besluit hogere grenswaarden

Transcriptie

1 datütft ^ Ql MRT 206 r (i WET GELUIDHINDER besluit hogere grenswaarden Gegevens verzoeker naam Burgemeester en Wethouders van Delft adres : Postbus 78 postcode : 2600 ME plaats : Delft contactpersoon P. Kramer telefoonnummer : 405 datum verzoek : Rechtsgrond(en) artikel(en) art. 82 en 83, le en 2e lid, WGH: nieuwe woningen (algemeen); art. 2 Interimwet Stad- en milieubenadering 3. Bouw- en bestemmingsplannen geldend bestemmingsplan vastgesteld bestemmingsplan ontwerpbestemmingsplan bouwplan TNO-Zuidpolder, zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Delft op 3 maart 2005 n.v.t. Ontwerpbestemmingsplan Professor Schoemaker Plantage (24 maart 205) n.v.t. 4. Korte omschrijving besluit aantal en soort objecten : Binnen het bestemmingsplan worden o.a. 43 nieuwe woningen en m bvo maatschappelijke voorzieningen mogelijk gemaakt. Deze functies worden op basis van de Wet geluidhinder (Wgh) aangemerkt als geluidsgevoelige objecten. ligging (bijv. straat of plangebied) industrieterrein(en) voor het besluit relevante weg(en) De woningen zijn gesitueerd in Delft en liggen tussen de Schoemakerstraat en de A3. n.v.t. Schoemakerstraat

2 -2- binnenstedelijk gebied voor het besluit relevante weg(en) : buitenstedelijk gebied A3, N470 spoorweg(en) : n.v.t. 5. Ontwerpbesluit terinzagelegging van/tot Mondelinge inspraak opmerkingen/bedenkingen (aantal) 2 april t/m 3 mei april Overwegingen De redenen die aan het besluit ten grondslag liggen: De locatie Professor Schoemakerplantage ligt binnen de geluidszone van de A3, N470 en Schoemakerstraat. De A3 en de Schoemakerstraat zorgen voor een overschrijding van de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder (Wgh). Voor het plan Professor Schoemakerplantage zijn hogere waarden benodigd in het kader van de Wet geluidhinder en de Interimwet Stad- en milieubenadering. Met dit besluit worden deze hogere waarden vastgesteld. Ten behoeve van de toepassing van de Interimwet Stad- en milieubenadering is een Stap-3 besluit opgesteld (bijlage van de toelichting). Hierin is de onderbouwing van de toepassing van de Interimwet toegelicht en onderbouwd. Dit leidt ertoe dat ten gevolge van de A3 hogere waarden kunnen worden vastgesteld met een maximale ontheffingswaarde van 60 db. Ter compensatie van deze hogere geluidsbelasting worden aanvullende maatregelen vereist om een goed akoestisch klimaat te garanderen. Toetsineskader Het toetsingskader voor dit besluit bestaat uit de Wet geluidhinder (Wgh) en de Interimwet Stad- en milieubenadering. De Wgh stelt dat een hogere waarde kan worden verleend, indien maatregelen om aan de voorkeursgrenswaarde te voldoen onvoldoende doeltreffend zijn of overwegende bezwaren ontmoeten van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard. Het wettelijk kader schrijft daarbij voor dat ten behoeve van het terugdringen van de geluidsbelasting achtereenvolgens de volgende soorten maatregelen dienen te worden bezien: maatregelen aan de bron (bijvoorbeeld geluidsreducerende wegdekverharding, verminderen verkeer, verlagen snelheid); maatregelen in het overdrachtsgebied tussen bron en ontvanger (bijvoorbeeld geluidsschermen, vergroten afstand tussen bron en ontvanger); maatregelen bij de ontvanger (bijvoorbeeld dove gevels/vliesgevels, maatregelen met betrekking tot gevelisolatie). Wanneer de geluidsbelasting hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en geluidsreducerende maatregelen redelijkerwijs niet doelmatig of mogelijk zijn, kan een hogere waarde worden vastgesteld. Het afwegingskader dat het college daarbij hanteert is opgenomen in de in april 203 vastgestelde beleidsnota "Beleid Hogere Waarden Wet Geluidhinder". In het kader van de Interimwet Stad- en milieubenadering bedraagt de maximale ontheffingswaarde 60 db voor de Rijksweg A3. Wetteliik kader Uit het bij dit besluit behorende akoestisch onderzoek ('Professor Schoemaker Plantage te Delft, akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai inzake de Wet geluidhinder', Peutz, 5 december 204) zijn mogelijke maatregelen aan de bron, in het overdrachtsgebied en bij de ontvanger besproken. Uit het onderzoeksrapport blijkt het volgende.

