Balancerend klimmen. Hét plein voor beweeg-, sport- en spelactiviteiten

Transcriptie

1 Balancerend klimmen Klaarzetten Station met 5 leerlingen: 2 klimmers en 3 wachters. Dit station kan eventueel worden gecombineerd met Overhang klimmen (station 3) 1 Schuin wandrek 2 Turnmatjes op de grond voor het wandrek voor de veiligheid 4 Pittenzakjes om vast te houden 1 Korf voor opbergen van pittenzakjes en ballen 5 Routes (voorbeelden op leskaart fase 1, station 4) 1 Pylon of bank als wachtplek

2 Extra Stickers 15 Lintjes 1 Blinddoek Springtouwtjes om leerlingen met elkaar te verbinden 2 Volleyballen Opdracht Klim aan de voorkant van het wandrek omhoog en weer omlaag, waarbij je met de handen niet om de sporten mag grijpen, maar er alleen op mag steunen. Regels Startregel Start vanaf de matjes met in elke hand een pittenzakje, zodat je alleen met je handen tegen de sporten kunt steunen Stopregel Stop en klim af als je moe bent Laat de pittenzakjes vallen en pak een sport vast als je uit balans raakt Nooit afspringen! Na je beurt ga je zitten bij de wachtplek Wisselregel Start als de vorige klimmer weer beneden is

3 Loopt 't Leert 't Tips - Balancerend klimmen WAT ZIE JE? Wachten leerlingen niet op de beurt? Krijgen leerlingen te veel beurten? Moeten leerlingen te lang wachten? Moet het wandrek rechter op komen te staan? Zijn er geen pittenzakjes? Gaat het naar boven klimmen moeizaam? Heeft de leerling te weinig balans of grip? WAT DOE JE? Voer een wachtbank in Laat de klimmers een lintje doorgeven; klimmen mag alleen mét een lintje Spreek een duidelijke volgorde af Geef volgnummers Sla een beurt over Klim maximaal 8 keer Maak 2 stations Laat een klimmer starten als de vorige klimmer bij de laatste sport is en laat ze afklimmen via de zijkanten Zet 1 bank aan de voorkant van het wandrek en 1 erachter en bind ze met touwen aan elkaar Plaats kasten tegen de voorkant van het wandrek zodat dat niet kan terugschuiven Gebruik tennisballen Gebruik 2 opgevouwen kousen Plaats het wandrek op kastdelen waardoor het rek minder steil wordt Neem 1 pittenzakje in plaats van 2 Klim achter de klimmer aan en biedt hem steun Plaats eerst de voeten hoger en dan pas de handen

4 Maak kleine pasjes Probeer met de voeten licht gespreid te staan Houd de handen op schouderbreedte (niet te dicht bij elkaar) Pak de sporten vast in plaats van erop te steunen Klim van links naar rechts (traverseren) onderaan het wandrek Zorg dat je steeds op 3 punten steun hebt; met 2 voeten en 1 hand of 2 handen en 1 voet sta je stabieler Gaat het omlaag klimmen moeizaam? Ondersteun de klimmer Lukt 't Voor de echte klimgeiten! Klimt een leerling gemakkelijk zonder veel balansverstoringen omhoog? Plaats eerst de handen een sport lager en dan de voeten Pak op de terugweg de sporten vast Zet het wandrek meer rechtop (zie loopt het? ) Geef met linten aan welke sporten niet met handen en voeten mogen worden aangeraakt Klim van linksonder naar rechtsboven Klim met handen en voeten over de stickers omhoog Klim met een volleybal in de handen Klim met de voeten recht boven elkaar Probeer bij het klimmen met de voeten telkens een sport over te slaan

5 Leeft 't Later Is het eng om tot bovenaan te klimmen? Is het uitdagend genoeg? In hetzelfde arrangement Klim omhoog met zo min mogelijk steun van de handen. Plaats de onderkant van het wandrek op kastdelen waardoor het rek minder steil wordt Plak meer stickers waarover de klimmers moeten klimmen Begeleid de klimmer door mee te klimmen Klim zo hoog als je durft en dan weer naar beneden Klim onderaan het wandrek van links naar rechts (traverseren) Wedstrijdje: wie is het snelst boven en luidt de koebel? Blinddoek de klimmers Wijs duo s aan die samen moeten klimmen aan elkaar verbonden met een touwtje in de broek Wijs elkaar met de stok aan welk sporten je mag gebruiken Plaats de voeten op de verticale balken; de handen mogen om de sporten grijpen Klim met handen en voeten alleen op de verticale balken omhoog Klim met zo min mogelijk handgrepen naar boven met je handen in ondergreep (dus als je klimt kijk je in de handpalm en loop je hoog op met je voeten)

6 Klim met zo min mogelijk voettreden naar boven; stap met één been hoog op en breng het hele gewicht over op dit been Klim met zo min mogelijk verplaatsingen van handen en voeten onderaan het wandrek van links naar, rechts waarbij de voeten één sport lager zijn dan de handen