816 (3/4") 5817 Binnendraad Buitendraad M22 x 1,5 Thermostaatkop (bij thermostatiseren) Standaard Zelfdichtend 834/834B 824RMC 835/835P/839 X 0,5 X X M30 X X X 0,5 X X M30 X X X 0,5 X X M30 X X X 1,8 X X M30 X X X 1,35 X X M30 X X X 1,35 X X M30 X X X 1,8 X X M30 X X X 1,35 X X M30 X X X 1,35 X X M30 X X X 1,9 X X M28 X X X 1,25 X X M28 X X X 1,25 X X M28 X X X 1,25 X X M28 X X X 1,7 X X M28 X X X 1,9 X X M28 X X X 3,3 X X M28 X X 8,5 X M28 X X X 1,0 X X M28 X X X 1,25 X X M28 X X X 2,5 X X M28 X X 6,5 X M28 X X X 1,25 X X M28 X X 3/4" 3,3 X X M28 X X 3/4" 2,5 X X M28 X X 3/4" 2,5 X X M28 X X X 2,2 X NVT X X X 1,7 X NVT X X KLEUREN GEVEN DE BESCHERMKAP AAN VAN DE APPENDAGES

23 24 Technische gegevens 2.2 Technische gegevens Bedrijfscondities Medium: Maximale bedrijfsdruk: Maximale bedrijfstemperatuur: Water voor cv toepassingen 10 bar 110 C Materialen Huis: warm geperst messing (vernikkeld) Handwiel: ABS Schroef: vernikkeld messing Binnenwerk: messing Spindelafdichtingen: Euro-SAR > 1x EPDM O-ring +1x nastelbare pakking UniverSAR > 2 x EPDM O-ring Staartstuk met wartel: standaard > messing vernikkeld zelfdichtend > voorzien van losse ring en 2 dichtingen Beschermkap: PVC > blauw = Euro-SAR dubbel instelbaar voor 2-pijp > zwart = Euro-SAR enkel instelbaar voor 1-pijp > rood = UniverSAR dubbel instelbaar standaard Kv-waarde > oranje = UniverSAR dubbel instelbaar hoge Kv-waarde

24 25 Kv-waarden De Kv-waarde is het debiet in m 3 /h dat bij een drukverlies van 1 bar door een kraan stroomt. Meer informatie en grafi eken vindt u op Universar standaard Kv-waarde met rode beschermkap Positie 1 2 2, Kv 0,015 0,035 0,050 0,070 0,110 0,16 0,220 0,270 0,310 0,420 0,500 Universar hoge Kv-waarde met oranje beschermkap Positie 2 2,5 3 3, Kv haaks 0,16 0,25 0,34 0,42 0,50 0,67 0,84 1,00 1,40 1, Kv overige 0,16 0,25 0,34 0,42 0,50 0,67 0,84 1,00 1,20 1,31 1,35 Euro-SAR Positie 0,5 1 1, /8 0,066 0,09 0,115 0,14 0,193 0,38 0,8 1,25 1,5 1, /2 0,066 0,09 0,115 0,14 0,195 0,38 0,8 1,25 1,6 1,8 1, /4 0,18 0,22 0,26 0,3 0,38 0,8 1,42 2,42 3, /8 0,06 0,075 0,095 0,12 0,17 0,36 0,75 0,9 1, /2 0,06 0,075 0,095 0,12 0,17 0,36 0,8 1,15 1, /4 0,18 0,22 0,26 0,3 0,385 0,71 1,3 2,07 2,5 408Q 0,18 0,22 0,26 0,3 0,38 0,8 1,42 2,23 2,82 409Q 0,18 0,22 0,26 0,3 0,375 0,64 1,27 1,78 1,92 Positie max ,5 0,8 1,25 2 2,6 3,3 4,1 4,8 5,7 6,4 8, ,5 0,8 1,25 2 2,5 3,1 3,8 4,5 5,1 5,5 6,5 TABEL 2.2 Kv-WAARDEN HANDBEDIENDE RADIATORKRANEN

25 26 Technische gegevens Praktische informatie Keuze van de kraan Voor een optimale regelautoriteit van de kraan, moet het drukverlies hierover bij nominale condities tussen de 30% en 60% van de totaal beschikbare opvoerhoogte van de pomp bedragen. Gebruik voor renovatieprojecten waar nog kranen met een hoge Kv-waarde zijn toegepast, Euro-SAR kranen uit de 408 en 409 Q serie. Deze zijn herkenbaar door de Q op het huis. Gebruik voor 1-pijp systemen uitsluitend enkel instelbare Euro-SAR kranen uit de 418 en 419 G serie in combinatie met een onderblok 338E, 538E of 539E. Deze G kranen serie is niet thermostatiseerbaar. Inregeling Euro-SAR door spindel met behulp van inregelsleutel Draai de kraan volledig dicht. 2. Verwijder de beschermkap en de knop. FIGUUR Draai de inregelspindel met de inregelsleutel volledig in. 4. Draai de inregelspindel met de inregelsleutel het aantal benodigde slagen terug uit. 5. Monteer de knop. FIGUUR 2.2

