Proefjes en experimenten voor lessen natuurkunde

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Proefjes en experimenten voor lessen natuurkunde"

Transcriptie

1 Proefjes en experimenten voor lessen natuurkunde April 2009, Paramaribo Voorwoord: Leerlingen worden enthousiaster en begrijpen natuurkunde beter wanneer onderwerpen aanschouwelijk worden voorgesteld door proefjes en experimenten. Hiervoor is niet steeds duur of ingewikkeld materiaal nodig. Door iets te demonstreren met eenvoudig goedkoop huis, tuin -en keuken materiaal kan al heel wat interesse en motivatie voor wetenschap ontstaan bij leerlingen. Met deze uitgangspunten ontwikkelden wij deze handleiding voor een twintigtal simpele proefjes. Leerkrachten en leerlingen kunnen de benodigde materialen overal vinden of kopen en perfect zelf uitvoeren. Elke proef is voorzien van een overzicht van het gebruikte materiaal, een werkwijze en een verklaring. Ook zijn heel wat foto s toegevoegd om het aantrekkelijker en duidelijk te maken wat er bedoeld wordt. Veel succes ermee!! Wim Lauwers en Ben Vandevorst Studenten lerarenopleiding GroepT Leuven

2 Proef 1: De appel en het nagelbed Materiaal - Een appel - Een houten plankje met aan het ene uiteinde één nagel en aan het andere uiteinde veel nagels dicht bij elkaar (=een bedje nagels) Werkwijze + waarneming Laat de appel vallen op het groepje nagels. Je ziet dat de appel niet diep doorboord wordt. Laat de appel nu van dezelfde hoogte op de ene nagel vallen. Je ziet dat de nagel veel dieper doorheen de appel gaat. Verklaring Het bedje nagels zorgt voor een druk verdeling. We weten: Druk = kracht/oppervlakte. Bij de ene nagel is de oppervlakte waarover de kracht van de appel verdeeld wordt veel kleiner dan bij het bedje nagels. Hierdoor zal de druk veel groter zijn bij de één nagel dan bij het bedje, waardoor de appel dieper doorstoken wordt. De kracht waarmee de appel naar beneden valt is steeds hetzelfde (de zwaartekracht). Het is de oppervlakte die variabel is waardoor de druk verschilt tussen 1 nagel en het bedje nagels. 1

3 2

4 Proef 2: Het trage ei Materiaal - Een hardgekookt ei (ei 1) - Een rauw ei (ei 2) - Een glad egaal oppervlak (bijvoorbeeld een spiegel) Werkwijze + waarneming Leg beide eieren op het oppervlak. Kun jij zo raden welk ei rauw is en welk niet? Neen, dit kan je niet zien. Maar, laat beide eieren nu eens draaien. Vervolgens laat je ei 1 draaien en stop je het plots door je vinger er even op te houden. Daarna laat je het meteen weer los. Ei 1 zal niet meer verder draaien. Als we dit met ei 2 ook uitvoeren, zien we dat dit ei wel verder blijft draaien na het stoppen. Verklaring Hier treedt de traagheidswet van Newton op: Een voorwerp in rust tracht in rust te blijven en Een voorwerp in beweging tracht in beweging te blijven. In het rauwe ei zit een vloeistof dat in beweging kan en wil blijven na het stoppen. Het hardgekookte ei kan dit niet en stopt. 3

5 4

6 Proef 3: Het zwemmend ei Materiaal - Een ei - Zout - Een glas water (zoet water, niet zout dus) Werkwijze + waarneming Doe het ei in het glas en stel vast dat het ei naar de bodem van het glas zinkt. Strooi vervolgens zout in het glas tot het ei naar boven komt. Verklaring Of een voorwerp blijft drijven of zinkt, hangt af van de zogenaamde dichtheid van het voorwerp en de vloeistof. De dichtheid van een stof is de massa (hoeveel de stof weegt) gedeeld door het volume (de grootte van de stof), dus hoeveel precies een kubieke meter van de stof weegt. De dichtheid van een ei is groter dan de dichtheid van zoet water, dus een ei weegt meer dan evenveel water. Daarom zinkt een ei in zoet water. Als je zout in het water oplost wordt de dichtheid van het water groter, dus het water wordt zwaarder. Zo veel zelfs, dat een ei minder gaat wegen dan dezelfde hoeveelheid water. Daarom drijft een ei in zout water. 5

7 6

8 Proef 4: Verschillende hefbomen Materiaal - Een BBQ - tang - Slagboom (een afbeelding ervan of een slagboom in lego, k nex of mechanica geknutseld.) - Een koevoet - Een notenkraker Werkwijze + waarneming Toon hoe je een BBQ gebruikt om iets op te tillen en leg nadruk op de plaats van het steunpunt en hoe je wint aan verplaatsing en verliest aan kracht. Doe het zelfde bij de slagboom, maar toon het verschil met de barbeque-tang door de plaats van het steunpunt te benadrukken. Toon hoe je bij de koevoet wint aan kracht door, maar daarvoor een hele grote verplaatsing moet uitvoeren. Hetzelfde principe kunnen we vaststellen bij de notenkraker waar het steunpunt op een andere plaats ligt. Verklaring * Barbequetang: Winnen aan verplaatsing, steunpunt wel tussen machtarm en lastarm * Slagboom: Winnen aan verplaatsing, steunpunt niet tussen machtarm en lastarm * Koevoet: Winnen aan kracht, steunpunt wel tussen machtarm en lastarm * Notenkraker: Winnen aan kracht, steunpunt niet tussen machtarm en lastarm 7

9 8

10 Proef 5: Kurk met 2 vorken in evenwicht Materiaal - Een kurk met een nagel door gestoken - Twee vorken - Een flesje Werkwijze + waarneming Je vraagt of je de kurk met de nagel zo in evenwicht kan houden op de rand van een fles. Dit blijkt onmogelijk. Vervolgens worden er 2 vorken in de zijkant van de kruk geprikt. Nu is het wel mogelijk om de kurk in evenwichtig te brengen op de rand van de fles. Verklaring Door de vorken in de kruk te prikken, verlaagd het zwaartepunt. Het ligt nu onder het steunpunt waardoor het voorwerp in evenwicht kan blijven. Dit nieuwe evenwicht noemen we een stabiel evenwicht. Zonder de vorken lag het zwaartepunt boven het steunpunt en spreken we over een labiel evenwicht dat in dit geval niet stand kan houden. 9

11 10

12 Proef 6: Het evenwicht van een boek Materiaal - Een boek - Een stukje dun touw - plakband - Een gewichtje of zwaar klein voorwerpje Werkwijze + waarneming Hang het gewichtje aan het touwtje vast. Maak het touw met plakband vast aan het boek, in het midden. Kantel het boek tot op een punt dat het gewichtje niet buiten het steunvlak van het boek valt. Laat het boek los en het zal terugkeren naar zijn beginpositie. Doe dit opnieuw, maar kantel het boek zover zodanig het gewichtje we buiten het steunvlak van het boek valt. Wanneer we nu het boek loslaten, valt het om. Verklaring Het touw stelt eigenlijk de verticaal door het zwaartepunt van het boek voor. Een voorwerp is in evenwicht zolang de verticaal door zijn zwaartepunt binnen zijn steunvlak valt. Het steunvlak van een boek is de figuur die gevormd wordt door de hoekpunten van de onderkant van het boek waar het tafel raakt, te verbinden. Een rechthoek dus. 11

