ECLI:NL:RVS:2004:AO6522
|
|
- Matthias Maes
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 ECLI:NL:RVS:2004:AO6522 Instantie Raad van State Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste aanleg - meervoudig Bij besluit van 2 april 2003, kenmerk DNB/2003/2805, heeft verweerder aan appellante sub 3 een vergunning krachtens de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (hierna: Wvo) verleend voor het in de rivier de Donge lozen van afvalstoffen, verontreinigende en schadelijke stoffen ten gevolge van de bouw van schepen, drijvende offshore-constructies en pontons alsmede ten gevolge van het repareren en conserveren van schepen. Dit besluit is op 9 april 2003 ter inzage gelegd. Vindplaatsen Rechtspraak.nl Uitspraak /1. Datum uitspraak: 31 maart 2004 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: 1. [appellante sub 1], wonend te [woonplaats], 2. [appellant sub 2], wonend te [woonplaats], 3. [appellante sub 3], gevestigd te [plaats], en de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, verweerder. 1. Procesverloop
2 Bij besluit van 2 april 2003, kenmerk DNB/2003/2805, heeft verweerder aan appellante sub 3 een vergunning krachtens de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (hierna: Wvo) verleend voor het in de rivier de Donge lozen van afvalstoffen, verontreinigende en schadelijke stoffen ten gevolge van de bouw van schepen, drijvende offshore-constructies en pontons alsmede ten gevolge van het repareren en conserveren van schepen. Dit besluit is op 9 april 2003 ter inzage gelegd. Tegen dit besluit hebben appellante sub 1 bij brief van 1 mei 2003, bij de Raad van State ingekomen op 2 mei 2003, appellant sub 2 bij brief van 1 mei 2003, bij de Raad van State ingekomen op 2 mei 2003, en appellante sub 3 bij brief van 21 mei 2003, bij de Raad van State ingekomen op 22 mei 2003, beroep ingesteld. Appellante sub 3 heeft haar beroep aangevuld bij brief van 26 mei Bij brief van 26 juni 2003 heeft verweerder een verweerschrift ingediend. De Stichting Advisering Bestuursrechtspraak voor Milieu en Ruimtelijke Ordening (hierna: StAB) heeft een deskundigenbericht uitgebracht, gedateerd 15 oktober Partijen zijn in de gelegenheid gesteld daarop te reageren. De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 10 februari 2004, waar appellanten sub 1 en 2, in persoon, appellante sub 3, vertegenwoordigd door mr. Th.A.G. Vermeulen, advocaat te s- Hertogenbosch, en verweerder, vertegenwoordigd door mr. S. de Bruin en ing. J. Brokke, ambtenaren van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, zijn verschenen. 2. Overwegingen 2.1. Appellant sub 2 heeft de grond dat in de vergunning ten onrechte is vastgelegd dat calamiteiten binnen drie maanden nadat deze zich hebben voorgedaan aan de waterkwaliteitsbeheerder moeten worden gemeld, ter zitting ingetrokken Bij besluit van 4 maart 1993, kenmerk RBRJ1996, heeft verweerder aan appellante sub 3 een vergunning krachtens de Wvo verleend voor het lozen van bedrijfsafvalwater, huishoudelijk afvalwater en verontreinigd hemelwater in de rivier de Donge. In verband met een gewijzigde lozingssituatie heeft appellante sub 3 op 13 september 2002 een aanvraag om een nieuwe vergunning krachtens de Wvo ingediend. Bij het bestreden besluit heeft verweerder de onderhavige vergunning verleend. De op 4 maart 1993 verleende vergunning heeft hij bij dit besluit ingetrokken Appellante sub 3 betoogt dat de onderhavige vergunning voor haar op een aantal onderdelen strenger is dan de op 4 maart 1993 verleende vergunning. Naar zij stelt heeft zij op grond van deze oude vergunning bestaande rechten. De wijziging van deze bestaande rechten moet volgens haar worden beschouwd als een ambtshalve wijziging van de vergunning uit Ook de wijzigingen van het aan de onderhavige vergunning verbonden voorschrift 6, onder 2, ten opzichte van het ontwerp van het besluit moeten haars inziens worden beschouwd als een ambtshalve wijziging van deze vergunning uit Zij stelt dat verweerder voor deze ambtshalve wijzigingen de daarvoor geëigende procedure had moeten volgen In artikel 7, vijfde lid, van de Wvo zijn diverse artikelen uit hoofdstuk 8 van de Wet milieubeheer van overeenkomstige toepassing verklaard, doch niet artikel 8.4 van de Wet milieubeheer, waarop appellante sub 3 kennelijk doelt. Appellante kan derhalve geen rechten ontlenen aan een eerder aan haar verleende vergunning krachtens de Wvo. Van een ambtshalve wijziging van de op 4 maart 1993 verleende vergunning is geen sprake. In het onderhavige geval is een vergunning op aanvraag verleend. De op 4 maart 1993 verleende vergunning is bij het bestreden besluit ingetrokken. Het stond verweerder vrij om ambtshalve of op grond van de ingebrachte bedenkingen tegen het ontwerp van het besluit de voorschriften van de onderhavige vergunning anders te laten luiden dan in