26 27 UniverSAR: met geïntegreerd instelwiel 1. Verwijder het handwiel. FIGUUR Licht het grijs gekleurde instelwiel op. FIGUUR Zet de gewenste inregelpositie tegenover de V-vormige inkeping in de schroefdraad in het huis. 4. Druk het inregelwiel terug in. 5. Monteer het handwiel. FIGUUR 2.5

27 28 Technische gegevens Zichtbare kenmerken van UniverSAR kranen met standaard en hoge Kv-waarde Cirkelstreep = rode kap = standaard Kv-waarde Geen cirkelstreep = oranje kap = hoge Kv-waarde GROEF Cirkelstreep = standaard Kv-waarde FIGUUR 2.7 HERKENNING BINNENWERK Geen cirkelstreep = hoge Kv-waarde

28 29 Handbediend binnenwerk Rode kap en cirkelstreep bij standaard Kv-waarde Oranje kap en vlak bij hoge Kv-waarde Thermostatisch binnenwerk Het thermostatisch binnenwerk is voor beide UniverSAR uitvoeringen gelijk. Kan alleen met thermostaatkoppen met een M30 x 1,5 aansluiting gecombineerd worden. Herberekening van de pomp bij thermostatiseren Wanneer Euro-SAR handbediende kranen gethermostatiseerd worden, is het nood zakelijk om de benodigde opvoerhoogte van de pomp opnieuw te berekenen. Thermostaatkranen hebben namelijk een 8 tot 10x hoger drukverlies dan Euro-SAR handbediende kranen. Ook bij het combineren van handbediende en thermostatische kranen in één installatie, dient hier voor een correcte hydraulische balans rekening mee te worden gehouden. 2.3 Montage Algemeen Verwijder eventueel vuil van de dichtvlakken en schroefdraden van alle aan te sluiten delen. Controleer dichtvlakken op beschadigingen. Gebruik passende steek- of ringsleutels. Gebruik geen grotere aandraaimomenten, dan die voor het verkrijgen van een goede dichting noodzakelijk zijn.

29 30 Technische gegevens Standaard staart- of bochtstuk 1. Voorzie de schroefdraad van het staart- of bochtstuk van hennep of PTFE tape. FIGUUR Monteer het staart- of bochtstuk in de radiatoraansluiting. FIGUUR 2.9 FIGUUR 2.10

30 31 Zelfdichtend staart- of bochtstuk 1. Verwijder eventueel vuil en verfresten van het dichtvlak op de warmteafgifte unit. FIGUUR Monteer het staart- of bochtstuk in de radiator, de losse metalen ring voorkomt meedraaien en beschermd de dichtring tegen beschadigingen. FIGUUR 2.12

31 32 Technische gegevens Kraan 1. Monteer de kraan en voorkom daarbij dat die uit positie raakt of het staartstuk meedraait. FIGUUR 2.13 FIGUUR Sluit de aansluitleiding aan. FIGUUR 2.15

32 33 3 Comap thermostatische radiatorkranen Thermostatische radiatorkranen in combinatie met thermostaatkoppen worden toegepast om de fl ow door radiatoren in relatie tot de ruimte temperatuur automatisch te regelen. Dit zorgt voor een optimaal comfort bij een minimaal energieverbruik. De Comap thermostaatkranen zijn leverbaar met een vaste of traploos voorinstelbare Kv-waarde, waarbij de laatste ingeregeld kunnen worden voor een optimale balans in de installatie. Dit zorgt er voor dat alle warmteafgifte units in het systeem met de juiste fl ow gevoed worden, alle ruimtes gelijktijdig opwarmen en de warmteopwekker optimaal en energiezuinig werkt. Voor de ketelsturing en eventuele regeling van de temperatuur in een referentieruimte waar handbediende radiatorkranen worden gemonteerd, dient een kamerthermostaat te worden toegepast.