13 12

14 Proef 7: Oppervlaktespanning doorbreken Materiaal - Peper - Een bord met water - Afwasmiddel (of vloeibare zeep) Werkwijze + waarneming Strooi de peper gelijkmatig verspreid op het bord met water. Laat vervolgens een druppel afwasmiddel vallen in het midden van het bord. Je ziet dat al het peper zich verwijderd naar de randen van het bord. Verklaring De kleinste deeltjes van water, de watermoleculen, trekken elkaar heel sterk aan. Een watermolecuul in het bord water wordt aan alle kanten omgeven door andere watermoleculen. Er wordt dus aan alle kanten aan deze watermolecuul getrokken. Bij de moleculen die aan de bovenkant aan lucht grenzen zijn deze krachten anders. Omdat er aan de bovenkant geen andere watermoleculen zijn en aan de onderkant en zijkant wel, wordt een sterke laag gevormd. De moleculen worden hard naar beneden en opzij getrokken. Deze laag wordt de oppervlaktespanning genoemd. Door peper op het bord te strooien wordt deze laag duidelijk zichtbaar. Zeepmoleculen gaan tussen de watermoleculen zitten en verbreken de oppervlaktespanning. Omdat de zeep in het midden wordt aangebracht, wordt in het midden de oppervlaktespanning verbroken. De moleculen die niet aan de 'zeep kant' zitten trekken nog steeds even hard en trekken dus heel snel de waterdeeltjes naar de kant. Doordat de peper op het water ligt kun je dit effect goed zien. 13

15 14

16 Proef 8: oppervlaktespanning voelen Materiaal - Een glas met water - Kippenkruiden Werkwijze + waarneming Strooi een dikke laag kippenkruiden gelijkmatig verspreid in het glas. Vervolgens drukken we met onze vinger door de laag kruiden in het water. Wanneer we onze vinger er uit halen, blijkt deze nog droog te zijn. Verklaring Water bestaat uit een heleboel watermoleculen, deze trekken elkaar heel sterk aan. Een watermolecuul in het glas water wordt aan alle kanten omgeven door andere watermoleculen. Er wordt dus aan alle kanten aan deze watermolecuul getrokken. Omdat het trekken aan alle kanten gebeurt, heffen deze verschillende richtingen van trekken elkaar op. Bij de moleculen die aan de bovenkant aan lucht grenzen zijn deze krachten anders. Omdat er aan de bovenkant geen andere watermoleculen die aan het watermolecuul trekken en aan de onderkant en zijkant wel, wordt een sterke laag gevormd. De moleculen worden hard naar beneden en opzij getrokken. Deze laag gedraagt zich als een elastisch vel zoals een gespannen ballonvel. Het wordt ook wel oppervlaktespanning genoemd. Door kippenkruiden op het water te strooien versterken en verduidelijken we dit vel. Het is zo sterk dat het niet breekt en het water niet aan onze vinger kan komen. 15

17 16

18 Proef 9: Droog papier onder water Materiaal - Een glas - Een prop papier - Een bak met water Werkwijze + waarneming Doe de prop in het glas en breng het glas omgekeerd in de bak met water tot op een zekere diepte. Haal daarna het glas op dezelfde manier weer uit de bak water. Wanneer we aan de prop voelen, blijkt deze nog droog te zijn. Verklaring Je voelt bij het omlaag drukken van het glas dat de lucht omhoog wil. Lucht wil in water altijd omhoog. Dat komt omdat een liter lucht lichter is dan een liter water. Je kunt ook zeggen: de dichtheid (ρ = m / V) van lucht is kleiner dan de dichtheid van water. Maar bij dit proefje kan de lucht niet omhoog, omdat het glas eromheen zit. Zolang de lucht in het glas zit, kan het water niet bij het papier komen en blijft het papier droog. Als je het glas scheef houdt, kan de lucht wel ontsnappen en het papier zal dan ook nat worden. Je kunt ook het volgende stellen: Waar een stof is kan geen andere stof zijn op dezelfde plaats. 17

19 18

20 Proef 10: Dansende rozijnen in frisdrank Materiaal - Een glas - Frisdrank (Bijvoorbeeld Sprite of 7 up) - Rozijnen Werkwijze + waarneming Werp een handvol rozijnen in een glas en giet er een frisdrank bij. Je gebruikt best een heldere frisdrank zoals Sprite of 7 up waardoor je het effect goed kan waarnemen. Verklaring In veel frisdranken zit koolzuurgas (CO2) opgelost, wat we kennen als 'prik'. In een dichte fles frisdrank blijft het koolzuurgas opgelost omdat er druk op de fles staat. Als de frisdrank ingeschonken wordt dan kan het koolzuur gemakkelijk verdampen. Bij deze verdamping van dit gas ontstaan gasbelletjes die zicht vastzetten op het glas en op de objecten in het glas, zoals een rietje of rozijnen. Als de objecten licht genoeg zijn, kunnen ze omhoog meegenomen worden door de gasbelletjes, maar als de gasbelletjes aan het oppervlak komen spatten ze open. Hierdoor zal de rozijn weer zinken. Bij dit proefje lijken de rozijnen daarom te dansen. 19

21 20

22 Proef 11: Heftige cola Materiaal - Een glas - cola - zout Werkwijze + waarneming Doe cola in en glas en strooi er zout in. Je ziet dat de cola veel heviger begint te schuimen dan normaal. Verklaring Prik wordt gevormd door het koolzuurgas (CO2) dat is opgelost in de cola. De prikbelletjes ontstaan het beste op een oppervlak. Wanneer je zoutkorrels in de cola strooit dan verhoog je het totale oppervlak waarop de koolzuurbelletjes kunnen ontstaan. Door Mentos in plaats van zout te gebruiken is dit effect nog veel groten, maar dat is moeilijker om in een klas uit te voeren. 21

23 22

24 Proef 12: De dovende kaars Materiaal - Waxinelichtje (kaars) - Bord - Limonade (7up bijvoorbeeld) Werkwijze + waarneming Plaats een kaars in het midden van een bord en giet er langzaam limonade bij. Steek de kaars aan en plaats er een glas over. Langzaam dooft de kaars. Wanneer de kaars uit is, wordt de limonade in het bord in het glas gezogen. Verklaring Als het waxinelichtje aan is, brandt het langzaam op. Om te branden heeft het waxinelichtje zuurstof nodig. Als de zuurstof onder het glas op is, gaat het waxinelichtje uit. Hierdoor koelt de lucht onder het glas langzaam af. Overal om ons heen is lucht en deze lucht drukt op ons, dit heet de luchtdruk. Als de lucht onder het glas afkoelt, wordt de luchtdruk onder het glas kleiner. De luchtdruk wordt kleiner dan de luchtdruk buiten het glas. Daarom drukt de luchtdruk buiten de limonade het glas in. 23

25 24

26 Proef 13: De toverkaars Materiaal - Bakpoeder - Azijn - Kaars - Lucifers - Een emmer Werkwijze + waarneming Plaats de kaars in het midden van de emmer en strooi er bakpoeder omheen. Giet vervolgens azijn in de emmer. Probeer nu met een lucifer de kaars aan te steken. De lucifer dooft steeds wanneer we de kaars naderen. Het lijkt tovenarij! Verklaring In bakpoeder zit zuiveringszout, meestal natriumbicarbonaat. Zuiveringszout is een base. Een base is het tegenovergestelde van een zuur. Als je een zuur en een base bij elkaar doet, reageren ze met elkaar. Als azijn (een zuur) en zuiveringszout reageren, vormen ze water, natrium en koolzuur. Het koolzuur is een gas en wil ontsnappen. Daarom vormt het belletjes en gaat het bakpoeder met de azijn schuimen. Koolzuurgas is hetzelfde als CO2 gas en koolstofdioxide. Dit gas is de oorzaak van het doven van de lucifer. 25

27 26

28 Proef 14: Het klevende kaartje Materiaal - Glas of beker - Een kartonnen kaartje - Water Werkwijze + waarneming Vul de beker volledig met water. Laat het water eventueel een beetje overlopen. Plaats het kaartje op de beker. Druk het kaartje een beetje tegen de beker en draai deze om. Neem enkel de beker vast en laat het kaartje voorzichtig los. Verklaring Dit experiment heeft te maken met de druk. De druk van het water en de druk van de lucht. Het water oefent een druk uit op de beker en het kaartje. De lucht oefent ook een druk uit op het bekertje en het kaartje. De luchtdruk of de atmosferische druk is groter dan de druk van het water. Hierdoor wordt het kaartje tegen de beker gedrukt. p water < p atm kaartje wordt tegen de beker gedrukt. 27