3 het ontwerp van het besluit het geval was. Het is op grond van de Algemene wet bestuursrecht niet vereist dat hiertoe eerst een procedure moet worden gevolgd waarbij de wijzigingen ten opzichte van het ontwerp van het besluit ter inzage worden gelegd Volgens appellante sub 3 is aan haar ten onrechte geen vergunning verleend voor het op het oppervlaktewater lozen van verontreinigende en schadelijke stoffen ten gevolge van het pneumatisch verfspuiten van schepen De Afdeling stelt voorop dat de onderhavige vergunningaanvraag moet worden beschouwd als een bundel van aanvragen om vergunningen krachtens de Wvo voor afzonderlijke lozingen. De beroepsgrond van appellante sub 3 heeft betrekking op de aanvraag om een vergunning voor het op het oppervlaktewater lozen van verontreinigende en schadelijke stoffen ten gevolge van het pneumatisch verfspuiten van schepen. Naar de Afdeling begrijpt voert appellante sub 3 aan dat verweerder ten onrechte geen besluit heeft genomen op deze aanvraag. Blijkens de considerans van het bestreden besluit stelt verweerder zich op het standpunt dat de door appellante sub 3 bedoelde lozing niet kan worden toegestaan. Hij overweegt dat voor het pneumatisch verfspuiten van schepen een vergunning krachtens de Wet milieubeheer is vereist en dat een aanvraag daartoe tegelijk met de onderhavige vergunningaanvraag had moeten worden ingediend. Hij constateert dat appellante sub 3 voor deze activiteit geen vergunningaanvraag krachtens de Wet milieubeheer heeft ingediend, zodat de vergunningaanvraag op dit punt op grond van artikel 7b, derde lid van de Wvo niet kon worden behandeld. Naar het oordeel van de Afdeling is dit standpunt van verweerder juist. De Afdeling stelt echter vast dat verweerder in het dictum van het bestreden besluit niet heeft bepaald dat de vergunningaanvraag voorzover deze betrekking heeft op het op het oppervlaktewater lozen van verontreinigende en schadelijke stoffen ten gevolge van het pneumatisch verfspuiten van schepen buiten behandeling is gelaten. In het dictum van het besluit heeft verweerder niets omtrent deze aanvraag bepaald. Vastgesteld moet dan ook worden dat verweerder geen besluit op deze aanvraag heeft genomen. Op grond van artikel 3:28 van de Algemene wet bestuursrecht diende verweerder uiterlijk zes maanden na ontvangst van de aanvraag een besluit op de aanvraag te nemen. Op grond van artikel 3:29 van die wet kon verweerder deze termijn binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag met een redelijke termijn verlengen. Vastgesteld moet worden dat verweerder niet binnen zes maanden na ontvangst van de aanvraag een besluit op deze aanvraag heeft genomen. Verder is niet gebleken dat verweerder de beslistermijn met toepassing van artikel 3:29 heeft verlengd. Verweerder heeft dan ook niet tijdig een besluit op deze aanvraag genomen. Deze beroepsgrond van appellante sub 3 slaagt derhalve Ingevolge artikel 1, vijfde lid, van de Wvo worden aan een vergunning voorschriften verbonden tot bescherming van de belangen, waarvoor het vereiste van vergunning is gesteld. Ingevolge artikel 7, vierde lid, van de Wvo zijn met betrekking tot een vergunning, als de onderhavige, onder meer de artikelen 8.10 en 8.11 van de Wet milieubeheer van overeenkomstige toepassing. Artikel 8.10, eerste lid, van de Wet milieubeheer bepaalt, dat de vergunning slechts in het belang van de bescherming van het milieu kan worden geweigerd. Ingevolge artikel 8.11, tweede lid, kan een vergunning in het belang van de bescherming van het milieu onder beperkingen worden verleend. Ingevolge het derde lid van dit artikel worden aan een vergunning de voorschriften verbonden, die nodig zijn ter bescherming van het milieu. Voorzover door het verbinden van voorschriften aan de vergunning de nadelige gevolgen die de inrichting voor het milieu kan veroorzaken, niet kunnen worden voorkomen, worden aan de vergunning de voorschriften verbonden, die de grootst mogelijke
4 bescherming bieden tegen die gevolgen, tenzij dat redelijkerwijs niet kan worden gevergd. Hieruit volgt dat de vergunning moet worden geweigerd, indien de nadelige gevolgen die de lozing kan veroorzaken voor de kwaliteit van het oppervlaktewater door het stellen van voorschriften en beperkingen niet kunnen worden voorkomen dan wel niet voldoende kunnen worden beperkt. Bij de toepassing van de artikelen 8.10, eerste lid, en 8.11, tweede lid, van de Wet milieubeheer komt verweerder een zekere beoordelingsvrijheid toe, die haar begrenzing onder meer vindt in hetgeen voortvloeit uit de meest recente algemeen aanvaarde milieutechnische inzichten Bij het beoordelen van de onderhavige vergunningaanvraag heeft verweerder zich onder meer gebaseerd op het rapport Waterverontreinigingsproblematiek bij het stralen en conserveren bij scheepswerven voor beroepsvaart en grote jachten uit april 1991 van de Coördinatiecommissie uitvoering Wet verontreiniging oppervlaktewateren, Werkgroep VI (hierna: het CUWVO-rapport). Deze wijze van invulling van de aan verweerder toekomende beoordelingsvrijheid acht de Afdeling niet in strijd met het recht Appellanten sub 1 en 2 stellen dat appellante sub 3 de op 4 maart 1993 verleende vergunning niet heeft nageleefd en dat verweerder de gevraagde vergunning gelet hierop niet had mogen verlenen. De Afdeling stelt vast dat de omstandigheid dat, wat hier verder ook van zij, de op 4 maart 1993 verleende vergunning niet is