33 34 Technische gegevens Voordelen thermostatische radiatorkranen Hoogwaardige kwaliteit volgens de norm EN 215 Modellen leverbaar met uitwendige M22 x 1,5 draad voor de leidingaansluiting Binnenwerk met Demobloc set 5831 verwisselbaar zonder aftap van de installatie Geen plakproblemen ten gevolge van het verkleven van klep en zitting Ter identifi catie voorzien van een gekleurde beschermkap om: De bedieningsstift te beschermen De kraan handmatig te openen en te sluiten Het verwarmingslichaam af te sluiten De kraan op nominale lichthoogte in te stellen. Minder lekpunten door enkelvoudig binnenwerk zonder losse pakkingset Modellen voorzien van een zelfdichtend staart- of bochtstuk voor een snelle montage 5 jaar garantie Extra voordelen traploos voorinstelbare modellen Inregeling zonder speciaal gereedschap Inregelpositie direct op huis afl eesbaar

34 35

35 36 Technische gegevens 3.1 Overzicht modellen Model Regeling en kleur beschermkap Referentie Afmeting Haaks Recht Recht + bocht Haaks verkeerd Dubbel haaks verkeerd (thermotriaxe) Trapoloos voorinstelbaar Vaste Kv waarde Vaste Kv waaarde voor 1-PIJP R858E 1/2" X X R859E 1/2" X X R859EC 1/2" X X R857EB 1/2" X X R858B 1/2" X X R859B 1/2" X X R859C 1/2" X X R857 1/2" X X R808EB 1/2" X X R809EB 1/2" X X R809EC 1/2" X X R807EB 1/2" X X R808 3/8" X X 1/2" X X 3/4" X X R809 3/8" X X 1/2" X X 3/4" X X R809C 1/2" X X R807 3/8" X X 1/2" X X 3/4" X X R806 3/8" X X 1/2" X X 3/4" X X R809Q 1/2" X X R809QC 1/2" X X TABEL 3.1: OVERZICHT THERMOSTATISCHE RADIATORKRANEN

36 37 Binnenwerk Aansluiting Staart- of bochtstuk Aansluitkoppeling R R58510 R58610 Max. Kv waarde Binnendraad Buitendraad M22 x 1,5 Thermostaatkop M28 x 1,5 Standaard Zelfdichtend 834/834B 824RMC 835/835P/839 X 0,49 X X X X X 0,49 X X X X X 0,49 X X X X X 0,49 X X X X X 0,49 X X X X X 0,49 X X X X X 0,49 X X X X X 0,49 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,95 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,95 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,95 X X X X X 0,55 X X X X X 0,55 X X X X X 0,95 X X X X X 0,95 X X X X X 0,95 X X X X KLEUREN GEVEN DE BESCHERMKAP AAN VAN DE APPENDAGES

37 38 Technische gegevens 3.2 Technische gegevens Bedrijfscondities Medium: Water voor cv toepassingen Maximale bedrijfsdruk: 10 bar Maximale bedrijfstemperatuur: 110 C Veerdruk: 3 Kg Maximale verschildruk: 60 KPa Slag klep: 2mm Kopaansluiting: M28 x 1,5 Materialen Huis: warm geperst messing (vernikkeld) Klep: elastomeer met O-ring Terugstelveer: RVS Binnenwerk: messing Dichting huis/binnenwerk: Ethyleen-polypropyleen Spindelafdichting: EPDM O-ring Staartstuk met wartel: standaard > messing vernikkeld zelfdichtend > voorzien van losse ring en 2 dichtingen Beschermkap: kunststof > grijs = vaste Kv-waarde > oranje = voorinstelbare Kv-waarde > zwart = enkel instelbaar voor 1-pijp

38 39 Kv- en Kvs-waarden De Kv-waarde is het debiet in m3/h dat bij een drukverlies van 1 bar door een kraan stroomt. Meer informatie en drukverliesgrafi eken vindt u op: De Kvs-waarde is de Kv-waarde van de thermostaatkraan in volledig geopende positie als er geen voelerelement op gemonteerd is. PR is de proportionele regelband en geeft het verschil tussen de openings- en sluitingstemperatuur van de kraan aan. Thermostaatkranen met vaste Kv-waarde met grijze beschermkap Kv PR 2K 3/8 en 1/2 : 0,55 Kvs 808: 1,2 Kvs 807, 809: 1,0 Kv PR 2K 3/4 : 0,95 Kvs 808: 3,1 Kvs 807,809: 2,5 Thermostaatkranen met voorinstelbare Kv-waarde met oranje beschermkap Positie 1 1,5 2 2, Kv Bp 2K 0,028 0,05 0,08 0,1 0,125 0,24 0,335 0,49 Kvs 0,032 0,056 0,09 0,12 0,17 0,32 0,58 0,85 TABEL 3.2: Kv-WAARDEN