29 28

30 Proef 15: De reflector Materiaal - Een reflector Werkwijze + waarneming Schijn met een pillicht op de reflector in een donkere ruimte. Verklaring Een reflector is een voorbeeld van diffuse weerkaatsing van licht. Een reflector bestaat uit kleine piramides. Het licht dat invalt wordt teruggekaatst zoals bij een vlak oppervlak. Loodrecht op het oppervlak waar de lichtstraal op invalt, tekenen we een normaal. Bij een reflector zullen niet alle normalen evenwijdig zijn. Zoals bij een vlak oppervlak zal ook hier de invallende straal gelijk zijn aan de teruggekaatste straal. De invallende stralen zullen dus naar alle kanten teruggekaatst worden. Hierdoor ziet een auto in het donker een fietser toch rijden. 29

31 30

32 Proef 16: De schijnbare verhoging Materiaal - Ondoorzichtige pot of emmer met een voorwerp op de bodem vastgeplakt. - Water Werkwijze + waarneming Laat iemand zich zo voor een emmer of pot plaatse zodat hij het voorwerp net niet meer kan zien. Giet vervolgens langzaam water in de pot. Langzaam komt het voorwerp terug te voorschijn. Verklaring We gaan kijken hoe de stralen zich voortplanten van één puntje van het voorwerp. Waarom gaan we kijken naar de stralen die het voorwerp terugkaatsen? We zien voorwerpen omdat deze licht terugkaatsen of uitzenden. We zullen het voorwerp dus zien als de lichtstralen die het voorwerp uitzenden ons oog bereiken. We laten een eerste lichtstraal vanuit het gekozen punt van het voorwerp vertrekken. Deze straal wordt gebroken. De lichtstraal gaat namelijk van water (optisch dichte middenstof) naar lucht (optisch ijle middenstof). Een lichtstraal die van dicht naar ijl gaat, wordt van de normaal weg gebroken. We moeten nog een tweede lichtstraal tekenen om het beeldpunt van het voorwerp te bepalen. Dit beeldpunt wordt bepaald door het snijpunt van de eerste en de tweede lichtstraal. We tekenen dus nog een tweede lichtstraal vanuit het voorwerpspunt. Deze tweede lichtstraal wordt op dezelfde manier als de eerste gebroken, namelijk van de normaal weg. De twee lichtstralen snijden elkaar niet, er kan dus geen beeldpunt worden bepaald. Daarom gaan we dus de lichtstralen, met stippenlijnen, verlengen. We zien dan dat de verlengden van de lichtstralen elkaar snijden. Dit snijpunt is het beeldpunt van het bootje. Op dat punt zien wij het bootje liggen. 31

33 32

34 Proef 17: Allerlei spiegelingen Materiaal - Spiegeltjes - Een figuurtje (diertje, mannetje...) Werkwijze + waarneming+ verklaring 1) Plaats een figuurtje (bijvoorbeeld een kip) voor een spiegel. Let op de richting waarnaar de kip kijkt. De kip kijkt rechts, maar haar spiegelbeeld kijkt naar links. 2) Plaats 2 spiegels recht tegenover elkaar met in het midden een figuurtje. Je ziet oneindig veel varkens. De verklaring hiervoor is dat het spiegelbeeld keer op keer weer gespiegeld wordt. 3) Plaats de spiegels in een hoek van 90 graden tegen elkaar. Hier zie je zoals in proef 1 dat het varken zijn linkse poot naar voren staan heeft en het spiegelbeeld de rechtse. Het spiegelbeeld van dat beeld heeft dan weer ook de linkse poot naar voren en is eigenlijk een puntspiegeling van het originele varken. 33

35 34

36 Proef 18: Het blad en het boek Materiaal - een A4-papier - een boek Werkwijze + waarneming Laat een blad en een boek tegelijk vallen. Het blad is veel langer onderweg dan het boek eer dat het de grond raakt. Vervolgens leg je het blad op het boek en laat je beide weer tegelijk vallen. Ditmaal zijn beide voorwerpen even lang onderweg. Verklaring Door het blad op het boek te leggen ondervindt het blad geen luchtweerstand meer. Het zal daarom even snel als het boek vallen. 35

37 36

38 Proef 19: 2 boeken uit elkaar trekken Materiaal - 2 boeken of schriften Werkwijze + waarneming Open het ene boek bij de laatste bladzijde en het andere boek bij de eerste bladzijde. Leg beide boeken op elkaar. De rug van het ene boek naar links en de rug van het tweede boek naar rechts. Vouw nu afwisselend een bladzijde van het ene boek en van het tweede boek open. Doe dit met alle bladzijden. Probeer nu, zonder de boeken open de bladeren, beide boeken uit elkaar te trekken. Dit is onmogelijk Verklaring Als twee voorwerpen langs elkaar schuiven, ondervinden zij wrijving. Deze wrijving zorgt ervoor dat wij kracht zullen moeten uitvoeren om op twee voorwerpen over elkaar te laten schuiven. Hoe meer bladzijden van de twee boeken tegen elkaar zullen schuiven hoe groter deze wrijving zal zijn. Dus hoe groter de kracht zal zijn die wij zullen moeten uitvoeren om de boeken langs elkaar te laten schuiven. Als wij dit proefje zouden herhalen met twee telefoonboeken, zou de kracht van twee auto s niet groot genoeg zijn om de bladzijden van de telefoonboeken uit elkaar te laten schuiven. Het gewicht van beide boeken zorgt er voor dat wij nog meer kracht zullen nodig hebben om deze boeken uit elkaar te trekken. Het gewicht van al deze bladzijden zorgt ervoor dat deze bladzijden erg hard tegen elkaar worden gedrukt. Wrijving is ook afhankelijk van de oppervlakken van de voorwerpen. Twee voorwerpen met gladde oppervlakken glijden vele gemakkelijker over elkaar. Dan twee voorwerpen met ruwe oppervlakken. Een schaats glijdt heel gemakkelijk over ijs. Hiervoor is niet veel kracht nodig. Maar op een stukje schuurpapier moet je wel een grote kracht op uitoefenen om dit over een ruwstukje hout de schuren. 37

39 38

40 Proef 20: Fles met gaatjes Materiaal - Een fles - Een naald of spijker - Vuur - Water - Een plek waar het nat mag worden Werkwijze + waarneming Maak een vijftal gaatjes onderaan in een fles met behulp van een hete spijker of naald. Vul de fles met water en schroef de dop terug op de fles. Wanneer we de dop een beetje openschroeven stroomt er water door de gaatjes uit de fles. Verklaring Zolang de dop op de fles zit, kan er geen lucht in de fles. Pas wanneer de dop losmaken, kan er lucht in de fles waardoor de plaats waar water is vervangen kan worden door water. Hierdoor zal het water uit de fles stromen door de gaatjes. 39

41 40

42 Proef 21: Fles met verschillende waterstralen Materiaal - Een fles - Een naald of spijker - Vuur - Water - Een plek waar het nat mag worden Werkwijze + waarneming Maak 3 gaatjes in een fles op verschillende hoogte, maar op 1 verticale lijn. Vul de fles met water en houd de fles horizontaal met de gaatjes naar boven, waardoor er geen water uit de fles kan stromen. Plaats geen dop op de fles! Draai de fles verticaal waardoor er water uit de gaatjes gaat stromen. Je merkt dat uit het onderste gaat een krachtigere straal water spuit dan uit de middelste. Uit de bovenste stroomt een zwakke straal. Verklaring Het draait weer om hetzelfde principe. Als de druk in het flesje groter is dan de druk buiten het flesje, zal het water uit het gaatje spuiten. Hoe komt dan dat niet alle gaatjes even ver spuiten? Het bovenste gaatje ondervindt de druk van het water van deel a en de lucht. Het middelste gaatje ondervindt de druk van het water van zowel deel a al deel b en de lucht. De druk zal daar dus groter zijn. Hierdoor zal het water dus verder spuiten. Het onderste gaatje moet de druk van het water van deel a, deel b, deel c en de lucht ondergaan. De druk op het onderste gaatje is dus het grootste van de drie gaatjes. Het water dat uit dit gaatje spuit, zal dus het verste spuiten. 41