3 3- - Maatregelen aan de bron De A3 is een hoofdroute van nationaal belang. Het wijzigen van de verkeerssamenstelling, verlaging van de verkeersintensiteit of maximumsnelheid is daarom niet mogelijk. De Schoemakerstraat is een belangrijke gebiedsontsluitingsweg binnen de bebouwde kom van Delft als schakel tussen de N470 en het centrum. Ook hier stuit het wijzigen van de verkeerssamenstelling, verkeersintensiteit of maximumsnelheid op overwegende bezwaren van verkeerskundige aard. Andere bronmaatregelen op de A3 zijn niet doelmatig, omdat de A3 reeds voorzien is van geluidsreducerend asfalt (-laags ZOAB). Een sterker geluidsreducerende deklaag zal naar verwachting weinig effect hebben op de geluidsbelasting ter plaatse van het plangebied en is derhalve niet doelmatig. Bronmaatregelen op de Schoemakerstraat in de vorm van een geluidsreducerende deklaag (dunne deklagen B) leidt tot een geluidsreductie van 2 db. De voorkeursgrenswaarde wordt nog steeds overschreden. Bovendien stuit het herasfalteren van de Schoemakerstraat op overwegende bezwaren van financiële aard. Maatregelen in het overdrachtsgebied Voor het realiseren van overdrachtsmaatregelen wordt conform de Regeling Doelmatigheid Geluidsmaatregelen bezien of de geluidsbelasting met een geluidsscherm kan worden teruggebracht tot de voorkeursgrenswaarde. Uit figuur blijkt dat zelfs bij toepassing van een scherm met een hoogte van 30 m een beperkte overschrijding van de voorkeursgrenswaarde blijft optreden. Een scherm met een dergelijke hoogte is niet realistisch vanwege kosten en beleving. Daarom kan niet voldaan worden aan de Regeling Doelmatigheid Geluidsmaatregelen. Figuur. Schermvariant Regeling doelmatigheid geluidsmaatregelen Verder zijn in het akoestisch onderzoek andere schermvarianten doorgerekend met een hoogte van 4 meter en 8 meter en verschillende locaties. Dergelijke schermvarianten reduceren weliswaar niet tot de voorkeursgrenswaarde, maar leiden wel in grote delen van het plangebied tot een zodanige geluidsreductie, dat de maximale ontheffingswaarde slechts beperkt wordt overschreden. Uit het akoestisch onderzoek blijkt echter dat het realiseren van dergelijke geluidsschermen op overwegende bezwaren van financiële aard stuiten. Voorts blijkt uit het akoestisch onderzoek dat een tijdelijk scherm in het oostelijk deel van het plangebied eveneens stuit op overwegende bezwaren van financiële en stedenbouwkundige aard.