39 40 Technische gegevens Praktische informatie Keuze van de kraan Voor een optimale regelautoriteit van de kraan, moet het drukverlies hierover bij nominale condities tussen de 30% en 60% van de totaal beschikbare opvoerhoogte van de pomp bedragen. Pas voor 1-pijpssystemen uitsluitend de thermostaatkraan R809QC in combinatie met een onderblok 338E, 538E of 539E toe. Inregeling met behulp van inregelsleutel R Plaats de inregelsleutel over de kraanspindel. FIGUUR Draai de gewenste instelstand tegenover de V-vormige inkeping in de schroefdraad van het kraanhuis. FIGUUR 3.2

40 41 3. Na het verwijderen van de inregelsleutel, wijst de vlakke kant op de spindel naar de in het kraanhuis gegraveerde markering. FIGUUR 3.3 Inregeling op een p van 10KPa bij het gewenste vermogen Indien er geen leidingberekening beschikbaar is en de drukverliesverschillen over de leidingen relatief klein zijn, kan de inregelpositie voor het gewenste vermogen bij benadering met onderstaande tabel bepaald worden. Delta p (KPa) = 10 Delta T ( C) Vermogen radiator in Watt Inregelpositie *) / / / / / / / / *) rekening houdend met de productie toleranties TABEL 3.3: INREGELING OP EEN p VAN 10KPa

41 42 Technische gegevens Instellen nominale lichthoogte Voor een correcte inregeling van de totale installatie, dienen thermostaatkranen op de navolgende wijze op hun nominale lichthoogte worden ingesteld. In deze positie leveren de kranen hun nominale debiet bij een proportionele regelband (PR) van 2K. PR is de proportionele regelband en geeft het verschil aan tussen de openings- en sluitingstemperatuur van de kraan aan. 1. Draai de kraan met de beschermkap zonder te forceren volledig dicht. FIGUUR Zet op het kraanhuis een merkteken tegenover 1 van de streepjes van de schaalverdeling op de beschermkap. FIGUUR Draai de kraan met de beschermkap 6 streepjes open. FIGUUR 3.6

42 43 Verwisselen van thermostatische binnenwerken Alle thermostatische binnenwerken kunnen zonder aftap van de installatie met behulp van de Demobloc set 5831 eenvoudig worden uitgewisseld. Differentieel drukregelaar Om hogere verschildrukken dan 60 KPa over thermostaatkranen en daarmee het ongecontroleerd openen te voorkomen en de pomp te beschermen, is het noodzakelijk om een bypass met daarin een differentieel drukregelaar over de aanvoer en retour van de installatie te plaatsen. Herberekening van de pomp bij thermostatiseren Wanneer Euro-SAR handbediende kranen door thermostaatkranen vervangen worden, is het noodzakelijk om de benodigde opvoerhoogte van de pomp opnieuw te berekenen. Thermostaatkranen hebben namelijk een 8 tot 10x hoger drukverlies dan Euro-SAR handbediende kranen. Ook bij het combineren van handbediende en thermostatische kranen in één installatie, dient hier voor een correcte hydraulische balans rekening mee te worden gehouden. 3.3 Montage Algemeen Verwijder eventueel vuil van de dichtvlakken en schroefdraden van alle aan te sluiten delen. Controleer dichtvlakken op beschadigingen Gebruik passende steek- of ringsleutels Gebruik geen grotere aandraaimomenten, dan die voor het verkrijgen van een goede te dichting noodzakelijk zijn.

43 44 Technische gegevens Standaard staart- of bochtstuk 1. Voorzie de schroefdraad van het staart- of bochtstuk van hennep of PTFE tape. FIGUUR Monteer het staart- of bochtstuk in de radiatoraansluiting. FIGUUR 3.8 FIGUUR 3.9

44 45 Zelfdichtend staart- of bochtstuk 1. Verwijder eventueel vuil en verfresten van het dichtvlak op de warmteafgifte unit. FIGUUR Monteer het staart- of bochtstuk in de radiator, de losse metalen ring voorkomt meedraaien en beschermd de dichtring tegen beschadigingen. FIGUUR 3.11 Kraan 1. Monteer de kraan en voorkom daarbij dat die uit positie raakt of het staartstuk meedraait. 2. Sluit de aansluitleiding aan. FIGUUR 3.12

45 46 Technische gegevens 4 Comap binnenwerken ventielcompact radiatoren Deze speciale binnenwerken worden toegepast voor het regelen van de fl ow door ventielcompact radiatoren afhankelijk van de gewenste ruimtetemperatuur. De thermostatische variant is voorzien van een traploze voorinstelling voor het inregelen van de optimale hydraulische balans in de installatie. Dit zorgt er voor dat alle warmteafgifte units in het systeem met de juiste fl ow gevoed worden, alle ruimtes gelijktijdig opwarmen en de warmteopwekker optimaal en energiezuinig werkt. Het handbediende binnenwerk 942 is voor dit zelfde doel dubbel instelbaar uitgevoerd.