43 42

44 Proef 22: Communicerende vaten Materiaal - 2 flessen (liefst van verschilleden grootte) - Een darm Werkwijze + waarneming Maak in elke fles een gat ter grootte van de diameter van de darm en duw de darm door het gat. Kit het gat dicht met silicone waardoor de darm stevig in de fles zit en de fles waterdicht wordt. Wanneer we in één fles water gieten zal het water door de darm naar de andere fles stromen net zolang tot de 2 flessen op gelijke hoogte komen te staan. Verklaring Je ziet de wet van de communicerende vaten in actie. Zolang het niveau in beide flessen niet even hoog is, is de druk in de 2 flessen niet gelijk. Het water zal stromen tot dat het waterniveau in de 2 flessen gelijk is. 43

45 44

46 Proef 23: De hevel Materiaal - 2 emmers - Een darm - Water Werkwijze + waarneming Dompel de darm onder in de emmer water waardoor deze volledig volloopt met water. Hoe de darm met de duim dicht en breng de hem in de tweede emmer. Houd de tweede emmer wat lager en los de duim. Het water zal stromen en blijven stromen tot de eerste emmer bijna volledig leeg is en de tweede vol. Verklaring Met een hevel kun je een aquarium zachtjes leegmaken, zonder keitjes en plantjes op te wervelen. Drinkwaterbedrijven die grondwater oppompen uit verschillende putten, verbinden die putten onderling met hevels. Zo hebben ze slechts één pomp nodig voor de hele reeks, in plaats van een pomp per put. 45

47 46

48 Proef 24: Het zwevend vogeltje Materiaal - een sterke magneet (bijvoorbeeld uit een kapotte versterker) - een lang haar, nylondraad of andere heel lichte dunne draad. - een papieren vlindertje - een stukje ijzer ( bijvoorbeeld van een paperclip) Werkwijze + waarneming Hang de magneet ergens vast op een hoogte, bijvoorbeeld in een kartonnen doos of aan een zijde van geplooid karton. Maak het stukje ijzer vast aan het papieren vlindertje, ergens in het midden. Aan het stukje ijzer maak je het touwtje vast. Breng het vlindertje in de buurt van de magneet, maar houd het touwtje tegen tussen je duim en de tafel. Laat het vlindertje zweven op een zo groot mogelijke afstand van de magneet, maar het vlindertje dus nog steeds aangetrokken wordt. Verklaring Met deze proef wordt heet duidelijk aangetoond wat magnetisme is. Je kunt vaststellen dat magnetisme een aantrekkingskracht is die je niet kan zien, maar je merkt wel het gevolg ervan. Al in de Oudheid ontdekte men dat magnetietkristallen elkaar afhankelijk van de oriëntatie aantrekken of afstoten. Dit natuurkundige verschijnsel wordt magnetisme genoemd. Magnetiet is, evenals magnesium genoemd naar Magnesia, een gebied in Thessalië in het oude Griekenland. Verantwoordelijk voor het magnetisme van magnetiet is het aanwezige ijzer. Veel ijzerlegeringen vertonen magnetisme. Naast ijzer vertonen ook nikkel en kobalt magnetische eigenschappen. Voorwerpen die dit verschijnsel sterk vertonen noemt men magneten. Er zijn natuurlijke en kunstmatige magneten. Alle magneten hebben twee polen die de Noordpool en de Zuidpool worden genoemd. De Noordpool van een magneet stoot de Noordpool van een andere magneet af, en trekt de Zuidpool van een andere magneet aan. Twee zuidpolen stoten elkaar ook af. Omdat ook de aarde een magneetveld heeft, met zijn Zuidpool vlak bij de Noordpool en zijn Noordpool vlakbij de Zuidpool, zal een vrij ronddraaiende magneet altijd de Noord - Zuidrichting aannemen. De benamingen van de polen van een magneet zijn hiervan afgeleid. 47

49 48

50 Proef 25: warmtegeleiding in een mes Materiaal - Een mes - Tandenstokers - Een gasbrander - Vuur - Een kaars Werkwijze + waarneming Breek de tandenstokers in twee. Dop een stukje tandenstoker in gesmolten kaarsvet en druk het op het mes. Plaats op deze manier 3 stukjes tandenstokers verspreid op het mes. Laat het kaarsvet even stollen. Houd het uiteinde van het mes in de vlam van een gasbrander. Één voor één vallen de stukjes tandenstokers van het mes. Verklaring De hoge temperatuur die ontstaat aan het uiteinde van het mes dat in vlam wordt gehouden transporteert zich verder over het mes door geleiding. Een mes is van ijzer en dus een goede geleider. Doordat de tandenstokers er elk om beurten afvallen, kun je zien hoe de geleiding in zijn werk gaat. 49

51 50

bij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas.

bij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas. NAO proefjes Antwoorden werkbladen en extra informatie 1. Munten in borrelglaasje munten Het glas is eigenlijk te vol met, maar het stroomt niet over. Het in het glas staat bol, het komt er boven uit.

Nadere informatie

WETENSCHAPPERS IN DE DOP

WETENSCHAPPERS IN DE DOP WETENSCHAPPERS IN DE DOP Met eenvoudige materialen kun je allerlei leuke en interessante proefjes doen en de kinderen zo zelf natuurkundige en scheikundige regels laten ontdekken. Vaak ontdek je dingen

Nadere informatie

Bekers vastzuigen met koffiefilter

Bekers vastzuigen met koffiefilter A1 1 Bekers vastzuigen met koffiefilter 2 bekers 1 koffiefilter 1 schaar 1 waxinekaarsje Lucifers Waarom gaat het kaarsje uit? Hoe kan het dat je de onderste beker op kunt tillen zonder deze aan te raken

Nadere informatie

Prik met pit. De pitten verliezen hun bellen en dalen voor de volgende ronde. Schenk jezelf een glaasje tonic in (of limonade of spuitwater).

Prik met pit. De pitten verliezen hun bellen en dalen voor de volgende ronde. Schenk jezelf een glaasje tonic in (of limonade of spuitwater). Schenk jezelf een glaasje tonic in (of limonade of spuitwater). Snij een citroen in twee. De pitten verliezen hun bellen en dalen voor de volgende ronde. Prik met pit Werk je drankje af met een kneepje

Nadere informatie

Wat heb je nodig? Wat gebeurt er?

Wat heb je nodig? Wat gebeurt er? 1) 1 liter halfvolle melk 2) Pan met pollepel 3) Kookpit 4) Schoonmaakazijn 5) Eetlepel 6) Zeef 7) Kom 8) Zand- of taartvormpje Let op: Met volle melk werkt deze proef soms iets minder goed. Als we zuur

Nadere informatie

11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005. Jacky Hellemans - Koen Paes

11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005. Jacky Hellemans - Koen Paes 11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005 de wet van Jacky Hellemans - Koen Paes Academische Lerarenopleiding Natuurkunde Departement Natuurkunde en Sterrenkunde - K.U.Leuven

Nadere informatie

Docentenhandleiding. het dagelijks leven. Ook worden de leerlingen gemotiveerd om na te denken wat ze aan het kompas zouden kunnen verbeteren.

Docentenhandleiding. het dagelijks leven. Ook worden de leerlingen gemotiveerd om na te denken wat ze aan het kompas zouden kunnen verbeteren. Docentenhandleiding Korte beschrijving van de opdracht: Bij deze opdracht gaan de leerlingen een kompas maken. Met simpele materialen wordt er een kompashuis en een magnetische naald gemaakt. Op school

Nadere informatie

Het deeltjesmodel. Deeltjes en hun eigenschappen. Context 3 Zinken zweven drijven. Naam: Klas: Datum:

Het deeltjesmodel. Deeltjes en hun eigenschappen. Context 3 Zinken zweven drijven. Naam: Klas: Datum: Naam: Klas: Datum: Het deeltjesmodel Deeltjes en hun eigenschappen Als je een stukje ijzer, goud of eender welk stof tientallen keren kon vergroten, dan zou je ontdekken dat alle stoffen gemaakt zijn van

Nadere informatie

De kracht van Archimedes

De kracht van Archimedes 1 Studie dag en KVCV De kracht van Archimedes DEEL 1 Korte omschrijving van het lesonderwerp Door een paar originele experimenten, de kracht van Archimedes ontdekken en de gegevens waarnemen die de grootte

Nadere informatie

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald Hieronder wordt uitgelegd wat massadichtheid betekent. De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald volume. De massadichtheid is dus bijvoorbeeld

Nadere informatie

Ontdekdoos Drijven en zinken

Ontdekdoos Drijven en zinken Ontdekdoos Drijven en zinken groep 6 en 7 handleiding Uitgave: Amsterdams NME Centrum Ontdekdoos Drijven en zinken Docentenhandleiding Het lesmateriaal mag vrij gekopieerd worden voor gebruik op school

Nadere informatie

Voer deze proefjes alleen uit met je juf of meester erbij.