nageleefd, geen rol kan spelen bij het beoordelen van de onderhavige vergunningaanvraag Appellanten sub 1 en 2 betogen dat ten onrechte in de vergunning is vastgelegd dat de zogenoemde dwarshelling moet zijn voorzien van één goot. Volgens hen wordt de kwaliteit van het oppervlaktewater hierdoor onvoldoende beschermd. Huns inziens moet de dwarshelling in verband met de wisselende hoogte van de waterstand van minimaal twee goten zijn voorzien Volgens verweerder wordt de kwaliteit van het oppervlaktewater niet nadelig beïnvloed door de omstandigheid dat de dwarshelling is voorzien van niet meer dan één goot De onderhavige niet-overdekte verharde dwarshelling is gelegen aan de getijderivier de Donge. Deze dwarshelling moet op grond van de vergunning zijn voorzien van één goot. In het CUWVOrapport is in beginsel aanbevolen bij niet-overdekte verharde dwarshellingen, gelegen aan een getijderivier, twee goten in de dwarshelling aan te brengen. Voorts is gesteld dat onder omstandigheden kan worden volstaan met het aanbrengen van één goot in de dwarshelling. Het is de Afdeling op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting gebleken dat het bedrijfsafvalwater dat vrijkomt bij het afspuiten van de schepen op de dwarshelling, alsmede het mogelijkerwijs door de bedrijfsactiviteiten verontreinigde hemelwater in de goot van de helling wordt opgevangen en naar een bezinktank wordt gepompt. Het afvalwater in deze tank wordt zoveel mogelijk hergebruikt voor het afspuiten van schepen. Het water in de tank dat niet wordt hergebruikt, wordt via de gemeentelijke riolering naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie afgevoerd. De Afdeling overweegt verder dat in voorschrift 3, onder 1, onder meer is bepaald dat de goot in de dwarshelling en de dwarshelling zelf voor elk hoogwater waardoor de goot en de helling onder water komen te staan, moeten worden gereinigd. Opdrijvende stoffen moeten direct worden verwijderd. Onder 2 van dit voorschrift is bepaald dat de hierbij vrijkomende afvalstoffen niet op het oppervlaktewater mogen worden geloosd. Onder 4 van dit voorschrift bepaald dat er geen schepen mogen worden afgespoten
5 indien de goot in de dwarshelling als gevolg van hoogwater onder water staat. De Afdeling is gelet op het vorenstaande van oordeel dat verweerder zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat in het onderhavige geval in voldoende mate is gewaarborgd dat de kwaliteit van het oppervlaktewater niet nadelig wordt beïnvloed door de omstandigheid dat in de dwarshelling niet meer dan één goot is aangebracht Appellant sub 2 voert aan dat in de vergunning ten onrechte niet is bepaald dat de op de dwarshelling gelegen kettingbanen moeten zijn afgedekt Volgens verweerder wordt de kwaliteit van het oppervlaktewater niet nadelig beïnvloed door de omstandigheid dat de kettingbanen niet zijn afgedekt In het CUWVO-rapport is aanbevolen de kettingbanen bij niet-overdekte verharde dwarshellingen gelegen aan een getijderivier af te dekken. Opgemerkt wordt dat hierdoor wordt voorkomen dat er afvalwater via de kettingbanen naar het oppervlaktewater afstroomt. De onderhavige kettingbanen behoeven op grond van de vergunning niet te worden afgedekt. Uit de stukken, waaronder de van de vergunning deel uitmakende aanvraag, en uit het verhandelde ter zitting blijkt dat tussen de rails van de ketting en de kettingbanen een opstaande rand is geplaatst en dat de kettingbanen uitkomen op de goot in de dwarshelling. Het van de kettingbanen afstromende afvalwater wordt hierdoor in de goot opgevangen en naar de eerdergenoemde bezinktank afgevoerd. Naar het oordeel van de Afdeling is met het treffen van deze maatregel voldoende gewaarborgd dat er geen afvalwater via de kettingbanen naar het oppervlaktewater afstroomt. Verweerder heeft zich gelet hierop in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat in de vergunning niet behoeft te worden bepaald dat de op de dwarshelling gelegen kettingbanen moeten zijn afgedekt Appellante sub 1 betoogt dat het aan de vergunning verbonden voorschrift 5, onder 1, de kwaliteit van het oppervlaktewater in onvoldoende mate beschermt. In dit verband stelt zij dat de werf niet is voorzien van een verharde ondergrond en dat er verder geen windafschermende maatregelen zijn getroffen Volgens verweerder is voorschrift 5, onder 1, toereikend. Zijns inziens worden de nadelige gevolgen die de lozing kan veroorzaken voor de kwaliteit van het oppervlaktewater door het stellen van dit voorschrift voldoende beperkt In voorschrift 5, onder 1, is bepaald dat vergunninghoudster op, boven of in de onmiddellijke nabijheid van het oppervlaktewater geen conserveringswerkzaamheden mag verrichten aan de buitenzijde van mobiele objecten, tenzij de te behandelen delen zich bevinden binnen de zijwanden van het dok en boven een verharde ondergrond en er windafschermende maatregelen zijn getroffen Het bepaalde in voorschrift 5, onder 1, is in overeenstemming met de aanbevelingen in het CUWVO-rapport. Gelet op het deskundigenbericht van de StAB en hetgeen appellante sub 1 heeft aangevoerd, is de Afdeling van oordeel dat verweerder zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de nadelige gevolgen die de onderhavige lozing voor de kwaliteit van het oppervlaktewater kan veroorzaken door het stellen van voorschrift 5, onder 1, voldoende worden beperkt. Voorzover appellante sub 1 mede beoogt aan te voeren dat voorschrift 5, onder 1, niet wordt nageleefd, overweegt de Afdeling dat deze grond geen betrekking heeft op de rechtmatigheid van de ter beoordeling staande vergunning. De Algemene wet bestuursrecht voorziet in de mogelijkheid tot