46 47 Voordelen binnenwerken ventielcompact radiatoren Thermostatisch binnenwerk Leverbaar in een lang en kort model geschikt voor diverse radiatoren Geïntegreerde klep en zitting voor een perfecte afdichting Schroefdraad voorzien van Loctite voorkomt het ongewild losdraaien Thermostatische uitvoeringen voorzien van traploos voor instelbaar binnenwerk Voorinstelling direct op het huis afl eesbaar Geen plakproblemen ten gevolge van het verkleven van klep en zitting Vuildelen eenvoudig te verwijderen door het tijdelijk instellen op maximale doorlaat Ter identifi catie voorzien van een gekleurde beschermkap om: De bedieningsstift te beschermen De kraan handmatig te openen en te sluiten De radiator af te sluiten De kraan op nominale lichthoogte in te stellen. 5 jaar garantie. Handbediend binnenwerk Dubbel instelbaar met slagbegrenzing Onderhoudsvrije metaal/metaal afdichting zitting en klep 10 jaar garantie

47 48 Technische gegevens 4.1 Overzicht modellen Type Model Kv waarde Aansluiting radiator th. kop Referentie Afmeting Thermostatisch Thermostatisch omgekeerde stromingszin Handbediend Kort L= 39,2 mm Lang L= 43 mm Thermostatisch BP 2K Handbediend 1/2" M30 x 1,5 955 (kort) 1/2" X X 0,125-0, (lang) 1/2" X X 0,125-0,62 955R 1/2" X X 0,125-0, /2" X X 0,05-2,0 X X X X X X X NVT TABEL 4.1 OVERZICHT BINNENWERKEN VENTIELCOMPACT RADIATOREN

48 Technische gegevens Bedrijfscondities Medium: Maximale bedrijfsdruk: Maximale bedrijfstemperatuur: Maximale verschildruk: Water voor cv toepassingen 10 bar 110 C 0,6 bar Materialen thermostatisch Binnenwerk: hoogwaardig messing Veer: RVS Klep en O-ring: EPDM Inregelkegel: hoogwaardig kunststof Beschermkap : recyclebaar kunststof (wit) Materialen handbediend Binnenwerk: Klep: O-ringen: Handwiel: Beschermkap: hoogwaardig messing messing EPDM ABS recyclebaar kunststof (blauw) Kv- en Kvs-waarden De Kv-waarde is het debiet in m 3 /h dat bij een drukverlies van 1 bar door een kraan stroomt. Uitgebreide informatie en grafi eken vindt u op De Kvs-waarde is de Kv-waarde van de thermostaatkraan in volledig geopende positie als er geen voelerelement op gemonteerd is. Voor de waarden zie tabellen 4.2 en 4.3. PR is de proportionele regelband en geeft het verschil tussen de openings- en sluitingstemperatuur van de kraan aan.

49 50 Technische gegevens Thermostatisch 955 en 955R Positie Kv PR 2K 0,125 0,2 0,25 0,32 0,41 0,49 0,575 0,62 Kvs 0,14 0,21 0,28 0,39 0,54 0,8 1,2 1,5 TABEL 4.2 Kv WAARDEN Handbediend 942 Positie 0, open Kv 0,05 0,08 0,13 0,185 0,315 0,74 1,2 1,59 1,85 2 TABEL 4.3 Kv WAARDEN Praktische informatie algemeen Keuze van het binnenwerk Kies een binnenwerk afhankelijk van de bediening (handmatig of thermostatisch) dat geschikt is voor de montage in de betreffende radiator. Raadpleeg hiervoor uw radiatorleverancier. Voor een optimale regelautoriteit van de kraan, moet bij een 2-pijpsinstallatie het drukverlies hierover bij nominale condities tussen de 30% en 60% van de totaal beschikbare opvoerhoogte van de pomp bedragen.

50 51 Praktische informatie thermostatisch Inregeling 1. Verwijder de witte beschermkap. FIGUUR Regelkegel met een schroevendraaier van 5 mm verdraaien tot de gewenste stand tegenover de markering in de bovenkant van het huis staat. 3. Monteer de thermostaatkop. FIGUUR 4.2 Instellen nominale lichthoogte Voor een correcte inregeling van de totale installatie, dienen thermostaatkranen op de navolgende wijze op hun nominale lichthoogte worden ingesteld. In deze positie leveren de kranen hun nominale debiet bij een proportionele regelband (PR) van 2K. PR is de proportionele regelband en geeft het verschil aan tussen de openings- en sluitingstemperatuur van de kraan aan.