Voer deze proefjes alleen uit met je juf of meester erbij. Voer deze proefjes alleen uit met je juf of meester erbij. Waxinelichtje en een glas - Een waxinelichtje - Een schoteltje - Een lucifer - Een glas Zet in het midden van de kring een schoteltje neer met

Nadere informatie

Aan de slag met de nieuwe leerplannen fysica 2 de graad ASO GO!

Aan de slag met de nieuwe leerplannen fysica 2 de graad ASO GO! Aan de slag met de nieuwe leerplannen fysica 2 de graad ASO GO! M. Beddegenoodts, M. De Cock, G. Janssens, J. Vanhaecht woensdag 17 oktober 2012 Specifieke Lerarenopleiding Natuurwetenschappen: Fysica

Nadere informatie

Intermoleculaire krachten. Waterdruppels kleven aan de kraan of aan een bloemblad. Kwik vormt gemakkelijk grote druppels die niet aan het glas kleven.

Intermoleculaire krachten. Waterdruppels kleven aan de kraan of aan een bloemblad. Kwik vormt gemakkelijk grote druppels die niet aan het glas kleven. Thema 17 Cohesie en adhesie 1 Intermoleculaire krachten Waterdruppels kleven aan de kraan of aan een bloemblad. Kwik vormt gemakkelijk grote druppels die niet aan het glas kleven. waterdruppels kleven

Nadere informatie

luchtdruk opdrachtkaart Onderdeel A - Rond de aanwezigheid van de lucht les 6.6 Opdracht 1 - Slaan op de liniaal Opdracht 2 - Stromend water?

luchtdruk opdrachtkaart Onderdeel A - Rond de aanwezigheid van de lucht les 6.6 Opdracht 1 - Slaan op de liniaal Opdracht 2 - Stromend water? Onderdeel A - Rond de aanwezigheid van de lucht Opdracht 1 - Slaan op de liniaal -- liniaal/latje -- krant -- tafel Leg een liniaal of een lat op de tafel. Zorg dat de liniaal of de lat iets over de tafel

Nadere informatie

N A T U U R W E T E N S C H A P P E N V O O R H A N D E L 1 Copyright

N A T U U R W E T E N S C H A P P E N V O O R H A N D E L 1 Copyright N AT U U R W E T E N S C H A P P E N V O O R H A N D E L 1 2 LICHT EN ZIEN 2.1 Donkere lichamen en lichtbronnen 2.1.1 Donkere lichamen Donkere lichamen zijn lichamen die zichtbaar worden als er licht

Nadere informatie

De bliksem. Doel. In deze hoek leer je hoe de bliksem ontstaat. Materiaal. Opdracht. Stap 2: Zet het vergiet boven op het glas.

De bliksem. Doel. In deze hoek leer je hoe de bliksem ontstaat. Materiaal. Opdracht. Stap 2: Zet het vergiet boven op het glas. De bliksem Doel In deze hoek leer je hoe de bliksem ontstaat. Een vergiet Een ballon Een droog glas Een wollen trui Materiaal Opdracht Stap 1: Ga met je begeleider en met de rest van je groep naar buiten.

Nadere informatie

bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als: alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Ordent hoeveelheden om ze te Groep 1 Groep 2

bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als: alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Ordent hoeveelheden om ze te Groep 1 Groep 2 6. Waterproef Tijdens deze activiteit: Doen de kinderen proefjes met water, kleurstof en olie, waarbij zij vooraf voorspellen wat zij denken dat er zal gebeuren, dit vervolgens uitproberen en een verklaring

Nadere informatie

Papier recyclen. Inlage

Papier recyclen. Inlage Inlage A1 Papier maken Voor deze opdracht heb je de volgende materialen nodig: A - 1 Drielenzige loep B - 3 Bladen viltpapier C - 1 Reinigingsdoek D - 1 Zeef E - 1 Scheprand F - Stapel oude kranten G -

Nadere informatie

Wheels at work Katrol Stel je eens voor dat je een zware piano een verdieping omhoog moet tillen. Hoe zou het zijn om deze piano de trap op de tillen? Als je de piano met een paar katrollen omhoog hijst,

Nadere informatie

3HV H1 Krachten.notebook September 22, krachten. Krachten Hoofdstuk 1

3HV H1 Krachten.notebook September 22, krachten. Krachten Hoofdstuk 1 krachten Krachten Hoofdstuk 1 een kracht zelf kun je niet zien maar... Waaraan zie je dat er een kracht werkt: Plastische Vervorming (blijvend) Elastische Vervorming (tijdelijk) Bewegingsverandering/snelheidsverandering

Nadere informatie

Sheets inleiding ontwerpen

Sheets inleiding ontwerpen Sheets inleiding ontwerpen Boten bouwen Periode 4 themaklas Doel van het project Bedenk een ontwerp voor een boot Verkoop dit ontwerp aan de baas (ik) Bouw je eigen ontwerp De winnaars winnen een bouwpakket

Nadere informatie

1. Zwaartekracht. Hoe groot is die zwaartekracht nu eigenlijk?

1. Zwaartekracht. Hoe groot is die zwaartekracht nu eigenlijk? 1. Zwaartekracht Als een appel van een boom valt, wat gebeurt er dan eigenlijk? Er is iets dat zorgt dat de appel begint te vallen. De geleerde Newton kwam er in 1684 achter wat dat iets was. Hij kwam

Nadere informatie

Kinderboekenweektip 2015

Kinderboekenweektip 2015 Kinderboekenweektip 2015 Josée Warnaar Het thema van de kinderboekenweek 2015 is Raar maar waar. Dit thema leent zich uitstekend voor onderzoekend leren. Ga aan de slag met huis-, tuin en keukenproefjes

Nadere informatie

Drijven en zinken. Eerst gaan we het drijfvermogen testen van een paar voorwerpen:

Drijven en zinken. Eerst gaan we het drijfvermogen testen van een paar voorwerpen: Hiernaast zie je een ouderwets duikerspak. Om ervoor te zorgen dat de duiker niet gaat drijven, heeft hij een loden gewicht op zijn borst vastgeknoopt. De slang is voor de luchttoevoer. Op de wal stond

Nadere informatie

werken met water - waterbladen

werken met water - waterbladen werken met water - waterbladen inhoud inhoud VVaterblad 1 Waterblad 2 Waterblad 3 Waterblad 4 Waterblad 5 Waterblad 6 Waterblad 7 Een boot laden De stevigheid van het wateroppervlak Een gat in de waterleiding

Nadere informatie

De proefjeskist. Wat moet er voor de les gebeuren:

De proefjeskist. Wat moet er voor de les gebeuren: De proefjeskist De proefjeskist is een kist waarin alle benodigdheden zitten om zes scheikundige/biologische proefjes te doen. De proefjes worden door groepjes in circuit vorm uitgevoerd. De kist is bedoeld

Nadere informatie

Magnetisme - magnetostatica

Magnetisme - magnetostatica Hoofdstuk 6. Magnetisme - magnetostatica 1 Algemene inleiding 1.1 Inleiding. Magnetostatica is de leer van de magneten in rust. Het moet niet verward worden met gravitatie, noch met elektrostatica. Gravitatiewerking:

Nadere informatie

Voel je dat ook als je met je hand van boven naar beneden zwaait of cirkels in de lucht maakt?

Voel je dat ook als je met je hand van boven naar beneden zwaait of cirkels in de lucht maakt? Dit werkblad is van: PROEF 1 Opdracht 1.1 Ochtendgymnastiek Als ik mijn hand heen en weer zwaai, dan voel ik; Dat komt volgens mij door; Voel je dat ook als je met je hand van boven naar beneden zwaait

Nadere informatie

Suggesties voor demo s krachten

Suggesties voor demo s krachten Suggesties voor demo s krachten Paragraaf 1 Demo kracht verschuiven langs werklijn Neem een houten schijf die om het draaipunt kan roteren. Op de schijf zitten schroefjes waar gewichtjes aan kunnen hangen.