6 het treffen van maatregelen die strekken tot het afdwingen van de naleving van de aan de vergunning verbonden voorschriften Volgens appellante sub 1 kan voorschrift 6, onder 1, niet worden nageleefd. Zij wijst erop dat appellante sub 3 regelmatig verschillende onderaannemers inhuurt om de werkzaamheden op haar werf te verrichten. Volgens haar is het in de praktijk niet mogelijk deze onderaannemers en hun werknemers telkens ervan op de hoogte te brengen dat conform de hellingvloerdiscipline moet worden gewerkt. Evenmin is het volgens haar mogelijk hen telkens van de inhoud van deze regeling in kennis te stellen. Verder wijst zij er nog op dat er op vaste tijden geen leidinggevende in het bedrijf aanwezig is. Naar zij stelt wordt er op deze tijden dan ook niet op toegezien of de vorenbedoelde werknemers conform de bij de aanvraag gevoegde regeling Regeling hellingvloerdiscipline (hierna: de regeling hellingvloerdiscipline) werken In voorschrift 6, onder 1, is bepaald dat vergunninghoudster moet werken conform de door haar opgestelde regeling hellingvloerdiscipline De regeling hellingvloerdiscipline bevat regels met betrekking het uitvoeren van conserveringswerkzaamheden op de hellingvloer. In artikel 2 van deze regeling is onder meer bepaald dat de directie van [appellante sub 3] met de onderaannemers die bij de conservingswerkzaamheden betrokken zijn, een overeenkomst sluit waarin is opgenomen dat de regeling hellingvloerdiscipline ook voor hen en hun werknemers geldt. Bepaald is verder dat in deze overeenkomst moet worden vastgelegd dat sancties zullen worden getroffen indien ten gevolge van het niet naleven van de regeling sprake is van het morsen van olie, verf en/of teer. De Afdeling ziet in hetgeen appellante sub 1 heeft aangevoerd geen grond voor het oordeel dat appellante sub 3 de in de regeling hellingvloerdiscipline gestelde regels en derhalve voorschrift 6, onder 1, niet kan naleven. Voorzover appellante sub 1 mede beoogt aan te voeren dat voorschrift 6, onder 1, niet wordt nageleefd, overweegt de Afdeling dat deze grond geen betrekking heeft op de rechtmatigheid van de ter beoordeling staande vergunning. De Algemene wet bestuursrecht voorziet in de mogelijkheid tot het treffen van maatregelen die strekken tot het afdwingen van de naleving van de aan de vergunning verbonden voorschriften Volgens appellante sub 1 heeft verweerder ten onrechte bepaald dat de regeling hellingvloerdiscipline binnen drie maanden na het van kracht worden van de vergunning moet worden geactualiseerd. Zij acht deze termijn te lang In voorschrift 6, onder 2, is onder meer bepaald dat vergunninghoudster de bij de aanvraag overgelegde regeling hellingvloerdiscipline binnen drie maanden na het van kracht worden van de vergunning moet actualiseren. Voorgeschreven is dat in de geactualiseerde regeling in ieder geval de in voorschrift 6, onder 2, genoemde onderwerpen moeten worden opgenomen Gelet op de onderwerpen die ingevolge voorschrift 6, onder 2, in ieder geval in de regeling hellingvloerdiscipline moeten worden opgenomen, acht de Afdeling het aannemelijk dat het actualiseren van de regeling enige tijd zal vergen. De in voorschrift 6, onder 2, opgenomen termijn acht de Afdeling dan ook niet dusdanig lang dat met vrucht kan worden gesteld dat verweerder een dergelijke termijn niet in redelijkheid had kunnen stellen Het beroep van appellanten sub 1 en 2 is ongegrond. Het beroep van appellante sub 3 is gegrond, voorzover dit is gericht tegen het niet nemen van een besluit op de aanvraag om een vergunning krachtens de Wvo voor het op het oppervlaktewater lozen van verontreinigende en schadelijke stoffen ten gevolge van het pneumatisch verfspuiten van schepen. Het beroep van appellante sub 3 is voor het overige ongegrond Voor een veroordeling in de proceskosten van appellanten
7 sub 1 en 2 bestaat geen aanleiding. Verweerder dient op na te melden wijze in de proceskosten van appellante sub 3 te worden veroordeeld. 