51 52 Technische gegevens 1. Draai de kraan met de beschermkap zonder te forceren volledig dicht. FIGUUR Zet op het kraanhuis een merkteken tegenover 1 van de streepjes van de schaalverdeling op de beschermkap. FIGUUR Draai de kraan met de beschermkap 6 streepjes open. FIGUUR 4.5

52 53 Differentieel drukregelaar Om hogere verschildrukken dan 60 KPa over thermostaatkranen en daarmee het ongecontroleerd openen te voorkomen en de pomp te beschermen, is het noodzakelijk om een bypass met daarin een differentieel drukregelaar over de aanvoer en retour van de installatie te plaatsen. Praktische informatie handbediend Inregeling door spindel met behulp van inregelsleutel Draai de kraan volledig dicht. 2. Verwijder de beschermkap en de knop. FIGUUR Draai de inregelspindel met de inregelsleutel volledig in. 4. Draai de inregelspindel met de inregelsleutel het aantal benodigde slagen terug uit. 5. Monteer de knop. FIGUUR 4.7

53 54 Technische gegevens 4.3 Montage Algemeen Verwijder eventueel vuil van de dichtvlakken en schroefdraden van alle aan te sluiten delen. Controleer dichtvlakken op beschadigingen. Gebruik passende steek- of ringsleutels. Gebruik geen grotere aandraaimomenten, dan die voor het verkrijgen van een goed dichting noodzakelijk zijn. Binnenwerk 1. Monteer het binnenwerk (deze is reeds voorzien van een rem Loctite pakking), zonder gebruik van een extra afdichtmiddel in de radiator aansluiting. FIGUUR 4.8 Praktische tip Indien de aanvoer- en retour verkeerdom zijn aangelegd, kan het binnenwerk type 955R met omgekeerde stromingszin geplaatst worden, indien de radiator geschikt is voor het lange model.

54 55 5 Comap vierwegkranen Vierwegkranen worden toegepast voor het aansluiten van radiatoren met een zogenaamde 1-gatsaansluiting. Bij de Comap vierwegkranen zijn het voetventiel en de regelkraan in één huis gecombineerd. Voordelen vierwegkranen Uitwendige M22 x 1,5 draad voor de leidingaansluiting M28 aansluiting thermostaatkop Voetventiel voor afsluiting en inregeling Geen plakproblemen ten gevolge van het verkleven van klep en zitting bij thermostatisch binnenwerk

55 56 Technische gegevens Ter identifi catie voorzien van een gekleurde beschermkap om: De bedieningsstift te beschermen De kraan handmatig te openen en te sluiten Het verwarmingslichaam af te sluiten De kraan op nominale lichthoogte in te stellen. Onderhoudsvrije metaal/metaal dichting klep en zitting bij handbediend binnenwerk Binnenwerk met Demobloc set 5831 verwisselbaar zonder aftap van de installatie 5 jaar garantie 5.1 Overzicht modellen Type Kleur kap Model Binnenwerk Max. Kv waarde Aansluiting leidingen th. kop Staartstuk Aansluit koppeling Referentie Afmeting Thermostatisch 2-pijp Thermostatisch 1-pijp Handbdediend 1-pijp Horizontale insteekbuis (retour) Vertikale insteekbuis (aanvoer) 5815 Thermostatisch vaste Kv 0, Thermostatisch vaste Kv 1-pijp 5812 Handbediend 1-pijp Buitendraad M22 x 1,5 h.o.h. (mm) M28 x 1,5 Standaard 1/2" 835/835P/ E 1/2" X X 0,64 X 35 X X X 921E 1/2" X X 0,64 X 35 X X X 443E 1/2" X X 2,0 X 35 X X 444E 1/2" X X 0,95 X 35 X X X 445E 1/2" X X 0,95 X 35 X X X KLEUREN GEVEN DE BESCHERMKAP AAN VAN DE APPENDAGES TABEL 5.1 OVERZICHT VIERWEGKRANEN

56 Technische gegevens Bedrijfscondities Medium: Maximale bedrijfsdruk: Maximale bedrijfstemperatuur: Maximale verschildruk: Water voor cv toepassingen 10 bar 110 C 0,6 bar (thermostatische uitvoeringen) Materialen Huis: Binnenwerk: Veer: O-ringen: Klep: Klep/zitting 443E: Staartstuk+wartel: Insteekbuis: Handwiel 443E: Beschermkap : warm geperst messing (vernikkeld) messing RVS (thermostatische uitvoeringen) EPDM EPDM (thermostatische uitvoeringen) metaal/metaal messing vernikkeld kunststof ABS recyclebaar kunststof (oranje)