Nadere informatie

Wat is CO2? (koolstofdioxide) een gas is dat in de lucht zit, net als zuurstof. ervaren of je CO 2

Wat is CO2? (koolstofdioxide) een gas is dat in de lucht zit, net als zuurstof. ervaren of je CO 2 Klimaatverandering 7 en 8 2 Wat is CO2? Proefjes Doelen Begrippen Materialen De leerlingen: weten dat (koolstofdioxide) een gas is dat in de lucht zit, net als zuurstof ervaren of je kan zien, ruiken en

Nadere informatie

Proef 1: - Leg een fiche op een drinkglas - Plaats een geldstuk op de fische - Schiet met je wijsvinger de fiche horizontaal weg

Proef 1: - Leg een fiche op een drinkglas - Plaats een geldstuk op de fische - Schiet met je wijsvinger de fiche horizontaal weg - 25 - Traagheid Proef 1: - Leg een fiche op een drinkglas - Plaats een geldstuk op de fische - Schiet met je wijsvinger de fiche horizontaal weg Opstelling : Besluit (1): Het geldstuk valt in het glas

Nadere informatie

Huppel de pup. Zaag 40 cm rondhout af. Gebruik een verstekbak en een toffelzaag.

Huppel de pup. Zaag 40 cm rondhout af. Gebruik een verstekbak en een toffelzaag. Dit heb je nodig: rondhout 6mm, handboor + 6mm boortje, plankje 10x10 cm, ijzerdraad 1,2 mm, houtlijm, kniptang, kurk, chenilledraad, push-pins, stiften, materialen om de kruk te versieren Beweging/Mechanica

Nadere informatie

Instructies voor de overgang naar tubeless

Instructies voor de overgang naar tubeless Instructies voor de overgang naar tubeless Wat u nodig heeft, voordat u begint: Een fietswiel (van een mountainbike, cyclocross) met band Een conversieset - "Stan's NoTubes Conversion Kit Een veiligheidsbril

Nadere informatie

Ook het lichaam van de schaatsenrijder heeft zo n waterafstotend waslaagje.

Ook het lichaam van de schaatsenrijder heeft zo n waterafstotend waslaagje. Startmoment: Observatie van het leven in de vijver en op het wateroppervlak. Vaststelling: Sommige diertjes kunnen op het water lopen en wij niet. Probleemstelling: Hoe kan dit ligt het aan de diertjes

Nadere informatie

Energie in je lichaam

Energie in je lichaam Les in het kort De leerlingen maken kennis met energiezaken in relatie tot hun eigen lichaam. Ze leren voedsel te zien als brandstof. Ze leren de relatie tussen ademhaling en inspanning kennen. Ze meten

Nadere informatie

6.1 Voortplanting en weerkaatsing van licht

6.1 Voortplanting en weerkaatsing van licht Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 6 6.1 Voortplanting en weerkaatsing van licht Opgave 1 Opgave 2 Bij diffuse terugkaatsing wordt opvallend licht in alle mogelijke richtingen teruggekaatst, zelfs als de opvallende

Nadere informatie

Voorbereiding post 4. Mondjes open mondjes dicht Groep 7-8

Voorbereiding post 4. Mondjes open mondjes dicht Groep 7-8 Voorbereiding post 4 Mondjes open mondjes dicht Groep 7-8 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 4: Mondjes open mondjes dicht, voor groep 7 en 8. Inhoud: Algemeen

Nadere informatie

Docentenhandleiding. Korte beschrijving van de opdracht: De doelstellingen van deze opdracht:

Docentenhandleiding. Korte beschrijving van de opdracht: De doelstellingen van deze opdracht: Docentenhandleiding Korte beschrijving van de opdracht: Bij deze opdracht gaan de leerlingen zelf een zonnewijzer maken. Dat is een klok die door zonlicht (schaduw) aangeeft hoe laat het ongeveer is. Er

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Kracht

Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting door een scholier 1634 woorden 16 oktober 2003 5,7 135 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Samenvatting Practicum 48 Kracht: Heeft een grootte en een richting.

Nadere informatie

Laat de kinderen ook opzoeken in een woordenboek en/of spreekwoorden boek

Laat de kinderen ook opzoeken in een woordenboek en/of spreekwoorden boek Voorbereiding: Materialen verzamelen Voor de les alles al klaarzetten. De tafels in groepjes van vier zetten zodat je elk proefje eventueel twee keer kan klaar leggen. De werkbladen kopiëren De opdrachtvellen

Nadere informatie

Ontdekdoos Magneten. voor groep 3 en 4. docentenhandleiding

Ontdekdoos Magneten. voor groep 3 en 4. docentenhandleiding Ontdekdoos Magneten voor groep 3 en 4 docentenhandleiding Uitgave: Amsterdams NME Centrum Ontdekdoos Magneten Docentenhandleiding Het lesmateriaal mag vrij gekopieerd worden voor gebruik op school en is

Nadere informatie

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1. 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1. 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur 1 RONDDRAAIENDE MASSA 5pt Een massa zit aan een uiteinde van een touw. De massa ligt op een wrijvingloos oppervlak waar het

Nadere informatie

Colafontein. Onderzoeksvraag Welke invloed heeft mentos op cola? Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment - Druk - Koolstofdioxide

Colafontein. Onderzoeksvraag Welke invloed heeft mentos op cola? Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment - Druk - Koolstofdioxide Colafontein Onderzoeksvraag Welke invloed heeft mentos op cola? Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment - Druk - Koolstofdioxide Materiaal + stoffen - Cola - Mentos - Wagentje - Paneel/muur

Nadere informatie

OntdekZelf - magnetisme

OntdekZelf - magnetisme Werkwijze Alle OntdekZelf experimenten zijn bedoeld voor de leerling om zelf te ontdekken. Laat de leerling vanaf het begin werken met zijn materialen en ontdekken hoe hij tot een antwoord of een werkende

Nadere informatie

Het maken van een Buzzer Game

Het maken van een Buzzer Game Het maken van een Buzzer Game Stap 1: Het benodigde materiaal 1) De Buzzer Game Houten plankje Messingdraad dik Messingdraad dun Lampenhouder Lampje 2) Constructiemateriaal Batterij 9V Contactstuk batterij

Nadere informatie

Examen mechanica: oefeningen

Examen mechanica: oefeningen Examen mechanica: oefeningen 22 februari 2013 1 Behoudswetten 1. Een wielrenner met een massa van 80 kg (inclusief de fiets) kan een helling van 4.0 afbollen aan een constante snelheid van 6.0 km/u. Door

Nadere informatie

Hier en daar een bui

Hier en daar een bui Hier en daar een bui Soms klopt de voorspelling van de weerman. Maar vaak ook helemaal niet. Donkere wolken in plaats van de hele dag zon. Kunnen jullie dat beter? Jullie gaan een eigen weerstation bouwen

Nadere informatie

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Mol Samenvatting door een scholier 1296 woorden 9 november 2017 7,6 34 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Natuur/scheikunde overal Paragraaf 6.1: stoffen herkennen

Nadere informatie

Proeven AC7: Afvalwaterzuivering

Proeven AC7: Afvalwaterzuivering Proeven AC7: Afvalwaterzuivering 1 De vetvang Kernwoorden: waterzuivering-vetvang Glazen bokaal met deksel water olijfolie rietje Vul de bokaal met water. Giet olijfolie op het water. De olijfolie drijft

Nadere informatie

Vragenlijst MAGNETISME. Universiteit Twente Faculteit Gedragswetenschappen

Vragenlijst MAGNETISME. Universiteit Twente Faculteit Gedragswetenschappen Vragenlijst MAGETSME Universiteit Twente Faculteit Gedragswetenschappen Antwoordeninstructie Je hebt een heel lesuur om de vragen te beantwoorden. Er zijn in totaal 19 vragen, waarvan 5 open vragen en

Nadere informatie

Werk niet te snel, een fout is snel gemaakt. Lees de tekst heel goed. Als je iets niet begrijpt vraag je eerst je leerkracht om hulp.