3. Beslissing De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State Recht doende in naam der Koningin: I. verklaart het beroep van appellante sub 3 gegrond, voorzover dit is gericht tegen het niet nemen van een besluit op de aanvraag om een vergunning krachtens de Wvo voor het op het oppervlaktewater lozen van verontreinigende en schadelijke stoffen ten gevolge van het pneumatisch verfspuiten van schepen; II. verklaart het beroep van appellante sub 3 voor het overige ongegrond; III. verklaart de beroepen van appellanten sub 1 en 2 ongegrond; IV. veroordeelt de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat in de door appellante sub 3 in verband met de behandeling van het beroep gemaakte proceskosten tot een bedrag van 644,00, welk bedrag geheel is toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand; het bedrag dient door de Staat der Nederlanden (het Ministerie van Verkeer en Waterstaat) te worden betaald aan appellante sub 3; V. gelast dat de Staat der Nederlanden (het Ministerie van Verkeer en Waterstaat) aan appellante sub 3 het door haar voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ( 232,00) vergoedt. Aldus vastgesteld door mr. E.M.H. Hirsch Ballin, Voorzitter, en mr. K. Brink en mr. P.C.E. van Wijmen, Leden, in tegenwoordigheid van mr. R. van Heusden, ambtenaar van Staat. w.g. Hirsch Ballin w.g. Van Heusden Voorzitter ambtenaar van Staat Uitgesproken in het openbaar op 31 maart
ECLI:NL:RVS:2007:BB2492
ECLI:NL:RVS:2007:BB2492 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-08-2007 Datum publicatie 29-08-2007 Zaaknummer 200607060/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2006:AW1261
ECLI:NL:RVS:2006:AW1261 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-04-2006 Datum publicatie 12-04-2006 Zaaknummer 200503239/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2003:AN8825
ECLI:NL:RVS:2003:AN8825 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-11-2003 Datum publicatie 26-11-2003 Zaaknummer 200302880/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2012:BX4670
ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-08-2012 Datum publicatie 15-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201106219/1/A4 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2007:BB7292
ECLI:NL:RVS:2007:BB7292 Instantie Raad van State Datum uitspraak 07-11-2007 Datum publicatie 07-11-2007 Zaaknummer 200702345/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatiehet college van burgemeester en wethouders van Hoogeveen Eerste aanleg - meervoudig
uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Bevi niet van toepassing indien verandering geen nadelig gevolg heeft voor het plaatsgebonden risico. Via milieubeheervergunning kunnen, buiten het Bevo om,
Nadere informatieNoot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is
Essentie uitspraak: Het bestemmingsplan maakt uitbreiding van een tankstation niet mogelijk. De milieuvergunning mag, vanwege het ruimtelijke feit, worden geweigerd. De gemeente is niet verplicht om het
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2013:BZ1273
ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-02-2013 Datum publicatie 18-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206332/1/R3 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2002:AE9003
ECLI:NL:RVS:2002:AE9003 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2002 Datum publicatie 21-10-2002 Zaaknummer 200102167/1 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2012:BY6738
ECLI:NL:RVS:2012:BY6738 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-12-2012 Datum publicatie 19-12-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201102748/1/R4 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2007:BB9957
ECLI:NL:RVS:2007:BB9957 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-12-2007 Datum publicatie 12-12-2007 Zaaknummer 200700759/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2003:AL8988
ECLI:NL:RVS:2003:AL8988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-10-2003 Datum publicatie 15-10-2003 Zaaknummer 200302570/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatiehet college van burgemeester en wethouders van Son en Breugel proceduresoort Eerste aanleg - meervoudig rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Overige
Essentie uitspraak: Een bedrijfswoning moet een functionele binding hebben met het bedrijf. Dat moet in de milieuvergunning zijn geregeld. Het bestemmingsplan moet de functie bedrijfswoning vervolgens
Nadere informatiePrint deze uitspraak rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Schadevergoeding
Essentie uitspraak: Beëindiging verkoop LPG. Het college had moeten beoordelen welke schade aan de juridische beëindiging van de activiteit was toe te schrijven. In het thans bestreden besluit heeft het
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2007:BA7586
ECLI:NL:RVS:2007:BA7586 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 20-06-2007 Zaaknummer 200606594/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
Raad vanstate 201 304470/1/RI. Datum uitspraak: 27 november 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Koninklijke Jongeneel
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
199902343/1. Datum uitspraak: 14 mei 2001 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en de vereniging "Vereniging Milieudefensie", gevestigd te Amsterdam, appellante, burgemeester en
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2001:AB2287
ECLI:NL:RVS:2001:AB2287 Instantie Raad van State Datum uitspraak 31-05-2001 Datum publicatie 13-11-2001 Zaaknummer 200003521/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Omgevingsrecht
Nadere informatiehet college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden.