57 58 Technische gegevens Kv-waarden De Kv-waarde is het debiet in m3/h dat bij een drukverlies van 1 bar door een kraan stroomt. Meer informatie en grafi eken vindt u op: De Kvs-waarde is de Kv-waarde van de thermostaatkraan in volledig geopende positie als er geen voelerelement op gemonteerd is. Voor de waarden zie onderstaande tabellen 5.2 en 5.3 PR is de proportionele regelband en geeft het verschil tussen de openings- en sluitingstemperatuur van de kraan aan Kv-waarden voetventiel 2-pijps modellen 920E, 921E Positie max Kv 0,15 0,21 0,32 0,46 0,55 TABEL 5.2 Kv WAARDEN VOETVENTIEL Kv-waarden thermostatisch of handbediend binnenwerk Model Kvs Kv PR 2K 920E, 921E 2,0 0,64 444E, 445E 2,0 0,95 443E 2,0 n.v.t. TABEL 5.3 Kv-WAARDEN BINNENWERK

58 59 Praktische informatie algemeen Kies de vierwegkraan afhankelijk van: het type installatie, 1- of 2- pijps. de bedieningswijze, thermostatisch of handbediend (alleen 443E). het type van de radiator, horizontaal of verticaal aan te sluiten. Belangrijk. Vierwegkranen zijn specifiek ontworpen voor het aansluiten van speciale radiatoren met een 1 gats aansluiting. Om een directe kortsluiting tussen de aanvoer- en retour te voorkomen, zijn deze radiatoren inwendig uitgevoerd met een schot met daarin een gat waar de insteekbuis van de kraan doorheen steekt. Zit deze constructie zo ver van de aansluiting dat dit laatste niet het geval is, dan moet de insteekbuis van de kraan voorzien worden van een verlengbuis. Worden de kranen gebruikt op bijvoorbeeld verticaal aangesloten sierradiatoren in de badkamer, dan dient voor een optimale doorstroming de insteekbuis tot aan de bovenzijde van de radiator verlengd te worden. In plaats van meerdere verlengbuisjes, kan hiervoor ook koperen buis uitwendig 12 mm gebruikt worden. Herkenning 1- of 2-pijps model Bij 1-pijps onderblokken is het huis ter indicatie van de voedingsfactor van 50% voorzien van het merkteken 0,5. Bij 2-pijps onderblokken is het huis ter indicatie van de voedingsfactor van 100% voorzien van het merkteken 1. FIGUUR 5.1 HERKENNING 1- OF 2-PIJPS MODEL

59 60 Technische gegevens Stromingsrichting Deze staat middels een pijltjes op het huis aangegeven (zie fi guur 5.1). Verwisselen van thermostatische binnenwerken Alle thermostatische binnenwerken kunnen zonder aftap van de installatie met behulp van de Demobloc set 5831 eenvoudig worden uitgewisseld. Praktische informatie 1-pijps installaties Functies voetventiel 1-pijps modellen 443E, 444E en 445E Afsluiting: Met inregelsleutel 334 kan het voetventiel gesloten worden. Praktische informatie 2-pijps installaties Keuze van de kraan Voor een optimale regelautoriteit van de kraan, moet bij een 2-pijpsinstallatie het drukverlies hierover bij nominale condities tussen de 30% en 60% van de totaal beschikbare opvoerhoogte van de pomp bedragen. Functies voetventiel 2-pijps modellen 920E en 921E Afsluiting: Met inregelsleutel 334 kan het voetventiel ingeregeld of volledig gesloten worden. Inregeling: Draai het voetventiel met inregelsleutel 334 geheel dicht en daarna het aantal benodigde slagen terug open. Instellen nominale lichthoogte Voor een correcte inregeling van de totale installatie, dienen thermostaatkranen op de navolgende wijze op hun nominale lichthoogte worden ingesteld. In deze positie leveren de kranen hun nominale debiet bij een proportionele regelband (PR) van 2K. PR is de proportionele regelband en geeft het verschil aan tussen de openings- en sluitingstemperatuur van de kraan.