Werk niet te snel, een fout is snel gemaakt. Lees de tekst heel goed. Als je iets niet begrijpt vraag je eerst je leerkracht om hulp. Werk niet te snel, een fout is snel gemaakt. Lees de tekst heel goed. Als je iets niet begrijpt vraag je eerst je leerkracht om hulp. Vraag eerst aan de leerkracht om het stukjesblad en het schietroosblad

Nadere informatie

WOW-NL in de klas. Les 1 Het weerstation. Primair Onderwijs. bovenbouw. WOW-NL Les 1 1

WOW-NL in de klas. Les 1 Het weerstation. Primair Onderwijs. bovenbouw. WOW-NL Les 1 1 WOW-NL in de klas Les 1 Het weerstation Primair Onderwijs bovenbouw WOW-NL Les 1 1 Colofon Het lespakket WOW-NL is ontwikkeld door De Praktijk in opdracht van het KNMI, op basis van lesmaterialen van Science

Nadere informatie

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS LESBRIEVEN LEERLINGENBESTAND LESBRIEF 1: WATER VERZAMELEN Verhaal: De Uitvinders en De Verdronken Rivier Opdracht 1: Opdracht 2: Opdracht 3: Opdracht 4: Brainstorm over water Bouw een water-takel-kraan

Nadere informatie

Thema 4 Techniek om je heen

Thema 4 Techniek om je heen Naut samenvatting groep 7 Mijn Malmberg Thema 4 Techniek om je heen Samenvatting Achtbanen Een achtbaan is een constructie: een bouwwerk waarbij de verschillende onderdelen een geheel vormen. Ook de manier

Nadere informatie

Proef 1 krachtversterking voelen (1)

Proef 1 krachtversterking voelen (1) Hefbomen. =- ~j ~ 0-:.. ~. Je hebt vast wel eens gezien hoe iemand een blik waarin verf zit open maakte; misschien heb je dat zelf ook weleens gedaan. Je neemt het blik, zet een schroevedraaier onder de

Nadere informatie

De basis van het branden

De basis van het branden De basis van het branden Voor de uitleg over het branden en werken ga ik ervan uit dat je rechtshandig bent Je werkplek: De ruimte moet goed geventileerd zijn! Pak de kleuren waarmee je van plan bent te

Nadere informatie

VJTO 2011 ANTWOORDEN FINALE

VJTO 2011 ANTWOORDEN FINALE 1 VJTO 2011 ANTWOORDEN FINALE Vraag 1 Antwoord a Wanneer mama de ballon over haar trui wrijft, wordt de ballon elektrisch geladen. De peper- en zoutkorrels voelen dat en willen naar de ballon toe. De peperkorrels

Nadere informatie

Die aantrekkingskracht noemt men ook de zwaartekracht.

Die aantrekkingskracht noemt men ook de zwaartekracht. Als we iets uit onze hand loslaten, valt het steeds op de grond. Als we springen, komen we vanzelf weer op de grond terecht. Voorwerpen en lichamen worden als het ware naar de aarde toegetrokken. Die aantrekkingskracht

Nadere informatie

Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test.

Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test. Bereiding en eigenschappen van CO 2 Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test. 1.1 Onderzoeksvraag Hoe kunnen we CO 2 aantonen? 1.2 Mogelijke hypothesen 1.2.1 Geen interactie: Er vormt zich

Nadere informatie

lesbrieven water verzamelen avonturenpakket de uitvinders en de verdronken rivier leerlingen werkblad Lesbrief 1:

lesbrieven water verzamelen avonturenpakket de uitvinders en de verdronken rivier leerlingen werkblad Lesbrief 1: lesbrieven leerlingen werkblad Lesbrief 1: water verzamelen Verhaal: De Uitvinders en De Verdronken Rivier Opdracht 1: Opdracht 2: Opdracht 3: Opdracht 4: Brainstorm over water Bouw een water-takel-kraan

Nadere informatie

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten.

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Uitwerkingen 1 Opgave 1 IJzer, nikkel en kobalt. Opgave 2 ermanente magneten zijn blijvend magnetisch. Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Opgave 4 Weekijzer is

Nadere informatie

Practicum: Je kan ernaar vissen...

Practicum: Je kan ernaar vissen... Naam :.. Klas. nr : Datum: Vak: Fysica Leerkracht: Practicum: Je kan ernaar vissen... Een vis vangen met je handen is niet zo eenvoudig als het lijkt. Laten we eens kijken waarom. 1) Breking op een rijtje.

Nadere informatie

Kracht en Beweging. Intro. Newton. Theorie even denken. Lesbrief 4

Kracht en Beweging. Intro. Newton. Theorie even denken. Lesbrief 4 Lesbrief 4 Kracht en Beweging Theorie even denken Intro Kracht is overal. Een trap op een bal, een windstoot, een worp Als een voorwerp versnelt of vertraagt, is er een kracht aan het werk. Newton De eenheid

Nadere informatie

Chemische reacties. 1 Hoeveel verschillende stoffen zijn er denk je? Zijn het er rond de tien, rond de duizend of zelfs meer? ...

Chemische reacties. 1 Hoeveel verschillende stoffen zijn er denk je? Zijn het er rond de tien, rond de duizend of zelfs meer? ... Hiernaast is de lancering van de eerste spaceshuttle te zien (in 1981). Bij de lancering krijgt de raketmotor van de spaceshuttle zijn brandstof uit de enorme tank waarop de spaceshuttle is gemonteerd.

Nadere informatie

Waterproefjes. Drijvende punaise. Nodig schaal vloeipapier punaises met platte metalen kop afwaszeep

Waterproefjes. Drijvende punaise. Nodig schaal vloeipapier punaises met platte metalen kop afwaszeep Waterproefjes Zelf aan de slag met water? Hier staan een aantal waterproefjes die je thuis of in de klas kunt doen. Sommige natuur- en milieu-educatiecentra hebben ook kant en klare leskisten met waterproefjes.

Nadere informatie

Leg voorzichtig een vloeipapiertje op het water. wel of niet in het riool?

Leg voorzichtig een vloeipapiertje op het water. wel of niet in het riool? Waterproefjes Drijvende punaise Zelf aan de slag met water? Hier staan een aantal schaal waterproefjes die je thuis of in de klas kunt doen. vloeipapier Sommige natuur- en milieu-educatiecentra hebben

Nadere informatie

Handleiding Magnetisme

Handleiding Magnetisme Handleiding Magnetisme Informatie voor de leerkracht De naald van ons kompas wijst altijd naar het noorden. Dat komt omdat het ijzer van die magnetische naald reageert op de ijzeren kern van de aarde.

Nadere informatie

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Eindronde practicumtoets A. 10 juni beschikbare tijd: 2x2 uur

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Eindronde practicumtoets A. 10 juni beschikbare tijd: 2x2 uur NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE Eindronde practicumtoets A 10 juni 2006 beschikbare tijd: 2x2 uur Bepaling van de gemiddelde grootte van poriën in een filter Inleiding Als je een koffiefilter in water

Nadere informatie

Wa W rm r t m e Inlage

Wa W rm r t m e Inlage Inlage Proef 1 nattigheid - 1 Erlenmeyer (nr. 10) - 1 Rubberen stop (nr. 18) - Heet water Doe wat heet water in de erlenmeyer. Doe de stop erop en kijk wat er gebeurt. Kun je dit beschrijven? Proef 2 Frisse

Nadere informatie

Kleine spiritus brander

Kleine spiritus brander Kleine spiritus brander Voor deze brander heb je 2 blikjes van gelijke grootte nodig. Je gebruikt van beide de dichte onderkant. Stap 1: Knip van beide blikken de onderkant af op ongeveer 2 a 3 cm van

Nadere informatie

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1 Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Opgave 1.2 Opgave 1.3 Opgave 1.4 Stofeigenschappen en zintuigen Noem 4 stofeigenschappen die je met je zintuigen kunt waarnemen? Fysische constanten a. Methaan

Nadere informatie

S C I E N C E C E N T E R

S C I E N C E C E N T E R HIER EN DAAR EEN BUI Soms klopt de voorspelling van de weerman. Maar vaak ook helemaal niet. Donkere wolken in plaats van de hele dag zon. Kunnen jullie dat beter? Jullie gaan een eigen weerstation bouwen

Nadere informatie

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom?