LJN: AU3784, Raad van State, 200501342/1 Print uitspraak Datum uitspraak: 05-10-2005 Datum publicatie: 05-10-2005 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
Raad van State E03.98.0090. Datum uitspraak: 24 februari 2000 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: 1. de stichting "Stichting Borssele 2004+" te Borssele, 2. de stichting "Stichting
Nadere informatie** [201005426/1/M1.], [10 november 2010]: [afstandseis tussen een lpg tankstation en een scholengemeenschap ], [Harlingen]
** [201005426/1/M1.], [10 november 2010]: [afstandseis tussen een lpg tankstation en een scholengemeenschap ], [Harlingen] Essentie uitspraak: De Afdeling stelt vast dat ten tijde van het bestreden besluit
Nadere informatiezaaknummer 200703432/1 datum van uitspraak woensdag 13 februari 2008 Kamer 2 - Milieu - Schadevergoeding
Essentie uitspraak: Artikel 15.20, schade komt in aanmerking voor vergoeding vanwege het niet langer op grond van een milieubeheer mogen uitoefenen van een activiteit. Casus en uitspraak Een exploitant
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2016:3050
ECLI:NL:RVS:2016:3050 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-11-2016 Datum publicatie 16-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601834/1/R2 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieUitspraak 200904084/1/R2 gevonden via '' d eze uitsp raa k il de ze uitsp ra ak Page 1 of 4 Uitspraken ZAAKNUMMER 200904084/1/R2 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 24 maart 2010 TEGEN het college van gedeputeerde
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2005:AU0769
ECLI:NL:RVS:2005:AU0769 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-08-2005 Datum publicatie 10-08-2005 Zaaknummer 200406846/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2011:BQ4936
ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-05-2011 Datum publicatie 18-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201008844/1/H1 Bestuursrecht Hoger
Nadere informatietegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen:
ECLI:NL:RVS:2014:539 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304989/1/A1 Omgevingsrecht Hoger
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
Raad vanstate 200705297/1. Datum uitspraak: 31 januari 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2015:3038
ECLI:NL:RVS:2015:3038 Instantie Raad van State Datum uitspraak 30-09-2015 Datum publicatie 30-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201500566/1/A2 Bestuursrecht Hoger
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
Essentie uitspraak: De jurisprudentie over het begrip "bijgebouw" in de zin van het Bro is niet bepalend voor de uitleg van het Bevi. Een berging valt op zichzelf niet onder de definitie van kwetsbaar
Nadere informatieMusselkanaal. Bijlagen bij de toelichting NL.IMRO.00370000BP0602- vastgesteld: 29 oktober 2007 goedgekeurd: 24 juni 2008 onherroepelijk: 30 juli 2009
Musselkanaal NL.IMRO.00370000BP0602- vastgesteld: 29 oktober 2007 goedgekeurd: 24 juni 2008 onherroepelijk: 30 juli 2009 Bijlagen bij de toelichting BIJLAGE 1 Berekening luchtkwaliteit BIJLAGE 2 Inspraak-
Nadere informatieVerwerking Uitspraken bestemmingsplan Buitengebied Alphen Zuid
Verwerking Uitspraken bestemmingsplan Buitengebied Alphen Zuid Deze planversie NL.IMRO.0484.B087buitengebalpzd-0004 is ambtelijk opgesteld om uitvoering te geven aan de uitspraak LJN 201400955/1/R4 en
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2014:1722
1 van 5 16-9-2014 16:37 ECLI:NL:RVS:2014:1722 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-05-2014 Datum publicatie 14-05-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden 201306176/1/R2 Bestuursrecht Bijzondere kenmerken
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2008:BC1824
ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 Instantie Datum uitspraak 02-01-2008 Datum publicatie 15-01-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-319 WW Bestuursrecht
Nadere informatieAfdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar J.P. van het Hul
Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Raad van de gemeente Woerden Postbus 45 3440 AA WOERDEN vfv) U u.^ 1 7 JUNI 2010 Datum 16 juni 2010 Ons nummer 200906837/1/R2 Uw kenmerk Onderwerp Woerden Bp
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2000:AA7143
ECLI:NL:RVS:2000:AA7143 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-08-2000 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 199900390/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2013:BZ2509
ECLI:NL:RVS:2013:BZ2509 Instantie Raad van State Datum uitspraak 27-02-2013 Datum publicatie 27-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201204293/1/R3 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2010:BO4829
ECLI:NL:RVS:2010:BO4829 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-11-2010 Datum publicatie 24-11-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201003576/1/H3 Bestuursrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2005:AT0508
ECLI:NL:RVS:2005:AT0508 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-03-2005 Datum publicatie 16-03-2005 Zaaknummer 200409156/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550
ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
E03.96.1257. Datum uitspraak: 27 maart 2001. AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Champignon Reststoffen Verwerking B.V.",
Nadere informatieEerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen
ECLI:NL:RVS:2013:375 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201209590/1/A1 Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2005:AU2988
ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep
Nadere informatieEssentie uitspraak: Zie omtrent dit besluit ook: Casus: Noot van de commissie:
deze uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Uitspraak in Hoofdzaak: Gezien het zwaarwegende belang van externe veiligheid, is het sluiten van het LPG-tankstation uit oogpunt van het plaatsgebonden
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2008:BC7090
ECLI:NL:RVS:2008:BC7090 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-03-2008 Datum publicatie 19-03-2008 Zaaknummer 200704474/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2006:AX0760
ECLI:NL:RVS:2006:AX0760 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-05-2006 Datum publicatie 10-05-2006 Zaaknummer 200505022/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2017:1997
ECLI:NL:RVS:2017:1997 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604542/1/A1 Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2011:BR6297
ECLI:NL:RVS:2011:BR6297 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-08-2011 Datum publicatie 31-08-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201104930/1/R1 en 201104930/2/R1
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
i 201307056/1/R3. Datum uitspraak: AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en de vennootschap onder firma A2 Catering en Organisatie, gevestigd te Waalre, waarvan de vennoten zijn
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
E03.97.1224/1. Datum uitspraak: 10 april 2001 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en appellanten, gedeputeerde staten van Limburg, verweerders. E03.97.1224/1 2 10 april 2001 1.