60 61 1. Draai de kraan met de beschermkap zonder te forceren volledig dicht. FIGUUR Zet op het kraanhuis een merkteken tegenover 1 van de streepjes van de schaalverdeling op de beschermkap. FIGUUR Draai de kraan met de beschermkap 6 streepjes open. FIGUUR 5.4 Differentieel drukregelaar Om hogere verschildrukken dan 60 KPa over thermostaatkranen en daarmee het ongecontroleerd openen te voorkomen en de pomp te beschermen, is het

61 62 Technische gegevens noodzakelijk om een bypass met daarin een differentieel drukregelaar over de aanvoer en retour van de installatie te plaatsen. Herberekening van de pomp bij thermostatiseren Wanneer handbediende kranen door thermostaatkranen vervangen worden, is het noodzakelijk om de benodigde opvoerhoogte van de pomp opnieuw te berekenen. Thermostaatkranen hebben namelijk een 8 tot 10x hoger drukverlies dan handbediende kranen. Ook bij het combineren van handbediende en thermostatische kranen in één installatie, dient hier voor een correcte hydraulische balans rekening mee te worden gehouden. 5.3 Montage Algemeen Verwijder eventueel vuil van de dichtvlakken en schroefdraden van alle aan te sluiten delen. Controleer dichtvlakken op beschadigingen. Gebruik passende steek- of ringsleutels. Gebruik geen grotere aandraaimomenten, dan die voor het verkrijgen van een goed dichting noodzakelijk zijn. Staartstuk en insteekbuis 1. Voorzie de schroefdraad van het staartof bochtstuk van hennep of PTFE tape. FIGUUR 5.5

62 63 2. Plaats de insteekbuis in het staartstuk en monteer het geheel in de radiatoraansluiting. Zorg er daarbij voor dat de insteekbuis door het gat van het tussenschot in de radiator steekt. Is dit niet het geval, verleng dan de insteekbuis. FIGUUR 5.6 Kraan 1. Monteer de kraan en zet deze in de gewenste positie. FIGUUR Sluit de aansluitleidingen aan en voorkom daarbij dat de kraan uit positie raakt. FIGUUR 5.8

63 64 Technische gegevens 6 Comap thermostatische H-onderblokken Steeds vaker worden er compact radiatoren toegepast met een (midden) onderaansluiting. Hiervoor zijn de Comap thermostatische H-Onderblokken, die op 1- of 2-pijps functie ingesteld kunnen worden, uitermate geschikt. Deze zijn er in diverse uitvoeringen en kunnen traploos ingeregeld worden voor een optimale balans in de installatie. Dit zorgt er voor dat alle warmteafgifte units in het systeem met de juiste fl ow gevoed worden, alle ruimtes gelijktijdig opwarmen en de warmteopwekker optimaal en energiezuinig werkt. Voordelen thermostatische H-onderblokken Uitgebreid assortiment, in standaard vernikkeld of diverse design afwerkingen ¾ Euroconus voor de leidingaansluitingen Leverbaar in rechte en haakse uitvoering Instelbaar op 1- en 2 pijps functie Leiding- en radiatoraansluitingen omkeerbaar ½ zelf dichtende staartstukken voor de radiatoraansluitingen

64 65 Voorzien van traploos voorinstelbaar thermostatisch binnenwerk Aansluitkoppelingen met vernikkelde, chromen of geborstelde RVS afwerking Binnenwerk met Demobloc set 5831 verwisselbaar zonder aftap van de installatie Geen plakproblemen ten gevolge van het verkleven van klep en zitting Ter identifi catie voorzien van een gekleurde beschermkap om: De bedieningsstift te beschermen De kraan handmatig te openen en te sluiten De radiator af te sluiten De kraan op nominale lichthoogte in te stellen. 5 jaar garantie 6.1 Overzicht modellen Type Model Kleur Binnenw. Kv PR 2K Aansluiting leidingen th. kop Staartstuk Aansluitkopp Referentie Afmeting Thermostatisch1- en 2-pijps Centrale aansluiting haaks Centrale aansluiting recht Standaard (vernikkeld) Wit Chroom Geborsteld RVS D5814 3/4" Euroconus h.o.h. (mm) M30 x 1,5 Zelfdichtend 1/2" 835E/835PE 738N 1/2" X X X 0,025-0,5 X 50 X X X 738W 1/2" X X X 0,025-0,5 X 50 X X X 738C 1/2" X X X 0,025-0,5 X 50 X X X 738S 1/2" X X X 0,025-0,5 X 50 X X X 739N 1/2" X X X 0,025-0,5 X 50 X X X 739W 1/2" X X X 0,025-0,5 X 50 X X X 739C 1/2" X X X 0,025-0,5 X 50 X X X 739S 1/2" X X X 0,025-0,5 X 50 X X X TABEL 6.1 OVERZICHT THERMOSTATISCHE H-ONDERBLOKKEN