4 -4- Het realiseren van een geluidsscherm is vanuit stedenbouwkundig oogpunt onaanvaardbaar. Een scherm is voorts niet doelmatig, omdat op de hogere verdiepingen nog altijd sprake is van overschrijding van de voorkeursgrenswaarde. Het realiseren van een geluidscherm ('overdrachtsmaatregel') ter hoogte van de Schoemakerstraat met een lengte van tenminste 00 m en een hoogte van 4 m is vanuit stedenbouwkundig oogpunt alsmede vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid onaanvaardbaar. Daarnaast is het scherm slechts deels effectief, omdat op de hogere bouwhoogten nog altijd sprake is van overschrijding van de voorkeursgrenswaarde. Maatregelen bij de ontvanger Mogelijke maatregelen bij de ontvanger zijn bijvoorbeeld dove gevels en geluidsschermen (vliesgevels). Uit het geluidonderzoek blijkt dat een groot deel van de nieuwe woningen met een dove gevel zouden moeten worden uitgevoerd, omdat de geluidsbelasting hoger ligt dan 53 db. Uit bijlage 0 van het akoestisch onderzoek blijk dat in de situatie dat het oostelijk deel is uitgevoerd de dove gevel niet meer noodzakelijk is. In het plangebied wordt niet gekozen voor de grootschalige toepassing van dove gevels. Een dergelijke toepassing gaat ten koste van de plankwaliteit, door de beperkende invloed op de plattegronden van wonen, maar ook van de bruikbaarheid van de woningen. Nu op grond van de Interimwet Stad- en milieubenadering een maximale ontheffingswaarde van 60 db geldt, is het toepassen van dove gevels niet noodzakeiijk. Conclusie Uit het bovenstaande volgt dat maatregelen aan de bron, in het overdrachtsgebied of ter plaatse van de ontvanger niet mogelijk of doelmatig zijn of overwegende bezwaren ontmoeten van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard. Daarom dienen voor de geluidsgevoelige functies binnen het plangebied hogere waarden worden vastgesteld. In delen van het plangebied wordt de maximale ontheffingswaarde van 53 db overschreden. Voor deze woningen wordt toepassing gegeven aan de Interimwet Stad- en milieubenadering, waarbij door middel van een Stap 3 besluit onder voorwaarden van de maximale ontheffingswaarde van 53 db kan worden afgeweken. Dit wordt hieronder toegelicht. Interimwet Stad- en milieubenadering Zoals aangegeven wordt voor dit project toepassing gegeven aan de Interimwet Stad- en milieubenadering. Ten behoeve hiervan is een Stap-3 besluit opgesteld (bijlage van de toelichting). Hierin is de onderbouwing van de toepassing van de Interimwet toegelicht. Dit leidt ertoe dat ten gevolge van de A3 hogere waarden kunnen worden vastgesteld tot 60 db. Ter compensatie van deze hogere geluidsbelasting worden aanvullende maatregelen vereist om een goed akoestisch klimaat te garanderen. Het betreft de volgende maatregelen voor de woningen die een hogere geluidsbelasting dan 53 db ontvangen: aangescherpte eis voor contactgeluid tussen woningen; de standaardeis van 54 db voor contactgeluid wordt verscherpt naar 49 db extra geluidluwe gevel met buitenruimte; de woningen moeten voorzien in een geluidluwe gevel met een gecumuleerde geluidsbelasting van 50 db (exclusief aftrek). Dit is een verscherping van 5 db ten opzichte van het gemeentelijk hogere waardebeleid. Bovendien moet de buitenruimte aan deze geluidluwe zijde zijn gelegen. Uit de berekening van de proefverkaveling blijkt dat deze eis voor de grondgebonden woningen mogelijk is. Alternatief indien een geluidluwe gevel van 50 db niet mogelijk is: In die situatie kan volstaan worden aan de eisen uit het hogere waardebeleid, met dien verstande dat de buitenruimte een oppervlakte heeft van tenminste 50% ten opzichte van het Bouwbesluit. aangescherpte eisen voor de geluidbelasting binnen de woning; de betreffende woningen hebben een binnenwaarde van 30 db. Dit is een aangescherpte eis van 3 db ten opzichte van het Bouwbesluit. Door deze compensatiemaatregelen wordt, gegeven de verhoogde maximale ontheffingswaarde voor het wegverkeerslawaai van de A3 van 53 db naar maximaal 60 db, voorzien in een optimale leefomgevingskwaliteit. Gemeentelijk kader Het uitgangspunt van het gemeentelijke hogere waardenbeleid is dat hogere waarden worden vastgesteld indien een aanvaardbaar akoestisch klimaat wordt gerealiseerd. Om dit doel te bereiken zijn in het hogere waardebeleid eisen geformuleerd. Een deel van deze voorwaarden kan pas getoetst worden bij de omgevingsvergunning voor bouwen. Daarbij kan gedacht worden aan de situering van de slaapkamers en