Nadere informatieUitspraak /1/R2
Uitspraak 201307623/1/R2 Raad van State http://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken-in-uitspraken/tekst-uitspraak.html?id=... pagina 1 van 5 02-05-2014 Uitspraak 201307623/1/R2 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag
Nadere informatie/1/R4 woensdag 13 februari de raad van de gemeente Lansingerland,
Uitspraak 201205425/lIR4 gevonden via" Page 1 of5 Uitspraken ZAAKNUMMER DATUM VAN UITSPRAAK TEGEN PROCEDURESOORT RECHTSGEBIED 201205425/1/R4 woensdag 13 februari 2013 de raad van de gemeente Eerste aanleg
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2016:2861
ECLI:NL:RVS:2016:2861 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-11-2016 Datum publicatie 02-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601473/1/A2 Bestuursrecht Hoger
Nadere informatieFeitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen.
Onderwerp Uitspraak RvS inzake wijzigingsbesluit Duinweg 56 Collegevoorstel Zaaknummer: OLOGMM27 Inleiding Op 30 november 2010 heeft uw college besloten het wijzigingsbesluit Duinweg 56, Drunen vast te
Nadere informatiede minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, verweerder.
Essentie uitspraak: In de inrichting worden niet meer dan 10.000 kg aan gevaarlijke stoffen per opslagplaats opgeslagen zodat de inrichting aldus niet behoort tot de categorie van inrichtingen als bedoeld
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2014:1169
ECLI:NL:RVS:2014:1169 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-04-2014 Datum publicatie 02-04-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201306413/1/A2 Eerste
Nadere informatie1 van 6 7-11-2011 15:05 i nt deze ui t spr aak Uitspraken Pr ZAAKNUMMER 201008546/1/M1 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 2 november 2011 TEGEN het college van gedeputeerde staten van Gelderland PROCEDURESOORT
Nadere informatieECLI:NL:RBGRO:2010:BO8890
ECLI:NL:RBGRO:2010:BO8890 Instantie Rechtbank Groningen Datum uitspraak 21-10-2010 Datum publicatie 24-12-2010 Zaaknummer AWB 09/1378 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht
Nadere informatieS QÉMEEKT 1 ING. r j in hh. i i l. Uw kenmerk
Raad van State Af d c 11 n g b e s tim rsrc c h tspraa k S QÉMEEKT 1 ING i bi r j in hh. i i l Stuknummer: AH 5.00288 Raad van de gemeente Den Helder Postbus 36 1780 AA DEN HELDER r j Datum 1 5 januari
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2007:BB4709
ECLI:NL:RVS:2007:BB4709 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-10-2007 Datum publicatie 03-10-2007 Zaaknummer 200702080/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep
Nadere informatieAfdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar. D.J.J.M. Wolfs
Raad van tate Afdeling bestuursrechtspraak INGEKOM»- N 0 4 APR. 2313 Raad van deljemeente Loon op Zand Postbus 7 5170 AA KAATSHEUVEL GEMEENTE LOON OP ZAND lllllllllllllllll 2013.05077 Afdeling: RO O VB:
Nadere informatiehttp://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=br1...
pagina 1 van 5 LJN: BR1463, Raad van State, 201011448/1/H1 Datum 13-07-2011 uitspraak: Datum 13-07-2011 publicatie: Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij besluit van
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2013:283. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie
ECLI:NL:RVS:2013:283 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201201469/1/A4 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2011:BT6665
ECLI:NL:RVS:2011:BT6665 Instantie Raad van State Datum uitspraak 05-10-2011 Datum publicatie 05-10-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201009255/1/R1 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieAfdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar A.H.M. Boevink
Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Raad van de gemeente Soest Postbus 2000 3760 CA SOEST Datum Ons nummer Uw kenmerk 1 9 december 201 2 201 206869/1 /R2 Onderwerp Soest Bestemmingsplan De Eng Behandelend
Nadere informatiehet College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder.
Zaaknummer : 2013/068 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 6 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : Beleidsvrijheid, in stand laten rechtsgevolgen,
Nadere informatiehttp://zoeken.rechtspraak.nl/default.aspx
pagina 1 van 5 LJN: BO4229, Raad van State, 200910277/1/R2 Datum 17-11-2010 uitspraak: Datum 17-11-2010 publicatie: Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig Inhoudsindicatie:Bij
Nadere informatieLJN: AP3302, Raad van State, /1 Printbare versie
LJN: AP3302, Raad van State, 200303100/1 Printbare versie Datum uitspraak: 07-07-2004 Datum publicatie: 07-07-2004 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig Inhoudsindicatie:
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2008:BE8863
ECLI:NL:RVS:2008:BE8863 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-08-2008 Datum publicatie 20-08-2008 Zaaknummer 200708052/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieEssentie uitspraak: Casus: Noot
Essentie uitspraak: bestemmingsplannen die na de inwerkingtreding van het Bevi worden vastgesteld of herzien, moeten, voor zover zij betrekking hebben op kwetsbare objecten, direct in overeenstemming zijn
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2010:BK9955
ECLI:NL:RVS:2010:BK9955 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-01-2010 Datum publicatie 20-01-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200902404/1/R2 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2014:3854
ECLI:NL:RVS:2014:3854 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-10-2014 Datum publicatie 29-10-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201401837/1/R1 Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2016:2279
ECLI:NL:RVS:2016:2279 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-08-2016 Datum publicatie 17-08-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602806/1/V3 Eerste
Nadere informatieEssentie uitspraak: Omgang met groepsrisico als norm; Het inspelen op toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen.