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom? Docentversie (24/05/2012) Natte Glazen Benodigdheden -glazen -ijsklontjes -koud water in kan of thermos of plastic flessen -maatbeker -weegschaal Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt

Nadere informatie

Magneten en zo. 1 Heb je al een idee waardoor een kompas altijd naar het noorden wijst? ...

Magneten en zo. 1 Heb je al een idee waardoor een kompas altijd naar het noorden wijst? ... Hiernaast is een groot stuk magnetisch gesteente te zien. Dit gesteente heet magnetiet, het is een soort ijzerets. Omstreeks 400 v. Chr. was dit al in Griekenland bekend. De eerste kompassen weren hiervan

Nadere informatie

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS EN HET ZONNEWIEL

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS EN HET ZONNEWIEL LESBRIEVEN LEERLINGENBESTAND LESBRIEF 2: DE REIS Verhaal deel 1: De mijnwerker Opdracht 1: Teken een aardwarmtehuis Opdracht 2: De zonnetoren op aardwarmte Verhaal deel 2: Zoute stroom Opdracht 3: De energie

Nadere informatie

Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten

Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten Samenvatting door F. 1363 woorden 30 januari 2016 4,1 5 keer beoordeeld Vak NaSk 1 Krachten Op een voorwerp kunnen krachten werken: Het voorwerp kan een snelheid krijgen

Nadere informatie

Toets Wetenschap en Techniek groep 8 SAM

Toets Wetenschap en Techniek groep 8 SAM Toets Wetenschap en Techniek groep 8 SAM Magnetisme 1. magneten trekken de volgende stoffen aan (zet een cirkel om de goede antwoorden): A. hout B. ijzer C. plastic D.kurk E.staal F. koper G. porselein

Nadere informatie

Ik plaats mijn boog in de wolken; die zal het teken zijn van het verbond tussen mij en de aarde.

Ik plaats mijn boog in de wolken; die zal het teken zijn van het verbond tussen mij en de aarde. De regenboog God heeft een boog in de wolken geplaatst om ons aan het verbond te laten herinneren. Er zal nooit meer zo n grote zondvloed komen, dat heel de aarde onder water staat. Laten we een regenboog

Nadere informatie

* Raketten lanceren *

* Raketten lanceren * Benodigdheden * Raketten lanceren * Luchtraket (1 exemplaar): Anderhalf blad A4 papier Plakband Een stukje aluminiumfolie Een schaar Een meetlat Een potlood Een lanceersysteem (PVC buis + flexibele darm)

Nadere informatie

Voorbereiding post 4. Mondjes open mondjes dicht Groep 7-8

Voorbereiding post 4. Mondjes open mondjes dicht Groep 7-8 Voorbereiding post 4 Mondjes open mondjes dicht Groep 7-8 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 4: Mondjes open mondjes dicht, voor groep 7 en 8. Inhoud: Algemeen

Nadere informatie

De leerling: weet wat luchtdruk is weet dat je met een barometer de luchtdruk kunt meten

De leerling: weet wat luchtdruk is weet dat je met een barometer de luchtdruk kunt meten Het weer GROEP 5-6 46 40 minuten (dag 1), 5 minuten (dag 2) & 15 minuten (dag 3) 1, 6, 8, 42, 43 en 45 De leerling: weet wat luchtdruk is weet dat je met een barometer de luchtdruk kunt meten 24 materiaalbakken

Nadere informatie

Nanotechnologie werkboekje graad 3 - zelfstandig experimenteel werk

Nanotechnologie werkboekje graad 3 - zelfstandig experimenteel werk Klas: Datum: Nanotechnologie werkboekje graad 3 - zelfstandig experimenteel werk De leerkracht overloopt kort alle opdrachten klassikaal. Leerlingen worden verdeeld in groepjes van 2-3 en voeren opdrachten

Nadere informatie

Ontdekdoos Magneten. voor groep 1 en 2. docentenhandleiding

Ontdekdoos Magneten. voor groep 1 en 2. docentenhandleiding Ontdekdoos Magneten voor groep 1 en 2 docentenhandleiding Uitgave: Amsterdams NME Centrum Ontdekdoos Magneten Docentenhandleiding Het lesmateriaal mag vrij gekopieerd worden voor gebruik op school en is

Nadere informatie

Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen)

Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen) Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen) Ga na of de onderstaande beweringen waar of niet waar zijn (invullen op antwoordblad). 1) De krachtwerking van een magneet is bij

Nadere informatie

onderzoek water opdrachtkaart Onderdeel A les 5-6.6

onderzoek water opdrachtkaart Onderdeel A les 5-6.6 Onderdeel A 1. 2. 3. 4. 5. Lees de opdracht. Noteer de verwachting. Voer het onderzoek uit. Noteer het resultaat. Noteer de verklaring. - twee glazen - bol dikke wol - schaar - liniaal - viltstift, donkere

Nadere informatie

Groep 7 & 8 COLA-FONTEIN

Groep 7 & 8 COLA-FONTEIN Groep 7 & 8 COLA-FONTEIN Trek je oudste kleren aan en maak de verst spuitende fontein van iedereen. Cola-fontein Groep 7 en 8 Team van 2, 3 of 4 kinderen LESBRIEF VOOR LEERKRACHT 2 Opdracht Maak een cola-fontein

Nadere informatie

Tevens is deze proefles ideaal als voorbereiding op de Mad Science workshop Zuren & Basen die via deze link te boeken is.

Tevens is deze proefles ideaal als voorbereiding op de Mad Science workshop Zuren & Basen die via deze link te boeken is. Lesbrief Zuren & Basen : Voor u ligt een begeleidende lesbrief van Mad Science die u in uw eigen klas kunt gebruiken. De les bevat enkele experimenten die de kinderen zelf in de klas uit kunnen proberen.

Nadere informatie

DAT VERDIENT EEN BLOEMETJE!

DAT VERDIENT EEN BLOEMETJE! 1B DAT VERDIENT EEN BLOEMETJE! - Tuinbouw - "ik hoor en ik vergeet, ik zie en ik onthoud, maar ik doe en ik begrijp" Naam:... Klas:... 1 Probleem Binnen enkele weken is het weer infodag en de directie

Nadere informatie

POWER LINE. Lesmateriaal plus proeven over elektriciteit. Een lespakket van Zoleerjemeer

POWER LINE. Lesmateriaal plus proeven over elektriciteit. Een lespakket van Zoleerjemeer POWER LINE Lesmateriaal plus proeven over elektriciteit Een lespakket van Zoleerjemeer POWER LINE Colofon Zoleerjemeer Een uitgave van Zoleerjemeer www.zoleerjemeer.nl 2013 A. Elsinga, alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

7-8. Fietsband. Fietsband

7-8. Fietsband. Fietsband 7-8 De fietsband bestaat uit twee delen, de binnen- en buitenband. De binnenband is het deel waar de lucht in zit en waaraan het ventiel vast zit, zodat deze opgepompt kan worden. Deze binnenband zorgt

Nadere informatie

Deel 5: Druk. 5.1 Het begrip druk. 5.1.1 Druk in het dagelijks leven. We kennen druk uit het dagelijks leven:... ... ...

Deel 5: Druk. 5.1 Het begrip druk. 5.1.1 Druk in het dagelijks leven. We kennen druk uit het dagelijks leven:... ... ... Deel 5: Druk 5.1 Het begrip druk 5.1.1 Druk in het dagelijks leven We kennen druk uit het dagelijks leven:............................................................. Deel 5: Druk 5-1 5.1.2 Proef a) Werkwijze:

Nadere informatie

Spijkermotor. Dit moet hem worden:

Spijkermotor. Dit moet hem worden: Spijkermotor Dit moet hem worden: Dit heb je nodig: materialen blok hout (15 bij 15 bij 1,8 cm) twee hoekijzers 18 m koperdraad (gelakt, 0,5) 4 spijkers (65 mm) 1 spijkers (90 mm) 2 spijkers (80 mm) 6

Nadere informatie