5 -5- de overige vertrekken. Om deze voorwaarden op een goede manier te borgen, zijn deze opgenomen in de planregeling. Ten behoeve van de vaststelling van hogere waarden is het echter wel relevant in dit kader reeds te onderzoeken of het realiseren van een geluidsluwe zijde mogelijk is. Onder een geluidsluwe zijde wordt het volgende verstaan: de geluidsbelasting op de geluidluwe zijde mag cumulatief niet meer bedragen dan 60 db (exclusief correctie conform artikel HOg Wgh); indien de gecumuleerde geluidsbelasting op de hoogstbelaste zijde 65 db of minder bedraagt, bedraagt de gecumuleerde geluidsbelasting op de geluidluwe zijde maximaal 55 db (exclusief correctie conform artikel HOg Wgh); de gevel achter een vliesgevel kan beschouwd worden als een geluidsluwe gevel. Voor de woningen die een hogere geluidsbelasting hebben van de Schoemakerstraat dient inzicht te worden geboden in de mogelijkheid tot het creëren van een geluidsluwe zijde op basis van het hogere waardebeleid. Daartoe is aanvullend op de vrije veldcontouren een proefverkaveling doorgerekend. Op grond van het akoestisch onderzoek kunnen de volgende conclusies worden getrokken. uit de proefverkaveling blijkt dat alle grondgebonden woningen (tot hoogte = 3,5 m) kunnen beschikken over een geluidsluwe zijde die niet meer dan 55 db bedraagt (exclusief correctie ex artikel HOg Wgh); uit de proefverkaveling blijkt dat ter plaatse van de hoogteaccenten sprake is van meerdere hoogbelaste gevels, waardoor het realiseren van een geluidsluwe zijde op woningniveau niet in alle gevallen mogelijk is. Het plan biedt voldoende ruimte om grondgebonden woningen te realiseren die voldoen aan het hogere waardebeleid. Voor de appartementen (hoogteaccenten) is een nadere inspanning noodzakelijk om te kunnen voldoen aan het hogere waardebeleid. Daarbij kan gedacht worden aan maatregelen aan de gevel (vliesgevel of overdekt balkon) om toch te kunnen voldoen aan het gestelde in het hogere waardebeleid. Cumulatie De gecumuleerde geluidsbelasting leidt op basis van de vrije veldcontouren tot hoge geluidsbelastingen in het gehele gebied. De proefverkaveling laat echter zien dat bij invulling van het gebied de gecumuleerde geluidsbelasting teruggedrongen kan worden tot aanvaardbare geluidsniveaus. Bovendien is via de eis van een geluidsluwe gevel altijd geborgd dat er op basis van de gecumuleerde geluidsbelasting op woningniveau sprake is van een aanvaardbaar akoestisch klimaat. 7. Bijlagen De verzochte hogere waarden Zie tabel Figuur hogere waarden Het akoestisch onderzoek 'Professor Schoemaker Plantage te Delft, akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai inzake de Wet geluidhinder', Peutz, 5 december Ondertekening Hoogachtend, Het college van burgemeester en wethouders van Delft, drs. T.W. Andriessen l.s.

6 -6-9. Beroep Gedurende de termijn van terinzagelegging bestaat de mogelijkheid om tegen het besluit beroep in te stellen bij de Raad van State, Afdeling bestuursrechtspraak, Postbus 2009, 2500 EA Den Haag. Deze mogelijkheid staat open voor belanghebbenden die tijdig hun zienswijzen tegen het ontwerpbesluit hebben ingediend, dan wel kunnen aantonen dat zij daartoe redelijkerwijs niet in staat zijn geweest. Verder is het voor belanghebbenden mogelijk beroep in te stellen tegen onderdelen van het besluit die zijn gewijzigd bij de vaststelling. Wanneer u een beroepschrift heeft ingediend kunt u tevens een verzoek om een voorlopige voorziening indienen bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

7 -7- Bijlage hogere waarden Tabel Hogere waarden Functie Bron Hogere waarde 00 woningen Schoemakerstraat 54 db m2 maatschappelijke Schoemakerstraat 54 db voorzieningen 43 woningen A3 60 db m2 maatschappelijke voorzieningen A3 53 db De hogere waarden dienen in het kadaster te worden vastgelegd.

8 Plangebied CD Professor Schoemakerplantage 205 Enkelbestemmingen BT GD G V-VB WA w I WG Bedrijventerrein Gemengd Groen Verkeer - Verblijfsgebied Water Wonen Woongebied Bouwvlakken I bouwvlak Besluit Hogere Waarde Geluidszone A3 (600 m) ^ Geluidszone Prof. Schoemakerstraat (200 m) 53 db Aan te vragen hogere waarden Delft Prof. Schoemakerstraat Rho identificatie planstatus Identificatiecode datum status schaal : :.000 NUMRO concept afmeting : A3 tekening voorontwerp projectnummer ontwerp aantal bladen : vastgesteld bestand postbus AD Rotterdam info@rho.nl : Figuur BHW