Essentie uitspraak: Omgang met groepsrisico als norm; Het inspelen op toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Casus en uitspraak: Het betreft hier een situatie waarbij een revisievergunning is verleend
Nadere informatiePDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/77973
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2012:BY2512
ECLI:NL:RVS:2012:BY2512 Instantie Raad van State Datum uitspraak 07-11-2012 Datum publicatie 07-11-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201203945/1/A2 Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2003:AF8034
ECLI:NL:RVS:2003:AF8034 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-04-2003 Datum publicatie 29-04-2003 Zaaknummer 200202286/1 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieUitspraak /1/R1
Uitspraak 201601235/1/R1 Datum van uitspraak: woensdag 31 augustus 2016 Tegen: de raad van de gemeente Bergen Proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig Rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2004:AR4275
ECLI:NL:RVS:2004:AR4275 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-10-2004 Datum publicatie 20-10-2004 Zaaknummer 200407821/1 en 200407821/2 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2012:BV9444
ECLI:NL:RVS:2012:BV9444 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-03-2012 Datum publicatie 21-03-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201111372/1/A4 en 201111372/2/A4
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2006:AZ1251
ECLI:NL:RVS:2006:AZ1251 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-10-2006 Datum publicatie 01-11-2006 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200606710/1 en 18 andere nummers
Nadere informatieEerste aanleg: ECLI:NL:RBAMS:2015:7924, Meerdere afhandelingswijzen. Algemene wet bestuursrecht 8:4 Gemeentewet Gemeentewet 83 Kieswet
ECLI:NL:RVS:2016:934 Instantie Raad van State Datum uitspraak 06-04-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600302/1/A2 Eerste
Nadere informatie1)estuursreclaqirA,IL
Raad vanstate 1)estuursreclaqirA,IL Raad van de gemeente Hof van Twente Postbus 54 7470 AB GOOR Gemeente Hof van Twente [Nr: [Afdeling: Bvo: a / nee lingekomen: 2 JULI 2015 Kopie aan: Archief: \N / NR
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2016:3651
ECLI:NL:CRVB:2016:3651 Instantie Datum uitspraak 04-10-2016 Datum publicatie 10-10-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/5 WWB Socialezekerheidsrecht
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2006:AV6241
ECLI:NL:RVS:2006:AV6241 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-03-2006 Datum publicatie 22-03-2006 Zaaknummer 200506182/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2010:BM6743
ECLI:NL:CRVB:2010:BM6743 Instantie Datum uitspraak 21-05-2010 Datum publicatie 08-06-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 06-3679 WAO + 09-4841
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2008:BD3606
ECLI:NL:RVS:2008:BD3606 Instantie Raad van State Datum uitspraak 11-06-2008 Datum publicatie 11-06-2008 Zaaknummer 200705694/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep
Nadere informatieOntwerpbesluit inzake de Wet verontreiniging oppervlaktewateren
Ontwerpbesluit inzake de Wet verontreiniging oppervlaktewateren Nummer : 2009.09833V Venlo, Bijlage(n) : Het Dagelijks Bestuur heeft op 12 augustus 2009 een aanvraag om vergunning op grond van de Wet verontreiniging
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2016:2466
ECLI:NL:RVS:2016:2466 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-09-2016 Datum publicatie 14-09-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden 201506742/1/A3 Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2013:BZ7733
ECLI:NL:RVS:2013:BZ7733 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-04-2013 Datum publicatie 17-04-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201200753/1/A3 Bestuursrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2014:3559 Deeplink http://d
ECLI:NL:RVS:2014:3559 Deeplink http://d Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-10-2014 Datum publicatie 01-10-2014 Zaaknummer 201309659/1/A3 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Hoger
Nadere informatieJ.R.S. de Groot Heupner Niet vaststellen ontwerp-bp. Tiel-Oost Grotebrugse Grintweg 59 Procedure Beroep
'Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Pagina 1 van 1 i--------- 1---------- 1 Raad van de gemeente Tiel Postbus 6325 4000 HH TIEL gemeente Tiel 17 IIOV. 2016 116.009880 Datum Ons nummer Uw kenmerk
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen: [appellante], gevestigd te [plaats],
Essentie uitspraak: Het college heeft voorschriften in de milieuvergunning opgenomen t.a.v. van het stallen van lege ongereinigde tankwagens terwijl zij niet heeft aangetoond met deze voorschriften het
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2013:1522
ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
E03.97.1670. Datum uitspraak: 16 maart 2001 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en [appellanten], burgemeester en wethouders van Borsele, verweerders. E03.97.1670 2 16 maart 2001
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2014:3026
ECLI:NL:RVS:2014:3026 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 13-08-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201311562/1/A3 Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2012:BV6555
ECLI:NL:RVS:2012:BV6555 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-02-2012 Datum publicatie 22-02-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201109131/1/A2 Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBARN:2002:AF3704
ECLI:NL:RBARN:2002:AF3704 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 18-12-2002 Datum publicatie 31-03-2003 Zaaknummer 02/1034 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - enkelvoudig
Nadere informatiehet college van burgemeester en wethouders van Soest, verweerder.
Essentie uitspraak: Aanvullende veiligheidsvoorschriften op AMvB tankstations zijn mogelijk. Casus en uitspraak: Er is een oprichtingsvergunning voor een tankstation gevraagd. Bij dit tankstation (type
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2016:1268
ECLI:NL:RVS:2016:1268 Instantie Raad van State Datum uitspraak 11-05-2016 Datum publicatie 11-05-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201505940/1/A1 Eerste
Nadere informatie